Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek &...

17
Pagina 1 van 17 Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum Tel: +31 (0) 251 321340 E-mail: [email protected] Website: http://home.kpn.nl/fam.lievers/ In het kader van zijn SL3 badminton opleiding

Transcript of Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek &...

Page 1: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 1 van 17

Badminton tactiek & Coaching

Ditboekissamengestelddoor:PeterLieversJoVincentstraat171902MDCastricumTel:+31(0)251321340E-mail:[email protected]:http://home.kpn.nl/fam.lievers/InhetkadervanzijnSL3badmintonopleiding

Page 2: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 2 van 17

Page 3: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 3 van 17

Inhoud1 Tactiek&Coaching.................................................................................................................4

2 Tactiekenkelspel....................................................................................................................5 2.1 Beginner.........................................................................................................................................5 2.2 Gevorderde....................................................................................................................................5 2.3 Competitiespeler.........................................................................................................................5 2.3.1 Detegenstanderheeftgeenuithoudingsvermogen...................................................................6 2.3.2 Detegenstanderheefteengoeduithoudingsvermogen..........................................................6 2.3.3 Detegenstanderissnel..........................................................................................................................6 2.3.4 Detegenstanderislangzaam...............................................................................................................6 2.3.5 Detegenstanderheefteentechnischgoedspel...........................................................................6 2.3.6 Detegenstanderheefteenslechtebackhand...............................................................................6 2.3.7 Detegenstanderheeftslechtnetspel...............................................................................................6 2.3.8 Detegenstanderheefteenhardesmash.........................................................................................6 2.3.9 Detegenstanderspeeltweinigofgeensmash.............................................................................6 2.3.10 Detegenstanderissnelvanzijnstukgebrachtofheeftweinigzelfvertrouwen.....7 2.3.11 Detegenstanderislaconiekofprobeertmetanderedingendanbadmintonspeldewedstrijdtewinnen...........................................................................................................................................7

3 Tactiekdubbelspel.................................................................................................................8 3.1 Beginner.........................................................................................................................................8 3.2 Gevorderde....................................................................................................................................8 3.2.1 Waarstaje?.................................................................................................................................................8 3.2.2 Service...........................................................................................................................................................9 3.2.3 Wanneerslaje?.......................................................................................................................................10 3.2.4 Mentaal.......................................................................................................................................................10

4 Tactiekgemengddubbelspel...........................................................................................12 4.1 Gevorderde.................................................................................................................................12 4.1.1 Waarmoetjestaan?.............................................................................................................................12 4.1.2 Waarmoetjeslaan?..............................................................................................................................13

4.2 Coach.............................................................................................................................................13 4.3 Competitiespeler......................................................................................................................14 4.3.1 Tipsvoordeheer...................................................................................................................................14 4.3.2 Tipsvoordedame.................................................................................................................................14 4.3.3 Tipsvoorbeide.......................................................................................................................................14

5 Coaching..................................................................................................................................16 5.1 Voordewedstrijd.....................................................................................................................16 5.2 Tijdensdewedstrijd................................................................................................................16 5.3 Nadewedstrijd.........................................................................................................................17

Page 4: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 4 van 17

1 Tactiek & Coaching Waar techniek onze 'wapens' zijn, is tactiek jouw keuze wanneer je welk wapen inzet. Bij tactiek gaat het om waar je staat en waar(heen) je slaat. Op deze pagina's vind je tactische aanwijzingen en punten waarop je als coach/begeleider tijdens een wedstrijd aandacht aan kan geven. Onderverdeeld in: - Tactiek enkelspel - Tactiek dubbelspel - Tactiek gemengd dubbelspel en: - Coaching.

Page 5: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 5 van 17

2 Tactiek enkelspel Waar moet je staan en waar(heen) moet je slaan in het enkelspel? Uitleg voor de beginner en zijn coach. De gevorderde speler en zijn coach. De competitiespeler.

2.1 Beginner Waar moet je staan? Je moet daar gaan staan waar je onder de meest voorkomende slagen van je tegenstander het beste bij zijn geslagen shuttles kan komen. In het enkelspel is dat simpel: ongeveer in het midden. Eén uitzondering: als je serveert, en je komt nog niet zo ver: in het puntje van het serveervak. Kan je al wel gemakkelijk een verre hoge service laan: neem je meer afstand van het net, want dan sta je meteen klaar voor de return. Waar moet je slaan? Naar de hoeken, immers je tegenstander staat volgens bovenstaande regel ook in het midden. Staat hij daar niet, dan sla je naar de hoek het verst weg van waar hij staat. Een eenvoudige tactiek is eerst zo ver mogelijk achterin slaan. Gaat je tegenstander keurig terug naar de basis, dan nog een keer naar achteren slaan. Vaak blijft je tegenstander na twee keer achterin slaan achterin hangen, dus daarna speel je de shuttle kort over het net. Omgekeerd kan ook: eerst kort en daarna naar achteren. Voor/achter is een veel grotere afstand dan links/rechts, en lastiger ook. Coach van de beginner Tips voor je speler: - keer steeds naar je basispositie terug - speel je tegenstander uit de basis, dus naar de hoeken - speel daar waar je tegenstander niet is (bv. 2x diep en daarna kort) - speel je service achterin richting de middellijn (hoef je zelf minder in de breedte te verdedigen) - speel langs de lijn, liever dan cross (dan is de shuttle minder lang onderweg) - geen punten forceren, bouw je rally rustig op en speel op veilig.

