De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende...

40
Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 185 A B S T R A C T A B S T R A C T De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de geaggregeerde aangiftedata en van de financiële gevolgen voor de overheid en de belastingplichtige ondernemingen (2002-2010) Stefan DE SAEGER Inspecteur bij een fiscaal bestuur Periodical vat returns in Belgium. An analysis of aggregated data and the resulting financial flows between the treasury and v at liable companies (2002-2010) I n this article we examine to what extent the monthly and quarterly v at returns collected by the Belgian tax administration make up a reliable aggregated data source and how they compare to v at current account data and revenue statistics. The observed period runs from the first quarter of 2002 until the first quarter of 2010. We detect several “improbabilities,” especially with respect to reported costs and turnover. This is due to the incomplete statistical verification by the tax admin- istration of the “raw” data provided by the vat liable companies. Despite the weaknesses, however, the vat returns remain a valuable data source. They permit the analysis of the composition and evolution of aggregated turnover and purchases, as well as v at due and deductible v at. It is striking that, while highly influenced by the business cycle, the international component of all four aggregates keeps growing. Albeit that the smaller companies lag somewhat: their v at returns retain a local slant. Their cost structure also deviates from that of larger enterprises. In principle, the periodical v at returns provoke reciprocal claims between the treas- ury and the tax liable intermediates. Eventually, these claims result in payments to the treasury or refunds to companies. Aſter sketching the interactions between claims, payments and refunds, we confront them with the macro-economic v at revenue data. Over 90% of vat refunds and payments appear to flow through the (automated) v at current account, the remainder receiving a more specific (manual) treatment. The relative importance of vat refunds gradually increased since the im- plementation of the v at system. Initially this was also the case during the reviewed period. During the financial and economic crisis of 2008-2009, however, the decline of the va t refunds was steeper than of gross receipts. Finally, we find that the im- pact of ex ante refund controls is limited, at least measured by its directly involved amounts. Keywords: Value Added Tax, periodical v at returns, tax revenues, vat refund, tax administration procedures, v at compliance, v at enforcement, Belgium JEL Classifiication Code: H25, H83

Transcript of De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende...

Page 1: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

185

A B S T R A C TA B S T R A C T

De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ­geaggregeerde­aangiftedata­en­van­de­financiële­gevolgen­voor­ de­ ­overheid­ en­ de­ belastingplichtige­ ondernemingen­(2002-2010)

Stefan DE SAEGER Inspecteur bij een fiscaal bestuur

Periodical vat returns in Belgium. An analysis of aggregated data and the resulting financial flows between the treasury and vat liable companies (2002-2010)

In this article we examine to what extent the monthly and quarterly vat returns collected by the Belgian tax administration make up a reliable aggregated data

source and how they compare to vat current account data and revenue statistics. The observed period runs from the first quarter of 2002 until the first quarter of 2010. We detect several “improbabilities,” especially with respect to reported costs and turnover. This is due to the incomplete statistical verification by the tax admin-istration of the “raw” data provided by the vat liable companies.

Despite the weaknesses, however, the vat returns remain a valuable data source. They permit the analysis of the composition and evolution of aggregated turnover and purchases, as well as vat due and deductible vat. It is striking that, while highly influenced by the business cycle, the international component of all four aggregates keeps growing. Albeit that the smaller companies lag somewhat: their vat returns retain a local slant. Their cost structure also deviates from that of larger enterprises.

In principle, the periodical vat returns provoke reciprocal claims between the treas-ury and the tax liable intermediates. Eventually, these claims result in payments to the treasury or refunds to companies. After sketching the interactions between claims, payments and refunds, we confront them with the macro-economic vat revenue data. Over 90% of vat refunds and payments appear to flow through the (automated) vat current account, the remainder receiving a more specific (manual) treatment. The relative importance of vat refunds gradually increased since the im-plementation of the vat system. Initially this was also the case during the reviewed period. During the financial and economic crisis of 2008-2009, however, the decline of the vat refunds was steeper than of gross receipts. Finally, we find that the im-pact of ex ante refund controls is limited, at least measured by its directly involved amounts.

Keywords: Value Added Tax, periodical vat returns, tax revenues, vat refund, tax administration procedures, vat compliance, vat enforcement, Belgium

JEL Classifiication Code: H25, H83

Page 2: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

186

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

Page 3: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

187

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

Inhoudsopgave

1 Inleiding 189

2 Gebruiksaanwijzing bij de cijfers: btw-belastingplichtigen en de periodieke btw-aangifte 190

2.1 Btw-belastingplichtigen 190

2.2 De periodieke btw-aangifte 190

2.3 Inhoud van de btw-aangifte 191

2.3.1 Omzet 191

2.3.2 Kosten 192

2.3.3 Verschuldigde belasting 193

2.3.4 Aftrekbare belasting 193

2.3.5 Saldo 194

2.3.6 Voorschot 194

3 Statistiek periodieke btw-aangifte doorgelicht 195

3.1 De globale cijfers (omzet, kosten en btw-bedragen) 195

3.2 Kwartaalaangevers in de globale cijfers 197

3.3 Omzet volgens de periodieke btw-aangifte 197

3.5 Verschuldigde btw volgens de btw-aangiften 202

3.6 De aftrekbare btw volgens de btw-aangiften 204

3.7 Het saldo 205

3.8 Het voorschot 207

4 De financiële gevolgen van de aangifte 208

4.1 De hindernissen tussen aangiftestatistieken en statistiek fiscale ont-vangsten 208

Page 4: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

188

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

4.2 De sprong van aangifte naar rekening-courant 210

4.3 Van rekening-courant naar totale fiscale ontvangsten 212

5 De teruggaaf: de sprong van belastingkrediet naar belastingplichtige 214

5.1 Een stijgende, maar wispelturige teruggavenratio 214

5.2 De verschillende soorten teruggaaf volgens de rekening-courant 215

5.3 Niet-teruggestorte belastingkredieten op de rekening-courant 216

5.4 Teruggavencontrole: bijkomende hindernis voor belastingkredieten 217

6 Besluit 219

7 Bibliografie 221

8 Bijlage: aangifteformulier periodieke btw-aangifte (versie 2010) 223

Page 5: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

189

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

1 Inleiding (1)

De btw-aangiftestatistieken vormen een bron aan cijfergegevens die weliswaar vrij veel gebruikt wordt, maar ze zijn slechts zelden het onderwerp van een uitgebreide studie geweest. In het administratief jargon worden ze de T0186-rapporten genoemd. De gegevens worden gepuurd uit wat de btw-belastingplichtigen in hun maandelijkse of driemaandelijkse aangifte aan omzet, kosten, verschuldigde en aftrekbare btw aangeven. De s tatistieken geven een tweetal maand na de aangifteperiode al vrij stabiele cijfers (2). De gegevens die in deze rapporten terug te vinden zijn, zijn evenwel geaggregeerde cijfers. De aggregatie vindt plaats op het niveau van de bedrijfssector en voor het totaal van de aangiften in België. Deze rapporten bevatten dus niet de individuele gegevens van de belastingplichtigen, die gegevens zijn enkel toegankelijk voor btw-ambtenaren via het zogenaamde archief van de aangiften (het T0180-bestand waarop de T0186-rapporten gebaseerd zijn). De btw-aangiftestatistieken worden onder meer gebruikt door adsei (om een conjunctuurindex aan te maken) en door de Nationale Bank van België (o.a. bij de opmaak van bbp-cijfers).

De studie had als opzet om de omzet, kosten, de btw-bedragen en hun verschillende onderverdelingen in de aangiftestatistiek te analyseren voor de periode 2002-2010 (eerste kwartaal). Het was ook de bedoeling om na te gaan in welke mate deze cijfergegevens ook voor verder onderzoek bruikbaar zijn. Een van de toetstenen daarbij was om na te gaan in hoeverre ze in de lijn liggen van ander cijfermateriaal zoals bbp-cijfers en de cijfers van de fiscale ontvangsten. Enkel de globale cijfers werden tegen het licht gehouden, de sectorgegevens werden niet in de studie opgenomen.

1 Dit artikel is een samenvatting van een ruimere studie die als eindverhandeling werd in-gediend met het oog op een benoeming tot inspecteur bij een fiscaal bestuur van de Fede-rale Overheidsdienst Financiën met als titel “Analyse van de statistiek periodieke btw-aangifte. De periodieke btw-aangifte en haar financiële gevolgen”. Link: http://www.docufin.fgov.be/ intersalgnl/thema/publicaties/documenta/2011/BdocB_2011_Q3n_DeSaeger_studie.pdf

2 De aangifteperiode is de periode waarop de rapportering betrekking heeft. De aangifte wordt in regel een maand na de aangifteperiode ingediend (cfr. infra).

Page 6: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

190

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

2 Gebruiksaanwijzing bij de cijfers: btw-belastingplichtigen

en de periodieke btw-aangifte

Vooraleer van wal te steken met de eigenlijke doorlichting van de cijfers, moet zeker voor niet-btw-specialisten een aantal begrippen worden toegelicht (3).

2.1 Btw-belastingplichtigen

Net zoals voor de directe belastingen moet een belastingplichtige voor de btw aangiften indienen. Belangrijkste verschillen ten opzichte van de directe belastingen zijn te vinden in wie er belastingplichtige is en in de frequentie van de aangiften. Waar voor de personen- en vennootschapsbelasting normaal gezien slechts één aangifte per aanslagjaar wordt opgesteld, moet een belastingplichtige, afhankelijk van zijn omzet, maandelijks of driemaandelijks een aangifte indienen. De belastingplichtigen voor de btw zijn volgens arti-kel 4 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (wbtw) “ eenieder die in de uitoefening van een economische activiteit geregeld en zelfstandig, met of zonder winstoogmerk, hoofdzakelijk of aanvullend, leveringen van goederen of diensten verricht die in dit Wetboek zijn omschreven”. Deze omschrijving is vrij ruim te noemen, maar ze sluit toch al een heleboel natuurlijke en rechtspersonen uit, in de eerste plaats de consumenten die diensten en goederen gebruiken voor hun privégebruik. Daarenboven zijn er een heel aantal belastingplichtigen die weliswaar belastingplichtige genoemd worden, maar die in de feiten vrijgesteld zijn van meerdere btw-verplichtingen waaronder de periodieke btw-aangifte. Hoe dan ook is de belangrijkste vaststelling dat in tegenstelling tot de directe belasting bij de btw niet de belastingplichtige die de btw-last moet dragen, maar de niet-belastingplichtige eindverbruiker. De btw-belastingplichtige heeft vooral de plicht om als een soort belastingontvanger de aan hem betaalde btw-bedragen door te storten aan de schatkist. Ook al betaalt en ontvangt de belastingplichtige btw-bedragen, hij is in wezen de tussenpersoon tussen de uiteindelijke “belastingbetaler” (consument) en de finale “belastingontvanger” (de staat).

2.2 De periodieke btw-aangifte

De periodieke btw-aangifte is één van de vele btw-aangiften, maar wel veruit de belangrijkste. Ze dient door de belastingplichtige maandelijks of driemaandelijks ingevuld en doorgestuurd te worden naar de administratie. Of een onderneming maandelijks of driemaandelijkse aangiften moet indienen, hangt van haar omzet af. Een beetje kort door de bocht, kan men stellen dat vooral kleinere ondernemingen onder de regeling van de driemaandelijkse aangiften

3 In De Saeger S., Analyse van de statistiek …, blz. 9-38 is een meer gedetailleerde uiteenzet-ting omtrent begrippen als belastingplichtige en aangifte te vinden.

