Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op...

40
Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni 2016 Supervisor(s): dhr. drs. A. (Toto) van Inge Informatica — Universiteit van Amsterdam

Transcript of Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op...

Page 1: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Bachelor Informatica

Automatische feedback oppresentatievaardigheden aan dehand van fonetische aspecten

Huck Nuchelmans

8 juni 2016

Supervisor(s): dhr. drs. A. (Toto) van Inge

Informatica—

Universiteit

vanAmst

erdam

Page 2: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

2

Page 3: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Samenvatting

In het onderwijs heeft men zelden genoeg tijd voor persoonlijke begeleiding bij het voor-bereiden van presentaties, maar deze taak zou deels overgenomen moeten kunnen wordendoor de computer. Deze scriptie beschrijft een implementatie van een applicatie die de ge-bruiker in real-time feedback geeft op zijn of haar verbale presentatievaardigheden. Hiervoorwordt eerst een literatuuronderzoek gedaan om te bepalen welke metingen verricht kunnenworden om een indicatie te geven van deze vaardigheden. Daarbij worden onderzoeken naarbeoordeling van sprekers behandeld, maar ook algoritmes om de relevante aspecten vanspraak te meten. Aan de hand van dit onderzoek wordt besloten dat de toonhoogte, devariatie in toonhoogte en het spreektempo kunnen dienen als metrieken voor de presenta-tievaardigheden. Vervolgens wordt een applicatie geschreven die als platform dient voor eenreal-time analyse van spraak. Deze wordt geconfigureerd om de drie gevonden aspecten temeten en live aan de gebruiker te presenteren. Ter controle wordt de applicatie getest opTED sprekers, waaruit blijkt dat voornamelijk de toonhoogtevariatie duidelijke verschillentussen sprekers zichtbaar maakt.

3

Page 4: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

4

Page 5: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Inhoudsopgave

1 Introductie 71.1 Context . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71.2 Onderzoeksvragen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81.3 Implementatiedoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8

2 Theoretische achtergrond 92.1 Basiskennis over audio . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92.2 Toonhoogte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9

2.2.1 Invloed van toonhoogte op de perceptie van spraak . . . . . . . . . . . . . 92.2.2 Detectie van toonhoogte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13

2.3 Luidheid en tempo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 142.3.1 Invloed van tempo op de perceptie van spraak . . . . . . . . . . . . . . . 152.3.2 Detectie van luidheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 162.3.3 Detectie van tempo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17

3 Implementatie 193.1 Real-time audio en callback functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 193.2 Gebruikersinterface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 203.3 Configuratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21

3.3.1 Geımplementeerde toonhoogtedetectie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 223.3.2 Geımplementeerde luidheid- en tempodetectie . . . . . . . . . . . . . . . . 22

4 Experiment en resultaten 254.1 Controle van geımplementeerde algoritmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 254.2 Analyse van TED talks . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 254.3 Behaalde scores . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27

5 Discussie 315.1 Discussie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 315.2 Conclusie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 315.3 Vervolgonderzoek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32

5.3.1 Mogelijke verbeteringen van de implementatie . . . . . . . . . . . . . . . . 325.3.2 Toepassingen en uitbreidingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32

A Voorbeeldrapport 37

5

Page 6: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

6

Page 7: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

HOOFDSTUK 1

Introductie

1.1 Context

In het onderwijs zijn veel processen geparallelliseerd. Hoorcolleges worden gegeven aan grotegroepen studenten en er wordt individueel aan opdrachten gewerkt. Presentaties blijven hierechter achterop. Hierbij staat er n student tegelijk voor de klas, terwijl de rest luistert. Dit isonvermijdelijk en niet per se een slechte zaak – studenten leren zo ook van elkaar – maar vooruitgebreide feedback en begeleiding blijft zelden tijd over.

Presentaties bestaan uit zowel verbale als non-verbale communicatie. Terwijl een presentator degroep toespreekt, maakt hij of zij gebruik van lichaamstaal en andere visuele middelen om zijnof haar boodschap zo goed mogelijk over te brengen. Uit dit brede scala aan informatie kan veelgehaald worden. Met behulp van beeldbewerking kunnen de bewegingen van de spreker gevolgdworden, terwijl met signaalverwerking de audio genalayseerd kan worden. Vervolgens zoudenzelfs deze twee componenten gecombineerd kunnen worden door correlaties te herkennen tussende data in beide delen. Dit onderzoek concentreert zich op de verbale aspecten van presentaties endan met name fonetische eigenschappen van spraak, waarbij de inhoud en betekenis achterwegewordt gelaten.

Het zou ideaal zijn als studenten zelfstandig hun presentatievaardigheden konden oefenen, waarbijde computer feedback geeft op de verbale aspecten van de spreker. Deze feedback hoeft geenwaardeoordeel te zijn, maar moet een consistent resultaat geven zodat verschillende personenen verschillende sessies van dezelfde persoon vergeleken kunnen worden. Volgens Hincks (2005)moet dit haalbaar zijn. Zij stelt een aantal metrieken voor die met de computer meetbaar zijnen inzicht kunnen geven in de levendigheid van een presentatie.

Dit onderzoek zal zich nauwelijks bemoeien met de educatieve toepassing van een dusdanigeapplicatie. De vraag of er werkelijk vooruitgang wordt geboekt in de presentatievaardighedenvan gebruikers blijft onbeantwoord. Uit eerder onderzoek naar vergelijkbare applicaties zijn welpositieve resultaten gekomen. Zo bespreken Hincks en Edlund (2009) het geval waarin studentenoefenen met een programma dat live feedback geeft op hun toonhoogtevariatie. Na gebruik vande toepassing maakten proefpersonen meer gebruik van variatie in hun spraak. Het doel van ditonderzoek nu is om een soortgelijk systeem te bouwen dat niet alleen de toonhoogtevaratie meet,maar uitbreidbaar is en meerdere analyses tegelijk uitvoert. Over deze verschillende analyseswordt in real-time feedback gegeven aan de spreker.

7

Page 8: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

1.2 Onderzoeksvragen

Naast de toonhoogtevariatie noemt Hincks enkele andere aspecten van spraak die een indicatiekunnen zijn voor de presentatievaardigheden. Het eerste deel van deze scriptie bestaat uit eenliteratuuronderzoek naar deze aspecten. Hoe beınvloeden ze de perceptie en beoordeling van deluisteraar? Het is belangrijk dit te bepalen, om de beslissing te maken of het zin heeft ze temeten.

Parallel hieraan worden bestaande algoritmes behandeld die ervoor kunnen zorgen dat deze taak– het beoordelen – overgenomen kan worden door de computer.

De resultaten moeten vervolgens op een betekenisvolle manier gepresenteerd worden aan degebruiker. Deze kan dan direct corrigeren. Dit alles moet gebeuren in real-time. Er wordt eenimplementatie beschreven en ontwikkeld als proof of concept. Om te controleren of de applicatiede gebruiker kan bijhouden, wordt een performance-analyse uitgevoerd.

Tot slot moet de applicatie en configuratie getest worden op echte spraak. Het is de bedoelingdat de verschillen tussen sprekers en hun stijl zichtbaar zijn in de resultaten die het programmagenereert.

De vragen die in dit proces behandeld en uiteindelijk beantwoord zullen worden, luiden als volgt:

• Welke aspecten van geluid zijn een goede indicatie voor presentatievaardigheden?

• Hoe kunnen deze aspecten in real-time gemeten en gepresenteerd worden?

• Zijn de metingen van deze aspecten discriminerend?

1.3 Implementatiedoelen

Om een applicatie van goede kwaliteit te ontwikkelen, worden een aantal doelen opgesteld waardeze aan moet voldoen. De applicatie wordt geprogrammeerd in Python 3 en zal bestaan uit eenlive stream van het geluid dat binnenkomt via een microfoon, waarop enkele analyses uitgevoerdworden. De resultaten van deze analyses worden vervolgens teruggekoppeld naar de gebruiker.

Ten eerste moet de applicatie eenvoudig uit te breiden zijn. Een uitbreiding kan bijvoorbeeldeen nieuwe analyse zijn, maar ook een alternatieve benadering voor een bestaande.

De toepassing moet los van de gebruikersinterface herbruikbaar zijn. Hierdoor kan hij in toe-komstig onderzoek hergebruikt worden, bijvoorbeeld in combinatie met een visuele analyse vande spreker.

