BDW - editie 1255
-
Upload
brusselnieuwsbe -
Category
Documents
-
view
233 -
download
2
description
Transcript of BDW - editie 1255
N° 1255 VAN 18 TOT 25 NOVEMBER 2010 ¦ WEEK 46: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, FAX: 02-226.45.69, E-MAIL: [email protected]
Online inschrijven in gevaar
N a de problemen met de eerste online aanmeldin-gen begin dit jaar hoopte
iedereen, de ouders op kop, dat de e-inschrijvingen voor volgend schooljaar, gepland in februa ri 2011, een stuk vlotter zouden ver-lopen. De organisatie van de elek-tronische procedure zag er veel simpeler uit: het LOP-secundair onderwijs besloot om niet meer mee te doen, het LOP-basisonderwijs kwam overeen om vooraf, in janua-ri, weer een ‘ouderwetse’ inschrij-ving voor broers en zussen in te lassen, en Vlaams minister van On-derwijs Pascal Smet (SP.A) schrap-te de duur van de opvang in een Nederlandstalige crèche als cri-terium. Ook trok hij de voorrang
voor Nederlandstaligen op tot 55 procent.Net als vorige keer zou de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) het LOP helpen bij de praktische uitwerking van de online aanmel-dingsprocedure en ook de fi nancie-ring van de webapplicatie op zich nemen. Omdat alle wijzigingen aan de procedure pas begin juli defi nitief goedgekeurd werden, werd beslist om opnieuw met het softwarebe-drijf CTG in zee te gaan. Dat had be-gin dit jaar nochtans geen al te beste beurt gemaakt. Wie de keuze voor CTG erdoor duwde, is niet duidelijk. Volgens LOP-voorzitter Dimokritos Kavadias was het LOP tegen, maar drong de VGC aan. Jean-Luc Van-raes, binnen de VGC verantwoor-
delijk voor Onderwijs, geeft een andere versie. “Het LOP besliste eind juni om samen te werken met CTG. Wij konden dat begrijpen, het bedrijf heeft expertise,” zei hij maandag in de commissie Onder-wijs, waar hij moest antwoorden op een interpellatie van de Brusselse parlements leden Jef Van Damme (SP.A) en Bian ca Debaets (CD&V).In elk geval werd begin juli aan CTG
gevraagd een analyse te maken en de bestaande website aan te pas-sen. Half oktober pas stelde CTG zijn analyse en nieuwe aanpak voor. Enkele dagen later, op 18 oktober, viel dan ook de offerte in de bus: 545.000 euro plus btw, of een kleine
BRUSSEL – De elektronische aanmelding voor het basisonderwijs stevent af op een nieuw debacle. Minister Jean-Luc Vanraes (Open VLD) weigert de ‘onverantwoord’ hoge offerte van softwareleverancier CTG. Het Lokaal Overlegplatform (LOP) moet nu in allerijl een andere oplossing uit de hoed toveren.
Onderwijs > Minister weigert hoge offerte software, LOP ‘met rug tegen de muur’
en nu... het wegenvignet22 MEI VAN KOEN MORTIER: NOG EXPLOSIEVER DAN EX DRUMMEREn ook: Spoken World, Theater Antigone, OMD,...
AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153
18 1110
ADVERTENTIE
700.000 euro. Het LOP en de VGC waren geschokt. Kavadias: “Met dat geld richt je een nieuwe school op.” Vanraes: “In juli had CTG het over 200.000 euro. En dan komen ze met dit bedrag. Terwijl we voor de eerste webapplicatie ook al bijna 300.000 euro hebben betaald en het alleen om aanpassingen ging. Bovendien zijn er nu minder voor-rangscriteria. Ik vond het onverant-woord. We zijn onheus behandeld.”Vanraes heeft het bedrijf inmid-dels dan ook laten weten niet in te gaan op de offerte. Maar wat nu? De minister geeft toe dat er een ‘gigan-tisch probleem’ is. “We bekijken met het LOP welke alternatieven er nog zijn. Er is al geopperd om de ouders een inschrijvingsformulier te laten invullen, dat dan handma-tig in een database ingevoerd zou worden. Een andere mogelijkheid is een ander bedrijf te zoeken en de e-aanmeldingen een maand uit te stellen. Maar we moeten eerst de algemene vergadering van het LOP afwachten. Die vindt plaats op 24
“Een offerte van bijna 700.000 euro. Dat vind ik onverantwoord”
Ga snel naar pagina
28 en 29
DB1
1/63
5970
K0
BRUSSEL – Ook de hoofdstad is niet ontsnapt aan de waterellende. Duizenden kelders liepen onder, tientallen bedrijven aan het kanaal Brussel-Charleroi, zoals hier in Anderlecht, kampen met enorme waterschade, en hier en daar stond een wijk ook echt onder water. Toch is het echte spektakel uitgebleven. Vlaanderen en Wallonië kregen het zwaarder te verduren.Na rampen volgt, zoals meestal, de vraag naar verantwoordelijkheid. En dan loert, in België, het communautaire gekibbel al gauw weer om de hoek. Is Brussel gespaard ten koste van het ondergelopen Tubeke? Hield Halle onterecht de sluizen dicht? Heeft Vlaanderen de Dender wel voldoende uitgebaggerd? Vragen waar de slachtoffers van de overstromingen nu weinig aan te hebben. Die moeten eerst puin ruimen. SVG
© BART DEWAELE
november. Je mag niet vergeten: het LOP beslist, wij faciliteren .”Het LOP voelt zich met de rug te-gen de muur gezet. “Op heel korte termijn moeten wij gaan improvi-seren,” zegt voorzitter Kavadias. De stuurgroep van het LOP besloot gis-termiddag toch alles in het werk te stellen om met de hulp van de VGC en een nieuwe fi rma een webappli-catie op poten te zetten, maar dan in sterk vereenvoudigde vorm.Jef Van Damme vermoedt dat de VGC het dossier in de zomermaan-den heeft laat slabakken. Hij is pes-simistisch. “Er komt hoogstens een veredeld invulformulier.” Bettina Hubo
KILOMETERHEFFING, STADSTOL
LEES MEER OP P. 6 IN DEZE KRANT
en nu... het wegenvignet
Onderdompeling
BDW 1255 PAGINA 2 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Een teken van liefde. Bitch Novia (‘bruid’) aanschouwt vertederd haar kersverse portret, dat baasje Roger Gorka afgelopen weekend op zijn dij liet prikken tijdens de International Brussels Tattoo Convention.
© JO VOETS
DE WEEK IN BEELD DOOR JO VOETS
Het roodborstje van koning Boudewijn
Uitgelicht > In memoriam eregrootmaarschalk Herman Liebaers
“Ik heb hier alles gedaan, behalve geboren worden,” zei Herman Lie-baers over Brussel in zijn laatste in-terview met onze krant (1 december 2005). En op die voorschoot grond heeft hij veel volbracht. Het was ongezien sinds het ontstaan van de Belgische monarchie: een socialist, een vrijdenker met geuzenallu-res, een intellectueel uit een werk-mansmilieu en, vooral, een Brussel-se Nederlandstalige die het publieke leven van de koning richting mocht geven: van 1974 tot 1981 was Lie-baers grootmaarschalk van koning Boudewijn. Maar hij leidde ook de nieuwbouw en de grotere slagkracht van de Koninklijke Bibliotheek Al-
bert I in goede banen, met grote aandacht voor het wetenschappelijk onderzoek en de culturele uitstra-ling van deze federale instelling.Herman Liebaers kwam als twee-jarige uit Tienen naar Schaarbeek wonen, in een naar eigen zeggen ‘vunzig werkmanshuisje’. Zijn vader voelde zich trotskist en was fervent vakbondsman in de textiel. Zijn moeder had als meid gewerkt.Liebaers volgde een opleiding schrijnwerkerij in Anderlecht en ging achteraf Frans leren in de Mo-derne van het Athénée de Bruxelles. Met een diploma Germaanse Talen (uit Gent) kon hij 1943 in de Konink-lijke Bibliotheek beginnen, toen nog
aan het Museumplein, al zat hij in de oorlogsjaren ook vast in de for-ten van Breendonk en Hoei. Gedre-ven als hij was, klom hij snel op tot hoofdconservator (toen ‘directeur’ genoemd), wat hij bleef van 1956 tot 1973.In 1956 bracht hij het legaat van bibliofiele uitgaven van de weduwe Louis Solvay binnen, meteen een schot in de roos. Het aanmoedigen van mecenaat aan een overheids-instelling werd een van zijn grote verdiensten. De collecties van het Handschriften- en Prentenkabi-net behoren nu tot de top tien in de wereld, en de exposities, opgestart door Liebaers, maakten ‘de Alber-tina’ vermaard.Oud-staatssecretaris en oud-BSP-senator Lydia De Pauw-Deveen, net als Herman Lybaers emeritus hoogleraar aan de VUB (en Liebaers’ nicht), herinnert het zich nog le-vendig. “Hij was mijn baas toen ik in het Prentenkabinet werkte. We hadden dezelfde politieke ideeën.
Zijn kantje ‘Rode Leeuw’ was be-kend, al is hij nooit actief geweest in de politiek. De bibliotheek heeft de
modernisering en populariteit voor een groot stuk aan hem te danken. (In 1969 werd het nieuwe gebouw op de Kunstberg geopend, met 150 kilo-meter boekenrekken, JMB.) Liebaers
Advocaat voortaan ook bij verhoor
BRUSSEL – Sinds deze week worden verdachten in Brussel bijgestaan door een advocaat wanneer ze voor verhoor voor-geleid worden voor de onder-zoeksrechter. De Franstalige en Nederlandstalige orde van advocaten hebben een perma-nentie op poten gezet.
Het recht op bijstand door een advocaat vloeit voort uit het Europees Verdrag voor de Rech-ten van de Mens en werd twee jaar geleden verduidelijkt in het baanbrekende Salduz-arrest van het Europees Hof in Straats-burg. Het Hof oordeelde dat een verdachte zich vanaf de eerste ondervraging door de politie moet kunnen laten bijstaan door een advocaat. In drie EU-landen wordt dit principe nog altijd niet toegepast, België is er een van. Het enige wat op tafel ligt, is een wetsontwerp dat bepaalt dat een arrestant voor verhoor met een advocaat zou kunnen praten.In de praktijk betekent dit, zegt Dirk Van Gerven, de nieuwe stafhouder van de Nederlandse orde van de Brusselse balie, dat er in België doorgaans pas een advocaat aanwezig is op het moment dat de raadkamer het aanhoudingsmandaat bevestigt. “In de parachutezaak werd Els Clottemans urenlang verhoord zonder dat er een advocaat bij was.” Volgens Van Gerven kan de advocaat de verdachte op de mogelijke juridische consequen-ties van zijn antwoorden en op zijn zwijgrecht wijzen.De Brusselse advocaten be-sloten niet langer te wachten en werkten in overleg met de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg en de onderzoeks-rechters een permanentie uit. Wordt een beklaagde voorgeleid voor de onderzoeksrechter, dan belt die vanaf nu naar de per-manentie, die contact opneemt met de advocaat met dienst. Er draaien 250 advocaten mee in het systeem. Alleen al aan Ne-derlandstalige kant zijn er over-dag drie en ’s nachts twee advo-caten stand-by. Een groot deel van het werk doen ze voorlopig gratis. De overheid stelt immers geen budget beschikbaar.Voor de Brusselse advocaten is het nog maar een eerste stap. Van Gerven: “Het recht op bij-stand zou al moeten beginnen bij de politieverhoren. Dat is voorlopig niet mogelijk omdat het parket zich, om allerlei vage redenen, verzet. Met de onaf-hankelijke onderzoeksrechters konden we wel afspraken ma-ken.”� HUB
OPMERKELIJK
LAKEN – Zijn geheugen had het verleden de jongste maanden stilaan een aparte plaats gegeven. Vorige week woensdag overleed, op 91-jarige leeftijd, de rij-zige éminence grise van de hoogste Belgische echelons zelve, Herman Liebaers. Wie durft de eregrootmaar-schalk (1974-’81) van koning Boudewijn nu nog dood te zwijgen?
Lydia De Pauw-Deveen:
“Zonder het te forceren zorgde Liebaers met Vlaamse benoemingen - na examens - voor een taalevenwicht in de Koninklijke Bibliotheek”
© B
AR
T DE
WA
EL
E
BDW 1255 PAGINA 3 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010 WEEKOVERZICHTWOENSDAG�10�NOVEMBERPROTEST�TEGEN�EXTRA�NEDERLANDS. In het Vlaams parlement reageert oppositiepartij Open VLD tegen het voorstel van SP.A-minister van Onderwijs Pascal Smet om kinderen met een taalachterstand in hun vrije tijd extra lessen Nederlands te laten volgen. Ook regeringspartij CD&V ziet bezwaren. Smets voorstel is een opmerkelijk punt in zijn beleidsbrief Jeugd.
HERMAN�LiEBAERS�OVERLijDT. Eregrootmaarschalk en ere-conservator van de Koninklijke Bibliotheek Herman Liebaers overlijdt op 91-jarige leeftijd. De vrijzinnige Liebaers was de eerste Nederlandstalige hofmaarschalk. In 1991 verklaarde hij aan De Morgen dat kroonprins Filip niet klaar was voor de
troon met de historische woorden: “Hij kan het niet, hé.”
DONDERDAG�11�NOVEMBERVERKEERSAGRESSiE. Een Portugese man wordt in Sint-Gillis het slachtoffer van extreme verkeersagressie. Bij een lichte aanrij-ding krijgt hij twee jonge Polen zo kwaad dat ze hem te lijf gaan met stokken. Het slachtoffer wordt zwaar toegetakeld, maar is niet in levensgevaar. Een van de twee daders wordt later aangehouden.
VRijDAG�12�NOVEMBERiMMERSiE�KRijGT�SLEcHTE�PUNTEN. Volgens een rapport van de Franstalige onderwijsinspectie haalt de helft van de immer-sieklassen in het lager onderwijs de leerdoelen niet. In het secundair onderwijs is dat rond de veertig procent. Voorts bevestigt het rapport dat het niveau van het taalbadonderwijs sterk verschilt van school tot school.
KLAcHT�TEGEN�ZiGEUNERS. Werknemers van een Heembeeks houtbewerkingsbedrijf klagen over overlast door een groep zigeuners in de De Béjarlaan. Op een korte onderbreking na verblijven de zi-geuners al sinds augustus op de plek. De werknemers van het bedrijf hebben het over hygiënische overlast en diefstal.
GODSDiENSTENPARLEMENT. Toerisme Vlaanderen en zijn Brusselse tegenhanger willen in 2014 het Parlement van de Wereld-godsdiensten naar Brussel halen. Dat is een grote conferentie die godsdiensten wil verenigen, samen met politici en andere vertegen-woordigers. Volgens de promotoren heeft Brussel alle troeven om de conferentie in goede banen te leiden, zoals diversiteit en infrastruc-tuur. De bijeenkomst zou tot 12.000 mensen aantrekken.
ViLLO�ZOEKT�BUiTENRAND�OP. De Brusselse regering keurt een ordonnantie goed die het fietsverhuursysteem Villo legaliseert. Na enkele klachten van Brusselse gemeenten oordeelde de Raad van State dat Villo niet wettelijk was. Met de nieuwe regeling zet de Brusselse regering de deur open naar een uitbreiding naar de zoge-naamde Tweede Kroon, de rand van het gewest. Het aantal fietsen zou verdubbelen naar vijfduizend.
ZONDAG�14�NOVEMBERROOFMOORD. In Wemmel worden een advocaat, zijn vrouw en hun zoon in koelen bloede thuis doodgeschoten. De politiediensten gaan ervan uit dat de zoon van het gezin zijn auto wilde verkopen en dat die verkoop uitgedraaid is op het drama. Alleen de vriendin van de zoon overleeft. Een verdachte wordt een dag later in Luxemburg aangehouden.
MAANDAG�15�NOVEMBER PARKiNG�FLAGEY�OPEN. De parkeergarage onder het Flagey-plein gaat, acht jaar na het begin van de heraanleg, open. Er zijn 186 plaatsen. De garage heeft zeven miljoen euro gekost. Twee uur parkeren kost vier euro, een dag acht euro.
KONiNGSDAG. 15 november is Koningsdag, ofte Dag van de Dynastie. In de Sint-Michiels- en Sint-Goedelekathedraal vindt het traditionele Te Deum plaats; voor het Paleizenplein is er een defilé.
cULTUUR�ALS�REDMiDDEL. Volgens een internationaal stu-diebureau verzilvert Brussel zijn culturele troeven niet voldoende. Ineum Consult stelt dat er te veel politieke en institutionele ver-snippering is, waardoor Brussel zich niet als één cultureel geheel kan profileren. Het bureau meent ook dat cultuur van invloed is op de economie en de werkgelegenheid. De vergelijkende studie werd uitgevoerd in 47 steden.
� Samengesteld�door�christophe�Degreef
MEER NIEUWS DE HELE WEEK
ROND OP
Herman Liebaers (1919-2010): “Ik heb alles in Brussel gedaan, behalve geboren worden.”
stond veel faciliteiten toe aan wie er doctoraten wilde afwerken, en hij moedigde het wetenschappelijk personeel aan om onderzoek te ver-richten. En langzaam, zonder het te forceren, zorgde hij met Vlaamse benoemingen – na examens – voor een taalevenwicht. Daardoor kreeg een intellectuele, wetenschappelijk geschoolde klasse toegang tot de fe-derale instelling.”Liebaers pleitte er ook voor de we-tenschappelijke instellingen niet te communautariseren, zodat ook de Koninklijke Bibliotheek met aparte federale budgetten een gerichtere, onafhankelijke koers kon varen.
In 1974 vroeg koning Boudewijn hem als grootmaarschalk. Daarmee bracht Liebaers een nooit gehoorde vogelzang binnen in de franco-fone, katholieke en aristocratische paleis entourage. Een roodborstje dat de aandacht van de koning af-boog naar de kunstwereld en het (Vlaamse) culturele en intellectuele milieu, en dat concerten liet orga-niseren in Laken. Tot Liebaers zich begon te storen aan wat PS-minister André Cools al had uitgeroepen: ‘Le roi, c’est la reine’ – not done om te zeggen. De strenge religiositeit van de koningin, de invloed van kar-dinaal Suenens, het omzeilen van
de ondertekening van de abortus-wet,...: Liebaers ergerde zich meer dan eens.“We vonden het een vernieuwing voor het instituut Paleis toen Lie-baers gevraagd werd,” bekent Lydia Deveen, “maar toen Yves Desmet van De Morgen uit het laatste stuk van zijn interviewbandje de uit-spraak over kroonprins Filip – “Hij kan het niet, hé” – aandikte, toen ging de poort in Laken voorgoed voor Liebaers dicht. Met de volkse mussen stond hij in de rij om de lijkkist van zijn vorst te mogen groe-ten.”� jean-Marie�Binst
Het faillissement van Brink’s is een sterfhuisconstructie.”
Het Openbaar Ministerie vindt dat de faillissementsaanvraag van de Amerikaanse waardetransportfirma onvoldoende grond heeft. Nu moet de rechtbank van koop-handel zich uitspreken.
We moeten de ontwikkeling aanmoedigen van een liberale en humanistische islam, van een democratische islambeweging vergelijkbaar met wat de christendemocratie heeft gedaan.”
Chemsi Chéref-Khan, organisator van het controversiële colloquium Een meerderheid moslims in Brussel in 2030 (in Le Soir).
BRUSSEL – Afgelopen zomer merkte een politieke partij nog heel lucide op dat de (pre)metrostations in Brussel stinken. En kijk, in de herfst komt Brussels parlementslid (en schepen in Brussel) Philippe Close (PS) met het idee op de proppen om een metroparfum in te voeren. Een metroparfum? Dat is een parfum dat speciaal samengesteld wordt om geuren in me-
trostations te bestrijden. In Parijs hebben ze het al.Een parfum alleen zal niet volstaan, vindt Brussels mi-nister van Vervoer Brigitte Grouwels (CD&V). Zij heeft het al even lucide idee opgevat om de rubberen vloer-bedekking te vervangen door tegels die beter schoonge-maakt kunnen worden. En die de urine na verloop van tijd niet beginnen te absorberen. cD
MetroparfumHETWOORD
© B
ELG
A / JA
CQ
UE
S CO
LL
ET
““
BDW 1255 PAGINA 4 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Maatschappij > Onder de sterren: Julien Vrebos nodigt iedereen aan tafel
‘Ook een dakloze heeft recht op zilveren bestek’
BRUSSEL – Staat er een hoopvolle kerst 2010 in de sterren geschreven? We vroegen het aan Julien Vrebos, die met de tv-reeks Onder de sterren thuislozen voor de camera haalt en het restaurant ZaZou uit de grond stampt. “Laten we de sociale barrières, het hokjesdenken en de marketingdoelgroepen vergeten en samen aan tafel zitten en klinken uit kristallen glazen.”
‘A ls arm en rijk samen tafe-len – niet in een sociale eet-tent, maar in een écht res-
taurant –, dan vervagen de grenzen tussen wie zich arm of rijk voelt,” zegt regisseur/tv-maker Julien Vre-bos. Na zijn charmante tv-reeks Kukeleku, over Wallonië, deed de creatieve duizendpoot dit keer in-spiratie op in zijn thuisstad Brussel. Hij sprak wel vijftig daklozen, zwer-vers en metrobedelaars aan en kon bij enkelen levensverhalen en -visies opdissen. Genoeg voor een hartver-overende portrettenreeks van thuis-lozen. Zij staan – ogenschijnlijk – in contrast met andere mensen: een
veearts, een Lions Club-dame, de drijvende kracht achter de daklozen-vzw Bij Ons/Chez Nous.Vrebos’ docuserie Onder de sterren moet een lichtpunt worden in de kerstweek, lezen we in de commu-nicatieboodschap van de tv-zenders Eén en tvbrussel. Lichtpunten over armoede, over Brussel (‘Ocharme die stad’), over de ontmoeting tus-sen daklozen, kmo’ers (chef-koks), u en mij. Het gelegenheidsrestaurant ZaZou aan de Ieperlaan wordt de katalysator van het sociale contact; de chefs van La Marée, Resto Henri, Switch, La Cantina en Le Grain de Sel komen er elk één dag in de pot-ten roeren, en zowel daklozen (voor één euro) als Jan Modaal en de beau monde (tegen het normale tarief ) kunnen er komen tafelen. Want hoeveel mensen eten doordeweeks naast een thuisloze?“Iemand die zich a priori uitge-sloten voelt, en ook uitgesloten wordt, creëert na enige tijd vanzelf afstand,” vertelt Vrebos. “Stekels opzetten lijkt dan het enige verde-digingsmechanisme dat zo iemand heeft. En zo’n beeld schept nog meer afstand, omdat je het aanvoelt als: ‘Laat me met rust.’ Maar probeer maar eens in bikkelharde condities op straat te overleven. Dan kun je
niet poeslief zijn. Ofwel word je dan een brutale kerel – in de positieve zin, want als je die mensen beter leert kennen, ontdek je hun andere, echte natuur. Ofwel sluit je je volle-dig af van de wereld en zeg je niets meer.”
