Betuigd door een vuurkolom.. Exodus 3:2 Daar verscheen hem de Engel des HEREN als een vuurvlam...
-
Upload
petra-smit -
Category
Documents
-
view
213 -
download
1
Transcript of Betuigd door een vuurkolom.. Exodus 3:2 Daar verscheen hem de Engel des HEREN als een vuurvlam...
Betuigd door een
vuurkolom.
Exodus 3:2
Daar verscheen hem de Engel des HEREN als een vuurvlam midden uit een braamstruik. Hij keek toe,
en zie, de braamstruik stond in brand, maar werd niet verteerd.
Exodus 3:12
Toen zeide Hij: Ik ben immers met u!
Exodus 20:19
En zij zeiden tot Mozes: Spreek gij met ons, dan
zullen wij horen; maar God spreke niet met ons, opdat
wij niet sterven.
20 Maar Mozes zeide tot het volk: Vreest niet, want God
is gekomen om u op de proef te stellen, en opdat er
vrees voor Hem over u kome, dat gij niet zondigt.
Deuteronomium 5:24
Zie, de HERE, onze God, heeft ons zijn heerlijkheid en zijn grootheid getoond,
en zijn stem hebben wij gehoord uit het midden van het vuur; op deze dag
hebben wij gezien, dat God spreekt met een mens, en dat deze toch in
leven blijft.
25 Maar nu, waarom zouden wij sterven? Want dit grote vuur zal ons verteren; als wij nog langer de stem van de HERE, onze God, horen, zullen wij
sterven.
26 Want welke sterveling is er, die de stem van de levende God
heeft horen spreken uit het midden van het vuur, zoals wij,
en die in leven is gebleven?
27 Nader gij en hoor alles wat de HERE, onze God, zegt, en breng gij dan alles aan ons
over wat de HERE, onze God, tot u spreekt; dan zullen wij het horen en
doen.
28 Toen de HERE uw woorden hoorde, terwijl gij tot mij spraakt, zeide de HERE tot mij: Ik heb de
woorden van dit volk gehoord, die zij tot u spraken; het is goed, alles
wat zij gezegd hebben.
29 Och, hadden zij steeds zulk een hart om Mij te vrezen en
om al mijn geboden te onderhouden, opdat het hun en
hun kinderen voor altoos wel mocht gaan!
DE HERE IS ÉÉN!DE HERE IS ÉÉN!
Deuteronomium 6:4
Hoor, Israel: de HERE is onze God;
Handelingen 9:
3 En terwijl hij daarheen op weg was, geschiedde het, toen hij Damascus
naderde, dat hem plotseling licht uit de hemel omstraalde;
4 en ter aarde gevallen, hoorde hij een stem tot zich zeggen: Saul, Saul,
waarom vervolgt gij Mij?
5 En hij zeide: Wie zijt Gij, Here? En Hij zeide: Ik ben Jezus, die gij vervolgt.
6 Maar sta op en ga de stad binnen en daar zal u gezegd worden, wat gij doen
moet.7 En de mannen, die met hem reisden,
stonden sprakeloos, daar zij wel de stem hoorden, maar niemand zagen.
15 Maar de Here zeide tot hem: Ga, want deze is Mij een
uitverkoren werktuig om mijn naam te brengen voor heidenen
en koningen en de kinderen Israels;
Galaten 1:
8 Maar ook al zouden wij, of een engel uit de hemel, u
een evangelie verkondigen, afwijkend van hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij
vervloekt!