Iedereen moet de applicatie zonder veel moeite thuis kunnen gebruiken. Dit betekent geenspecifieke hardwarevereisten. Naast een werkende microfoon, een Python installatie en enkelenoodzakelijke libraries is niets nodig. Hierdoor blijft de applicatie toegankelijk voor de primairedoelgroep: studenten die een presentatie willen voorbereiden. De keuze voor Python moet erook voor zorgen dat het programma niet gebonden is aan een enkel besturingssysteem.

8

Page 9: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

HOOFDSTUK 2

Theoretische achtergrond

Dit hoofdstuk bespreekt verschillende aspecten van spraak. Voor elk aspect wordt onderzochtwelke informatie zij overdragen over het karakter en de toestand van een spreker. Daarnaastkomen bestaande algoritmes aan het licht om deze aspecten te meten met de computer.

Als voornaamste metrieken van levendigheid noemt Hincks (2005) de toonhoogtevariatie en hetspreektempo. In de hierop volgende secties worden andere onderzoeken naar deze aspectenbesproken, waarbij nodige uitstappen gemaakt zullen worden naar de absolute toonhoogte – dusniet enkel de variatie – en de luidheid, die samenhangt met het spreektempo. Deze onderzoekengaan zowel over de invloeden van deze aspecten op de beoordeling van een spreker als algoritmenwaarmee een computer deze aspecten kan meten.

2.1 Basiskennis over audio

Geluid bestaat uit een golf van drukverschillen. Wanneer geluid wordt opgenomen en wordtopgeslagen op een computer komen samples van deze druk achter elkaar te staan. Golven hebbeneigenschappen waar informatie uit gehaald kan worden. Als voorbeeld nemen we een simpelesinus met de volgende formule:

y = A sin(2π ∗ f ∗ t) (2.1)

Hierin zijn t en y de tijd en druk, A de amplitude, oftewel hoe ver de golf omhoog en omlaaguitschiet, en f de frequentie waarmee dit gebeurt. Door de frequentie van een geluidsgolf teverhogen, gaat de toonhoogte omhoog. Een vergroting van de amplitude maakt het geluid luider.Complexe geluiden bestaan uit optellingen van dit soort golven met verschillende frequenties enamplitudes.

2.2 Toonhoogte

2.2.1 Invloed van toonhoogte op de perceptie van spraak

De toonhoogte van een uiting draagt grotendeels bij aan de indruk die achterblijft bij de luiste-raar. Naast de absolute hoogte, is vooral ook de variatie van groot belang.

9

Page 10: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Fundamentele frequentie

Door Apple, Streeter en Krauss (1979) wordt een onderzoek beschreven naar de effecten vantoonhoogte en tempo – waarover later meer – op de perceptie van luisteraars. Eerder was doorStreeter e.a. (1977) ondervonden dat leugens vaak gepaard gaan met een kleine stijging in toon-hoogte. Vervolgens werd gecontroleerd of mensen hogere uitingen ook als minder betrouwbaarzien. Dit bleek niet het geval te zijn wanneer de uiting verstaanbaar was, maar nadat het ge-luid door een content filter was gehaald – waardoor wel de fonetische aspecten bewaard worden,maar de woorden onverstaanbaar worden – werden de hogere uitingen wel als aanzienlijk minderbetrouwbaar ervaren.

Om geluidsopnamen te verkrijgen werd studenten een aantal vragen gesteld. Hun natuurlijkereactie op deze vragen vormde een basis voor het onderzoeksmateriaal. Versies met afwijkendetoonhoogte zijn gemaakt door de originele versie van een geluidsopname te bewerken. Hierdooris de toonhoogte de enige variabele en blijft de uiting verder identiek. Dit is gedaan met de linearpredictive coding (LPC) methode (Atal en Hanauer 1971). Na bewerking was er van elke opnamede originele versie, een versie met de toonhoogte verlaagd naar 80% en een met de toonhoogteverhoogd naar 120%.

Figuur 2.1: Truthfulness, emphaticness, en seriousness van uitingen met aangepaste toonhoogte.Uit Apple, Streeter en Krauss (1979)

Vervolgens werden de geluidsopnames voorgelegd aan proefpersoon. Zij moesten truthfulnessscores eraan toewijzen. De lagere versies kregen doorgaans een hogere score. Vermoedelijkwordt een hogere hogere frequentie herkend als stress, die het resultaat zou zijn van deceptie(Apple, Streeter en Krauss 1979).

En een ander experiment binnen hetzelfde onderzoek werd proefpersonen opgedragen de uitingeneen score te geven voor fluency, emphaticness, persuasiveness, nervousness, en seriousness. Hier-uit blijkt dat een hogere frequentie de overtuigingskracht niet ten goede komt en de impressiegeeft van zenuwachtigheid.

Variatie in toonhoogte

Hincks (2005) laat proefpersonen een score voor levendigheid geven aan gesproken tekst envergelijkt dit vervolgens met de variatie in toonhoogte binnen deze uiting. De proefpersonenwaren zich er niet van bewust dat het onderzoek over toonhoogte ging en werd opgedragen niette oordelen over competentie, maar slechts liveliness. Er bleek een duidelijk verband tussen detoonhoogtevariatie en ervaren levendigheid, zoals te zien in Figuur 2.2.

10

Page 11: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Figuur 2.2: Pitch variation quotient per spreker tegenover liveliness score per spreker. Uit Hincks(2005).

De variatie in toonhoogte, of intonatie, is belangrijk voor de betekenis van uitingen. Een verschilin intonatie kan een stelling in een vraag veranderen. Neem als voorbeeld de intonatie van hetEngels. Er bestaat een aantal veelgebruike intonatiepatronen, die telkens terugkeren (Ladefogeden Disner 2012).

Een neutrale stelling, zoals I’m going away daalt aan het einde. Zie Figuur 2.3. Dit intonatie-patroon is getekend met de software Praat (Boersma en Weenink 2009), gebruik makend vande autocorrelatie pitch detectie. De opname is ingesproken door Peter Ladefoged (Ladefoged enDisner 2012). Hetzelfde geldt voor de hierop volgende intonatiepatronen.

Time (s)

0 1.011

Pit

ch (

Hz)

50

200

Figuur 2.3: Intonatiepatroon van de zin I’m going away, uit Ladefoged en Disner (2012). Origi-nele opname te vinden op www.wiley.com/go/ladefoged (opname 2.3)

Vragen, bijvoorbeeld Where are you going? (Figuur 2.4), zijn in het algemeen gemiddeld hoger,hebben net voor het einde een piek de hoogte in en dalen dan pas. Vragen en stellingen hebbendus beide een dalende intonatie, maar vragen niet voordat eerst de toonhoogte stijgt, waardoornadruk komt te liggen op het laatste woord.

Een tweede soort vragen bestaat, namelijk gesloten vragen, het soort waar ja of nee op geant-

11

Page 12: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Time (s)

0 0.9288

Pit

ch (

Hz)

50

200

Figuur 2.4: Intonatiepatroon van de zin Where are you going?, uit Ladefoged en Disner (2012).Originele opname te vinden op www.wiley.com/go/ladefoged (opname 2.4)

woord kan worden. Deze hebben ook weer een ander intonatiepatroon. Als voorbeeld noemtLadefoged en Disner (2012) de zin Are you going home? (Figuur 2.5). Het einde van het hierbijhorende patroon is juist tegenovergesteld van wat eerder te zien was. Na een daling op het laatstewoord, gaat de toon helemaal de hoogte in en eindigt de uiting daar.

Time (s)

0 1.497

Pit

ch (

Hz)

50

200

Figuur 2.5: Intonatiepatroon van de zin Are you going home?, uit Ladefoged en Disner (2012).Originele opname te vinden op www.wiley.com/go/ladefoged (opname 2.5)

Als deze zinnen met meer emotie worden uitgesproken, verandert de intonatie wederom. De zinWhere are you going? kan bijvoorbeeld ook een geschokte uiting zijn. In dat geval neemt detoonhoogte gedurende de hele uiting toe.

Deze verschillende intonatiepatronen worden door elkaar gebruikt in een levendige presentatie.Door vragen in een praatje te verwerken, wordt een hoger frequentiebereik benut en neemt dealgehele variatie toe. Ook continueringen hebben een herkenbaar intonatiepatroon. Om aan tegeven dat een zin nog niet afgelopen is, wordt de toonhoogte verhoogd. Dit komt vaak voor

12

Page 13: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

in presentaties in bijvoorbeeld het gebruik van opsommingen. Tot slot kan nadruk op bepaaldewoorden gelegd worden met intonatie, bijvoorbeeld op termen die een belangrijk onderdeel zijnvan de boodschap die wordt overgebracht.

