De hervorming van het erfrecht in de praktijk Successie en...
Transcript of De hervorming van het erfrecht in de praktijk Successie en...
25/01/2018
1
KBABNathalie Labeeuw
Cazimir Advocaten
25 januari 2018
De hervorming van het erfrecht in de praktijk
Successie en familiebedrijven
14.00 uur Deel I (Nathalie Labeeuw)15.30 uur pauze 16.00 uur Deel II (Olivier De Keukelaere)17.30 uur vragen
2
Programma
25/01/2018
2
DEEL I
Inhoudstafel
I. Aanleiding tot hervorming van het erfrecht
I. Wat wijzigt er niet?
I. Kernthema’sA. De wijzigingen m.b.t. de erfrechtelijke reserve/het beschikbaar deelB. De wijzigingen m.b.t. inbreng van giftenC. De wijzigingen m.b.t. inkortingD. De versoepeling van het huidige verbod over overeenkomsten over
niet-opengevallen nalatenschappen
IV. Enkele praktische toepassingen
V. Overgangsregeling
VI. Wanneer is een verklaring aangewezen?
VII. Hervorming erfbelasting - huwelijksvoordelen
4
25/01/2018
3
I. Aanleiding tot hervorming van het erfrecht
I. Aanleiding tot hervorming van het erfrecht
● Waarom hervorming?
○ Huidige regels zijn gebaseerd op een verouderd maatschappijmodel -maatschappij is geëvolueerd
○ Klassieke gezin (gehuwde ouders met kinderen): minder de norm- partners huwen minder vaak, wonen wettelijk of feitelijk samen- toename aantal nieuw samengestelde gezinnen
○ Complexiteit en toename samenlevingsvormen, noopt tot flexibilisering erfrecht
○ Veel mensen wensen meer autonomie → erfrecht “op maat” naar eigen situatie
6
25/01/2018
4
I. Aanleiding tot hervorming van het erfrecht
○ Beschikkingsvrijheid erflater - wettelijk gewaarborgde solidariteit binnen familie (focus op kerngezin - Quid met complexiteit samenlevingsvormen?)
○ Hogere levensverwachting: men erft pas in latere fase van het leven- erfgerechtigden zélf reeds kapitaalkrachtig op ogenblik van erven- daarom: grotere wens tot ‘erfenissprong’ - techniek huidig erfrecht: plaatsvervulling bij verwerping rechtsvoorganger
○ Huidige erfrecht soms onnodig complex: bepaalde principes zijn verouderd(voorbeeld nemen aan buitenlandse tendensen)
7
II. Wat wijzigt er niet?
25/01/2018
5
II. Wat wijzigt er niet?
Wie erft wat: regel van de ordes en graden
Orde Wie Meer concreet
EERSTE de afstammelingenkinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen
TWEEDEde bevoorrechte ascendenten + de bevoorrechte zijverwanten
de ouders samen met de broers, zussen en hun afstammelingen
DERDEde ascendenten (bloedverwanten in opgaande lijn)
de ouders als er geen broers of zussen (of hun afstammelingen) zijn, de grootouders en overgrootouders
VIERDE de overige zijverwantenooms en tantes, neven en nichten, grootooms en groottantes
II. Wat wijzigt er niet?
INLEIDING
PER erfgenaam:
0-50.000 : 3%
50.000-250.000:9%
+ 250.000: 27%
PER erfgenaam:
0-50.000 : 3%
50.000-250.000:9%
+ 250.000: 27%
Totaal nalatenschap = eigen vermogen overledene + ½ gemeenschappelijk vermogen
RG: VG naar LLE, BE in gelijke delen naar kinderen OG: VG naar LLE, BE in gelijke delen naar kinderen
Gezinswoning
Vrijstelling tussen
echtgenoten
OverigFamiliale onderneming
Voorwaardelijke Gunstmaatregel
3%
Overig
25/01/2018
6
III. Kernthema’s
III. Kernthema’s
Hervorming erfrecht is gebaseerd op enkele kernthema’s:
A. De wijzigingen m.b.t. de erfrechtelijke reserve/beschikbaar deel
B. De wijzigingen m.b.t. inbreng van giften
C. De aanpassingen m.b.t. de inkorting
D. De versoepeling van het huidige verbod over overeenkomsten overniet-opengevallen nalatenschappen
12
25/01/2018
7
A. Wijziging m.b.t. erfrechtelijke reserve/ beschikbaar deel
● Hervorming erfrecht opgebouwd rond de volgende kernideeën:
1. Behoud van de instelling erfrechtelijke reserve
=> geen wijziging
2. Huidige reservataire erfgenamen:
● Ouders● Kinderen
● Langstlevende echtgenoot
13
A. Wijziging m.b.t. erfrechtelijke reserve/ beschikbaar deel
3. Berekening reserve
FICTIEVE MASSA: Actief = bestaande goederen op moment overlijden
- Passief = schulden+ de gedane schenkingen bij leven (waarde op het moment van het overlijden*)
Technische correctie - volgorde van aanrekening:
● Aftrek van schulden = tweede verrichting○ kunnen dus enkel van bestaande goederen worden afgetrokken○ niet van de massa (bestaande goederen + schenkingen)
● Dus samenstelling FM = (actief - passief) + alle schenkingen (ook deze in erfOK)
14
25/01/2018
8
A. Wijziging m.b.t erfrechtelijke reserve/ beschikbaar deel
4. Afschaffing ascendentenreserve
=> vervangen door uitbreiding van de onderhoudsplicht lastens de nalatenschap(nieuw art. 205bis BW)
- kinderloos gestorven erflater- indien behoeftig door het overlijden of ten tijde van het overlijden- levensonderhoud hetzij in de vorm van een maandelijkse lijfrente, hetzij in de
vorm van een kapitaal- bedrag begrensd door de omvang van de reserve (¼ van FM per ascendent)- berekening rente of kapitaal - jaarlijkse tabel bij KB in BS (1 juli)
15
A. Wijziging m.b.t. erfrechtelijke reserve/ beschikbaar deel
5. Aanpassing omvang beschikbaar deel (en dus reserve)
=> BD altijd ½ van FM, ongeacht aantal kinderen
- reserve kinderen: ½ te verdelen onder de afstammelingen
- reserve LLE:
- ½ VG (abstracte reserve)
- min. VG op gezinswoning en huisraad of recht op voortzetting huur (concrete reserve)
- niet op voorhuwelijkse schenkingen - nieuw artikel 915bis, § 2/1 BW
- zelfs niet indien preferentieel goed
- uitzondering: nieuw art. 915bis § 3 BW
16
25/01/2018
9
A. Wijziging m.b.t erfrechtelijke reserve/ beschikbaar deel
5. Aanpassing omvang beschikbaar deel (en dus reserve): voorbeeld
Vader overlijdt en laat 3 kinderen na. Op het ogenblik van zijn overlijden bezit hij een woning van € 500.000 en € 200.000 privé-beleggingen. Hij deed reeds een schenking aan de kleinkinderen van € 400.000. Tevens schonk hij aan een goed doel € 50.000
Fictieve massa 500 000
