afdeling Bouwen, Wonen en Interieur

Stagewerkboek

beroepsoriënterende stage

leerjaar 4

2016/2017

InhoudVoorwoord.........................................................................................................................................................3

1

Inleiding.............................................................................................................................................................4

Het Stageboek..............................................................................................................................................4

Bij afwezigheid..............................................................................................................................................4

Belangrijke Informatie......................................................................................................................................4

De stage.......................................................................................................................................................4

1. Het doel van deze stage..................................................................................................................5

2. Tijdstip en tijdsduur van de stage...................................................................................................5

3. Gereedschap en PBM’s...................................................................................................................5

4. Begeleiding........................................................................................................................................5

5. Gedrag en werkhouding..................................................................................................................5

Het stageverslag...........................................................................................................................................6

De beoordeling.............................................................................................................................................6

Afspraken, Regels en Verantwoordelijkheden.............................................................................................8

Algemeen......................................................................................................................................................8

De stagiair ( de leerling )............................................................................................................................8

De stageverlener ( het bedrijf )...................................................................................................................8

De ‘leermeester’ ( de praktijkopleider binnen het bedrijf ).....................................................................8

Richtlijnen uit Arbo-besluit, speciaal voor jongeren..................................................................................10

Jouw gedrag bij de eerste kennismaking en tijdens de Stage.................................................................12

Bij de eerste kennismaking.......................................................................................................................12

Tijdens de stage zelf..................................................................................................................................12

Leidraad bij het eerste Kennismakingsgesprek.........................................................................................13

NEEM JE STAGEBOEK MEE..................................................................................................................13

Jouw planning.................................................................................................................................................14

Het stageverslag...........................................................................................................................................16

Korte beoordeling per dag door ‘de praktijkopleider’.................................................................................17

Korte beoordeling per dag door de ‘praktijkopleider’.................................................................................18

VOORBEELD Werkstaat en urenverantwoording per dag......................................................................21

Werkstaat en urenverantwoording per dag................................................................................................22

Werkstaat en urenverantwoording per dag................................................................................................23

Beoordeling stageverslag klas 4..................................................................................................................29

2

Voorwoord

Beste jongens en meisjes,Binnenkort hoop je voor de tweede keer op stage te gaan. Was je eerste stage arbeidsoriënterend, nu in leerjaar 4 wordt het een beroepsoriënterende stage. Je gaat dan kennis maken met het beroepenveld van de afdeling Bouwtechniek.

Wat óók heel belangrijk voor je is : de stage is óók onderdeel van je examenprogramma.Daarom moet je stagecijfer ook minimaal een 6.0 zijn.Bereid je dan ook goed voor op je stage. Lees je stagewerkboek alvast goed door, voordat je op kennismakingsgesprek gaat. Met name de “Leidraad voor het gesprek en het maken van afspraken”. Maak daarvan ook ter plekke aantekeningen, en denk niet: Dat onthoud ik wel.

Kortom: Maak er een mooie stageperiode van.

Véél succes. je stagecoördinator : G. van Werkhoven./ C.L.de Korte.

Aan bedrijven en leermeesters,Zowel voor ons Beroepen College ‘De Swaef ‘ afdeling Bouwtechniek, alsook voor de stagebedrijven is dit stagewerkboek een belangrijk onderdeel van het opleidingsprogramma, daar de stage als handelingsdeel een onderdeel is van het examenprogramma en daarom ook met een voldoende moet worden afgesloten.

Aan ouders, voogden of verzorgers,Niet alleen voor leerlingen, scholen en bedrijven, maar óók voor ouders en/of verzorgers is het nuttig, dit stagewerkboek aandachtig door te lezen. Het biedt een overzicht van al datgene wat tijdens een stage aan de orde kan komen. Een belangrijk onderdeel hierin vormt de stage-overeenkomst met regels en verantwoordelijkheden, waarvan een uittreksel uit het Arbo-besluit deel uitmaakt.Hierin wordt op hoofdlijnen aangegeven wat uw zoon/dochter wel of niet in de praktijk mag doen.De beoordelingsstaten van leerling en bedrijf bieden u inzicht in het resultaat van de stage.

Een tweede, en zéker niet de minst belangrijke reden is uw aandacht voor de geestelijke toerusting van uw zoon/dochter met betrekking tot de stage. Voor velen is het een stap uit een beschermde omgeving in een ‘nieuwe wereld’. Wij willen daar als school wel uw bijzondere aandacht voor vragen.Als school hopen we na een goed verlopen stage, aan de leerling een stage-certificaat uit te mogen reiken.

de stagecommissie.

3

Inleiding

Het StageboekDit stageboek is bedoeld voor leerlingen van het Beroepencollege “de Swaef”, VMBO-locatie van het Wartburg College te R’dam. Hierin zijn de volgende zaken terug te vinden, namelijk :

- De Planning.- Praktische regels en Gedragsregels- Leidraad voor de eerste kennismaking- De stage-overeenkomst - Regels en verantwoordelijkheden. (als bijlage van de Stage-overeenkomst ).- Richtlijnen uit Arbo-besluit, speciaal voor jeugdigen.

Afdeling Bouwtechniek.De leerling gaat twee keer 14-daag op stage, te weten 1x in het 3e leerjaar en 1x in het 4e leerjaar.

