Congo Vrijstaat en de koloniale...
Transcript of Congo Vrijstaat en de koloniale...
1 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Congo Vrijstaat en de koloniale herinnering
Probleemstelling
Hoe moet Mechelen omgaan met monumenten die verwijzen naar het koloniale
verleden? Moeten ze verwijderd worden? Mogen ze blijven staan?
1. Instap/actualiteit
Stad plaatst infobord bij monument dat kolonisatie verheerlijkt
MECHELEN Het Mechelse stadsbestuur heeft een tekst laten plaatsen bij het
monument op de Schuttersvest dat hulde brengt aan 31 Mechelaars “die hun
leven gaven voor de beschaving”. In plaats van te verheerlijken moet het nu
herinneren aan de wreedheden van ons koloniaal verleden.
Sp.a-politica en historica Sophie Bollen bond in de zomer van 2017 de kat de bel
aan en opende het debat over de wenselijkheid van sommige straatnamen en
monumenten. Zij vroeg om het monument van 21 juni 1953 te verwijderen
omdat het de hulde brengt aan de Mechelse ‘pioniers’ die tijdens het koloniale
bewind van Leopold II stierven. “Beschaving brachten ze allerminst, wel
ontwrichtten ze een hele samenleving”, aldus Bollen.
Het monument blijft echter staan. Daar werd bewust voor gekozen, zegt
burgemeester Bart Somers (Open Vld). “We hebben beslist er een tekst bij te
plaatsen die aan niets te wensen overlaat. Zo betuigen we eer aan de
slachtoffers van ons koloniaal verleden en wordt het beeld een confrontatie met
een van de meest duistere perioden uit ons verleden.”
Van Kerckhovestraat
Sp.a wilde ook de Van Kerckhovestraat (nabij het station) weg, een verwijzing
naar Willem Frans Van Kerckhove. Dat was een nauwe medewerker van Leopold
II die tal van wreedheden heeft begaan. Daar is nog geen beslissing over.
Somers: “We bekijken geval per geval. Een naamswijziging heeft gevolgen voor
de mensen die er wonen. We gaan niet over één nacht ijs.”
bron: www.hln.be 23 mei 2019
2 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
2. De opdracht
Doel
Jij maakt deel uit van een historische commissie. Je gaat een beredeneerd en
onderbouwd advies formuleren aan het stadsbestuur van Mechelen. Om dat
advies beredeneerd en onderbouwd te maken, moet je natuurlijk eerst informatie
verzamelen en afwegen.
Je onderzoekt de geschiedenis van Congo Vrijstaat en de veranderende kijk op dit stukje geschiedenis. Dat doe je aan de hand van het vragenblad (vanaf p. 15)
De bedoeling is dat je uiteindelijk een beredeneerd advies kan geven over wat er
met het monument moet gebeuren.
fase 1
Aan de hand van de 21 bronnen vul je eerst de acht vragen in (van p. 15-18). Je
herkent de veranderende kijk op Leopold II. Tip: lees eerst de vragen zodat je
met de vragen in je achterhoofd de lezing van de bronnen aanvangt. Spreid deze
lezing in de tijd. Lees enkele bronnen per dag. Neem notities of duid relevante
passages voor je onderzoek aan.
fase 2
Formuleer nu je advies aan de stad Mechelen over het monument. Onderbouw je
advies met argumenten.
Je dient de opdracht in op vrijdag 3 april via de uploadzone van
smartschool en dit voor 17u. Succes!
3 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
3. De bronnen
Bron 1: Cartoon van Edward
Linley Sambourne voor het
Engelse satirische weekblad
Punch in november 1906.
(vertaling onderschrift: in de
rubberen omstrengelingen.
Scène: de Congo “Vrij”staat)
Bron 2: Een fragment uit een Belgisch handboek geschiedenis, “Sciences et
Lettres Nieuwste Tijden/Geschiedenis van België”, 1955 "Om zich een beeld te vormen van de vooruitgang van de kolonie moet men
even terugdenken aan de toestand van Kongo vóór een halve eeuw, met zijn
endemische plagen (ziekten, fetisjisme, kannibalisme) en zijn bevolking met
uiterst primitieve levensvoorwaarden, die gedund werd door bloedige rivaliteiten
en door de slavenhandel. Missionarissen, officieren, ambtenaars, ingenieurs,
technici, kolonisten... voerden een onverdroten strijd tegen de barbaarsheid.
