Collegebesluit nr. 03/326 Besluit houdende goedkeuring van...

22
Besluit houdende goedkeuring van het beleidsplan tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, periode 1 september 2003 – 31 augustus 2006 Het College, Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994; Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988; Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen; Gelet op de bijzondere wet van 5 mei 1993 betreffende de internationale betrekkingen van de gemeenschappen en de gewesten; Gelet op de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur; Gelet op de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen; Gelet op het decreet van 1 december 1998 betreffende de Centra voor Leerlingenbegeleiding, inzonderheid artikelen 38 en 39; Gelet op het collegebesluit nr. 95/059bis van 16 februari 1995 houdende aanstelling van een ambtenaar om op te treden namens de inrichtende macht van de onderwijsinstellingen- en diensten van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, zoals gewijzigd bij collegebesluit nr. 02/536 van 19 december 2002; Gelet op het collegebesluit nr. 99/487 van 16 december 1999 houdende goedkeuring van het beleidsplan over de samenwerking tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie; Gelet op het in het Afzonderlijk Bijzonder Comité Onderwijs onderhandeld protocol van akkoord nr. 2003/05 van 30 juni 2003; Na beraadslaging, Besluit Collegebesluit nr. 03/326 17 juli 2003

Transcript of Collegebesluit nr. 03/326 Besluit houdende goedkeuring van...

Besluit houdende goedkeuring van het beleidsplan tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, periode 1 september 2003 – 31 augustus 2006

Het College,

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;

Gelet op de bijzondere wet van 5 mei 1993 betreffende de internationale betrekkingen van de gemeenschappen en de gewesten;

Gelet op de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur;

Gelet op de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen;

Gelet op het decreet van 1 december 1998 betreffende de Centra voor Leerlingenbegeleiding, inzonderheid artikelen 38 en 39;

Gelet op het collegebesluit nr. 95/059bis van 16 februari 1995 houdende aanstelling van een ambtenaar om op te treden namens de inrichtende macht van de onderwijsinstellingen- en diensten van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, zoals gewijzigd bij collegebesluit nr. 02/536 van 19 december 2002;

Gelet op het collegebesluit nr. 99/487 van 16 december 1999 houdende goedkeuring van het beleidsplan over de samenwerking tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie;

Gelet op het in het Afzonderlijk Bijzonder Comité Onderwijs onderhandeld protocol van akkoord nr. 2003/05 van 30 juni 2003;

Na beraadslaging,

Besluit

Collegebesluit nr. 03/326 17 juli 2003

2

Artikel 1.- Het beleidsplan tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, periode 1 september 2003 – 31 augustus 2006, als bijlage gevoegd bij dit besluit, wordt goedgekeurd.

Artikel 2.- In afwijking van de bepalingen van artikel 1,§7 van het collegebesluit nr. 95/059bis van 16 februari 1995, wordt respectievelijk elkeVGC- schooldirectie gemandateerd om het beleidsplan namens het College te ondertekenen en wordt de directeur-mandaathouder van het centrum gemandateerd om namens het CLB te ondertekenen.

Artikel 3.- Het collegebesluit nr. 99/487 van 16 december 1999 houdende goedkeuring van het beleidsplan over de samenwerking tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, wordt opgeheven per 1 september 2003.

De Collegeleden,

Jos CHABERT Guy VANHENGEL Robert DELATHOUWER

3

1

CLB

Periode 1/09/2003-31/08/2006

Beleidsplan tussen schoolbestuur / inrichtende macht en centrumbestuur voor leerlingenbegeleiding In uitvoering van de artikelen 38 en 39 van het decreet van 01.12.1998 betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding wordt onderstaand beleidsplan afgesloten.

De cursieve tekstgedeelten worden verder gepreciseerd in de afsprakennota.