200 000
400 000
50 000
1.150.000
OUD NIEUW
Reserve van de kinderen 862 500(3/4)575 000
(1/2)
Reserve per kind 287 500 191 667
Beschikbaar deel 287 500 575 000
Inkorting 162 500 geen
B. Wijziging regels inbreng van giften
● Huidig erfrecht: artikelen 843 t.e.m. 869 BW
- Weerlegbaar vermoeden van gelijkheid tussen alle erfgenamen (vermoeden van voorschot op erfdeel → verplicht tot inbreng)
- Onderscheid
○ Inbreng OG => in principe in natura=> de waarde van het geschonken goed op het moment van de verdeling van de nalatenschap
○ Inbreng RG=> inbreng door mindere ontvangst=> de waarde van het geschonken goed op het ogenblik van de schenking
18
25/01/2018
10
B. Wijziging regels inbreng van giften
- Scheeftrekkingen en oneerlijke gevolgen
○ Voorbeeld:- De heer X overlijdt en laat twee kinderen na: A en B- Tijdens zijn leven:
- Schenking aan A van € 300.000 in geld- Schenking aan B van een OG ter waarde ten tijde van de schenking van €
300.000 (op moment verdeling € 600.000 waard)- Na overlijden: toepassing inbrengregels
- A: inbreng door mindere ontvangst van € 300 000
- B: inbreng OG in natura aan waarde ten tijde van verdeling, zijnde € 600.000
=> de gelijkheid tussen A en B – die de overledene had trachten te realiseren – is niet verzekerd=> geen eenvormigheid tussen regels inzake roerende inbreng en onroerende inbreng
19
B. Wijziging regels inbreng van giften
● Hervorming erfrecht opgebouwd rond de volgende ideeën:
1. Vermoeden van inbreng voor alle giften aan afstammelingen/erfgenamen in rechte nederdalende lijn
=> uitzondering algemene legaten en legaten ten algemene titel → vermoed van vrijstelling
inbreng
=> wettelijk vermoeden van inbreng (als voorschot op erfdeel)
=> weerlegbaar karakter - tenzij anders bedongen (vrijstelling inbreng moet zeker zijn)
=> ook aanpassing verzekeringswet: zelfde principe indien begunstiging verzekeringsprestatie een erfgenaam in rechte nederdalende lijn is
20
25/01/2018
11
B. Wijziging regels inbreng van giften
2. Omkering wettelijk vermoeden voor giften aan erfgenamen die geen afstammelingen zijn
=> invoering van een wettelijk weerlegbaar vermoeden van vrijstelling van inbreng -Buiten deel
○ tenzij erflater uitdrukkelijk bepaalt dat dit een voorschot op erfdeel is■ bv. indien erflater geen afstammelingen nalaat, maar broers/zussen
21
B. Wijziging regels inbreng van giften
3. Bevestiging van mogelijkheid omvorming schenking als voorschot op erfdeel naar schenking buiten deel
=> bevestiging van huidig erfrecht=> door middel van overeenkomst tussen schenker en begiftigde
→ kan ook in testament: na overlijden schenker akkoord begiftigde nodig
+ invoering omgekeerde mogelijkheid
=> door middel van overeenkomst tussen schenker en begiftigde
=> datum overeenkomst die kwalificatie gift heeft gewijzigd telt voor de aanrekening van deschenking op het BD of op de reserve.
22
25/01/2018
12
B. Wijziging regels inbreng van giften
4. Principe: inbreng van giften ALTIJD in waarde - nieuw artikel 858 BW
=> niettegenstaande elk andersluidend beding
=> ook indien geschonken goed door toeval is teniet gegaan, na de schenking - art. 855 BW
=> door mindere ontvangst: door vooruitneming of door aanrekening op het aandeelvan de mede-erfgenaam schuldenaar
23
B. Wijziging regels inbreng van giften
4. Uitzondering: inbreng in natura van giften - nieuw artikel 858 §6 BW
=> voorwaarden:- Keuze van de begiftigde- Goed is nog in natura aanwezig- Zonder bijkomende lasten- Eventueel mits opleg aan of door de massa
24
25/01/2018
13
B. Wijziging regels inbreng van giften
5. Inbreng giften aan intrinsieke waarde op dag van de gift (schenking/legaat), maar geïndexeerd + evt. overeenkomst over waarde
Nieuw artikel 858 BW- Intrinsieke waarde of overeenkomst over waarde
○ = toegelaten punctuele erfovereenkomst: waarde tegenwerpelijk bij verrichting van inbreng (identiek bij inkorting)
■ geen verzaking van recht om inbreng/inkorting te vragen
- Stel schenking bezwaard met rente/last○ Netto-waarde geschonken goed (na aftrek last)
- Indexering van dag schenking tot dag overlijden○ Index consumptieprijzen maand overlijden beschikker met basisindex maand schenking○ Vruchten zijn niet aan inbreng onderworpen
25
B. Wijziging regels inbreng van giften
=> uitzondering voor schenkingen met voorbehoud van “meesterschap”!- Inbreng volgens waarde geschonken goed op datum dat begiftigde VE verkrijgt
○ doorgaans datum van overlijden schenker○ stel begiftigde verkrijgt VE pas op een datum na het overlijden → waarde geschonken goed
op datum overlijden verminderd met waarde van lasten die uitoefening van beschikkingsrecht (“meesterschap”) over VE verhinderen
- Meesterschap? Discussie..○ Interpretatie? Onduidelijkheid!
Vervreemdingsverbod? Uitsluitingsclausule? Statuten vennootschap waarbij schenker zeggenschap behoudt?
=> uitzondering voor inbreng legaten- Inbreng aan waarde op datum overlijden
26
25/01/2018
14
B. Wijziging regels inbreng van giften
5. Inbreng giften aan intrinsieke waarde op dag van de gift (schenking/legaat), maar geïndexeerd + evt. overeenkomst over waarde
- In te brengen waarde brengt van rechtswege interesten op aan wettelijke rentevoet te rekenen van de dag van het overlijden van de beschikker
27
B. Wijziging regels inbreng van giften
6. Giften aan LLE en LWP niet vatbaar voor inbreng!
- Inbrengregels kwamen tegemoet aan erfrecht LL, maar juridisch onjuist- Schenking in VE aan langstlevende: niet vatbaar voor inbreng- Schenking in VE aan kinderen: niet in te brengen tav LLE!!!
- LLE kan enkel inkorting vragen indien reservatair erfdeel in VG is aangetast
- Oplossing: als last van de schenking opleggen dat kinderen VG toekennen aan LLE (geen inbreng)
- Maar fiscaal probleem - art. 2.7.1.0.3, 3° VCF (oud art. 4,3° Vl. W. Succ.)
