CMDB overdracht

103
CMDB overdracht & rapportage ITIL service support processen Afstudeerscriptie Van Ringelenstein, René

Transcript of CMDB overdracht

Page 1: CMDB overdracht

CMDB overdracht &

rapportage ITIL service

support processen

Afstudeerscriptie

Van Ringelenstein, René

Page 2: CMDB overdracht
Page 3: CMDB overdracht

TITELBLAD

Gegevens verslag

Titel afstudeerverslag Scriptie CMDB overdracht & rapportages ITIL service support processen

Datum uitgifte 11-06-2013

Van Ringelenstein, René

Studentnummer 2160886

E-mailadres [email protected]

[email protected]

Telefoonnummer +316 142 65 446

Stageperiode 7 februari 2013 tot en met 28 februari 2013

Werkdagen 98

Afstudeerrichting ICT & Business (voltijd)

Rabobank Nederland

Afdeling Document Management

Postadres Postbus 80, 5680 AB, Best

Bezoekadres De maas 11, 5684 PL, Best

Website http://www.rabobank.nl/

Telefoonnummer +31 40 219 00 00

Opdrachtgever

Naam Bom, Johan

E-mailadres [email protected]

Telefoonnummer +31 6 22 75 25 10

Bedrijfsbegeleider

Naam Bom, Johan

E-mailadres [email protected]

Telefoonnummer +31 6 22 75 25 10

Functie Kwaliteitscoördiantor

Opleiding

Bezoekadres Rachelsmolen 1, 5612MA,

Eindhoven

Website http://www.fontys.nl/

Eerste assessor/Docentbegeleider

Naam van den Enden, Dries

E-mailadres [email protected]

Telefoonnummer +31 6 125 0 53 32

Tweede assessor

Naam Wieland, Arnold

E-mailadres [email protected]

Getekend voor gezien door bedrijfsbegeleider

Datum ……-……-…………

Page 4: CMDB overdracht
Page 5: CMDB overdracht

Voorwoord

Voor u ligt het resultaat van het onderzoek naar het configuratie managementproces binnen

Document Management. Eveneens is er gedurende dit project onderzocht welke

informatiebehoefte er is binnen de afdelingen van Document Management omtrent de ITIL

Service Support processen. Dit document beschrijft het eindproduct van mijn afstudeerproject

bij Rabobank Nederland op de afdeling Document Management te Best. Deze afstudeerscriptie

is eveneens de afsluiting van mijn opleiding ICT & Business aan de Fontys Hogeschool ICT te

Eindhoven.

Gedurende mijn oriëntatie naar een geschikte afstudeeropdracht heb ik ondervonden dat ik het

van belang acht dat er een aantal zaken voor mijn ontwikkeling van belang zijn. Enerzijds dat de

kern van de opdracht in lijn is met het vakgebied van mijn opleiding, bedrijfskundige informatica,

en anderzijds met het vakgebied van mijn minor, business intelligence. Daarnaast vond ik het

belangrijk dat ik mijn competenties omtrent het zoeken en onderhouden van contacten die

benodigd zijn voor het succesvol afronden van een project verder ontwikkel. Tijdens mijn

zoektocht naar een geschikt project is deze opdracht naar voren gekomen. Het omvat beide

doelstellingen die ik van belang achtte voor een afstudeerproject.

Graag wil ik de afdeling Document Management bedanken voor het beschikbaar stellen van de

afstudeeropdracht en de medewerking die gedurende het project is verleend. Graag zou ik de

mogelijkheid willen nemen om een aantal personen hier specifiek voor te bedanken namelijk

Johan Bom die gedurende de afstudeerperiode mijn bedrijfsbegeleider is geweest, Rob Aerdts

als contactpersoon van Kwaliteitsmanagement, Jacques Bloos als contactpersoon van

Functioneel Beheer, Ad van de Ven als contactpersoon van de afdeling Product Management en

Edwin Kemperman als contactpersoon van Service Management. Hiernaast wil ik alle

medewerkers bedanken waarmee ik contact heb gehad gedurende het afstudeerproject voor

het beschikbaar stellen van hun kennis en ervaringen. Als laatste wil ik Dries van den Enden

bedanken, die mijn docentbegeleider vanuit Fontys Hogeschool ICT is geweest, voor de

verleende begeleiding en de feedback.

René van Ringelenstein,

Best, Juni 2013

Page 6: CMDB overdracht
Page 7: CMDB overdracht

Versiebeheer

Revisies

Versie Status Datum Wijzigingen

0.1 Concept 15-04-2013 Eerste invulling en wijzigingen in de opmaak van de template.

0.2 Concept 15-05-2013 Aanvulling diverse onderdelen.

0.3 Concept 30-05-2013 Verwerken feedback, diverse onderdelen

1.0 Final 06-06-2013 Volledig ingevulde eerste versie

Goedkeuring Dit document behoeft de volgende goedkeuringen:

Versie Datum goedkeuring

Naam Functie Paraaf

Distributie Dit document is verstuurd aan:

Versie Datum verzending

Naam Functie

0.1.6 10-05-2013 Dries van den Enden Stagebegeleider

0.2 29-05-2013 Johan Bom Bedrijfsbegeleider

1.0 07-06-2013 Johan Bom Bedrijfsbegeleider

1.0 11-06-2013 Johan Bom Bedrijfsbegeleider

1.0 11-06-2013 Dries van den Enden Eerste assessor

1.0 11-06-2013 Arnold Wieland Twee assessor

1.0 11-06-2013 Externe begeleider

Page 8: CMDB overdracht

Verklarende woordenlijst

Term Afkorting Definitie

Application development & maintenance

ADM ADM ontwikkelt en onderhoud de business applicaties voor de bancaire dienstverlening van de Rabobank.

Beheer & Exploitatie B&E B&E beheert de applicaties en de onderliggende ICT-infrastructuur voor Rabobank Nederland en de lokale banken.

Configuratie item CI Ieder component dat benodigd is om de ICT-dienstverlening te kunnen vervullen.

Configuratie management database CMDB In de CMDB staan de gegevens van de verschillende CI’s. In de CMDB staan ook de relaties tussen de CI’s.

Document Management DM Document Management voorziet in de huidige en toekomstige document- management behoefte van de Rabobank groep, door deze optimaal aan te laten sluiten bij de business processen.

ICT Beleid & architectuur IBA IBA geeft richting aan de ICT om de Rabobank Groep op de ICT-toekomst voor te bereiden.

Informatieplan - Bevat gegevens met de te meten KPI’s.

Information Technology Infrastructure Library

ITIL Een set van ‘best practices’ voor IT service management.

IST-situatie - Beschrijving van de huidige situatie.

ITIL-service support processen - De incident, probleem en verander processen.

Klantencontact KC KC is de schakel tussen Groep ICT en haar afnemers.

Key performance indicator KPI Belangrijkste gegeven om een proces of activiteit te meten.

Kwaliteitsmanagement KM Kwaliteitsmanagement is verantwoordelijk om de organisatie beheerst te helpen verbeteren.

Meetplan - In het meetplan staat gedefinieerd welke waarde er gemeten worden en wat de norm-waarde, geaccepteerde afwijking en de onacceptabele afwijking is.

MoSCoW-methode - Methode om de prioriteiten te stellen. De afkorting staat voor: Must, Should, Could en Won’t haves.

Printnet - Softwarepakket waarin documenten worden opgemaakt.

Project Initiatie Document PID Document die een project beschrijft, de scope aangeeft en een initiële planning vaststelt.

Page 9: CMDB overdracht

Term Afkorting Definitie

Product Management PM De afdeling Product Management is verantwoordelijk voor een actief productbeleid op het gebied van het beschikbaar stellen van ICT-producten en diensten.

Qlikview - Qlikview is een softwarepakket waarmee rapportages gerealiseerd kunnen worden.

Klant inzicht competence center KICC KICC levert rapportages over de dienstverlening van het Continuïteitsbedrijf.

Service Management SM verantwoordelijk voor het onderhouden van de klantrelaties.

Soll-situatie - Beschrijving van de gewenste situatie.

Universele configuratie management database

uCMDB Universele CMDB die de gegevens van de infrastructuur bevat.

Page 10: CMDB overdracht

2. Inhoudsopgave 1. Bedrijfsbeschrijving ................................................................................................................. 9

Rabobank groep .............................................................................................................. 9 1.1.

Rabobank Nederland ....................................................................................................... 9 1.2.

Groep ICT .......................................................................................................................... 9 1.3.

Beheer & Exploitatie ......................................................................................................... 9 1.4.

Document Management ................................................................................................. 9 1.5.

Organogram .................................................................................................................. 10 1.6.

2. Opdrachtformulering ............................................................................................................ 12

Achtergrond en beginsituatie ........................................................................................ 12 2.1.

Gewenste eindsituatie ................................................................................................... 14 2.2.

Opdrachtomschrijving................................................................................................... 15 2.3.

Uitsluitingen ................................................................................................................... 15 2.4.

Probleemstelling en deelvragen .................................................................................... 15 2.5.

3. Plan van aanpak .................................................................................................................... 17

Methodes........................................................................................................................ 17 3.1.

4. Oriëntatiefase ........................................................................................................................ 20

5. Onderzoeks- en oplossingsfase ............................................................................................. 22

Informatieverzamelingen .............................................................................................. 22 5.1.

Het onderzoek ................................................................................................................ 22 5.2.

6. Invoeringsfase ........................................................................................................................ 29

7. Conclusie ................................................................................................................................ 31

8. Aanbevelingen ....................................................................................................................... 32

Continuiteit .................................................................................................................... 32 8.1.

Uniformering.................................................................................................................. 33 8.2.

9. Implementatie ....................................................................................................................... 35

10. Evaluatie ............................................................................................................................ 36

11. Bibliografie ......................................................................................................................... 38

Bijlage A: Projectinitiatiedocument .............................................................................................. 40

Bijlage B: Reflectie HBO-ICT competenties .................................................................................... 69

A1: Professioneel handelen ................................................................................................. 69

A2: Methodisch handelen .................................................................................................... 69

A3: Samenwerken ................................................................................................................ 69

B1: Analyseren ..................................................................................................................... 69

B2: Adviseren........................................................................................................................ 69

B3: Ontwerpen ..................................................................................................................... 70

B4: Realiseren ....................................................................................................................... 70

Page 11: CMDB overdracht

B5: Beheren .......................................................................................................................... 70

Bijlage C: Tien stappen plan .......................................................................................................... 71

Stap 1 – Externe oriëntatie ........................................................................................................ 71

Stap 2 – Intakegesprek .............................................................................................................. 72

Stap 3 – Oriënterende interviews .............................................................................................. 74

Stap 4 – Analyse ........................................................................................................................ 75

Stap 5 – Terugkoppeling/contractering ................................................................................... 77

Stap 6 – Werkplanning en projectorganisatie .......................................................................... 79

Stap 7 – Diepteonderzoek ......................................................................................................... 81

Stap 8 – Oplossingsplan ............................................................................................................ 83

Stap 9 – Invoering ...................................................................................................................... 84

Stap 10 – Afronding ................................................................................................................... 85

Bijlage D: Rabobank Groep ........................................................................................................... 86

Bijlage E: invulling configuratie items .......................................................................................... 87

Bijlage F: Printnet .......................................................................................................................... 88

Bijlage F: Qlikview ......................................................................................................................... 89

Bijlage H: volwassenheidsmodel .................................................................................................. 90

Ad hoc ........................................................................................................................................ 90

Repeatable................................................................................................................................. 90

Defined ...................................................................................................................................... 91

Managed ................................................................................................................................... 91

Optimizing ................................................................................................................................. 91

Bijlage I: Informatiemanagement ................................................................................................ 92

Onbeperkte rationaliteit en toegankelijke kennis (data view) ................................................ 92

Beperkte rationaliteit en ‘tacit knowledge’ (decision making view) ....................................... 92

Strategische rationaliteit en opportunistische informatie (transaction cost view) ................ 92

Aanpassende rationaliteit en beperkt leervormogen (Learning view) ................................... 92

Registreren ................................................................................................................................ 93

Verwerken .................................................................................................................................. 93

Rapporteren .............................................................................................................................. 93

Exploiteren................................................................................................................................. 93

Communiceren .......................................................................................................................... 93

Page 12: CMDB overdracht

5

Samenvatting

Bij Rabobank Nederland Beheer & Exploitatie Document Management is het afstudeerproject

uitgevoerd. Document Management verzorgt het totale documentbeheer voor Rabobank

Nederland. Hiernaast zorgen zij voor alle papieren of digitale output. Van het opmaken van

documenten tot en met deze archiveren wordt door Document Management ingevuld.

Om de deze dienstverlening op een goede wijze te kunnen faciliteren is het van belang dat men

inzicht heeft in de algehele keten. Dit inzicht is op verscheidenen manieren in te vullen. Ter

ondersteuning van de ITIL processen (incident, probleem en wijziging) is er gekozen om gebruik

te maken van een configuratie management database (CMDB).

Voor de afstudeeropdracht is er gevraagd om te onderzoeken hoe de inrichting van de CMDB

verbeterd kan worden om inzicht in de keten te verkrijgen. Hierbij is het van belang om de

diverse eisen en richtlijnen van overige afdelingen in acht te nemen.

Als eerste wordt er stil gestaan bij de huidige situatie. Er is onderzocht wat er op dit moment

nog niet voldoet dan wel niet naar wens is. Vanuit de huidige situatie wordt er gekeken naar de

gewenste situatie. Wat ontbreekt er momenteel en wat dient er veranderd te worden om naar

de gewenste situatie te komen. Momenteel heeft men onvoldoende vertrouwen in de inhoud

van de CMDB. Enerzijds door het gebrek aan volledigheid en anderzijds door het niet correct zijn

van de gegevens.

Vanuit het onderzoek is een besluit genomen om het aantal configuratie items (CI) in de CMDB

te beperken tot de noodzakelijke CI’s zodat er een fundament voor de ITIL-processen aanwezig

is. Deze indeling geeft voor de toekomst de mogelijkheid om het detailniveau van de CI’s te

vergroten zodat men meer informatie in bepaalde gebieden kan verkrijgen.

Het besluit zijn gedurende de afsluitende fase van de afstudeerfase geïmplementeerd. Eveneens

is in de informatiebehoefte gepoogd te voorzien. Dit is niet mogelijk gebleken vanwege de

prioriteit van de informatiebehoefte bij de afdeling die deze rapportages ontwikkelen.

Eveneens zijn er een aantal aanbevelingen gedaan over de inrichting van onder andere de

diensten en dienstcomponenten. Daarnaast dat men vanuit een centrale afdelingen de inrichting

van de CMDB zou kunnen vaststellen en eveneens de kwaliteit ervan waarborgen.

Page 13: CMDB overdracht

6

Page 14: CMDB overdracht

7

Summary

The graduation project has been conducted at Rabobank Nederland Infrastructure & Operations

Document Management. Document Management provides the entire range of document

management solutions. They provide services in the field of formatting, sending, archiving and

digitalization of documents.

In order to facilitate the required services on the desired service levels it is important there is an

insight in the IT environment. With the desired insight it should be possible to deliver the

required services as a key element of the ITIL processes. Key processes within the ITIL service

support process being incident, problem and change. This insight in the IT infrastructure will be

documented in the configuration management database(CMDB).

During the graduation project the structure of the CMDB has been researched whether it is

possible to improve it to achieve the desired insights and professionalize the required

maintenance. During this research the guidelines and requirements of various departments

within Document Management have been investigated.

At the start the flaws of the current situation are investigated and from this on the needs and

whishes came forward. It became clear what was missing and what should be added to the

current state. For example there is a lack of confidence in the contents of the CMDB. Mainly

because of incomplete and inaccuracy of the information.

During the research it also became clear that there is an excessive amount of configuration

items (CI’s). The solution for this is to reduce the amount of CI’s to only the required

components. CI’s that add unnecessary details should be considered to be removed. As a result

the information in the CMDB will be at a level with enough detail to start with and if there is a

need for more detail it can be added on a later point.

During the final phase of the project the proposed and adapted improvements have been

implemented. The information needs have been tried to be fulfilled however this happened to

be not possible at this time. Since there is a lack of priority for this part. However other

departments are researching possibilities to fulfill various information needs.

As a final part of this document there are a couple recommendations for improvement within

Document Management and Rabobank Group ICT. These recommendations could for example

improve the quality and realization of the CMDB within the Rabobank Group.

Page 15: CMDB overdracht

8

Inleiding

Document Management is de afdeling die de diverse Rabobank onderdelen ICT oplossing kan

bieden op het gebied van Content Management. Doordat de vraag vanuit de business niet vast

ligt is het noodzakelijk dat Document Management de gestelde vraag kan invullen. Om dit zo

goed mogelijk te laten verlopen dient men een volledig inzicht in de keten te hebben. Eén van de

mogelijkheden omdat inzicht te creëren is door middel van het bijhouden van een configuratie

management database. Het is wel zo dat deze zo ingericht dient te zijn waardoor hier de

gewenste informatie uit te halen is. Welk inzicht dient er gerealiseerd te worden en waarom?

Om tot de gewenste situatie te komen dient er goed nagedacht te worden over hoe men zaken

moet gaan vastleggen, waarom ze die zaken vastleggen en met welk doel dat gebeurt. Hieruit

vloeit voor dat er met deze nieuwe inrichting een informatiebehoefte ingevuld kan worden. Er

zal meer grip komen op de diverse ITIL processen.

De opbouw van de scriptie is op basis van de indeling zoals deze is voorgesteld door Fontys

Hogeschool ICT. [1]. In hoofdstuk één wordt er begonnen met de bedrijfsbeschrijving waarna er

in hoofdstuk twee de opdrachtformulering plaats vindt. Hoofdstuk drie kenmerkt zich vervolgens

door de beschrijving van het plan van aanpak waarna in hoofdstuk vijf de oriëntatiefase wordt

beschreven. Hierna komt de onderzoeks- en oplossingsfase en de invoeringsfase aan bod met als

afsluitende hoofdstukken de samenvatting, aanbevelingen, conclusies, implementatie n

evaluatie.

In dit document wordt er gebruikt van de IEEE 2006 stijl voor het weergegeven van referenties.

Deze kenmerken zich door [1] … [23] in de tekst terug te komen. Hierbij is er gekozen om van de

APA-standaard af te wijken aangezien diverse referenties naar eenzelfde boek/bron voor

onduidelijkheid kunnen zorgen.

Page 16: CMDB overdracht

9

1. Bedrijfsbeschrijving

Rabobank groep 1.1.Rabobank Groep is een financiële dienstverlener op coöperatieve grondslag die in 1972 tot stand

is gekomen uit een fusie van Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht en de

Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven [2]. Rabobank Groep is actief in 47 landen

op het gebied van bankieren, vermogensbeheer, leasing, verzekeren en vastgoed. Naast

Rabobank behoort bijvoorbeeld Robeco en De Lage Landen ook tot de Rabobank groep. [3] In

bijlage D: Rabobank Groep is een overzicht te zien.

Rabobank Nederland 1.2.Rabobank Nederland, lid van Rabobank groep, staat in dienst van de lokale Rabobanken en

verschillende groepsonderdelen. Zij verzorgt marktondersteuning voor midden- en kleinbedrijf,

particulieren en private banking klanten. Naast het vervullen van deze taken worden enkele

staffuncties uitgevoerd voor de Rabobank groep. [4] Rabobank Nederland ondersteunt 139

zelfstandige lokale Rabobanken met in totaal 872 vestigingen. Hiernaast zijn er ongeveer 3.000

geldautomaten. Hiernaast houdt Rabobank Nederland toezicht over de lokale Rabobanken.

Hierbij wordt aandacht besteed aan beheerste en integere bedrijfsvoering, solvabiliteit,

liquiditeit en uitbesteding. Tevens is Rabobank Nederland de houder van de collectieve

bankvergunning. [3]

Groep ICT 1.3.Het onderdeel Groep ICT ondersteund de ICT-diensten van Rabobank Nederland waarbij

continuïteit en effectiviteit centraal staan. Speerpunten binnen Groep ICT zijn veiligheid en

stabiliteit, realiseren van vernieuwing en vervanging en het verbeteren van de productiviteit en

efficiency. De standplaats van de medewerkers van Groep ICT zijn in de vestigingen: Zeist,

Utrecht, Eindhoven, Boxtel en Best. Bij Groep ICT zijn ruim 3.000 medewerkers in dienst. [5]

De klanten van Groep ICT zijn de lokale banken, groepsonderdelen van Rabobank Nederland,

maar ook de centrale eenheden. [6] Groep ICT levert een drietal soorten dienstverlening. [7]

− Dienstverlening voortkomend uit het veranderbedrijf

− Het continuïteitsbedrijf

− Advies op maat

In 2013 ligt de focus van Groep ICT op betrouwbare en veilige dienstverlening, wendbare zijn,

efficiënte processen en het generen van klantwaarde door middel van ICT. [5]

Beheer & Exploitatie 1.4.Binnen de Groep ICT zorgt Beheer & Exploitatie (B&E) voor het beheer van de applicaties en de

daarbij benodigde ICT-infrastructuur. Dit wordt gedaan voor Rabobank Nederland en de lokale

banken. Ze zijn verantwoordelijk voor de gehele ICT-keten. Centraal staat hierin de continuïteit

en stabiliteit. [8]

Document Management 1.5.Binnen B&E zorgt DM vervolgens voor het totale documentbeheer voor Rabobank Nederland en

gelieerde instellingen. DM verwerkt en beheert de volgende producten: [9]

Page 17: CMDB overdracht

10

− Rekeningafschriften

− Passen

− Verzekeringspolissen

− Pdf-bestanden

− Brieven

− Mailings

1.5.1. Kwaliteitsmanagement

Kwaliteitsmanagement heeft als doelstelling de organisatie beheerst te verbeteren. Om dit doel

te bereiken focust Kwaliteitsmanagement zich op een aantal werkgebieden namelijk beleid en

managementondersteuning, risicomanagement, management informatie, audits en analyse, ITIL

procescoördinatie en ondersteuning lijnorganisatie. [10]

1.5.2. Service en project management

Zij zijn verantwoordelijk voor het onderhouden van de klantrelaties. De behoefte vanuit de

business wordt vertaald naar mogelijke oplossingen die Document Management (DM) kan

realiseren. Hier worden vervolgens afspraken gemaakt en wordt er periodiek naar de klant

gerapporteerd. Hiernaast managen ze projecten. Hiervoor wordt de Prince2 methodiek gebruikt.

