Chemische energie Stoffen gaan niet verloren Warmte Energie Verbrandingen warmte
BOUWEN AAN BIPV Erik Teunissen - Berenschot.nl · 2017-01-25 · de Topsector Energie wil het TKI...
Transcript of BOUWEN AAN BIPV Erik Teunissen - Berenschot.nl · 2017-01-25 · de Topsector Energie wil het TKI...
ROADMAP
BUILDING INTEGRATED
PHOTOVOLTAICS
Linda van den HurkErik Teunissen
BO
UW
EN A
AN
BIP
V
ROADMAP
BUILDING INTEGRATED PHOTOVOLTAICS
BOUWEN AAN BIPV
Colofon
Graag bedanken wij de onder nemingen,
kennisinstellingen en andere organisaties
die ons voorzien hebben van informatie.
Speciale dank gaat uit naar Solliance, SEAC
en Hogeschool Zuyd.
Druk: 1e
ISBN: 9789490314255
Vormgeving: Numero4
Foto cover: Jimke Joling (architect van het
pand: Elemans van den Hork Architecten)
© Berenschot | november 2015
Deze publicatie is tot stand gekomen in opdracht van het
Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) Solar Energy in
samenwerking met het bedrijfsleven en kennisinstituten.
Deze opdracht is uitgevoerd door Berenschot.
Over TKI Solar EnergyDe overheid en het bedrijfsleven hebben samen negen topsec-
toren aangewezen. Eén van deze topsectoren is de Topsector
Energie. Deze zet zich in voor een schonere en efficiëntere
wijze van energieopwekking in Nederland, waarmee ook de
economische positie van Nederland versterkt wordt. Binnen
de Topsector Energie wil het TKI Solar Energy de ontwikkeling
en toepassing van zonne-energie in Nederland verder versnel-
len en de toegevoegde waarde voor de Nederlandse econo-
mie zo groot mogelijk maken. Projecten die door het TKI onder-
steund worden, richten zich op de ontwikkeling van efficiënte,
goedkope en duurzame zonnepanelen, inclusief de apparatuur
en de materialen om die te vervaardigen. Ook wordt er actief
aandacht besteed aan applicaties, waaronder de integratie van
zonnestroomsystemen in de gebouwde omgeving, de infra-
structuur en het elektriciteitsnet.
Over BerenschotBerenschot is een onafhankelijk organisatieadviesbureau
met 350 medewerkers wereldwijd. Al ruim 75 jaar verras-
sen wij onze opdrachtgevers in de publieke en private sector
met slimme en nieuwe inzichten. We verwerven ze en maken
ze toepasbaar. Dit door innovatie te koppelen aan creativiteit.
Steeds weer opnieuw. Klanten kiezen voor Berenschot omdat
onze adviezen hen op een voorsprong zetten.
Auteurs:
Linda van den Hurk
[email protected] | 06-55 364 810
Erik Teunissen
[email protected] | 06-53 514 901
3
Het kernteam
Bedrijf - kennisinstelling Deelnemers
POWER BY DESIGN
s o l a r m e c h a t r o n i c s
BEAUsolar
Marianne van der Ven
Bart van den Hork
Paul de Jong
Ruud van de Voort
Sam Kin
Bart Allard
Theo van der Maazen, Matthieu Sonnemans
Lex Schiebaan
Alain Kahn
Walter van Loon
Maarten Geuze
Bernard Hulshof
Raoul Comuth
Wim van de Wall
Jeroen Langendam
Young Solar
Solar Swing
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
44
Voorwoord
Met trots presenteer ik u de Roadmap:
Bouwen aan BIPV. De sector voor Building
Integrated Photovoltaics leeft en laat zien dat
het een route uitgestippeld heeft naar succes.
Berenschot heeft samen met het TKI Solar
Energy en de bedrijven en kennisinstellingen
van de sector een actieplan opgesteld waar
de aandacht tot aan 2020 naar uit moet gaan
om dit succes te bereiken.
Zonne-energie zal onherroepelijk deel uit
gaan maken van de bouw, zowel de nieuw-
bouw als de renovatiebouw. Dat betekent dat
zonne-energiesystemen niet enkel functio-
neel, maar ook esthetisch aanvaardbaar en
degelijk bouwkundig inpasbaar moeten zijn.
Voor sommige duurzame energietoepassin-
gen volstaan de standaard panelen, maar
voor een mooi esthetische inpassing is de
bouwsector in toenemende mate op zoek naar
zonne-energieproducten die een harmonieus
geheel vormen met de schil van het gebouw.
De sleutel tot het succes van de ontwikke-
ling van deze mooi esthetisch en bouwkun-
dig inpasbare producten zal komen uit een
nauwe samenwerking tussen bedrijven uit
de zonne-energiesector en bedrijven uit
de bouwsector. In dit ontwikkelings proces
leren bedrijven uit beide sectoren elkaars
‘taal’ spreken, leert men van elkaars kennis,
en wordt zonder vooroordelen gezocht naar
unieke innovatieve oplossingen.
Nederland heeft de bedrijven met de kennis.
Nederland heeft ook een toenemend aan-
tal eigen producten voor de integratie van
zonne-energie voor onze eigen woningmarkt.
Technisch staat niets ons nog in de weg. De
uitdaging is nu aan projectontwikkelaars en
architecten om deze producten te ontdek-
ken en samen met de experts uit de sector
succes volle esthetische en multifunctionele
toepassingen te bedenken voor in hun bouw-
projecten, en daarmee zonne-energie in de
Nederlandse bouw móói te gaan maken.
Deze roadmap geeft u inzicht in de route naar
succes. Ik wens u dan ook veel inspiratie bij
het lezen van deze roadmap.
Arthur de Vries
Holland Solar
Inh
oud Het kernteam . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Samenvatting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7Leeswijzer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
1 Inleiding: zon, een natuurlijke keuze . . . . . . . . . . . . . 111.1 De vanzelfsprekendheid van elektriciteit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 121.2 Energieneutraal bouwen en prestaties van gebouwen . . . . . . . . . 151.3 Zon in het gebouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 161.4 Doelstelling en resultaat: een succesvol BIPV-ecosysteem . . . . 18
2 Maak kennis met BIPV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 212.1 Definitie BIPV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 222.2 BIPV: toepassingen, eigenschappen en materialen . . . . . . . . . . . . . 242.3 Kostprijsontwikkelingen van BIPV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 302.4 Conclusie: de technische uitdaging voor PV-technologie . . . . . . . 35
3 Marktomvang en -ontwikkeling van BIPV . . . . . 413.1 Groeiverwachtingen PV en BIPV wereldwijd en in Nederland . . 423.2 Potentie in de thuismarkt: de groei van de Nederlandse bouw 433.3 BIPV in de bouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 463.4 Segmentatie van marktpartijen en -stakeholders . . . . . . . . . . . . . . . . 473.5 Conclusie: de uitdaging in de marktbenadering . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Roadmap Building Integrated PhotovoltaicsBouwen aan BIPV
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
6
4 2 sectoren – 1 ecosysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 594.1 Geïntegreerde ketens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 604.2 Ketenanalyse BIPV-projecten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 604.3 Drijfveren en belemmeringen voor BIPV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 634.4 Het klimaat in het Nederlandse ecosysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 644.5 Conclusie: de uitdaging in een samenwerkend ecosysteem . . . 67
5 Nederlands BIPV-ecosysteem in internationaal perspectief . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 715.1 Kennis, Kunde, Kassa in Nederland . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 725.2 Nederland in vergelijking met anderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 745.3 Conclusie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
6 Aanbeveling: werken aan de elf uitdagingen voor 5% BIPV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
7 Bijlagen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
8 Literatuurlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 86
Inh
oud
Roadmap Building Integrated PhotovoltaicsBouwen aan BIPV
7
Samenvatting
Eén van de meest veelbelovende oplossingen voor de
verduurzaming van de gebouwde omgeving is Building
Integrated Photo Voltaics, afgekort BIPV. BIPV laat de
wereld van PV en bouw samensmelten: een bouw-
element wekt elektriciteit op!
In Nederland zijn partijen actief bezig met het verduur-
zamen van de gebouwde omgeving. Enerzijds uit nood-
zaak gezien de wijzigende wetgeving. Zo moet de
Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) van nieuw te bou-
wen gebouwen verlaagd worden van nu 0,4 naar 0
in uiterlijk 2020. Deze waarde is lastig te behalen zon-
der een eigen energieopwekking. Anderzijds zetten par-
tijen zich in voor verduurzaming uit financiële of ethi-
sche overwegingen. Toegeven op het aanzicht van een
gebouw is niet meer noodzakelijk. Bij BIPV is het ele-
ment op een esthetische wijze verwerkt in het gebouw.
De BIPV-markt heeft potentie snel en hard te groeien.
De BIPV-sector in Nederland wil hierin meegroeien. Om
deze groei te vergroten, staan deze partijen voor een aan-
tal uitdagingen op het gebied van technologie, markt en
ecosysteem. De uitdagingen staan samengevat in Tabel 1.
TechnologieBIPV-producten kunnen geïntegreerd worden in het
dak, maar ook in de gevel en het glas. Technisch is er al
veel mogelijk, maar voor de toekomst is aandacht voor
transparantie, vorm- en maatflexibiliteit en kleurvrij-
heid belangrijk. Hierdoor worden de toepassingsmoge-
lijkheden vergroot. Wanneer er aandacht is in innovatie
voor deze drie factoren, spreken we over revolutionaire
innovatie. Randvoorwaarde is dat de producten geïnte-
greerd kunnen worden in de gebouwschil.
Momenteel zijn er vele BIPV-producten ontwikkeld.
Echter, geen van deze producten wordt in massa gepro-
duceerd. Dit is tevens de reden dat de prijs van BIPV
aanzienlijk hoger ligt dan van de high volume standaard
PV-panelen. Kostprijs, en daarmee terugverdientijd, is
een van de belemmeringen waardoor deze technolo-
gie nog niet veelvuldig wordt toegepast. In het verlagen
van deze prijs zit potentie, maar ook een uitdaging.
MarktZoals eerder gezegd, is er een grote potentie voor groei
van deze markt. De verwachte groei van BIPV wereld-
wijd gaat van 1% naar 3% van de PV-markt richting 2020.
Deze groeiverwachting ligt nu tussen de 3,2 en 4,3 GW
wereldwijd in 2020. Andere bronnen spreken zelfs over
11GW. De potentie alleen al in Nederland is relatief groot;
er is een actieve bouwmarkt die noodzaak tot innovatie
inziet, gebouwen moeten snel aan bepaalde wet geving
voldoen en er wordt waarde gehecht aan esthetica.
Echter, dit is niet voldoende: comfort verhoging in het
gebouw, economische opbrengst door verkoop of terug-
dringen van inkoop van de elektriciteit en de kostprijs
van het product zijn ook zwaarwegend. Overigens ligt
het zwaartepunt per marktsegment anders en de stake-
holder- en beslisstructuur zijn vaak complex.
Grip krijgen op en het benaderen van de markt met al
haar stakeholders is niet eenvoudig. Naast de complexi-
teit van het veld hebben partijen vaak ook een kleine
omvang, voeren zij veel activiteiten zelf uit en hebben
daardoor weinig ruimte de markt te bewerken.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
8
EcosysteemVoor het succes van de sector is samenwerking zeer
belangrijk. In deze zijn er twee sectoren die samen één
worden: de bouw- en de zonne-energiesector. Komen
deze twee sectoren samen, dan is er sprake van een
andere dynamiek en ketenwerking. Nederland heeft
de kracht in huis deze sector te laten slagen: er is veel
kennis en expertise bij verschillende stakeholders uit
de toeleveringsketen, er is aandacht voor kwaliteit en
inventiviteit. Zwakten zijn ook toe te kennen. De huidige
hoge kostprijs ten opzichte van reguliere zonnestroom,
het gebrek aan een productiefaciliteit, de beperkte
bekendheid van deze oplossing en de nog beperkte
samenwerking. In Nederland en in andere ontwikkelde
gebieden liggen wel grote kansen vanwege de relatief
hoge welvaart, hoge waardering van kwaliteit en esthe-
tica en de drang naar energieneutraliteit. Daarnaast
zijn er bedreigingen, zoals de zware selectie op prijs,
de terughoudendheid van de bouw en het verschil in
bouwprocessen internationaal gezien.
Samenwerking is het sleutelwoord om tot de oplossing
te komen. Dit betekent krachten bundelen in de keten
en cross-sectoraal, maar ook tussen ondernemers,
onderwijs en overheid.
9
Tabel 1 Overzicht uitdagingen BIPV sector
Type uitdaging Uitdaging Actie Doel
Technologie T1 Functie-integratie De basis van BIPV, het combineren van elektrici-teitsopwekking met een andere functie, ontwikkelen, rekening houdend met standaardisering op product- en procesniveau en certificeringen en normen.
T2 Vorm-, maat en kleurflexibiliteit tegen acceptabele kostprijs
Het verlagen van de kostprijs door industrialisatie van de processen alsmede het herontwerpen van de producten en standaardisatie.
T3 Vorm-, maat- en kleurflexibiliteit met acceptabel rendement
Het verduidelijken van de marktbehoefte betref-fende flexibiliteit, efficiëntie en toepassing, en de ontwikkelingen die hierop volgen.
T4 Vergroten van de keuze in substraten
Het ontwikkelen van zowel heterogene proces-sen (bijv. Printed solar op ieder bouwmateriaal) als hybride processen (efficiënte en niet-destructieve verbindingstechnologie).
Markt M5 Bundeling van de marktvraag voor de ontwikkeling van nieuwe producten – Market pull
Het formuleren van de marktbehoeften voor nieuwe producten en -toepassingen, actief met de betref-fende sector en betrokken stakeholders.
M6 Collectieve overheids- en marktbenadering voor awareness
Een collectieve marktbenadering met als doel bewustzijn en overtuiging van het product in binnen- en buitenland.
M7 Drempelverlaging keuze voor BIPV door informatievoorziening
Het centraal verstrekken van juiste informatie over het toepassen, de investering, kosten en opbrengsten en de wetgeving betreffende BIPV in het bijzonder.
M8 Nieuwe businessmodellen
Het verkennen van nieuwe businessmodellen voor de diverse stakeholders en marktsegmenten.
Ecosysteem E9 Samenwerking in de keten
Voor samenwerking zijn ontmoetingen, vertrouwen, het maken van duidelijke afspraken en het bereiken en delen van successen nodig. Dit kan en moet worden gefaciliteerd.
E10 Cross-sectorale samenwerking
Verbinding maken met andere sectoren is erg belangrijk in deze, met name met de bouw, architecten en industrieel ontwerpers.
E11 Integratie van BIPV in opleidingen
Voor het slagen van de toepassing van de techno-logie is het noodzakelijk dat er competente installa-teurs zijn en dat niet-specifieke BIPV-installateurs op de hoogte zijn van de (on)mogelijkheden van BIPV.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
1010
LEESWIJZER
Deze roadmap beschrijft de ontwikkelingen en kansen
voor de Nederlandse energiesector Building Integrated
PhotoVoltaics (BIPV). Voor een kort overzicht van de
beschrijving van de sector en de roadmap start u met
het lezen van de samenvatting.
Voor meer diepgang leest u de inleidende achtergrond
in Hoofdstuk 1 waardoor u inzicht krijgt in de noodzaak
van verduurzaming en waarom zonne-energie in het
algemeen een hoog potentieel heeft om een bijdrage te
leveren in de oplossing.
Vervolgens leest u in Hoofdstuk 2 over de ontwikkelin-
gen die BIPV heeft doorgemaakt en wat u er nog van
kunt verwachten. Met name de diversiteit van de moge-
lijkheden zal u verrassen. Ook de kostprijsontwikke-
ling wordt besproken. Dit Hoofdstuk sluit af met een
beschrijving van de uitdagingen voor de technologie
hieromtrent.
In Hoofdstuk 3 wordt de markt en de -potentie beschre-
ven. Er wordt een prognose aangegeven, een overzicht
geboden van de markt- en de segmentatie ervan. Uit
dit Hoofdstuk blijkt met name dat de integratie van de
BIPV-sector met de bouwsector cruciaal is. Ook voor de
benadering van de markt zijn enkele uitdagingen voor
de sector beschreven.
Daarna leest u in hoofdstuk 4 over de 2 sectoren, die
van de solar industrie en de bouwsector, die in het geval
van de toepassing van BIPV zeer sterk op elkaar zijn
aangewezen.
In Hoofdstuk 5 wordt kort aangegeven hoe de
Nederlandse sector ten opzichte van andere internatio-
nale ecosystemen functioneert.
Ten slotte wordt in Hoofdstuk 6 een elftal uitdagingen
beschreven hoe de BIPV-sector zich in kan zetten om tot
een marktaandeel van 5% BIPV van het aandeel regu-
liere photovoltaics (PV) te komen in 2020.
11
hoofdstuk 1
Inleiding: zon, een natuurlijke keuze
Duidelijk is dat er veel aandacht is voor verduurzaming van de energievoorziening. In het
bijzonder voor opwekking van elektriciteit, is zonne-energie een van de meest belovende
technologieën om de door overheden gestelde verduurzamingsdoelstellingen te behalen.
In dit hoofdstuk wordt een inleiding gegeven betreffende de motivatie voor verduurzaming,
energieneutraal bouwen en zonne-energie in het bijzonder. Afsluitend worden de doelstellingen en het resultaat van deze roadmap beschreven.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
12
Many appliances are more energy efficient...
+10
* 1998 data unavailable
Sources: International Energy Agency (per capita consumption ans energy use by appliance); Association of Home Appliance Manufacturers (decrease in consumption for some appliances; Ecos (TV power usage)
THE NEW YORK TIMES
The technology is popular, but peoplebigger models now
air conditioners*
refrigerators*
clothes washers
-10
-20
-30
-40
-50
-60
-70
CHANGE IN ENERGY CONSUMPTION SINCE 1900
...but homes have more gadgets than before...
AVG. U.S. RESIDENTIAL CONSUMPTION 2006
...and new TVs are biggerenergy users...
EST. AVG. POWER USAGE FOR TV MODELS
‘91 ‘95 ‘00 ‘05
5.000 kilowatt-hours
4
3
2
1
‘90 ‘95 ‘00 ‘05
airconditioning
Other, includingclothes washers
lighting
refrigeration
waterheating
spaceheating
TVs and set-top boxesclothesdryers
dishwashers
2%
freezers2%
cooking2%
computers1% 18%24%
16%
9%8%7%
6%5%
42” plasma (newer model)275 watts
46” LCD (newer)180
50” projection (older)175
32” cathode ray tube (older)80
20” LCD (older) 60
...which is causing consumptionto rise.
U.S. PER CAPITA ELECTRICITY CONSUMPTION
1 .1 DE VANZELFSPREKENDHEID VAN ELEKTRICITEIT
Elektriciteit is in Nederland zeer vanzelfsprekend.
Iedereen gebruikt elektriciteit, bewust of onbewust.
Ondanks dat onze voorzieningen en apparatuur
efficiënter omgaan met energie,
blijft onze energie- en elektriciteitsvraag groeien
(zie Figuur 1). Gebruikers zijn zich zelden bewust van
de herkomst: hier in Nederland geldt dat elektriciteit
toegankelijk is, maar ook zeker betrouwbaar.
Figuur 1 Jevon’s Paradox1
Een omslagpunt is nu bereikt: we willen weten uit welke
energiebron deze wordt gewonnen (is deze wel ‘groen’?)
en wat dit voor impact heeft op onze omgeving (bijv. is
het gas uit Groningen of Rusland) en willen we de gevol-
gen hiervan dragen (wat is de impact op onze leefomge-
ving en van ‘wie’ worden we afhankelijk?). Daarnaast zien
we een beweging vanuit economische redenen: is het
niet goedkoper, en ben je niet minder afhankelijk van de
grote energiemaatschappijen, als je zelf energie opwekt?
Naast deze intrinsieke bewegingen vanuit de gebrui-
ker, zien we de beweging vanuit de overheden: tot op
heden met stimuleringsmaatregelingen, maar steeds
vaker met aan gebouwen eisenstellende wetgeving.
De beweging is in gang gezet: we willen van het
gebruik van de fossiele, uitputtelijke brandstoffen naar
efficiënte duurzame bronnen, zoals zon, wind en bio-
vergisting. Deze roadmap laat zien dat een van deze
bronnen (zon) in de gebouwde omgeving een efficiënte
en esthetische oplossing is, waarbij efficiënt gebruik
wordt gemaakt van materialen.
Wij willen dat zon een vanzelfsprekende keuze wordt
in een bouwproces.
1. INlE
IDIN
g: z
ON
, EE
N N
AT
uu
rlIj
KE
KE
uz
E
13
Er zijn steeds meer en betere
alternatieven voor het gebruik
van energie uit fossiele energie-
bronnen. Verschillende duurzame
technologiebronnen zijn ontwik-
keld en inmiddels in meerdere
vormen toegankelijk. Gelukkig,
want volgens de afspraken in het
Energieakkoord2 moet er in 2020
voor 14% van de energiebehoefte
gebruik worden gemaakt van her-
nieuwbare energiebronnen en
in 2023 moet dat zelfs gestegen
zijn naar 16%. Om dit te berei-
ken wordt enerzijds de wetgeving
hierop aangepast, en anderzijds
vinden hiervoor gerichte stimule-
ringen plaats.
Een van de grootste drijfveren
om gebruik te maken van her-
nieuwbare energietechnologie
is de drang om duurzaam te zijn.
Dit betreft overheden en bedrijven,
maar ook individuen. Met name
met de zonne-energietechnolo-
gie kan men relatief eenvoudig zelf
voor elektriciteit zorgen.
Daarnaast zijn de economische
voordelen een reden om zonne-
stroom op te wekken. Op deze
manier reduceer je de inkoop van
energie en kun je overschot aan
energie verkopen. In de huidige
situatie kan energie worden gesal-
deerd. Dit betekent dat als je de
opgewekte elektriciteit niet op het
moment van opwekking gebruikt,
Figuur 2 Motivatie zonnestroom
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
14
je deze terug kunt leveren aan het net. Wanneer je deze
hoeveelheid elektriciteit op een later moment gebruikt,
staan hier geen aanvullende kosten tegenover.
Uiteindelijk spelen er ook andere waarden mee in de
aankoopbeslissing, zoals imagovorming en de gadget-
waarde (zie tevens Tabel 2).
