Barok - PBworksamchoeilaart2012.pbworks.com/w/file/fetch/58517451/De... · 2021. 1. 5. · k 4 Het...
Transcript of Barok - PBworksamchoeilaart2012.pbworks.com/w/file/fetch/58517451/De... · 2021. 1. 5. · k 4 Het...
-
Bar
ok
1
Barok
1. Wanneer?
De term barok wordt gebruikt voor kunst die gemaakt werd tussen 1600 en 1750.
Wat bestond er al? Scheepvaart. Verre afstanden moesten per boot afgelegd worden. Zelfs de duikboot bestond al.
Frankrijk, Spanje en Engeland. De rest van West-Europa bestond voornamelijk uit kleine gebieden.
Frankrijk was zowat het machtigste land van West-Europa. Het was ook in die periode dat Lodewijk
XIV er heerste (1643-1715)
Wat bestond er nog niet? Democratie. De maatschappij bestond uit drie standen: de koning en de adel, de geestelijken en
burgers en boeren. Kunstenaars werken ook steeds in dienst van de Kerk of van een vorst.
België. België heette toen de Zuidelijke Nederlanden en behoorde afwisselend tot Oostenrijk en
Spanje.
Hoe zat het met instrumenten? Welke van deze instrumenten bestonden al? Sommigen bestonden nog niet maar hadden wel al een
voorloper. Schrijf de naam van deze voorloper er dan naast in de linkerkolom.
viool – piano – cello – dwarsfluit – saxofoon – hobo – klarinet – trompet – gitaar – orgel
Bestond al Bestond nog niet
-
Bar
ok
2
2. Kenmerken van muziek uit de barok
Kunstenaars in de barok hadden een voorkeur voor pracht en praal. Dit uit zich ook in de muziek. De
melodie wordt vaak rijkelijk versierd. Vaak worden de verschillende muzikale zinnen niet duidelijk
van elkaar gescheiden: nog voor een zin goed en wel geëindigd is, is de volgende zin al begonnen, in
dezelfde of een andere stem. Soms doet de laatste noot van de vorige zin dienst als de eerste noot
van de volgende zin. Dit heet voortspinningsmelodiek.
Er wordt veel polyfone muziek geschreven, maar ook monodie komt vaak voor. Dit wil zeggen dat
een melodie wordt begeleid door akkoorden. Deze akkoordbegeleiding werd niet volledig
uitgeschreven. Er was enkel een baslijn met cijferaanduidingen, waardoor de klavierspeler wist welke
akkoorden hij moest gebruiken. Dit gebruik heet basso continuo. De baslijn werd gespeeld door een
cello of een fagot, een klavecimbel of orgel speelde deze baslijn en voegde er akkoorden aan toe.
Veel instrumenten uit de barok konden nog niet erg veel verschil maken in geluidssterkte. Daarom
werd er gebruik gemaakt van terrassendynamiek: geen crescendo of decrescendo, maar plotse
verschillen. Deze verschillen konden gemaakt worden door andere of meer instrumenten(groepen)
te laten spelen, of door een ander register te gebruiken (op een orgel of klavecimbel).
3. Muziekvormen en genres uit de barok
Suite: opeenvolging van hofdansen, zoals de allemande, courante, sarabande en gigue.
Oratorium: een stuk voor solisten, koor en orkest, waarin een (meestal geestelijk) verhaal wordt
verteld. Een oratorium bestaat uit verschillende nummers, waaronder aria’s en recitatieven. Beide
nummers worden gezongen door één of meerdere solisten. Bij een aria ligt de nadruk op de muziek,
de tekst is minder belangrijk. In een recitatief wordt het verhaal verteld. De tekst is hier belangrijker
dan de muziek. De solist wordt hier ondersteund door een eenvoudige akkoordbegeleiding. Deze
nummers worden afgewisseld met koorgedeelten. Een oratorium onderscheidt zich van opera
omdat de zangers niet acteren.
Een bijzondere vorm van het oratorium is de passie. Dit is een oratorium over het lijdensverhaal van
Jezus. De twee bekendste passies zijn van J.S. Bach: de Mattheuspassie en de Johannespassie.
