Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. ·...

31
Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst De Verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst Handleiding Leger des Heils Noord Augustus 2010

Transcript of Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. ·...

Page 1: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst

De Verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst Handleiding

Leger des Heils Noord

Augustus 2010

Page 2: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

Inhoudsopgave

Inleiding .................................................................................................................................. 1

Verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst ..................................................................................... 2

A: Opbouwen en onderhouden van een werkrelatie.............................................................. 3

B: Verzamelen van informatie ................................................................................................ 6

C: Werken aan (gedrags-) verandering................................................................................ 14

D: Oplossingen en ondersteuning vinden in de omgeving .................................................. 22

E: Taken verlichten............................................................................................................... 25

Literatuurlijst ......................................................................................................................... 28

Page 3: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

Inleiding

De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking tussen het Leger des Heils Noord en de Rijksuniversiteit Groningen. De verrichtingenlijst is gebaseerd op andere verrichtingenlijsten (Ten Brink et al., 1997; Bolt & Metselaar 2005; Damen, 2006) en aangepast aan de werkwijze en methodiek van ‘10’ voor Toekomst. Het doel van de verrichtingenlijst is de werkzaamheden van gezinscoaches inzichtelijk te maken en daarmee kennis over het primaire hulpverleningsproces te ontwikkelen. Hierdoor ontstaat een meer volledig beeld van de inhoud en het proces van hulpverlening bij ‘10’ voor Toekomst en kan de kwaliteit van hulpverlening verhoogd worden.

Wat zijn verrichtingen? Onder een verrichting wordt verstaan. “…een benoembare, uitgewerkte verzameling hulpverleningsgedragingen die een in de tijd te begrenzen interventie vormen” (Ten Brink et al., 1997). Anders gezegd, gaat het om gedrag van gezinscoaches dat in betekenisvolle eenheden (verrichtingen) wordt opgedeeld. De technieken en vaardigheden die gezinscoaches van ’10’ voor Toekomst gebruiken zijn binnen deze verrichtingen ondergebracht.

Waarom een verrichtingenlijst?

Ondersteuning van de gezinscoach: Door het invullen van de verrichtingenlijst krijgt de gezinscoach inzicht in het eigen handelen. Reflectie en evaluatie wordt mogelijk en eventueel kan op basis hiervan de behandelstrategie gewijzigd worden. Bovendien wordt communicatie over de inhoud van de hulpverlening vereenvoudigd. Hierdoor kan bij teamvergaderingen, intervisie en werkbegeleiding op basis van de verrichtingenlijst vanuit een overkoepelend kader met elkaar gesproken worden en wordt deskundigheid en professionaliteit bevorderd. Ten slotte is de verrichtingenlijst een nuttig middel voor de gezinscoach als een naslagwerk met daarin een overzicht van de middelen die tot zijn/haar beschikking staan.

Ondersteuning van het management: Door de gegevens van teams, afdelingen en de hele organisatie samen te voegen, kan de werkwijze van ‘10’ voor Toekomst inzichtelijk worden gemaakt. Dit is belangrijke informatie voor verwijzers, gezinnen, het publiek, en subsidieverstrekkers. Bovendien kan met behulp van inzicht in het primaire hulpverleningsproces de methodiek van ‘10’ voor Toekomst verder ontwikkeld worden en kan de ondersteuning aan de gezinscoach verbeterd worden.

Input voor wetenschappelijk onderzoek: Met behulp van de verrichtingenlijst wordt structurele kennis over het primaire hulpverleningsproces ontwikkeld. Hiermee kan worden onderzocht of de hulpverlening in de praktijk overeenkomt met de methodiekbeschrijving. Daarnaast kunnen behandelprogramma’s vergeleken worden en kan de relatie tussen aard en intensiteit van de behandelvorm vergeleken worden met de uitkomst (Ten Brink e.a., 1997). Uiteindelijk kan deze informatie gebruikt worden om de kwaliteit van hulpverlening te verhogen.

Page 4: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

1

Onderdelen Verrichtingenlijst ‘10’ voor ToekomstDe verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst omvat de verrichtingen die tijdens de hulpverlening van ‘10’ voor Toekomst door gezinscoaches uitgevoerd kunnen worden. Het gaat om 55 verrichtingen die zijn opgedeeld in 5 categorieën. De indeling in categorieën is, naast dat het bijdraagt aan de overzichtelijkheid, nuttig omdat de categorieën zijn gecreëerd op basis van het doel van de verrichtingen die zich in de betreffende categorie bevinden. Het gaat om de volgende vijf categorieën: A. Opbouwen en onderhouden van een werkrelatie B. Verzamelen van informatie C. Werken aan gedragsverandering D. Oplossingen en ondersteuning in de omgeving vinden E. Taken verlichten Naast dat inzicht in de gebruikte verrichtingen wenselijk is, kan ook inzicht in de gebruikte categorieën relevante informatie opleveren.

Toelichting op de verrichtingen Allereerst wordt een overzicht gegeven van alle verrichtingen, hun naam, categorie en code. Vervolgens worden alle verrichtingen één voor één uitgewerkt. Behalve de naam en code van een verrichting wordt een definitie gegeven. De definitie is een korte beschrijving van de verrichting in één a twee zinnen. Na de definitie volgt een korte toelichting op de inhoud of het doel van de verrichting. Vervolgens wordt een mogelijke werkwijze en/of mogelijke technieken en vaardigheden die bij deze verrichting gebruikt kunnen worden, gegeven. Aangezien elke gezinscoach zijn/haar eigen werkwijze heeft is, gekozen voor mogelijke werkwijze en/of vaardigheden. Hierdoor kan een verrichting, mits in overeenstemming met naam en definitie, ook gescoord worden als de werkwijze niet exact overeenkomt met de toelichting, werkwijze en/of technieken en vaardigheden.

Ten slotte nog de opmerking dat de verrichtingenlijst is geformuleerd vanuit het oogpunt dat de hulpverlening gericht is op het gehele gezinssysteem. Echter, overal waar in de verrichtingen wordt gesproken over ‘het gezin’ kan ook ‘een gezinslid’ gelezen worden. Verrichtingen kunnen betrekking hebben op het gezin, meerdere gezinsleden, individuele gezinsleden of op externe betrokkenen en op de verrichtingenlijst kan apart worden gescoord met wie de verrichtingen zijn uitgevoerd.

Hoe leg ik de uitgevoerde verrichtingen vast? Op het verrichtingenformulier. In afwachting van een digitale versie van het verrichtingenformulier wordt een papieren versie gebruikt. Hierop worden vermeldt; de naam van de gezinscoach, de naam van de cliënt, datum en duur van het contact, welke verrichtingen zijn uitgevoerd en met wie de vermelde verrichtingen zijn uitgevoerd. Ten slotte wordt de wijze van contact aangekruist (cliëntbezoek, telefonisch of per email) De richtlijn is om per cliëntcontact minimaal drie en maximaal zes verrichtingen vast te leggen, maar indien nodig kan hier van worden afgeweken. De gezinscoaches wordt geadviseerd het verrichtingenformulier direct na afloop van het cliëntcontact in te vullen. Het invullen kost dan minder tijd omdat de werkzaamheden nog vers in het geheugen liggen en de betrouwbaarheid wordt daarmee verhoogd.