Tabel 2 Gedragsfactoren aankoopbeslissing duurzame energie3
Categorie Sub aspect Factor
Technisch/fysiek Inpasbaarheid Compatibiliteit technologie met bestaande energiehuishouding/systemen
Ruimte/esthetisch Ruimte voor plaatsing/footprint
Mooi design/vorm/kleur/textuur
TRL Robuustheid technologie
Economisch Bedrijfseconomisch aanschaf
Bruto investeringsbedrag
Netto investeringsbedrag (incl. subsidie
ROI (op basis van factoren gebruik en onderhoud); verwachting van uptime
Risicoanalyse
Duurzaamheidsdoelen: MJA-MEE targets of andere doelen
Bedrijfseconimisch gebruik
Werkelijke kosten/baten
MTBF/MTTR
Aan/afschakelbaar
Sociaal Individueel Kennisniveau technieken
Perceptie op kosten en baten
Vuistregels op investeringsbeslissingen
Risicoperceptie
Institutioneel Reductie onafhankelijkheid suppliers
Lange termijn onafhankelijkheid
Bijdrage maatschappij
Collectief Peer pressure – ‘mate waarin anderen het ook doen’
1. INlE
IDIN
g: z
ON
, EE
N N
AT
uu
rlIj
KE
KE
uz
E
15
1 .2 ENERGIENEUTRAAL BOUWEN EN
PRESTATIES VAN GEBOUWEN
De gebouwde omgeving is verantwoordelijk voor 40%
van het energieverbruik en 36% van de CO2-uitstoot
in de Europese Unie (EU)4. Elektriciteit speelt hier een
belangrijke rol in dit energieverbruik. In Nederland
werd in 2013 nog 81,4% van de gebruikte elektriciteit
opgewekt uit fossiele brandstof in onder andere aard-
gas- en kolencentrales5. Nederland loopt in het reduce-
ren van fossiele brandstoffen achter op andere landen
binnen de EU en kan de overstap naar duurzame ener-
gie hierdoor lastig maken. Wetgeving voor het gebruik
van energie in de gebouwde omgeving zorgt voor een
reductie die verplicht plaatsvindt. De EU heeft tot doel
gesteld de energieprestatie van de gebouwde omge-
ving zodanig te verbeteren dat het een vermindering
van 20% CO2-uitstoot en tevens 20% energiebesparing
oplevert in 2020.
Verbetering van de energieprestaties van gebouwen
is een kosteneffectieve manier in de strijd tegen de kli-
maatverandering en levert een positieve bijdrage aan
de realisatie van de verbetering van de energieonafhan-
kelijkheid, waarbij er tevens meer en kwalitatief hoog-
waardige werkgelegenheid wordt gecreëerd, vooral in
de bouwsector.
Bepe
rk d
e en
ergi
evra
ag
Gebruik duurzam
e energie
Indien nodig, gebruik fossiele brandstoffen zo
efficiënt en schoon mogelijk
3
21
Figuur 3 Trias Energetica
De energieprestatie kan op drie wijzen verbeterd wor-
den (zie Figuur 3), waarvan de opwek van hernieuw-
bare energie een zeer belangrijke is, maar niet de meest
kosteneffectieve.
De meest voor de hand liggende oplossing is het
besparen van energie. De Energie Prestatie Coëfficiënt
(EPC) van een woning die voldoet aan het huidige
Bouwbesluit is 0,4. Met een isolatiewaarde van 6
tot 10m2 K/W wordt het optimum aan isolatiewaarde
bereikt, hoewel de impact van een isolatie van Rc > 5m2
K/W beperkt is6. De isolatiewaarde van een gebouw
wordt, naast de Rc-waarde van gevels en daken, ook
bepaald door de U-waarde van transparante delen, de
kierdichtheid van de gebouwschil (luchtdoorlatendheid)
en de geometrie van de aansluitdetails die leidt tot line-
aire warmteverliezen. Voor de daadwerkelijke energie-
prestatie zijn zorgvuldige bouwdetailleringen en de
gerealiseerde bouwkwaliteit zeer belangrijk. Overigens
geldt dit ook voor de (slimme) oriëntatie van de woning
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
16
en het overall ontwerp. Zeer waarschijnlijk, doch afhan-
kelijk van het ontwerp (type materialen, type details en
oppervlakte exterieur), kan een gebouw de waarde 0,4
niet eenvoudig behalen met de bestaande technolo-
gieën en is eigen energieopwekking noodzakelijk.
Wanneer energiebesparing geen passende oplossing
biedt, is het advies energie duurzaam op te wekken.
Aan de hand van de energievraag kan bekeken wor-
den of hierbij elektriciteitsopwekking gewenst is. Een
andere duurzame optie van energiegebruik is bijvoor-
beeld een aansluiting op een warmtenet of door middel
van warmtepompen. Indien gekozen wordt om op duur-
zame wijze elektriciteit op te wekken, is zonne-ener-
gie een kosteneffectieve invulling. Door toename van
de efficiëntie van de zonne-energietechnologie en de
reductie van de kostprijs en relatief eenvoudige realisa-
tie van de toepassing, is de investering in PV een inte-
ressante optie. Voorwaarde hiervoor is dat de elektrici-
teit ook daadwerkelijk wordt gebruikt. Dit betekent een
elektrificatie van het gebouw, dus bijvoorbeeld van een
gas-aangestuurde cv-ketel naar een all-electric warmte-
pomp. In deze situatie, waarbij de salderingswetgeving
geldt, is het nog niet noodzakelijk de opgewekte ener-
gie op het moment van opwekking te gebruiken. In de
toekomst wordt het plannen van het gebruik van ener-
gie of het opslaan van deze energie gebruikelijker.
Overigens zijn er verschillende vormen van (bijna)
energieneutraal bouwen; passief huis (warmtevraag
uit energie zon en gebruikers(apparatuur)), nul-op-
de-meter (NOM; energie- en budget-neutraal), EPC =
0 (energieneutraal zonder gebruikersinvloeden). De
gemene deler hiervan is dat er bewust wordt omge-
gaan met de energievraag en de invulling daarvan.
Zonnestroom is een goed antwoord op de elektriciteits-
vraag die in gebouwen aanwezig is, voor gebruik van
apparatuur en klimaatbeheersing. Eén van de toepas-
singsvormen voor de gebouwde omgeving is BIPV.
Succesverhalen van de omslag naar duurzame energie
zijn er: Duitsland is ons voorbeeld waar men in staat is
bij goed weer (zonnig met wind) 100% van hun energie-
behoefte duurzaam in te vullen. Noorwegen ging vóór
met behulp van waterkracht. Het bereiken van een staat
van onafhankelijkheid is niet alleen van belang voor
individuele gebruikers, maar ook voor landen interes-
sant, gezien de recente geopolitieke ontwikkelingen.
Wind en zon vormen samen een goede basis om duur-
zaam elektriciteit op te wekken: wind is een goede
oplossing voor grootschalige centrale opwek, waar
zon tevens voor een mooie aanvulling zorgt in decen-
trale opwekking in kleinere centrales en op gebouwen.
Neveneffect van deze onregelmatige opwek van her-
nieuwbare energie is dat de balancering van het net-
werk een uitdaging is, maar met nieuwe (te ontwikke-
len) technologieën is dit oplosbaar. Aanvullend zijn er
andere energiebronnen die minder afhankelijk zijn van
de weersomstandigheden om een goede balans te vin-
den, zoals biomassa en waterkracht.
Zon is daarnaast erg toegankelijk voor individuele of
kleinere gebruikers: zon is dé duurzame energiebron
voor iedereen, en mogelijk van iedereen. Met name dat
aspect maakt zonne-energie juist zo populair.
1 .3 ZON IN HET GEBOUW
In het afgelopen decennium zijn er grote stappen
gemaakt in het ontwikkelen van diverse vormen van
zonne-energiesystemen. De veel toegepaste vormen
van zonne-energie zijn gebaseerd op zogenaamde “add-
ons” op daken van gebouwen ofwel Building Applied
PV (BAPV; zie Figuur 4a) waarbij de voornamelijk blauw/
zwarte, veelal glimmende panelen opvallen in het
straatbeeld. Ook worden de systemen toegepast op kas-
sen en is er een start gemaakt om elektrische auto’s te
1. INlE
IDIN
g: z
ON
, EE
N N
AT
uu
rlIj
KE
KE
uz
E
17
d
b
a
c
voorzien van zonnedaken, zodat deze geheel zelfstandig
of deels zonder fossiele brandstof kunnen blijven rijden.
Figuur 4 a) Building Applied PV; b) Building Integrated PV-product
Mystiek van Solinso, geïnstalleerd door Van der Maazen
duurzame ontwikkeling; c) Building Integrated PV in gevelelement
(ZigZagSolar. Schuinte bovenzijde is PV; schuinte onderzijde is
gevelplaatmateriaal); d) BIPV in glas (Grotiusgebouw Radboud
Universiteit, Nijmegen (fotografie Bouwbedrijf Berghege))
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
1818
Ten slotte zijn er ontwikkelingen gereed en gaande om
PV te integreren in gebouwelementen, zoals daken,
gevels en glas. Al deze geïntegreerde producten zijn
bekend onder de noemer Building Integrated PV (BIPV;
zie Figuur 4b en c en d). De behoefte om efficiënt met
bouwmaterialen en -capaciteit om te gaan en een esthe-
tisch eindproduct toe te passen groeit.
Het gebouwonderdeel, vaak prefab, krijgt meer functies
dan slechts de opwekking van elektriciteit (bijv. water-
kering, isolatie), zonder in te leveren op de architectoni-
sche uitstraling. Om succesvol te zijn hierin is naast een
integratie van producteigenschappen ook een integratie
van de ketens (PV en bouwkolom) van belang.
1 .4 DOELSTELLING EN RESULTAAT:
EEN SUCCESVOL BIPV-ECOSYSTEEM
BIPV heeft toekomst. Deze markt van nu circa 1%, groeit
in 2020 naar 3% van het aandeel geïnstalleerde PV7. Om
de potentie te benutten en hierin meer vaart te kun-
nen maken, is het gezamenlijk optrekken van alle keten-
spelers van groot belang. Om dat op een geordende
wijze te kunnen doen, kan een roadmap een intensieve
katalysator zijn. Deze roadmap is een routekaart die de
weg wijst naar de kansen die dit onderwerp biedt voor
de Nederlandse BIPV-sector.
Naast deskresearch en expertinterviews zijn er drie
interactieve sessies geweest, waarbij spelers uit de
ketens bijeenkwamen. Tijdens de interactieve ses-
sies8 die zijn gehouden, zijn deze partijen gevraagd aan
te geven wat zij van deze roadmap verwachten, waar
ze naar uitkijken en welke informatie men graag wil
zien. Wij zien deze roadmap als een eerste stap in een
samenwerkende BIPV-keten die met de juiste producten
en processen overtuigend is richting de markt. Hiervoor
is nodig:
• Inzicht in technologieontwikkelingen: Het inzicht
verkrijgen van de technologische ontwikkelingen
op het gebied van te gebruiken materialen en toe te
passen processen;
• Inzicht in marktontwikkelingen: Het inzicht verkrij-
gen van de wensen en ontwikkelingen op het gebied
van BIPV producten en diensten;
• Inzicht in ecosysteemontwikkelingen: Het identifice-
ren van een samenhangende infrastructuur op het
gebied van kennisontwikkeling, de benodigde pro-
ductiecentra, het ontwikkelen van nieuwe technolo-
gieën en businessontwikkeling voor het succesvol
opbouwen van een samenhangend ecosysteem.
Bovenstaande inzichten vormen de basis voor de road-
map: een ‘nieuw’ startpunt vanwaar we streven naar
een samenwerkend BIPV-ecosysteem dat succesvol is
in Nederland en kansrijk daarbuiten.
Best of both worlds: BIPV in de bouw
Building Integrated PV, ofwel BIPV, ontstaat door ín de gebouwschil een zonne-energiefunctie te inte-greren. Voor deze integratie is het van belang dat dit technologisch mogelijk is, maar ook de ketens (bouwkolom en PV-leveranciers en –installateurs) moeten meer op elkaar ingespeeld raken.
Samenwerking is dus niet alleen van belang bín-nen de ketens, maar ook tússen de ketens. De met name hoog technologische, op producten gerichte PV-keten, moet daarbij geïntegreerd worden met de veelal procesgeoriënteerde bouwwereld.
19
INSPIRATIE
Dutch Design in Zuid-KoreaNederland is relatief rijk aan ontwer-pers. Een van de designcompetenties waar het ‘Dutch Design’ om geroemd wordt, is de architectuur. Wereldwijd worden Nederlandse architecten gevraagd om hun creativiteit, inno-vativiteit en nuchterheid. Naast de werkwijze die Nederlandse designers toepassen, is er vaak een resultaat met een verhaal en een kwinkslag.
Zo ook het door UNStudio heront-worpen kantoor van Hanwha in Seoul (2013). Het gebouw moest voor een groot deel gerenoveerd worden: het interieur, maar ook de gevels moes-ten eraan geloven, rekening houdend met de kwaliteit van het binnenkli-maat en een duurzame opzet. Tevens moest het gebouw passend zijn bij de huidige omgeving.
A Kantoor Hanwha in Seoul, Zuid-Korea
Het huidige gevelontwerp, bestaande uit gevelpanelen en donker glas, wordt vervangen door helder glas omrand door aluminium om uitzich-ten te benadrukken en concentra-tie en creativiteit te stimuleren bij de gebruikers. Aan de zuidzijde wordt een deel van deze transparante gevel, vervangen door niet-transpa-rante gevelpanelen die zonne-ener-gie opwekken. De geometrische vorm van de gebouwschil herleidt haar vorm af aan de zon en de oriën-tatie ervan voor het optimale elektri-citeitsrendement van opwek (PV) en gebruik (bijvoorbeeld ten behoeve van licht en binnenklimaat). Het patroon waarin de PV-panelen aan-gebracht zijn, is ook afhankelijk van de zonoriëntatie en invloed van de omringende gebouwde omge-ving. In de avond wordt het ont-werp versterkt door dynamische LED-verlichting, die reactief reageert op de media-activiteiten in de nabijheid (zie C).
Het eindresultaat is zeer interes-sant: het ontwerp van de façade lijkt in een ogenschijnlijk onvoorspel-baar patroon opgemaakt te zijn, maar het verbergt een behoorlijke zonne-studie (zie B). De impact van de zon op het gebouw wordt gereduceerd door dichte PV-panelen erop aan te brengen die zorgen voor schaduw aan de binnenzijde (zie D). Hierdoor wordt een aangenaam binnenklimaat behouden, maar ook het gewenste indirecte zonlicht en uitzicht. Door dit ontwerp is maar liefst 55% van de zuidgevel transparant.
B Studie façade indeling
C Dynamische LED-verlichtingsgevel
D Detail BIPV-façade
21
hoofdstuk 2
Maak kennis met BIPV
In dit Hoofdstuk maakt u kennis met BIPV en de mogelijkheden: eerst wordt de definitie beschreven die in deze roadmap gehanteerd wordt, daarna een algemeen state-of-the-art van BIPV en toepassingen
en vervolgens wordt er een kort perspectief geschetst op de ontwikkeling van de kostprijs. Ten
slotte worden de uitdagingen die er zijn ten aanzien van het technologische aspect beschreven.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
22
BIPV definitie
Wij beschouwen Building Integrated PhotoVoltaics, ofwel BIPV, in dit roadmaptraject als het esthe-tisch en functioneel integreren van zonnestroom-opwekkende functies met reguliere bouwelementen.
Hierbij bevatten bouwelementen naast elektrici-teitsopwekking minimaal één functionaliteit in de gebouwschil. Daarnaast is het een doelstelling om volledige integratie te verkrijgen. Esthetische integratie houdt hierbij in veel gevallen in dat de PV-functie niet te herleiden is uit het aanzicht van het gebouw, óf juist een element wordt waar in het bijzonder de aandacht naar getrokken wordt door het esthetische karakter.
2 .1 DEFINITIE BIPV
Building Integrated PV (BIPV) is dus de verzamel naam
voor zonnestroomsystemen geïntegreerd in dak, gevel
of glas (toepassingsvormen). Door de integratie van
diverse losse componenten neemt een BIPV-element
integraal een of meerdere functies over, zoals isolatie of
weer- en winddichtheid, maar ook transparantie, mate
van vormvrijheid en kleur.
Randvoorwaarde is dat deze (bouw)producten eenvou-
dig te installeren en te integreren zijn in de gebouwschil
naast dat zij de betreffende bouwfunctie minstens zo
goed vervullen als conventionele/reguliere producten
die eenzelfde functie vervullen.
De BIPV-producten zijn op dit moment nog geen high
volume producten, maar typisch high mix/low volume.
Van de PV-sector kan slechts 5% van de producten
bestempeld worden als zijnde BIPV9.
Overigens worden de integratie van zonnewarmte
(zon-thermisch) en integratie van PV in de infrastruc-
tuur (I2PV: Infrastructure Integrated PV) niet uitgebreid
behandeld in deze roadmap. De focus ligt op de inte-
gratie met elektriciteitsopwekking in plaats van warmte
en op integratie met gebouwen. Dit betekent niet dat
wij de potentie en het belang van de andere technieken
en toepassingen niet onderstrepen. Integendeel: deze
bieden kansen onze gebouwde omgeving te verduur-
zamen en zijn tevens mogelijkheden om te voorzien in
een goede energiemix.
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
23
Figuur 5 BIPV dakbedekking van BEAUsolar
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
24
2 .2 BIPV: TOEPASSINGEN, EIGENSCHAPPEN
EN MATERIALEN
Hoofdkenmerk van BIPV is dat het een gebouwdeel ver-
vangt. Ieder gebouwdeel van het exterieur kan in prin-
cipe vervangen worden door een BIPV-element waar-
door een gebouw gedeeltelijk of geheel kan worden
opgebouwd uit BIPV-elementen. Voorwaarde hiervoor is
dat het product past in de bouw en voldoet aan de eisen
die wordt gesteld aan gebouwen en het bouwen hiervan.
In deze roadmap verdelen we BIPV onder in drie hoofd-
typen: gevels, daken en glas, waarbij de volgende prin-
cipevoorbeelden worden weergegeven.
GevelsIn het bijzonder in de utiliteits-
bouw, waarbij het dakoppervlak
ten opzichte van het gevelopper-
vlak klein is, biedt toepassing van
PV op de gevel een mogelijkheid
om het gebouw energieneutraal te
maken. Met integratie in de gevel
bedoelen we tevens afgeleide ele-
menten daarvan, zoals diverse
uitvoeringsvormen van balkon-
voorzieningen en zonweringen
(zie tevens Figuur 6). Figuur 6 Varianten geveltoepassingen
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
25
DakenDe meest voor de hand liggende
applicatie van PV is, gezien de
meest loodrechte positionering ten
opzichte van de zon, de plaatsing
van PV op het dak. Ook hierin zijn
er verschillende variaties te reali-
seren zoals hieronder aangegeven
(zie Figuur 7).
Figuur 7 Varianten dak(bedekkings)toepassingen
GlasZowel daken als gevels kunnen
tevens in transparante vorm wor-
den uitgevoerd. Gezien de zeer
onderscheidende en interessante
toepassingsvorm, benoemen we
deze separaat. Figuur 8 Varianten glastoepassingen
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
26
Het onderscheid houdt niet op bij de toepassingsvor-
men dak, gevel en glas. Ook technologie is richting-
gevend, met name voor de keuze van het materiaal. De
toepassingsvorm is bepalend voor de keuze van de best
passende technologieën. De grenzen van de ontwikke-
ling in zonnestroomtechnologie zijn nog niet bepaald
en bereikt. De ontwikkeling zet zich door en verkent
nieuwe technologieën en toepassingsvormen. Deze ont-
wikkelingen kunnen antwoord geven op de wensen die
er zijn ten aanzien van transparantie, vorm- en maat-
flexibiliteit en kleurvrijheid. Deze diversiteit is te plaat-
sen in drie-assig stelsel. De donkerblauw gekleurde
kubus geeft de huidige state of the art aan: vaak niet of
semi-transparant, niet of matig flexibel in maat of vorm
en beperkt door de kleur van het basismateriaal of sub-
straat (bijv. silicium). In zeegroen worden de ontwikke-
lingen aangeven waar men op dit moment aan werkt;
licht oranje wordt gezien als revolutionaire ontwikke-
ling, die op dit moment niet mogelijk wordt geacht.
Hoewel de toepassing van de technologie vooralsnog
beperkt lijkt, is verandering in de nabije toekomst reëel.
TransparantieTransparantie van zonnestroomelementen is moge-
lijk, zij het over het algemeen ten koste van de elektri-
citeitsopbrengst. Momenteel zijn typische semi-trans-
parante PV-producten verkrijgbaar, waarbij tussen glas
opake cellen gelamineerd zijn. Het licht laat zich zien
tussen de cellen door. De afstand tussen de cellen
bepaalt de mate van lichtdoorlaatbaarheid en is een-
voudig in te stellen.
Ook is het mogelijk (in zicht) homogene (semi-)transpa-
rante oppervlakken te creëren met PV. Desalniettemin
is er voor een stabiele en efficiënte transparante
zonne stroomtechnologie ontwikkeling noodzakelijk.
Toepassing van transparantie is met name gewenst
in glas- of vliesgevels en in atria. Ook voor scheidin-
gen buiten de gebouwschil, zoals balkonvoorzienin-
gen of zonwering worden vaak transparante bouwdelen
toegepast.
Technologisch is dit op dit moment op verschillende wij-
zen mogelijk. Een eerste wijze is door twee transpa-
rante elektrodes (boven en onder) te gebruiken en de
dikte van de lichtabsorberende laag of de lichtabsorbe-
rende eigenschappen van de laag aan te passen zodat
er een bepaald deel van het licht aan de achterzijde uit-
treedt. Een andere wijze is om de lichtabsorberende
laag niet over het gehele oppervlak aan te brengen;
maar in een patroon; enigszins vergelijkbaar met het op
afstand van elkaar plaatsen van losse cellen.
Figuur 9 Drie-assige innovatie ten aanzien van
materiaaleigenschappen BIPV
Vorm & Maatflexibiliteit
Tran
spar
anti
e
Kleurvrijheid
GEEN
KLEURKEUZERIGIDE
VORM- & MAATVRIJ
NIE
T-TR
ANSP
ARAN
TTR
ANSP
ARAN
T
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
27
Figuur 10 Transparantie van PV
Foto: Frank van der Vleuten
Foto: SunPartner Technologies
Foto: Fernando Guerra
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
28
Vorm- en maatflexibiliteitDe veelgebruikte siliciumtechnologie is in de standaard-
uitvoering gebaseerd op cellen met een beperkt aantal
verschillende maten en op modules met een beperkte
variatie in aantallen cellen. Om flexibiliteit te bereiken
moet daarvan worden afgeweken. Mono- en multikris-
tallijn silicium zonnepanelen zijn opgebouwd uit indivi-
duele zonnecellen met een typische standaardafmeting
van 15x15 cm2 die in serie zijn geschakeld. Het soort en
aantal cellen bepaalt daarbij de elektrische stroom en
spanning van de module. Typische modulegroottes vari-
eren ruwweg van 1 tot 2 m2. Deze soort PV-modules
wordt veel gebruikt in BAPV-systemen en veldinstal-
laties. Flexibiliteit kan worden bereikt door cellen met
andere maten en vormen en verschillende aantallen
toe te passen in modules met andere maten en vormen.
