Amice 2012 jrg 18 nr.1

28
AMICE - TIJDSCHRIFT VOOR PROFESSIONALS IN DE GEZONDHEIDSZORG IN NOORD-HOLLAND-NOORD / JAARGANG 18 / NR.1 2012 Handletselpatiënten begeleid in eerste lijn Vietnam tussen de tulpen Gemini behoudt verloskunde en SEH Westfriesgasthuis opent poli atriumfibrilleren

description

Tijdschrift voor professionals in de gezondheidszorg in Noord-Holland-Noord

Transcript of Amice 2012 jrg 18 nr.1

Page 1: Amice 2012 jrg 18 nr.1

AMICE - TIJDSCHRIFT VOOR PROFESSIONALS IN DE GEZONDHEIDSZORG IN NOORD-HOLLAND-NOORD / JAARGANG 18 / NR.1 2012

Handletselpatiënten begeleid in eerste lijn

Vietnam tussen de tulpen

Gemini behoudt verloskunde en SEH

Westfriesgasthuis opent poli atriumfibrilleren

Page 2: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Voor inlichtingen over deze objecten:Stationsweg 74T (072) 511 43 [email protected] www.leygraafmakelaars.nlTwitter: @LeygraafAlkmaarFollow us on Linkedin

Multifunctioneel (medisch) dienstencentrum Kooimeerlaan 17 te Alkmaar

Totale vloeroppervlak ca. 4.800m2

Units vanaf ca. 600m2

Frondbreedte 30mGelegen aan de Zuidring van Alkmaar

Vraagprijs n.o.t.k. Huurprijs vanaf € 50,- per m2 excl. BTW

Gelegen op een uitstekende zichtlocatie langs de ringweg N9 van Alkmaar (op nog geen 500m² van de rijksweg A9) treft u dit schitterende, in div. units op te delen beleggingspand met diverse bestemmingsmogelijkheden. Daarnaast zijn bij dit gebouw voldoende parkeermogelijkheden. Totaal bedraagt de verhuurbare vloeroppervlakte ca. 4.800m² en is verdeeld over het souterrain, de begane grond, de 1e en de 2e verdieping. In het hart van het gebouw treft u een mooie open trap met een oppervlakte van circa 72m² per verdieping. Alle verdiepingen zijn via de personenlift te bereiken. Het gebouw is vrij indeelbaar en er kunnen eenvoudig extra systeemwanden worden geplaatst om zo uw eigen ideale indeling te creëren.

Indeling: Souterrain (ca. 1.200m² VVO) is bereikbaar via de trap en de personenlift, een dubbele toiletgroep met doucheruimte, 2 brandtrappen en een overheaddeur (3,0m x 2,5m) naar de hydraulische goederenlift. De begane grond (ca. 1.200m² VVO) is voorzien van een glazen etalage over de volledige breedte (ca. 52,0m x 3,4m). De entree v.v. een dubbele hellingbaan voor rolstoelgebruikers. De 1e verdieping ca. 1.200m² VVO. en voorzien van een toiletruimte. De 2e verdieping ca. 1.200m² VVO.

Verschillende units: Voor verhuur kan in overleg met de verhuurder het pand worden opgedeeld in div. units. Voor nadere informatie is er de brochure beschikbaar.

Page 3: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 1

EERSTE LIJNINHOUDSOPGAVE

18

6

12

Drie huisartsen blikken terugZe hebben veel gemeen, de drie huisartsen uit Noord-Hol-land-Noord die ongeveer gelijktijdig afscheid namen van hun praktijk en hun patiënten. Ze begonnen eind jaren zeventig, bouwden hun praktijken in de vaart der volkeren op en blikken nu terug.

Hoofd-halsoncologieDankzij een officiële erkenning zal het superspecialisme hoofd-halsoncologie deel blijven uitmaken van het MCA, ook als de behandeling van hoofd-halskanker in 2013 wordt beperkt tot hooguit tien, twaalf centra in Nederland. Een portret van een multidisciplinair team.

Vietnam tussen de tulpenOnder de titel ‘Vietnam tussen de tulpen’ hebben de GGD’en Hollands Noorden en Zaanstreek-Waterland een project uitgevoerd met als doel zo veel mogelijk gevallen van hepatitis B onder Noordhollanders van Vietnamese oorsprong op te sporen.

Verder in dit nummerRedactioneel 3Poli atriumfibrilleren in Hoorn 4Column Peter Sleutelberg 9Toekomst ziekenhuizen Noordkop 10De nieuwkomer 11Alkmaarse Specialiteiten 14Personalia 17Netwerk Handtherapie Noord-West 20Korte berichten 22Agenda 24

Amice is het tijdschrift van stichting Pantheon. Daarnaast verschijnen er nieuwsbrieven en is er een actuele website.Doelstelling is het signaleren van en het informeren over ontwikkelingen in de gezondheidszorg in de regio Noord- Holland-Noord, met bijzondere aandacht voor zorgvernieuwing en communicatie tussen de eerste en tweede lijn.