2.2.2 Detectie van toonhoogte

Om de computer in te laten schatten hoe mensen een spraakgeluid zouden beoordelen, is een me-thode nodig voor het herkennen van de toonhoogte, of fundamentele frequentie, van spraak. Doordit herhaaldelijk te doen over een periode van tijd, kan vervolgens de variatie bepaald worden.Analyseren of intonatie ‘correct’ gebruikt wordt – dus bijvoorbeeld om de belangrijke woordennadruk te geven – is te hoog gegrepen voor dit onderzoek. Wel is de score voor toonhoogtevariatieeen goede indicatie voor de mate waarin de spreker gebruik maakt van intonatie.

Voor het herkennen van de toonhoogte is een algoritme nodig dat een dusdanige complexiteitheeft, dat het real-time uitgevoerd kan worden. Dit zorgt ervoor dat de feedback altijd gelijkloopt met de gebruiker en resultaten direct zichtbaar zijn. De accuraatheid van het algoritme isminder belangrijk dan voor veel andere toepassingen. Omdat vooral de variatie in toonhoogteover een langere periode interessant is, hoeft de exacte toonhoogte niet bekend te zijn, zolang deonderlinge verschillen maar duidelijk herkenbaar zijn.

De interessante frequenties voor het analyseren van spraak bevinden zich tussen de 40 en 600 Hz(Huang e.a. 2001). Het algoritme moet dus goed onderscheid kunnen maken tussen toonhoogtesbinnen dit bereik.

Er bestaan talrijke methodes om de fundamentele frequentie van een geluidsgolf te bepalen.Ruwweg kunnen deze onderverdeeld worden in algoritmes in het tijd- en in het frequentiedomein.Ook bestaan er enkele die een combinatie zijn van tijd- en frequentiebewerkingen. Algoritmen inhet tijddomein zijn gebaseerd op de gelijkheid van geluidsgolven. In het algemeen richten dezezich op het herkennen van herhalingen in de golf. Enkele voorbeelden zijn SAcC (Lee 2012),Yin (De Cheveigne en Kawahara 2002), getf0 (Talkin 1995) en MPM (Phillip McLeod en Wyvill2005). In het frequentiedomein kan de toonhoogte gevonden worden aan de hand van de pieken.De fundamentale frequentie en eventuele boventonen zullen hoger uitschieten dan de rest. Eenvoorbeeld hiervan wordt beschreven in Philip McLeod en Wyvill (2003). Het YAAPT (Kasi enZahorian 2002) algoritme is een combinatie van tijd- en frequentiedomein methodes.

Tijddomein

Ghahremani e.a. (2014) halen het oorspronkelijke geluid ter preparatie door een laagdoorlaatfiltervan 1000 Hz en resamplet het naar 4000 frames per seconde. Frequenties boven de 1000 Hz zijnniet nodig voor toonhoogte analyse van spraak en wanneer deze frequenties niet meer aanwezigzijn kan de samplerate ook verlaagd worden. De absolute minimumwaarde van de samplerate istwee keer de hoogst detecteerbare frequentie (Shannon 1949), in dit geval 1000 ∗ 2 = 2000 Hz.

De kruiscorrelatie van twee signalen wordt gevonden door de twee over elkaar te schuiven entelkens de integraal van het product van beide signalen te nemen. Dit is hetzelfde als eenconvolutie, maar dan zonder een van de signalen eerst om te draaien. Bij het toepassen van dekruiscorrelatie op functies f en g zullen de pieken zich bevinden op plaatsen waar beide functieseen hoge positieve waarde hebben of juist waar beide functies een lage negatieve waarde hebben.Dit zorgt ervoor dat de maxima in de kruiscorrelatie aangeven voor welke verschuiving de tweefuncties het meest op elkaar lijken. De autocorrelatie is een speciale variant van de kruiscorrelatiewaarbij een signaal met zichzelf wordt gecorreleerd.

Door de autocorrelatie van een geluidssignaal te nemen, worden herhalingen in de golfvormherkend. Omdat een golf zich meerdere keren herhaald met een periode van T0 zal op elke nT0een piek te vinden zijn (Boersma 1993). De positie waarop een piek te vinden is komt dan overeenmet de periode van deze herhaling. De inverse van deze periode in seconden is vervolgens defrequentie in Herz.

13

Page 14: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Frequentiedomein

Philip McLeod en Wyvill (2003) beschrijft een algoritme voor toonhoogtedetectie dat werkt inhet frequentiedomein. Een stuk audio wordt om te beginnen vermenigvuldigd met een Gaussianfunctie. Dit zorgt ervoor dat het signaal niet abrupt start en stopt. Een vermenigvuldiging inhet tijddomein is equivalent met een convolutie in het frequentiedomein, wat betekent dat ookhet frequentiedomein is gladgestreken. Dit zal het herkennen van lokale maxima versimpelen.

Na deze voorbereiding wordt het signaal door een Fouriertransformatie gehaald, gebruik makendvan de fast Fourier transform (FFT) methode. Dit zet het signaal om naar het frequentiedomein,waar van elke meetbare frequentie te vinden is in welke mate het voorkomt in het signaal.

Een nauwkeurige waarde voor de locatie van elk maximum wordt bepaald door de algemenefunctie van een Gaussian te fitten over elk lokale maximum. Deze luidt als volgt:

y = he−(x−µ)2

2σ2 (2.2)

Waarin h de hoogte, µ het gemiddelde en σ de standaardafwijking zijn. Hierbij zullen meerderepieken gevonden, waaronder de grondtoon zelf, harmonien hiervan en overige pieken voor even-tueel achtergrondgeluid. Tot slot moet bepaald worden welke van deze de grondtoon is. Dit isniet per definitie de laagste frequentie of de frequentie met de sterkste piek. Wel is het hoogst-waarschijnlijk dat de frequentie van de sterkste piek (f) de grondtoon of een van de boventonenis. De grondtoon zal dan te vinden zijn op frequentie F = f/n, met n als geheel getal. Voor nworden de waardes van 1 tot 10 genomen, en voor elke van deze pieken wordt een score gegevenvoor de waarschijnlijkheid dat hij bij de fundamentale frequentie hoort. Deze score is gebaseerdop het aantal boventonen dat bij de frequentie gevonden wordt in de pieken en hoe goed dezepassen. De F met de hoogste score wordt gekozen als de grondtoon.

Variatie

Hincks (2005) introduceert het Pitch Variation Quotient (PVQ). Deze grootheid houdt er re-kening mee dat variaties in een hoger frequentiespectrum hogere absolute verschillen opleveren.Dit komt door de logaritmische aard van frequenties. Een verdubbeling in frequenties, wordtwaargenomen als een verschuiving van een octaaf. Als iemand met een hogere stem praat –bijvoorbeeld vrouwen ten opzichte van mannen – resulteren verschillen die als even groot wordenwaargenomen dus in hogere numerieke waardes gemeten in Herz.

Het PVQ wordt bepaald door de standaarddeviatie uit te drukken als een fractie van het ge-middelde. Een standaard deviatie van 21 en een gemiddelde frequentie van 115 Hz resulteertbijvoorbeeld in een PVQ van 0.183.

PV Q =σ

µ(2.3)

2.3 Luidheid en tempo

Naar de gevolgen van luidheid op de perceptie van een luisteraar is weinig onderzoek gedaan.Luidheid is voornamelijk van belang voor het bepalen van andere statistieken. Aan de handvan de luidheid kan namelijk onder andere het tempo gemeten worden. Daarom moet ook deluidheid behandeld worden wanneer het gaat over het spreektempo.

14

Page 15: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

2.3.1 Invloed van tempo op de perceptie van spraak

Naast de eerder besproken toonhoogte, deden Apple, Streeter en Krauss (1979) ook onderzoeknaar de invloed van spreektempo op de perceptie van de luisteraar. Wederom worden opnamesbewerkt om langzamer of sneller te zijn dan het origineel.

Proefpersonen moeten vervolgens voor negen schalen, uitgedrukt als woordparen, een score van1 tot 7 toekenen. Aan de hand van deze paren worden algemenere scores bepaald: sour–sweet,awful–nice en bad–good voor een evaluation score, thin–thick, small–large en weak–strong voorpotency en tot slot voor activity de paren slow–fast, cold–hot en passive–active.

Tragere spraak wordt beoordeeld als zwakker, met een lagere potency. Zoals men zou verwachten,wordt snellere spraak als actiever ervaren, gekenmerkd door hoge activity scores. Zie Figuur 2.6.