Op dit gebied zijn veel ontwikkelingen gaande, waarbij
tevens elektrische eigenschappen zoals gedrag onder
partiële beschaduwing worden betrokken.
Bij dunne-film technologieën wordt het actieve mate-
riaal aangebracht (gedeponeerd) op een substraat en
worden de “cellen” gevormd door het oppervlak op te
delen in stroken of andere gebieden en die onderling
elektrisch te verbinden. Dat laatste gebeurt nu meestal
als integraal onderdeel van het totale depositieproces,
maar kan eventueel ook aan het einde van de deposi-
ties gebeuren, waardoor het gemakkelijker wordt om
vorm en maat van het eindproduct (de module) te vari-
eren (zie Figuur 11a). Dunne-filmtechnologieën geven
ook de mogelijkheid om letterlijke flexibiliteit (buigbaar-
heid) te realiseren, door te werken met flexibele sub-
straten en afdekkingen. Dit biedt unieke mogelijkheden
in relatie tot BIPV.
Voor dunne-film PV komen in principe allerlei soor-
ten substraten in aanmerking, zijn het dat die zeer ver-
schillende eisen aan het fabricageproces met zich mee-
brengen. Voorbeelden zijn glas, metaal, (plastic) folie en
keramiek. Met name de gebruikte depositietechniek en
de benodigde procestemperatuur kunnen beperkingen
opleggen aan de keuze van het substraatmateriaal. Een
kunststoffolie bijvoorbeeld verdraagt geen hoge tempe-
ratuur processtap. Vaak gebruikte substraatmaterialen
zijn kunststof, metaal en glas, materialen die ook vaak
in de gebouwde omgeving worden toegepast.
Gezien de geringe dikte van de laag is het uiteindelijke
PV materiaal buigzaam en zelfs oprolbaar. Daarnaast is
het mogelijk enkel- (en wellicht in de toekomst dubbel-)
gekromde vlakken te creëren (zie Figuur 11b). Ook is het
mogelijk nog verder te gaan in flexibiliteit met bepaalde
technologieën, door bijvoorbeeld het zonnestroom-
opwekkende deel uit- en op te rollen (zie Figuur 11c),
waardoor zonnestroom opgewekt wordt indien gewenst
of mogelijk. Als BIPV-toepassing kan hierbij gedacht
worden aan zonnestroomopwekkende zonwering.
Deze flexibiliteit heeft niet alleen in toepassing een
voordeel, maar ook in productie waardoor het opschaal-
potentieel groot is: de lagen worden op een flexibel
substraat aangebracht, bijvoorbeeld een kunststoffolie,
en die kan eenvoudig getransporteerd en geïntegreerd
worden. Directe depositie op materialen die in de bouw
worden gebruikt (staal, beton, hout, etc.) is toekomst-
perspectief. Substraten dienen een lage ruwheid te heb-
ben, zeer schoon te zijn en aan allerlei andere eisen te
voldoen. Het maken van een functionele PV-folie die
vervolgens wordt bevestigd op een bouwelement is in
dat opzicht veel eenvoudiger. De vrijheid in substraat-
keuze en de vrije maatvoering biedt ook in dat geval
al vele nieuwe mogelijkheden en kan er voor zorgen
dat het integratiewerk industrieel en vóór de bouwwerf
(prefab) kan worden uitgevoerd. Daarnaast heeft deze
technologie het voordeel lichtgewicht te zijn.
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
29
Foto: www.solarte.de
Foto: Konarka Foto: WAACS
a
cb
Figuur 11 Flexibiliteit van PV:
a) Solarte van BELECTRIC;
b) Bushalte met gekleurd PV-dak
c) Oprolbaar PV-element
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
30
Kleurvrijheid Kleur is zeer bepalend in het aanzicht van de BIPV-
producten. Ook hierin mogen we in de toekomst meer
variëteit verwachten. Met name in gebieden met tradi-
tioneel gekleurde daken of in moderne toepassing op
gevels heeft dit potentie, te bereiken middels verschil-
lende technologieën.
Kleur kan worden gevarieerd door het lichtabsorberende
materiaal te variëren en/of door het gebruik van coatings.
Omdat het ideale zonnepaneel zwart is (alle licht wordt
geabsorbeerd), zullen kleurvariaties in zijn algemeenheid
leiden tot een (iets) verlaagde elektriciteitsopbrengst.
Een recente ontwikkeling om PV-modules te kleuren is
het aanbrengen van coatings op de modules op basis
van nanotechnologie, met specifieke golflengteafhan-
kelijke reflectie en transmissie-eigenschappen. Zo zijn
de eerste witte kristallijn-silicium modules gedemon-
streerd, die een opbrengst zouden hebben die onge-
veer de helft bedraagt van de onderliggende modules
(bijvoorbeeld 8-10% i.p.v. 16-20%).
2 .3 KOSTPRIJSONTWIKKELINGEN VAN BIPV
Prijs is en blijft een belangrijke beslisfactor voor de
investering in BIPV. Momenteel worden kostprijsverge-
lijken (van moduleproductie tot en met volledig gemon-
teerde PV-systemen) vaak uitgedrukt in € per watt-piek
(Wp). Wp is de eenheid waarmee het vermogen van
cellen, panelen en systemen wordt aangegeven. Een
systeem met een vermogen van –zeg– 3000 Wp levert
onder standaard testcondities (volle zon, ofwel 1000 W/
m2 licht, 25°C, air mass (AM) 1,5 spectrum, etc.) een ver-
mogen van 3000 watt. Kosten én prijzen per watt-piek
variëren vrij sterk per technologiesoort, rendement van
de panelen en aanverwante parameters.
Figuur 12 Flexibiliteit in kleur (foto: SCX solar)
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
31
Uitkomst interactieve sessie: noodzaak van ontwikkeling
Een behoorlijk aantal BIPV-producten is inmiddels ontwik-keld en beschikbaar voor de markt. Echter, er zijn techno-logische ontwikkelingen noodzakelijk om succes te berei-ken. Tijdens de interactieve sessies8 zijn 35 technologieën gesignaleerd als zijnde het meest van belang voor het suc-ces van BIPV (zie bijlage).
Van de gekozen top 10 (zie Figuur 14) van deze ont-wikkelingen is er aangegeven wat de huidige status op Technology Readiness Level (TRL; zie Figuur 13: Technology Readiness Level) is. Een groot deel van de technologieën bevindt zich in de demonstratiefase (TRL = 7).
Van belang is dat er partijen aanwezig zijn die in een demonstratietraject samen verder willen doorontwikke-len. De overheid kan daar eventueel een rol als co-finan-cier op zich nemen.
SYSTEM TEST, LAUNCH & OPERATIONS
TECHNOLOGY DEMONSTRATION
RESEARCH TO PROVE FEASIBILITY
SYSTEM/SUBSYSTEM DEVELOPMENT
TECHNOLOGY DEVELOPMENT
BASIC TECHNOLOGY RESEARCH
TRL 9
TRL 8
TRL 7
TRL 6
TRL 5
TRL 4
TRL 3
TRL 2
TRL 1
Figuur 14 Overzicht van de 10 technologische
ontwikkelingen met huidig TRL niveau
Figuur 13 Technology Readiness Levels
volgens NASA
7,5
7
6,5
6
5,5
5
4,5
4
3,5
3
6 6,5 7 7,5
Impact
TRL
leve
l
8 8,5 9
Integratie met domotica
Coatings: kleuren en vuilafstotend
High efficiency MWT en IBC technology (200w/m2)
Component integratie (componenten, modules, systemen en opslag, omvormers)
Ontwikkelingen met een langere levensduur (>30-40 jaar)
Vormvrijheid
Goedkope, compacte opslag(zoals met H2-bromide-flow-batterij)
Kleurvrijheid
Multifunctionele modulen: opklikken van optimizers, omvormers, etc.
Assemblage bij leveranciers van bouwaterialen (prefab)
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
32
2,0
1,9
1,8
1,7
1,6
1,5
1,4
1,3
1,2
1,1
1,0
0,9
0,8
0,7
0,6
0,5
0,4
0,3
0,2
0,1
0,0
Jan-10 Jun-10 Nov-10 Apr-11 Sep-11 Feb-12 Jul-12 Dec-12 May-13 Oct-13 Mar-14 Mar-14 Mar-14
Sp
ot
pri
cin
g (
US
D/W
p)
Silicon Multi Wafer Multi Cell Multi Module
Module33%
Cell25%
Wafer25%
Poly Si17%
SHARE 01 2010 SHARE 12 2013 SHARE 02 2015
Module46%
Cell24%
Wafer17%
Poly Si 13%
Module49%
Cell18%
Wafer16%
Poly Si17%
Kristallijn silicium PV (c-Si) heeft een lange historie en
daarmee een lange price-experience curve. Door het
gecombineerde effect van innovaties en schaal (en de
laatste jaren door overproductie) zijn de marktprijzen
zeer sterk gedaald, zie Figuur 15.
Dunne-film PV heeft een minder lange geschiede-
nis, maar vertoont net als c-Si robuuste prijsdaling
met toenemende cumulatieve volumina. Door de sterk
gedaalde prijzen van siliciumtechnologie zijn sommige
dunne-filmfabrikanten en –technologieën in proble-
men gekomen, maar dat doet niets af aan het potentieel
van dunne-films voor BIPV. De unieke mogelijkheden
die dunne-filmtechnologieën bieden kunnen de waarde
voor dit toepassingssegment sterk verhogen.
Een daling in de kostprijs heeft tot gevolg dat BIPV-
producten geleidelijk kunnen concurreren met regu-
liere bouwelementen of bouwelementen waaraan later
PV-panelen worden bevestigd. De kosten voor bouwele-
menten zijn zeer variabel, afhankelijk van materiaal, func-
tionaliteit, kwaliteit en zelfs merk. Figuur 16 en Figuur
17 laten zien dat de variëteit groot is, maar dat BIPV-
producten (in de toekomst) qua prijs concurrentie bieden.
Figuur 15 Historische prijsevolutie10
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
33
Figuur 16 Kostenvergelijking en kostenspreiding van diverse soorten dakbedekking (€/m2)11
Figuur 16 beschrijft de verschillende wijzen van dak-
bedekking. In het bovenste gedeelte wordt aangegeven
welke kosten gepaard gaan met de installatie van PV, in
verschillende vormen van BAPV tot een volledig dak-
bedekkend BIPV-systeem. Hieruit blijkt dat de prijs van
dergelijke BIPV-systemen veel van elkaar verschilt. Naar
mate het product meer wordt geïnstalleerd, is het aan-
nemelijk dat de range afneemt en de gemiddelde prijs
daalt. Het verschil met conventionele dakbedekking
wordt tevens aangeduid in de figuur.
De totale kostprijs voor een BIPV-daksysteem dat het
reguliere dak vervangt in de bestaande bouw varieert
van circa € 12.000 tot € 27.500 euro voor respectieve-
lijk een tussenwoning à 60 m2 dakoppervlak en een vrij-
staand huis à 125 m2 dakoppervlak11. Aanvullend onder-
zoek geeft aan dat er voor nieuwbouw wordt bespaard
op de verwijderingskosten van het conventionele dak
en dat de kosten variëren van circa € 10.500 tot € 18.000
voor een tussenwoning en € 15.000 tot € 23.000 voor
een vrijstaande woning. De kosten van een BIPV-
oplossing variëren sterk, afhankelijk van nieuwbouw of
bestaande bouw, type woning en dakoppervlak (deels
BIPV FULL ROO SOLUTION 1
BIPV TILES
BAPV + CONCRETE TILES
IN-ROOF MOUNTING SYSTEM
THATCH ROOFING
SLATES
METAL ROOFING
CERAMIC TILES
CONCRETE TILES
€ 0 € 50 € 100 € 150 € 200 € 250 € 300 € 400 € 450 € 550€ 500 € 600 € 650 € 700 € 750 € 800 € 850€ 350
€ 0 € 50 € 100 € 150 € 200 € 250 € 300 € 400 € 450 € 550€ 500 € 600 € 650 € 700 € 750 € 800 € 850€ 350B
IPV
an
d B
AP
V p
rod
uct
gro
up
End-user cost roofing material in €/m2
End-user PV system cost culculated over PV product in €/m2
Co
nven
tio
nal
ro
ofi
ng
mat
eria
l
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
34
of geheel), type BIPV-oplossing en leverancier. Daarbij
blijkt dat de kosten voor een vrijstaande woning (met
een groter dakoppervlak) per vierkante meter ongeveer
20% goedkoper is dan voor een tussenwoning. Dit geldt
voor alle onderzochte type PV: BAPV, PV geïnte greerd
in het dakvlak (BIPV in-roof mounting system) en
BIPV-dakbedekking.
Bovenstaande kosten bevatten zowel de materialen
als de arbeid. Het besparen op arbeid is dé kans voor
BIPV-producten. Door het installatiegemak te vergroten
kan BIPV binnen een kortere tijd worden geïnstalleerd,
zodat de arbeidskosten afnemen. Dit is een uitdaging
voor de ontwikkelaars.
In Figuur 17 wordt het vergelijk gemaakt tussen ver-
schillende typen gevelbekleding. Hierin zien we dat
de bedragen die besteed worden aan gevelbekle-
ding beduidend hoger liggen dan bij dakbedekking.
BIPV gaat hierbij prijstechnisch de concurrentie aan
met hoogwaardige materialen zoals metalen en steen-
soorten (marmer).
Figuur 17 Kostenvergelijking gevelbekleding (€/m2)11
SOLAR SHADING
BALCONY
GLAZED CURTAIN WALL
WINDOW
BIPV
WOODEN
STONE
METAL
BRICK-CERAMIC
FIBROCEMENT
€ 20 € 120 € 220 € 320 € 420 € 520 € 620 € 720 € 820 € 920 € 1.020 € 1.120
€ 20 € 120 € 220 € 320 € 420 € 520 € 620 € 720 € 820 € 920 € 1.020 € 1.120
BIP
Vac
cess
ory
War
mfa
cad
e
End-user cost facade material in €/m2
End-user cost facade material in €/m2
Co
ld fa
cad
e
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
35
2 .4 CONCLUSIE: DE TECHNISCHE
UITDAGING VOOR PV-TECHNOLOGIE
Bovenstaand geeft aan dat er veel mogelijk is met de
verschillende PV-technologieën. Echter, er is een aantal
factoren bepalend voor het type technologie, maar ook
voor andere eigenschappen van de producten:
• De keuze van het substraat bepaalt de technolo-
gie en is daarmee bepalend voor het rendement
en de kostprijs. De keuzevrijheid van het materi-
aal heeft echter ook grote voordelen. De materiaal-
eigenschappen van het gekozen materiaal zijn lei-
dend voor de eigenschappen van het BIPV-product,
zoals lichtgewicht, constructief of transparantie.
• De keuze van de kleur heeft zoals beschreven
invloed op het rendement, maar niet beschreven:
het bepaalt ook in hoge mate de esthetiek. Deze
afweging tussen rendement, esthetiek, maar ook
kostprijs is een dilemma dat regelmatig terugkomt
tijdens de ontwikkeling van BIPV-producten.
Over het algemeen genomen zijn er betreffende BIPV
een viertal technische uitdagingen te benoemen, waar-
van de eerste voorwaardelijk voor de ontwikkeling van
een goed product:
UITDAGING T1: Functie-integratieEen BIPV-systeem neemt naast de energieopwekkings-
functie nog minstens één andere functie voor haar reke-
ning. In het begin zal dit met name een esthetische
functie zijn, maar gedurende de ontwikkelingen zal dit
verder gevorderd raken en zien we ook functies toege-
voegd worden zoals isolatie. Het combineren van func-
ties is de kracht van een BIPV-systeem, maar is voor
ontwikkelaars ook een uitdaging. Naast deze vereisten
wordt er van een BIPV-product ook verwacht dat deze
aan andere randvoorwaarden en eisen voldoet dan die
in de bouw gebruikelijk en verplicht zijn.
UITDAGING T2: Vorm- en maatflexibiliteit tegen acceptabele kostprijsNiet voor niets is dit een belangrijke uitdaging: de verla-
ging van de kostprijs, cruciaal voor het succes van BIPV.
Wat hiervoor noodzakelijk is, is industrialisering van de
technologieën. Dit zonder te moeten inleveren op de
high mix (vorm- en maatflexibiliteit). Hiervoor zijn flexi-
bele doch gestandaardiseerde processen nodig. De
ontwikkeling van deze processen ligt zowel bij kennis-
instellingen als bij de private sector, passend bij de van
belang zijnde factoren uit de bouw. Bijkomend voordeel
van geïndustrialiseerde processen is dat de kwaliteit
door meer massa vaak omhoog gaat, er een snellere
levertijd gegarandeerd kan worden en een betere lever-
garantie. Alle belangrijk in de realisatiefase, en dus een
van de factoren die in het aankoopproces meewegen.
De bouw verandert, maar is nog steeds een typische
maatwerksector. Door meer te werken met gestandaar-
diseerde maten, moduulmaten, kunnen de kosten in
deze sector laag gehouden worden. Op deze wijze komt
men toch tegemoet aan de wens van de bepalende par-
tijen voor het ontwerp zo min mogelijk beperkt te wor-
den in hun vrijheid. Daarnaast zorgt standaardisatie op
niveau van installatie dat de benodigde kennis en erva-
ring die noodzakelijk is in deze fase wordt beperkt en de
installatiesnelheid wordt vergroot.
UITDAGING T3: Vorm-, maat- en kleur-flexibiliteit met acceptabel rendementsverliesDe PV-sector in het algemeen maakt zich hard voor een
betere efficiëntie en lager rendementsverlies. In de
regel geldt dat BIPV-componenten typisch een lager
rendement hebben dan reguliere oplossingen, dit door
warmteopbouw onder de stroomleverende elementen
of door gebruik van kleur. Oplossingen kunnen onder
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
36
andere gevonden worden in de adaptatie van techno-
logie specifiek voor integratie, verhoging van de effi-
ciëntie in het algemeen, verhoging van het rendement
voor specifieke toepassingen (bijv. verticaal) of de ont-
wikkeling van specifieke software. Ook kan worden
onderzocht wat een acceptabel verlies is voor eigena-
ren. Daarnaast dient nagegaan te worden of de hui-
dige levensduur van PV acceptabel is. Voor nu worden
garanties afgegeven voor 25 jaar. Een dak vervangen
om de 25 jaar is onacceptabel.
UITDAGING T4: Vergroten van de keuze in substratenIn deze uitdaging maken we onderscheid tussen
hybride en heterogene producten. Bij hybride produc-
ten wordt de BIPV-cel in de BIPV-module geïntegreerd;
Bij de heterogene producten wordt het substraat (ofwel
het bouwmateriaal van de bouwmodule) gebruikt als
substraat voor de PV-cel.
De uitdaging van beide processen is dat het basis-
materiaal, het substraat, verandert. Opmerking hierbij is
dat het proces van het aanbrengen van PV-materiaal op
een substraat zeer nauwkeurig is. De verwachting is dat
hieraan behoorlijke ontwikkelinspanningen aan vooraf
gaan om dit proces te stabiliseren. Dat betekent dat met
name ook de uitgangsmaterialen geschikt moeten wor-
den gemaakt om te worden gebruikt als drager. Het ont-
wikkelen van nieuwe efficiënte processen hiervoor heeft
daarbij ook impact op een deel van de processen van
de toeleverende componenten.
De komende jaren zullen vanuit dit perspectief de sup-
ply chains veranderen en opschuiven naar de situa-
tie van integratie. Maar er zullen ook tussenvormen in
supply chains en productrealisatie ontstaan en blijven
bestaan, waarbij gebruik wordt gemaakt van dragende
materialen, zoals folie en glas. Deze dragende mate-
rialen moeten een stabiele verbinding maken met het
PV-materiaal die de efficiëntie en levensduur van het
systeem niet nadelig beïnvloeden.
Bouwmodule
substraat Bouwmodule
substraat
PV-module
BIPV-product
BIPV-product
proces assemblage-proces
Bouwmodule
substraat Bouwmodule
substraat
PV-module
BIPV-product
BIPV-product
proces assemblage-proces
Figuur 18 Links, heterogeen proces (direct op het materiaal
van de bouwmodule) en rechts, hybride proces (verbinden na
productie van separate PV-module en bouwmodule)
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
37
Bovenstaande uitdagingen leveren de volgende acties op:
Nr Actie Oplossingsrichtingen Uitvoerders
T1 Integratie in de bouw
Ontwerpvoorwaarden voor de bouw moeten duidelijk zijn; eisen en wensen vanuit de bouw voor toepassing van de pro-ducten of de wijze van installatie of integratie in het bouw-proces. De oplossing zit hier in het aangaan van de conversatie en het neerzetten van projecten.
Productontwikkelaars in samenwerking met de bouwketen.
Certificeringen en normen
Duidelijkheid over certificering en normen zijn er niet voldoende. Overheden en brancheverenigingen kunnen hier duidelijkheid in scheppen.
Overheden, brancheverenigingen
T2 Industrialisatie processen
Flexibiliteit door roll-to-roll-productie, waarvan het resultaat als halffabricaat geleverd kan worden voor verdere verwerking aan een toeleverancier van de bouw (bijvoorbeeld glas-modulen).
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
Nieuwe assemblagelijnen, waarbij nieuwe verbindingsproces-sen worden ontwikkeld. Dit geldt zowel voor het assembleren van de PV-cellen als het monteren van alle elektrische compo-nenten en modules. Een afgeleide versie kan worden voorzien richting prefab-fabricage.
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
Nieuwe productieprocessen waarbij het bouwkundige ele-ment als ondergrond of substraat wordt gebruikt. Hierbij wor-den d.m.v. nieuwe print- en spray-processen PV-lagen op deze ondergrond aangebracht. De ontwikkelingen op het gebied van E-printing vormen hierbij een ondersteunende ontwikkeling. Het printen van de PV-laag kan hierbij tevens verdere uitrol krij-gen naar andere markten, aanvullend aan BIPV, zoals automo-tive en maritiem (zie tevens uitdaging T4: Keuze van substraten).
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
Ontwikkeling kleurcoatings (er is tevens behoefte aan: vuilafstotende en anti-reflectiecoatings).