Verspreiding vindt plaats onder zorg- professionals in Noord-Holland-Noord. Voorts onder alle gezondheidszorg-instellingen in de regio, bibliotheken van academische ziekenhuizen, medische stafbesturen en directies van grote Nederlandse ziekenhuizen.

De verschijning van Amice wordt mede mogelijk gemaakt door jaarlijkse bijdragen van Diagnostisch Centrum West-Friesland, Evean, Gemini Ziekenhuis Den Helder, GGD Hollands Noorden, GGZ Noord- Holland-Noord, huisartsen organisatie HONK, Medisch Centrum Alkmaar, Omring, Univé Verzekeringen, Westfriesgasthuis Hoorn en ZONH.

Redactieraad Sander Anneveldt, cardioloog WestfriesgasthuisSjaak Boon, adviseur GGZ NHNEnjé Dekker, beleidsadviseur zorgontwikkeling MCAIngrid Heslinga, directeur kwaliteit MCA Gemini GroepRoel Piepenbrink, Stichting GeriantInge Rovers, adviseur ZONHSandra Rijst, concernmanager communicatie OmringPeter Sleutelberg, huisartsMarjolein Voorberg, hoofdredacteur

EindredactieMAS-Communicatie HeilooMarjolein [email protected]

UitgeverJan van den Bergh

Ontwerp en druknr58 / total communication, Alkmaar

Adres redactiePostbus 2751860 AG Bergen NHTel. (072) 581 45 [email protected]

De redactie behoudt zich het recht voor ingezonden bijdragen te bekorten, te redigeren of niet te plaatsen. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder toestemming van de uitgever.

AMICE - TIJDSCHRIFT VOOR PROFESSIONALS IN DE GEZONDHEIDSZORG IN NOORD-HOLLAND-NOORD

Foto omslag: Amber Nan

Voor inlichtingen over deze objecten:Stationsweg 74T (072) 511 43 [email protected] www.leygraafmakelaars.nlTwitter: @LeygraafAlkmaarFollow us on Linkedin

Multifunctioneel (medisch) dienstencentrum Kooimeerlaan 17 te Alkmaar

Totale vloeroppervlak ca. 4.800m2

Units vanaf ca. 600m2

Frondbreedte 30mGelegen aan de Zuidring van Alkmaar

Vraagprijs n.o.t.k. Huurprijs vanaf € 50,- per m2 excl. BTW

Gelegen op een uitstekende zichtlocatie langs de ringweg N9 van Alkmaar (op nog geen 500m² van de rijksweg A9) treft u dit schitterende, in div. units op te delen beleggingspand met diverse bestemmingsmogelijkheden. Daarnaast zijn bij dit gebouw voldoende parkeermogelijkheden. Totaal bedraagt de verhuurbare vloeroppervlakte ca. 4.800m² en is verdeeld over het souterrain, de begane grond, de 1e en de 2e verdieping. In het hart van het gebouw treft u een mooie open trap met een oppervlakte van circa 72m² per verdieping. Alle verdiepingen zijn via de personenlift te bereiken. Het gebouw is vrij indeelbaar en er kunnen eenvoudig extra systeemwanden worden geplaatst om zo uw eigen ideale indeling te creëren.

Indeling: Souterrain (ca. 1.200m² VVO) is bereikbaar via de trap en de personenlift, een dubbele toiletgroep met doucheruimte, 2 brandtrappen en een overheaddeur (3,0m x 2,5m) naar de hydraulische goederenlift. De begane grond (ca. 1.200m² VVO) is voorzien van een glazen etalage over de volledige breedte (ca. 52,0m x 3,4m). De entree v.v. een dubbele hellingbaan voor rolstoelgebruikers. De 1e verdieping ca. 1.200m² VVO. en voorzien van een toiletruimte. De 2e verdieping ca. 1.200m² VVO.

Verschillende units: Voor verhuur kan in overleg met de verhuurder het pand worden opgedeeld in div. units. Voor nadere informatie is er de brochure beschikbaar.

Page 4: Amice 2012 jrg 18 nr.1

De kracht van één huisnummer

Havinghastraat 58 1817 DA Alkmaar +31(0)72 515 22 22 www.nr58.nl

nr58 / strategie + creatienr58 / online

nr58 / uitgeverijnr58 / drukkerij

nr58 / total communication

Page 5: Amice 2012 jrg 18 nr.1

EERSTE LIJNSJAAK BOON, LID REDACTIERAAD REDACTIONEEL

Duizend bloeiende bloemen

Toen ik jong was, was het in West-Friesland heel gewoon dat je in het voorjaar mee ging helpen met tulpen koppen. Zeker als zoon van een bollenkweker. Als je door het landschap reed, zag je overal kleurige bollen-velden. Toen al kwamen mensen uit binnen- en buitenland om al dat moois te bewonderen. Prachtig vonden zij dat, maar ze vroegen zich tegelijkertijd af waarom al die mooie bloemen er af moesten.