Concerto: een stuk voor solist of solistengroep en orkest. In deze vorm zijn er afwisselend passages
voor een solist en voor het orkest. De solist speelt ook regelmatig samen met het orkest. Als er één
solist is spreken we van een soloconcerto. Bij een concerto grosso wisselen een klein groepje
muzikanten en het hele orkest elkaar af. Een concerto bestaat uit drie delen. Het eerste deel is snel,
dan komt er een traag deel, waarna weer een snel deel volgt.
Fuga: een ingewikkelde polyfone vorm, gebaseerd op één thema.
Basso ostinato: een reeks variaties op een ostinate bas. Zo een stuk wordt vaak passacaglia of
chaconne genoemd.
-
Bar
ok
3
Componisten uit de barok
J.S. Bach De vier seizoenen
Water Music
G.F. Händel
Mattheuspassie
Messiah
Music for the Royal Fire Works
A. Vivaldi Toccata voor orgel in re klein
Brandenburgse concerto’s
A. Vivaldi: Vioolconcerto Op.8 nr.1 De lente
Antonio Vivaldi is een Italiaanse barokcomponist die vooral meer dan 500 concerto’s gecomponeerd
heeft, waarvan 230 voor viool. Bij vier van zijn vioolconcerto’s schreef hij ook een gedicht, telkens
over een ander seizoen. Deze seizoenen worden ook uitgebeeld in de concerto’s.
Dit is het gedicht dat Vivaldi schreef bij de lente:
Allegro "Giunt' è la Primavera e festosetti La Salutan gl' Augei con lieto canto, E i fonti allo Spirar de' Zeffiretti Con dolce mormorio Scorrono intanto: Vengon' coprendo l' aer di nero amanto E Lampi, e tuoni ad annuntiarla eletti Indi tacendo questi, gl' Augelletti; Tornan' di nuovo al lor canoro incanto:" Largo "E quindi sul fiorito ameno prato Al caro mormorio di fronde e piante Dorme 'l Caprar col fido can' à lato." Danza Pastorale: Allegro "Di pastoral Zampogna al suon festante Danzan Ninfe e Pastor nel tetto amato Di primavera all' apparir brillante."
Daar is de lente! De vogels vieren haar terugkeer met feestgezang En de wind streelt zacht de murmelende beekjes Onweders kondigen de Lente aan, brullend werpen ze hun donkere mantel over de hemel Dan verstommen ze En de vogels pikken hun lieflijke lied weer op. Op het veld vol bloemenpracht Onder takken vol fris gebladerte Slaapt de geitenhoeder naast zijn trouwe hond. Herdersdans Geleid door de feestelijke klank van musettes Dansen nymfen en herders lichtvoetig Onder de prachtige voorjaarshemel.
-
Bar
ok
4
Het eerste deel van dit concerto heeft een ritornellostructuur. Dit is een vorm die in de barok vaak
voorkwam. Een ritornello is een soort refrein dat verschillende keren in het stuk terugkeert. Het
ritornello wordt echter niet letterlijk herhaald: vaak hoor je slechts een deel ervan, of staat het in een
andere toonaard. Tussen de ritornello’s door komen er episodes, waarin het solo-instrument een
grotere rol speelt.
Het ritornello in dit deel beeldt de lente uit, terwijl je in de strofes fragmenten uit het gedicht kan
herkennen: de kabbelende beekjes, de vogels en het onweer.
Uitbeelding (beekjes, vogels, onweer)
Bezetting (tutti, solo met begeleiding, solo, enkele solisten)
Ritornello 1 Episode 1 Ritornello 2 Episode 2 Ritornello 3 Episode 3 Ritornello 4 Episode 4 Ritornello 5
Het tweede deel van dit concerto is geschreven voor een kleinere bezetting: viool solo, twee violen
en een altviool. De solo viool speelt een lyrische melodie, die de herder moet voorstellen. Terwijl de
violen het ruisen van de bladeren imiteren, heeft de altviool een steeds terugkerend ritme. Dit moet
het blaffen van de hond voorstellen.
Voor het derde deel gebruikt Vivaldi weer de ritornellostructuur. De lange aangehouden noten in de
cello en de altviool doen denken aan een doedelzak.
