Archieftoegangsnummer: 0005 - Staten van het Kwartier van ...

Archieftoegangsnummer: 0005 - Staten van het Kwartier van Zutphen en hun Gedeputeerden Inventarisnummer: 453 (folionrs. 433r t/m 530r) - Vindplaats: Gelders Archief

Rekening van Nicolaas van Hamel, ontvanger van de 25e, 50e en 100e penning Heerlijkheid Bredevoort - Jaar 1786 - Overdrachtsbelasting

25 september 2018 / Genealogie in de Achterhoek - https://www.genealogiedomein.nl - 1 -

Transcriptie: © J.B. Baneman

Stad en Heerlijkheidt Bredevoort waar onder

Aalten Wenterswijk

en Dinxperlo.

Den 4 januarij van Arnoldus Hesselink en Berendina Alida Huinink, ehelieden, 8 guldens-16 stuijvers, weegens een neegende gedeelte van het goed en erve Nijenhuijs in de buurschap Daele onder den kerspel van Aalten geleegen. Aangekogt van Jan Hoopman en desselfs ehevrouw Anna Catharina Vierakker, voor 440 guldens, den 28 december 1785 8-16-00

Den 11 januarij van Jan Hoopman en Anna Catharina Vierakker, ehelieden, 16 guldens, weegens een huijs met het daar agter en op zijde gelegen hofjen, met de eene zijde naast ’t huijs en hoff van Abraham Huijnink en met de andere zijde langs het voetpad of uijtgang, staande in Aalten. Aangekogt van Willem Rudolph Evers en Johanna Maria Arentsen, ehelieden, voor 800 guldens, den 20 december 1780 16-00-00

Den 25 januarij van Hendrik Jan Wesselink en vrouwe Jenneken Gantvoort, 6 guldens-14 stuijvers-6 penningen, weegens een stukke bouwland, groot ongeveer drie en half schepel gezaaij, kennelijk geleegen onder Aalten in de buurschap Barlo in den Barloschen Enk. Aangekogt van Hendrik Teeuwen en Hendrica Jentink, echtelieden, voorts Arend Jentink en Eva Tolkamp, ehelieden, zoo voor hun zelfs en als vader en voogd over zijne minderjarige zoon bij wijlen zijne eerste ehevrouw Gesina Jentink verwekt, voor 336 guldens, den 20 december 1785 6-14-06

Den 25 januarij van den assessor Arnoldus Godefridus Gunningh, 19 stuijvers-12 penningen, weegens een koeijweijde op het Swanenbroek voor de stad Bredevoort geleegen. Aangekogt van Dor Johan Casper Evers voor hem zelfs en als man en voogd zijner ehevrouw Maria Jacoba Brossard, voor 49 guldens, den 6 januarij 1786 0-19-12

Den 1 februarij van Berent Rouhoff en Stijne Eppink, ehelieden, 15 guldens-9 stuijvers-4 penningen, weegens een hof geleegen buiten de Aalterpoorte der stad Bredevoort; dan nog twee koeijweijdens mede voor gezeijde stad op het Swanenbroek geleegen. Aangekogt van Gradus Willem Kalff en deszelfs huijsvrouw Willemina Pereboom voor 773 guldens, den 28 december 1785 15-09-04

Den 7 februarij van Hendrik Willem Schaars en Willemina Nusselaar, egtelieden, woonachtig te Ter Borgh, 36 guldens, weegens een derde gedeelte van het goed en erve Nijenhuijs, gelegen onder Aalten in de buurschap Dale, en 2e een derde gedeelte aan de bouwplaats Pitenpol mede onder Aalten voornoemd in de buurschap Haart geleegen, en beijde parcelen met alle derzelver regten en gerechtigheden zoo en als tot het voornoemde aandeel van beijde plaatsen behoord als van getimmer, hof, bouw- en hooij- en weijdelanderijen in slag en zigt vreede houtgewassen en zitplaatsen in de kerk te Aalten. Aangekogt van juffer Johanna Maria Catharina Theodora Reinbach, met overleg van haar edeles vader den weleerwaarden heer Gijsbert Jan Reinbach, woonagtig te Flirich in de graafschap Mark, voor 1800 guldens, den 27 december 1786 36-00-00

https://www.genealogiedomein.nl/





Den 8 februarij van den joodschen koopman Jacob Gomphert en deszelfs ehevrouw Sara Izaks, 14 guldens, weegens een huijs en where en daar agter geleegen hof met derzelver ap- en dependentien, gesitueert in den dorpe van Aalten. Aangekogt van Jannetjen Barentsen voor haar zelven en als weduwe erfuitersche en boedelhoudersche van wijlen Hendrik Jan Bullens, voorts als moeder en voogdesse van haaren eenigen zoon Garrit Jan Bullens, voor 700 guldens, den 23 januarij 1786 14-00-00

Den 9 februarij van Harmen Becking en vrouw, 14 guldens, weegens 1/9 gedeelte van ’t erve Eeckink onder Aalten in Estijserlo gelegen. Aangekogt van Theodorus Jagerink, predicant te Ligtenvoorde, en deszelfs ehevrouw, voor 700 guldens, den 23 december 1785 14-00-00

Den 11 februarij ontfangen van Sara Wagemans, weduwe van den predikant Adrianus Rudolphus de Rooij, wonende binnen Zutphen, 16 guldens, wegens een derde part van ’t goed ’t Paske in de buurschap Estijserlo onder Aalten geleegen, uit den boedel en nalatenschap van wijlen Agnis Isabella van Hambroick, in leeven weduwe van den predikant Philippus de Rooij, overleden te Aalten den 13 augustus 1785, voor 800 guldens aangekogt, dus 16-00-00

Den 14 februarij van Joost Everwijn Corts en Elisabeth Schallenberg, ehelieden, 3 guldens, weegens een stuk bouwland op den Raasveldkamp, kennelijk geleegen alhier voor de Misterpoort der stad Breedevoort in den Gansekuijlsendijk. Aangekogt van Johanna Pijpers, weduwe van wijlen Jan Fredrik Schallenberg, voor 150 guldens, den 7 februarij 1786 3-00-00

Den 18 februarij van Arent te Beest en Stientjen Freriks, ehelieden, woonende te Dinxperlo, 32 guldens-5 stuijvers, in voldoeninge van den 25e en 50e penning (zijnde de verkooperse uitheemsch en in Boekholdt woonachtig), weegens een vierde gedeelte aan de bouwstede Vorste genaamt, in zijn kennelijke bepalinge geleegen onder Dinxperlo in de buurschap Huurne en dus het vierde gedeelte van het daar opstaande getimmer en daar toe gehoorende bouw-, hof-, weide- of hooijgronden, inslag, zigtvreede, houtgewasschen enz. Aaangekogt van Theresia Dirckinck geboren Direkinck, woonende te Boekhold voornoemd, pro se en in qualiteit als moeder en voogdesse haarer kinderen en als hier toe gequalificeert bij separatie en vergelijk tusschen haar en haaren eheman de heer Henrich Wilhelm Direkinck, voor 1075 guldens, den 17 februarij 1786 32-05-00

Den 2 maart van Harmen Oonk en Willemina Kortbeek, ehelieden, 5 guldens-15 stuijvers-4 penningen, in voldoeninge van den 50e penning, weegens een hof het Klootjen genaamt, kennelijk voor het dorp Wenterswijk geleegen. Aangekogt van Stijntjen Droppers, in deezen zoo veel nodig en dienstig geadsisteert met Jan Hendrik Nijenhuijs, voorts Geert Droppers en Aaltjen Bennink, ehelieden, en dan nog Garrit Jan Droppers qq een ijder voor hunne respectieve aandeelen, voor 288 guldens, den 6 februarij 1786 5-15-04

De 18 maart van Barent Meijerink en deszelfs huijsvrouw N. van der Welle, 3 guldens, weegens een stuk hofland den Laagen Hof genaamd, schietende met het eene einde aan de zoogenaamde Coelmans Steege en het boven eijnde tot aan de Beukenhegge, kennelijk geleegen in Aalten. Aangekocht van J. Hendrik Seijnen en desselvs huijsvrouw Willemina Meijerink, ehelieden, voor 150 gudens, den 12 februarij 1786 3-00-00

Eodem van Derk Wassink, 2 guldens-14 stuijvers, wegens een stuk hofland, geleegen aan den dorpe van Aalten agter de behuijzinge van Garrit Wassink en Jan Akstege, en tusschen het hofland van Jan Akstege voornoemd, en den gemeenen voetpad zoo als den verkooper uit den boedel van wijlen Everwijn Simmelink heeft gekogt. Alnu aangekogt van Jan Fredriks voor 135 guldens, den 10 februarij 1786 2-14-00