Zelf vond ik er niets aan. Waarom niet? Omdat ik altijd mee moest helpen met koppen en dat was ‘teugenopzienerswerk’. We moesten soms wel vier of vijf hectares met de hand en met kromme rug koppen. Van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat. Maar er was ook een andere kant: je deed het samen met een heel grote groep: broertjes en zusjes, vriendjes en vriendinnetjes. Zelfs Amsterdammers kwamen naar West-Friesland om bij te verdienen. Dat waren de ‘statters’.

Het was heel gezellig: samen koffie drinken op het land. Veel lachen en soms kattenkwaad uithalen, zoals de laarzen van de baas volgieten met slootwater. Er was een grote saam-horigheid: je moest het met zijn allen klaren, anders lukte het gewoon niet. Je moest dóór, ondanks de nog eindeloze velden ongekopte tulpen. Je voelde je met elkaar verbonden. Dat handwerk maakte het heel bijzonder. Tegenwoordig wordt het volledig machinaal gedaan. Ergens wel jammer… Ook dat was innovatie!

En dat is wat deze Amice bij mij oproept: veel handwerk, veel saamhorigheid en verbinding. Met elkaar samen een klus klaren. Doorgaan wanneer het even iets lastiger wordt. De uitdaging zien om het steeds beter voor de patiënt te willen doen, innoveren. Duizend bloemen bloeien dus in deze Amice. In ieder geval geraniums. Peter Sleutelberg, scheidend huisarts te Schagen, vertelt in zijn column ontroerend over het afscheid van zijn loopbaan. Achter de geraniums? Zeker niet!

En bij de GGD bloeien de tulpen. De GGD heeft een prachtig onderzoek gedaan naar het vóórkomen van hepatitis B onder de Vietnamese bevolking in onze regio: geen ‘statters’ maar Vietnamezen tussen de tulpen.

In het MCA is hoofd-halsoncologie officieel erkend als centrum voor behandeling hoofd- halskanker. Ook hier weer veel passie, samenwerken en doorzetten ten bate van goede patiëntenzorg. Een voorbeeld van klantgerichtheid is te lezen in de Nieuwkomer. Lia de Jongh, bestuursvoorzitter van MagentaZorg zegt: “Goede zorg begint met de vraag: Hoe wilt u het hebben?” Ook bollenkwekers kweekten juist die tulpen waarvan zij zeker wisten: die willen de mensen in Japan. En ten slotte het artikel over de nieuwe poli atriumfibrilleren in het Westfriesgasthuis. Hoe innovatie wordt ingezet en er tegelijkertijd goed wordt geluisterd naar de patiënt. Patiënten kunnen het volgens verpleegkundige Riet Schouten zelf zo mooi zeggen: ‘Het fladdert in mijn borst’. Cardioloog Sander Anneveldt vraagt dan wel eens: ‘Vliegt het alle kanten op? Als het ja is, is het zeker atriumfibrilleren.’

Foto

Stu

dio

Wic

k N

atzi

jl

De kracht van één huisnummer

Havinghastraat 58 1817 DA Alkmaar +31(0)72 515 22 22 www.nr58.nl

nr58 / strategie + creatienr58 / online

nr58 / uitgeverijnr58 / drukkerij

nr58 / total communication

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 3

Page 6: Amice 2012 jrg 18 nr.1

4 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

MARJOLEIN ZINKSTOK, JOURNALISTWFG

Snelle en laagdrempelige zorg bij atriumfibrilleren

Zonder er veel ruchtbaarheid aan te geven is de afdeling cardiologie van het Westfriesgasthuis eind januari begonnen met een nieuwe poli: de poli atriumfibrilleren (AF). Een service aan patiënten, noemen ze het. Het is een van de eerste AF-poli’s in Nederland en de eerste in Noord-Holland.

“Patiënten kunnen het zelf mooi zeggen”, zegt ver-pleegkundige Riet Schouten. “‘Het fladdert in mijn borst’, zeggen ze dan.” Cardioloog Sander Anneveldt: “Ik vraag wel eens: ‘Vliegt het alle kanten op?’ Als het antwoord ‘ja’ is, is het vrijwel zeker atriumfibrille-ren.” Eigenlijk vindt hij boezemfibrilleren een mooier woord, maar atriumfibrilleren is de officiële, landelijk gebruikte term.

“Atriumfibrilleren is de meest voorkomende hartritme-stoornis ter wereld”, zegt Anneveldt. “Een à twee pro-cent van de bevolking heeft het.” Hoe ouder je bent, hoe groter de kans dat je het krijgt. Van de mensen met AF is één procent jonger dan 60 jaar en 25 pro-cent is boven de 85. Door vergrijzing neemt het aantal percentage AF-patiënten naar verwachting toe. Jonge mensen met AF hebben er meestal veel last van. Er zijn ook mensen die niet weten dat ze het hebben, dat zijn doorgaans oudere mensen. Omdat ze ermee doorlo-pen zonder behandeld te worden, is de kans groot dat het zich ontwikkelt tot hartfalen. AF kan zich op ver-schillende manieren uiten: sommigen hebben aanval-

len van AF. Zij komen nogal eens op de eerste-harthulp (EHH), maar kunnen na behande-ling naar huis. Anderen hebben voortdurend AF; voor hen is een andere behandelstrategie nodig.Anneveldt: “AF is niet gevaarlijk, maar mensen zijn bang dat het dat wel is. Het komt vaak terug; het is een ongemak dat ze hun hele leven met zich meedragen.”

