De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

8
6 5 MAART 2010 KNACK EXTRA GYNAECOLOOG FERDINAND PEETERS W e schrijven april 1995. Een brief uit Duitsland, gedateerd op de 27 e van die maand, valt in de brie- venbus bij dokter Nand Peeters in Turnhout. De dan 77-jarige gynaeco- loog zal hem nooit lezen. Hij heeft een paar jaar eerder een hersenbloe- ding gekregen en leeft sindsdien in een andere wereld. Het is zijn oud- ste zoon, Marc Peeters, die het haast onleesbare handschrift ontcij- fert. De brief – in het Duits – is duidelijk van een oude bekende van zijn vader: ‘Zeer geëerde heer dr. Peeters. Lang hebben we niets meer van elkaar gehoord. Ik hoop evenwel dat het u goed gaat en dat u van uw leven als gepensioneerde kunt genieten.’ Aan het woord is Werner Dietrich. Hij was tot in de jaren tachtig van de vorige eeuw de hoofdonderzoeker van de Duitse farmaceu- tische firma Schering in Berlijn. Hij meldt zijn oude collega dat het Hygiene-Museum in Dresden een tentoonstelling wil maken over de 35 e verjaardag van Anovlar, de eerste universeel bruikbare anti- conceptiepil. En dus ook ‘over uw beslissende bijdrage tot de ont- wikkeling van Anovlar’. ‘Ik kende Anovlar, maar verder begreep ik er niets van’, herin- nert Marc Peeters zich zijn eerste reactie na het lezen van de brief. ‘Vader was van 1946 tot 1988 gynaecoloog in Turnhout en hij had veel wetenschappelijke publicaties op zijn naam. Maar dat hij een baanbrekende bijdrage aan de ontwikkeling van de pil zou hebben geleverd, dat wisten wij niet. Dat had hij aan zijn kinderen nooit ver- teld.’ Wanneer op 1 juni 1996 de tentoonstelling Die Pille. Von der Lust und von der Liebe opent en Dietrich een exemplaar van de catalogus naar Turnhout stuurt, krijgt de familie Peeters voor het eerst het hele verhaal te lezen. De conclusie is onweerlegbaar: Ferdinand Peeters heeft in 1959-’60 klinisch onderzoek verricht dat geleid heeft tot de ontwik- keling van de eerste bruikbare anticoncep- tiepil. Sterker nog, die pil werkte zo goed en had zo weinig bijwerkingen dat de gecanoniseerde ‘vader van de pil’, de Amerikaan Gregory Pincus, de samen- stelling van zijn Enovid aanpaste aan die van Anovlar. Met een passende metafoor zou je dus kunnen stellen dat Nand Peeters de stiefvader is van een van de belangrijkste medische ontdekkingen uit de geschiedenis. Stiefvader, omdat hij zich ontfermde over het geesteskind van iemand anders (zie pagina 13). De vergeten stiefvader van de pil Op 31 maart 1960 presenteerde de diepgelovige Belgische gynaecoloog Ferdinand Peeters de resultaten van zijn onderzoek naar een anticonceptiepil aan de onthutste wetenschappers van de Duitse farmareus Schering in Berlijn. De rest is geschiedenis, zij het onbekende geschiedenis. ‘Nand’ Peeters liep nooit te koop met zijn belangrijkste medische ontdekking. Bescheidenheid? Twijfel? Spreekverbod? Een vergeten verhaal van een stille, maar daarom niet minder grote Belg. Door Karl van den Broeck

Transcript of De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

Page 1: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

6 5 M A A R T 2 0 1 0 K N A C K E X T R A

G Y N A E C O L O O G F E R D I N A N D P E E T E R S

We schrijven april 1995.Een brief uit Duitsland,gedateerd op de 27e vandie maand, valt in de brie-venbus bij dokter Nand Peeters in Turnhout. Dedan 77-jarige gynaeco-loog zal hem nooit lezen.Hij heeft een paar jaareerder een hersenbloe-

ding gekregen en leeft sindsdien in een andere wereld. Het is zijn oud-ste zoon, Marc Peeters, die het haast onleesbare handschrift ontcij-fert. De brief – in het Duits – is duidelijk van een oude bekende vanzijn vader: ‘Zeer geëerde heer dr. Peeters. Lang hebben we niets meervan elkaar gehoord. Ik hoop evenwel dat het u goed gaat en dat u vanuw leven als gepensioneerde kunt genieten.’

Aan het woord is Werner Dietrich. Hij was tot in de jaren tachtigvan de vorige eeuw de hoofdonderzoeker van de Duitse farmaceu-tische firma Schering in Berlijn. Hij meldt zijn oude collega dat hetHygiene-Museum in Dresden een tentoonstelling wil maken overde 35e verjaardag van Anovlar, de eerste universeel bruikbare anti-conceptiepil. En dus ook ‘over uw beslissende bijdrage tot de ont-wikkeling van Anovlar’.