Den 21 maart van Jacobus Rademaker en ehevrouw Aaltjen Heesen, 3 guldens, weegens een huijs en erve staande en geleegen in Dinxperlo tusschen de behuijsinge en hoven van Jan Keemink en Jan Berend Kortbeek. Aangekogt van Hermanus Venderbosch en Johanna Christina Bookers, ehelieden, voor 150 guldens, den 15 februarij 1786 3-00-00

Den 21 maart van voorschreven Jacobus Rademaker en vrouw, 3 guldens-10 stuijvers-6 penningen, weegens een stuk bouwland kennelijk geleegen in de buurschap Huerne onder Dinxperlo op de Haar. Aangekogt van de gezamentlijke kinderen en erfgenamen van wijlen hunne overledene ouders Derk Coops en Berentjen Gelkink, namentlijk Elisabeth Coops in huwelijk hebbende Harmen Aansink, Berendina getrouwt geweest zijnde aan den absenten Derk Boland, Dersken in huwelijk hebbende Hendrik Jan Wenseink, Janna getrouwt aan Wessel Smits, Derk Jan, en Willemina Coops, voor 176 guldens, den 26 februarij 1786 3-10-06

Eodem van Janna Caspers en Willemina Rademaker, ehelieden, 3 gulden-2 stuijvers, weegens een hoekjen weijdeland, en dan nog een stukjen bouwland het Koolstedeken genaamt, waar van Jacobus Rademaker en Aaltjen Heesen, ehelieden, de halfscheid mede hebben gekogt, geleegen in de heerlijkheid Bredevoort onder Dinxperlo buurschap Huurne op de Haar. Aangekogt van alle de voornoemde erfgenamen van wijlen Derk Koops en vrouw, namentlijk Elisabeth Coops in huwelijk hebbende Harmen Aansink cum suis, voor 155 guldens, den 24 februarij 1786 3-02-00

Den 27 maart van Waander Wessels en Anna Christina Weenink, ehelieden, 11 guldens, weegens een huijs met den daar agter gelegenen hof te Wenterswijk aan de Scholten Brugge, met de eene zijde naast het huijs van Harmen Willink, en met de andere zijde naast den hof van Derk Michorius. Aangekogt van Derk Greulijke en desselvs ehevrouw Engele Scheurlink, voor 550 guldens, den 14 februarij 186 11-00-00

Eodem van Garrit Hendrik Schuurmans en Christina ten Brinke, ehelieden , 6 guldens, wegens een perk hooijgrond, geleegen in de Morssevoort, dorp Wenterswijk, tussen die van Garrit Schreven Christz. Aangekogt van Jan Berendt Mensink voor 300 guldens, den 7 maart 1786 6-00-00

Den 29 maart van Geertruijd Woords, weduwe van Hendrik Jan Rensink op Roseer, 10 guldens, weegens een agste gedeelte van het goed en erve Roseer in de buurschap Lintelo kerspel Aalten geleegen, met zijne behuijzingen, bouw-, hooijgaarden en weijde grond, inslagen en plaggen vreeden. Aangekogt van Jan Ebbink in qualiteit als volmagtiger van Derk ten Bengevoort Jansz. kragt acte van volmacht in dato den 10 januarij 1784 voor een weledelen landgerichte der heerlijkheid Bredevoort gepasseert voor 500 guldens, den 18 maart 1786 10-00-00






Den 31 maart van Jan Hendrik Harmsen en Engelina Kalff, ehelieden, 3 guldens-15 stuijvers, in voldoeninge van den halven 50e penning van een vierde part van den hier na te noemen koopspenning, voorts van Garrit Jan Lutgers, 15 guldens, in voldoeninge van den 50ste penning van den halven hier agter te noemenen koopspenning en dus te zamen 18 gulden-15 stuijvers, weegens 1e een huijs en hof daar agter en where daar bij gehoorende, staande en geleegen in ’t dorp Wenterswijk in de Misterstraat naast en tusschen de gemeene steege en het huijs van Hendrik Ribben geleegen. 2e een stuk land op de Klokhegge, groot twee schepels gezaaij voor aan de Misterstrate, tussen het land van Jannes Albers en dat ’t welk Jannes Kalink bouwt, geleegen. 3e een stuk land op den Ooldenhuis voor Wenterswijk groot ongeveer vijf spint gezaaij, tusschen het land van Baling en de gemeene steege geleegen. 4e een gaarden in den Ooldenhuis, tussen de gaardens van Rabelink en van Derk Haartmans geleegen. 5e een gaarden in den Sleesewijk meede voor Wenterswijk geleegen, tusschen de gaarden van Derk Beumers en de gemeene steege geleegen. 6e een gaarden in den Sleesewijk voor Wenterswijk, tusschen de gaardens van Derk Beumers en die van Garrit Jan Seevink geleegen. en 7e een gaarden in den Sleesewijk voor Wenterswijk, tusschen de gaardens van Joost Thienk en de weduwe Tenkink geleegen. Aangekogt van Hendrik Harmsen en Willemina Lutgers, ehelieden, zijnde de eijgen vader en schoonvader, stiefmoeder en stiefschoonmoeder van de eerstgemelde kooperen voor 750 guldens, waer van alleen voor de helft rakende de stiefmoeder den halven 50e penning word ingebragt; voorts de swager en zuster van de tweede koper boven gemeld, met namen Garrit Jan Lutgers, voor 750 guldens, waar van den 50e penning word ingebragt, en alzoo voor ’t geheel voor 1500 guldens, den 29 maart 1786 18-15-00

Den 13 april van Derk Gijsbert Rots en deszelfs ehevrouw, 10 gulden-16 stuijvers, in voldoeninge van de helft van een huijs en where in het dorp Aalten aan de Markt staande en geleegen. Aangekogt van deszelfs broeder en schoonbroeder Garrit Jan Rots voor 540 guldens, den 12 april 1786 10-16-00

Den 21 april van Barend Harbers en Grietjen Huls, ehelieden, 2 guldens-12 stuijvers, weegens een stuk land op den zoogenaamden Gosenshorst geleegen, onder Dinxperlo buurschap Beggeler aan de Bosmanskamp. Aangekogt van Teunis Keemink en Mechteld te Beest, ehelieden, en deszelfs zoon Engelberth Keemink en vrouw, en van Jan Keemink, voor 130 guldens, den 2 februarij 1786 2-12-00

Eodem van Teunis te Beest en Hendrica Klompenhouwer, ehelieden, 5 guldens-6 stuijvers-12 penningen, weegens een zeker stuk bouwland liggende voor een half molder gezaaij groot, dog alhier onbepaald in de maate op het zoogenaamde Brinkerveld aan de ten Brinksmaate, kennelijk onder den dorpe Dinxperlo, heerlijkheid Bredevoort, geleegen. Aangekogt van de gezamentlijke erfgenaamen van wijlen Sander Swienink en Enneken te Goede, in leven ehelieden, met naamen Hendrik Klein Hesselink en Berendiena Swienink, ehelieden, woonende onder Dinxperlo, Hendrik van Boxel en Johanna Swienink, ehelieden, woonende aldaar, Gerrit Jan Koonink en Arendjen Swienink, ehelieden, woonende in de heerlijkhei Anhold, Arend Hendrik Swienink en Aaltjen Swienink, ehelieden, woonende onder de heerlijkheid Weerdenbroeck in het Cleefsland, en eijndelijk Jan Maas als in huwelijk gehad hebbende wijlen Dersken Swienink, woonende onder Bienen in het Cleefsland, pro se en de rato caverende voor zijne kinderen bij wijlen Dersken Swienink staande huwelijk verwekt, met naamen Harmanus Derk en Aaltjen Maas, voor 267 guldens, den 25sten februarij 1786 5-06-12

Den 21 april van Harmen Helders en Gerritjen Dierkink, ehelieden, 3 guldens-19 stuijvers-10 penningen, weegens een zeekeren hof met het daar in staande steenen huijsje en met het daar na toe gaande dijkjen, voor deeze stad Bredevoort buiten de Aalterpoorte tusschen de hoven van wijlen Willemina Weenink modo Oosterman, van Harmanus Elzenhorst en een weijdjen van de heer capitein J. Satink; kennelijk gesitueert. Aangekogt van den rentmeester B.A. Roelvink en vrouwe Harmina Abbink, ehelieden, voor 199 guldens, den 11 maart 1786 3-19-10