Door hun werking heeft de negerbevolking een hoger beschavingspeil bereikt,
maar haar ontvoogding is op verre na niet voltooid."
Bron 3: Een fragment uit een Belgisch handboek geschiedenis,
Documentatiemappen, 1994, p. 144:
"De omstandigheden waarin de exploitatie gebeurde, waren soms gruwelijk.
Vooral bij het verzamelen van ivoor en rubber leverden de zwarten echte
slavenarbeid. Velen werden gedood of verminkt."
4 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Bron 4: Een fragment uit een Belgisch handboek geschiedenis, “Historia.
Geschiedenis van België”, 1956:
"Tegen de onverschilligheid en de kleinheid van de Belgen in, te midden van de
begerige grote naties en ten koste van ontzaglijke moeilijkheden is koning
Leopold II erin geslaagd, in het hart van het onbekende Afrika een machtig rijk
te stichten, dat onder leiding van België zich cultureel, economisch en
godsdienstig prachtig zou ontwikkelen en de bewondering van de wereld
afdwingen."
Bron 5: De socialistische politicus Emile Vandervelde citeerde in het Belgisch
Parlement in 1906 uit het officiële rapport van de Britse diplomaat Roger Casement. Die onderzocht in opdracht van het Britse parlement de toestand in
Congo Vrijstaat en oordeelde dat die verschrikkelijk was. Vandervelde was erg gekant tegen de kapitalistische uitbuiting in de Congo Vrijstaat, maar steunde
wel de overdracht van Congo Vrijstaat aan België. "Er is nauwelijks betwist dat op de verschillende posten die bezocht zijn de volgende praktijken heel gewoon zijn: gevangenneming van vrouwen als
gijzelaar, onderwerping van stamhoofden aan slafelijke werkzaamheden, vernedering, afstraffing van opstandigen en mishandeling van gevangenen door
de negers die aangesteld zijn om toezicht te houden. Voeg hierbij nog de strafexpedities, het in brand steken van dorpen, de
slachtingen van mannen, vrouwen en kinderen, de verkrachting van vrouwen, de plunderingen en de vele handen van doden of levenden die door schildwachten zijn afgehakt.
Dit alles zijn de bronnen van de rijkdom van de aandeelhouders en bestuurders
van de ABIR [= Anglo-Belgian Indian Rubber and Exploration Company, het
bedrijf dat instond voor de rubberexploitatie in het kroondomein]."
Bron 6: Een fragment uit een Belgisch handboek geschiedenis, Historia 5, 2001:
"De kolonisatie van Midden-Afrika vormt één van de donkerste bladzijden uit de
geschiedenis van het moderne imperialisme én uit de geschiedenis van België.
Koning Leopold II was in dit drama 'the villain of the piece'; het Kongolese volk,
het slachtoffer van verknechting en onmenselijke wreedheid, speelde de
hoofdrol."
Bron 7: Aan het begin van de Tweede Kolonisatiegolf was Leopold II op zoek naar een kolonie, net als veel andere Europese staten. Hij hield met het oog op
een kolonie voor België een Geografische Conferentie in Brussel. Hij verzamelde hier wetenschappers, ontdekkers en filantropen, maar ook vertegenwoordigers
van verschillende Europese staten. Hieronder vind je een fragment uit de openingstoespraak van Leopold II op 12 september 1876 voor de deze Conferentie. (geciteerd in: Liebrechts e.a., Guide de la section de l’état
indépendant du Congo à l’ exposition de Bruxelles-Tervueren en 1897, Brussel, 1897, p. 21.)
5 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
“Ik durf te zeggen dat het een waardige kruistocht is in deze eeuw van
vooruitgang om het laatste deel van onze aardbol dat nog niet in aanraking is
gekomen met de beschaving, hiervoor te openen; om de duisternis die deze bevolkingsgroepen omringt te doorboren …
Ik meen te mogen geloven dat het u zal welgevallen om allen tesamen – vanuit
de kennis en het gezag die jullie hebben - te discussiëren over en te preciseren
welke wegen we moeten volgen, welke middelen we moeten inzetten om
definitief de vlag van de beschaving op de Afrikaanse bodem te planten.”
