Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan...

33
1 Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers Inhoud Interne publicaties........................................................................................................... 2 Cyberdaders: uniek profiel, unieke aanpak?......................................................................... 2 WODC Magazine nr. 3 - Recidive ..................................................................................... 5 Speciale behoefte van slachtoffers van hate crime ten aanzien van het strafproces en de slachtofferhulp ................................................................................................................. 7 Trendbeeld 2020 ............................................................................................................ 10 Jaarbericht 2019 ............................................................................................................ 14 Jaarlijkse Rapportage Mensenrechten in Nederland 2019..................................................... 16 Externe publicaties ........................................................................................................ 20 Dader of slachtoffer? Criminele uitbuiting; verkenning onder Nederlandse scholen. ................ 20 Jaarverslag 2019............................................................................................................ 22 Jaarverslag Bureau Financieel Toezicht 2019 ..................................................................... 24 Veiligheidsmonitor 2019 .................................................................................................. 26 Spanning in detentie....................................................................................................... 28 Opiniepeilingen .............................................................................................................. 32 JenV monitor tweede meting ........................................................................................... 32

Transcript of Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan...

Page 1: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

1

Bundel Indexkaarten voor het subthema

Daders en Slachtoffers

Inhoud Interne publicaties ........................................................................................................... 2

Cyberdaders: uniek profiel, unieke aanpak? ......................................................................... 2

WODC Magazine nr. 3 - Recidive ..................................................................................... 5

Speciale behoefte van slachtoffers van hate crime ten aanzien van het strafproces en de

slachtofferhulp ................................................................................................................. 7

Trendbeeld 2020 ............................................................................................................ 10

Jaarbericht 2019 ............................................................................................................ 14

Jaarlijkse Rapportage Mensenrechten in Nederland 2019 ..................................................... 16

Externe publicaties ........................................................................................................ 20

Dader of slachtoffer? Criminele uitbuiting; verkenning onder Nederlandse scholen. ................ 20

Jaarverslag 2019 ............................................................................................................ 22

Jaarverslag Bureau Financieel Toezicht 2019 ..................................................................... 24

Veiligheidsmonitor 2019 .................................................................................................. 26

Spanning in detentie ....................................................................................................... 28

Opiniepeilingen .............................................................................................................. 32

JenV monitor tweede meting ........................................................................................... 32

Page 2: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

2

Interne publicaties

Cyberdaders: uniek profiel, unieke aanpak? Indexkaart1 gepubliceerd op: 19-05-2020

Kern van het rapport/conclusie Cyberdaders hebben diverse profielen, maar zijn relatief vaak jonge autochtone mannen met een

redelijk tot goede sociaaleconomische achtergrond. Ze hebben een relatief hoger intelligentie- en

opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

maar nieuwsgierig en op zoek naar uitdaging. Met name de online sociale omgeving lijkt van invloed

op delictgedrag. Volwassen daders handelen vaak uit financiële motieven. Bewustzijn van de

strafbaarheid en schade die gedrag aanricht, is onder (jonge) daders beperkt, door de afstand van het

slachtoffer en het gemak van het plegen van delicten. Bij sommigen is bewustzijn aanwezig, maar

voedt dit de drijfveer ‘spanning’ juist. De pakkans wordt lager ingeschat, deze beperkte perceptie van

strafbaarheid is een belangrijkere criminogene factor bij cybercrime dan bij traditionele criminaliteit.

Traditionele interventies zijn mogelijk geschikt voor zowel jongere als oudere daders, als hun

drijfveren anders zijn dan nieuwsgierigheid en het zoeken van uitdaging. Strength-based interventies

en interventies gericht op bewustzijn van strafbaarheid en schade van gedrag lijken effectief voor

jonge daders.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport Daderkenmerken: profiel

Cybercrime in enge zin (delicten waarbij ICT zowel het middel als het doelwit is) wordt relatief

vaker gepleegd door jonge autochtone mannen met een redelijk tot goede

sociaaleconomische achtergrond.

1 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.wodc.nl/binaries/2974_Volledige_Tekst_tcm28-426136.pdf

Over dit rapport

Publicatiedatum: December 2019

Organisatie: WODC

Context van het rapport: In dit onderzoek is getracht op meer systematische wijze kennis over de

kenmerken en profielen van jeugdige en volwassen daders van cybercriminaliteit in enge zin te

genereren alsook inzichten te bieden in de vraag wat hierbij passende en effectieve interventies

zijn.

Tags: Rechtstaat en opsporing / Technologie

Page 3: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

3

Financieel georiënteerde daders van cybercrime in enge zin starten doorgaans op een hogere

leeftijd en lijken vaker allochtoon te zijn. Ook er zijn er indicaties voor een lagere

sociaaleconomische status.

Daders van cybercrime lijken een relatief hoger intelligentie- en opleidingsniveau te hebben

t.o.v. daders van traditionele criminaliteit. Daders met ervaring in de IT-sector zijn

oververtegenwoordigd.

De thuissituatie van daders verschilt sterk. Er is vaak gebrek aan ouderlijk toezicht op het

online gedrag van (jonge) daders.

Met name het online sociale netwerk lijkt van invloed te zijn op delictgedrag.

Daderkenmerken: drijfveren

Veelvoorkomende drijfveren van jeugdige daders zijn: nieuwsgierigheid, leergierigheid en

(mentale) uitdaging, erkenning, status, peer respect en bewijsdrang.

Andere motieven zijn de kick, spanning, plezier, verveling, verzameldrang (naar informatie) en

macht.

Financiële motieven lijken in mindere mate een rol te spelen bij jeugdige daders.

Volwassen daders die actief zijn in fraude en georganiseerde criminaliteit hebben vaak een

financieel motief. Deel van de daders is overgestapt van traditionele criminaliteit.

Andere motieven zijn: wraak t.o.v. familie, ex-werkgevers, ex-geliefden, etc. Deze daders zijn

veelal volwassen.

Daderkenmerken: bewustzijn van schade en strafbaarheid

Sommige (veelal jonge) daders zijn niet of nauwelijks bewust van de strafbaarheid van hun

gedrag en de schade die ze aanrichten. Dit wordt versterkt door de afstand tot het

slachtoffer, de hyperrealiteit waarin het gedrag tot stand komt, de normalisering die ontstaat

in de gameomgeving en het gemak waarmee delicten gepleegd kunnen worden. Daarnaast

wordt gedrag minder geremd door afwezigheid van het oordeel van anderen en beperkte

consequenties.

De afwezigheid van een perceptie van strafbaarheid van gedrag komt o.a. door beperkt

toezicht in de online wereld, onzichtbaarheid van aangerichte schade en doordat daders niet

altijd kwade bedoelingen hebben.

De beperkte perceptie van strafbaarheid is een belangrijkere criminogene factor dan bij

traditionele daders. De pakkans lijkt laag vanwege beperkt politiecapaciteit en online

anonimiteit. Dit idee wordt versterkt wanneer daders vaker ongestraft wegkomen.

Daderkenmerken: carrière

Cybercrime begint net als traditionele criminaliteit door de maturity gap, invloed van peers en

bepaalde andere drijfveren.

Veranderingen in morele percepties en motieven hebben invloed op de carrière.

Volwassenwording en het krijgen werk en een wederhelft hebben invloed op het stoppen

met criminaliteit, net als bij traditionele daders.

Page 4: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

4

Daderkenmerken: drijfveren en effectiviteit van interventies

‘Afschrikkende’ interventies werken mogelijk (deels) averechts, omdat de drijfveer ‘spanning’

versterkt wordt. Aan de andere kan verhoogde zichtbaarheid van politie/justitie leiden tot

bewustwording van risico’s en het verdwijnen van het gevoeld van onaantastbaarheid.

Straffen voor jonge (first) offenders hoeven niet zwaar te zijn. Politie interventies dragen bij

aan bewustwording van strafbaarheid en schade. De verwachting is dat mentaliseren, inleven

in een ander, en contact met het slachtoffer d.m.v. herstelbemiddeling, in combinatie met

het leren van moreel redeneren en het bieden van kansen mogelijk effectief is.

Specifiek op cyberdaders gerichte interventies zijn het opleggen van restricties rondom

computer- en internetgebruik en de inzet van serious gaming (waarbij jongeren spelenderwijs

goede en slechte manieren van hacken leren en aan het denken gezet worden). Hierbij wordt

contact met online criminele peers (tijdelijk) afgesloten. Serious gaming is mogelijk effectief

voor jonge, niet-kwaadwillende daders.

Strength-based interventies (daders helpen in de ontwikkeling van IT-vaardigheden en ethisch

hacken en ze hier pro-sociaal mee leren omgaan), kunnen criminogene behoeften

verminderen. Jongeren krijgen zo erkenning, leren gelijkgestemde kennen en bouwen aan

vaardigheden en toekomstperspectief.

Een andere effectieve strength-based interventie is begeleiding van rolmodellen (bv. ervaren

hackers) bij IT-bedrijven.

Het is belangrijk dat er meer en meer toegesneden verdiepingsdiagnostiek plaatsvindt ten

behoeve van beslissingen over (strafrechtelijke) interventies voor cyberdaders.

Traditionele interventies zijn mogelijk geschikt voor zowel jongere als oudere daders, als hun

drijfveren ander zijn dan nieuwsgierigheid en het zoeken van uitdaging.

Page 5: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

5

WODC Magazine nr. 3 - Recidive Indexkaart2 gepubliceerd op: 27-05-2020

Kern van het rapport/conclusie De publicatie betreft een geheel magazine dus er is geen eenduidige conclusie aan te

koppelen. Zie onderstaand de belangrijkste conclusies/inzichten per artikel.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport Tweejaarlijkse recidivemeting vaste dadergroepen

Opvallend is dat de recidivetrends onder volwassenen de laatste jaren lijken te stabiliseren, maar

onder jeugdigen na een jarenlange daling een stijgende ontwikkeling laten zien. Om meer duiding te

geven aan de stijging van de recidive onder jeugdige daders zal in vervolgonderzoek op zoek gegaan

worden naar specifieke (sub)groepen daders waarbij de stijging in recidive zich voordoet.