-
Bar
ok
5
G.F. Händl: Water Music: suite 2: Alla Hornpipe
-
Bar
ok
6
-
Bar
ok
7
H. Purcell: Dido and Aeneas: When I am Laid in Earth
J.S. Bach: Goldbergvariaties: aria
-
Bar
ok
8
J.S. Bach
Johann Sebastian Bach wordt als de belangrijkste componist uit de barok gezien. Het baroktijdperk
eindigt ook met zijn dood, in 1750. Hij schreef niet alleen zeer veel werken, maar ook van heel hoge
kwaliteit. Hij slaagde erin van zowel horizontaal te denken (elke stem heeft zijn eigen verloop) als
vertikaal (samen vormen deze stemmen ook prachtige harmonieën). Bovendien kon hij gevoel en
verstand als geen ander in zijn muziek verenigen. Hij verwerkte ook veel symboliek in zijn werken,
zonder dat dit ten koste ging van de muziek. Zo hield hij ervan om zijn eigen naam te verwerken in
zijn muziekstukken.
Leven
J.S. Bach werd geboren in 1685 in een muzikale familie. Zijn vader, grootvader, en veel van zijn broers
en ooms waren muzikant.
Er zijn 1128 muziekstukken van hem teruggevonden. Bach heeft er nog veel meer gecomponeerd,
maar die zijn verloren gegaan. Bachs werken hebben elk een nummer gekregen in de Bach Werke
Verzeichnis (BWV).
Bach kreeg 20 kinderen bij twee verschillende vrouwen (zijn eerste vrouw stierf vrij vroeg). Van deze
twintig kinderen zijn er slechts tien volwassen geworden.
Bach werkte als organist, kapelmeester en cantor. Een kapelmeester werkt aan het hof van een vorst
en moet muziek voorzien voor feesten en speciale gelegenheden aan het hof. Hij moet deze stukken
componeren en repeteren met de muzikanten. Als cantor moest Bach het kerkkoor leiden en elke
week een nieuwe cantate schrijven voor de eredienst.
De laatste jaren van zijn leven was Bach blind. Hij stierf in 1750.
-
Bar
ok
9
Werken
1. Prelude in do groot uit Das Wohltemperierte Klavier I
2. Prelude in do klein uit Das Wohltemperierte Klavier I
3. Air
4. Brandenburgs concerto
5. Wachet auf
Van welk stuk hoor je hier een bewerking?
Bach à la jazz (Ben Charest) Swingle sisters Jacques Loussier en Bobby McFerrin Everything ’s gonna be allright (Sweetbox) Ave Maria (Gounod)
-
Bar
ok
10
The king’s singers: Bach had a little problem
Toccata in re klein BWV565 Concerto voor twee violen, BWV 1043, tweede deel Orkestsuite nr.2 BWV 1067: badinerie Orkestsuite nr.3 BWV 1068: air Brandenburgs concerto nr.2 BWV 1047, derde deel Toccata in re klein BWV 565 Fuga in re klein BWV 565
J. S. Bach had a little problem. J. S. Bach was in a fix. J. S. Bach couldn't find an answer. What to do? I've written most of a rather fabulous work! Toccata, it's in D minor, but now I'm feeling a bit of a jerk. I can't think of what should come after it. Now, said his wife, who was resting up after her 33rd child. Johann, my dear, you should just go to bed. Something always comes up. Don't be a twit! It's a real crisis and I'm working to a deadline. What can I fit? What to fit after the great toccata Maybe it needs to be something faster I haven't got a clue and in a week the piece is due I'm in a panic. I'm stuck like glue. Don't get your knickers in a twist, Johann, 'Those are only notes,' you've always said. There's only twelve so use your head How many arrangements of twelve notes can there possibly be? That's a problem I don't want to deal with How many permutations on C and D and E and F and G, A, B is a thing that I never heard of. You can leave that to Arnold Schönberg He is the person to do that twelve-tone thing No! No! It isn't the answer, I haven't the foggiest. What am I gonna do? I'm all in a panic Aaah, no. What can I do? I've finished my toccata but I have no fugue (Phone ringing) Ah... and now I've got the fugue!
-
Bar
ok
11
-
Bar
ok
12
Analyse: Badinerie uit Orkestsuite nr.2
Toonaard: _________________________________________________________________________
Modulatieschema:
Modulaties: zie partituur
Duid 3 volmaakte cadenzen aan (V-I).
Vorm: ____________________ . Duid deze delen ook aan op de partituur.
Metrum: ___________________________________________________________________________
Tempo: ____________________________________________________________________________
Bezetting: __________________________________________________________________________
Karakter: __________________________________________________________________________
Wat spreekt je (minder) aan in de muziek? _______________________________________________
__________________________________________________________________________________