Bron 8
6 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Dit is een beeldengroep die in 1931 in Oostende
werd opgericht door het stadsbestuur. Beschrijving van het
beeld: “Bovenop staat
in brons, Leopold II in
militair uniform, te
paard gezeten, kijkend
over de eindeloze
Noordzee. Onderaan
links een meer dan
levensgrote
beeldengroep (zie
afbeelding rechts),
eveneens in brons,
voorstellende "Dank
van de Kongolezen
t.o.v. Leopold II om
hen te hebben bevrijd
van de slavernij onder
de Arabieren". Rechts,
een tegenhanger,
voorstellende "Hulde
van de Oostendse
vissersbevolking".”
(bron: Wikipedia)
Bron 9: Fragment uit het historisch boek “de geest van Koning Leopold II en de
plundering van Congo” van Adam Hochschild (1998), p. 169. Dit boek van de
Amerikaanse historicus-journalist was een bestseller en wakkerde de brede interesse in het terreurregime in Congo Vrijstaat aan. Het boek is vooral gebaseerd op het werk van een aantal Belgische historici en antropologen, zoals
Daniël Vangroenweghe, Jules Marchal en Jan Vansina. Maar in tegenstelling tot hun publicaties wist hij een breder, internationaler publiek te bereiken.
In dit deel doet hij verhaal van een tocht in de Kasaï-regio die de eerste zwarte Amerikaanse missionaris in Congo, William Sheppard moest ondernemen in 1899. In deze regio was er een strijd bezig en hij moest de oorzaak
onderzoeken:
7 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
“Sheppard was gestuit op een van de gruwelijkste aspecten van Leopolds
rubbersysteem. Net zoals het maken van gijzelaars was het afhakken van
handen een opzettelijk beleid, zoals zelfs hoge ambtenaren later zouden toegeven. ‘Tijdens mijn verblijf in de Congo was ik de eerste commissaris van
het Equatordistrict,’ vertelde Charles Lemaire na zijn pensionering. ‘Zodra het ging om rubber, schreef ik naar de regering: “Om rubber te verzamelen in het district […] moet men handen, neuzen en oren afhakken.”’
Als een dorpeling weigerde zich aan het rubberregime te onderwerpen, schoten
strijdkrachten van de overheid of de bedrijven soms iedereen dood die ze in het
oog kregen, zodat de boodschap doordrong tot de nabijgelegen dorpen. Maar als
dat gebeurde, waren sommige Europese officieren wantrouwig. Voor ieder
patroon dat aan hun soldaten was uitgereikt verlangde ze bewijs dat de kogel
was gebruikt om iemand te doden en niet was ‘verspild’ bij de jacht of, erger
nog, was bewaard voor mogelijk gebruik bij een muiterij. Het standaardbewijs
was de rechterhand van een lijk. Of bij gelegenheid niet van een lijk. ‘Soms,’ zei
een officier tegen een missionaris, gebeurde het dat soldaten ‘een patroon
afvuurden op een dier waarop ze joegen; dan hakten ze een levende man de
hand af.’ In sommige militaire eenheden was er zelfs een ‘handenbewaarder’, die
belast was met het roken ervan (om ze te kunnen bewaren tot ze getoond
werden).”
8 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Bron 10: Pagina uit het boek “King
Leopold's Soliloquy” door de Amerikaanse
schrijver Mark Twain in 1905.
(https://babel.hathitrust.org/cgi/pt?id=hvd.32044014586663;view=1up;seq=3 )
Vanuit klachten van (vaak Angelsaksische) missionarissen ontstond er een
beweging van vooral Engelsen en Amerikanen die tijdschriften en boeken
uitgaven om het regime aan te klagen. Dit boek van Twain maakt deel uit van
deze brede beweging. Het is een aanklacht tegen het regime van Leopold II in
Congo Vrijstaat. Bijgevoegde foto’s verschenen in de tweede druk van het boek
en werden door tegenstanders van Leopold II en zijn regime in Congo gemaakt.