‘Ik kende Anovlar, maar verder begreep ik er niets van’, herin-

nert Marc Peeters zich zijn eerste reactie na het lezen van de brief.‘Vader was van 1946 tot 1988 gynaecoloog in Turnhout en hij hadveel wetenschappelijke publicaties op zijn naam. Maar dat hij eenbaanbrekende bijdrage aan de ontwikkeling van de pil zou hebbengeleverd, dat wisten wij niet. Dat had hij aan zijn kinderen nooit ver-teld.’

Wanneer op 1 juni 1996 de tentoonstelling Die Pille. Von der Lust undvon der Liebe opent en Dietrich een exemplaar van de catalogus naarTurnhout stuurt, krijgt de familie Peeters voor het eerst het hele verhaalte lezen. De conclusie is onweerlegbaar: Ferdinand Peeters heeft in1959-’60 klinisch onderzoek verricht dat geleid heeft tot de ontwik-keling van de eerste bruikbare anticoncep-tiepil. Sterker nog, die pil werkte zo goeden had zo weinig bijwerkingen dat degecanoniseerde ‘vader van de pil’, deAmerikaan Gregory Pincus, de samen-stelling van zijn Enovid aanpaste aandie van Anovlar. Met een passendemetafoor zou je dus kunnen stellen datNand Peeters de stiefvader is van een vande belangrijkste medische ontdekkingenuit de geschiedenis. Stiefvader, omdat hijzich ontfermde over het geesteskind vaniemand anders (zie pagina 13).

De vergeten stiefvadervan de pil

Op 31 maart 1960 presenteerde de diepgelovige Belgische gynaecoloog FerdinandPeeters de resultaten van zijn onderzoek naar een anticonceptiepil aan de onthutstewetenschappers van de Duitse farmareus Schering in Berlijn. De rest is geschiedenis,

zij het onbekende geschiedenis. ‘Nand’ Peeters liep nooit te koop met zijn belangrijkstemedische ontdekking. Bescheidenheid? Twijfel? Spreekverbod? Een vergeten verhaal

van een stille, maar daarom niet minder grote Belg. — Door Karl van den Broeck

Page 2: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

K N A C K E X T R A 5 M A A R T 2 0 1 0 7

Page 3: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

kenhuis in staat zou zijn op alle vlakken klinische proeven correctuit te voeren’.

Peeters mag toch een paar stalen van SH 513 gebruiken, maar alleenvoor de indicatie ‘menstruatiecyclusstoornissen’. Dietrich verzwijgttegenover zijn collega’s dat hij in de brief aan Peeters toch ‘enig ermate positiever’ is en ook onderzoek naar de indicatie ‘ovulatieremming’toelaat. Hij stuurt Peeters ook voldoende stalen SH 513 om zijn werkvolgens de regels van de kunst te verrichten.

Samen met zijn medewerkers, klinisch bioloog en arts Marcel VanRoy en gynaecoloog in opleiding H. Oeyen, gaat hij aan de slag.

Het preparaat-Peeters: SH 639Nand Peeters stelt zelf twee voorwaarden. Hij wil minstens zes

maanden tijd en Schering moet de kosten op zich nemen die samen-hangen met de eventuele publicatie van zijn bevindingen in eenwetenschappelijk tijdschrift. Een honorarium vraagt hij niet.

In januari 1960 belt Frenay vanuit Brussel naar Dietrich met demededeling dat Peeters, Van Roy en Oeyen ‘interessante resultaten’hebben bereikt met SH 513 met toevoeging van ethinyloestradiol(een oestrogeen dat Schering al in 1938 had ontwikkeld). Snel wordteen bezoek van het drietal aan Berlijn geregeld. De echt genotes mogenvoor de gelegenheid mee reizen.

In het familiearchief bewaren de kinderen van Nand Peeters nogde twee Sabenavliegtuigtickets van hun vader en moeder. Op 30maart 1960 om 16.15 uur landen ze op de luchthaven Tempelhofin West- Berlijn.

Het serieuze werk begint ’s anderendaags om 9.30 uur. Daar makende drie Turnhoutse artsen, die bijna geen woord Duits spreken, kennismet wetenschappers uit de klinische afdeling en het hoofdlabora-torium van Schering. Dietrich herinnert zich dat er maar een erg kleine Scheringdelegatie aanwezig was, precies vanwege de taal-barrière. ‘Het moet een nogal ongemakkelijke bedoening geweestzijn’, mijmert zoon Marc. ‘Drie Turnhoutse dokters die Nederlands,

‘In navolging van Pincus’Het verhaal begint in 1957. In Berlijn zitten de wetenschappers

van Schering met de handen in het haar. Pincus heeft een pil samen-gesteld die officieel menstruatiestoornissen moet behandelen, maardie ook kan dienen als oraal voorbehoedsmiddel: Enovid. De Ame-rikaanse overheid wil niet dat de pil als anticonceptivum op de marktwordt gebracht, maar dat zal honderd duizenden Amerikaanse vrou-wen worst wezen. Zij vragen hun dokter massaal om Enovid.