2

INHOUDSOPGAVE

Titel 1. Inleidende bepalingen 4

Titel 2. Algemene bepalingen 4

Titel 3. Situering van de CLB-opdracht 5

Titel 4. Wederzijdse informatie-uitwisseling (artikel 39, 4° en 39, 5° van het decreet CLB) 7 4.1. Algemene relevante informatie van het CLB voor de werking van de school 7 4.2. Algemene relevante informatie van de school voor de werking van het CLB 7 4.3. Specifieke informatie met betrekking tot leerlingen 8 4.4. Informatie over het nascholingsbeleid (artikel 39, 7° van het decreet) 9

Titel 5. Rechten & plichten te vervullen door school en CLB ( Decreet CLB, artikel 39, 1°) 9 5.1. Respect voor de rechten van het kind 10 5.2. Respect t.a.v. het pedagogisch project en de opdrachtsverklaring en werkingsprincipes 10 5.3 Ongebondenheid van het CLB 11 5.4. Informatie (over het CLB) verspreid door de school 11 5.5. Informatie (over het CLB) verspreid door het CLB 11 5.6. Klachtenprocedure 12

Titel 6. Concrete samenwerking tussen school en CLB: doelstellingen en werkwijze (artikel 39, 2° van het decreet) 12

6.1. Organisatie van de schoolnabije werking 12 6.2. Afspraken m.b.t. zorgbreedte 13 6.3. Individuele leerlingbegeleiding 13 6.4. Deelname aan overleg en acties 14 6.5. Verplicht aanbod m.b.t. consulten en profylaxe 14 6.6. Verplicht aanbod m.b.t. leerplicht 15 6.7. Vraaggestuurde CLB-werking 15

Titel 7. Verzekerd aanbod: (artikel 9, 25 & 39, 3° van het decreet) 16

Titel 8. Samenwerking met de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG (artikel 39, 6° van het decreet) 17

Titel 9. Evaluatie en bijsturing van het beleidsplan (artikel 39, 8°) 17

3

Titel 10. Wijze waarop het bestuur en de inrichtende machten van de bediende scholen in de centrumraad aan bod komen (artikel 39, 9° van het decreet) 18

Titel 11. Afsprakennota 18

Titel 12. Slotbepalingen 18

4

Titel 1. Inleidende bepalingen Artikel 1 Voor de toepassing van dit contract wordt met de volgende termen bedoeld: het CLB en/of het centrum: Centrum voor Leerlingenbegeleiding van de VGC • Het decreet CLB: het decreet van 01.12.1998 betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding

• Inrichtende macht / schoolbestuur: De Vlaamse Gemeenschapscommissie

• Het schoolbestuur is de term die gebruikt wordt voor het niveau basisonderwijs, voor de andere onderwijsniveaus gebruiken we de term inrichtende macht.

• Het beleidsplan: indien school en CLB tot een zelfde bestuur behoren.

• De afsprakennota: verdere afspraken ter concretisering van het beleidscontract worden in een afzonderlijke afsprakennota opgenomen, die jaarlijks kan bijgestuurd worden.

Titel 2. Algemene bepalingen Artikel 2 Onverminderd de bepalingen van artikel 38, § 3 en § 4 van het decreet CLB loopt de samenwerking in het kader van deze overeenkomst voor een periode van drie jaar, dit met ingang van 01.09.2003. Artikel 3 §1. De school en het centrum stellen een gezamenlijk beleidsplan op dat de samenwerking regelt voor de duur van drie jaar. Uiterlijk op 31 maart voorafgaand aan het schooljaar waarop het beleidsplan ingaat, deelt het centrum aan de bevoegde diensten van de Vlaamse Regering mee met welke scholen het een beleidsplan zal afsluiten of heeft afgesloten. §2. Indien het schoolbestuur / inrichtende macht de overeenkomst na 3 jaar wil beëindigen dient ze uiterlijk tegen 31 december 2005 (het schooljaar waarop het beleidsplan ten einde loopt) aan het bestuur / inrichtende macht van het CLB mee dat de samenwerking wordt stopgezet met ingang van het daaropvolgende schooljaar. Deze opzegging dient te gebeuren per aangetekende brief.

Bij ontstentenis van dergelijke stopzetting wordt dit contract telkens verlengd voor een periode van drie jaar.

5

Artikel 4 De hierna vermelde onderwijsinstellingen: Kasterlinden, basisschool voor kinderen met gehoor- of gezichtsproblemen, nr. 25271 Kasterlinden, secundair onderwijs voor jongeren met gehoor- of gezichtsproblemen; nr. 27383 Zaveldal, school voor aangepast beroepsonderwijs, nr. 27359

Elishout, school voor voeding, nr. 31997 worden bediend door het CLB met volgende administratief adres: CLB van de VGC, Technologiestraat 1, 1082 Brussel; nr. 114249

Titel 3. Situering van de CLB-opdracht (artikelen 3, 4, 5 en 6 van het decreet CLB) Artikel 5 Het vervullen van de decretale opdracht gebeurt gratis en discreet.