Hoe gaat u die communicatiebreuk lijmen?Julien Vrebos: “Ik denk niet dat ik met mijn concept van het gelegen-heidsrestaurant ZaZou en de Tuin van Jeroen (Peters; op beide plekken wordt gekookt in de kersttijd, JMB) veel ga oplossen, maar ik zet wel een stap. Met caritatieve goodwill los je het probleem niet op, dat is wel dui-delijk. Een boterham geven helpt – tijdelijk. Wat thuislozen nodig hebben, is de erkenning dat ze nog mensen zijn. Dat kunnen u en ik hen laten voelen. Iemand als Edouard, ‘de Warre’ (in de eerste aflevering, JMB), die als welgestelde restau-ranthouder aan lagerwal raakte en acht jaar op straat heeft gewoond, vertelt dat ook. Zijn getuigenis – hij kan het vlot uitleggen – zet je aan het denken: ‘Is dat nu een thuisloze? Hij is zo... gewoon.’ Ik wil af van het cliché van de mistroostige dakloze, altijd met een biertje in de hand.”
Daklozen in hun hoofd en hart laten kijken vraagt om vertrouwen. Hoe doet u dat?Vrebos: “Voor deze serie moest ik daarin slagen. Het is niet makkelijk om iemand als Edouard zo ver te krijgen dat hij heel zijn verleden op tafel gooit, en je toevertrouwt wie hij is en wat hij doet. Mijn gouden regel bij research en bij opnamen is: ‘Schat, ge moet filmen wat zij willen zeggen, niet wat ik wil horen.’ Dat staat haaks op wat de meeste tv-makers doen. Edouard wou niets vertellen over zijn kinderen. Goed, dat was een deal. Tot we rustig in de living zaten en mijn cameramen-sen de sfeer van de Zuidfoor aan het filmen waren (Edouard woont toren-hoog in een geleend appartement, JMB) en Edouard plots zei: ‘Jules, ik heb vertrouwen in u, ik wil ook iets zeggen over mijn kinderen.’”
Ziet u die vertrouwensband als een overwinning?
BRUSSEL – Nog vijf weken lang wordt een kort portret van deelnemers (thuislozen en leerlingen van hotel- en restaurantschool Elishout) uit Onder de sterren getoond op tvbrussel, in de programma’s Brussel vandaag (vrijdag) en Weekoverzicht (zaterdag).Eén (VRT) zendt de portretten op zaterdag om 12.30 uur uit. Op www.tvbrussel.be blijft de hele reeks van zes portretten te bekijken. Daar kunt u ook reserveren voor het restaurant ZaZou (open van 13 tot en met 17 december).De eigenlijke docuserie Onder de sterren komt op de buis in de kerstweek. Vanaf kerstdag driemaal op Eén (in afleveringen van een halfuur) en vanaf 27 december in een reeks van zes keer vijftien minuten op tvbrussel. JMB
Onder de sterren op tv
“Ik film wat zij willen zeggen, niet wat ik wil horen”
“De uitloper van ZaZou mag geen caritatief initiatief worden, maar moet zelfbedruipend zijn”
Vrebos: “Alleen naar hen toe. Velen zeiden me dat dit soort project geen kans op slagen had: ‘Je krijgt geen mensen van het type Lions Club – mensen uit een totaal ander milieu – aan één eettafel met daklozen.’ Wel, het bewijs is er nu. De nieuwe Lions Club Brussels Amigo doet mee, en is enthousiast. Het gaat zelfs zo ver dat al uit verschillende hoeken klinkt dat het gelegenheidsrestaurant ZaZou bestendigd moet worden. En ik hoop ook dat het een eigen leven in de stad gaat leiden. In dit soort restaurant wordt duidelijk dat wij allemaal de-zelfde mensen zijn.”
Hoe bent u op het idee gekomen om op deze manier met daklozen te werken?Vrebos: “Ik ben wel actief geweest in de vierdewereldbeweging, maar vanuit die hoek wou ik niemand be-naderen. In mijn gsm zat het num-mer van ‘Manu dakloze’ (Manu Chiguero, bezieler van Bij Ons/Chez Nous, JMB). Ik legde hem mijn con-cept uit en hij reageerde meteen enthousiast. Het kwam erop aan de vertrouwensrelatie nooit te bescha-men, en de mensen tegen zichzelf te beschermen. En wat bleek? Het vol-staat dat thuislozen de hand gereikt wordt om hen uit het water te halen,
om het misschien ooit te doen slagen. Daardoor krijgen ze weer vertrouwen, zelfvertrouwen en respect. Een echt restaurant, dat niet draait op subsi-dies, met een gemengde uitbating, waarbij daklozen dankzij Actiris een dag officieel kunnen werken, is iets
unieks. Hier kunnen contacten gelegd worden met mensen die hen uit de sloot kunnen halen, mensen die iets anders doen dan anoniem geld stor-ten aan een vzw.”“In deze puur commerciële onderne-ming wil ik een soort ‘business lunch-activiteiten’ zien ontstaan waarbij ook de dakloze recht heeft om met zilveren bestek te eten en uit kristal te drinken.”
Hoe linkt u een economisch project aan een maatschappijkritisch concept?Vrebos: “Toen Coluche in 1985 met het Resto du Cœur in Parijs begon, geloofde ook niemand in de slaagkan-sen. Als ZaZou een succes wordt, dan zijn we klaar om in Luik, Antwerpen of waar dan ook te beginnen. En daar wil ik me levenslang belangeloos voor inzetten. Iemand als Fernand David (de man achter de keten SteakFrit’, Ostend Queen en Belga Queen, JMB) is blijkbaar al geïnteresseerd in het con-cept. De uitloper van ZaZou mag geen caritatief initiatief zijn, maar moet een zelfbedruipende formule worden, ook al eet de dakloze er maar voor een euro.”“Stel dat de ZaZou-formule niet lukt, dan nog houden de thuislozen een enorme fierheid aan ZaZou en Onder de sterren over. Omdat ze gewaar-deerd worden om wat ze kunnen. Ik wil met kerst de warmte van deze reportage meegeven, zodat mensen bewuster gaan nadenken, zodat ze meer doen dan zich een goed geweten kopen door een bedelaar in het sta-tion een cent toe te stoppen. Dit is een project waarbij we het kapitalistische systeem recht in het gezicht van de armoede laten kijken. Armoede is nu eenmaal de slotsom van ons stelsel, en niet de schuld van mensen.” Jean-Marie Binst
BDW 1255 PAGINA 5 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
ADVERTENTIE
© S
AS
KIA
VAN
DE
RS
TICH
EL
E
Tweedehands is sexyELSENE – Koelkasten, gsm’s, televisies, kleren, schoenen: een mens verslijt wat in zijn leven. Minister van Leefmilieu Evelyne Huytebroeck (Ecolo) pleit voor doordachte aankopen of hergebruik om de afvalberg kleiner maken. Of waarom geen spullen huren?
Jaarlijks produceren alle Brus-selaars samen dertigduizend ton grofvuil. Een hele massa, goed voor tien procent van de totale afvalproductie in Brussel. Te vaak gaan spullen gewoon de vuilnisbak in of belanden ze op straat, te snel worden ze vervan-gen door een gloednieuw appa-raat of kledingstuk.Met de campagne Huren, her-stellen, updaten wil minister Huytebroeck de Brusselaar anders leren omgaan met con-sumptiegoederen. “We hebben het nagegaan,” zegt de minister, “er zijn in Brussel zo’n tweedui-zend adressen, van bibliotheek tot kringloopwinkel, waar je de spullen die je nodig hebt, op een andere manier te pakken kunt krijgen dan ze nieuw te kopen.”
Als de consument zijn mentali-teit wat bijstelt, wordt de afval-berg kleiner, gelooft de minister.De campagne werd gelanceerd in de hoofdzetel van Spullenhulp in de Amerikaansestraat in Elsene. Met twaalf winkels in Brus-sel dragen die kringloopcentra flink bij tot hergebruik. “Boven-dien dienen onze winkels ook een sociaal doel,” zegt directeur Julien Coppens, “want met de opbrengst van de verkoop van tweedehandsspullen helpen we daklozen aan een baan, onder-dak en eten in de winter.” SVG
Europese Week van de Afval-vermindering, 20-28 november. Meer op www.spullenhulp.be en www.ewwr.eu
TAKEN
n sorteren en verspreiden van inkomende informatien invoeren en controleren van datan opvolgen van vragen van lezers, freelancers,…n opvolgen van de wedstrijdenn organiseren en opvolgen van publieke evenementenn opmaken van verslagenn diverse andere administratieve en logistieke taken
PROFIEL
n goede informaticakennis, bij voorkeur ervaring met databankenn nauwkeurig en zin voor verantwoordelijkheidn vlot in de omgang en communicatief ingesteldn zowel zelfstandig als in team functionerenn tweetalig Nl/Fr
WIJ BIEDEN
n een afwisselende baan in een dynamische ploegn een bediendecontract van januari t/m augustus 2011n extralegale voordelen
Brussel Deze Week vzw is uitgever van de
weekbladen Brussel Deze Week en Agenda. De krant is dé
marktleider voor nieuws over Brussel. Het magazine Agenda
bundelt wekelijks alle activiteiten in Brussel, omkaderd door
drietalige (N, F, E) redactionele artikels. Beide kennen een
ruime verspreiding in en rond Brussel en in een aantal grote
Vlaamse steden.
Voor het assisteren en ondersteunen van de organisatie
in het algemeen en van de redactie in het bijzonder, is
Brussel Deze Week op zoek naar een deeltijdse (4 d./week)
Secretaris /Secretaresse
voor een vervanging van januari t/m augustus 2011
Geïnteresseerden sturen voor 1 december 2010 motivatie
met cv naar: Brussel Deze Week vzw, algemeen directeur
Marijke Vandebuerie, E. Flageyplein 18, 1050 Brussel
of [email protected] Julien Vrebos over ZaZou: “Een echt restaurant, dat niet draait op subsidies, met een gemengde uitbating, waarbij daklozen dankzij Actiris een dag officieel kunnen werken: dat is uniek.”
BDW 1255 PAGINA 6 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
W at voorafging. Tijdens Science Bar, een debat dat vorige woensdag werd
georganiseerd door de VUB, wordt er tussen politici en belangenver-tegenwoordigers gedebatteerd over de fileproblemen in Brussel. Als op-lossing voor het fileprobleem wor-den slimme kilometerheffing en/of stadstol naar voren geschoven. Het Vlaams en het Brussels Ge-west voeren hoogstwaarschijnlijk in 2013 een slimme kilometerheffing in voor vrachtwagens. Dat wordt ons achteraf afzonderlijk bevestigd door de woordvoerder van Vlaams minister van Mobiliteit Hilde Cre-vits (CD&V) en de woordvoerder van Brussels minister Brigitte Grouwels (CD&V) als door Brussels staats-secretaris Bruno De Lille (Groen!). Over de periode daarna bestaat er nog geen zekerheid, geven alle po-
litici toe, maar alle betrokkenen geven wel aan dat ze ook na die periode denken aan een kilometer-heffing voor personenwagens. In het Brussels Gewest bestaat daar-bij de optie dat die eventuele latere kilometerheffing voor wagens een stads tol wordt, zegt staatssecreta-ris De Lille. “In de loop van 2011 is er een studie klaar die ons moet helpen een duidelijke keuze te ma-ken. Verschillende mobiliteitsoplos-singen worden daarbij bestudeerd, zowel een kilometerheffing als een stadstol. Maar stadstol is veeleer een plan B.” Ook minister Grouwels zit op die lijn. “Idealiter stappen we graag mee in een kilometerhef-fing (voor personenwagens, red.) in samenspraak met Vlaanderen en Wallonië, maar mochten de twee andere gewesten talmen met die heffing, dan zijn er voor Brussel an-
dere opties, zoals een stadstol,” zegt haar woordvoerder. Nochtans staat in het beleidsplan van Grouwels dat een stadstol een financiële barrière rond het Gewest zou optrekken.En dan nog: er bestaat verwarring over beide begrippen. Bij kilometerheffing volgt satelliettechnologie wagens over een heel traject op een groot grondgebied, terwijl bij stadstol een beperkte, vaste perimeter van kracht is. De twee systemen hebben wel gemeen dat ze autorijden – het gebruik van de wagen – belasten, en niet het bezit ervan. Bij kilome-terheffing wordt rijden belast naar-gelang van tijdstip, plaats en type wagen. Bij stadstol varieert de prijs vaak naargelang van het tijdstip. De stadstol zal ook niet het systeem zijn dat we uit Frankrijk kennen, met betaalhutjes. Dat zou para-doxaal genoeg net voor file zorgen.
BRUSSEL – De Vlaamse regering wil een kilometerheffing voor vrachtwagens in 2013, en Brussel stapt daarin mee. Daarna zou er een wegenvignet komen voor personenwagens. Een beslissing die niemand had verwacht, want iedereen had de mond vol over kilometerheffing en/of stadstol. Een reconstructie.
Een fotogeniek beeld van de Grote Ring, op een van die zeldzame momenten dat het er niet druk is. Als het wegenvignet ingevoerd wordt, zou het vrijwel snelwegloze Brussel een vast percentage uit de inkomsten krijgen.
© P
LA
DYS
Mobiliteit > Vanaf 2013 een wegenvignet?
‘Kilometerheffing blijft einddoel’Een modern tolsysteem maakt ge-bruik van nummerplaatherkenning of een chip die in de wagen wordt geplaatst. Bij het binnenrijden van de tolzone herkent een camera of sensor de wagen en kan de factuur opgestuurd worden.
Het vignetMaar dan komt enkele dagen later het nieuws dat de drie gewesten zijn overeengekomen om na 2013 werk te maken van een wegenvignet voor personenwagens, als tegemoetko-ming voor Wallonië, dat last heeft met het idee van kilometerhef-fing. Het is een beslissing van drie ministers-presidenten van evenveel gewesten: Charles Picqué (PS), Rudy Demotte (PS) en Kris Peeters (CD&V). Er zullen dus in de toekomst twee systemen bestaan: een kilo-meterheffing voor vrachtwagens, en een vignet voor de auto, waar-schijnlijk voor de snelweg. Brussel zou, omdat het haast geen snelwe-gen heeft, een vast percentage van de inkomsten uit dat vignet krijgen. Maar wat blijft er dan van die kilo-
meterheffing of stadstol overeind?“De studie wordt nog altijd besteld,” reageert het kabinet-De Lille. “De kilometerheffing blijft het einddoel. Wel willen we erover waken dat tij-dens de concrete uitwerking van het wegenvignet de nadruk wordt ge-legd op het terugdringen van het au-toverkeer in Brussel, en dat Brussel dus niet zomaar een som geld krijgt zonder dat het autoverkeer er wordt teruggedrongen.”Op het kabinet-Grouwels klinkt het dat de minister wel op de hoogte was van de vergadering van de mi-nisters-presidenten. “De beslissing om het wegenvignet in te voeren is een principeakkoord tussen de mi-nisters-presidenten, maar moet nog worden voorgelegd aan de Brusselse ministerraad. Minister Grouwels vindt het op zich wel een goed com-promis, al wil ze benadrukken dat er over de precieze uitwerking nog grondig moet worden nagedacht. Ook betekent het vignet niet dat de kilometerheffing definitief van de baan is.”�� Christophe�Degreef
BDW 1255 PAGINA 7 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
P-PRAAT
CHIEN ÉCRASÉ
Het zat er bovenarms op tussen federaal minister van Sociale Zaken Laurette Onkelinx (PS) en haar collega van Werk Joëlle Milquet (CDH). Volgens La Libre Belgique discussieerden de twee tijdens de ministerraad vorige woensdag duchtig over asiel en migratie. Onkelinx vroeg zich af waarom CDH in Brussel nogal pro asielzoekers is, maar in het verre Bastogne ‘overleg op lokaal niveau’ eist wanneer bekendraakt dat er mogelijk vijfhonderd asielzoekers in de Luxemburgse gemeente opgevangen worden. Waardoor de beslissing over extra opvang werd uitgesteld. Onke-linx besloot de vergadering met: “Als er nu nog iemand zegt dat het Philippe Courards bevoegd-heid is, dan vertel ik alles wat er tijdens deze ministerraad is gezegd.”
Courard, daar zegt Onkelinx iets. De PS-staatssecretaris, bevoegd voor de opvang van asielzoe-kers, is afkomstig uit de provincie Luxemburg, en durft vanuit Brussel toe te geven dat de in-stroom aan asielzoekers gewoon te groot is om een sluitend beleid te kunnen voeren. Dat is dus het omgekeerde van wat Milquet zegt: in Brussel is er geen probleem, maar in Luxemburg wel.
ELSENE – Het oude frietkot van Frit Flagey is niet meer. Vorige week werd het op vakkundige wijze gesloopt door vijf arbeiders, van wie er één werkte en de rest weemoedig toekeek. Wie nu richting vijvers kijkt, ziet alleen een kale vlakte bevolkt door kwaakbeesten, daar waar vroeger mensen glimlachten om die heerlijke friet. Maar geen nood: er staat een nieuw plastic kot aan de andere kant van het plein. Wel opletten wanneer u uw portie bestelt: zeg nooit direct welke saus u wilt, maar wacht tot de uitbater u erom vraagt. We menen het.
SCHAARBEEK – Het ligt aan de tijd, beste lezer. Maar de Huart Hamoirlaan, bij het station omhoog, begint dezer dagen veel weg te hebben van een bos met een bijzonder dik bladertapijt. De felgele blaadjes van de Ginkgo biloba – waarover we het nog niet zo heel lang geleden hebben gehad – vormen een gladde, slijmerige substantie waarop binnen een tweetal weken paddenstoe-len goed zullen gedijen. Brussel mag dan al de overstromingen het hoofd hebben geboden, tegen de verbossing van de lanen kan niemand op. Naar het schijnt is de Ginkgo geneeskrachtig, maar haalt u het alstublieft niet in uw hoofd om thee te trekken van wat u in de Huart Hamoirlaan hebt opgeraapt. En ook niet van de paddenstoelen die erop groeien.
Werken en wonen aan de OostendsepoortSINT-AGATHA-BERCHEM – Werken en wonen in Brussel blijft aantrekkelijk. Ook aan de grens van het Gewest.
Vijf jaar na de eerste spadesteek hebben het Brusselse vastgoedbedrijf Codic, bur-gemeester Joël Riguelle (CDH) en minister van Economie Benoît Cerexhe (CDH) het Atlantis-complex plechtig geopend. Met dat vastgoedproject, aan de ‘Oostendsepoort’, op een steenworp van het Vlaams Gewest, is een investering van honderd miljoen euro gemoeid.Een kleine tien jaar geleden kocht Codic, gespecialiseerd in bedrijvenparken, een driehoekige lap grond tussen het station-netje van Sint-Agatha-Berchem en de Keizer Karellaan. Twee gebouwen bleven staan: het gezellige restaurant Brasserie de la Gare en een honderd jaar oude villa met twee to-rentjes. De rest van het terrein is vandaag heringericht: een honderdtal appartemen-ten langs de Gentsesteenweg en 30.000 vierkante meter kantoren aan de Keizer Ka-rellaan, met daartussen een nieuwe straat en een ruime esplanade. Er komen ook nog een crèche en een groot bedrijfsrestaurant.De woningen gingen snel van de hand, en nog voor de volledige oplevering is al de helft van alle kantoren verhuurd. L’Oréal is
de grootste klant, maar ook BNP Paribas zal er een vestiging krijgen. Thierry Behiels van Codic gelooft in de meerwaarde van dit kantoorgebouw, “zelfs al is er een over-aanbod aan kantoren.” Zo is er de goede bereikbaarheid met het openbaar vervoer. Het stationnetje wordt een GEN-station en ligt op tien minuten sporen van het Noord-station. Daarnaast is er de grote zichtbaar-heid. Dagelijks rijden er 65.000 auto’s langs het kantoorgebouw, heeft Codic berekend. Om die zichtbaarheid nog meer in de verf te zetten werd er een kunstwerk geplaatst, een zes meter hoge, zwierige letter A van de Franse kunstenaar Stéphane Guiran.Nog een voordeel tegenover kantoren in de Vlaamse Rand is ten slotte de taalneu-traliteit. Bedrijven lijken een locatie in het tweetalige Brussel te verkiezen boven Waals- of Vlaams-Brabant. Dat kantoren in de Vlaamse Rand, door een gunstige fisca-liteit, goedkoper zijn, weegt volgens Behiels nog altijd niet op tegen de voordelen die de Brusselse vastgoedmarkt biedt.De bedrijven die Codic heeft kunnen aan-trekken, hebben overigens ook zelf kunnen genieten van een (bescheiden) fiscale sti-mulans. De gemeente gaf, in akkoord met het Brussels Gewest, een korting van dertig procent op de kantoorbelasting.� SVG
Economie�> Codic stelt Atlantis voor aan de Keizer Karellaan
ADVERTENTIE
BDW 1255 PAGINA 8 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Welzijn > Opvanghuis Talita biedt al tien jaar een veilige haven
Tijdelijke thuis voor vrouwen in moeilijkheden
Maria Barros Garcia, met haar dochter op de arm, verblijft sinds juli in Talita. “Met mijn OCMW-steun krijg ik moeilijk een deftig appartement te pakken.”
© SASKIA VANDERSTICHELE
BRUSSEL – In tien jaar tijd heeft Talita meer dan duizend mensen in moeilijkheden opgevangen. Maria Barros Garcia verblijft met haar twee kinderen in het opvanghuis in de Vlierwijk door echtelijke problemen. Net als bij andere bewoners sleept ook haar zoektocht naar een appartement aan.
T alita, Aramees voor ‘meisje’, is een opvanghuis voor vrou-wen in de Vlierwijk, op een
boogscheut van het Sint-Katelijne-plein. In één decennium ving het huis ruim duizend vrouwen en hun kinderen op.Maria Barros Garcia (38), haar zoon (2,5) en dochter (1,5) zijn drie van hen. In juli klopte de Brusselse met Spaanse roots aan bij het opvang-huis. Naar eigen zeggen kon ze niet anders dan vluchten voor de losse handjes van haar man. Voor alle duidelijkheid: Talita is geen vlucht-huis. In dat geval zou het adres ge-heim zijn.Talita biedt op de tweede en derde verdieping in kleine en grotere ka-mers plaats aan tien vrouwen en tien kinderen. Meer dan de helft van de vrouwen is tussen twintig en 39 jaar. Vorig jaar was zestig procent van buitenlandse herkomst, van wie een groot deel Marokkaans. Vier vijfde van de 33 getrouwde vrouwen had te maken met echte-lijke problemen zoals lichamelijk of verbaal geweld. Elf van de twin-tig alleenstaande vrouwen hadden kinderen bij zich. Bij een derde van de gehuwde en niet-gehuwde moe-ders hadden de kinderen nog con-tact met de vader. Maar de relatie tussen vader en moeder is in een meerderheid van de gevallen con-flictueus, staat in het jaarverslag te lezen.