Overkoepelend beeld:

Het percentage volwassen daders dat binnen twee jaar recidiveert, fluctueert licht over de

tijd. Dit percentage is gedaald van 28% in 2006 tot 26% in 2012. Daarna stijgt de recidive weer

tot 28% onder de daders veroordeeld in 2015.

Het percentage jeugdige daders dat binnen twee jaar recidiveert, laat na een daling tot 2012

een stijging zien. Van 2006 tot 2012 is de zogenoemde recidiveprevalentie gedaald van 40%

naar 34%. Daarna stijgt de recidive tot 38% onder de daders veroordeeld in 2015.

De tweejarige recidive onder ex-gedetineerden is zeer licht gedaald over de onderzochte periode, van 49% onder de gedetineerden vrijgekomen in 2006 naar 47% onder de in 2015 vrijgekomen gedetineerden. Het grootste deel van de daling vindt plaats in de eerste jaren van de onderzochte periode. De laatste jaren blijft de trend ongeveer stabiel.

De tweejarige recidive van ex-JJI-pupillen laat eerst een daling en daarna een stijging zien. Van 2006 tot 2011 is de recidiveprevalentie van 60% naar 55% gedaald. Vanaf 2011 stijgt de recidive onder ex-JJI-pupillen tot 63% onder de in 2015 vrijgekomen jeugdigen.

2 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.wodc.nl/wodc-nieuws-2020/wodc-magazine3.aspx

Over dit rapport

Publicatiedatum: 04 februari 2020

Organisatie: WODC

Context van het rapport: WODC Magazine met verschillende artikelen over recidive onder

daders.

Tags: Rechtsstaat en opsporing

Page 6: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

6

Het aandeel ex-werkgestraften dat binnen twee recidiveert, is gedaald over de tijd, van 33% in 2006 naar 29% in 2015. De sterkste daling van de recidiveprevalentie doet zich voor in het begin van de onderzoeksperiode. In de laatste jaren stabiliseert de trend.

De tweejarige recidive onder ex-ondertoezichtgestelden is afgenomen over de tijd, van 41% in 2006 naar 36% in 2015. Ook hier geldt dat de sterkste daling zich voor doet in het begin van de onderzoeksperiode. De laatste jaren blijft de trend ongeveer stabiel.

Alcoholslotprogramma

De maatregel van het alcoholslot na rijden onder invloed is eind 2016 stopgezet. Uit een effectmeting

blijkt dat echter dat de recidivekans van een persoon die behalve dat hij een strafrechtelijke

afdoening kreeg ook deelnam aan het alcoholslotprogramma, maar die verder op alle overige

achtergrondkenmerken vergelijkbaar is met een persoon die alleen een strafrechtelijke afdoening

kreeg, 4 procentpunt lager ligt (4% versus 8%). Dit verschil is statistisch significant. Het inbouwen van

een alcoholslot weerhoudt mensen er niet alleen tijdelijk van om met te veel drank op achter het

stuur te kruipen, maar lijkt ook op de lange termijn een bijdrage te kunnen leveren aan het

voorkomen van rijden onder invloed van alcohol en een verkeersveiliger Nederland

High Impact Crime

Uit de meest recente recidivemeting van het WODC onder daders van high impact crimes (HIC) blijkt

een trendbreuk in de recidiveontwikkeling. Tot 2013 daalde de recidive onder woninginbrekers,

straatrovers en overvallers (ofwel HIC-daders), maar in 2014 en 2015 stagneert of stijgt de recidive

zelfs. De tweejarige recidive onder woninginbrekers daalde in de periode 2006-2013 van 60% tot 56%

en blijft vanaf dat moment redelijk stabiel. Bij straatrovers is de tweejarige recidive gedaald van 57%

in 2006 tot 51% in 2014, maar vervolgens weer gestegen tot 54% in 2015. Bij overvallers is sprake van

een afname van de tweejarige recidive van 43% in 2011 tot 38% in 2013, waarna deze weer toeneemt

tot 43% in 2015. De oorzaak van deze mogelijke trendbreuk in de recidive is onbekend en het is de

vraag hoe deze recidivetrend zich in de toekomst gaat ontwikkelen. Het lijkt belangrijk om de

aandacht voor HIC-daders niet af te zwakken en actief te blijven werken aan de bestrijding van high

impact crimes. Uit de resultaten blijkt verder dat met name straatrovers erg jong zijn ten tijde van de

huidige veroordeling. Ook blijkt dat HIC-daders een uitgebreid crimineel verleden hebben en al op

jonge leeftijd voor het eerst veroordeeld zijn.

Huiselijk geweld

In het onderzoek is ook gekeken hoe de recidive zich over de periode 2008 tot en met 2015

ontwikkeld heeft. Hieruit blijkt dat de tweejarige algemene recidive een licht dalende trend laat zien

van 32% in 2008 tot 29% in 2015. Ook de tweejarige huiselijk-geweldrecidive daalt in de periode

2008-2015 van 8,3% naar 7,5%. Op basis van dit onderzoek kan niet worden vastgesteld in hoeverre

het ingezette beleid op het gebied van huiselijk geweld effect heeft gehad. Het zou kunnen dat het

huiselijk-geweldbeleid aan deze lichte dalingen heeft bijgedragen, maar het zou ook kunnen dat

andere verklaringen een rol spelen bij de recidiveontwikkeling.

Page 7: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

7

Speciale behoefte van slachtoffers van hate crime ten aanzien

van het strafproces en de slachtofferhulp Indexkaart3 gepubliceerd op: 26 mei 2020

Kern van het rapport/conclusie Sinds 1 januari 2019 is ook ‘genderidentiteit die niet past bij het geboortegeslacht’

toegevoegd als discriminatiegrond aan artikel 137c WvSr. Dit sluit aan op een Europese trend.

Hate crime slachtoffers kunnen onderling ook verschillen in de fysieke en psychische impact

die het misdrijf op hen kan hebben. Dit betreft verschillen tussen de verscheidene

beschermde groepen (between group differences), maar zelfs binnen één

beschermingsgrond werden verschillen gevonden (within group differences).

Volgens het literatuur kunnen de problemen van hate crime slachtoffers kunnen grofweg

worden geclusterd in drie thema’s: lage aangiftebereidheid, beperkte toegang tot

voorzieningen, en gebrek aan herkenning en erkenning.

De lage aangiftebereidheid wordt volgens de respondenten (Nederlandse organisaties)

veroorzaakt door normalisering van het fenomeen, door (verhalen over) slechte bejegening

door de politie, door gebrek aan herkenning en erkenning van het discriminatie-aspect en

door het gevoel dat het doen van aangifte toch niet zal helpen in termen van speciale en

generale preventie.

Een ander knelpunt (in Nederland) is het verschil tussen registratie van het incident als

melding of als aangifte en de problemen die hierdoor voor slachtoffers kunnen ontstaan. In

tegenstelling tot een ‘aangifte’ (artikel 161 Sv) is een ‘melding’ geen wettelijk begrip en veel

slachtoffers kennen het verschil tussen beide concepten niet.

3 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2020/03/16/tk-bijlge-speciale-behoefte-van-slachtoffers-van-hate-crime-ten-aanzien-van-het-strafproces-en-de-slachtofferhulp

Over dit rapport

Publicatiedatum: 2020

Organisatie: Maastricht Universiteit- Faculteit Rechtsgeleerdheid, WODC

Context van het rapport: Deze studie verkent de procedurele- en hulpbehoeften van hate crime

slachtoffers in de context van het strafproces en de mate waarin het Nederlandse strafproces en

de slachtofferhulpverlening momenteel aan die behoeften voldoen.

Tags: Rechtsstaat en opsporing

Page 8: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

8

Het juridisch jargon en onduidelijkheid ten aanzien van de strafprocedure maar ook

beslissingen in de latere fasen van het strafproces vormen voor bepaalde slachtoffers een

probleem.

In Nederland kennen we gespecialiseerde discriminatieofficieren van justitie en politie (Roze

in Blauw), maar veel hate crime zaken worden nog steeds door reguliere officieren van justitie

en politieambtenaren opgepakt.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport Resultaten: Vragen met betrekking tot de verschillende groepen slachtoffers

Sinds 1 januari 2019 is ook ‘genderidentiteit die niet past bij het geboortegeslacht’

toegevoegd als discriminatiegrond in Nederland. Dit betekent dat het Nederlandse

vervolgingsbeleid van toepassing is op slachtoffers van hate crime vanwege:

Ras

Godsdienst of levensovertuiging

Hetero- of homoseksuele gerichtheid

Lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap

Genderidentiteit die niet past bij het geboortegeslacht

Ten aanzien van de beschermde gronden kiezen de meeste EU landen –net als

Nederland –voor een limitatieve opsomming van de categorieën slachtoffers.

De drie gronden ‘ras’, ‘godsdienst’, ‘nationale of etnische afkomst’ genieten vrijwel in alle

lidstaten bescherming tegen hate crime.

Ten aanzien van ‘seksuele geaardheid’ en ‘mentale of fysieke beperking’ is meer

verdeeldheid. ‘Genderidentiteit’ is duidelijk in opkomst.

Beschermingsgronden die Nederland niet kent, maar die in enkele andere EU landen

wel worden inbegrepen zijn: ‘taal’, ‘geslacht’, ‘leeftijd’ en ‘ideologie of politieke opinie’.

Vragen met betrekking tot impact en slachtofferbehoeften

Buitenlandse slachtofferstudies tonen dat hate crime slachtoffers gemiddeld minder tevreden

zijn over hun ervaringen met het strafrechtssysteem dan reguliere slachtoffers en dat ook het

risico op secundaire victimisatie voor deze slachtoffergroep groter is.