2.2 Gevorderde Dus het bovenstaande weet je nu wel en gebruik je al? Dan gaan we een stapje verder: Waar sta je? In plaats van altijd in het midden, pas je je basispositie aan, aan de plaats van de shuttle in het veld van je tegenstander. Shuttle link achter? Jouw basispositie aanpassen naar links, zodat je beter dis slag langs de lijn kan retourneren. Slaat je tegenstander toch cross, dan is de shuttle langer onderweg, daar heb je dus ook meer tijd voor om hem te halen. Waar sla je? Nadat je eerst je tegenstander in een hoek hebt gedreven, sla je de shuttle in de hoek ertegenover, zodat je tegenstander langs de diagonalen van het veld moet lopen. Dus niet alleen voor-achter, zoals hierboven, maar meer rechtsachter - linksvoor. Het standaard-antwoord op een moeilijk slag van je tegenstander is: een hoge bal achterin, zodat je tijd krijgt om te herstellen en terug te keren naar je basis. Wanneer sla je? Om je tegenstander zo min mogelijk hersteltijd te gunnen, loop je altijd naar de aankomende shuttle toe en sla je die zo hoog en snel mogelijk terug. Coach van de gevorderde speler Nog meer tips voor je speler: - speel alleen cross als je tegenstander uit de basis is (anders is de shuttle te lang onderweg). - als je te laat bent: hoge slag - pas je basispositie aan - als je initiatief hebt, blijf dan aanvallende slagen spelen: drops, drives, smashes - ga naar die shuttle toe (neem een actieve basispositie aan, zodat je snel weg bent)

2.3 Competitiespeler Op dit niveau is tactiek vooral: welke wapens zet ik in tegen déze tegenstander. Je moet dus weten welke wapens jij hebt: waar ben je goed in? En je moet beoordelen wat de zwakke plekken bij je tegenstander zijn. Onderstaand een aantal voorbeelden voor een tactische oplossing bij sterke en zwakke punten van de tegenstander (bron: Paula Rip, Badminton Nederland).

Page 6: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 6 van 17

2.3.1 De tegenstander heeft geen uithoudingsvermogen - Laat de tegenstander alle hoeken van het veld zien. - Wacht niet te lang met serveren. - Houd tempo in het spel. - Beantwoord een clear vooral niet met veel clears. - Neem geen/weinig risico met scoren, wacht je kans af.

2.3.2 De tegenstander heeft een goed uithoudingsvermogen - Speel 'vertragend', zonder onsportief te zijn. - Maak zoveel mogelijk gebruik van de zwakke plekken in de verdediging van de speler; - Zorg dat de speler niet in zijn eigen spel komt; bepaal dus zelf het tempo en/of het speltype. - Benut direct alle scoringskansen. - Houd goed rekening met je eigen uithoudingsvermogen; ga geen lange rally's aan als jezelf niet fit bent. - Laat niets merken van je fysieke gesteldheid op dat moment. - Speel zoveel mogelijk 'met schijn' en neem eventueel risico's bij pogingen tot scoren.

2.3.3 De tegenstander is snel - Houd de speler goed in het achterveld zodat je zelf overzicht houdt. - Speel constant op de zwakke technische punten van de speler. - Speel niet teveel aan het net; de speler kan de shuttle snel pakken en wellicht je zelf overspelen of op de achterlijn drukken.

2.3.4 De tegenstander is langzaam - Speel snel met aanvallende slagen en raak de shuttle zelf zo snel mogelijk. - Laat de speler zoveel mogelijk lopen.

2.3.5 De tegenstander heeft een technisch goed spel - Houd de speler zo diep mogelijk in het achterveld om schijnbewegingen te zien aankomen. - Geef de tegenstander geen kans de shuttle goed te kunnen spelen. Speel de shuttle veel snel en laag heen en weer. - Speel zo min mogelijk hoog; hierdoor krijgt de speler te veel tijd voor zijn goede slagen en ben je zelf snel in moeilijkheden.

2.3.6 De tegenstander heeft een slechte backhand - Speel aanvallend op de backhand, net zo lang totdat je een slecht teruggespeelde return kunt afmaken. - Lok de tegenstander op de forehand en maak daarna de rally af op de backhand. - Speel geen hoge slagen op de backhand; de speler kan dan onder de shuttle lopen en een round-the-headslag spelen.

2.3.7 De tegenstander heeft slecht netspel - Lok veel netspel uit door geplaatste smashes te spelen (deze worden veelal kort teruggespeeld). - Speel veel dropshots en netdrops.

2.3.8 De tegenstander heeft een harde smash - Speel veel omlaag met smashes en aanvallende dropshots. - Speel weinig hoge of halfdiepe clears en lobs. - Beantwoord dropshots met een netdrop of een aanvallende lob naar de achterlijn.