Financiën regelenZodra ze bij Talita zat, begon Barros Garcia aan haar zoektocht naar “een goed appartement, dat geschikt is voor de kinderen”. Tevergeefs, zo blijkt. “Ik krijg heel moeilijk een deftig appartement te pakken om-dat ik OCMW-steun krijg. Verhuur-ders vertrouwen me niet: ze zeggen dat ik niet zal betalen.”Hiermee staat ze niet alleen. Heel wat bewoners in Talita stellen het met een leefloon of een andere te-gemoetkoming, of ze hebben ge-woonweg niks. Verhuurders van ap-partementen blijken weinig happig
met problemen rond OCMW, zie-kenfonds en werk dat ze graag meer ‘maatschappelijke oriëntatie’ in het onderwijs zou zien, zowel in het middelbaar onderwijs als bij nieuw-komers.
Grote familieNaast de paperassen plant Talita allerlei andere taken. Elke vrouw kookt wekelijks een keer voor de hele groep. Ook bij het schoonma-ken wordt iedereen ingeschakeld. Het is een beetje zoals thuis, met dat verschil dat de taken wekelijks
veranderen, vertelt Barros Garcia. Voorts staan er ook sportieve of culturele momenten op het pro-gramma.Gemiddeld blijft een volwassene twaalf weken in Talita. In het ge-val van Barros Garcia zal het langer duren. Maar dat maakt haar niet minder strijdbaar. “Het is hier zo-als een grote familie, maar het is tijd om vooruit te gaan. Zodra ik een appartement heb én werk als schoonmaakster, probeer ik mijn droom te verwezenlijken: cliniclown worden.”
� Steven�Vandenbergh
op zulke kandidaat-huurders; dat ondervindt Barros Garcia al enkele maanden.Het tiental werknemers van Talita zorgt ervoor dat de vrouwen hun administratieve problemen met
instellingen als het OCMW en het ziekenfonds aanpakken vooraleer ze de opvang verlaten. “Vaak moe-ten ze hun financiële situatie in orde brengen,” zegt sociaal werkster Es-ther Brouwer (28). “Daarnaast zijn
er vragen over onder meer dagbeste-ding, vorming, werk, een advocaat.”Brigitte Houtman (43) bevestigt de vele (soms complexe) vragen. De directrice en medeoprichtster kreeg in tien jaar tijd zo vaak te maken
ADVERTENTIE
stoppers_pave�_staand_1013.indd 4 12-10-2010 13:17:00
Elf van de twintig alleenstaande vrouwen die vorig jaar bij Talita aanklopten, hadden kinderen bij zich
Torens: de meningen zijn verdeeldStedenbouw > Gewest stelt boek over hoogbouw voor
BRUSSEL – De schrikbarende bevolkings-aangroei in Brussel opvangen door hoger te bouwen? Het Brussels Gewest schuwt het debat niet. In de publicatie Brussel, torens, de stad geven voor- en tegenstanders uit binnen- en buitenland hun kijk op de zaak. We zetten pro en contra’s op een rijtje.
Cijfers zeggen veel. De bevolkingsdichtheid van het Brusselse gewest is vandaag 65 in-woners per hectare. Dat is weinig. Zelfs in het drukke Sint-Joost-ten-Node (210 inwoners/hectare) ligt de dichtheid nog altijd lager dan in Parijs (240 per ha). Brussels minister-presi-dent Charles Picqué (PS) wil daar met het oog op de bevolkingsaangroei wat aan doen. Brus-sel moeten tegen 2060 aan 85 inwoners per hectare kunnen komen. Dat is nog altijd onder het gemiddelde van veel grote steden.Voor Picqué is hoogbouw een van de oplossin-gen om tot die verdichting te komen. Hij weet dat hoogbouw op weerstand bij de bevolking stuit. Picqué: “Hoe dan ook kan een verdich-ting van de stad alleen als we daar een mo-biliteitsantwoord op kunnen geven. Vandaar dat de torens vandaag in de buurt van de twee grote NMBS-stations staan.”De minister-president vindt ook dat hoog-bouw deel moet uitmaken van de algemene stadsplanning. Dat kan bijvoorbeeld met een hoogtekadaster dat opgenomen wordt in het
De Premiumtoren aan het kanaal moet de hoogste woontoren van België worden.
© ATE
NO
R
ADVERTENTIE
KIJKRONDJEEXPO
VAN 18 NOV. TOT 29 NOV. 2010KEIZERINLAAN - 1000 BRUSSEL25 JAAR BGHMSOCIALE HUISVESTING:
BDW 1255 PAGINA 9 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
1.�Torens�zijn�macho.�Het is een these van de Franse stedenbouw-
kundige Thierry Paquot, vaandeldrager van het hoogbouwverzet. Hij schuwt de freudiaanse beeldspraak niet: ‘Torens als fallussen’, ‘Wie heeft de grootste?’. Dát zijn de ware redenen voor het promoten van hoogbouw. Ook Stéphan Sonneville (Atenor) geeft in het boek toe dat hoog-bouw een factor arrogantie bevat, maar die is volgens hem gekoppeld aan grandeur. Een moeilijke balans, geeft hij toe, waarbij grootsheid het toch kan winnen. “Kijk maar naar de Empire State Building in New York.”
2. Torens�bevorderen�het�klasse-verschil. Een welhaast marxisti-
sche analyse, ook van de hand van Thierry Paquot. Het rijke volk woont op de hoogste etages, de arme stakkers moeten vrede nemen met de lagere verdiepingen. Ook bij kantoortorens: de directeuren hebben hun bureau hoog, het voetvolk beneden. Stedenbouwkundige Elisabeth Pélegrin-Genel, niet meteen een voorstandster van hoogbouw, ziet wel een kentering. Steeds meer bedrijven richten op de hoogste verdieping een vergader- of receptieruimte in, voor iedereen.
3. Parijs�en�Brussel�zijn�horizon-tale�steden. Er is in Europa geen
hoogbouwcultuur zoals in New York. Het tijdens de Tweede Wereldoorlog gebom-bardeerde Rotterdam is een uitzondering. Hoogbouw in horizontale steden leidt tot geïsoleerde torens die een winderige en in de winter schaduwrijke, onleefbare buurt opleveren. Je wilt wel in de toren, maar je wilt er niet meer uit. Christian de Portzamparc, die torens tekent voor de Europese wijk, geeft in het boek toe dat dit gevaar bestaat. Maar er zijn ook oplossin-gen: hard werken aan de openbare ruimte aan de voet van de toren, en een ‘poreuze’ stadsinrichting met genoeg licht en lucht.
4. Hoogbouw�is�een�energieslokop. Zowel Pélegrin-Genel als Paquot
merkt op dat het optrekken van hoogbouw veel ‘grijze’ energie verslindt. Bovendien bestaan torens alleen bij de gratie van liften. En die zijn niet energieneutraal.
5. Hoog�is�ongezond.�Dit levert de meest hilarische passage op in
het voor de rest voortreffelijke boek. Van hoogwonen of -werken word je ziek. Je kunt duizelig worden. Of claustrofobisch. Of zware benen krijgen. Werknemers, zo weet Pélegrin-Genel, zetten hun bureau bij voorkeur enkele meters van het raam. Of ze hangen een poster voor het raam om niet de hele tijd uit te kijken op de ‘af-grond’. Claustrofobie wordt versterkt door de obligate beveiliging van de etages. Zon-der badge raak je er niet in. Pélegrin-Genel pleit ervoor om de traphal aangenaam te houden en om plekken in te tekenen waar je even buiten kunt om een luchtje te scheppen.
1.�Torens�zijn�nodig. Steden ver-liezen hun aantrekkingskracht als
werkplek. De periferie gaat met de winst lopen. Als een stad als Brussel die concur-rentieslag wil winnen, dan is hoogbouw in bepaalde wijken, zoals in de Europese wijk, aangewezen. Dat vindt de steden-bouwkundige Christian de Portzamparc. Voor minister-president Charles Picqué is dit een economisch argument van belang in het licht van de huidige communautaire discussies. Daarnaast moet ook de densi-teit van Brussel als woonstad omhoog. De hoofdstad staat voor immense demografi-sche uitdagingen.
2. Hoogbouw�als�signaal. Stéphan Sonneville, de CEO van Atenor, ge-
looft dat de Premiumtoren aan het kanaal, die de hoogste woontoren van België moet worden, een kentering teweeg kan brengen voor de rest van de ontwikkeling van de kanaalzone. Als de architectuur dan nog eens spraakmakend is, kan Brussel een trendsettende rol spelen. Hoogleraar stedenbouw Maurizio Cohen vindt dat dit argument geen steek houdt omdat het te weinig rekening houdt met een doordachte stadsplanning. “Premium is vastgoedspe-culatie,” zegt Cohen, die zich ook verzet tegen de vedettecultus die rond sommige internationale architecten hangt.
3. De�stad�terug�aan�de�mensen.�Door kantoortorens in de hoogte te
bouwen in enkele wijken in de stad, komt elders opnieuw plaats vrij om er woonwij-ken van te maken, vindt vastgoedconsul-tant Georges Binder.
4.�Hoogbouw�is�duurzaam. In tegenspraak met puntje vier van
hiernaast vindt Georges Binder in het boek dat hoogbouw de duurzaamheid juist bevordert. Ook De Portzamparc en Sonneville vinden dat. Meer mensen die wonen waar ze werken, dicht bij een goed openbaarvervoersnet? Dat zorgt vanzelf voor meer duurzaamheid. Meer nog: hoogbouw kan een dam opwerpen tegen het dominante autogebruik in de steden. In Londen-centrum worden tegenwoordig kantoortorens opgetrokken met slechts tien parkeerplaatsen, waarvan de meeste dan nog voor mindervaliden. De Port-zamparc tekent een nieuwe Wetstraat met kantoortorens maar met slechts twee rijvakken, in plaats van de vier nu.
5. Hoog�is�aangenaam.�Adembene-mende uitzichten, zeker ’s nachts.
Boven de stad uit tronen. Het gevoel dat de stad aan je voeten ligt, al voegen tegen-standers daar graag aan toe dat dit maar enkelen gegeven is. Torens kunnen ook wonen (hoogste etages) en werken (lagere etages) combineren, al is dat in de praktijk blijkbaar niet altijd even makkelijk. Tot slot zijn er ook andere functies denkbaar dan wonen en werken. In Hongkong is zopas een toren van 130 meter afgewerkt met 25 verdiepingen aan winkels.
TEGENSTANDERSVOORSTANDERS
Gewestelijk Bestemmingsplan of het Geweste-lijk Ontwikkelingsplan of als een apart instru-ment. Dat wordt nu uitgezocht.Met het boek Brussel, torens, de stad, een ten-toonstelling in het BIP en een colloquium in Square wordt deze week het startschot gegeven van een debat dat nog heel wat stof zal doen op-waaien.�� Steven�Van�Garsse
Pierre Dejemeppe (ed.), Brussel, torens, de stad, uitg. Brussels Hoofdstedelijk Gewest, 172 blz., 25 euro
BDW 1255 PAGINA 10 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Deze week in Ganshoren > De Villa’s renoveert woontorens Van Overbekelaan
De tocht is weg, burenhinder blijft
De woontoren aan de Overbekelaan 247 steekt in een nieuw kleedje. Het gebouw links, ‘den 34’, is volgend jaar aan de beurt. Voor de renovatie van ‘den 36’ is het budget nog niet rond.
© SASKIA VANDERSTICHELE
I n Ganshoren heet de sociale-huisvestingsmaatschappij niet ‘Haard’, ‘Foyer’ of ‘Home’ zoals
in vele andere Brusselse gemeenten: de coöperatieve kreeg de optimisti-sche benaming De Villa’s.De maatschappij werd in de jaren twintig van de vorige eeuw opge-richt met de bedoeling goedkope woningen te verhuren. Aanvanke-lijk waren dat alleen huizen, maar in de jaren 1950 ontstond het plan voor een ambitieus hoogbouwpro-ject tussen het kasteel Ter Rivieren en het moeras van Ganshoren. In 1959 verrees aan het eind van de Van Overbekelaan een eerste flat-gebouw van twaalf verdiepingen, enkele jaren later gevolgd door een tweede, hoger. Halverwege de jaren 1960 werd begonnen met de bouw van vier identieke torens van ze-ventien verdiepingen in stervorm, de nummer 245 en 247 van de Van
Over bekelaan en de nummers 34 en 36 van de Negen Provincieslaan. Na 1975 volgden nog acht blokken.Alain Beeckmans, gemeenteraads-lid van Groen!, woonde in zijn jeugd jarenlang in ‘den 245’. “Daarvoor huurden mijn ouders een rijhuis zonder centrale verwarming. Mijn moeder was het beu om altijd kolen uit de kelder op te halen. Toen de toren aan de Van Overbekelaan in 1968 klaar was, trok mijn vader de eerste CVP-schepen aan de mouw. Zo ging dat in die tijd. De sociale woningen waren de electorale jack-pot van de christen-democratische meerderheid van burgemeester Richard Beauthier. De PSC deelde twee derde van de woningen uit, de CVP het overige derde. Als politie-agent verdiende mijn vader noch-tans behoorlijk zijn brood; het was dus niet logisch dat wij in een so-ciaal blok mochten wonen. Maar net
als vele van zijn collega’s en andere gemeenteambtenaren werd hij door de politiek in de buildings gecaseerd. Beauthier is op die manier groot geworden. Het gevolg was dat de bewoners een mix vormden. Je had er nauwelijks sociale gevallen zoals nu.”In de flat was er centrale verwar-ming en het uitzicht op de dertiende verdieping was fantastisch, maar de kwaliteit van het gebouw was “afgrijselijk”, zegt Beeckmans. “De deuren waren van karton, de muren flinterdun en de ramen waren zo slecht dat de gordijnen flink wap-perden als het buiten waaide. Als we met vakantie vertrokken, moesten we de meubels wegschuiven en de dweilen klaarleggen omdat het altijd kon binnenregenen.”Alle woontorens in de Van Over-beke-buurt waren dan ook snel aan renovatie toe. Maar zolang Beau-
thier burgemeester was – en dat was hij van 1960 tot aan zijn dood in 1999 –, gebeurde er nauwelijks iets. Na 2000 kwam de leiding van De Villa’s in nieuwe handen. “Dat was een echte ommekeer,” zegt huidig PS-burgemeester Michèle Carthé. Er werd beslist om de vier stervormige gebouwen, die er het slechtst aan toe waren, een voor een grondig te
renoveren. Sibelga installeerde voor de vier blokken samen één energie-zuinige warmtekrachtkoppelingsin-stallatie die de dure verwarming op stookolie verving. Volgens directeur Jean-Pierre Ploeghmans van De
Villa’s zijn de huurlasten voor de be-woners van de 436 appartementen hierdoor al tien jaar niet gestegen. Vervolgens werd ‘den 245’ helemaal opgeknapt, en nu dus ook ‘den 247’. Het dak werd volledig geïsoleerd, het beton aan de gevels en de terrassen werd hersteld en de immense ‘gor-dijngevel’ – een opeenstapeling van enkel glas met gele, houten panelen ertussen – werd vervangen door een stevige gordijngevel van dubbel glas en blauw aluminium. Blauw, omdat het gebouw moet verwijzen naar het water. De architect van de renovatie heeft immers bedacht dat de vier ge-bouwen voortaan de vier elementen – aarde, water, vuur en lucht – zullen voorstellen.Binnen gebeurde niets, alleen de hal werd opgefrist. De renovatie kostte bijna 3,5 miljoen euro en werd be-taald met een lening van het Gewest.
HysterischDe bewoners, die tijdens de verbou-wing in hun woning konden blijven, hebben veertien moeilijke maanden achter de rug. Ze waren afgelopen woensdag dan ook allemaal uitge-nodigd op de feestelijke heropening.“Het is nu echt een plezier om het gebouw binnen te gaan. En boven kan ik weer lekker op mijn terras zitten,” zegt Amédée Gentile. Vroe-ger had hij zowel in Spanje als in Brussel een optrekje, maar “door omstandigheden” is hij ze kwijtge-speeld. Sinds een jaar of vijf woont hij daarom in een studio op de zesde verdieping van ‘den 247’. “Het is hier nu mooi wonen, alleen jammer dat de huurders zo weinig respect voor elkaar hebben. Sommigen zeggen zelfs geen goeiedag.”Twee medebewoonsters treden hem bij. “Naast mij woont een Afrikaan-se familie die ’s nachts altijd kabaal maakt,” zegt de ene. De andere wordt geplaagd door het geschreeuw van een hysterische buurvrouw, die haar ook al eens te lijf ging. Ze heb-ben geklaagd, maar dat heeft tot nu toe niet geholpen. Martial Dewaels (LB), voorzitter van De Villa’s en ook schepen in Ganshoren, houdt inder-daad de boot af. “Er zijn er die altijd klagen. Het zijn vaak mensen die alleen achterblijven in een te grote flat en dan moeite hebben als er een groot gezin naast hen komt wonen.” Wat vindt Marie-Thérèse Dereu-maux, de bejaarde voorzitster van de adviesraad van de huurders, ervan? Ze woont zelf op de zeven-tiende verdieping van ‘den 34’, die in principe vanaf januari onder handen wordt genomen. De vriendin met wie ze op wandel is, woont in ‘den 36’. Eigenlijk was die toren eerst aan de beurt voor renovatie, maar ‘den 34’ heeft twee jaar geleden zo zwaar geleden onder een storm dat zeven appartementen onbewoonbaar wa-ren geworden. “Ook bij mij zijn de chassis helemaal rot en scheef. Ik kan mijn ramen niet meer openen,” zegt Dereumaux. En volgens haar vriendin klopt het dat sommige huurders niet weten wat samenle-ven in een woonblok betekent. Maar voor het overige wonen beide dames graag in De Villa’s. “Er is veel groen, er is een speelpleintje, maar vooral: het is hier gezellig, convivial.”�� Bettina�Hubo
BD
W R
EGIO
GANSHOREN – Na ‘den 245’ heeft de socialehuisvestingsmaatschappij De Villa’s van Ganshoren nu ook ‘den 247’, de woontoren aan de Van Overbekelaan 247, aan de buitenkant opgeknapt. De bewoners zijn tevreden dat het niet meer tocht, dat de ramen weer open kunnen en dat ze lekker op hun terras kunnen zitten. Maar de burenhinder is gebleven.
De sociale woningen waren de electorale jackpot van PSC-burgemeester Beauthier
BDW 1255 PAGINA 11 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010 ADVERTENTIE
Het gemeenschapscentrum in de Sint-Lambertusstraat koestert grote muzikale ambities: het wil ook melomanen uit ande-re gemeenten (en verder) naar Op-Weule lokken.
Ellen Braet, communicatieverantwoorde-lijke van Op-Weule, doet de plannen uit de doeken: “Wij willen jazz en folk van niveau brengen. We bouwen verder op de traditie van ons lokale jazzgenootschap en willen van die muziekvorm ook ons paradepaardje maken. We kampen met personeelstekort, maar dromen doet leven. En we hebben een goede zaal.” Kenners van dit deel van de stad weten dat het om een grondig omgebouwde loods gaat, waar decennialang de gemeente-lijke vuilniswagens werden gestald.
Op 26 november komt Trio Bodurov langs, een gereputeerde Nederlandse jazzgroep met Bulgaarse roots. Braet over hen: “Ui-terst eigentijds en toch geïnspireerd door de Bulgaarse volksmuziek.” Een ander on-gewoon (naamloos) trio verzorgt het voor-programma, met hun vrije geïmproviseerde muziek. En als kers op de taart is er Filip Vandeputte, die op muziekmotieven stripte-keningen maakt. Zijn Jazz drawings hangen in Op-Weule tot en met 19 december.
� Lieven�Bulckaert
Jazz in Op-Weule op 26 november. Gratis expo vanaf 19.30 uur; concert om 20.30 uur (kaartjes 10 euro; cultuurwaardebon welkom). Meer op 02-775.92.00
Een nieuw muzikaal mekkaSint-Lambrechts-Woluwe > Op-Weule heeft plannen
Voorwaar geen kakmachine, maar een be-tonmolen in roestig cortenstaal, gotische stijl. Vorige week dinsdag maakte de buurt achter de KVS kennis met ‘Truck’, een kunstwerk van Wim Delvoye.De plaatsing van het negen meter lange ge-vaarte heeft heel wat staal in de aarde gehad. Zes jaar geleden al besliste het stadsbestuur
om het werk te plaatsen, maar door buurt-protest geraakte de betonmolen niet op de geplande plaats. Volgens buurtbewoners zou ‘Truck’ gebruikt worden als vuilnisbak en zouden kinderen zich weleens lelijk kun-nen snijden aan het staal.De roestige molen kost het stadsbestuur 300.000 euro. CD
Een veelbesproken betonmolen in kathedraalstijl
Brussel > Wim Delvoyes ‘Truck’ geparkeerd achter KVS
Kunstenaar Wim Delvoye (r.) bij zijn ‘Truck’.
© B
AR
T DE
WA
EL
E
OP ENERGIEjACHT IN lAKEN
LAKEN – De KWB gaat ook dit seizoen weer ‘op energiejacht’. De actie loopt van de-cember tot maart. Gezinnen kunnen een klimaatmeester vragen om bij hen thuis op zoek te gaan naar energieverlies. Op 18 november om 20 uur is er in café Nekkersdal een startavond waarop de vroegere deelnemers aan de klimaatwijken aan het woord komen en waarop enkele uitstappen rond ecologie gekozen worden. � HUB
OP BANENjACHT IN KOEKElBERG
KOEKELBERG – De Draaischijf Tewerkstelling organiseert op 18 november van 9 tot 12 uur de beurs Paspoort voor werk in Sportcentrum Victoria in de Autriquestraat. Sodexho, Sibelga, de politiezone Brussel-West en een heleboel andere werkgevers zullen aanwezig zijn. De bezoekers kunnen ook advies over beroepsoriëntering, op-leiding en solliciteren inwinnen bij organisaties als Actiris en Tracé.� HUB
TElE
XREG
IO
ADVERTENTIE
SNISAMENSTUDEREN
INSCHRIJVEN NA AFSPRAAK (02/5231520) OP 17 EN 22 FEBRUARI
BERGENSESTEENWEG 1421, 1070 ANDERLECHT - WWW.SNI.BE
27 NOVEMBER ‘10 VAN 13 TOT 17U.
OPENDEURDAGSINT-NIKLAASINSTITUUT
We kunnen nog meer doen om afval te verminderen.