Door de witte doeken zijn de afgehakte handen duidelijk zichtbaar. Ze stonden
symbool voor het terreurregime in Congo Vrijstaat. Om de bevolking te dwingen
rubber te oogsten werden immers mensen gegijzeld, gedood, verminkt …
9 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Bron 11: Een fragment uit het artikel “Kritische bedenkingen bij de controverses
over Leopold II en Congo in de literatuur en de media” van de historicus Philippe
Maréchal in het boek Het geheugen van Congo – de koloniale tijd uitgegeven door het Koninklijk Museum van Midden-Afrika van Tervuren, 2005. (p.48-49)
“In een bijdrage in Knack van 29 januari 2003 oordeelt Marc Reynebeau dat het baanbrekend werk over België’s koloniale verleden niet te danken is aan de Belgische academische historici en dit omwille van koudwatervrees, misplaatste
eerbied voor de traditie en angst voor de controverse. (…) Het is in deze context interessant wat dieper in te gaan op de oorzaken van de
terughoudendheid van de Belgische historici ten opzichte van het nationale koloniale verleden. Vooreerst dient er opgemerkt dat er in de historische opleidingen in de Belgische universiteiten nauwelijks aandacht werd en wordt
besteed aan koloniale en overzeese geschiedenis toegespitst op Congo. Dat Belgische historici in het verleden het uit de hand gelopen systeem van
rubberexploitatie zelden of nooit aan de kaak stelden, heeft ook te maken met de remmende invloed die uitging van allerlei instanties begaan met koloniale en andere belangen. De raadpleging van bepaald bronnenmateriaal was soms zelfs
onmogelijk en maakte het voor onderzoekers moeilijk om gevoelig liggende onderwerpen op indringende wijze te behandelen. De onderwerpen die het imago
van België konden schaden, baadden in een sfeer van stilzwijgen en geheimhouding. Het officiële België was niet geneigd die zwarte bladzijde uit de nationale geschiedenis openbaar te maken. Het is overigens niet toevallig dat de
eerste wetenschappelijke studies waarin onverbloemd de gewelddadige aspecten van de rubberexploitatie aan het licht werden gebracht, uitsluitend in het Engels
werden uitgegeven. Gevolg hiervan was dat alleen specialisten er weet van hadden en dat er in de media geen haan naar kraaide. Vanaf de jaren zeventig kwam hier echter verandering in en verschenen er teksten over onderwerpen als
bezetting, exploitatie en andere vormen van geweld. Tot slot merken we op dat ook vandaag de resultaten van fundamenteel
historisch onderzoek zelden het grote publiek bereiken.” (opmerking: anno 2018
wordt in alle universitaire opleidingen geschiedenis wel aandacht besteed aan
wereldgeschiedenis en het koloniale verleden)
Bron 12: In september 2008 bekladde de controversiële kunstenaar Théophile
de Giraud het beeld van Leopold II in Brussel met rode verf. De kunstenaar
oordeelde dat Leopold II niet thuishoort tussen de groten der Belgen omdat hij
misdaden beging tegen de menselijkheid.
10 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Bron 13: Uittreksel uit de speech die de Belgische koning Boudewijn I hield op
30 juni 1960 toen Congo een onafhankelijk land werd. Na de regering van
Leopold II over Congo Vrijstaat was Congo een kolonie van België geworden (periode 1908-1960): “ De onafhankelijkheid van Congo is het eindresultaat van het werk dat is ingezet
met de uitzonderlijke persoonlijkheid van koning Leopold II, en dat hij aanpakte met vastberaden moed en dat met volharding is voorgezet door België. Zij
betekent een beslissend moment in de bestemming, niet alleen van Congo zelf, maar ik aarzel niet om het te zeggen, van heel Afrika. (…) Toen Leopold II het grote werk aanvatte dat vandaag zijn bekroning vindt, is hij
niet naar hier gekomen als veroveraar maar als brenger van de beschaving.”
11 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Bron 14: Voorpagina van het boek van E. D.
Morel. Hij was een Britse journalist (en socialistisch
politicus) die een felle campagne tegen de
wanpraktijken van Congo voerde. Hij baseerde zich
op getuigenissen van missionarissen,
boekhoudkundige info enz. Zijn boek “Rood
rubber” (1906) maakt deel uit van deze campagne.
Bron 15: Fragment uit het historisch
boek “Congo – een geschiedenis” van
David Van Reybrouck (p. 101-102).
De auteur bespreekt de geschiedenis
van Congo vanaf de kolonisatie.