ProtocollenDat ongemak is via strakke protocollen goed te behan-delen. Dat gebeurt op de AF-poli. Enthousiast gewor-den door verhalen op diverse congressen over de goede resultaten van bestaande AF-poli’s nam Anneveldt het initiatief om ook zo’n poli op te zetten. Hij werkte het plan uit samen met de drie verpleegkundigen van de al bestaande hartfalenpoli: Riet Schouten, Petra op den Kelder en Wieteke Eijdenberg. Ze gingen te rade

bij Robert Tieleman die in het Martini Ziekenhuis in Groningen al enkele jaren ervaring had met een AF-poli en daarvoor AF-protocollen had opgesteld. Uit onderzoek bleek onlangs dat patiënten die volgens deze protocollen in zijn poli zijn behandeld, beter af waren. In het Westfriesgasthuis volgen ze grotendeels deze succesvolle Groningse aanpak. De protocollen zijn als een checklist opgenomen in het EPD. “Daardoor kunnen we de protocollen precies handhaven; alle vragen zitten erin, we kunnen niets missen”, zeggen Schouten en Eijdenberg. Onderdeel van het proto-col is dat de antistollingsscore wordt bepaald en dat zo nodig bloedverdunners worden voorgeschreven. AF-patiënten lopen namelijk het risico op stolsels die mogelijk naar de hersens kunnen schieten met een cva als gevolg.

OntbijtAnneveldt en de verpleegkundigen zien de AF-poli vooral als een verbetering voor patiënten. Het is een service die ze bieden, vinden ze, met goede voorlich-ting en optimale behandeling. “De kracht van de AF-poli is dat de patiënt snel terecht kan en in één dagdeel door de molen gaat. De diagnose wordt dus snel gesteld en de patiënt hoeft na die onderzoeksoch-tend en na een controlebezoek doorgaans niet meer terug te komen op de poli. De huisarts kan de verdere behandeling overnemen.” Een aardig neveneffect is dat de patiënten op zo’n ochtend in gesprek raken met elkaar. Dat begint al bij het ontbijt: omdat er bloed geprikt moet worden en ze daarvoor nuchter moeten zijn, krijgen ze in het zie-kenhuis een ontbijt. Tijdens het ontbijt geven de ver-pleegkundigen voorlichting over atriumfibrilleren en over het programma van de ochtend. Vervolgens loopt iedere patiënt zijn eigen route naar de verschillende onderzoeken, waaronder een echo en een fietstest. Tussendoor komen ze elkaar weer tegen. “Ze wisselen dan ervaringen uit. Dan kan blijken dat de een er veel meer last van heeft dan de ander. Vaak zijn de part-ners er ook bij. Dat is ook belangrijk; ook voor hen is het goed te weten hoe je omgaat met AF.”

LeefregelsDe verpleegkundigen hebben een belangrijke rol: zij hebben het eerste contact met de patiënten en bege-

cardioloog

Sander Anneveldt.

Archieffoto Amice

Page 7: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 5

WFG

In één week van verwijzing naar terugkoppeling

Een huisarts of een specialist meldt een patiënt met nieuw ontdekte AF aan bij de AF-poli. Voorwaarde is dat het om bewezen AF gaat; een door de verwijzer aan te leveren ECG of ritmestrook vormt het bewijs. Een verpleegkundige van de AF-poli neemt op korte termijn contact op met de patiënt en maakt een afspraak voor een ochtend waarop verschillende onderzoeken plaatsvinden. Binnen een week kan de patiënt terecht. Op de afgesproken dag neemt de verpleegkundige de anamnese af, geeft ze voorlichting over atriumfibrilleren en begeleidt ze de patiënt bij alle onderzoeken. Aan het eind van de ochtend neemt de verpleegkundige de onderzoeksresultaten met de cardioloog door en vervolgens bespreken zij samen de diagnose en behandeling met de patiënt. Dezelfde dag nog stuurt de cardioloog een brief met terugkoppeling naar de huisarts; deze brief wordt vanuit het EPD gemaakt. De patiënt komt na ongeveer een maand terug op de poli voor controle. Als er geen bijzonderheden zijn, kan de patiënt voor verdere behandeling terecht bij de huisarts.

Meer over de AF-poli in het algemeen:

filmpje ‘Het succes van de AF-poli’,

www.afpoli.nl/media/film

leiden hen tijdens de onderzoeksochtend. De AF-poli is drie ochtenden per week open voor nieuwe patiën-ten; per dagdeel kunnen er vier patiënten komen. Daarnaast zijn er drie dagdelen voor controlepatiën-ten. Het uiteindelijke doel is dat de aanloop op de EHH minder wordt. Op de EHH van het Westfriesgasthuis komen jaarlijks 3600 mensen. Een derde, 1200 men-sen, komt vanwege AF-klachten: ze zijn bang en weten niet goed wat ze moeten doen. Maar een bezoek aan de EHH is niet altijd nodig, volgens Schouten. “Als ze op de AF-poli komen, krijgen ze goede voorlichting over wat te doen bij die klachten. We nemen leefre-gels door. Het gebruik van sintrommitis (bloedverdun-ner) wordt besproken en ze worden goed ingesteld op medicatie. Sommigen krijgen een bètablokker mee om het hart rustiger te laten lopen; daarvan kunnen ze een pilletje nemen als ze thuis weer last krijgen.”