2.3.9 De tegenstander speelt weinig of geen smash - Speel altijd een clear of lob als je in moeilijkheden bent. - Speel veel diepe hoge slagen, afwisselend links- en rechts achterin het veld. - Speel dusdanig dat de tegenstander de shuttle niet te gemakkelijk hoog over je heen kan spelen, waardoor je zelf de shuttle niet kunt afmaken. - Speel weinig of geen trage dropshots. Snelle dropshots kunnen wel gespeeld worden, zodat de tegenstander geen kans krijgt om hoog over je zelf heen te spelen.

Page 7: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 7 van 17

2.3.10 De tegenstander is snel van zijn stuk gebracht of heeft weinig zelfvertrouwen - Laat de speler geen vat op je spel krijgen. Houd geen bepaald stereotyp spel aan, varieer. - Speel afwisselend snel en vertragend. - Probeer zo snel mogelijk in het begin van het spel punten te maken (snel een paar punten voorstaan). - Wees zelf rustig en onverstoorbaar.

2.3.11 De tegenstander is laconiek of probeert met andere dingen dan badmintonspel de wedstrijd te winnen

- Blijf uiterlijk even laconiek als de tegenstander; blijf innerlijk goed geconcentreerd. - Maak van iedere onoplettendheid van de tegenstander gebruik om de aanval af te ronden of een punt te scoren. - Blijf om welke verstoring dan ook lachen of negeer je tegenstander en laat je niet boos maken. - Concentreer je op de zwakke punten van de tegenstander en blijf op deze punten spelen.

Page 8: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 8 van 17

3 Tactiek dubbelspel Waar moet je staan en waar(heen) moet je slaan in het dubbelspel? Uitleg voor de beginnende badmintonner en zijn coach. De gevorderde en zijn coach. De competitiespeler.

3.1 Beginner Waar moet je staan? In het dubbelspel is dat nog niet zo simpel, maar begin met: naast elkaar (Side by side). Elke speler is verantwoordelijk voor zijn helft van de baan. Je maakt afspraken over het midden. Veel voorkomende afspraak is: degene met de forehand neemt de twijfelshuttles in het midden. Wat handig kan werken: de sterkste speler neemt ze, maar wat ook kan is: we slaan allebei, jij slaat zo'n shuttle snel en ik sla er achteraan. Waar moet je slaan? Daar waar de tegenstander niet staat. Doorgaans kom je de tegenstander niet in de hoeken tegen, dus dat is een goed begin. Als je tegenstander ook side-by-side staat, werkt dit heel goed: eerst kort en daarna hoog op dezelfde speler. Of omgekeerd: eerst diep achterin en daarna kort. Probleem: wat als jíj degene bent die eerst naar achter wordt gedwongen, en daarna speelt je tegenstander heel slim een korte slag op jouw helft? Gelukkig heb je een partner die - toen jij naar achter liep, alvast iets naar voren schoof en jouw voorveld kan bewaken. Terwijl hij op jouw helft de shuttle wegslaat, loop jij snel naar zijn helft, zodat als hij na zijn slag een stap achteruit zet, jullie weer naast elkaar uitkomen en van helft zijn gewisseld. Serveren Hoog serveren bij enkelspel biedt het voordeel dat de tegenstander meteen ver uit de basis is. Maar bij dubbelspel werkt dat niet: het achterveld is uit! Als antwoord op een hoge service kan de tegenstander relatief makkelijk smashen of een mooie drop shot neerleggen én hij is snel weer terug op de basispositie. Dus? Juist: serveer zo vaak mogelijk kort. Coach Tips voor je spelers: - iedere speler is verantwoordelijk voor zijn helft. - keer na je slag terug naar je basispositie in je eigen helft. - serveer zoveel mogelijk kort. - serveer zo veel mogelijk in het midden (dan hoeft je partner minder te vrezen voor een net drop in zijn hoek). - als service-ontvanger niet helemaal voorin gaan staan, omdat je toch rekening moet houden met een hoge service. - geef zo veel mogelijk een korte return (hoog is te makkelijk terug te slaan) - speel diep-kort of kort-diep als de tegenstander ook side-by-side staat. - als een speler naar voren wordt gedwongen, helpt de ander door het achterveld te bewaken. En omgekeerd.

3.2 Gevorderde Dus het bovenstaande is gesneden koek? Dan gaan we een stapje verder! Eerst even de begrippen verdedigen en aanvallen: Als de shuttle hard naar beneden richting jullie baanhelft aan komt zetten, verdedig je door je racket onder de shuttle te krijgen en (hard) naar boven en (ver) weg te slaan. Dit heet ook voorkomen van score. Als je aanvalt ben jíj degene die de shuttle hard naar de grond bij de tegenstander probeert te slaan. Ook een lage slag over het net (kort of strak) valt onder aanvallen. Dit heet ook wel initiatief nemen. Aanvallende slagen zijn: smash, drop shot, net drop, korte service. Verdedigende slagen zijn: clear, lob en de hoge service (zie ook badmintontechniek).

3.2.1 Waar sta je? Als je moet verdedigen, dus de shuttle hoog in het achterveld van de tegenstander slaat, blijf je side-by-side staan. Maar: zodra je een aanvallende slag speelt, gaan jullie naar voor-achter. Zolang je aanvallende slagen kan blijven spelen, blijf je voor-achter. Maar zodra je een hoge slag speelt, gaan jullie weer naar side-by-side. Dit wisselen van side-by-side naar voor-achter heet ook wel het In-Out-systeem. Vergelijk het met een bokser: die verdedigt zich met twee handen en gaat in de aanval gaat met één.