Page 5: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

2

Verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst

A: Opbouwen en onderhouden van een werkrelatie

A1 Kennismaken

A2 Invoegen

A3 Bieden van emotionele steun

A4 Communicatie over of feedback op de samenwerking en de hulpverlening

A5 Conflicthantering

A6 Motivatie vergroten

A7 Anders, namelijk…

B: Verzamelen van informatie B1 Bespreken van de hulpvraag van het gezin

B2 Bespreken van de perceptie van het gezin op mogelijke oplossingen

B3 Bespreken van krachten in en om het gezin

B4 Doelen stellen met het gezin

B5 Evalueren/aanpassen van doelen en het hulpverleningsproces

B6 Werkpunten stellen met het gezin

B7 Evalueren/aanpassen van werkpunten

B8 Informatie inwinnen via (participerende) observatie

B9 Informatie door middel van gesprekken

B10 Werken met observatie en (huiswerk)opdrachten

B11 Bespreken problemen in de communicatie en interactie tussen gezinsleden

B12 Competentieanalyse

B13 Netwerkanalyse

B14 Analyse van veiligheid

B15 Analyse van vrijetijdsbesteding

B16 Analyse van functioneren op school

B17 Introduceren en afnemen van vragenlijsten

B18 Nabespreken van vragenlijsten

B19 Anders, namelijk…

C Werken aan (gedrags)verandering C1 Bespreken van een specifieke situatie of

probleem in het gezin

C2 Een probleem in observeerbaar gedrag beschrijven

C3 Instructies en adviezen voor gedragsverandering

C4 Gedragsoefening

C5 Feedback geven op gedrag

C6 Bespreken en oefenen van dagelijkse routine en het dagelijks functioneren van het gezin

C7 Activerende huishoudelijke begeleiding

C8 Oefenen communicatie en interactie in het gezin

C9 Werken aan vaardigheden voor het omgaan met cognities en emoties

C10 Werken aan de gezagsverhoudingen in het gezin

C11 Werken aan de samenwerking tussen opvoeders

C12 Informeren over en oefenen van opvoedingsvaardigheden

C13 Interventies rondom vrijetijdsbesteding

C14 Aandacht voor psychische en/of verslavingsproblematiek

C15 Aanbieden van therapeutische materialen

C16 Stimuleren of geven van educatie

C17 Nazorg

C18 Anders, namelijk…

D: Oplossingen en ondersteuning in de omgeving vinden

D1 Mobiliseren van sociale steun en het opbouwen van een sociaal netwerk

D2 Ondersteunen bij contact met instanties

D3 Begeleiden bij contact met instanties

D4 Verwijzen naar dienst- of hulpverlenende instanties

D5 Anders, namelijk…

E: Taken verlichten E1 Ondersteunende en activerende

huishoudelijke begeleiding

E2 Hulp bij administratie en financieel beheer

E3 Gezinslid bij crisis elders onderbrengen

E4 Afstemmen met externe hulpverleners

E5 Organiseren van zorg

E6 Anders, namelijk...

Page 6: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

3

A: Opbouwen en onderhouden van een werkrelatie Deze categorie heeft betrekking op verrichtingen die bijdragen aan een positieve (werk)relatie tussen de gezinscoach en het gezin. Het ontwikkelen van een goede relatie en vertrouwen tussen gezin en hulpverlener draagt bij aan effectieve hulpverlening omdat dit een algemeen werkzame factoren van effectieve hulpverlening is.

A1. Kennismaken Het eerste contact met het gezin of een gezinslid waarin algemene informatie wordt uitgewisseld met het doel werkwijze, ervaringen en verwachtingen duidelijk te maken.

Toelichting: Het kan zijn dat het hier een nieuwe cliënt betreft, maar het kan ook gaan om een eerste betreffen na een overdracht van een andere collega of instantie.

Mogelijke werkwijze:• Informatie geven over:

o de werkwijze van ‘10’ voor Toekomst en de gezinscoach. o de verwachtingen die ‘10’ voor Toekomst en de gezinscoach hebben ten aanzien van

het gezin. • Vragen naar:

o eventuele eerdere ervaringen van het gezin met hulpverlening. o de verwachtingen die het gezin heeft ten aanzien van de ‘10’ voor Toekomst en de

gezinscoach.

A2. Invoegen Activiteiten waarbij de gezinscoach aansluiting zoekt bij of begrip toont voor het gezin, zijn leefwijze, taal, gewoonten en visies.

Toelichting: Het primaire doel van invoegen is de band, de werkrelatie met het gezin op te bouwen of te verstevigen.

Mogelijke technieken en vaardigheden:� ‘Tracking’: ingaan op de onderwerpen die het gezin zelf aandraagt en hierop doorvragen; � Aanpassen aan het taalgebruik van het gezin; � Aanpassen aan en meedoen met de gewoonten en gebruiken van een gezin; � Interesse tonen in alledaagse omstandigheden van het gezin, in gewoonten, waarden en

normen; � Aandacht besteden aan de opvattingen van het gezin ten aanzien van hun problemen; � Erkenning en begrip tonen voor de perceptie van de cliënt op de werkelijkheid.

Page 7: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

4

A3. Bieden van emotionele steun Verbaal of non-verbaal handelen ten behoeve van het bieden van emotionele steun.

Toelichting: � Het bieden van emotionele steun draagt bij aan het opbouwen van een vertrouwensband en

wordt door één of meerdere van de volgende punten gekenmerkt: � Gelegenheid geven aan het gezin om zijn verhaal te vertellen; � Tonen van begrip voor de beleving van het gezin van zijn problemen en omstandigheden; � Erkenning geven voor de ervaren moeite en gedane inspanningen om op de been te blijven; � Geven van waardering voor de inspanningen die gedaan zijn om zijn situatie te verbeteren; � Uitdrukking geven van beschikbaarheid en nabijheid.

Mogelijke technieken en vaardigheden:� Actief luisteren; � Complimenterende feedback; � Gevoelsreflecties; � Stellen van copingsvragen.

A4. Communiceren over of feedback geven op de samenwerkingsrelatie en het hulpverleningsproces Het voeren van een gesprek met het gezin of het geven van feedback over de samenwerking tussen gezinscoach en het gezin of (meta)communiceren over het hulpverleningsproces.

Toelichting: Communiceren over en het geven van feedback op de samenwerkingsrelatie en het hulpverleningsproces zorgt dat de duidelijk blijft wat men van elkaar verwacht en kan bestaan uit een of meerdere van de volgende punten: � Vragen naar de mening en beleving van het gezin over de samenwerking en het

hulpverleningsproces; � Uiten van eigen mening en beleving ten aanzien van de samenwerking en het

hulpverleningsproces; � Inventariseren van de wensen ten aanzien van communicatie tussen gezin en gezinscoach en

gezinsleden onderling; � Maken van afspraken over de wijze van communiceren tijdens gezinsgesprekken; � Evalueren van het hulpverleningsproces en eventueel nieuwe afspraken maken met

betrekking tot de communicatie.

Page 8: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

5

A5. Conflicthantering Bij conflicten tussen gezin en gezinscoach hier op een zodanige manier mee omgaan dat er geen breuk ontstaat in het contact tussen gezin en gezinscoach.

Toelichting: Conflicten tussen gezinscoach en gezin moeten opgelost worden om de hulpverlening te continueren. De gezinscoach kan conflicten hanteren om zijn eigen wensen en die van het gezin te expliciteren en zo de relatie te herstellen en mogelijk te verbeteren.

Mogelijke technieken en vaardigheden: � Het benoemen van tegenstellingen; � Het herstellen van contacten; � Met elkaar onderhandelen.

A6. Motivatie vergroten Initiatieven van de gezinscoach die als doel hebben om de motivatie van het gezin voor de hulpverlening te vergroten.

Toelichting: Aangezien het gezin zelf een actieve bijdrage levert aan de hulpverlening is motivatie zeer wenselijk. Indien nodig kan de gezinscoach pogingen ondernemen om deze motivatie te vergroten.

Mogelijke technieken en vaardigheden: � herkaderen; � oplossingsgericht vragen en denken; � uitzonderingsvragen; � toekomstvragen; � het afbreken van nee-reeksen; � schaalvragen.

A7. Anders, namelijk… Deze verrichting wordt gescoord wanneer de gezinscoach activiteiten heeft ondernomen die onder categorie A ‘het opbouwen en onderhouden van een werkrelatie’ vallen, maar die onder geen van de bovenstaande verrichtingen valt.

Toelichting Op het verrichtingenformulier is ruimte voor opmerkingen en hier kan worden toegelicht waar de betreffende verrichting uit bestaat.

Page 9: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

6

B: Verzamelen van informatie Het verzamelen van informatie betreft verrichtingen die als primaire doel hebben informatie over het gezin en wat zij willen bereiken, te achterhalen. Aangezien gezinscoaches vraaggericht werken, is het belangrijk om de doelen en werkpunten door het gezin zelf te laten bepalen. Op deze manier wordt ook gezorgd dat het algemeen werkzame principe van fit tussen probleem en hulpvraag enerzijds en de specifieke invulling van de interventie anderzijds gewaarborgd is.