AvondpoliDat er steeds vaker aparte poli’s ontstaan rond een bepaald ziektebeeld ziet Anneveldt als een logische ontwikkeling. “We werken in de zorg steeds meer volgens richtlijnen en protocollen, we richten steeds meer zorgpaden in en we bundelen expertise. Het dient allemaal hetzelfde doel: betere zorg bieden.” Schouten en Eijdenberg vullen aan: “Voor de patiënt is het prettig dat onderzoeken op één dag of één dagdeel worden gedaan. Die hoeft minder vaak terug te komen en hoeft niet elke keer begeleiders in te schakelen.” Nog een nieuwigheid: sinds kort heeft cardiologie een avondspreekuur. Schouten: “Gisteravond heb ik voor

het eerst avondpoli gedraaid. Heerlijk rustig, je wordt niet gestoord. Als er bij AF-patiënten vraag is naar een avondspreekuur, vind ik dat het overwegen waard!”

De drie verpleegkundigen

van de Hoornse AF-poli.

Vlnr riet Schouten, Petra

op den kelder en Wieteke

eijdenberg.

Foto Amber Nan

Page 8: Amice 2012 jrg 18 nr.1

6 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

LINDA RIS, JOURNALISTEERSTE LIJN

Drie huisartsen blikken terug op ruim dertig jaar praktijkvoering

Peter Sleutelberg (64), Boudewijn Bakker (62) en Hinne den Engelsen (62): drie huisartsen uit Noord-Holland-Noord die per 1 januari afscheid namen van hun solopraktijk. Zijn ze anders naar hun vak gaan kijken dan toen ze begonnen? Wat waren de hoogte- en dieptepunten? En hoe zien ze de toekomst van de huisartsenzorg? Een terugblik op hun carrière.

“Wat leuk om te ontdekken dat we zo veel raakvlak-ken hebben”, zegt Peter Sleutelberg aan het einde van het gesprek. Want behalve dat ze alle drie huisarts zijn geworden, maakten ze ook alle drie mee hoe moeilijk het was om eind jaren zeventig een geschikte prak-tijk te vinden. Eenmaal gevestigd als huisarts hebben ze zich niet louter tot de eigen praktijk beperkt, maar hebben ze er diverse activiteiten naast ontplooid. En ten slotte is er bij twee van de drie een aantoonbare belangstelling voor het werk in de tropen.

Hinne den Engelsen heeft het minst naar een prak-tijk hoeven zoeken. Hij was net 42 weken met de huis-artsenopleiding bezig toen hij werd getipt dat er in Heiloo een kleine solopraktijk vrijkwam. “Het was in die tijd nu of nooit, want er stonden nog zeker dertig andere huisartsen te trappelen”, vertelt hij. “De prak-tijk, die destijds uit slechts negenhonderd patiënten bestond, heb ik toen voor veel te veel geld gekocht. Maar ik had hem wel! Alleen kreeg ik kort daarop het Huisartsen Instituut Amsterdam op mijn nek omdat ik op het moment van de aankoop nog niet als huis-arts was geregistreerd. Ik had vooraf van de Huisarts Registratie Commissie vernomen dat 42 opleidings-weken voldoende zou zijn om je als huisarts te mogen vestigen. Maar daarmee namen ze in Amsterdam geen genoegen. Voor straf moest ik een extra co-schap lopen in het St. Jozef Ziekenhuis in Heemskerk op de afde-ling kindergeneeskunde en daar een scriptie over schrijven. Daarna mocht ik me alsnog registreren.”

OudorperpolderBoudewijn Bakker solliciteerde overal in Nederland om als huisarts in een gezondheidscentrum aan de slag te kunnen. “De onderlinge concurrentie was enorm”, weet hij nog. Hij werkte om die reden na zijn diensttijd bij de marine eerst twee jaar als arts in Kadijkerkoog, centrum voor verstandelijk gehandicap-ten in Purmerend. “Uiteindelijk kwam er in Alkmaar een plek vrij in de nieuwbouwwijk Oudorperpolder waar ik als tweede huisarts in een nieuw gevormd gezondheidscentrum kon beginnen. In de jaren tach-tig kwam mijn collega Kees Koolbergen en zijn we samen verder gegaan in een kostenmaatschap. Binnen zo’n constructie heb je elk je eigen praktijk, maar deel je bepaalde kosten die je vooraf met elkaar afspreekt.”