Bij afwezigheid.Wanneer je onverwacht door ziekte niet in staat bent te werken :

- Bel direct naar het bedrijf, voordat je daar wordt verwacht.- Bel óók tussen 8.30 u. en 9.00 u. de administratie van de school.- Bel het bedrijf en de school zodra je weer aan het werk kan.

Voorkom ergernis, door even een telefoontje te plegen. Laat zien, dat jij je verantwoordelijkheid voelt voor je werk en je werkgever. Zij kunnen dan zelf ook snel voor een oplossing zorgen om jouw afwezigheid op te vangen.

4

De stageHierin wordt onderscheid gemaakt tussen de stage in leerjaar 3 en die in leerjaar 4.

De stage in leerjaar 3 is ‘Arbeidsoriënterend’, d.w.z. dat jij je gaat oriënteren op het hele arbeidsveld binnen de Bouwtechniek, en je daarbij afvraagt: Is dit nu het beroep dat ik wil gaan uitoefenen ?De stage in leerjaar 4 is een meer ‘Beroepsgerichte’ stage, om je meer te bekwamen in het door jou gekozen beroep. En dat ook alles wat je op school geleerd hebt, voor jou ‘handen en voeten gaat krijgen’.Zo wordt je stage een mooie opstap naar een werkplek in het bedrijfsleven.En wanneer je goed je best doet, kun je vaak nadat je een diploma hebt behaald, op één van je stageplaatsen komen werken.

1. Het doel van deze stage- Oriëntatie op je toekomstige beroepsuitoefening- Heb ik het juiste beroep gekozen?- Wat zijn mijn interesses en verdere mogelijkheden in dit beroep- Ervaring opdoen in dat beroep / aanleren van juiste beroepshouding / toepassen van

het op school geleerde in de praktijk.- Verbetering afstemming school / praktijk

2. Tijdstip en tijdsduur van de stageDe eerste stage is in leerjaar 3 en valt in april in de twee weken voorafgaande aan de meivakantie.De tweede stage is in leerjaar 4 en valt in de tweede week van het nieuwe schooljaar, dus begin september, tegelijk met de kampweek van leerjaar 3

3. Gereedschap en PBM’sDe stagiair heeft zijn eigen gereedschap en PBM’s bij zich, tenzij anders met hem wordt afgesproken tijdens het kennismakingsgesprek.

4. BegeleidingVoor en tijdens de stage word je vanuit de school begeleid door je stagebegeleider.Wanneer zich problemen voordoen op of tijdens de stage, neem je contact op met de stagebegeleider. Ook binnen het bedrijf zal er iemand zijn die jou begeleidt en waar je met vragen terecht kan.

5. Gedrag en werkhoudingDat een goede opleiding en bekwaamheid in het bedrijfsleven erg belangrijk zijn, zal jou duidelijk zijn.Zéker zo belangrijk zijn goede gewoonten en een plezierige houding, óók naar de mensen om je heen en niet te vergeten, een goede motivatie en interesse in het werk wat je opgedragen wordt. Natuurlijk zullen ze aan jou zien en merken aan je werkhouding, of je plezier hebt in je werk.

Zo zullen ze bij je stagebedrijf van jou verwachten dat :

5

a. je op tijd op het werk bent;b. je de regels van het bedrijf in acht neemt;c. je de instructies opvolgt die bij het werk behoren.

Van vragen leer je, van fouten maken kun je veel leren.Wanneer je tijdens de stage fouten maakt, kijk dan goed wat je fout hebt gedaan, en maak daarvoor je excuses. Let er dan vervolgens wel op :

a. wat deed ik precies fout ?b. waarom was het verkeerd ?c. hoe moet het dan wél ?

Het stageverslagLeg al je werkzaamheden van elke stagedag, met het hoe en waarom, vast in een stageverslag. Maak tussendoor, bv. in een koffie- of etenspauze, wat aantekeningen in je stagewerkboek en werk deze ’s avonds thuis verder uit. Doe dit elke avond van de afgelopen dag, dan weet je ook de kleine details nog het best. Vraag overdag aan je begeleider op het werk veel om uitleg over het werk dat je wordt opgedragen. Dit komt je verslag alleen maar ten goede.

De beoordelingAan het einde van de stage volgt de beoordeling. Die laat je op de laatste stagedag invullen door je begeleider op het werk. Na afloop lever je het stagewerkboek samen met het stageverslag in bij je stagebegeleider op school.

6

A

7

Stage-overeenkomst.Naam van de leerling:……………………………………..Stage van ………….…..tot en met ……………….………

Deze overeenkomst in laten vullen tijdens het eerste

bezoek aan het bedrijf en vervolgens door alle

partijen laten ondertekenen.

Stagevrager / organisator:(onderwijsinstelling / school)Naam school : Wartburg Beroepen College ‘de SWAEF’ te Rotterdam.

tel. School : 010 – 480 1422.

Stagebegeleider : G. van Werkhoven C.L. de Korte

tel. privé : 0184-683337 0166-603030

e-mail : GvanWerkhoven@wartburg.nl CLdeKorte@wartburg.nl

1. Stageverlener ( bedrijf of instelling ).Naam bedrijf : ……………………………………………………………………

Postadres : ……………………………………………………………………

Postcode + Woonplaats: ……………………………………………………………………

evt. Postbus nr. : ……………………met bijbehorende postcode …………………

Tel. bedrijf : …………………………………………………………………….

bezoekadres werkplaats: …………………………………………………………………….