Hoewel er wel wat kritiek van historici
was op het boek, zorgde het boek er
wel voor dat er veel mensen zich
opnieuw in de geschiedenis van
Congo interesseerden. (+ foto uit de
collectie van het KMMA uit 1897
genomen door M. Michel in de Kasaï-
provincie)
“Die grote economische belangstelling
voor Congo draaide niet langer alleen
om ivoor. In 1888 knutselde een
Schotse veearts, John Boyd Dunlop,
een uitvinding ineen die niet alleen
het comfort van duizenden reizigers in
Europa en Amerika aanzienlijk zou
verbeteren, maar ook het leven van
miljoenen Congolezen zou bepalen, of
zelfs beëindigen – de opblaasbare rubberband. (…) De mondiale vraag naar
rubber namen een enorme vlucht. Voor Leopold betekende het een miraculeuze
redding. Olifanten liepen er in zijn Vrijstaat steeds minder rond, maar
rubberbomen groeiden er bij de vleet. De timing had niet beter gekund. Zijn
Congo balanceerde op de rand van het bankroet. (…) In 1891 leverde Congo
12 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
slechts een honderdtal ton rubber op, maar in 1896 was dat opeens
dertienhonderd ton en in 1901 zesduizend ton. Van een slabakkend project in
Centraal-Afrika was de Vrijstaat eensklaps een verbluffend economisch wonder
geworden. Leopold schraapte de miljoenen binnen en kreeg, na zeer lang
wachten en roekeloos ondernemen, eindelijk een return on investment. (…) Met
de inkomsten uit Congo liet hij België grootscheeps verfraaien. In Brussel verrees
het Jubelparkmuseum en een nieuw koninklijk paleis, in Tervuren werd een
immens koloniaal museum en park, geïnspireerd op Versailles, aangelegd, in
Oostende verschenen de Venetiaanse gaanderijen.”
Bron 16: Fragment uit het artikel “Un monument ne se transforme pas, on le restaure, car il constitue une pièce unique pour transmettre un message”, Le
Potentiel, Kinshasa, 11 augustus 2011. Onuitgegeven vertaling, KMMA. Getuigenis van architect Gilbert Tshiyoyo over het verwijderen van het
monument van Albert I in Kinshasa. Volgens Gilbert Tshiyoyo is het uitwissen van de sporen van het koloniale verleden een vergissing. Met het oog op de wederopbouw van Congo is het immers belangrijk dat de Congolezen
geconfronteerd worden met de geschiedenis van hun land om zo ook hun eigen visie op de historische feiten te kunnen geven.
Op het plein voor het Centraal Station, aan het einde van de Boulevard du 30 Juin, werd het historische monument van Albert I weggenomen. De Congolese staat wil er iets anders zetten. Wat denkt u hierover als
architect? “Ik voel dit aan als een blijk van minachting voor het historisch belang van dit
monument en ook voor de kunstenaar die ik ben […]. Onze leiders geven ons de indruk dat we uit onze geschiedenis enkel die elementen moeten selecteren geschikt om door te geven aan onze kinderen, maar ook dat kunst nooit een
uitdrukking kan zijn van de grootsheid van ons land. Door zo te handelen gedragen ze zich net als de kolonisator die ons enkel die facetten toonde die de
kolonisatie verheerlijkten. Nochtans weten we allemaal hoezeer het bloed van onze voorouders gevloeid heeft opdat we vandaag in vrijheid kunnen leven. Het
is dus belangrijk dat wanneer wij zelf onze geschiedenis herschrijven, niemand mag vergeten dat de monarch, daarginds prijkend op twee torens in natuursteen, een van de pijnlijkste tijdperken belichaamt uit onze
gemeenschappelijke geschiedenis met België.” […] Nu het monument voor Albert I in het Institut des Musées nationaux du
Congo staat, zal het voor altijd een standbeeld zijn dat de Congolezen aan hun verleden herinnert. Wat denkt u hierover? “De geschiedenis mag niet worden verborgen of vervalst. Ze moet
waarheidsgetrouw en openlijk overgeleverd worden aan de verschillende
generaties, ook de pijnlijkste facetten ervan. Zo kan elke generatie kennismaken
met de historische feiten en beseffen welke prijs ervoor betaald werd. Historische
monumenten en sites zijn, naar mijn gevoel, elementen die bijdragen tot de
vorming van ons nationaal bewustzijn. Ze laten ons vandaag ook toe om zelf
onze lovenswaardige zonen en dochters te eren, zij die ons deden dromen door
de nationale vlag zo hoog mogelijk te hijsen. De monumenten zijn een
huldebetoon aan onze meest verdienstelijke zonen die voor eendracht zorgden
en in wie ieder van ons zich wenst te herkennen. We moeten onszelf en de
13 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
toekomstige generaties er echter ook aan herinneren welke wegen we niet meer
mogen inslaan.”