Den 24 maij van den assessor Arnoldus Godefridus Gunningh, 18 stuijvers-4 penningen, wegens een koeijweijde op het Zwanenbroek voor de stad Bredevoort geleegen, Aangekogt van juffer Rixtia Elisabeth Terville voor 45 guldens-10 stuijvers, den 20 april 1786 0-18-04

Eodem van Garrit Jan Heusingvelt en Grada Hendrica Venderbosch, ehelieden, 10 guldens, weegens verkoperen geregte halfscheid en aan een stuk bouwland, groot in zijn geheel ongeveer zes scheepel gezaaij, waar van de andere halfscheid aan Roosen, Wissink en Diesselbrinck toebehoort, in deze heerlijkheid Bredevoort kerspel Wenterswijk buurschap Miste in den Mister Esch met de eene zijde naast de hegge en met de andere naast Hillebrandt Bleckings Land kennelijk gesitueert. Aangekogt van Jan Gerrit Sicking en Dersken ter Beest, ehelieden, voor 500 guldens, den 18 april 1786 10-00-00

Den 26 april van Garrit Jan Roerdink en Willemina Hijink, 130 guldens, wegens het voor eerst bij de eerste hier na te noemene verkopersche als nog ten hofboeke aangeteekende hofscholtinne bezeten en op den tweeden verkoper naar hofrechten reeds vervallen hofgoed Luiten met al deszelfs getimmer, onderhoorige caterstede, bouwlanderijen, gaardens, weidegronden, inslag, zigt- of plaggen vreede, holt en holtgewasch, voorts alle verdere ap- en dependentien in deeze heerlijkheid Bredevoort kerspel Aalten, in de boerschap Barlo, in zijne respective bepalingen kennelijk gelegen; speciaal daar onder begreepen een hooijweijde van ongeveer agt dag grasmaajens, geleegen aan het Barlosche Goor, als ook een veenplas op het Barlosche Veen gesitueerd, vier zitplaatsen schuijns tegen over de predikstoel in de kerk van Aalten; voor een tweede al ’t gezaaij en gewasch met de mest en het mestrecht op en in dit hofgoed, en voor een derde de twee paarden, twaalf beesten of hoornvhee, wagens enz. Aangekogt van Methe te Neeth, weduwe van wijlen Garrit Jan Luiten, en haar oudste zoon Berend Luiten, met consent als naar hofregten, voor 6500 guldens, den 14 april 1786 130-00-00

Den 27 april van Roelof Hesselink en Hendrina Heijman, ehelieden, 1 gulden, wegens een stukjen hofland, kennelijk geleegen in de buurschap Huurne onder Dinxperlo, op de Haar tussen het land van Jacobus Janssen en dat van den koper. Aangekogt van de gezamentlijke kinderen en erfgenamen van wijlen deszelfs overleden ouders Derk Coops en Berentjen Gelking, namentlijk Elisabeth Coops in huwelijk hebbende Harmen Aansink, Berendina gehuwt geweest zijnde aan den absenten Derk Boolandt, Dersken in huwelijk hebbende Hendrik Jan Wensink, Janna getrouwt aan Wessel Smits, en eijndelijk Derk Jan en Willemina Coops, zijnde nog ongehuwt, voor 50 guldens, den 6 april 1786 1-00-00

Den 2 maij van Berend Jan Greupink, woonende te Wenterswijk, 10 guldens, in voldoeninge van den 100e penning, weegens een huijs en where staande en geleegen binnen Wenterswijk aan den kerkhof. Aangekogt bij gerichtelijke distractie ter instantie van Jan ten Hones pro se et nomine uxoris Jacoba Eeverdina Rijtman op en tegens Jan Benjamin Elfers en Aleida ten Hones, ehelieden, op den 6 april deezes jaars 1786 in de banke van Wenterswijk gehouden, voor 1000 guldens, dus 10-00-00






Den 3 meij van Hendrik Zwartenkort en Gezina Ligterink, ehelieden, 3 guldens-18 stuijvers, in voldoeninge van den 50e penning, weegens verkoperen volle aandeel van het geen derzelver moeder en schoonmoeder wijlen Johanna Markelink heeft nagelaten en welke nalatenschap alnog bij deszelfs vader en schoonvader Hendrik te Neeth in tucht bezeten wordt, bestaande die ten aanzien van ’t ongerede in aandeelen of portien respectivelijk aan de navolgende parceelen als 1o aan het erve Hakstege in de boerschap Barlo onder Aalten geleegen, 2o aan het goed de Sligte, door Harmen te Sligte gebouwd, meede onder Aalten in Barlo voornoemd geleegen, 3o aan een stuk lands groot ongeveer een half molder gezaaij op den zoogenaamden Schutterkamp, meede in Barlo meergemeld geleegen, 4o een dag gras maajens in de zoogenaamde Bestevaars Maathe onder Lichtenvoorde gelegen [in de kantlijn staat gescheven: “Dit zoude behoren onder Ligtenvoorde, zie Ligtenvoorde fol. 168.”], en 5o aan een dag gras maajens op het Schaar onder Lichtenvoorde gesitueert. Aangekogt van Wander Ligterink en Mechtelt Boomkamp, ehelieden, voor 195 guldens, den 12 april 1786 3-18-00

Den 8 meij van Garrit Jan Mijnen en vrouw, en Jan Markelink en deszelfs vrouw, ieder voor de helft, 14 guldens, weegens de halve Fukkingsmaate en wel de zijde naast het Bokkel met de zigtvreede en houtgewassen zoo daar toe behoorende is, kennelijk geleegen in de boerschap Barlo in het kerspel Aalten. Aangekogt van Hendrik Markelink en zijne huisvrouwe Engele Pijpers voor 700 guldens, den 6 meij 1786 14-00-00

Den 9 meij van Maria Veenhuijs van den Vlierkamp, 5 guldens-13 stuijvers-4 penningen, weegens 1o twee derde gedeelten van het plaatsjen Veenhuijs met zijne behuijzinge, bouw- gaarden, hooij- en weijdegronden en verdere appertinentien daar toe behoorende, in dn kerspel Wenterswijk buurschap Corle geleegen, en 2o de halfscheid van een hooijmaate, geleegen aan het Veene in Corle voornoemd. Aangekogt het eerste van Janna Veenhuijs, weduwe van Hendrik Pillen, voor haar zelfs en naamens hare vier kinderen met namen Berendt, Jan, Hendrik, Maria en Derk Veenhuijs, en Geertruijd Hietbrink, weduwe van wijlen Berend Veenhuijs, voor haar en namens haare twee minderjarige kinderen met naamen Jan Hendrik en Jan Willem Veenhuijs, en het tweede van Jan Willem Veenhuijs, en dat te zamen voor 283 guldens, den 28 april 1786 5-13-04

Den 13 meij van Harmen Jan Velthuijs onder Aalten woonende, 10 guldens-10 stuijvers, weegens een ¼ gedeelte van het goed of plaatsjen het Goorhuijs genaamd, en van die daar op staand huijs en ’t daar toe behoorende bouwland, weidegrond, inslag en plaggen vreede, holt en holtgewassen, geleegen in de buurschap Huurne onder Aalten. Aangekogt van Garrit van den Heuvel en Catharina Agtenhof, ehelieden, voor 525 gulden, den 25 april 1786 10-10-00

Den 13 meij van Harmen Jan Velthuijs, 10 guldens, weegens een ¼ gedeelte van voornoemde goed of plaatsjen het Goorhuijs genaamd, kennelijk geleegen in de buurschap Huur onder Aalten (in voorgaande post breeder omschreeven). Aangekogt van Derk Steintjes, schoolmeester te Halle in Gelderland, als volmagtiger van Arend Grolleman, Harmanus Koppenhagen en Maria Walsbruin weduwe Barrenas, te Amsterdam woonagtig; voorts Hendrik Grolleman meede woonende aldaar, pro se en als volmagtiger van Jan Haeseveld en Magteld Grolleman, ehel., woonende te Heemstede, Gerrit Grolleman in ’s Hage woonende; dan nog Hendrik Gerrits als volmagtiger van Anthonij Poldewijn en Anna te Bos, egtelieden, Jennigje te Bos, en eijndelijk Lubbert Grolleman, de beijde laatste woonende te Olst, deze alle te zaamen erfgenaamen van derzelver te Aalten overledene moeij Hendrina te Bos, in leeven ehevrouw ofte weduwe van wijlen Gerhardus van Heuvel, voor 500 guldens, den 26 april 1786 10-00-00