Resultaten op basis van de interviews met vertegenwoordigers van Nederlandse organisaties

De lage aangiftebereidheid wordt volgens de respondenten veroorzaakt door normalisering

van het fenomeen, door (verhalen over) slechte bejegening door de politie, door gebrek aan

herkenning en erkenning van het discriminatie-aspect en door het gevoel dat het doen van

aangifte toch niet zal helpen in termen van speciale en generale preventie.

Een aspect dat in de buitenlandse literatuur minder prominent naar voren kwam, maar dat in

de Nederlandse interviews wel werd vermeld is het verschil tussen registratie van het incident

als melding of als aangifte en de problemen die hierdoor voor slachtoffers kunnen ontstaan.

In tegenstelling tot een ‘aangifte’ (artikel 161 Sv) is een ‘melding’ geen wettelijk begrip en

veel slachtoffers kennen het verschil tussen beide concepten niet.

Sommige knelpunten ten aanzien van de aangiftebereidheid worden slechts of vooral door

specifieke slachtoffergroepen ervaren, zoals schaamtegevoelens (LHBTI), problemen met het

juridische jargon (verstandelijk beperkte personen), afhankelijkheid van derden voor het doen

Page 9: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

9

van aangifte (verstandelijk beperkte personen), een verbrokkelde organisatiegraad (Moslims

en verstandelijk beperkte personen).

o Transgenderpersonen hebben daarnaast mogelijk meer dan andere groepen angst

om niet serieus te worden genomen, zij lopen een nog groter risico op herhaald

slachtofferschap, en zij ervaren nog meer bijkomende problemen als depressie, angst

of minderwaardigheidsgevoelens en intersectionele problematiek.

Wanneer slachtoffers dan toch besluiten aangifte te doen, worden bepaalde gevreesde

knelpunten soms ook bewaarheid:

o de bejegening door verbalisanten is niet altijd voldoende sensitief, kundig of

empathisch, het discriminatie-aspect wordt onvoldoende (h)erkend of de beoogde

aangifte wordt in de praktijk geregistreerd als een melding.

o Ook het juridisch jargon en onduidelijkheid ten aanzien van de strafprocedure

vormen voor bepaalde slachtoffers een probleem.

Het onvoldoende (kunnen) (h)erkennen van het discriminatie-aspect is ook problematisch in

latere fasen van het strafproces.

o Verschillende geïnterviewden constateren dat het discriminatie-aspect gaandeweg

het strafproces soms uit beeld verdwijnt, ofwel vanwege bewijsproblemen, ofwel

omdat de politie, het OM en de rechter het discriminatoire motief onvoldoende

meewegen in hun beslissingen.

o De respondenten erkennen dat dit aspect bewijstechnisch lastig kan zijn, maar ook bij

voldoende bewijs wordt soms te weinig erkenning van het discriminatoire motief

ervaren.

o Het lastige juridisch jargon en onduidelijkheid ten aanzien van bepaalde beslissingen

spelen in deze fase eveneens een rol.

Ten aanzien van de slachtofferhulpverlening constateren de respondenten dat er soms sprake

is van gebrek aan specifieke deskundigheid en, derhalve, problemen met de juiste bejegening.

Ook vinden sommige respondenten dat het hulpaanbod in Nederland is versnipperd.

Problemen met officiële registratiesystemen worden door medewerkers op alle niveaus –

politie, OM, Slachtofferhulp Nederland – gesignaleerd.

Het onderhouden van contacten met de gemeenschappen gebeurt vooral vanuit de politie (en

vice versa) en wordt door de respondenten als een positief initiatief gezien.

o Enkele belangenorganisaties spraken de behoefte uit aan gespecialiseerde hulp

vanuit de eigen gemeenschap.

Een verband als Roze in Blauw wordt door vrijwel alle respondenten als een grote

meerwaarde voor LHBTI hate crime slachtoffers beschouwd en de (verdere) ontwikkeling van

een vergelijkbare voorziening voor de andere beschermde gemeenschappen wordt

toegejuicht.

Ten aanzien van de recent geïntroduceerde Individuele Beoordeling is het te vroeg om te

beoordelen of de verwachtingen worden waargemaakt.

Vrijwel geen EU lidstaten die exclusieve rechten of voorzieningen voor hate crime slachtoffers

hebben ontwikkeld.

Page 10: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

10

Trendbeeld 2020 Rapportscan4 gepubliceerd op: 06-05-2020

Kern van het rapport/conclusie Algemene ontwikkelingen:

Nieuwe privacywetgeving is ingegaan .

Het aantal misdrijven daalt niet meer, maar stijgt landelijk zelfs.

Thema ‘dealen en schieten’:

De drugseconomie heeft aan aandacht gewonnen; drugsgebruik wordt genormaliseerd;

(drugsgerelateerd) geweld neemt toe en richt zich niet enkel meer op criminelen.

Geweld, wapenbezit- en gebruik neemt ogenschijnlijk toe (cijfers bevestigen dit beeld niet).

Ondanks een sterke daling van geregistreerde jeugdcriminaliteit lijkt wapenbezit door

jongeren genormaliseerd en verheerlijkt te worden.

Thema ‘tumult in de samenleving’:

Er vinden meer en grotere demonstraties plaats.

Het aantal dak- en thuislozen neemt toe.

Acute terrorismedreiging neemt af.

Tolerantie neemt af.

Thema ‘dreiging van het onzichtbare’:

Er is een toename van onzichtbare criminaliteit die zich nestelt in de samenleving.

Er is een toename van cybercrime.

Er zijn toenemende zorgen over deepfakes.

Er is een negatief toekomstbeeld omtrent de rol van Nederland in drugshandel.

4 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.politie.nl/nieuws/2020/februari/24/05-trendbeeld-2020-politie-amsterdam.html

Over dit rapport

Publicatiedatum: 24-02-2020

Organisatie: Politie Eenheid Amsterdam (Dienst Regionale Informatie Organisatie Team Analyse

& Onderzoek

Context van het rapport: In het trendbeeld blikt de politie Amsterdam terug op de belangrijkste

trends, ontwikkelingen en risico’s in het veiligheidsdomein van het afgelopen jaar en kijkt zij

vooruit naar de ontwikkelingen voor het komende jaar.

Tags: Rechtsstaat en opsporing

Page 11: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

11

Thema ‘gezag in de knel’:

Er is sprake van een ogenschijnlijke afname van gezag bij politie (onderzoek spreekt dit echter

tegen.

Burgers en de politie verliezen contact.

Er is meer geweld tegen personen met een publieke taak (onder wie agenten).

Er is meer geweld in het OV, op school, in de jeugdzorg en tegen journalisten.

Er is sprake van een algemene verharding van verdachten en ook van de politie.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport (deze maatschappelijke ontwikkelingen gelden in eerste instantie voor de veiligheidsregio Amsterdam,

maar werken vaak landelijk door):

Algemeen

De bevolking groeit.

De economie in Nederland (en Amsterdam) blijft groeien, vooral hoogopgeleiden profiteren

van toegenomen welzijn.

Brexit zorgt voor onzekerheid.

Er is angst voor inmenging van Turkije, Rusland en China.

2019 is het jaar van het klimaat voor burgers.

Nieuwe privacywetgeving is in werking gegaan, maar er zijn zorgen over terughoudendheid

bij het delen van informatie (bijv. betreffende jonge slachtoffers van mensenhandel).

Algemeen criminaliteit

De jarenlange daling van criminaliteitscijfers stagneert.

Het aantal misdrijven is landelijk toegenomen met 4% afgelopen jaar (m.u.v. Amsterdam, hier

bleef het aantal gelijk).

‘Dealen en schieten’

De drugseconomie heeft aan aandacht gewonnen.

Er is sprake van normalisering van drugsgebruik (vooral onder hoogopgeleide stedelingen).

Sinds 2012 richten aan de drugseconomie gerelateerde schietpartijen zich niet langer enkel

op criminelen. De dreiging breidt zich uit naar familieleden, beroepsgroepen (burgemeesters,

journalisten) en medewerkers binnen het rechtssysteem (vb. moord op Derk Wiersum).

Geweld, wapenbezit en –gebruik lijkt toe te nemen en laagdrempeliger te worden. Men

maakt zich zorgen.

Er lijkt sprake van normalisering van wapenbezit, niet enkel ter bescherming, maar ook omdat

wapens als statussymbool gezien worden.

Politiecijfers met betrekking tot wapenincidenten zijn relatief stabiel.

Er is sprake van een levendige vuurwapenhandel in Nederland, ons land is een

bestemmingsland, maar ook een draaischijf in wapenhandel.

Er is een forse stijging in het illegaal gebruik van handgranaten waargenomen in het

afgelopen jaar (met name in Amsterdam).

De vraag naar cocaïne neemt toe.

Crystal meth komt op in Nederland.

Het aantal verkeersincidenten met een bestuurder onder invloed van lachgas is toegenomen.

Er wordt gekeken naar andere opsporingsstrategieën rondom drugshandel.

Page 12: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

12

De faciliterende rol van taxichauffeurs en bezorgers in de drugshandel wordt gezien.

Er is een sterke daling van geregistreerde jeugdcriminaliteit.

Er zijn grote zorgen over de ronseling van jongeren/kinderen als drugskoeriers.

Er is sprake van normalisering en verheerlijking van wapengebruik onder jongeren.

Messenbezit lijkt toe te nemen.

‘Tumult in de samenleving’

Burgers laten meer van zich horen als ze het ergens niet mee eens zijn.

Het aantal incidenten met psychisch verwarde personen is toegenomen.

Tolerantie naar groepen die ‘anders’ zijn neemt af.

Er is een toename van het aantal dak- en thuislozen.