B1. Bespreken van de hulpvraag van het gezin Een gesprek om te achterhalen welke hulpvragen het gezin heeft en welke klachten en problemen hiervoor de aanleiding zijn.

Toelichting: � De gezinscoach vormt zich een beeld van de perceptie die het gezin heeft op zichzelf en op

zijn de omstandigheden. Een gesprek rond de hulpvraag kan de volgende elementen bevatten:

� Vragen naar de aanleiding voor de hulp (elk gezinslid laten antwoorden); � Doorvragen naar gevoelens en gedachten; � Analyseren van het probleem door te vragen naar en ‘in te zoomen’ op voorbeelden van

specifieke gebeurtenissen; � Vragen naar aanleiding, gedragingen en gevolgen op gedrag; � Erkennen van de perceptie van elk gezinslid.

B2. Bespreken van de perceptie van het gezin op mogelijke oplossingen Gesprek waarbij de gezinscoach het gezin vraagt wensen voor de toekomst te beschrijven in concrete termen en vraagt hoe dit bereikt kan worden.

Toelichting: Een gesprek rond mogelijke oplossing vanuit het gezin is een eerste stap bij het formuleren van een hulpverleningsplan en werkdoelen.

Mogelijke technieken en vaardigheden:� Wondervraag; � Specifieke wondervraag; � Vragen naar de gewenste eindsituatie na de hulp; � Bij gezinnen: vragen in rondes, gezinsleden laten reageren op elkaar.

Doorvragen op antwoorden: � Vragen naar concrete beschrijvingen; � Vragen naar de veranderingen van eigen gedrag; � Vragen naar de veranderingen in de context.

Page 10: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

7

B3. Bespreken van krachten in en om het gezin Gesprek waarin de gezinscoach met het gezin de krachten in het gezin en in de omgeving van het gezin opspoort.

Toelichting: Het gesprek richt zich op gebeurtenissen in het recente verleden waar een probleem in een gezin zich had kunnen voordoen maar om de één of andere reden zich niet of in mindere mate voordeed. Door deze momenten op te merken en gericht door te vragen helpt de gezinscoach, de gezinsleden deze momenten te ontdekken en te benutten.

Mogelijke technieken en vaardigheden:� Stellen van de uitzonderingsvragen; � Stellen van schaalvragen; � Stellen van copingsvragen; � Vragen naar succesvolle gebeurtenissen in het recente verleden; � Vragen naar hulpbronnen in de omgeving.

Doorvragen op antwoorden: � Exploreren van uitzonderingen en krachten door concrete analyse van gebeurtenissen; � Samenvatten van gevonden krachten, vaardigheden en helpende omgevingsfactoren.

B4. Doelen stellen met het gezin Het gezin begeleiden bij het omzetten van hun problemen en klachten in doelen. Deze doelen zijn de gewenste veranderingen die met behulp van de hulpverlening bereikt moeten worden.

Toelichting: Omdat vraaggericht gewerkt wordt, is het gezin de partij die doelen moet formuleren, indien nodig met ondersteuning van de gezinscoach. Deze doelen worden vastgelegd in het hulpverleningsplan.

Mogelijke werkwijze bij het opstellen van doelen: � Met het gezin de aanleiding om hulp te zoeken bespreken. Aandacht geven aan de behoefte

om klachten en gevoelens hierover te uiten. Tonen van begrip; � De gezinsleden stimuleren hun klachten en problemen om te zetten in wensen van

verandering door te vragen naar de gewenste situatie in de toekomst; � De gezinsleden de ruimte geven om wensen uit te wisselen; � Doorvragen naar aspecten waar consensus over bestaat, vragen naar concrete verbeteringen

in omstandigheden, gedrag en gevolgen; � Vragen naar positieve uitzonderingen, succesvolle gebeurtenissen die lijken op de gewenste

situatie; � Gezamenlijk met de gezinsleden en in hun woorden een doel of meerdere doelen

formuleren op basis van de beschrijving van de gewenste situatie, denk hierbij aan de criteria voor doelen;

� Leg de doelen vast in het hulpverleningsplan.

Page 11: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

8

B5. Evalueren en/of aanpassen van doelen en het hulpverleningsproces Gezamenlijk met het gezin een inschatting maken van de voortgang van de hulp aan de hand van de opgestelde doelen. Indien nodig kunnen doelen en het hulpverleningsproces aangepast worden.

Toelichting: Het evalueren en/of aanpassen van doelen en het hulpproces heeft als doel vast te stellen of de gewenste vooruitgang wordt geboekt en om vast te stellen of het hulpaanbod aansluit bij de hulpvraag en de wensen van het gezin.

Mogelijke werkwijze bij het evalueren van doelen:� Samenvatten van de doelen waaraan is gewerkt; � Bespreken aan welke doelen is gewerkt, hoe is dat gegaan en wat de resultaten zijn; � Elk gezinslid een inschatting vragen van de vooruitgang per doel. Hierover kunnen de

gezinsleden vervolgens van gedachten wisselen; � Samenvatten van verbeteringen en geven van feedback; � Vragen naar de mening en beleving van het gezin over de samenwerking en het

doorgemaakte hulpproces; � Proberen een gezamenlijke conclusie te trekken over wat er is bereikt en wat er nog moet

gebeuren; � Stel eventueel de doelen bij en maak nieuwe afspraken.

B6. Werkpunten stellen met het gezin Het samen met het gezin omzetten van doelen in werkpunten.

Toelichting: Werkpunten zijn concrete actiepunten die in een kort tijdsbestek te realiseren zijn en die een bijdrage leveren aan het realiseren van een hulpverleningsdoel. Werkpunten worden samen met het gezin vastgelegd in een werkplan. Een werkplan beschrijft naast het te behalen eindresultaat, tevens de wijze waarop het gezin denkt dat resultaat te behalen en met welke ondersteuning dat plaatsvindt.

Mogelijke werkwijze bij het opstellen van werkpunten:� De doelen herhalen waaraan het gezin gaat werken; � Bespreken van oplossingen die in het verleden hebben gewerkt; � Inventariseren van de sterke punten van de gezinsleden zelf en in hun omgeving die kunnen

bijdragen aan het realiseren van het doel. � Met het gezin bespreken wat de eerst komende stap is die gezet kan worden om het doel te

realiseren; � Bespreken hoe er aan het werkpunt gewerkt kan worden en wie welk rol heeft. Deze

afspraken kunnen genoteerd worden; � Bespreken of meer werkpunten geformuleerd kunnen worden en of de gezinsleden samen

aan een werkpunt werken of dat sommige gezinsleden eigen werkpunten hebben; � Afspreken wanneer de werkpunten geëvalueerd gaat worden.

Page 12: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

9

B7. Evalueren en/of aanpassen van werkpunten Het samen met het gezin maken van een inschatting van de voortgang per werkpunt en het op basis van deze inschatting verbeteren, aanpassen of vernieuwen van de werkpunten.

Toelichting: Het evalueren van werkpunten vindt frequent plaats, bijvoorbeeld eens per maand. Het doel is om vast te stellen of de gewenste vooruitgang wordt geboekt en eventueel aanpassingen in werkwijze te doen.

Mogelijke vragen bij het evalueren van werkpunten:� Wat was het doel? � Wat waren de werkpunten en afspraken? � Wat is er gelukt? Hoe heb is het gegaan? Is het al klaar? � Welke werkpunten zijn niet af? � Hoe gaan we nu verder? � Stel eventueel de werkpunten bij en maak nieuwe afspraken.

B8. Informatie inwinnen door (participerende) observatie Het verzamelen van informatie door (participerende) observatie.

Toelichting: Observatie vindt veelal plaats tijden een bezoek aan het gezin in hun dagelijkse leefsituatie. Observeren kan informatie opleveren over gedrag, communicatie en interactie binnen het gezin.