A l'initiative de la Ministre bruxelloisede l'Environnement, de l'Energieet de la Rénovation urbaine.ALLE BEETJES HELPEN, WANT WE ZIJN MET MEER DAN ÉÉN MILJOEN BRUSSELAARS.
Wist u dat u door een bezoekje te brengen aan bepaalde winkeliers u het leefmilieu beschermt ? U gaat bijvoorbeeld naar een schoenmaker en laat uw schoenen herstellen in plaats van ze weg te werpen en een nieuw paar te kopen. Resultaat: minder afval, maar ook een mooie besparing !Herstellers, verhuurders, tweedehandswinkels, brocanteurs, retoucheerzaken, ruilbeur-zen, ruilwebsites, bibliotheken, spelotheken, ... In Brussel bieden duizenden winkels en diensten u de mogelijkheid om uw hoeveelheid afval aanzienlijk te beperken. 3 info 02 775 75 75 - www.leefmilieubrussel.be
Een in i t i a t i e f van de Brusse lse M in is te r voor Lee fm i l i eu , Energ ie en Stadsvern ieuwing .
BDW 1255 PAGINA 12 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
ADVERTENTIE
BD
W R
EGIO
De Diksmuidelaan, die van het kanaal naar het IJzerplein loopt, krijgt deze winter een grondige beurt. De rijweg wordt smaller, er komt een fietsstrook in beide richtingen en de kasseien verdwijnen. Onder de platanen komt een promenade met bankjes en een petanquebaan. De laan blijft voorlopig wel buiten de zone 30 van de Vijfhoek.
In het kader van het wijkcontract De Kaaien ondergaat de Diksmuidelaan de komende acht maanden een heraanleg van gevel tot gevel, vernam brusselnieuws.be. De kassei-en verdwijnen, behalve in de parkeerstrook langs het trottoir. Die strook wordt beme-ten op vrachtwagens die regelmatig de vele (groot)handelszaken in de straat aandoen. Het autoverkeer wordt in beide richtingen be-perkt tot één duidelijk afgelijnd baanvak. Door die ingreep is er plaats voor een fietsstrook. Om het kruispunt met de Ieperlaan veiliger te maken voor voetgangers wordt er een ver-keersplateau aangelegd.De huidige parkeerplaatsen onder de platanen verdwijnen. In de plaats komen nieuwe par-keerplaatsen langs de middenberm. Zo wordt het verlies van parkeerplaatsen beperkt. De vrijgekomen ruimte op de middenberm wordt een promenade voor voetgangers, met zitban-ken en twee petanquebanen.De heraanleg gebeurt in vier fasen. Deze week beginnen de werkzaamheden in het stuk tus-sen de Ieperlaan en het kanaal langs de kant
Diksmuidelaan wordt rambla met petanquebaanBrussel > Heraanleg in vier fasen
Onder de platanen van de Diksmuidelaan komt een promenade.
PANELLEDEN: WOUTER BEKE - SIEFRIED BRACKE - JOHAN BRAECKMAN
FRANKY BUSSCHE - WIM DISTELMANS - FREYA PIRYNS
MARLEEN TEMMERMAN - CHRISTINE VAN BROECKHOVEN
GUY VANHENGEL
1 0 D E C E M B E R - D A G V A N D E M E N S E N R E C H T E N C E N T R A M O R E L E D I E N S T V E R L E N I N G B R U S S E L - J E T T E S T E L L E N V O O R : F I L M P R E M I È R E E N P A N E L G E S P R E K
over mijn leifFILMPROJECT VAN DE KVS,
HET LEVENSEINDE INFORMATIEFORUM (LEIF),
HET DAGCENTRUM TOPAZ EN DE
CENTRA MORELE DIENSTVERLENING BRUSSEL-JETTE.
REGIE: MANU RICHE,
SCENARIST-AUTEUR: RUDI BEKAERT,
MAGRIET DE MAEGD
PANELGESPREK MET VRAAGSTELLING.
MODERATOR: YVES DESMET
VRIJDAG 10 DECEMBER 2010 VANAF 19U
KVS - BOL
LAKENSE STRAAT 146, 1000 BRUSSEL
INFO & RESERVATIE: CENTRUM MORELE DIENSTVERLENING JETTE
TEL: 02/513.16.33 OF EMAIL [email protected] DEELNAME IS KOSTELOOS.
LEIF IS EEN OPEN INITIATIEF VAN MENSEN EN VERENIGINGEN DIE STREVEN NAAR EEN
WAARDIG LEVENSEINDE VOOR IEDEREEN, WAARBIJ RESPECT VOOR DE WIL VAN DE
PATIËNT VOOROP STAAT. MET STEUN VAN DE INSTELLING MORELE DIENSTVERLENING BRUSSEL.
ONDER AUSPICIËN VAN UNIE VRIJZINNIGE VERENIGINGEN VZW.
van de even huisnummers. Dat stuk is nu al beperkt tot plaatselijk verkeer door de werk-zaamheden aan de westelijke Kleine Ring. Daarna volgt het stuk tussen het IJzerplein en de Ieperlaan. In het voorjaar van 2011 wordt de andere rijrichting aangepakt, en tegen de zomervakantie zou het werk af moeten zijn.Het geld voor de opknapbeurt komt van Be-
liris, het federaal fonds voor de verfraaiing van de hoofdstad.
Zone 30 of niet?Met de hertekening wil de Stad Brussel de Diksmuidelaan aantrekkelijker maken voor zwakke weggebruikers. Toch blijft de straat voorlopig buiten de zone 30 van de Vijfhoek. Schepen van Stedenbouw Christian Ceux
(CDH) wil de snelheidsbeperking naar ei-gen zeggen wel invoeren, maar hoewel de laan een gemeenteweg is, kan hij dat niet zomaar doen omdat de Diksmuidelaan officieel deel uitmaakt van... de Kleine Ring. Dat betekent dat de Brusselse re-gering het laatste woord heeft. Over de kwestie is overleg gepland tussen de Stad Brussel en staatssecretaris voor Mobili-teit Bruno De Lille (Groen!) en minister van Vervoer Brigitte Grouwels (CD&V).Dat de Diksmuidelaan deel uitmaakt van de Kleine Ring, heeft een historische en een verkeerstechnische reden. Ten eer-ste volgt de laan het tracé van de tweede stadsomwalling, die in de twintigste eeuw plaatsmaakte voor de lanen van de Kleine Ring. Ten tweede is een alter-natieve weg vinden voor het doorgaand verkeer niet vanzelfsprekend door het hoogteverschil op de aansluiting van de Negende Linielaan (langs het kanaal) met de Sainctelettesquare.Hoe dan ook zou de Diksmuidelaan er te-gen volgende zomer een stuk beter moe-ten uitzien. Op de hoek met de Negende Linielaan werd eerder dit jaar ook al een oud krot gesloopt. Een projectontwikke-laar plant daar een nieuw appartements-blok met winkelruimte op de gelijkvloer-se verdieping. � Laurent�Vermeersch/�
brusselnieuws.be
© G
OO
GL
E EA
RTH
BDW 1255 PAGINA 13 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010B
DW
REG
IO
Het sociaal restaurant Snijboontje, ‘De Snij’ voor de vrienden, bestaat 25 jaar. Voor die ver-jaardag wordt Shakespeares Midzomernachts-droom opgevoerd.
In 2008 werd in het restaurant een theatergroep opgericht met de steun van het Huis van Culturen en Sociale Samenhang en de Koning Boudewijn-stichting. De bedoeling was vooral om de (veelal oudere) klanten die dagelijks in het Snijboontje komen eten, over te halen om toneel te spelen. Volgens coördinatrice Michèle Moureaux lukt dat aardig. “Dit is nu toch al de tweede voorstelling die we in elkaar steken. We werken vooral met oudere mensen, die dagelijks bij ons komen eten. Hen overhalen was geen makkelijke opdracht omdat ze het niet gewoon zijn om in the picture te staan. Ze leven nogal geïsoleerd in Molen-beek. Maar we zijn er toch in geslaagd een leuk groepje samen te stellen. Het is ongelooflijk wat voor een positieve invloed thea ter op hen heeft. Ze ontmoeten anderen, raken uit hun isolement, worden zelfverzekerder. Ze voelen zich beter in hun vel, en dat merk je aan kleine dingen. Ze gaan zich mooier kleden en beter verzorgen. Ze
komen letterlijk voor het voetlicht te staan.”Over een week staat A midsummer night’s dream van Shakespeare – een stuk over ontrouw, intri-ges en relaties – geprogrammeerd in het Huis van Culturen en Sociale Samenhang. Het stuk wordt opgevoerd voor de 25ste verjaardag van het Snijboontje. ‘De Snij’ was midden jaren 1980 het eerste sociale restaurant van België, ontstaan op initiatief van de lokale vereniging De Groene Poort en de Brusselse Sint-Vincentiusvereniging. Ondertussen is De Snij uitgegroeid tot veel meer dan een sociaal restaurant: zo worden er films, wandelingen en excursies georganiseerd. Maar uiteraard kunt u er ook nog altijd terecht voor een maaltijd. Per dag bereikt het restaurant een 35-tal mensen.� Matthias�Vanheerentals
Sociaal restaurant Snijboontje, Oostende straat 2, 02-410.85.27, [email protected]. Midzomernachtsdroom/Songe d’une nuit d’été van Shakespeare op woensdag 24, donderdag 25 en vrijdag 26 november om 20 uur in het Huis van Culturen en Sociale Samen-hang, Mommaertsstraat 4
Molenbeek gaat aan het midzomernachtsdromen
Sint-Jans-Molenbeek > Theater voor 25 jaar sociaal restaurant Snijboontje
Uit de vaste klantenkring van het Snijboontje werd een toneelgroepje gerekruteerd.
© S
AS
KIA
VA
ND
ER
STI
CH
EL
E
We schrijven eind jaren 1970, de tij-den van het legendarische Brusselse muziekfestival Mallemunt. Ene Jacques De Lange, een inwijkeling uit Ninove, maakt het mee. Hij ziet dat het goed is en neemt een besluit. Hij moet en zal in hartje Brussel een kroeg openen die als creatieve ontmoetingsplaats haar plek moet versieren in onze stad. Zo gezegd, zo gedaan en café Het Vermoeden opent zijn deuren. Door dit initia-tief, en door de energie en vinding-rijkheid die hij erin weet te pompen, gaat Jacques De Lange in Brussel bekendstaan als ‘De Jacques’. Nu De Jacques op 55-jarige leeftijd het tijdelijke voor het eeuwige heeft in-gewisseld, zal dat ook wel zo blijven.De Jacques werd mijn vriend zoals hij die van velen geworden is. Dat Het Vermoeden dé ontmoetings-plaats werd van mensen die er te-genstrijdige en botsende ideeën op nahielden, zal daar zeker niet vreemd aan zijn. En temidden van dat alles – het feestgedruis, de ver-
hitte discussies, de liefdes die ont-loken – was er De Jacques. Met zijn specifieke humor, die altijd met een mild sarcasme flirtte. Met een so-ciaal en politiek engagement dat hij soms in daden wist om te zetten. Mij hoefde hij er persoonlijk niet van te overtuigen dat onze dromen op dat gebied misschien niet altijd werkelijkheid zouden worden. Maar hij droeg zijn steentje bij, opdat we er toch in zouden blijven geloven. Jacques heeft ons iets geleerd en meegegeven. Ook toen hij, naar het einde toe, een soort kluizenaars-bestaan aankleefde, werd er onder zijn vrienden geregeld naar hem geïnformeerd. Dat hij ons in stilte verlaten heeft, sterkt ons in de over-tuiging dat hij tijdens zijn te korte verblijf in dit ondermaanse puik werk geleverd heeft: hij heeft ons allemaal een schijfje geluk en wat vrolijkheid meegegeven. Daarvoor zullen we hem dankbaar blijven. Sa-lut, Jacques.� Freddi�Smekens
Salut, JacquesBrussel > In memoriam Jacques De Lange
De gemeente Jette vreest dat vijf hectaren van het Laarbeekbos zul-len verdwijnen wanneer de Vlaamse regering haar plan uitvoert om de Grote Ring te verbreden. Het ge-meentebestuur is dan ook van plan zich met hand en tand te verzetten tegen de uitbreiding. Schepen van Leefmilieu Claire Vandevivere (LBJ) nam alvast het initiatief voor een webpetitie. De petitie kan onderte-kend worden op www.jette.be/peti-tie.Op zondag 27 november wijdt het
gemeentebestuur ook twee borden in aan het Laarbeekbos, tegen de verbreding van de Ring en voor het behoud van het bos. Dat wordt ge-combineerd met een wandeling.Het gemeentebestuur is ervan over-tuigd dat de verbreding alleen maar tot meer verkeer, CO2, fijn stof en lawaaihinder zal leiden. Nochtans bestaan er alternatieven, zoals het openbaar vervoer en carpoolen fi-nancieel aantrekkelijker maken en flexibele werkuren.� Bettina�Hubo
Gemeente houdt petitie voor behoud Laarbeekbos
Jette > ‘Uitbreiding Ring: vijf hectare bos weg’
FASTENAEKENS
© G
ILB
ER
T FA
STE
NA
EK
EN
S
Rogierplein, Sint-Joost-ten-Node, circa 1922.
Correspondentie, honderd gedateerde Brusselse prentbriefkaarten en corresponderende foto’s van Gilbert Fastenaekens, nog tot en met 24
december in het Archief van de Stad Brussel (Huidevettersstraat 65), op www.arpeditions.org en op www.brusselnieuws.be/fastenaekens.
Rogierplein, Sint-Joost-ten-Node, 18 augustus 2009, 15.15 uur.
BDW 1255 PAGINA 14 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
23 november 1995: Harry Mulisch ontvangt de Prijs der Nederlandse Letteren uit handen van koning Albert II. Uit Mulisch’ dankrede: “Na mijn dertien illustere voorgangers (...) ben ik de eerste die de Nederlands-Vlaamse taalgemeenschap ook min of meer lijfelijk representeert.”
©TA
ALU
NIE
Literatuur > Bij de dood van Harry Mulisch (1927-2010)
Beginnen in Brussel, eindigen in Jeruzalem
Over W.F. Hermans in Brussel, en Brussel in Hermans’ werk, valt heel wat te zeggen, en Jeroen Brouwers heeft dat dan ook gedaan, in Het aardigste volk ter wereld (1996).Met Mulisch ligt het anders. Tal van steden spelen een rol in zijn le-ven en werk: Haarlem, Amsterdam, Berlijn, Dresden, Wenen, Venetië, Rome, Parijs... Als men de volle-dige lijst opmaakt, bungelt Brussel ergens onderaan. Toch is het hier dat de ‘aardse’ geschiedenis van De ontdekking van de hemel begint, om te eindigen in Jeruzalem. “In Brussel” wordt de “knappe jonge of-ficier” Wolfgang Delius “ingekwar-tierd bij de familie Weiß, waar zijn toekomstige vrouw nog met een pop op de grond zat” (blz. 12). Mulisch transplanteert hier de allereerste ontmoeting tussen zijn ouders, in het Antwerpen van 1918, naar de bezette hoofdstad. Zo verandert de reële Antwerpse familie Schwarz in de fictieve Brusselse familie Weiß.
Als Duitstalige joden kunnen zij be-ter opschieten met de bezetters dan met de autochtonen: “Weiß, al lang blij dat hij weer te midden van land- en taalgenoten was, reed (...) met de militaire gouverneur in een open auto over de Boulevard Anspach, en dat ontging de brusselaars niet. (...) De dag na de wapenstilstand (...) moest hij hals over kop vluchten met zijn gezin. Naar Nederland dus” (blz. 13). Daar komt jaren later Max ter wereld, in wie men Mulisch her-kent.De ontdekking van de hemel ver-scheen in de herfst van 1992. Her-mans woonde toen al bijna een jaar in Brussel. En rond die tijd ar-rangeerde Freddi Smekens, die kind aan huis was geworden bij ‘Wim en Emmy’, een avond in La Terras-se, waar een paar van zijn vrienden de meester konden ontmoeten. Ik had De ontdekking van de hemel pas verslonden, en Fred had me gezegd dat Hermans het boek nauwgezet aan het lezen was. Maar toen ik dat die avond ter sprake bracht, ont-kende Hermans het met grote stel-ligheid: “De ene banketbakker eet
toch geen pasteitjes van de andere!”
In Brusselse paleizenDe Hermans van toen had vijftien jaar eerder de Grote Prijs der Ne-derlandse Letteren ontvangen uit de handen van koning Boudewijn, die hij om die reden op de handen droeg.Mulisch ging er rebelser tegenaan, toen dezelfde eer hem in 1995 te beurt viel. Hij bleef tijdens de uit-reikingsceremonie in het koninklijk paleis koppig rechtop staan, hoewel de vorst (Albert II, ondertussen) hem vriendelijk maar dringend tot zitten aanmaande.Net zo kaarsrecht had hij 22 jaar eerder al op een podium gestaan van het lager gelegen Brusselse pa-leis dat thans Bozar heet. Tijdens die voordracht zag ik hem voor het
eerst: in mijn studententijd, toen ik aan de licentiaatsverhandeling Het niets bij Mulisch werkte. Het publiek mocht vragen stellen, maar niet mondeling. (Pas decennia later zou ik vernemen dat hij vrijwel doof was aan één oor.) Na de pauze viste hij de papiertjes een voor een uit een korf, las de neergeschreven vraag voor, en beantwoordde haar. Maar toen de mijne aan de beurt was, zei hij al-leen: “Goede vraag. Ik zou er niet zo gauw een antwoord op weten.”36 jaar later stelde ik hem in datzelf-de kunstenpaleis een nieuwe vraag, ook nu weer op papier, maar ditmaal 345 bladzijden lang. Ik had zijn oeuvre herlezen met de bril van een hypothese – wat is dat anders dan één grote vraag? – en er een boek over geschreven. Na een interview voor een flink gevulde zaal zat hij te
signeren in de Bozar Shop: een stoet lezers trok voorbij, en plots kreeg hij een boek onder de neus geschoven dat niet van, maar óver hem was. Zijn pen schrok er even van. Zoals hij zelf tijdens een groepsaudiën-tie De ontdekking van de hemel had overhandigd aan de paus, zo schonk ik hem – alle verhoudingen in acht genomen – De exegese van het Tegen-boek. Hoe hij precies reageerde, zal men kunnen lezen in de Paralipo-mena bij dat eerste boek – uiteraard onder het lemma ‘Paus’.Ik stuurde het boek in die tijd (eind maart 2009) ook naar BDW; het werd besproken door Michaël Bel-lon, niet bepaald een liefhebber van Mulisch’ werk. Toch kwam hij er nog twee keer op terug: rond Kerst-mis, weer in BDW, en rond Nieuw-jaar, toen de Standaard der Letteren wilde weten welk boek in 2009 niet “de aandacht kreeg die het verdien-de.” Bellon motiveerde zijn keuze zo: “Struelens verdedigt de stelling dat Harry Mulisch de hand had in Dan Browns De Da Vinci Code. Dat is niet meer bij de haren getrokken dan het werk van Mulisch en Brown zelf.” Een aardig nieuwjaarsgeschenk, waarvoor ik Bellon oprecht dank-baar blijf. Wel jammer, natuurlijk, dat mijn eerbetoon aan de groot-meester hier gebruikt werd om hem neer te halen. Wat Brussel betreft verstrengelen Mulisch’ leven en werk zich mis-schien het leukst rond De knop, een farce die in 1960 in première ging in het Paleis voor Schone Kunsten. De voorstelling werd verstoord door heftig Franstalig protest, wat ont-aardde in een ware veldslag tussen “het zuidelijk blok” en “de noordelij-ke kultuur”, zoals Mulisch zelf iro-niseerde. Want in de uitgave van het stuk lardeert hij de toneeltekst met evocaties van het tumult, waarbij hij tal van Franse beschimpingen via ‘vertalende’ voetnoten omzet in... complimenten. Het geheel is zo hi-larisch, dat het mij als zeventienja-rige over de grond deed rollen van de pret. Ook nu ik het herlees, ween ik tranen van het lachen. Op Mulisch’ uitvaart in de Amsterdamse Stads-schouwburg bleek hoe dicht lachen en huilen in Harry’s wereld bij el-kaar kunnen liggen.Heeft Brussel al aan Mulisch ge-dacht als winnaar van de volgende Nobele Prijs? Dat is een postume, ietwat speelse hommage van het internationale literatuurhuis Passa Porta aan de allergrootsten die, om wat voor reden dan ook, in Stock-holm uit de boot vielen. De eerste laureaat, in 2006, was Jorge Luis Borges. Hij stuurde zijn weduwe. Iets wat Kafka hem in 2008 niet kon nadoen, maar Claus een jaar later dan weer wel. Mulisch zou mooi in dat rijtje passen: met Claus was hij bevriend, en werkte hij zelfs samen (Reconstructie, 1969); de geest van Kafka waart door zijn roman De procedure, en de enige schrijver die hij zelf ooit een handtekening vroeg, was Borges.� Jan�Struelens
Jan Struelens is schrijver (onder meer van De exegese van het Tegenboek – Mulisch’ oeuvre en The Da Vinci Code) en tekenaar
“Zoals Mulisch De ontdekkingvan de hemel overhandigde aan de paus, zo schonk ik hem De exegese van het Tegenboek”
BDWOPINIE
BRUSSEL – Jan Struelens haalt herinneringen op aan de op 30 oktober overleden schrijver Harry Mulisch, en aan diens passages in Brussel.