TropenPeter Sleutelberg wilde eerst een paar jaar naar de tro-pen voor hij huisarts zou worden. “In 1974 ben ik een chirurgie-stage gaan lopen in het Spaarne Ziekenhuis in Heemstede. Daar heb ik veel geleerd. Vervolgens heb ik ook nog een jaar interne geneeskunde en ver-loskunde gedaan. Tussen de bedrijven door nam ik waar in een solopraktijk in Schagen en volgde ik een tropencursus bij het KIT. Daarna ben ik samen met mijn vrouw voor drie jaar naar Zambia vertrok-ken. Het was dag en nacht werken, maar ik heb het met ontzettend veel plezier gedaan. Vooral het eer-ste jaar kostte het me liters maagzuur om alles onder de knie te krijgen. Daarna voelde ik me als een vis in het water. Helemaal toen ik het ziekenhuis waarin ik werkte drie maanden mocht leiden. Het bestond uit 325 bedden. Ik heb er zelf onze dochter ter wereld gebracht. Eenmaal terug in Nederland was ik de eer-ste tijd volkomen gedesoriënteerd. Ik bleef verlangen naar Zambia, heb zeker drie keer op het punt gestaan om terug te keren.”Ook Bakker heeft in het begin van zijn loopbaan seri-eus overwogen een tropenartsopleiding te volgen. Dat is om verschillende redenen niet doorgegaan. Maar binnenkort reist hij alsnog samen met zijn vrouw af naar de tropen. Via Volunteer Service Overseas gaan ze twee jaar werken in Ethiopië. “Een project van UNICEF, ergens in het zuiden”, vertelt hij. ”Met mijn kennis en ervaring ga ik professionals ondersteunen met de bedoeling de moeder/kind-sterfte terug te dringen.”

Twee huurhuisjesDen Engelsen begon destijds in Heiloo met twee huur-huisjes: één om in te wonen en één voor de praktijk. “In het begin werkte ik ook nog als controlearts voor de bedrijfsvereniging BVG. Daarmee ben ik gestopt toen het aantal patiënten in mijn praktijk na acht jaar behoorlijk was gestegen. In 1982 heb ik een nieuw huis met praktijkpand betrokken. En acht jaar geleden ben ik onder de vleugels van de Willibrord Stichting in Heiloo samen met collega’s Sonja Voskuil, Herman Gransbergen en de helaas inmiddels over-leden Guido van Bruggen een gezondheidscentrum gestart.”

Page 9: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 7

EERSTE LIJN

DepressieDe praktijk die Sleutelberg overnam van zijn 84-jarige voorganger in Schagen was klein en bestreek het hele gebied tussen Alkmaar en Den Helder. “Daarom gin-gen heel veel mensen weg toen ze toch een nieuwe arts zouden krijgen”, vertelt hij. “Er bleef een heel kleine praktijk over met vierhonderd patiënten en veel verzekeringswerk.” Hij combineerde zijn praktijk dan ook eerst met een parttime functie als verpleeg-huisarts in Magnushof. Ook deed hij de consultatie-bureaus in Den Helder en werd hij bedrijfsarts van de gemeente. “Dat heb ik gedaan tot mijn vrouw in 1986 ging studeren. Omdat ik om zes uur thuis wilde zijn om voor de kinderen te koken, heb ik mijn bedrijfsvoe-ring aangepast. Al die jaren heb ik van mijn vak geno-ten, tot ik in 2000 van het ene op het andere moment in een depressie raakte. Dat was me een jaar of vijftien eerder ook overkomen, maar dankzij de hulp van een psychiater kon ik toen gewoon blijven werken en ben ik daar goed doorheen gekomen. Dit keer kon ik hele-maal niets meer. Toch ben ik met de juiste begeleiding weer uit het dal geklommen. Daarna kon ik met veel meer kracht verder en heb ik nog elf jaar met heel veel plezier gewerkt.”

Regionale Huisartsen VerenigingOok Bakker heeft in de opbouwfase de praktijk gecom-bineerd met ander werk, als arts sociaal-medische advisering bij de GGD en als bedrijfsarts voor het

ABP. Later was hij ook huisartsenopleider, deed hij mee aan NHG-avonden bij huisartsen thuis en was hij medeorganisator van de eerste Warffum-cursussen. Jarenlang deed hij veel bestuurlijk werk. Zo was hij medeoprichter en bestuurslid van de Alkmaarse Huisartsen Vereniging, de voorloper van de Districts Huisartsen Vereniging DHV. “In de lastige omslagpe-riode van de DHV naar HONK was ik voorzitter van de RHV, de Regionale Huisartsen Vereniging. In die periode had ik er bijna een volledige baan bij. Ik heb me onder meer beziggehouden met de zorgcontracte-ring van huisartsen door zorgverzekeraars, de ontwik-keling van praktijkondersteuning en de start van de ketenzorgorganisaties.”