Figuur 2.6: Ervaren activiteit voor verschillende spreektempo’s, uit Apple, Streeter en Krauss(1979)

Een ander onderzoek, door Smith e.a. (1975), bekeek de ervaren competentie en welwillendheidvan sprekers voor verschillende spreektempo’s. Achtentwintig proefpersonen werd opgedragenvier zinnen voor te lezen: twee stellingen, een vraag en een uitroep. Op vijftien schalen uitgedruktals woordparen moesten andere testpersonen de uitingen beoordelen. Deze scores maakten samenscores voor benevolence en competence, oftewel welwillendheid en competentie. Voor verderonderzoek werden zes sprekers gekozen die het bereik van scores goed representeerden. Deopnames van deze sprekers werden bewerkt om meerdere versnelde en vertraagde varianten tekrijgen, wat resulteerde in negen verschillende fragmenten per spreker. Deze opnames werdenwederom beoordeeld door een andere groep proefpersonen.

Figuur 2.7 laat voor beide scores het effect van het spreektempo zien. Voor competentie werdeen vrijwel lineaire verhouding gevonden, wat betekent dat door almaar sneller te praten dewaargenomen competentie blijft toenemen. Hierbij is het wel belangrijk op te merken dat wanneersprekers van zichzelf sneller gaan praten – dus niet door audiobewerking – er sneller versprekingengemaakt worden (Pfau en Ruske 1998). De welwillendheid van sprekers bleek niet te verbeterenzijn door het tempo aan te passen. Zowel versnelde als vertraagde fragmenten worden als minderwelwillend ervaren. De ideale score ligt bij 15 fonemen per seconde. Fonemen komen ruwwegovereen met letters.

Om een afweging te maken tussen beide aspecten, kan Figuur 2.8 geraadpleegd worden. Detemponiveaus in het eerste kwadrant (rechtsboven) scoren goed op zowel competentie als welwil-lendheid.

15

Page 16: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Figuur 2.7: Competentie en welwillendheid uitgezet tegenover de spreeksnelheid, uit Smith e.a.(1975)

Figuur 2.8: Competentie en welwillendheid scores voor vertraagde en versnelde opnames, uitSmith e.a. (1975)

2.3.2 Detectie van luidheid

Wanneer over luidheid gesproken wordt, bedoelt men de waarde die weergeeft hoe een geluidsubjectief wordt herkend door een gemiddelde toehoorder. De luidheid is niet enkel afhankelijkvan de druk, maar wordt mede bepaald door de frequentie en golfvorm (Olson 1972).

Een veel gebruikte methode voor het benaderen van de luidheid aan de hand van de geluidsdrukis de A-weging (Aarts 1992). De A-weging beschrijft een curve die de weging van verschillendefrequenties bepaalt bij het detecteren van de luidheid. Naast de A-weging bestaan er nog meerwegingen, waarvan enkele te zien in Figuur 2.9.

Voor het absoluut bepalen van de geluidsdruk is speciale hardware nodig. Je weet anders namelijkniet hoe ver de spreker zich van de microfoon bevindt. Ook is de uiteindelijke hoogte van de

16

Page 17: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Figuur 2.9: Verschillende wegingcurves voor het bepalen van de luidheid, uit Aarts (1992)

golf afhankelijk van hoe de microfoon is ingesteld. Wel kunnen aan de hand van een golfvorm derelatieve verschillen binnen een opname in beeld gebracht worden.

2.3.3 Detectie van tempo

Spreektempo wordt vaak uitgedrukt in woorden per minuut (WPM) maar dit is geen idealemetriek. Voor het automatisch bepalen van het tempo is het handiger om het aantal lettergrepenper seconde (syllables per second, SPS) te meten (Hincks 2005). Om te beginnen kan het WPMniet bepaald worden zonder een transciprtie van de tekst te hebben. In het geval waarin de sprekerin real-time een presentatie oefent, is deze er natuurlijk niet. Bovendien hebben lettergrepeneen enigszins consistente lengte terwijl woorden veel in lengte kunnen verschillen. Sommigesprekers gebruiken langere woorden dan anderen. Omdat lettergrepen kleinere bouwstenen zijndan woorden en allemaal van ongeveer gelijke lengte zijn, kan het tempo accurater en lokalerbepaald worden.

Het herkennen van lettergrepen hangt nauw samen met het bepalen van de luidheid. Nucleivan lettergrepen – de klinker – zijn doorgaans luider dan het omringende geluid (Pfau en Ruske1998). Om het spreektempo te bepalen wordt daarom gebruik gemaakt van de pieken in deluidheid van de audio.

Pfau en Ruske (1998) beschrijven een methode om deze pieken te vinden, en zo een accurateschatting te geven van het aantal lettergrepen per seconde. In de vorige sectie is beschreven hoede luidheid van een geluidsstroom bepaald kan worden. De hierbij verkregen data wordt gebruiktals startpunt van deze analyse. Zie Figuur 2.10 voor een overzicht van het beschreven algoritme,toegepast op de Duitse zin Spitze, vielen Dank das paßt mir sehr gut, ja.

De luidheid wordt eerst afgevlakt om het aantal pieken te doen afnemen. Pfau en Ruske (1998)doen dit met meerdere laagdoorlaatfilters, maar het kan ook zoals eerder besproken door hetsignaal met een Gaussian te convolueren.

Hierna worden de lokale maxima in de luidheid bepaald. Deze zouden overeen moeten komenmet de nuclei van lettergrepen. Zoals te zien in Figuur 2.10 zijn er echter nog enkele maxima dieniet overeenkomen met een lettergreep, namelijk tijdens de stiltes aan het begin en eind. Dezekunnen nog met twee verschillende methodes eruit gefilterd worden.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen distincte en vlakke maxima. De distincte maxima zijn demaxima die overeenkomen met een nucleus. De vlakke vallen vaak in een stilte. Het onderscheidkan gemaakt worden door een drempel in te stellen, waaronder de luidheid moet komen binneneen gedefinieerd window rond de piek. Deze drempel is uitgedrukt als een percentage van depiekwaarde.

17

Page 18: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Figuur 2.10: Bepalen van het aantal lettergrepen per seconde, uit Pfau en Ruske (1998).

Het algoritme kan nog enigszins verbeterd worden door de zerocrossing rate te bepalen. Dit is hetaantal keer dat de golfvorm door nul gaat per seconde. In stiltes, wanneer enkel achtergrondruishoorbaar is, is deze waarde hoog. Door pieken in de luidheid die gelijk vallen met een zerocrossingrate boven een in te stellen drempel te negeren, wordt het resultaat nog accurater.

Daarnaast kunnen de lengte van aaneengesloten geluidsstromen (mean length of runs, MLR)(Hincks 2005) en de duur van stiltes een indicatie geven van de vaart in het praatje. Ook kunnendeze duidelijk maken waardoor het tempo lager of hoger is dan gewenst. Hiervoor wordt wederomals basis de luidheid van het geluid gebruikt. Er wordt een drempel ingesteld die bepaalt onderwelke intensiteitswaarde het signaal als een stilte wordt herkend.

Kormos en Denes (2004) definieren een pauze als een stilte van meer dan 250 millisecondes. Doorde afstand tussen pauzes te meten en hiervan het gemiddelde te nemen, wordt de MLR-scorebepaald.

18

Page 19: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

HOOFDSTUK 3

Implementatie

Python 3 is gekozen als programmeertaal om een aantal redenen. De Python interpreter is be-schikbaar voor zowel OS X en Linux als Windows, waardoor het programma daar elke studentgebruikt zou kunnen worden. Bovendien bestaan er reeds libraries die de I/O en signaalverwer-king kunnen versimpelen.

De benodigde libraries zijn:

• PyAudio

• Numpy

• Scipy

En voor de gebruikersinterface:

• Tkinter

• Matplotlib

• PyLaTeX

PyAudio is een wrapper voor PortAudio, een cross-platform library voor audio I/O. Hiermeekan een livestream gemaakt worden van de input van een microfoon. Numpy en Scipy wordengebruikt voor efficiente omgang met data en audiobewerkingen. Tot slot zijn enkele librariesnodig voor de gebruikersinterface. Deze zullen dus niet nodig zijn wanneer de applicatie slechtsals onderdeel van een groter project gebruikt wordt.

3.1 Real-time audio en callback functies

Voor het omgaan met real-time audio en het uitvoeren van analyses hierop, wordt een klassegeschreven om de stream klasse van PyAudio heen. De data wordt opgeslagen in een Numpyarray van vaste lengte. Er wordt tegelijkertijd bijgehouden waar voor het laatst iets is geschreven.Zo kan gemakkelijk de meest recente data opgevraagd worden. Als de array te klein wordt voorde data wordt een nieuwe gemaakt met een lengte twee keer zo groot als de vorige en wordt dedata overgeheveld.