[11]

1.5.3. Life cycle management

Zij zijn verantwoordelijk voor de verschillende producten die DM levert. Hiernaast volgen ze de

markt en ontwikkelen zij de visie op gebied van aangeboden producten. Tevens wordt de

kwaliteit bewaakt, de kostprijs vastgesteld, productrentabiliteit bewaakt en wordt er

managementinformatie over de producten geleverd. Ook verzorgen ze het contractmanagement

met betrekking tot de verschillende leveranciers. Daarnaast verzorgt life cycle management de

inrichting, onderhoud en het beheer van de geautomatiseerde omgeving. [12]

1.5.4. Productie en passen

Zij verzorgen het fysiek printen en insluiten van poststukken. Daarnaast produceren ze de

gepersonaliseerde creditcards, betaalpassen en verzekerings- en klantpassen. [13]

1.5.5. Secretariaat

Het secretariaat is verantwoordelijk voor het inplannen van afspraken, reserveren van

vergaderruimtes, ziekmeldingen, boeken van dienstreizen en het bestellen van software,

telefoons etc. [14]

Organogram 1.6.Een toelichting, op de voor de afstudeerder van belang zijnde afdelingen, zijn in de voorgaande

paragraven terug te vinden.

Page 18: CMDB overdracht

11

Rabobank groep

Rabobank internationaal

Lokale banken Rabobank Nederland

Groep ICT

ICT Beleid & architectuur

Application development &

maintenanc

Beheer & Exploitatie

Applicatie service

Infra service Werkplek service Document management

Service & project management

Life cycle management

Productie & passen

Kwaliteits-management

Secretariaat

Operations Leveranciers- en

kwaliteits-management

Data center management

Klantencontact

Dochter-ondernemingen

Deelnemingen

Page 19: CMDB overdracht

12

2. Opdrachtformulering

Achtergrond en beginsituatie 2.1.

2.1.1. CMDB

Aan de hand van verschillende gesprekken en interviews is naar voren gekomen dat

voornamelijk Kwaliteitsmanagement acties uitvoert in de configuratie management database

van DM. Kwaliteitsmanagement is verantwoordelijk voor de volgende activiteiten:

− Het aanmaken van configuratie items (Assets)

− Het wijzigen van configuratie items (Assets)

− Het aanmaken van Supportcontracten

− Het wijzigen van Supportcontracten

− Het verzorgen van de onderlinge koppelingen tussen contract en configuratie items

en/of supportcontracten

Deze acties worden gestart op het moment dat er een verzoek vanuit Functioneel Beheer komt.

Kwaliteitsmanagement heeft hierin een uitvoerende rol.

Deze taken worden in de CMDB uitgevoerd door middel van de tool ‘Hewlett-Packard Service

Manager versie 9.21.168’. In de CMDB wordt er op basis van de door DM aangeboden (zou

moeten) dienstcomponenten geregistreerd. Ieder dienstcomponent is gekoppeld aan een ‘Work

Break Structure (WBS)-code’, de WBS-code bevat de informatie voor het doorbelasten van de

dienstcomponenten. Dit is de basis voor het berekenen van de verkoopprijs. De

dienstcomponenten zijn onderverdeeld in een viertal ‘configuratie item categorieën’. Deze

categorieën zijn:

− Application

− Hardware

− Software

− Storage

Niet alle configuratie items zijn gekoppeld aan de juiste categorie en/of wbs code (service

componenten).

In totaal zijn er, op 20 februari 2013, 162 verschillende dienstcomponenten en circa 800

verschillende configuratie items. De configuratie items zijn niet, dan wel niet allemaal, correct

gekoppeld. Hierdoor is het momenteel niet centraal bekend of een wijziging op een bepaald

configuratie item invloed heeft op een onderliggend configuratie item.

Daarnaast is er naar voren gekomen dat er een groot aantal voorraden zijn opgevoerd. Hierbij

werd als voorbeeld het aantal enveloppen aangegeven. Hiervoor lijkt het wenselijk om te

onderzoeken of het grote aantal voorraden te beperken is tot een overzichtelijk aantal.

Hiernaast wordt er door Functioneel Beheer de CMDB gebruikt als zoekfunctie voor incidenten.

Tevens geeft Functioneel Beheer opdracht aan Kwaliteitsmanagement om configuratie items toe

te voegen aan de CMDB. Zoals de huidige CMDB ingericht is zijn er geen relaties aanwezig tussen

de verschillende configuratie items, hierdoor is het niet mogelijk om de gevolgen van een

wijziging inzichtelijk te krijgen.

Page 20: CMDB overdracht

13

De afdeling Productmanagement heeft weinig interactie met de CMDB, hetzelfde geldt voor de

afdeling Servicemanagement. Servicemanagement maakt wel gebruik van de CMDB voor het

invoeren van een klantvraag, in de meeste gevallen resulteert dit in een wijziging.

2.1.2. Rapportages

Momenteel is er binnen DM wel een rapportage aanwezig. Deze is te vinden op

‘Dienstcomponenten Dashboard‘. Dit dashboard bevat alle dienstcomponenten, niet beperkt tot

DM. Het is wel mogelijk om te filteren, hierdoor is het mogelijk om enkel de dienstcomponenten

te tonen van DM. Om dit te doen dient er bij Delivery Unit ‘OPM’ geselecteerd te worden. In

totaal zijn er, op 20 februari 2013, 162 verschillende dienstcomponenten en circa 800

verschillende configuratie items.

Binnen de verschillende afdelingen zijn er verschillende wensen voor rapportages. Binnen

Kwaliteitsmanagement worden momenteel Measurement and Analysis (M&A) rapportages voor

het MT gemaakt. Hiervoor wordt op dit moment Excel gebruikt. Voor de rapportages wordt

binnen Rabobank Qlikview gebruikt. Opties voor een rapportage die bij Kwaliteitsmanagement

maar voren komen zijn:

− Rapportages aan de hand van ITIL-processen

− Rapportages die de impact van een wijziging laten zien, welke risico’s eraan hangen en

wat de relatie is met overige afdelingen

Bij Productmanagement zoekt men meer rapportages op basis van de incidenten. Zijn er trends

te vinden met betrekking tot incidenten? Door deze toonbaar te maken in een

rapportage/dashboard kan de productmanager over zijn/haar producten de juiste beslissingen

nemen voor vervolgacties.

Bij Servicemanagement wordt er gerapporteerd aan de klant, zij zijn namelijk het aanspreekpunt

voor de klanten. Hierbij wordt er op maandbasis gerapporteerd maar ook, in het geval van een

‘severity (prioriteit) 2’ incident op uurbasis. De rapportages die zij aan de klanten aanleveren

dienen de volgende gegevens te bevatten:

− Aard van het incident

− Wie ervoor verantwoordelijk is

− Welke acties er zijn ondernomen

Naast de vastgestelde rapportages kan er ook op aanvraag van de klant een rapportage geleverd

worden. Naast deze rapportages is er voor het project digitale klantverantwoording(DKV) ook

een wens voor een rapportage. Hier gaat het op de volgende gegevens:

− Uitval en vervolgacties

− Volledigheid

− Correctheid

− Tijdigheid

− Aard van het incident

− Kwantitatieve informatie incidenten

− Punt van binnenkomst

Page 21: CMDB overdracht

14

Hierbij is het van belang dat de rapportage flexibel is, de informatie komt uit verschillende

bronnen. Daarnaast dient de query aanpasbaar te zijn. Men wil de mogelijk om in te zoomen op

diverse gegevens.

Hiernaast is er nog een informatiebehoefte bij de ‘automated document factory’. Het proces

werkt op een basis van ‘on demand’ en batch opdrachten, hierin zijn ook combinaties mogelijk.

Er is een wens om dit proces te volgen, wat gebeurt er op welk punt en welke informatie bevat

het.

Als laatste is er nog Functioneel Beheer. Daar is tevens een informatiebehoefte. Zij zouden graag

rapportages zien in de richting van hoeveel problemen zijn er per dienst evenals welke en

hoeveel wijzigingen er zijn doorgevoerd. Tevens is er een wens om te kunnen zien welke

incidenten tot een wijziging leiden en waarom dit het geval is. Als laatste zouden ze ook willen

zien welke incidenten escaleren naar een probleem.

Gewenste eindsituatie 2.2.

2.2.1. CMDB

De gewenste eindsituatie van de CMDB is een zo optimaal mogelijke beheersbare inrichting van

de CMDB. Daarnaast is het overdragen van het beheer en onderhoud, van

Kwaliteitsmanagement naar Functioneel Beheer, tevens een doelstelling.

Doordat de inrichting van de CMDB wordt verbeterd, waardoor bijvoorbeeld de relaties tussen

configuratie items gerealiseerd wordt, kan men betrouwbare informatie uit de CMDB halen. Een

voorbeeld hiervoor is het bepalen van de impact van een wijziging. Het project moet er ook voor

zorgen dat de CMDB volledige en correcte gegevens bevat.

2.2.2. Rapportages

Binnen DM zijn een drietal standaard rapportages te beschrijven. Hierbij kan er onderscheid

gemaakt worden tussen vier verschillende afdelingen.

Service management

Concreet wil men bij service management het volgende weten

− Aard van het incident

− Wie ervoor verantwoordelijk is

− Welke acties er zijn ondernomen

Met betrekking tot de digitale klantverantwoording zouden ze graag de volgende informatie

inzichtelijk willen hebben.

− Uitval en vervolgacties

− Volledigheid

− Correctheid

− Tijdigheid

− Aard van het incident

− Kwantitatieve informatie incidenten

− Punt van binnenkomst

Kwaliteitsmanagement

Page 22: CMDB overdracht

15

Concreet wil men bij Kwaliteitsmanagement het volgende weten;

− Impact van wijziging

− Risico van wijziging

− Wat is de relatie met overige afdelingen

Product management

Concreet wil men bij product management het volgende weten

− Incidenten op productbasis

− Trends in incidenten per product

Functioneel beheer

Concreet wil men bij functioneel beheer het volgende weten

− Problemen per dienst

− Hoeveelheid wijzigingen

− Hoeveel incidenten worden een wijziging

− Waarom

− Hoeveel incidenten worden een probleem

Opdrachtomschrijving 2.3.Binnen het project zijn een tweetal doelstellingen te formuleren:

− Optimaliseren van de inrichting en het beheer van de CMDB

− Het realiseren van rapportages met betrekking tot de ITIL service support processen

Zodra deze doelstellingen zijn bereikt is de CMDB ingericht om een goede basis te zijn voor de

ITIL service support processen. Daarnaast is het beheer en onderhoud van de CMDB bij de

gewenste afdeling te komen liggen. Als laatste beschikt men over een set aan rapportages die

informatie verschaffen over de ITIL service support processen.

Andere belangrijke opbrengsten van een betrouwbare CMDB:

- Medewerkers worden ondersteund om beter de impact van wijzigingen vast te stellen.

De relaties tussen de verschillende configuratie items zijn betrouwbaar en daardoor

inzichtelijk

- Relaties tussen wijzigingen en verstoringen zijn inzichtelijk te maken

Belangrijke opbrengst van een goede standaard set aan rapportages:

- Uniforme ontsluiting van informatie, zodat de afdelingen binnen DM over dezelfde

informatie beschikken

- Standaard set aan rapportages die, bijvoorbeeld op dienstniveau, inzicht geven in de

dienstverlening van DM

Uitsluitingen 2.4.Uitgesloten uit dit project zijn aanpassingen aan de ‘Bill of Material’ (BOM) van Document

Management. Deze is op dit moment namelijk niet te wijzigen. Wijzigingen aan de BOM kunnen

enkel plaats vinden op het moment van de jaarlijkse budgetronde binnen Document

Management.

Probleemstelling en deelvragen 2.5.

Page 23: CMDB overdracht

16

2.5.1. Probleemstelling

− Welke acties dienen er ondernomen te worden om de inrichting en het beheer van de

CMDB te optimaliseren

− Welke informatiebehoeftes zijn bij de verschillende afdelingen er binnen DM en hoe kan

aan deze behoeften voldaan worden

2.5.2. Deelvragen

Voorbereiding

CMDB

− Wat is de huidige status van de CMDB?

− Wat is de gewenste status van de CMDB?

Rapportages

− Bij welke afdeling is er een informatiebehoefte met betrekking tot de ITIL service

support processen?

− Wat voor informatiebehoefte is er bij de afdeling?

Onderzoek

CMDB

− Zijn de gegevens in de CMDB correct en volledig?

− Welke oplossingen kunnen de CMDB naar het gewenste niveau brengen?

− Wat zijn de risico’s van het doorvoeren van een oplossing?

− Welke selectie van oplossingen dienen doorgevoerd te worden op de gewenste status te

bereiken?

− Is de CMDB aan te sluiten met de uCMDB?

− Welke aanpassingen zijn hier voor nodig?

− Wat zijn hier de voordelen van?

Rapportages

− Welke beperkingen zijn er vanuit Rabobank?

− Wat is de procedure voor het aanvragen van een rapportage?

− Welke informatie is er benodigd om aan de informatiebehoefte te kunnen voldoen?

− Hoe dient de rapportage opgebouwd te worden, waar staat welke informatie?

Realisatie

CMDB

− Hebben de doorgevoerde oplossingen tot de gewenste situatie geleid?

− Is het beheer en onderhoud overgedragen aan FB?

− Is de koppeling met uCMDB aanwezig?

Rapportages

− Komt de rapportage overeen met de wens van de betreffende afdeling?

Page 24: CMDB overdracht

17

3. Plan van aanpak

Methodes 3.1.Gedurende het project zal er van verscheidende methodes gebruik gemaakt worden. Gedurende

de opleiding is er veelal aandacht gegeven aan deze methodes. Het project zal gebruik maken

van de projectmanagementmethode Prince2. Hiernaast wordt er eveneens gebruik gemaakt van

het tien stappen plan. Om te voorkomen dat de aandacht verkeerd verdeeld wordt over de

componenten van het afstudeerproject wordt er gebruik gemaakt van de MoSCoW-methode.

3.1.1. Prince2

Prince2 staat voor Projects IN Controlled Environments. Gedurende de afstudeerstage is gebruik

gemaakt van deze methode. Deze methode is de standaard projectmanagementmethode die

wordt gehanteerd door Fontys Hogeschool ICT en de Rabobank.

Gedurende het project zullen zes van zeven processen plaats vinden. Voorgaand aan het

afstudeerproject heeft het proces ‘initiëren van een project’ al plaatsgevonden echter zal dit

proces deels opnieuw worden uitgevoerd. Tijdens het afstudeerproject zullen niet alle processen

uitgevoerd worden. De fases die wel worden uitgevoerd zijn: [15]

− Initiëren van een project

− Dirigeren van een project

− Beheersen van een fase

− Managen productoplevering

− Managen faseovergangen

− Afsluiten van een project

De processen zullen niet strikt gevolgd worden zoals deze zijn beschreven door prince2.

Bijbehorende documenten die gebruikt zijn:

− Project Initiatie Document met de volgende bijlagen;

− Communicatieplan

− Projectkwaliteitsplan

− Projectplan

− Risicologboek

3.1.2. V2-methode

De v2-methode is een bundel met methoden en technieken die gebruikt kunnen worden om

systematisch te onderzoeken. Tijdens het onderzoek zal gebruik gemaakt van deze methode om

de verschillende fases van het onderzoek in goede banen te leiden. Tijdens het project zullen de

volgende fases uitgevoerd worden. [16]

− Diagnosefase

− Therapiefase

− Implementatiefase

De invulling van deze fases gebeurt selectief. Gedurende iedere stap zal er gekeken worden of

het uitvoeren van de verschillende beschreven stappen nuttig dan wel nodig is om het project

met een succesvol resultaat af te ronden. Uiteindelijk is het concept van de V2-methode

toegepast, functioneel zijn er geen overeenkomstige documenten.

Page 25: CMDB overdracht

18

3.1.3. MoSCoW

De MoSCoW-methode kan gebruikt worden om onderdelen van een project te prioriteren. Door

het gebruik van deze methode kan er vooraf gekeken worden welke onderdelen van het project

kritiek zijn voor een succesvolle afronding. Hiernaast kan men beslissen om bepaalde

onderdelen niet uit te voeren of enkel indien de kritieke onderdelen voltooid zijn.

In dit project zijn er enkel onderdelen met de prioriteit ‘must’ en ‘should’.

De MoSCoW-methode hanteert de volgende prioriteringen

Must: Dit onderdeel van het project dient uitgevoerd te worden. Indien dit niet het geval

is, is het project niet succesvol voltooid

Should: Dit onderdeel is gewenst om te voltooien kan het project als succesvol worden

beschouwd indien dit onderdeel niet voltooid is.

Could: Dit onderdeel wordt enkel uitgevoerd indien er voldoende tijd over is om dit uit

te voeren.

Won’t: Deze onderdelen van het project worden op dit moment niet uitgevoerd. Deze

onderdelen kunnen tijdens een vervolgproject uitgevoerd worden.

MoSCoW

Must Should Could Won’t

Hoog Prioriteit Laag

In de bovenstaande afbeelding is te duidelijk het verschil in prioriteit te zien. Waar een

onderdeel met de prioriteit Must van belang is voor het project is een onderdeel met de

prioriteit Won’t dat echter niet. Mocht een onderdeel met de prioriteit Must niet afgerond zijn

dan kan het project als onsuccesvol beschouwd worden. Onderdelen met de prioriteit Should

zijn minder kritisch en zo vlakt het af naar niet kritisch bij de prioriteit Won’t.

3.1.4. Tien stappen plan

Het tien stappen plan is een methode die door Fontys Hogeschool ICT wordt gebruikt om

studenten zijn of haar afstudeeropdracht te plannen en op een ordelijke manier uit te laten

voeren. Het tien stappen plan bestaat uit drie fases, namelijk:

− Oriëntatiefase

− Onderzoeks- en oplossingsfase

− Invoeringsfase

Eenieder van deze fases borduurt voor op de voorgaande fase. De oriëntatiefase levert een

opdracht op. In de onderzoeks- en oplossingsfase worden de mogelijke oplossingen onderzocht

die tijdens de invoeringsfase ingevoerd kunnen worden. In de onderstaande afbeelding zijn de

verschillende fases te zien.

Page 26: CMDB overdracht

19

Figuur 1: Tien stappen plan

Oriëntatiefase (15%) Invoeringsfase (35%) Onderzoeks- en oplossingsfase

(50%)

1

Externe

oriëntatie

2

Intake-

gesprek

3

Oriënterende

interviews

4

Analyse

5

Terugkoppeling/

contracteren

6

Werkplanning

En project-

organisatie

7

Diepteonderzoek

Oplossing Analyse

Terugkoppeling

8

Oplossingsplan

9

Invoering

10

Afronding en

afstuderen

Page 27: CMDB overdracht

20

4. Oriëntatiefase In navolging van de opdrachtontvangst en de contractering begint de oriëntatiefase. In de

oriëntatiefase is er met een divers aantal medewerkers van Document Management een

verkennend interview gehouden. Enerzijds om kennis te maken en anderzijds om de huidige

situatie globaal in kaart te brengen. Aan de hand van deze interviews is er een PID opgesteld die

afgestemd is met Johan Bom. Johan Bom verzorgt de rol van stagebegeleider alsmede de

opdrachtgever.

Aan de hand van de oriënterende interviews is naar voren gekomen dat er gedurende het

project een viertal direct betrokkenen afdelingen zijn, namelijk;

– Service Management

– Product Management

– Functioneel Beheer

– Kwaliteitsmanagement

Naast de direct betrokkenen binnen Document management zijn er

ook een aantal afdelingen indirect betrokken. Hierbij is te denken aan

de eigenaar van de applicatie Hewlett-Packard Service Manager 9, Qlikview en het project

uCMDB. Daarnaast is de kennis van andere afdelingen mogelijk ook bruikbaar. Die afdelingen

zijn;

– Applicatie Services

– Werkplek Services

– Infra Services

Het product dat als mijlpaal van de oriëntatiefase is te definiëren is het PID. Dit document is te

vinden in Bijlage A: PID. In dit document is de opdrachtomschrijving en doelstelling te vinden

evenals de probleemstelling en de hoofd- en deelvragen.

Voor dit afstudeerproject zijn er een tweetal doelstellingen gedefinieerd;

− Optimaliseren van de inrichting en het beheer van de CMDB

− Het realiseren van rapportages met betrekking tot de ITIL service support processen

Voortgekomen vanuit de doelstelling en de oriënterende gesprekken zijn de volgende twee

probleemstellingen geformuleerd;

− Welke acties dienen er ondernomen te worden om de inrichting en het beheer van de

CMDB te optimaliseren

− Welke informatiebehoeftes zijn bij de verschillende afdelingen er binnen DM en hoe kan

aan deze behoeften voldaan worden

Deze probleemstellingen zijn vervolgens verder uitgediept in een vijftiental deelvragen.

Gedurende het project zullen op een chronologische wijze de vragen beantwoord worden.

Startend bij de voorbereiding van het project naar een onderzoek naar de huidige en gewenste

situatie van de CMDB. Vervolgens wordt er stil gestaan bij het naderonderzoek. Welke

oplossingen kunnen welke problemen oplossen en wat zijn de risico’s daarvan en leiden deze

oplossingen tot de gewenste situatie. Als laatste wordt er gekeken hoe het beheer en

Page 28: CMDB overdracht

21

onderhoud goed overgedragen kan worden van Kwaliteitsmanagement naar Functioneel

Beheer.

Eenzelfde proces vindt plaats voor de rapportages. Initieel wordt er gekeken naar de

informatiebehoefte binnen de afdelingen waarna vervolgens deze behoefte geconcretiseerd

wordt. Hierna wordt er gekeken hoe deze wens vertaald kan worden naar gewenste oplossing.

Deze gerealiseerde oplossing wordt vervolgens geëvalueerd met de desbetreffende afdeling

binnen Document Management. Indien de rapportage voldoet is de informatiebehoefte

ingevuld, zo niet dient er weer terugkoppeling plaats te vinden met KICC.

Buiten de doelstelling, probleemstelling en de diverse hoofd- en deelvragen is in het PID tevens

informatie te vinden over de projectorganisatie, communicatie en de mogelijke risico’s die er

gedurende het project aanwezig zijn.

Page 29: CMDB overdracht

22

5. Onderzoeks- en oplossingsfase Na het realiseren van het PID kan er begonnen worden aan het onderzoek om van de huidige

naar de gewenste situatie te komen. Als resultaat van de onderzoeksfase is een advies- en/of

een onderzoeksdocument te definiëren.

Informatieverzamelingen 5.1.Gedurende het project zijn er diverse bronnen gebruikt om de huidige en gewenste situatie goed

in kaart te brengen. De bronnen die gebruikt zijn onder te verdelen in literatuurstudie,

documentstudie en interviews;

5.1.1. Literatuurstudie

Gedurende het project is er gebruik gemaakt van literatuur. Met behulp van de literatuur kan er

gebruik worden gemaakt van bewezen methodes om zo tot het gewenste resultaat te komen.

Gedurende dit project kan gedacht worden aan literatuur omtrent informatiemanagement en

informatiebeleid, administratieve organisatie, kwalitatief onderzoeken en IT auditing.