Page 9: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 9 van 17

Hier is zwart in de aanval (heeft net een drop shot gespeeld) en rood verdedigt. Een basisprincipe is: aanvallen, want met verdedigen kan je niet/zelden scoren. Door de voor-achter-positie dwing je tegenstander tot het omhoog spelen van de shuttle, zodat jullie door kunnen gaan met aanvallen (en scoren). De voorspeler is hierbij heel belangrijk: hij moet alle korte slagen proberen af te maken, zodat de tegenstander worden gedwongen hoog te spelen. Het is de taak van de achterspeler om initiatief te houden (smash & drop shot), want met een hoge verdedigende slag scoor je in een dubbel op dit niveau niet. Van verdediging naar aanval Vanuit side-by-side kan je in de aanval door: - als je ongeveer in het middenveld staat, speel je een korte slag net over het net. Omdat jij weet dat je kort gaat slaan, kan jij ook het snelste naar de voor-positie, je gaat achter je slag aan naar voren. Je partner ziet dat en gaat meteen naar de achterpositie. - als je een hoge bal achterin krijgt, speel je een drop shot, of een smash. Omdat dan de afstand naar de voorpositie voor jou ver weg is, moet je partner meteen naar de voor-positie, zodat jij naar de achter-positie kan. Van aanval naar verdediging Vanuit de voor-achter-positie moet je naar side-by-side, zodra jij of je partner een hoge slag slaat. In side-by-side is het makkelijker om score te voorkomen omdat het veld beter is verdeeld. Wie naar links of rechts gaat, hangt af vanaf welke helft de hoge slag wordt geslagen. Is dat rechts, dan gaat degene die heeft geslagen naar de rechterhelft en vice versa. Coach Lee laat zijn pupillen oefenen, erg duidelijk (7:40): Badminton:BasicPositioningPracticeforDoubles

3.2.2 Service Het basisprincipe volgend, is de service kort en om de vluchttijd te verkorten, sta & sla je de service zo dicht mogelijk bij het net (zie backhand service). De serverende partij staat al in de aanvalspositie voor-achter. De ontvangende partij wil het initiatief verwerven en staat zo dicht mogelijk bij het net om bij een te hoge service meteen zelf het initiatief over te nemen met een kort achter het net of een strakke slag in het achterveld.

Page 10: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 10 van 17

3.2.3 Wanneer sla je? Om je tegenstander zo min mogelijk hersteltijd te gunnen, loop je altijd naar de aankomende shuttle toe en sla je die zo hoog en snel mogelijk terug.

3.2.4 Mentaal Je staat met z'n tweeën op de baan en dat geeft een heel nieuw aspect: samenwerking. Een goed dubbel: - wil samenwerken - heeft de bereidheid tot opvangen van elkaar in en na rally's - kan elkaar oppeppen - gaat/wil veel samen oefenen Maar het allerbelangrijkste: jullie zijn een team en ongeacht hoe slecht je partner ook is, je steunt hem wat er ook gebeurt. Ga dus niet belerend uitleggen hoe je partner het had moeten doen, maar pak het altijd aan vanuit een positieve houding en met respect. Anders ga je gegarandeerd met een rotgevoel verliezen. Coach Nog meer tips voor je spelers: Serveren: - serveer zoveel mogelijk kort. Want bij een hoge service geef je de aanval weg. - serveer zo veel mogelijk in het midden. Er schuilt een risico als je naar buiten serveert: de shuttle is langer onderweg (je tegenstander heeft meer tijd) en de shuttle ligt dan sneller in de korte hoek voorin het verst van jou als serveerder vandaan. Om dat af te dekken moet je na je service ‘mee’ met de shuttle, waardoor de hoek voorin cross open kan komen te liggen. Als je naar het midden serveert, heb je van deze risico’s geen last: door gewoon in het midden blijven staan, dek je eenvoudig beide hoeken af en heeft je tegenstander eerder de neiging om óver je heen omhoog te spelen. - na een korte service gaat de serveerder meteen naar de voor-positie. Serviceontvanger: - als service-ontvanger zover mogelijk voorin gaan staan, maar wel zodat je een hoge (flick)service nog net kan retourneren. - geef zo veel mogelijk een korte return (hoog is te makkelijk terug te slaan) en ga ook dan achter je slag naar de voor-positie. - als je geen korte slag kan spelen, speel dan een hoge, maar zo strak mogelijk naar het achterveld. Algemeen: - als een speler naar voren wordt gedwongen, helpt de ander door het achterveld te bewaken. En omgekeerd. - als je moet verdedigen ga je naar side-by-side. Degene die de hoge slag slaat, verdedigt de helft vanwaar hij sloeg. - maak afspraken over wie de shuttle slaat als die in het midden komt en jullie side-by-side staan. - vanuit side-by-side neem het initiatief door een drop shot en ga achter je slag aan. - vanuit side-by-side neem het initiatief door een strakke slag achterin, waardoor de tegenstander wordt gedwongen omhoog te spelen. - als de tegenstander side-by-side staat: speel diep-kort of kort-diep . - als je tegenstander side-by-side staat en je plaatst een dropshot, doe dat dan door het midden. - als je voor-achter staat, speel je zo veel mogelijk naar beneden. Gevorderd wedstrijdspeler Op dit niveau is tactiek vooral: welke wapens zet ik in tegen déze tegenstander. Je moet dus weten welke wapens jij hebt: waar ben je goed in? En je moet beoordelen wat de zwakke plekken bij je tegenstander zijn. Maar er zijn wel aanvullingen op de basisprincipes: - als bij jullie de shuttle hoog in het rechterachterveld komt, gaat de linkerspeler mee naar rechts en neemt de voor-positie in, iets rechts van het midden. Dit omdat de rechterspeler het vaakst rechtdoor zal aanvallen en de return dan ook het vaakst aan de rechterkant komt. Een crossverdediging is nl. moeilijk en komt dus minder vaak voor. Als voorspeler moet je wel snel genoeg zijn om die cross-slag op te vangen. Hoe beter de tegenstander de crossverdediging kan slaan, des te minder je als voorspeler mee kan bewegen. - het standaard-antwoord op een moeilijk slag van je tegenstander is: hoog achterin in het midden. Dan heb je tijd om naar de standaard side-by-side te gaan. - als jullie een hoge slag in het rechterachterveld slaan, gaan jullie naar side-by-side, maar zodanig dat beide spelers ongeveer evenveel afstand hebben tot de plek waar de tegenstander slaat. Je bent als duo dus iets bijgedraaid. - Naast Side-by-side, voor-achter, in-out is er nog een vierde variant: Round and Round. Bij dit laatste systeem blijf je als koppel in de aanval, alleen wissel je tijdens de aanval van onderling van positie.

