Conjunctuur (1)

11
Procentuele verandering in het reële bbp DE ECONOMISCHE CONJUNCTUUR

Transcript of Conjunctuur (1)

Page 1: Conjunctuur (1)

Procentuele verandering in het reële bbp

DE ECONOMISCHE CONJUNCTUUR

Page 2: Conjunctuur (1)

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

-1

-0.5

0

0.5

1

1.5

2

2.5Conjunctuurbeweging

ConjunctuurTrend

De trendlijn geeft de gemiddelde groei aan

Page 3: Conjunctuur (1)

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

-1

-0.5

0

0.5

1

1.5

2

2.5Conjunctuurbeweging

ConjunctuurTrend

Als de economie sterker groeit dan de trendmatige groei, is er sprake van hoogconjunctuur.De vraag naar goederen en diensten is groot, de bedrijven halen hoge winsten, de aandelenkoersen bereiken recordhoogtes en de werkloosheid is laag. Ook zullen de prijzen stijgen

Page 4: Conjunctuur (1)

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

-1

-0.5

0

0.5

1

1.5

2

2.5Conjunctuurbeweging

ConjunctuurTrend

Als de economie minder sterk groeit dan de trendmatige groei, is er sprake van laagconjunctuur.De vraag naar goederen en diensten daalt, de bedrijven blijven met voorraden zitten, belastinginkomsten dalen, het financieringstekort loopt op en de werkloosheid is hoog. Ook zal er deflatie optreden

Page 5: Conjunctuur (1)

De conjunctuur• Hoogconjunctuur

– Veel werk– Veel productie– Veel bestedingen– Het gaat goed met de economie– Inflatiegevaar!

• Laagconjunctuur– Werkloosheid– Weinig bestedingen/ weinig productie– Het gaat niet zo goed met de economie– Kans op deflatie

Page 6: Conjunctuur (1)

De economische groei wordt gemeten door het Centraal Bureau voor de statistiek. Het CBS berekent ieder kwartaal de waarde van het bbp.

Als de economie twee kwartalen achter elkaar krimpt is er sprake van een recessie. Als de economie drie kwartalen of meer achter elkaar krimpt is er sprake van een depressie.

2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013

-1

-0.5

0

0.5

1

1.5

2

2.5Conjunctuurbeweging

ConjunctuurTrend

Page 7: Conjunctuur (1)

Kenmerken conjunctuurbeweging:

1. De economie groeit niet met een constant percentage. De conjunctuur beweging vertoont een zeer onregelmatig patroon. De plaatjes op de vorige dia’s komen dus ook niet overeen met de werkelijkheid. Onderstaande figuur wel. De conjunctuurbeweging is moeilijk te voorspellen

Page 8: Conjunctuur (1)

Kenmerken conjunctuurbeweging: De beweging loopt tegengesteld aan het aantal werklozen. Zie

onderstaande figuur. Macro-economische variabelen die een tegengesteld patroon vertonen met de conjunctuurlijn zijn anti- cyclisch: hun verandering door de tijd is tegengesteld aan de conjunctuurbeweging.

Page 9: Conjunctuur (1)

Welvaartsvast en/of waardevast

• Inflatie tast de koopkracht aan.• Daarom moet dit worden gecompenseerd

- met loonsverhoging- verhoging pensioen - verhoging inkomensoverdrachten- verhoging rente

Page 10: Conjunctuur (1)

Waardevast/welvaartsvastPensioen 2010 2015 Inflatie stijgt elk jaar

gemiddeld met 2%

€ 22.000,- € 25.000,- Inkomen stijgt elk jaar gemiddeld met 3%

Page 11: Conjunctuur (1)

Waardevast/welvaartsvastUitkering 2000 2015 Inflatie stijgt elk jaar

gemiddeld met 2,1%

€ 12.000,- € 15.000,- Inkomen stijgt elk jaar gemiddeld met 1,5%