Bron 17: Fragment van artikel uit De Standaard van 12/02/2019, ‘Standbeeld
Leopold II krijgt Congolese hand toch niet terug’ (http://www.standaard.be/cnt/dmf20190221_04196300 ) (met toegevoegde foto
van het beeld dat de linkerhand mist): Een Oostendse actiegroep ziet alsnog af van de teruggave van een deel van het monument van koning Leopold II dat in 2004 op de zeedijk werd
ontvreemd. ‘De Stoeten Ostendenaere’ hakte toen de hand af van het beeld van een Congolees, die onder de vorst staat. Die hand wordt pas
teruggegeven als België zijn excuses aanbiedt voor het koloniaal verleden. Het afhakken van de hand van de Congolese figuur is een duidelijke verwijzing
naar het Belgische bewind in Congo. Het afhakken van een ledemaat was toen een vaak voorkomende straf.
Piet Wittevrongel, de man die destijds deelnam aan de vandalenstreek, had de afgezaagde ledemaat donderdag meegenomen naar een debat in de zaal van de
Minardschouwburg in Gent. Daar was minister Sven Gatz aanwezig voor een debat rond de problematiek met visa voor Afrikaanse artiesten. Wittevrongel wou het deel van het beeld enkel teruggeven indien België zijn
excuses zou aanbieden voor het koloniaal verleden. Gezien die excuses
donderdag niet beloofd kunnen worden, heeft de man de bronzen hand terug
meegenomen naar Blankenberge, vanwaar hij afkomstig is.(…)
Bron 18: Fragment uit het artikel “Den olifant verdeelt Geraardsbergen” van M.
Goethals op 6 januari 2017 in De Standaard. Het artikel gaat over de discussie
over het standbeeld van een olifant in Geraardsbergen, opgericht in 1949. “Dat lijkt misschien onschuldig op het eerste gezicht, maar wie goed kijkt ziet toch dubieuze details, zoals drie zwarten, die bewonderend en dankbaar kijken
naar een blanke koloniaal met tabbaard en tropenhelm. (…) Bevoegd schepen Kristin Vangeyte (Open VLD) vindt het debat zonder voorwerp,
omdat het gemeentebestuur recent besliste om ‘Den Olifant’ van een extra plakkaatje te voorzien. En dat zegt: ‘Het is geen eerbetoon aan het koloniaal verleden, maar een gedenkteken voor Geraardsbergenaars die het leven lieten in
Congo.’ Ook burgemeester Guido De Padt (Open VLD) vindt ‘het debat en de hele heisa’ niet nodig. Wat hem betreft ‘blijft het enkel bij het initiatief van mijn
collega’. Maar voor De Winde (inwoner van Geraardsbergen) is daarmee de kous niet af.
‘Net dat gemak waarmee de politiek het debat in de kiem smoort, net het gebrek
aan affiniteit vind ik zo problematisch. Dat vormt voor mij het werkelijke
probleem en maakt het hele Congo-verleden tot een taboe.’”
14 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Bron 19: Uit een opiniestuk van Sandrine Efoko, Belgische juriste van Congolese
afkomst in het weekblad Knack, 25/08/2017
"Het terreurbeleid van Leopold II had maar één doel voor ogen: een racistisch en
winstgevend systeem opbouwen en in stand houden door middel van
dwangarbeid. In een beschaafde samenleving - en dat willen we toch zijn? -
plaats je massamoordenaars zoals Leopold II en Adolf Hitler niet op een
voetstuk. Waarom aanvaarden we dat in België dan wel?"
Bron 20: Fragment van een artikel van Katrien Vanderschoot van 11-02-2019
op de website: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2019/02/11/belgie-moet-excuses-aanbieden-voor-
koloniaal-verleden/ VN-werkgroep: "België moet excuses aanbieden voor wreedheden tijdens koloniaal verleden"
Een expertengroep van de Verenigde Naties roept België op om verontschuldigingen aan te bieden voor ons koloniaal verleden en de misdaden
die tijdens dat "donkere hoofdstuk" uit de Belgische geschiedenis hebben plaatsgevonden. Dat bleek bij de voorstelling van de tussentijdse bevindingen van de expertengroep, die de voorbije week op fact-finding mission in ons land
was. De groep bestudeert racisme tegenover mensen van Afrikaanse herkomst en
trekt daarvoor naar meerdere landen met Afrikaanse gemeenschappen. Ze doen dat in het kader van de "decennie van de mensen van Afrikaanse origine". Nu was dus ook België aan de beurt.