Page 11: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 11 van 17

Dus degene die achteraan smasht, manouvreert zich naar voren, min of meer om je medespeler heen (vandaar dat Round). Hierdoor kan de medespeler naar achter, zodat hij het smashen over kan nemen. Voordeel is dat de smasher even bij kan komen omdat z'n partner dat zware werk even overneemt. Nadeel: dit vereist grote fysieke inspanning, want je bent voortdurend aan het lopen en moet heel snel verre hoeken kunnen afdekken. - je partner moet weten waar jouw service komt. Hierdoor kan hij direct na de service de optimale positie innemen. Beter dan te worden verrast. - de voorspeler gaat alleen over het voorveld, niets erachter. - de eerste drie slagen komen meestal in het middenveld, dus ontwikkel je slagen die je in dat gebied kan gebruiken. Zo moet je onder druk in de verdediging vanuit het midden de shuttle nog steeds goed kunnen plaatsen. - als je als aanvallers niet door de verdediging komt, ga je vertragen door een tempowisseling erin te brengen. - speel compact, blijf elkaar, dan vallen er minder gaten - beweeg, ook als je niet de shuttle slaat. Zo gaat de overgang naar een andere positie veel gemakkelijker. - Als je aanvalt: speel niet meer dan een halve baan cross (“blijf in de helft van de shuttle”), want: korte afstand, korte tijd voor de tegenstander en je partner weet wat er gaat komen, kan in basispositie opschuiven. - plaats naar twijfelgebieden van de tegenstander (= daar waar beide spelers even snel bij kunnen komen) - speel een aanvallende smash naar de forehand van de tegenstander. Dat is effectiever dan naar de backhand, omdat over het algemeen de onderhandse backhand van een speler vaardiger is dan de onderhandse forehand. Het omgekeerde geld voor bovenhandse slagen: daar is de forehand veel gevaarlijker dan de backhand. - als je bij het voorpositie staat: de racketvoering is hoog, want anders ga je automatisch veel slagen verdedigend spelen: je slaat vele meer omhoog en geeft het initiatief weg. Gedraag je voorin als een ruitenwisser. - nog een reden: bij een lage racketvoering ontstaan een gat op schouderhoogte: voor snelle slagen op die hoogte ben je dan te laat. - Als je kort serveert, serveer naar het midden. Een service naar de buitenkant kost veel tijd en laat tegenstander de mogelijkheid om direct strak achterin te spelen. - Het verschil tussen de damesdubbel en herendubbel. Mannen meer anatomisch meer explosieve kracht, dus met name de smash, en ook de drives, zijn eerder scorend bij mannen dan bij vrouwen. Het herendubbel kenmerkt zich door snel en hard spel. Slimheid komt op het derde plan. In de damesdubbel wordt minder snel gescoord en moet er in de eerste plaats slim gespeeld worden. De tactiek speelt daar dus een belangrijkere rol. Bij de dames zijn draaisystemen dus heel belangrijk, bij de heren is vooral het doel om zo snel mogelijk in de aanval te komen: voor-achter dus.

Page 12: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 12 van 17

4 Tactiek gemengd dubbelspel Waar moet je staan en waar(heen) moet je slaan in het gemengd dubbelspel? Het gemengd dubbelspel kenmerkt zich doordat één van de spelers van een dubbel fysiek minder hard kan slaan. Uitzonderingen daargelaten (jeugd!) is dat meestal de vrouw en daar gaan we op deze pagina ook van uit. De dame heeft in het gemengd dubbelspel een bevoorrechte positie en dat geeft een heel andere tactische dimensie aan het dubbelspel.