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
Bepaling van standaardisa-tie: maatvoe-ring, installa-tie elektrisch/constructie/data
Standaard installatiecomponenten (elektrisch/constructie/data) ontwikkelen, samen met installatiesector/bouw (toeleveran-ciers). Er kan worden ingezet op bovengenoemde moduulmaat voor de Nederlandse en internationale markten. Het is denk-baar dat voor de Nederlandse markt een moduulmaat van een veelvoud van 300 mm wordt aangehouden. Voor elektrische standaardisatie lijkt het van belang te zijn dat het voor de ener-gie-efficiëntie van belang is dat de PV-cellen parallel worden geschakeld zodat eventuele schaduwplekken minder invloed hebben op de energieopwekking. Mechanisch is het van belang dat panelen eenvoudig en betrouwbaar op elkaar aansluiten.
Productontwikkelaars i.s.m. installateurs. Hier is tevens een rol weggelegd voor koe-pelorganisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
38
Nieuwe vormen van daken: volledig dakvlak, gevels van platen kunststof met daarop gekleurde PV-laag.
Productontwikkelaars i.s.m. installateurs. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
T3 Verduidelijking van de markt - behoefte
Vraag wordt centraal opgehaald bij de bouwketen en andere stakeholders. Zie tevens M1.
Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy om dit te faciliteren.
Ontwikkeling van efficiëntere cellen (alge-meen of onder specifieke BIPV-condities)
Verhoging efficiëntie: Op het gebied van de ontwikkeling van PV-cellen zien we tot nu toe 3 belangrijke technologieën beschikbaar: wafer-based silicium, dunne-film en concentrator (multi-junction) zonnecellen. Dergelijke PV-cellen zijn toepas-baar op BIPV-systemen d.m.v. hybride assemblageprocessen. De wens is hierbij om mee te liften op de lopende technologi-sche ontwikkelingen zoals onder andere richting:
• High Efficiency MWT (Metallization Wrap Through)” en IBC (Interdigitated Back Contact) zijn nieuwe ontwikkelingen met hoge vermogensdichtheid waarbij het de wens is een ver-mogensdichtheid van 200 Wp/m2 te bereiken in de komende jaren. Daarnaast zijn er ontwikkelingen die gebruik maken van andere substraten dan reguliere substraten zoals III-V-materialen (GaAs, InP) en multijunction-cellen waarbij meer-dere lagen in de PV-cel licht invangen. Deze worden nauwe-lijks in de gebouwde omgeving toegepast vanwege de hoge kostprijs. Desalniettemin zijn hier mogelijkheden voor, waar-bij het oppervlak van deze technologieën beperkt is.
• De ontwikkelingen met extreem dunne Si-cellen geven ons de mogelijkheid buigbare oplossingen te realiseren, al dan niet d.m.v. packaging met folies om de breekbaarheid te reduceren.
• Zogenaamde Bifacial cellen die gebaseerd zijn op tweezijdige lichtinvang en met name geschikt voor transparante gevels doen hun intrede. Cellen met een bepaalde selectiviteit voor bepaalde lichtgolflengten (zichtbaar en niet-zichtbaar licht) en cellen die uit zonlicht direct H2 maken zijn in ontwikkeling.
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
2. M
AA
K K
EN
NIS
ME
T B
IPV
39
• Voor een maximaal energierendement is het een mogelijk-heid op celniveau parallel te opereren, waarbij opgewekte energie maximaal wordt benut. Hiervoor zijn speciale en met name goedkope IC’s noodzakelijk om dergelijke schakelin-gen te maken. Dit resulteert onder andere in de super smart module.
• De integratie van elektrische PV-opwekking en thermische opwekking is een methode om rendementen te vergroten en klimatologisch te verbeteren. Dit heeft tweezijdig een effect: de warmte die ontstaat onder de PV-elementen wordt afge-voerd door het koele water van het thermische systeem. Hierdoor neemt het rendement van het PV-systeem en het thermische systeem toe.
• BIPV-modules kunnen niet altijd onder optimale hoek wor-den gemonteerd doordat de modules de contouren van het gebouw moeten volgen. Er kan gedacht worden aan de ont-wikkeling van specifieke cellen of oplossingen voor verticale- of horizontale toepassing, maar ook aan het gebruik van len-zen of coatings.
Ontwikkeling toepassings-technologie (specifiek voor BIPV; waar-onder degra-datie door levensduur)
Ontwikkelingen omtrent verlengde levensduur van PV zijn naar waarschijnlijkheid noodzakelijk voor acceptatie in de bouw. Dit betreft het vergroten van de levensduur en verminderen van degradatie. De huidige levensduur van ca. 25 jaar is te kort voor BIPV-toepassingen. De levensduur moet hierom naar verwach-ting aanzienlijk worden verbeterd naar 30-40 jaar. Het ontwer-pen van BIPV-modules waarbij het PV gedeelte verwisselbaar is, kan hier uitermate goede kansen bieden.
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
T4 Ontwikkeling heterogeen productie-proces nieuwe substraat-materialen
Printed solar (bijv. d.m.v. DCCS technologie) op glas, hout of andere materialen.
Kennisinstelling/ product(ie)ontwikkelaars
Ontwikkeling verbindings-technieken PV-materialen/substraat
Klikverbindingen voor dak- of gevelpanelen waarin een PV-module verzonken wordt.
Kennisinstelling/ productontwikkelaars
Lijm-, klik- of schroefverbindingen tussen PV en metalen, glas, kunststoffen of keramiek.
Kennisinstelling/ productontwikkelaars
Grotiusgebouw Radboud Universiteit in Nijmegen. Fotografie: Bouwbedrijf Berghege
41
hoofdstuk 3
Marktomvang en -ontwikkeling van BIPV
In dit hoofdstuk krijgt u meer informatie over de markt van BIPV, zowel kwalitatief als kwantitatief. Er wordt
gestart met een schets van de groeiverwachting in Nederland van PV in het algemeen en specifiek voor BIPV. Hierna wordt de potentie van de thuismarkt, Nederland, weergegeven. Deze worden gekoppeld
aan de cijfers uit de bouw; dit is tenslotte de toepassingsmarkt. u vindt hier ook een prognose. Vervolgens wordt onderscheid gemaakt tussen de verschillende marktsegmenten en beweegredenen, waarna we afsluiten met de uitdagingen voor de BIPV-sector ten aanzien van de marktbenadering.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
42
3 .1 GROEIVERWACHTINGEN PV EN BIPV
WERELDWIJD EN IN NEDERLAND
Het totale wereldwijd geïnstalleerde PV-vermogen
bedroeg eind 2014 ongeveer 177 GWp12; het geïnstal-
leerd vermogen BIPV wordt geschat op bijna 1,6 GWp13.
Dit betekent dat slechts 1% van het geïnstalleerd ver-
mogen het gevolg is van BIPV-installaties. Er wordt ver-
wacht dat het geïnstalleerd vermogen van de PV-markt
sterk stijgt in 2018; Het stijgt naar 320-430 GWp14.
Ondanks dat het Europese aandeel in mondiaal geïnstal-
leerd PV-vermogen afneemt, bevindt het overgrote deel
van de installaties zich in Europa. Wanneer we uitgaan
van een gelijkmatige groei van BIPV binnen de PV-markt,
kan het verwachte geïnstalleerde vermogen als aanzien-
lijk beschouwd worden: ca. 3,2 GWp tot 4,3 GWp.
In Nederland was in 2014 het geïnstalleerd vermogen
1 GWp. 80% daarvan was geïnstalleerd op daken van
woningen15. De sector verwacht bij gelijkblijvend beleid
in 2020 ongeveer 5 GWp geïnstalleerd vermogen te
hebben. Indien belemmeringen worden weggenomen
en extra gestimuleerd worden vanuit de overheid is dit
circa 8 GWp.
900
800
700
600
500
400
300
200
100
0
7
6
5
4
3
2
1
0
0 2014 (actual) 2015 2016 2017 2018 2019 2020
PV wereldwijd PV Nederland
PV
wer
eld
wijd
PV
Ned
erla
nd
Figuur 19 Geïnstalleerd vermogen PV, wereldwijd en Nederland
3. M
Ar
KT
OM
VA
Ng
EN
–ON
Tw
IKK
ElIN
g V
AN
BIP
V
43
3 .2 POTENTIE IN DE THUISMARKT: DE GROEI
VAN DE NEDERLANDSE BOUW
Volgens de spelers in het Nederlandse ecosysteem8
hebben we voor het doorzetten van groei een sterke
thuismarkt voor BIPV-producten nodig. Een sterke thuis-
markt zorgt voor een snellere ontwikkelcyclus en betere
borging van en inspelen op kwaliteit. Nederland biedt
hiervoor de juiste potentie: we hechten waarde aan
architectuur, hebben oog voor kwaliteit, hebben een
dichtbebouwde omgeving en ontwikkelen innovatieve
producten. Echter, we hebben te maken met een vrij
conservatieve bouwsector.
Nieuwbouw van woningen en utiliteitIn 2014 zijn 45.000 woningen en 7.500 niet-woningen,
zoals kantoren, winkels en recreatiecentra, opgeleverd16.
Voor 2015 en 2016 wordt weer een groei verwacht17 en
vanaf 2015 neemt de nieuwbouwproductie van wonin-
gen zelfs met 15% toe. Dit betekent dat er in 2015 meer
dan 50.000 woningen worden opgeleverd. Ondanks
deze positieve cijfers blijft de uitbreiding van de
woningvoorraad nog steeds achter bij de huishoudens-
groei (ca. 7,6 miljoen huishoudens ten opzichte van ca.
7,5 miljoen woningen). Dat betekent impliciet een slui-
merende en exponentieel groeiende markt voor nieuw-
bouwwoningen, wat op zich een groter afzet potentieel
Aantal zelfstandige woningen
7.535.317
-90 m2
90-119 m2
120-149 m2
150+ m2
33,7%
30,4%
17,7%
18,2%
Bouwjaarvooroorlogs
Bouwjaar1945-1970
Bouwjaarvanaf 1971
44,1%
25,6%19,3% 55,1%
eengezins meergezins
35,1%64,9%
100%100%
100%
100%
55,9%
huur
koop
Figuur 20 Kenmerken woningvoorraad18
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
44
betekent. Gezinnen worden kleiner en meer mensen
wonen alleen. De nieuwbouwbehoefte van 2010 tot
2019 neemt toe: in deze periode worden circa 682.800
nieuwbouwwoningen toegevoegd aan de woningvoor-
raad, dat wil zeggen ca. 76.000 woningen per jaar, dus
circa 1% van de woningen dat nieuwbouw is per jaar.
Door onder andere de gevolgen van de vergrijzing zal
de nieuwbouwbehoefte na 2020 langzaam weer afne-
men. Van deze nieuwbouwbehoefte wordt slechts circa
10% gebouwd in particulier opdrachtgeverschap.
Het aantal utiliteitsgebouwen bedraagt ca. 480.000,
waarvan er ca. 429.000 behoren tot de dienstensector
(ofwel kantoren)19. Alle overheden gezamenlijk, dus ook
het aandeel van gemeenten, provincies en waterschap-
pen erbij, gebruiken ongeveer 20% van alle kantoren en
zijn van een groot deel eigenaar.
De nieuwbouwsector krijgt komende periode te maken
met een aanscherping van de energieprestatie van
gebouwen naar bijna energieneutraliteit in 2020. Dit
heeft een impact op de energiebesparende en de ener-
gieopwekkende elementen waarin geïnvesteerd wordt.
RenovatiesectorDe renovatiesector werd in crisistijd gestimuleerd. Nu
deze stimulering weggevallen is, komt de werkgele-
genheid en omzet hierin onder druk te staan. Echter de
transformatie van gebouwen, waarbij gebruikersfunc-
ties wijzigen, zorgt ook weer voor meer bouw volume.
Door de aantrekkende economische groei wordt ver-
wacht dat de groei van de utiliteitsbouw, met name
voor de industriële hallen en logistieke centra vanaf
2015 weer toeneemt. Enkel de groei van nieuwbouw
van kantoren en schoolgebouwen loopt nog terug. Ook
voor 2016 wordt voor de utiliteitsbouw een bescheiden
groei verwacht.
Daarnaast is er het initiatief van de Stroomversnelling.
Dit initiatief richt zich op de renovatie van huurwonin-
gen in bezit van onder andere corporaties. Zij investeren
en voorzien in investeringsconstructies in energiebespa-
ring. Nu is het vaak zo dat de kosten bij de corporaties
liggen en de baten bij de huurders. Deze ‘split incen-
tive’ tussen huurders en verhuurders is opgelost door in
een renovatieproces de keus aan te bieden een woning
extra energiezuinig te maken (energieneutraal). De extra
kosten per woning worden nu ingeschat op gemiddeld
€ 16.000 per woning20, wat een aanzienlijke efficiëntie-
verbetering zou betekenen ten opzichte van huidige
bouwkosten. Ten opzichte van de huidige renovatie naar
energie nul woningen wordt € 19.000 bespaard.
De corporaties worden gecompenseerd voor de kosten
door de winst op de energierekening te mogen inter-
naliseren. De totale woonlasten voor de huurder ver-
anderen niet, maar de huurder betaalt de voormalige
energierekening nu aan de corporatie als compensatie
voor de investering. Voor een verder succes is efficiënt
bouwen en schaalvergroting noodzakelijk. Dit initiatief
rekent op een duurzame renovatie van de huizenmarkt
van 111.000 woningen tot in 2020.
Het is aannemelijk dat in een groot deel van deze pro-
jecten BIPV-producten worden toegepast, zoals pre-
fab dakbedekking, bestaande uit PV met dakisolatie. We
verwachten dat in circa de helft van deze projecten der-
gelijke PV-producten worden toegepast.
3. M
Ar
KT
OM
VA
Ng
EN
–ON
Tw
IKK
ElIN
g V
AN
BIP
V
45
Trends faciliterend voor succes BIPV
Er zijn enkele ontwikkelingen die bepa-lend zijn voor het mogelijke succes van BIPV. Deze trends beschrijven wij in dit kader.
Behoefte aan energiebesparing en CO2-reductieEr is een stijgende drang naar ener-giebesparing en CO2-reductie, zoals beschreven in Hoofdstuk 2. Dit heeft niet alleen effect op normen die gesteld worden ten aanzien van besparings-doeleinden (zoals overheidsakkoorden en meerjarenverklaringen die sectoren met elkaar overeenkomen), maar ook op gedrag van mensen.
Toenemende opwekking van duur-zame energieDe technologie achter hernieuwbare energie verbetert snel. Deze nieuwe energiebronnen kunnen de conventi-onele energiebronnen ondersteunen en op den duur eventueel vervangen. Doordat bronnen van hernieuwbare energie toegankelijker zijn geworden voor individuele aankoop, zien we steeds meer decentrale opwek van ener-gie, bijvoorbeeld op woningen, velden en industriële hallen. Daarnaast zien we ook de beweging vanuit de vraag-kant; steeds meer gebouwen worden in opdracht duurzaam uitgevoerd. BREEAM-, GPR gebouw- en LEED-certificeringen worden gebruikt als
indicator om het niveau van duur-zaamheid aan te geven. Ook door de strenger wordende EPC-eis die door de overheid aan gebouwen wordt gesteld, neemt de opwekking van duurzame energie bij gebouwen toe.
Flexibilisering energiegebruik en -aanbod/smart gridsHet afnemen van energie en het terugleveren van energie komt inmid-dels steeds vaker voor. Daarnaast is de opwek van energie steeds minder gecentraliseerd. Er wordt een hogere mate van intelligentie van het netwerk verwacht om stromen af te stemmen en stromen te verwerken. Wat we in de toekomst zullen zien is dat er in plaats van het inspelen op de energie-vraag, het aanbod en de urgentie van de vraag centraal gesteld worden. Door deze op elkaar af te stemmen, kunnen we naar een duurzame energievoorzie-ning, zonder al te veel afhankelijk te zijn van energieopslag. Hiervoor moe-ten demand side managementsystemen en forecasting technieken op de juiste manier worden geïntegreerd.
Elektrificatie woningen en vervoer (en de veranderende rol van gas)Gasaansluitingen worden overbodig in woningen. Koken op gas is niet meer noodzakelijk (elektrisch of inductie) en verwarmen is ook mogelijk d.m.v. elek-
triciteit en aardwarmte. Technologieën die deze ontwikkeling omarmen zijn:
• Slim (en snel) laden en ontladen van elektrische auto’s en die com-bineren met BIPV;
• Overdag opwarmen van lucht en tapwater door combinatie PV en hybride warmtepompen.
Decentrale energieopslagMet decentrale energieopslag bedoelen we opslag op lokaal niveau, maar niet per se per woning. Dit betreft meer de stabilisatie van het huidige netwerk, zodat piekvraag opgevangen kan wor-den en het netwerk op een gebalan-ceerde manier belast wordt (waardoor verzwaring van de faciliteiten wellicht niet nodig is). Stabilisatie van vraag en aanbod op lokaal niveau kan worden bereikt door toepassing van energiebuf-fers of buurtbuffers, waarbij combina-ties van bijvoorbeeld accu’s en vlieg-wielen of warmte-koude-opslag inge-zet kunnen worden. Onderscheid dient te worden gemaakt in de schaalgrootte van de toepassing en de verschillende vormen van energie en opslag (zoals omzetting van een waterbuffer naar elektriciteit, of een omzetting van warm water naar heet water).
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
46
3 .3 BIPV IN DE BOUW
De BIPV-markt is sterk afhankelijk van zowel de bouw
als de PV-markt en is een verregaande samensmelting
van de markt voor PV-systemen met die van de toeleve-
ring van producten voor de bouw. De groei van beide
markten, zowel bouw als PV, vormt de basis voor de
toepassing van BIPV.
De verwachting is dat meer dan de helft (circa 60%) van
deze omzet in de BIPV-markt wereldwijd wordt omgezet
in nieuw te bouwen gebouwen7. De grootste groei vindt
daarbij plaats in Europa. Echter, wordt in Nederland de
grootste groei verwacht in (renovatie van) de bestaande
bouw: het aandeel opdrachten bij architecten in nieuw-
bouw/renovatie is circa 40/6021. Het is aannemelijk dat
bij deze projecten duurzame energietechnologieën wor-
den toegepast.
De BIPV-markt beslaat op dit moment 1% van de
PV-markt. Deze is groeiend naar 3%7. Uitgaande
van deze groei en geprojecteerd op de PV groei in
Nederland, betekent dit dat er in 2020 circa 0,2 GWp
geïnstalleerd vermogen aan BIPV is. In Figuur 21
wordt deze groei in donkerblauw aangegeven. Door
aanvullende stimuleringen en ontwikkelingen betref-
fende de uitdagingen, zoals beschreven in deze road-
map, kan deze groei potentieel veel groter zijn.
Het stimuleringen van de technologieën en het weg-
nemen van de belemmeringen volgen onder andere uit
de afspraken in het Energieakkoord. Het doel van het
Energieakkoord is dat minimaal 1 miljoen huishoudens
in 2020 voorzien in eigen energie op jaarbasis. Hiervoor
is een aantal stimuleringen en initiatieven opgezet,
waaronder het beleid van de overheid rondom bijna
energieneutrale gebouwen (BENG) in 2020 voor nieuw-
bouw in het algemeen en de Stroomversnelling voor
renovatie van woningen (verdeling beschikbare referen-
tiewoningen: 70% rij- en 30% galerijwoningen, waar-
voor respectievelijk dak- en geveloplossingen interes-
sant zijn22). Dit betekent dat, met een gemiddeld jaar-
lijks elektriciteitsverbruik van 3.340 kWh per huishou-
den23, er jaarlijks ca. 0,381 GW duurzaam opgewekt
moet worden. Een aanzienlijk deel daarvan wordt ver-
moedelijk via zonnestroom opgewekt. Naar schatting
is dit 50%, dus ca. 0,19 GW. Overigens is er duidelijk
potentie voor zonne-energie in Nederland: In totaal is er
ruimte voor 66 GWp zonnepanelen op de daken24.
Bij de prognose hebben we verder aangenomen dat de
overheid voornemens is een voorbeeldfunctie te ver-
vullen. Zij zijn eigenaar van ongeveer 20 procent van de
429.000 kantoren, dus ca. 85.800 kantoren zijn beschik-
baar voor renovatie/toepassing van BIPV. In 2020 moe-
ten al deze gebouwen energieneutraal zijn25.
Van de eigenaar-bewoners, ca. 55% van de woning-
markt, overweegt 17%22 de komende 2 jaar te investeren
in energiebesparende maatregelen. Maar liefst 30% van
deze groep geeft aan te willen investeren in PV-panelen.
Het is mogelijk dat een deel hiervan kiest voor een
investering in BIPV, echter wordt de investering voor
deze energiebesparende maatregel genoemd als voor-
naamste belemmering om over te gaan tot actie.
Wanneer we uitgaan van een turn-key installatieprijs
van 2€/Wp, betekent dit concreet voor de Nederlandse
markt een omzet van ca. 390 tot 650 miljoen euro, afhan-
kelijk van de voor nu verwachte groei en de groei zoals
die bereikt wordt in het geval van de ‘innovatieve groei’
van respectievelijk 0,195 en 0,325 GWp. Om door te
groeien tot de 650 miljoen euro omzet in deze markt, is
het van belang dat er kosteneffectieve, kwalitatieve BIPV-
systemen in veel variaties beschikbaar en bekend zijn.
Indien de in deze roadmap beschreven uitdagingen wor-
den aangegaan en worden opgelost neemt de aanneme-
lijkheid van het scenario van gestimuleerde groei toe.
3. M
Ar
KT
OM
VA
Ng
EN
–ON
Tw
IKK
ElIN
g V
AN
BIP
V
47
3 .4 SEGMENTATIE VAN MARKTPARTIJEN
EN -STAKEHOLDERS
De verschillende state-of-the-art productcategorieën
die onderscheiden worden zijn reeds eerder genoemd:
BIPV-dak, BIPV-gevel en BIPV-glas. In de eerste plaats is
de toepassing van BIPV in welke vorm dan ook afhan-
kelijk van de marktvraag en het antwoord van het pro-
duct dat daarin kan voorzien.
Uit de interactieve sessies blijkt dat onder andere de
potentie voor BIPV-gevels in hoogbouw erg hoog is.
Hierbij zien zij een grote potentie voor iconische projec-
ten die door hun uitstraling prominent in het oog sprin-
gen. Deze worden beschouwd als zijnde zeer belang-
rijk voor de acceptatie van BIPV en de bekendheid van
de esthetische oplossingen die daarbij mogelijk zijn. Bij
deze iconische projecten is de kostprijs vaker onder-
geschikt dan bij reguliere projectontwikkeling en wordt
er meer gevraagd van de symbolische en esthetische
waarde van het geheel.