Artikel 6 Het CLB heeft als opdracht bij te dragen tot het welbevinden van de leerlingen, nu en in de toekomst.

Artikel 7 Om deze opdracht te realiseren, begeleidt het CLB de leerlingen op volgende vier domeinen:

• het leren en studeren

• de onderwijsloopbaan

• de preventieve gezondheidszorg

• het psychisch en sociaal functioneren Artikel 8 Het CLB werkt subsidiair t.a.v. school en ouders:

6

Leerlingenbegeleiding bestaat uit geïntegreerde, multidisciplinaire acties vanuit preventief, remediërend of educatief oogpunt ten aanzien van de leerling.

Deze acties kunnen ook indirect via de ouders en de school verlopen. Zij behoren tot de zorg voor de ontwikkeling van de leerlingen en vinden plaats in samenwerking met de ouders en de school, die de eerste verantwoordelijken zijn.

Waar nodig kan eveneens worden samengewerkt met andere diensten, instellingen of voorzieningen.

Artikel 9 Het CLB bezorgt aan het schoolbestuur / inrichtende macht en de school ten laatste op 1 september 2003 de deontologische code (terug te vinden op www.ovsg.be) en het kwaliteitsplan van het CLB. De school wordt systematisch op de hoogte gehouden van alle wijzigingen.

7

Titel 4. Wederzijdse informatie-uitwisseling (artikel 39, 4° en 39, 5° van het decreet CLB)

Op volgende wijze bezorgen CLB en de school elkaar informatie die relevant is voor de werking:

4.1. Algemene relevante informatie van het CLB voor de werking van de school Artikel 10 § 1. Het CLB zal de informatie, die het CLB heeft verzameld bij de uitvoering van de opdrachten en die relevant is voor de algemene werking van de school, op volgende manier aan de school bezorgen: De CLB-medewerker(s) en de directeur van de school of zijn afgevaardigde overleggen ten minste één maal per schooljaar en dit vóór 1 april over de informatie die het CLB heeft verzameld in uitvoering van zijn opdracht en die relevant is voor de werking van de school.

§ 2. Het CLB informeert de school over haar bijzondere werking t.a.v. onderwijsvoorrangsbeleid (buitengewoon onderwijs), gelijke onderwijskansenbeid en andere bijzondere projecten, ingericht door de Vlaamse Gemeenschap .

§ 3. De personen, diensten of organisaties waarmee het CLB op basis van een samenwerkingsprotocol voor deze school samenwerkt, worden in de afsprakennota genoteerd.

4.2. Algemene relevante informatie van de school voor de werking van het CLB Artikel 11 § 1. De directeur van de school maakt het aanbod van de school kenbaar en zal het CLB onverwijld op de hoogte brengen over de aanwezigheid van specifieke preferentiegroepen (decreet CLB, artikel 2, 25°) binnen zijn instelling (geïntegreerd onderwijs, anderstalige nieuwkomers,..), en dit telkens zich wijzigingen voordoen.

§ 2. De school bezorgt aan het begeleidend CLB een kopie van haar pedagogisch project, van het schoolreglement en informeert het CLB over de gebruikte leerplannen1 of visie op handelingsplanning2.

1 gewoon onderwijs 2 buitengewoon onderwijs

8

Het CLB kan kennisnemen van het schoolwerkplan van de school, dat een concretisering is van het pedagogisch project.

§ 3. De school informeert het CLB in het kader van de decreten onderwijsvoorrangsbeleid, gelijke onderwijskansenbeleid, zorgbreedte. Zij informeert het CLB over bijzondere projecten, ingericht door de Vlaamse Gemeenschap, waaraan zij participeert.

§ 4. De personen, diensten of organisaties waarmee de school momenteel samenwerkt, in het kader van de leerlingenbegeleiding, worden in de afsprakennota genoteerd.

4.3. Specifieke informatie met betrekking tot leerlingen Artikel 12 § 1. Het CLB houdt een geactualiseerd multidisciplinair dossier bij. De juridische modaliteiten m.b.t. het inzagerecht in het CLB-dossier worden geregeld door het Besluit van de Vlaamse Regering (zie toelichting). § 2. De school heeft recht op de relevante informatie over de leerlingen in begeleiding bij het CLB.

Artikel 13 § 1. De school houdt een geactualiseerd pedagogisch leerlingendossier bij.