Aan de stream kunnen callback functies toegevoegd worden. Deze worden aangeroepen telkenswanneer nieuwe data wordt weggeschreven. Deze functies kunnen een analyse uitvoeren op deaudiodata en de data die hieruit komt wordt geschreven naar een nieuwe array. Andere callbackfuncties kunnen vervolgens als input deze array gebruiken. Hierdoor kan een analyse overzichte-lijk in stappen worden opgedeeld die bovendien hergebruikt kunnen worden. In veel opzichtenzijn de resultaten van een callback functie vergelijkbaar met de originele stream. Ook voor deze

19

Page 20: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

data wordt een samplerate bijgehouden, zodat bewerkingen rekening kunnen houden met deperiode waar een stuk data mee overeen komt. Het interval tussen twee van deze analyseron-des is afhankelijk van de ingestelde samplerate en buffergrootte. De standaardinstellingen, eensamplerate van 44100 Hz en een buffergrootte van 1024 samples, resulteren in een interval van1024/44100 = 0, 02322 seconde. Dit is de tijd die beschikbaar is voor elke ronde van analyses.Deze deadline is soft, wat betekent dat het programma niet crasht wanneer de deadline nietgehaald wordt, maar er wel ongedefinieerd gedrag kan voorkomen.

Bij het aanmaken van een functie wordt gespecificeerd hoeveel samples de functie als invoerneemt. Dit is idealiter zo klein mogelijk zodat de operaties niet te duur worden. Alsbijvoorbeeldwordt aangegeven dat een functie 1024 samples nodig heeft, dan worden de laatste 1024 samplesuit de data genomen. Daarnaast wordt aangegeven hoe veel samples de functie zal returnen.Een functie kan bijvoorbeeld over een stuk data van meerdere samples een gemiddelde berekenenen deze enkele waarde teruggeven, maar er kan ook een stuk data van gelijke grootte gereturndworden, bijvoorbeeld een afgevlakte versie van het origineel.

Het is belangrijk dat alle analyses worden uitgevoerd voordat er weer nieuwe data wordt aan-geleverd vanaf de microfoon. Om deze reden wordt de load berekend, het percentage van debeschikbare tijd dat gebruikt is door de callback functies. Voor alsnog wordt er geen actie on-dernomen wanneer de load te hoog wordt, maar er is dan geen garantie meer dat de resultatenaccuraat zijn.

3.2 Gebruikersinterface

De gebruiker kan een sessie starten, pauzeren en beeindigen. In de configuratie of tijdens de sessiekan de gebruiker eventueel doelen aangeven, bijvoorbeeld een specifiek tempo waarnaar wordtgestreefd. Aan het einde van de sessie krijgt hij of zij een overzicht te zien van het verloop vande presentatie. De verschillende scores, zoals toonhoogtevariatie en tempo worden in grafiekenals functie over de tijd weergegeven met hierbij het doel, zodat de gebruiker nog eens terug kankijken waar het goed ging en waar iets minder.

Figuur 3.1: Gebruikersinterface voor de voorbeeldconfiguratie

Voor het aanmaken van de callback functies en hierbij horende feedbackelementen wordt eenPython dictionary uit een ander bestand gebruikt. Dit zorgt ervoor dat de configuratie aangepastkan worden zonder de basisfunctionaliteit aan te tasten. In deze configuratie wordt aangegevenwelke analyses er uitgevoerd moeten worden en welke hiervan aan de gebruiker gepresenteerd

20

Page 21: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

moeten worden. Alle analyses waar dit voor geldt, moeten extra informatie bevatten, zoals deminimale en maximale waarde en de eenheid waarin de waarde gemeten wordt. Deze vereistenzorgen ervoor dat de gebruiker betekenisvolle feedback krijgt.

Tijdens de sessie ziet de gebruiker onderin het venster de spreektijd, die begint op te lopen nahet aanklikken van de startknop. Door hier nogmaals op te klikken wordt de stream gepauzeerd.Ter controle wordt de load weergegeven. Wanneer deze boven de honderd procent uitkomt – wataangeeft dat de analyses te veel tijd kosten – kleurt de waarde rood als waarschuwing aan degebruiker.

Als feedback wordt voor elke weer te geven analyse een balk weergegeven. Deze reflecteertde gemeten waardes door in hoogte te varieren. Eventuele doelen worden weergegeven als eenhorizontale lijn. Hoe dichter de balk bij de lijn komt, des te groener kleurt hij, om aan te gevendat de gebruiker de goede kant op gaat.

Na het verzamelen van data kan een rapport gegenereerd worden en opgeslagen als PDF-bestand.Dit rapport laat het verloop zien van de verschillende aspecten gedurende de sessie. Daarnaastkomt alle data samen in een radardiagram dat de spraak van de gebruiker moet samenvatten ineen enkel figuur. In dit diagram is elke uitkomst (v) omgezet naar een getal tussen nul en honderdvolgens vergelijking 3.1, gebaseerd op de minimale (vmin) en maximale (vmax) waarde in deconfiguratie. Welke data wordt weergegeven en hoe wordt volledig bepaald door de configuratie,waardoor het rapport zich automatisch aanpast wanneer instellingen worden veranderd. Ziebijlage A voor een voorbeeld van een rapport.

score =v − vmin

vmax − vmin∗ 100 (3.1)

3.3 Configuratie

Voor dit onderzoek is een configuratie gemaakt gebaseerd op het literatuuronderzoek in hetvorige hoofdstuk. Hieruit bleek dat toonhoogte, toonhoogtevariatie en spreektempo verschillendeinvloeden hebben op de manier waarop presentaties worden beoordeeld. Deze sectie bespreektwelke algoritmes gebruikt zijn om deze aspecten te meten en hoe deze data uitwisselen. ZieFiguur 3.2 voor een overzicht.

Audio-invoer

pitch

pitch average

Toonhoogte

pitch variance

Variatie

loudness

smoothed loudness

sps

Tempo

Figuur 3.2: Gebruikte configuratie voor analyses. Via callback functies wordt de audio omgezetin testresultaten.

21

Page 22: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

3.3.1 Geımplementeerde toonhoogtedetectie

Aan de hand van de toonhoogte worden twee feedbackelementen gegenereerd. Over de laatstetien secondes wordt zowel de gemiddelde toonhoogte als de variatie berekend. De variatie wordtuitgedrukt als het Pitch Variation Quotient.

Eerst wordt de lokale toonhoogte bepaald. Hierbij worden frequenties boven de 600 Hz genegeerd,φmax = 600. Er is gekozen voor een algoritme in het tijddomein, dat gebruik maakt van deautocorrelatie. De pitch functie verwacht een data array van 2048 samples. Bij een sampleratevan 44100 komt dit overeen met ongeveer 50 ms. Omdat voor het herkennen van de frequentieminstens een herhaling nodig is, is de langste herkenbare periode 25 ms, wat overeenkomt meteen frequentie van 40 Hz.

De data met zichzelf wordt gecorreleert. In het verkregen resultaat worden de lokale maximaopgezocht en de hoogste van deze pieken wordt als fundamentale frequentie gekozen. Om deindex waarop deze piek gevonden is om te zetten naar een frequentie is de samplerate van hetsignaal nodig:

φ =S

i(3.2)

waarin φ de frequentie is, S de samplerate en i de index van de hoogste piek. Er wordt geeninterpolatie uitgevoerd om de positie van de piek nauwkeuriger te bepalen. Dit omdat het algo-ritme in real-time uitgevoerd moet worden en de gewonnen nauwkeurigheid niet noodzakelijk isvoor deze toepassing. Voor een samplerate van 44100 komt de afstand tussen twee opeenvolgendeindices komt overeen met een frequentieverschil van

44100

i+ 1− 44100

i= −44100

i2 + i(3.3)

Voor de kleinste toegestane index, 44100/φmax = 44100/600 = 73 betekent dit een verschil van8 Hz. Voor de grootste toegestane index, 44100/40 = 1102 is dit verschil minder dan 0, 04 Hz.

Met de uitvoer van pitch berekenen pitch average en pitch variance het gemiddelde en devariatie in de afgelopen 10 secondes. Deze twee waardes worden gebruikt als feedback.

Voor in de applicatie en het rapport is als minimumwaarde 50 Hz gekozen en als maximumwaarde300 Hz. Deze keuzes zijn gebaseerd op data van Baken en Orlikoff (2000), waarin voor manneneen bereik tussen de 85 en 155 Hz wordt gevonden, en voor vrouwen tussen de 165 en 255 Hz.