Bij Schering zijn ze vooral geprikkeld omdat Pincus een preparaatgebruikte dat sterk lijkt op een product dat ze zelf in licentie hebben:het synthetische progestageenhormoon norethisteron, dat Scheringonder de naam Primolut N commercialiseert. Al sinds 1956 wordtvermoed dat het bewuste hormoon kan dienen om de eisprong, deovulatie tegen te gaan. ‘Ik kan me nog levendig herinneren dat van1956 tot 1959 niet zelden onze mening gevraagd werd over mogelijkeovulatieremming met Primolut N, vooral dan vanuit andere Euro-

pese landen’, schrijft Dietrich. ‘Ik weet dat Europese gynaecologenmeermaals Primolut N als ovulatie remmer hebben gebruikt. Datwerd niet algemeen bekend, aangezien in die tijd sowieso weinigover ovulatieremming gesproken werd.’

Een van die Europese gynaecologen die met Primolut N experi-menteerde, was dokter Peeters. Dat blijkt uit een brief die in het archiefvan Schering in Berlijn bewaard wordt. Dokter Frenay, de directeurvan de medisch-wetenschappelijke afdeling van het Belgische Schering filiaal, meldt op 6 mei 1959 aan het moederbedrijf dat hijNand Peeters in Turnhout heeft bezocht. Hij sprak er met hem overzijn experimenten met Primolut N, maar ook over een nieuw proef-preparaat van Schering: SH 513. De brief is glashelder over Peeters’bedoelingen: ‘Bij de indicaties denkt hij vooral aan ovulatieremmingmet het oog op anticonceptie, in navolging van Pincus, schrijft Fre-nay. Zijn brief komt terecht bij Werner Dietrich. Die vertelt dat deverantwoordelijke gynaecologen van Schering ‘ernstige bedenkingenhebben bij het feit dat een gynaecoloog uit een klein Belgisch zie-

8 5 M A A R T 2 0 1 0 K N A C K E X T R A

G Y N A E C O L O O G F E R D I N A N D P E E T E R S

In april 1960 meldt Schering dat het tabletten zal maken op basis van Peeters’preparaat. Tientallen Kempense vrouwen krijgen daarop als proefkonijn de pil.

Page 4: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

Frans en gebroken Duits spreken en onder-tussen hun resultaten uit de doeken doen.’

Ferdinand Peeters heeft een manuscriptbij van het artikel dat in december 1960 zalverschijnen in het tijdschrift Geburtshilfe und Frauen heilkunde. De titel zegt simpelwegwaar het op staat: Ovulatie onderdrukking doorprogestagenen.

Tussen juni 1959 en januari 1960 hadNand Peeters de twee bestanddelen in ver-schillende doseringen toegediend aan eenvijftigtal vrouwen uit het Turnhoutse. Zijmoesten het preparaat innemen tussen de5e en de 24e dag van hun menstruatie cyclus.Ondertussen mochten ze onbeschermd vrij-en met hun man. Dokter Peeters onderzochtof de vrouwen voortijdige bloedingen kre-gen, of ze zwanger werden en of ze onge-makken ondervonden van het innemen vande supplementaire hormonen. Bij de zeven-de combinatie was het raak: 4 milligram SH513 en 60 microgram oestrogeen leverdebijna perfecte resultaten op. In hun con-clusie verlaagden de drie artsen de doseringvan het oestrogeen nog tot 50 microgram.Die combinatie was volgens Peeters de doel-treffendste: ze regelde de cyclus, er warengeen zwangerschappen en er waren geen noemenswaardige bij -werkingen. De conceptie van de eerste bruikbare combinatiepil waseen feit.

In Berlijn vielen een paar Duitse wetenschappers van hun stoel.‘Wat dr. Peeters over de resultaten van zijn klinische proeven mee-deelde, was buitengewoon indrukwekkend en zette ons ertoe aanonmiddellijk dr. Rudolf Schmidt, de beheerder die verantwoorde-lijk was voor de research, en professor Karl Junkmann, leider vanhet hoofdlaboratorium, hiervan op de hoogte te brengen’, schrijftDietrich. ‘Men nam het besluit de studies van dr. Peeters op alle vlak-ken te steunen en hem te vragen zijn werk intensief verder te zet-ten.’

Het Turnhoutse gezelschap is in de wol-ken wanneer het ’s avonds door de stratenvan Berlijn loopt. Op het officiële program-ma staat een bezoek aan de opera maar eenprogrammaboekje van de Berliner Schlitt-schuh-Club in het familiearchief doet ver-moeden dat Peeters, Van Roy en Oeyen hunechtgenotes op een wervelend avondjekunstschaatsen hebben getrakteerd.