§ 2. Het CLB heeft recht op de relevante informatie die over de leerlingen in de school aanwezig is.

Artikel 14 § 1. School en CLB verstrekken elkaar informatie m.b.t. de leerlingen die in begeleiding zijn en die relevant is voor de werking, o.m. over:

• leren en studeren

• de onderwijsloopbaan

• preventieve gezondheidszorg

9

• psychisch en sociaal functioneren... . § 2. School en CLB houden bij het doorgeven en gebruik van deze informatie rekening met de geldende regels inzake beroepsgeheim, de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (wet van 8 december 1992). § 3. De concrete afspraken betreffende de uitwisseling van de informatie worden opgenomen in de afsprakennota

4.4. Informatie over het nascholingsbeleid (artikel 39, 7° van het decreet CLB)

Artikel 15

§ 1. School en CLB informeren elkaar jaarlijks schriftelijk en bij de aanvang van het schooljaar over de gevolgde en geplande nascholing. De school overhandigt haar nascholingsplan aan het CLB en vice versa.

§ 2. Informatie in de loop van het schooljaar aangaande bijkomende nascholing wordt aan elkaar doorgegeven.

4.5. Informatie over de doorlichting van school en CLB (artikel 40 van het decreet CLB) Artikel 16 Dit beleidsplan is een onderdeel van de doorlichting van de school en het CLB. Na het beëindigen van de procedure voor de doorlichting van het CLB ontvangt de betrokken school een mededeling van de bevindingen die betrekking hebben op haar werking en de uitvoering van het beleidsplan. De bevindingen uit het doorlichtingsrapport, zoals medegedeeld door de inspectie en de visitatiecommissie, vormen het onderwerp van een gesprek tussen CLB en school.

Titel 5. Rechten & plichten te vervullen door school en CLB ( artikel 39, 1° van het decreet CLB)

10

5.1. Respect voor de rechten van het kind Artikel 17 Het CLB en de school verbinden er zich toe bij hun werkzaamheden de kinderrechten te respecteren.

5.2. Respect t.a.v. het pedagogisch project en de opdrachtsverklaring en werkingsprincipes (artikel 37 van het decreet CLB) Artikel 18 § 1. Het CLB is verplicht het pedagogisch project van de school te respecteren. Deze verplichting houdt in dat :

• het CLB respect toont voor en geen handelingen verricht in contradictie met het pedagogisch project van de school

• De CLB medewerkers de levensbeschouwing van ouders en leerlingen respecteren.

§ 2. De school respecteert de opdrachtsverklaring en de werkingsprincipes van het CLB vermeld in artikel 3,4, 5 en 6 van het decreet CLB.

Artikel 19 § 1. Het CLB informeert de school over de samenwerking met externe personen en/of instanties.

§ 2. De personen, diensten of organisaties waarmee het CLB samenwerkt, moeten respect opbrengen voor het pedagogisch project van de school, de eigenheid van het centrum en voor de levensbeschouwing van de leerlingen en de ouders. Deze verplichting wordt expliciet vermeld in elk samenwerkingsprotocol tussen het CLB en een externe instantie.

Het CLB bezorgt de externe diensten het pedagogisch project van de school en informeert hen erover.

11

§ 3. Bij inschakeling van externe personen en/of instanties overleggen school en CLB daarover vooraf met elkaar

5.3 Ongebondenheid van het CLB (artikel 14 bis van het decreet CLB) Artikel 20. § 1. Het CLB mag informatie verstrekken over het eigen begeleidingsaanbod maar mag geen oneerlijke concurrentie voeren.

§ 2. Het CLB mag geen politieke propaganda voeren.

§ 3. Het CLB respecteert het decreet CLB m.b.t. handelspraktijken en sponsoring.

5.4. Informatie (over het CLB) verspreid door de school (artikel 33 van het decreet CLB)

Artikel 21. § 1. De school voldoet aan haar plicht om de ouders, de leerlingen en haar personeel te informeren over het CLB waarmee ze samenwerkt op volgende wijze : school en CLB beschrijven hun werking en samenwerking in de infobrochure en / of het schoolreglement. Dit wordt bij de eerste inschrijving van de leerling aan de ouder(s) bezorgd en ook na elke wijziging.