Op deze pagina uitleg voor de gevorderde en zijn coach en de competitiespeler. Beginner? Begin dan bij het begin: naast elkaar.

4.1 Gevorderde De gemengd dubbeltactiek bouwt voort op de aanvalstactiek bij het gewone dubbel.

4.1.1 Waar moet je staan? In het gemengd dubbel staat de dame voorin en de heer achterin. Dit komt overeen met de aanvalspositie uit het dubbelspel. De voor-achter-positie geeft de grootste kans op succes bij de aanval. Probeer de aanvalspositie zo lang mogelijk te handhaven. Maar als jij of je partner toch een hoge slag achterin moet slaan, dan verandert jullie positie: In de verdediging staan jullie in een aangepast basispositie: de dame staat cross op de shuttle, één schuine pas achter haar normale basispositie voorin. Het lijkt op de aangepaste basispositie in het dubbelspel, waarbij elke verdediger even ver van de shuttle af is. In deze positie is ze enigszins beschermd voor de smash rechtdoor van de tegenstander. Het betekent wel dat haar heer zijn positie ook moet aanpassen en een stap opzij moet zetten, om die smash rechtdoor of een korte slag in de tramrail op te vangen. Maak afspraken wie welk gebied bewaakt, anders kom je daar in praktijk (meestal te laat) alsnog vanzelf achter. Selena Piek en Jacco Arends in de verdedigende aangepaste basispositie.

Page 13: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 13 van 17

Bij de service wordt de voor-achter-positie al meteen ingenomen: de dame voorin, de heer achter haar, ook als hij serveert. Omdat de heer niet dóór zijn partner kan slaan, moet de dame uitwijken, naar links of rechts. Er zijn verschillende richtlijnen aan welke kant de dame gaat staan: 1. (Uun) Recht voor de ontvangende speler, zodat de dame meteen in de ideale voor-positie staat, zoals Jadine & Feye op de foto. 2. (Paul) Aan de backhandkant van de heer, zoals Jadine & Feye op de foto. 3. (Lee) Altijd links als de dame rechtshandig is, zoals Jadine & Feye op de foto. 4. Of altijd rechts, zoals ... niet op de foto. 5. of aan de forehand-kant als de heer met de backhand serveert, zoals ... niet op de foto. Kortom: alles is mogelijk. Het is van belang dat je dit als koppel afspreekt. Hierbij geldt dat het woord van de dame zwaarder weegt dan die van de heer (echt waar heren: de dame bepaalt). Het is de taak van de dame om voorin het initiatief te verwerven door kort over het net te (blijven) spelen, waardoor de tegenstander omhoog moet spelen. Wat de taak van de heer is? Smashen en scoren.

4.1.2 Waar moet je slaan? In gemengd dubbel zijn een aantal specifieke situaties anders dan bij een gewone dubbel. Als je als dame in het achterveld wordt gedwongen, moet je door je slag weer richting de voor-positie gaan. Dat kan in één keer door een drop shot of smash rechtuit én achter je slag aan gaan én meteen het voorveld verdedigen. Het kan ook in twee keer, door eerst een clear cross te spelen. Dan schuif je op in de aangepaste voor-achter-positie om te verdedigen. Na een goede verdediging (een korte slag), kan de dame weer voorin komen, om korte returns op die korte slag te verdedigen. Om de dame van de tegenstander in het achterveld te krijgen tijdens de rally is lastig, maar in het begin van de rally kan dat wel: door een flickservice op de dame. Daarna is het zaak om aanvallende slagen op de dame achterin te spelen, totdat ze een slechte return speelt die je kan afmaken.

4.2 Coach Tips voor je spelers: Serveren: - serveer zoveel mogelijk kort. Want bij een hoge service geef je de aanval weg. - serveer zo veel mogelijk in het midden (dan kan de tegenstander lastiger langs je heen spelen). - na een korte service gaat de dame-serveerder meteen naar de voor-positie. - als de heer serveert, staat de dame al zo veel mogelijk in de voor-positie. - serveer altijd kort op de heer. - serveer regelmatig een hoge (flick)service op de dame. - een korte return op de korte service van de heer, is voor zijn dame. Serviceontvanger: - dame: zover mogelijk voorin gaan staan, maar wel zodat je een hoge (flick)service nog net kan

Page 14: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 14 van 17

retourneren. - dame: geef zo veel mogelijk een korte return en ga ook dan achter je slag aan naar de voor-positie. - dame: als je wordt geflickt: speel een drop shot rechtuit & ga naar de voorpositie , of speel een cross clear, en ga naar de verdedigende voorpositie. - heer: niet te ver naar voren gaan staan. - heer: kies voor een strakke return achterin of strak voorbij de dame langs de zijlijn. Algemeen: - als je voor-achter staat, speel zoveel mogelijk met aanvallende slagen de shuttle naar beneden. - als je verdedigt, sta je in de aangepaste basispositie met de dame cross op de shuttle. - dame: als je moet verdedigen, sla een korte slag en ga achter je slag aan. - beide: als je geen korte slag kan spelen, speel dan een hoge, maar zo strak mogelijk naar het achterveld. Als dame: altijd cross, als heer: altijd rechtuit, want dan staan jullie meteen in de verdedigende aangepaste basispositie. - als je tegenstander in de verdedigende aangepaste basispositie staat: speel een dropshot rechtuit in de tramrail. Probeer de heer van de tegenstander daarmee naar voren te lokken, en daarna cross eroverheen, zodat ‘hun’ dame achterin staat.