Er is een toename van het aantal demonstraties, de schaal van demonstraties neemt toe en

er ontstaan nieuwe vormen van actievoeren (bv. boerenprotest in het verkeer). Door deze

toenames neemt de kans op escalatie toe.

Er zijn veel klimaatdemonstraties, de verwachting is dat dit de komende jaren zo blijft.

De acute terrorismedreiging is afgezwakt (van dreigingsniveau 4 naar 3).

‘Dreiging van het onzichtbare’

Er zijn meer onzichtbare vormen van criminaliteit genesteld in de samenleving (bv.

cybercrime en ondermijning).

Het aantal meldingen en aangiften van cybercrime neemt fors toe. Hierbij is er meer

slachtofferschap onder burgers dan onder bedrijven, maar bedrijven maken grotere kosten.

Jongeren zijn ruimer vertegenwoordigd in het daderschap van cybercrime.

Zorgen over deepfakes nemen toe.

Er is geen zicht op het einde van de drugsoorlog, Nederland blijft een draaischijf voor de

drugshandel.

‘Gezag in de knel’

De tegenwoordige opvatting is dat het gezag van de politie afneemt, onderzoek spreekt dit

echter tegen.

De politie ervaart problemen met voldoende aanwezigheid faciliteren in wijken.

De aangiftebereidheid voor nieuwe vormen van criminaliteit (bv. cybercrime) is laag.

De politie weet niet goed hoe om te gaan met initiatieven (zoals app-groepen) waarin

buurten zich verenigen.

Er zijn meerdere geweldsincidenten en bedreigingen bijgekomen afgelopen jaar, nadat in het

Trendbeeld 2019 al werd genoemd dat het respect voor gezagsdragers af leek te nemen.

“De heftigheid van incidenten lijkt toe te nemen” – Erik Akerboom.

Experts maken zich zorgen over het verdwijnen van het respect voor de politie en de ‘fuck the

police’ en anti-overheid houding in ‘zwijgwijken’, wijken waarin burgers niet kunnen of willen

samenwerken met de politie, en onder jongeren.

Geweld in het OV, op school, tegen journalisten en in de jeugdbescherming neemt ernstigere

vormen aan.

De overheid reageert op het geweld tegen personen met een publieke taak met hardere

straffen en het toerusten van politie en handhaving met meer gewelds- en

verdedigingsmiddelen.

Page 13: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

13

Er ontstaat afstand tussen politie en burger, en de politie verliest het contact met wijken.

Negatieve berichtgeving over de politie en o.a. het probleem dat de politieorganisatie heeft

met etnisch profileren dragen mogelijk bij aan de toename van geweld tegen gezagvoerders.

Er is sprake van verharding bij verdachten, maar ook bij de politie.

Page 14: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

14

Jaarbericht 2019 Indexkaart5 gepubliceerd op: 18 juni 2020

Kern van het rapport/conclusie:

Meer geregistreerde criminaliteit: In 2019 was na jaren van daling sprake van een toename

van de geregistreerde criminaliteit, met een opvallende stijging van het aantal aangiften van

(online) fraude en oplichting. Ook het aantal aangiften van verkrachting, diefstal met geweld,

bedreiging en mensenhandel/mensensmokkel liet een toename zien.

Het totaal aantal strafzaken dat het OM in 2019 heeft behandeld is weliswaar licht gedaald

ten opzichte van vorig jaar, maar de complexiteit en de ernst van de zaken die het OM

behandelt, is toegenomen. Dat komt mede doordat de samenleving verwacht dat het OM

rekening houdt met achterliggende (multi)problematiek van de verdachte.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport:

Algemene maatschappelijke ontwikkelingen

De afgelopen jaren is de positie van slachtoffers in het strafproces versterkt

Hoge werkdruk bij het OM door bezuinigingen in combinatie met langer durende zittingen,

andere taken op het gebied van preventie en zorg en hogere eisen aan handelen, zoals

privacy-eisen aan het uitwisselen van gegevens. Investeringen die gedaan werden, gingen

samen met extra taken, zoals op het gebied van slachtofferrechten

Het maatschappelijk vertrouwen in de Nederlandse rechtspleging is groot.

Ondermijning wordt steeds zichtbaarder. Het dreigen met en plegen van geweld speelt zich

de laatste jaren steeds minder in het beslotene af.

Globalisering verandert zowel de legale als de illegale economie. Nederland vervult in de

drugsindustrie een rol als consument, producent en facilitator. Drugshandel is wereldhandel,

net als cybercrime, mensenhandel en -smokkel.

5 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze indexkaart geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.om.nl/documenten/jaarverslagen/om/map/2019-en-verder/om-jaarbericht-2019

Over dit rapport

Publicatiedatum: 16 juni 2020

Organisatie: Openbaar Ministerie

Context van het rapport: In het jaarbericht worden de cijfers over 2019 en andere cijfers

toegelicht.

Tags: Rechtsstaat en opsporing / Openbaar bestuur

Page 15: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

15

Veel van de klassieke delicten hebben nu een digitale component. Inmiddels is deze

verschuiving ook zichtbaar in de statistieken. Steeds minder Nederlanders geven aan

slachtoffer te zijn geweest van traditionele vormen van criminaliteit zoals geweld, inbraak,

diefstal en vernieling. Meer burgers zijn daarentegen slachtoffer geworden van cybercrime.

OM in cijfers 2019

Opvallend is dat in 2019 de civiele werkzaamheden van het OM voor gedwongen opname van

verwarde personen met 11% toenamen tot 32.250 gevallen.

Daarnaast constateert het OM dat de zaken gemiddeld genomen zwaarder worden en dat

steeds vaker maatwerk gevraagd wordt, ook in eenvoudige zaken.

Een grote zorg is het gebrek aan zittingscapaciteit die in 2019 verder kromp.

In 2019 was na jaren van daling sprake van een toename van de geregistreerde criminaliteit,

met een opvallende stijging van het aantal aangiften van (online) fraude en oplichting. Ook

het aantal aangiften van verkrachting, diefstal met geweld, bedreiging en

mensenhandel/mensensmokkel liet een toename zien.

De aangiftebereidheid van slachtoffers is in 2019 niet is toegenomen. De toename van het

aantal aangiften is dus niet het gevolg van een hogere aangiftebereidheid.

In totaal deed 23% van de slachtoffers aangifte, net als in 2017. Van identiteitsfraude, koop-

en verkoopfraude, hacken en cyberpesten deed slechts 8% aangifte

Net als in 2018 nam het aantal door de politie geconstateerde verkeersmisdrijven (+4%) toe,

vooral rijden onder invloed van alcohol of drugs (+13%).

Iets minder dan 14% van de Nederlanders van 16 jaar of ouder gaf aan in het afgelopen jaar

slachtoffer te zijn geworden van een misdrijf. In 2017 was dit 15% (lichte daling)

De maatschappij verwacht dat het OM rekening houdt met achterliggende

(multi)problematiek van de verdachte, om zoveel als mogelijk recidive te voorkomen. Dat

betekent meer maatwerk en meer samenwerking met ketenpartners. Het gevolg is dat de

behandeling van relatief eenvoudige strafzaken nu meer tijd en aandacht kost

Het lagere aantal ingestroomde verdachten van mensenhandel is een zorg.

De instroom van strafzaken is vrijwel gelijk aan de instroom van vorig jaar. Dat betekent dat

de sterke afname van de instroom van nieuwe strafzaken waarmee het OM tot 2017 werd

geconfronteerd, voorbij is.

Het totaal aantal behandelde strafzaken is weliswaar licht gedaald ten opzichte van vorig jaar,

maar de complexiteit en de ernst van de zaken is toegenomen.

Naast hogere straffen in de ondermijningszaken legde de rechter ook in andere strafzaken

vaker een hoge straf op. De toename van lange vrijheidsstraffen is al langer zichtbaar.

Het aantal door de Rijksrecherche onderzochte schietincidenten (waarbij agenten hun

vuurwapen gebruiken) is opvallend minder dan afgelopen jaar.

In 2019 heeft de Rijksrecherche 34 lek- en 27 corruptiezaken onderzocht. Dit geeft een

vergelijkbaar beeld met 2018. Het gaat vaak om (zeer) ernstige lek- en corruptiezaken waarbij

ook regelmatig contacten met georganiseerde criminaliteit worden waargenomen.

Page 16: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

16

Jaarlijkse Rapportage Mensenrechten in Nederland 2019 Indexkaart6 gepubliceerd op: 26-06-2020

Kern van het rapport/conclusie

In dit rapport betoogt het College voor de Rechten van de Mens dat discriminerend gedrag nog

steeds een omvangrijk, structureel en hardnekkig probleem is in Nederland, dat de sociale cohesie in

de samenleving belemmert. Discriminatie vindt veelal plaats in de publieke ruimte, zoals op straat, in

de directe woonomgeving, in publiek toegankelijke gebouwen en rondom horecagelegenheden.

(Reeksen van) incidenten zorgen voor gevoelens van onveiligheid bij een deel van de bevolking.

Discriminatie is vaak op basis van geslacht, seksuele gerichtheid, herkomst, etnische afkomst,

geloofsovertuiging of handicap. Het komt vaak voor dat een combinatie van deze kenmerken

‘aanleiding’ vormt voor discriminerend gedrag (intersectionaliteit). Slachtoffers doen vaak geen

melding of aangifte van incidenten.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport

Algemeen

Stereotypering, stigmatisering en discriminatie in het openbaar zijn structureel van aard.

Discriminerend gedrag is een omvangrijk, structureel en hardnekkig probleem in Nederland en

belemmert de sociale cohesie in de samenleving.

Er is weinig tot geen verbetering te zien wat betreft discriminerend gedrag in het openbaar.

Stereotypering en discriminerend gedrag doen afbreuk aan de fundamentele waarden van

gelijkwaardigheid, menselijke waardigheid en vrijheid.