Contactpersoon : ……………………………..... evt. 06-nummer: …………………

werktijden ma t/m vr. : ……………………………………………………………………..

2. Stagiair. ( leerling )Naam : ………………………………………………………………………

Adres en Woonplaats : ……………………………………………………………………..

tel. thuis : ……………………………mobiel nr. leerling …………………..

3. Verzekering.De onderwijsinstelling zorgt tijdens de stageperiode voor een verzekering tegen ongevallen enhet risico van Wettelijke Aansprakelijkheid ( WA ).

4. Regels en verantwoordelijkheden.Ondergetekenden verklaren akkoord te gaan met het voornoemde alsook met de bijlage :‘Regels en verantwoordelijkheden’ als onderdeel behorend bij de stageovereenkomst.

Naam en handtekening stageverlener (bedrijf)

Naam en handtekening stagevrager (school)

Naam en handtekening stagiair (leerling) Naam en handtekening ouder / verzorger.

fspraken, Regels en Verantwoordelijkheden

Algemeen1. De stage-overeenkomst is ontleend aan paragraaf 6 van het inrichtingsbesluit WVO,

in het bijzonder de Artikelen 33 t/m 38 met toelichting, en is op deze overeenkomst van toepassing.

2. De leerling zoekt zelf een stagebedrijf, en geeft dit vervolgens door aan zijn stage-begeleider op school. Deze neemt verder contact op met het bedrijf waarna de gemaakte afspraken schriftelijk worden bevestigd.

3. Geen der partijen zal zonder nader overleg de stage voortijdig afbreken.Wanneer er onverhoopt problemen ontstaan tussen stage-verlener en stagiair, wordt direct contact opgenomen met de stage-begeleider van de school.

4. De stagiair blijft tijdens de stage volledig leerling van de school. Er is géén leer- of arbeids-overeenkomst en hij kan daarom géén aanspraak maken op een stage-vergoeding.

5. Aan het einde van de stage-periode ontvangt de leerling van de school een stage-certificaat met daarop het behaalde cijfer. Dit moet voldoende zijn, daar de stage als ‘Handelingsdeel’ onderdeel is van het Examenprogramma.

De stagiair ( de leerling )6. De stagiair schrijft zelf een sollicitatiebrief naar het bedrijf in opdracht van de

docent(e) Nederlands.7. De stagiair neemt zelf telefonisch contact op met het bedrijf en maakt een afspraak

voor een (eerste) kennismakingsgesprek8. De stagiair volgt in het belang van orde, veiligheid, gezondheid en geheimhouding

alle aanwijzingen, gedragsregels en voorschriften op.9. Bij verhindering door bv. ziekte moet dit vóór aanvang van de werktijd gemeld

worden bij het stagebedrijf en bij de stagebegeleider van school.

De stageverlener ( het bedrijf )10.De stage-verlener stelt de stagiair in staat activiteiten in het kader van de stage te

verrichten. Hij neemt daarbij de Arbo-wet en het Arbeidsomstandigheden-besluit meest recente versie in acht.Hij wijst de stagiair op specifieke gevaren op het gebied van veiligheid, gezondheid en welzijn met betrekking tot de arbeid, daar alle werkervaring bij de stagiair nog ontbreekt, waardoor hij gevaren niet voldoende kan inschatten. De geestelijke en lichamelijke ontwikkeling van de stagiair zijn immers nog niet voltooid.

11.De stageverlener biedt de stagiair van het Beroepen College ljr. 4 een stage, die gericht is op oriëntatie op de beroepsuitoefening en beroepshouding in het bedrijf.De stage zal in hoofdzaak gericht zijn op het opdoen van beroepsgerichte vaardigheden ter voorbereiding op het eindexamen en mogelijk vervolgonderwijs.

De ‘leermeester’ ( de praktijkopleider binnen het bedrijf )12.Deze zorgt voor de introductie in het bedrijf, geeft de nodige hulp aan de stagiair en

begeleidt hem bij de uitvoering van het stageprogramma, zodat de gestelde doelen zo goed mogelijk worden bereikt. Verder ziet hij ook toe op de naleving van de regels t.a.v. kinder- en jeugdarbeid, alsmede de Arbo-wet en het Arbo-besluit 1998.

8

BELANGRIJK : Aan het eind van elke stagedag geeft de begeleider (van die dag) in het kort weer hoe het die dag ging, evt. aangevuld met aandachtspunten. (blz.15 en 16)

Aan het einde van de stageperiode vult hij ook de stagebeoordeling in (blz. 25 – 27)

9

Richtlijnen uit Arbo-besluit, speciaal voor jongeren

Bestemd voor leerlingen die een Beroepsgerichte Stage doen in een bedrijf.Het hieronder vermelde zijn dus Beknopte Richtlijnen en Aanwijzingen voor jongeren, dat wil dus zeggen:jonger dan 18 jaar en gaat over datgene wat je wel mag doen, maar óók over wat je beslist niet moet doen tijdens de Stage.Héél belangrijk is dat je weet, dat je met bepaalde machines NIET zelfstandig mag werken en met sommige machines mag dat weer wel. Wat zelfstandig niet mag, is soms onder toezicht wel toegestaan.

Volgens het Arbeidsomstandighedenbesluit mogen jongeren geen arbeid verrichten :1. met grote hoeveelheden schadelijke stoffen, die bij inademen schadelijk zijn voor je

lichaam. Oók niet als daarbij speciale beschermingsmiddelen nodig zijn. Repareren en schuren van normale oppervlakken mag natuurlijk wel, als je handschoenen en een mondkapje draagt tegen ‘gewoon’ stof.