3.3.2 Geımplementeerde luidheid- en tempodetectie

Voor het bepalen van het spreektempo worden drie callback functies geımplementeerd. Eerstwordt een schatting van de luidheid gemaakt. Vervolgens wordt deze afgevlakt. De laatstefunctie bepaalt aan de hand van de afgevlakte luidheid het aantal lettergrepen per seconde.

De luidheid wordt gebruikt voor het tellen van lettergrepen. Hiervoor wordt de variatie inluidheid binnen een enkele lettergreep gebruikt. De nucleus is namelijk luider dan de rest. Omdatde toonhoogtevariatie binnen een lettergreep miniem is, kan de frequentieweging achterwegegelaten worden. Wat dan overblijft is slechts de geluidsdruk. Deze kan niet absoluut bepaaldworden, maar wel relatief ten opzichte van de maximaal meetbare druk.

Als de streamdata wordt opgeslagen als array van signed 16-bits integers, is de maximaal meet-bare amplitude dus gelijk aan 215 − 1 = 32767. De loudness functie ontvangt 2084 samplesaan data. Van alle waardes wordt de absolute waarde genomen en hiervan wordt het gemiddeldebepaald. Door deze waarde vervolgens te delen door de maximaal meetbare amplitude, is deluidheid uit te drukken als een waarde tussen nul en een.

22

Page 23: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Vervolgens maakt een tweede callback functie een gladgestreken variant van de luidheid. Hiervooris een aparte functie gemaakt zodat het resultaat van beide functies herbruikt zou kunnen wordendoor analyses.

Momenteel wordt slechts n analyse op de gladgestreken luidheid uitgevoerd, namelijk de sps

functie om het aantal lettergrepen per seconde in te schatten. Hiervoor worden de lokale maximain het signaal bepaald. Deze waarde is doorgaans nog te hoog omdat elke kleine bobbel in deluidheid geteld wordt. Om de stompe pieken weg te filteren wordt de omgeving van het geluidbekeken. Een piek wordt alleen meegeteld wanneer binnen twee indices van de piek – aan minstenseen van beide kanten – de luidheid daalt tot minder dan 75% van de piekwaarde.

Het aantal pieken dat overblijft wordt gedeeld door de duur in secondes van het stuk data datwas aangeleverd. Dit levert het aantal pieken en dus lettergrepen per seconde op. Als formuleziet dit er als volgt uit:

sps =p

nI/SI(3.4)

Hierin is sps het spreektempo in lettergrepen per seconde, p het aantal pieken, nI het aantalsamples en SI de samplerate van de invoer.

Als minimum wordt 3 lettergrepen per seconde ingesteld, als maximum 6. Deze waardes zijngebaseerd op de door Pfau en Ruske (1998) gemeten tempos’s in de Verbmobil opnameset uit1996.

23

Page 24: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

24

Page 25: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

HOOFDSTUK 4

Experiment en resultaten

4.1 Controle van geımplementeerde algoritmen

De toonhoogtes in de zin I’m going away, eerder te zien in Figuur 2.3 zijn opnieuw geplot methet geımplementeerde algoritme. Het resultaat hiervan staat in Figuur 4.1.

0.0 0.5 1.0 1.5 2.0Tijd (s)

0

100

200

300

400

500

600

Freq

uent

ie (H

z)

Toonhoogteverloop van de zin I′m going away

ToonhoogteGemiddelde

Figuur 4.1: Toonhoogteverloop van de zin I’m going away zoals gemeten door degeımplementeerde toonhoogtedetectie

Bij gebrek aan de originele opname die gebruikt is om Figuur 2.10 te maken, is de zin I’m goingaway ook gebruikt voor het controleren van de tempo-analyse. In Figuur 4.2 is het resultaat vande smoothed loudness functie uitgezet, waarin vijf pieken herkend worden.

4.2 Analyse van TED talks

Om de resultaten van de geschreven applicatie te controleren, wordt deze toegepast op TEDtalks. Dit is een grote, diverse dataset met veel verschillende soorten praatjes. Het grootste

25

Page 26: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

0.0 0.2 0.4 0.6 0.8 1.0 1.2 1.4Tijd (s)

0.0

0.1

0.2

0.3

0.4

0.5

Rela

tieve

luid

heid

Afgevlakte luidheid van de zin I′m going away

Figuur 4.2: Afgevlakte luidheid van de zin I’m going away zoals gemeten door degeımplementeerde toonhoogtedetectie

deel hiervan heeft de vorm van een presentatie, vergelijkbaar met presentaties zoals deze wordengegeven aan universiteiten.

Op TED.com staat een overzicht van alle TED talks die ooit gegeven zijn. Gebruikers kunneneen rating geven aan een talk, waarbij ze kunnen aangeven of een praatje bijvoorbeeld grappig,indrukwekkend of mooi was. Talks kunnen gesorteerd worden aan de hand van deze scores.

Om testmateriaal voor de geschreven applicatie te werven, zijn drie van deze termen gekozen:funny, persuasive en informative. Deze zijn gekozen op basis van de resultaten in het literatuur-onderzoek. Daaruit bleek dat de bestudeerde aspecten van spraak bijvoorbeeld invloed hebbenop hoe serieus de spreker over. Grappige praatjes zullen waarschijnlijk minder serieus zijn danandere. Op dezelfde manier moet een spreker competent overkomen om overtuigend te zijn enbetrouwbaar om als goede informatieve bron beschouwd te worden. Door een gevarieerde setaan sprekers te selecteren kan gecontroleerd worden of de metingen deze variatie weerspiegelen.

Voor elke term worden twee praatjes genomen waarbij deze score een hoge waarde heeft, een dooreen man, en een door een vrouw. In Tabel 4.1 staat een overzicht van de geanalyseerde talks. Alleverschillende scores van een praatje maken samen honderd procent, maar slechts de drie gekozenscores worden weergegeven. Het aantal stemmers is onbekend, maar als mogelijke indicatie wordtwel het aantal mensen dat de talk hebben bekeken toegevoegd. Hiervoor worden alleen de mensengeteld die dit via de TED.com website hebben gedaan omdat deze de mogelijkheid hadden omte stemmen.

Van Julia Sweeney is It’s time for “The Talk” geanalyseerd, van Yossi Vardi We’re worried aboutlocal warming . . . in your lap, van Ngozi Okonjo-Iweala Aid versus trade, van Andrew MwendaAid for Africa? No thanks., van Deborah Gordon The emergent genius of ant colonies en vanDavid MacKay A reality check on renewables.

Daarnaast is van een spreker een set van zes talks gekozen om de verschillen tussen meerderepresentaties van dezelfde persoon te vinden. Hiervoor zijn praatjes van veelvoudig TED sprekerHans Rosling gebruikt. De talks die hiervoor zijn gekozen, zijn The best stats you’ve ever seen;New insights in poverty ; Global population growth, box by box ; The magic washing machine;Religions and babies; Asia’s rise – how and when.

26

Page 27: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Tabel 4.1: Overzicht van geanalyseerde TED talks met de relevante scores

Spreker Geslacht funny persuasive informative Overig Kijkers

Julia Sweeney F 70% 1% 2% 27% 1.873.265Yossi Vardi M 63% 2% 5% 30% 542.309Ngozi Okonjo-Iweala F 0% 65% 7% 28% 255.569Andrew Mwenda M 2% 45% 17% 36% 350.477Deborah Gordon F 2% 2% 35% 61% 481.380David MacKay M 3% 23% 37% 37% 282.486

4.3 Behaalde scores

Van alle praatjes zijn de eerste vijf minuten door de applicatie geanalyseerd. Hierbij is deintroductie van het fragment – waarin een andere persoon spreekt – weggelaten. Eventueelapplaus of ander geluid vanuit de zaal tijdens de talk is wel intact gelaten. Zie Tabel 4.2 enFiguur 4.3 voor een compleet overzicht van de resultaten voor verschillende sprekers. In Figuur4.4 staat de gemiddelde score van alle zes de sprekers.

Tabel 4.2: Testresultaten per spreker, tussen haakjes de score tussen nul en honderd

Spreker Toonhoogte (Hz) Variatie Tempo (lettergr./s)

Julia Sweeney 291 (96,3) 0,391 (39,1) 3,83 (27,7)Yossi Vardi 227 (70,7) 0,433 (43,3) 3,99 (33,0)Ngozi Okonjo-Iweala 249 (79,6) 0,533 (53,3) 4,59 (53,0)Andrew Mwenda 226 (70,6) 0,348 (34,8) 4,09 (36,3)Deborah Gordon 237 (74,9) 0,404 (40,4) 3,97 (32,3)David MacKay 235 (74,2) 0,658 (65,8) 4,15 (38,3)

Hetzelfde is gedaan voor de verschillende praatjes van Hans Rosling, waarvan de volledige resul-taten staan in figuur 4.3 en 4.5. Het gemiddelde staat in Figuur 4.6.