28
25/01/2018
15
B. Wijziging regels inbreng van giften
6. Giften aan LLE en LWP niet vatbaar voor inbreng!
=> Uitzondering: schenking aan de kinderen met voorbehoud VG
○ Nieuw art. 858bis, §3 BW “...kan de LLE bij overlijden van de schenker het vruchtgebruik verder zetten…”
○ Huwelijk voor de betreffende schenking○ Verzaking mogelijk door de LLE aan het VG (punctuele erfovereenkomst)○ Ontneming mogelijk (behoudens aantasting reserve)○ Analoog voor LWP voor schenking van gezinswoning (en huisraad)
29
7. VoorbeeldEN INKORTING
B.Wijziging regels inbreng van giften
Stel dat Dhr X op het ogenblik van zijn overlijden een woning van € 500.000 en € 200.000 privé-beleggingen bezit. Hij deed reeds een schenking in volle eigendom aan zijn kinderen A, B en C deed van elk € 150.000 (i.p.v. kleinkinderen/goed doel)
waarde schenking waarde overlijden (OUD) krijgt aldus nog
A cash 150 000 150 000 300 000
B bouwgrond 150 000 350 000 100 000
C aandelen familiale onderneming 150 000 150 000 300 000
Nalatenschap Dhr X 700 000
Fictieve massa 1 350 000
Elk kind 450 000
25/01/2018
16
INBRENG EN INKORTING
B.Wijziging regels inbreng van giften
Oplossing: Techniek dubbele akte
• Gelijktijdige schenking in onverdeeldheid: zowel de cash/het onroerend goed/de aandelen voor 1/3 schenken aan A, B en C
• Gevolgd door uit onverdeeldheidtreding door de kinderen teneinde waarde ‘vast te klikken’
• Fiscale gevolgen: verdeelrecht 2,5% op onroerend goed (Vlaanderen)
• Nieuw erfrecht: techniek dubbele akte overbodig, doch wel nog mogelijks fiscaal nuttig (progressieve tarieven schenking onroerend goed)
INBRENG EN INKORTINGStel dat Dhr X op het ogenblik van zijn overlijden een woning van € 500.000 en € 200.000 privébeleggingen bezit. Hij deed reeds een schenking in volle eigendom aan zijn kinderen A, B en C deed van elk € 150.000 (i.p.v. kleinkinderen/goed doel)
waarde
schenking
waarde overlijden (NIEUW index) krijgt aldus
A: cash juni 1998 150 000 215 792 233 334
B: bouwgrond maart 1990 150 000 258 695 190 430
C: aandelen familiale onderneming februari 2009 150 000 172 889 276 237
Nalatenschap Dhr X 700 000
Fictieve massa 1 347 376
Elk kind 449 125
B.Wijziging regels inbreng van giften
25/01/2018
17
C. Wijziging regels inkorting
1. Invoering principe van reserve in waarde
- Huidig erfrecht: reserve in natura
○ Materieel uit handen genomen van begiftigde○ Geen rechtszekerheid in hoofde van begiftigde - erflater - derde○ Eigendomstitel verzwakt○ Uitzonderingen:
■ Art. 866 BW (in te korten deel < ½ W. OG)■ Art. 924 BW (goederen van dezelfde aard)■ Art. 930 BW (goed door begiftigde verkocht)■ Artt. 1464, lid 2 en 1465 BW (huwelijksvoordelen)■ Goed teniet gedaan of het betreft verbruikbare/vervangbare zaak
33
C. Wijziging regels inkorting
1. Invoering principe van reserve in waarde
- Hervorming erfrecht: reserve in waarde - nieuw art. 920 BW
○ Inkorting geschiedt voortaan in waarde “niettegenstaande elk andersluidend beding” => vordering in geld■ Ook bij inkorting door LLE
○ Uitzonderingen - inkorting in natura:■ Indien een gift afbreuk doet aan de concrete reserve van de langstlevende
partner■ Op vraag van de begiftigde
● eventueel opleg door of aan begiftigde■ Inkorting van legaten in het geval de begiftigde geen erfgenaam is
● gevolg: legaat wordt niet uitgevoerd
34
25/01/2018
18
C. Wijziging regels inkorting
2. Waardering van de geschonken goederen - nieuw art. 922 BW en art. 858 BW
Welke waarde?- Huidig recht:
- waarde op ogenblik van overlijden
- uitzondering voor familiale goederen (gunstregeling)
- Hervorming erfrecht:
- Intrinsieke waarde- Overeengekomen waarde
= toegelaten punctuele erfovereenkomst: waarde tegenwerpelijk bij verrichting van inkorting (identiek bij inbreng)■ bv. indien geen beschikking over VE
■ geen verzaking van recht om inbreng/inkorting te vragen35
C. Wijziging regels inkorting
2. Waardering van de geschonken goederen - nieuw art. 922 BW en art. 858 BW
- Schenking bezwaard met rente/last- Netto-waarde geschonken goed (na aftrek last)
- Indexering van dag schenking tot dag overlijden- Index consumptieprijzen maand overlijden beschikker met basisindex maand schenking- Vruchten zijn niet aan inbreng onderworpen
- Gevolgen:- Voorzienbaar- Meer- of minderwaarde ten voordele of ten laste van begiftigde
- Uitzondering: indien geen beschikking over VE vanaf schenking
- Meesterschap!- Maar punctuele erfovereenkomst mogelijk
36
25/01/2018
19
C. Wijziging regels inkorting
3. Invoering principe waarbij LLE geen inkorting kan vragen van voorhuwelijkse giften
- Meer zekerheid voor de kinderen- Risico voor de partner - reden voor een huwelijk…?
37
C. Wijziging regels inkorting
4. Invoering verjaringstermijn vordering tot inkorting - nieuw art. 928 BW
- Huidig recht: - termijn vordering tot inkorting niet vastgelegd - verbonden aan termijn voor uitoefening erfkeuze, zijnde 30 jaar te rekenen van de dag van het
openvallen van de NL
=> deze termijn zorgt voor aanzienlijke rechtsonzekerheid
38
25/01/2018
20
C. Wijziging regels inkorting
4. Invoering verjaringstermijn vordering tot inkorting - nieuw art. 928 BW
- Gift toegekend aan erfgenamen ○ Principe :30 jaar vanaf overlijden beschikker - geen wijziging○ Maar vordering vervalt indien weet van aantasting reserve en niet gevraagd op dag van afsluiten
vereffening-verdeling NL - wel wijziging
- Gift toegekend aan niet-erfgenaam○ 2 jaar vanaf afsluiting van de vereffening-verdeling NL voor zover uit deze vereffening de aantasting
blijkt van de reserve
○ of, in elk geval, na maximum 30 jaar vanaf openvallen NL
○ Begiftigde kan op elk moment de erfgenamen aanmanen standpunt in te nemen
■ Erfgenaam heeft hiervoor 1 jaar vanaf ingebrekestelling (via verklaring)
■ Termijn van 2 jaar, te rekenen vanaf verklaring betreffende inkorting, om inkorting daadwerkelijk te vorderen en bedrag vast te stellen
39
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
1. Principes - nieuw art. 1100/1 BW
- Principieel verbod van erfovereenkomsten- Versoepeling en invoering van nieuwe wettelijke uitzonderingen
2. Sanctie - nieuw art. 1100/3 BW
- Absoluut nietig○ Bij verboden erfovereenkomst○ Bij toegelaten erfovereenkomst indien wettelijke vereisten niet zijn voldaan
40
25/01/2018
21
3. Bekwaamheid - nieuw artikel 1100/2 BW
- Minderjarigen:- Geen partij bij erf-OV als beschikker- Wel partij als vermoedelijke erfgenaam- Vertegenwoordigd door ouders of voogd- Mits machtiging- Uitzondering: verzaking aan rechten in de niet-opengevallen NL
- Meerderjarige onbekwamen:- Partij bij erf-OV als beschikker of vermoedelijke erfgenaam én verzaken mits:
- ofwel bekwaam geacht in de beschikking aanstelling bewindvoerder- ofwel niet bekwaam maar toch mits afzonderlijke machtiging- geen vertegenwoordiging - persoon treedt zelf op
- Indien geen machtiging:- Enkel partij als vermoedelijke erfgenaam- Maar geen verzaking
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
4. Gevolgen erfovereenkomsten - nieuw art. 1100/4 BW
- Geregeld door gemeen verbintenissen- en overeenkomstenrecht
- Strekt partijen tot wet indien voldaan aan geldigheidsvereisten
- Ondertekening heeft geen gevolgen voor erfkeuze bij openvallen NL
- Ook erfgenamen bij plaatsvervulling zijn gebonden
- Verzaking aan rechten in niet opengevallen NL “herroepelijk” bij onbetamelijk gedrag begunstigde,
■ Bv. aanslag op leven, mishandelingen, misdrijven of grove beledigingen○ Herroeping enkel gevolgen tav eigenlijke verzaking○ Vordering tot herroeping uiterlijk op dag afsluiting vereffening-verdeling
42
25/01/2018
22
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
5. Vorm (= voor alle door de wet toegelaten erfovereenkomsten) - nieuw art. 1100/5 BW
- Authentieke akte- Ontwerp op voorhand meegedeeld aan de partijen (reflectietijd)
○ Na 15 dagen vergadering ter bespreking van inhoud en gevolgen○ Na 1 maand te rekenen vanaf vergadering wordt overeenkomst getekend○ Afwijken van deze termijnen is niet mogelijk, zelfs niet met akkoord van alle partijen
=> erfovereenkomsten in extremis niet mogelijk
- Mededeling ontwerp samen met adviesmogelijkheden- Publiciteit in CRT- Formaliteiten niet voor EOT- Ontwerp en mededeling advies niet voor contractuele erfstelling (wel
authentiek) 43
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
6. Familiale overeenkomst - globale overeenkomst
- Mogelijkheid om reeds voor overlijden ouders (vader en/of moeder) samen met alle kinderen op bindende wijze toewijzing en verdeling nalatenschap te regelen bij overeenkomst!