2. met stoffen waarbij gevaar bestaat voor ogen en/of huidbeschadiging.3. op plaatsen met een geluidsniveau hoger dan 80 dB , zonder gehoorbescherming

te dragen.Zorg ervoor dat je altijd je gehoorbescherming bij de hand hebt, en gebruik het ook. Gehoorschade is onherstelbaar.

4. met machines die veel trillingen veroorzaken, zoals grondverdichtingsmachines en pneumatische luchthamers. Dit kan schadelijk zijn voor je lichaamsorganen.

5. als het zwaar werk is, zoals het gedurende lange tijd heffen of dragen van zware lasten.Denk om je rug.

6. door langdurig machine gebonden arbeid. Bijvoorbeeld werken aan een lopende band, waarbij regelmatig terugkerende handelingen moeten worden verricht. De machine bepaalt dan jouw werksnelheid en niet jijzelf.

7. aan ondeugdelijk beveiligde machines en aan beveiligde machines die dan nóg bijzonder gevaar opleveren.

8. door het aanzetten van machines, als bij het in beweging komen gevaar bestaat voor andere mensen.

9. aan mechanische hefwerktuigen die vakkennis en ervaring vereisen, zoals hoogwerkers, steigers, bouwliften, vacuüm-hefapparatuur, personen- en goederenliften en bediening van heftrucs en mechanische laadschoppen.

10.door het aan- of afkoppelen van aanhangwagens achter auto’s, tractoren en dergelijke trekkende voertuigen. En het werken op en met tractoren, zonder de benodigde vergunningen.

11. in die omstandigheden dat door een val gevaar bestaat voor ernstig letsel of verdrinking, hetgeen voor kan komen bv. Tijdens het werken op grote hoogten, maar ook bij het lopen op gladde oppervlakken en loopbruggen boven water.

12.aan een heistelling of het werken in de nabijheid daarvan.13.Als gevaar bestaat gewond te raken door vallend, verschuivend of wegspringend

materiaal, zoals bij sloopwerk. Maar ook niet het werken in putten of sleuven, als daarbij gevaar bestaat bedolven te raken.

14.aan stutten of stempels als door onjuist handelen gevaar kan ontstaan voor jezelf en voor anderen .

10

15.bij het laden en lossen van zeer zware bouwsegmenten ,zoals heipalen, bomen, buizen, gevelelementen, betonplaten en dergelijke. Hierbij mag je dus ook niet helpen.

16. in ketels en silo’s die vanaf de buitenwereld moeilijk toegankelijk zijn of waarin schadelijke dampen vrijkomen, of de kans bestaat dat ze plotseling volstromen, zoals bij graansilo’s.

17.aan en met elektrische ongeïsoleerde installaties en machines met een wisselspanning groter dan 42 volt. Het meest voorkomende handgereedschap is dubbel geïsoleerd en machines zijn meestal goed geaard.

11

Jouw gedrag bij de eerste kennismaking en tijdens de Stage

Bij de eerste kennismakingHéél belangrijk is de eerste indruk die jij bij het bedrijf van jezelf geeft.Dat is dus al bij de eerste kennismaking. - Ben je netjes op de afgesproken tijd en plaats aanwezig ? Meld je dan even, dat je er bent.- Geef bij binnenkomst netjes een stevige handdruk en stel jezelf voor, door duidelijk je naam te noemen.- Hoe zie jij er uit in je kleding en haardracht ?- Of zien ze niets van je haar omdat je een pet draagt.? Nu even niet!!!!- Spreek netjes ‘met twee woorden’. Natuurlijk zonder die kauwgom achter je kiezen.- Wees vriendelijk en sta niet met je handen in je zakken.- Na afloop van het gesprek geef je nogmaals een hand en bedank je voor de tijd, die men voor jou vrij wilde maken.

Tijdens de stage zelf- Ga met de gedachte op stage, dat jij het visitekaartje bent van een Reformatorische school maar óók van jouw thuis. Ik bedoel dit : Er wordt op je gelet.- Bid en dank voor en na de maaltijd en doe dit echt vanaf de eerste dag. Uitstellen maakt het alleen maar moeilijker en ongeloofwaardiger.- Zorg ervoor dat je ruim op tijd aanwezig bent bij het bedrijf of op het werk. Vaak wordt vooraf het werk voor die dag besproken onder het genot van een bak koffie. Zorg er dan te zijn.- Begin niet een eerste dag gelijk te ‘jij-en en te jouw-en’ tegen je collega’s maar spreek duidelijk af hoe ze door jou aangesproken willen worden. Dat geeft een correcte indruk.- Wees vriendelijk en voorkomend naar hen, die de tijd nemen om jou te helpen en jou iets uitleggen, iets voordoen. Kortom, die jou iets willen leren.- Vraag veel naar het hoe en het waarom van de opdrachten die je krijgt. Dat verwachten ze ook van jou, want jij bent een leerling, die dus ‘veel wil leren’.- Heb je een opdracht voltooid, ga dan niet met je handen in je zakken staan, totdat ze jou zeggen zullen wat je nú kan gaan doen. Maar toon initiatief en vraag, wat je nú kan gaan doen. Of kijk eens om je heen en probeer jezelf nuttig te maken , door misschien eens even iets op te ruimen. Laat zien dat je gemotiveerd bent en werken wilt.- Doe niet mee met grof of smerig taalgebruik, maar betoon ook hierin, netjes opgevoed te zijn. Doe ook zeker niet mee uit ‘stoerheid’ of ‘om er maar bij te horen’.- Probeer aan het eind van de dag mee te denken : ‘Wat hebben we morgen nodig of wat moeten we voor morgen nog klaarmaken’ ? Laat zien dat je mee wilt denken !!