Den 15 meij van Anthonij ten Hieberink en Catharina Arentsen, ehelieden, 9 guldens, weegens een negende gedeelte van het erve en goed Nijenhuijs, geleegen onder Aalten in de buurschap Daale, bestaande in getimmer van huijs en schoppe, voorts een stukje bouwland groot ongeveer twee schepel gezaaij, geleegen in den Aalter Esch bij den Kraaijenboom aan de Hoogte genaamt. Aangekogt van Johannes Jurrien Arendsen en Hendrica te Bokkel, ehelieden, woonende in het dorp Varsseveld, voor 450 guldens, den 12 maij 1786 9-00-00

Den 20 maij van Willem Rudolph Evers en Johanna Maria Arendsen, ehelieden, 2 guldens-8 stuijvers, wegens een zes en dertigste gedeelte van ’t erve en goed Blekking en de daar bij gehoorende steenbakkerije, geleegen in de buurschap Woolt onder den kerspel Wenterswijk, zoo door de weduwe van Jan Blekking en den thichelaar Jan Broekmans bewoond wordt met derzelver behuijzinge en getimmer, bouw, hof, weijde, bosch en plaggen vreede met de houtgewassen. Aangekogt van Maria Evers voor 120 guldens, den 19 meij 1786 2-08-00

Den 29 .. van Jan Berend Wassink en Jenneken Sellink, ehelieden, 2 guldens, weegens een stuk veengrond of veenplas geleegen op het Wooldsche of zoogenaamde Burlosche Veen in de buurschap Woold kerspel Wenterswijk, met den halven dijk waar van de andere halfscheid aan verkopers en Jan ten Haken in eijgendom zijn toebehorende. Aangekogt van Harmanus Vriesen op Kempers en zijn vrouw Gesina Kempers, voor 100 guldens, den 17 meij 1786 2-00-00

Den 11 junij van Evert Broeker qq voor Jan Hendrik Oosterman, woonachtig bij den Huijze Walfort, 2 guldens-3 stuijvers, in voldoeninge van den 50e penning ter Camere getaxeert den 6 junij 1786, weegens 1o het land in de buurschap Lintelo onder Aalten geleegen en gebouwd wordende door Reinder van den Heuvel en Bongeman; en 2o het land op Warnssink onder Aalten naast dat van mr. J.L. de Haes, door twee onpartijdige taxateurs is gewardeert het voor een zevende part op f. 92-17-22/7 en het tweede op f. 14-05-73/7 op den 17 maart jongstleeden door deszelfs moeij Geertruijd Borninkhof, weduwe van Jan Trout, op conditie van alimentatie aan gezeijden Jan Hendrik Oosterman overgegeven, dus 2-03-00

Den 12 junij van Berent te Berenschot en Henders Kruisselbrink, ehelieden, 17 guldens, wegens de helft van een onverdeelde hooijmaate de Roosen of Raasvelds Maate genaamd, waar van de andere helft aan Hendrik Leferdink op Grevink is competeerende in de buurschap Miste onder Wenterswijk bij de zoogenoemde Heeren Maaten kennelijk gesitueerd. Aangekogt van den advocaat mr. Cornelis Erpenbeek en Catharina Schoon, ehelieden, voor 850 guldens, den 17 maij 1786 17-00-00

Den 19 junij van Jan Hofkes en deszelfs ehevrouw Maria ten Cate, 56 guldens, weegens een huijs en erve met de daar naast staande schuur, voorts brouwhuijs en hoff daar agter staande en gelegen in Wenterswijk in de Bredevoortsche straat, eenerzijds naast het huijs en hoff van Hendrik Walijen Willemsz. en dat van Hendrik Wiggers. Aangekogt van mr. Cornelis Erpenbeek en Catharina Schoon, ehelieden, voor 2800 guldens, den 16 meij 1786 56-00-00






Den 20 junij van Derk ten Bengevoort Jansz., 41 guldens, wegens 1o een huijs, schuur, hof daar agter en where bij dien, staande en geleegen in het of voor het dorp Wenterswijk aan het einde van de Ratumsestraat bij de Scholtenbrugge van vooren aan de straat of weg, en van agteren aan de weide de Wheeme genaamt; 2o een hooijmathe geleegen in of voor het dorp Wenterswijk bij de Scholtenbrug op het eijnde van de Ratumschestraat tegen over de voorschreeven behuijzinge tussen de algemeene beeke en de behuijzinge van Garrit Wassink en Garrit Jan Meijerink geleegen. Aangekogt van Anna Geertruijd du Prée, weduwe van wijlen Garrit ten Bengevoort, voorts Jan Derk ten Bengevoort en Helena du Prée, ehelieden, Noël Sebastiaan ten Bengevoort, Jesperina ten Bengevoort, Abraham du Prée in qualiteit als volmagtiger van Gerharda en Theodorus ten Bengevoort uit kragt van volmagt in dato den 5 augustus 1785 voor burgemeesteren en regeerders der stad Amsterda, Jan Derk Schoemaker in qualiteit als volmagtiger van Johanna Geertruijd ten Bengevoort, en Jan Ebbink als volmagtiger van Grada ten Bengevoort kragt volmagt in dato den 19 september 1785 voor den weledelen landgerichte van Bredevoort, dan nog Jan Ebbink in qualiteit als bij gerichts decreet van den 26 meij 1786 aangestelden representant van den absenten Adrianus ten Bengevoort, alle erfgenaamen van wijlen Garrit ten Bengevoort, voor 2050 guldens, den 30 maij 1786 41-00-00

Den 30 junij van Garrit Jan Meijerink, 2 guldens-17 stuijvers, wegens een stukjen hooft of gaarden grondt de Weenink Maate genaamd, kennelijk voor Wenterswijk geleegen. Aangekogt van Joost Gijsberts en Gesina Kroosenbrink, ehelieden, voor 142-10-00, den 28 junij 1786 2-17-00

Den 4 julij van Derk ten Bengevoort Jansz., 2 guldens-13 stuijvers-4 penningen, wegens een stukjen hooij- of grasgrond de zoogenaamde Weenink Maate bij Wenterswijk geleegen, omtrent de Ratumschestraat, schietende met het eind aan de gemeene beek en aan de huijs en hoff van Garrit Jan Meijerink. Aangekogt van Joost Gijsberts en Anna Gesina Kroosenbrink, ehelieden, voor 133 guldens, den 30 junij 1786 2-13-04

Eodem van Berend Bennink en vrouw Enneken Nijenhuis, 6 guldens, weegens een stuk land, groot circa twee schepels zaad, geleegen in het Woolt, kerspel Wenterswijk, op den zoogenaamden Schepers Esch. Aangekogt van Derk Jan Dunnewolt en Theodora te Kreijll, ehelieden, en Garrit Jan Rutbeek en deszelfs vrouw Hendrina van Dunnewolt, voor300 guldens, den 2 junij 1786 6-00-00

Den 8 julij van Willem Rudolph Evers en Johanna Maria Arendsen, ehelieden, 17 guldens, weegens zeekere aandeelen van een stuk land het Middelste Stuk genaamt, of wel agt honderd zeven en dertig roeden daar van; van nog een stuk land het Stokkert Stuk genaamd of vierhonderd elf roeden daar van en dan nog van een weijde de Koemaate genaamt, een duizend negen en tachentig roeden daar van, alles gehoort hebbende onder het erve Eking, geleegen in het kerspel Aalten buurschap IJzerlo. Aangekogt van Harmen Becking den desselvs eheliefste Catharina Elisabeth Teger, voor 850 guldens, den 27 meij 1786 17-00-00

Den 12 julij van Roelof Prins en vrouw Kunne Lieftink, 2 guldens, weegens zeekere gerechte aandeelen van den voorsten Wiezenkamp, of wel twee honderd zes en vijftig roeden van de west zijde van dezelve met de woeste grond daar aan neffens het pasjen daar bij gelegen, schietende aan den agtersten Wiesenkamp met de vreede grond daar bij, alles gehoort hebben onder ’t erve Eking geleegen, onder deeze heerlijkheid kerspel Aalten buurschap IJzerloo. Aangekogt van Harmen Becking en deszelfs ehevrouw Elisabeth Teger voor 100 guldens, den 27 maij 1786 2-00-00