○ Enkel met erfgenamen in rechte nederdalende lijn○ Alle vermoedelijke erfgenamen in rechte nederdalende lijn moeten tekenen
(geldigheidsvereiste, beoordeeld op dag ondertekening overeenkomst)
- Omschrijving van alle “giften”○ Eerder gedane schenkingen (als voorschot en buiten deel)○ Andere voordelen (die juridisch geen schenkingen zijn) zoals bv. studies in
buitenland
○ Schenkingen in overeenkomst vermelden en waarderen (= bindend)
- Schuldvordering toebedelen (uitdrukkelijk bepalen wie SA is)
44
25/01/2018
23
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
6. Familiale overeenkomst - globale overeenkomst
- Subjectief evenwicht○ Rekening houden met toekomstige goederen (voor zover verworven vanaf
overeenkomst)○ Rekening houden met persoonlijke en professionele situatie
- Generatiesprong○ Iedere erfgenaam in rechte nederdalende lijn kan toestemmen dat goederen aan
zijn/haar kinderen worden toebedeeld in zijn/haar plaats■ Voorwaarde: alle kinderen■ Alsof ze dit rechtstreeks via hun ouder hebben ontvangen
- Incl. stiefkinderen: er moet evenwicht zijn tussen de toebedelingen aan de eigen kinderen
45
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
6. Familiale overeenkomst - globale overeenkomst
- Gevolg: verzaking in hoofde van alle vermoedelijke erfgenamen in rechte nederdalende lijn aan vordering tot inkorting en aan verzoek tot inbreng mbt alle giften waarop overeenkomst betrekking heeft○ Giften toegekend in overeenkomst en giften uit het verleden○ Gevolgen moeten in overeenkomst worden vermeld
- Tussenkomst echtgenoot = facultatief○ Toestemming = verzaking aan vordering tot inkorting tav alle giften in overeenkomst
tenzij andersluidende bepaling■ Bv. verzaking behoudens tav concrete reserve
○ Indien geen tussenkomst: inkorting giften vragen kan tenzij overeenkomst afgesloten voor het huwelijk!
46
25/01/2018
24
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
6. Familiale overeenkomst - globale overeenkomst
- Huidige bepalingen inzake ouderlijke boedelverdeling blijven ook behouden
- Globale overeenkomst is anders op volgende punten:○ Kan enkel bij akte onder de levenden
○ Kan ook rekening houden met vroegere schenkingen bij vooruitmaking en buiten deel
○ Kan niet worden vernietigd uit hoofde van benadeling○ Toestemming partijen brengt verzaking aan vordering tot inkorting mee
47
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
7. Punctuele overeenkomsten
Huidig recht: - Art. 866 BW- Art. 918 BW- Art. 924 BW - Art. 930 BW- Art. 1464, lid 2 en 1465 BW- Algemene rechtsprincipes - tenietgaan of vervangbare zaak
Hervorming erfrecht:- Nieuw art. 918 BW- Overeenkomst over de waarde van de geschonken goederen- Overeenkomst ivm inbreng ten behoeve van een derde
48
25/01/2018
25
7. Punctuele overeenkomsten
Mogelijkheid punctuele verzaking aan inkortingsvordering - nieuw art. 918 BW
=> toegelaten punctuele erfovereenkomst -zie ook verder- Huidig erfrecht:
○ Vervreemdingen (ten kosteloze of ten bezwarende titel) door de erflateraan één van zijn erfgenamen in rechte lijn met voorbehoud VG, last vanlijfrente of afstand van kapitaal worden vermoed■ een schenking te zijn in VE
■ een schenking met vrijstelling van inbreng (buiten erfdeel) te zijn
49
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
7. Punctuele overeenkomsten
Mogelijkheid punctuele verzaking aan inkortingsvordering - nieuw art. 918 BW
MAAR: de reservataire erfgenamen kunnen instemmen met deze vervreemding
→ bij toestemming: schenking niet meer opgenomen in de FM (geen inbreng en geen inkorting) => toegelaten erfovereenkomst→ vermoeden schenking buiten erfdeel kan worden weerlegd: uitdrukkelijk als
voorschot op erfdeel
50
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
25/01/2018
26
7. Punctuele overeenkomsten
Mogelijkheid punctuele verzaking aan inkortingsvordering - nieuw art. 918 BW
- Hervorming erfrecht:
○ Enkel vervreemdingen ten kosteloze titel (niet ten bezwarende titel)
○ Alle schenkingen door de erflater, ongeacht de begiftigde (dus niet enkelaan één van zijn erfgenamen in rechte lijn)
○ Met inbegrip van schenkingen in VE (dus niet enkel met voorbehoud VG,last van lijfrente of afstand van kapitaal)
○ Eénzijdige verklaring=> reservatairen kunnen op die manier verzaken aan hun vorderingtot inkorting op alle schenkingen door de erflater!