- En ben je bij een klant aan het werk en krijg je koffie ? Wees beleefd en zeg na afloop netjes : ‘Bedankt voor de koffie’.

O ja, en nu nog iets wat je misschien wel kinderachtig vindt, maar ik zeg het toch :Denk in zo’n week aan voldoende nachtrust, want het is allemaal vreemd en ongewoon voor je. Zorg dat je fit bent op je werk en niet de gehele dag loopt te geeuwen.

12

Dat geeft al gauw zo’n verveelde indruk en dat wil je toch niet?

Leidraad bij het eerste Kennismakingsgesprek

NEEM JE STAGEBOEK MEETijdens dit gesprek maak je afspraken met betrekking tot de werktijden en werkkleding. Moet je voor eigen gereedschappen zorgen en zelf PBM’s meebrengen ? Hieronder staan wat vragen, waar je gelijk iets bij kan invullen tijdens het gesprek.

1. Vraag bij binnenkomst naar de contactpersoon die je gesproken hebt door de telefoon en waar je nu een afspraak mee hebt.

2. Vertel wie je bent, van welke school je komt, in welke klas je zit en welke opleiding je volgt.

3. Maak duidelijk dat je komt om veel te leren van het bedrijf en van het beroep waarvoor je gekozen hebt. Vraag of ze eventueel een informatieboekje hebben van het bedrijf, en zo ja, of jij er misschien één mee kan krijgen voor je verslag.

4. Vraag alvast hoe jij je collega’s aan moet spreken waar je mee moet werken. Met voor- of achternaam ?

5. Vertel iets over je stageboek, wat er zoal instaat aan opdrachten en laat je stageboek ook inzien. Wijs daarbij ook op de beoordelingsformulieren die aan het einde van de stage door het bedrijf ( de stagebegeleider ) moeten worden ingevuld.

Let op !!! Opdracht 1 moet óók NU worden ingevuld.

6. Vergeet ook niet te vragen, hoe vroeg je de eerste morgen aanwezig moet zijn.

Hieronder enkele afspraken die gemaakt zijn : - De officiële werktijden zijn : van ……………….u. tot ………………. u.

- De 1e werkdag moet ik om ……………………..u. aanwezig zijn.

- De pauzes zijn van ……………..uur tot ………………….uur

en van……………..uur tot ………………….uur

- Schafttijd is van ..……………uur tot ………………….uur

- Eventuele afspraken m.b.t. de kleding : ……………………………………………...…………………………………………………………………………………………...

- Eventuele afspraken m.b.t. gereedschap en PBM’s : ………………………………....…………………………………………………………………………………………..

- Andere afspraken die gemaakt zijn : …………………………………………………..…………………………………………………………………………………………..

13

Jouw planning

In het schema hieronder zie je een duidelijke planning: vul deze eventueel nog aan met de stageopdrachten van het beroepsgerichte vak.

Datum / week Opdrachten Gedaan?

Uiterlijk dinsdag 7 juni 2016 Inleveren stageadres. Er is een mail verstuurd en er is een gesprek geweest, zie hieronder.

Uiterlijk dinsdag 29 juni 2016 Gesprek op stagebedrijf- Deze planning laten zien en je stageboek

en de stageovereenkomst laten tekenen. - Afspraken vastleggen (pagina 8).

Donderdag 25 augustus 2016 Aantekeningen maken voor verslag.Overleggen met praktijkopleider voor het maken opdrachten voor het beroepsgerichte vak.

Vrijdag 26 augustus 2016 Aantekeningen maken voor verslag.Maandag 29 augustus 2016 Aantekeningen maken voor verslag Dinsdag 30 augustus 2016 Aantekeningen maken voor verslagWoensdag 31 augustus 2016 Aantekeningen maken voor verslagDonderdag 1 september 2016 Aantekeningen maken voor verslagVrijdag 2 september 2016 Aantekeningen maken voor verslagMaandag 5 september 2016 Aantekeningen maken voor verslagDinsdag 6 september 2016 Aantekeningen maken voor verslagWoensdag 7 september 2016 Aantekeningen maken voor verslagDonderdag 8 september 2015 Aantekeningen maken voor verslagVrijdag 9 september 2016 Beoordelingsgesprek/afronding + laatste aantek.Vrijdag 23 september 2016 Uiterste inleverdatum stageboek en stageverslag

(1e versie). Printversie!! Het stageverslag moet op tijd ingeleverd zijn, anders krijg je een 1, die gemiddeld met je praktijkcijfer voor de stage, meetelt bij het beroepsgerichte vak.

Vrijdag 7 oktober 2016 Stageboek en stageverslag nagekeken door docent en terug bij leerling. Indien nodig verbeteringen aanbrengen n.a.v. de opmerkingen van de docent en uiterlijk dinsdag 18 oktober ter controle aan docent beroepsgericht vak voorleggen.