Onveiligheid in de eigen buurt kan op veel gebieden, waaronder financieel, sociaal en

mentaal, gevolgen hebben en zijn te zien als een inbreuk op de menselijke waardigheid.

Bij discriminerend gedrag in de eigen woonomgeving komt vooral het recht op bescherming

van de persoonlijke levenssfeer in de knel.

6 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://mensenrechten.nl/nl/publicatie/5ee058401e0fec037359c28b

Over dit rapport

Publicatiedatum: 10-06-2020

Organisatie: College voor de Rechten van de Mens

Context van het rapport: Deze jaarrapportage van het College voor de Rechten van de Mens gaat

over het recht van alle mensen om veilig zichzelf te zijn in het openbaar, en over de structurele

aanwezigheid van discriminerend gedrag in de openbare ruimte en de gevolgen daarvan voor

individuen, groepen en de Nederlandse samenleving als geheel.

Tags: Rechtstaat en opsporing / Maatschappelijke samenhang

Page 17: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

17

Gevolgen van online geweld zijn: verlaagd vertrouwen in digitale veiligheid, toenemende

angstgevoelens in sommige situaties (zoals online bedreiging) omdat het voor te stellen is dat

uitingen offline daadwerkelijk zullen worden uitgevoerd.

Het aantal antisemitische incidenten is in 2019 met 35% toegenomen, volgens het CIDI.

Seksuele intimidatie buiten op straat of tijdens het uitgaan komt het meeste voor.

Van de delicten waarbij een discriminerend motief een rol speelde die bij het OM zijn

geregistreerd in 2018, zag 9% op de grond godsdienst en levensovertuiging.

Discriminerend gedrag komt voor in de eigen leefomgeving, onderweg en in en nabij

openbare gelegenheden.

Bepaalde groepen worden in het bijzonder vaak lastiggevallen om wie zij zijn (LHBTI’s

vrouwen, mensen die (zichtbaar) gelovig zijn, mensen met een beperking en mensen met een

migratie-achtergrond en een niet-westers uiterlijk.

Aandacht voor intersectionaliteit: meer dan een persoonskenmerk kan een rol spelen bij een

discriminatie-incident. Bijvoorbeeld: vrouwen met een donkere huidskleur.

De grootste groep gaf aan dat hun discriminatie-ervaring te maken had met geslacht (37%),

dit waren vrijwel alleen maar vrouwen. Politieke overtuiging was grond voor discriminerend

gedrag voor de kleinste groep (8%).

Bedreigingen en geweld hangen veel vaker samen met ziekmeldingen, financiele gevolgen, en

in het geval van geweld, ook met fysiek letsel.

Deze publicatie bevat veel illustratieve interviews en actuele cijfers.

Slachtoffers

32% van de Nederlanders voelt zich wel eens onveilig in de openbare ruimte, 14% wel eens in

de eigen buurt (in 2019).

Meer dan 10% van de Nederlanders is in 2018 beledigd, geïntimideerd, bedreigd of

aangevallen vanwege persoonskenmerken of identiteit.

Incidenten raken niet alleen direct betrokkenen, ze laten vaak ook een indruk achter op

omstanders. Wanneer bepaalde groepen bovenmatig vaak te maken krijgen met beledigingen

of geweld, dan kan het beeld ontstaan dat iedereen die tot deze groep behoort dit kan

overkomen.

Meer dan de helft van de slachtoffers heeft meerdere losstaande incidenten meegemaakt.

Een op de twaalf heeft meerdere incidenten meegemaakt met dezelfde daders.

Mensen met een beperking ervaren vaker discriminatie op straat, in de buurt en in de woning

dan mensen zonder een beperking.

In 2019 werd 13% van de Nederlanders het slachtoffer van een of meer vormen van

cybercrime (hacken, vermogensdelicten, identiteitsfraude, maar ook cyberpesten en online

seksuele intimidatie).

15% van de mensen die een ervaring hebben gehad met discriminerend gedrag, heeft dit

online meegemaakt. Ook in de online omgeving is het voor bepaalde groepen mensen niet

veilig om zichzelf te zijn en zich vrij te uiten.

Met name jonge vrouwen zijn het slachtoffer van vormen van cybergeweld als cyberstalking

en cyberpesten.

Ook transgenders krijgen regelmatig te maken met cyberpesten.

Herhaald slachtofferschap komt bij cyberpesten vaker voor, in tegenstelling tot vormen van

offline geweld.

Page 18: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

18

Cyberincidenten met seksuele bedoelingen, treffen het vaakst jonge vrouwen.

Van de mensen die in 2019 te maken hebben gehad met discriminerend gedrag, heeft 52%

dit ook meegemaakt op straat.

20% van de discriminatie-incidenten gebeurt op straat, het gaat meestal om herkomst en

seksuele gerichtheid. Er is vaak sprake van fysiek geweld (23% gevallen).

Mensen bij wie het enigszins of duidelijk herkenbaar is dat zij (ook) een achtergrond buiten

Nederland hebben, ervaren meer discriminatie op straat dan mensen bij wie dit minder

herkenbaar is.

Veel mensen van Aziatische afkomst hebben te maken met racistische of stigmatiserende

opmerkingen als gevolg van het coronavirus (dit gedrag vond echter ook al plaats voor

corona).

Mensen die zichtbaar religieus zijn ondervinden regelmatig beledigingen en fysiek geweld op

straat vanwege hun geloof (bv. Moslimvrouwen).

Vooral vrouwen en jonge meisjes zijn slachtoffer van (seksuele) straatintimidatie.

Geweld en discriminerend gedrag leiden ertoe dat mensen zich niet veilig voelen om zichzelf

te zijn in de openbare ruimte.

Met name jonge vrouwen worden het slachtoffer seksuele intimidatie tijdens het uitgaan.

Slachtoffers denken dat melding geen zin heeft en dat de politie er niks mee zal doen.

45% van de deelnemers geeft aan dat zij zich als gevolg van de incidenten meer op de eigen

groep of op bekenden zijn gaan richten.

Twee derde van de deelnemers gaf aan dat zij op de een of andere manier mijdingsgedrag

vertonen (bv. ov, bepaalde openbare plekken, maar ook bepaalde websites).

Plaats

Bijna een derde van de discriminatie-incidenten die politie in 2018 heeft geregistreerd,

speelde zich in de directe woonomgeving van de betrokkenen af. Meestal ging het om

herkomst en seksuele gerichtheid.

Er kwamen in de directe woonomgeving ook stelselmatige vormen van discriminatie voor

tegen homoseksuele stellen, mensen met een migratieachtergrond en vluchtelingen.

De meeste geweldsincidenten, zoals seksuele delicten, mishandeling en bedreiging, vinden

plaats op straat.

Van de mensen met een discriminatie-ervaring in 2019 heeft 43% dit ook ervaren in publiek

toegankelijke gebouwen.

Straatintimidatie en seksuele intimidatie komen veel voor rondom uitgaansgelegenheden.

Betreffende horeca, ontvangt de politie met name meldingen over discriminatie op grond van

herkomst. Verder meldingen over seksuele diversiteit, handicap en chronische ziekte.

Discriminatie in de openbare ruimte bestond vooral uit verbale belediging (90%), 16% gaf aan

dat het ging om een schriftelijke belediging.

Meldingen en aangiftes

Veruit de meeste gevallen van discriminerend gedrag worden niet gemeld bij de politie (72%).

52% geeft aan de kans op resultaat klein te achten, 16% wist niet waar ze hun discriminatie-

ervaring moesten melden.

Hoewel discriminerend gedrag in de leefomgeving het vaakst wordt gemeld, is ook dit in niet

meer dan 38% van de gevallen.

Page 19: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

19

Aangiftebereidheid bij slachtoffers van hatecrime is laag. Redenen hiervoor zijn dat

slachtoffers denken dat dit niet zal helpen, er sprake is van slechte bejegening, en door een

gevoel van gebrek aan herkenning en erkenning van het discriminatieaspect.

Slachtoffer van cybergeweld, zoals laster of bedreiging, doen lang niet altijd melding of

aangifte bij de politie.

Page 20: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

20

Externe publicaties

Dader of slachtoffer? Criminele uitbuiting; verkenning onder

Nederlandse scholen. Indexkaart7 gepubliceerd op: 21-04-2020

Kern van het rapport/conclusie:

Dit onderzoeksrapport geeft een inkijk in de aard en omvang van criminele uitbuiting in Nederland. De

aanleiding voor dit onderzoek is de zeer beperkte signalering en opsporing van slachtoffers van deze

criminaliteit. Het CKM beschrijft criminele uitbuiting als : “het uitbuiten van individuen door hen

strafbare feiten te laten plegen zoals zakkenrollen, winkeldiefstal, drugshandel en soortgelijke

strafbare feiten waarmee financieel gewin is gemoeid”. Criminele uitbuiting lijkt met name

gerelateerd aan drugshandel, en in mindere mate ook aan diefstal. Slachtoffers zijn jong en

kwetsbaar, en hebben vaak ook andere problemen. Criminele uitbuiting is vaak onzichtbaar, waardoor

officiële cijfers een beeld creëren dat deze vorm van uitbuiting nauwelijks voorkomt. Scholen maken

zich echter in toenemende mate zorgen over hun leerlingen en vinden aandacht voor dit probleem

van groot belang. De noodzaak voor een aanpak van criminele uitbuiting neemt volgens het CKM toe.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport

Probleem

Officiële cijfers creëren een beeld dat criminele uitbuiting nauwelijks voorkomt, dit komt door

de slechte zichtbaarheid van deze vorm van uitbuiting

NL: veel geld voor aanpak ondermijning en drugshandel, MAAR nauwelijks aandacht voor

criminele uitbuiting (deze aandacht is momenteel wel aan het toenemen)

7 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://hetccv.nl/fileadmin/Bestanden/Onderwerpen/Criminele_uitbuiting/RapportCrimineleuitbuitingCKM.pdf

Over dit rapport

Publicatiedatum: 18-02-2020

Organisatie: Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel (CKM)

Context van het rapport: Het Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel heeft een peiling

onder scholen gehouden om meer zicht te krijgen op de aard en omvang van criminele uitbuiting

onder Nederlandse jongeren. Aan de peiling werkten 277 middelbare scholen en mbo’s mee.