5.5. Informatie (over het CLB) verspreid door het CLB (artikel 33 van het decreet CLB)

Artikel 22. Het CLB heeft het recht om in en via de school vrij informatie te verspreiden over zijn werking aan leerlingen, ouders en schoolpersoneel op volgende wijze :

• folder van het CLB bij de inschrijving, waarbij alle relevante informatie over het CLB wordt verstrekt,

12

• vermelding in de informatiebrochure over de school,

• informatie betreffende profylaxe, vaccinaties en consulten,

• het CLB stelt zich voor en licht de werking toe;

⇒ bij aanvang van elk schooljaar op het eerste oudercontact en op de eerste personeelsvergadering,

⇒ aan alle nieuwe leerlingen.

5.6. Klachtenprocedure

Artikel 23.

Het centrum- en het schoolbestuur / inrichtende macht leggen in de afsprakennota een procedure vast over de wijze waarop klachten van alle betrokkenen worden behandeld.

Titel 6. Concrete samenwerking tussen school en CLB: doelstellingen en werkwijze (artikel 39, 2° van het decreet)

6.1. Organisatie van de schoolnabije werking (artikel 35 van het decreet CLB) Artikel 24. § 1. Het CLB heeft het recht om op de school aanwezig te zijn. Het schoolbestuur / de inrichtende macht neemt maatregelen opdat het CLB zijn schoolnabije werking zou kunnen realiseren, rekening houdend met de infrastructuur van de school. § 2. Het centrum verplicht zich conform de bepalingen van artikel 35 ertoe optimaal aanwezig te zijn in de school m.b.t. de begeleiding van de preferentiegroep(en). Het CLB en de school bepalen in functie van de te bereiken effecten, de aanwezigheid van CLB-medewerker(s) op school als volgt : De gemiddelde frequentie van aanwezigheid, aanspreekbaarheid en beschikbaarheid van de aan de school toegekende begeleidingstijd op basis van het gewogen leerlingenaantal wordt in

13

overleg bepaald. (75%). De continuïteit van het CLB-aanspreekpunt wordt maximaal gegarandeerd. Verdere praktische afspraken worden opgenomen in de afsprakennota.

De aanwezigheid op de school kan enkel de concretisering betreffen van wat in de CLB-opdracht werd opgenomen.

6.2. Afspraken m.b.t. zorgbreedte Artikel 25. § 1. Binnen de 4 domeinen ontwikkelt het schoolteam, ondersteund door de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG en het CLB-team, een visie op zorgbreedte.

§ 2. De elementen waarop de school bij de uitbouw van een zorgbrede school steunt, zijn:

• het pedagogisch project van de school

• de opties die werden genomen in het schoolwerkplan

• het beleidsplan dat de school opstelt i.v.m. het Gelijke Onderwijskansendecreet.

• de resultaten van adviezen van het samenwerkingsverband met de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG

• de richtlijnen die terug te vinden zijn in het leerplan3 / handelings- plan4 dat door het schoolbestuur / inrichtende macht werd gemaakt / aangenomen.

§ 3. Diezelfde elementen van § 2 worden in achtgenomen bij initiatieven die het CLB neemt op basis van het gelijke onderwijskansendecreet.

6.3. Individuele leerlingbegeleiding Artikel 26.

3 gewoon onderwijs 4 buitengewoon onderwijs

14

§ 1. Het schoolteam ontwikkelt, in overleg met en ondersteund door het CLB, een werking t.a.v. de individuele leerlingbegeleiding. § 2. Het CLB verwerft voldoende deskundigheid om individuele leerlingbegeleiding te organiseren door de eerste opvang te verzorgen van leerlingen en ouders, hen preventief of remediërend te begeleiden en zo nodig adequaat door te verwijzen.

Bij de doorverwijzing vervult het CLB een brugfunctie tussen de school en de betrokken externe instantie waarnaar werd doorverwezen.

§ 3. Beide partijen engageren zich om de individuele leerlingbegeleiding concreet gestalte te geven rekening houdend met de voorstellen ontwikkeld in een samenwerkingsverband tussen de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG en het CLB, conform art.32 van dit contract.

6.4. Deelname aan overleg en acties (artikel 17 en 34 van het decreet CLB) Artikel 27. § 1. Het CLB neemt deel aan:

• besprekingen en overleg over leerlingen, de leerlingenbegeleiding, de zorgbreedte en preventieve acties;

• projecten met het oog op het verhogen van de slaagkansen en het beperken en het voorkomen van risicogedrag van leerlingen door de begeleiding van leerlingen, ouders en schoolteam.