Mogelijke werkwijze bij observeren:� De observatie zoveel mogelijk beschrijven in termen van waarneembaar gedrag. � De gebeurtenissen in zoveel mogelijk afzonderlijke gebeurtenissen verdelen. � Nabespreken van de observatie. Eerst de observaties van de gezinsleden, aangevuld met

observaties van de gezinscoach.

B9. Informatie inwinnen door middel van gesprekken Het inwinnen en verzamelen van informatie over gebeurtenissen waarbij de gezinscoach niet aanwezig was.

Toelichting: Omdat er in het leven van een gezin veel gebeurd waar de gezinscoach niet bij aanwezig is, is het inwinnen van informatie over gebeurtenissen waarbij men niet aanwezig was noodzakelijk.

Richtlijnen voor het inwinnen van informatie door middel van gesprekken:� Maak een inleidende opmerking om het gesprek te structureren en om uit te leggen met

welk doel je doorvraagt over een situatie waar je zelf niet bij aanwezig bent geweest. � Pas de richtlijnen voor algemene gesprekstechnieken toe.

Page 13: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

10

Algemene gesprekstechnieken:� Open en niet-bedreigend opstellen, zowel qua lichaamshouding als qua oogcontact. � Gebruik maken van aanmoedigingen en knikken. � Gebruik maken van stiltes. � Vragen naar verduidelijking van situaties, gebeurtenissen, gedragingen en gevolgen. � Zowel open, gesloten als meerkeuze vragen stellen. � Aandacht hebben voor non-verbale signalen. � Regelmatig een samenvatting en reflectie geven over inhoud en gevoelens.

B10. Werken met observatie en (huiswerk)opdrachten Het geven en bespreken van huiswerkopdrachten aan gezinsleden waarbij zij gevraagd worden zichzelf en hun omgeving te observeren en hun bevindingen op schrift te stellen.

Toelichting: Het doel van de opdrachten is het vergroten van zelfcontrole en het vinden van aanknopingpunten in eigen gedrag of in de omgeving die kunnen bijdragen aan het oplossen van de hulpvraag. Het onderwerp van observatie varieert. Het meest voorkomende is het observeren van “positieve uitzonderingen”, of “succesvolle gebeurtenissen”. Hierbij observeren en registreren de gezinsleden welk eigen gedrag heeft geleid tot succes en wie of wat in de context een bijdrage leverde. Verder kunnen registratieopdrachten gebruikt worden om klachten of gevoelens en stemmingen te observeren.

Mogelijke vormen van observatieopdrachten:� Cliënten vragen gedrag te turven; � Observeren en analyseren van één specifieke gebeurtenis; � Het dagboek. Een dag of een week lang beschrijft de cliënt zijn ervaringen.

Mogelijke werkwijze bij het aanbieden van een observatieopdracht:� De opdracht aan het gezin introduceren; � Bespreken welke informatie verkregen kan worden en welk doel dat dient; � De procedure uitleggen en eventueel oefenen; � Vragen naar de haalbaarheid; � Afspreken hoe en wanneer de resultaten worden besproken.

B11. Bespreken problemen in de communicatie en interactie tussen gezinsleden Het samen met ouder(s) en/of andere gezinsleden bespreken van problemen in de communicatie en interactie, gericht op het gezinssysteem.

Mogelijke werkwijze bij het bespreken van problemen in de onderlinge omgang:� Vragen om welke gezinsleden het gaat. � Bespreken van de communicatie en interactie tussen de gezinsleden die het betreft en vraag

waar men zich zorgen over maakt, of evalueer of er al verbetering is. � Het geven van adviezen om de communicatie en interactie te verbeteren.

Page 14: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

11

� Bespreken hoe de adviezen in praktijk gebracht kunnen worden. B12. Competentieanalyse Gezamenlijk met een gezin of gezinslid opstellen van een analyse van sterke punten, aandachtspunten, protectieve factoren en stressoren aan de hand van ontwikkelingstaken.

Toelichting: Het opstellen van een competentieanalyse is een hulpmiddel bij het opstellen van doelen en werkpunten. Een competentieanalyse kan worden gemaakt op basis van de ontwikkelingstaken van ouders en die van het kind. Ontwikkelingstaken worden opgevat als “thema’s die karakteristiek zijn voor een bepaalde levensfase en die van de persoon bepaalde gedragingen vragen”. Voor een competentieanalyse kunnen zowel de ontwikkelingstaken van de ouders als van (één van de) kinderen worden geanalyseerd.

Mogelijke werkwijze bij het opstellen van een competentieanalyse:� Met het gezin vaststellen welke ontwikkelingstaken geanalyseerd gaan worden naar

aanleiding van de hulpvraag. � Per ontwikkelingstaak de sterke punten, dat wil zeggen: aanwezige vaardigheden, positieve

eigenschappen en sociale steun, bespreken en noteren. Vraag hierbij naar uitzonderingen en succeservaringen.

� Bespreken en noteren van de aandachtspunten, dat wil zeggen: te leren of te verbeteren vaardigheden, te zware taken en stressvolle omstandigheden.

� Bespreken welke doelen en werkpunten gesteld kunnen worden n.a.v. de competentieanalyse.

B13. Netwerkanalyse Het in kaart brengen van het sociale netwerk van een gezin of een gezinslid.

Toelichting: De netwerkanalyse heeft als doel het ontdekken van personen uit het netwerk die een steunende rol voor het gezin kunnen vervullen. Het maken van een netwerkanalyse met een gezin of gezinslid vindt plaats aan de hand van hulpmiddelen om de analyse van het netwerk te visualiseren. Mogelijke hulpmiddelen bij een netwerkanalyse zijn: � Het ‘genogram’; � Het ‘bolletjesschema’; � Het opstellen van een ‘netwerklijst’.

Het maken van een netwerkanalyse vindt in grote lijnen plaats in de volgende stappen:� Netwerkanalyse uitleggen en het hulpmiddel (bv. genogram) toelichten; � Bespreken van het doel en de werkwijze van een netwerkanalyse; � Beginnen met het tekenen en laten beschrijven van het gezin zelf; � Vervolgens het gezin vragen stapsgewijs het schema of de lijst van personen aan te vullen. � Als het schema of de lijst af lijkt te zijn, de gezinsleden vragen naar wat hen opvalt en

doorvragen op patronen in de relaties; � Met de gezinsleden bespreken welke informatie uit de netwerkanalyse aanknopingspunten

bieden voor het realiseren van (één van) de gestelde doelen. Denk hierbij vooral wat de bronnen van steun zijn of kunnen zijn en welke relaties bronnen van stress kunnen zijn.

Page 15: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

12

B14. Analyse van veiligheid Het samen met het gezin maken van een risicotaxatie ter voorkoming van kindermishandeling of andere onveilige situaties.

Toelichting: De analyse van veiligheid is erop gericht signalen van veiligheid te ontdekken en daarmee een stappenplan te maken ter vergroting van de veiligheid in het gezin. Een risicotaxatie is een analyse van aspecten in en om een gezin die wijzen op gevaar en onveiligheid en aspecten die duiden op veiligheid en bescherming voor gevaar. Een analyse van veiligheid vindt plaats als er aanwijzingen zijn voor het bestaan van mishandeling, verwaarlozing of andere onveilige situaties in het gezin.

Het analyseren van veiligheid vindt in grote lijnen plaats in de volgende stappen: � Toelichten van de informatie die aanleiding vormt voor de analyse van de veiligheid; � Vragen naar het standpunt van elk gezinslid; � Bespreken wat het doel is van de analyse en wat dit concreet betekent voor het gezin; � Alle aspecten die te maken hebben met gevaar en veiligheid worden besproken en

genoteerd; � Naar aanleiding hiervan samen met het gezin een inschatting maken van de veiligheid op

dit moment.

B15. Analyse van vrijetijdsbesteding Het gebruik van technieken om inzicht te krijgen in de vrijetijdsbesteding van het gezin en hun te ondersteunen bij het positief invullen van vrije tijd

Toelichting: Het doel van een analyse van vrijetijdsbesteding is een beeld te krijgen van de manier waarop gezinsleden hun (vrije) tijd doorbrengen en eventuele aanknopingspunten zoeken voor inspannende en ontspannende activiteiten.