Na nog een dagje vergaderen en een tweede vrije avond vliegen dokter Peetersen zijn gezelschap via Düsseldorf terug naarBrussel. Tijdens de tussenstop sturen ze eenkaartje naar hun kinderen: ‘Veel zien we niet– mist’, melden ‘mama en papa’.

AnovlarOp 8 april, minder dan een week later,

krijgt Peeters in Turnhout een brief waarinSchering hem toezegt tabletten van zijn pre-paraat te maken. Dat gaat de geschiedenisin als SH 639. Er worden genoeg tablettenvan geleverd om de tests op een veel grotereschaal voort te zetten. Vanaf dan krij gen tientallen Turnhoutse vrouwen als proef -konijn de pil toegediend.

Op 27 april krijgt Peeters een brief met eenpaar foto’s van zijn verblijf in Berlijn toegestuurd. De toplui van Sche-ring vonden de ontmoeting met de gynaecoloog uit het kleine Turn-hout blijkbaar memorabel genoeg om ze op de gevoelige plaat vastte leggen.

Bij Schering begint het snel te dagen dat Peeters hen de jackpotheeft bezorgd. Als zijn resultaten worden bevestigd, kan een pil wor-den geproduceerd die even doeltreffend is als die van Pincus maarmet veel minder bijwerkingen.

Al in 1956 schreef dokter Edris Rice-Wray, die de tests van Pincusin Puerto Rico superviseerde, dat Enovid ‘een bescherming van honderd procent biedt tegen zwangerschap, maar te veel bijwer-kingen heeft om aanvaardbaar te zijn’. Toch zette Pincus door. De

K N A C K E X T R A 5 M A A R T 2 0 1 0 9

BERLIJN, MAART 1960

Als farmabedrijf Schering hoort van Peeters’resultaten worden hij, zijn medewerkers en hunrespectieve echtgenotes naar Berlijn gevlogen.Amateurfilmer Peeters legt de hele reis vast.

PEETERS’ MEDEWERKERS

Gynaecoloog in opleiding H. Oeyen (boven) en dokter-bioloog Marcel Van Roy (onder) in september 1961.

Page 5: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

1 0 5 M A A R T 2 0 1 0 K N A C K E X T R A

G Y N A E C O L O O G F E R D I N A N D P E E T E R S

‘Het sluipend gif’Ongeveer een kwart van alle Belgische mannen die na de Twee-

de Wereldoorlog en voor 1994 onder de wapens werd geroepen,stond ooit oog in oog met dokter Nand Peeters. Hij was het die inkazerne Majoor Blairon in Turnhout de voorlichtingsfilm Het slui-pend gif vertoonde. Een oud-milicien herinnert zich op zijn blogop Seniorennet nog levendig dat ‘de syfilisgevallen die we in de filmte zien kregen echt niet van de poes waren’.

Nand Peeters was dan ook geen doetje. Hij zei waar het op stonden noemde tijdens zijn ontelbare voorlichtingsavonden en verloofden cursussen de dingen graag bij hun naam.

‘Vader was weinig thuis. Ofwel gaf hij les aan de verpleegsters-school in Turnhout, ofwel was hij ’s avonds op pad voor een con-sultatie of een spreekbeurt. Ondertussen deed hij zo’n 30.000 beval-lingen en dan vond hij nog tijd voor wetenschappelijk onderzoek’,zegt zoon Marc.

Peeters’ interesse voor geboorteregeling kwam voort uit zijn dagelijkse artsenpraktijk. In het begin van zijn carrière was hij deenige gynaecoloog in de Noorderkempen. Zijn actieradius strektezich uit tot in Poppel, Westmalle, Arendonk en Kasterlee.

De schrijnende taferelen die hij daar te zien kreeg, verschilden weinig van de ervaringen waarover zijn illustere voorganger dok-

rest van de wetenschappelijke wereld sloot zich wel aan bij het voorbehoud van Rice-Wray. Een pil die in vijftig procent van de geval-len misselijkheid, duizeligheid en hoofdpijn veroorzaakt, kan nooiteen duurzaam succes worden.

Het genie van Ferdinand Peeters en zijn team was dat zij erin slaag-den om een even werkzame anticonceptiepil samen te stellen metminder dan de helft aan progestagenen (4 milligram tegenover 10bij Pincus) en een derde aan oestrogenen. De wetenschap was er nogniet van overtuigd dat zo’n relatief lichte pil wel degelijk de eisprongkon onderdrukken en zo zwangerschappen kon tegengaan. In eenhalf jaar tijd bewees Peeters op enkele tientallen patiënten het tegendeel. Schering brengt na het bezoek van de Turnhoutse artsenaan Berlijn een hele batterij onderzoekers in stelling, in Duitsland,in het Verenigd Koninkrijk, in de Verenigde Staten, in Australië enin Japan.