Het CLB verplicht zich ertoe de school hierin deskundig te ondersteunen. § 2. De school verbindt zich ertoe het CLB op de hoogte te brengen van de verschillende overlegmomenten en geplande besprekingen. Jaarlijks wordt in de afsprakennota een kalender vooropgesteld.

6.5. Verplicht aanbod5 m.b.t. consulten en profylaxe (artikel 32 en artikel 108 van het decreet CLB) Artikel 28.

5 verplicht aanbod: algemene en gerichte consulten, profylactische maatregelen en begeleidingsinitiatieven m.b.t. leerplicht waaraan leerlingen, ouders en scholen verplicht dienen mee te werken.

15

De school verleent haar volledige medewerking aan de organisatie en uitvoering van algemene en gerichte consulten, de profylactische maatregelen en het vaccinatiebeleid.

Het CLB houdt bij de uitvoering van deze medische opdrachten rekening met de schoolorganisatie door :

• een overleg met de school over de wijze waarop deze medewerking zal plaatsvinden.

• in de afsprakennota tussen school en CLB een jaarkalender op te nemen met betrekking tot de algemene en de gerichte consulten en het vaccinatiebeleid.

6.6. Verplicht aanbod m.b.t. leerplicht (artikel 31 en 32 van het decreet CLB) Artikel 29. § 1. De school verleent haar volledige medewerking aan de begeleidingsinitiatieven van het CLB in het kader van de begeleiding van problemen m.b.t. de leerplicht (zie toelichting).

§ 2. Het CLB en de school komen ieder hun administratieve verplichtingen in het kader van de melding aan de voor leerplichtcontrole bevoegde instantie na (zie toelichting).

6.7. Vraaggestuurde CLB-werking (artikel 5 van het decreet CLB) Artikel 30 § 1. De begeleiding door het CLB wordt gestuurd vanuit de vraag van leerlingen, de ouders en de scholen en situeert zich binnen de vier domeinen met specifieke aandacht voor zorgbreedte en gelijke onderwijskansen.

§ 2. Het CLB gaat in uitvoering van § 1 in op elk verzoek van een ouder of een leerling behorend tot een school die wordt begeleid door het CLB.

§ 3. De modaliteiten en procedure inzake vragen vanuit de school worden vastgelegd in de afsprakennota.

16

Titel 7. Verzekerd aanbod: (artikel 9, 25 & 39, 3° van het decreet CLB)

Artikel 31. § 1. Het centrum biedt binnen het verzekerd aanbod zoals voorzien door de Vlaamse Regering diensten aan die betrekking hebben op: 1° schoolondersteuning;

2° het centrum als draaischijf tussen de school en een aanwijsbaar netwerk; 3° kansarmoede.

In de afsprakennota wordt concreet voorzien hoe het CLB aan dit aanbod tegemoet komt.(zie toelichting)

§ 2. De elementen van het verzekerd aanbod van het CLB m.b.t. informatieverstrekking en optimalisering van de eerstelijnsleerlingenbegeleiding en van de samenwerking van de actoren inzake leerlingenbegeleiding (schoolondersteuning, CLB als draaischijf tussen school en aanwijsbaar netwerk en kansarmoede) waarop de school niet wenst in te gaan worden opgenomen als bijlage bij dit beleidscontract. De wijze waarop de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG hierin betrokken wordt, wordt geregeld in titel 8 van dit beleidscontract.

§ 3. Het CLB biedt bijzondere consulten en vaccinaties aan.

De school is verplicht mede te werken aan de toediening van de door het CLB voorgestelde vaccinaties conform artikel 32 van het CLB-decreet, dat zegt dat de school de plicht heeft om haar om haar volledige medewerking te verlenen aan de organisatie en de uitvoering van algemene en gerichte consulten, de profylactische maatregelen en het vaccinatiebeleid en aan de begeleidingsinitiatieven van het CLB inzake leerplichtcontrole….” De school stelt hiervoor de infrastructuur ter beschikking die toelaat op een kwaliteitsvolle wijze te werken. Het CLB dient de vaccinaties toe nadat hiervoor schriftelijke toestemming werd verleend door de ouders. (BVR 17/03/00 hoofdstuk 4)

§ 4. Het CLB adviseert, binnen het kader van zijn deskundigheid, de school op het vlak van veiligheid & hygiëne. Het CLB heeft dienaangaande overleg met de preventie-adviseur.