Tags: Rechtsstaat en opsporing

Page 21: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

21

Signalering en opsporing van slachtoffers van criminele uitbuiting is zeer beperkt door het

gebrek aan zicht op dit probleem

Onderscheid tussen slachtoffers van criminele uitbuiting en minderjarige daders is slecht vast

te stellen

Slachtoffers van criminele uitbuiting worden vaak gestraft alsof zij minderjarige daders zijn

Werkelijke daders blijven buiten schot

Scholen spelen een zeer beperkte rol in de aanpak van criminele uitbuiting

De noodzaak voor een aanpak van criminele uitbuiting neemt toe.

Huidige cijfers/feiten

55% VO-scholen en 46% van de mbo-scholen heeft zorgen over mogelijke uitbuiting op hun

school

Middelbare scholen maken zich vaker zorgen dan mbo-scholen (1/10 VO-scholen heeft min. 1

keer per maand zorgen over een leerling)

Er is een toename van zorgen bij VO- en mbo-scholen over mogelijke uitbuiting op scholen

(toename van 63% bij VO; toename van 40% bij mbo)

Zorgen gaan bij de scholen over zowel onder- als bovenbouw, zowel over jongens als over

meisjes

Zorgen gaan bij scholen vooral over drugshandel, en in mindere mate ook over diefstal

Scholen vinden aandacht voor criminele uitbuiting van groot belang

Schoolmedewerkers zoeken bij zorgen over een leerling contact met het eigen bestuur en/of

de wijkagent

Resultaten casestudies

Criminelen spelen in op de positie van leerlingen (die nieuwgierig zijn, willen experimenteren,

onzeker zijn, groepsdruk ervaren), met name als zij kwetsbaar zijn (slechte thuissituatie,

gedragsproblemen, problemen op school)

Daders van criminele uitbuiting kunnen van buiten de school zijn, maar kunnen ook (jonge)

leerlingen zijn

Daders van criminele uitbuiting zijn vaak vermoedelijk deel van een crimineel netwerk of een

jeugdbende

Signalen crimineel daderschap of uitbuiting: oververmoeidheid, storing in het

onderwijsproces, geen motivatie, nieuwe/dure kleding, meerdere telefoons, hoge

afwezigheid, slecht functioneren, bijbaantjes tot midden in de nacht, altijd smoesjes hebben.

Document bevat interessante, goed geschreven voorbeelden uit casussen.

Page 22: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

22

Jaarverslag 2019 Indexkaart8 gepubliceerd op: 11-05-2020

Kern van het rapport/conclusie In dit rapport worden ontwikkelingen binnen de organisatie Slachtofferhulp Nederland,

ontwikkelingen in de media en online ontwikkelingen beschreven. De organisatie is telefonisch en

online beter bereikbaar geworden, wat heeft geleid tot de toename van zowel online als offline

dienstverlening aan slachtoffers in 2019. Daarnaast mag de organisatie sinds kort persoonsgegevens

en juridische informatie inzien t.b.v. de juridische dienstverlening. In de media is er steeds meer

aandacht voor ervaringsdeskundigen i.p.v. experts. Daarnaast wordt gemeld dat het aantal

contactverboden verzevenvoudigd is in de afgelopen 5 jaar. Een online ontwikkeling die is

waargenomen is dat het aantal mensen dat op internet informatie zoekt naar online fraude is

toegenomen in 2019.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport Online

Slachtofferhulp Nederland nam een toename waar van het aantal mensen dat op internet

informatie zocht naar online fraude (voornamelijk betreffende betaalverzoekfraude,

aankoopfraude en hackers.

Organisatie

Slachtofferhulp Nederland kan sinds september persoonsgegevens en relevante juridische

informatie van burgerss inzien t.b.v. juridische dienstverlening (incl. BSN).

Slachtofferhulp Nederland is online beter vindbaar geworden en heeft telefonische

openingstijden verruimd, dit faciliteerde een toename van het aantal aanmeldingen.

8 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.slachtofferhulp.nl/globalassets/media/corporate-nieuws/2020/jaarverslag-2019-29-april-2020.pdf

Over dit rapport

Publicatiedatum: 30-04-2020

Organisatie: Slachtofferhulp Nederland

Context van het rapport: Dit rapport biedt een terugblik op de organisatie Slachtofferhulp

Nederland in 2019. Hierbij wordt aandacht besteed aan organisatorische ontwikkelingen en

maatschappelijke ontwikkelingen.

Tags: Rechtstaat en opsporing

Page 23: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

23

Toename van de dienstverlening aan slachtoffers in 2019 (3% meer aanmeldingen t.o.v.

2018).

Toename online dienstverlening aan slachtoffers in 2019 (49% meer diensten t.o.v. 2018).

Media-aandacht

Nieuwsuur/Raad voor rechtsspraak: het aantal opgelegde contactverboden is in 5 jaar tijd

verzevenvoudigd (dit wordt gezien als een positieve ontwikkeling, al is er twijfel over de

effectiviteit van contactverboden).

Er is (steeds) meer aandacht in de media voor ervaringsdeskundigen i.p.v. experts.

Slachtoffers, nabestaanden en achterblijvers van misdrijven, vermissingen en andere

calamiteiten komen vaker aan het woord.

Page 24: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

24

Jaarverslag Bureau Financieel Toezicht 2019 Indexkaart9 gepubliceerd op: 26-05-2020

Kern van het rapport/conclusie

Het jaarverslag biedt inzicht in cijfers, ontwikkelingen en waarnemingen. Criminelen gebruiken

notarissen, accountants, etc. om grootschalig vermogen wit te wassen, dit werkt op lange termijn

ontwrichtend voor de maatschappij. Er komen meer kwesties van financieel misbruik bij ouderen naar

boven. Er is een toename van het aantal dossiers en het aantal meldingen van ongebruikelijke

transacties. Digitalisering, automatisering en een steeds complexere bedrijfsstructuren bemoeilijken

de taken van het BFT en maken het werk meer tijdrovend en complexer. In veel onderzoeken bij

notarissen en gerechtsdeurwaarders, en bij onderzoeken van de Wwft, werden normschendingen

gevonden. Er is een groeiend aantal notarissen dat aan de normen voldoet. Er is meer twijfel over

onafhankelijkheid en onpartijdigheid van gerechtsdeurwaarders, door de macht van opdrachtgevers

en financiële prikkels, na jaren van structurele omzetdaling. Het aantal tuchtklachten tegen

gerechtsdeurwaarders is toegenomen.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport

Algemeen

Vanuit zijn wettelijke taak draagt het BFT bij aan rechtszekerheid en een integer werkend

financieel stelsel.

Trends

Algemeen

Criminelen wenden zich tot professionals zoals accountants, fiscalisten, notarissen, trust-

kantoren en anderen om vermogen te witwassen, omdat deze specialistische kennis moeilijk

9 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.bureauft.nl/wp-content/uploads/2020/03/Jaarverslag-BFT-2019-1.pdf

Over dit rapport

Publicatiedatum: 13 maart 2020

Organisatie: Bureau Financieel Toezicht (BFT)

Context van het rapport: In het jaarverslag van het Bureau Financieel Toezicht (BFT) legt de

organisatie verantwoording af over de activiteiten die het bureau in 2019 heeft verricht en de

keuzes die het heeft gemaakt. Tevens gaat het BFT in op de doorontwikkeling die in 2019 is

gestart.

Tags: Rechtsstaat en opsporing

Page 25: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

25

te vinden is binnen het criminele circuit. Op de lange termijn werkt het inbrengen op grote

schaal van crimineel vermogen ontwrichtend op de maatschappij.

Er komen meer kwesties waarbij financieel misbruik wordt gemaakt van ouderen. Hierover

komen diverse signalen van de politie/OM.

Notariaat:

Er zijn digitale ontwikkelingen gaande binnen het notariaat, zoals artificial intelligence en

blokchaintoepassingen.

Producten die een notaris moet kunnen leveren worden steeds complexer, specialistischer en

diverser. Dit heeft als gevolg dat de éénmanskantoren grotendeels (zullen) verdwijnen en

plaats maken voor grotere kantoren met juridisch adviseurs. Hierdoor komen er minder

notarissen, meer toegevoegd notarissen en meer kandidaat-notarissen.

Documenten zullen in de toekomst steeds meer (deels) geautomatiseerd tot stand komen. Dit

brengt risico’s als het gaan om de poortwachtersfunctie van het notariaat en naleving van

Wwft-regels.

Het aantal ingediende tuchtklachten vanuit het BFT tegen notarissen nam met bijna 50% af in

2019.

De ontwikkelingen in het notariaat hebben als gevolg dat onderzoeken tijdrovender en

ingewikkelder worden. Er blijft te weinig tijd over voor reguliere onderzoeken.

Gerechtsdeurwaarderij:

De onafhankelijkheid van de gerechtsdeurwaarder wordt enigszins onder druk gezet, o.a.

door de macht van opdrachtgevers en financiële prikkels.

Onafhankelijkheid en onpartijdigheid van gerechtsdeurwaarders is onder discussie komen te

staan.

Er zijn steeds meer ingewikkeldere bedrijfsstructuren in de gerechtsdeurwaardersbranche.