Page 7: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

191

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

(“kwartaalaangiften”) vallen en dat grote ondernemingen maandelijks aangifte doen. Het feit dat de kwartaalaangevers niet elke maand een aangifte indienen, ontslaat hen echter niet van de verplichting om elke maand te betalen (welis-waar volgens een trimestriële cyclus met twee voorschotten en de betaling van een saldo). De aangifte moet ingediend worden tegen uiterlijk de twintigste van de maand die volgt op de aangifteperiode.

2.3 Inhoud van de btw-aangifte (4)

De btw-aangifte heeft een heel eigen indeling. Ze beantwoordt in de eerste plaats aan de logica van de btw-wetgeving. Eerst moet de belastbare basis (“ maatstaf van heffing”) voor de verschuldigde en aftrekbare btw in kaart gebracht worden. Dit gebeurt onder de titels “uitgaande handelingen” (met de omzet) en “ inkomende handelingen” (met de kosten). Daarna worden de “ verschuldigde belasting”, de “aftrekbare belasting”, het “saldo” van de verschuldigde en aftrekbare belasting en het “voorschot” behandeld.

Het grote aantal roosters is vooral het gevolg van het feit dat een heel aantal handelingen de hoofdregel niet volgt. Die “hoofdregel” komt er eigenlijk op neer dat de leverancier van een dienst of goed btw berekent op deze dienst of goed (en dus op zijn omzet), die btw aanrekent aan zijn afnemer en vervolgens doorstort aan de staat. Btw die hij zelf als afnemer heeft moeten betalen aan zijn leverancier op geleverde goederen of diensten, kan hij in aftrek brengen van die te storten som. Nu zijn er een heel aantal handelingen waarbij niet de leverancier, maar de afnemer instaat voor het doorstorten van de verschuldigde btw (en normaal gezien ook meteen de btw in aftrek mag nemen). Het gaat dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij de interne staatsgrenzen binnen de eu worden overschreden) en in- en uitvoer (waarbij de grenzen van de eu worden overschreden). De relatieve complexiteit van de btw-wetgeving weerspiegelt zich dus ook in de btw-aangifte.

2.3.1 Omzet

Bij de omzet wordt niet naar de boekhoudkundige of economische finaliteit van de omzet gepeild, maar naar de toe te passen btw-regeling. De opsplit-sing steunt vooral op de vraag of de handelingen in België effectief belast wor-den, volgens welk tarief dat dan wel gebeurt en indien delen van de omzet niet in België belast worden, op welke vrijstellingsregel dit gebaseerd is. De effectief in België belaste omzet wordt aan 6 %, 12 % of 21 % getaxeerd en komt

4 Zie De Saeger S., o.c., blz.38-74. In bijlage is ook de papieren versie van een periodieke btw-aangifte opgenomen (formulier nr. 625-N-2010).

Page 8: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

192

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

respectievelijk in de roosters [01], [02] en [03] van de aangifte. Omzet kan in België om verschillende redenen vrijgesteld worden:

▸ omdat er sprake is van een intracommunautaire dienst (rooster [44] van de aangifte),

▸ omdat er sprake is van een intracommunautaire levering (rooster [46] van de aangifte),

▸ omdat er sprake is van uitvoer (rooster [47])

▸ omdat het betalen van de btw via een specifieke regeling verlegd wordt naar een Belgische belastingplichtige afnemer. Dit is voornamelijk het geval voor werken in onroerende staat (die een groot deel van de activiteiten in de bouwsector omvatten). Deze handelingen komen in rooster [45].

Daarnaast kan omzet ook onbelast blijven in België omdat de omzet in het buitenland plaatsvond (rooster [47]) of omdat er een bijzondere regeling op de handelingen van toepassing is (o.a. handelingen onderworpen aan het zgn. nultarief, interne omzet bij btw-eenheden; deze handelingen komen in rooster [00]).

De verbeteringen op de omzet, voornamelijk via uitgereikte creditnota’s, ko-men in de roosters [48] en [49] terecht. Verbeteringen voor de intracommunau-taire handelingen komen in het rooster [48] en verbeteringen inzake de andere omzetroosters komen in rooster [49].

2.3.2 Kosten

Bij de kosten wordt eerst een opsplitsing gemaakt die vergelijkbaar is met deze in de boekhouding: de aankopen van handelsgoederen, grond- en hulpstoffen komen in rooster [81], de aankoop van diensten en diverse goederen komt in rooster [82] en investeringen komen in rooster [83]. Alle aankopen van een bedrijf komen in deze roosters terecht, ongeacht de vraag of ze gedaan werden bij een Belgische leverancier, bij een leverancier van binnen of buiten de eu enz. Bovendien worden de ontvangen verbeterende stukken (vooral inkomende creditnota’s) in deze roosters reeds in mindering gebracht. Deze verbeterende stukken worden dan nog eens hernomen en naar analogie met de omzet opgesplitst in creditnota’s in verband met intracommunautaire handelingen (in rooster [84]) en de andere handelingen (in rooster [85]). Een aantal handelingen die in feite reeds werden opgenomen in de roosters [81] tot en met [83] worden nog eens hernomen in de roosters [86] tot en met [88]. Niet toevallig moeten in die roosters een heel aantal handelingen opgenomen worden waarvoor de afnemer moet instaan voor de betaling van het btw-bedrag: rooster [86] bevat

Page 9: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

193

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

de intracommunautaire verwervingen (aankopen) van goederen, rooster [88] is er voor de intracommunautaire verwervingen van diensten en rooster [87] bevat o.a. de invoer en werken in onroerende staat.

2.3.3 Verschuldigde belasting

De verschuldigde btw wordt in grote lijnen opgesplitst volgens de roosters waarin de belastbare basis werd opgenomen. Zo komen de btw-bedragen die voortspruiten uit een notering in de roosters [01] tot en met [03] in rooster [54] van de aangifte. De btw op handelingen in de roosters [86] en [88] komt dan weer in het rooster [55]. De btw op handelingen in het rooster [87] komt in het rooster [56], tenzij het gaat om invoer waarbij de afnemer de toelating heeft om de verschuldigde btw via zijn aangifte in plaats van via de douane te betalen. In dat geval wordt de btw in het rooster [57] genoteerd (aan de douane betaalde btw komt niet in de aangifte).

Btw-bedragen van creditnota’s die de belastbare basis van een ontvangen leve-ring verminderen (en waarvoor btw in aftrek is genomen), komen in rooster [63]. In rooster [61] komt btw die het gevolg is van de vaststelling van ontoereikende heffingen door de aangever (voornamelijk btw die te weinig is aangerekend aan afnemers), van herziening van de aftrek en van rechtzettingen ingevolge admi-nistratieve beslissingen door de administratie.

In rooster [XX] wordt het totaalbedrag aan verschuldigde btw vermeld.

2.3.4 Aftrekbare belasting

Dit onderdeel van de aangifte bevat slechts drie roosters. In het rooster [59] komt de “normale” aftrekbare btw zoals die op ontvangen facturen vermeld staat of zoals die als verschuldigde btw werd opgenomen in de gevallen dat de afnemer voor de vereffening van het btw-bedrag moet instaan. Het rooster [62] is de tegenhanger van het rooster [61] en bevat dus ongeveer dezelfde inhoud met dien verstande dat de bedragen in [62] in het voordeel van de belastingplichtige spreken. In het rooster [64] komen dan net als in het rooster [63] btw-bedragen vermeld op creditnota’s, maar dan wel op door de aangever uitgereikte creditnota’s.

In rooster [YY] wordt het totaalbedrag aan aftrekbare btw opgenomen.

Page 10: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

194

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

2.3.5 Saldo

De belastingplichtige moet voor zichzelf de berekening maken of de verschuldigde btw al dan niet de aftrekbare btw overtreft. Doet ze dat, dan moet hij het bedrag dat verschuldigd is ([XX]-[YY]) opnemen in het rooster [71]. Indien hij meer aftrekbare btw dan verschuldigde btw in rekening brengt, plaatst de belastingplichtige het bedrag ([YY]-[XX]) in het rooster [72]. Het is duidelijk dat de belastingplichtige per aangifte slechts één van beide roosters kan invullen.

2.3.6 Voorschot

Onder de titel voorschot gaat slechts één rooster schuil, namelijk het rooster [91]. Het gaat hier niet om het gebruikelijk voorschot dat door kwartaalaangevers moet gestort worden, maar om het voorschot dat door maandaangevers in december moet gestort worden op basis van hun omzet van 1 tot 20 december. Voor deze maandaangevers bestaat echter ook de mogelijkheid om het decembervoorschot te bepalen op basis van hun omzet in de maand november. Indien ze voor die laatste oplossing opteren mogen ze in het rooster [91] niets invullen. Indien er geen voorschot moet betaald worden, blijft het rooster natuurlijk ook leeg.

Page 11: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

195

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

3 Statistiek periodieke btw-aangifte doorgelicht(5)

3.1 De globale cijfers (omzet, kosten en btw-bedragen)

Als we grafiek 1 bekijken valt meteen op dat twee reeksen ver boven de andere uitsteken, namelijk de reeksen die staan voor de omzet en de kosten. Dit heeft naar alle waarschijnlijkheid te maken met het feit dat in de geaggregeerde aangiftestatistieken onvermijdelijk sprake is van “dubbeltellingen” inzake omzet en kosten. Een omzet die door bedrijf A in haar aangifte wordt opgenomen, zal door bedrijf B in kosten worden opgenomen. Maar bedrijf B zal via de door haar aan zijn afnemer, bedrijf C, aangerekende verkoopprijs die omzet ook nog eens opnemen in de aangifte bij de eigen omzet (die dan wel verhoogd wordt met de zelf gecreëerde toegevoegde waarde). Dit zal zo verder gebeuren in de verdere stappen in de productie- en handelsketen. In de statistieken wordt dus ook het intermediair verbruik opgenomen. De opname van kosten en omzet in de aangifte door de verschillende actoren in die keten gebeurt ook niet altijd noodzakelijk binnen één en dezelfde aangifteperiode.

Een andere vaststelling die men kan maken met betrekking tot de omzet- en kostencijfers, is dat ze een enorme groei gekend hebben als het eerste kwar-taal van 2002 met het eerste van 2010 vergeleken wordt. Tussen die twee pun-ten in is wel heel wat volatiliteit met nogal sterke seizoensschommelingen. Er is onder andere duidelijk dat het laatste kwartaal van een jaar in normale

5 Zie De Saeger S., o.c., blz. 112-184.

-50.000

0

50.000

100.000

150.000

200.000

250.000

300.000

2002

Q1

2003

Q1

2004

Q1

2005

Q1

2006

Q1

2007

Q1

2008

Q1

2009

Q1

2010

Q1

in m

iljoe

nen

euro

kwartalen

omzet kosten verschuldigde btw aftrekbare btwsaldo BrTW BrTW corr bbp

Grafiek 1: Omzet, kosten , verschuldigde btw, aftrekbare btw, nominaal bbp en bruto toegevoegde waarde per kwartaal (2002-2010Q1)

Page 12: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

196

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

omstandigheden hoger uitkomt dan de andere kwartalen en vooral sterker doorweegt dan het eerste kwartaal. De invloed van de financieel-economische crisis van eind 2008-midden 2009 deed de omzet- en kostencijfers echter dalen. De kosten deden dit echter minder snel dan de omzet: in de grafiek is te zien dat in een tweetal kwartalen de kosten de omzet overtroffen. We hebben dit verschil tussen omzet en kosten in de grafiek uitgedrukt in een ruwe indicator voor de bruto toegevoegde waarde (brtw). Ook als we deze bruto toegevoegde waarde corrigeren door de investeringen buiten beschouwing te laten (brtw corr), behouden we één kwartaal met een negatieve bruto toegevoegde waarde.