Al in de herfst van 1960 wordt duidelijk dat SH 639 perfect werkt.Eleanor Mears, een van de Londense vorsers die aan het onderzoekmeewerken, concludeert dat het preparaat menstruatiecycli oplevert‘of almost clockwork precision’. De menstruatie volgt bijna altijd eendag na het innemen van de laatste pil. Volgens haar is dat een resul-taat dat met geen enkel ander middel wordt bereikt.

Maar dan krijgt Schering schrik van zijn eigen schaduw. Ter-wijl Pincus op 23 juli 1960 van de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) eindelijk de toestemming had gekregenom Enovid ook werkelijk als anticonceptiemiddel op de markt te brengen, is men in Duitsland bang voor kritiek. En zo mist Scheringde primeur. In Duitsland, dat het nazitrauma en de eugenetica-expe-rimenten nog niet heeft verwerkt, is anticonceptie niet vanzelf-sprekend.

In Australië heerst er een progressiever klimaat en de lokale verantwoordelijke van Schering, Alexander Hart, is een ferventevoorstander van de introductie van SH 639 down under. Hij verzintook de merknaam Anovlar (‘zonder eisprong’). Op 10 januari 1961beslist Schering om Anovlar in Australië op de markt te brengen.Op 1 februari van dat jaar wordt de eerste verpakking verkocht.

In Duitsland zal dat nog tot 1 juli 1961 duren. Daar is de studie vanprofessor Heinz Kirchhoff en dokter Jürgen Haller, die die van Peetersbevestigt, doorslaggevend.

In oktober ontmoeten Haller en Peeters elkaar op een congres vanhet Nordwestdeutsche Gesellschaft für Gynäkologie in Kiel. Pee-ters onthult er nieuwe resultaten met Anovlar, ditmaal op basis van1500 cycli. Weer zijn die een succes over de hele lijn. De enige sig-nificante nevenwerking is lichte hoofdpijn bij het doorbreken vande menstruatie. ‘Dit was een niet mis te ver stane gongslag’, glundertDietrich.

Vanaf dan is de opmars van Anovlar niet meer te stuiten. Zowatin de hele wereld wordt de pil op de markt gebracht. Het succes iszo overweldigend dat ook Gregory Pincus maatregelen treft. Hij verandert de dosis progestageen in Enovid van 9,85 milligram naar5 milligram, ietsje meer dan de 4 milligram van dokter Peeters. Injuli 1961 keurt de FDA Enovid 5 mg goed als anti conceptiemiddel.De pil van Nand Peeters heeft dan definitief de wereld veroverd.

PAUSELIJKE AUDIËNTIE, 1963

Dokter Peeters, in de massa achteraan, was diepgelovig. Zijn onderzoek naar de pil achtte hij niet in tegenspraak met de kerkelijke leer.

Page 6: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

K N A C K E X T R A 5 M A A R T 2 0 1 0 1 1

ter Renier Snieders in de negentiende eeuw schreef. Snieders wastoen de eerste dokter tout court in Turnhout.

Vrouwen die op latere leeftijd nog zwanger werden, tekendenin die tijd hun doodvonnis. Er was veel incest in de kleine boeren-dorpen rond Turnhout en het aantal gehandicapte – vooral mon-goloïde – kinderen was erg hoog. Illegale abortus, in erbarmelijkeomstandigheden uitgevoerd, was schering en inslag.

Zuster Aleydis, een van de vroedvrouwen die met Nand Peeterswerkte, herinnert zich nog dat de gynaecoloog zich ongelofelijkdruk kon maken over het egoïsme van de mannen die hun vrouwvoor de zoveelste keer hadden bezwangerd. ‘Wanneer een vrouwop leeftijd haar zoveelste kind ter wereld had gebracht en daar bij-na zelf het leven bij liet, snauwde hij de echtgenoot toe: “En gaatge ze nu weer zwanger maken? Dan kunt ge ze beter nu van kantmaken.”’

In zijn biografie van zuster Clara Dresselaers, de eerste officiëlevroedvrouw van Turnhout, schrijft Pol Van Eyck dat de enige doorde Kerk toegelaten techniek van geboortebeperking niet werkte:‘Periodieke onthouding, nog zoiets vreemds. Daar moet je voor kun-nen rekenen en onthouden. (...) Daarbij lukt het alleen wanneermoeder de vrouw regelmatig is met haar ‘dinges’. Is dat niet het geval,dan raak je de roos ‘voordat je geschoten hebt’.’

Zijn onderzoek naar geboorteregeling was voor Nand Peeters een zaak van leven en dood. ‘Hij wilde dat vrouwen zelf hun vruchtbaarheid konden regelen. Uit lijfs behoud. Zijn interesse ingeboorteregeling spruit voort uit zijn sociale bekommernis’, zegtgynaecoloog Harry Van der Pas. Die werkte vanaf 1964 een paar jaarsamen met Nand Peeters. Eerder was hij in Congo aan de slag, in hetzelfde district als schrijver Jef Geeraerts (voor de petite his toire,Geeraerts zou in 1969 het verhaal Anovlar publiceren).