4.3 Competitiespeler

4.3.1 Tips voor de heer - Hou de shuttle laag en vooral rechtuit - speel alleen cross als die tegenstander uit positie is - Speel voorspelbaar (en simpel) voor je partner, maar niet voor tegenstander - Betrek je dame bij het spel, speel richting je dame - Smash op de zwakste tegenstander Benodigde vaardigheden voor de heer: - Goede service (kort en flick) en –return - Shuttle laaghouden met drives en pushshots - Aanvallende clear, drop en smash - Fysieke fitheid voor de snelle verplaatsingen in groot deel van het veld - Met tempo-variaties kunnen spelen - Op zwakste tegenstander kunnen spelen Maar bovenal: kunnen luisteren naar de eigen dame als het over tactiek gaat.

4.3.2 Tips voor de dame - Wees alert op shuttles in het voorveld, dus hoge racketvoering, op netbandhoogte - Shuttles in het voorveld afstoppen of afmaken - Speel zo min mogelijk omhoog - Indien toch omhoog, dan cross wegspelen - Wees alert op cross-slagen: cross voorin zijn voor jou, maar om een fatale cross achterin te voorkomen, moet je een ‘scherm’ op de diagonaal oprichten: strakke cross achterin zijn ook voor jou: onderscheppen, of afstoppen. Alleen hoog cross (clear) zijn weer voor je partner, maar die heeft dan ook tijd genoeg om erheen te lopen. - Alle shuttles achter je zijn voor je partner. Probeer niet met een stapje achteruit naar de zijkant iets te doen, zodra je de shuttle zijwaarts achter je moet pakken, is de kans groot dat die uit gaat. Oók als jullie staan te verdedigen en de shuttle komt hoog aan jouw kant. Probeer niet – zoals bij de dubbel – verder naar achteren te gaan, maar laat het over aan de heer. Dan blijf je in positie. Benodigde vaardigheden: - Goede service (kort en flick) en –return - Slagen bij het net – ook afstoppend - Goede verdediging onder- en vooral ook: bovenhands (stooping defense) Maar bovenal: de eigen heer kunnen sturen in de tactiek

4.3.3 Tips voor beide - Maak afspraken over wie welke hoek wanneer (bij service, of bij de derde slag) afdekt. Je kan afwijken van de standaard, zo die er al is. Dat is afhankelijk van jullie als koppel: wat kan je en wat kan je partner. Over het serveren: Als de dame serveert, zal dat vaak kort zijn. Een goede return is dan: net achter de serverende dame. Die is dus voor de heer. Dat betekent dat de heer als zijn dame serveert, zelf wat dichter bij zijn dame staat en iets meegaat met de richting van de service, zodat hij klaar staat voor de gevaarlijke return. Het voordeel om de service in het midden te spelen: de hoek is kleiner, de dekking voorin is goed te doen. Bij een minder racketvaardige tegenstander, kan de dame wel een service naar buiten spelen,

Page 15: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 15 van 17

omdat dan de shuttle waarschijnlijk door het midden terugkomt. Bij een grotere racketvaardigheid van de tegenstander ligt er te veel ruimte via een return rechtuit of cross, dan dus terug naar het serveren in het midden. Als je als duo een flickservice op de heer wilt spelen, dan moet de dame dat doen, want dan staat ze al goed, als in: cross op de shuttle. Naarmate het niveau hoger is, serveer je vanaf de plek die je na de service wilt gaan innemen. Dan kan je daar meteen een splitstep doen en alle kanten op. Als je eerst een stap naar achter moet zetten, wordt het lastig om de beweging achterwaarts om te zetten naar een voorwaartse beweging. Dus met name als de heer serveert doet hij dat van wat verder achterin het serveervak. In het Gemengd dubbel is slimheid belangrijker dan brute kracht. De heer moet wel snel spelen maar niet hard, dat wil zeggen: alleen hard als het ook echt kan. Bijvoorbeeld: bij shuttle rechts in het achterveld, is het beste antwoord een drop in het twijfelgebied van de tegenstander, dus min of meer rechtuit. Daarmee wordt zijn dame meteen goed betrokken bij het spel, zij kan de korte slagen goed afdekken, of afmaken of kort, net achter de dame van de tegenstanders leggen. Onze onvolprezen Coach Lee legt in deze video's héél veel basisprincipes uit. Let op: samen met je partner oefenen, want deze afspraken kent niet iedereen.

混双BadmintonMixedDoubles1

混双BadmintonMixedDoubles2 In deze derde video gaat het vooral om vaardigheidsoefeningen, de techniek i.p.v. de tactiek.