Het aantal tuchtklachten vanuit het BFT tegen gerechtsdeurwaarders nam fors toe in 2019,

wel was grotendeels sprake van (gelijkluidende) tuchtklachten tegen gerechtsdeurwaarders

die bij dezelfde kantoren werkzaam waren.

De ontwikkelingen in de gerechtsdeurwaarderij hebben als gevolg dat toezicht lastiger wordt,

met name door digitalisering en lastige bedrijfsstructuren. Tevens maken deze structuren

onderzoeken tijdrovender en complexer.

Toezicht op de Wwft:

Het wordt steeds moeilijker bij (kleine) administratiekantoren om te voldoen aan de

onderzoekseisen die gedaan moeten worden vanuit de poortwachtersrol en de Wwft-

verplichtingen.

Zowel bij accountants- als notariskantoren is een significante stijging van het aantal

meldingen van ongebruikelijke transacties zichtbaar.

Page 26: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

26

Veiligheidsmonitor 2019 Indexkaart10 gepubliceerd op: 16-04-2020

Kern van het rapport/conclusie De veiligheidsmonitor geeft inzicht in actuele cijfers rondom veiligheid en criminaliteit, en de

ontwikkelingen t.o.v. voorgaande jaren (en decennia). De algemene lijn van het rapport is dat

criminaliteit landelijk gezien afneemt (m.u.v. cybercrime, dit neemt toe). Burgers voelen zich veiliger

en ervaren minder overlast dan in voorgaande jaren. Het gevoel van ‘leefbaarheid’ in buurten is licht

toegenomen. Ook is er meer tevredenheid over contact met de politie en het functioneren van de

politie. Er zijn regionale verschillen, inwoners van grote steden (70.000+) zijn bijvoorbeeld meer

tevreden over het functioneren van de politie dan inwoners van minder stedelijke gebieden. Deze

steden zien echter geen afname van overlast, in tegenstelling tot het landelijk beeld. In de G4 is er

daarnaast geen sprake van een daling in criminaliteit.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport Leefbaarheid en overlast in woonbuurt

Afname buurtoverlast (hondenpoep, jongeren, dronken mensen, lastiggevallen worden op

straat).

Lichte toename leefbaarheidscijfer (totaalbeoordeling van sociale cohesie, overlast, etc.)

Lichte toename ‘thuis voelen’ in wijk en saamhorigheid

Toename rommel op straat en vernieling straatmeubilair

Toename overlast door te hard rijdende verkeersdeelnemers

Veiligheidsbeleving

Afname algemeen gevoel van onveiligheid (34% t.o.v. 2005)

Afname gevoel van onveiligheid in de eigen buurt

10 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: [https://www.cbs.nl/nl-nl/publicatie/2020/10/veiligheidsmonitor-2019]

Over dit rapport

Publicatiedatum: 02-03-2020

Organisatie: CBS

Context van het rapport: Dit is een periodiek bevolkingsonderzoek naar leefbaarheid, veiligheid

en slachtofferschap van criminaliteit. Het bevat trends en ontwikkelingen, en uitsplitsingen naar

politieregio’s en (middel-)grote gemeenten en naar persoonskenmerken

Tags: Rechtstaat en opsporing / openbaar bestuur

Page 27: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

27

Afname vermijdingsgedrag (vb.: ’s avonds deur niet opendoen, route aanpassen om onveilige

plekken te vermijden, etc.)

Afname onveiligheidsgevoel door groepen jongeren, rond uitgaansgelegenheden en thuis

Slachtofferschap criminaliteit

Afname ‘traditionele’ criminaliteit (gewelds-, vermogens- en vandalismedelicten), m.u.v. de

G4

Lichte daling bedreiging en mishandeling

Afname fiets- en algemene diefstal, auto- en woninginbraak

Na een periode van afname, is het aantal autodiefstallen sinds 2017 gelijk gebleven

Afname vernielingen

Toename cybercrime (meest voorkomend: hacken, koop- en verkoopfraude, cyberpesten, en

identiteitsfraude)

Toename koopfraude is groot

Burgers en politie:

Afname contact met politie (meldingen, aangiftes, bekeuringen, waarschuwingen, maar ook

praatje maken etc.)

Toename tevredenheid over contact met de politie

Toename tevredenheid over het functioneren van de politie

Toename tevredenheid over de zichtbaarheid van de politie in de wijk

Preventie:

Lichte stijging sociaal-preventief gedrag

Lichte daling in preventieve voorzieningen in/rond woningen

Page 28: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

28

Spanning in detentie Indexkaart11 gepubliceerd op: 27-05-2020

Kern van het rapport/conclusie De regering heeft bepaalde doelstellingen met de vrijheidsstraf: naast vergelding is het doel van de

straf om re-integratie van gedetineerden tot stand te brengen waarbij de gedetineerde zelf invloed

heeft op het detentieverloop.

Werklast

de werklast van Penitentiair Inrichtingswerkers (PIW’ers) is toegenomen door personele

uitstroom, de toenemende complexiteit van de doelgroep en extra taken, zoals het

beoordelen van gedrag.

Daarnaast beschikken PIW’ers niet altijd (meer) over de juiste competenties. Soms vereisen

de kabinetsdoelstellingen bijvoorbeeld nieuwe competenties die momenteel ontbreken.

Hierdoor is er een spanning ontstaan tussen de beleidsambities op het gebied van re-

integratie en de beoordeling van gedrag en de uitwerking hiervan in de praktijk.

Veiligheid

Een andere spanning betreft de veiligheid binnen detentie: veiligheid in detentie is een

knelpunt. Dit heeft vermoedelijk te maken met een wijziging in de aard van de doelgroep

(complexere problematiek, agressiever).

Daarbij hebben piw'ers minder tijd voor reguliere veiligheidsmaatregelen zoals toezicht en

controles. Ook is er minder tijd voor de bejegening van gedetineerden, waarmee de

‘relationele veiligheid’ in de verdrukking komt.

11 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze rapportscan geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.rsj.nl/documenten/rapporten/2019/12/17/advies-spanning-in-detentie

Over dit rapport

Publicatiedatum: 27 november 2019

Organisatie: Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ)

Context van het rapport: De Afdeling advisering van de Raad voor Strafrechtstoepassing en

Jeugdbescherming (RSJ) heeft een advies uitgebracht over ‘spanning in detentie’. Spanning in

detentie ontstaat daar waar praktijk, regels, beleid en maatschappelijke opvattingen niet

(voldoende) op elkaar aansluiten of elkaar tegenwerken. Dit kan ertoe leiden dat rechten in het

gedrang komen en het bereiken van strafdoelen in gevaar komt.

Tags: Rechtsstaat en opsporing

Page 29: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

29

Door het ontbreken van eenduidige en algemeen gehanteerde definities vindt geen adequate

registratie van geweld in de PI’s plaats.

Bovendien hebben betrokkenen aangegeven dat er signalen zijn dat er onder gedetineerden

sprake is van verborgen onveiligheid.

Beklag en beroep

De RSJ constateert ook een spanning rondom beklag en beroep. Het aantal beklag- en

beroepszaken is in de afgelopen jaren toegenomen terwijl het aantal gedetineerden juist is

gedaald. Dit is vermoedelijk mede een gevolg van het feit dat de piw'er weinig tijd overhoudt

voor de bejegening van gedetineerden.

Onenigheden worden hierdoor eerder formeel beslecht (via beklag en beroep) dan langs

informele weg opgelost (contacten, gesprekken). In de praktijk lijkt een ‘klagen-om-te-klagen-

cultuur’ te zijn ontstaan. De RSJ constateert dat het stelsel van beklag en beroep zodanig

verstopt is geraakt, dat de behandeling van serieuze klachten van gedetineerden (vanwege

lange doorlooptijden) in het gedrang komt.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport Inleiding

Tegelijkertijd blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat gedetineerden steeds meer antisociaal

gedrag laten zien en in toenemende mate met verslavingsproblematiek, psychische

problematiek en verstandelijke beperkingen te maken hebben.

Daarnaast worden in penitentiair beklag en beroep in toenemende mate regels uit het

strafprocesrecht toegepast en roepen gedetineerden daarbij vaker dan vroeger de hulp van

een advocaat in: er is sprake van juridisering.

Deze ontwikkelingen kunnen op zichzelf of in combinatie met elkaar leiden tot allerlei vormen

van spanning in de tenuitvoerlegging van sancties: daar waar praktijk, regels, beleid en

maatschappelijke opvattingen elkaar in de weg zitten of elkaar tegenwerken, kan spanning

ontstaan. Deze spanning kan erin resulteren dat rechten en strafdoelen in het gedrang

komen.

Beleid versus praktijk

Er blijkt een spanning te bestaan tussen het beleid ten aanzien van de tenuitvoerlegging van

vrijheidsstraffen en de realisatie daarvan in de praktijk. De tenuitvoerlegging van

vrijheidsstraffen wordt dienstbaar gemaakt aan de re-integratie van gedetineerden.

Tijdens vrijwel alle gesprekken die voor dit advies zijn gevoerd is naar voren gebracht dat met

name de piw-ers een zeer hoge werklast hebben. De werklast van piw-ers is al jaren hoog en

is de laatste jaren toegenomen doordat er extra taken voor hen bij zijn gekomen, onder meer

in verband met de gedragsbeoordeling in het kader van het promoveren en degraderen.

Bovendien is de doelgroep complexer geworden en is met de sluiting van een aantal

inrichtingen een ‘leegloop’ van piw-ers op gang gekomen.

Alhoewel DJI veel investeert in de werving van nieuw personeel, is de personele bezetting

(nog) niet voldoende aangepast aan deze veranderde situatie.

Een knelpunt is bovendien dat de vaardigheden van de piw-er voor sommige van zijn taken

niet altijd toereikend zijn.