5.1.2. Documentstudie

Binnen Rabobank Nederland is een groot aantal documenten te vinden die de situatie schetst

zoals deze behoort te zijn. Met behulp van deze informatie kan men snel inzien hoe de omgeving

er uit hoort te zien, hoe de processen behoren te lopen en welke afdelingen er binnen Rabobank

zijn en hoe deze mogelijk betrokken zijn bij diverse processen. Mede met behulp van de

beschreven situaties kunnen de regels, richtlijnen en beperkingen in kaart worden gebracht. Wel

is het van belang om de beschrijving te controleren met de werkelijkheid. De beschrijvingen

kunnen in de loop der tijd verouderd raken. Dit kan komen door veranderingen in het proces die

niet doorgevoerd worden in de beschrijvingen maar ook doordat de beschrijvingen de

werkelijkheid niet correct dan wel volledig beschrijven.

5.1.3. Interviews

De belangrijkste informatie voor dit project is voortgekomen uit interviews. Gedurende het

project, van het begin tot aan het einde zijn er diverse interviews gehouden met betrokkenen

van het project. Mede doordat dit project draait om het maken van bewuste keuzes over de

inrichting van de CMDB en hoe deze gevuld dient te worden. Gedurende de interviews wordt er

informatie verzameld over diverse zaken. Hierbij kan het gaan om feiten over de situatie,

bevindingen van de geïnterviewde medewerker maar ook besprekingen van een mogelijke

oplossing.

Hiernaast zijn er diverse interviews gehouden om de informatiebehoeften binnen DM over de

ITIL Service Support Processen naar boven te krijgen. De informatiebehoefte is vervolgens

vertaald naar een geconcretiseerde beschrijving zodat de rapportage gerealiseerd kan worden.

Het onderzoek 5.2.Het onderzoek dat gedurende het afstudeerproject is uitgevoerd is gefaseerd uitgevoerd. Vanuit

de structuur van de hoofd- en deelvragen die in de PID zijn beschreven is er naar de gewenste

situatie toe gewerkt.

5.2.1. Huidige situatie

Page 30: CMDB overdracht

23

De eerste stap naar de gewenst e situatie is het in kaart brengen van de huidige situatie. Het is

van belang om zo vroeg mogelijk en zo duidelijk mogelijk te weten waarom de huidige situatie

niet meer voldoet. Waar zitten de knelpunten van de huidige inrichting, wat moet er anders, en

mogelijk het belangrijkst, waarom moet het anders.

Het in kaart brengen van de huidige situatie heeft relatief weinig tijd in beslag genomen. Dit

mede doordat een deel van de informatie gedocumenteerd aanwezig is en men over het

algemeen goed op de hoogte is van de huidige staat van de omgeving. Belangrijkste punten die

uit de interviews naar voren zijn gekomen is dat de huidige beheerder – Kwaliteitsmanagement -

van de CMDB niet de wenselijke beheerder – Functioneel beheer – is. Daarnaast zijn de

gegevens in de CMDB incorrect dan wel onvolledig of te gedetailleerd dan wel te weinig

gedetailleerd. Het is dus van belang om goed en eenduidig vast te leggen wat er geregistreerd

dient te worden op welke detailniveau.

Voor CMDB’s zijn diverse volwassenheidsmodellen aanwezig. Gedurende het project is gebruik

gemaakt van het volwassenheidsmodel van Tarrani gecombineerd met een schematische

weergave van Gartner voor het volwassenheidsniveau voor EIM.

Kijkend naar de huidige situatie van de CMDB is er uit de interviews naar voren gekomen dat dat

er momenteel procedures en werkinstructies aanwezig zijn. Eveneens zijn alle gegevens

aanwezig. Wat zijn er nog een flink aantal gegevens aanwezig die dan wel verlopen zijn of

onvolledig zijn. Het detailniveau is eveneens niet op het gewenste niveau. Voor sommige

componenten is er te veel detail aanwezig terwijl er voor andere componenten onvoldoende

detail aanwezig is. Daarnaast vinden er geen, dan wel onvoldoende, audits plaats op de CMDB.

Hierdoor is kan het voorkomen dat, indien een wijziging in de werkelijkheid niet aangepast

wordt in de CMDB, de CMDB niet meer overeenkomt met de werkelijkheid. Wel is het zo dat een

Maturity

Phase of maturity

Immature

Sophisticated

Ad hoc Repeatable Defined Managed Optimizing

Configuratie

items worden

automatisch

ontdekt

Voorspellingen

voor

incidenten

Er vinden audits

plaats op de

CMDB

Alle taken zijn

formeel

beschreven

Detailniveau van

de CMDB is op

voldoende

niveau om het

proces te

ondersteunen

Niet

gestandaard-

iseerd en niet

beschreven

procedures. Niet

alle gegevens

zijn beschikbaar

Page 31: CMDB overdracht

24

deel van de CI’s automatisch worden ontdekt door middel van uCMDB. Door deze feiten is de

CMDB van Document management te definiëren als ‘ad hoc’. In bijlage H: volwassenheidsmodel

is het model verder gespecificeerd.

In de huidige situatie wordt het beheer en onderhoud van de CMDB in Hewlett-Packard Service

Manager 9 gedaan. De gegevens in de CMDB worden geregistreerd door Kwaliteitsmanagement,

zij verzorgen ook het beheer en onderhoud. De gegevens worden door Functioneel Beheer aan

Kwaliteitsmanagement aangeleverd. Met de gegevens uit de CMDB worden rapportages in Excel

gegenereerd voor Service Management en Kwaliteitsmanagement. Overige afdelingen maken

nog geen gebruik van rapportagemogelijkheden met betrekking tot de ITIL Service Support

Processen. Als laatste wordt er ook nog ad hoc informatie uit de CMDB gehaald. Dit is door

middel van Hewlett-Packard Service Manager 9 die dan wel direct in de Hewlett-Packard Service

Manager 9 wordt uitgelezen dan wel verwerkt in Excel. Deze informatie wordt bijvoorbeeld

gebruikt bij het oplossen van incidenten, wijzigingen en problemen.

Figuur 2: Informatievoorziening DM huidige situatie

Hiernaast is er aandacht besteed aan de huidige rapportagevoorzieningen met betrekking tot de

ITIL Service Support Processen. Dit vloeit namelijk voort uit het optimaliseren van de inrichting

van de CMDB. Welke gegevens worden er door de verschillende afdelingen gebruikt om te

verifiëren of ze ‘in control’ zijn. In de huidige omgeving wordt dit voornamelijk gedaan op basis

van exporteeracties uit Hewlett-Packard Service Manager 9. De gegevens die geëxporteerd zijn

worden vervolgens handmatig verwerkt tot een de gewenste rapportage. Voor bepaalde

rapportages is men veel tijd kwijt aan het realiseren van de rapportage. Zoals in bovenstaande

afbeelding te zien is wordt er nog niet door iedere afdeling gebruik gemaakt van rapportages

Service Management

Kwaliteitsmanagement

Kwaliteitsmanagement

KICC

HP Service Manager 9

Excel

Rapporteren

Exploiteren van

gegevens

Communiceren

en interactie

Verwerken

Registreren

Specifieke tools

Formele

bedrijfsprocessen

Generieke tools

informele

bedrijfsprocessen

HP Service Manager 9

Excel

Page 32: CMDB overdracht

25

met betrekking tot de ITIL Service Support Processen. Belangrijkste afdelingen die baat kunnen

hebben bij rapportages omtrent dat proces zijn Functioneel Beheer en Product Management.

Functioneel Beheer kan actief sturen op de prestaties van de afdeling met betrekking tot de ITIL

Service Support Processen en Product Management kan beschikking krijgen tot actuele

informatie over de prestaties van de producten waar hij/zij voor verantwoordelijk is. Service

Management kan er eveneens een voordeel mee doen tijdens de besprekingen met de klant.

5.2.2. Gewenste situatie

In navolging van het in kaart brengen van de huidige situatie is er een beeld ontstaan van de

gewenste situatie. Het doel van het project is direct te relateren aan het eerder aangehaalde

volwassenheidsmodel. Kijkend naar de verstrekte informatie tijdens de interviews is er op te

merken dat men minimaal het ‘defined’ niveau wil bereiken. Gedurende het in kaart brengen

van de gewenste situatie zijn er verschillende zaken naar voren gekomen die onderzocht dienen

te worden.

Als eerste is er gekeken naar de beperkingen en/of richtlijnen die van externe afdelingen worden

opgelegd. Twee belangrijke partijen die invloed hebben op het afstudeerproject zijn;

– Rabobank Nederland Groep ICT Operations

– Project uCMDB

De eerstgenoemde afdeling is de functioneel beheerder van de

applicatie waarmee de CMDB wordt beheerd, namelijk Hewlett-

Packard Service Manager 9. Vanuit deze afdeling zijn er eisen

met betrekking tot het verplicht registreren van bepaalde

gegevens van een configuratie item. Na het in contact

komen met de functioneel beheerder van deze applicatie is

er naar voren gekomen dat er, buiten de gedocumenteerde

richtlijnen en technische beperkingen er geen verdere eisen

zijn. De afdelingen zijn zelf verantwoordelijk voor de

invulling van de gegevens in de CMDB die de afdeling nodig

denkt te hebben.

De tweede partij, project uCMDB, heeft een wat grotere

impact op de inrichting van de CMDB. Met dat project wordt

er gepoogd om de algehele infrastructuur automatisch in de CMDB vast te leggen. Hieraan dient

de applicatieve laag gekoppeld te worden. Vanuit dit project zijn er eisen gesteld omtrent de

naamgeving en het aantal ‘lagen’ die het datamodel mag bevatten. Hieraan dient DM zich te

conformeren.

Na het in kaart brengen van de beperkingen vanuit externe partijen is er onderzoek gedaan naar

de inrichting van de CMDB bij andere afdelingen binnen Rabobank Nederland. Vanuit de afdeling

Operations is aangeraden om de afdeling Applicatie service, Werkplek service en Infra service te

bekijken.

Bij de diverse afdelingen is gevraagd, na het vinden van de juiste contactpersoon van de

afdeling, hoe hun afdeling de CMDB hebben ingericht. Naast het vragen naar informatie over

hoe zij het invullen is er steekproefsgewijs naar de daadwerkelijke invulling in de CMDB gekeken.

Figuur 3: CMDB icm IPC-processen

Page 33: CMDB overdracht

26

Wenselijk

Noodzakelijk Haalbaar

De informatie die van de afdelingen is verkregen is gebruikt als ‘Best Practice’. Met behulp van

deze informatie is er vervolgens een tabel, in Excel, gerealiseerd die als basis dient voor de in te

vullen gegevens. Dit bestand is te vinden in bijlage E: invulling configuratie items. Naast het

directe contact met de verschillende partijen en het

steekproefsgewijs inzien van configuratie items in

de CMDB is er eveneens gezocht naar documentatie

die relevant kan zijn voor het project. Soorten

documenten die zijn gebruikt gedurende het project

zijn - maar niet beperkt tot - interne nota’s,

procesbeschrijvingen, werkinstructies en

trainingsdocumentatie.

Met deze informatie is vervolgens een voorstel

opgesteld voor de inrichting van de CMDB van DM.

Dit voorstel is eerst individueel met de directe

betrokkenen besproken. Vragen die gedurende de

voorbesprekingen naar voren zijn gekomen zijn voorafgaand aan het besluitvormingsmoment

beantwoord dan wel onderzocht om tijdens het

besluitvormingsmoment een goed en volledig

antwoord te kunnen gegeven. Bij het besluitvormingsmoment is vervolgens nogmaals uitgelegd

hoe er tot het voorstel is gekomen en hoe de uitvoering plaats gaat vinden. Tijdens dit

besluitmoment is aangegeven dat men in de toekomstige situatie enkel gegevens gaat

registreren, beheren en onderhouden die nuttig zijn voor het proces.

Daarnaast dient er niet vergeten te worden dat in de gewenste situatie het beheer en

onderhoud door een andere afdeling gedaan dient te worden. Om dit zo goed mogelijk te laten

verlopen dienen de desbetreffende medewerkers er van op de hoogte te zijn hoe bepaalde

werkzaamheden uitgevoerd dienen te worden. Om dit te faciliteren is het van belang dat er

minimaal goede, en dus duidelijk en helder beschreven, werkinstructies aanwezig zijn. Eveneens

is er afgesproken wanneer het beheer en onderhoud formeel overgedragen kan worden. Dit kan

op het moment dat de CMDB op de gewenste manier is ingericht. De gewenste situatie van de

CMDB ziet er derhalve als volgt uit;

Figuur 4: Informatiemanagement

Page 34: CMDB overdracht

27

Figuur 5: Informatievoorziening gewenste situatie

De wijzigingen in de indeling zijn vanuit de afbeelding uit de vorige situatie te zien. Het

registreren wordt belegd bij een andere partij binnen Document Management. Deze gaat

namelijk van Kwaliteitsmanagement naar Functioneel Beheer. Er wordt meer gebruik gemaakt

voor rapportages in verschillende rapportageomgevingen. De informatiebehoefte van

Kwaliteitsmanagement en Product Management wordt ingevuld alsmede de aanvulling van de

invulling van de informatiebehoefte van Service Management en Functioneel Beheer.

Om er voor te zorgen dat de CMDB op het moment van overdracht, maar nog belangrijker nog,

na het moment van overdracht op het gewenste niveau blijft is het van belang dat er met enige

regelmaat audits plaats vinden. Door middel van het uitvoeren van audits op de CMDB kan er

gecontroleerd worden of de CMDB nog op het gewenste niveau is. Eerste dient er gekeken te

worden of er binnen de Rabobank al procedures zijn vastgelegd. Vervolgens of uit checklists dan

wel audits beschikbaar zijn voortgekomen uit literatuurstudie. Deze kunnen vervolgens

gecombineerd worden tot een zo optimaal mogelijke audit om de CMDB op het gewenste

niveau te behouden.

Eenzelfde traject is er uitgevoerd voor de rapportages voor de informatiebehoefte van de

verschillende afdelingen. Eerst is er globaal gevraagd welke informatie men benodigd heeft om

de gewenste dienstverlening te kunnen continueren. Vervolgens is er gekeken of er binnen

Rabobank Nederland rapportagevoorzieningen beschikbaar zijn. Er is naar voren gekomen dat er

binnen Rabobank Nederland gebruik wordt gemaakt van Excel, Qlikview en Business Object.

Gedurende mijn project zal er voornamelijk gebruik worden gemaakt met Qlikview en voor een

detailniveau Excel.

Service Management

Product Management

Functioneel Beheer

Kwaliteitsmanagement

Functioneel Beheer

KICC

HP Service Manager 9

Excel

Rapporteren

Exploiteren van

gegevens

Communiceren

en interactie

Verwerken

Registreren

Specifieke tools

Formele

bedrijfsprocessen

Generieke tools

informele

bedrijfsprocessen

HP Service Manager 9

Qlikview

Excel Business Objects

Page 35: CMDB overdracht

28

Vanuit Service Management wil preventief kunnen inzien of de afgesproken dienstverlening

mogelijk niet geleverd kan worden, Product Management wil de trends in kunnen zien met

betrekking tot de IPC-processen. Functioneel Beheer wil het ITIL-proces kunnen monitoren zodat

er preventief gestuurd kan worden op bijvoorbeeld afdelingen waar het minder goed loopt. Als

laatste zou Kwaliteitsmanagement het nuttig achten indien met op de hoogte is van de

incidenten, problemen en wijzigingen die er zijn geweest voor een bepaalde dienst en daarnaast

welke wijzigingen binnen het generieke onderhoudsvenster zijn uitgevoerd dan wel buiten het

onderhoudsvenster.

Met deze informatie is men binnen Document Management meer op de hoogte van wat er zich

afspeelt binnen de ITIL service support processen. Men kan inzien op welke punten

verbeteringen doorgevoerd zouden kunnen dan wel moeten worden. Daarnaast kan er gestuurd

worden op de informatie die deze rapportages genereren.

Gedurende het onderzoek is er gebruik gemaakt van diverse literatuur . Voor het gedeelte van

de CMDB is voornamelijk literatuur gebruikt over ITIL V3, informatiemanagement,

administratieve organisatie en IT auditing.

Page 36: CMDB overdracht

29

6. Invoeringsfase Na de onderzoeksfase en oplossingsfase - waaruit is gebleken hoe van de huidige situatie naar

de gewenste situatie gekomen kan worden – kan er begonnen worden met de invoeringsfase.

De eerste stap die hierin genomen dient te worden is het mededelen aan de algehele afdeling

die het beheer gaat overnemen, in dit geval de afdeling Functioneel Beheer. Het is van belang

dat tijdens het kennis geven van de wijzigingen dat er gedragenheid is binnen de afdeling

Functioneel Beheer om deze taken daadwerkelijk uit te voeren. Om hiervoor te zorgen is het van

belang dat men goed van op de hoogte is wat de baten van de veranderingen zijn.

Nadat Functioneel Beheer op de hoogte is van de wijziging en er gedragenheid voor de wijziging

is gecreëerd kan de daadwerkelijke invoeringsfase beginnen. Gedurende deze fase zal er veelal

informatie vanuit Functioneel Beheer komen met betrekking tot de configuratie items. Hierbij

gaat het voornamelijk om de volgende informatie;

− Is het configuratie item nog actueel

− Kloppen de huidige gegevens

− Welke gegevens dienen aangepast te worden

− Welke gegevens dienen aangevuld te worden

− Welke relaties zijn er met overige configuratie items

− Welke diensten maken gebruik van het configuratie item

Gedurende dit proces is naar voren gekomen dat de indeling van printnet nog niet optimaal is.

Tijdens een overleg met een aantal belanghebbende is het ontwerp zoals deze in bijlage F:

Printnet tot stand gekomen.

Nadat deze gegevens bekend zijn en correct zijn vastgelegd in de CMDB is de gewenste situatie

omtrent de inrichting en invulling van de CMDB bereikt. De laatste stap die genomen dient te

worden is de formele overdracht van het beheer en onderhoud van de CMDB van

Kwaliteitsmanagement naar Functioneel Beheer. Na de formele overdracht blijft het van belang

dat men de kwaliteit van de CMDB blijft borgen en indien gewenst te verhogen.

Om de kwaliteit van de CMDB te kunnen borgen is het van belang dat er met enige regelmaat

een audit plaats vindt. Het doel van de audit is het borgen van de kwaliteit van de invulling van

de CMDB. Deze audits zullen op vooraf vastgestelde momenten plaats moeten vinden. Tijdens

deze audits wordt er geverifieerd, en indien nodig gecorrigeerd, of de gegevens in de CMDB nog

actueel, volledig en correct zijn.

Tijdens de invoeringsfase is er met enige regelmaat contact geweest met het klant inzicht

competence center (KICC). Door samen met KICC te kijken wat er momenteel beschikbaar is en

of er met enige aanpassingen aan de informatiebehoefte voldaan kan worden kan er een zo

goed mogelijk resultaat geleverd worden. Aan de hand van de informatiebehoefte die de

afdelingen kenbaar hebben gemaakt aan de afstudeerder kan er vervolgens met KICC naar de

realisatie gekeken worden. Gedurende het onderzoek naar wat aanwezig is, of dit voldoet voor

de afdeling en of er iets gerealiseerd kan worden. Voorbeelden van dashbaords zijn in bijlage F:

Qlikview te vinden. Uiteindelijk is er naar voren gekomen dat er vanuit KICC geen tijd aanwezig is

om dit op korte termijn te realiseren. Mede hierdoor is het niet mogelijk om de

Page 37: CMDB overdracht

30

informatiebehoefte in te vullen. Wel is de informatiebehoefte bekend geworden binnen

Document Management. Men zou meer inzicht willen in het algehele ITIL-proces.

Page 38: CMDB overdracht

31

7. Conclusie Vanaf dag één is gebleken dat de huidige status van de CMDB niet voldoet. Dit komt

voornamelijk dat men geen vertrouwen heeft in de inhoud van de CMDB. Ten grondslag van dit

liggen incorrecte gegevens evenals ontbrekende relaties. Mede hierdoor kan de CMDB niet

effectief worden gebruikt. In de gewenste situatie wordt hier dan ook aan voldaan.

Om de gewenste situatie te bereiken is het van belang dat er eerst gedacht wordt over de te

registreren componenten. Vervolgens wat er per component wordt geregistreerd en hoe de

opbouw van de relaties er uit komt te zien. Mogelijk nog belangrijker is het inschatten van de

risico’s. Mede door de automatische incidentregistratie is het van belang dat CI’s niet zonder

overweging uit de CMDB worden verwijderd. Het CI kan namelijk van belang zijn voor de

lopende processen binnen Document Management.

Hier uit komend is er gedurende het onderzoek tot een gewenste oplossing gekomen. Waarbij er

continu afgestemd is met de diverse belanghebbende zodat er een zo goed mogelijk gedragen

inrichting tot stand is gekomen. Daarnaast vindt er aansluiting plaats door de regelgeving vanuit

het project uCMDB in acht te nemen. Hierdoor vindt er enerzijds een stuk alignement plaats met

de Rabobank Groep alsmede worden de infrastructurele componenten automatisch

geregistreerd en onderhouden.

Na het invoeren van deze oplossingen heeft de overdracht van het beheer en onderhoud van de

CMDB formeel plaats kunnen vinden van Kwaliteitsmanagement naar Functioneel Beheer.

Hierbij zijn diverse noodzakelijke documenten overgelegd. Hierbij denkende aan werkinstructies.

Hiernaast heeft er een onderzoek plaats gevonden in hoeverre er een informatiebehoefte

aanwezig is binnen Document Management met betrekking tot de ITIL-processen. Gedurende

het project is naar voren gekomen dat er bij iedere afdeling enige informatiebehoefte aanwezig

is. Zo is er bij Service Management behoefte aan vroegtijdige signalering van mogelijke

overtredingen van de SLA’s. Product Management zou graag informatie willen zien met

betrekking tot de trends voor de voor hem/haar verantwoordelijke dienstcomponenten.

Functioneel Beheer zou meer inzicht in het algehele ITIL-proces willen waardoor er beter

gestuurd kan worden. Kwaliteitsmanagement wil diverse over eveneens het ITIL-proces om de

kwaliteit van de omgeving en het proces te waarborgen.

Vanuit de Rabobank wordt voornamelijk Excel, Qlikview en Business Objects gebruikt. Dit kan

dan ook als beperking voor de invulling van de behoeften gezien worden. Mede hierdoor is het

voor afdelingen zelf moeilijker om losstaande rapportages op te stellen. Voor de diverse

informatiebehoeftes zijn de gegevens al wel aanwezig. Doordat de prioriteit voor de invulling

van de informatiebehoeftes niet hoog genoeg lag heeft deze invulling niet plaats mogen vinden.

Wel is er georiënteerd wat er aanwezig is en of dit mogelijk zou kunnen helpen in het beheersen

van de diverse processen.

Met behulp van aanwezige Qlikview dashboards is er een eerste stap gezet in de overweging om

over te stappen van handmatig realiseren van rapportages naar het mogelijk gebruiken van de

bij Rabobank Groep ICT aanwezige rapportages.