Naast het reeds vermelde voorbehoud omtrent het feit dat omzet en kosten door de verschillende bedrijven in de productie- en handelsketen in verschillende aangifteperiodes kunnen geboekt zijn, is voor deze hoogst onwaarschijnlijke toestand van een negatieve bruto toegevoegde waarde een belangrijke mogelijke verklaringsgrond te vinden in de aanwezigheid van “ onwaarschijnlijkheden” in de aangiften van één of meerdere belastingplichtigen. Dit zijn dan onwaarschijnlijkheden die door de automatische controles van de administratie zijn geglipt. Deze onbewerkte cijfers - die voor deze studie gebruikt werden en door de btw-administratie ter beschikking worden gesteld – worden door de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie van de Federale Overheidsdienst Economie (adsei) uitgezuiverd, maar dit lost het probleem van de negatieve bruto toegevoegde waarde nog niet op. De reden hiervoor is dat adsei voorlopig enkel de omzet en de investeringen probeert uit te zuiveren en niet de grootste kostenroosters ([81] en [82]). Door dit onevenwicht inzake het uitzuiveren van de cijfers komt men met de cijfers van adsei tot een bijkomend kwartaal met een negatieve toegevoegde waarde. Het is dan ook niet toevallig dat de omzet gemiddeld iets lager en de kosten gemiddeld iets hoger liggen in de adsei-cijfers dan in de oorspronkelijke cijfers van de btw-administratie.

De evolutie van omzet en de kosten worden in grafiek 1 ook vergeleken met de evolutie van het bbp (tegen lopende prijzen). Een constante in deze vergelijking is dat kosten en omzet wel in grote lijnen stijgingen en dalingen van het bbp volgen, maar ook dat ze beide bij een daling van het bbp veel sterker dalen en bij een stijging veel sterker stijgen dan het bbp.

Het volatiele verloop van omzet en kosten steekt schril af ten opzichte van de vrij gelijkmatige evolutie van de btw-bedragen. De verschuldigde btw komt ook steeds boven de aftrekbare btw uit. Ook hier zijn er in grafiek een aantal ongewone hoogtes, maar die vallen voor verschuldigde en aftrekbare btw ongeveer samen zodat de netto-btw (het verschil tussen beide) wel een vrij constant verloop heeft. Deze netto-btw steeg in de periode 2002-2009 gemiddeld wel sterker dan het bbp, maar dit was geen altijd geldende wetmatigheid. Opmerkelijk is wel dat de aftrekbare btw in de crisisperiode sneller daalde dan de verschuldigde btw, terwijl voordien de aftrekbare btw sneller steeg dan de verschuldigde.

Page 13: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

197

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

3.2 Kwartaalaangevers in de globale cijfers

Alhoewel het aantal kwartaalaangevers doorheen de jaren sterker toeneemt dan het aantal maandaangevers (6), neemt hun aandeel in het totaal van omzet, kosten en btw-bedragen niet toe. Inzake kosten, omzet, verschuldigde en aftrekbare btw bevindt hun aandeel zich tussen de 6 à 9 %. Enkel inzake netto-btw wegen de kwartaalaangevers iets zwaarder door: daar zijn ze goed voor 13 à 14 % van het totaal.

3.3 Omzet volgens de periodieke btw-aangifte

De globale evolutie van de totale omzet werd al kort geschetst, maar het is ook interessant om de opsplitsing van de bedragen naar de verschillende roosters onder de loep te nemen.

Als we grafiek 3 bekijken, merken we dat het verloop van de omzet in grote lijnen overeenstemt met die van de (netto-)omzet in grafiek 1. Bij grafiek 3 werden de creditnota’s echter niet meteen in mindering van de omzet gebracht, maar wel in min onder de X-as geplaatst, zodat zowel de bruto-omzet als een correctie erop zichtbaar is. Hierdoor merken we in grafiek 3 in een aantal kwartalen een aantal afwijkende pieken inzake de bruto-omzet op, maar zien we ook meteen dat die gecorrigeerd werden door uitschieters inzake de creditnota’s zodat de impact

6 Zie De Saeger S., o.c., blz. 32-33.

0%

2%

4%

6%

8%

10%

12%

14%

16%

18%

2002

Q1

2003

Q1

2004

Q1

2005

Q1

2006

Q1

2007

Q1

2008

Q1

2009

Q1

2010

Q1

omzet kosten verschuldigde btw aftrekbare btw saldo

Grafiek 2: Aandeel van de kwartaalaangevers in het totaal van de aangiften (2002-2010Q1, per kwar-taal)

Page 14: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

198

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

op de netto-omzet geneutraliseerd werd. Die omzetverhoging in bepaalde roos-ters en de correctie ervan bij de creditnota’s is ook af te lezen in tabel 1 die de verhouding van de verschillende roosters ten opzichte van de totale omzet weergeven. Zo hebben roosters [01], [03] en [49] in 2005 een opvallend groter aandeel in de omzet.

Een van belangrijkste vaststellingen is dat rooster [03] met de handelingen onderworpen aan het normale tarief aan belang inboette, maar zijn positie toch lichtjes “herstelde” in de crisisjaren 2008-2009. Het waren vooral de handelingen die buitenlandse (bruto-) omzet bevatten (de roosters [44], [46] en [47]) die aandeel wonnen, maar eveneens sterker onder druk kwamen in die

Grafiek 3: De omzet volgens de btw-aangiften: totaalbedrag en bedragen in de verschillende roosters (2002-2010, per kwartaal)

in % t.o.v. totaal [00] [01] [02] [03] [44] [45] [46] [47] [48] [49]

2002 3,0% 11,0% 0,3% 48,9% - 4,2% 22,7% 28,6% -2,1% -16,6%

2003 2,8% 12,7% 0,2% 39,5% - 4,7% 22,3% 30,6% -1,9% -10,9%

2004 3,2% 10,4% 0,2% 41,1% - 5,0% 25,1% 32,1% -4,4% -12,8%

2005 2,8% 15,7% 0,2% 52,4% - 5,6% 23,8% 32,7% -2,8% -30,4%

2006 2,9% 9,7% 0,2% 38,6% - 5,0% 21,8% 34,7% -1,5% -11,4%

2007 2,6% 9,8% 0,1% 35,5% - 5,3% 23,2% 34,3% -2,5% -8,5%

2008 3,0% 14,3% 0,2% 36,6% - 5,8% 22,9% 33,1% -2,5% -13,4%

2009 3,8% 11,5% 0,2% 36,5% - 6,1% 20,0% 31,4% -1,5% -7,9%

20020-2009 3,0% 11,9% 0,2% 40,7% - 5,3% 22,7% 32,4% -2,4% -13,8%

2010Q1 4,3% 10,5% 0,5% 34,4% 3,1% 5,5% 20,6% 29,6% -1,5% -7,0%

Tabel 1: Het aandeel van de verschillende roosters van de btw-aangifte in de totale omzet (2002-2010)

Page 15: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

199

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

crisisjaren. De bedragen die in deze roosters genoteerd werden, stegen sneller dan de totale omzet tijdens de economische hoogconjunctuur, maar daalden ook drastischer tijdens de crisis. In tegenstelling tot wat misschien verwacht kon worden, steeg vooral het aandeel van rooster [47] (andere vrijgestelde handelingen en handelingen verricht in het buitenland) en slechts in mindere mate dat van rooster [46] (vrijgestelde intracommunautaire leveringen verricht in België en abc-verkopen) met de intracommunautaire leveringen. In het eerste kwartaal van 2010 daalde het belang van rooster [47] nog, maar toen was dat mede te verklaren doordat het nieuwe rooster [44] (diensten waarvoor de buitenlandse btw verschuldigd is door de medecontractant) een deel van de handelingen overnam die voordien in het rooster [47] genoteerd werden.

Bij de binnenlandse bruto-omzet vallen, naast het grillig verloop van de bedragen in het rooster [01] (met het 6 %-tarief), vooral het groeiende aandeel van rooster [45] (handelingen waarvoor btw verschuldigd is door de medecontractant) en, in iets beperktere mate, de groei van het rooster [00] (handelingen onderworpen aan een bijzondere regeling) op. Aan die opgang van het rooster [45] is het belang van de bouwsector in de Belgische economie vermoedelijk niet vreemd. De constante groei van het rooster [00] is dan weer bijna zeker het gevolg van de toename van het aantal handelingen die in dit rooster genoteerd moeten worden (o.a. interne omzet van btw-eenheden). Toch blijft het belang van het rooster [00] relatief beperkt. Het rooster [02] met het 12 %-tarief heeft een nog geringer belang en het belang daalde nog verder … tot het eerste kwartaal van 2010, toen het in absolute cijfers enorm toenam (cfr. btw-verlaging naar 12 % in de horeca), maar procentueel gezien toch nog steeds verwaarloosbaar bleef.

Het rooster [01] heeft zoals gezegd een vrij grillig verloop, maar de tendens was dat het belang toenam. Toch kan men ondanks alle tijdelijke of semi-permanente tariefverlagingen naar 6 % niet over een landverschuiving spreken in het voordeel van dit rooster [01]. Om hier verdergaande besluiten uit te kunnen trekken, zouden de aangiften op sectorniveau moeten bestudeerd worden en zouden de gegevens in verband moeten gebracht worden met een gedetailleerde huishoudbudgetenquête.

Wat wel heel duidelijk is, is dat het aandeel van de omzet waarvoor de aangever zelf btw moet doorstorten, daalde ten voordele van de omzet waarvoor hij vrijgesteld wordt of waarvoor hij van een bijzondere regeling geniet.

De omzetcijfers (zie tabel 2) van de kwartaalaangevers wijken enigszins af van het door de maandaangevers gedomineerde totaalbeeld. Het beeld bij de kwartaalaangevers is veel “conservatiever”: het rooster [03] blijft een overheersend aandeel behouden (meer dan 50 %) en stijgt zelfs, maar ook de andere roosters met “binnenlandse” omzet hebben een hoger aandeel in het geheel. Enkel het rooster [02] volgt hier een eigenzinnige evolutie: zijn aandeel ligt nog lager (0,12 % in de periode 2002-2009) dan bij de totaalcijfers, maar stijgt in het eerste kwartaal van 2010 naar een aandeel van 1,98 % in de totaalomzet

Page 16: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

200

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

van de kwartaalaangevers. Dit bevestigt dat het merendeel van de horecazaken bij de kwartaalaangevers te situeren is. Bij de kwartaalaangevers zijn de creditnota’s duidelijk van geringer belang dan bij de totaalcijfers.