51
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
7. Punctuele overeenkomsten
- Verzaking vordering tot inkorting○ Eenzijdig en individueel karakter
○ Welbepaalde schenking die wordt geïdentificeerd in verzakingsakte
○ Waarde van de schenking wordt wel opgenomen in FM■ Samenstelling kan niet variëren ifv wil reservataire erfgenamen
● = Eenheid van FM
■ Aanrekenen op hun datum in aanrekeningstabel van giften (zie voorbeeld, volgende slide)
○ Verzaking zelf is geen gift (onweerlegbaar vermoeden)
○ Verzaking heeft geen uitwerking tav de voor inkorting vatbare aard van schenking
52
25/01/2018
27
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
7. Punctuele overeenkomsten
- Verzaking vordering tot inkorting
○ Voorbeeld:■ Meneer X overlijdt en laat twee kinderen na■ Bestaand vermogen = € 10.000■ In 2019: schenking aan derde € 20.000 (geïndexeerd)■ In 2020: schenking aan kind 1 buiten erfdeel van € 4.000 (geïndexeerd):
kind 2 verzaakt aan vordering tot inkorting■ FM = € 34.000 => BD = € 17.000■ BD overschreden met € 7.000 (schenkingen van in totaal € 24.000)
● Inkorting te beginnen met schenking van 2020: verzaking tvb € 4000● Daarna inkorting van schenking van 2019 tbv € 3000● Verzaking mag inkorting van andere schenking niet verzwaren!
53
7. Punctuele overeenkomsten
Invoering mogelijkheid inbreng te organiseren t.v.v. derde(“Generatiesprong”)
- Kadert binnen principe van generation skipping- Verbintenis kan worden aangegaan
○ in schenkingsakte○ in latere overeenkomst gesloten tussen de schenker, de begiftigde en degene
die zich verbindt in te brengen
= toegelaten erfovereenkomst (art. 918 BW)
54
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
25/01/2018
28
7. Punctuele overeenkomsten
Invoering mogelijkheid inbreng te organiseren t.v.v. derde(“Generatiesprong”)
- Schenking aan kleinkinderen waarbij ouders verklaren dat moet worden aangerekend op hun erfdeel ○ Bv. vader brengt schenking aan zijn kind in (schenking aan te rekenen op
aandeel van vader)
○ Bij overlijden kind (vader): onrechtstreekse schenking door vader (die heeft ingebracht) aan zijn begiftigde kind -> begiftigde kind zal inbreng verschuldigd zijn in de nalatenschap van zijn vader (indien werd ingekort moet enkel de waarde van hetgeen resteert na de inkorting worden ingebracht)
55
D. Versoepeling verbod erfovereenkomsten
IV. Praktische toepassingen
25/01/2018
29
IV.Enkele praktische toepassingen
1. Nieuw-samengestelde gezinnen
• Wijziging/vereenvoudiging omzettingsregels VG
○ Op eenvoudig verzoek niet-gemeenschappelijk kind of LLE, zonder tussenkomst rechter■ Bij minnelijke vereffening-verdeling: eis formuleren voor afsluiting verdeling■ Bij gerechtelijke vereffening-verdeling: meedelen bij de aanspraken aan notaris-
vereffenaar
○ Wijze en modaliteiten in onderlinge overeenstemming■ Bij gebrek aan akkoord: omgezet in aandeel van NL in VE
○ Recht op omzetting■ Rechter mag niet weigeren
○ LLE wel nog vetorecht voor omzetting VG op gezinswoning en huisraad
IV.Enkele praktische toepassingen
1. Nieuw-samengestelde gezinnen
OUD ERFRECHT
• Stiefkinderen hebben geen wettelijk erfrecht
• Testament?
• Eventueel adoptie als oplossing?
NIEUW ERFRECHT
• Uitbreiding beschikbaar deel van de nalatenschap tot 1/2de
• Omzetting vruchtgebruik niet-gemeenschappelijke kinderen
• Erfrechtovereenkomsten met het oog op de gelijke behandeling van gemeenschappelijke en niet-gemeenschappelijke kinderen (opgelet: gehuwd of wettelijk samenwonend!)
25/01/2018
30
1. Nieuw-samengestelde gezinnen
VOORBEELD
Dhr X en mevrouw Y hebben samen 2 zonen A en B. Mevrouw Y heeft uit een vorige relatie een zoon en een dochter, zijnde C en D. Dhr X beschouwt deze echter als eigen kinderen en wilt ze allen gelijk behandelen bij zijn overlijden. Hij maakt hiertoe een testament op.
NIEUW-SAMENGESTELDE GEZINNEN
Huidig erfrecht Nieuw erfrecht
reserve beschikbaar reserve beschikbaar
A 1/3 1/4
B 1/3 1/4
C 1/6 1/4
D 1/6 1/4
IV.Enkele praktische toepassingen
2. Verzekeringen
• OUD ERFRECHT
✓ Begunstiging via levensverzekering = vermoeden van een schenking buiten erfdeel
• NIEUW ERFRECHT✓ Begunstiging via levensverzekering = vermoeden van een
schenking als voorschot op erfenis
NIEUW-SAMENGESTELDE GEZINNEN
IV.Enkele praktische toepassingen
25/01/2018
31
IV.Enkele praktische toepassingen
2. Verzekeringen
Voorbeeld
61
José
MarieMarc Mathieu
Josette
IV.Enkele praktische toepassingen
2. Verzekeringen
● Contract getekend op 01.06.2018‣ Verzekeringnemer: José‣ Verzekerde: José‣ Begunstigde: Marc
•Berekening reserve
•Geen inbreng
● José wijzigt de begunstigingsclausule op 01.10.2018‣ Verzekeringnemer: José‣ Verzekerde: José‣ Begunstigde: Mathieu
•Berekening reserve•Inbreng vs Marc
62
25/01/2018
32
V. Overgangsregeling
V. Overgangsregeling
● Principe: nieuwe wet van toepassing op nalatenschappen opengevallen vanaf inwerkingtreding + op giften gedaan door de erflater voor inwerkingtreding en die betrokken zijn bij dergelijke opengevallen NL
● Uitzonderingen:
■ De materiële en formele rechtsgeldigheid van giften, erfovereenkomsten en verklaringen gedaan voor de inwerkingtreding = onverlet
■ Kwalificatie van schenking als voorschot/buiten erfdeel○ Vraag naar eventuele inbreng onderworpen aan wet die gold op ogenblik
schenking○ Alle andere vragen (bv. wijze van inbreng en waardering met oog op
inbreng) onderworpen aan nieuwe wet
64
25/01/2018
33
V. Overgangsregeling
○ Doch eerdere bepalingen mbt wijze inbreng/inkorting (miv waarderingsregels) blijven van toepassing op schenkingen die vóór de inwerkingtreding van deze wet zijn gedaan, wanneer:
■ uitdrukkelijk bedongen schenking vatbaar voor inkorting/inbreng in natura
■ schenker, binnen 1 jaar na bekendmaking wet in BS, voor notaris dmv een in authentieke vorm opgemaakte verklaring heeft aangegeven dat hij wenst dat die vroegere bepalingen van toepassing blijven op alle schenkingen die hij heeft gedaan vóór de inwerkingtreding van deze wet
● Geen titel van heffing
65
V. Overgangsregeling
○ Wanneer een schenking moet worden ingebracht door de LLE, dan wel ten aanzien van die laatste, blijft artikel 858bis BW, zoals dat van toepassing was vóór de vervanging ervan, van kracht voor zover dat voor die inbreng nodig is■ Inbreng door betaling rente
○ Wanneer, vóór de inwerkingtreding van deze wet, een schenking wordt gedaan met vrijstelling van inbreng ten aanzien van LLE, is artikel 858bis, §3, zoals vervangen, niet van toepassing■ Geen verderzetting vruchtgebruik
○ Artikel 918 BW, zoals dat bestond vóór de vervanging ervan, blijft van toepassing op de vóór de inwerkingtreding van deze wet verleden akten