B16. Analyse van functioneren op school Het zicht krijgen op het functioneren van de kind(eren) op school.

Toelichting: Om inzicht in het schoolse functioneren te krijgen, verzamelt de gezinscoach informatie bij ouders, jeugdige(n) en leerkracht(en).

Vragen kunnen gesteld worden over:� het individueel functioneren van de jeugdige(n); � de leerprestaties; � het sociaal functioneren; � de betrokkenheid van de ouders; � krachten van jeugdige(n) en ouders met betrekking tot school.

Page 16: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

13

B17. Introduceren en afnemen van vragenlijsten Het introduceren van vragenlijsten bij de ouder, deze vragenlijst met de ouder invullen of er zorg voor dragen dat de ouder deze vragenlijst binnen een afgesproken tijd invult.

Toelichting: Zie de handleiding voor de stappen en richtlijnen voor afname van vragenlijsten.

B18. Nabespreken van vragenlijstenHet samen met de ouders nabespreken van vragenlijsten en het stellen van doelen aan de hand van een vragenlijst (bv. CBCL, NOSI).

Toelichting:De profielen geven een ordening op de belevingsaspecten van de ouder. Het gaat hierbij altijd om een momentopname en niet om de waarheid. Het gaat erom hoe de ouder het zelf ziet. Met behulp van de profielen kan het totale gevoel in kleinere behapbare stukjes geknipt worden. Uit de profielen zijn zowel krachten (positieve, stressreducerende bronnen) als aandachtspunten (zorgelijk, stressverhogende bronnen) te halen. Gebruik van de profielen alleen de hoofdpunten. (Bij de CBCL zijn dit de gedragssyndromen: teruggetrokken, lichamelijke klachten, angstig/depressief, sociale problemen, aandachtsproblemen, delinquent gedrag, agressief gedrag.) NB: Door de profielen aan het begin en aan het einde van de hulp met elkaar te vergelijken kun je ze tevens gebruiken als hulpmiddel in het overleg van de ouders bij de afronding van de hulp, de beoordeling wat verbeterd is en waar nog aan gewerkt moet worden. De stappen zijn dezelfde als hieronder, alleen richt men zich dan op de positieve en negatieve verschuivingen die in de vergelijking zichtbaar worden.

Mogelijke werkwijze bij het nabespreken van vragenlijsten: � Het gesprek voorbereiden door de krachten en aandachtspunten uit de profielen te halen. � De ouder(s) de uitkomsten van de vragenlijst geven. � De ouder(s) vragen of zij dit patroon van krachten en aandachtspunten herkennen en vraag

of ze dit concreter kunnen maken. � Een samenvatting geven en doelen stellen op grond van de krachten en aandachtspunten.

B19. Anders, namelijk… Deze verrichting wordt gescoord wanneer de gezinscoach activiteiten heeft ondernomen die onder categorie B ‘Verzamelen van informatie’ vallen, maar die onder geen van de bovenstaande verrichtingen valt.

Toelichting Op het verrichtingenformulier is ruimte voor opmerkingen en hier kan kort worden toegelicht waar de betreffende verrichting uit bestaat.

Page 17: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

14

C: Werken aan (gedrags-) verandering Onder deze categorie vallen de verrichtingen die tot doel hebben om veranderingen te realiseren. De doelen die nagestreefd worden grotendeels door het gezin bepaald omdat de hulpverlening van ‘10’ voor Toekomst vraaggericht is. Hierbij wordt geprobeerd te zorgen voor empowerment, dat wil zeggen dat de binnen en om het gezin aanwezige krachten en copingsvaardigheden versterkt worden.

C1. Bespreken van een specifieke situatie of probleem in het gezin Het stapsgewijs en systematisch zoeken met het gezin naar een oplossing voor een specifiek probleem.

Toelichting: Het gesprek is erop gericht het oplossend vermogen van het gezin te vergroten. Bij voorkeur maakt de gezinscoach gebruik van schrijfmateriaal om de resultaten te visualiseren.

Mogelijke werkwijze bij het bespreken van een specifieke situatie of probleem: � Het probleem en doel samen met het gezin vaststellen; � Mogelijke oplossingen verzamelen. Elk gezinslid krijgt de kans oplossingen te noemen; � De gezinsleden een inschatting laten geven van de voor- en nadelen van elke oplossing; � Het gezin een keuze laten maken voor een oplossing; � Bespreken welke acties het gezin vervolgens gaat ondernemen.

Mogelijke gesprekstechnieken:� Structureren; � Demonstreren communicatieregels; � Actief luisteren; � Doorvragen; � Complimenteren; � Versterken oplossend gedrag (wensen i.p.v. problemen).

Andere technieken die vallen onder deze verrichting: � Bespreken van een dilemma; � Onderhandelen over een regel of afspraak tussen ouders en kind; � Bemiddelen tussen opvoeders t.a.v. een meningsverschil op een specifiek punt.

C2. Een probleem in observeerbaar gedrag beschrijven Het beschrijven van een algemeen geformuleerd probleem in termen van situatie, personen, opeenvolgingen, intensiteit, en frequentie van concreet gedrag (acties en reacties).

Toelichting: In vergelijking met verrichting C1 is het hier de gezinscoach die het gedrag in objectief gedrag beschrijft. Vaak zal deze verrichting gevolg worden door een manier om alternatief gedrag te ontwikkelen of bespreken (bv. C1 of C3)

Page 18: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

15

Mogelijke werkwijze bij het beschrijven van een probleem in observeerbaar gedrag:� Het probleem vaststellen; � Vaststellen welke personen een rol spelen bij dit probleem; � De situatie beschrijven waarin het probleem zich voordoet (in ruimte, tijd, aanwezige

personen, (speciale) omstandigheden etc.). Maak hierbij eventueel gebruik van Situatie-Respons-Consequentie (SRC-reeks).

� In concrete termen het gedrag verwoorden dat betrokken personen vertonen in een formulering als: ‘als moeder…zegt/doet, dan zegt/doet haar zoon…’.

C3. Adviezen en instructies voor gedragsveranderingen Het geven van een verbale instructie of advies met betrekking tot gewenst gedrag.

Toelichting: Het doel van deze verrichting is het gedrag van gezinsleden of het gezin rechtstreeks te beïnvloeden De gezinscoach stelt of schrijft voor welk gedrag of actie wenselijk is.

Mogelijke technieken en vaardigeheden:� Het doen van voorstellen of suggesties voor een gedragsverandering; � Het gezin instrueren bepaald gedrag te vertonen (technieken: gedragsinstructie,

corrigerende instructie, confronterende ik-boodschap, model staan).; � Voorstellen van een oplossingsmogelijkheid of mogelijkheden bij een vraag of een

probleem; � Adviseren over een te nemen besluit door het gezin of gezinslid.

C4. Gedragsoefening Het geven van instructies en het voordoen van een vaardigheid aan een gezinslid, waarna het gezinslid de vaardigheid nadoet.

Toelichting: In vergelijking met verrichting C3 gaat het bij verrichting ‘C4: gedragsoefening’ om meer bewuste oefening van wenselijk gedrag. Bij verrichting C3 wordt op een meer directe en rechtstreekse wijze het gedrag beïnvloedt, terwijl dit bij verrichting C4 meer vrijblijvend is.

Mogelijke werkwijze:� Introduceer de vaardigheid; � Omschrijf de vaardigheid in stappen en doe hem voor; � Geef aan waarom de vaardigheid geoefend wordt; � Ga na of het gezinslid het begrepen heeft; � Oefen de vaardigheid met het gezinslid; � Geef feedback aan het gezinslid; � Bespreek wanneer de vaardigheid gebruikt kan worden (discriminatietraining).

Page 19: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

16

C5. Feedback geven op gedrag Het geven van een verbale reactie als afzwakker van ongewenst gedrag of versterker van gewenst gedrag.

Toelichting: Feedback wordt gegeven naar aanleiding van een directe observatie van gedragsverandering of naar aanleiding van een beschreven gedragsverandering.