Audiëntie Nand Peeters was een diepgelovig man, die goed ingeburgerd was

in het lokale katholieke verenigingsleven, de Kerk en het onderwijs.Zijn onderzoek naar de pil achtte hij niet in tegenspraak met de kerkelijke leer. Die ziet geen graten in periodieke onthouding, maarPeeters weet uit zijn praktijk dat die techniek niet werkt, omdat bijnageen enkele vrouw een regelmatige menstruatiecyclus heeft. Metzijn Anovlar kan die cyclus ‘zo regelmatig als een klok’ worden. Ineen artikel in het Sint-Lucasblad uit 1962 zoekt Peeters een midden-weg tussen een ‘hygiënische’ en de ‘moreel verantwoorde geboorte-spreiding’.

Vanuit medisch oogpunt is een pauze van twee tot tweeënhalf jaartussen twee zwangerschappen ideaal. Om dat ritme te kunnen respecteren, zouden ‘onze jonge gezinnen’ opgevoed moeten wor-

den tot ‘edelmoedige vruchtbaarheid’. ‘Een gezonde en zonnige spiritualiteit en vooral de steun van een geestelijk-lichamelijke huwe-lijks liefde, waarin de twee partners voortdurend, ook door hun kin-deren, elkaar aanvullen, zullen hier onmisbaar zijn’, schrijft Peetersin het katholieke jargon van die tijd.

Toch beseft de dokter dat dit ideaalbeeld praktisch onhaalbaaris. En niet alleen omdat vrouwen niet regelmatig menstrueren,waardoor de mannen zich niet doeltreffend periodiek kunnen onthouden. ‘Er zijn ook wel enkele factoren van sociale aard die actueel een normaal en geregeld huwelijksleven bijzonder moeilijkmaken, bijvoorbeeld het feit dat de man om de acht dagen van zijnwerk komt.’ Peeters kent zijn wereld en de bronst van pendel arbeidersdie op vrijdagavond van de trein stappen.

In het artikel prijst hij dan ook de pil aan, niet als anti conceptivum,maar wel als middel om de cyclus van de vrouw beter te regelenwaardoor ze wel opnieuw aan periodieke onthouding kan doen.‘Ik ben ervan overtuigd dat Nand Peeters wist dat er via deze cyclus-regulator geen zwangerschap meer mogelijk was’, zegt Van der Pas.‘Periodieke onthouding was dus in feite overbodig. Die dubbele bodemis typisch voor die tijd.’

De pil toestaan om de cyclus te regelen slaat aan in katholieke kringen. Het is de tijd van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-65)

Ex-medewerker Harry Van der Pas: ‘Nand Peeters wilde een einde maken aan de almacht van vader, echtgenoot en artsen. Vrouwen moesten zelf over hun zwangerschap kunnen beslissen.’

Page 7: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

1 2 5 M A A R T 2 0 1 0 K N A C K E X T R A

en er wordt vrijuit gediscussieerd over anticonceptie. Dokter Peeterswordt op 1 mei 1963 in audiëntie ontvangen bij paus Johannes XXIII.Het Vaticaan roept in september 1964 het eerste congres van Europesekatholieke dokters, op Malta, samen. Nand Peeters spreekt er overzijn onderzoek. Hij staat op de rand van een internationale doorbraak.In het familiearchief worden de uitnodigingen bewaard voor recep-ties die hij op Malta bijwoonde: van de gouverneur en de regering,van de aartsbisschop, de rector van de universiteit...

De progressieve stellingen van gynaecologen als Peeters lijken hetin die tijd te halen van de harde lijn zoals die in 1930 in de ency-cliek Casti Connubii (Over het christelijke huwelijk) was vastgelegd doorpaus Pius XI. De concilievaders schrijven in 1965 in Gaudium et Spesdat het bereiken van een ‘edelmoedige doch verantwoorde vrucht-baarheid’ een zaak is tussen de echtgenoten en God.

In eigen land krijgt dokter Peeters echter tegenwind. Zo mag hijvanaf 1963 geen assistenten meer opleiden voor de Katholieke Universiteit van Leuven. Hij moet noodgedwongen samenwer-ken met de Rijksuniversiteit van Gent, waar professor Michel Thieryeen hele lichting progressieve gynaecologen opleidt. Nochtans hadNand Peeters in 1963 zijn onderzoek naar Anovlar mogen toelich-ten op een congres van de International Fertility Association in Leuven.

De deur wordt helemaal dichtgeslagen wanneer paus Paulus VIin 1968 Humanae Vitae (Over het menselijke leven) publiceert. De restau-ratie is overduidelijk: ‘Verder is af te wijzen iedere handeling die, hetzij in het vooruitzicht van de huwelijksdaad of tijdens de voltrekking ervan of daarna bij de natuurlijke uitwerking ervan, hetverhinderen van voortplanting als doel of middel tot het doel beoogt.’Enkel periodieke onthouding blijft toegestaan. Geen pil, geen condoom, geen spiraaltje en geen morning-afterpil.