66
25/01/2018
34
VI. Wanneer is een verklaring aangewezen?
VI. Wanneer is een verklaring aangewezen?
● Een familiale vennootschap werd met voorbehoud van vruchtgebruik geschonken aan
de zoon-opvolger
○ De waarde die bij overlijden van de schenker moet worden ingebracht is volgens het
huidig erfrecht de waarde op het moment van de schenking
→ wenselijk dat de waarde van de vennootschap ten tijde van de schenking toch als
waarderingsdatum voor de inbreng wordt genomen
68
25/01/2018
35
VI. Wanneer is een verklaring aangewezen?
● Vader heeft in het verleden aan elk van zijn drie kinderen een geldsom geschonken van
€ 100.000, maar telkens met enkele jaren tussen
○ Volgens het huidig erfrecht moet de nominale waarde worden ingebracht (gelijkheid
tussen de kinderen)
→ In het nieuwe erfrecht zal de inbreng echter gebeuren volgens de waarde van de
schenking (€ 100.000), geïndexeerd tot aan het overlijden
69
VI. Wanneer is een verklaring aangewezen?
● Vader heeft 2 kinderen (1 is nog minderjarig)
● Vader wenst op vandaag reeds een successieplanning naar zijn kinderen toe uit te
werken. Gezien jongste kind minderjarig is, besluit hij OG enkel aan oudste te schenken
als voorschot op zijn erfdeel (met voorbehoud van vruchtgebruik)
○ Volgens huidig erfrecht zal immers bij het overlijden van vader het appartement in
natura worden ingebracht en alsnog toekomen aan beide kinderen, ieder voor de
helft
○ Volgens nieuw erfrecht = inbreng in waarde
70
25/01/2018
36
VII. Hervorming erfbelasting -huwelijksvoordelen
VII. Hervorming erfbelasting -huwelijksvoordelen
● Voorstel van decreet van 16 oktober 2017:
● Beding van ongelijke verdeling met last
○ Fiscaal geen voordelen
○ Burgerrechtelijk wel consequenties
○ Optioneel - keuze mogelijkheid bij de LLE
● Verrekenbeding bij scheiding van goederen
○ Fiscaal geen voordelen
○ Burgerrechtelijk wel consequenties
25/01/2018
37
Vragen?
73
DEEL II
25/01/2018
38
Inhoud
A. De hervorming van het erfrecht en de schenking van familiebedrijven
A. Voorwaarden en modaliteiten gekoppeld aan de schenking van familiebedrijven
A. Artikel 2.7.1.0.3,3° VCF: Combinatie controlestructuur rond het familiebedrijf en schenking
A. Standpunten VLABEL over Vlaams gunstregime inzake schenk- en erfbelasting voor familiebedrijven
75
A. De hervorming van het erfrecht en de schenking van familiebedrijven
Het nieuw erfrecht
● Inwerkingtreding 1 september 2018
● Algemene regel: de inbreng van geschonken goederen gebeurt op basis van de (geïndexeerde) waarde van de geschonken goederen op de dag van de schenking
● Uitzondering: de inbreng van geschonken goederen met voorbehoud van vruchtgebruik gebeurt op datum van het overlijden / afstand van het vruchtgebruik
● Huidige specifieke regeling voor familiebedrijven geschrapt
76
25/01/2018
39
● Voorbeeld: - Vader van drie zonen wenst zijn familiale vennootschap in blote eigendom te
schenken aan twee zonen
- Waarde op vandaag 100 - waarde bij het overlijden 150)
○ Huidige regeling: ■ inbreng aan 100, zijnde de waarde op datum van de schenking
→ logisch: waardestijging kan worden toegeschreven aan de inspanningen door de
twee actieve zonen ■ inkorting in natura
○ Nieuw erfrecht: ■ inbreng aan 150, zijnde de waarde op datum van het overlijden
→ de waardestijging zal moeten gedeelde worden met de derde niet-actieve zoon ■ inkorting in waarde
77
○ Vermijden?
■ Voor 1 september 2018 verklaring voor notaris afleggen→ van toepassing op alle schenkingen
■ Punctuele erfovereenkomst → vereist akkoord van alle kinderen
78
25/01/2018
40
B. Voorwaarden en modaliteiten gekoppeld aan de schenking
Voorwaarden en modaliteiten met het oog op:
● Het behouden van inkomsten
● Het geschonken goed binnen de familie behouden
79
Schenken met voorbehoud van vruchtgebruik
● Burgerrechtelijke gevolgen
○ Begiftigde bekomt enkel de blote eigendom
○ Schenker behoudt de inkomsten en de controle
○ Bij overlijden schenker dooft het vruchtgebruik uit en wast het aan bij de blote eigendom
80
25/01/2018
41
● Fiscale gevolgen
○ Belgische notariële akte: automatisch schenkbelasting
○ Nederlandse notariële akte ■ Sinds (oud) artikel 9 Wetboek Successierechten: worden effecten, ingeschreven voor
het vruchtgebruik op naam van de overledene en voor de blote eigendom op naam van een derde, gekwalificeerd als een fictief legaat
■ SP VLABEL nr. 15004 - maart 2016: gesplitste inschrijving wordt vermoed bevoordeling te zijn en wordt geacht nog in de nalatenschap aanwezig te zijn waardoor erfbelasting verschuldigd is, tenzij: indien men aantoont dat schenkbelasting werd voldaan of dat er geen causaal verband is tussen de schenking en de gesplitste inschrijving→ schenking familiebedrijven: registratie met vrijstelling schenkbelasting
81
■ SP VLABEL nr. 15004 - april 2017: schenkingen met voorbehoud van vruchtgebruik van deelbewijzen van burgerlijke maatschappen waarvan de onderliggende activa effecten en/of geldbeleggingen zijn → erfbelasting verschuldigd zijn, tenzij er schenkbelasting wordt betaald
● De gesplitste inschrijving blijkt voor VLABEL uit:
○ de materiële gesplitste inschrijving in het matenregister;
○ de materiële gesplitste inschrijving in documenten zoals door de
financiële
instellingen bijgehouden;
○ of de zakenrechtelijke situatie van de effectenportefeuille of
geldbeleggingen (juridische gesplitste inschrijving).
82
25/01/2018
42
● Gevolgen met betrekking tot de opbrengsten = nieuwe gesplitste inschrijving
indien:
○ de vruchtgebruiker met de aan hem uitgekeerde opbrengsten (in de zin
van burgerlijke vruchten) van de effecten nieuwe effecten koopt, die
eveneens gesplitst worden ingeschreven
○ indien de opbrengsten (burgerlijke vruchten) in het kapitaal van de
burgerlijke maatschap worden geïncorporeerd
⇒ Dus vruchtgebruiker moet de opbrengsten die de burgerlijke maatschap in een
bepaald jaar heeft gerealiseerd in volle eigendom opnemen, om de heffing van
schenk- of erfbelasting te vermijden.