Mogelijke werkwijze bij feedback:

Ongewenst gedrag: Gewenst gedrag: • Maak contact, toon begrip en betrokkenheid; • Een inleidende, positieve opmerking; • Maak een positieve, stimulerende opmerking; • Zeg wat je goed vindt; • Geef aan dat nu feedback gaat volgen; • Geef aan waarom je het goed vindt. • Zeg in concrete termen wat je niet goed vindt; • Geef de reden waarom je het niet goed vindt; • Maak duidelijk welk gedrag je zou wensen; • Geef aan waarom je dit gedrag wenst; • Ga na of de ander het begrepen heeft.

C6. Bespreken en oefenen van de dagelijkse routine en het dagelijkse functioneren van het gezin Het samen met het gezin ordening aanbrengen in het dagritme, waarbij een koppeling wordt gelegd tussen activiteiten in het gezin en de tijdstippen waarop deze plaats vinden.

Toelichting: Het doel van deze verrichting is het ontwikkelen van een vaste structuur in de dagelijkse routine en het dagelijkse functioneren met als gevolg een beter dagritme met duidelijke huisregels, een betere hygiëne en een regelmatige bereiding van de dagelijkse maaltijden.

Mogelijke werkwijze::� Vaststellen wat volgens het gezin goed gaat en wat beter kan in de dagelijkse routine; � Inventariseren van de dagelijkse activiteiten (opstaan, wassen/douchen, ontbijten, naar

school brengen van de kinderen etc.); � Het gezin vragen een dagrooster maken zoals zij dat wensen; � Met het gezin de haalbaarheid bespreken; � Het gezin vragen het rooster of een gedeelte uit te voeren; � Evalueren wat goed gaat en wat niet.

Page 20: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

17

C7. Activerende huishoudelijke begeleiding Begeleiding om het gezin de vaardigheid te leren ontwikkelen om zelfstandig het huishouden draaiende te houden.

Toelichting: Het verschil met verrichting E1 is dat in dit geval gezinnen zelf verantwoordelijk worden voor het huishouden. Hier is het doel oefenen van de huishoudelijke begeleiding terwijl bij E1 het doel is om de taken van het gezin te verlichten.

Mogelijke werkwijze:� Vaststellen welke taken uitgevoerd moeten worden; � Bespreken van een taakverdeling en een termijn waarbinnen de taken worden

uitgevoerd; � Bespreken van het doel van de praktische hulp; � Het uitvoeren van de taken; � Evalueren of de vaardigheid voldoende eigen is gemaakt

C8. Oefenen van communicatie en interactie in het gezin Het werken aan het verbeteren van de communicatie en interactie in het gezin door met een gezin gezinssituaties na te spelen en de gewenste wijze van communicatie en interactie te ontdekken en te oefenen.

Toelichting: Bij multiprobleemgezinnen is regelmatig sprake van (ernstige) problemen in onderlinge omgang, communicatie en interactie. Hier verbetering in aanbrengen is een belangrijk doel van hulpverlening aan multiprobleemgezinnen omdat dit het algehele functioneren kan verbeteren en daarmee ook een positieve invloed op het resultaat van hulpverlening heeft.

Mogelijke technieken die gebruikt kunnen worden:� Beurtverdeling verzorgen; � Circulair navragen; � ABBA gesprek; � Uitwisseling in de kring; � Communicatie gedragsoefening.

C9. Werken aan vaardigheden voor het omgaan met cognities en emoties Bespreken en oefenen van vaardigheden voor het herkennen, benoemen en hanteren van gedachten, gevoelens en emoties.

Toelichting: Ook hulpverleningsgesprekken waarbij het hanteren van cognities en emoties het onderwerp zijn vallen onder deze verrichting. Bij gesprekken met kinderen over dit onderwerp kan het raadzaam zijn om gebruik te maken van hulp- of spelmateriaal.

Page 21: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

18

Mogelijke technieken en methoden:� De techniek storende - helpende gedachten; � De gevoelsthermometer en de eerste hulp kaart; � De stemmingsmeter (stoplicht); � Kaartjes met uitgebeelde emoties; � Irritatiedagboek; � RET of de 5 G’s; � Het A-B-A gesprek; � Schrijfopdrachten i.v.m. rouw- of traumaverwerking.

C10. Werken aan gezagsverhouding in het gezin Technieken en werkwijzen die ten doel hebben de hiërarchische verhoudingen in een gezin en het gezag van de ouders en/of opvoeders te verbeteren of te herstellen.

Toelichting: Deze verrichting vindt plaats als het gezin doelen gesteld heeft voor de hulp waarin naar voren komt dat de hiërarchie in het gezin aandacht vraagt. In een gezinsstructuur zijn de verhoudingen hiërarchisch als het subsysteem ouders en het subsysteem kinderen gescheiden zijn en als de ouders de rol van gezagsdragers hebben.

In grote lijnen worden de volgende stappen gevolgd:� Bespreken van de wensen van de ouders op het gebied van gezag en hiërarchie; � Het kind / de kinderen hierop laten reageren door hun wensen te noemen; � Een “doelenlijst” of “werkpuntenlijst” opstellen waarin beschreven wordt welke zaken

moeten verbeteren in het gezin; � De ouders laten uitkiezen welk punt de meeste prioriteit heeft; � De gezinsleden vragen het gewenste doelgedrag te concretiseren m.b.v. positieve

voorbeelden / uitzonderingen: welk gedrag wordt van elk gezinslid in de gewenste situatie verwacht? En wat is het verschil t.o.v. de huidige situatie?;

� Een registratieopdracht voorstellen: Vraag gezinsleden te letten op “wat er lukt” en hoe dit wordt ervaren.

De volgende zitting: � Bespreek de bevindingen n.a.v. de registratieopdracht; � Maak afspraken over de regels, beloningen en straffen naar aanleiding van het

werkpunt en de registraties. Hierbij kan het nodig zijn dat er tijd besteed moet worden aan het onderhandelen over regels en afspraken tussen ouders en kind(eren);

� Eventueel: Herhaal de cyclus a.d.h.v. het volgende doel of werkpunt. (Vaak wordt er al een patroon doorbroken door het belangrijkste werkpunt aan de orde te stellen, waarmee de noodzaak om de andere werkpunten uitgebreid te bespreken minder noodzakelijk wordt).

Page 22: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

19

C11. Werken aan samenwerking tussen opvoeders Technieken en werkwijzen die ten doel hebben de samenwerking tussen opvoeders, zowel van partners als ex-partners, te verbeteren.

Toelichting: � Het gaat hier om gesprekken met opvoeders waarbij één van de volgende onderwerpen

centraal staat: � Samenwerking m.b.t. de opvoeding en verzorging van kinderen tussen partners; � Samenwerking m.b.t. de opvoeding en verzorging van kinderen tussen ex-partners; � Verbetering van communicatie tussen partners; � Verbetering van de communicatie tussen ex-partners; � Aandacht voor loyaliteitsproblemen bij kinderen; � Aandacht voor problemen die ontstaan rond een echtscheiding.

De belangrijkste methoden en technieken zijn:� Werken aan gezamenlijke doelen:

o Schaalvragen naar bereidheid en mogelijkheden; o Schaalvragen naar positieve gevoelens; o Herkaderen; o Onpartijdig zijn, het belang van het kind staat centraal; o Benadrukken van consensus met behulp van uitzonderingen; o Inzoomen op overleg- en onderhandelingsvaardigheden.

� Werken met een gedragscontract. � Bij echtscheiding:

o Bemiddeling; o Aandacht voor het zorgvuldig informeren van de kinderen; o Het begeleiden van de overgang naar een nieuwe gezinssituatie.

C12. Informeren over en oefenen van opvoedingsvaardigheden Technieken en werkwijzen die ten doel hebben de opvoedingscompetentie van ouders en opvoeders te vergroten.

Toelichting: Deze verrichting geeft een antwoord op vragen van ouders en opvoeders naar kennis en informatie over opvoeden. Deze verrichting komt van pas in situaties waarin ouders vragen om vaardigheden, strategieën en hulpmiddelen bij de opvoeding en is een vorm van educatie. Soms is het wenselijk om een hulpmiddel te introduceren in de opvoeding. Dit kan plaatsvinden op initiatief van ouders of van de gezinscoach. Voorbeelden van hulpmiddelen zijn: belonings- en feedbacksystemen, de gedragskaart, het gedragscontract (bij adolescenten).