De experten gingen praten met vertegenwoordigers van de verschillende overheden, met niet-gouvernementele organisaties en uiteraard ook met mensen
met een Afrikaanse achtergrond. Ze trokken naar Brussel, Antwerpen, Namen, Luik en Charleroi en brachten ook een bezoek aan de gevangenis van Sint-Gillis.
Vanmiddag presenteerden ze in Brussel hun voorlopige bevindingen. (…) De experten hebben ook bedenkingen bij de monumenten die zijn opgericht ter ere van koning Leopold II, de man die nochtans een grote rol speelde in de
koloniale geschiedenis van Congo. Die beelden kunnen volgens de VN-werkgroep maar beter worden weggehaald, tenzij er de nodige context wordt bij gegeven.
Hetzelfde geldt voor de recente heruitgave van het stripalbum "Kuifje in Congo". Dat album zou negatieve stereotypen verspreiden over de Congolezen. Zonder context en toevoegingen over de huidige strijd tegen racisme kan dat
stripverhaal niet opnieuw worden uitgegeven, vinden ze. Onlangs werd het AfricaMuseum in Tervuren heropend na een grondige materiële
en inhoudelijke renovatie. Opvallend, de werkgroep vindt dat de directie nog niet
ver genoeg is gegaan in haar pogingen om de koloniale tijd te kaderen. Er is nog
veel meer bewustmaking nodig, ook op scholen, waar nu nauwelijks over die
periode wordt onderwezen.
Bron 21: Een aantal reacties (anoniem gemaakt) op de facebookpagina van
Canvas, naar aanleiding van het filmpje: “Don Pandzou: moet het standbeeld
van Leopold II verdwijnen?”, gepost op 27 december 2018:
15 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
“Het is momenteel blijkbaar hip om politiek correct te zijn... Hou toch op met die
onzin. Deze standbeelden maken deel uit van onze geschiedenis.”
“Je hoeft dit standbeeld niet te eren; het past gewoon in een bepaald (nu totaal voorbijgestreefd) tijdsbeeld..... Leopold II maakt wel degelijk deel uit van onze
geschiedenis....” “Laten staan en duiden. Zwarte bladzijden uit een geschiedenisboek scheuren is nooit een goed idee.”
“Laten staan. Dit maakt deel uit van de Belgische geschiedenis. Daar zijn zowel
goede als slechte dingen gebeurd. Maar geschiedenis moet verder blijven leven
bij de volgende generaties. Moeten dan al de prachtige bouwwerken die hij heeft
gerealiseerd ook afgebroken worden ???”
4. Leopold II en Congo Vrijstaat
Definitie van Modern Imperialisme: internationale ontwikkeling van ongeveer 1870 tot 1914, waarbij West-Europese landen zo groot mogelijke koloniale rijken
probeerden te veroveren. Vooral in Afrika en Azië namen de West-Europese staten gebieden in.
1. De oprichting van Congo Vrijstaat kan je plaatsen binnen het modern imperialisme. Leg dat uit.
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Toch neemt de oprichting Congo Vrijstaat een speciale plaats in dit verhaal in. Hoezo?
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
3. De redenen waarom West-Europese landen andere gebieden gingen veroveren
zijn divers. Een ding hebben die redenen gemeen: in West-Europa ging men er aan het einde van de 19de eeuw van uit dat het centrum van de wereld in West-
Europa lag (= eurocentrisme). Meer precies wilde men een koloniaal rijk omdat:
o Economisch: Door de Industriële Revolutie hadden de Europese
landen nood aan grondstoffen, die konden ze industrieel verwerken tot afgewerkte producten. Omdat ze de plaatselijke bevolking weinig (of niet) betaalden, waren deze grondstoffen erg goedkoop. Bovendien waren de
kolonies ook afzetmarkten!
o Cultureel: De Europeanen waren er aan het einde van de 19de eeuw van overtuigd dat hun cultuur en beschaving fantastisch waren. Ze wilden via missionering de hele wereld bekeren tot het (katholieke of protestantse)
christendom en de Europese beschaving opleggen aan alle andere – in hun ogen – ‘primitieve’ volkeren.