Integratie HAPA en SEHDen Engelsen heeft naast het huisartsenwerk veel aan nascholing gedaan en zat zes jaar in de Warffum Commissie. Ook was hij penningmeester van de RHV in de tijd dat er plannen ontstonden om de HAPA op te richten. “Daar ben ik samen met Ko van Nieuwkerk, Chris Dekker, Kees Odijk, Jaap van der Dussen en Harrie Sterke in gestapt. Ik heb een jaar of zes in het bestuur gezeten. Ik heb me in in die tijd ook sterk gemaakt voor integratie van de HAPA en de SEH van het MCA, maar dat is helaas uiteindelijk weggestemd.”Sleutelberg geniet al jaren enige faam als vaste colum-nist van Amice. “Eind jaren negentig kreeg ik behoefte om over mijn werk te schrijven”, vertelt hij. “Om daar

Boudewijn Bakker, Hinne

den engelsen (midden) en

Peter Sleutelberg.

Foto’s Studio Wick Natzijl

Page 10: Amice 2012 jrg 18 nr.1

EERSTE LIJN

8 Amice / jAArgAng 17 / nr. 3/4 2011

een weg in te vinden heb ik gevraagd of ik in de redac-tieraad van Amice mocht plaatsnemen. Na een paar jaar kreeg ik het verzoek af en toe een praktijkperi-kel te maken. Dat groeide uit tot een vaste column. Hoewel het steeds weer lastig is neer te zetten wat ik eigenlijk wil vertellen, lukt het meestal wonderwel. Ik heb het altijd fijn gevonden om mijn ervaringen te kunnen delen.”

Leven en doodDen Engelsen heeft mooie herinneringen aan de beginperiode van zijn huisartsenpraktijk toen hij nog bevallingen deed. “Destijds had ik zelf jonge kinderen en zat ik regelmatig met mijn semafoon op het strand. Als-ie piepte, was ik in een kwartier thuis. Bepaalde euthanasiegevallen heb ik ook als heel bijzonder erva-ren. De gesprekken, de ceremoniën met kaarsen en muziek. Vooral de intensiteit ervan is me bijgebleven. Leven en dood roepen emoties op die dicht bij elkaar liggen.”Sleutelberg: “Wat ik vooral bijzonder vind, is hoe zo’n proces werkt. Dat je op een gegeven moment helemaal in zo’n familie wordt opgenomen. Natuurlijk zonder een zekere professionele afstand uit het oog te verlie-zen. De eerste keer na het overlijden dat je op bezoek bent, hoor je er nog helemaal bij, maar bij de tweede keer is die afstand ineens weer terug. Datzelfde geldt voor een geboorte. Het moment dat de baby huilt en in de armen van de moeder wordt gelegd, de blijd-schap van iedereen eromheen. Het praten over hoe je het hebt beleefd, nog even nagenieten van de intieme sfeer van dicht bij elkaar zijn en dan weer naar huis.”

DankbetuigingenBakker moet even terugdenken aan zijn afscheid. “Het overweldigende aantal dankbetuigingen ont-roerde me. Een man verontschuldigde zich voor zijn vrouw die er niet bij kon zijn. Hij vertelde dat ze op hun eerste kleinzoon moest passen en zei: ‘U weet wel, van mijn zoon van wie u ooit het leven hebt gered’. Hij barstte vervolgens zoveel jaar na dato alsnog in tranen uit. Het geval herinner ik me nog precies. Hun zoon bleek achteraf de ziekte van Hirschsprung te hebben en begon drie dagen na zijn geboorte te braken. Omdat hun eigen huisarts niet langs wilde komen, belde de vader naar mij. Ik constateerde dat het kind een ilieus had en heb hem meteen ingestuurd.”

Verkeerde beenOok Den Engelsen en Sleutelberg hebben hun afscheid als een warm bad ervaren. “Ik dacht: nou, zo slecht heb ik het dus niet gedaan”, lacht Den Engelsen. “Maar ja, de fouten, die we natuurlijk ook allemaal hebben gemaakt, hoor je op zo’n moment niet.” Bakker: “Dat is waar. Niet voor niets zeggen ze wel-eens cynisch: ‘Elke dokter heeft zijn eigen kerkhof’. Soms pik je bepaalde verschijnselen nu eenmaal niet op of word je in een bepaalde situatie totaal op het verkeerde been gezet. Ik schoot wel eens wakker in het weekend in de stellige overtuiging dat ik iets over het hoofd had gezien. Dan belde ik nog even of ging langs. En als ik ze niet te pakken kreeg nam ik contact op met de HAPA met de mededeling: ‘Als die of die zich meldt…’ Gek genoeg gebeurde er dan niets. Of ik

‘Wat leuk om te ontdekken

dat we zo veel raakvlakken

hebben!’

Page 11: Amice 2012 jrg 18 nr.1

COLUMN PETER SLEUTELBERG, HUISARTS

Foto

Stu

dio

Wic

k N

atzi

jl

Geraniums

Ik heb vandaag geraniums gekocht, grote bloeiende. Nu ik er achter zit, voor het raam, belemmeren zij mijn zicht op de wereld. Niet alleen op mijn buitenwereld, de sterke geur van de geraniums lijkt ook mijn innerlijke wereld, mijn herinneringen aan 32 jaar huisarts zijn, te vertroebelen.