83
■ VB VLABEL nr. 16046: alternatief - schenking met last tot betaling van een lijfrente? ● Er is geen gesplitste inschrijving vruchtgebruik - blote eigendom● Mogelijk sprake van verkoop
○ relevant: leeftijd schenkers en omvang van de rente ● Schenking onder opschortende voorwaarde/termijn
○ erfbelasting (ongeacht registratie) ○ schenkers behouden zich de levenslange controle voor via de
voorafgaande inbreng in de burgerlijke maatschap ○ fiscaal misbruik: artikel 2.7.1.0.3,3° VCF wordt ontweken
84
25/01/2018
43
Schenking met een optioneel beding van conventionele terugkeer
● Burgerrechtelijke gevolgen
○ Bij het vooroverlijden van de begiftigde (met of zonder afstammelingen)
○ Geschonken goed keert terug naar het vermogen van de schenker
○ Ontbindende voorwaarde
85
● Fiscale gevolgen
○ Fase 1 ■ Schenkbelasting bij registratie
○ Fase 2 ■ Geen erfbelasting bij terugkeer / vervulling van de voorwaarde■ De schenking wordt geacht nooit te hebben plaatsgevonden ■ Geen teruggave van betaalde schenkbelasting
→ SP VLABEL nr. 16068: De verzaking door de schenker, tijdens het leven van de begiftigde, aan
een conventionele terugkeer die bij de schenking was bedongen, is een handeling die niet onder de toepassing van een Vlaamse registratiebelasting valt.
86
25/01/2018
44
Schenking met beding van fideïcommis de residuo
● Restschenking
○ In de rechte nederdalende lijn
○ In de zijlijn
○ Naar private stichting
87
● Burgerrechtelijke gevolgen
○ Een dubbele schenking waarbij: ■ de schenker in eerste instantie de goederen schenkt aan een eerste begunstigde
(bezwaarde) ■ en hetgeen van deze goederen overblijft (aleatoir voorwerp) bij het overlijden van de
eerste begunstigde schenkt aan een tweede begunstigde (verwachter)
○ Ook toekomstige kleinkinderen kunnen optreden als verwachter→ wel aanvaarding van de schenking de residuo voor het overlijden van de schenker vereist
○ Eerste en tweede begunstigde verkrijgen hun rechten rechtstreeks van de schenker
○ Schenking aan de bezwaarde onder de ontbindende voorwaarde / termijn van zijn overlijden - Schenking aan de verwachter onder de opschortende voorwaarde / termijn van zijn overlijden
88
25/01/2018
45
● Fiscale gevolgen
○ Bij registratie van de schenking ■ Eerste schenking: schenkbelasting over geheel■ Tweede schenking:
● schenkbelasting aan tarief tussen schenker en verwachter● enkel over het saldo
○ Geen registratie van de schenking ■ Schenker overlijdt niet binnen de drie jaar
● geen erfbelasting, noch bij overlijden schenker noch bij overlijden bezwaarde■ Schenker overlijdt binnen de drie jaar
● wel erfbelasting, zowel bij overlijden schenker als bij overlijden bezwaarde● niet wanneer de bezwaarde binnen de drie jaar na schenking overlijdt
89
→ VB VLABEL nr. 15003:
- twee schenkingen
- opschortende voorwaarde
- drie/zeven-jaarstermijn loopt vanaf datum van de schenking (ongeacht overlijden van
bezwaarde)
→ SP VLABEL nr. 17029:de voorwaarden om te kunnen genieten van de vrijstelling moeten zijn
voldaan op het ogenblik van de vervulling van de opschortende voorwaarde
90
25/01/2018
46
C. Artikel 2.7.1.0.3,3° VCF Combinatie controlestructuur en schenking
Schenking onder opschortende voorwaarde
● Opschortende voorwaarde = toekomstige maar onzekere gebeurtenis, waarvan de uitvoering van een verbintenis afhankelijk wordt gemaakt
● Opschortende termijn = toekomstige maar zekere gebeurtenis, waarvan de uitvoering van een verbintenis afhankelijk wordt gemaakt
● Opschortende voorwaarde: de verbintenis tot eigendomsoverdracht bestaat, maar de uitvoering is opgeschort
● Opschortende termijn: de begiftigde wordt meteen eigenaar van het geschonken goed, maar de materiële overdracht wordt uitgesteld tot het verstrijken van de termijn
91
Burgerlijke maatschap
● Een vennootschap, met een burgerlijk of handelsdoel die geen rechtspersoonlijkheid bezit
● Interessante vennootschapsvorm in vermogensplanning, omwille van:
○ lage oprichtings- en werkingskosten
○ grote vrijheid om controle en inkomsten uit het ingebrachte vermogen statutair te regelen
○ boedelkarakter
92
25/01/2018
47
○ het feit dat wordt verhinderd dat het familiaal patrimonium versplintert → het onlichamelijk aandeel in de maatschap behoort tot het persoonlijk vermogen van de
maten, de maatschapsgoederen zelf niet
○ de zakenrechtelijke verankering van de scheiding tussen de controle en de vermogenswaarde van de ingebrachte goederen ■ meer waarborgen dan wanneer de titel gevestigd is bij de beheerder of bij de
beneficiaries van een vermogen → recht op inkomsten is verbintenisrechtelijk van aard
■ enkel de vennootschapsschuldeisers (met uitsluiting van de persoonlijke schuldeisers van de zaakvoerder of de maten) kunnen het vennootschapsvermogen uitwinnen
93
○ de zaakvoerder kan enkel over het vennootschapsvermogen beschikken binnen de grenzen van de statuten
94
25/01/2018
48
● De burgerlijke maatschap als houder van aandelen
○ de maatschap geldt als aandeelhouder in de onderliggende vennootschap
○ claim van de maten ten aanzien van de individuele goederen in de maatschapsonverdeeldheid is niet groter dan die van een vennoot in een rechtspersoon ten aanzien van de goederen in het vermogen van die rechtspersoon
○ Vgl. huwelijksgemeenschap - gemeenschappelijk beleggingsfonds
95
● De burgerlijke maatschap is geen stemovereenkomst
○ idee achter de strenge reglementering van stemovereenkomsten is dat het stemrecht niet kan worden gescheiden van de hoedanigheid van vennoot
○ de maatschap geldt als aandeelhouder, waardoor het aandeelhouderschap en stemrecht niet gescheiden zijn
○ stemovereenkomsten dienen beperkt te zijn in de tijd ↔ een burgerlijke maatschap kan voor langere of zelfs onbepaalde duur worden aangegaan
○ de stemovereenkomst bezwaart de eigenaar van de aandelen ↔ de maatschap bezwaart de eigendom niet, maar biedt een eigen bestuursstructuur om de eigendom nuttig te exploiteren
96
25/01/2018
49
Schenking van de deelbewijzen van de burgerlijke maatschap
● Onvoorwaardelijke, onmiddellijke en onherroepelijke eigendomsoverdracht naar het vermogen van de begunstigde(n)○ enkel de deelbewijzen behoren tot het persoonlijk vermogen van de maat-schenker, en niet
de maatschapsgoederen zelf○ het voorwerp van de schenking is de deelbewijzen