Eodem van Dorus Koenders en vrouw Geertjen te Kampe, 6 guldens-4 stuijvers-12 penningen, weegens zeekere gerechte aandeelen van een stuk grond het Hagt genaamt of wel twee duijzend een honderd negen en dertig roeden van het zelve met de vreedegrond daar aan geleegen, gehoort hebbende onder het voorschreven erve Eking, geleegen onder Aalten in de buurschap IJzerlo. Aangekogt van dukgezeide Harmen Becking en deszelfs eheliefste Catharina Elisabeth Teger, voor 312 guldens, den 27 meij 1786 6-04-12

Den 20 julij van Garrit Jan Lankhoff en zijn vrouw Janna Rensink, 2 guldens-3 stuijvers -4 penningen, weegens eenige aandeelen van een stuk bouwland het Westen Darper Stuk genaamt, of wel 171 roeden van het zelve ten oosten, gehoord hebbende onder het erve Eking, geleegen in de heerlijkheid Bredevoort kerspel Aalten buurschap IJzerlo. Aangekogt van voornoemde Harmen Becking en vrouw voor 108 guldens, den 27 maij 1786 2-03-04

Den 2 augustus van Wander Sturris en Aaltjen te Bokkel, ehelieden, 2 guldens-4 stuijvers, wegens de halft van een hof geleegen bij Bredevoort buijten de Aalterpoort aan ofte bij den Kroesenboom, waer van de kopers voornoemt de wederhelft toebehoort. Aangekogt van Hendrik Schefke of Schafke, en Joh. Berendina Loohuijs, ehelieden, voor 110 guldens, den 2 julij 1786 2-04-00

Den 2 dito van Jan Koelman en ehevrouw, 7 guldens-16 stuijvers, wegens een hoff met een daar voor geleegen stuk bouwland, kennelijk geleegen bij het dorp Aalten in het Dall, met het eene eijnde aan de Beeke en met het andere eijnde aan den vaarweg tusschen de landerijen van Harmen Jan ten Dam en Laurens Navis. Aangekogt van L. ter Beek en vrouw voor 390 guldens, den 26 julij 1786 7-16-00

Eodem van Derk ten Brinke en Johanna Weggelder, 11 guldens, weegens de halve Klinkerplaatsjen in de buurschap Lintelo onder Aalten geleegen, bestaande in de halven kamp zoo van het goed de Braake is aangekogt. Alnu aangekogt van Hendrik Rutgers en Antonij Rutgers voor 550 guldens, den 25 julij 1786 11-00-00

Eodem van Harmen Bengevoort, woonagtig onder Aalten, 3 guldens-4 stuijvers, in voldoeninge van den 50e penning ter Camere getaxeert den 6 julij 1786, weegens een hutte met een kampjen daar aan, staande en geleegen onder Aalten in de buurschap Daale in de Wolboomsheide bij de plaggengronden van de goederen Paske, Vervelde en de Welpshoff, door deszelfs oom Jan Bengevoord op den 16 junij 1784 aan hem (H. Bengevoort) overgegeven tegens het onderhoud van zijn oom voornoemd, de tijd zijnes levens in kost, drank, huijsvestinge en verdere in alle noodwendigheeden enz. te verzorgen door onpartijdigen getaxeert blijkens ‘t attest ten Camere vertoond zijnde op 160 guldens, mitsgaders het verzuijm zedert 16 october 1784 ad 8 percent, 9 stuijvers, dus 3-13-00

Den 9 augustus van Gerrit Jan Woords, 11 guldens-6 stuijvers, weegens twee naast elkanderen leggende stukken bouwland op den Hasel voor Wenterswijk gesitueert, eenerzijds naast het land van de heer Wijgink te Groenlo, en dat van Hendrik en Berendina Hoebink. Aangekogt van mr. Cornelis Erpenbeek en Catharina Schoon, ehelieden, voor 565 guldens, den 29 junij 1786 11-06-00






Den 17 augustus van G.W. Jagerink, 8 guldens-4 stuijvers-12 penningen, weegens zoodaene aandeelen van den Voorster Wiezenkamp met de vreede grond daar aan, neffens het pasjen daer bij geleegen, schietende aan den Agtersten Wiezenkamp, zoo en als met een kielspit is afgetekend met de vreedegrond daar bij, als meede zoodaene aandeelen van het Hagt met de vredegrond daar aan geleegen, een en ander gehoort hebbende onder het erve Eking, geleegen in de heerlijkheid Bredevoort kerspel Aalten in de buurschap IJzerlo. Aangekogt van Dorus Koenders en Geertjen te Kampe, ehelieden, Roelof Prins en zijn vrouw Kunnen Lieftink, voor 412 guldens, den 6 julij 1786 8-04-12

Den 17 augustus van Jacobus Rademaker en Aaltjen Heesen, ehelieden, 1 gulden-16 stuijvers, weegens een zeker stukjen bouwland omtrent een half scheepel gezaaij groot, reeds afgepaalt op het zoogenaamde Dorpsveldt, met de eene zijde aan Gerrit Jan Boland en met de andere zijde aan des aankoopers landerijen, met het andere einde aan de zoogenaamde Gekshoven bij en onder den dorpe Dinxperlo kennelijk geleegen. Aangekogt van Aexander Vink en Vleugel, en Maria Catharina Duink, ehelieden, voor 90 guldens, den 15 julij 1786 1-16-00

Den 25 augustus van Willem Wikkerink, 6 guldens-2 stuijvers-4 penningen, weegens een stukke bouwland groot ongeveer een mudde gezaaij, gelegen onder Aalten in de buurschap Huurne op Kleijn Kempink, schietende met het eene einde aan het Aalterbroek en met het eijnde aan Kempink Veentjen. Aangekogt van Derk ten Brinke en Janna Weggelaar, ehelieden, voor 291 guldens ad 21 stuijvers de gulden, zijnde 305 guldens-11 stuijvers, den 25 augustus 1786 6-02-04

Den 11 september van Garrit Hietbrink en Johanna Bernadina te Lendert, ehelieden, 40 guldens, weegens een huijs met de daar agter geleegen hof, binnen den dorpe van Aalten tusschen de behuijzinge van Roelof Arendsen en Peter Evers, met en neffens een begraafplaats op de kerkhof en twee mans zitplaatsen in de Aaltensche kerk, met en benevens een stuk bouwland op den kamp voor ‘t boske den Magiskamp genaamt, groot ongeveer zes scheepels gezaaij, met de daar voor gelegenens en daar toegehoorende grond en hout gewas in zijn kennelijke bepalingen in de buurschap Lintelo onder Aalten gelegen, als meede nog een hoek hofland in den Munsterkamp agter het Rigterink Vonder. Aangekogt van L. ter Beek voor zich en caverende voor deszelfs huijsvrouwe Willemina van der Horst, voor 2000 guldens, den 26 julij 1786 40-00-00

Eodem van Gijsberta Heijnen, 6 guldens, weegens een half huijs en hofje agter het zelve, kennelijk staande en geleegen in Aalten aan de Hoogestraat naast het huijs van Gerrit Willem Hesselink, waar van de andere helfte verkoperen behouden, en door de nieuwe bouwinge van het huijs, ieder halvte separaat verdeeld is. Aangekogt van Maria te Boske, weduwe van wijlen Geert te Boske, voorts haar zoon Jan te Boske en ehevrouw Maria Mulders, voor 300 guldens, den 29 julij 1786 6-00-00

Den 19 september van Garrit Jan Rotmans, zijnde de zoon en stiefzoon van de hier na te noemene verkooperen, 6 guldens-eene stuijver, in voldoeninge van halven 50e penning, weegens 1o een stukke bouwland, min of meer groot een mudde gezaaij, kennelijk voor het dorp Wenterswijk op den Beusen- of Bensenkamp of Es, tusschen de landerijen van Marten Kimmel eenerzijds naast het velt geleegen; en een hooijmate kennelijk bij het Koolenberger Veen onder Wenterswijk tusschen de maaten van Dolman, voorders en ter Peelen. Aangekogt van Jan Benkenhorst en Geertruijd Buskers, ehelieden, voor 604 guldens, den 14 junij 1786 6-01-00

Den 23 september van Jan Berent Sieverdink en deszelfs huijsvrouw Johanna Eppink, 8 guldens-12 penningen, weegens een twaalfde gedeelte van het goede Meijnen onder Aalten boerschap Barlo kennelijk geleegen, bestaande in huijs, schuur, hof, hooij-, weij- en bouwland en veenplas. Aangekogt van Johanna Koelman, voor en als lasthebbende van Anthonij Leurvink en deszelfs huijsvrouw Aleijda Koelman, voor 402 guldens, den 11 september 1786 8-00-12