3.4 De kosten volgens de btw-aangiften

In grafiek 4 werden enkel de roosters [81], [82] en [83] opgenomen om de evolutie van kosten in kaart te brengen. Dit is logisch omdat de creditnota’s normaal gezien reeds in mindering zijn gebracht en omdat de andere roosters van de inkomende handelingen in hoge mate heropnames zijn van wat reeds in die roosters [81] tot en met [83] vermeld werd. De roosters [84] tot en met [88] worden wel opgenomen in tabel 2 om hun verhouding ten opzichte van de totale kosten (som van de roosters [81] tot en met [83]) weer te geven.

[00] [01] [02] [03] [44] [45] [46] [47] [48] [49]

2002 5,8% 23,2% 0,2% 51,6% - 7,8% 5,5% 8,8% -0,2% -2,6%

2003 5,5% 34,8% 0,2% 51,2% - 7,6% 5,8% 8,8% -0,2% -13,8%

2004 5,1% 20,2% 0,1% 55,2% - 7,0% 6,1% 8,4% -0,1% -1,8%

2005 5,5% 24,8% 0,1% 54,3% - 8,7% 3,4% 5,9% -0,1% -2,5%

2006 5,2% 24,7% 0,1% 53,9% - 9,2% 2,9% 5,9% -0,1% -1,8%

2007 5,9% 24,4% 0,1% 53,4% - 9,4% 7,9% 6,0% -5,3% -1,8%

2008 5,0% 24,8% 0,1% 54,3% - 9,8% 2,5% 5,8% -0,1% -2,3%

2009 5,3% 26,7% 0,1% 52,9% - 9,6% 2,1% 5,4% -0,1% -2,1%

2002-2009 5,4% 25,3% 0,1% 53,4% - 8,6% 4,5% 6,9% -0,8% -3,5%

2010Q1 5,9% 25,6% 2,4% 51,4% 2,4% 8,7% 2,1% 3,4% -0,1% -1,8%

Tabel 2: Het aandeel van de verschillende roosters van de btw-aangifte in de totale omzet (2002-2010) - kwartaalaangevers

0

50.000

100.000

150.000

200.000

250.000

300.000

2002

Q1

2003

Q1

2004

Q1

2005

Q1

2006

Q1

2007

Q1

2008

Q1

2009

Q1

2010

Q1

in m

iljoe

nen

euro

[81] [82] [83]

Grafiek 4: Totaalbedrag van de kosten en de bedragen in de verschillende roosters van de btw-aangifte (roosters 81 tot en met 83) (2002-2010, per kwartaal)

Page 17: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

201

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

We merken op dat hier nog meer dan bij de omzet één rooster overheerst, namelijk het rooster [81] (aankoop handelsgoederen, grond- en hulpstoffen). Alhoewel ook hier het aandeel van het dominante rooster schommelt en zelfs daalt in 2009, zweeft zijn aandeel in dat jaar toch nog steeds rond de 70 %. In 2009 maakt het rooster [82] met de diensten en diverse goederen overigens een sprong voorwaarts (naar een aandeel van meer dan 26 %). Het rooster [83] met de investeringen moet doorheen de jaren terrein prijsgeven. Bij de roosters [84] tot en met [88] stak rooster [86] met de intracommunautaire verwervingen er in 2002 bovenuit met een percentage van iets minder dan 30 %. In 2009 was het percentage gedaald onder 20 % en beende het rooster [87] (andere inkomende handelingen waarvoor btw verschuldigd is door de aangever) het rooster [86] bijna bij. In het eerste kwartaal van 2010 daalden de bedragen in het rooster [87] verhoudingsgewijs, vermoedelijk mede onder invloed van de invoering van het rooster [88] met de verwervingen van intracommunautaire diensten. Op een paar onwaarschijnlijke pieken na hebben de inkomende creditnota’s een relatief beperkte omvang. (7)

Door het aantal en de omvang van de onwaarschijnlijkheden in de roosters [85], [86] en [87] van de kwartaalaangevers, hebben de cijfers van de kwartaalaangevers inzake kosten iets meer invloed gehad op de totaalcijfers dan bij de omzet. Door deze onwaarschijnlijke bedragen zijn definitieve uitspraken over deze roosters ook minder zinvol. In de “normale” jaren lijken de bedragen in deze roosters bij de kwartaalaangevers wel minder belangrijk dan bij de totaalcijfers. Dit is eveneens het geval voor de roosters [84] en [88]. Het is overigens niet onlogisch dat kleinere ondernemingen minder in aanraking komen met vrijstellingsregels die ervoor zorgen dat ze zelf de btw op zich moeten nemen.

Een vaststelling die meer inzicht geeft in de kostenstructuur van de kleinere ondernemingen is dat de verhouding tussen de roosters [81], [82] en [83] bij de kwartaalaangevers sterk verschilt van deze van de door de maandaangevers gedomineerde totaalcijfers (zie tabel 4). Zo is het rooster [81] in de periode 2002-2009 “slechts” goed voor 51,90 % (tegenover 72,76 % bij de totaalcijfers),

7 Aangezien de roosters [84] tot en met [88] hernemen wat eigenlijk al in de roosters [81] tot en met [83] zou moeten vermeld staan, werd de som van die laatste roosters gelijk gesteld aan 100 %.

in % t.o.v. totaal [81] [82] [83] [84] [85] [86] [87] [88]

2002 72,2% 23,3% 4,5% -1,4% -5,8% 29,6% 14,1% -

2003 72,5% 23,1% 4,4% -2,2% -15,6% 22,1% 12,2% -

2004 72,6% 23,3% 4,1% -1,2% -6,3% 21,1% 12,4% -

2005 73,4% 22,6% 4,0% -1,9% -6,7% 20,3% 14,5% -

2006 73,5% 22,6% 3,9% -1,4% -9,6% 20,5% 14,6% -

2007 74,2% 21,7% 4,1% -1,8% -5,1% 20,6% 15,5% -

2008 74,1% 21,9% 4,1% -1,0% -7,5% 19,7% 16,5% -

2009 69,4% 26,6% 4,0% -0,8% -5,0% 17,8% 17,4% -

2002-2009 72,8% 23,1% 4,1% -1,4% -7,5% 21,1% 14,8% -

2010Q1 73,2% 23,3% 3,6% -1,2% -5,2% 19,9% 15,4% 3,7%

Tabel 3: Het aandeel van de verschillende roosters in de totale kosten volgends de btw-aangiften (totaalcijfer) (7)

Page 18: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

202

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

maar zijn de roosters [82] en [83] goed voor respectievelijk 36,80 % en 11,30 % (tegenover 23,13 % en 4,11 % bij de totaalcijfers).

3.5 Verschuldigde btw volgens de btw-aangiften

Het voornaamste rooster inzake verschuldigde btw, het rooster [54] met de btw-bedragen verschuldigd op handelingen ingeschreven in de roosters [01] tot en met [03], kende een vrij grillig verloop (zie grafiek 5). Doordat de bedragen in dit rooster lichtjes afnamen en de bedragen in de andere roosters toenamen (net als het totaalbedrag aan verschuldigde btw in rooster [XX]) daalde ook het aandeel van het rooster [54] in de totale verschuldigde btw (tabel 5). Alhoewel ze in 2009 ook hogere bedragen lieten optekenen dan in 2002, kenden ook de roosters met de creditnota’s en de correcties (de roosters [63] en [61]) ups en downs.

in % t.o.v. totaal [81] [82] [83] [84] [85] [86] [87] [88]

2002 56,8% 33,5% 9,7% -0,2% -2,7% 97,2% 38,2% -

2003 58,3% 30,9% 10,8% -0,6% -9,9% 7,1% 7,7% -

2004 46,9% 43,9% 9,2% -0,2% -9,1% 6,3% 7,1% -

2005 54,1% 34,9% 11,0% -0,2% -2,3% 6,4% 7,7% -

2006 49,9% 36,6% 13,6% -0,2% -82,1% 7,7% 9,7% -

2007 50,9% 34,7% 14,4% -0,2% -2,8% 7,5% 10,3% -

2008 49,7% 35,5% 14,8% -0,2% -2,7% 7,4% 11,2% -

2009 50,7% 40,4% 8,9% -0,1% -1,7% 4,6% 7,4% -

2002-2009 51,9% 36,8% 11,3% -0,2% -12,6% 16,4% 11,8% -

2010Q1 48,7% 36,1% 15,2% -0,2% -2,6% 7,5% 10,8% 1,1%

Tabel 4: Het aandeel van de verschillende roosters in de totale kosten volgens de btw-aangiften (kwartaalaangevers)

Grafiek 5: Totaalbedrag van de verschuldigde btw en de bedragen in de verschillende roosters van de btw-aangifte (2002-2010, per kwartaal)

Page 19: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

203

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

Belangrijker is dat de roosters met de “speciale” gevallen, waarbij de afnemer de verschuldigde btw inschrijft waarvoor hijzelf instaat, aan belang wonnen. Enkel het rooster [55], dat met een aandeel van iets meer dan 20 % in de periode 2002-2009 na het rooster [54] het belangrijkste rooster bij de verschuldigde btw was, steeg minder snel dan rooster [XX] en verloor lichtjes terrein, maar dan vooral door een duik in het jaar 2009. Deze evolutie kan in verband gebracht worden met het relatief mindere belang dat rooster [86] kreeg doorheen de jaren (rooster [55] neemt immers de btw op handelingen in rooster [86] op). Een gelijkaardige duik nam het rooster [57] (btw op invoeren met verlegging van heffing) in 2009, maar uiteindelijk nam het belang van dit rooster door-heen de bestudeerde periode wel lichtjes toe tot 3,76 % van de verschuldigde btw. De duidelijkste stijger voor wat betreft absolute cijfers en aandeel in het totaal was het rooster [56], waarvoor de belastbare basis niet toevallig in het rooster [87] te vinden is. Het aandeel van rooster [56] is gestegen van 7,93 % in 2002 gestegen naar 17,98 % in 2009. De invoering van het nieuwe rooster [88] in 2010 heeft echter ook zijn gevolgen gehad voor rooster [56]: het aandeel van dit rooster daalde sterk (naar 13,96 %) en dit blijkbaar in het voordeel van het rooster [55] waarin vanaf 2010 de btw op de handelingen uit rooster [88] worden ingeschreven (en die voordien in rooster [87] thuis hoorden).

