De genezing van de lamme (7de zondag door het jaar B)

45

Transcript of De genezing van de lamme (7de zondag door het jaar B)

Vol van verwachting zijn wij gekomen,

om weer te weten waartoe wij bestaan.

Verstillend van binnen, verlangend te horen

het levende Woord dat opnieuw wordt geboren

waar mensen in aandacht en liefde verstaan.

Tijd vloeit ineen; verleden wordt heden,

toekomst wordt nu, maar altijd blijft het Woord:

herinnerd te worden aan hoe wij bedoeld zijn,

herscheppen de wereld waarmee wij vergroeid zijn,

die opdracht aan alles wat ademt gaat voort.

Samen gekomen om te gaan vieren

uur van gemeenschap, van Woord en van Geest,

dat warm en met liefde en licht is doorweven,

ons helpt om ons leven gestalte te geven,

Verwachtingsvol zijn wij gereed voor dit feest !

Vol van verwachting zijn wij gekomen,

om weer te weten waartoe wij bestaan.

Verstillend van binnen, verlangend te horen

het levende Woord dat opnieuw wordt geboren

waar mensen in aandacht en liefde verstaan.

Tijd vloeit ineen; verleden wordt heden,

toekomst wordt nu, maar altijd blijft het Woord:

herinnerd te worden aan hoe wij bedoeld zijn,

herscheppen de wereld waarmee wij vergroeid zijn,

die opdracht aan alles wat ademt gaat voort.

Samen gekomen om te gaan vieren

uur van gemeenschap, van Woord en van Geest,

dat warm en met liefde en licht is doorweven,

ons helpt om ons leven gestalte te geven,

Verwachtingsvol zijn wij gereed voor dit feest !

1. Samen ge - komen om te gaan vie - ren

uur van ge - meenschap, van Woord en van Geest,

dat warm en met liefde en licht is door - weven,

ons helpt om ons le - ven ge - stal te te geven,

Ver - wachtingsvol zijn wij gereed voor dit feest ! (Koije

k-d

e B

ruijn

e M

arijk

e / S

ilcocks

Eile

en)

Nada te turbe, nada te espante:

quien a Dios tienne nada te falta

Nada te turbe, nada te espante:

só lo Dios basta.

Laat niets je verontrusten,

laat niets je beangstigen.

Wie God heeft, ontbreekt niets,

God alleen is genoeg(Taizé)

D i e p i n o n s h a r t w e e r k l i n k t e r e e n s t e m

d i e z i n g t : ' E e r a a n G o d d e V a d e r . G l o r i a ! '

Z o o n v a n d e m e n s e n , d o o r U w g r o o t l i j d e n

z i j n w i j d i c h t e r b i j U . G l o r i a !

G e e s t v a n h o o p e n l i e f d e , G e e s t v a n l i c h t e n l e v e n ,

G e e s t v a n e c h t e v r e d e . G l o r i a !

1.

Voor mensen geboren

om woorden te horen,

gelukkig te leven,

elkaar te vergeven:

is er een licht opgegaan.

2.

Voor mensen onmachtig

om heil te verwachten

gevangen genomen,

verlamd om te lopen

is er een weg om te gaan.

3.

Voor mensen ontluisterd,

in boeien gekluisterd,

beroofd van hun wensen

door andere mensen:

is er een man voorgegaan.

4.

Voor mensen, gevallen,

tot niemand vervallen,

die levend al dood zijn

en dood zonder hoop zijn:

is er een mens opgestaan.

(Jongeriu

s H

enk /

Raas J

an)

Geloofsbelevenis

Kome over ons Uw Geest,

Uw kracht tot vrede.

Geef het kwaad geen macht, over ons.

Lieve hemel ooit van aarde,

aarde is al wat wij zijn.

En de mensen mogen leven

tot ze mens en naaste zijn,

tot ze ooit in vrede zijn,

tot ze eens weldenkend zijn.

Lieve hemel ooit van aarde,

God zal mens geworden zijn.

Lieve hemel ooit van aarde,

nu of nooit begint het hier:

wie zijn brood breekt voor een ander,

wie niet omziet, wie niet haat,

die maakt God en hemel waar,

die speelt hier de hemel klaar.

Lieve hemel ooit van aarde,

God zal mens geworden zijn.

(van O

pberg

en J

an / v

olk

slie

d/M

aria

)

Rond de tafel

[Rechtstaan]

Vader van alle mensen

onzichtbaar, toch dichtbij.

Jouw naam is heel bijzonder:

"Je bent er steeds voor mij"

Doe Jouw dromen komen,

Jouw hemels mooie plan.

Die vrede wil ik brengen

en helpen waar ik kan.

Leer ons wat er nodig is,

brood voor elke dag

Leer ons te vergeven

zodat Je weer lacht.

Maak ons sterk en zeker

en toon de juiste weg.

Ik wil er echt voor gaan. Ik

geloof wat ik nu zeg.

(Pete

r B

iesbro

uck)

Blinden zien en doven horen, stommen spreken, lammen gaan.

Mens voor mens komt God ons tegen en Hij mag voorgoed bestaan.

Niemand ziet zijn le – vens - einde als be - dreiging van het lot,

ieder weet zich dood of levend onaantastbaar kind van God.

Wie zich met zijn eigen leven overgeeft aan deze droom,

die zal mensen tegen - komen last en lijden, tegenstroom.

Die zal leven, klein ver - borgen, soli - dair en zonder grens

Die zal weerloos ooit nog worden: mensenbroeder, toekomstmens.

(van O

pberg

en J

an/ B

eetlo

ven

L. :'A

lle m

enschen

werd

en b

rüder‘)