Mogelijke technieken en vaardigheden:� Informeren over opvoeding; � Bespreken van opvoedingsstrategieën met ouders en opvoeders; � Bespreken van opvoedingssituaties met ouders en hun kind(eren); � Trainen van opvoedingsvaardigheden; � Introduceren van hulpmiddelen.

Page 23: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

20

C13. Interventies rondom de vrijetijdsbesteding Vaardigheden en technieken die de hulpverlener gebruikt om de gezinsleden te ondersteunen bij het positief invullen van vrije tijdsbesteding.

Mogelijke technieken en vaardigheden:� Bedenken van leuke activiteiten; � Zoeken naar een baan of vrijwilligerswerk; � Een sportclub bezoeken; � Het opbouwen van een sociaal netwerk.

C14. Aandacht voor psychische en/of verslavingsproblematiek Het signaleren van psychische of verslavingsproblemen in het gezin en indien nodig het gezinslid verwijzen naar instanties die toegelegd zijn om specifieke begeleiding uit te voeren.

Toelichting: Psychische of verslavingsproblematiek kan grote invloed hebben op het hulpverleningsproces en als hier sprake van is, moet hier aandacht aan besteed worden en eventueel professionele hulp ingeschakeld worden. Belangrijk voor ouders is het (opnieuw) verkrijgen van eigenwaarde.

Mogelijke werkwijze: � Vragen of er sprake is van psychische of verslavingsproblematiek; � Indien er vermoeden is van psychische of verslavingsproblematiek dit vermoeden

uitspreken en vragen of er behoefte is aan specialistische ondersteuning; � Wanneer problematiek ontkent wordt, inzicht krijgen in aard, frequentie, invloed op

gedrag en de gevolgen van de problemen. � Afhankelijk van ernst van de problematiek zelf ondersteuning en begeleiding bieden of

het betreffende gezinslid of gezinsleden naar specialistische zorg toeleiden.

C15. Aanbieden therapeutische materialen Het aanbieden aan het gezin van therapeutisch materiaal, zoals een levensboek, therapeutische voorleesboekjes of speciaal spelmateriaal.

Toelichting: Het doel van deze materialen is de ontwikkeling van het gezin extra te ondersteunen bij specifieke problemen of in specifieke situaties, zoals laag zelfbeeld, seksueel misbruik, overlijden belangrijk persoon.

Mogelijke werkwijze: � Introduceren van het materiaal en het doel uitleggen. � Adviseren hoe het gebruikt kan worden (hoe, wanneer, wat, door wie). � Evalueren van het gebruik.

Page 24: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

21

C16. Het geven of stimuleren van educatie Begeleiding gericht op de eigen algemene ontwikkeling van ouders en/of kind(eren).

Toelichting: Onder het geven of stimuleren van educatie vallen een aantal activiteiten: � Het mobiliseren van al aanwezige kennis; � Het geven van voorlichting en tonen van voorbeeldgedrag. Onderwerpen die hierbij ter

sprake kunnen komen zijn: het leren omgaan met eigen volwassen relaties, de eigen geschiedenis van de ouder, gezondheid etc.;

� Het verzorgen van deelname aan cursussen en trainingen door gezinsleden (bijvoorbeeld SOVA-training, Opvoeden Zo! of beroepskeuze programma);

� Het geven van psycho-educatie.

Mogelijke werkwijze: � Navragen wat het gezin al weet; � Inventariseren wat zij nog willen of moeten weten; � Bespreken hoe het gezin deze kennis gaat opdoen (internet, boeken, cursus,

hulpverlening); � Bespreken van verzamelde informatie en plannen hoe het gezin de nieuwe kennis in

dagelijkse situatie kan herkennen en gebruiken.

C17. Nazorg Het contact met gezinnen bij wie de behandeling en begeleiding is afgesloten om te zorgen dat zij niet terugvallen in oude patronen.

Toelichting: De inhoud van deze verrichting is afhankelijk van behoefte en omstandigheden van het betreffende gezin.

C18. Anders namelijk, Deze verrichting wordt gescoord wanneer de gezinscoach activiteiten heeft ondernomen die onder categorie C ‘Werken aan (gedrags)verandering’ vallen, maar die onder geen van de bovenstaande verrichtingen valt.

Toelichting Op het verrichtingenformulier is ruimte voor opmerkingen en hier kan kort worden toegelicht waar de betreffende verrichting uit bestaat.

Page 25: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

22

D: Oplossingen en ondersteuning vinden in de omgevingEen belangrijk kenmerk van de hulpverlening van ‘10’ voor Toekomst is dat de hulpverlening integraal is en elementen van thuiszorg, jeugdhulpverlening en opvang combineert. Tevens wordt er gewerkt aan socio-economische én psycho-sociale problemen. Dit betekent dat het nodig is om contacten te onderhouden met de verschillende instanties die bij het gezin betrokken zijn evenals het sociale netwerk van het gezin.

D1. Mobiliseren van sociale steun en het opbouwen van een sociaal netwerk Technieken en werkwijzen die ten doel hebben personen in de sociale omgeving in te schakelen bij de hulp en ondersteuning van het gezin.

Toelichting: Voor het mobiliseren van sociale steun is het van belang om samen met het gezin duidelijk te maken welke personen in de omgeving van een gezin volgens de gezinsleden een belangrijke bron van steun kunnen zijn. Het aangaan van een bestaand of nieuw contact kan vooraf geoefend worden. Tijdens een volgend gesprek tussen de gezinscoach en het gezin kunnen de nieuwe contacten die zijn opgedaan worden geëvalueerd. Er is dan ook aandacht voor het onderhouden van contacten Bij het mobiliseren van sociale steun ondersteunt de gezinscoach het gezin bij het vinden van antwoorden op de volgende vragen: � Om welke persoon / personen gaat het? � Welke vraag wil het gezin stellen aan deze persoon? � Hoe wil het gezin deze persoon benaderen? � Hoe zou het gesprek kunnen verlopen? en wat moet er in elk geval worden besproken?

Mogelijke technieken en werkwijzen:� Versterken van vaardigheden; � Versterken van bestaande relaties; � Opbouwen van nieuwe relaties; � Ondersteunen bij het vinden van wegwijs in de sociale kaart; � Conflictbemiddeling.

D2. Ondersteunen gezin bij contact met instanties Het ondersteunen van een gezin of gezinslid bij contacten met scholen, instanties, artsen en zorg- en hulpverleners waarbij de verantwoordelijkheid en de uitvoering bij de cliënt zelf blijft liggen.

Toelichting: � Ondersteuning kan op verschillende manieren vorm gegeven worden: � Bezoeken aan of van de betreffende functionaris voorbereiden en oefenen; � Een telefonisch contact voorbereiden en oefenen; � Het bieden van ondersteuning bij de correspondentie.

Page 26: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

23

Mogelijke werkwijze:� Stel de behoefte aan ondersteuning vast; � Stel met het gezin of het gezinslid vast wat het doel van het contact; � Bespreek op welke manier de cliënt het contact wil vormgeven; � Geef feedback; � Maak samen een plan van aanpak (werkplan); � Oefen zo nodig; � Evalueer het contact achteraf.

D3. Begeleiden bij het contact met instanties Het begeleiden van een gezin bij contacten met scholen, instanties, artsen en zorg- en hulpverleners waarbij daadwerkelijke en concrete begeleiding geboden wordt en de gezinscoach belangen van het gezin behartigd.

Toelichting: Het begeleiden bij contacten met scholen, instanties en dergelijke heeft met als doel de belangen van het gezin te behartigen. In vergelijking met verrichting D2 levert de gezinscoach in dit geval een actievere en verantwoordelijke bijdrage.