● Overgang onder algemene titel met betrekking tot de rechten en plichten van de maatschap
● De verkrijger van het deelbewijs vervangt de maat als mede-drager van de algemeenheid van goederen
97
Artikel 2.7.1.0.3,3° VCF
● Doel: ○ het belasten van voorwaardelijke schenkingen, waarvan de uitvoering wordt uitgesteld tot
aan het overlijden van de schenkers○ het vermijden dat men het voordeel geniet van het verlaagde tarief voor schenkingen, maar
toch de overdracht van de goederen uitstelt tot op het ogenblik van zijn overlijden
● ↔ schenking van de deelbewijzen = onvoorwaardelijke, onherroepelijke eigendomsoverdracht
98
25/01/2018
50
Voorafgaande Beslissing nr. 16046
● Feiten: echtgenoten wensen een schenking (Nederlandse akte) te doen aan hun kinderen, met behoud van controle en een bepaalde inkomstengarantie
● Voorgenomen verrichtingen: inbreng van het vermogen in een burgerlijke maatschap, waarvan de echtgenoten worden aangeduid als zaakvoerder, gevolgd door de schenking onder de last tot het betalen van een rente
● Beslissing: ○ herkwalificatie naar een overeenkomst ten bezwarende titel?○ door de bijkomende oprichting van de burgerlijke maatschap, is er eigenlijk sprake van een
schenking van roerende goederen onder de opschortende voorwaarde of termijn die vervuld wordt ingevolge het overlijden van de schenker
○ de antimisbruikbepaling is van toepassing wegens het ontwijken van artikel 3.7.1.0.3, 3°VCF
99
● Redenering faalt:
○ de inbreng in de burgerlijke maatschap heeft tot gevolg dat de goederen zelf uit het persoonlijk vermogen van de schenkers verdwijnen
○ de zaakvoerders beslissen in het belang van de burgerlijke maatschap en binnen de grenzen opgelegd door de statuten
○ het behoud van beheer en/of beschikking in hoedanigheid van zaakvoerder druist niet in tegen het principe van de onherroepelijkheid van de schenking→ Vgl. bewindsvolmacht
○ Veel voorkomend niet-fiscaal motief: behoud van controle over de goederen, beheer over het vermogen en behoud van een inkomstenstroom
10
0
25/01/2018
51
○ Geen gelijkaardige gevolgen: onvoorwaardelijke, onmiddellijke en onherroepelijke
⇒ VLABEL grijpt de algemene antimisbruikbepaling aan om het toepassingsgebied van een bijzondere antimisbruikbepaling onbeperkt te kunnen uitbreiden
10
1
● Europese context: Nederlandse akte - onmogelijk om volle uitwerking te weigeren van een akte die in een andere Lidstaat is verleden op basis van het argument dat de akte niet in België is verleden
● Geen tekenen dat de federale rulingdienst de combinatie van een belastingvrije schenking en het opzetten van een controlestructuur zou viseren
10
2
25/01/2018
52
Voorafgaande Beslissing nr. 17019
● Beslissing: “Gelet op de leeftijd van de schenker en haar dochters op dit ogenblik, respectievelijk 62, 37, 35 en 27 jaar, en de tijdspanne tussen de schenking en de wijziging van de modaliteiten (nog geen 2 jaar), aanvaardt Vlabel dat door de thans voorgelegde aanpassing van de modaliteiten van de schenking de last de schenking zelf niet kan uitputten, zodat er geen herkwalificatie naar een contract onder bezwarende titel zal gebeuren.”
10
3
D. Standpunten VLABEL over Vlaams gunstregime inzake schenk- en erfbelasting voor familiebedrijven
● SP VLABEL nr. 17031: het is niet vereist dat ook (een deel van) de onderneming wordt mee geschonken aan de betrokken begiftigde(n) opdat de activa zouden kwalificeren voor de vrijstelling in de schenkbelasting
● SP VLABEL nr. 17029: Fideïcommis de residuo - de voorwaarden om te kunnen genieten van de vrijstelling moeten zijn voldaan op het ogenblik van de vervulling van de opschortende voorwaarde
● VB VLABEL nr. 16029 en nr. 16038: inbreng van de aandelen van de dochtervennootschappen in een burgerlijke maatschap, volgend op de decertificering van de aandelen voor 1 juni 2012 betreft geen fiscaal misbruik
● SP VLABEL nr. 15008 “Wanneer een onroerend goed wordt verhuurd / verpacht aan derden (private of handelshuur), zal dit niet voldoende zijn om het tegenbewijs te leveren, …Verhuur van onroerende goederen kan uitzonderlijk wel in aanmerking komen als het bedrijfsgebouwen betreft die uitsluitend door één of meerdere actieve dochtervennootschap(pen) word(t)(en) gebruikt. Elke andere vorm van verhuur (verhuur aan privépersonen of beroepspersonen buiten de groepsstructuur) wordt dus niet aanvaard als tegenbewijs en zal steeds aanzien worden als privaat patrimonium.” 10
4
25/01/2018
53
● Familiale onderneming: ononderbroken voortzetten activiteit gedurende 3 jaar na datum schenkingsakte / overlijden:
- Omzendbrief / SP VLABEL nr. 17031: - de onderneming mag uitgebaat worden door de schenker, personeel of een derde- de onderneming moet wel op naam van schenker(s) of de begiftigde(n) /
erfgena(a)m(en) blijven staan- Omzendbrief: de inbreng van de familiale onderneming in een bestaande of nieuw op te
richten vennootschap, heeft niet tot gevolg dat de vrijstelling / verlaagd tarief komt te vervallen
→ VB VLABEL nr. 16039: De inbreng van het geschonken bedrijfsvastgoed in een patrimoniumvennootschap, waar de activiteit niet wordt verdergezet, verhindert
wel het behoud van de vrijstelling.
- Omzendbrief / VB VLABEL nr. 16054: De controle van het behoud van de vrijstelling, nadat de familiale onderneming wordt ingebracht in een vennootschap, gebeurt aan de hand van de voorwaarden die gelden voor een onderneming 10
5
● VB VLABEL nr. 17022: Kapitaalvermindering in het kader van art. 537 WIB 92 schendt de voorwaarde dat het kapitaal behouden dient te blijven
● VB VLABEL nr. 16048:- Indien een vennootschap na het verkrijgen van het gunstregime wordt gesplitst in twee
vennootschappen, moet elke vennootschap aan de voorwaarden blijven voldoen (herhaling omzendbrief)
- Geldt niet met betrekking tot een partiële splitsing, de voorwaarden tot behoud van het gunstregime worden dan enkel geëvalueerd in hoofde van de familiale vennootschap waarvoor het gunstregime werd verkregen
- De partiële splitsing brengt wel een kapitaalvermindering met zich mee, waardoor het behoud van het gunstregime in gedrang komt
10
6
25/01/2018
54
Nathalie LabeeuwOlivier De Keukelaere
Cazimir AdvocatenVijfhoekstraat 40C
1800 Vilvoorde
+32 (0)2 255 87 [email protected]
@Cazimir_Advwww.cazimir.be
Antwerpen - Brussel - Kortrijk - Gent