16 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
o Politiek: In Europa ontstonden rond 1870 twee belangrijke nieuwe
staten: Italië en Duitsland. Dat zorgde voor spanningen in Europa. Er ontstond een strijd over welk land het machtigste was. Elk land
probeerde veel kolonies in handen te krijgen om zo meer macht en aanzien in Europa te krijgen.
Illustreer twee van deze oorzaken aan de hand van het voorbeeld van Congo Vrijstaat.
In bron(nen) ……………………………………..…. zie ik de ……………………………………….. reden want
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
In bron(nen) ……………………………………..…. zie ik de ……………………………………….. reden want ……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
5. In de voorbije 120 jaar veranderde de kijk op Leopold II en het regime in
Congo Vrijstaat. Omschrijf kort voor elke periode welk beeld van Leopold II en/of Congo Vrijstaat de (meeste) bronnen geven. Zeg ook uit welke
landen de meeste bronnen afkomstig waren.
a. Periode 1885-1914:
Bronnen:
…………………………………………………………………………………………………………………….
Welk beeld van Leopold II en/of Congo Vrijstaat?:
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
17 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
Land van herkomst van de meeste bronnen:
……………………………………………………………………………………………………………………………………
b. Periode 1914-1980:
Bronnen:
…………………………………………………………………………………………………………………….
Welk beeld van Leopold II en/of Congo Vrijstaat?:
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
Land van herkomst van de meeste bronnen:
……………………………………………………………………………………………………………………………………
c. Periode 1980-vandaag: .
Bronnen:
……………………………………………………………………………………………………………………..
Welk beeld van Leopold II en/of Congo Vrijstaat?:
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
Land van herkomst van de meeste bronnen:
……………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Waardoor veranderde de kijk op Leopold II vanaf de jaren 1980-1990?
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
6. Verspreiding van een bron: dat je een bepaalde visie in een bron terugvindt, betekent nog niet dat deze visie algemeen gedeeld wordt. Toch kan
je vermoeden dat veel van deze bronnen door veel mensen gekend waren. Hoezo? Geef voorbeelden van 2 verschillende types bronnen die je bestudeerde
die een ruim publiek bereiken/bereikten, met korte uitleg. ……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
18 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
7. De standplaatsgebondenheid van een auteur heeft vaak invloed op de
boodschap. Toon dit aan de hand van bron 5 aan.
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
8. De standplaatsgebondenheid van de auteur van bron 5 is anders dan die van andere bronnen voor deze periode. Hoezo?
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
19 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
6. Advies van de historische commissie
Advies aan de burgemeester van …………………………………………………………………………
De stukken bestuderend, komen wij tot het volgende advies. Rekening houdend met de situatie waarin het monument tot stand gekomen is:
(In welke context werd het monument dat kolonisatie verheerlijkt, geplaatst? Hoe keek men toen aan tegen Leopold II en Congo Vrijstaat?) ……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
Komen wij tot de conclusie dat het standbeeld: (Wat moet er met het standbeeld gebeuren? Duid aan)
o moet behouden blijven.
o moet behouden blijven mits een bordje met toelichting.
o moet verwijderd worden.
o moet verplaatst worden naar een museum waar het voorzien wordt van een duidelijk kader.
o ………………………………………………………………………………………………………………………………… Hierbij achten wij volgende argumenten van belang (met verwijzing naar
bronnen waar nodig): 1.
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
2.
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
20 Lessenmodule van A. Kohlbacher, SLO Geschiedenis, KU Leuven, Studiedag ‘De dekolonisatie van België? In de klas en in het AfricaMuseum’, 23 april 2019.
3.
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………
Hoogachtend,
(je naam) ......................................... .........................................
Kennen en kunnen
Historische kennis
- Je kan Congo Vrijstaat situeren in tijd en ruimte.
- Je kan het ruberregime omschrijven.
Kritisch redeneren met en over bronnen
- Je kan het bronnenmateriaal linken aan de oorzaken van het moderne
imperialisme.
- Je kan de invloed van de standplaatsgebondenheid van de auteur duiden in de
bronnen.
- Je herkent in de aangereikte bronnen de veranderende herinnering aan Leopold
II en Congo Vrijstaat.
Kritische reflectie op de beeldvorming over het verleden
- Je kan de veranderende beeldvorming rond Leopold II en Congo Vrijstaat
verklaren.
- Je komt tot een beredeneerde argumentatie over de hedendaagse omgang met
historische beelden die verwijzen naar de kolonisatie en de actoren in die
kolonisatie.