De grootste potentie voor BIPV ziet men in de toepas-
sing van BIPV in façades en daken bij de residentiele
laagbouw onder consumenten. Voor hoogbouw is de
potentie met name het grootst voor BIPV-glas. Wanneer
we spreken over laagbouw/hoogbouw C hebben we het
over huiseigenaren en bewoners of sociale huurders
waarbij beslissingen over de aanschaf van deze syste-
men worden genomen door de desbetreffende woning-
corporaties. Bij laagbouw/hoogbouw B hebben we het
over bedrijven of institutionele die de beslissing maken.
0,35
0,3
0,25
0,2
0,15
0,1
0,05
0
Actual 2014 2015
GW
2016 2017 2018 2019 2020
Groei BIPV volgens Transparancy Market Research Innovatieve groei
Figuur 21 Prognose BIPV-markt Berenschot in samenwerking met SEAC
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
48
Segment BAPV BIPV-dak
BIPV-gevel
BIPV-glas
Hoogbouw C
Hoogbouw B
laagbouw C
laagbouw B
Industriële hallen
‘Civiele kunstwerken’, waaronder geluids- wallen
Figuur 22 Grootte van de kans voor PV-component per
marktsegment (rood 1-4 is laag, geel 4-7 is medium,
groen 7-10 is hoog), C = Consumenten, B = Business.
Stakeholders bij beslissing BIPVTijdens de interactieve sessies is de betrokkenheid van
de verschillende stakeholders in een aankoopproces als
zeer belangrijk beschouwd. Bij de verschillende toepas-
singssegmenten, hebben we aangegeven welke cruci-
ale beslissers en beïnvloeders er zijn per segment, met
ieder een eigen belang; de een is meer investerings-
gedreven en de ander meer rendements-of duurzaam-
heids-gedreven, bijvoorbeeld als onderscheidende
factor tussen vastgoedbeheerders ten opzichte van
eigenaar-gebruikers.
Segment Gebruik Eigenaar/ beslissende partij
Beïnvloeders
Hoogbouw residentieel
Residentieel: gestapelde woningen
Woningcorporatie, vastgoed-eigenaar (particuliere huur) of VvE
Financiers (bank), ‘adviseurs’ (van installateurs tot kennissen), ontwerpteam (w.o. architect)
Hoogbouw commercieel
Commercieel: kantoren Eigenaar-gebruiker of investeerder in vastgoed
Financiers, energie-adviseurs, ontwerpteam, toekomstig gebruiker
laagbouw residentieel
Residentieel: eengezinswoningen
Eigenaar woning / initiator bouw woning (vaak: projectontwikkelaar) of woningcorporatie
Financiers (bank), ‘adviseurs’ (van installateurs tot gezins-leden/kennissen), ontwerp-team, energieleverancier
laagbouw commercieel
Utiliteitsbouw commercieel: kantoren
Eigenaar vastgoed (DGA) Financiers, energie-adviseurs, ontwerpteam
(institutionele instellingen)
Publieke gebouwen: gemeen-schapshuizen, scholen, etc.
Overheden Ontwerpteams, politiek
Industriële hallen
Commercieel Eigenaar vastgoed Financiers, energie-adviseurs, ontwerpteam
Civiele ‘Kunstwerken’
Elementen in de gebouwde omgeving waaronder bijv. geluidsschermen
Overheden Energie-adviseurs, civiele technici, ontwerpers/kunstenaars
Figuur 23 Overzicht van de marktsegmenten en van invloed zijnde stakeholders bij aanschaf van BIPV
3. M
Ar
KT
OM
VA
Ng
EN
–ON
Tw
IKK
ElIN
g V
AN
BIP
V
49
In bovenstaand overzicht zijn ook de beïnvloeders
beschreven. Partijen die veel invloed lijken te hebben op
het aanschafproces zijn de adviseurs in de bouwkolom
zoals de architecten, aannemers en installateurs. In de
bouwsector zijn er veel partijen die de omslag naar het
aanbieden van energieopwekking tot voor kort niet maak-
ten vanwege onbekendheid met de producten en toepas-
singen. Door veranderend beleid en een sterk concurre-
rende markt, worden hier nu alle partijen toe gedwongen.
Naast het voorzien in de juiste toepassingsvorm is het
van belang alle stakeholders, inclusief de beslissende
partij (ook wel DMU genoemd), bewust te maken van
en enthousiasme te creëren over de veelzijdigheid en
mogelijkheden van de BIPV-producten. Voorwaarde om
de markt goed te kunnen benaderen en bedienen, is
inzicht in de marktsegmenten.
Uitgaande van het feit dat degene die het vastgoed
(financieel) beheert ook degene is die eindverant-
woordelijk is voor de keuze of er daadwerkelijk (BI)
PV wordt toegepast, kunnen we de volgende onder-
verdeling maken in stakeholders en marktsegmenten.
Marktsegmenten zijn onder te verdelen op basis van de
volgende factoren:
• De wijze van gebruik: residentieel of commercieel
(waaronder ook industrieel)?
• De gebruiker: is de eigenaar tevens de gebruiker, of
betreft het bijv. particulier- of vastgoedverhuur?
• Het beheer van het vastgoed: is dit op individuele
basis of op gezamenlijke basis, zoals bij VvE’s of
woningcorporaties?.
Wijze van gebruik
Gebruiker
RESIDENTIEEL
COMMERCIEEL
EIGENAAR/GEBRUIKER VERHUURDER
1 Vastgoed in eigen bedrijf en beheer 2 Vastgoed verhuurd aan gebruiker
3 Woningbezitters 4 Woningverhuurders
Type eigenaar:
INDIVIDUEEL
3a Eigen beheer/huis
GEZAMENLIJK
3b VVE
Type beheer:
SOCIAAL
4a Woning-corporaties
PARTICULIER
3b Particulier verhuur
Figuur 24 Onderverdeling van de BIPV-marktsegmenten
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
50
De verschillende waarden voor BIPV zijn voor deze
categorie dan ook als volgt te kwalificeren:
Type waarde Waarde BIPV vastgoed in eigen gebruik en beheer
Waarde BIPV vastgoed verhuurd aan gebruiker
Waarde BIPV Huisbezitters
Individueel vs VvE
Waarde BIPV Woning-verhuurders
Woningcorp. vs particulier verhuur
Functionele waarde + + + + + +
Economische waarde + +/- + + + +
Emotionele waarde + - + +/- - -
Symbolische waarde + +/- + +/- + -
Figuur 25 Waardering BIPV voor “vastgoed in eigen gebruik en beheer”
1. Vastgoed in eigen gebruik en beheerEr zijn commerciële en institutionele instellingen die het
vastgoed dat zij gebruiken in eigen beheer financieren
en faciliteren. De investeringsbeslissing en de daadwer-
kelijke investering voor (BI)PV komt dan neer bij deze
partij, maar ook de energetische en financiële opbreng-
sten. Deze partijen maken voor dergelijke investeringen
een businesscase die sluitend dient te zijn.
Een uitzondering hierop is dat het voor hen ook van
belang is aan de omgeving (burgers, klanten, partners)
het signaal af te geven dat zij hun verantwoordelijkheid
nemen ten aanzien van duurzaamheid. Esthetiek van
het gebouw is hierin een belangrijk aspect waar norma-
liter geen concessies aan gedaan worden: het pand is
een van de visitekaartjes van de instelling. BIPV levert
zowel de juiste esthetische waarde als het duurzame
karakter, waardoor voldaan wordt aan beide eisen.
2. Vastgoed verhuurd aan gebruikerHet verhuren van commercieel vastgoed is niet eenvou-
dig. Een groot deel van dit vastgoed heeft momenteel
geen bestemming. Inmiddels trekt de markt langzaam
aan en ontstaan er weer kansen voor exploitatie. Om
daarbij succesvol te zijn is het voorwaarde dat de loca-
tie van het vastgoed en de staat van onderhoud van het
gebouw in goede orde zijn.
Om te differentiëren in de markt ten opzichte van con-
currerende aanbieders en onderscheidend te kunnen
zijn van de meerderheid van aanbieders kan een vast-
goedeigenaar besluiten om in (BI)PV te investeren: een
energiezuinig gebouw zonder aan esthetiek te moeten
inleveren, geeft voordelen voor de toekomstige huurder.
Een groot deel van de kosten van een huurder bestaat
naast de huur uit energiekosten. Huurders geven daar-
bij aan zeker bereid te zijn meer te betalen voor een
energiezuinig gebouw waarmee zij de kosten kunnen
verlagen: circa 50% van de bespaarde energiekosten
willen zij dan aanwenden voor het betalen van extra
huur26. Dat betekent dat er financieringsmogelijkheden
zijn voor het investeren in BIPV in deze doelgroep.
3. HuisbezittersDe groep van huisbezitters is een belangrijk segment
voor BIPV; circa 55% van de woningvoorraad van 7,5
miljoen is een koopwoning. De esthetische waarde van
de woning is van groot belang, zeker bij de vorming
van de economische waarde van de woning bij een
3. M
Ar
KT
OM
VA
Ng
EN
–ON
Tw
IKK
ElIN
g V
AN
BIP
V
51
mogelijke verkoop. Deze mag onder geen beding nega-
tief beïnvloed worden. BIPV kenmerkt zich als een waar-
deverhogende component: het verlaagt de energie-
rekening voor de bewoners, verhoogt het wooncom-
fort en is daarnaast esthetisch aantrekkelijk. Bovendien
geeft het onafhankelijkheidsgevoel om zelf de energie
op te wekken die zelf wordt gebruikt een uitstekende
meerwaarde bij steeds meer gebruikers.
Bij een huisbezitter waar de eigenaar de enige beslis-
ser is in het geheel, is de beslissing wellicht eenvoudi-
ger te maken dan bij een verzameling van eigenaren bij
een appartementencomplex, zoals bij een Vereniging
van Eigenaren (VvE). Er is een gezamenlijke gevel of
dak beschikbaar, waarover gezamenlijk besloten moet
worden of (BI)PV een mogelijkheid is. Voor beide par-
tijen geldt dat zij er functioneel en economisch voor-
deel in moeten zien, maar bovenal dat er geen extra
risico wordt genomen. Om eigenaren die niet direct
overtuigd zijn mee te krijgen in de koopbeslissing, zijn
sterke functionele en economische waarden van belang.
Kunnen deze eigenaren niet overtuigd worden, dan
zijn er mogelijk ook technologische ontwikkelingen om
dit dilemma op te lossen zoals met het gebruik van
zonnestroomverdelers.
4. WoningverhuurdersHuurders van woningen zijn niet zozeer degenen die
de investering in (BI)PV zullen verrichten, maar heb-
ben wel dagelijks te maken met dit energieleverende
systeem: dit systeem is onderdeel van hun leefom-
geving. Dat het systeem er esthetisch goed uitziet is
voor hen van belang, voor de verhurende partij, vaak
een woningbouwcorporatie is dat van minder belang.
Desalniettemin biedt een esthetische woning een hoger
woongenot en is een hogere verhuurprijs mogelijk
acceptabel. De meest overtuigende redenen van ver-
hurende partijen om BIPV aan te schaffen is de eco-
nomische waarde van een duurzaam energiesysteem.
Daarbij is het wel van belang dat er een sluitende busi-
ness case is. Bij woningcorporaties speelt ook de sym-
bolische waarde een zij het beperkte rol; woningcorpo-
raties zijn gesticht zonder winstoogmerk, maar hebben
wel een corporate social responsibility.
3 .5 CONCLUSIE: DE UITDAGING IN
DE MARKTBENADERING
Bovenstaand geeft aan dat er een veelbelovende poten-
tie is voor BIPV. Waar er geen extra impulsen gegeven
worden aan de markt zoals deze nu is, wordt verwacht
dat de BIPV-markt 3% van de totale PV-markt zal bedra-
gen in 2020. In Nederland betekent dit 0,195 GWp aan
geïnstalleerd vermogen. Wanneer de BIPV-sector een
impuls krijgt en de uitdagingen uit deze roadmap aan-
grijpt, is de prognose gunstiger. Hier wordt uitgegaan
van een aandeel van 5% á 0,325 GWp, bereikt in 2020.
Dit betreft zowel de eerder beschreven technische uit-
dagingen als de uitdagingen in marktbenadering als de
uitdagingen voor de samenwerkende sectoren en het
ecosysteem.
De uitdagingen voor de marktbenadering zijn op vier
aspecten te definiëren:
uITDAgINg M5 Bundeling van de marktvraag voor
ontwikkeling nieuwe producten – Market pull
Het duidelijk formuleren van de marktvraag, met name
ook opgesteld per marktsegment door de betrokken
stakeholders en gekwalificeerd naar marktpotentie, is
gewenst. De resultaten hiervan geven input aan de eer-
ste drie uitdagingen (zie 2.4 Conclusie: de technische
uitdaging voor PV-technologie). Ontwikkelaars en ken-
nisinstellingen kunnen hierop hun onderzoeks- en ont-
wikkelactiviteiten afstemmen. Door deze marktvraag
gebundeld te herleiden, gebeurt dit slechts eenmaal
met meer diepgang in plaats van meerdere keren met
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
5252
een beperkte diepgang vanwege het beperkte budget/
tijd van de kleinere partijen. De capaciteit van het eco-
systeem kan zo worden ingezet voor de daadwerkelijke
ontwikkeling van hetgeen dat noodzakelijk is.
uITDAgINg M6 Collectieve marktbenadering voor
awareness
Een belangrijke genoemde barrière is dat de par-
tijen die veel invloed hebben op het ontwerp van een
gebouw en het bouwbestek vaak niet bekend zijn met
wat er op de BIPV-markt te verkrijgen is. Dit geldt zeker
voor de opdrachtgever, maar ook voor adviseurs zoals
architecten. BIPV-componenten worden hierom nauwe-
lijks dwingend in het bestek beschreven. Deze marktbar-
rière vloeit tevens voort uit de organisatorische situatie:
de kleine BIPV-bedrijven hebben met hun beperkte bud-
get een beperkte reikwijdte wat de marketing van hun
product betreft. Dat is een typisch voorbeeld waarbij ze
op de gehele bouwketen schieten met hagel en slechts
de toevalstreffers verzilveren. Een gestructureerde wijze
van samenwerking is er nog niet.
Er is veel overlap tussen de uitvoering voor uitdaging
M5 en uitdaging M6.
uITDAgINg M7 Drempelverlaging keuze voor BIPV
door informatievoorziening
Onjuiste informatie die verspreid wordt over (BI)PV,
doet af aan het imago van de producten. Doordat het
een relatief nieuwe markt is, hebben partijen er sneller
bedenkingen bij. Daarnaast wordt juist door de integra-
tie van onderdelen het risico van het gebruik ervan ver-
hoogd. Informatie hierover is voor risicomijdende par-
tijen, zoals enkele partijen in de bouwkolom en vast-
goedbeheerders – zoals woningcorporaties – cruciaal,
maar deze is niet centraal beschikbaar.
Ten tweede is inzicht in de investering, opbrengsten en
kosten van het beheer doorslaggevend. Hoewel de ver-
laging van de beheer- en woonkosten wordt genoemd
als drijfveer om BIPV aan te schaffen, ontbreekt het
inzicht. Dit geldt voor zowel de commerciële en institu-
tionele instellingen als voor de consumenten; waarin
ons inziens beiden een andere aanpak behoeven.
Bovendien kunnen ook de andere waarden van BIPV
meer uitgelicht worden, zoals de duurzaamheidswaar-
den (imago en ‘zorgdragen voor de toekomst’).
Ten slotte is het van belang dat er voor alle partijen dui-
delijkheid is over huidige en toekomstige overheids-
maatregelingen en wetgeving die invloed hebben op
het koopgedrag en de perceptie van (BI)PV. Het gevolg
van deze onduidelijkheid is uitstelgedrag van de markt.
Tot op heden was er geen directe noodzaak PV toe te
passen. Met ingang van 1 januari 2015, waarbij de EPN-
wetgeving strenger is geworden (van 0,6 naar 0,4), is de
EPC lastiger te behalen met enkel toepassing van iso-
latie en een warmteterugwinningssysteem. De meest
kosten efficiënte manier om de EPC te behalen, lijkt nu
de toepassing van PV te zijn.
Het speelveld voor de toepassing van BIPV wordt
beschouwd als ‘zeer vrij’. De overheid stelt zich nog
niet dwingend op ten aanzien van product- en instal-
latie-eisen, zoals NEN 7250:bouwkundige integra-
tie van elektrische en thermische zonne-energiesys-
temen. Daarnaast wordt de verouderde energie- en
bouwwetgeving aangegeven als een van de belemme-
ringen. De Nederlandse overheid voegt nieuwe wet-
geving toe om een deel van de hulpvraag tegemoet te
komen, bijvoorbeeld door invoering van de belasting-
maatregel voor particuliere huishoudens ‘Postcoderoos’
(= korting op energiebelasting van 7,5 cent bij productie
d.m.v. coöperatie of VvE in eenzelfde postcodegebied).
Echter, dit gebeurt niet altijd met het door de markt
gewenste resultaat (in het geval van de postcoderoos:
vrijblijvend heid aan en daardoor afhankelijkheid van
energieleveranciers ten aanzien van de uitvoering (vrij-
53
INSPIRATIE
Energie voor de brandweerDoor Philippe SAMYN and PARTNERS, architects & engineers
De brandweer in Houten heeft een designverantwoord onderkomen. De kantoren van de brandweer-kazerne worden beschermd tegen weer en wind door een gekromd energiedak. De overkapping die tot de grond doorgetrokken is, biedt daarnaast in het remise plaats aan de brandweerwagens. De 400 m2 semi-transparantie PV-panelen wor-den gedragen door een slanke staal-constructie. Binnenin, en ook van buiten te zien, is het gebouw door kindertekeningen van kleur voorzien.
Dat dit gebouw toch voorzien is van zonnestroomleverende elementen is overigens te danken aan een over-heidsbijdrage en aan het feit dat deze nu volledig eigenaar zijn van een regionale energiemaatschappij.
Brandweerkazerne Houten (NL)
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
54
blijvend voor hen: aanvullende administratieve hande-
lingen en geen gewin voor hen).
uITDAgINg M8 Nieuwe businessmodellen
Markten veranderen. Het typische model van investe-
ren en afschrijven werkt, maar voor sommige marktseg-
menten zijn de barrière van de hoogte van de investe-
ring en het niet overzichtelijk zijn van de onderhouds-
kosten te groot om te overbruggen.
Een van de grootste marktbelemmeringen zijn de hoge
investeringskosten bij aanschaf. Overheden en private
partijen zoeken hierin naar oplossingen. De markt
wordt betrokken door de overheid in het implemente-
ren van het Energieakkoord in Green Deals, zoals de
Stroomversnelling, maar ze zoekt ook naar eigen oplos-
singen. Ter inspiratie:
• Er ontstaan oplossingen in de maatschappij:
crowdfundingsprojecten27 voor consumenten en
bedrijven groeien hard in korte tijd. In dergelijke
projecten stellen bedrijven en gemeenten (dak)
oppervlakte beschikbaar voor zonnepanelen en
particulieren en bedrijven investeren (kleine)
bedragen om voorzien te worden van zonne-energie.
• Daarnaast worden er leaseconstructies28 in de markt
aangeboden. De behoefte aan zonne-energie wordt
vervuld, maar de grote investering blijft uit. Een
leaseconstructie lijkt het risico te verlagen en meer
huishoudens over de streep te trekken.
• Ten slotte worden er door de markt ook technische
oplossingen29 voor organisatorische problemen
om stroom te delen (bijvoorbeeld voor VvE’s)
gegenereerd.
Nr Actie Oplossingsrichtingen Uitvoerders
M5 Formuleren gebundelde marktvraag
Opzet van bundeling marktvraagbijeenkomst. Een selectie van verschillende stakeholders (architecten, aannemers, toeleveran-ciers van de bouw) laten blijken welke eisen zij belangrijk vinden in een BIPV-systeem. Tevens kan de vraag beantwoord worden hoe belangrijk het rendement en de kostprijs daadwerkelijk is. Het is verstandig deze marktvraag ieder jaar te monitoren.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
On- en offline platform creëren waar iedere stakeholder kan aangeven wat hij belangrijk vindt en inspiratie kan vinden over wat mogelijk is met PV, nu en in de toekomst.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
M6 Op collectieve wijze de markt benaderen
On- en offline platform creëren waar iedere stakeholder informatie kan vinden over BIPV in het algemeen als gezamenlijk marketinginstrument voor partijen.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
3. M
Ar
KT
OM
VA
Ng
EN
–ON
Tw
IKK
ElIN
g V
AN
BIP
V
55
Marktgericht denken
Het gezamenlijk coachen van ontwikkelaars om hun producten op de markt te brengen. De innovatieve start-ups hebben vaak niet deze competenties in het team en moeten deze van buitenaf betrekken of zichzelf eigen maken.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Awareness creëren bij stakeholders
Voorbeelden van hoe deze awareness opgezet kan worden, zijn beïnvloeding van de media door een actievere persbenade-ring, communicatie over succesvolle en iconische demonstra-tieprojecten en marketing gericht op de bouwsector, waaron-der de groothandels en koepelorganisaties. Van belang hierbij is dat voor de doelgroepen (beslissers, maar ook beïnvloeders) begrijpbare informatie wordt verstrekt en dat dit ook visueel is.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Voorbereiden op export
Een andere markt over eigen landsgrenzen kent eigen processen en stelt eigen eisen. Deze moeten duidelijk zijn voor partijen. Ook dient er een strategie opgesteld te worden om zich voor te bereiden op hoe de organisatie zal internationaliseren.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
M7 Informatie verstrekken over toepassen van BIPV
Centraal platform met begrijpbare informatie toegespitst op iedere stakeholder. Deze informatie voor bouwende partijen is meer gericht op oplossingen dan op het verkopen van producten. Het nadrukkelijk meer in oplossingen denken in plaats van enkel producten aanbieden, biedt ook de kans producten te combine-ren: een zonne-energiesysteem met een warmtepomp of een pre-fab geïsoleerd dak met zonnepanelen zijn enkele mogelijkheden.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Het aanbieden van faciliterende tools, zoals toevoegingen voor BIM- of PHPP-modules.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Informatie verstrekken over investering en andere kosten
Mogelijk door middel van een centraal platform. Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Duidelijkheid eisen over wetgeving
Versneld duidelijkheid verkrijgen over veranderende wetgeving en normeringen.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
5656
Gezamenlijke stem laten horen, ook als reactie op ontwikkelin-gen. Over het algemeen geldt dat wetgeving in Nederland wordt gezien als wispelturig. Voor een stabiele markt is het vooral van belang om duidelijkheid te krijgen over de wetgeving rondom de installatie van PV, elektriciteitsopwekking en -uitwisseling. Eén geluid laten horen vanuit de BIPV-sector ten aanzien van bij-voorbeeld het voornemen saldering uit te faseren is verstandig.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Welstand in beweging brengen
Nederland heeft een vrij beleid ten aanzien van PV op gebou-wen: dit is in veel gevallen vergunningsvrij, ondanks dat het straatbeeld verstoord wordt. De mening van welstandscommis-sies hierin is onduidelijk. Welstandscommissies zijn overigens geen typisch Nederlands verschijnsel; ook in andere Europese landen, de VS, Canada en Australië worden bouwplannen op gebied van ruimtelijke kwaliteit beoordeeld en speelt dit.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Demonstreren van en com-municeren over succes-volle (iconi-sche) projecten
Zien is geloven: wanneer de ontwikkelde producten gedemon-streerd kunnen worden, al dan niet in iconische projecten, krij-gen deze aandacht en exposure. Ook het TKI Solar Energy heeft hiervoor eerder met RVO een stimuleringsregeling opge-zet: Demonstratie Energie Innovaties (DEI) om demonstratie te bevorderen.