De verhouding tussen de roosters van de verschuldigde btw verschilt bij de kwartaalaangevers sterk ten opzichte van wat bij de totaalcijfers wordt opgetekend. Zo is het rooster [54] met een (weliswaar licht dalend) aandeel van

a) [54] [55] [56] [57] [61] [63]

2002 63,5% 21,4% 7,9% 3,6% 1,2% 2,5%

2003 53,1% 21,2% 8,6% 3,5% 1,5% 12,1%

2004 59,0% 22,5% 9,6% 3,9% 1,6% 3,4%

2005 63,0% 18,6% 10,1% 3,0% 1,9% 3,4%

2006 56,6% 22,5% 12,9% 3,9% 1,8% 2,3%

2007 54,0% 23,5% 14,5% 4,0% 1,7% 2,3%

2008 54,6% 21,4% 15,9% 4,0% 2,1% 1,9%

2009 54,3% 20,1% 18,0% 3,8% 1,6% 2,2%

2002-2009 57,2% 21,4% 12,4% 3,7% 1,7% 3,6%

2010Q1 52,3% 25,6% 14,0% 3,9% 1,7% 2,5%

b) [54] [55] [56] [57] [61] [63]

2002 81,4% 7,8% 7,8% 0,3% 1,2% 1,5%

2003 81,8% 7,0% 8,0% 0,3% 1,2% 1,7%

2004 73,4% 7,0% 8,2% 0,3% 1,4% 9,7%

2005 80,6% 7,4% 9,1% 0,3% 1,3% 1,4%

2006 79,9% 7,6% 9,7% 0,3% 1,3% 1,3%

2007 79,6% 7,2% 10,0% 0,3% 1,3% 1,6%

2008 79,1% 7,0% 10,9% 0,3% 1,3% 1,3%

2009 78,1% 7,0% 11,7% 0,5% 1,4% 1,3%

2002-2009 79,1% 7,2% 9,5% 0,3% 1,3% 2,5%

2010Q1 78,2% 8,3% 9,7% 1,1% 1,4% 1,3%

Tabel 5: Het aandeel van de verschillende roosters in de verschuldigde btw ([XX]) volgens de btw-aangiften - totaalvijfers (a) en cijfers kwartaalaangevers (b)

Page 20: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

204

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

rond de 80 % sterk overheersend. Het rooster [57] is ongeveer onbestaande: in geen enkel jaar komt het aandeel boven de halve procent. De roosters [55] en [56] starten in 2002 elk iets onder de 8 %, maar rooster [55] boette aan belang in en daalde naar iets boven de 7 %, terwijl het rooster [56] naar ruim 11 % steeg. Ook bij de kwartaalaangevers nam het belang van het rooster [56] enigszins af in het eerste kwartaal van 2010. De roosters [61] en [63] waren net iets minder belangrijk bij de kwartaalaangevers dan in de totaalcijfers.

3.6 De aftrekbare btw volgens de btw-aangiften

0

10.000

20.000

30.000

40.000

50.000

60.000

2002

Q1

2003

Q1

2004

Q1

2005

Q1

2006

Q1

2007

Q1

2008

Q1

2009

Q1

2010

Q1

in m

iljoe

nen

euro

[59] [62] [64]

Grafiek 6: Totaalbedrag van de aftrekbare btw en de bedragen in de verschillende roosters van de btw-aangifte (2002-2010, per trimester

Totaalcijfers kwartaalaangevers

[59] [62] [64] [59] [62] [64]

2002 81,7% 1,4% 16,9% 96,4% 1,2% 2,4%

2003 91,9% 1,7% 6,4% 90,9% 1,2% 7,9%

2004 87,8% 1,9% 10,3% 96,8% 1,3% 1,8%

2005 71,9% 2,1% 26,0% 95,7% 1,2% 3,1%

2006 88,4% 2,2% 9,3% 97,0% 1,2% 1,8%

2007 92,6% 1,9% 5,4% 97,0% 1,1% 1,9%

2008 88,9% 2,3% 8,8% 95,9% 1,3% 2,8%

2009 92,8% 1,8% 5,4% 96,2% 1,5% 2,2%

2002-2009 86,7% 1,9% 11,3% 95,8% 1,3% 3,0%

2010Q1 92,8% 2,2% 5,0% 95,7% 2,2% 2,1%

Tabel 6: Het aandeel van de verschillende roosters in de aftrekbare btw volgens de btw-aangiften ([YY]) - totaalcijfers en cijfers kwartaalaangevers

Page 21: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

205

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

De situatie bij de aftrekbare btw is met slechts drie roosters vrij overzichtelijk. Het rooster [62] met de correcties is net als zijn tegenhanger bij de verschuldigde btw van relatief weinig belang (gemiddeld nog geen 2 % aandeel in het totaal). Vooral het rooster [64] met de btw op uitgaande creditnota’s maakt enorme bokkensprongen doorheen de kwartalen en doorheen de jaren. Dat vertaalt zich ook in een sterk schommelend aandeel in de totale aftrekbare btw. Dit aandeel varieert doorheen de jaren tussen 5 en 25 %. Van de weeromstuit varieert ook het aandeel van het rooster [59] (met de overige verschuldigde btw) tussen iets meer dan 92 % en iets minder dan 72 %.

De verhouding tussen de verschillende roosters ligt bij de kwartaalaangevers nog een stuk eenvoudiger. Het rooster [59] is goed voor tussen de 90 tot 97 % van de totale aftrekbare btw. Het rooster [64] is met een gemiddelde van ongeveer 3 % doorheen de jaren ongeveer dubbel zo groot als het rooster [62].

3.7 Het saldo

Uiteindelijk moet de belastingplichtige voor zichzelf bepalen of het totaal aan verschuldigde btw (rooster [XX]) dat van de aftrekbare btw (rooster [YY]) al dan niet overtreft. Indien dit inderdaad het geval is moet hij het rooster [71] invullen, indien de aftrekbare btw de verschuldigde btw overtreft moet hij dit in het rooster [72] vermelden. Een belastingplichtige kan slechts één van beide roosters invullen, maar in de aangiftestatistieken komen beide roosters natuurlijk wel naast elkaar voor. Voor de belastingadministratie (en voor de Belgische schatkist) is het wel van belang om de evolutie van beide roosters en de onderlinge verhouding in de gaten te houden. In theorie zijn de roosters [71] en [72] immers de voorafspiegeling van wat de staat zal ontvangen van of zal moeten betalen aan de belastingplichtigen. Het verschil tussen het rooster [71] en het rooster [72] kan dan weer dienstig zijn om de netto-btw-ontvangsten in te schatten. Het verschil tussen de roosters [71] en [72] geeft normaal gezien hetzelfde resultaat als het verschil tussen de roosters [XX] en [YY].

totaal maandaangevers kwartaalaangevers

[71] [72] [71]-[72] [71] [72] [71]-[72] [71] [72] [71]-[72]

2003 3,2% 1,6% 4,2% 3,2% 1,3% 4,4% 3,4% 4,5% 2,9%

2004 6,0% 6,3% 5,8% 5,7% 5,9% 5,6% 7,8% 9,2% 7,2%

2005 6,5% 8,3% 5,5% 7,4% 9,0% 6,4% 0,6% 2,4% -0,3%

2006 6,7% 7,6% 6,2% 6,8% 7,4% 6,4% 6,4% 8,8% 5,3%

2007 5,8% 7,6% 4,7% 5,6% 7,5% 4,3% 7,8% 8,9% 7,2%

2008 4,2% 3,8% 4,5% 4,1% 3,3% 4,7% 5,1% 8,4% 3,5%

2009 -5,9% -13,1% -1,2% -6,6% -14,3% -1,5% -0,5% -3,2% 0,9%

2002-2009 29,2% 22,1% 33,6% 28,4% 19,6% 34,2% 34,4% 45,2% 29,7%

Tabel 7: Groei verschuldigde btw, aftrekbare btw en netto-btw bij maand- en kwartaalaangevers

Page 22: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

206

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

In grafiek 1 zagen we al dat de verschillende btw-bedragen een vrij gelijkmatige groei kenden. In tabel 7 bekijken we die groei van dichterbij. Op basis van die tabel dringen een aantal besluiten zich op:

▸ Het saldo aan verschuldigde btw (rooster [71]) groeide in de periode 2002-2009 sterker dan het saldo aan aftrekbare btw (rooster [72])

▸ Dit is vooral het gevolg van het feit dat rooster [72] in 2008 een tragere groei kende en in 2009 een veel scherpere daling kende dan rooster [71]

▸ De “netto-btw” ([71]-[72]) werd door die sterke daling van de teruggaven in 2009 relatief gespaard in de crisisperiode

▸ Die netto-btw groeide minder sterk bij de kwartaalaangevers, waar het rooster [72] sneller groeide dan het rooster [71] (wat in de lijn ligt van het lichtjes dalend belang van de kwartaalaangevers op het vlak van de netto-btw)

Het besluit dat het rooster [71] sterker groeide dan rooster [72] lijkt op het eerste gezicht in tegenspraak met andere studies waarin gesteld werd dat de teruggaven sterker stegen dan de bruto-btw (en de teruggavenratio van de btw dus historisch gezien toenam). Een eerste bemerking hierbij is dat de roosters [71] en [72] slechts voorafspiegelingen zijn van de voornaamste fi-nanciële stroom binnen de btw (namelijk deze die via de periodieke aangifte loopt) en dat er nog andere, kleinere financiële stromen bestaan. De definitieve ontvangsten en teruggaven kunnen dus verschillen van deze “voorafspiege-ling” (8). Een tweede bemerking is dat in deze studie tegelijk minder en meer bestudeert dan de andere studies: minder omdat slechts een beperkte periode (2002-2009) wordt bestudeerd, meer omdat ook de crisisperiode van 2008-2009 in rekening wordt gebracht. De vraag of teruggaven en ontvangsten al dan niet sneller stijgen of dalen hangt dan ook af van welke periode en jaren er in reke-ning gebracht worden.

De conclusie dat de (voorafspiegeling van de) teruggaven minder sterk s tegen of sterker daalden dan de (voorafspiegeling van de) verschuldigde bruto-btw in een crisisperiode is overigens niet zo onlogisch. Toen de economie het goed deed, steeg ook de export. Die export wordt meestal aangehaald als de voornaamste motor achter de stijgende teruggavenratio (9). De expor-teur kan immers in België in normale omstandigheden de btw aftrekken die

8 Voor de effectieve kascijfers: zie 5.1.9 Hertveldt B. , Lebrun I. en Saintrain M., Modellering op kwartaalbasis van de BTW-onvtang-

sten in Modtrim. Modélisation trimestrielle des recettes de tva dan Modtrim II, Brussel, 2004, blz. 11-12.Dufey J., L’évolution des recettes de la taxe sur la valeur ajoutée de 1988 à 2007, Brussel, 2008, blz. 17-21.Savage R., Recettes de tva: Trajectoires rétrospectives effectives, non-discrètionnaires et discrétion-naires estimées (1970-2008), in Documentatieblad, jaargang 2010, nr.2, blz. 71-125.Lenoir T. en Valenduc C. , Herziening van de macro-economische methode voor de raming van de fiscale ontvangsten, in Documentatieblad, jaargang 66, nr. 1, blz. 97-220.

Page 23: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

207

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

geëxporteerde goederen bezwaard heeft, maar het is de buitenlandse afnemer die de verschuldigde btw zal moeten betalen in het land waar de goederen ge-leverd worden. Door de economische crisis werd de Belgische export vrij zwaar getroffen wat een waarschijnlijke oorzaak is voor de sterk dalende vragen tot teruggaaf.