Uiterlijk vrijdag 28 oktober 2016

Verslag naar het stagebedrijf/-instelling en c.c. naar de docent van het beroepsgerichte vak. Deze krijgt ook een geprinte versie. Alleen verslagen die voldoende zijn (goede verantwoorde digitale versie) mogen verstuurd worden. Bij een onvoldoende verslag is de stage niet naar behoren afgerond en derhalve onvoldoende. Het stagebedrijf /-instelling krijgt een mail dat er geen verslag komt, omdat het onvoldoende was.

14

Indien het stageverslag niet op tijd ingeleverd is, per dag een punt er af, totdat het op een 1 staat. Deze telt mee bij het beroepsgerichte vak.

Het stageverslag

Jouw eerste vraag zal zijn : Hoe kort mag het zijn ?Ik zal je vertellen, waar je verslag aan moet voldoen, wat er zoal in moet staan.Een verslag is namelijk niet per definitie goed, als het uit …zoveel kantjes bestaat.

Een verslag is GOED, als alles erin staat wat erin behoort te staan. Je kan namelijk ook véél zeggen en nog niets gezegd hebben.Maak daarom aan het einde van elke stagedag een uitvoerig verslag van alle werkzaamheden van die dag.Dus niet zomaar wat ‘losse kreten’ zoals: “’t Was leuk” of ‘t was erg leerzaam” of “Fijne dag geweest” of “Niks an vandaag”.Vertel, wat er leuk was, wát heb je geleerd vandaag, waarom vond je ’t een fijne dag en hoe komt het , dat je er vandaag niets aan vond ?

Daarom hieronder wat punten, waarop je moet letten bij het maken van je verslag.1. Maak tijdens een (etens)pauze wat aantekeningen in je stagewerkboek van je werk

waar je mee bezig bent.2. Maak een uitgebreid verslag van elke stagedag, want een goed stageverslag is óók

van belang voor je examendossier. Het is een onderdeel van je examen.3. De inhoud van je stageverslag bestaat uit :- Gebruik lettertype : Times New Roman en lettergrootte 12.- voor- en achterkant- inhoudsopgave (met pagina-aanduiding)- hoofdstukindeling- inleiding (introduceer jezelf, je opleiding en je stage)- presenteer het stagebedrijf- maak een verslag per stagedag- een afsluitend hoofdstuk (waarin je terugkijkt op de stage in z’n geheel en hoe jij het

ervaren hebt)

Let elke dag in je verslag op het volgende :- Je verslag begint vanaf het moment dat je het bedrijf binnenstapt totdat je er ’s

avonds weggaat.- Geef duidelijk aan waar je die dag gewerkt hebt, waaraan en met wie je daar

werkte.- Let er ook eens op of het werk goed liep, omdat het allemaal goed voorbereid was.- Werd het werk belemmerd door het weer , slechte toelevering van materialen, ziekte

van collega’s of ontevredenheid van de klant? Of waren het onvoorziene omstandigheden?

- Noem niet alleen de werkzaamheden die je deed, maar ook hoe je het deed en waarop je moest letten. Stel daarom ook vragen aan je begeleider.

- Waarom werden die materialen toegepast ? Denk bv. aan brandveiligheid of weerbestendigheid.

- Verduidelijk je verslag met duidelijke schetsen en tekeningen. - Vergeet ook niet de gereedschappen waar je mee gewerkt hebt te vermelden.

15

- Hier en daar een foto van het werk waar je mee bezig was kan ook verhelderend zijn.

- Vraag je ook elke dag weer af : - wist ik dat al ? - was dit nieuw voor me ?

Maak er zo een goed verslag van en lever het netjes en op tijd in.

Korte beoordeling per dag door ‘de praktijkopleider’(week 1)

Maandag Paraaf

Dinsdag Paraaf

Woensdag Paraaf

Donderdag Paraaf

Vrijdag Paraaf

16

Korte beoordeling per dag door de ‘praktijkopleider’(week 2)

Maandag Paraaf

Dinsdag Paraaf

Woensdag Paraaf

Donderdag Paraaf

Vrijdag Paraaf

17

Aantekeningen

Naam van de leerling …………………………...

Stage van………………tot en met …………….

Deze bladzijde kun je gebruiken voor aantekeningen.Het invullen is niet echt noodzakelijk. Je kan hier bijv.onderwerpen of bijzonderheden noemen of schetsenwaarmee je in de stage te maken hebt gehad.

18

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

Aantekeningen

Naam van de leerling …………………………...

Stage van………………tot en met …………….

Deze bladzijde kun je gebruiken voor aantekeningen.Het invullen is niet echt noodzakelijk. Je kan hier bijv.onderwerpen of bijzonderheden noemen of schetsenwaarmee je in de stage te maken hebt gehad.

19

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………….