Productontwikkelaars. Hier is ook een rol weggelegd voor koepel organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
M8 Verkennen nieuwe business- modellen voor diverse stakeholders en markt- segmenten.
Onderzoek naar welke marktsegmenten en beïnvloedende stake-holders ontvankelijk zijn voor welke businessmodellen, ook in samenhang met uitdaging M5.
Product- en dienst-ontwikkelaars. Hier is ook een rol weg-gelegd voor koepel-organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Onderzoek naar nieuwe vormen van exploitatie: de deel- en circulaire economie winnen terrein; resulterend in andere verdienmodellen. Het draait niet alleen meer om bezitten en investeren bij aanschaf, maar ook om andere principes bijvoorbeeld het leasen of betalen per kWh of het gezamenlijk investeren en gebruiken.
Product- en dienst-ontwikkelaars. Hier is ook een rol weg-gelegd voor koepel-organisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Betrekken van meer stakeholders: woningcorporaties zijn al veel betrokken bij dergelijke constructies, de financiële sector en woningsector (makelaars/taxateurs) minder. Met name het laatste is van belang, wanneer we uitgaan van het feit dat een gebouw mét BIPV in waarde vermeerderd. De belemmeringen die bij financiers en taxateurs aanwezig zijn, moeten geïdentifi-ceerd worden en waar mogelijk weggenomen worden.
Koepelorganisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy, kunnen deze financiële sector betrekken en informeren.
57
INSPIRATIE
Duurzaam wonen op pauzelandschap
Conceptueel denken kan in Nederland; conceptueel uitvoeren óók. Dat bewijst dit voorbeeld van een eenpersoonswoning. Deze ver-plaatsbare woningen worden prefab in modules opgebouwd en kunnen bijvoorbeeld geplaatst worden op delen van de stad waarvan bestem-ming nog onduidelijk of onzeker is (zgn. pauzelandschappen).
Naast dat de woning innovatief oogt, is ook de invulling van het comfort innovatief. De goed geïso-leerde woningen beschikken over een esthetische energiedak, waarmee zonne-energie wordt opgewekt. In de woning wordt enkel elektrische ener-gie gebruikt. De initiatiefnemers stre-ven ernaar het concept door te ont-wikkelen naar een geheel zelfvoorzie-nende woning.
Heijmans ONE met Energiedak van AERspire
59
hoofdstuk 4
2 sectoren – 1 ecosysteem
In dit hoofdstuk beschrijven we hoe de twee sectoren samen in één werkend ecosysteem
moeten functioneren. De keten wordt geanalyseerd en uiteengezet. Vervolgens worden de drijfveren en belemmeringen benoemd voor PV en BIPV in het bijzonder. Aanvullend wordt het Nederlandse
ecosysteem beschreven en de kansen die hier aanwezig zijn. Ten slotte volgt hieruit een
aantal uitdagingen voor het ecosysteem.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
60
4 .1 GEÏNTEGREERDE KETENS
De BIPV-sector kent verschillende facetten als het gaat
om de productontwikkeling, de daarvoor toe te passen
maakprocessen en de daarbij behorende ketens. Het is
belangrijk deze onderverdeling te erkennen, aangezien
er verschillende spelers, technieken, maakprocessen en
werkmethoden van onderscheidende aard bij betrokken
zijn. Echter, het is noodzaak dat deze twee ketens op
elkaar afgestemd worden, waardoor één ecosysteem
ontstaat.
Door op modulaire wijze BIPV-elementen prefab te ont-
wikkelen en realiseren, wordt de toepasbaarheid in de
bouw aanzienlijk vergemakkelijkt en daardoor ook eer-
der geaccepteerd en toegepast. De bouwsector kan
daarbij eisen stellen aan de uitvoeringsvormen en de
bouwwijze van dergelijke modulaire BIPV-elementen
en andersom leveren de ontwikkelaars van deze BIPV-
elementen weer nieuwe mogelijkheden aan om in
gebouwen toe te passen. De ontwikkelde producten
worden vervolgens toegeleverd aan de bouwsector die
daar eigen ‘maakprocessen’ op loslaat om het geïnte-
greerde gebouw te realiseren.
Gebouwgeïntegreerd
Modulentoeleveranciers
MAAKPROCESBOUW
MAAKPROCESHTSM
Figuur 26 Elementen van de maakindustrie in het
bouwproces
Gestandaardiseerde productie is niet gangbaar in de
bouw, maar ook niet meer uniek. Denk hierbij aan voor-
geassembleerde daken (prefab) waarbij met één han-
deling van een kraan de constructie, afwerking en iso-
latie geplaatst wordt. In de sector High Tech Systems
& Materialen (HTSM) is standaardisatie gebruikelijk.
Door innovatie en standaardisatie is er nog steeds een
maakindustrie in Nederland. De halfgeleiderindustrie,
waarop veel bestaande PV-processen zijn gebaseerd, is
geheel gestandaardiseerd ingericht op massaproductie.
De bouw begint kennis te maken met deze voordelen.
Bij beide sectoren horen andere ketenspelers: enerzijds
de hoogtechnologische HTSM- en solarindustrie en
anderzijds de multidisciplinaire teams uit de bouw en
installatiebranche.
Om meer inzicht te krijgen in hoe het ecosysteem in
Nederland functioneert en waar zich de uitdagingen
bevinden, beschrijven we eerst de waardeketen en pro-
cessen van een bouwproject waarin BIPV-producten
worden toegepast. Daarna beschrijven we welke drijf-
veren en beperkingen BIPV kent. Vervolgens beschrij-
ven we de sterkten en zwakten van het Nederlandse
ecosysteem en ten slotte meten we Nederland aan en
we putten inspiratie uit ecosystemen zoals die in het
buitenland.
4 .2 KETENANALYSE BIPV-PROJECTEN
Een goed georganiseerde keten is op elkaar ingespeeld
en werkt efficiënt. Een goede samenwerking is uiteinde-
lijk terug te zien in het resultaat dat geboekt wordt: het
behalen van de juiste specificaties met minder fouten
en kosten in minder tijdsbeslag.
De BIPV-sector is in Nederland erg afhankelijk van de
bouwsector. De bouwsector wordt door de BIPV-sector
4. 2
SE
CT
Or
EN
- 1 E
CO
Sy
ST
EE
M
61
beschouwd als conservatief; een groot deel van de
bouwbedrijven hebben nog niet voldoende interesse
in BIPV-producten die inmiddels te koop zijn of zien
de noodzaak niet in af te wijken van de huidige bouw-
methoden en –producten. Deze conservatieve bouw-
sector wordt op meerdere wijzen gestimuleerd te veran-
deren. Er zijn certificaten te behalen (zoals BREEAM-NL,
PassiefHuis, GPR Gebouw) en daarnaast zijn er steeds
strengere normen waaraan gebouwen moeten voldoen,
zoals de EPG/EPC-normering, die vastgelegd zijn in het
Bouwbesluit.
Om beter te begrijpen hoe BIPV-producten een weg vin-
den naar de klant, is het van belang de waardeketen in
kaart te brengen (Figuur 27).
Een bouwproject start bij het beleid: er wordt een
stedenbouwkundig plan gemaakt met bijbehorend
bestemmingsplan. Daarnaast is er een basis van bouw-
kundige regelgeving. Overheden, op nationaal, provin-
ciaal en gemeentelijk niveau, hebben hierbij de meeste
zeggenschap.
Een concreet bouwproject begint dan bij het nemen
van initiatief: een (vertegenwoordiging van een) toe-
komstig eigenaar heeft de intentie een project te starten.
Hierbij wordt het doel van het gebruik van een gebouw
bepaald en aan de hand daarvan wordt een briefing
en vervolgens een programma van eisen en wensen
opgesteld. De initiatiefnemer kan varieren van een
woningcorporatie tot projectontwikkelaar tot gebou-
weigenaar/-gebruiker. Gebouweigenaar en -gebruiker
zijn niet altijd een en dezelfde persoon of organisatie.
Afhankelijk hiervan worden er beslissingen gemaakt in
meer of mindere mate geleid door businessmodellen,
risicoanalyses, imagovorming en emotie.
Beleid enintentie
FASE
STAKEHOLDERS
RESULTAAT
Overheden:Nationaal/lokaal
Initiatiefnemer (eigenaar/project-ontwikkelaar
Ontwerpteam (w.o. architect & aannemer
Realisatieteam(w.o. aannemer & installateurs)
Overheden: nationaal/lokaal
Taxateur & makelaar
Gebruiker gebouwGebouw-beheerderFinancier
BeleidsnotaStedenbouwkundig bestemmingsplanBouwkundige regelgeving
Briefing: doel gebruik gebouw
Specificaties (plan van aanpak & programma van eisen
Ontwerp
Gebouw met BIPV-component
ImagovormingFinancieel voordeel energierekeningRisico- en onderhoudsvrij beheerEmotie & gemak (autartkisch)
Ontwerp Realisatie Beheer
BRIE
FIN
G
OPLE
VERI
NG
Co
mp
on
ente
n:
prod
uct
& in
stal
latie
Figuur 27 Waardeketen van toegepaste BIPV-projecten
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
62
Aan de hand van de briefing wordt het ontwerp gemaakt.
Een ontwerpteam, bestaande uit een architect, aannemer
en adviseurs (installatie, constructie, etc.), levert een ont-
werp op dat samen met de opdrachtgever/initiatiefnemer
getoetst wordt aan de briefing (doel en voorwaarden,
zoals budget) en die zelf zorg draagt voor toetsing aan
de wetgeving en het bestemmingsplan. In de ontwerp-
fase wordt de slag gemaakt van een algemene doel-
stelling van energieneutraliteit (al dan niet om aan wet-
geving te voldoen) naar toepassing van zonne-energie,
of nog concreter BIPV-componenten. In deze fase is het
van belang dat een groot deel van de stakeholders, maar
met name de aannemer, bekend is met BIPV, alsmede
dat zij achter de technologie staan. Is dit niet het geval,
dan is het zeer onwaarschijnlijk dat BIPV een onderdeel
uit zal maken van het bouwresultaat. De aanwezigheid
en het gebruik van de principes (bijv. systemen of para-
meters) in de BIM-database werkt hiervoor bevorderlijk.
Dit geldt in principe voor alle bouwcomponenten.
Zodra de aannemer betrokken is, neemt deze in veel
gevallen de coördinerende rol over, die de architect in
de ontwerpfase bekleed. De realisatie is immers zijn
verantwoordelijkheid. Tot aan de oplevering is de aan-
nemer leidend. Deze zorgt voor een goede samenwer-
king binnen het multidisciplinaire team van construc-
tieve bouw en e- en w-installaties, waarvan een deel
onderaannemers of toeleveranciers zijn. Tijdens deze
fase is het mogelijk dat ontwerpbeslissingen worden
afgewogen op risico of prijsstelling. Het risico voor
BIPV-componenten is dat omwille van prijs deze uit
het ontwerp worden geeliminieerd.
Na de oplevering wordt het gebouw gebruikt en
beheerd. De gebruiker, eigenaar of financier van het
geheel is verantwoordelijk voor het beheer, en dus de
kosten en baten, van het gebouw. Het BIPV-systeem
behoeft doorgaans niet meer aandacht dan een regu-
lier gevel-, glas- of dakcomponent, maar deze zorgt
wel voor een kostenverlaging in de energierekening.
Desalniettemin is voor het preventief en curatief onder-
houd een ander type expertise nodig.
Na de beheerfase van de huidige gebruiker gaat deze
over in de beheerfase van een nieuwe gebruiker. Hierbij
is het van belang dat een taxateur of makelaar, maar
ook financiers, inzien dat het BIPV-systeem voor een
gebouw waarde- en comfortverhogend is en dat dit in
de waardebepaling meegenomen dient te worden.
De fasen ontwerp en (het begin van) realisatie zijn zeer
kritisch voor de aankoopbeslissing van BIPV. Wanneer
een ontwerp wordt gemaakt voor een gebouw; dan
worden de specificaties voor het te verwerken product
besloten en beschreven in het bestek. Het is mogelijk
dat hier zelfs een specifieke leverancier wordt benoemd.
Het informeren van het ontwerpteam is dus van essen-
tieel belang. Het realisatieteam houdt zich aan het
• Levert informatie & product (evt. prefab)Toeleveranciers/groothandel
• Tevreden klant in energieneutraal gebouwEén gezamenlijk doel
• Architect• EPC-adviseur• E-installateur/
-adviseur• Constructeur
Ontwerpteam• Aannemer• Onder-
aannemers, zoals een installateur
Realisatieteam
Specificaties
Bri
efin
g
Leve
rin
g
Figuur 28 Stakeholders voor de fasen ontwerp
en realisatie.
4. 2
SE
CT
Or
EN
- 1 E
CO
Sy
ST
EE
M
63
bestek, met daarin specificaties opgesteld door het
ontwerpteam. Wanneer de specificatie nog algemeen
omschreven is, is het van belang dat de toeleverancier
of groothandel die BIPV-producten verstrekt ook het
realisatieteam op de juiste wijze informeert wat leidt
tot de keuze voor het juiste product dat de specificaties
vervult. De leverancier zal zijn product leveren aan de
installateur die het product plaatst in opdracht van en
als onderaannemer van de aannemer, die verantwoor-
delijk is voor de kwaliteit van het gebouw.
Uiteindelijk hebben het ontwerpteam en het realisa-
tieteam één doel: de oplevering van een kwalitatief
goed en energieneutraal gebouw dat voldoet aan de
behoefte en wens van de klant.
4 .3 DRIJFVEREN EN BELEMMERINGEN VOOR BIPV
Om aan de behoefte te voldoen van de klant, is het
van belang inzicht te krijgen in wat hen drijft naar en
• Behoefte aan onafhankelijkheid en een bijdrage willen leveren aan energiemix
• Financiële opbrengsten(w.o. incentives vanuit overheid)
• Stijgende verontrusting vanuit milieu over conventionele energiebronnen
• Voldoen aan eisen of certificeringsvereisten
ALGEMEEN PV
Drijfveren
• Hoge investering bij aanschaf
• Geen kennis over product en installatie
• ‘Gedoe’, bijv. aanschaf- en installatie-traject en administratieve belemmeringen, bijv. met het verdelen van energie binnen een Vereniging van Eigenaren
• Onderhoud, vervanging en cleaning-componenten.
ALGEMEEN PV
Belemmeringen
• Comfort voor gebruikers
• Efficiëntie in ontwerp en in bouwfase
• Esthetiek
AANVULLEND BIPV SPECIFIEK
DrijfverenAANVULLEND BIPV SPECIFIEK
Belemmeringen
• Nog hogere investering bij aanschaf
• Laag bewustzijn van BIPV-optie
• Risicomijdend gedrag: angst voor falen geheel gebouwonderdeel.
• Nog minder kennis over product en installatie.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
64
wat hen belemmert in de keuze voor BIPV. De drijf-
veren om voor (BI)PV te kiezen, zijn per segment anders
en anders in waarde. Bij investering in PV wordt vaak
gekeken naar een return on investment (ROI) en wan-
neer dit punt wordt bereikt. Specifiek voor BIPV worden
er aanvullende drijfveren en belemmeringen geduid.
De discussie over de hoogte van de investering speelt
hierbij een grotere rol; daar lijnrecht tegenover staat de
niet-rationele waardering voor esthetiek. Een van de
grootste belemmeringen die genoemd wordt, is echter
het gebrek aan bekendheid van de producten in en de
aansluiting met de bouwindustrie.
Wet- en regelgeving kan de implementatie van BIPV
ook bevorderen. In landen waar de overheid duidelijk
ondersteunend is door subsidies in terugleververgoe-
dingen, zoals Italië en Frankrijk, is het resultaat van toe-
gepaste BIPV groot. Desalniettemin is dit een resultaat
van de beïnvloeding van reguliere marktwerking. Ook
worden er financiële constructies bedacht belemmerin-
gen weg te nemen, zoals leaseconstructies of techni-
sche oplossingen voor het verdelen van zonnestroom
onder gezamenlijke eigenaren.
Bovendien wordt in Nederland waarde gehecht aan
ruimtelijke kwaliteit. Nederland is niet uniek in het heb-
ben van welstandscommissies bij Gemeenten. Deze zijn
echter na aanvraag en goedkeuring van een gebouw
nauwelijks meer betrokken. Op het gebied van toepas-
sing van duurzame technologiën zijn zij mild te noemen.
Ten slotte is de periode na de beheerperiode vaak
ondergesneeuwd: in het taxatie- en verkooptraject is
het BIPV-component alsnog waardevermeerderend.
Makelaars en taxateurs zijn hier nog onvoldoende
van op de hoogte, waardoor de componenten niet op
waarde worden geschat. Ook hebben aankopende par-
tijen vaak geen beeld van de impact op de energie-
neutraliteit en impact op de beheerkosten.
Duidelijk is dat de betrokken stakeholders in alle fasen
van de lifecycle (beleid-ontwerp-realisatie-beheer) een
voordeel moeten zien in het toepassen van BIPV. Er
moeten drijfveren zijn die een grotere impact hebben
op deze stakeholders dan dat de bezwaren en belem-
meringen dat hebben. De beslissing voor de toepassing
van de BIPV-producten vindt plaats in de briefings- en
de ontwerpfase. Voor de toepassing en acceptatie van
BIPV als bouwelement, is kennis over het product in
installatie en gebruik van groot belang, evenals bewijs
dat de technologie betrouwbaar is (voorbeelden van de
toegepaste ‘proven technology’). Het toekomstperspec-
tief is positief: BIPV heeft te kampen met een onbekend-
heid van BIPV-producten, maar er zijn zeker mogelijkhe-
den door de bereidheid van de eigenaar te betalen voor
een eigen esthetisch en energieopwekkingssysteem.
4 .4 HET KLIMAAT IN HET
NEDERLANDSE ECOSYSTEEM
De Nederlandse bouw- en zonne-energiesector nemen
een belangrijke positie in bij de transitie van de ver-
duurzaming van de gebouwde omgeving door het ont-
Figuur 29 PV volledig geïntegreerd in de wijk
‘Stad van de zon’ in de gemeente Heerhugowaard
4. 2
SE
CT
Or
EN
- 1 E
CO
Sy
ST
EE
M
65
wikkelen en installeren van innovatieve PV-oplossingen
voor gebouwen en infrastructurele objecten in ons land.
Tevens zijn er economische kansen dergelijke innova-
tieve systemen met bijbehorende diensten te exporte-
ren naar andere landen.
Nederland heeft een voorsprong op andere landen wat
geïntegreerde solar betreft. Nederland was een van de
eerste landen waarin aangetoond werd dat PV volledig
geïntegreerd kon worden in een nul-emissie nieuwbouw
stedelijk gebied. Daarnaast zijn er veel partijen actief als
(mede-) ontwikkelaar van BIPV-producten. Nederland
loopt hierin wellicht voorop, maar blijft achter bij het toe-
passen. Om alle sterkten en zwakten van de sector en van
het Nederlandse klimaat te benoemen, stellen we een
SWOT-analyse op, die de basis legt voor de roadmap. De
sterke eigenschappen van het Nederlandse ecosysteem
worden vergroot en de kansen worden benut. De zwak-
ten en bedreigingen daarentegen, soms in combinatie
met een sterkte of kans, worden verzacht of weggehaald.
• Stakeholders zijn aanwezig
• Groot scala aan kennis & expertise
• Handelsgeest & creativiteit
• Oog voor hoogwaardige kwaliteit
Sterkte
• Hoge kostprijs van BIPV t.o.v. PV
• Ontbreken van productiefaciliteiten
• Beperkte awareness/communicatie
• Lage slagkracht door kleine partijen
• Beperkte samenwerking inter- en cross-sectoraal
Zwakte
• Relatief hoge welvaart en kansen voor applicatie in thuismarkt
• Hoge waardering van kwaliteit en architectuur
• Behoefte aan energieneutraliteit gebouwde omgeving
• Lean in bouw en high tech- maakindustrie
Kans Bedreiging
• Selectie bouwelementen op prijs
• Onduidelijkheid rol/beslissingen overheden
• Weinig standaarden en certificeringen
• Conservatieve houding bouw
• Bouwprocessen internationaal verschillend
Figuur 30 SWOT-analyse voor de Nederlandse sector
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
66
SterkteDe BIPV-sector in Nederland is, zoals gezegd, sterk ver-
tegenwoordigd als het gaat om ontwikkeling. Er is een
groot scala aan expertise en kennis beschikbaar; kennis-
instellingen hebben faculteiten of lectoraten op het
thema en uit de kenniscentra ontstaan ook meer dan
eens start-ups die producten of diensten ontwikkelen.
Wat betreft PV in het algemeen geldt dat het aantal
patenten ongekend hoog is; 50 tot 100% hoger dan bij
andere duurzame technologiegebieden30. Nederland
beschikt daarbij over veel kennis op het gebied van PV
en in het bijzonder van BIPV. Kennisinstellingen zoals
Solliance, ECN en TNO verrichten specifiek onderzoek
naar technologieën; anderen, zoals Hogeschool Zuyd en
SEAC, richten zich met name op de implementatie van
de technologieën in producten en projecten. De private
sector doet hierbij zeker niet onder voor deze hoog-
gewaardeerde kennisinstituten.
Ook het gegeven dat Nederlanders gekenmerkt worden
door de handelsgeest en creativiteit, wordt beschouwd
als sterkte. Ook hieraan is de aanwezigheid van innova-
tieve start-ups te koppelen. De BIPV-sector in Nederland
is jong, maar de succesen van de PV-sector in het
algemeen hebben tot een stijging in werkgelegen-
heid geleid: van alle energiegerelateerde sectoren is
zonne-energie een van de sectoren die voor de meeste
werkgelegenheid zorgt, met een stijgende lijn die expo-
nentieel groeit30. De Nederlandse private sector wordt
beschouwd als innovatief en vindingrijk, met aandacht
voor productkwaliteit. De producten die in Nederland
worden ontwikkeld, stralen deze kwaliteit uit, wat met
name voor BIPV zeer belangrijk is.