3.8 Het voorschot

Het rooster [91] met het decembervoorschot van de maandaangevers ([AM]) is het enige rooster dat in de aangifte onder de rubriek voorschot staat. Grafiek 7 toont een vrij vreemde evolutie van dit rooster [91]: het rooster boet doorheen de bestudeerde periode aan belang in, terwijl de bedragen in het rooster [71] van de maandaangevers doorheen de jaren (zeker tot in 2007) zowel in november als in december (10) toenamen. Deze grafiek toont indirect aan dat we ons niet mogen blindstaren op de gegevens van de aangifte. Als we evolutie van de betalingen via rekening-courant in december bekijken, dan blijken die wel in de lijn te liggen van de evolutie van het rooster [71] (11). Dit doet vermoeden dat meer belastingplichtigen hun decembervoorschot baseren op het rooster [71] van november.

10 In de grafiek wordt december voor 20/31ste in rekening gebracht.11 Zie grafieken 9 en 10.

0

500

1000

1500

2000

2500

3000

2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009

in m

iljoe

nen

euro

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

[71]AMnov [71]AM20/31dec [91][91]/[71]AMnov [91]/[71]AM20/31dec [91]/[71]-[72] AM 20/31 dec

Grafiek 7: Het decembervoorschot in verhouding tot de verschuldigde btw van november en december

Page 24: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

208

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

4 De financiële gevolgen van de aangifte

4.1 De hindernissen tussen aangiftestatistieken en statistiek fiscale ontvangsten (12)

Het is een vergissing om er vanuit te gaan dat de roosters [71] en [72] zonder meer leiden tot de bedragen die in de statistiek met fiscale ontvangsten worden opgetekend. Daar zijn verschillende redenen voor:

▸ Een notering in het rooster [71] van de aangifte betekent niet dat de belastingplichtige ook aan zijn betalingsverplichting voldaan heeft

▸ Kwartaalaangevers vullen maximaal slechts één maal per kwartaal een bedrag in rooster [71] in, maar hebben wel de verplichting om maandelijks te betalen (voor zover er op basis van het vorige kwartaal moet betaald worden).

▸ Het verhaal van de verhouding tussen het rooster [72] en de teruggaaf is een nog complexer verhaal:

▻ Aan een teruggaaf zijn voorwaarden verbonden: o.a. met betrekking tot de grootte van het belastingkrediet, het al dan niet bekend zijn van een rekening waarop gestort kan worden, uitdrukkelijke vraag om teruggaaf, …

▻ Slechts een heel kleine groep van de belastingplichtigen heeft recht op maandelijkse teruggaaf. Waar een betaling door de belastingplichtige ongeveer gelijk met de indiening van de aangifte moet binnen zijn, moet de teruggaaf eerst verwerkt worden wat er toe leidt dat ook de maandelijkse teruggaaf een maand na de indiening van de aangifte gebeurt (dus twee maand na de aangifteperiode).

▻ De overgrote meerderheid van de belastingplichtigen heeft slechts recht op een driemaandelijkse terugbetaling. Het belastingkrediet kan bovendien op een controlelijst (de zgn. lijsten 678 en 678bis) geplaatst worden, wat voor de terugbetaling door de staat zeker een bijkomende vertraging van een maand met zich mee brengt (dus drie maand na de aangifteperiode) en mogelijk leidt tot de inhouding of verrekening van het belastingkrediet.

▸ Het normale doorgeefluik om een periodieke aangifte financiële gevolgen te laten hebben, is de rekening-courant. Deze rekening-cou-rant is een soort zichtrekening die de belastingplichtige bij de btw-administratie heeft en waarlangs de financiële verrichtingen tussen de belastingplichtige en de administratie verlopen. De rekening-courant wordt beheerd door het Centrum voor Informatieverwerking (civ). In de

12 De Saeger S., o.c., blz.75-99.

Page 25: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

209

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

rekening-courant worden de saldi in de roosters [71] en [72] opgenomen, maar toch is de rekening-courant geen exact doorslagje van de bedragen die in de roosters [71] en [72] van de aangiften (en het aangiftearchief) vermeld worden:

▻ De aangiften worden niet altijd tijdig ingediend, maar in het aangiftearchief en in de T0186-bestanden worden de aangiften toegewezen aan de aangifteperiode, in de rekening-courant worden de bewuste roosters opgenomen op moment van indiening.

▻ In de rekening-courant komen nog meer bedragen dan deze roosters. Onder andere overgedragen saldi van vorige periodes, intresten en boetes die te maken hebben met de aangifteverplichting, kleinere correcties van btw-bedragen en “opnulzettingen” worden opgetekend in de rekening-courant.

▻ Maar tegelijk worden ook niet voor alle belastingplichtigen de roosters [71] en [72] opgenomen in de rekening-courant. Dit is vooral het geval als de aangifte laattijdig is voor de rekening-courant (13) of betalingen achterwege blijven. De rekening-courant wordt dan op nul gezet door een overboeking van het saldo naar een bijzondere rekening, die niet door het civ, maar door het rciv (Regionaal Centrum voor Informatieverwerking) beheerd wordt.

▸ Niet alle btw-inkomsten en –teruggaven lopen via de periodieke aangifte of via de rekening-courant.

▻ Er zijn nog tal van andere aangiften (bv. bijzondere aangifte voor intracommunautaire verwervingen, bijzondere aangifte inzake de intracommunautaire verwerving van nieuwe vervoermiddelen).

▻ De btw op invoer zonder verlegging naar de aangifte komt niet in de aangifte en wordt geïnd door de douanediensten.

▻ De mogelijke onjuistheden die naar boven komen naar aanleiding van controles worden normaal gezien niet rechtgezet via een nieuwe gecorrigeerde aangifte, maar via correctieopgaves en pv’s. De mogelijke supplementen, boetes, interesten of terugbetalingen zullen dan ook meestal via een andere weg dan de aangifte verrerekend worden (vooral via de kantoren).

▻ De geldstromen die op basis van de bijzondere rekeningen tot stand komen.

Het is dan ook interessant om na te gaan in hoeverre de voorafspiegeling van de geldstromen in de aangifte verschilt van de effectieve geldstromen die in de statistiek fiscale ontvangsten worden opgetekend.

13 Hier betekent “laattijdig” niet dat de aangifte met vertraging wordt ingeschreven in de rekening-courant, maar wel dat ze helemaal niet meer in de rekening-courant kan inge-schreven worden (voor meer informatie S. De Saeger, o.c., blz. 79 ev.).

Page 26: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

210

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

4.2 De sprong van aangifte naar rekening-courant (14)

Uit grafiek 8 blijkt dat de roosters [71] en [72] van de aangiften en de boeking ervan op de rekening-courant ongeveer samenvallen en dat de afwijking verwaarloosbaar is. Uit de evaluatie van de gegevens van de rekening-courant blijkt weliswaar dat een niet onaanzienlijk deel van de aangiften met vertraging de administratie bereiken, maar omdat die hoeveelheid laattijdige aangiften vrij constant blijft, leidt dit niet tot scheeftrekkingen in de cijfers.

Uit punt 4.1. zou misschien verkeerdelijk kunnen afgeleid worden dat de aangiftegegevens tussen de andere boekingen gemarginaliseerd zouden worden. Grafiek 9 toont dat dit geenszins het geval is: de btw-cijfers(15) zijn samen met de betalingen en de teruggaaf de enige boekingsposten die ver van het nulpunt van de X-as van de grafiek afwijken. De betalingen en de teruggaven zijn dan ook grotendeels te herleiden tot tegenboekingen van de negatieve (rooster [72]) en positieve (rooster [71]) btw-bedragen. De boekingen van intresten en boetes, correcties op betalingen en teruggaaf en in mindere mate de opnulzettingen zijn dus in het licht van de grote bedragen van beperkt belang te noemen, wat evenwel niet betekent dat ze te verwaarlozen zijn.

14 De Saeger S. , o.c., blz. 187-197.15 Deze btw-cijfers (btw+ en btw-) op de rekening-courant bestaan voor iets meer dan 99,5%

uit de verschuldigde en aftrekbare btw uit de aangiften. Btw+ staat dan voor de verschul-digde btw en btw- voor de aftrekbare btw.

-3.000

-2.000

-1.000

0

1.000

2.000

3.000

4.000

5.000

mrt/05

jun/05se

p/05dec

/05mrt/

06jun/06se

p/06dec

/06mrt/

07jun/07se

p/07dec

/07mrt/

08jun/08se

p/08dec

/08mrt/

09jun/09se

p/09dec

/09mrt/

10in m

iljoe

n eu

ro

[71] RC [72] RC [71] TOT [72] TOT

Grafiek 8: Vergelijking van de boekingen van verschuldigde ([74]) en aftrekbare ([72]) btw in het aangiftearchief (TOT) en op de rekening-courant (rc) (maart 2005-april 2010)

Page 27: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

211

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

Het verloop van de btw-boekingen, van de betalingen en van de teruggaaf weerspiegelt overigens duidelijk dat er een aantal vaste patronen zit in deze transacties (los van de conjunctuur). Die patronen hangen voor een groot deel samen met administratieve verplichtingen van de belastingplichtigen en van de overheid: o.a. de betalingen van voorschotten en saldi door kwartaalaangevers, het decembervoorschot van de maandaangevers, de driemaandelijkse aangifteverplichting van de kwartaalaangevers, de driemaandelijkse teruggaaf zijn in grafiek 9 te onderscheiden.

Een logische stap is om de geboekte btw-bedragen uit de aangifte te vergelijken met de betalingen en de teruggaaf die via de rekening-courant verlopen. Om na te gaan in hoeverre die overeenkomen met elkaar is het echter niet zo handig om de vergelijking op maandelijkse of trimestriële basis te maken, mede door de hiervoor vermelde “administratieve” patronen,. In tabel 8 zien we de verhouding van de betalingen en de teruggaaf via de rekening cou-rant ten opzichte van enerzijds de verschuldigde en aftrekbare btw volgens de aangifte ([71] en [72], rechts in de tabel) en anderzijds de verschuldigde en aftrekbare btw volgens de rekening-courant ([71]rc en [72]rc, links in de tabel). We merken dat de boekingen van de vorderingen van de staat en van de belastingplichtigen de betalingen en de teruggaaf benaderen, maar ander-zijds zijn verschillen die tot 10 % o plopen niet te verwaarlozen. De verschillen tussen betalingen/ teruggaaf en de vorderingen lijken wel kleiner als men de aangiftegevens van de rekening-courant als uitgangspunt neemt en als de netto-btw bekeken wordt. Als men echter de andere boekingen die eigenlijk ook vorderingen (bv.boetes, intresten, andere btw-bedragen) of correcties op vorderingen (bv. opnulzettingen) zijn, bij de saldi van verschuldigde en aftrekbare btw van de rekening-courant optelt, dan komen die verschuldigde en aftrekbare bedragen nog dichter bij de betalingen en teruggaaf. Dat is meer

-5.000

-4.000

-3.000

-2.000

-1.000

0

1.000

2.000

3.000

4.000

5.000

apr/

05

jul/0

5

okt/0

5

jan/

06

apr/

06

jul/0

6

okt/0

6

jan/

07

apr/

07

jul/0

7

okt/0

7

jan/

08

apr/

08

jul/0

8

okt/0

8

jan/

09

apr/

09

jul/0

9

okt/0

9

jan/

10

apr/

10

in m

iljoe

n eu

ro

btw + btw - teruggaaf betalingen

betalingen (correctie) intresten intresten (correctie) boetes

boetes (correctie) opnulzetting + opnulzetting -

Grafiek 9: Boekingen op de rekening-courant volgens categorie (april 2005-april 2010)

Page 28: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

212

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

uitgesproken bij de teruggaven dan bij de betalingen. In deze optiek wijkt het verschil tussen de verschuldigde en aftrekbare bedragen wel sterker af van de netto-btw dan wanneer de kleinere vorderingen niet worden meegeteld.