17

§ 5. Indien tijdens de duur van de overeenkomstt het verzekerd aanbod wordt uitgebreid of gewijzigd door een beslissing van de regering, wordt dit het voorwerp van overleg tussen het CLB en het schoolbestuur / inrichtende macht.

Titel 8. Samenwerking met de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG (artikel 39, 6° van het decreet CLB)

Artikel 32 De pedagogische begeleidingsdienst van OVSG wordt op volgende wijze betrokken bij de samenwerking school-CLB:

School, CLB en de pedagogische begeleidingsdienst OVSG gaan een gestructureerd overleg aan over visie, organisatie en inhoud van de leerlingenbegeleiding in de school en maken afspraken over de opdracht van elk van de drie participanten aan deze leerlingenbegeleiding, waarbij de pedagogische begeleidingsdienst van OVSG vertrekt vanuit de leerkrachtenbegeleiding.

Titel 9. Evaluatie en bijsturing van het beleidsplan (artikel 39, 8°) Dit beleidsplan en de uitvoering ervan zal door school en CLB op volgende wijze worden geëvalueerd en bijgestuurd:

Artikel 33 : § 1. Evaluatie van de samenwerking school-CLB:

Op het niveau van de school en CLB:

CLB en schoolteam evalueren jaarlijks elk intern de samenwerking. Vervolgens bepalen beiden in gezamenlijk overleg op welke punten de werking kan worden bijgestuurd. Dit overleg leidt tot een gezamenlijk advies tot bijsturing van de samenwerking.

De besluiten van deze evaluaties worden aan de respectieve besturen / inrichtende macht en de participatiera(a)d(en) overgemaakt vóór 15 april van het lopende schooljaar.

§ 2. Evaluatie van de samenwerking school-CLB:

Op het niveau van het schoolbestuur / inrichtende macht & CLB-bestuur / inrichtende macht:

18

De betrokken besturen / inrichtende machten bepalen aan de hand van de jaarlijkse evaluatierapporten of zij tot een evaluatie tussen besturen wensen over te gaan. Beide besturen / inrichtende machten bezorgen elkaar schriftelijk hun beslissing.

§ 3. Bijsturing / opzegging van het beleidsplan en de realisatie ervan.

De uiteindelijke beslissing tussen besturen / inrichtende macht aangaande een eventuele bijsturing wordt aan het CLB en de school meegedeeld tegen 15 juni van het lopend schooljaar.

Titel 10. Wijze waarop het bestuur en de inrichtende machten van de bediende scholen in de centrumraad aan bod komen (artikel 39, 9° van het decreet)

Artikel 34 Het schoolbestuur / inrichtende macht komt op volgende wijze aan bod in de centrumraad: § 1. De directeur van de school vertegenwoordigt het schoolbestuur / inrichtende macht in de centrumraad. § 2. De bevoegdheden van de centrumraad en de opvolgingsverantwoording worden door de centrumraad vastgelegd in een huishoudelijk reglement.

§ 3. Het huishoudelijk reglement wordt bekrachtigd door het bestuur van het centrum. § 4. Het huishoudelijk reglement wordt na bekrachtiging onverwijld ter kennis doorgestuurd aan de inrichtende machten van de scholen die behoren tot het centrum.

§ 5. Het huishoudelijk reglement van de centrumraad wordt nadien als een bijlage bij het beleidsplan gevoegd.

Titel 11. Afsprakennota

Artikel 36 School en CLB maken nog verdere afspraken ter concretisering van dit beleidsplan en nemen deze op in een afsprakennota.

Titel 12. Slotbepalingen Een exemplaar van deze overeenkomst wordt ter beschikking gesteld van elke betrokken school en van het betrokken CLB. Eveneens wordt een exemplaar overgemaakt aan de pedagogische begeleidingsdienst van de betrokken school en aan het departement onderwijs.

19

Gedaan te ............................................,

en voor akkoord in tweevoud getekend.

Datum van beslissing :

Voor het schoolbestuur / inrichtende macht :

Gemandateerd namens het College van de VGC

( handtekening schooldirectie )

Voor het CLB :

Benjamine Hofman

Directeur-mandaathouder

Gezien om gevoegd te worden bij het collegebesluit nr. 03/326 houdende goedkeuring van het beleidsplan tussen het Centrum voor Leerlingenbegeleiding en de scholen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, periode 1 september 2003 – 31 augustus 2006 Jos CHABERT Guy VANHENGEL Robert DELATHOUWER