BDW 1255 PAGINA 15 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
BDWOPINIEMosselfiledoor Anne Brumagne
Er was geen ongeluk gebeurd, er was toen geen wateroverlast, geen drukte naar de kust. En toch stond er onlangs op een ochtend in het weekend een file op de E40 van Wetteren tot Sint-Denijs-Westrem, een forse afstand om stapvoets af te leggen. Volgens een nieuwssite moest de oorzaak worden gezocht bij de mosselactie van de Ikea-vestiging op Flanders Expo. Je kon in de meubelwinkel mosselen gaan eten voor een luttele vijf euro. Dat, én de Countryside-beurs over landelijk wonen (!)
in de hallen van Flanders Expo, zorgden voor de verkeersopstopping. (Bij Ikea zelf hebben ze naar verluidt geen problemen gehad om al die mosselliefhebbers op hun wenken te bedienen.)Het geeft te denken voor de toekomstige doorstroming op de nu al overvolle Brusselse Ring zodra in Machelen het megashoppingcenter Uplace op volle toeren zou draaien. Zoals bekend wil men bij Uplace aan eventshoppen gaan doen – een grootscheeps mosselfestijn tegen dumpingprijzen behoort er dus zeker tot de mogelijkheden. Vorige week kwamen Uplace en de Brusselse tegenhanger op de Heizel, Neo, nog in het nieuws door een welles-nietesspelletje tussen Brussels minister van Economie Benoît Cerexhe en Vlaams minister-president Kris Peeters over de naderende concurrentieclash tussen de twee shoppingprojecten. “Ik heb maanden geleden een brief geschreven om te overleggen,” beweerde Cerexhe. “Ik heb geen brief gehad,” repliceerde Peeters, “maar ik wil zeker overleggen.”Of brieven doen er tegenwoordig erg lang over van Brussel naar Brussel. Of beide ministers moeten de dossiermappen met in- en uitgaande post op hun respectieve kabinetten dringend eens con-troleren. Of het gaat er tussen de gewesten soms toch een beetje kinderachtig toe. Of men probeert vooral niet te discussiëren over de grond van de zaak: dat beide shoppingcentra moordende concurren-tie zullen zijn voor elkaar, maar vooral voor de bestaande handels-kernen. En ook dat de Ring verbreden om de files tegen te gaan, zoals men nu van plan is, weinig soelaas zal bieden. Verkeersexperts herhalen uitentreuren dat een bredere Ring de aanzuigkracht voor de auto op termijn alleen maar vergroot.De overheden zouden hier toch eens wat explicieter de kaart van het milieu mogen trekken. Wij als burgers overigens ook. Van heinde en verre de autosnelweg op om mosselen te gaan eten, dat moeten we misschien toch eens afleren.
EVA HILHORST
BRIEVEN VAN LEZERS [email protected]
Halal en vegetarisch
Dit is een reactie op ‘Liever vegetarisch dan halal’ in BDW 1253 van 4 november (blz. 6). Waarom doet de laïci teit niet gewoon aanbevelingen naar de eigen leden? Waarom zeggen jullie niet: “Wij raden onze vrijzinnige leden aan om vegetarisch te eten”? Dat zou correct zijn, dat zou ge-woon normaal zijn. Net zoals bijvoorbeeld moslims zeg-gen: “Wij raden onze leden aan om halal te eten.”Wat is neutraliteit? Het feit dat iedereen zonnebank-blanc cassé moet zijn? Voor de vrouwen een kort rokje, de man-nen in lange broek? Dat is het blijkbaar niet. Wat is het dan wel? Je geloof niet tonen. Voorlopig mogen gebrui-kers van de staat het nog wel, maar werknemers van de overheid niet. Het gezicht van de staat moet neutraal zijn. Wel, daartegen zeg ik neen. De staat is de mensen die er deel van uitmaken. De mensen die er leven, wonen en werken. Laat die mensen de staat dan ook vorm geven en vertegenwoordigen. Als er tien procent moslims in België leven, laat hen dan met tien procent vertegenwoordigd zijn, ook in frontdesk-overheidsfuncties. Waarom die uitzondering voor scholen? Elk geloof heeft zijn opvoedingsmodel. En op school moet je dat juist be-vestigen, dat is de identiteit van de kinderen. Dat bete-kent niet alleen de bevestiging van ‘jij bent zwart en jij bent wit’, maar ook van ‘jij bent moslim en jij bent jood, en jij hebt het volste recht zo te zijn, en zo aanvaarden wij jou.’ Maar wat zien we? Een spook dat weer opdoemt, het spook genaamd zieltjes winnen. Van iedereen kleine laïekskes maken op school.Is dat wat jullie willen? Dat we allemaal vrijzinnig en neu-traal worden? Iedereen conform en universeel uniformis-tisch. Maar diep in ons hart volstrekt eenzaam. Omdat we onze zielsgenoot niet meer herkennen. Omdat iedereen zich neutraal op de vlakte houdt, onverschillig, zonder overtuiging. Volgens mij ligt het hart van de intercultu-rele samenleving bij het naast elkaar laten bestaan en het bevestigen van de verschillende gemeenschappen. Laat elke gemeenschap naar de eigen leden toe aanbevelingen doen. Als iedereen voor zijn eigen deur veegt, zal het een schone straat worden. En de interculturaliteit dan? Bruggen bouw je met stevige pilaren. Als iedereen goed weet waar hij voor staat, dan pas kun je tot een echt, volwaardig dialogeren en samen-leven komen. Intussen verblijf ik, met vriendelijke groeten en vermomd in neutraal,� K.�Van�den�Bossche,�Laken
11.11.11
BDW is een goed kanaal om het Brusselsminnend volk vlot te bereiken. Wij, vrijwilligers van 11.11.11, zijn daarom altijd dankbaar als we een aanbod krijgen om in een interview onze zaak te bepleiten. De reporter infor-meert correct naar overeenkomsten en verschillen tus-sen Vlaanderen en Brussel en nadien ook binnen Brus-sel zelf. Een verhaal van een uur dat aanleiding geeft tot veel nuances, wellicht te veel om te worden vervat in de twee kolommen van blz. 11 in BDW 1254. Een aantal redeneringen worden in het artikel compact gestapeld en de spreekwoordelijke bocht, waar men dan kort door zou kunnen gaan, wordt zelfs één rechte lijn.Waar ik niet alleen de solidariteit met de zwakke mede-burger van deze planeet bepleit, maar ook solidair be-grip wil tonen voor de stedelijke positie van de Brusselse 11.11.11-comités, lijkt het in dit artikel alsof alleen El-sene goed bezig is. Wat een compliment aan het buurco-mité van Watermaal-Bosvoorde moest zijn, leest zelfs als een affront.Omdat ik mijn huis nog uit wil zonder al te veel schaam-rood op de wangen, volgt hier een poging om de redene-ring te ontwarren. Waar deur-aan-deuracties typisch zijn voor meer landelijke gemeentes van Vlaanderen, zal men
in een stedelijke multilinguïstische omgeving, in Brussel dus, eerder kiezen voor formules waarbij het publiek uit-genodigd wordt. Het contact met het publiek is collectief, maar duurt langer. Ideaal om het verhaal genuanceerd kwijt te kunnen aan een beperkt, maar select publiek. Deze eerder inhoudelijke aanpak resulteert wel in een minder grote financiële opbrengst. De uitzondering die de regel bevestigt, is de 11.11.11-actie van Watermaal-Bosvoorde. Deze groep slaagt erin naast de voornamelijk inhoudelijke werking ook nog eens flink wat geld in het laatje te brengen.Beste medelezers, overtuig uzelf door bij een volgende 11.11.11-actie te proeven van het gevarieerde aanbod in heel Brussel en zeker ook Bosvoorde te vereren met uw bezoek.� Stefan�Martens,�Elsene
Ook Lieven Vanhemelrijck uit Watermaal-Bosvoorde rea-geerde op het “foutieve citaat dat door BDW in de mond gelegd werd van onze vrienden van 11.11.11-Elsene”. Hij schrijft onder meer: “De Werkgroep Vrede en Ontwikkeling van Watermaal-Bosvoorde werkt het hele jaar door aan be-wustmaking rond de Noord-Zuidproblematiek en niet enkel tijdens de jaarlijkse campagne in november.” Voorts betreurt hij dat “door besparingen in de VGC (...) de erkenning van de nieuwe bovenlokale vereniging 11.11.11-Brussels Hoofdste-delijk Gewest in het gedrang (komt).”
Verfransing
Jazeker, Robert De Groote uit Vorst (‘Brieven van lezers’, in BDW 1253 van 4 november, blz. 13) heeft gelijk, over-schot van gelijk. Ik moet eruitzien als ’n ‘echte Brusselse madame’. Heel dikwijls word ik aangesproken door toe-risten. Ik pas dan de woorden van Aug. Vermeylen toe: ‘Vlaming zijn om Europeër te worden’. De doorsnee Vla-ming spreekt mij altijd aan in het Frans (vlot, aarzelend, stuntelig).Vlamingen, wees toch fier en ongeknecht. Spreek Neder-lands als u om informatie wordt gevraagd. Ofwel is de aangesproken persoon fier dat hij of zij het zó goed kan zeggen, ofwel voelt hij of zij zich ongemakkelijk als be-kend wordt dat hij of zij nog altijd geen Nederlands kent. Dan begint uw taak! Spreek over gratis avond- en zon-dagslessen. Is hij of zij te agressief, zeg dan gewoon, met stijl: “Ik zal een schriftelijke klacht indienen.” (...)�� Janine�Schavy,�Ukkel
Sorteren
Als gehandicapte senior is het heel moeilijk de regels voor de afvalsortering in Laken te volgen.Mijn persoonlijke suggestie: op het etiket van elk con-sumptieproduct een aanwijzing eisen van de fabrikant: witte, gele of blauwe zak.Voor het afhalen van grofvuil zegt de dienst van het Hoofdstedelijk Gewest van 6.30 tot 13 uur naast uw vuil-nis op de stoep de wagen af te wachten. Onmogelijk voor mij in volle winter!� Joséphine�Pollijn,�Laken
Rechtzetting
In ‘Bouwvergunningen blijven teer punt’ (BDW 1254, blz. 11), over de CDH’er Emmanuel Lothaire die van leer trekt tegen burgemeester Olivier Maingain (FDF), kon u lezen: “Sommige vergunningen in de buurt van Maingains op-trekje in de Stationsstraat werden volgens Lothaire afge-leverd zonder dat de omwonenden werden geraadpleegd.” De toevoeging Maingains is hier ingeslopen waar het niet mocht: bedoeld was wel degelijk zijn, dus Lothaires op-trekje. Onze excuses.
SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar [email protected]. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via [email protected]. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.
BDW 1255 PAGINA 16 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
VADROUILLEDE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK
Theater > Union Suspecte spelt de (godsdienst)les
Er waren eens een jood, een moslim en een christen
B ack to school is een ‘locatieproject’: het publiek wordt in groepen verdeeld, die allemaal naar drie klaslokalen worden
geleid voor een godsdienstlesje van telkens zo’n halfuurtje. De drie monologen worden gespeeld door Haider Al Timimi (de christen), Zouzou Ben Chikha (de moslim) en Mourade Zeguendi (de jood). Union Suspecte wendde
zich voor de teksten tot schrijfster-columniste Chris Van Camp (de christen) en schrijver Joost Vandecasteele (de moslim). Nabil Ben Yadir, de auteur en regisseur van de succesfilm Les barons, paste uiteindelijk voor de monoloog van de jood. Onder leiding van regisseur Ruud Gielens schreven de makers zelf die derde monoloog, die in de vorm van een videofilm
wordt gepresenteerd. Het joodse personage van Mourade Zeguendi troont het publiek mee naar zijn klas om daar het wervingsfilmpje van zijn website ‘Convert to judaism’ te tonen.Het heen en weer geloop tussen de klaslokalen (netjes in de rij) zorgt voor animo, en tijdens een korte speeltijd is er chocomelk. Niet toe-vallig gedijen de drie godsdienstleraars goed in een lessituatie, waarbij ze hun autoriteit in de schoot geworpen krijgen en het publiek moet zwijgen en stilzitten.
Jattende jodenLaat een gelovige met bekeerdrift een mono-
BRUSSEL – Het theatergezelschap Union Suspecte stuurt het publiek opnieuw naar de schoolbanken voor een opvallende productie waarin vertegenwoordigers van de drie meest besproken wereldgodsdien-sten elk hun bedenkelijke zaakje bepleiten.
DE SLEGTE hALVEERT VERKoopSRUImTE
BRUSSEL – De vier werknemers van boekhandel De Slegte in de Lieve-vrouwbroersstraat turnen tegen be-gin december de tweede en derde verdieping om tot opslagruimte. Zo krimpt de verkoopsruimte van 800 vierkante meter naar 350. Volgens manager Pieter Verhoeven (33) zal er hierdoor ruwweg twintig procent minder boeken te vinden zijn. “Waar-om slechts twintig? Omdat we meer boeken per plank zullen presenteren.” Slechts een klein deel van het boeken-overschot gaat naar het oud papier. Tegelijk worden tweedehandsboeken en uitgeversrestanten dicht bij elkaar geplaatst. Vroeger zocht een bezoe-ker één soort boek soms op meer dan een verdieping. Vanaf midden no-vember biedt de handel ook de top 50 van nieuwe fictie en non-fictie aan.De bedoeling van de hele aanpassing is meer gemak voor de cliënt en een verhoging van het aantal (kopende) klanten. Verhoeven: “Dat we momen-teel door een financieel moeilijke pe-riode gaan, is geen geheim.” De win-kel in het centrum krijgt tussen zestig en honderd bezoekers per dag, in het weekeinde stijgt dat aantal. De clien-tèle bestaat uit pendelaars, Brusse-laars en toeristen.Intussen vergroot De Slegte de digi-tale poot. Nu staan naar schatting 130.000 titels van tweedehandsboe-ken en 5.000 van uitgeversrestanten van alle De Slegtes online te koop. Dat aantal neemt elke dag toe. SVdb
© F
oTo
TINN
EK
E.B
E
Vlnr.: Haider Al Timimi speelt de christen, Zouzou Ben Chikha de moslim en Mourade Zeguendi de jood.
© B
AR
T G
RIE
TEN
S
ADVERTENTIE
Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs
te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor
personen met een handicap
Handicap & informatie
alle werkdagen van 9 tot 12u30 uitgezonderd donderdag van 14 tot 17u.
Bezoeken enkel op afspraak
02/463.58.58
Ben je een 4de, 5de of 6de leerjaar?
Stuur voor 5 maart 2011 een
originele klasfoto en win een
super-uitstap!
www.klasindemedia.be
ADVERTENTIE
BDW 1255 PAGINA 17 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
hEKKEN-GUERILLA
De vrolijke (bivak)mutsen van Tricot-Trottoir/Stadsbrei hebben weer toe-geslagen! Met hun kleurrijke breiwerk pakten ze een hek in Etterbeek in. “Zo’n hek is irritant, totaal zinloos en lelijk.”
LEES MEER OP 19
ZIE - ZA - ZIE - ZINGT!
Een Zazie waar muziek in zit! In de Muntschouwburg klinkt een Requiem uit 298 kindermonden, en bij Bronks repeteert het koor Shanti! Shanti! “Zingen is hier een echt plezier,” vindt Rula.
LEES MEER OP 26-27
loog afsteken, en de retoriek en drogredenerin-gen die weleens gebezigd worden in irrationele zaken, duiken in verhevigde vorm op. Het zal van uw eigen verhouding met geloof en religie afhangen in welke mate u plezier beleeft aan, of weerstand ondervindt bij, de keren dat de drie ‘leraars’ metafysische kwesties aansnij-den. Voor ongelovige honden maakt vooral de betrokkenheid bij de maatschappelijke impact van de betreffende religies het stuk relevant.
Bij de joodse godsdienst is die betrokkenheid er wellicht het minst, als je tenminste niet tot een groep behoort die zich persoonlijk met de Palestijnse zaak inlaat. Niet alleen daarom maakt de videoboodschap van ‘Convert to judaism’ het minste indruk. Ze leunt nogal uitdrukkelijk tegen de karikatuur aan, en creëert daardoor niet echt een spanningsveld. De zionistische zeloot laat ons weten dat het niet mogelijk is om een ‘echte’ jood te worden, maar dat een goeie goj ook belangrijke bijdra-gen kan leveren aan de Joodse zaak: geldelijke steun aan de staat Israël, morele steun aan de strijd tegen de Palestijnen, erkenning van de genetische verbondenheid van het uitverko-ren Joodse volk, begrip (omwille van de Holo-caust en de huidige terreuraanslagen) voor de gevoeligheid voor alles wat op antisemitisme zou kunnen wijzen.“Niet lachen” is een van de vele stopwoorden waarvan Zeguendi (een kromme neus heeft hij eigenlijk wel) zich bedient. Hier zat meer in.
Pedofiele priestersDe kerk van de christenen heeft de jongste tijd natuurlijk erg haar best gedaan om zich op-nieuw in het maatschappelijke debat te wer-ken. In het Westen ligt het zendelingenwerk al een tijd nagenoeg stil, maar met al die ont-dopingen is het wel zaak nog genoeg schapen over te houden om van een kudde te kunnen spreken. Als geloven in God al gemakkelijker
is geworden dan geloven in zijn menselijke dienaars, dan is er een probleem. Auteur Chris Van Camp speelt op een wel zeer doortastende en expliciete manier in op de commotie rond de pedofiliezaken, door een van de veelbe-sproken figuren een rol te laten spelen in het verhaal.Al Timimi is goed gecast in de rol van het slachtoffer, dat in zijn lijden de perfecte springplank heeft gevonden naar het ware, oorspronkelijke geloof. De tekst van Van Camp kan bovendien ook stilistisch bekoren. Er zitten ook een paar echt geestige kronkels in, al grijpt haar bekeerling ook terug naar de catechetische clichépraatjes die ons al te be-kend in de oren klinken. Misschien had een ernstige poging om de verworvenheden van het christendom te verdedigen, nog meer op-geleverd. “Een jood kan je niet worden, en een moslim wil je niet worden,” besluit Al Timimi zelfverzekerd. Maar dat valt nog te bezien.
SuccessoennietenIs het niet het veiligst om toch maar moslim te worden? Met dat soort ‘argumenten’ (half goe-de raad, half dreigement) bouwt de islamleraar de sterkst ogende zaak op. Een discussie over zijn geloof gaat hij niet eens aan. Daar wil hij niet hypocriet over doen. Het zit in de deal, en die deal is an offer we can’t refuse. Auteur Joost Vandecasteele heeft de gewoonte om even een paar toekomstscenario’s door te nemen voor
aan het schrijven te gaan, en dat laat hem toe een stapje verder te zetten: zijn prediker is een gearriveerde moslim. Geen sorry-soenniet maar een successoenniet, met de glimlach van een Jehova-getuige en een wollen truitje losjes om de nek geknoopt. De comfortabele manier waarop hij zich installeert aan zijn bureau, met een kopje thee in de hand, suggereert hoe de een miljard driehonderd miljoen moslims in de wereld volgens hem bezig zijn zich in de westerse samenlevingen te nestelen. Een voor een somt de man de slechte tijdingen en de angstdromen op die zijn blanke gehoor in verband brengt met de islam en zijn volge-lingen. Hij bevestigt ze niet, maar ontkent ze evenmin. Ook hij draait hachelijke retorische pirouettes en kan zijn agressie en revanchis-me soms niet onderdrukken. Maar je betrapt jezelf erop dat je zijn geruststellingen en re-lativeringen verwelkomt, al klinken die uit de mond van deze even onuitstaanbare als zege-zekere moslimarrivist al even hol. “Hadden jullie nu maar een cordon sanitaire rond ons gelegd in plaats van rond jezelf,” is zijn treite-rige uitsmijter.� Michaël�Bellon
Back to school van Union Suspecte, nog te zien op 23, 24 en 25 november om 20.30 uur bij de KVS, op locatie in Institut Bischoffs-heim (Vaartstraat 23, 1000 Brussel). Meer op 02-210.11.12, [email protected] of www.kvs.be
Vraag een moslim: wie zijt gij? En hij zal vol trots zeggen: mohammed, een moslim.
Vraag een jood: wie zijt gij? En hij zal zeggen: mosche Schnitzel en wat hebt gij tegen joden?
Vraag een christen: wie zijt gij? En hij zal zeggen: ik ben de Jos en mijn hobbyʼs zijn fietsen, kaarten en koken.
© S
AS
KIA
VA
ND
ER
STI
Ch
EL
E
© S
AS
KIA
VA
ND
ER
STI
Ch
EL
E
BDW 1255 PAGINA 18 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
ADVERTENTIE
Tentoonstelling > De Markten brengt verrassend werk samen
De vele gezichten van de natuurBRUSSEL – De tweede groepstentoonstel-ling rond natuur brengt opnieuw kunste-naars uit alle hoeken van België en daar-buiten samen. “Zo hoort het,” zegt Nora De Kempeneer van De Markten, “dit is Brussel.”
De voormalige kristalfabrikantgebouwen van De Markten lenen zich door hun weidsheid perfect tot verkenningen van de natuur. Dat gebeurt met verf en inkt, maar ook met afge-dankte vis en ander wegwerpmateriaal.‘Frozen moment’ is een zwerm kleine, ge-vouwen vogeltjes van goud- en zilverpapier, op kleurrijke rietjes van ongelijke hoogte, zodat een golvende beweging ontstaat. Met volgehouden aandacht aan het minuscule werken kan – dat weten we al sinds de mon-niken – tot een verbluffend geheel leiden. Het is de verdienste van Nora De Kempeneer om dit werk van Annelies Thys voor het eerst uit haar atelier in Laken naar buiten te brengen. En zo ging De Kempeneer intuïtief door ate-liers, galerieën en privéverzamelingen op zoek naar wat haar trof, naar wat het thema aanvul-de (een spaarzaam schilderij van Charly Sels naast de picturale rijkdom van de Serviër Emir Dragulj) en naar wat elkaar versterkte. De zee-landschappen van de gewezen Oostendenaar Roel Goussey combineren wonderwel met een
werk van Raoul De Keyser. Zelf wilde Goussey ook Philippe Derchain, een buiten zijn streek nog weinig bekende leerling van de École des Intimistes Verviétois uit het begin van de jaren 1900, in zijn buurt. Bij Derchain zie je dezelfde
efemere rand, van het bos, of die tussen land en lucht. Zijn precieuze paneeltjes contrasteren dan weer met het felle Ardense groen en ‘veel schildergoesting’ op groot formaat van Jean-Pierre Ransonnet. De kracht van de natuur
is ook alomtegenwoordig in de reeks van de Brusselse graficus Paul Dumont. Hij bewerkte de inkt zodanig dat je er de wind in kunt zien of een golf die op het punt staat te breken. De Nederlander Sjoerd Buisman onderzoekt de structuur van bijvoorbeeld een tak, die hij dan plooit tot nieuwe composities waar spanning op zit. Dezelfde dynamiek is terug te vinden bij de abstracte landschappen van Mario De Brabandere, waar de meticuleus aansluitende kleurvlakken elkaar opzij lijken te duwen. Op het idyllische strand van Île d’Yeu vormde de Brusselse Annick Sterkendries een haai met stukken onverkochte vis. Ze filmde en foto-grafeerde de meeuwen die zich te goed doen aan deze vis die voor menselijke consumptie onbruikbaar gemaakt wordt. Iets soortgelijks wil ze doen in Milaan, waar duiven oud brood wordt gevoederd, maar waar hongerige men-sen niet uit vuilnisbakken mogen eten. De Kempeneer brengt de kunstenaars graag rond de tafel. “Vaak heeft dat tot gevolg dat ze later nog samen exposeren.”� An�Devroe
Tot en met 19 december, dagelijks (behalve maandag) van 12 tot 18 uur in De Markten, Oude Graanmarkt 5, 1000 Brussel, 02-512.34.25, www.demarkten.be
Monnikenwerk: de tienduizend vogeltjes van Annelies Thys in ‘Frozen moment’.
© A
NN
EL
IS THYS
Bijna 400 kg afval per persoon en per jaar, da’s veel. En als we nu eens minder afval produceerden?