Eodem van Hendricus Manschot en deszelfs huijsvrouw Maria Martens, 7 guldens-14 stuijvers-6 penningen, weegens een stuk bouwland groot een mudde gezaaij, geleegen onder Aalten boerschap Barlo in den Barloschen Esch bij Fukkink. Aangekogt van Johannes Koelman voor 386 guldens, den 13 september 1786 7-14-06

Eodem van Simon Leuvenink en deszelfs huijsvrouw Elisabeth Barbara Groen, 1 gulden-5 stuijvers-4 penningen, weegens een stukjen hofland, geleegen onder Aalten in den Broekshoff of Pieter Martens Goorden genaamd. Aangekogt van Johannes Johannes Koelman voor 63 guldens, den 12 september 1786 1-05-04

Den 4 october van Jan Derk ten Bengevoort en Helena du Prée, ehelieden, 20 guldens, weegens een huijs en where daarbij gehoorende, kennelijk geleegen in ’t dorp Wenterswijk aan de Markt tusschen de behuijzinge van Lambertus Mellink en dat van Jan Berend Goosens, zoo door den jood Abraham Arendzen thans bewoond word. Aangekogt van Hermanus Willink voor de rato caverende, voor 1000 guldens, den 29 junij 1786 20-00-00

Den 21 october van Hendrik Hietkamp en Johanna Maria Grieving, ehelieden, 20 guldens, weegens een plaatsje Nooit Gedacht, geleegen onder Aalten in de buurschap Daale aan het Koolenbroeck, zoo met zijn getimmer ofte behuijzinge, hof- en bouwland, en verder ap- en dependentien. Aangekogt van Jan Freriks voor 1000 guldens, den 18 september 1786 20-00-00

Den 25 october van Willemina te Beest, 1 gulden-19 stuijvers- 4 penningen, weegens een huijs en erve alhier staande en geleegen in de stad Bredevoort naast het huijs van de weduwe van Jan B. Schaapveldt en aan de Stadswal geleegen. Aangekogt van Willemina ten Broeke, weduwe van Anthonij Pijpers, voor 98 guldens, den 16 october 1786 1-19-04

Den 15 november van Harmen Jan Laag Meijnen en Elisabeth van Eerden, ehelieden, 10 guldens, weegens een vijfde gedeelte uit drie en vijftig zeventigste gedeeltens van de bouwplaats en goed Hofstede, geleegen onder Aalten in de buurschap Daale, zoo van huijs, hof, bouw-, hooij- en weijdelanden, inslag, zigtvreede en houtgewasch enz. Aangekogt van Derk Neerhof en Jenneken Laag Meijnen, ehelieden, als nog Wander Eppink en Janna Neerhof, ehelieden, als meede nog Willem Langenhof en zijne ehevrouw Willemina Neerhof, wijders Hendrik Jan en Gerritje Neerhof, voor 500 guldens, den 3 november 1786 10-00-00

Den 17 october van Jan Willem Gielink en vrouw 4 guldens-12 stuijvers-12 penningen, weegens een stuk bouwland groot c.c. twee schepel gesaaij, onder Aalten in de buurschap Lintelo op Obrinks Limborg. Aangekogt van Aaltjen Sweers, weduwe van wijlen Lambert Steegs, pro se en caverende voor haar minderjarige dogter, voorts Gerrit Jan Steeg, Hermanus te Vrugte en Dersken Steeg, ehelieden, dan nog Jenneken, Geertruid en Derk Jan Steeg, voor 232 guldens, den 1 november 1786 4-12-12

Den 21 november van Garrit Jan Siebelink en Christina Lemkamp, ehelieden, zijnde de zoon en schoondogter van de hier na te noemene verkoperse, 3 guldens, in voldoeninge van den halven 50e ofte den 100e penning van het geheel, weegens een stuk bouwland in het Dorp, buurschap van Wenterswijk, op den Pelkwijks Esch. Aangekogt van derzelver moeder en schoonmoeder Henders Vocking, weduwe Garrit Siebelink, geadsisteert met Steven Jan van Hengel, voor 300 guldens, den 28 october 1786 3-00-00






Den 21 november van Jan Debbink Wessels zoon en deszelvs vrouw Geertruid Lammers, woonende in Corle onder Wenterswijk, 4 guldens-13 stuijvers, weegens een gedeelte van Debbink Maate aan en omtrend ’t Kolenberger Veen, kennelijk geleegen onder Wenterswijk, zijnde circa vier veertiende parten. Aangekogt van Hendrik Walijen Willems als volmagtiger van zijn zuster Geertruid Walijen, weduwe van Abraham Paasschen, te Enscheijde woonende voor 232 guldens-10 stuijvers, den 27 november 1786 4-13-00

Den 22 november van J.B. van Eerden, 5 guldens, weegens een stukke bouwland, groot ongeveer twee en een half schepels gesaaijs, geleegen onder Aalten op den Bossen Esch, naast de landerijen van Oswald Kramer, geleegen op den Hollenberg. Aangekogt van J. Diemont en Maria Jacoba Stumph, ehelieden, voor 50 guldens, den 1 november 1786 5-00-00

De 2 december van Harmen Mierdink en deszelfs ehevrouw, 2 guldens-18 stuijvers, weegens een huijs met de daar agter gelegen hoff, vaalt en weere van dien, kennelijk staande en geleegen in het dorp Aalten tusschen de behuijzinge van Arent Lurvink en de woninge van Derk Lieftink en de vaalt van vooren aan de straat schietende, en het hofjen daar agter; door Frans Stassen pro se en als volmagtiger van zijne ehevrouw Elisabeth Lonkebeen, luid acte op den 4 september deezes jaars 1786 voor schepenen ter Nieuwer Amstel op denzelven gepasseert, uit hoofde van de in dato den 23 dezes gedaane verkooping en voldoeninge van 145 guldens, op den 25 october jongstleeden, voor een landgerichte dezer heerlijkheijd gecedeert en overgegeven, dus 2-18-00

Den 6 december van Gerrit Jan Schaapvelt, woonagtig te Bredevoort, 1 gulden-14 stuijvers, in voldoeninge van den 50e penning ter Camere getaxeert den 8 november 1786, weegens een huijs en daar naast geleegen hofje binnen gezeijde stadt naast het huijs van de weduwe van wijlen Willem Garritsen gesitueert, op den 2 meij laatstleeden voor 170 guldens op de door haar zelven verzogte en gerichtelijke gedaane distractie der goederen van Berent Bent en Berendeken te Peele, ehelieden, mitsgaders 6 penningen raakende het verzuim zedert den 2 september 1786 ad 8 percent, dus te zaamen 1-14-06

Den 20 december van Hendricus Gijsbertus, Maria Elisabeth en Hendersken ten Hietbrink, 6 guldens-16 stuijvers, weegens een stuk bouwland, groot ongeveer drie en een half schepel gezaaij, kennelijk geleegen in den Aalter Esch naast het land van J.B. van Eerden. Aangekogt van Garrit Jan Huinink voor 340 guldens, den 16 november 1786 6-16-00

Eodem van Arend Heijnen, 15 guldens-10 stuijvers, weegens een huijs en erve, mitsgaders den hof agter het zelve en het huisje voor de deur in den hof staande, alles kennelijk staande en geleegen in Aalten aan de Hoogstraat. Aangekogt van Hendrik Jan Hietkamp en Janna Maria Grievink, ehelieden, voor 775 guldens, den 16 december 1786 15-10-00

Den 22 december van Jan Hendrik Schuurman en Christina ten Brinke, ehelieden, 4 guldens-12 stuijvers, weegens twee stukken bouwlandt, geelegen op den Kuninkkamp voor dorp Wenterswijk. Aangekogt van Arent Cobus en Geertruijd Kempers, ehelieden, voor 230 guldens, den 12 december 1786 4-12-00

Den 22 december van Harmen Kobus, 1 gulden-17 stuijvers-4 penningen, in voldoeninge van den halve 50e penning wegens een half huijs, hoff en where daar agter en bij gehoorende, kennelijk staande en geleegen op het einde van de Woolstraat te Wenterswijk, waar van de andere halfscheid eijgenaar van is Willem Beukebos. Aangekogt van deszelfs vader en stiefmoeder Arend Kobus en Geertruid Kobus, voor 186 guldens, den 11 december 1786 1-17-04