Page 39: CMDB overdracht

32

8. Aanbevelingen

Continuiteit 8.1.De eerste aanbeveling die voortvloeit uit het afstudeerproject is het verzorgen van de

continuïteit van het opgestelde beleid ten aanzien van de invulling van de CMDB. Hiermee wordt

de kwaliteit van de CMDB geborgd. Om dit te realiseren is het van belang dat Functioneel

Beheer haar taken met betrekking tot het registreren van de configuratie items goed uitvoert.

Het registreren van de wenselijke informatie met als belangrijk onderdeel de relaties met

overige configuratie items.

Een aanbeveling die ik ook wil meegeven is dat men de invulling van de CMDB van Document

Management niet als definitief iets zou moeten zien. Het is een gezonde basis waar - indien

gewenst - op verder gebouwd kan worden. De invulling zoals deze uit het afstudeerproject komt

zou moeten voldoen voor het grootste deel van de tijd. Een nuttige aanvulling voor de toekomst

zouden de formulieren binnen Document Management kunnen zijn. Aan de verschillende

klantapplicaties hangen formulieren. Deze formulieren bevatten de gegevens van de opmaak

van het te produceren document. Deze formulieren hebben een bepaalde levensduur. Door het

vastleggen van deze formulieren zou men, op het moment van een migratie naar een nieuwere

dan wel een andere versie van Printnet kunnen inzien welke formulieren er binnen Document

Management worden gebruikt. Eveneens kunnen de wijzigingen die op een formulier gemaakt

worden specifieker vastgelegd worden. Momenteel zou zo een wijziging aan de specifieke

klantapplicatie worden toegewezen. Door deze manier van registeren is het achteraf niet

gemakkelijk om in te zien welke klant veel wijzigingen door heeft laten voeren op haar

formulieren.

Daarnaast is het van belang dat een onafhankelijke partij periodiek een audit uitvoert op de

invulling van de CMDB. Deze controle zou er voor moeten zorgen dat de invulling van de CMDB

conform het opgestelde beleid is alsmede de regels en richtlijnen en veranderingen van externe

partijen. Het beleid, hiermee doelend op de wijzigende eisen van interne en externe partijen, zal

met enige regelmaat geactualiseerd moeten worden om in lijn te blijven met Rabobank Groep.

Hetzelfde geldt voor de gerealiseerde rapportages, periodiek zal de informatievoorziening

gevalideerd moeten worden of deze nog de juiste informatie verstrekt. De informatiebehoefte

vanuit de diverse afdelingen binnen Document Management is naar verwachting dynamisch. Het

is dus van belang dat men op het juiste moment de juiste informatie heeft en deze op de juiste

manier wordt geïnterpreteerd en gebruikt.

Hoewel de informatiebehoefte niet geheel is ingevuld blijft het toch van belang om de

informatiebehoefte alsnog ingevuld te krijgen zodat er een goed inzicht komt in de ITIL-

processen binnen Document Management.

Ook is het mogelijk van belang om naar de ITIL-service support processen te kijken. Met de rol

die Document Management in de toekomst kan gaan, dan wel gaat, vervullen komt de afdeling

meer in het midden van verschillende ketens te zitten. Doordat Document Management

gedurende een proces aangeroepen zal worden is het van belang dat men de ITIL processen

goed heeft ingericht. Men zou er van uit moeten gaan dat de kans aanwezig is dat het aantal

Page 40: CMDB overdracht

33

interacties/incidenten zal stijgen. Door het proces goed in te richten, met de nodige

kennismanagement, welke op dit moment beperkt ingericht is, kan het mogelijk zijn om

meldingen direct op te lossen waardoor de dienstverlening richting de klant op het gewenste

niveau kan blijven. Door middel van het kennismanagement zullen diverse interacties mogelijk

direct op te lossen zijn. Doordat interacties direct opgelost kunnen worden zou deze taak door

de algemene service desk over genomen kunnen worden waardoor Functioneel Beheer meer

tijd heeft voor zaken waarvoor specifiek hun kennis benodigd is.

Uniformering 8.2.Daarnaast wil ik de ‘Bill of Material’ van Document Management benoemen. In de huidige vorm

bevat de ‘Bill of Material’ een aantal diensten die niet generiek zijn, als voorbeelden zijn hier

dienst FREO en dienst Robeco te nemen. Deze situatie lijkt, vanuit de theorie die behandeld

wordt bij de opleiding ICT & Business bij Fontys Hogeschool ICT te Eindhoven, niet ideaal. Indien

vanuit Document Management dit niet wordt herkent is het wel van belang om de afdelingen

binnen Document Management op één lijn te krijgen waardoor men weet welke diensten men

levert met daaronder de specifieke dienstcomponenten. Momenteel is dit namelijk niet het

geval, in verschillende documenten worden verschillende niveaus als dienst beschreven;

Dienstbeschrijving Document

Dienst Rekeningafschrift Dienstcomponentbeschrijving [17]

Dienst PDF Afdelingscontroleplan [18]

Dienst Rabobank Bill of Material Document Management [19]

De dienst Rabobank zou bijvoorbeeld rekeningafschriften af kunnen nemen in het formaat van

PDF’s. Indien de diensten op eenzelfde niveau worden beschreven zijn wordt de kans op

verwarring geminimaliseerd.

Aanbeveling hierin zou vanuit mijn optiek – met in het achterhoofd de theorie zoals deze tijdens

de opleiding bij wordt gebracht – de indeling zoals deze in het afdelingscontroleplan is

beschreven de ideale invulling zijn. Dit omdat de diensten generiek zijn beschreven, er is geen

specificatie naar bijvoorbeeld een klant of een product dat er wordt afgenomen. De dienst PDF

kan in dat geval afgenomen worden door alle klanten van Document Management voor een

verschillend divers aantal producten. Door deze indeling verschuift feitelijk de manier van

beheren van de diensten en dienstcomponenten. Service Management beheert de dienst die

aan de klant geleverd wordt in plaats van de dienst zoals deze in de BOM is beschreven, dit

gebeurt aan de hand van de afgesproken service level agreement. Product Management de

dienst waar ze voor verantwoordelijk zijn met de daarbij behorende dienstcomponenten.

Eveneens wil ik Document Management evenals Rabobank Groep ICT aanbevelen om de CMDB

eenduidig in te richten. Momenteel wordt dit deels gerealiseerd door het project uCMDB. Dit is

beperkt tot het infrastructurele deel van de IT-omgeving. Overige componenten worden nog

steeds door de desbetreffende afdelingen zelf, handmatig, ingevoerd. De invulling van de

componenten in de CMDB is niet eenduidig. Zo worden door verschillende afdelingen

verschillende velden wel of niet ingevuld. Indien met organisatie breed regels voor opstelt

zouden de gegevens eenduidig vastgelegd moeten zijn binnen de algehele organisatie. Eenzelfde

zou je hiervoor kunnen opstellen voor wat er geregistreerd dient te worden. Hiermee kan je een

Page 41: CMDB overdracht

34

wildgroei aan configuratie items voorkomen, hierbij dient er wel enige ruimte vrij gehouden te

worden zodat afdelingen de voor haar belangrijke componenten kan registreren.

Als laatst zou het mogelijk nuttig zijn om te kijken naar de mogelijkheden voor een

synchronisatie tussen de doorbelasting, CMDB en de productendatabase. Daarnaast zou je hier

mogelijk de SLA’s willen betrekken zodat er binnen één omgeving gemonitord kan worden.

Meldingen kunnen gegeven worden indien er door bijvoorbeeld een incident de SLA niet

gehaald dreigt te worden.

Page 42: CMDB overdracht

35

9. Implementatie Na het voorstellen van de oplossingen en het formeel besluiten dat deze oplossing is gekozen is

er begonnen met de implementatie van de wijzigingen in de CMDB. Vanuit de begin situatie is er

gekeken naar de aanwezige CI’s. Hier is bekeken welke er behouden dienen te worden. Vanuit

het bekijken van de CI’s is de vraag naar voren gekomen hoe de CI’s van printnet vastgelegd

dienen te worden. Hier is samen met drie betrokkenen tot een gewenste situatie gekomen zoals

deze in bijlage F: Printnet te zien is. Om het beheer zo goed mogelijk plaats te laten vinden zijn

hiervoor diverse werkinstructies gerealiseerd.

De implementatie van de informatiebehoeften is echter niet volledig gelukt, dit mede door de

lagere prioriteit dat deze oplossing heeft voor de uitvoerende afdeling (KICC). Wel is het zo dat

enige informatiebehoefte ingevuld is door middel van de verbetering van de invulling van de

CMDB. Anderzijds is er door middel van de diverse aanwezige dashboards in Qlikview alsnog

enig inzicht verkregen in het ITIL proces.

Zo is er mede doormiddel van een afdelingsdashboard mogelijk een vervanger gekomen voor de

aanwezige Measurement & Analysis rapportage. Kan men inzicht verkrijgen in de incidenten,

problemen en changes per dienstcomponent evenals een wekelijks overzicht van het ITIL proces.

Page 43: CMDB overdracht

36

10. Evaluatie Gedurende het proces van de afstudeerstage zijn er enkele hobbels in de weg geweest. Hierin

valt een onderscheid te maken op de niveaus proces en product. Gedurende de eerste aantal

weken liep het project procesmatig vrijwel vlekkeloos. De doelstelling van het project was helder

evenals de weg er naar toe. Wat gedurende het project wel naar voren is gekomen zijn de

verschillende definities van bepaalde componenten. Men was er niet eensgezind over de

classificatie van diensten en dienstcomponenten. Tijdens het project is vastgehouden aan de

classificatie volgends de ‘bill of material’. Door dit verschil is er tijdens het eerste gepoogde

besluitmoment geen besluit genomen waardoor dat moment ruim twee weken later is komen te

liggen. Dat het besluit twee weken later is genomen heeft geen gevolgen voor het eindresultaat

gehad.

In een volgend project, met de kennis die ik in dit project heb opgedaan, zou ik zo veel mogelijk

besluitmomenten voorbespreken met de uiteindelijke aanwezigen. Dit primair om de

besluitvorming zo efficiënt mogelijk te laten verlopen evenals vragen voor het besluitmoment te

kunnen beantwoorden. Daarnaast zou ik, kijkend naar de volle agenda’s van betrokken personen

afspraken in een vroeger stadium inplannen zodat hier beter rekening mee te houden is. Kijkend

naar de besluitmomenten waar meer dan drie personen bij aanwezig zijn kan dit met momenten

lastig zijn.

Kijkend naar de punten die in mijn persoonlijk ontwikkel plan beschreven stonden;

− Uitzoeken welk vakgebied (bedrijfskundige informatica of Business Intelligence) mij

het interessantste lijkt

− Leren plannen zodat er weinig verspilde tijd overblijft

Heb ik deze gedeeltelijk kunnen invullen gedurende de afstudeerperiode. Het inplannen van

taken gedurende periode met zo min mogelijk verspilde tijd is deels gelukt. Doordat ik

gedurende het project grotendeels afhankelijk was van de beschikbaarheid van derde komt het

relatief snel voor dat er ‘loze’ gaten ontstaan in de planning. Dit hoeft niet direct te betekenen

dat deze tijd daadwerkelijk verspild is of hoeft te zijn. In de gaten die in de planning ontstaan

kunnen namelijk taken uitgevoerd worden die niet afhankelijk van derde zijn. Hierbij is te

denken aan de theoretische onderbouwing van het geheel. Het uitzoeken van mogelijke

oplossingen dan wel het schrijven van de scriptie.

Het andere punt, het uitzoeken van welke vakgebied mij interessanter lijkt is eveneens deels

gelukt. Ondanks dat de opdracht sterk gefocust is op bedrijfskundige informatica zit er ook een

minimaal gedeelte business intelligence in. Dit deel van de opdracht houdt zich voornamelijk

bezig met het realiseren van de invulling van de informatiebehoefte van de verschillende

afdelingen. Doordat het een beperkte uitvoering van het business intelligence domein is kan er

geen volledig dan wel een uiteindelijk oordeel geveld worden. Spijtig genoeg is het eveneens

niet gelukt om de informatiebehoefte daadwerkelijk in te vullen. Wat wel gedurende het project

naar voren gekomen is, is dat het onderzoeken hoe er een bepaalde mate van alignement

binnen een organisatie mogelijk is, wel interessant is. Dit is voornamelijk doordat het te

omschrijven is als een zoektocht. Bij dit project was het begin een situatie die niet voldeed. Om

naar de gewenste situatie te komen die enerzijds in lijn is met overige relevante projecten en

Page 44: CMDB overdracht

37

anderzijds de opgedane kennis van andere afdelingen gebruikt dient er contact plaats te vinden

met verschillende afdelingen.

De vraag die je dus continu moet stellen is in hoeverre een oplossing bijdraagt aan het doel dat

je als afdeling wilt bereiken en of er binnen de organisatie al kennis voor een bepaalde oplossing

aanwezig is.

Page 45: CMDB overdracht

38

11. Bibliografie

[1] J. Liégeois, L. Wijgergangs en M. Dorenbos, „Opzet scriptie v1.5,” Fontys Hogeschool ICT,

Eindhoven, 2012.

[2] Rabobank Groep, „Over Rabobank Groep Geschiedenis,” 2013. [Online]. Available:

https://www.rabobank.com/nl/group/About_Rabobank_group/Profile/history.html.

[Geopend 18 februari 2013].

[3] Rabobank Groep, „Over Rabobank Groep,” 2013. [Online]. Available:

https://www.rabobank.com/nl/group/About_Rabobank_group/Profile/index.html.

[Geopend 13 februari 2013].

[4] Rabobank Nederland, „Rabobank Nederland,” 2013. [Online]. Available:

http://rabonieuws.rabobank.nl/left/odr/organisatie/rane/rn.asp. [Geopend 28 februari

2013].

[5] Groep ICT, „Groep ICT, kloppend hart,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/GroepICT/loopbaanhr/wegwijzernieuwemedewerker/g

roepictkloppendhart/Pages/default.aspx. [Geopend 13 februari 2013].

[6] Groep ICT, „Wie zijn de klanten van Groep ICT?,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/groepict/kennisenklanten/klantengroepict/Pages/defa

ult.aspx. [Geopend 13 februari 2013].

[7] Groep ICT, „Welke diensten levert Groep ICT?,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/GroepICT/kennisenklanten/dienstenGICT/Pages/defaul

t.aspx. [Geopend 13 februari 2013].

[8] Beheer en Exploitatie, „Beheer en Exploitatie,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/beheerenExploitatie/BenE/Pages/default.aspx.

[Geopend 13 februari 2013].

[9] Document Management, „Introductiepagina,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/DM/Pages/default.aspx.

[Geopend 13 februari 2013].

[10] Kwaliteitsmanagement, „Kwaliteitsmanagement,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/Afdelingen%20DM/KM/Pages

/default.aspx. [Geopend 13 februari 2013].

[11] Service en Project Management, „Service en Project Management,” 2013. [Online].

Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/Afdelingen%20DM/SPM/Page

s/default.aspx. [Geopend 20 februari 2013].

[12] Life Cycle Management, „Life Cycle Management,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/Afdelingen%20DM/LCM/Page

s/default.aspx. [Geopend 20 februari 2013].

[13] Productie en Passen, „Productie en Passen,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/Afdelingen%20DM/PP/Pages/

default.aspx. [Geopend 20 febrauri 2013].

Page 46: CMDB overdracht

39

[14] Secretariaat, „Introductiepagina,” 2013. [Online]. Available:

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/Afdelingen%20DM/Secretaria

at/Pages/default.aspx. [Geopend 20 februari 2013].

[15] Rabobank Nederland, „Projectmanagement volgens Prince2,” 2008. [Online]. Available:

http://rwrn.rabobank.nl/left/werkwijze/projectman/projectmanagement_prince.asp?k=pri

nce2. [Geopend 28 februari 2013].

[16] Fontys Hogeschool ICT, Het verbeteringsproces volgens de V2-methode, Eindhoven: Fontys

Hogeschool ICT, 2013.

[17] A. v. d. Ven, „DCB_DM_Rol Couverteren FC,” Document Management, Best, 2012.

[18] Document Management, „Afdelingscontroleplan,” Document Management, Best, 2013.

[19] M. Cremers, „Diensten DM 2013,” Document Management, Best, 2013.

[20] Fontys Hogeschool ICT, „OER HBO-ICT Voltijd Nederlandstalig,” Fontys Hogeschool ICT,

Eindhoven, 2013.

[21] R. v. d. Heijden, J. Boonen, P. Lambooij en M. Dorenbos, „Studentbrochure afstuderen

periode 15 en 16,” Fontys Hogeschool ICT, Eindhoven, 2013.

[22] Groep ICT, „Jaarplan GICT 2013,” Groep ICT, Utrecht, 2012.

[23] T. Abcouwer, H. Gels en J. Truijens, „Modellering reduceert de werkelijkheid,” in

Informatiemanagement en informatiebeleid, SDU Uitgevers, 2006, pp. 56-58.

[24] T. Abcouwer, H. Gels en J. Truijens, „Hoe informatiesystemen met gegevens omgaan,” in

Informatiemanagement en informatiebeleid, SDU Uitgevers, 2006, pp. 62-64.

[25] T. Abcouwer en H. Gels, Informatiemanagement en informatiebeleid, SDU Uitgevers, 2006.

Page 47: CMDB overdracht

Bijlage A: Projectinitiatiedocument

CMDB OVERDRACHT & RAPPORTAGES ITIL SERVICE SUPPORT PROCESSEN

Page 48: CMDB overdracht

Documenthistorie

Revisies

Versie Status Datum Wijzigingen

0.1 Concept 12-02-2013 Eerste invulling en wijzigingen in de opmaak van de template.

0.2 Concept 18-02-2013 Aangepast aan de hand van een review door Johan Bom Diverse kleine aanpassingen

0.3 Concept 21-02-2013 Toevoeging MoSCoW bereik project Aanvulling uitsluiting

1.0 Final 22-02-2013

1.1 Concept 27-02-2013 Verklarende woordenlijst Diverse kleine aanpassingen

1.2 Final 13-03-2013 Aangepaste onderdelen − Managementsamenvatting − 3.1. Projectdoelstellingen − 3.3.1. CMDB − Planning

1.3 Final 23-04-2013 Aanpassingen layout

Goedkeuring Dit document behoeft de volgende goedkeuringen:

Versie Datum goedkeuring

Naam Functie Paraaf

0.3 25-02-2013 Johan Bom Opdrachtgever/Bedrijfsbegeleider

Distributie Dit document is verstuurd aan:

Versie Datum verzending

Naam Functie

0.1 14-02-2013 Bom, Johan Bedrijfsbegeleider

0.3 21-02-2013 Bom, Johan Bedrijfsbegeleider

1.0 22-02-2013 Stallen, Robert Vervangede bedrijfsbegeleider

1.0 22-02-2013 Van den Enden, Dries Docentbegeleider

1.2 13-03-2013 Bom, Johan Bedrijfsbegeleider

1.2 13-03-2013 Van den Enden, Dries Docentbegeleider

Page 49: CMDB overdracht

Verklarende woordenlijst

Term Afkortingen Definitie

Application development & maintenance

ADM ADM ontwikkelt en onderhoud de business applicaties voor de bancaire dienstverlening van de Rabobank.

Beheer & Exploitatie B&E B&E beheert de applicaties en de onderliggende ICT-infrastructuur voor Rabobank Nederland en de lokale banken.

Configuratie item CI Ieder component die benodigd is om de ICT-dienstverlening te kunnen vervullen.

Configuratie management database

CMDB In de CMDB staan de gegevens van de verschillende CI’s. In de CMDB staan ook de relaties tussen de CI’s.

Document Management DM Document Management voorziet in de huidige en toekomstige document- management behoefte van de Rabobank groep, door deze optimaal aan te laten sluiten bij de business processen.

ICT Beleid & architectuur

IBA IBA geeft richting aan de ICT om de Rabobank Groep op de ICT-toekomst voor te bereiden.

Informatieplan Bevat gegevens met de te meten KPI’s.

Information Technology Infrastructure Library

ITIL Een set van “best practices” voor IT service management.

IST-situatie Beschrijving van de huidige situatie.

ITIL-service support processen

De incident, probleem en verander processen.

Klantencontact KC KC is de schakel tussen Groep ICT en haar afnemers.

Key performance indicator

KPI Belangrijkste gegeven om een proces of activiteit te meten.

Kwaliteitsmanagement KM Kwaliteitsmanagement is verantwoordelijk om de organisatie beheerst te helpen verbeteren.

Meetplan In het meetplan staat gedefinieerd welke waarde er gemeten worden en wat de norm-waarde, geaccepteerde afwijking en de onacceptabele afwijking is.

MoSCoW-methode Methode om de prioriteiten te stellen. De afkorting staat voor: Must, Should, Could en Won’t haves.

Product management PM De afdeling Product Management is verantwoordelijk voor een actief productbeleid op het gebied van het beschikbaar stellen van ICT-producten en diensten.

Qlikview Qlikview is een softwarepakket waarmee rapportages gerealiseerd kunnen worden.

Klant Inzicht Competence Center

KICC KICC levert rapportages over de dienstverlening van het Continuïteitsbedrijf.

Service Management SM verantwoordelijk voor het onderhouden van de klantrelaties.

Soll-situatie Beschrijving van de gewenste situatie.

Universele configuratie management database

uCMDB Universele CMDB die de gegevens van de infrastructuur bevat.

Page 50: CMDB overdracht

Managementsamenvatting

Doel van dit document Dit document heeft tot doel het project te definiëren, als basis te dienen voor het management

ervan en de beoordeling van het succes van het project mogelijk te maken.

De belangrijkste redenen voor gebruik van dit document zijn:

− Om er zeker van te zijn dat het project een gezonde basis heeft voordat er gevraagd

wordt zich aan het project te committeren

− Om te dienen als basisdocument op grond waarvan de projectmanager de voortgang en

wijzigingen kan toetsen en bewaken. Tevens dient hij vragen omtrent de geldigheid van

het project tijdens de uitvoering te kunnen beantwoorden.

− Het beschrijven van de grenzen van het project

Aanleiding In de loop der tijd is het beheer en onderhoud van de configuratie management database van

Document Management (DM) bij kwaliteitsmanagement komen te liggen. In een interne nota is

beschreven dat deze taken bij Functioneel Beheer (FB) behoren (Bloos, A (2012)). Voordat deze

taak overgedragen kan worden dient de CMDB wel op orde te zijn. Om dit te bereiken dienen

enkele wijzigingen in de CMDB doorgevoerd te worden. Daarnaast zijn er verschillende

informatiebehoeftes binnen DM waar nog niet aan voldaan wordt. Met rapportages zou er,

mogelijk, aan deze informatiebehoefte voldaan kunnen worden waardoor men betere, en

mogelijk sneller, beslissingen kan nemen.