Hoe zetten we onze vuilnisbakken op dieet? Welk gedrag moeten we aannemen? Welke initiatieven voor afvalbeperking bestaan er al?
Van 20 tot 28 november nemen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zijn gemeenten, ondernemingen, verenigingen en burgers deel aan de
Europese Week van de Afvalvermindering.
Doe mee en stel een handeling « zonder afval ». Geen ideeën ? Maak kennis met het programma en breng een bezoek aan actieve
Brusselse actoren en bestel de brochure «Minder afval produceren – 100 tips om duurzaam te consumeren»
Met de fi nanciële steun van de Europese Commissie
Alle beetjes helpen, want we zijn met meer dan een miljoen Brusselaars.
Meer info ? www.leefmilieubrussel.be of 02/ 775 75 75
Hoe zetten we onze vuilnisbakken op dieet? Welk gedrag moeten we aannemen? Welke initiatieven voor afvalbeperking bestaan er al?
nemen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zijn gemeenten, ondernemingen, verenigingen en burgers deel aan de
een handeling « zonder afval ». Geen ideeën ? Maak kennis met het programma en breng een bezoek aan actieve
Brusselse actoren en bestel de brochure «Minder afval produceren – 100 tips om duurzaam te consumeren»
Alle beetjes helpen, want we zijn met meer dan een miljoen Brusselaars.
Meer info ? www.leefmilieubrussel.be of 02/ 775 75 75 Meer info ? www.leefmilieubrussel.be of 02/ 775 75 75
EUROPESE WEEK VAN DE AFVALVERMINDERING
VAN 20 TOT 28
NOVEMBER 2010
BDW 1255 PAGINA 19 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Hoe het was om kind te zijn
Eric de Kuyper, grasduinend in eigen werk.
© JA
N D
E ME
UE
Bijgewoond: gastcollege ‘Het teruggevonden kind’ van Eric de Kuyper, 9 november aan de VUB.
Hoe zou het nog zijn met Eric de Kuyper? Zeer goed, zo te zien en te horen. Bijna zeventig ondertussen en nog altijd de oude. De VUB-pro-fessoren Piet Van de Craen en Hans Vandevoorde kwamen op het idee om de schrijver en ex-VUB-student uit te nodigen voor een paar gastcol-leges in een van de vele onbestemde lokaaltjes van de VUB die verder voor geen enkele afleiding kunnen
zorgen (F5.211 als u het wilt weten).Onderwerp van de twee lessen (waarvan we de eerste helaas hebben gebrost) waren De Kuypers bespiegelingen over de kinderjaren, en over bekende en minder bekende literaire autobiografieën over de kinderjaren, zoals hijzelf die ook al neerschreef in zijn boek Het teruggevonden kind. Eric de Kuyper is name-lijk ervaringsdeskundige. Niet alleen is hij zelf ooit kind geweest (in Brussel), hij schreef ook een onvolprezen autobiografie over die jaren.Het verschil tussen een ‘algemene’ autobio-grafie en een autobiografie van de kinderja-ren ligt volgens De Kuyper in de uitdaging om nabijheid te creëren tot het kind van toen, dat per definitie op een aparte manier in de wereld staat. Intimiteit is daarbij een sleutelwoord. Goede autobiografieën zijn dan ook niet nood-zakelijk het werk van gelauwerde auteurs, en omgekeerd zijn gevestigde auteurs niet altijd in staat tot goede autobiografieën over de kinderjaren. De Kuyper kan zich wel iets voorstellen bij de paradox dat een onbezorgde jeugd ook vaak een ‘onbewuste’ jeugd is, ter-wijl intense herinneringen en zelfreflectie bij een kind vaak juist worden geïnduceerd door (traumatische) ervaringen of gebeurtenissen die de kindertijd doorkruisen, of er zelfs de facto een einde aan maken. Zalig zij die de tus-senweg bewandeld hebben en ook nog eens goed kunnen schrijven. Toen De Kuyper aan Aan zee begon, was hij er zelf niet zeker van dat hij zich voldoende zou kunnen herinneren, maar dat viel dus reuze mee. Hij zegt zich niet alleen voldoende bewust geweest te zijn van zijn kinderjaren, maar ook van het nakende moment dat de kindertijd onverbiddelijk ge-
daan zou zijn, en gaf gevolg aan wat hij met Françoise Dolto omschrijft als de ‘roeping’ van het kind om als volwassene te willen (blijven) getuigen hoe kinderen zijn/waren.Bij de criteria die De Kuyper hanteert om van een goede kinderautobiografie te kun-nen spreken, horen urgentie, schrijfplezier, en (slechts) een beperkte mate van reflec-tie en evaluerende tussenkomsten door de volwassen auteur. Vooral die urgentie of noodzaak is belangrijk, en laat zich zomaar niet veinzen. Daarvoor haalde De Kuyper de Duitser Victor Klemperer aan. Als die in Curriculum vitae zijn vroege jeugdherin-nering aan de rouw van zijn volwassen fa-milieleden om de dood van zijn kleine zusje beschrijft, vermeldt hij het detail dat allen om de tafel zaten, met de stoelen een beetje van die tafel weggeschoven. Dat detail is treffend op een manier die niet voor de hand ligt en zich dus ook niet laat verzinnen. Het dringt zich op aan de auteur die het vervol-gens, als alles goed is, ook naar waarde kan schatten.Ook schrijfplezier is belangrijk, en dat mag van De Kuyper zelfs tot enige slordigheid lei-den. Niet alleen omdat zo (bijvoorbeeld) de achronologische tijdsbeleving van het kind wat kan worden gerecreëerd, maar vooral omdat schrijfplezier een garantie kan bie-den dat de tekst geen geforceerde construc-tie wordt. Samen met een overdosis reflectie is een overdreven demonstratie van literair ‘meesterschap’ het grootste obstakel om tot de intimiteit en de nabijheid van het kind te komen (en dus tot een goede autobio grafie). Stilistiek en structuur zijn niet uit den boze, maar kunnen de spontaneïteit smoren of dienen om het gebrek daaraan te verdoeze-len. Vooral dat stuit op de weerzin van De Kuyper. Hij ziet er bijvoorbeeld de reden in waarom het autobiografische werk van Si-menon als mislukt mag worden beschouwd, maar bij de koffie achteraf noemde hij in alle bescheidenheid nog enkele klinkende na-men uit de algemene literatuur die met hun geforceerde constructies helaas ontzielde verhaaltjes produceren.Lees – als u dat nog niet gedaan heeft – De hoed van tante Jeannot of Aan zee en laat we-ten of u een De Kuyperiaan bent.� Michaël�Bellon
Pra
at
ach
teraf
BRUSSEL – Het Brusselse gezelschap Tristero pakt uit met een opvallend stuk. Voor The search project baseerde auteur en acteur Peter Vandenbempt zich op zoekertjes uit kranten en weekbladen.Tristero beschouwt de zoekertjespagina als een ‘vrije tribune’ waarin iedereen die zijn le-ven wil veranderen, aan het woord komt en zijn verlangens prijsgeeft aan het publiek. Soms betreffen die verlangens een paar schoenen en worden ze snel ingelost; soms (vermiste die-ren, vriendschap, seks) ligt het wat moeilijker.The search project brengt de universele zoek-tocht in beeld met een reeks grappige, ont-roerende, maar ook verwarrende zoekertjes,
waarbij men, met de licht aberrante fantasie waaraan het Tristero nooit ontbreekt, nog een heel verhaal kan fantaseren. De artistieke kern – Kristien De Proost, Youri Dirkx en Pe-ter Vandenbempt – wordt op de planken ver-voegd door een grote groep acteurs die speelt in het Nederlands en Frans (met boventitels). Tristero scoorde de voorbije jaren al met droge komedies als Abigail’s party (2004) van Mike Leigh en het woordeloze Living (2008).� MB
The search project, 17, 19, 20 (20.30 uur) en 18 november (19.00 uur), Kaaistudio’s, O-L-V van Vaakstraat 81, 1000 Brussel, 02-201.59.59 en www.kaaitheater.be
ETTERBEEK – De olijke bende van Tricot-Trottoir/Stadsbrei sloeg vorige vrijdag weer toe, gemaskerd met gekke bivakmutsen. Ze kleedden ‘het lelijkste hek van de stad’ aan.
Zoals een ‘terroristendaad’ betaamt, werd pas op het laatste moment beslist waar de actie plaatsvond: bij de muurhoge afrastering van de scholencampus Sint-Lukas (Groenstraat, Schaarbeek) of bij de onbestemde hekkengek-te in het plantsoen tussen Etterbeeksesteen-weg en station Schuman (Etterbeek). Het werd het laatste.De bende verfraaide het hek met sierlijke lap-pen van plastic afval. Maandenlang werd aan het kunstwerk gehaakt en gebreid. Resultaat: een patchwork van verknipt en tot draden gesponnen zwerfplastic (winkelzakjes, werf-lint, touwtjes,...). De berg afval werd – netjes herweven – teruggegeven aan de stad. Voor die actie werd de mosterd gehaald in Zweden (knittaporfavor.wordpress.com).Tricot-Trottoir/Stadsbrei-Brussel zat eerder dit jaar al achter protest- en opsmukkunst op straat. Het teveel aan amsterdammertjes (hinderpaaltjes op het trottoir) rond het Ste-faniaplein werd aangekleed als een bende ko-nijntjes – de hoesjes bleven drie weken staan. Het standbeeld van koning Leopold II naast het paleis kreeg een ‘guldenvliesketting van afgehakte handen’ om – die was al na één dag
weg. “Het hangt van de genade van de passant en van de overheid af wat er met ons kunst-werk gebeurt,” zegt coördinator Toos van Liere relativerend over de tijdelijkheid van de installaties. “Wij hebben maar een doel voor ogen: kleur geven aan wat triest is en afstoot. Het valt toch op dat dit hek gebruikers van de stad van elkaar scheidt? Meer nog, het hek is irritant, totaal zinloos en lelijk.”Van Liere ging vorig jaar in het gemeenschaps-centrum De Pianofabriek aan de slag met het kunstproject artPLASTIEKfabrique. Onder de naam Tricot-Trottoir/Stadsbrei-Brussel houdt ze sinds het voorjaar een breiclub in MicroMarché/MicroMarkt (Steenkoolkaai 9). Op vrijdag komen er soms vijf, soms dertien hobbybreiers samen. Er wordt overigens een oproep gelanceerd naar ‘meer mannen’.Of de plastic art aan dit hek lang zal blijven hangen, is nog de vraag. “Het laat ons niet on-verschillig als het verdwijnt, want we hebben veel liefde gestoken in het breiwerk,” zegt Van Liere. Dat het misleidend, een heksenketel op straat en/of onwettig is, wil ze niet geweten hebben. “We kregen alleen maar positieve reacties (artplastiekfabrique.wordpress.com), dus weten we niet wie zich hieraan ergert. Met onze kritische interventie stellen we de vraag: gaan we de toekomst tegemoet met steeds meer hekken om ons heen?”� Jean-Marie�Binst
‘Wij geven kleur aan wat triest en afstotelijk is’
Actie > Protestkunst fleurt irritant hek op
De zoekers achter de zoekertjes
Theater > Tristero brengt The search project
© S
AS
KIA
VA
ND
ER
STI
CH
EL
E
BDW 1255 PAGINA 20 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Lifestyle > Nieuwe trends op Cocoon houden rekening met het consumententype
Is dit het bed van een fix-it?
W ie denkt zijn beste inte-rieuraankopen te kun-nen doen op het inter-
net, heeft het mis. Want wie is nu volledig onderlegd als stylist? En krijgt u misschien gepersonaliseerd advies op het World Wide Web? Iedereen kan wel wat persoonlijk consumenten advies en tips rond smaken en trends gebruiken. Dat verklaart meteen ook het blijvende succes van woon- en interieurbeur-zen als Cocoon, dat al twintig edi-ties standhoudt.Dit jaar blikt Cocoon met een foto-retrospectieve terug op de woon-trends van 1980 tot 2010. De jaren 1980 waren hectisch en druk. De ja-ren 1990: zen, extreem en minima-listisch. De (begin)jaren 2000: ‘te gek’, overhaast, zeer materialistisch en niet altijd realistisch. En de trend 2010-2011 houdt het bij ‘slow’. De toon wordt gezet door duurzaam-heid, respect voor het milieu en kwaliteit ‘van bij ons’. Iedereen is zich onderhand bewust van de mul-ticrisis. Dus: kalm aan, jongens, en nadenken.Dat zou te merken moeten zijn in de woninginrichting, van klassiek tot hedendaags. En wie ‘smaken’ en ‘stijlen’ zegt, denkt aan trends. Daarvoor luisterde Cocoon naar
Vincent Grégoire van het Parijse trendbureau NellyRodi. Grégoire definieert vier consumententypes. De eerste groep zijn de fix-its of de doorzetters, vaak in samenge-stelde gezinnen (die handig zijn in het 50/50 verdelen van tijd, kin-deren en hobby’s). De fix-it roept: “Yes we can!”, denkt aan oplossin-gen en blijft kritisch. Het kan een bobo (bourgeois-bohémien) zijn die vooral lokaal denkt en erg protectio-nistisch is, of net een overmatig in-ternetgebruiker is. Daardoor valt hij of zij op optimistische, warme kleu-ren (geel en goud). En mixt – denk aan die 50/50! – materialen, van industrieel design tot hergebruik en jeugdigheid.De emotechno is introvert; emotie en technologie gaan bij hem of haar hand in hand. Het leidt tot ‘privacy’ en een ‘second skin’, die zacht (met de French touch) moet zijn. Natuur-lijke materialen, afgeronde vormen, poederkleuren (beige, roze, violet, oranje) – zachtaardig, maar met koel verstand gekozen.Er zijn ook de rebellen, de activists, die altijd protesteren, reageren en provoceren en in alle leeftijdscate-gorieën terug te vinden zijn. Hun rebellerende houding (waaronder ook het nieuwe feminisme valt) is
te herkennen in hun smaak voor (opnieuw) samengesteld design en in kleuren als metaal, donkerblauw, dieprood en minerale tinten.En dan is er nog het vierde consu-
mententype: de sophistocrat. Die leeft in de wij-Facebook-wereld. De sophistocrat wil los staan van zijn ouders, los staan van geld, maar zoekt wel imago en fun op. Hoewel hij of zij niet meestal niet veel geld heeft, is dit type wel klassiek: le classique revu et corrigé. Dat neigt naar kitsch en luxe, te herkennen in klassiekere (nooit te felle) kleuren, goud en zilver.
VoetafdrukTerug naar de Cocoon-beurs. “De beurs moet af van het imago van ‘re-laxzetels, salons en waterverzach-ters alleen’,” zegt tentoonstellings-coördinator Harry Vanhoyweghen.
“De stands moeten met hun tijd mee en moeten totaalprojecten presente-ren. Grote ketens als Ikea en Habitat pakken al jaar en dag uit met een ‘to-taalconcept’ om producten voor te stellen. Aan de fabrikant en verdeler om die succesopstelling op Cocoon te enten.”Dat brengt ons bij een van de sfeer-trends die het beeld van Cocoon 2010 bepalen. Vanhoyweghen: “We kunnen niet meer buiten het eco-design. Maar dat mag niet verward worden met het soort vintage, de af-geschreven meubels en oriëntaalse import die overjaarse hippies wel-eens koesteren. De re-use, re-make en re-value van vandaag moeten
BRUSSEL – Je bent een emotechno, een activist, sophis-tocrat of fix-it. Dan word je verleid door andere kleu-ren: van poederachtig vrouwelijk over koel metaal tot kitscherig goud. En je kiest (on)bewust voor een ander lievelingsbed. Dat willen althans de trendwatchers op de beurs Cocoon ons leren.
Een slaapkamer voor elk consumententype (en elke BDW-lezer) op Cocoon.
© X
XX
“De beurs moet af van het imago van uitsluitend salons, relax- zetels en water-verzachters”
ADVERTENTIE
Kaaiad BDW 101113 FIN.pdf 1 09/11/10 12:32
BDW 1255 PAGINA 21 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Het haringseizoen is begonnen. Nu zie ik u al raar opkijken, want iedereen verwacht toch haring in juni, niet op het eind van oktober? En toch is het nu ons haringseizoen.
De ene haring is de andere niet. Het mag dan wel over één soort gaan ( Clupea harengus L.), ze bestaat uit verschillende populaties, zeg maar visvolkeren, die relatief onafhankelijk van elkaar leven en gedij-en. Net hetzelfde met de kabeljauw, trouwens. De schaarste aan Noordzeekabeljauw zegt niets over de staat van die vis in de fjorden van Noorwegen of rond IJsland.De twee gaan overigens slecht samen. Als er veel kabeljauw zit, vermindert de haring, en omgekeerd. We komen van enkele goede haringjaren, met wei-nig kabeljauw. Nu is de toestand blijkbaar weer aan het kenteren.Tussen IJsland en Noorwegen leeft een Atlantische haring. ‘Onze’ Noordzeeharing, een ander ras, splitst men dan nog in verschillende populaties, die worden genoemd naar de paaiplaatsen waar ze zich voortplanten. Zo bestaat er een Schotse voor-jaarsharing. De Doggersbankharing paait in sep-tember, de Kanaalharing pas eind november of in december. Die laatste heeft een rol gespeeld in onze geschiedenis. Het vangstseizoen van ‘onze’ haring begon tegen het einde van oktober. Maar niemand die daar nog om schijnt te malen. België is nooit een enthousiast haringland geweest. Er zijn ver-schillende pogingen geweest om hier een moderne haringvisserij op te zetten, maar dat was nooit een blijvertje.Wat een verschil met sprot. Langs onze kust ston-den tientallen rokerijen en inleggerijen van sprot, nauwelijks wat voor haring. In onze beide buurlan-den – in het noorden in, pakweg, Scheveningen en in het westen in Boulogne-sur-Mer – is de haring een belangrijke industrie. Hier niet.Door het jaar verandert de haring van kwaliteit. In de winter is de vis uitgepaaid en uitgehongerd en dus graatmager. Men spreekt dan van ijle haring . Daarvan maakt men rolmops en haringslaatjes met veel mayonaise.Met de lentebloei en de opkomst van het plankton
gaat de haring zich volvreten en wordt hij ‘nieuwe’. We spreken dan van maatjes . Die is moddervet en zacht van textuur. Met die aangelegde reserves gaat de vis dan langzaam aan kuit en hom aanmaken om zich voort te planten. Al die tijd zwerft hij de Noord-zee rond in grote scholen; in het najaar zwemt hij voor onze streken. De Franse vissers trekken er dan op uit: verse haring die korrelige en smakelijke kuit
bevat, maar toch ook nog aangenaam wat vet. Waar gerookte en gezouten en ingemaakte
haring wel het hele jaar door werd ge-geten, stortte men zich in dit sei-
zoen op levaart of panharing: ongezouten en ongerookte haring, gewoon vers, dus (ik moet opletten met haring-
termen, want er heerst grote verwarring tussen de verschillen-
de namen van producten van streek tot streek).
Eén keer slechts werd de haring van goedkoop volksproduct tot een nationale obses-sie, en dat was tijdens de laatste wereldoorlog. Vanaf oktober 1942 smeekten de Vlaamse vissers de Duitsers te mogen uitvaren. Ze voelden dat er veel haring zat: “Ze zwommen bij wijze van spre-ken vanzelf het strand op.” Vissen mocht, gezien de hongertoestand, maar uitsluitend overdag en onder controle van wachtschepen. Wat toen gebeurde, tart de verbeelding. Alles wat nog kon drijven, ging de zee op. In het vangstseizoen 1943-1944 werd meer dan 47.000 ton aan land gezet, ondanks de mijnen-velden en het gebrek aan materiaal. Op de pleinen werden vrachtwagens vol haring leeggegoten. Ie-dereen kreeg er mee naar huis, bij de emmer. Door onervaren handen werden ze bewaard: gezouten, gerookt of ingemaakt à l’escavèche . Maar vooral zo snel mogelijk opgegeten, gewoon gebakken in de pan. Vandaag nog spreken velen die het meege-maakt hebben, over een ‘wonderbaarlijke visvangst’ die het land van de hongersdood redde.In Nederland hebben ze niet zoveel geluk gehad. Het einde van de oorlog was voor die generatie ook vaak de laatste keer dat ze een panharing hebben gegeten. Stank voor dank. Haring werd een oorlogs-trauma dat zo snel mogelijk moest worden vergeten, samen met rutabaga en topinamboer.Maar tijden veranderen. Onder andere door de hype
rond de maatjes in juni. Het is nu deze maand nog snel de tijd om verse ‘Franse’ haring te kopen. Een beetje ambulante vishandel moet er nu bij zijn groothandelaar kunnen krijgen. Sta erop dat hij er inslaat. Koop ze en laat ze vooral niet schoonma-ken! Thuisgekomen schraapt u er zelf voorzichtig de graatjes af.U spoelt de vis onder de kraan en dept hem droog. Dan laat u een antikleefpan heet worden. Een klont-je goede boter erin, de vis lichtjes door de bloem ha-len en dan in de hete pan vlijen, maar niet té heet. Zo’n vier minuten bakken. Voorzichtig omdraaien en nog zo’n vier minuten. Snuifje zout. Pruts even een zijkant open en kijk of het vlees niet meer gla-zig is vanbinnen. Misschien nog een minuutje? De vis mag zeker niet uiteenvallen. Dan heet serveren met citroen en/of mosterd. De ingewanden (er zijn er nauwelijks) vormen een soort bruin sausje bij het visvlees. De kuit is als kaviaar. En heel dat feest heeft u nog geen euro gekost! Smakelijk.