Den 27 december van Cornelis ter Woert, woonagtig in de buurschap IJzerloo onder Aalten, 1 gulden-16 stuijvers, in voldoeninge van den 100e penning, weegens een stuk bouwland groot ongeveer drie schepels gezaaijs, genaamd het Kleijne Stokkertstuk, in de buurschap IJzerlo onder Aalten gelegen. Aangekogt bij gerichtelijke distractie der ongereede goederen van Berend Bekink en vrouw in Dinxperlo woonende ter instantie van Jan Hendrik Frantsen, op den 9 december 1786 gehouden, voor 180 guldens, dus 1-16-00

Den 28 december van Berend Jan Hendrik Ovink, woonende in de buurschap Huurne onder Dinxperlo, 7 guldens-16 stuijvers, weegens een huijs en hoff door Berend Beekink en vrouw bewoond, cum ap- et dependenties, in of bij het dorp Dinxperlo geleegen. Aangekogt bij gerichtelijke distractie der ongerede goederen van gezeijden Berend Beekink en vrouw, ter instantie van Jan Hendrik Frantsen, op den 9 december 1786 binnen Aalten gehouden is, voor 780 guldens, dus 7-16-00

Den 28 december van Theunis te Beest en Hendrina Clompenhouwer, ehelieden, 20 guldens-3 stuijvers, in voldoeninge van den 25e en 50e penning van 2/9, en van den 50e penning van 7/9 parten, weegens een vijfde part of vijfde gedeelte van een klein boeren plaatsjen of kaatstede de Kleine Reehorst genaamt, bestaande in een zulk aandeel van een huijs dessen onderhorende hof- bouwland, hooij- en weijde grondt, staande en geleegen in de buurschap Beggelder kerspel Dinxperlo kennelijk. Aangekogt van de gezamentlijke erfgenaamen van wijlen Jantjen Giebink, gewoont hebbende op de Kleine Braakhorst onder Gendringen, met naamen Hendrick Giebink en Aaltjen Broens, ehelieden wonende onder Dinxperlo, Hendrik Brethouwer en Dersken Giebink, ehelieden wonende in Aalten, Arend Zeesink en Johanna Catharina Giebink, ehelieden woonende onder Silvoldt, David Heusinkveldt en Johanna Giebink, ehelieden woonende onder Dinxperlo, Derk Jan Giebink en Berend Giebink woonende insgelijks onder Dinxperlo, Wessel ten Bensel en Engelina Hesselink, ehelieden. woonende onder het ampt Boekholt in het Munsterland, Derk Jan Boland en Elisabeth Hesselink, ehelieden woonende mede onder het ampt Boekholt in het Munsterland, en eindelijk gemelden Derk Jan Boland meede de rato caverende voor Hendrina Hesselink, weduwe van wijlen Jocob van Creethuijsen, woonende in Dieren, ingevolge volmagt de dato Dieren den 29 september dezes jaars 1786, voor 825 guldens ad 22 stuijvers ’t stuk, zijnde 907 guldens-10 stuijvers, en alzoo voor 7/9 ad f. 705-16-10 den 50e penning, en 2/9 parten ad f. 201-13-06 den 25e en 50e penning voor zoo verre de uitheemschen betreft, den 27 november 1786 20-03-00

Eodem den 28 december van David Heusinkveld en deszelfs ehevrouw, 1 gulden-19 stuijvers, weegens een en een halve dag gras maijens hooijgrond of wel een vijfde gedeelte van de halve weijde in de zijde daar van neffens het goed Bennink geleegen, het Goor genaamt, tusschen het zoogenaamde Plesken en het goed Bennink, onder en bij den dorpe Dinxperlo kenelijk geleegen. Aangekogt van de gezamentlijke erfgenamen van wijlen Jantjen Giebink, met naamen Hendrik Giebink en vrouw cum suis, hier boven in naastvoorgaande post alle nominatim gespecificeert, voor 80 guldens ad 22 stuijvers ’t stuk, zijnde 88 guldens en alzo van 7/9 ad f. 68-09-00 den 50e, en van 2/9 parten ad f. 19-11-00 den 25e en 50e penning voor zoo verre de uitheemschen aangaat, den 27 november 1786 1-19-00

Den 28 december van Harmanus Veldhorst genaamt ter Maate, weduwenaar van wijlen Hendrina Gelkink, 2 guldens-9 stuijver-10 penningen, weegens een zeker stuk bouwland groot ruim een scheepel gezaaij, wederzijts den koper zijne landerijen in een kamp den Tijsschenhorst genaamt, in de zoogenaamde Giebink weijde in de buurschap Huerne onder den kerspel Dinxperlo kennelijk geleegen. Aangekogt van meergezeide erfgenamen van wijlen Jantjen Giebink, met namen Hendrik Giebink en vrouw cum suis, voor 112 guldens en dus voor 7/9 ad f. 87-02-04 den 50e, en 2/9 parten ad f. 24-17-12 den 25e en 50e penning voor zoo verre de uitheemsche verkoopers concerneert, den 27 november 1786 2-09-10






Den 28 december van Johannes Giebink en Aleida Ovink, ehelieden, 9 guldens-3 stuijvers, weegens zeeker aandeel of vijfde part van een weijde de Giebink weijde genaamt, bestaande in omtrent voor dit aandeel in twee koeijweijden, weijdegrond, en omtrent een en een half scheepel zaat bouwland in een kamp de Groote Horst genaamt in dezelfde weijde bij het goed en de behuijzinge van Hermanus Veldhorst sive ter Maat, in de buurschappen Huerne en Kleine Bredenbroek voor het grootste gedeelte onder het kerspel Dinxperlo en voor een klein gedeelte daar van onder de heerlijkheid Gendringen*1 in zijne kennelijke bepaling geleegen. Aangekogt van duk voornoemde erfgenamen voor 413 guldens, en alzoo den 50e penning voor 7/9 ad 321-04-08, en den 25e en 50e penning van 2/9 parten ad 91-15-08, den 27 november 1786 9-03-00

Grossa 24ta 884-06-12

1 In de marge staat geschreven: “Zie Gendringen van dit tegenstaande”.



Index - Rekening van Nicolaas van Hamel, ontvanger van de 25e, 50e en 100e penning Heerlijkheid Bredevoort - Jaar 1786 - Overdrachtsbelasting



A

Aalter Esch, 7, 12 Aalterbroek, 10 Aalterpoort, 9 Aalterpoorte, 1, 4 Aansink, 3, 5 Abbink, 4 Akstege, 2 Albers, 4 Arendsen, 7, 8, 10 Arendzen, 11 Arentsen, 1, 7

B

Baling, 4 Barentsen, 2 Barlosche Goor, 5 Barlosche Veen, 5 Barloschen Enk, 1 Barloschen Esch, 11 Barrenas, 6 Becking, 2, 8, 9 Beek, 9, 10 Beekink, 13 Beest, 2, 4, 5, 11, 13 Bekink, 13 Bengevoort, 3, 8, 9, 11 Benkenhorst, 10 Bennink, 2, 8, 13 Bensel, 13 Bent, 12 Berenschot, 7 Bestevaars Maathe, 6 Beukebos, 12 Beukenhegge, 2 Beumers, 4 Beusen- of

Bensenkamp of Es, 10

Bleckings, 5 Blekking, 7 boerschap Barlo, 5, 6,

10, 11 Bokkel, 6, 7, 9 Boland, 3, 10, 13 Bongeman, 7 Bookers, 3 Boolandt, 5 Boomkamp, 6 Borninkhof, 7 Bos, 6 Boske, 10 Bosmanskamp, 4 Bossen Esch, 12 Boxel, 4 Braake, 9 Bredevoortsche straat,

7 Brethouwer, 13

Brinke, 3, 9, 10, 12 Brinkerveld, 4 Brinksmaate, 4 Broeke, 11 Broeker, 7 Broekmans, 7 Broens, 13 Brossard, 1 Bullens, 2 Burlosche Veen, 7 Buskers, 10 buurschap Barlo, 1 buurschap Beggelder,

13 buurschap Beggeler, 4 buurschap Corle, 6 buurschap Daale, 7, 9,

11 buurschap Daele, 1 buurschap Dale, 1 buurschap Haart, 1 buurschap Huerne, 3,

13 buurschap Huur, 6 buurschap Huurne, 2,

3, 5, 6, 10, 13 buurschap IJzerlo, 8, 9,

10, 13 buurschap IJzerloo, 8,

13 buurschap Lintelo, 3, 7,

9, 10, 11 buurschap Miste, 5, 7 buurschap Woold, 7 buurschap Woolt, 7

C

Caspers, 3 Cate, 7 Clompenhouwer, 13 Cobus, 12 Coelmans Steege, 2 Coops, 3, 5 Corle onder