ZwakteDe grootste belemmering voor het toepassen van
BIPV is de prijs. De kostprijs ligt nu ca. 3 tot 10 keer
hoger dan de kostprijs van de reguliere PV plus de
nevenbouw elementen. Deze prijs móet naar beneden
om BIPV succesvol te laten zijn. Zoals eerder gesteld:
dit kan door standaardisatie, verkrijgen van massa en
structuur in de keten. Uiteindelijk zal hierdoor BIPV niet
duurder zijn dan de reguliere vorm van BAPV in combi-
natie met de gebruikelijke bouwelementen.
Er is een bedrijvige high tech-maakindustrie in
Nederland, maar hiervan is het resultaat op het gebied
van PV nog beperkt. Vanaf 2012 is zowel de productie
als de export vanuit Nederland sterk afgenomen door
het sluiten van de productiefaciliteiten in Nederland30.
Het neveneffect is dat ontwikkelende partijen een pro-
ductiefaciliteit in Nederland missen. Met een faciliteit in
het thuisland zijn de iteratieslagen in een ontwikkelpro-
ces korter en de communicatie is beter.
Ten tweede is er weinig awareness over BIPV-producten,
wat misschien te wijten is aan de minimale hoeveel-
heid communicatie over de BIPV-mogelijkheden. Deze
is mogelijk sterk verbonden met de derde zwakte: de
lage slagkracht van de kleine betrokken partijen. De par-
tijen die BIPV in hun kernactiviteiten hebben, richten
zich met name op de ontwikkeling; En op de communi-
catie als tweede. De middelen die daarvoor beschikbaar
zijn, zijn ook beperkt.
Ten slotte staat de samenwerking tussen partijen nog in
de kinderschoenen. Er zijn veel partijen betrokken, maar
van open innovatie is nauwelijks sprake. Ieder ontwik-
kelt een eigen applicatie, met al dan niet facetten met
concurrentievoordelen, en probeert deze te passen bij
de bouwende sector. Aan het betrekken van andere sec-
toren (zoals de creatieve industrie) wordt niet gedacht.
KansIn Nederland wordt er veel aandacht besteed aan archi-
tectuur. Dit wordt ook gewaardeerd. Er heerst ook een
relatief hoge welvaart, waardoor deze aandacht er kan
4. 2
SE
CT
Or
EN
- 1 E
CO
Sy
ST
EE
M
67
zijn voor een esthetisch gebouwde omgeving. BIPV-
producten zijn ten opzichte van reguliere PV eenvoudi-
ger toe te passen in een ontwerp.
Daarnaast wordt er gestreefd naar een energieneutrale
gebouwde omgeving. De opwekking van elektriciteit
hoort daarbij en is een van de mogelijkheden om aan
de steeds strenger wordende wetgeving te voldoen.
Ook is er aandacht voor het efficiënter maken voor
processen. In de bouw is lean al een aantal jaren een
begrip dat door steeds meer partijen wordt toegepast.
De verspilling van goederen en tijd wordt hierbij geëli-
mineerd. Met name in de bouw is deze filosofie waar-
devol te noemen. Het toepassen van modulaire pre-
fab bouwproducten, zoals BIPV-producten vaak betref-
fen, is een van de oplossingen voor het tegengaan van
verspilling.
BedreigingDe grootste belemmering die het succes van BIPV in
de markt in de weg staat, is de prijs. In de bouw heerst
de tendens bouwproducten te selecteren op de laag-
ste prijs. Van BIPV-producten is niet inzichtelijk hoe-
veel het kost. Dat het product meer kost, is duidelijk; dat
door de integratie ook wordt bespaard, is niet duide-
lijk. Doordat de producten de mogelijkheid tot massa-
productie missen, zijn ze niet een fractie duurder, maar
ze zijn veel duurder. Ook is het onduidelijk wat voor de
markt acceptabel is qua hogere investering voor BIPV
dan voor PV; dit niveau ligt zeker onder een factor 5.
Een katalysator voor de aanschaf van BIPV kan finan-
ciële stimulering zijn. De overheid laat overigens
nog erg veel onduidelijkheid bestaan over de toe-
komst van het salderen. Hoewel dit geldt voor alle
PV-producten, zorgt de onduidelijkheid voor uitstel van
een aankoopbeslissing.
Verder zijn er, omdat BIPV een relatief nieuw segment
betreft, nog weinig standaarden en certificeringen.
Certificeringen, en ook wetgeving hieromtrent, wor-
den hedendaags opgesteld; dit kost tijd. Daarnaast kan
de sector zelf wel bepalen te standaardiseren op het
gebied van interconnects, dataverbindingen, construc-
tieve verbindingen; om het installatiegemak te bevorde-
ren en daarmee de acceptatie door de bouwsector.
De bouw wordt namelijk beschouwd als een conserva-
tieve sector. Er is terughoudendheid om nieuwe pro-
ducten toe te passen en processen op een andere wijze
aan te pakken. Mede door de crisis treedt hierin een
verandering op. De noodzaak efficiënt te werken is dui-
delijk, waardoor BIPV een goede kans heeft.
Ten slotte is duidelijk dat er voor de BIPV-sector met
name kansen buiten Nederland moeten liggen. De
markt in Nederland alleen is te klein om een groot suc-
ces op te bouwen voor de hele sector. Bedreiging hierin
is dat de bouw een van de minst internationaal geori-
enteerde sectoren is. Bouw-oplossingen, -processen en
-standaarden variëren. Inzicht hierin en flexibiliteit zijn
cruciaal voor ontwikkelende partijen.
4 .5 CONCLUSIE: DE UITDAGING IN EEN
SAMENWERKEND ECOSYSTEEM
Conclusie uit bovenstaande, is dat er zeker grote kan-
sen zijn (behoefte aan leanprocessen in de bouw,
esthetiek in architectuur en verduurzaming), maar
er zijn ook belemmeringen(weinig samenwerking
inter- en cross-sectoraal, hoge kostprijs, lage bekend-
heid). Dit biedt uitdagingen, naast de eerder beschre-
ven technische uitdagingen en de uitdagingen in
marktbenadering.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
68
Deze kansen voor de ontwikkeling van een sterk ecosys-
teem moeten we aangrijpen om de groei van 3 naar 5%
in Nederland te realiseren. Zo versnellen we.
De uitdagingen voor het ecosysteem zijn op drie
aspecten te definiëren:
uitdaging E9 Samenwerking in de keten
Samenwerken aan het ontwerp van goede modules
brengt snellere en betere systemen. Deze samenwer-
kingen zijn altijd complementair, maar ze zijn er met
één gezamenlijk doel: een succesvolle oplossing voor
een bepaalde markt. Naast de mogelijkheid voor bedrij-
ven om samen te werken, is de samenwerking tussen
bedrijven en kennisinstellingen zeker zo waardevol.
Integratie van componenten en samenwerking tussen de
BIPV-ketens is de sleutel tot succes8. Ketencollectieven
lijken nu dan ook het meest succesvol. Door vanaf het
moment van ontwerp te sturen op de integratie van
Zon-PV en andere duurzame elementen voor het gebouw,
ontstaat er een totaaloplossing waar de klant naar op zoek
is. De klant wil en kan deze samenwerking niet facilite-
ren; dit moet de sector zelf doen. Zeker wanneer door de
samenwerking duidelijk wordt dat de investeringskosten
omlaag gaan, door besparing van materiaal- en arbeids-
kosten door een goede afstemming in het ontwerp.
De organisatorische successen die er zijn, zijn net als de
samenwerkingen in innovatie, vaak op toevallige wijze
gecomponeerd. Er is een groot aantal successen. Echter,
ondernemers worden vaak herinnerd aan de falende
voorbeelden. De vrije marktwerking die Nederland hier
voor ogen heeft, verandert hierdoor in wildgroei van
initiatieven. Collectiviteit van deze initiatieven of in
ieder geval het delen van de ‘lessons learned’ is zeer
waardevol om repeterende fouten te voorkomen.
uitdaging E10 Cross-sectorale samenwerking
Naast de samenwerking binnen de BIPV-keten is samen-
werking met andere sectoren, zoals de creatieve indus-
trie (designers en architecten) en de bouwwereld, ook
van belang.
De bouw is de sector waarin uiteindelijk de producten
moeten floreren. De producten moeten met vol vertrou-
wen geadopteerd worden door de sector. Allereerst is
het noodzakelijk dat de bouw bewust is van deze oplos-
singen; daarna volgt een kennismaking en wellicht
daarna een samenwerkingsproject. Ook kan de betrok-
kenheid van de bouwsector in de ontwikkelfase van
belang zijn. Het is mogelijk dat een ontwikkelaar gericht
op het technische product een voor de hand liggende
volgorde of werkwijze vanuit de bouw over het hoofd
ziet. Samenwerking in een vroeg stadium zorgt voor
een passend product dat eenvoudig toegepast kan wor-
den in de sector.
Daarnaast is de creatieve sector kansrijk om mee
samen te werken. Architecten, vallende onder deze sec-
tor, zijn op zoek naar creatieve elementen voor hun
gebouwen en laten zich graag inspireren. Bovendien
zijn er de industrieel ontwerpers die gespecialiseerd zijn
in het ontwerpen van producten, die tot op heden wei-
nig betrokken worden door de sector.
Oplossingen voor samenwerking met de bouwsector
hebben overlap met de oplossingen van uitdagingen
M5, M6 en M7.
uitdaging E11 Integratie van BIPV in opleidingen
BIPV-producten zijn relatief onbekend; in de markt,
maar ook onder experts. Ontwerpers en installateurs
zouden moeten worden geïnformeerd over de moge-
lijkheden. Dit geldt ook voor de aspirant ontwerpers
en installateurs die op dit moment opgeleid worden,
van universiteit tot lager beroepsonderwijs. De laatste
4. 2
SE
CT
Or
EN
- 1 E
CO
Sy
ST
EE
M
69
Nr Actie Oplossingsrichtingen Uitvoerders
E9 Faciliteren dat bedrijven en kennisinstellin-gen elkaar vin-den, vertrou-wen, afspraken maken en suc-cessen bereiken en deze delen
Kennismaken start bij het elkaar ontmoeten. Bij een ontmoe-ting kan de klik ontstaan op persoonlijk vlak en werkvlak; weten en geloven in wat de ander kan en dat dat hetgeen is waarmee de een geholpen kan worden. Actievere matchmaking om dit te laten zien, is hiervoor belangrijk, maar dit met behoud van de vrijblijvendheid. Ook is aan te raden hier een goede mix van aan-bieders/afnemers en ontwikkelaars/kennisinstellingen te creëren.
Koepelorganisaties, zoals RVO, Holland Solar of TKI Solar Energy. Ook kennis-instellingen kunnen hierin een actievere rol innemen.
Vertrouwen is de basis voor een goede samenwerking, maar afspraken maken mag ook zeker niet onderschat worden; afspra-ken tussen bedrijven onderling of tussen bedrijf en kennis-instelling. De tendens is dat bedrijven terughoudend zijn samen te werken met kennisinstellingen vanwege afspraken rondom prijs en intellectual property (IP). Ondersteuning voor bedrijven, zodat er gewezen kan worden op valkuilen en voordelen, is een oplossing. Een organisatie als het TKI Solar Energy kan hierin faciliteren.
Koepelorganisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Een extra stimulering tot samenwerking kan een financiële impuls zijn, zoals waar subsidieverstrekker RVO en TKI Solar Energy reeds in voorzien. Een greep hieruit: • Topsector Energie-regelingen voor onderzoek,
ontwikkeling en demonstratie: – Hernieuwbare Energie; – iDEEGO (innovatie Duurzame Energie en
Energiebesparing Gebouwde Omgeving); – Demonstratie Energie Innovatie (DEI);
• Innovatiemakelaarsgelden (via TKI Solar Energy) voor opzet open innovatieproject of marktgereed maken van innovatie;
• Starters International Business (SIB) voor het verkennen van exportstrategie (niet specifiek voor samenwerkingen).
Koepelorganisaties, zoals RVO of TKI Solar Energy.
groep is nieuwsgierig en wil deze nieuwe technologieën
verkennen. Deze jonge groep zal over een paar jaar in
de bouwwereld de kennis en ervaring verder kunnen
ontwikkelen en verspreiden.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
7070
E10 Verbinding maken met de bouw, architecten en industrieel ontwerpers
Betrekken van brancheorganisaties uit andere sectoren, zoals • Bouwend Nederland, Nederlands Verbond Toelevering Bouw (NVTB);
• Beroepsvereniging Nederlandse Architecten (BNA); en • Beroepsvereniging Nederlandse Ontwerpers (BNO).
Koepelorganisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Organiseren van inspiratiebijeenkomsten gericht op de doel-groep architecten. Ook kunnen er bijeenkomsten of een ander platform worden georganiseerd waarbij ideeën gepresenteerd worden (pitches) en waar architecten hun kritische blik laten blijken.
Koepelorganisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Organiseren van werksessies waarbij (aspirant) industrieel ontwerpers/architecten tips geven en meeschetsen. Het is mogelijk dat er een match ontstaat die de basis vormt voor verdere samenwerking.
Koepelorganisaties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
E11 Integratie in ontwerpers- en installateurs opleidingen
Aandacht vragen binnen opleidingen voor BIPV-producten en -ontwikkelingen. Hierop volgend kunnen onderwijsmodules worden ontwikkeld.
Kennisinstellingen en koepelorganisa-ties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
Bijscholing Ontwikkeling van een bijscholingsmodule voor ontwerpers/architecten, adviseurs en installateurs.
Kennisinstellingen en koepelorganisa-ties, zoals Holland Solar of TKI Solar Energy.
71
hoofdstuk 5
Nederlands BIPV-ecosysteem in internationaal perspectief
In dit beknopte hoofdstuk wordt het Nederlandse ecosysteem in internationaal perspectief
geplaatst. Eerst worden de aspecten kennis, kunde en kassa beschreven, waarna een
vergelijking wordt gemaakt met de top van de landen die actief zijn in de BIPV-industrie.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
7272
5 .1 KENNIS, KUNDE, KASSA IN NEDERLAND
Nederland wordt gezien als een van de koplopers in
de BIPV: een verzameling van zeer actieve kennis-
instellingen en innovatieve productontwikkelaars
is hiervan de basis. De markt lijkt in eerste instan-
tie ook interessant: er wordt veel waarde gehecht aan
een esthetisch gebouwde omgeving en ruimtelijke
kwaliteit. De meeste Nederlandse gemeenten heb-
ben een welstandscommissie die dit laatste beoor-
deelt. Internationaal gezien is Nederland daar niet
geheel uniek in. Daarnaast was Nederland samen met
Denemarken het enige land waar op nationaal niveau
al een regelgeving van kracht was op het gebied van de
energieprestatie van gebouwen (EPC), voor dat de EU
haar richtlijnen opstelde. De waarde van PV in het alge-
meen door Nederland hoog ingeschat; als relatief klein
land, heeft Nederland in 2014 de 1GW-grens geïnstal-
leerd vermogen behaald12. Desalniettemin is prijs een
dusdanig belangrijk aspect tijdens het aankoopproces,
dat dit vaak de doorslag geeft om BIPV niet toe te pas-
sen of te kiezen voor reguliere PV. Dit geldt overigens
ook in de meeste andere landen.
Zwitserland bevindt zich in een soortgelijke situatie als
Nederland qua toepassing van PV; ook zij behaalden het
afgelopen jaar de 1 GW-grens. De drang naar duurzame
energie door middel van solar lijkt in Europa in het alge-
meen al hoog te zijn (zie Figuur 31); dit is te zien aan het
totaal geïnstalleerd vermogen in deze regio. Qua geïn-
stalleerd PV-vermogen neemt het Verenigd Koninkrijk een
eerste plaats in met 2,27 GW in 2014. Desalniettemin, de
groei in de PV-markt is in de afgelopen jaren in het alge-
meen gedaald in Europa. Echter de vooruitzichten staan
er weer kleurrijk op zoals beschreven in hoofdstuk 3.
Wat specifiek BIPV betreft, zijn er al vele prototypen
geïnstalleerd; in Nederland en daarbuiten, alleen de
massaproductie is nog niet ontwikkeld. De toepassing
van BIPV moet nog van de grond komen. Evenals wat
Figuur 31 PV-installaties, gedifferentieerd over regio’s (in MWp)12
180.000
160.000
140.000
120.000
100.000
80.000
60.000
50.000
20.000
0
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
MW
pd
c
Europe Middle East & africa Asia Pacific America
73
INSPIRATIE
Blikvanger voor RotterdamRotterdam is weer een architectonisch én PV-icoon rijker met de realisatie van het nieuwe Centraal Station. De ruime opzet van het station wordt ver-sterkt door het glas dat gebruikt is aan de hoofdingang. Ook de semi-trans-parante overkapping met PV-cellen boven de sporen versterken dit gevoel, waarbij de energetische waarde van daglicht ook goed wordt benut.
Van de 30.000m² meter glazen dak is 10.000 m² benut voor zonnepane-len. Deze zonne-energiecentrale van 130.000 zonnecellen levert naar ver-
wachting 340MWh per jaar; ruim voldoende voor de energievoorzie-ning voor de roltrappen, verlich-ting en de liften op het station. Het patroon waarin de PV-cellen op het dak geplaatst zijn, is bepaald door berekeningen van de zoninstraling in relatie tot de zonbelemmeringen. Daardoor is een abstract patroon ont-staan van plaatsen met het hoog-ste rendement. Op plaatsen zonder PV-cellen is een zeefdruk in eenzelfde blokkenpatroon aangebracht voor wering van de zon, dat ook hetzelfde bijzondere lichteffect geeft.
Station Rotterdam Centraal, PV in dakbedekking
Station Rotterdam Centraal
Arcadis heeft in dit project vanaf de start 2004 engineering en technische adviezen verricht voor de opdrachtgever ProRail, zoals oa haalbaarheidsonderzoeken, con-structieve-, installatie- en spoor ontwer-pen, de ontwerpcoördinatie, contractering (D&C) tot en met het bouwmanagement. Dit natuurlijk in intensieve samenwerking met andere ontwerpende partijen zoals Team CS, de gemeente en de aannemer.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
74
voor de toepassing van reguliere PV-installaties gold,
geldt voor de internationale BIPV-markt dat deze nog
sterk gedreven wordt door stimuleringen vanuit over-
heden. De vele subsidies en terugleververgoedingen die
in Europa gelden, hebben voor een explosieve groei van
PV en BIPV (met name in Frankrijk) gezorgd. Echter, deze
tijdelijke stimuleringen garanderen geen stabiele markt.
Een sterke daling is nu merkbaar in landen waarbij het
Feed-In Tariff (FIT) uit wordt gefaseerd.
Het Nederlandse ecosysteem wordt opgebouwd door
een combinatie van kennis, kunde en kassa. Deze
drie-eenheid moet elkaar in balans houden. Op dit
moment is deze balans in het Nederlandse ecosysteem
er nog niet maar zal er wel komen (zie Figuur 32).
Kennis Kunde Kassa
Figuur 32 Kennis, Kunde, Kassa: huidig (vaste lijn) en
potentie (stippellijn)
KennisDe kenniscomponent van het BIPV-ecoysteem is op
orde. Nederland kent een aantal zeer actieve en gere-
nommeerde kenniscentra, maar ze kent ook veel bedrij-
ven die investeren in kennisontwikkeling. Het percen-
tage van R&D is hoog te noemen.
Overdracht van kennis en het actief benutten ervan
biedt verdere mogelijkheden. Hechte samenwerking
tussen kenniscentra zoals Solliance en ECN, en het
bedrijfsleven is meer gewenst. Wel zien we een groot
aantal spin-offs dat zijn oorsprong vindt binnen de
kennisinstellingen.
KundeHet operationeel vermogen van het cluster is gemid-
deld. De structuur van de jonge BIPV-keten is nog niet
geheel duidelijk en voor elkaar onbekende partijen zijn
afwachtend. De werkwijzen van de bouw- en solar-
wereld verschillen, en zo ook het taalgebruik. Echter, de
high tech-maakindustrie die Nederland tot haar beschik-
king heeft, biedt hierbij veel potentie. De eerste bedrij-
ven hebben de ambitie uitgesproken te willen produce-
ren in Nederland waardoor er de nodige werkgelegen-
heid zal gaan ontstaan bij het ontwikkelen en vervaardi-
gen van BIPV-elementen.
KassaDe toegevoegde waarde van de BIPV-producten is
hoog: het product heeft niet alleen de rationele waarde
(financieel voordeel, onafhankelijkheid), maar het pro-
duct heeft ook emotionele waarde (onafhankelijkheid,
groen imago). Deze toegevoegde waarde wordt op dit
moment nog niet voldoende benadrukt. Tevens is de
BIPV-markt en –sector nog klein. De sprong van niche
naar massa moet duidelijk nog gemaakt worden het-
geen voor het bedrijfsleven mooie kansen oplevert.
Het is verstandig de eerste stappen in een sterke
thuismarkt te maken. Vanuit een sterke thuismarkt is
een internationale positie realiseerbaar; zeker voor de
vervaardiging van productieapparatuur.
5 .2 NEDERLAND IN VERGELIJKING MET ANDEREN
Nederland behoort tot één van de koplopers, zeker in
het geval van de kennis en kunde. Maar er zijn landen
waarbij de markt verder ontwikkeld is, weliswaar vaak
door overheidsstimuleringen. In Nederland zien we
dat het aanscherpen van de EPC-normering een sterke
invloed kan hebben. In Europa en achtereenvolgens de
US en Azië wordt de grootste groei verwacht tot aan
5. N
ED
Er
lA
ND
S B
IPV
-EC
OS
yS
TE
EM
IN IN
TE
rN
AT
ION
AA
l P
Er
SP
EC
TIE
F
75
FrankrijkDe BIPV in Frankrijk is de afgelo-
pen tijd sterk gegroeid. Dit is met
name te danken aan het bijzon-
der aantrekkelijke Feed-In Tariff
dat vanaf 2006 op het principe
BIPV werd ingevoerd. Hierdoor
is in Frankrijk meer dan 50% van
het aandeel geïnstalleerde PV
BIPV32. Ook heeft Frankrijk onder-
steunende wetgeving betreffende
energiereductie. Frankrijk streeft
er verder naar in 2020 alle nieuwe
gebouwen energieplus te laten zijn.