Tabel 4.3: Testresultaten voor verschillende praatjes van Hans Rosling, tussen haakjes de scoretussen nul en honderd

# Talk Toonhoogte (Hz) Variatie Tempo (lg/s)

1 The best stats you’ve ever seen 197 (58,6) 0,423 (42,3) 4,38 (45,9)2 New insights in poverty 194 (57,8) 0,452 (45,2) 4,24 (41,3)3 Global population growth, box by box 224 (69,7) 0,455 (45,5) 3,87 (29,0)4 The magic washing machine 199 (59,5) 0,375 (37,5) 3,77 (25,7)5 Religions and babies 239 (75,7) 0,375 (37,5) 4,45 (48,3)6 Asia’s rise – how and when 184 (53,6) 0,412 (41,2) 3,97 (32,3)

De toonhoogte heeft een bereik van 50 tot 300 Hz, de variatie van 0 tot 1 en het tempo van 3tot 6 lettergrepen per seconde. De scores zijn berekend volgens vergelijking 3.1.

27

Page 28: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Toonhoogte

Variatie Tempo

2040

6080

100

Julia SweeneyYossi VardiNgozi Okonjo-IwealaAndrew MwendaDeborah GordonDavid MacKay

2040

6080

100

2040

6080

100

Figuur 4.3: Scores in radardiagram per spreker

Toonhoogte

Variatie Tempo

2040

6080

100

Gemiddelde alle sprekers

2040

6080

100

2040

6080

100

Figuur 4.4: Gemiddelde scores en afwijking van alle sprekers

28

Page 29: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Toonhoogte

Variatie Tempo

2040

6080

100

Rosling talk 1Rosling talk 2Rosling talk 3Rosling talk 4Rosling talk 5Rosling talk 6

2040

6080

100

2040

6080

100

Figuur 4.5: Scores van Rosling in radardiagram per talk

Toonhoogte

Variatie Tempo

2040

6080

100

Rosling gemiddelde

2040

6080

100

2040

6080

100

Figuur 4.6: Gemiddelde scores en afwijking van Rosling

29

Page 30: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

30

Page 31: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

HOOFDSTUK 5

Discussie

5.1 Discussie

Het patroon uit Figuur 2.3 is zichtbaar in Figuur 4.1. Daarnaast worden echter andere, te hoge,frequenties gedecteert waardoor het gemiddelde ook hoger komt te liggen. Een lagere spreker zalnog steeds als lager herkend worden dan een hogere spreker, maar de absoluut gemeten waardesvallen hoger uit dan de werkelijkheid. Het bepalen van het tempo, zoals te zien in figuur 4.2,werkt volledig naar verwachting. Het aantal pieken dat wordt gevonden in de zin I’m going away,vijf, komt overeen met het werkelijke aantal lettergrepen in de zin.

In figuur 4.3 zijn enkele grote verschillen zichtbaar. Julia Sweeney spreekt beduidend hoger dande rest, Ngozi Okonjo-Iweala spreekt het snelste van alle geanalyseerde sprekers en David MacKayloopt voorop als het gaat om toonhoogtevariatie. De gemiddelde scores die zijn gevonden voorTED sprekers, zouden gebruikt kunnen worden als doelen in de applicatie. Men zou dan kunnenzeggen dat de gebruiker als doel het niveau van een TED spreker heeft.

Er is een grotere afwijking in de toonhoogtevariatie tussen personen dan tussen de verschillendepraatjes van een persoon. Er lijkt juist een groter verschil in tempo te zijn binnen de verzamelingtalks van Hans Rosling, maar in Figuur 4.5 is te zien dat er wel twee duidelijke clusters zijn vanpraatjes die ongeveer hetzelfde tempo hebben.

Ook kan het gemiddelde van Rosling gebruikt worden als een doel, bijvoorbeeld wanneer degebruiker hem als een goed voorbeeld beschouwt en een vergelijkbare presentatie wil geven.

5.2 Conclusie

Nadat er is gekeken naar verscheidene onderzoeken over de invloed van toonhoogte en tempoop de beoordeling van sprekers, is een applicatie ontwikkeld die de gemiddelde toonhoogte, devariatie in toonhoogte en het spreektempo van een presentatie meet. Deze worden in real-timeaan de gebruiker gepresenteerd zodat deze kan experimenteren om zo zijn eventuele doelen tebehalen. De applicatie is getest met TED talks om te kijken of de resultaten een onderscheidlaten zien tussen verschillende sprekers. Met deze informatie kunnen nu de vragen uit het eerstehoofdstuk beantwoord worden.

Welke aspecten van geluid zijn een goede indicatie voor presentatievaardigheden?

Uit literatuuronderzoek is gebleken dat de toonhoogte invloed heeft op de inschatting hoe be-trouwbaar, empathisch en serieus een spreker is. Lagere stemmen scoorden op alledrie de vlakkenbeter dan hogere stemmen. Tussen de variatie in toonhoogte op de beoordeling van levendigheidis ook een verband gevonden, waarbij een presentatie met meer variatie als levendiger wordt

31

Page 32: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

beschouwd. Het spreektempo benvloedt hoe actief, competent en welwillend de spreker over-komt. Snellere sprekers worden gezien als actiever en competenter, terwijl het ideale tempo voorwelwillendheid 15 fonemen per seconde bleek.

Hoe kunnen deze aspecten in real-time gemeten en gepresenteerd worden?

Er is een applicatie gemaakt die de gemiddelde toonhoogte, toonhoogtevariatie en het aantallettergrepen per seconde in real-time weergeeft. Tijdens de experimenten werden de analyses inelke tijdstap binnen de hiervoor beschikbare tijd uitgevoerd. De configuratie van de toepassingis volledig losgekoppelt van de basisfunctionaliteit waardoor nieuwe analyses met weing moeitetoegevoegd kunnen worden.

Zijn de metingen van deze aspecten discriminerend?

De verschillen tussen zes sprekers kunnen aan de hand van hun TED talks in beeld gebrachtworden. Met name de toonhoogtevariatie laat duidelijke verschillen zien tussen sprekers die nietzichtbaar zijn tussen verschillende praatjes van dezelfde persoon. Enkele sprekers zijn duidelijkte herkennen aan extreme waardes, door significant sneller, hoger of gevarieerder te praten dande rest.

5.3 Vervolgonderzoek

5.3.1 Mogelijke verbeteringen van de implementatie

Op het moment is de toonhoogtedetectie geen accurate meting van de werkelijkheid. Een mo-gelijke verbetering zou zijn een maximaal verschil toe te laten tussen opeenvolgende resultaten.Hierbij gaat men ervan uit dat er geen plotselinge grote verschillen voorkomen in het toonhoog-teverloop, maar vloeiende overgangen. Hierdoor zal een groot deel van de te hoog gedetecteerdefrequenties gefilterd worden.

De structuur van een stream en callback functies is zo simpel mogelijk gehouden. Dit zorgt echterwel voor enkele beperkingen. Voor meer geavanceerde analyses zouden enkele uitbreidingengeımplemteerd kunnen worden.

Een van deze uitbreidingen is het toelaten van meerdere invoerstreams voor een functie. Dezeuitbreiding kan bijvoorbeeld gebruikt worden om met behulp van de zerocrossing rate de tempo-detectie accurater te maken. Mogelijk kan de frequentiedetectie ook nog verbeterd worden doorstiltes te negeren, waarvoor de luidheid en/of zerocrossing rate nodig is.

Momenteel hebben functies zelf geen geheugen, waardoor bijvoorbeeld de lengte van uitingen enstiltes moeilijk te bepalen zijn. De enige data die een functie kan returnen is data die overeenkomtmet een bepaald tijdstip in de originele stream.

Er wordt nu nog niet naar een oplossing gezocht wanneer de load te hoog wordt. Een mogelijkheidzou zijn de frequentie waarmee analysestappen worden uitgevoerd te doen afnemen. Er is danmeer tijd per keer beschikbaar, maar mogelijk zullen de callback functies hierop aangepast moetenworden.

5.3.2 Toepassingen en uitbreidingen

Het voornaamste mogelijke vervolgonderzoek zou de combinatie met andere analyses zijn. Incombinatie met videobeelden van de spreker en spraakherkenning kan nog veel specifiekere feed-back gegeven worden.