Globale aanpak Vanuit de huidige situatie van de CMDB zal er onderzocht worden welke tekortkomingen er zijn.

Vanuit deze tekortkomingen kan er naar verbetervoorstellen worden onderzocht en in

samenwerking met de afdeling kwaliteitsmanagement en FB zal hier een selectie uit gemaakt

worden. Nadat de selectie is gemaakt zullen deze voorstellen geïmplementeerd worden.

Met betrekking tot de rapportages voor de Information Technology Infrastructure Library (ITIL)-

service support processen zal er bij de verschillende afdelingen binnen DM onderzocht moeten

worden of er een informatiebehoefte is en zo ja, welke informatie is er benodigd om aan de

behoefte te voldoen. De rapportages zullen ontwikkeld worden in samenwerking met het service

informatie en ondersteuning bureau (SIOB). Gedurende de ontwikkeling zal er regelmatig

communicatie plaats moeten vinden om tot de gewenste rapportages te komen.

Globale kosten en doorlooptijd De doorloopt tijd van het project is van 1 februari 2013 tot en met 28 juni 2013. De kosten van

het project zijn €340, - per maand voor de afstudeerder. Het beschikbaar stellen van een

werkplek voor de afstudeerder, de begeleiding van de afstudeerder door de bedrijfsbegeleider,

minimaal één uur per week, en de contacturen met betrokken partijen. Een inschatting van de

benodigde contacturen met belanghebbende is te vinden in hoofdstuk 3.7.Extra benodigde

investeringen zijn niet begroot, maar is dit wel in het risicologboek opgenomen.

Page 51: CMDB overdracht

Inhoudsopgave

2. Achtergrond

2.1. Rabobank groep

2.2. Rabobank Nederland

2.3. Groep ICT

2.4. Beheer & Exploitatie

2.5. DM

2.5.1. Aanleiding

2.5.2. Huidige situatie

2.5.3. Doelstelling

3. Projectdefinitie

3.1. Projectdoelstellingen

3.2. Probleemstelling

3.2.1. Voorbereiding

3.2.2. Onderzoek

3.2.3. Realisatie

3.3. Gekozen oplossing of aanpak

3.3.1. CMDB

3.3.2. Rapportages

3.4. Bereik van het project

3.4.1. Must

3.4.2. Should

3.5. Producten c.q. eindresultaat

3.6. Uitsluitingen

3.7. Beperkingen

3.8. Afhankelijkheden

3.9. Randvoorwaarden

3.10. Aannames

4. Projectorganisatiestructuur

4.1. CMDB

4.1.1. Opdrachtgever/bedrijfsbegeleider

4.1.2. Docentbegeleider

4.1.3. Projectleider

4.1.4. Projectlid

4.1.5. Projectlid

4.1.6. Projectleden

5. Projectbeheersing

Page 52: CMDB overdracht

5.1. Rapportage

5.2. Voortgangsbewaking

5.3. Risicomanagement

5.4. Afwijking- en escalatieprocedure

Bijlage A: Communicatieplan

A1: Inleiding

A2: Belanghebbende

A3: Communicatiekanalen

A4: Contactgegevens

Bedrijfsbegeleider

Docentbegeleider

Afstudeerder

Bijlage B: Projectkwaliteitsplan

B1: Inleiding

B2: Kwaliteitsborging

Bijlage C: Literatuurlijst

Bijlage D: Initieel Projectplan

D1: Productdecompositiestructuur

D2: Initiële planning

Bijlage E: Initieel Risicologboek

3.1. E1: Toelichting

Bijlage B: Reflectie HBO-ICT competenties

A1: Professioneel handelen

A2: Methodisch handelen

A3: Samenwerken

B1: Analyseren

B2: Adviseren

B3: Ontwerpen

B4: Realiseren

B5: Beheren

Bijlage C: Tien stappen plan

Stap 1 – Externe oriëntatie

Stap 2 – Intakegesprek

Stap 3 – Oriënterende interviews

Stap 4 – Analyse

Stap 5 – Terugkoppeling/contractering

Stap 6 – Werkplanning en projectorganisatie

Page 53: CMDB overdracht

Stap 7 – Diepteonderzoek

Stap 8 – Oplossingsplan

Stap 9 – Invoering

Stap 10 – Afronding

Bijlage D: Rabobank Groep

Bijlage E: invulling configuratie items

Page 54: CMDB overdracht

1. Inleiding

Doel van dit document 1.1.Dit document is opgesteld om alle relevante basisinformatie en uitgangspunten van het project

vast te leggen om het op de juiste wijze te kunnen besturen. Het heeft tot doel het project te

definiëren, als basis te dienen voor het management ervan en de beoordeling van het succes van

het project mogelijk te maken.

Dit projectinitiatiedocument (PID) behandelt de volgende fundamentele aspecten van het

project:

− Wat beoogt men met het project te bereiken?

− Waarom is het belangrijk om deze doelstellingen te bereiken?

− Wie zijn er betrokken bij het managen van het project en wat zijn hun rollen en

verantwoordelijkheden?

− Hoe en wanneer zullen de maatregelen die in dit PID besproken worden gerealiseerd

worden?

De belangrijkste redenen voor gebruik van dit document zijn:

− Om er zeker van te zijn dat het project een gezonde basis heeft voordat er gevraagd

wordt zich aan het project te committeren;

− Om te dienen als basisdocument op grond waarvan de projectmanager de voortgang en

wijzigingen kan toetsen en bewaken. Tevens dient hij vragen omtrent de geldigheid van

het project tijdens de uitvoering te kunnen beantwoorden.

− Het beschrijven van de grenzen van het project.

Opbouw van dit document 1.2.Om aan te geven welke onderdelen worden bijgewerkt en dus nieuwe versies zullen krijgen

tijdens de voortgang van het project is dit PID verdeeld in twee secties: een statisch gedeelte en

een dynamisch gedeelte:

Het "statische" deel bestaat uit de hoofdstukken en bijlagen:

− Achtergrond (Hoofdstuk 2)

− Projectdefinitie (Hoofdstuk 3)

− Projectorganisatiestructuur (Hoofdstuk 4)

− Projectbeheersing (Hoofdstuk 5)

− Communicatieplan (Bijlage A)

− Projectkwaliteitsplan (Bijlage B)

− Literatuurlijst (Bijlage C)

Het "dynamische" deel bestaat uit de bijlagen:

− Initieel Projectplan (Bijlage D)

− Initieel Risicologboek (Bijlage E)

Page 55: CMDB overdracht

2. Achtergrond

Rabobank groep 2.1.Rabobank Groep is een financiële dienstverlener op coöperatieve grondslag die in 1972 tot stand

is gekomen uit een fusie van Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht en de

Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven (geschiedenis (onbekend)). Rabobank is

actief in 47 landen op het gebied van bankieren, vermogensbeheer, leasing, verzekeren en

vastgoed. Naast Rabobank behoort bijvoorbeeld Robeco en De Lage Landen ook tot de

Rabobank groep. (Over Rabobank Groep (onbekend)).

Rabobank Nederland 2.2.Rabobank Nederland, lid van Rabobank groep, staat in dienst van de lokale Rabobanken en

verschillende groepsonderdelen. Zij verzorgt marktondersteuning voor midden- en kleinbedrijf,

particulieren en private banking klanten. Naast het vervullen van deze taken worden enkele

staffuncties uitgevoerd voor Rabobank groep (Rabobank Nederland (onbekend)). Rabobank

Nederland ondersteunt 139 zelfstandige lokale Rabobanken (Over Rabobank Groep (onbekend)).

Groep ICT 2.3.Het onderdeel Groep ICT ondersteund de ICT-diensten van Rabobank Nederland waarbij

continuïteit en effectiviteit centraal staan. De standplaats van de medewerkers van Groep ICT

zijn in de vestigingen: Zeist, Utrecht, Eindhoven, Boxtel en Best. Bij Groep ICT zijn ruim 3.000

medewerkers in dienst (Groep ICT, Kloppend hart (onbekend)).

De klanten van Groep ICT zijn de lokale banken, groepsonderdelen van Rabobank Nederland,

maar ook de centrale eenheden (Wie zijn de klanten van Groep ICT? (onbekend)). Groep ICT

levert een drietal soorten dienstverlening (Welke diensten levert Groep ICT? (onbekend)).

− Dienstverlening voortkomend uit het veranderbedrijf

− Het continuïteitsbedrijf

− Advies op maat

Page 56: CMDB overdracht

Rabobank groep

Rabobank internationaal

Lokale banken Rabobank Nederland

Groep ICT

ICT Beleid & architectuur (IBA)

Application development & maintenance (ADM)

Beheer & Exploitatie (B&E)

Klantencontact (KC)

Dochterondernemingen

Deelnemingen

Beheer & Exploitatie (B&E)

Applicatie service

Infra service

Werkplek service

Operations

Leveranciers- en kwaliteitsmanagem

ent

Data center management

Document management

Service & project management

Life cycle managment

Productie & passen

Kwaliteitsmanagent

Secretariaat

Rabobank Nederland bestaat uit meer dan enkel Groep ICT, deze zijn buiten beschouwing

gelaten in de organogram. Voor meer informatie over Rabobank Nederland zie

http://rabonieuws.rabobank.nl/left/odr/organisatie/rane/rn.asp

Beheer & Exploitatie 2.4.Binnen de Groep ICT zorgt beheer & Exploitatie voor het beheer van de applicaties en de

daarbij benodigde ICT-infrastructuur. Dit wordt gedaan voor Rabobank Nederland en de

lokale banken. Ze zijn verantwoordelijk voor de gehele ICT-keten (Beheer en

Exploitatie (onbekend).

DM 2.5.Binnen beheer & Exploitatie zorgt DM vervolgens voor het totale documentbeheer

voor Rabobank Nederland en gelieerde instellingen. DM verwerkt en beheert de

volgende producten (Over Document Management (onbekend):

− Rekeningafschriften

− Passen

− Verzekeringspolissen

− Pdf-bestanden

− Brieven

− Mailings

2.5.1. Aanleiding

In de loop der tijd is het beheer en onderhoud van de configuratie management

database van Document Management (DM) bij kwaliteitsmanagement (KM) komen

te liggen. In een interne nota is beschreven dat deze taak bij FB behoort (Bloos, A

(2012)). Voordat deze taak overgedragen kan worden dient de CMDB wel op orde te

zijn. Om dit te bereiken dienen enkele wijzigen doorgevoerd te worden. Deze

wijzigingen zijn tevens benodigd om een aansluiting met de universele configuratie

management database (uCMDB) te kunnen

realiseren. Daarnaast zijn er verschillende

informatiebehoeftes binnen

Page 57: CMDB overdracht

DM waar nog niet aan voldaan wordt. Met rapportages zou er aan deze informatiebehoefte

voldaan kunnen worden waardoor men betere, en mogelijk sneller, beslissingen kan nemen.

2.5.2. Huidige situatie

Momenteel zijn er diverse zaken in de CMDB niet op orde. Hierbij kan men denken aan foutieve

dan wel incomplete data. Daarnaast is de huidige vorm van rapporteren niet op het gewenste

niveau. Beschrijvingen zijn niet altijd logisch. Zo zijn er bijvoorbeeld drie verschillende soorten

output met één soortgelijke naam.

2.5.3. Doelstelling

De doelstelling van het project is het optimaliseren van de inrichting en het beheer en

onderhoud van de CMDB en met als secundaire doel het overdragen van het beheer en

onderhoud van KM naar FB. Hiernaast dient er rekening gehouden te worden met het project

uCMDB. Daarnaast dient er te worden gekeken naar de informatiebehoefte van verschillenden

afdelingen binnen DM.

Page 58: CMDB overdracht

3. Projectdefinitie

Projectdoelstellingen 3.1.Binnen het project zijn een tweetal doelstellingen te formuleren.

− Optimaliseren van de inrichting en het beheer van de CMDB

− Het realiseren van rapportages met betrekking tot de ITIL service support processen

Zodra deze doelstellingen zijn bereikt is de CMDB ingericht om een goede basis te zijn voor de

ITIL service support processen. Daarnaast is het beheer en onderhoud van de CMDB bij de

gewenste afdeling te komen liggen. Als laatste beschikt men over een set aan rapportages die

informatie verschaffen over de ITIL service support processen.

Andere belangrijke opbrengsten van een betrouwbare CMDB:

- Medewerkers worden ondersteund om beter de impact van wijzigingen vast te stellen.

De relaties tussen de verschillende configuratie items zijn betrouwbaar en daardoor

inzichtelijk.

- Relaties tussen wijzigingen en verstoringen zijn inzichtelijk te maken.

Belangrijke opbrengst van een goede standaard set aan rapportages:

- Uniforme ontsluiting van informatie, zodat de afdelingen binnen DM over dezelfde

informatie beschikken.

- Standaard set aan rapportages die, bijvoorbeeld op dienstniveau, inzicht geven in de

dienstverlening van DM.

Probleemstelling 3.2.De probleemstellingen die hiervoor zijn op te stellen:

− Welke acties dienen er ondernomen te worden om de inrichting en het beheer van het

CMDB te optimaliseren.

− Welke informatiebehoeftes zijn bij de verschillende afdelingen er binnen DM en hoe kan

aan deze behoeften voldaan worden?

Om deze doelstelling succes vol te kunnen bereiken zijn er een aantal deelvragen die

beantwoord dienen te worden.

3.2.1. Voorbereiding

CMDB

− Wat is de huidige status van de CMDB?

− Wat is de gewenste status van de CMDB?

Rapportages

− Bij welke afdeling is een informatiebehoefte?

− Wat voor informatiebehoefte is er bij de afdeling?

3.2.2. Onderzoek

CMDB

− Zijn de gegevens in de CMDB correct en volledig?

Page 59: CMDB overdracht

− Welke oplossingen kunnen de CMDB naar het gewenste niveau brengen?

− Wat zijn de risico’s van het doorvoeren van een oplossing?

− Welke selectie van oplossingen dienen doorgevoerd te worden op de gewenste status te

bereiken?

− Is de CMDB aan te sluiten met de uCMDB?

− Welke aanpassingen zijn hier voor nodig?

− Wat zijn hier de voordelen van?

Rapportages

− Welke beperkingen zijn er vanuit Rabobank?

− Wat is de procedure voor het aanvragen van een rapportage?

− Welke informatie is er benodigd om aan de informatiebehoefte te kunnen voldoen?

− Hoe dient de rapportage opgebouwd te worden, waar staat welke informatie?

3.2.3. Realisatie

CMDB

− Hebben de doorgevoerde oplossingen tot de gewenste situatie geleid?

− Is het beheer en onderhoud overgedragen aan FB?

− Is de koppeling met uCMDB aanwezig?

Rapportages

− Komt de rapportage overeen met de wens van de betreffende afdeling?

Gekozen oplossing of aanpak 3.3.

3.3.1. CMDB

Om tot het gewenste resultaat te komen wordt het project onderverdeeld in een aantal fases.

Eerst wordt globaal onderzocht wat de huidige status is en hoe het eindresultaat er in grote

lijnen uit komt te zien. Om achter deze informatie te komen worden een aantal

kennismakingsgesprekken gehouden. Het eindproduct van de oriëntatie fase is het PID.

Nadat het PID voltooid is dient er een nader onderzoek plaats te vinden over de huidige status

van de CMDB. De punten die naar voren zijn gekomen uit de kennismakingsgesprekken dienen

onderzocht te worden. Er dient geverifieerd te worden of de aangedragen punten kloppen,

waarom en hoe deze verbeterd dienen te worden. Om er zeker van te zijn dat de gegevens in de

CMDB correct en volledig zijn dient er een data-analyse plaats te vinden. Hieruit is een gewenste

situatie te beschrijven. Het eindproduct van deze fase is een nader onderzoek met informatie

over de huidige en de gewenste situatie.

Zodra het nader onderzoek afgerond is dient er onderzocht te worden hoe er vanaf de IST-

situatie naar de SOLL-situatie gegaan kan worden. Welke verbeteringen/wijzigingen dienen

doorgevoerd te worden, wat is de impact en het risico van deze wijzigingen. Het eindproduct

van deze fase is een rapport met verbetervoorstellen.

Aan de hand van de verbetervoorstellen is het vervolgens mogelijk om de te implementeren

verbeteringen te selecteren. Hier kan gebruik gemaakt worden van MoSCoW-methode. Nadat de

gewenste verbeteringen zijn geselecteerd kunnen deze geïmplementeerd worden. Tijdens het

Page 60: CMDB overdracht

implementeren dient er gecontroleerd te worden of de wijzigingen voor het gewenste effect

zorgen. Is het probleem daadwerkelijk opgelost? Zijn er geen negatieve gevolgen door de

doorgevoerde wijziging?

3.3.2. Rapportages

Het PID voor rapportages is één document samen met het onderdeel met betrekking tot de

CMDB.

Om de gewenste rapportages te kunnen realiseren dient er onderzocht te worden of er een

informatiebehoefte er is, en zo ja wat is de informatiebehoefte. Hierbij dienen alle afdelingen

binnen DM meegenomen te worden, de belangrijkste afdelingen zijn FB, Product Management

(PM), Service Management (SM) en KM. Aan de hand van de informatiebehoeften kan er een

informatieplan opgesteld worden.

Na het voltooien van het informatieplan kan er een meetplan opgesteld worden. In het

meetplan wordt vastgelegd wat de norm is voor een waarde, wat de toegestane afwijking is

evenals wanneer een afwijking te groot is.

Vervolgens is het mogelijk om een functioneel ontwerp te realiseren voor de verschillende

rapportages. Het functioneel ontwerp is de leidraad voor de realisatie van de rapportages. Het

SIOB zou aan de hand van het document de rapportages kunnen realiseren. Tijdens het

realiseren dient er regelmatig contact te zijn of de rapportages wel op de gewenste manier

gerealiseerd worden.

Bereik van het project 3.4.Er wordt enkel binnen DM onderzocht naar de gewenste functionaliteit van de CMDB. Hierbij

zullen de belangrijkste partijen KM, de huidige beheerder, en FB, de toekomstige beheerder,

zijn. Ook is PM een partij, zij zijn verantwoordelijk voor de door DM geleverde diensten.

Hiernaast dient er afstemming plaats te vinden met het project uCMDB. Voor de

informatiebehoefte is het project ook afgebakend op DM, maar er dient wel samenwerking

plaats te vinden met een externe afdeling, het SIOB. Zij zullen de daadwerkelijke realisatie van

de rapportages uitvoeren. Op basis van MoSCoW zijn de taken als volgt

3.4.1. Must

− Optimaliseren inrichting en beheer van de CMDB

− Rapportages voor de Service Managers waarin ze kunnen zien of ze “in control” zijn

− Rapportage voor de Product Managers over de incidenten, problemen en wijzigingen

met betrekking tot hun product

3.4.2. Should

− Rapportages met betrekking tot de Digitale klantverantwoording waarbij de

kwantitatieve gegevens met betrekking tot volledigheid, correctheid, tijdigheid en het

punt van binnenkomst toonbaar wordt gemaakt. Daarnaast nog de kwalitatieve

gegevens met betrekking tot uitval en de genomen vervolgacties en de aard van het

incident

Producten c.q. eindresultaat 3.5.

Page 61: CMDB overdracht

− PID

− Nader onderzoek met informatie over de huidige en de gewenste situatie

− Rapportage verbetervoorstellen

− Selectie verbetervoorstellen

− Informatieplan

− Meetplan

− Rapportages

Naast deze producten is het beheer en onderhoud van de CMDB overgedragen aan FB. Voordat

deze overdracht wenselijk is dient de CMDB aangepast te zijn zoals deze in het de rapportage

verbetervoorstellen.

Uitsluitingen 3.6.− Tijdens het project zullen er geen wijzigingen in het datamodel plaats vinden

− Rapportages met betrekking tot de automated document factory

Beperkingen 3.7.De stageperiode heeft een minimale duur van 85 werkdagen met een werkweek van 36 uur. Het

budget van het project omvangt 612 uur voor de afstudeerder. Naast de uren van de

afstudeerder is er begeleiding nodig evenals medewerking van overige medewerkers. Per week

is 1 uur ingepland voor een voortgangsgesprek met de bedrijfsbegeleider. Naast het geplande

wekelijkse contactmoment is er tevens ad hoc ondersteuning mogelijk, hieronder valt

bijvoorbeeld het reviewen van documenten en verstrekken van nadere informatie. Een

begroting van het aantal benodigde uren is in onderstaand tabel te vinden:

Afdeling Onderdeel Tijd in uren

Kwaliteitsmanagement CMDB 25

Rapportage 25

Functioneel Beheer CMDB 25

Rapportage 25

Product Management CMDB 5

Rapportage 25

Service Management CMDB 5

Rapportage 25

Management CMDB & Rapportage 6

Bedrijfsbegeleider Begeleiding 60

De te schrijven scriptie dient op 11 juni 2013 voltooid te zijn. Een laatste beperking is dat de

bedrijfsbegeleider op maandagen niet beschikbaar is.

Afhankelijkheden 3.8.Tijdens het project wordt er voornamelijk met de afdeling DM samengewerkt. In het bijzonder

met het onderdeel KM en FB. Binnen het project zijn er tevens afhankelijkheden met het project

uCMDB en de daarbij behorende CMDB. Tijdens het project wordt er voornamelijk met het

CMDB van DM gewerkt, de tool die van deze CMDB gebruik maakt is Hewlett-Packard Service

Manager 9.

Page 62: CMDB overdracht

De rapportages dienen gerealiseerd te worden aan de hand van de wensen van de afdelingen

binnen DM. De rapportages worden gerealiseerd in Qlikview. Deze rapportages zullen

ontwikkeld worden door SIOB aan de hand van de omschrijvingen die tijdens het project worden

opgesteld.

Randvoorwaarden 3.9.Medewerking van medewerkers die de benodigde kennis bezitten. Hierbij kan gedachten

worden aan het beschikbaar zijn voor interviews, het beantwoorden van e-mails, etc.….

Daarnaast zal voor het realiseren van de rapportages voldoende capaciteit aanwezig moeten zijn

om deze binnen de looptijd van het project op te leveren. Indien de prioriteit hiervoor te laag is

kan dit onderdeel van het project in het gedring komen.

Aannames 3.10.Aangenomen wordt dat er iedere werkdag een werkplek beschikbaar is voor de afstudeerder.

Hiernaast is de bedrijfsbegeleider, of een plaatsvervanger, beschikbaar indien de afstudeerder

tegen problemen aanloopt. Als laatste wordt er ook aangenomen dat medewerkers meewerken

met het onderzoek naar en het realiseren van het project.

Page 63: CMDB overdracht

Bom, Johan

Bedrijfsbegeleider

van Ringelenstein, René

Projectleider

Aerdts, Rob

Kwaliteitsmanagement

Bloos,Jacques

Functioneel Beheer

Informatiebehoefte

rapportageeigenaren

Product Management

Service Management

Kwaliteitsmanagement

Functioneel Beheer

van den Enden, dries

Docentbegeleider

4. Projectorganisatiestructuur

CMDB 4.1.