Mogelijke werkwijze: � Vaststellen in welke mate er behoefte is aan ondersteuning bij het vragen om informatie,

het plegen van overleg en het maken van afspraken; � Het bezoek voorbereiden. Stel het doel vast, bespreek hoe de cliënt het bezoek wil

aanpakken en op welke manier betreffende zaken gezegd kunnen worden; � Afspraken maken over de rol- en taakverdeling; � Afleggen van het bezoek; � Evalueren van het bezoek.

D4. Verwijzen naar dienst- of hulpverlenende instanties Cliënten doorverwijzen naar dienst- of hulpverlenende instanties met een passend aanbod voor een specifieke hulpvraag van een cliënt.

Toelichting: Verwijzen kan betrekking hebben op situaties waarbij aanvullende hulp noodzakelijk of gewenst is naast het aanbod van ‘10’ voor Toekomst. Daarnaast kan het zijn dat cliënten worden verwezen naar een instantie die gehele hulp op zich gaat nemen. In dat geval wordt ‘10’ voor Toekomst na verwijzing afgesloten.

Mogelijke werkwijze::� Vaststellen van de hulpvraag; � Vaststellen dat het aanbod van ‘10’ voor Toekomst niet aansluit bij de hulpvraag; � Informeren over andere vormen van hulp- en dienstverlening; � Cliënten ondersteunen bij het nemen van een beslissing; � Afspraken maken en/of informeren over de te volgen procedure voor verwijzing � Vastleggen en uitvoeren van de verwijzing.

Page 27: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

24

D5. Anders, namelijk… Deze verrichting wordt gescoord wanneer de gezinscoach activiteiten heeft ondernomen die onder categorie D ‘Oplossingen en ondersteuning in de omgeving vinden’ vallen, maar die onder geen van de bovenstaande verrichtingen valt.

Toelichting Op het verrichtingenformulier is ruimte voor opmerkingen en hier kan kort worden toegelicht waar de betreffende verrichting uit bestaat.

Page 28: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

25

E: Taken verlichten Omdat de doelgroep van ‘10’ voor Toekomst gekenmerkt wordt door een chronische en complexe problematiek is het voor de gezinnen vaak moeilijk om de grote hoeveelheid problemen die zij ervaren aan te pakken. De gezinscoach kan daarom als onderdeel van de hulpverlening een praktische rol spelen en taken (gedeeltelijk) overnemen totdat het gezin hiertoe weer zelf in staat is.

E1. Ondersteunende huishoudelijke begeleiding Begeleiding gericht op het draaiend houden van de huishouding met als gevolg een beter dagritme met duidelijke huisregels, een betere hygiëne en een regelmatige bereiding van de dagelijkse maaltijden.

Toelichting: Deze verrichting heeft als doel randvoorwaarden te scheppen die verdere hulpverlening mogelijk maakt. Voorbeelden zijn: meehelpen bij huishoudelijke taken, het helpen bij kleine technische klussen of het geven van adviezen op deze gebieden. In vergelijking met verrichting C7 gaat het hier om gezinnen die (nog) niet in staat worden geacht zelfstandig het huishoudende draaiende te houden en daarbij ondersteuning en begeleiding nodig hebben.

Mogelijke werkwijze:� Vaststellen welke taken uitgevoerd moeten worden; � Maken van een taakverdeling en een termijn waarbinnen de taken worden uitgevoerd; � Bespreken van het doel van de praktische hulp; � Het uitvoeren van de taken.

E2. Hulp bij administratie en financieel beheer De gezinscoach richt zich bij deze verrichting op twee belangrijke gebieden, namelijk het structureren van (financiële) stukken en zaken betreffende budgettering en schulden.

Toelichting: Bij een groot deel van de cliënten spelen administratieve en financiële problemen die voor veel stress kunnen zorgen en bovendien een negatief effect op de hulpverlening hebben. Deze verrichting heeft ten doel deze problemen aan te pakken.

Mogelijke werkwijze:� Vaststellen welke taken uitgevoerd moeten worden; � Bespreken een taakverdeling en een termijn waarbinnen de taken worden uitgevoerd; � Het uitvoeren van de taken; � Evalueren van de werkzaamheden en bespreken hoe het gezin voortaan zelfstandig deze

taken kan uitvoeren.

Page 29: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

26

E3. Gezinslid bij crisis elders onderbrengen Het organiseren van een andere verblijfsplaats voor een of meerdere gezinsleden in geval van crisis.

Toelichting: Bij een crisis kan het in verband met veiligheid nodig zijn om een of meerdere gezinsleden elders onder te brengen. Vaak zal de gezinscoach hiervoor verantwoordelijk zijn.

Mogelijke werkwijze: � Inventariseren van de situatie en de noodzaak tot het (tijdelijk) elders onderbrengen van een

of meerdere gezinsleden. � Onderzoeken van de mogelijkheden (binnen het eigen netwerk van het gezin, of

professionele opvang). � Een plan van aanpak maken. Bepaal wie wat doet en wanneer. � Voer het plan uit.

E4. Afstemmen met externe hulpverleners Afstemmen van doelen, werkwijze en afspraken met andere professionele hulpverleners van het gezin om de hulp te optimaliseren.

Toelichting: Het gaat om afstemming met externe hulpverleners (dus: buiten de eigen instelling), zoals GGZ, maatschappelijk werk of een (gezins)voogdij-instelling.

Mogelijke werkwijze:� Vaststellen van de behoefte aan afstemming vast; � Bespreken met het gezin met welke hulpverleners contact gezocht dient te worden en hoe

een overleg georganiseerd kan worden; � Bespreken wat het gezin zelf kan organiseren en waarin zij ondersteuning behoeven; � Plannen van een overleg met de betrokken hulpverleners en het gezin en voer dit uit; � Evalueren van het overleg met het gezin.

E5. Organiseren van zorg Het inschakelen van al dan niet professionele zorgverleners voor het gezin om de hulp te optimaliseren.

Toelichting: Voorbeelden van in te schakelen zorg zijn: thuiszorg, medische zorg, gespecialiseerde gezinsverzorging, logeerhuizen voor weekendopvang van kinderen, schuldhulpverlening, klussenhulp, vrijwilligers, buren, familie etc. Het verschil met verrichting D4 is dat de gezinscoach een actieve rol speelt bij het inschakelen van zorgverleners.

Page 30: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

27

Mogelijke werkwijze::� Vaststellen van de behoefte aan zorg. Bespreek wat gezinsleden zelf kunnen doen en

waarbij zij ondersteuning behoeven; � Bespreken van de alternatieven en het gezin laten beslissen; � Bespreken wat ondernomen moet worden om de zorg te realiseren; � Maken van een plan van aanpak (werkplan) met het gezin; � Uitvoeren van het plan.

E6. Anders, namelijk… Deze verrichting wordt gescoord wanneer de gezinscoach activiteiten heeft ondernomen die onder categorie E ‘Taken verlichten’ vallen, maar die onder geen van de bovenstaande verrichtingen valt.

Toelichting Op het verrichtingenformulier is ruimte voor opmerkingen en hier kan kort worden toegelicht waar de betreffende verrichting uit bestaat.

Page 31: Bijlage A De handleiding van de verrichtingenlijst‘10’ voor Toekomst · 2014. 10. 17. · Inleiding De verrichtingenlijst ‘10’ voor Toekomst is ontwikkeld in samenwerking

28

Literatuurlijst

Bolt, A. & Metselaar, J. (2005). Verrichtingenlijst Intensieve Gezinsbegeleiding. Leiden: Cardea Jeugdzorg

Brink, L.T. ten, Veerman, J.W., Berger, M., Flipse, M.L., Joosten, W., Kerkstra, G. et al. (1997). Handleiding verrichtingen intensieve ambulante gezinsbegeleiding. Utrecht: NIZW

Damen, H. (2007). Het handelen van gezinswerkers in beeld: tussentijds verslag van het project ‘actualisering verrichtingensysteem IPT’. Nijmegen: Praktikon.

Leger des Heils Noord (2006). Methodiekbeschrijving ’10’ voor Toekomst. Groningen: Leger des Heils.

Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheids Zorg (2006). ‘10’ voor Toekomst: gezinsondersteuning voor multiprobleemgezinnen. Methodiekbeschrijving. Almere: Stichting Leger des Heils, Welzijns- en Gezondheidszorg