Nand Peeters werkte op dat moment al nauw samen met Karel Dergent, gedelegeerd bestuurder van Ortho Pharmaceutica. Die dochter van Johnson&Johnson kreeg in 1965 een Belgische vestigingin Beerse, naast zusterbedrijf Janssen Pharmaceutica. Dergent herinnert zich nog dat Nand Peeters geschokt was. ‘Nand kon datniet begrijpen. Een eerste wetenschappelijke adviescommissie hadde paus geadviseerd om de pil toe te laten. Maar dan werd een tweedecommissie samengesteld, die opnieuw de harde lijn bevestigde. Depaus heeft dat minderheidsstandpunt gevolgd. Dat was erger daneen tsunami.’

‘Onaanvaardbare technieken’Het is vandaag niet gemakkelijk om te achterhalen wat er precies

in het hoofd van Nand Peeters omging. Egodocumenten zoals dagboeken of intieme brieven heeft hij niet nagelaten. Zijn vrouw isoverleden en zijn kinderen hoorden pas in 1995 dat hij de stiefvadervan de pil was.

Feit is dat hij zich nadien niet meer zou bezighouden met anticonceptie. In 1968 perfectioneert hij de dosering van een medi-cijn dat verhindert dat vrouwen en baby’s met een incompatibelebloedgroep elkaar vergiftigen: Rhogam. Volgens Dergent is dat een prestatie die minstens even belangrijk is als de ontdekking van

Anovlar. ‘Rhogam heeft sindsdien miljoenen levens gered in de helewereld.’

Nand Peeters zou zich na 1968 volledig wijden aan zijn werk alsgynaecoloog en leraar. Turnhoutse moeders herinneren zich hemals de dokter die tijdens de bevalling zijn sigaar in zijn mond hield,een erfenis van de jaren vijftig, toen hij in vuile en stinkende arbeiders -woningen en boerderijtjes kinderen op de wereld moest zetten. Peetersis ook medestichter van het Centrum voor Levensproblematiek, eenchristelijk geïnspireerd initiatief dat mensen met relatieproblemenbegeleidde. Peeters’ internationale loopbaan als wetenschapper isdan zo goed als voorbij, ook al trekt hij af en toe nog naar een congresen blijft hij publiceren.

Ondertussen maakt zijn medewerker Harry Van der Pas furore bijOrtho. Samen met professor Thiery introduceert hij het spiraaltje inEuropa, een techniek die katholieken als een abortivum be -schouwden.

‘De ambivalente verhouding met dokter Van der Pas en het feit datdie collega het hot topic anticonceptie na 1968 overneemt, is een vande redenen waarom vader zijn loopbaan een andere wending gaf’,zegt Marc Peeters.

Harry Van der Pas oordeelt mild over zijn ex-collega: ‘Nand Peeterswas in zijn tijd erg progressief. Hij wilde een einde maken aan dealmacht van vader, echtgenoot en artsen. Vrouwen moesten zelf overhun zwangerschap kunnen beslissen. Toen die houding hem metzijn geloof in conflict bracht, stond hij voor een onoverkomelijk pro-bleem. Hij was het niet eens met de houding van de Kerk, maar konhet allicht evenmin aanzien dat zijn bijdrage aan Anovlar de basislegde voor de seksuele revolutie van de jaren zeventig.’

Toch getuigt Van der Pas anno 2010 dat Peeters met hem nooit overzijn onderzoek naar Anovlar heeft gesproken. Karel Dergent herinnertzich wel een opmerking van Peeters toen Ortho in 1967 met een eigenpil (Ortho-Novum) op de markt kwam. ‘Nand liet toen vallen dat hijzich lang had beziggehouden met onderzoek naar een licht gedoseerdepil. Maar uitweiden over zijn onderzoek deed hij niet.’

EpiloogNand Peeters heeft een cruciale bijdrage geleverd tot de

ontwikkeling van de pil. Zijn naam is vergeten geraakt en dat heefthij voor een stuk aan zijn eigen houding na 1968 te wijten. Toch heefthij zijn werk nooit verloochend. In een uitgave van Wie is wie? vermeldt hij in het lemma dat door hemzelf geschreven is maareen van zijn tientallen publicaties: een boek over Oestrogenen en gestagenen in de dagelijkse praktijk. Ter gelegenheid van zijn pensio-nering wordt – in samenspraak met hemzelf – een perstekst geschreven. Daarin wordt verwezen naar zijn pionierswerk voorSchering. Het artikel haalt enkel de lokale pers en niet de voorpaginavan The New York Times, zoals het overlijden van Gregory Pincus.

