Dia 1

Co Bliekendaal Da Vinci College

Dia 2

* Marketing gaat uit van de behoeften van uw klanten.

Dia 3

* Consumenten * Bedrijven: Verkopers Gebruikers

Dia 4

* Lage prijs? * Betrouwbaarheid? * Gemak? * Aandacht? * Kwaliteit? * Zelf beter verkopen?

Dia 5

* Philips verkoopt al snel geen consumentenelektronica meer * Philips speelt in op de verschuivende interesse van consumenten. Die willen online entertainment, niet zozeer elektronica.

Dia 6

Dia 7

* Zie filmpje: Waar worden uw klanten gelukkig van?Waar worden uw klanten gelukkig van?

Dia 8

* Verschillende rollen en belangen: * Koper * Beslisser * Gebruiker * Benvloeder * Gatekeeper

Dia 9

* Wat * Heb * Ik * Daar * Aan

Dia 10

* Merkconcurrenten * Generieke concurrenten * Behoefteconcurrenten * Je kunt elke euro maar n keer uitgeven.

Dia 11

* Laagste kosten en dus laagste prijs (Cost leadership) * Voor elke klant een ander product (Differentiatie) * Van alles wat (Stuck in the middle) * Voor beperkt aantal klanten het beste (Focusstrategie)

Dia 12

* Beste promotie: Mond tot mond reclame * Meer doen dan beloofd: minimaal 8,5

Dia 13

* Nieuws: Actueel, Belangrijk, Afwijkend, Belangstelling, Autoriteit * Het woord persbericht * Datum verzending * Tegenwoordige tijd, actief geschreven * Neutrale tekst * Lead: Wie, wat, waar, wanneer * Verder: Waarom * Oprolbaarheid * Beeld * Afzender * Juiste medium

Dia 14

Dia 15

* Zie filmpje: Vijf slimme manieren om uw bedrijf online te promotenVijf slimme manieren om uw bedrijf online te promoten

Dia 16

* Circa 75% van de consumenten gebruiken zoekmachines ter orintatie * Sneller en gerichter adverteren dan bij traditionele offline advertentiecampagnes * Leer op: http://www.google.com/ads/learn

Dia 17

Dia 18

* Zie filmpje: Wat is AdWordsWat is AdWords

Dia 19

* Par: Primaire affectieve reactie * Vocatio: verkenning, omschrijving, confrontatie, argumentatie, tegenwerpingen, instemming en order * Presentatie- en bewijsmap

Dia 20

Dia 21

* Monetaire prijs * Non monetaire prijs: inspanning

Dia 22

* Intern: financin, personeel, organisatie, marketing, producten * Extern: concurrentie, klanten, leveranciers, demografie, economie, politiek, ecologie, sociaal, juridisch (de pest)

Dia 23

Dia 24

* INHOUDSOPGAVE * 1 Inleiding * 2 De ondernemer * 2.1 Persoonlijke gegevens * 2.2 Kwaliteiten * 2.3 Motivatie * 3 Bedrijfsgegevens * 3.1 De onderneming * 3.2 Bedrijfsidee * 3.3 De markt * 3.4 Klantenbenadering * 4 Financin * 4.1 Investeringsplan * 4.2 Financieringsplan * 4.3 Exploitatiebegroting * 5 Bijlagen

Dia 25

Dia 26

* Stel een heldere to-do list op. * Maak onderscheid tussen urgentie en belangrijkheid. * Doe belangrijke zaken s ochtends, dan heb je meer energie. * Zorg voor een prettige en opgeruimde werkomgeving. * Doe minder belangrijke zaken later of delegeer ze. * Stel geen zaken uit, dat kost meer tijd. * Sluit de dag af met minstens n afgesloten belangrijke zaak. * Neem met regelmaat een ontspannen pauze. * Bereid aan het einde van de dag kort de volgende dag voor. * Vergeet nooit te lachen.