De hele reeks nalezen?www.brusselnieuws.be/trachet
Panharing
BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT
Nick Trachet
designers krijgen dit jaar een aparte zone om hun ontwerp in de kijker te zetten. Ook Belgische (tuin)meu-belfabrikanten hebben een eigen platform. Belgische meubels kopen wordt gepromoot als een ‘milieu-vriendelijke’ zet, omdat het trans-port tussen fabrikant, winkel en consument korter wordt. Werken aan een kleinere ecologische voet-afdruk, heet dat, en bijdragen tot (in)directe werkgelegenheid in eigen streek. De fabrikanten houden ook rekening met de culturele en regio-nale voorkeur van hun doelgroep. Zo is de grootte van het meubel regiogebonden; Nederlanders zijn doorgaans kleiner behuisd, en kie-zen daardoor ook voor compactere meubelen.Heel trendy is de tactiele ervaring (het aanvoelen van materialen) die het aankoopgedrag stuurt. Die er-varing kunt u zowat overal opdoen, of het nu bij meubels (en tuinmeubi-lair), vloerbekleding, keukens, bad-kamers, verlichting, behangpapier, textiel of verfsoorten en -kleuren is. De deco-corner , waar alle stijlen, van klassiek over trendy tot design, te vinden zijn, helpt daarbij. Nu alleen nog de juiste slaapkamer kiezen die past bij uw consumententype. Jean-Marie Binst
Theater > Nieuwe voorstelling van winnaar Landjuweel
Het D°eFFeKt-effectBRUSSEL – Het amateurtheater-gezelschap van gemeenschaps-centrum De Markten haalde twee weken geleden de nationale pers met zijn overwinning op het Ko-ninklijk Landjuweel. Het kaapte samen met Stemmer, de koorgroep van De Markten onder leiding van Peter Spaepen, de belangrijkste on-derscheiding voor amateurtoneel weg met een bewerking van de Griekse tragedie Agamemnon van Aischylos. Agamemnon is op 2 december nog te zien in gemeenschapscentrum De Kriekelaar, maar ondertussen heeft D°eFFeKt ook al een nieuwe produc-tie klaar. Zingt Jubilate gaat over een gelijknamig kerkkoor, dat zijn beste tijd als kern van het verenigingsle-ven en trots van de parochie gehad heeft. Ondertussen is het verwor-
den tot een ‘gesloten subcultuur in verval’.De regie van deze muzikale mon-tage voorstelling, die tot stand kwam op basis van improvisaties, is net zoals bij Agamemnon in handen van Koen Boesman. Els Lenaerts, Yan-nick Joos, Manu Delafortrie en Sa-rah Delafortrie spelen. MB
Zingt Jubilate, 19, 20, 24, 25, 26 en 27 november om 20.30 uur in De Markten, Oude Graanmarkt 5, 1000 Brussel, [email protected], 02-512.34.25, www.demarkten.be. Agamemnon, 2 december om 20 uur in De Kriekelaar, Gallaitstraat 86, 1030 Schaarbeek, 02-245.75.22, dekriekelaar.vgc.be. Meer op www.deffekt.be
De kuit is als kaviaar. En heel dit feest heeft u nog geen euro gekost!
verantwoorde producten opleveren. Kwaliteitsvol en naar materiaal en verpakking niet vervuilend, dus. We moeten uitkijken voor het ma-teloos kopen van kopieën van ons oude meubilair, gemaakt in lage-loonlanden, én voor het verre trans-port, dat milieubelastend is.” Cocoon gaat dus wat ‘protectionis-tischer’ en ‘chauvinistischer’ den-ken. Belgische (vooral Vlaamse)
Cocoon, van 20 tot en met 28 november in Brussels Expo op de Heizel. Open van 11 tot 19 uur, vrijdag tot 23 uur. Gratis kinderopvang op woensdagmiddag en ’s weekends (Patio/Paleis 5). Kaartjes kosten 10 euro (8 euro online), gratis tot 12 jaar. Meer op 02-663.14.15 en www.cocoon.be
gaat de haring zich volvreten en wordt hij ‘nieuwe’. We spreken dan van maatjes zacht van textuur. Met die aangelegde reserves gaat de vis dan langzaam aan kuit en hom aanmaken om zich voort te planten. Al die tijd zwerft hij de Noord-zee rond in grote scholen; in het najaar zwemt hij voor onze streken. De Franse vissers trekken er dan op uit: verse haring die korrelige en smakelijke kuit
bevat, maar toch ook nog aangenaam wat vet. Waar gerookte en gezouten en ingemaakte
haring wel het hele jaar door werd ge-geten, stortte men zich in dit sei-
zoen op
termen, want er heerst grote verwarring tussen de verschillen-
de namen van producten van streek tot streek).
Eén keer slechts werd de haring van
designers krijgen dit jaar een aparte zone om hun ontwerp in de kijker te zetten. Ook Belgische (tuin)meu-belfabrikanten hebben een eigen platform. Belgische meubels kopen wordt gepromoot als een ‘milieu-vriendelijke’ zet, omdat het trans-port tussen fabrikant, winkel en consument korter wordt. Werken aan een kleinere ecologische voet-
BDW 1255 PAGINA 22 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
Amparo Cortés: “Als kind overstelpte ik mijn moeder met vragen. ‘Mama, welke letter is dit? Wat is dit, wat is dat?’ Het leverde me de bijnaam la Vieja, de oude, op.”
C erro del Águila. Calle Lisboa 28. Traag, ietwat geforceerd zet Amparo Cortés het op een velletje papier. Verontschul-
digend: “Mijn geschrift trekt op niet veel. Ik heb het allemaal zelf moeten leren, lezen en schrijven; naar school ben ik nooit geweest. Maar mijn nieuwsgierigheid heeft me op de goede weg gezet. Al zolang ik het me herin-ner, heb ik mijn moeder met vragen overstelpt. ‘Mama, welke letter is dat? Wat is dit, wat is dat?’ Knettergek werd ze ervan. ‘Oi, te niña!’ Het heeft me al snel de bijnaam la Vieja opge-leverd, de oude.” Dat Cortés nooit naar school is geweest, mag niet verwonderen. De Cerro de Águila, een wijk aan de rand van Sevilla, was in sociaal weefsel en leefgewoonten te vergelijken met de oude Marollen. Arm, achtergesteld. Veel miserie, maar ook veel sociale warmte. (Over)leven was belangrijker dan leren. De Calle Lisboa 28, het adres waar Amparo Cortés is geboren en tot haar zestiende heeft gewoond, was meer een krot dan een woning. Naar het beeld van de barrio.“Mijn vader was een zigeuner. Een getalen-teerd danser en zanger, die zo goed en zo kwaad als dat ging de kost verdiende onder de
artiestennaam El Gitanillo de Marchena. Het was een heel lieve, open man, die de mensen graag aan het lachen bracht. Helaas heeft de drankduivel hem te pakken gekregen toen ik nog klein was. La trampa de la vida. Het nachtleven heeft menige flamencoartiest op-gebrand. Drank hoorde erbij als ademen. Ze werden aangemoedigd de gasten aan tafel te onderhouden; hoe meer er verteerd werd, hoe meer ze verdienden.”“Van werken kwam er minder en minder in huis, en dus nam mijn moeder het heft in han-den. Heel moedig: het dagelijks brood verdie-nen is bij zigeuners een mannenzaak. Harde tijden waren het, maar ik putte er hoop en doorzettingsvermogen uit. De onuitwisbare herinneringen daaraan werden een muze.”
La fiestaHet zijn harde herinneringen, maar ook mooie. “Iedereen kende iedereen. Het gejoel van spelende kinderen, luide conversaties tus-sen buren, het was dagelijkse kost. We kregen ook vaak bezoek over de vloer: grote zangers als Pepe Marchena en La Perla de Cádiz, be-roemde gitaristen als Melchor de Marchena, mijn grootoom. We waren misschien arm,
maar de traditie van begaafde artiesten was groot in de familie.” “En dan de feesten! Dikwijls ontstonden die spontaan. Met behulp van een schroeven-draaier ergens elektriciteit aftappen voor de platenspeler. Dansen. Met oudejaar of bij een doopsel kwamen er zigeuners uit alle kanten van de stad. De ene bracht een kip mee, de andere een brood, wat drank; alles werd ge-deeld. En dan werd er gevierd rond het kamp-vuur, gezongen, gedanst. Van middernacht tot de avond daarop. Feestelijke, lichte liederen. Maar ook flamenco, in al zijn lijden en passie. Flamenco kon indertijd alleen tussen familie en vrienden beleefd worden: het protest dat erin gebakken zat, was taboe onder El Cau-dillo, de dictator Franco.” “Nog niet zo lang geleden ben ik nog eens te-ruggegaan naar de Calle Lisboa. Onvergetelijk. De mensen kenden mij nog als de dag van gis-teren. ‘Amparo. Het is Amparo! Oi!’ Blij dat ze waren mij te zien, blij dat ik was hen te zien. De buurt was weliswaar veranderd, verbeterd. Maar de mentaliteit is nog altijd dezelfde.”
Noord en ZuidOp haar zestiende zette Cortés voor het eerst voet buiten Spanje. Bestemming: België, Brus-sel. Het werd een harde kennismaking. Ze werden opgelicht door een man die hen mee naar Charleroi had getroond; Cortés zelf werd opgesloten in de toiletten van het Zuidstation door een boze Madame Pipi. Omdat ze niet kon betalen.Tegelijk was het ook het begin van een nieuwe toekomst. “Mijn moeder had dringend geld nodig om thuis het dak, lek als een vergiet, te herstellen. Dat geld wilde ze verdienen
door een jaartje in België te komen werken. Van deur tot deur is ze gegaan in de wijk, en uiteindelijk is zo een groepje bijeengebracht. Acht meisjes, twee moeders en een oudere man. Op zoek naar werk en wat geld. In Bel-gië. 1966 was het, de kou hing nog in het land. We hadden geen deftig schoeisel, geen warme jas. In kartonnen koffers zaten enkele schamele bezittingen. Onwetend waren we, bang voor het onbekende. De eerste overnach-ting in Brussel, in een café, was geregeld door Chato de Jerez, de zanger, gitarist en danser die mee een keerpunt in mijn leven heeft te-weeggebracht.”Maar het eerste keerpunt was Brussel, en de ontmoeting met José, uit het noordelijke Asturië. “Mijn José. Al gauw waren we ver-loofd. Nadat mijn moeder was teruggekeerd naar Sevilla, dacht ik dat ik haar snel zou vol-gen. Maar ik ben gebleven. Samen met José –
Cortés deelde dertig jaar het podium met Wannes Van de Velde, ‘mijn compañero’.
© MARC GYSENS
© A
MP
AR
O C
OR
TÉS
LAKEN – “Zoveel dingen in het leven hebben me getroffen. Mooie, trieste. Die beleving op papier zetten is confronterend, dikwijls tot tranen toe. Op het podium kan ik dat allemaal van me afzetten, en doorgeven aan het publiek. Een magisch moment.” Meer dan veertig jaar geleden verliet Amparo Cortés Andalusië voor Brussel. Zestien was ze, ze had geen rooie duit op zak. Maar in haar hoofd zat een schat aan herinneringen en beelden, die haar een gevierde flamencozangeres zouden maken.
BDW 1255 PAGINA 23 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
FREDDI SMEKENS
Vergeite
H et kan ons overkomen, waarde lezer, dat we ons afvragen: “Wa ben ik van-doeg waal vergeite?” Vaker zelfs dan:
“Wa moon ik naa waal onthaave?” Vergeite maakt nu eenmaal, in goede of slechte zin, deel uit van ons dagelijkse leven.Het kan wat eigenaardig klinken, maar bepaalde gebouwen, pleinen en andere ar-chitecturale bezienswaardigheden die in-tussen uit het stadsbeeld verdwenen zijn, ben ik nog ni vergeite. Wanneer ik er even over nadenk, zou ik haast durven te stel-len dat men selekteef verget. Ooit stelde ik me in het openbaar de vraag: “Hoo komt da na da we zuveul vergeite? En da we in d’ieste ploch vergeite wa we absoleut moote ont-haave?” Op die uiteenzetting volgde een ge-denkwaardige stilte. Tot iemand opmerkte: “Het ienige wa we nuut ni zulle vergeite, es onze noem en onze gebaurtedoetem.” Welnu, waarde lezer, ik heb nooit een bewering gehoord waarmee iedereen zo eensgezind instemde.We gaan even over naar de Brusselse dood-doener “Verget het mo!” Die gebruikt men in het geval dat men iets als compleet on-uitvoerbaar of uit den boze beschouwt. In dat geval kan ook “Da meugde gerust ver-geite” van pas komen. Eigenaardig daarbij is dat net wat met “Verget het mo!” aan-gekaart wordt, het langst in ons geheugen blijft hangen. En hoe is het eigenlijk gesteld met ons Brusselse taalgebruik? Het komt mij af en toe voor een Brussels woord of een uitdrukking vergeite te zaain. Wat ik in dat geval doe, is raad te vragen aan iemand die het beter zou kunnen weten dan ik. Dus vind ik maar een ander uit. Wanneer men mij dan vraagt: “Awel, geift neki ’n exem-pel,” dan geef ik als antwoord: “Ik ken er wel twintig, mo ik zaain ze allemoe vergeite.”Vergeite kan uiteraard tot heel vervelende situaties leiden. Hierbij enkele tips wan-neer men niet op iemands naam kan ko-men. Pak uiteraard nooit uit met: “Ik ben aan noem vergeite...” Ondertussen blijft de vraag natuurlijk: hoo kom ik op de noem van daan pei of dei mei? Hint: “Er zaain minstens teen meense dee dezeulfde veunoem hemme as gaa. En alle teen spreike ze hem anders
ooit! Hoo es da na meugelaaik!? Zeulfs gaa, dee ik na al joere ken, sprekt hem anders ooit! Probeit het zeulf mo neki...” De kans dat de persoon in kwestie níét aan uw vraag tegemoetkomt, is zo goed als onbestaande.Een van de mooie dingen die ons bij dat ver-geite kan overkomen, heeft te maken met de geijkte Brusselse uitdrukking: “Ik zou ’t deuzend kiere zegge!” Die wordt meestal gebruikt in het geval dat men op een woord moet komen dat ons is ontsnapt. Als ant-woord op dat deuzend kiere zegge kan na-tuurlijk volstaan: “Iene ki es mier as ge-noeg.” Iemand zei mij ooit: “Vergeite? Dat es gelak as nen boek kwaaitspeile woevan ge de noem nemi weut.” Mooier zou ik het niet kunnen uitdrukken.We gaan nu even over naar e trukske om bepaalde woorden, namen of zelfs gebeur-tenissen uit de vergeetput van ons geheu-gen op te vissen. Bij het opzoeken van een woord of plaatsnaam gaat men rustig het alfabet af. Iets in de aard van: “Het begon mè ’n A? Neije... Mè ’n B masscheen?... Oek ni...” Ik wil niemand ontmoedigen, maar wanneer men bij de Z is beland en het nog altijd niet weet, dan hoeft men ni te pani-keire. De beste manier om op het woord of de plaatsnaam te komen, is gewoon van vooraf aan te beginnen. Nen anderen truk es gewuun nemi noe te paaze. Op die manier schiet het gezochte item ons meestal van-zelf te binnen. Probeir het zeulf mo neki ooit.Op menselijk gebied heeft ons vergeite ui-teraard ook een belangrijke functie te ver-vullen. Wat klinkt er bijvoorbeeld mooier wanneer er een oude vete wordt opgera-keld dan: “Mo allei! Woe da ge gaa na auver sprekt?! Da’s toch al lang vergeite!” Er be-staan weinig mooiere manieren om op een ander onderwerp over te schakelen.Stel, om af te sluiten, dat we iemand jaren-lang niets laten horen hebben, en dat we vervolgens met de vraag geconfronteerd worden: “Ge woit ma nateurlaaik vergeite...” Dan moeten we altijd een pasklaar ant-woord achter de hand hebben. En dat is: “Ik aa vergeite zaain?! Ikke!? Mo ik hem alle doege on aa gepaasd en ik paas nog altaaid alle doege on aa!”
ons huwelijk tussen Noord en Zuid –, en onze kinderen, José Manuel en Carmen. Nu ook met onze Belgische schoonzoon en twee schatten van kleinkinderen. De heimwee blijft, maar ik ben blij met het leven dat België me heeft geschonken. Het eerste lekkere stuk vlees dat ik ooit heb gegeten – een steak –, mijn gezin, de prachtige mensen die ik heb leren kennen, mijn succes als cantaora.”
El niño de San AndrésDrie cd’s – een met haar neef Enrique de Mel-chor, een befaamd flamencogitarist –, ge-produceerd door Paul Rans. Dranouter, Polé Polé, het Festival van Vlaanderen, de Gentse Feesten, Mappa Mundo. Praag, Oslo, Kiev, Belgrado... Overal hebben mensen kennis mo-gen maken met het talent van Amparo Cortés. Haar pijn, haar passie, haar angsten, haar vreugde. Haar duende, dat unieke dat de ziel van de echte flamencoartiest typeert.“Zingen doe ik al sinds mijn vierde. De liede-ren die ik hoorde, interpreteerde ik op mijn manier. Een beetje in het geniep, omdat ik niet graag had dat de anderen me hoorden. Ik heb het zingen altijd in mij gehad, maar in België ging het gewone leven aanvankelijk voor. Aan de kost komen, voor het gezin zorgen. Werken in de textielfabriek, als inwonend dienstmeis-je. Zingen deed ik, samen met José, alleen om anderen een aangenaam moment te bezorgen. Vooral populaire liederen. Na verloop van tijd zijn we op feesten en in restaurants begin-nen zingen, zodat het ook een broodwinning werd.”“Toen heeft het lot Wannes Van de Velde op mijn weg gezet. Het was 1977, hij was op zoek naar iemand om samen voor de radio op te
treden. Flamenco. Chato de Jerez, die onder-tussen getrouwd was met Ana, mijn vroegere buurmeisje, heeft hem naar mij gestuurd. Die eerste ontmoeting vergeet ik nooit. Hij, met zijn baard, lang haar, een hoed op, goed ingeduffeld. ‘Wie is dat? Een hippie? Wat wil die man van mij?’ Het begin van een prachtig avontuur was het. Wannes heeft de flamenco in mij bovengebracht. Ik heb van hem geleerd en hij van mij. Door Wannes heb ik ook andere muzikanten leren kennen, mensen van het theater, schrijvers, schilders.”“El niño de San Andrés, de jongen van Sint-An-dries noemden we hem. Meer dan dertig jaar hebben we samengewerkt. Een magnifieke mens, heel zacht. Nooit hebben we woorden gehad. Ik mis mijn compañero Wannes heel erg. Zijn steun, de optredens met hem. Elke keer als ik iets nieuws wilde doen of geschre-ven had, belde ik hem. Ook nog toen hij al ziek was. Dan zei hij: ‘Als ik genezen ben, gaan we weer samen optreden.’” Ook op Cortés’ zoon, die zijn moeder tegen-woordig begeleidt op gitaar, heeft de Ant-werpse bard een grote invloed gehad. Zoonlief is er intussen bij komen zitten. “Ik heb in mijn eentje gitaar leren spelen, maar ik was er niet fanatiek mee bezig. Tot Wannes op een dag binnenkwam, mij een gitaar in handen duwde en vervolgens weer wegging. ‘Ga ervoor’, zon-der veel woorden. Van toen af ben ik veel gaan spelen, en nu zou ik niet meer zonder kunnen. Zijn geschenk, zijn unieke gave was het om ar-tiesten te herkennen en hen op weg te zetten.”
� Karel�Van�der�Auwera
www.amparocortes.com
‘Zondermijn muziek ben ik dood’
Amparo Cortés, cantaora de flamenco
“De eerste ontmoeting met Wannes Van de Velde vergeet ik nooit. Hij, met zijn baard, lang haar, een hoed op, goed ingeduffeld. ‘Wie is dat? Een hippie? Wat wil die man van mij?’ Het begin van een prachtig avontuur”
ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: [email protected] (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).
REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, [email protected]. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer ([email protected]), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; rekeningnummer 424-5529822-66 van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten ([email protected]), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman ([email protected]), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 66.720 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne ([email protected]). EINDREDACTIE Katrien Stroobants ([email protected]). REDACTIE Jean-Marie Binst ([email protected]), Christophe Degreef ([email protected]), Bettina Hubo ([email protected]), Patrick Jordens ([email protected]), Freddi Smekens ([email protected]), Steven Vandenbergh ([email protected]), Steven Van Garsse ([email protected]), Danny Vileyn ([email protected]). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele ([email protected]), Ann Van Dievoort ([email protected]), Gerd Hendrickx ([email protected]). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Philip Ebels, Eva Hilhorst, Ilah, Francis Marissens, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, ick Trachet, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt ([email protected]). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh ([email protected]). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie ([email protected]). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roese-lare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
BDW 1255 PAGINA 24 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
JETTE – Ploeteren en afzien in de modder en de kou: crosslopen kun je vergelijken met cyclocross, maar dan zonder fiets. Op de korte cross behoort Sebastien Dewitte (25) tot de Belgische top. Het plezier komt bij hem nu op de eerste plaats. Hij droomt er wel van ‘zijn’ cross van Brussel te winnen.
“De cross van Brussel is de mooiste en zwaar-ste in België,” stelt Dewitte. “In het begin van de wedstrijd moet je een grashelling op waar het echt afzien is. Als het dan nog eens sneeuwt, zoals vorig jaar, dan heb je amper grip en is het aartsmoeilijk. Daarbij komt nog dat het de enige cross in België is met een Eu-ropees label, waarop de Europese top telkens aanwezig is. Ik woon op nog geen kilometer van het parcours en heb dan telkens heel wat supporters. Een overwinning zou een droom zijn. En ja, dit seizoen kan het lukken.”Dewitte sloot als zevenjarige jongen aan bij at-letiekclub Excelsior, en daar zit hij nog altijd. Echt opvallen deed hij pas in 2004, toen hij op de 1.500 meter Belgisch kampioen bij de ju-nioren werd. In diezelfde periode liep hij een Belgisch juniorenrecord op de tweeduizend meter, dat nog altijd ongeslagen is. “Ik had toen een sabbatjaar waarin ik voluit voor het lopen ging. Dankzij die goede prestaties mocht ik naar het wereld- en het Europees kampioen-schap crosscountry – dat zijn nog altijd mijn mooiste herinneringen.”Toch besloot de Brusselaar voor geluidsinge-nieur te gaan studeren in Louvain-la-Neuve en de sport even op de tweede plaats te zetten. Te-rug in Brussel dreef hij de training opnieuw op,
De cross van Brussel – de enige in België met Europees label – is voor Sebastien Dewitte “de zwaarste en de mooiste”. Dit jaar gaat hij voor een podiumplaats.
© MARC GYSENS
‘Kou en modder horen erbij’Atletiek > Sebastien Dewitte, Brussels hoop in de crossloop
Mét zand en Philippe Le JeunePaardensport > Jumping van Brussel neemt laatste hindernissen
BRUSSEL – De Jumping van Brussel stáát er weer, maar kwam de afgelopen week vooral in het nieuws door een berg gestolen zand.
“Voor het grote publiek is wereldkampioen Philippe Le Jeune waarschijnlijk de publieks-trekker,” zegt persverantwoordelijke Edith De Reys. “Na het WK heeft hij een meniscus-operatie gehad, maar hij is terug. De kenners zullen ook komen voor echte cracks als Kevin Staut, Marcus Ehning of Eric Lamaze.”Van 25 tot en met 28 november palmen de Audi Masters Paleizen 11 en 12 van de Hei-zel in. “Het toppunt wordt zondag gereden: de Grand Prix Audi ofte wel de Gold League. Daaraan nemen de top veertig van de wereld en de beste Belgen deel. Het parcours van die proef is gebouwd door Conrad Homfeld, een voormalig topruiter die ook het parcours voor de wereldruiterspelen in Lexington heeft ge-bouwd. Een topper in zijn vak.”“Het prijzengeld voor de Grand Prix bedraagt 200.000 euro en de winnaar krijgt ook een Audi A5-sportwagen. Voor de hele jumping bedraagt het prijzengeld 442.000 euro. Naast Audi’s voor de winnaars krijgen de ruiters op
de ereplaatsen Rolex-horloges.” Ook de min-der bekende ruiters komen aan hun trekken.