4.3 Van rekening-courant naar totale fiscale ontvangsten (16)

De rekening-courant is voor de staat natuurlijk maar een middel om de financiële betrekkingen met de belastingplichtigen te onderhouden en om de belasting op een correcte manier geïnd te krijgen. Wat er aan belastinginkomsten elke maand geïnd wordt, komt in de statistiek “Totale fiscale ontvangsten” van de Administratie voor Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit. In die statistiek worden onder andere de totale btw-ontvangsten, de totale btw-teruggaven, de netto-btw-ontvangsten en de ontvangsten van het civ opgetekend. De teruggaven die door het civ gedaan worden, vinden we er helaas niet in terug.

Een eerste vaststelling bij grafiek 10 is dat de betalingen die via de rekening-courant verlopen (betalingen rc) niet zichtbaar zijn. Dit komt omdat ze in deze grafiek verborgen zitten achter de civ-ontvangsten. Dat deze reeksen ongeveer samenvallen is niet verwonderlijk omdat het beheer van de rekening-courant de voornaamste activiteit is van het civ. De ontvangsten zoals we die via de rekening-courant optekenen wijkt hoogstens 0,14 % af van de civ-ontvangsten. Een groter verschil zit er natuurlijk tussen de ontvangsten via rekening-courant en de totale (zuivere) btw-ontvangsten. Gemiddeld passeren 6 à 7 % van de btw-ontvangsten niet via de rekening-courant (of het civ). Die ontvangsten komen dan vooral via de kantoren, douane en het Centraal Kantoor voor Buitenlandse Belastingplichtigen in de schatkist terecht. De teruggaven lopen eveneens grotendeels via de rekening-courant, alhoewel het aandeel van de teruggaven die niet via die weg lopen, steeg van 3,29 % in 2006 naar 5,20 % in 2009. De netto-btw die in de rekening-courant opgetekend wordt, wijkt dan weer met ruim 7 % af van de totale netto-btw.

16 De Saeger S. , o.c., blz. 205-209.

rekening-courant aangiften

percentage

bet

alin

gen

/ [7

1]RC

teru

gg

aa

f/

[72]

RC

(be

tali

ng

- te

rug

gaa

f)/

([71]

RC-[7

2]RC

)

bet

alin

gen

/ [7

1]

teru

ggaa

f/ [7

2]

(be

tali

ng

-te

rug

gaa

f)/

([71]

-[72]

)

2006 95,3% 88,4% 99,7% 95,1% 88,1% 99,5%

2007 95,6% 88,4% 100,3% 95,3% 88,0% 100,0%

2008 94,7% 90,1% 97,6% 94,7% 90,0% 97,7%

2009 95,0% 88,8% 98,5% 94,8% 88,5% 98,5%

2010Q1 92,6% 84,4% 97,5% 92,7% 84,7% 97,4%

Tabel 8: Verhouding betalingen en teruggaaf via rekening-courant tegenover de verschuldigde ([71]) en de aftrekbare ([72]) btw

Page 29: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

213

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

We kunnen dan ook besluiten dat de rekening-courant, die eigenlijk staat voor de haast volautomatische verwerking van aangiftegegevens, het leeuwendeel van de ontvangsten en teruggaven op zich neemt. De andere kanalen (o.a. de inkomsten uit controles en bijzondere rekeningen, btw die via de douane binnen komt) zijn ten opzichte van die hoofdstroom eerder beperkt te noemen, maar zijn echter ook niet verwaarloosbaar al was het maar omdat ze vrij volatiel zijn (en in die zin een mogelijk storende factor zijn voor voorspellingen).

-2.000

-1.000

0

1.000

2.000

3.000

4.000

5.000

jun/05sep

/05dec/

05

mrt/06

jun/06sep

/06dec/

06

mrt/07

jun/07sep

/07dec/

07

mrt/08

jun/08sep

/08dec/

08

mrt/09

jun/09sep

/09dec/

09

mrt/10

in m

iljoe

n eu

ro

betalingen RC ontvangsten CIVzuivere btw-ontvangsten TOT teruggaaf RCteruggaaf btw TOT netto-btw RCnetto-btw TOT

Grafiek 10: Ontvangsten, teruggaven en netto-btw volgens de cijfers van de rekening-courant (civ) en de statistieken van de totale fiscale ontvangsten (juni 2005-april 2010)

Page 30: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

214

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

5 De teruggaaf: de sprong van belastingkrediet naar belastingplichtige

De teruggaaf is vanuit twee invalshoeken interessant: ten eerste vanuit het standpunt van de ontvangsten van de staat (te meer omdat het belang van de teruggaaf historisch gezien toeneemt) en ten tweede vanuit administratief standpunt omdat toch een aantal mogelijke hordes te nemen zijn vooraleer het terug te geven belastingkrediet bij de belastingplichtige toekomt.

5.1 Een stijgende, maar wispelturige teruggavenratio

Grafiek 11 geeft de teruggavenratio van de btw weer op basis van de cijfers die in de statistiek totale fiscale ontvangsten terug te vinden zijn. De teruggaven-ratio geeft de verhouding tussen de teruggaaf en de bruto btw-ontvangsten weer. Het verloop van de teruggavenratio bevestigt dat in deze periode van twintig jaar het belang van de teruggaven stijgt, maar toont ook dat er zich regelmatig dalingen voordeden, met onder andere een scherpe daling in 2009. Dit bevestigt ook wat we op basis van de aangiftegegevens al konden vaststel-lien (17).

17 Zie punt 3.7.

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

1990

1991

1992

1993

1994

1995

1996

1997

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

teruggavenratio

Grafiek 11: Teruggavenratio van de btw op basis van de totale fiscale ontvangsten (1990-2009)

Page 31: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

215

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

5.2 De verschillende soorten teruggaaf volgens de rekening-courant (18)

Tabel 9 geeft een overzicht van de verdeling van de btw-teruggaafkredieten over verschillende procedures die de administratie in acht neemt om de kredieten terug te storten. Men kan volgende vaststellingen maken:

▸ de zogenaamde driemaandelijkse (“C”) en maandelijkse “certificaten” (“29”) (eigenlijk terugbetalingen die een aparte behandeling krijgen omdat er verzet tegen aangetekend is) zijn vrij marginaal.

▸ De automatische maandelijkse teruggaaf (“21”) omvat iets meer dan de helft van de belastingkredieten, maar daalde wel in de periode 2002 tot 2008. In 2009 steeg het aandeel evenwel spectaculair ten opzichte van 2008. Waarschijnlijk moet deze evolutie gekoppeld worden aan de evolutie van het aandeel van de belastingplichtigen met recht op maandelijkse teruggaaf in het totaal van belastingplichtigen. Tot 2008 nam dit af, maar in 2009 verdubbelde het ten opzichte van 2008 (van 0,57 % naar 1,07 %).

▸ Bij de driemaandelijkse teruggaven hielden de teruggaven die op een controlelijst verschenen (“17-C”) deze die er niet op verschenen (“16”) lange tijd in evenwicht, maar in 2009 en in het eerste kwartaal van 2010 kwamen er verhoudingsgewijs minder kredieten op de controlelijsten (19). Het directe gevolg is dat er meer belastingplichtigen hun belastingkre-diet zonder de extra maand vertraging teruggestort krijgen.

18 De Saeger S. , o.c., blz. 210-215.19 De lijsten zouden ook meer gericht worden samengesteld door de toepassing van datami-

ning.

% t.o.v. totaaltrimestrieel maandelijks

16 17-C C totaal 21 29 totaal

2004 23,5% 23,4% 0,1% 47,0% 52,9% 0,1% 53,0%

2005 23,2% 25,2% 0,1% 48,5% 51,4% 0,2% 51,5%

2006 24,3% 23,4% 0,0% 47,8% 52,0% 0,2% 52,2%

2007 26,4% 23,4% 0,0% 49,8% 50,1% 0,1% 50,2%

2008 27,2% 27,1% 0,0% 54,4% 45,5% 0,1% 45,6%

2009 26,3% 21,2% 0,0% 47,6% 52,3% 0,1% 52,4%

2010Q1 34,7% 12,6% 0,0% 47,2% 52,7% 0,1% 52,8%

Tabel 9: Maandelijkse en trimestriële teruggavenkredieten volgens administratieve afhandeling in percentage van het totaal ( 2004-2009 jaarcijfers, 2010 eerste kwartaal)

Page 32: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

216

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

5.3 Niet-teruggestorte belastingkredieten op de rekening-courant (20)

Op basis van de statistieken van de rekening-courant kan ook een inschatting gemaakt worden van het aandeel van de kredieten dat niet teruggestort wordt. Deze kredieten liggen rond de 30 % van de totale kredieten die via aangiften geboekt worden. Dit betekent niet dat er effectief 30 % te weinig gestort zou worden, wel dat deze belastingkredieten nog tot de volgende ( driemaandelijkse) teruggaaf in voorraad worden gehouden. Doordat andere kredieten die bij een vorig teruggaafmoment in stock werden gehouden, dan weer wel kunnen vrijgegeven worden, benadert de stroom aan teruggestorte kredieten toch de 100% (en soms overtreft ze dat percentage). Men kan dus spreken van een soort doorschuifoperatie: kredieten worden misschien het ene kwartaal (of maand) niet gestort, maar dan wel een volgende kwartaal (of maand), maar dan worden weer andere kredieten in voorraad gehouden. In sommige periodes vermindert de stock aan niet-teruggestorte belastingkredieten, in andere periodes groeit die stock dan weer aan. Deze evolutie moet gekoppeld worden aan de vaststelling dat de rekening-courant in feite een kredietlijn van de belastingplichtige aan de staat is die soms in omvang toeneemt en dan weer afneemt (zie grafiek 12) (21).

Het feit dat belastingplichtigen niet expliciet om teruggaaf vragen (rond 90 % van de niet-teruggestorte bedragen), is de voornaamste reden om belastingkredieten niet terug te storten.

20 De Saeger S., o.c., blz. 215-216.21 De Saeger S., o.c., blz.194-197.

-5.000

-4.000

-3.000

-2.000

-1.000

0

1.000

sep-

04no

v-04

jan-

05m

rt-0

5m

ei-0

5ju

l-05

sep-

05no

v-05

jan-

06m

rt-0

6m

ei-0

6ju

l-06

sep-

06no

v-06

jan-

07m

rt-0

7m

ei-0

7ju

l-07

sep-

07no

v-07

jan-

08m

rt-0

8m

ei-0

8ju

l-08

sep-

08no

v-08

jan-

09m

rt-0

9m

ei-0

9ju

l-09

sep-

09no

v-09

jan-

10m

rt-1

0m

ei-1

0

in m

iljoe

n eu

ro

Vorderingen staat t.o.v. belastingplichtigenVorderingen belastingplichtigen t.o.v. staat12 per. Zw. Gem. (Vorderingen belastingplichtigen t.o.v. staat)

Grafiek 12: Eindsaldi van de rekening-courant bij de maandafsluiting (september 2004 - maart 2010)

Page 33: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

217

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

5.4 Teruggavencontrole: bijkomende hindernis voor belastingkredieten(22)

Alhoewel bepaalde belastingkredieten op de rekening-courant geboekt worden als teruggaven (en ook in de totale fiscale ontvangsten als dusdanig geboekt worden), komen ze in de feiten op een controlelijst terecht met als gevolg dat ze zeker één maand later dan de andere belastingkredieten worden uitbetaald en met als risico dat ze misschien worden ingehouden of worden aangewend om schulden te delgen. Het bestaan van deze lijsten werd hierboven al aangestipt. Deze controlelijsten bestaan enkel voor de driemaandelijkse teruggaaf. Een uitgebreide voorafgaande controle op de kredieten die voor maandelijkse teruggaaf in aanmerking komen, zorgt immers voor een vertraging die de be-staansreden van deze snelle teruggaafprocedure zou ondergraven(23).