4.1.1. Opdrachtgever/bedrijfsbegeleider

Bom, Johan

Afdeling kwaliteitsmanagement

Rolbeschrijving

De opdrachtgever heeft de initiële opdracht geformuleerd en is

verantwoordelijk om de afstuderende student te begeleiden gedurende

het project.

Project gerelateerde taken

De bedijfsbegeleider is het eerste aanspreekpunt voor de afstuderende student. Gedurende het

project wordt geholpen met inhoudelijke begeleiding en ondersteuning indien de afstuderende

student hier behoefte aan heeft.

Specifieke verantwoordelijkheden

Verantwoordelijk voor inhoudelijk en procesmatige begeleiding van de afstuderende student.

4.1.2. Docentbegeleider

Van den Enden, Dries

Page 64: CMDB overdracht

Rolbeschrijving

De primaire taak van de docentbegeleider is het volgen en begeleiden van het proces gedurende

het project.

Project gerelateerde taken

De docent geeft procesmatige ondersteuning indien de afstuderende student hierom vraagt.

Specifieke verantwoordelijkheden

Functioneren als eerste aanspreekpunt buiten de Rabobank indien voortzetting van de stage in

het gedring komt.

4.1.3. Projectleider

Van Ringelenstein, René

Rolbeschrijving

De projectmanager dient het project in de juiste banen te leiden. Hij dient er voor te zorgen dat

de gestelde deadlines gehaald worden. Hiernaast dient er voor gezorgd te worden dat de

producten op het gewenste kwaliteitsniveau zijn.

Project gerelateerde taken

Hiernaast dient de projectleider er voor te zorgen dat de betrokkenen geïnformeerd worden

over de voortgang van het project. Uitvoeren van activiteiten in de CMDB ten behoeve van de

implementatie adviesrapport.

Specifieke verantwoordelijkheden

De projectleider is verantwoordelijk voor het in goede banen leiden van het project. Draagt de

verantwoordelijkheid voor de voortgang en de kwaliteit van het project

4.1.4. Projectlid

Aerdts, Rob1

Afdeling kwaliteitsmanagement

Rolbeschrijving

Heeft kennis over de huidige stand van zaken met betrekking tot het CMDB van DM. Is bekend

met de mogelijke problemen die er op kunnen treden en op welke onderdelen er extra gelet

dienen te worden.

Project gerelateerde taken

Verstrekt de informatie die benodigd is om het project tot een goed einde te leiden.

Specifieke verantwoordelijkheden

Het projectlid is verantwoordelijk voor het voorzien van de benodigde informatie aan de

projectleider. Met deze informatie kan de projectleider het onderzoek voortzetten en een goed

resultaat realiseren.

1 Niet beperkt tot enkel Rob Aerdts.

Page 65: CMDB overdracht

4.1.5. Projectlid

Bloos, Jacques

Afdeling Functioneel Beheer

Rolbeschrijving

Heeft kennis over de gewenste situatie van de CMDB van DM. Is bekend met de mogelijke

problemen die er op kunnen treden en op welke onderdelen er extra gelet dienen te worden.

Heeft tevens verstand van het project uCMDB.

Project gerelateerde taken

Verstrekt de informatie die benodigd is om het project tot een goed einde te leiden.

Specifieke verantwoordelijkheden

Het projectlid is verantwoordelijk voor het voorzien van de benodigde informatie aan de

projectleider. Met deze informatie kan de projectleider het onderzoek voortzetten en een goed

resultaat realiseren.

4.1.6. Projectleden

− Functioneel Beheer

− Product Management

− Service Management

− Kwaliteitsmanagement

Rolbeschrijving

Medewerker van afdeling met een bepaalde informatiebehoefte met betrekking tot de ITIL

service support processen

Project gerelateerde taken

De medewerker met de informatiebehoefte is het aanspreekpunt om de rapportage mogelijk te

kunnen maken. Hij/zij dient de medewerking te verlenen om tot de gewenste rapportage te

komen.

Specifieke verantwoordelijkheden

Verstrekken van de wens naar een rapportage en het hierbij aanleveren van de informatie die

men nodig heeft voor het realiseren van de informatiebehoefte. Hiervoor vinden gesprekken

plaats met de projectleider. Daarnaast zijn de meetwaardes nodig om een goede rapportage te

kunnen realiseren.

Page 66: CMDB overdracht

5. Projectbeheersing

Rapportage 5.1.In de matrix hieronder staat aangegeven wie welk document dient te op te stellen, te

distribueren en wie deze ontvangt. Daarnaast is er aangegeven wie advies kan geven over welk

document en wie de uiteindelijke goedkeuring op zich neemt.

Partij: Rapport:

Pro

ject

leid

er

Bed

rijf

s

beg

elei

der

Do

cen

t b

egel

eid

er

Kw

alit

eits

man

agem

ent

Fun

ctio

nee

l b

ehee

r

Rap

po

rtag

e ei

gen

aar

KIC

C

PID O, D A, G A, G

Nader onderzoek

O, D A I A, G A, G

Rapportage verbetervoorstellen

O, D A I A, G A, G

Selectie verbetervoorstellen

O, D A I A, G A, G

Informatieplan O, D A I A, G

Meetplan O, D A I A, G

Rapportages O, D A I A, G A

Wekelijkse rapportage

O, D I I

Dagenverantwoording

O, D G G

Scriptie O, D A, G A, D, G

Legenda

O Opstellen

A Adviseren

D Distribueren/archiveren

I Ontvangen ter informatie

G Goedkeuren

Voortgangsbewaking 5.2.Wekelijks vindt er een voortgangsgesprek plaats tussen de projectleider en de

bedrijfsbegeleider. In dit gesprek wordt het proces besproken. Hierbij wordt er gekeken of de

gestelde deadlines behaald zijn en of er nog bijzonderheden zijn. Producten worden mogelijk

ook in dit gesprek besproken al is dit geen vereiste, het bespreken van de producten kan op

andere momenten plaats vinden.

Daarnaast rapporteert de projectleider wekelijks met de docentbegeleider. Hij geeft aan wat hij

de voorgaande week heeft gedaan en wat hij de komende week gaat doen. Deze rapportage

wordt op vrijdag, en anders uiterlijk op maandag, verzonden. De docentbegeleider houdt het

proces in de gaten. De bedrijfsbegeleider ontvangt hier een exemplaar van.

Page 67: CMDB overdracht

Meer informatie over de voortgangsbewaking is te vinden in bijlage A: communicatieplan.

Risicomanagement 5.3.Met risicomanagement worden potentiele risico’s geïdentificeerd, beoordeeld en worden

beheersmaatregelen vastgelegd. Beheersmaatregelen zorgen ervoor dat de kans en de impact

van een risico kan worden beperkt. Een potentieel risico kan op verschillende manieren worden

aangepakt: Accepteren, verminderen, beheersen, vermijden, overdragen. In bijlage D: initieel

risicologboek is dit vastgelegd.

Afwijking- en escalatieprocedure 5.4.Indien er tijdens het project ongewenste afwijkingen voorkomen dient er overleg plaats te vinden met de bedrijfsbegeleider. Er dient gekeken te worden of de gestelde deadlines nog haalbaar zijn en of er overige ongewenste consequenties zijn van de afwijking. De planning kan indien nodig, in overleg, aangepast worden.

Page 68: CMDB overdracht

Bijlage A: Communicatieplan

A1: Inleiding Na het in kaart brengen van de verschillende belanghebbende is dit communicatieplan

opgesteld. In dit plan wordt het belang voor de personen vastgelegd evenals de

communicatievorm. Vervolgens worden de communicatiekanalen vastgelegd, hierin staat

beschreven wie met wie communiceert, waarover er wordt gecommuniceerd, hoe er wordt

gecommuniceerd en wanneer/met welke interval. Als laatste worden de communicatiegegevens

van de afstudeerder, docentbegeleider en bedrijfsbegeleider gedocumenteerd.

A2: Belanghebbende

Wie Functie Belang Communicatievorm

Van Ringelenstein, René

Projectleider Verantwoordelijke voor de communicatie benodigd voor het project

In persoon, e-mail en telefonisch

Bom, Johan Bedrijfsbegeleider/ opdrachtgever

Bespreken van inhoudelijk resultaat van het project

In persoon, e-mail en telefonisch

Van den Enden, Dries Docentbegeleider Procesmatige ondersteuning afstuderende student

Bedrijfsbezoek & e-mail

Medewerker Functioneel Beheer

Verschaffen van kennis en inzichten

In persoon en e-mail

Medewerker Kwaliteitsmanagement

Verschaffen van kennis en inzichten

In persoon en e-mail

Medewerker Product Mangement

Verschaffen van kennis en inzichten

In persoon en e-mail

Management Presenteren van beginsituatie evenals het eindresultaat

In persoon

Overige belanghebbende

In persoon en e-mail

A3: Communicatiekanalen

Van Naar Onderwerp Medium Frequentie

Van Ringelenstein, René

Bom, Johan Voortgang Vergadering Wekelijks

Van Ringelenstein, René

Van den Enden, Dries/ Bom, Johan

Voortgang E-mail Wekelijks (vrijdag)

Van Ringelenstein, René

Belanghebbende Informatie Gesprek/interview, presentatie, bijeenkomst

Indien nodig om voortgang en aangedragen wijzigingen te

Page 69: CMDB overdracht

bespreken.

Van Ringelenstein, René

Management Informatie Presentatie Begin project en eind project

A4: Contactgegevens

Bedrijfsbegeleider

Naam Bom, Johan

Afdeling Groep ICT - B&E - DM

Postadres (BB1) Postbus 80, 5680 AB Best

Telefoon +31 40 21 95 567

Mobiel +31 6 22 75 25 10

E-Mail [email protected]

Docentbegeleider

Naam Van den Enden, Dries

Functie Docent Fontys Hogescholen ICT

E-Mail [email protected]

Mobiel +31 6 125 0 53 32

Afstudeerder

Naam Van Ringelenstein, René

Studentnummer 2160886

Studierichting Bedrijfskundige informatica

E-mail [email protected]

[email protected]

[email protected]

Telefoonnummer +31 6 142 65 446

Page 70: CMDB overdracht

Bijlage B: Projectkwaliteitsplan

B1: Inleiding In een projectkwaliteitsplan worden de producten beschreven. Hierin staat aangegeven wie er

verantwoordelijk voor is. Wie de goedkeuring verzorgt en welke criteria er zijn om tot een

acceptabel product te komen.

B2: Kwaliteitsborging

Product Verantwoordelijk Beoordelaar Acceptatiecriteria

PID Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), Van den Enden, Dries (docentbegeleider)

Duidelijke opdrachtomschrijving met afbakening en een planning. Daarnaast bevat het een communicatieplan.

Nader onderzoek Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), kwaliteitsmanagement, Functioneel Beheer

Schetst een duidelijk beeld van de huidige situatie en beschrijft de tekortkomingen.

Rapportage verbetervoorstellen

Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), kwaliteitsmanagement, Functioneel Beheer

Bevat onderbouwde oplossingsvoorstellen voor de tekortkomingen

Selectie verbetervoorstellen

Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), kwaliteitsmanagement, Functioneel Beheer

Bevat een onderbouwde selectie van de verbetervoorstellen die de geselecteerde problemen oplossen.

Implementatie verbetervoorstellen

Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), kwaliteitsmanagement, Functioneel Beheer

Verbetervoorstellen worden gedragen door de huidige en de toekomstige afdeling.

Informatieplan Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), Rapportage eigenaar

Bevat de benodigde informatie om tot de gewenste rapportage te komen.

Meetplan Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), Rapportage eigenaar

Bevat de criteria voor de informatie om tot de gewenste rapportage te komen.

Rapportages Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), Rapportage eigenaar

Bevat de criteria uit het informatie- en meetplan.

Scriptie Van Ringelenstein, René (projectleider)

Van den Enden, Dries (1ste assessor), Wieland, Arnold (2de assessor)

Toont de uitgevoerde werkzaamheden met onderbouwing waarom acties op de gekozen manier zijn

Page 71: CMDB overdracht

uitgevoerd.

Dagenverantwoording Van Ringelenstein, René (projectleider)

Bom, Johan (bedrijfsbegeleider), Van den Enden, Dries (1ste assessor)

Per week de uitgevoerde taken evenals het aantal gewerkte dagen.

Page 72: CMDB overdracht

Bijlage C: Literatuurlijst Bloos, A (2012), Overdracht CMDB, Interne nota Rabobank

afdelingen.rabobank.nl

Intranet van Rabobank Nederland waar informatie over de organisatie te vinden is.

Rabobank (onbekend), “Groep ICT, Kloppend hart”,

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/GroepICT/over%20GICT/wegwijzernieuwemedewerker/groe

pictkloppendhart , 13 februari 2013.

Rabobank (onbekend), “Wie zijn de klanten van Groep ICT?”,

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/groepict/kennisenklanten/klantengroepict , 13 februari

2013.

Rabobank (onbekend), “Welke diensten levert Groep ICT?”,

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/GroepICT/kennisenklanten/dienstenGICT , 13 februari 2013.

Rabobank (onbekend), “Beheer en Exploitatie”,

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/beheerenExploitatie/BenE , 13 februari 2013.

Rabobank (onbekend), “Over Document Management”,

http://afdelingen.rabobank.nl/sites/DocumentManagement/DM , 13 februari 2013.

Rabonieuws.rabobank.nl

Intranet van Rabobank Nederland waarop nieuws wordt gepubliceert

Rabobank (onbekend), “Rabobank Nederland”,

http://rabonieuws.rabobank.nl/left/odr/organisatie/rane/rn.asp , 13 februari 2013.

www.rabobank.com

Algemene Rabobank website met informatie over de Rabobank voor (potentiele) klanten.

Rabobank (onbekend), “Over Rabobank Groep”,

https://www.rabobank.com/nl/group/About_Rabobank_group/Profile/index.html , 13 februari

2013.

Rabobank (onbekend), “Geschiedenis”,

https://www.rabobank.com/nl/group/About_Rabobank_group/Profile/history.html , 18 februari

2013.

http://www.itsmf.co.uk/

ITSMF (30 mei 2007 ), “Glossary of Terms and Definitions“,

http://www.itsmf.co.uk/web/FILES/Publications/ITILV3_Glossary_English_v1_2007.pdf, 26-02-

2013.

Page 73: CMDB overdracht

Opstart •Projectinitiatiedocument

•Bedrijfsbezoek

Onderzoek

•configuratie management database

•Nader onderzoek

•Rapportage verbetervoorstellen

•Selectie verbetervoorstellen

•Rapportages

•Informatieplan

•Meetplan

Realisatie

•Configuratie management database

•Implementeren verbetervoorstellen

•Overdracht configuratie management database

•Rapportages

Afronding •Scriptie

•Dagenverantwoording

Bijlage D: Initieel Projectplan

D1: Productdecompositiestructuur

Page 74: CMDB overdracht

D2: Initiële planning

Week 7 8 9 10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

Datum

11

-2

18

-2

25

-2

4-3

11

-3

18

-3

25

-3

1-4

8-4

15

-4

22

-4

29

-4

6-5

13

-5

20

-5

27

-5

3-6

10

-6

17

-6

24

-6

1-7

CMDB

Oplossing #1

Beperkingen uCMDB

Welke informatie

Richtlijnen GICT/B&E

Richtlijnen ITIL

Oplossing #2

Welke relaties

Realisatie

Oplossing #3

Welke werkinstructies

Realisatie werkinstructies

Oplossing #4

Overdracht

Rapportages

Informatie SM

Realisatie

Informatie PM

Realisatie

Informatie KW

Realisatie

Informatie FB

Realisatie

Mijlpalen 1 1 2 6 1 4 1

Overige

Scriptie

Dagenverantwoording TBD

Afstudeerzittingen

Page 75: CMDB overdracht

Bijlage E: Initieel Risicologboek

Beschrijving Kans Impact Beheersmaatregelen

Gebrek aan draagvlak

2 3 Alle belanghebbende zo vroeg mogelijk betrekken bij het project. Daarnaast regelmatig de belanghebbende op de hoogte stellen van de voortgang van het project. Tevens is het van belang dat men op de hoogte is van de gewenste verbeteringen en welke problemen daardoor opgelost worden.

Gebrek aan acceptatie

2 3 Partijen input laten leveren en goed informeren over de door te voeren wijzigingen. Bij het aandragen van een wijzigingen duidelijk maken wat er veranderd, welke gevolgen dit heeft en wat de voor- en nadelen hiervan zijn. Daarnaast per fase een formele acceptatie plaats te laten vinden.

Tijdnood 1 3 Realiseren van een planning en vooraf in overleg met bedrijfsbegeleider het project realistisch afbakenen. Mocht tijdnood alsnog voorkomen op basis van prioriteiten werken.

Langdurige afwezigheid bedrijfsbegeleider

1 2 Aanvragen vervangende bedrijfsbegeleider.

Bedrijfsbegeleider op verschillende dagen niet beschikbaar

3 1 Rekening houden met het inplannen van contactmomenten en het verzoeken van een review. Indien er op maandagen problemen ontstaan contact opnemen met een aangewezen vervangende medewerker.

Langdurige afwezigheid docentbegeleider

1 2 Aanvragen vervangende docentbegeleider.

Langdurige afwezigheid afstudeerder

1 3 Tijdig en duidelijk communiceren met de docent- en bedrijfsbegeleider om de impact te beperken.

Dataverlies 1 3 Data opslaan op locatie waar een back-up van gemaakt wordt. Het maken van een wekelijkse versleutelde back-up op een twee locatie door middel van het versturen van een email naar mijzelf.

Kennis huidige CMDB

3 3 Vooraf de belanghebbende informeren van de huidige status van de CMDB. Ze voorzien van de aanwezige informatie.

Aanvullende investering

2 3 Indien er vanuit een afdeling uren geboekt dienen te worden hiervoor goedkeuring te vragen.

E1: Toelichting

Kans Toelichting Impact Toelichting

1 Vrijwel niet aanwezig 1 Geen gevaar voor afstudeeropdracht

2 Aanwezig 2 Geen direct gevaar voor afstudeeropdracht

3 Groot 3 Direct gevaar voor afstudeeropdracht

Page 76: CMDB overdracht

Bijlage B: Reflectie HBO-ICT competenties Aan de hand van de beschrijving van de HBO ICT competenties die te vinden is in de OER van

Fontys Hogeschool ICT is de volgende reflectie opgesteld. [20]

A1: Professioneel handelen Gedurende het afstudeerproject heb ik aangetoond professioneel te kunnen handelen. Voor dit

project heb ik een onderzoeksverslag evenals een scriptie geschreven waarin mijn bevindingen,

conclusies en aanbevelingen duidelijk staat omschreven. Deze bevindingen, conclusies en

aanbevelingen zijn vanuit de theorie alsmede de praktijk beargumenteerd. De benodigde

informatie is verzameld door middel van het houden van interviews. Vanuit het onderzoek uit de

praktijk en de theorie zijn de bevindingen gerapporteerd en gepresenteerd richting de

opdrachtgever. Mede hierdoor heb ik eveneens aangetoond dat ik mijn kennis, inzichten en

vaardigheden kan overdragen aan derde binnen een organisatie.

A2: Methodisch handelen Tijdens het afstudeerproject heb ik, mede door het toepassen van verschillende methodes,

aangetoond dat ik methodisch kan handelen. Enerzijds door middel van het gebruik van het tien

stappen plan en anderzijds door het uitvoeren van een kwalitatief onderzoek. Aan de hand van

de doorgelopen stappen gedurende de afstudeerperiode heb ik aangetoond dat ik kan

reflecteren op basis van uitgevoerde acties. Ook heb ik aangetoond dat ik zelfstandig een

probleemstelling kan definiëren. Door middel van het toepassen van de toegereikte theoretische

kaders tijdens de opleiding heb ik aangetoond relevante kaders toe te passen. Als laatste heb ik

aangetoond een relevante oplossingsstrategie te kunnen ontwikkelen voor het gevonden

probleem.

A3: Samenwerken Voor het project is er met enige regelmaat samengewerkt met verschillende medewerkers van

Rabobank Nederland. Gedurende deze momenten is er, buiten het professioneel handelen en

methodisch handelen, doelgericht gewerkt naar het gewenste eindresultaat. Gedurende dit

proces is er een sterke focus geweest op de prestatiegerichtheid en de kwaliteitsgerichtheid van

het samenwerkingsverband. Met behulp van de kennis die gedeeld is tijdens deze momenten

ben ik eveneens in staat geweest om beargumenteerde keuzes te maken. Vooropstaand in dit

project is gedragenheid creëren voor de uiteindelijke inrichting van de CMDB.

B1: Analyseren Gedurende de afstudeerperiode heb ik de huidige omgeving geanalyseerd alsmede hoe de

gewenste situatie er uit zou kunnen komen te zien. Met behulp van interviews zijn deze analyse

uitgevoerd. Hiernaast is er ook informatie uit beschreven bronnen gekomen. Gedurende het

project zijn er enkele belanghebbende afdelingen naar voren gekomen waaruit, naar aanleiding

van een analyse, een aantal beperkingen voor het project uit zijn gekomen. Deze zijn in kaart

gebracht en meegenomen in de definitieve uitwerking.

B2: Adviseren Gedurende het project heb ik de adviserende rol aangekomen. Vanuit de informatie en

standpunten van de diverse betrokkenen heb ik een advies opgesteld met betrekking tot de toe

Page 77: CMDB overdracht

te passen aanpassingen in het huidige systeem. Vanuit deze analyse is een helder beeld ontstaan

over welke stappen er genomen dienen te worden om in de gewenste situatie te komen.

B3: Ontwerpen Tijdens de afstudeerperiode heb ik op basis van verkregen informatie een ontwerp gerealiseerd

die in lijn ligt met de eisen van verschillende externe partijen. Daarnaast is er met informatie van

interne partijen een gewenste situatie geschetst waardoor het informatiesysteem uiteindelijk in

lijn is met de rest van de organisatie en voldoet aan de behoefte van Document Management.

Met het bereiken van de doelstelling van het afstudeerproject is de inrichting en het beheer van

de CMDB geoptimaliseerd en van het gewenste kwaliteitsniveau. Daarnaast heb ik enkele

aanbevelingen gedaan omtrent de inrichting van de ‘bill of material’.

B4: Realiseren Daar waar mijn afstudeeropdracht voor een groot gedeelte een onderzoek omvat is er een

gedeelte realisatie geweest. Gedurende de realisatie/implementatiefase van het project heb ik

aangetoond het ontworpen en geadviseerde product om te zetten in een daadwerkelijke

situatie. Door de realisatie is het mogelijk om de gewenste informatie uit de aanwezige

informatiesystemen te behalen.

B5: Beheren Om de omgeving beheersbaar te behouden zijn er gedurende het project hebben er een aantal

keuze gemaakt moeten worden. Primair om er voor te zorgen dat de omgeving voldoende

informatie kan verschaffen en secundair om deze omgeving beheersbaar te houden. Om het

beheer uitvoerbaar te houden is het van belang dat men om goede instructies bezit om deze

beheerstaken uit te voeren.