Op donderdag is er de Interprovinciale Dag, waar beloftevolle jongeren aan bod komen.
Aankomend talent en amateurs kunnen zich bewijzen in de Silver en de Bronze League.Vorig jaar was er geen Jumping omdat er op hetzelfde moment een landbouwbeurs op de Heizel liep. De twee combineren lukte niet. Dit jaar kreeg de organisatie ook een klap te verwerken toen duizend ton speciaal ‘paar-denzand’ werd gestolen. “Dat komt toch neer op zo’n honderdduizend euro,” zegt De Reys. “Er is nog geen spoor van de dieven. Het gaat om zand dat speciaal voor jumpings wordt gemaakt; dit zand kun je thuis niet gebrui-ken. Elke ‘maker’ van jumpingzand heeft zijn eigen samenstelling, dus als dit zand op-duikt, zal het snel herkend worden. We waren gelukkig nog ruim op tijd om een nieuwe la-ding te bestellen.”De Jumping op de Heizel is een uitgelezen kans voor de (paarden)sportfanaat: “Als toe-schouwer kun je heel dicht bij de paddock komen waar de paarden warm lopen. Ook tij-dens de proeven zit je kort bij de hindernissen en kun je zien hoe spectaculair de sport is.”De organisatie verwacht dertig- à veertigdui-zend toeschouwers. Donderdag betaalt u 10 euro, vrijdag 25 euro, zaterdag 30 en zondag 40. Kinderen onder de zes mogen gratis bin-nen. Reserveren kan op www.ticketnet.be of 0900-40.114. De competitie is ook live te vol-gen op La Deux en CNBC.�
� TS
www.audimasters.be
Wereldkampioen Philippe Le Jeune, weer in grote vorm na zijn meniscusoperatie.
© M
AR
C G
YSE
NS
BDW 1255 PAGINA 25 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
en met resultaat. “Dankzij de vele trainingen maakte ik toen snel vorderingen. Ik had toch tijd omdat ik op zoek was naar werk. Op het Belgisch kampioenschap korte cross ben ik toen derde geëindigd. Ik kwam dicht bij mijn beste niveau. Je droomt dan wel even van een profcarrière, maar de realiteit haalt je snel in. Je moet je huur en facturen betalen.”In de lente en de zomer is het speelterrein van Dewitte de piste, waar hij vooral de 1.500 me-ter loopt. Aanvankelijk was de cross in het na-
jaar de manier om zich mentaal en fysiek voor te bereiden. Langzaam aan is hij uitgegroeid tot een kortecrossloper. “De korte cross is drie kilometer lang, de lange tien kilometer. Je kunt het een als de kleine broer zien van het ander, ook omdat het deelnemersveld iets minder sterk is. De premies bij de lange cross zijn dan ook dubbel zo hoog.”In België is de cross vrij onbekend, al toont Sporza af en toe een manche van de lange cross. “Dat is goed voor de sport, maar het is spijtig dat ze de korte cross niet tonen. Het is nochtans heel aantrekkelijk. Bij de lange cross zondert meestal een kopgroep zich af, die dan strijdt voor de overwinning. Bij de korte cross is het negen à tien minuten voluit gaan. De wedstrijd gaat snel en is een constant span-nend gevecht. Je moet in de eerste honderd meter in de top vijf zitten, anders wordt het een hele cross achtervolgen. Om daar te gera-ken is het soms even oorlog.”De cross wordt wereldwijd beoefend. Maar net als bij het veldrijden is de Belgische cross toch iets aparts. “Kou, regen en modder horen erbij. Dat zorgt voor de charme van de sport. Het heeft iets van krijgers die het tegen elkaar opnemen. Man tegen man. Cross is puur. In landen als Spanje of Portugal zijn de parcours
Jean pakt het boek over de brouwerij Orval zorgvuldig in. Ik mag het teruggeven als de man aan wie ik het boek schenk, het al zou hebben. Die kans is groot. Marcel Javaux was een gereputeerde scheidsrechter met wie ik aangenaam samenwerkte in het we-kelijkse voetbalprogramma Studio 1 op de RTBf.Het is er eindelijk van gekomen. Ik ga hem bezoeken na een gezonde (en uitgeregende) boswandeling in Orchimont, op de grens van de provincies Namen en Luxemburg, meer dan honderdvijftig kilometer van de hoofdstad en op een boogscheut van Frank-rijk.Javaux is een bourgondiër, een Orval-freak. In de kelder van zijn kraaknette woning met uitzicht op heuvels, bossen en een heel klein stukje Frankrijk heeft hij een heuse Orval-proeverij ingericht. Met bar en al. Iedereen kent Javaux. De winkelier vraagt me met aandrang hem de groeten te doen. Dat is be-loofd. Het gezellige en rommelige winkeltje biedt een uiterst uiteenlopend assortiment spulletjes aan. Lounge-cd’s, fruitige wijnen, kalenders, siropen, geurstokken, kinderboe-ken, pennen, kaarsen, theepotten en kan-nen, naslagwerken over fauna en flora van de streek, speelgoed en andere prullaria. Achter de winkel is er een piepklein cafeetje met stoof, uitsluitend bevolkt door Neder-landstaligen. De aubergiste/winkelier is een gezellige man die honderduit vertelt. Zo zijn er wel meer. Onze Brusselse vrienden die bijna wekelijks naar de Vallée de la Semois gaan, maken ons wegwijs en zijn helemaal verknocht aan de Ardennen. Met recht en reden.Wanneer we later Marcel Javaux gaan be-zoeken, is hij druk aan het koken. De Bel-gische vlag hangt uit. 11 november. Het echtpaar zal, na ons bezoek, de buren ont-vangen. Acht koppels komen eten. Allemaal
Vlamingen die hun hart verpand hebben aan de Waalse gastvrijheid. Bijna heel Vlaande-ren zal vertegenwoordigd zijn ten huize Ja-vaux, tot zelfs een postbode uit Oudenaarde die nooit meer terug wil.Javaux heeft zelf meer dan dertig jaar in Brussel gewoond. De voormalige toparbiter was rijkswachter. Als kind had hij geen Ne-derlands willen leren totdat hij, als aanko-mend scheidsrechter, een wedstrijd in Wer-vik moest fluiten. Die rare West-Vlaamse klanken waren hem helemaal vreemd. Hij begreep geen jota van wat die voetballers hem vertelden en toeschreeuwden. Onder-weg naar huis besefte hij hoe dat gebrek aan talenkennis hem parten zou spelen in de uitbouw van zijn passie, het leiden van voet-balwedstrijden. Die maandag verzamelde hij zijn Vlaamse collega’s en vroeg hun om hem in het Frans of Nederlands aan te spreken. Hij zou uitsluitend in het Nederlands ant-woorden. Ze moesten hem wel beloven dat ze hem niet zouden sparen. Elke fout moest consequent verbeterd worden. Zo gezegd, zo gedaan. Marcel is in enkele maanden twee-talig geworden.We worden met alle egards ontvangen. Ook onze vrienden zijn welkom, hoewel hij ze nog nooit ontmoet heeft. ‘Wallonie, Terre d’Accueil’ is geen loos begrip. Zoals beloofd doe ik hem de groeten van Jean van de Ser-polet. “Ah ja,” zegt hij lachend, “ook een Orval-kenner.”Jean woont al dertig jaar samen met zijn vrouw in het dorpje en keert om de twee we-ken terug naar zijn familie en schoonfamilie in zijn geboortestad. Sint-Pieters-Woluwe. Brussel zit overal.
www.brusselnieuws.be/steegen
David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht
David Steegen
Marcel de Bruxelles
JIUJITSU OP Z’N VRIENDELIJKST
KOEKELBERG – De Brussels Brazilian Jiu Jitsu Academy (BBJJA) organiseert haar achtste challenge voor vier- tot 22-jarigen.
Maar liefst 295 deelnemers verwelkomde de BBJJA in 2009. Door het grote succes wijkt het toernooi dit jaar uit naar een grotere zaal (maar op hetzelfde adres: Autriquestraat 4 in Koekelberg). Op zondag 28 november gaan de deuren al om halfnegen open; de jongste kinderen (vier tot zeven) vechten hun eerste kampen om 10 uur.De verschillende leeftijdscategorieën krij-gen telkens een halfuur opwarming alvorens de wedstrijden beginnen. Heel de dag door
wordt gevochten, jongens en meisjes apart. Het tijdschema is strak en moet ook correct gevolgd worden: wie te laat komt, ligt eruit.Wie zich wil meten met de beste Brusselse jiujitsu-vechters, moet zich voor 20 novem-ber inschrijven; ter plaatse is dat niet meer mogelijk. Mail daarvoor naar [email protected] en geef uw naam, leeftijd, geslacht, club en gordel op. Deelnemers be-talen vijf euro, toeschouwers mogen gratis binnen. Alle deelnemers krijgen een medaille en één belangrijke les: eerst de vriendschap, dan pas de competitie.� TS
www.bbjja.firegym.be
ZWEM VOOR HET GOEDE DOEL
SINT-GILLIS – Brussels Gay Sports (BGS) organiseert de vijftiende Swim for Life om geld in te zamelen voor de strijd tegen aids.
Het geld dat Swim for Life inzamelt (al meer dan 260.000 euro de afgelopen jaren), gaat integraal naar projecten die zich inzetten voor de strijd tegen de ziekte. Op zondag 28 november, van 12 tot 18 uur, is het zwembad Victor Boin het decor van de jubileumeditie. Deelnemers laten zich sponsoren door vrien-
den, kennissen of familie met de belofte zo-veel mogelijk lengtes te zwemmen. Er wordt in ploegen gezwommen, maar zondags-zwemmers zijn ook welkom: geld inzamelen is belangrijker dan de competitie. Toch is het meer dan zomaar wat baantjes trekken; de sfeer zit er altijd goed in. Wie geen zwem-broek heeft, kan de sfeer komen opsnuiven en een donatie doen. Deelnemen? Stuur een mailtje naar [email protected]. Of kijk op www.swimforlife.be.� TS
“Je droomt wel even van een profcarrière, maar de realiteit haalt je snel in. De huur moet betaald, hé”
egaal en niet zo modderig. Als toppers in België komen lopen, dan moeten ze toch wel even slikken.”Dewitte is serieus met zijn vak bezig, maar het blijft op amateurniveau. Toch is hij een geducht loper die tot de Belgische top be-hoort. “Vorig jaar stond ik tweede in de stand van de Crosscup, maar ik moest ge-blesseerd afhaken. Dit seizoen ben ik goed begonnen, met begin november een tweede plaats tijdens de manche in Mol. Je moet weten dat de Crosscup het hoogste niveau is in België. Het is uiteraard een doel om hem eens te winnen, maar ik zet mezelf niet on-der druk. In de korte cross behoor ik tot de top in België, ik vecht elk jaar voor een podi-umplaats.”Het speelterrein van de Brusselaar blijft be-perkt tot België. Het WK zit er niet in, want sinds een paar jaar wordt daar alleen nog de lange cross gelopen. “Dat is wel spijtig. Maar het plezier is voor mij het belangrijkste, en daarvoor moet je het in België ook doen. Vroeger hoopte ik nog een profcontract af te dwingen. Nu heb ik mijn leven naast de sport. Ik wil me amuseren met het lopen, op een behoorlijk niveau.”� Tim�Schoonjans
www.sebastiendewitte.be
stoppers_pave�_staand_1013.indd 5 12-10-2010 13:17:00
ADVERTENTIE
LAKEN – Brussel krijgt volgend jaar een WTA-damestoernooi. Tennisclub Prime-rose hoopt een week vóór Roland Garros op een paar topspeelsters.
“Uiteraard zijn we fier dat we een WTA-toernooi mogen ontvangen,” zegt Prime-rose-directeur Frédéric Kohn (42). “We nemen de plaats in van het toernooi van Warschau, dat met financiële problemen kampt. De WTA zocht naar een nieuwe lo-catie dichter bij Roland Garros en heeft een paar kanshebbers uit de buurt geselecteerd. Ze zijn onze infrastructuur een paar keer komen bezoeken en hebben ons eruitgepikt. Dat we in het verleden al de Davis Cup heb-ben ontvangen, is een voordeel.”Het graveltoernooi wordt van 16 tot en met 21 mei gespeeld, met 618.000 euro aan prijzengeld. De toernooidirecteur blijft met Jean-François Caujolle dezelfde als in War-schau. Primerose – de club zit in het Congo-lees paviljoen van Expo 58 – stelt alleen zijn infrastructuur ter beschikking. De club in de
schaduw van het Atomium zal een en ander opfrissen. “Het is al tien jaar geleden dat we nog een groot evenement hebben ontvan-gen. De vestiaires moeten we bijvoorbeeld onder handen nemen,” zegt Kohn.Clijsters en Henin zouden volgens sommige bronnen al afgehaakt hebben. “Sommige speelsters kiezen voor een rustige week, andere willen spelen. Het is onze eerste edi-tie en we zien wel. Het zou jammer zijn als Henin en Clijsters niet komen. Maar mis-schien komen ze nog op andere gedachten, het valt te zien hoe volgend seizoen loopt. Ik hoop alleszins op een paar spelers uit de top tien.”Hoe het nieuwe toernooi zal heten, is nog niet bekend. De organisatoren zijn wel vast-besloten om er een onvergetelijk evenement van te maken. “De eerstkomende vijf jaar wordt het toernooi zeker bij ons gespeeld. Daarna zien we wel. Het zou mooi zijn om Brussel elk jaar een prestigieus tennistoer-nooi te geven. We willen een vaste waarde worden.”� TS
Vrouwentop aan het AtomiumTennis > WTA-toernooi Warschau valt af, Brussel pikt in
BDW 1255 PAGINA 26 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
© S
AS
KIA
VA
ND
ER
STI
CH
EL
E
DOOR PATRICK JORDENS
Jullie zitten waarschijnlijk uit te kijken naar de fi nale
van Junior Eurosong in het verre Minsk, om te zien
hoe onze Jill & Lauren het ervan af zullen brengen.
Maar in Brussel wordt ook nogal wat afgezongen!
Zo’n driehonderd kids uit zes scholen bestormen dit
weekend het podium van het operahuis De Munt.
‘M ond goed opendoen, hoor!” roept de
Engelse componist en dirigent Howard
Moody de kinderen toe tijdens een van
de repetities voor The Brussels Requiem . Waar kinderen
op school meestal de lippen stijf op elkaar horen te
houden, mogen, pardon, móéten ze hier stevig van zich
laten horen.
Als ik de repetitiezaal binnenkom, zitten de jonge
zangertjes allemaal op hun knieën. Niet omdat ze
gestraft zijn, maar omdat ze de honden van de hel
spelen, zo begrijp ik later. Met hun handen rond hun
lippen vormen de kinderen een toeter en zingen ze een
liedje in een vreemde taal. Een beetje later staan ze
recht en doen ze alsof ze wild gitaar spelen, stampen
ze heftig met hun voeten op de grond, rollen ze over
de vloer om daarna met de armen wijdopen de golven
van de zee na te bootsen. Hier wordt niet alleen goed
gezongen, er wordt ook bewogen en levendig geacteerd.
Basma (11), Ines (11) en Ayoub (9) zitten in de Sint-
Jorisschool. Dat is een van de zes scholen die meedoen
De derde graad van de Sint-Jorisschool op een van de repetities. Ines zit helemaal boven op uitkijk in de nok!
Zit er een soort verhaal in?
B: Ja, het gaat over een man, Charon, die
de doden met de boot naar de onderwereld
brengt. In de onderwereld wonen ook de
hellehonden. We laten zien wat er met je
gebeurt als je sterft: als je goeie dingen hebt
gedaan, ga je naar het paradijs. Maar als je in
je leven te veel slechte dingen hebt gedaan,
dan kom je in de onderwereld terecht.
Oei. Geloof jij daarin, Ines?
Ines (I): Ja.
aan dit project. Na een repetitie praatte Zazie
even met hen over dit grote zangavontuur.
Requiem, zo staat er in de titel van jullie
zangstuk. Wat betekent dat?
Basma (B): Het is Latijn en het wil zeggen
‘eeuwige rust’. Het gaat over wat je zoal voelt als
er iemand sterft en ook over wat er dan met die
dode gebeurt. Er zijn verschillende hoofdstukken,
zoals ‘Dies irae’, waarin we laten zien dat we
heel kwaad zijn op de dood. Maar in het stuk
‘Lacrimosa’ voelen we ons dan weer heel triestig.
BRUSSEL ZINGT!
!"#$$%&$'%(#)%*+,-./'+01+2/,34)56
67778
39:;<:8;7778=>3?
WIN!
BDW VOO
R IE
DEREEN VAN 9
TOT
13
JA
AR •
ZIEza
Jij kan een van de drieduizend toeschouwers worden van
The Brussels Requiem, want Zazie mag
3 x 2 gratis kaartjes weggeven voor het
concert van zondag 21 november om 17 uur.
Mail vóór vrijdag 19 november om 13 uur je
naam, leeftijd en adres naar [email protected].
Misschien ben je bij de gelukkige winnaars!
Meer over The Brussels Requiem? Op www.demunt.be!
ZINGT!Interview: Kinderen aan de macht in de Muntschouwburg
Dit weekend kan je in vijf Brusselse zwembaden gratis of tegen een zacht prijsje terecht voor allerlei fi jne wateractiviteiten. In het Victor Boinbad van Sint-Gillis bijvoorbeeld krijg je op zaterdag een gratis
ontbijt na een vroege zwembeurt. Of wat dacht je van een schat opdelven op de bodem van een zwembad? Waag je kans nu zondag in het bad van Neder-Over-Heembeek! Of wil je liever eerst leren duiken, met alles erop en eraan? In Anderlecht en in Sint-Pieters-Woluwe staan de badmeesters al klaar.Kortom, twee dagen lang lekker plonzen, voor klein en groot! Vergeet je badmuts niet...
Alle info vind je op www.vgc.be/sport of www.zwembaddagen.be.
Waterpret!BLIK VANGER
[ SORRY ] SNORRY?
BDW 1255 PAGINA 27 - DONDERDAG 18 NOVEMBER 2010
En wat gebeurt er dan met de dieren als ze sterven? B: Die gaan natuurlijk allemaal naar het paradijs,
want die doen nooit iets verkeerds.
Gaat er iemand dood in het stuk dat jullie zingen? B: Ja, dat wordt gespeeld door een kind van het
kinderkoor van de opera.
En waarom sterft dat kind? Ayoub (A): Dat weten we niet.
Jullie zingen in koor met ongeveer 295 andere kinderen, soms zelfs in verschillende stemmen. Hebben jullie ook een eigen rol? A: Ja. Voor het hoofdstuk ‘Quantus tremor’ begint,
vormen wij drie samen een trio en moeten we ‘woede’
uitbeelden. Dan slaan we heel hard met onze armen
en voeten. Maar niet op iemand anders, hé, gewoon
tegen de lucht. En tegelijk kijken we dan naar het
publiek.
B: En we mogen niet lachen!
I: Soms beelden we ook wel de honden van de hel uit,
als we op de knieën zitten.
Jullie zingen vaak in andere talen, Latijn, Engels, Frans, Nederlands... B: ... in het Hebreeuws ook!
Waarom in zoveel verschillende talen? B: Ik weet het niet. Misschien omdat het soms oude
talen zijn en omdat het goed klinkt. Ik vind het wel
leuk, want zo hebben we ook een beetje die andere
talen geleerd.
I: Soms was het wat moeilijk. Vorig jaar zijn we
begonnen en hebben we andere liedjes ingestudeerd
dan dit jaar. We moesten dus wel wennen...
Jullie zijn hier al lang mee bezig, ongeveer anderhalf jaar. Vonden jullie het leuk om mee te maken? A: Ja, maar soms word ik wel moe, omdat we zoveel
moeten repeteren. We moeten het altijd opnieuw doen
totdat het goed is.
En nu: eindelijk hét optreden. Zenuwachtig? B: Ja, zeker voor onze solo! Ik ben nu al verlegen,
maar ik heb er ook veel zin in.
I: Ik ook. Ze zeggen dat er drieduizend mensen gaan
komen kijken!! Mijn familie zal er ook zijn...
[ SORRY]SNORRY?
Moko, Mibalé, Misato, Miné
© B
AR
T D
EW
AE
LE
‘S oms heb ik ’s morgens helemaal geen zin om te komen. Maar als ik er dan ben en ik doe mee, dan voel ik me
nadien altijd beter. Dat vind ik wel wat raar,” vertelt NERJIS (8) me heel eerlijk na de zangworkshop van Shanti! Shanti! Ze weet me ook nog te vertellen dat die naam zoveel betekent als “Zing! Zing!/Chante! Chante!” En dat is precies wat een veertigtal kinderen van allerlei nationaliteiten en leeftijden sinds september elke zaterdag doen: samen muziek maken met alleen maar hun stem.“Superleuke liedjes leren we hier,” vertelt RULA (9) . “Meestal liedjes in andere talen. Zoals vorige keer in het Congolees! Toen leerden we tellen. Dat klonk als Moko mibalé misato miné , en nadien maakten we daar een liedje met een klapspelletje van.” – “Of zoals vandaag,” zegt Nerjis. “We hebben nu veel gezongen in een verzonnen taal, en ook zelf een liedje mogen componeren met namen van tropische vruchten, zoals mango of papaja. Spannend!”Al deze kinderen houden veel van muziek,
en sommigen willen van zingen zelfs hun beroep maken. “Jill & Lauren van Junior Eurosong zijn mijn idolen. Maar Ymke en Emma ook, hoor! Later wil ik ook graag zangeres en danseres worden, en mijn mama vindt dat ook een goed idee,” zegt Nerjis en ze glundert. ERIC (10) niet, die ziet zingen gewoon als een hobby. En later? Dan wil hij aan de slag als veearts. “Het leukste aan Shanti! Shanti! is dat we hier allemaal graag zingen en dus meestal goed meedoen. Dat is anders dan op school: daar zingen de kinderen vaak tegen hun zin.” Rula vindt dat ook: “Ja, en hier mogen we ook een beetje doen wat we willen. We moeten niet altijd met onze voeten stijf onder de bank blijven zitten. Soms klappen we in de handen, of bewegen we terwijl we zingen. Zingen is hier een echt plezier!”
Shanti! Shanti! is een project van Met-X (www.met-x.be) & Festival van Vlaanderen-Brussel. Elke zaterdagochtend zingen ze uit volle borst bij Bronks, in hartje Brussel.
© IL
AH
Voor Eric (in het midden) is zingen een leuke hobby. Later wil hij veearts worden.