Daarnaast kan de stap gemaakt worden naar een kwalitatief oordeel. Het programma zou tipskunnen geven als een score lager of hoger is dan het ingestelde doel. Een voorbeeld hiervan isde gebruiker aan te sporen gebruik te maken van andere intonatiepatronen – door een vraag testellen bijvoorbeeld – en zo hoger te scoren op de toonhoogtevariatie.

32

Page 33: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Door het experiment met TED sprekers is al een mogelijk doel bepaald. Hier kan meer onderzoeknaar gedaan worden. Ook kan aan de hand van de ratings op TED.com een doel verbondenworden aan een rating als funny. Iemand die een grappig praatje wil geven, kan dit dan alsreferentie gebruiken. Door de scores van elk praatje mee te laten wegen afhankelijk van hoegrappig de kijkers de talk vonden, kan een gemiddelde bepaald worden. Een voorbeeld voor determen funny, persuasive en informative, gebaseerd op de resultaten uit het vorige hoofdstuk, iste zien in Figuur 5.1. Hier is zichtbaar dat serieuzere praatjes een hoger tempo hebben – watovereenkomt met eerdere bevindingen – maar hier zou nog meer onderzoek naar gedaan moetenworden voordat het als betrouwbaar beschouwd kan worden.

Toonhoogte

Variatie Tempo

2040

6080

100

FunnyInformativePersuasive

2040

6080

100

2040

6080

100

Figuur 5.1: Gewogen gemiddelde van scores per rating

Hincks (2005) suggereert feedback te geven via een gemodelleerd gezicht. Met VR zou ookeen zaal vol mensen gesimuleerd kunnen worden, om zo realistischere feedback te geven aan despreker.

33

Page 34: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

34

Page 35: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Bibliografie

Aarts, Ronald M (1992). “A comparison of some loudness measures for loudspeaker listeningtests”. In: Journal of the Audio Engineering Society 40.3, p. 142–146.

Apple, William, Lynn A Streeter en Robert M Krauss (1979). “Effects of pitch and speech rateon personal attributions.” In: Journal of Personality and Social Psychology 37.5, p. 715. doi:10.1037/0022-3514.37.5.715.

Atal, Bishnu S en Suzanne L Hanauer (1971). “Speech analysis and synthesis by linear predictionof the speech wave”. In: The Journal of the Acoustical Society of America 50.2B, p. 637–655.doi: 10.1121/1.1974658.

Baken, Ronald J en Robert F Orlikoff (2000). Clinical measurement of speech and voice. CengageLearning.

Boersma, Paul (1993). “Accurate short-term analysis of the fundamental frequency and theharmonics-to-noise ratio of a sampled sound”. In: Proceedings of the institute of phoneticsciences. Deel 17. 1193. Amsterdam, p. 97–110.

Boersma, Paul en David Weenink (2009). Praat: doing phonetics by computer (Version 5.1.05)[Computer program]. Retrieved May 1, 2009. doi: 10.1097/aud.0b013e31821473f7.

De Cheveigne, Alain en Hideki Kawahara (2002). “YIN, a fundamental frequency estimator forspeech and music”. In: The Journal of the Acoustical Society of America 111.4, p. 1917–1930.doi: 10.1121/1.1458024.

Ghahremani, Pegah e.a. (2014). “A pitch extraction algorithm tuned for automatic speech re-cognition”. In: Acoustics, Speech and Signal Processing (ICASSP), 2014 IEEE InternationalConference on. IEEE, p. 2494–2498. doi: 10.1109/icassp.2014.6854049.

Hincks, Rebecca (2005). “Measures and perceptions of liveliness in student oral presentationspeech: A proposal for an automatic feedback mechanism”. In: System 33.4, p. 575–591. doi:10.1016/j.system.2005.04.002.

Hincks, Rebecca en Jens Edlund (2009). “Promoting increased pitch variation in oral presenta-tions with transient visual feedback”. In: Language Learning & Technology 13.3, p. 32–50.

Huang, Xuedong e.a. (2001). Spoken language processing: A guide to theory, algorithm, andsystem development. Prentice Hall PTR.

Kasi, Kavita en Stephen A Zahorian (2002). “Yet another algorithm for pitch tracking”. In:Acoustics, Speech, and Signal Processing (ICASSP), 2002 IEEE International Conference on.Deel 1. IEEE, p. I–361. doi: 10.1109/icassp.2002.1005751.

Kormos, Judit en Mariann Denes (2004). “Exploring measures and perceptions of fluency in thespeech of second language learners”. In: System 32.2, p. 145–164. doi: 10.1016/j.system.2004.01.001.

Ladefoged, Peter en Sandra Ferrari Disner (2012). Vowels and consonants. John Wiley & Sons.Lee, Byung Suk (2012). “Noise robust pitch tracking by subband autocorrelation classification”.

Proefschrift. Columbia University.McLeod, Philip en Geoff Wyvill (2003). “Visualization of musical pitch”. In: null. IEEE, p. 300.doi: 10.1109/cgi.2003.1214486.

McLeod, Phillip en Geoff Wyvill (2005). “A smarter way to find pitch”. In: Proceedings of In-ternational Computer Music Conference, ICMC.

Olson, Harry F (1972). “The measurement of loudness”. In: Audio Magazine, p. 18–22.

35

Page 36: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Pfau, Thilo en Gunther Ruske (1998). “Estimating the speaking rate by vowel detection”. In:Acoustics, Speech and Signal Processing, 1998. Proceedings of the 1998 IEEE InternationalConference on. Deel 2. IEEE, p. 945–948. doi: 10.1109/icassp.1998.675422.

Shannon, Claude E (1949). “Communication in the presence of noise”. In: Proceedings of theIRE 37.1, p. 10–21. doi: 10.1109/jproc.1998.659497.

Smith, Bruce L e.a. (1975). “Effects of speech rate on personality perception”. In: Language andSpeech 18.2, p. 145–152.

Streeter, Lynn A e.a. (1977). “Pitch changes during attempted deception.” In: Journal of perso-nality and social psychology 35.5, p. 345. doi: 10.1037/0022-3514.35.5.345.

Talkin, David (1995). “A robust algorithm for pitch tracking (RAPT)”. In: Speech coding andsynthesis 495, p. 518.

36

Page 37: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

BIJLAGE A

Voorbeeldrapport

Dit is het rapport voor een TED talk van Hans Rosling, The best stats you’ve ever seen.

37

Page 38: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

Testresultaten

5 juni 2016

1 ToonhoogteDe toonhoogte wordt gemeten in Hertz.

0 50 100 150 200 250 300Tijd (s)

50

100

150

200

250

300

Toon

hoog

te (H

z)

Toonhoogte gedurende de sessie

Figuur 1: Toonhoogte

2 VariatieDe variatie wordt uitgedrukt als het Pitch Variation Quotient. Dit wordt bere-kend volgens

PV Q = σ

µ

waarin µ de gemiddelde frequentie is in Hz en σ de standaardafwijking, ookin Hz.

1

Page 39: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

0 50 100 150 200 250 300Tijd (s)

0.0

0.2

0.4

0.6

0.8

1.0Va

riatie

()Variatie gedurende de sessie

Figuur 2: Variatie

3 TempoHet tempo is gemeten in lettergrepen per seconde. Let op dat niet alleen hettempo binnen zinnen invloed heeft op de score, maar ook de stiltes ertussen.Meer en langere stiltes resulteren in een lager gemiddeld tempo.

4 OverzichtHet radardiagram in figuur 4 geeft een overzicht weer van de metingen uit dezesessie. De waardes voor de verschillende gemeten aspecten zijn omgezet naareen score van nul tot honderd. De behaalde scores staan in tabel 1.

Aspect Waarde ScoreToonhoogte 196.581024137 Hz 58.6324096547

Variatie 0.423129901612 42.3129901612Tempo 4.37749029612 lettergrepen/s 45.9163432039

Tabel 1: Scores voor deze sessie

2

Page 40: Automatische feedback op presentatievaardigheden …Bachelor Informatica Automatische feedback op presentatievaardigheden aan de hand van fonetische aspecten Huck Nuchelmans 8 juni

0 50 100 150 200 250 300Tijd (s)

3.0

3.5

4.0

4.5

5.0

5.5

6.0Te

mpo

(let

terg

repe

n/s)

Tempo gedurende de sessie

Figuur 3: Tempo

Toonhoogte

Variatie Tempo

2040

6080

100

2040

6080

100

2040

6080

100

Figuur 4: Radardiagram voor deze sessie

3