混双BadmintonMixedDoubles3

Page 16: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 16 van 17

5 Coaching Coachen is het begeleiden van de speler tijdens een wedstrijd of toernooi met als doel die speler in staat te stellen optimaal te presteren mét plezier en ruimte voor zelfexpressie. Je moet je speler kennen, ook zijn achtergrond en er moet een vertrouwensband zijn (en anders moet je daar aan werken;-).

5.1 Voor de wedstrijd Alle organisatorische aspecten. Dat is nogal breed, maar denk aan zaken als: - inschrijven - een opstelling maken - het regelen van vervoer - bondskaart-afdruk mee laten nemen en de badminontechnische dingen, met name: - inzicht krijgen in wat kan de speler in technisch, tactisch, fysiek en mentaal opzicht kan. - inzicht krijgen in de sterkte/zwakte van de tegenstander. - voorbespreking om een tactiek te bedenken (1 of 2 punten) én - om af te spreken wat de speler van jou als coach verwacht. - toezien dat de speler zich fysiek op de wedstrijd voorbereidt. - je moet de juiste spanning bij de speler creëren, misschien door een peptalk. - verstorende afleiders weghalen/voorkomen.

5.2 Tijdens de wedstrijd Je begeleidt de speler, maar hoe doe je dat? - Tijdens het spel observeer je je speler en de tegenstander - en dat leg je vast (schrijven, turven, opnemen, onthouden mag ook). - Je analyseert en verbindt daar conclusies aan - en die vertaal je naar de taal van je speler. De speler bepaalt de coaching. Bij alles wat hieronder staat, doe je dat niet als de speler dat niet wil. Er zijn drie coachingsmomenten: 1. Als de shuttle op de grond ligt - Positief aanmoedigen, positief enthousiasmeren, positieve gebaren (duim omhoog) Reden: je speler moet ook tijdens het spel het gevoel krijgen dat jij - wat er ook gebeurt - achter hem staat. - Je geeft een korte tactische tip, maar let op: de tegenstander luistert mee. Reden: technische tips (racket anders vasthouden, slagtechniek wijzigen) hebben geen zin, die moeten eerst worden geoefend, dat kan niet tijdens een wedstrijd. 2. In de interval (11-punten break) en 3. Na elke set: - Je laat de speler even bijkomen en je geeft de speler de gelegenheid om wat te drinken te pakken. Reden: een (over)vermoeide speler staat niet open voor mentale input. - Je vraagt eerst aan de speler wat hij heeft gezien (en gaat daar op in) Reden: als je speler zelf al een tactisch punt heeft gezien, is hij meer dan bereid om daar mee te werken. - Je stelt zoveel mogelijk vragen, eventueel gericht (bv. Heb je gezien dat ...? Hoe vind je de backhand van de tegenstander achterin? Hoe vind je dat je service loopt?) Reden: je speler moet tot een inzicht komen, niet de coach. Met dat inzicht begrijpt de speler waarom hij iets moet doen en is beter gemotiveerd om dat dan ook te doen. - Je begeleidt je speler naar een tactische tip (bv. Hoe kunnen we daar gebruik van maken? of meer gericht: Wat zou er gebeuren als je meer voor-achter speelt?) Reden: je speler onthoudt beter iets wat hij zelf heeft bedacht. - Hierbij breng je 1 en heel soms 2 punten in. Achtergrond: je speler onthoudt alleen wat hij kan bevatten. En bij kinderen is dat 1 punt. Alleen bij heel ervaren spelers kan er meer bij. - Je sluit af met de vraag: Dus wat ga je nu doen? Reden: als je speler mondeling herhaalt wat de tactiek wordt, onthoudt hij dat 4x beter (en jij weet dat hij het begrepen heeft). - en daarna geef je geen andere tactische tips of hints meer(!) Reden: je speler heeft net de tactiek uitgesproken, geen dingen er meer bij doen, komt toch niet door, of hindert het onthouden van (en het vasthouden aan) die tactiek.

Page 17: Badminton tactiek & Coaching - KPNhome.kpn.nl/fam.lievers/Tactieken.pdf · Badminton tactiek & Coaching Dit boek is samengesteld door: Peter Lievers Jo Vincentstraat 17 1902 MD Castricum

Pagina 17 van 17

5.3 Na de wedstrijd Na het vieren van een overwinning of het schouderklopje bij een verlies (er komen nog genoeg kansen om te winnen) en als je speler er aan toe is: - Samen met de speler snel/globaal analyseren: wat ging goed, wat iets minder goed? Reden: hiervan leert je speler meer over tactiek en over zichzelf. - Complimenteren/benadrukken wat goed ging Reden: als iets goed ging, gaat je speler dat met plezier verder ontwikkelen, zodat het zijn sterk punt wordt. Benadrukken wat fout ging ontneemt het spelplezier. - Niet lang bij een verlies stilstaan. - Als er meer tijd is: samen met de speler wat dieper evalueren: wat gaat vaker niet goed, waar zit een verbeterpunt? Reden: formuleren van punten waar de speler aan kan werken. - Eventueel terugkoppelen naar de trainer om gericht op een terugkerend spelprobleem te gaan trainen. - Vraag de speler hoe hij jouw coaching heeft ervaren. Wat moet daar anders/kan beter? Reden: zie de eerste twee alinea's van dit onderwerp.