Page 30: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

30

Ten tijde van het opstellen van dit advies is in het kader van de implementatie van de ‘Visie

op het gevangeniswezen’ een aantal maatregelen genomen/voorbereid die mogelijk tot een

verlichting van de knelpunten kunnen gaan leiden.

o Zo hebben PI’s extra budget gekregen voor het aanstellen van extra casemanagers

met het oog op extra hulp en begeleiding van gedetineerden in het kader van de

persoonsgerichte aanpak.

Door de toegenomen werklast van de piw-ers en het feit dat de competenties van piw-ers

niet altijd toereikend zijn, dreigen de beleidsdoelstellingen van het kabinet in gevaar te

komen.

Daarnaast heeft de beschreven situatie consequenties voor de veiligheid in de PI’s, aangezien

piw-ers minder tijd hebben voor reguliere veiligheidsmaatregelen zoals toezicht en controles.

Hoewel het uitgangspunt is om gedetineerden in principe regionaal te plaatsen, is het in de

praktijk niet altijd mogelijk dit te realiseren. Daarvoor zijn diverse redenen. Sommige

gedetineerden dienen te worden geplaatst in een ‘landelijke voorziening’, zoals een

penitentiair psychiatrisch centrum, die op slechts enkele locaties in het land beschikbaar zijn.

Daarnaast is de detentiecapaciteit niet evenredig over de verschillende regio’s verspreid,

mede als gevolg van sluiting van PI’s.

Wat betreft de rechtsongelijkheid tussen gedetineerden die deelnemen aan bepaalde pilots

en degenen die dat niet doen: deze rechtsongelijkheid is conform uitspraken van de

beroepscommissie te rechtvaardigen, wanneer goed wordt gemotiveerd wat de reden is om

af te wijken en mits de pilot in tijd begrensd is, dat wil zeggen een vaste einddatum heeft.

Veiligheid in detentie

Met enige regelmaat zijn er in PI’s geweldsincidenten tussen gedetineerden. Er is geen goed

beeld van de aard en omvang van geweldsincidenten. Dit is het gevolg van het ontbreken van

eenduidige en algemeen gehanteerde definities en werkomschrijvingen waardoor een

eenduidige en adequate registratie van geweld ontbreekt.

Bovendien is de onveiligheid deels van verborgen aard.

Geweld in de PI’s hangt samen met 1) de hoge werklast van piw-ers waardoor de relationele

veiligheid in het gedrang komt en er bovendien onvoldoende tijd is voor reguliere

veiligheidsmaatregelen en 2) het feit dat in de PI’s een agressievere doelgroep verblijft dan

voorheen, en 3) er meer sprake is van multiproblematiek (psychische stoornissen, verslaving).

Beklag en beroep

Sinds de invoering van het formele beklag- en beroepsrecht binnen detentie groeit het aantal

beklag- en beroepszaken gestaag. Dit leidt ertoe dat klachten veelal niet binnen de wettelijke

termijnen (commissies van toezicht) en streefnormen (beroepscommissie RSJ) kunnen

worden afgedaan. Gedetineerden moeten hierdoor vaak lang op een uitspraak wachten

waardoor deze effect verliest.

De toename van het aantal klachten lijkt voort te komen uit een verharding van de

verhoudingen binnen detentie. De RSJ concludeert dat er een vicieuze cirkel lijkt te bestaan

tussen de werkdruk van het personeel en de grote hoeveelheid klachten.

Daarnaast zijn er signalen dat gedetineerden doelbewust ‘klagen om te klagen’, waardoor ook

een grote hoeveelheid futiele klachten wordt ingediend. Daarvan zijn ook gedetineerden met

legitieme klachten de dupe.

Page 31: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

31

Page 32: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

32

Opiniepeilingen

JenV monitor tweede meting Indexkaart12 gepubliceerd op: 01-07-2020

Kern van het rapport/conclusie

Men is beter bekend met de term ‘ondermijnende criminaliteit’ dan in september 2019. Het

vertrouwen in de mate waarin cybercriminaliteit teruggedrongen kan worden is licht gedaald.

De perceptie dat rechters onafhankelijk zijn, is licht gestegen. De perceptie dat straffen te

laag zijn en gedetineerden teveel vrijheid hebben, is gedaald.

Men is minder positief geworden over de behandeling van asielzoekers die wachten op een

beslissing. Men vindt iets minder vaak dat het belang van het kind voorop moet staan in de

vraag of kinderen van asielzoekers in Nederland mogen blijven.

JenV wordt minder vaak geassocieerd met betrouwbaarheid en innovatie dan in sept 2019.

Belangrijkste inzichten uit dit rapport

Veiligheid

Een ruime meerderheid (85%) van de NL’ers voelt zich (heel) veilig

Er is nog steeds een grote meerderheid van mening dat privacyregels voor Politie en Justitie

versoepeld moet worden en dat dit zal leiden tot effectievere misdaadbestrijding.

De meningen over het gebruik van softdrugs zijn nog steeds evenredig verdeeld (36%

acceptabel, 37% onacceptabel, 28% neutraal). Harddrugs daarentegen worden door een

grote meerderheid als onacceptabel gezien.

Het draagvlak voor het legaliseren van softdrugs is nog altijd vele malen hoger dan voor

harddrugs, al is men over XTC iets progressiever dan cocaïne. Het meest gehoorde argument

12 Disclaimer: de Centrale Eenheid Strategie heeft in deze indexkaart geprobeerd zo accuraat mogelijk de informatie uit het artikel in beknopte vorm weer te geven. Deze informatie is echter geen eigendom van de Centrale Eenheid Strategie en dient uitsluitend de kennisdeling binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Voor achtergrondinformatie, onderzoeksmethoden en de bronnenlijst verwijzen wij u graag door naar het originele artikel: https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/documenten/rapporten/2020/07/13/jenv-monitor-tweede-meting

Over dit rapport

Publicatiedatum: juli 2020

Organisatie: Kantar

Context van het rapport: Het ministerie van Justitie en Veiligheid doet regelmatig onderzoek naar

meningen in de samenleving over belangrijke thema’s op het terrein van Justitie en Veiligheid. In

dat kader hebben in maart 2020 ruim 1200 Nederlanders een online vragenlijst ingevuld. De

resultaten zijn opgenomen in de tweede rapportage van de JenV-monitor.

Tags: Rechtsstaat en opsporing / Internationaal en migratie / Openbaar bestuur

Page 33: Bundel Indexkaarten voor het subthema Daders en Slachtoffers...2020/09/01  · opleidingsniveau dan daders van traditionele criminaliteit. Jonge daders zijn vaak niet kwaadwillend,

33

voor legalisatie van harddrugs is dat gebruik beter te reguleren zal zijn. Tegenstanders vinden

vooral dat legalisatie een verkeerd signaal zal afgeven, namelijk dat drugsgebruik goed is.

De bekendheid van de term ‘ondermijnende criminaliteit’ is significant gestegen (nu ongeveer

een derde). Bijna de helft vindt ondermijnende criminaliteit het ernstigst omdat er plekken

ontstaan waar criminelen het voor het zeggen hebben.

Slechts een klein gedeelte (9%) denkt dat Politie en Justitie zeer/tamelijk goed in staat zijn om

ondermijnende criminaliteit terug te dringen. Dit is gelijk gebleven tov september 2019

Ongeveer driekwart geeft aan (zeer) waarschijnlijk bereid te zijn tips te geven aan de politie

als zij iets merken van ondermijnende criminaliteit

Een kleine meerderheid (54%) denkt dat Politie en Justitie zeer/tamelijk slecht in staat zijn om

cybercriminaliteit terug te dringen. Dit is een lichte stijging tov september 2019 (was 49%)

Rechtsstaat

1 op de 6 mensen denkt dat rechters in NL onafhankelijk zijn, een lichte stijging tov

september 2019. 36% is het er (grotendeels) mee eens dat iedereen in NL dezelfde

mogelijkheden heeft om naar de rechter te stappen (32% vindt van niet, 26% is neutraal).

De meerderheid van de mensen vindt dat de straffen in NL te mild zijn en dat gedetineerden

teveel vrijheid hebben, al zijn beide opvattingen licht gedaald

Ruim de helft ondersteunt verlof aan het eind van detentie om praktische zaken te regelen.

Over tussentijds verlof is men een stuk minder positief.

Over een aantal zaken rond tbs blijkt nog een gebrek aan kennis te zijn – hoofdzakelijk of tbs

meestal wel of niet in plaats van een gevangenisstraf komt

Er is nog steeds een meerderheid (53%) van mening dat er vanuit Politie en Justitie

onvoldoende aandacht wordt besteed aan slachtoffers en nabestaanden

Migratie

Men denkt, net als in september 2019, dat het grootste gedeelte van de migrantengroepen

van de afgelopen jaren bestaat uit vluchtelingen

Slechts één op de 10 burgers vindt dat migratie een tamelijk of heel positieve impact heeft op

de Nederlandse samenleving

Bij het toelatingsbeleid van arbeidsmigranten denkt men voornamelijk dat er te weinig

rekening wordt gehouden met werknemers en de samenleving/cultuur

Een meerderheid (65%) vindt dat de Nederlandse overheid te weinig doet om

overlastgevende asielzoekers aan te pakken

Een meerderheid (70%) is voor het direct terugsturen van overlastgevende asielzoekers,

zonder dat zij hun procedure mogen afwachten

Bij uitgeprocedeerde asielzoekers met kinderen stelt ongeveer de helft (52%) dat het belang

van het kind voorop moet staan. Dit is een lichte daling tov sept 2019.

Ongeveer een derde denkt dat NL asielzoekers (zeer) goed behandelt. In de categorie

asielzoekers die wachten op een beslissing is dat een significante daling.

Circa één op de vijf heeft wel eens signalen van mensenhandel opgemerkt.

Corporate

Betrouwbaarheid wordt nog steeds als belangrijkste factor gezien – echter herkennen in de

huidige meting minder mensen deze eigenschap terug in JenV.