In 1985, zeventien jaar na Humanae Vitae en drie jaar voor zijn pensionering, ontvangt Nand Peeters van Johannes Paulus II de pauselijke zegen, uit erkentelijkheid voor zijn werk in de scholen.In 1998 sterft hij in een rusthuis, na tien jaar dagelijkse goede zorgenvan zijn vrouw Paula Langbeen.

G Y N A E C O L O O G F E R D I N A N D P E E T E R S

Page 8: De Pil - Ferdinand Peeters De vergeten stiefvader van de pil

K N A C K E X T R A 5 M A A R T 2 0 1 0 1 3

DE GROOTVADERLudwig Haberlandt (1885-1932), Oostenrijkse fysioloog.

Hij toont als eerste aan dat je vrouwen tijdelijk onvruchtbaar

kunt maken door ze een vrouwelijk hormoon toe te dienen. In

1919 plant hij de eierstokken van een zwanger konijn in bij een

ander konijn. Dat blijft maandenlang onvruchtbaar. In 1930

maakt hij Infecundin, een hormonaal preparaat, maar hij krijgt

geen geld om het op vrouwen te testen. Hij pleegt zelfmoord.

DE ‘NATUURLIJKE’ VADERCarl Djerassi (°1923), Oostenrijks-Amerikaanse chemicus.

In 1951 ontwikkelt Djerassi, samen met Luis E. Miramontes en George Rosenkranz, het syn-

thetische vrouwelijke hormoon norethindron (of norethisteron). Dat is niet het eerste middel

in zijn soort. Die eer komt Russell Marker toe, die in 1940 progesteron isoleert uit de Mexi-

caanse yams. Norethindron is wel het eerste synthetische hormoon dat zijn werkzaamheid

behoudt na transit door het maag-darmkanaal. Djerassi beseft niet dat je zijn uitvinding ook

kunt gebruiken als oraal anticonceptivum. ‘Stiefvaders’ brengen zijn ‘kind’ groot.

DE EUROPESE STIEFVADERFerdinand Peeters (1918-1998), Belgische gynaecoloog.

De in Mechelen geboren maar in Turnhout actieve gynaecoloog start met zijn medewerkers Marcel Van Roy en

H. Oeyen in 1959 klinische tests met SH 513, een preparaat met norethisteronacetaat, ontwikkeld door de Duitse

firma Schering. Hij trekt in maart 1960 naar Berlijn, waar hij aan de Schering vorsers zijn resultaten voorlegt. De pil

van Peeters (die ook het oestrogeen ethinyloestradiol bevat) is veel lichter dan die van Pincus, heeft geen noe-

menswaardige bijwerkingen maar is even doeltreffend. Na een reeks tests in verschillende landen brengt Schering

de pil van Peeters op 1 februari 1961 op de markt. Ze heet Anovlar. In juli 1961 past Pincus de dosering van Enovid

aan aan die van Anovlar. De pil die honderden miljoenen vrouwen nadien zullen slikken, is die van een Belg.

DE AMERIKAANSE STIEFVADERGregory Pincus (1903-1967),

Amerikaanse bioloog.

In 1952 begint Pincus met John Rock

onderzoek met progesteron. De bioloog

Min Chueh Chang had ontdekt dat Dje-

rassi’s preparaat als anticonceptivum

kon dienen. Pincus start in 1956 met

tests op vrouwen in Puerto Rico. Zijn

staal is vervuild met een ander hor-

moon, oestrogeen, zodat hij eigenlijk

aan een combinatiepil werkt. Hij krijgt

steun van dokter Edris Rice-Wray. Die

concludeert dat Enovid ‘honderd pro-

cent bescherming biedt tegen zwanger-

schap’ maar te veel bijwerkingen heeft.

Pincus en Rock gaan door met testen en

in 1957 mag Enovid in de VS verkocht

worden als middel tegen pijnlijke men-

struatie. Drie jaar later krijgt het ook de

indicatie ‘ovulatieremming’. Zo komt

op 23 juli 1960 ’s werelds eerste anti-

conceptiepil officieel op de markt.

DE SUIKERTANTESMargaret Sanger (1879-1966),

Amerikaanse feministe.en

Katharine McCormick (1875-1967), Amerikaanse suffragette en filantrope.

Haar ervaringen met arme vrouwen in de

Lower East Side van New York doordringen

Margaret Sanger van de noodzaak om een doel-

treffend voorbehoedsmiddel te vinden dat

vrouwen zelf kunnen gebruiken. In 1951

ontmoet ze Gregory Pincus tijdens een diner. Ze

peutert een kleine beurs voor hem los bij de

Planned Parenthood Federation of America. In

1953 krijgt ze steun van de schatrijke suffragette

Katharine McCormick. Zij zorgt voor de 2 miljoen

dollar die Pincus en Rock nodig hebben om

Enovid te ontwikkelen.

De stamboom van de pil

LUDWIGHABERLANDT

CARL DJERASSI

GREGORY PINCUS

FERDINANDPEETERS

KATHARINEMCCORMICK

MARGARET SANGER