Page 78: CMDB overdracht

Bijlage C: Tien stappen plan Het Tien stappen plan is ontwikkeld om studenten meer grip te bieden op het afstudeertraject

en het begeleiden effectiever te maken. [21]

Stap 1 – Externe oriëntatie

Tot welke branche behoort de organisatie?

Rabobank Groep is een financieel dienstverlener waarbij Rabobank Groep ICT een ICT

dienstverlener voor Rabobank Groep is.

Wat zijn de belangrijkste brancheontwikkelingen?

De belangrijkste ontwikkeling binnen Rabobank Groep ICT is LEAN.

Welke positie heeft de organisatie in de branche?

Rabobank Groep is een toonaangevende, betrouwbare en duurzame financiële dienstverlener.

Rabobank is marktleider in Nederland in het verstrekken van hypotheken, functioneren als

spaarbank en het zijn van verzekeringsintermediair. Rabobank heeft als doelstelling het belang

van de klant voorop te stellen. Om dit te bereiken wil men de best mogelijke passende financiële

diensten aanbieden. Het realiseren van continuïteit die overeenkomt met het belang van de

klant.

Wat zijn de recente bedrijfsontwikkelingen?

De strategie van Groep ICT voor de komende jaren is als volgt;

“Onze kerntaak is het betrouwbaar leveren van veilige systemen. In de afgelopen jaren is veel

werk verzet en ook veel bereikt op het gebied van productiviteit en effectiviteit. Komende jaren

zullen we ons daarnaast meer richten op wendbaarheid van de organisatie: snel als het kan,

grondig als het moet. Dit alles gericht op meer klantwaarde leveren door efficiënte en effectieve

inzet van IT.”

Een belangrijke ontwikkeling is het gebruiken van LEAN en maatschappelijk verantwoord

ondernemen (MVO).

Wat is de invloed van de ontwikkelingen in de branche en van de recente bedrijfsontwikkelingen

op de vermoedelijke opdracht?

De enige ontwikkeling die enige invloed heeft op mijn afstudeerproject is het project uCMDB. Dit

project dient er voor te zorgen dat de infrastructurele componenten van de ICT dienstverlening

automatisch worden ontdekt, geregistreerd en beheert.

Page 79: CMDB overdracht

Stap 2 – Intakegesprek

Wat is volgens de opdrachtgever het probleem?

Aangegeven werd dat de inrichting van de CMDB op dit moment niet voldoet. Doordat de CMDB

niet voldoet is het ten eerste niet mogelijk om betrouwbare rapportages te genereren, dit terwijl

er wel verschillende informatiebehoeftes zijn. Daarnaast is er, mede door het project uCMDB,

naar voren gekomen dat de relaties tussen de verschillende configuratie items ontbreekt dan

wel niet volledig is. Daarnaast blijken de gegevens niet correct en/of volledig te zijn. Als laatste

vindt het beheer en onderhoud momenteel bij de verkeerde afdeling, dit wordt momenteel door

Kwaliteitsmanagement gedaan terwijl dit een taak van Functioneel Beheer behoort te zijn.

Wat is de urgentie om het probleem op te lossen?

Doordat de CMDB momenteel niet naar wens is ingericht en het beheer niet bij de juiste afdeling

plaats vindt is er enige urgentie om dit naar het gewenste punt te brengen. Indien het project

succesvol is afgrond ligt het beheer bij de juiste afdelingen en kan men goede en betrouwbare

informatie uit de CMDB halen.

Waardoor is het probleem ontstaan?

In de loop der tijd is het beheer en onderhoud van de CMDB bij kwaliteitsmanagement komen te

liggen. Doordat de CMDB niet op de gewenste manier is ingericht en de gegevens incompleet

dan wel incorrect is kan het beheer en onderhoud op dit moment niet overgedragen worden.

Doordat de gegevens incorrect dan wel incompleet zijn kan met niet de gewenste informatie uit

de CMDB halen. Met zou graag willen zien welke consequenties een bepaalde wijziging heeft.

Wat is er intern al aan gedaan?

Intern is er bereidheid uitgesproken door Functioneel Beheer om het beheer en onderhoud over

te nemen. Hiervoor is het wel van belang dat de CMDB op een correcte en volledige manier is

ingericht.

Wie zijn de meest betrokkenen?

Kwaliteitsmanagement - de huidige beheerder - en Functioneel beheer – de toekomstige

beheerder- zijn de twee belangrijkste afdelingen. Product Management en Service Management

zijn belangrijke spelers in het project. Zij hebben de kennis over de diensten die geleverd worden

en zijn dus belangrijk bij het aanleveren van de correcte en volledige gegevens.

Wie wordt opdrachtgever c.q. begeleider?

Johan Bom, kwaliteitscoördinator, is gedurende mijn afstudeerperiode mijn begeleider. Hij is

tevens de opdrachtgever van het project.

Wat ziet de opdrachtgever als het gewenste eindresultaat van deze afstudeeropdracht?

Een volledige en correct ingerichte CMDB. Daarnaast is er, door de volledig en correct ingerichte

CMDB het mogelijk om aan verschillende informatiebehoeftes te voldoen. Deze rapportages

dienen ook gerealiseerd te zijn.

Wat zijn de vervolgafspraken met betrekking tot:

Oriënterende interviews

Page 80: CMDB overdracht

In de eerste twee weken van de afstudeerstage zijn er oriënterende interviews. Hierbij wordt er

kennis gemaakt met verschillende belanghebbende en een basis van de opdracht besproken.

Page 81: CMDB overdracht

Stap 3 – Oriënterende interviews

Welke verschillende probleemomschrijvingen komen er uit de interviews?

De huidige inrichting van de CMDB is niet op het gewenste niveau waardoor de overdracht van

het beheer en onderhoud van Kwaliteitsmanagement nog niet overgedragen kan worden aan

Functioneel Beheer. Tevens kan momenteel nog niet aan alle informatiebehoeftes voldaan

worden.

Welke verschillende opdrachtformuleringen komen er uit de interviews?

Uit de interviews is gebleken dat er twee, niet totaal losstaande, opdrachten te formuleren zijn.

Hierbij gaat het in den beginnen voornamelijk over het verbeteren en optimaliseren van de

inrichting en het beheer van de CMDB binnen DM. Daarnaast is er een informatiebehoefte

waaraan voldaan kan worden dankzij de verbeterde inrichting van de CMDB.

Aan welke oplossingsrichtingen wordt gedacht?

Het verbeteren en optimaliseren van de huidige inrichting en het beheer van de CMDB binnen

DM. Doordat de inrichting verbeterd is zal het mogelijk zijn om aan bepaalde

informatiebehoeften te kunnen voldoen.

Welke voorwaarden voor de probleemoplossing zijn genoemd?

Om aan de informatiebehoeften te kunnen voldoen dient de inrichting van de CMDB correct te

zijn daarnaast dient er rekening gehouden te worden met het project uCMDB.

Welke gegevens zijn benodigd en niet beschikbaar?

Niet alle betrokkenen hebben kennis van de huidige CMDB, de informatie is wel beschikbaar en

deze zou te distribueren zijn naar alle belanghebbende.

Is elke respondent uitgenodigd voor de terugkoppeling?

In de eerste twee weken is iedere belanghebbende uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek.

Hierdoor is direct duidelijk wat zijn/haar relatie is met de CMDB en of zij/hij een mogelijke

informatiebehoefte heeft.

Wat leverde het afrondende interview met de opdrachtgever op?

Een projectinitiatiedocument waarbij de opdracht zo concreet mogelijk is geformuleerd.

Daarnaast zijn alle belanghebbende bekend en mogelijke risico’s geïnventariseerd.

Op welke gegevens kan de projectplanning worden gebaseerd?

Voornamelijk op eigen inschatting hoeveel tijd een bepaalde stap nodig heeft, daarnaast heeft

de bedijfsbegeleider input geleverd om een realistische planning te realiseren.

Welke documentatie is nu beschikbaar?

Documentatie van de huidige situatie waarbij het om werkinstructies gaat, beschrijving van het

datamodel en de applicaties en servers die eraan hangen

Page 82: CMDB overdracht

Stap 4 – Analyse

Hoe ziet in schema het primaire proces eruit van je afstudeerorganisatie?

CMDB

Rapportages

Op welke punten, hoe en waarom verschillen geïnterviewde van mening?

Bij interviews tussen verschillende personen waren er enkele verschillen. Dit verschil is

verklaarbaar doordat men van een verschillende afdeling binnen DM is. Waarbij een product

manager informatie wil met betrekking over de producten waar hij verantwoordelijk is wil een

service manager informatie over de klanten waar hij verantwoordelijk is. Gesprekken met

personen die functioneren op eenzelfde afdeling waren er geen memorabele verschillen.

Welke analysemethoden heb je gebruikt?

Om achter de huidige en gewenste situatie te komen hebben er diverse gesprekken/interviews

plaatsgevonden. Aan de hand van de informatie die vanuit deze gesprekken/interviews naar

voren is gekomen wordt er onderzocht wat de onderliggende problemen zijn, wat de gevolgen

Orientatie

•Richtlijnen uCMDB

•Richtlijnen GICT/B&E

•Richtlijnen ITIL

•Welke informatie vastleggen

Realisatie

•CI's

•Relaties van CI's

Kennisborging

•Welke werkinstructies

•Realisatie werkinstructies

Overdracht

•Formele overdracht beheer en onderhoud van CMDB

Informatie-behoefte

Realisatie Verificatie

Page 83: CMDB overdracht

van deze problemen zijn en wat een mogelijke oplossing zou kunnen zijn voor de geschetste

problemen.

Wat moet de terugkoppeling opleveren?

Vanuit de terugkoppeling naar de verschillende belanghebbende moet er overeenstemming

over de uiteindelijke situatie plaats vinden. Mocht de overeenstemming niet plaats vinden komt

het project ernstig in gevaar.

Welk voorstel voor de definitieve opdracht vloeit uit de oriëntatie voort?

Naar aanleiding van de gehouden interviews zijn de volgende probleemstellingen gedefinieerd.

− Welke acties dienen er ondernomen te worden om de inrichting en het beheer van de

CMDB te optimaliseren.

− Niet beperkt tot adviseren voor de optimalisatie van het beheer en onderhoud

van de CMDB van DM maar ook de realisatie hiervan.

− Welke informatiebehoeftes zijn bij de verschillende afdelingen er binnen DM en hoe kan

aan deze behoeften voldaan worden?

Wie zouden gevraagd moeten worden voor de platformgroep?

Om draagvlak te creëren bij de belanghebbende is het van belang om ze gedurende het project

regelmatig te betrekken bij het proces. Hierbij kan gedacht worden aan het regelmatig

informeren over de status van het project. Belangrijk is hierin dat er minimaal één persoon per

betrokken afdeling aanwezig is. Afdelingen die primair betrokken zijn gedurende het proces zijn;

− Service Management

− Product Management

− Functioneel Beheer

− Kwaliteitsmanagement

Naast deze afdelingen zijn er ook andere afdelingen die invloed hebben op het project. Deze

behoren niet tot de platformgroep

Hoe zou de verdere aanpak van het onderzoek eruit moeten zien?

Na de initiële interviews zal er dieper op de materie ingegaan moeten worden. Komen de

vertelde punten overeen met de werkelijkheid. Hier vanuit kan er vervolgens weer gekeken

worden hoe deze zaken verbeterd kunnen worden en op welke manieren. Zijn er wel meerdere

manieren om het probleem op te lossen? Wat is de beste manier om het probleem op te lossen

en hoe gaan we de ideale situatie bereiken.

Hoe ziet de terugkoppelingspresentatie eruit?

Na de oriëntatiefase zal er een presentatie plaats vinden waar enkele belanghebbende bij zullen

zijn. Hierin zal worden aangegeven waar we staan en waar we naar toe willen. Naast de directe

belanghebbende zal er tevens een presentatie voor het management worden gegeven, door

deze presentatie zijn ook zij op de hoogte van waarmee de afstudeerder mee bezig is.

Welke problemen zijn er nog op te lossen bij de terugkoppeling?

Naar voren is gekomen dat er een verschil zit in de wens van wat men wil registreren. Hierin zal

overeenstemming over plaats moeten vinden zodat iedere afdeling tevreden is met de

uiteindelijke inrichting van de CMDB.

Page 84: CMDB overdracht

Stap 5 – Terugkoppeling/contractering

Stemt ieder in met probleemstelling, opdrachtformulering en aanpak?

Samen met de stagebegeleider is er een definitie probleemstelling/opdrachtformulering uit

gekomen. Dit is, in dit stadium, de definitie opdracht die uitgevoerd zal worden. Tevens is er

akkoord gegaan met de planning zoals deze in het PID is beschreven.

Wat is er veranderd aan de opdracht sinds de intake en waarom?

Vanaf de intake is er vrij weinig aan de opdracht veranderd. Op enkele kleine onderdelen na, die

tijdens het onderzoek naar voren zijn gekomen. Hierbij kan gedacht worden aan de optimalisatie

van de inrichting die beperkt wordt door de huidige inrichting en aanpassingen die mogelijk

benodigd zijn die te groot zijn om gedurende het project aan te pakken.

Wat is het beoogde resultaat van het project?

Het beoogde resultaat van dit project is;

- Belangrijke opbrengsten van een betrouwbare CMDB;

− Medewerkers worden ondersteund om beter de impact van wijzigingen vast te

stellen. De relaties tussen de verschillende configuratie items zijn betrouwbaar

en daardoor inzichtelijk;

− Relaties tussen wijzigingen en verstoringen zijn inzichtelijk te maken;

- Belangrijke opbrengst van een goede standaard set aan rapportages;

− Uniforme ontsluiting van informatie, zodat de afdelingen binnen DM over

dezelfde informatie beschikken;

− Standaard set aan rapportages die, bijvoorbeeld op dienstniveau, inzicht geven

in de dienstverlening van DM.

Wat zijn de (globale) eisen waaraan de oplossing moet voldoen?

Gedurende het project wordt er gebruik gemaakt van Hewlett-Packard Service Manager 9.

Doordat deze tool gebruikt wordt zullen er richtlijnen/beperkingen/eisen vanuit Groep

ICT/Beheer & Exploitatie zijn. Daarnaast, door de samenhang met het project uCMDB zullen van

daaruit ook verschillende richtlijnen/beperkingen/eisen komen.

Waaruit blijkt dat het project belangrijk is voor de organisatie?

Uit een interne nota van Functioneel Beheer is gebleken dat er draagvlak is om het beheer en

onderhoud over te nemen. Dat er draagvlak is enkel op het moment dat er een goede

basisinrichting is van de CMDB.

Staat het management ook open voor je hulp bij de implementatie van de oplossing?

Tijdens de introducerende presentatie met het management van DM is gebleken dat men positie

in het project staat. Tevens is er mondeling aangegeven dat, indien nodig, er contact

opgenomen kan worden met het management indien er vragen naar voren komen.

Welke informatie is nog nodig voor het opstellen van de werkplanning?

Om een werkplanning op te stellen is op dit moment geen verdere informatie benodigd.

Gedurende het project kan het wel voorkomen dat de planning bijgesteld dient te worden door

mogelijke wijzigingen.

Page 85: CMDB overdracht

Wie zitten er in de platformgroep?

Feitelijk is er geen platformgroep opgezet voor het project. De primaire betrokkenen zijn;

− Hommels, Edwin (Service Management)

− Ven van de, Ad (Product Management)

− Bloos, Jacques (Functioneel Beheer)

− Bom, Johan (Kwaliteitsmanagement)

− Aerdts, Rob (Kwaliteitsmanagement)

Welke werkafspraken zijn er gemaakt?

Gedurende het project zal er wekelijks overleg plaats vinden met de stagebegeleider. Daarnaast

wordt er wekelijks een procesverslag en actielijst naar de stage- en docentbegeleider gestuurd

zodat zij te allen tijde op de hoogte zijn van het proces.

Page 86: CMDB overdracht

Stap 6 – Werkplanning en projectorganisatie

Wat levert de literatuurstudie op voor het uitvoeren van het onderzoek?

Gedurende het project is de volgende literatuur gebruikt;

− Informatiemanagement en informatiebeleid

− IT Audit

− Kern van de administratieve organisatie

Hiernaast is er gebruik gemaakt van ITIL voor de inrichting van de CMDB en de rapportages

omtrent de ITIL Service Support Processen. Ook wordt er gebruik gemaakt van de V2-methode

die beschreven is door Fontys Hogeschool ICT.

Toe te passen theorieën of theoretische concepten

Binnen het onderzoek zijn de volgende theoretische concepten gebruikt

− Informatiemanagement en informatiebeleid

− IT Auditing

− Functiescheiding

− Volwassenheidsniveau CMDB

− ITIL V3

Welke methoden van infoverzameling ga je voor welke informatie gebruiken?

Informatie wordt voornamelijk verzameld via interviews. Eveneens zal er informatie gebruikt

worden die centraal beschikbaar is gesteld. Wel dient er hierbij rekening gehouden te moeten

worden met het feit dat deze gegevens niet altijd correct hoeven te zijn. Deze gegevens dienen

dan ook zo veel mogelijk geverifieerd te worden.

Hoe ziet de werkplanning eruit?

Week 7 8 9 10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

Datum

11

-2

18

-2

25

-2

4-3

11

-3

18

-3

25

-3

1-4

8-4

15

-4

22

-4

29

-4

6-5

13

-5

20

-5

27

-5

3-6

10

-6

17

-6

24

-6

1-7

CMDB

Oplossing #1

Beperkingen uCMDB

Welke informatie

Richtlijnen GICT/B&E

Richtlijnen ITIL

Oplossing #2

Welke relaties

Realisatie

Oplossing #3

Welke werkinstructies

Realisatie werkinstructies

Oplossing #4

Overdracht

Rapportages

Page 87: CMDB overdracht

Informatie SM

Realisatie

Informatie PM

Realisatie

Informatie KW

Realisatie

Informatie FB

Realisatie

Mijlpalen 1 1 2 6 1 4 1

Overige

Scriptie

Dagenverantwoording TBD

Afstudeerzittingen

Zijn er projectgroepen gevormd? Zo ja, wat zijn de taakopdrachten?

Er zijn gedurende het project geen formele projectgroepen gevormd. Verschillende betrokkenen

hebben wel een verantwoordelijkheid gedurende het project. Zo zullen de belanghebbende en

medewerkers met kennis van bepaalde onderdelen deze kennis moeten delen.

Welke rol(len) heb je gekozen?

Gedurende het project zal ik adviseren en realiseren. Daarnaast zal ik er voor moeten zorgen dat

de benodigde beslissingen genomen zullen worden. Hierin zal ik voornamelijk een faciliterende

en adviserende rol innemen. De beslissingen zullen primair door de belanghebbende genomen

moeten worden. Hierin zal ik wel de nodige ondersteuning bieden.

Welke overleg- en rapportageafspraken zijn er gemaakt?

Wekelijks een voortgangsgesprek met de stagebegeleider. Hiernaast wekelijks een procesverslag

en actielijst naar de stage- en docentbegeleider sturen.

Hoe is de organisatie van het diepteonderzoek vastgelegd?

Eerst zal informatie worden verzameld over de beginsituatie en de gewenste situatie volgens de

V2-methode. Vervolgens zal er naar de inrichting van de CMDB gekeken worden middels de

theorie uit het boek informatiemanagement en informatiebeleid. Vanuit deze theorie zal er een

situatie worden beschreven welke gegevens er geregistreerd gaan worden, waarom deze

gegevens geregistreerd worden en hoe de omgeving ingericht kan worden om de situatie zo

optimaal mogelijk te behouden. Vervolgens op dat traject zal er door middel van de

administratieve organisatie functiescheiding plaatsvinden en de mogelijkheid gerealiseerd

worden voor IT auditing.

Page 88: CMDB overdracht

Stap 7 – Diepteonderzoek

Hoe ziet het onderzoeksmodel voor dit project eruit?

Het onderzoeksmodel is gebaseerd op de doelstelling, probleemstelling en de daar onder

hangende deelvragen. Dit resulteert in de volgende model. Het model gaat van boven naar

beneden en omvat de stappen die gedurende het onderzoek zijn uitgevoerd. Er is een

onderscheid gemaakt tussen de twee verschillende doelstellingen.

Figuur 6: Onderzoeksmodel

Optimaliseren van

de inrichting en het

beheer van de

CMDB

Conclusies &

aanbevelingen

Huidige situatie

Zijn er

werkinstructies

aanwezig

Zijn de gegevens

volledig

Worden de

wenselijke

gegevens

geregistreerd

Hoe dienen de

gegevens

geregistreerd te

worden

Welke gegevens

dienen er

geregistreerd te

worden

Wat zijn de

beperkingen

vanuit HPSM9

Wat zijn de

beperkingen

vanuit uCMDB

Zijn er

werkinstructies

beschikbaar

Advies wat te

registreren

Wat registreren

overige

afdelingen

Besluitmoment

Implementatie

Overdracht

Meer inzicht

verkrijgen omtrent

het ITIL-proces

Informatiebehoeften

Rapportagemogelijkheden

Realisatie

Verificatie

Zijn de gegevens

correct

Page 89: CMDB overdracht

Welke informatieverzamelingsmethoden heb je gebruikt?

Om informatie te verzamelen is gebruik gemaakt van interviews/gesprekken met medewerkers.

Daarnaast is er gebruik gemaakt van de gedocumenteerde informatie die aanwezig is binnen de

Rabobank.

Wat zijn de onderzoeksresultaten tot dusver?

Zoals in het document – theorie en systeem – te lezen is, is er bekend wat er ingevuld dient te

worden, waarom het ingevuld dient te worden. Het volwassenheidsniveau van de CMDB en de

audits die er in de toekomst op plaats dienen te vinden.

Op welke punten is van de projectplanning afgeweken?

Uit het onderzoek is gedurende het project geleidelijk een oplossing naar voren gekomen.

Keuzes zijn overwogen, maar de alternatieven zijn niet gedocumenteerd. Het resultaat van dit

project vormt een basis voor de mogelijke uitbreiding in de toekomst.

Met wie heb je waarover tussentijds teruggekoppeld? Resultaat?

Tussentijds is er met alle belanghebbende gecommuniceerd over de voortgang van het project.

De belanghebbende zijn eveneens samengekomen om tot een formeel besluit te komen.

Hiernaast is er bij het Management Team gepresenteerd. Initieel over de opdracht zelf en op

een later moment over de voortgang van het project.

Eveneens heeft er tussentijds met enige regelmaat overleg plaats gevonden over de invulling

van de CMDB. In deze besprekingen is mijn uitgangspunt voorgesteld en heb ik feedback

hierover verworven. Deze feedback is, indien van toepassing, verwerkt in de uiteindelijk

uitwerking.