BIPV is een van de mogelijkheden
die daarbij ondersteunend is.
ZwitserlandBinnen Zwitserland spelen de
emotionele waarden, net als in
Nederland, in de aankoopbeslis-
sing een grotere rol. De wens zelf-
voorzienend te zijn is daar sterk,
evenals de wens een esthetisch
gebouwde omgeving te reali-
seren. Het resultaat daarvan is
nu te zien in een aantal kenmer-
kende, esthetische voorbeel-
den (deze zijn tevens te vinden in
buurland Oostenrijk). Daarnaast
is Zwitserland ook qua kennis en
verspreiding goed voorzien, onder
andere door kennisinstituut SUPSI.
Italië Italië is een van de landen waar
veel PV wordt geproduceerd. De
markt, al dan niet gedreven door
de geldende speciale Feed-In
Tariffs32, is relatief groot: ongeveer
20% van de PV installaties is een
BIPV-installatie. Desalniettemin zijn
in deze markt, net als in Frankrijk,
leveranciers redelijk vaak genood-
zaakt producten terug te nemen
vanwege slechte of onveilige
werking.
DuitslandIn Duitsland is PV alom geadop-
teerd. Veel van de daken en velden
zijn voorzien van PV. Een relatief
klein deel van deze markt is voor
BIPV; slechts 5%. Desalniettemin
is een klein percentage van een
relatief groot aandeel PV nomi-
naal gezien aantrekkelijk. Ook hier
gelden/golden speciale Feed-In
Tariffs32.
BelgiëMateriaalleveranciers en andere
toeleveranciers van de bouw zijn
sterk vertegenwoordigd in België.
Ook zijn er enkele BIPV-producten
te verkrijgen bij Belgische produ-
centen. Partijen als Issol laten al
vele fraaie voorbeelden zien. Imec
zorgt in België voor aanvullende
kennis en -ontwikkeling.
SpanjeIn Spanje is slechts 2% van de
PV-markt voor BIPV32. Ook hier
golden speciale Feed-In Tariffs.
Het is hier echter gebruikelijker
in grondinstallaties te investeren,
gezien de beschikbare ruimte.
202031. Geïnstalleerd vermogen wereldwijd wordt in
2020 geschat op 11,1 GW.
Voor landen die zich dichterbij de evenaar bevinden, en
waar dus de zoninstraling groter is, is het sneller inte-
ressant überhaupt aan PV te denken. Deze reden is
niet de enige drijfveer (meer) om te kiezen voor PV. Dit
wordt ook beschouwd in onderstaand overzicht van lan-
den, waarin we de activiteiten rondom BIPV beschrijven.
Bij deze vergelijking moet rekening gehouden worden
met de verschillende definities van BIPV die per land
gehanteerd worden.
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
7676
JapanJapan is zeer technologisch gedre-
ven. Japanners zien de BIPV-
systemen als mooie gadget. Waar
het in Nederland als esthetisch
wordt ervaren als de systemen
niet overduidelijk technologisch
zijn, wordt het zicht op de techno-
logie in Japan juist erg gewaar-
deerd. Daarnaast zijn de stedelijke
gebieden dichtbebouwd en bieden
daarom een uitgelezen kans. Qua
technologieontwikkeling en -toe-
passing in producten kan worden
geconcludeerd dat Japan voorop
loopt. In 2030 wil Japan 50% van
de elektriciteit voor huishoudens
opwekken door BIPV-systemen.33
Hoge kosten van net-elektrici-
teit en het feit dat 13 lokale maak-
bedrijven BIPV-systemen leveren,
werken hier beiden in mee. Ook
heeft de keten zich in Japan – tus-
sen bouw en PV – al behoorlijk
goed gevormd.
ChinaDe markt en de kansen voor de
bouw zijn in de dichtbevolkte
gebieden enorm. De kans voor
toepassing van (BI)PV hierdoor
ook. Ook hier is een extra bijdrage
(ca. $3 miljard) vanuit de over-
heid beschikbaar voor wanneer
men voor BIPV kiest. Daarnaast
kent dit land vele producenten van
PV-modulen, waarbij door enke-
len ook BIPV-producten worden
ontwikkeld.
Verenigde StatenIncentives variëren per staat, maar
de drang naar opwek van duur-
zame energie is in alle staten aan-
wezig. Door het Department of
Energy wordt verwacht dat op
lange termijn 50% van de energie
voor de VS door BIPV opgewekt
kan worden.
5 .3 CONCLUSIE
Conclusie is dat Nederland zich in de voorhoede bevindt, maar dat ze niet
ver voorop loopt. De voorsprong in innovatie moeten we vasthouden. Van
belang is dat de ontwikkelde producten nu de stap maken naar de markt, er
meer awareness voor gecreëerd wordt in de sector en de effectiviteit en wer-
king van de producten worden gedemonstreerd. Demonstratie en implemen-
tatie in eigen land en versterking van de thuismarkt zorgt voor een goede
basis. Export naar buitenland lijkt een vanzelfsprekende en essentiële stap
voor groei van de ontwikkelaars.
77
hoofdstuk 6
Aanbeveling: werken aan de elf uitdagingen voor 5% BIPV
In deze roadmap zijn elf uitdagingen beschreven, verdeeld over technische uitdagingen en uitdagingen
voor markt- en ecosysteemontwikkeling. Deze uitdagingen kunnen partijen individueel
aangaan; of gezamenlijk. De verhoudingen van de uitdagingen zijn hieronder aangegeven.
Figuur 33
Elf uitdagingen voor BIPV
(uitdagingen kern =
individueel; uitdaging
orbit gezamenlijk)
GEZAMENLIJK
Uitdagingenecosysteem
Technischeuitdagingen
Uitdagingmarkt-
benaderingINDIVIDUEEL
#1
#2
#3
#4#5
#7#6
#8
#9
#11
#10
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
7878
E 11 E 9
T 2 T 3
T 1
M 6
M 8M 5gebundeldeklantvraag
M 7
€!
Doel 2020:
11 uitdagingenvoor 5% BIPV
E 10
T 4
T1 Functie-integratieT2 Flexibiliteit tegen acceptabele kostprijsT3 Flexibiliteit met acceptabel rendementT4 SubstraatkeuzeM5 Bundeling marktvraagM6 Collectieve marktbewerkingM7 Informatie BIPVM8 Nieuwe businessmodellenE9 Samenwerking in ketenE10 Cross-sectorale samenwerkingE11 BIPV in opleidingen
Elf uitdagingen hebben we beschreven in de diverse
hoofdstukken. Ze beslaan de thema’s technologie,
marktontwikkeling en ecosysteem. In essentie zijn ze
allemaal met elkaar verbonden. Hieronder is dit visueel
weergegeven; de ontwikkeling van idee naar een suc-
cesvolle markt, die tot stand komt door het innovatieve
karakter en de samenwerking in en van de sector.
De uitdagingen aangaan is noodzakelijk voor het succes-
voller maken van deze jonge sector; een sector die veel
potentie heeft, maar die nog veel in de onvolwassen
ontwikkelfase zit en in de bouwsector nog minimaal zijn
stem laat horen.
Of innovatie, al dan niet disruptief, in deze sector loont,
is geen vraag. De vraag is of de beschreven uitdagin-
gen worden aangegaan door de sector. Het beeld wordt
er zonniger van: waar de sector toch al een groei door
zal maken van 1 naar 3% in 2020, is de geprognoti-
seerde groei wanneer de uitdagingen worden aange-
gaan voor 2020 ca. 5% van het totale PV-volume. Een
groei waar Nederlandse bedrijven binnenlands en in
export van kunnen profiteren, mits zij hun krachten bun-
delen en energie steken in het succesvol maken van de
producten en projecten.
79
INSPIRATIE
Kleur, licht en elektriciteitHet SwissTech Convention Centre geeft een goed voorbeeld met dit innovatieve ontwerp: het aantrekke-lijke architectonische gebouw is duur-zaam gebouwd; onder andere door het gebruik van PV.
Aan de westzijde van het geheel is meer dan 300 m2 transparante, gekleurde lamellen bevestigd, die zowel de zon weren als er elektrische
energie uit oogsten. Op het dak wek-ken conventionele panelen ook ener-gie op, waardoor het gebouw van 250 kW wordt voorzien. Door het directe zonlicht te weren, wordt ook energie bespaard voor het koelen van de glazen ruimte.
Niet alleen het gebouw straalt inno-vatie uit, ook het businessmodel wat achter dit concept steekt, is zo te noe-
men. Naast dat het een congrescen-trum is en academische faciliteiten heeft, biedt het gebouw ook onder-dak aan een hotel, bedrijven en meer dan 500 studentenkamers.
Op deze plek waar kennis en ideeën worden uitgewisseld, wordt getoond hoe zonne-energie een speels licht-effect kan geven.
SwissTech Convention Centre, details gevelpanelen
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
80
81
BijlagenAfkortingen
Deelnemers werksessies
Overzicht stimuleringen vanuit overheid toepassing(BI)PV
Belangrijkste technologische ontwikkelingen t.b.v. succes BIPV
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
82
AFKORTINGEN
BAPV Building Applied Photovoltaic; zonne-energie toegevoegd aan gebouw
BIM Bouwwerkinformatiemodel (Building Information Model); werkwijze rond digitale 3-dimensionale modellen in de bouw
BIPV Building Integrated Photovoltaic; zonne-energie geïntegreerd in gebouw PV Photovoltaic
CdTe Cadmium Telluride, type halfgeleidermateriaal voor de productie van zonnecellen
CIGS Koper-indium-galliumselenide, type halfgeleidermateriaal voor de productie van zonnecellen
c-Si Kristalijn silicium, type halfgeleidermateriaal voor de productie van zonnecellen
EPC/EPG Energie Prestatie Coëfficiënt/ Energie Prestatienorm Gebouwen; index die de energetische efficiëntie van nieuwbouw
FIT Feed-In Tarrif; de teruglevervoeding bij levering van energie aan het centrale elektriciteitsnetwerk.
GWp Gigawattpiek
HTSM High Tech Systemen en Materialen; sector van de maakindustrie
IP Intellectuele eigendom (IE) is de Nederlandse vertaling en is een verzamelnaam voor een aantal rechten dat vastgelegd is in nationale en internationale wetten
MTBF Mean Time Between Failure
MJA MeerJarenAfspraken
MTTR Mean Time To repair
OPV Organisch PhotoVoltaic; type polymeer zonnecel
SWOT(-analyse) Sterkte-zwakteanalyse; een techniek voor de analyse van een bedrijf of product op basis van Strengths, Weaknesses, Opportunities en Threats
TKI Topconsortium voor Kennis en Innovatie; facilitator van samenwerkingen tussen ondernemers en kennisinstellingen
TRL Technology Readiness Level; aanduiding van stadium van ontwikkelproces
Wp Wattpiek; meeteenheid om bij zonnestroomelementen het elektrisch vermogen aan te geven, gemeten onder standaardomstandigheden
BIj
lA
gE
N
83
DEELNEMERS WERKSESSIES
Het projectteam
Berenschot Erik TeunissenBerenschot Linda van den HurkBerenschot Joost Krebbekx (werksessies)Berenschot Peter Graafland/Floor Osseweijer/Arthur de Vries (redactie)
Aanwezigen interactieve sessie Technologie4 december 2014
Bedrijf / kennisinstelling deelnemers
4Washing Alain Kahn
AERspire Alfred van Hese
Arcadis Luc Veeger
Comuth Roaul Comuth
ECN Wim Sinke
Heijmans Gerard de Leede
Hogeschool Zuyd Michiel Ritzen
Holland Solar Arthur de Vries
Orange Solar Maarten Geuze
SCX Solar Ruud van de Voort
Sensus Energy Rolf Huiberts
SolarSwing Sam Kin
Solinso Bart Allard
Solliance Barend Vermeulen
Solned Marianne van der Ven
Aanwezigen interactieve sessie Niet-technologisch9 december 2014
Bedrijf - kennisinstelling deelnemers
4 washing Alain Kahn
Comuth Raoul Comuth
Exasun Carsten de Koning
Heijmans Gerard de Leede
Hogeschool Zuyd Zeger Vroon
Holland Solar Arthur de Vries
ML Business Development Jeroen Langendam
Monier Daan de Mooij
Novasole Menno Zonderland
Orange Solar Maarten Geuze
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Bert Janson
SCX Solar Ruud van de Voort
Solar Works Bernard Hulshof
SolarSwing Sam Kin
Solliance Barend Vermeulen
Solned Marianne van der Ven
Van der Maazen Bouwgroep Matthieu Sonnemans
Xolar Lex Schiebaan
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
84
Overzicht stimuleringen vanuit overheid toepassing (BI)PV
Salderen
Het is mogelijk dat op het moment dat elektriciteit
opgewekt wordt, deze niet direct wordt gebruikt door
de eigenaar. Deze kan dan de energie terugleveren aan
het elektriciteitsnetwerk en op een later moment gebrui-
ken. Hiervoor zijn geen extra kosten aan verbonden
voor de eigenaar; het aantal kWh dat op de energie-
rekening staat, is het aantal gebruikte kWh minus het
aantal opgewekte kWh. Vanaf 1 januari 2014 is het niet
mogelijk méér te salderen dan de energieleverancier
geleverd heeft. Wordt er meer energie terug geleverd
dan gebruikt, dan geldt een terugleververgoeding.
Terugleververgoeding en btw-terugvraagregeling
Indien de opgewekte energie de gebruikte energie
overstijgt, dan kan er een terugleververgoeding
van de energiemaatschappij worden verkregen.
Energiemaatschappijen bepalen zelf de vergoeding die
zij terugleveren aan de eigenaar (meestal ongeveer 0,05
tot 0,09 euro per kWh). Meer opwekken dan gebruiken,
is hierdoor financieel niet aan te raden.
De Belastingdienst ziet eigenaren van zonnepanelen
die terugleveren tegenwoordig als ondernemer. Dat
betekent dat de betaalde btw over de aanschaf terug-
gevraagd kan worden. In dat geval moeten de eigena-
ren btw betalen over de terugleververgoeding en de
leverancier verzoeken om de terugleververgoeding
inclusief btw uit te keren.
Postcoderoosregeling
Initiatieven waarbij gezamenlijk decentraal energie
wordt opgewekt, kunnen gebruik maken van het ver-
laagde tarief van de Postcoderoosregeling. Leden van
coöperaties en Verenigingen van Eigenaren kunnen
sinds 1 januari 2014 een belastingkorting van 7,5 euro-
cent per kWh voor de gezamenlijk opgewekte duurzame
energie krijgen. Daarnaast ontvangt de coöperatie of
vereniging zelf ook een vergoeding voor de opgewekte
energie van 5 à 6 eurocent per kWh. Dit alles geldt, mits
de eigenaar woont in het postcodegebied waar de ener-
gie wordt opgewekt of in een daaraan direct aangren-
zend gebied.
Er is veel kritiek op de postcoderoosregeling om de
vrijblijvendheid aan en de daardoor afhankelijkheid
van energieleveranciers ten aanzien van de uitvoe-
ring. Het voordeel ligt bij bewoners, terwijl de energie-
leveranciers worden belast met extra administratieve
handelingen.
Er zijn nog meer stimuleringsmaatregelen, zoals
de SDE+ en andere regionale regelingen. Deze zijn
veelal gericht op grootschalige energieproductie of
de inkoop en installatie van sec PV-panelen. Hoewel
deze maatregelen de markt op dit moment drastisch
stimuleren, worden deze regelingen niet als bevor-
derlijk beschouwd door de markt. In afwachting van
deze stimuleringen stellen kopers hun aankoop uit.
Onduidelijkheid over de toekomst van dergelijke sti-
muleringen, wordt beschouwd als een nog grotere
belemmering.
BIj
lA
gE
N
85
Figuur 34 De ranking van de belangrijkste technologische ontwikkelingen voor het succes van BIPV
Integratie domotica systeem
Coatings: kleur, vuilafstotend
High efficiency MWT en IBC technologie voor 200W/m2 (nu 150 W/m2)
Component integratie (connectiviteit van componenten, opslag met omvormers in modules/systemen)
Ontwikkelingen voor langere levensduur (>30-40 jaar)
Vormvrijheid
Goedkope, compacte opslag zoals H2-bromide-flow-batterij
Kleurvrijheid
Multifunctionele module: opklikken van optimizers, omvormers
Assemblage bij bouwmaterialen leveranciers
Oogsten op celniveau: super smart module
Integraties van functies in de bouw om effectiviteit van energiewinst te behalen
Warmteterugwinning achter panelen
Glas-glas (2mm) met 50- jaar levensduur
Op maat maakbare folie
Dataconnectiviteit met andere bouwelementen
Roll to roll productie
Prefab: bijvoorbeeld isolatie + opwekking
Noodzaak van omvormen? 24V
Zelfconfigurerende/zelflerend systemen, zichzelf optimaliseren
Efficientie verhogen (gelijk aan Mono-Si)
Combi PV en thermisch
Op andere substraten dan reguliere substraten
III-V multi-junction cellen: meerdere lagen licht vangen, Grote efficientie cellen
Toepassing extreem dunne Si-cellen (buigbaar)
Actief bouwelement voor beheersing binnenklimaat
Pick&place voor vormvrijheid
Bifacial cellen: tweezijdig lichtinvanging (transparante gevels)
Selectiviteit voor bepaalde lichtgolflengten (zichtbare en niet-zichtbare licht)
Printbaar/spraybaar
E-printing: printen van PV
Aanpassen van de reflectiviteit
Volledig vlak glasoppervlak (over volledig dak, zonder shingles)
Transparante folies
Cellen die uit zonlicht direct H2 maakt
0 1 2 3 4 5 6 7 8
RO
AD
MA
P B
UIL
DIN
G I
NT
EG
RA
TE
D P
HO
TO
VO
LTA
ICS
B
OU
WE
N A
AN
BIP
V
86
Literatuurlijst
1. New York Times (2009) Plugged-In Age Feeds a Hunger for Electricity
2. Sociaal-Economische Raad (SER) (2013) Energieakkoord voor duurzame groei
3. Berenschot (2015) De rol van de eindgebruiker in relatie tot systeemintegratie
4. Agentschap NL (RVO) (2013) Monitor energiebesparing gebouwde omgeving 2012
5. CBS, 2014
6. Energiesprong (2012) Op weg naar minimum energie woningen met EPC ≤ 0
7. Transparency Market Research (2014) Building Integrated Photovoltaics (BIPV) Market
8. Interactieve sessies zijn georganiseerd op 14 november 2014, 4 december 2014 en 9 december 2014. De deelnemers aan deze sessies vindt u in de bijlage.
9. Photon International (2011) “All about modules,” Solar Power Magazine, February 2011
10. IHS Solar, (2014) International Technology Roadmap for Photovoltaic
11. Verberne, G., van den Donker, M. N., BIPV pricing in the Netherlands
12. IEA-PVPS Task 1 (2014) Snapshot of Global PV Markets
13. BCC Research (2015) Building-Integrated Photovoltaics (BIPV): Technologies and global markets
14. EPIA (2014) Global Market Outlook 2014-2018
15. Holland Solar (2015) Ruimte voor zonne-energie in Nederland 2020-2050
16. CBS (2015) Voorraad woningen en niet-woningen
17. Economisch Instituut voor de Bouw (2015) Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2015
18. www.COWB.datawonen.nl; laatst geraadpleegd 28 juli 2015
19. Monitor Energiebesparing Gebouwde Omgeving 2013 (2014) RVO
20. Economisch Instituut voor de Bouw (2013) De Stroomversnelling: Effecten voor productie en werkgelegenheid
21. CBS (2015) Bouwsom van nieuwe opdrachten ontvangen door architecten
22. Leidelmeijer, K. Energiebesparing: Een samenspel van woning en bewoner-Analyse van de module Energie WoON 2012
23. Nibud (2015)
24. DNV-GL (2014) Het potentieel van zonnestroom in de gebouwde omgeving van Nederland
25. Rijksoverheid (2012) Nationaal Plan voor het bevorderen van bijna-energieneutrale gebouwen in Nederland
26. Dutch Green Building Council (DGBC) (2013) The incorporation of sustainability into the real estate investment portfolio
27. www.sungevity.nl, geraadpleegd op 30 januari 2015
28. www.zonnepanelendelen.nl, geraadpleegd op 30 januari 2015
29. www.zonnestroomverdeler.nl/, geraadpleegd op 30 januari 2015
30. Statistics Netherlands (2014) Economic radar of the Sustainable energy sector in the Netherlands
31. Global Industry Analyst (2015) Building Integrated Photovoltaics (BIPV) Market Trends
32. AgentschapNL (2011) Gebouw-integratie zonnestroomsystemen
33. Fraunhofer (2010) BIPV – Presentation ‘From Add-On PV to Real Integration Challenges and Options’
ROADMAP BUILDING INTEGRATED
PHOTOVOLTAICS
BOUWEN AAN BIPV
Bouwen aan BIPV – de roadmap voor de bouw- en solarindustrie met uitdagingen tot aan 2020
Duurzaam bouwen wordt steeds belangrijker. Niet alleen omdat de wetgeving hieromtrent steeds strenger wordt, maar ook omdat we het willen. De bouwindustrie is hiermee in een wervelwind van
verandering terecht gekomen, met een groot scala aan nieuwe, energieopwekkende, innovatieve producten. Building Integrated
Photovoltaics (BIPV) is één van deze nieuwe oplossingen.
BIPV combineert enerzijds een energieleverende functie met daarbij minstens één andere bouwfunctie. Vaak is dit de esthetische functie van
een deel van de gebouwschil, maar steeds vaker ook een thermische isolatie. BIPV maakt een gebouwschil dus niet alleen mooier, maar
ook slimmer en efficiënter. Er zijn veel voordelen en de marktpotentie is veelbelovend. Dit type producten is een nieuwe productgroep
waarin Nederland bij uitstek haar innovatieve denkkracht kan tonen.
Maar deze sector heeft ook nog veel uitdagingen om dit succes te bereiken. Technologisch kan er nog veel ontwikkeld en bereikt worden.
Flexibiliteit in kleur, vorm, maat en materiaal wordt nagestreefd, uiteraard met behoud van een acceptabel rendement en tegen een
passende kostprijs. De markt zal voorbereid en bewerkt moeten worden, maar ook input moeten geven aan de ontwikkelrichtingen.
Daarnaast is het belangrijk dat er binnen de sector wordt samengewerkt, en dat de sector samenwerking zoekt met andere sectoren.
Tenslotte moet BIPV ook binnen opleidingen aandacht krijgen.
De bovenstaande acties zijn in deze roadmap beschreven en uitgewerkt in elf uitdagingen. Samen met elkaar deze
uitdagingen aangaan leidt tot duurzaam succes!
9 789490 314255