In punt 5.2 werd reeds vermeld hoeveel driemaandelijkse belastingkredieten op een controlelijst komen, maar het is ook interessant om te weten hoeveel ook effectief wordt “tegengehouden” en dus niet rechtstreeks (of helemaal niet) naar de belastingplichtige vloeit.

Uit tabel 10 blijkt dat het grootste deel van de belastingkredieten uiteinde-lijk bij de belastingplichtigen terecht komen (rond 90 %) en als er bedragen ingehouden worden, blijven die meestal bij het civ (dus op de rekening-cou-rant). Daar kwam verandering in in het eerste kwartaal van 2010: “slechts” 82,05 % van de bedragen op de controlelijst kwamen toen rechtstreeks bij de belastingplichtigen terecht. Ook het aantal bestedingsposten voor deze inhou-dingen werd in die periode uitgebreid. In dit kwartaal werd overigens voor het eerst gewerkt met op een nieuwe leest geschoeide controlelijsten (cfr. datami-ning) en werd tegelijk ook de mogelijkheid tot schuldvergelijking uitgebreid. De nieuwe “afnemers” van btw-belastingkredieten (douane, …) ontvingen

22 De Saeger S., o.c., blz. 217-222.23 De Saeger S., o.c., blz. 95. Er bestaat wel controle op belastingplichtigen om na te gaan of

ze al dan niet in aanmerking komen voor maandelijkse teruggaaf. Daarnaast wordt sinds 2010 een beperkte beheerscontrole in het vooruitzicht gesteld.

CIV

Toer

eken

ing

RCIV

Mec

hele

n

Toer

eken

ing

RCIV

Nam

en

Inho

udin

g RC

IV

Ont

vang

er d

irec

te

bela

stin

gen

Thes

auri

e

DA

VO

Dou

ane

Patr

imon

ium

- do

cum

enta

tie

Bela

stin

gplic

htig

e

2005 4,2% 0,7% 0,5% 0,9% 2,1% 0,0% - - - 91,6%

2006 3,5% 0,8% 0,3% 1,1% 2,2% 0,0% - - - 92,1%

2007 5,1% 0,7% 0,4% 2,6% 2,1% 0,2% - - - 88,9%

2008 3,8% 0,6% 0,5% 2,2% 2,1% 0,0% - - - 90,6%

2009 4,3% 0,8% 0,4% 1,1% 2,3% 0,0% - - - 91,1%

2010Q1 1,4% 1,2% 0,7% 11,5% 3,1% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 82,0%

Tabel 10: Verdeling van de bedragen op de controlelijsten 678 en 678bis naar bestemming (in percentage van het totaalbedrag, 2005-2009 en eerste kwartaal 2010)

Page 34: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

218

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

(voorlopig) niet echt veel btw-bedragen, de inhoudingen door het rciv stegen wel sterk. De procentuele toename van ingehouden/toegerekende bedragen ten opzichte van het totaal van de controlelijsten, moet overigens gerelativeerd worden: als de ingehouden driemaandelijks kredieten vergeleken wordt met het geheel van de driemaandelijkse kredieten, dan wijken die niet of nauwelijks af van wat in de vorige kwartalen werd opgetekend.

Page 35: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

219

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

6 Besluit

De btw-aangiftegegevens zijn een bron van economische en fiscale informatie die vrij snel beschikbaar is, maar die ook een aantal beperkingen heeft. Er is er al de invalshoek die eerder fiscaal-technisch, zelfs administratief is, maar nog zwaarder wegen de onwaarschijnlijkheden die in de cijfers sluipen. Die onwaarschijnlijkheden lijken doorheen de jaren toe te nemen en werden alleszins in de beschouwde periode nog niet voldoende uitgezuiverd. Dat controles geen verlengstuk hebben in het aangiftearchief is daar niet vreemd aan. De aanwezigheid van cijfers waar men zich vragen kan bij stellen, vermindert de bruikbaarheid van de aangiftestatistieken.

Ondanks alles kan men uit de aangiftestatistieken toch een aantal besluiten trekken:

▸ De omzet nam toe bij de internationale handelingen en bij andere handelingen waarbij niet de leverancier, maar de afnemer van goederen en diensten de verschuldigde btw op zich neemt. Dit ging vooral ten koste van de omzet die tegen het standaardtarief getaxeerd wordt. Door de crisis nam in 2009 de “internationale” omzet wel af.

▸ Bij de kosten viel op dat de kostenstructuur van de kleinere ondernemingen sterk afweek van die van de grote.

▸ In de lijn van de voorgaande vaststellingen steeg het belang van de btw-bedragen die aangegeven moeten worden door de afnemers van grensoverschrijdende handelingen ten koste van de bedragen die de hoofdregel volgen.

▸ De verhoudingen binnen de aangiftes van kwartaalaangevers kunnen sterk afwijken van deze van de grote ondernemingen (die hun stempel drukken op de totaalcijfers): hun kosten en omzet zijn “Belgischer”, de btw wordt dan ook meer bepaald door de hoofdregel dat de verschuldigde btw door de leverancier wordt vereffend en hun kostenstructuur wijkt toch duidelijk af van die in grotere bedrijven.

▸ De “internationalisering” van omzet en kosten is niet zozeer te danken aan de intracommunautaire handelingen, maar aan handelingen die weliswaar grensoverschrijdend zijn, maar niet onder de noemers intracommunautaire verwerving of intracommunautaire levering (in de zin van het btw-wetboek) kunnen geplaatst worden. Het gaat dan om invoer, uitvoer en allerlei handelingen waarvan de plaatsbepaling afwijkt van de algemene regeling voor intracommunautaire leveringen van goederen of diensten.

▸ De btw-vorderingen geven een stabieler en betrouwbaarder beeld dan de omzet- en kostencijfers. Deze btw-bedragen zijn voor de administratie ook belangrijker.

Page 36: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

220

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

Ondanks alle mogelijke hindernissen verloopt de sprong van aangiften naar de rekening-courant vrij probleemloos en komen de op die rekening geboekte vorderingen van de staat en de belastingplichtigen dus vrij goed overeen met deze die in de aangiften te vinden zijn. Daarenboven marginaliseren de boekingen van deze vorderingen samen met de betalingen en de teruggaaf de andere boekingen op de rekening-courant. Als deze vorderingen vergeleken worden met de betalingen en teruggaven die er de logische uitloper van moeten zijn, kan men grotere verschillen vaststellen, alhoewel dit dan weer gemilderd wordt als de andere kleine boekingsposten (intresten, …) van de rekening-courant ook verrekend worden.

Die betalingen en teruggaven via rekening-courant (civ) omvatten het leeuwendeel van de betalingen en teruggaven, maar de andere kanalen kunnen moeilijk weggecijferd worden, al was het maar omdat ze door hun relatief grillig verloop mee richting geven aan de totale ontvangsten en teruggaven.

Over de voorafgaande teruggaafcontrole kunnen we besluiten dat ze slechts een relatief beperkt belang hebben als we de in- of tegengehouden bedragen vergelijken met het totaalbedrag op de controlelijsten en zeker als de vergelijking doortrekken naar het totaal van de teruggaven. Anderzijds kan dan weer gesteld worden dat de teruggaafcontrole de automatische werking van het btw-systeem niet wezenlijk in de weg staat.

Page 37: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

221

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

7 Bibliografie (24)

Administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit. Toelichting voor het invullen van de periodieke BTW-aangifte. Brussel, 2002.

Bernaerts, Y., Brouckaert, J. en Werniers, R. Précis de T.V.A. Antwerpen, 2009.

Bougard, C. Le contrôle du bien fondé des remboursements T .V.A. des assujettis déposants, Brussel, 2008.

BTW-handleiding (versie 1 oktober 2007)

Buelens, B. Btw-pakket in België…een geschenk? Praktische handleiding bij de nieuwe regels inzake plaats van de dienst en schuldenaar van de btw. Mechelen, 2010.

Centrum voor Beroepsopleiding Btw. Instructie B31: Aangiften. Brussel, 2006.

Centrum voor Beroepsopleiding Btw. Instructie B41: De rekening courant. Gent, 2006.

Cuyt, A. De inhoudingen van btw-kredieten na het indienen van de in arti-kel 53,§ 1, eerste lid, 2° van het btw-wetboek bedoelde aangiften: hangende knelpunten. Brussel, 2007.

Dufey, J. L’évolution des recettes de la taxe sur la valeur ajoutée de 1988 à 2007. Brussel, 2008.

Federale Overheidsdienst Financiën. Federale Belastingadministraties. Activiteitenverslag Entiteit Belastingen en Invordering. Brussel, 2003-2009. (verslagen 2002 tot en met 2008)

Federale Overheidsdienst Financiën. Studie- en Documentatiedienst, Fiscaal Memento, Brussel, 2002-2010.

Lejeune, I. Btw-zakboekje 2010, Mechelen ,2010.

Lenoir, T. en Valenduc, C. Herziening van de macro-economische methode voor de raming van de fiscale ontvangsten, in Documentatieblad, jaargang 66, nr. 1, blz. 97-220.

Pierson, O. De inhoudingen van BTW belastingkredieten. Brussel, 2009.

Pilloy, C. Comparaison du chiffre d’affaires comptable et de celui en matière de tva. Brussel, 2008.

24 De Saeger S, o.c., blz. 230-235 voor een uitgebreider bibliografie en een vermelding van de primaire bronnen:

Page 38: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

222

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011

Rekenhof. Fiscale controle van de btw-plichtigen. Verslag van het Rekenhof aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Brussel, 2007

Savage, R. Recettes de tva: Trajectoires rétrospectives effectives, non-discrètionnaires et discrétionnaires estimées (1970-2008), in Documentatie-blad, jaargang 70, nr. 2, blz. 71-125.

Vessière, M. La restitution des crédits d’impôt en matière de T .V.A. Méca-nismes, filières et obstacles. Brussel, 2002.

Wille, P. Govers, M. en Meynendonckx, E. Aangiften btw. Antwerpen, 2010.

Page 39: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

223

Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 De periodieke btw-aangifte in België (2002-2010)

8 Bijlage: aangifteformulier periodieke btw-aangifte (versie 2010)

Page 40: De periodieke btw-aangifte in België: een analyse van de ... · dan vooral om grensoverschrijdende handelingen: intracommunautaire handelingen tussen belastingplichtigen (waarbij

224