Welke oplossingsopties zijn er uit het onderzoek naar voren gekomen?

Naar voren gekomen is dat het eindresultaat een basis is om op verder te bouwen. Hierdoor

wordt er initieel op een relatief hoog niveau de configuratie items vastgelegd. Mocht er op een

later moment meer detail nodig zijn is dit door de te realiseren inrichting mogelijk. Een overige

oplossing zou zijn om direct met veel detail te beginnen.

Wie zijn de voor- en tegenstanders van de verschillende oplossingen?

Beide oplossingen hebben voor en tegenstanders. Waarbij men bijvoorbeeld binnen de

productieomgeving alle producten in de CMDB wil hebben zodat er specifiek geregistreerd kan

worden is dit onwenselijk voor de beheerders van de CMDB en wordt het nut daarvan niet

ingezien.

Welke oplossing is het meest haalbaar en waarom?

Het meest haalbare is om op een relatief hoog niveau de configuratie items vast te leggen

waarna, indien wenselijk, op een later moment het detailniveau verdiept kan worden. Kijkend

naar het tijdsbestek van de opdracht is dit eveneens de meest realistische situatie.

Wie zijn de krachtigste ‘sponsors’ van het project?

De krachtigste sponsors zijn de huidige beheerders van de CMDB – Kwaliteitsmanagement – en

de toekomstige beheerders van de CMDB – Functioneel Beheer. Zij waren de primaire

belanghebbende bij het project.

Page 90: CMDB overdracht

Stap 8 – Oplossingsplan

Welke oplossingen zijn er gepresenteerd?

Gedurende het eerste beslismoment is de gewenste invulling van de CMDB gepresenteerd.

Gedurende deze presentatie is aangegeven wat er wel wordt geregistreerd en wat er niet wordt

geregistreerd. Hierbij is als basis de huidige situatie genomen. Bij dit moment heeft er een

discussie plaats gevonden over de Bill of Material van Document Management waardoor er geen

formeel akkoord gegeven kon worden. Bij het tweede beslismoment heeft deze acceptatie wel

plaats gevonden.

Wat is de gerapporteerde voorkeursoplossing?

De gepresenteerde oplossing was vooraf aan het tweede besluitmoment/presentatie afgestemd

met de diverse betrokkenen. Tijdens dit besluitmoment is er hierdoor geen discussie benodigd

om met de invoering ervan te starten.

Wie zijn bereid die oplossing te ondersteunen?

Alle aanwezige, Functioneel Beheer, Kwaliteitsmanagement en Product Management zijn bereid

om de oplossing te ondersteunen. Service Management was op dat moment niet aanwezig, zij

zijn op een later moment gecontacteerd en akkoord gegaan met de gekozen oplossing.

Wat zijn de belangrijkste veranderpunten voor de organisatie?

De invulling van de CMDB wordt geoptimaliseerd waardoor men betrouwbare en volledige

informatie uit de CMDB kan halen.

Wie waren bij de oplossingspresentatie?

Bij de oplossingspresentatie waren de diverse belanghebbende van Document Management. De

afdelingen die aanwezig waren zijn;

− Service Management

− Product Management

− Functioneel Beheer

− Kwaliteitsmanagement

Wat leverde de discussie op?

Gedurende de oplossingspresentatie was er geen inhoudelijk discussie over de oplossing.

Wie beslist wanneer over de voorstellen?

Tijdens de oplossingspresentatie is de oplossing geaccordeerd

Hoe ziet het globale invoeringsplan eruit? Meesturen?

Initieel worden de kennisbronnen van de verschillende CI’s verzameld. Vanuit dit punt wordt de

informatie per CI opgevraagd en ingevoerd. Na het invoeren van de gegevens kunnen de oude

CI’s op vervallen worden gezet.

Page 91: CMDB overdracht

Stap 9 – Invoering

Hoe ziet het implementatieplan eruit?

Hier is geen formeel implementatieplan voor opgesteld. Wel wordt er van boven naar beneden,

kijkend naar de relaties in de CMDB, gewerkt waardoor eerst de hoogst liggende CI’s worden

geregistreerd waarna vervolgens de diepte in gegaan kan worden.

Hoe ziet de gekozen veranderingsorganisatie eruit?

Een opnieuw ingerichte CMDB waardoor Document Management meer inzicht heeft in de

ketten en de relaties tussen de verschillende componenten in het domein van Document

Management.

Welke rol(len) heb je gekozen bij het ondersteunen van de implementatie?

Gedurende de implementatie zal ik de implementatie ondersteunen dan wel uitvoeren. Hierbij

dient wel de informatie vanuit de medewerkers van Document Management te komen.

Welke mensen vormen een risico bij de implementatie?

Eenieder met specifieke kennis over een bepaald onderdeel die gedurende de implementatie

afwezig is. Door het ontbreken van de informatie is het mogelijk niet mogelijk om de gehele

implementatie uit te voeren.

Welke interventies zijn gekozen om de implementatie te ondersteunen?

Niet van toepassing.

Welke ‘eerste stapjes’ zullen achtereenvolgens worden gerealiseerd?

CMDB

Kennisbronnen lokaliseren van de diverse configuratie items. Vervolgens de definitieve inrichting

vaststellen en de nieuwe configuratie items invoeren. Als laatste stap de formele overdracht

naar Functioneel beheer

Rapportages

Helder krijgen van de informatiebehoefte waarna vervolgens deze richting KICC wordt gestuurd

of er al een oplossing aanwezig is dan wel gerealiseerd kan worden. Hierna deze oplossing

presenteren aan de afdelingen met de informatiebehoefte. Mocht deze niet voldoen dan dient

er weer richting KICC gecommuniceerd te worden.

Page 92: CMDB overdracht

Stap 10 – Afronding

Wat leverde de eindrapportage op die je hebt gehouden?

De eindrapportage is de formele overdracht van het beheer van de CMDB door

Kwaliteitsmanagement naar Functioneel Beheer. In de scriptie is het afstudeerproces

beschreven. Spijtig genoeg is de realisatie van de rapportages niet gelukt. Dit doordat er vanuit

KICC onvoldoende tijd bleek te zijn om de implementatie van de benodigde informatie af te

ronden

Met wie zijn afrondende gesprekken gevoerd?

Afrondende gesprekken zijn met Johan Bom – de bedrijfsbegeleider – gehouden.

Wat leverde de opdrachtevaluatie op?

Op een later moment vindt de opdrachtevaluatie plaats.

Met wie is de opdrachtevaluatie besproken?

Afrondende gesprekken zijn met Johan Bom – de bedrijfsbegeleider – gehouden.

Hoe is het afscheid geregeld?

Hier dient nog naar gekeken te worden.

Wat is je eigen evaluatie en welke verbeterpunten zie jij voor jezelf?

De evaluatie van dit project is in hoofdstuk 11 Evaluatie te vinden.

Page 93: CMDB overdracht

Bijlage D: Rabobank Groep Hieronder is het organisatieschema van Rabobank Groep te zien. [22]

Page 94: CMDB overdracht

Bijlage E: invulling configuratie items Hieronder is de invoeging van de invulling van de configuratie items te vinden. Het ingevoegde

Excel bestand 2bevat meerdere tabbladen. Verschillend van de verplichte invulling vanuit de

applicatie Hewlett-Packard service manager 9 tot en met de invulling van de verschillende

afdelingen. Eveneens is er een tabblad met omschrijving van de verschillende velden bijgevoegd.

Veld\CI type Applicatio

n

Applicatio

n component

CI Gro

up

Compute

r

Database

Display D

evice

Hardware

Network

Components

Office

Electronics

Service

Service

Component

Software

Software

License

Stora

ge

SubApplicatio

n

CI Identifier X X X X X X X X X X X X X X

CI Name X X X X X X X X X X X X X X

Asset Tag X X X X X X X X X X X X

Status X X X X X X X X X X X X X X

Owner X X X X X X X X X X X X

Config admin group X X X X X X X X X X X X

Support Groups X X X X X X X X X X X X

Support Remarks X X X X X X X X X X X X

Service Contract X X X X X X X X X X X X

Service Delivery Manager X

Assignment Group X

Service Level Manager X

Responsible X

Assignment Group X

WBS Code X X

Cost Center X

BPR Code X X

Name X X X X X X X X X X X X

Manufacturer X X X X X X X X X X X X

Version X X X X X X X X X X X X

Serial Number X X X X X X X X X X X X

External ID X X X X X X X X X X X X

Title X X X X X X X X X X X X X X

Description X X X X X X X X X X X X X X

Created By Date X X X X X X X X X X X X

Related Service Component X X X X X X X X X X X

Related Service Component Title X X X X X X X X X X X

CI Type X X X X X X X X X X X X X X

CI Subtype X X X X X X X X X X X X

Environment X X X X X X X X X X X X X

Assignments

Model

General

Classification

2 Het Excelbestand kan geactiveerd worden door er op te dubbelklikken.

Page 95: CMDB overdracht

Bijlage F: Printnet

Page 96: CMDB overdracht

Bijlage F: Qlikview

Page 97: CMDB overdracht

Bijlage H: volwassenheidsmodel

Ad hoc − Er is geen gestandaardiseerd configuratie management proces

− Procedures zijn ad hoc

− Geen formele, verlopen procedures zijn aanwezig of ze worden niet gehanteerd

− Procedures worden niet gehandhaafd

− Er is geen CMDB of de CMDB voldoet niet

− Relaties tussen configuratie items ontbreken

− Wijzingen in de omgeving worden niet bijgewerkt in de CMDB

− Er is geen configuratie manager benoemt

− De CMDB is niet nuttig in het ITIL proces

Repeatable − Procedures zijn gepubliceerd en worden gehandhaafd

− Het configuratie management proces is gerealiseerd en wordt gevolgd

− Formele procedures zijn actueel

− Verantwoordelijkheden zijn beschreven en toegewezen

− Er is een configuratiemanager aangewezen en verantwoordelijk voor het proces

− De CMDB is gevuld en relaties tussen configuratie items zijn aanwezig

− De configuratiemanager verifieerd of de CMDB correct en volledig is en het proces goed

wordt uitgevoerd

− De CMDB is beschikbaar voor change management

− De CMDB wordt bij wijzigingen aangepast

− De CMDB heeft een voldoende detailniveau om het ITIL proces goed te ondersteunen

Maturity

Phase of maturity

Immature

Sophisticated

Ad hoc Repeatable Defined Managed Optimizing

Configuratie

items worden

automatisch

ontdekt

Voorspellingen

voor

incidenten

Er vinden audits

plaats op de

CMDB

Alle taken zijn

formeel

beschreven

Detailniveau van

de CMDB is op

voldoende

niveau om het

proces te

ondersteunen

Niet

gestandaard-

iseerd en niet

beschreven

procedures. Niet

alle gegevens

zijn beschikbaar

Page 98: CMDB overdracht

Defined − Het configuratie management proces ligt in lijn met de overige ITIL processen

− Status en verificatie audits vinden plaats

− Er zijn procedures omschreven om incorrecte gegevens aan te passen

Managed − Configuratie items worden automatisch gevonden en geupdate

− Kosten van het configuratie item gedurende levenscyclus is vastgelegd

− Configuratie management is geïntegreerd met de overige ITIL processen

Optimizing − Het configuratie management proces wordt met regelmaat gereviewd en indien

mogelijk verbeterd

− Er vinden analyses plaats op het moment dat er incidenten plaats vinden die niet passen

in de lijn der verwachting

− Per configuratie item wordt een gemiddelde tijd tussen verstoringen worden voorspelt

− Incidenten en problemen worden geanalyseerd om de betrouwbaarheid,

beschikbaarheid, totale kosten van een configuratie item en de prestaties van de

leverancier te monitoren

Kijkend naar de huidige status van de CMDB bevindt het zich op het ad hoc niveau. Voor het

configuratie management proces zijn wel de standaard procedures beschikbaar echter wordt de

een afdeling geheel vrij gelaten met wat men registreert. De enige beperking hierin zijn de door

SM9 verplicht gestelde in te vullen velden. Daarnaast ontbreken relaties tussen de configuratie

items en worden wijzigingen niet altijd doorgevoerd in de CMDB. De gegevens in de CMDB zijn

eveneens niet altijd correct dan wel volledig.

Het huidige doel is het niveau van de CMDB van ad hoc naar Defined te brengen. Ze willen

inzicht in de keten krijgen waardoor het van belang is dat de relatie tussen de configuratie items

aanwezig dient te zijn hiervoor wordt er een keuze gemaakt voor een bepaald detailniveau

waardoor men voldoende informatie heeft om het proces effectief te kunnen continueren. Er

worden duidelijk procedures opgesteld voor het beheer en onderhoud van de CMDB. Daarnaast

is het van belang dat wijzigingen ook door worden gevoerd in de CMDB. Als laatste wordt er

periodiek worden er audits uitgevoerd.

Page 99: CMDB overdracht

Bijlage I: Informatiemanagement Voor het gebruik van de informatie in de CMDB zijn er tevens verschillende uitgangspunten

mogelijk. Hiervoor zijn er vier cognitieve modellen onderscheiden [23].

Onbeperkte rationaliteit en toegankelijke kennis (data view) De ‘data view’ gaat er vanuit dat er geen beperking is aan de rationaliteit van het menselijke

handelen. Alle activiteiten die benodigd zijn om een bepaald doel te bereiken kunnen verklaard

en afgeleid worden uit de beschikbare informatie. Er wordt uit gegaan dat de informatie

beschikbaar, correct en toepasbaar is op het moment dat deze benodigd is. Het idee is om alle

informatie te verzamelen die benodigd is om de onzekerheid tot nul te reduceren.

Beperkte rationaliteit en ‘tacit knowledge’ (decision making view) De ‘decision making view’ gaat er vanuit dat het onmogelijk is om absolute rationaliteit in het

menselijke handelen te bereiken. Beelden van de werkelijkheid, zoals weergegeven in de CMDB,

is dan ook niet compleet. Hierdoor wordt het van belang dat de gebruiker van de informatie de

waarde ervan kan inschatten. Er wordt echter wel vanuit gegaan dat de beschikbare informatie

correct is. Het doel is het vastleggen van zo veel mogelijk informatie tot men beslissingen kan

nemen met een aanvaardbaar risico.

Strategische rationaliteit en opportunistische informatie (transaction cost view) De ‘transaction cost view’ gaat er vanuit dat er geen volledige samenwerking is binnen de

organisatie. Hierdoor wordt de uitwisseling van inzichten en kennis in de beschouwing niet als

vanzelfsprekend geacht. De doelen van de verschillende belanghebbende kunnen afwijken en is

er een verschil tussen de belangenbehartiging van een individu en die van de gemeenschap.

Aanpassende rationaliteit en beperkt leervormogen (Learning view) De ‘learning view’ gaat er vanuit dat de gegevens die beschikbaar zijn niet compleet is. Er is

mogelijk dus niet voldoende informatie om een adequaat besluit te nemen.

Figuur 7: Rationeel gebruik van informatie

Om van één uitgangspunt naar een volgend uitgangspunten vindt plaats doordat op een bepaald

moment beseft wordt dat de huidige inrichting niet meer voldoet. Het besef tussen de

verschillende uitgangspunten is als volgt weer te geven;

Data view Te veel informatie

Decision making view

Informatie niet gegarandeerd juist

Transaction cost view

Informatie nog niet beschikbaar

Learning view

Page 100: CMDB overdracht

De overgang van data view’’ naar ‘decision making view’ vindt plaats op het moment dat men

beseft dat er te veel informatie geregistreerd wordt waardoor het overzicht verdwijnt. Indien

men beseft dat de informatie niet gegarandeerd meer juist is komt men in de ‘transaction cost

view’. Op het moment dat men er achter komt dat er beoordeeld kan worden of de beschikbare

informatie niet alle benodigde informatie is komt met in de ‘learning view’ terecht.

De CMDB van DM bevat momenteel een groot aantal CI’s. Vanuit KM evenals vanuit FB is geuit

dat er momenteel te veel details aanwezig zijn in de CMDB, hiervoor is als voorbeeld het aantal

enveloppen te nemen. Buiten dat er te veel informatie in de CMDB staat is de informatie niet

altijd juist en is niet alle gewenste informatie beschikbaar, relaties tussen CI’s zijn bijvoorbeeld

niet aanwezig. Hierdoor valt te concluderen vanuit de theorie dat DM met de CMDB zich in de

‘learning view’ bevindt.

Het gewenste uitgangspunt dat DM aanneemt is de ‘decision making view’. Men wil een beperkt

aantal gegevens – CI’s - registreren, beheren en onderhouden maar wil wel de benodigde

informatie hebben om adequate beslissingen te kunnen. Om tot dit uitgangspunt te komen zal

geverifieerd moeten worden of de gegevens die momenteel in de CMDB geregistreerd staan

correct zijn, volledige zijn een goed overzicht van de werkelijkheid laat zien.

Binnen het proces van voorzien van informatie zijn een vijftal verschillende basisfuncties te

definiëren [24];

Registreren De te registreren gegevens worden in een vooraf gedefinieerde, vaste structuur opgeslagen in

de CMDB. Hierbij dienen de beperkingen van het informatiesysteem in achter genomen te

worden.

Verwerken Om de afwijking tussen de geregistreerde gegevens en de informatiebehoefte te overbruggen

dienen de gegevens verwerkt te worden. De faciliteiten om deze verwerking plaats te kunnen

laten vinden dienen door de informatievoorziening gefaciliteerd te worden.

Rapporteren Aan de hand van de geregistreerde gegevens kan men informatie verschaffen. Hierbij hoeft er

geen direct onderscheid gemaakt te worden tussen de interne en externe informatiebehoeften.

Het informeren door middel van rapportages gebeurt gestructureerd aan de hand van vooraf

gedefinieerde procedures.

Exploiteren Indien er op ad-hoc basis gegevens worden opgevraagd vanuit de informatievoorziening is er

sprake van exploitatie van de beschikbare gegevens. Deze manier van werken onderscheid zich

door het niet vooraf definiëren van een procedurebeschrijving. De manier van het ad-hoc

opvragen van gegevens wordt voornamelijk bepaald door de structuur van de CMDB.

Communiceren Communiceren is het uitwisselen van gegevens. Indien er gebruik gemaakt wordt van een

geautomatiseerd systeem hebben de beperkingen van het communicatiekanaal invloed hierop.

Page 101: CMDB overdracht

Hierbij dient gedacht te worden aan de informatierijkheid van het gebruikte

communicatiekanaal. Een vergadering heeft bijvoorbeeld een hogere informatiewaarde dan het

communiceren via e-mail.

Figuur 8: Rollen informatievoorziening

In de hierboven geplaatste afbeelding is te zien dat het informatiesysteem een centrale rol

speelt. Waarbij enkele processen op basis van formele bedrijfsprocessen plaats vinden zijn er

tevens processen die informeel, dan wel niet, zijn beschreven.

Centraal staat in deze casus staat de CMDB. De registratie van CI’s daarin dient plaats te vinden

door de afdeling FB, diensten worden door het KICC geregistreerd. Om de gegevens van de CI ‘s

in de CMDB vast te leggen wordt er gebruik gemaakt van SM9. Vanuit de gegevens die in de

CMDB staan zouden er rapportages voor de overige afdelingen binnen DM gerealiseerd kunnen

worden. Binnen Rabobank Nederland worden er verschillende toepassingen gebruikt voor de

realisatie van rapportages. Veelgebruikte toepassingen zijn Qlikview, Business Objects en Excel.

Afdelingen die in deze casus behoeften hebben aan rapportages zijn SM, PM, FB en KM.

Exploitatie van gegevens vindt plaats op het moment van het uitvoeren van het IPC-proces. Op

het moment dat er een incident door een klant en/of gebruiker gemeld wordt, worden de

bijbehorende gegevens uit de CMDB gezocht. Deze gegevens worden aan het desbetreffende

incident gekoppeld. Mocht het incident vaker voorkomen kan het incident geëscaleerd worden

tot probleem. Men zou, aan de hand van de overige gegevens in de CMDB kunnen analyseren of

een bepaalde configuratie items veel incidenten of problemen hebben. Indien het probleem

escaleert tot een change dient er vooraf geanalyseerd te worden wat de impact van de change

zou kunnen zijn. Zo wil men uit het oogpunt van KM vooraf weten wat het risico is van het

doorvoeren van een change. Hiernaast vindt er ook communicatie, buiten de rapportages om,

plaats bij een bepaald soort incidenten en/of problemen.

In de onderstaande afbeeldingen zijn applicaties in oranjekleurige blokken weergegeven en

afdelingen/betrokkenen in blauwkleurige blokken.

Rapporteren

Exploiteren van

gegevens

Communiceren

en interactie

Verwerken

Registreren

Specifieke tools

Formele

bedrijfsprocessen

Generieke tools

informele

bedrijfsprocessen

Page 102: CMDB overdracht

Men wil dus vanuit de huidige situatie waarbij men gegevens uit SM9 haalt en deze in Excel

verwerkt tot rapportages aanpassen. Daarnaast dient de registratie van de CI’s weg te gaan bij

KM. Dit met als reden dat dit van origine geen taak is die bij KM behoort te liggen. KM heeft een

controlerende rol en zou derhalve niet in een dergelijk proces moeten acteren in de vorm van

registratie. Doordat de registratie van CI’s bij een andere afdeling zou komen te liggen beschikt

KM weer over de mogelijkheid om audits op de CMDB van DM te kunnen gaat doen zonder dat

hierbij belangenverstrengelingen ontstaan. Een audit uitvoeren op een taak die je zelf uitvoert is

namelijk niet logisch.

Figuur 9: Informatievoorziening DM huidige situatie

In de gewenste situatie van de CMDB zou er dan ook als volgt uit zien. Belangrijke punten zijn de

verschuiving van de registratie van KM naar FB en de uitgebreide rapportagevoorzieningen. Door

verschillende afdelingen gebruik te laten maken van eenzelfde manier van rapporteren is het

voor eenieder duidelijk waar er over gepraat wordt. Men beschikt namelijk over dezelfde

gegevens en er wordt dezelfde waarde aan toegekend.

Service Management

Kwaliteitsmanagement

Kwaliteitsmanagement

KICC

HP Service Manager 9

Excel

Rapporteren

Exploiteren van

gegevens

Communiceren

en interactie

Verwerken

Registreren

Specifieke tools

Formele

bedrijfsprocessen

Generieke tools

informele

bedrijfsprocessen

HP Service Manager 9

Excel

Page 103: CMDB overdracht

Figuur 10: Informatievoorziening DM gewenste situatie

Service Management

Product Management

Functioneel Beheer

Kwaliteitsmanagement

Functioneel Beheer

KICC

HP Service Manager 9

Excel

Rapporteren

Exploiteren van

gegevens

Communiceren

en interactie

Verwerken

Registreren

Specifieke tools

Formele

bedrijfsprocessen

Generieke tools

informele

bedrijfsprocessen

HP Service Manager 9

Qlikview

Excel Business Objects