VOORBEELD Werkstaat en urenverantwoording per dag¹) o=onder begeleiding, z= zelfstandig

Stage leerjaar 4.Korte omschrijving van de werkzaamheden per

20

dagMaandag, d.d.: 08-0x-201x Ik moest beginnen om: 7.00 u. Einde werkdag om 16.30 u.

uren o , z¹)

Uitzetten met piketten en bouwplanken, waterpas gesteld met waterpasinstrument

3 O

Op de bouwplanken met verf de fundering en spouwmuur aangeven 2 ZOp de bovenkant potloodstrepen gezet en ingezaagd voor de draden 1 ZVier profielen en twee deurkozijnen helpen stellen 1,5 O

Samengewerkt met: Hein Hamerslag deze dag ging het : □ niet zo goed □ voldoende ■

goed

Dinsdag, d.d.: 09-0x-201x Ik moest beginnen om: 7.00 u. Einde werkdag om 16.30 u.

uren o , z¹)

Draairaam gemaakt van Meranti ( zie tekeningen opdr.5)Siem heeft geholpen

4 Z

Raam naar de woning gebracht. 1 ZSiem geholpen met raam afhangen. Zelf in grondverf gezet. 2 ORaamopening dichtgemaakt met plastic en vastgezet met latjes. 1 Z

Samengewerkt met: Siem Schrobzaag deze dag ging het; ■ niet zo goed □ voldoende □

goed

Woensdag, d.d.: 10-0x-201x Ik moest beginnen om: 7.00 u. Einde werkdag om 17.00 u.

uren o , z¹)

Bouwkeet en bouwplaats opgeruimd 3 ZBalkhout helpen lossen met Peter. 1 OWapeningstaal geknipt van bouwstaalnetten, voor de fundering. 4 Z

Samengewerkt met: Peter Paslood deze dag ging het; □niet zo goed ■ voldoende □

goed

Donderdag, d.d.: 11-0x-201x Ik moest beginnen om: 7.30 u. Einde werkdag om 17.00 u.

uren o , z¹)

Bekistingschotten voor fundering gemaakt en helpen stellen. 4 OBetonstorten 2 ZRestanten betonspecie opruimen en kruiwagen schoonmaken. 1 Z

Samengewerkt met: Wijnand Winkelhaak deze dag ging het; □ niet zo goed □ voldoende ■

goed

Vrijdag, d.d.: 12-0x-201x Ik moest beginnen om: 7.00 u. Einde werkdag om 16.00 u.

uren o,z¹)

Tochtstrippen in raam gemaakt en 2 combi-raamuitzetters aangebracht. 3 ZSchilder geholpen met plaatsen van de ruit. 1 O2 kozijnen gesteld met stelwaterpas en geschoord op betonvloer. 2 O

Samengewerkt met: Johan Jojo deze dag ging het ; □ niet zo goed □ voldoende ■

goed

Werkstaat en urenverantwoording per dag¹) o=onder begeleiding, z= zelfstandig

Stage leerjaar 4.Korte omschrijving van de werkzaamheden per dag

21

Maandag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het : □ niet zo goed □ voldoende □

goed

Dinsdag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het; □ niet zo goed □ voldoende □

goed

Woensdag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkte met: deze dag ging het; □niet zo goed □ voldoende □

goed

Donderdag, d.d.: Ik moest beginnen om u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het; □niet zo goed □ voldoende □

goed

Vrijdag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o,z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het ; □ niet zo goed □ voldoende □

goed

Werkstaat en urenverantwoording per dag¹) o=onder begeleiding, z= zelfstandig

Stage leerjaar 4.Korte omschrijving van de werkzaamheden per dag

22

Maandag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het : □ niet zo goed □ voldoende □

goed

Dinsdag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het; □ niet zo goed □ voldoende □

goed

Woensdag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het; □niet zo goed □ voldoende □

goed

Donderdag, d.d.: Ik moest beginnen om u. Einde werkdag om u.

uren o , z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het; □niet zo goed □ voldoende □

goed

Vrijdag, d.d.: Ik moest beginnen om: u. Einde werkdag om u.

uren o,z¹)

Samengewerkt met: deze dag ging het ; □ niet zo goed □ voldoende □

goed

23

Opdracht 1. - Kennismaking.

Naam van de leerling: …………………………..

Stage van ………………t/m …………………..

Wat is de aard van het bedrijf ? …………………………………………………………………………………………………………..

Wat doen ze, wat maken ze ? …………………………………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………………………………………………………..

Tijdens de introductie krijg je informatie over het bedrijf. Soms krijg je ook schriftelijke informatie.

Vul de onderstaande vragen in.

Opdracht 2 – Werktekening

Naam van de leerling: ………………………

Stage van ……………..t/m …………………

Maak een tekening van een onderwerp waarmee je

in de stage te maken hebt gehad.

24

Opdracht 1. - Kennismaking.

Naam van de leerling: …………………………..

Stage van ………………t/m …………………..

Wat is de aard van het bedrijf ? …………………………………………………………………………………………………………..

Wat doen ze, wat maken ze ? …………………………………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………………………………………………………..

Bijzonderheden :

……………………………………………………….

Datum : ……………………………………………..

Beoordeling stagebegeleider van school:

Paraaf : ………………..

□ onvoldoende □ matig □ voldoende □ goed

Beoordeling goed leermeester van het bedrijf:

Paraaf : ……………………..

□ onvoldoende □ matig □ voldoende □

Onderwerp:

……………………………………………………….

Werk: ………………………………………………...

Bijzonderheden:

……………………………………………………….

Datum: ………………… Schaal: …………………

Beoordeling stagebegeleider van de school: paraaf: ……….