Wenterswijk, 12 Corts, 2 Creethuijsen, 13

D

Dam, 9 Debbink Maate, 12 Diemont, 12 Dierkink, 4 Diesselbrinck, 5 Dirckinck, 2 Direkinck, 2 Dolman, 10 Dorpsveldt, 10 Droppers, 2 du Prée, 8, 11

Duink, 10 Dunnewolt, 8

E

Ebbink, 3, 8 Eeckink, 2 Eerden, 11, 12 Eking, 8, 9, 10 Elfers, 5 Elzenhorst, 4 Eppink, 1, 10, 11 Erpenbeek, 7, 9 Estijserlo, 2 Evers, 1, 7, 8, 10

F

Frantsen, 13 Fredriks, 2 Freriks, 2, 11 Fukkingsmaate, 6

G

Gansekuijlsendijk, 2 Gantvoort, 1 Garritsen, 12 Gekshoven, 10 Gelking, 5 Gelkink, 3, 13 Gerrits, 6 Giebink, 13, 14 Gielink, 11 Gijsberts, 8 Goede, 4 Gomphert, 2 Goor, 13 Goorhuijs, 6 Goosens, 11 Gosenshorst, 4 Greulijke, 3 Greupink, 5 Grevink, 7 Grieving, 11 Grievink, 12 Groen, 11 Grolleman, 6 Groote Horst, 14 Gunningh, 1, 5

H

Haar, 3, 5 Haartmans, 4 Haes, 7 Haeseveld, 6 Hagt, 9, 10 Haken, 7 Hakstege, 6 Hambroick, 2 Harbers, 4 Harmsen, 4

Hasel, 9 Heeren Maaten, 7 heerlijkheid

Weerdenbroeck, 4 Heesen, 3, 10 Heijman, 5 Heijnen, 10, 12 Helders, 4 Hengel, 11 Hesselink, 1, 5, 10, 13 Heusinkveld, 13 Heusinkveldt, 13 Heuvel, 6, 7 Hieberink, 7 Hietbrink, 6, 10, 12 Hietkamp, 11, 12 Hijink, 5 Hoebink, 9 Hofkes, 7 Hofstede, 11 Hollenberg, 12 Hones, 5 Hoogestraat, 10 Hoogstraat, 12 Hoogte, 7 Hoopman, 1 Horst, 10 Huijnink, 1 Huinink, 1, 12 Huls, 4

I

Izaks, 2

J

Jagerink, 2, 10 Janssen, 5 Jentink, 1

K

Kalff, 1, 4 Kalink, 4 Kampe, 9, 10 Keemink, 3, 4 Kempers, 7, 12 Kempink Veentjen, 10 Kimmel, 10 Kleijn Kempink, 10 Kleijne Stokkertstuk, 13 Klein Hesselink, 4 Kleine Braakhorst, 13 Kleine Reehorst, 13 Klinkerplaatsjen, 9 Klokhegge, 4 Klompenhouwer, 4 Klootjen, 2 Kobus, 12 Koelman, 9, 10, 11 Koemaate, 8



Index - Rekening van Nicolaas van Hamel, ontvanger van de 25e, 50e en 100e penning Heerlijkheid Bredevoort - Jaar 1786 - Overdrachtsbelasting



Koenders, 9, 10 Kolenberger Veen, 12 Koolenberger Veen, 10 Koolenbroeck, 11 Koolstedeken, 3 Koonink, 4 Koops, 3 Koppenhagen, 6 Kortbeek, 2, 3 Kraaijenboom, 7 Kramer, 12 Kreijll, 8 Kroesenboom, 9 Kroosenbrink, 8 Kruisselbrink, 7 Kuninkkamp, 12

L

Laag Meijnen, 11 Laagen Hof, 2 Lammers, 12 Langenhof, 11 Lankhoff, 9 Leferdink, 7 Lemkamp, 11 Lendert, 10 Leurvink, 10 Leuvenink, 11 Lieftink, 8, 10, 12 Ligterink, 6 Lonkebeen, 12 Loohuijs, 9 Luiten, 5 Lurvink, 12 Lutgers, 4

M

Maas, 4 Maat, 14 Maate, 13 Magiskamp, 10 Manschot, 11 Markelink, 6 Martens, 11 Meijerink, 2, 8 Meijnen, 10, 11 Mellink, 11 Mensink, 3 Michorius, 3 Middelste Stuk, 8 Mierdink, 12 Mijnen, 6 Mister Esch, 5 Misterpoort, 2 Misterstraat, 4 Misterstrate, 4 Morssevoort, 3

Mulders, 10 Munsterkamp, 10

N

Navis, 9 Neerhof, 11 Neeth, 5, 6 Nijenhuijs, 1, 2, 7 Nijenhuis, 8 Nooit Gedacht, 11 Nusselaar, 1

O

Obrinks Limborg, 11 Ooldenhuis, 4 Oonk, 2 Oosterman, 4, 7 Ovink, 13, 14

P

Paasschen, 12 Paske, 2, 9 Peele, 12 Peelen, 10 Pelkwijks Esch, 11 Pereboom, 1 Pijpers, 2, 6, 11 Pillen, 6 Pitenpol, 1 Plesken, 13 Poldewijn, 6 predicant te

Ligtenvoorde, 2 predikant, 2 Prée, 8 Prins, 8, 10

R

Raasveldkamp, 2 Raasvelds Maate, 7 Rabelink, 4 Rademaker, 3, 10 Ratumschestraat, 8 Ratumsestraat, 8 Reinbach, 1 Rensink, 3, 9 Ribben, 4 Rigterink Vonder, 10 Rijtman, 5 Roelvink, 4 Roerdink, 5 Rooij, 2 Roosen, 5, 7 Roseer, 3 Rotmans, 10 Rots, 4

Rouhoff, 1 Rutbeek, 8 Rutgers, 9

S

Satink, 4 Schaapveldt, 11 Schaapvelt, 12 Schaar, 6 Schaars, 1 Schafke, 9 Schallenberg, 2 Schefke, 9 Schepers Esch, 8 Scheurlink, 3 Schoemaker, 8 Scholten Brugge, 3 Scholtenbrug, 8 Scholtenbrugge, 8 schoolmeester te Halle,

6 Schoon, 7, 9 Schreven, 3 Schutterkamp, 6 Schuurman, 12 Schuurmans, 3 Seevink, 4 Seijnen, 2 Sellink, 7 Sicking, 5 Siebelink, 11 Sieverdink, 10 Simmelink, 2 Sleesewijk, 4 Sligte, 6 Smits, 3, 5 Stadswal, 11 Stassen, 12 Steeg, 11 Steegs, 11 Steintjes, 6 Stokkert Stuk, 8 Stumph, 12 Sturris, 9 Swanenbroek, 1 Sweers, 11 Swienink, 4

T

Teeuwen, 1 Teger, 8, 9 Tenkink, 4 Terville, 5 thichelaar, 7 Thienk, 4 Tijsschenhorst, 13 Tolkamp, 1

Trout, 7

V

Veene, 6 Veenhuijs, 6 Veldhorst, 13, 14 Velthuijs, 6 Venderbosch, 3, 5 Vervelde, 9 Vierakker, 1 Vink en Vleugel, 10 Vlierkamp, 6 Vocking, 11 Voorster Wiezenkamp,

10 Vorste, 2 Vriesen, 7 Vrugte, 11

W

Wagemans, 2 Walfort, 7 Walijen, 7, 12 Walsbruin, 6 Warnssink, 7 Wassink, 2, 7, 8 Weenink, 3, 4 Weenink Maate, 8 Weggelaar, 10 Weggelder, 9 Welle, 2 Welpshoff, 9 Wenseink, 3 Wensink, 5 Wesselink, 1 Wessels, 3, 12 Westen Darper Stuk, 9 Wheeme, 8 Wiesenkamp, 8 Wiezenkamp, 8, 10 Wiggers, 7 Wijgink, 9 Wikkerink, 10 Willink, 3, 11 Wissink, 5 Woert, 13 Wolboomsheide, 9 Woolstraat, 12 Woolt, 8 Woords, 3, 9

Z

Zeesink, 13 Zwanenbroek, 5


Archieftoegangsnummer: 0005 - Staten van het Kwartier van ...

Documents

Transcript of Archieftoegangsnummer: 0005 - Staten van het Kwartier van ...