□ onvoldoende □ matig □ voldoende □ goed

Beoordeling leermeester van het bedrijf:

paraaf: …………

□ onvoldoende □ matig □ voldoende □ goed

Eindbeoordeling stage – door praktijkopleider

Bij de beoordeling gaat het in het derde leerjaar om het algemeen functioneren van de stagiair. Hiervoor dient de praktijkopleider het onderstaande formulier in te vullen. De volgende beoordelingsnormen zijn van toepassing:4: Goed tot zeer goed3: Voldoende

25

2: Voor verbetering vatbaar1: Behoeft nog veel verbetering0: Niet van toepassing op deze werkplek / te weinig informatie om een oordeel te kunnen geven.*: U kunt uw oordeel met een * toelichten; de toelichting graag op de volgende pagina vermelden.

Nr Aspect Beoordeling0 1 2 3 4 *

1 PunctualiteitDe leerling arriveert op tijd op het werk en houdt zich aan de afspraken

2 ZorgvuldigheidDe leerling levert zijn werk verzorgd af en gaat daarbij netjes te werk.

3 Aanpassing in het bedrijf/de instellingDe leerling past zich goed (en met gemak) aan, aan de heersende bedrijfscultuur.

4 Toepassing van regels en proceduresDe leerling is zich bewust van regels en procedures en past ze toe

5 Omgaan met kritiekDe leerling krijgt (opbouwende) kritiek en doet er daadwerkelijk wat mee.

6 Problemen aangevenDe leerling geeft tijdig en duidelijk aan wanneer er problemen zijn.

7 Omgaan met leidingDe leerling accepteert leiding en vraagt zonodig om sturing.

8 Contacten internDe leerling heeft een goed (en plezierig) contact met collega’s op het werk.

9 Contacten externDe leerling gaat goed (en plezierig) om met klanten/bewoners/kinderen en/of externe relaties tijdens het werk.

10 InzetDe leerling spant zich in voor het uitvoeren van zijn/haar taken, toont doorzettingsvermogen en is bereidwillig om werk op zich te nemen.

11 InitiatiefDe leerling toont in voorkomende gevallen initiatief, bijvoorbeeld door zelf een voorstel te doen voor een nieuwe taak of werkzaamheden op te pakken.

12 Werken binnen een organisatieDe leerling houdt rekening met de bevoegdheden en taken van een ander.

13 SamenwerkingDe leerling kan goed samenwerken met collega’s

14 Leergierigheid en ambitiesDe leerling wil graag nieuwe dingen leren en heeft belangstelling om het bedrijf beter te leren kennen.

15 Uiterlijke verzorgingDe persoonlijke verzorging en kleding van de leerling is passend voor het werk.

Toelichting / opmerkingen:

26

Praktijkcijfer

Hoe zou u de stageperiode voor de stagiair willen beoordelen in een cijfer? (cijfer van 1,0 t/m 9,0)

Extra vragen

Hoe heeft de school de stagebegeleiding in het algemeen verzorgd?0 Voldoende0 Onvoldoende, namelijk:

27

Welke suggesties heeft u voor de school ter verbetering van de stage en de stagebegeleiding?

Welk advies wilt u de stagiair meegeven?

Ruimte voor aanvullende opmerkingen/aanbevelingen enz.

Ondertekening

PraktijkopleiderNaam, handtekening, datum

StagiairNaam, handtekening, datum

StagecoördinatorNaam, handtekening, datum

Beoordeling stageverslag klas 4 Naam: klas:

StageverslagMax. score Score

28

Inleiding (introductie jezelf, opleiding , stage) 3

Presenteren van het stagebedrijf/-instelling 3

A) Logboek (te beoordelen door docent beroepsgericht vak)

verslag per dag met behulp van vraag 1 van het logboek (half A4 per dag) 5

daaronder per dag een duidelijke beantwoording van de andere logboekvragen van die dag

6Op meer dan 75 % van de dagen worden de gestelde vragen beantwoord (4) Op meer dan 50% van de dagen worden de gestelde vragen beantwoord (3). Van 50 tot 25% van de dagen worden de gestelde vragen beantwoord (2). Minder dan 25% (1 ). De gestelde vragen worden niet beantwoord (0).

Het afsluitende hoofdstuk geeft concreet weer wat de leerling heeft geleerd

Het afsluitende hoofdstuk is zeer duidelijk en concreet (2) redelijk concreet (1). Het afsluitende hoofdstuk is niet concreet (0).

2

De bronvermelding is een opsomming van concrete bronnen 1

Verzorging en layout 5

Stagebrief/-mail en kennismakingsbezoek of gesprek voor afspraken 3pt eraf per onderdeel (met max. van 5) 5

Beantwoording van de beroepsgerichte vragen 10

Totaal 40

29

Opmerkingen docent beroepsgericht vak bij het verslag:

Inhoud

Inzet

Netheid

Opmerkingen docent Nederlands bij het verslag:

Vormgeving

Spelling

Zinsbouw

Cijfer Nederlands .. (dit telt apart mee bij Nederlands voor het PTA)

Aantal scorepunten: 40 : 4 schoolcijfer

praktijkcijfer

schoolcijfer + praktijkcijfer /2 =

Eindcijfer

Dit cijfer telt mee bij het beroepsgerichte vak

Als je de stage met succes gevolgd hebt, ontvang je een stagecertificaat. Je praktijkcijfer en je schoolcijfer moeten dan 5,5 of hoger zijn. Dit geldt ook voor vermelding van een voldoende in het PTA-stage (bij een 7,5 of hoger komt er ‘goed’ te staan).

Lever je verslag en de praktijkbeoordeling (blz. 25 26, 27) op tijd in, anders heb je een 1!

30