Gelukkig zie ik tussen de geraniums door ook de bloemen die ik kreeg op mijn afscheidsreceptie. Zo veel bloemen, zo veel mensen! De herinneringen komen naar boven, kristalliseren en laten me zien hoe waardevol de jaren als huisarts zijn geweest.

De dagen na de receptie heb ik rondgelopen met een warm, tevreden gevoel, maar ook met een vage beklemming van verlies, van rouw. Terwijl ik op de receptie de mensen de hand schudde, kwamen er flarden van gesprekken en aandoeningen naar boven. Ik hoorde wat ik voor hen heb betekend. Wat weet ik veel van hen, realiseerde ik me, mijn hoofd vol levensverhalen, soms heel intiem. Ik luisterde en associeerde. De openheid en het volle vertrouwen van de mensen zijn net als juwelen.

Associëren doe ik ook tijdens spreekuren: associëren en resoneren op wat me wordt verteld. Die resonantie leidt mij intuïtief in een richting waar ik een antwoord denk te moeten zoeken. Ik houd van die spanning van enerzijds de pure somatische diagnoses met kennis en techniek, en aan de andere kant de psychosociale problematiek. En vooral van dat overlappend gebied ertussen.

Luisterend tijdens de afscheidsreceptie besefte ik wat die vele gesprekken met mijzelf hebben gedaan, welke verandering ik heb doorgemaakt in die afgelopen dertig jaar. Hoe belangrijk zijn al die gesprekken voor mijzelf geweest! Na terugkomst uit Afrika ben ik langzaam van een instrumenteel actieve arts een beschouwende dokter geworden. Luisterend naar de persoon tegenover me, spiegelend aan de gevoelsbeelden die in me opkomen, associeer ik verder naar de kern van wat me wordt verteld. Terwijl ik tijdens spreekuurgesprekken mijn gevoel gebruik als baken en hem of haar door pijn, verdriet of rouw probeer te leiden, gebeurt er ook iets in mijzelf.

De verhalen, de ervaringen die me worden verteld, doen mij diep in mijzelf gevoelspatronen herkennen die ik oorspronkelijk niet begreep, zelfs niet eens kende. Patronen die ook mij in de loop van de tijd duidelijk maken hoe ik zelf met mijn eigen gevoel of verdriet omga. Ik begrijp de diepte en de vorm van de rouw bij de patiënt, maar ik heb ook de vorm en de diepte van mijn eigen rouw leren begrijpen. Is het een rijkdom, die associatieve benadering of behoor ik meer afstandelijk te zijn, neutraal, rationeel luisterend? Het heeft me echter dichter bij mijzelf gebracht en daardoor versta ik ook beter wat me wordt verteld.

Nu op afstand zoek ik een nieuw doel, waarin luisteren en reflecteren een onderdeel kunnen zijn. De geraniums heb ik in de schuur gezet, het beeld naar buiten en ook naar binnen is weer helder.

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 9

anders naar bepaalde dingen ben gaan kijken naar-mate ik ouder werd? Ik begon vol zelfvertrouwen met mijn praktijk en dacht: wat kan mij gebeuren? Ik weet alles! Maar in de loop van mijn leven bouwde ik meer reserves in. Omdat ik zag dat er toch ook veel mis kan gaan.”

Geen begrenzingenDe drie huisartsen kijken met enige scepsis tegen huidige ontwikkelingen aan. Bakker: “Iedereen moet bezuinigen, maar in mijn optiek blijven de zorgver-zekeraars ernstig in gebreke bij hun inkoop van zorg. Die poli’s die overal maar als paddenstoelen uit de grond schieten! Patiënten kunnen daar vaak ook nog zonder verwijzing terecht en het wordt allemaal door de zorgverzekeraars vergoed.”Den Engelsen: “Als er aanbod is, wordt er gebruik van gemaakt. Het heeft een aanzuigende werking.” Bakker knikt instemmend: “Iedere dokter maakt zijn eigen productie waar. Ook wij huisartsen laten ons daarin meesleuren. De hoeveelheid laboratorium-onderzoeken, röntgenfoto’s en andere medisch niet-noodzakelijke verrichtingen is de afgelopen vijf, zes jaar dramatisch toegenomen. Mensen willen hun PSA-waarde weten, hypertensie-patiënten willen een ECG. We leggen onszelf als huisarts ook geen begrenzingen op. Alles wat kan, lijkt ook wel te moeten.”

Niet goedkoperDen Engelsen: “Met de introductie van de ketenzorg is een groot deel van de tweede lijn naar de eerste lijn gehaald. Anders dan je zou verwachten heeft dat de tweede lijn niet goedkoper gemaakt, maar is de ont-stane ruimte opgevuld met de pukkelpoli, de duizelig-heidspoli, de valpoli noem maar op. Verrichtingen die voorheen door de huisarts werden gedaan, gebeuren daar nu voor een veelvoud van de prijs.”Sleutelberg: “Veel van de huidige ingrepen van overheidswege werken kostenopdrijvend. Neem de dbc’s. Die blijken in de praktijk fraudegevoelig. Nu willen ze dit systeem ook in de huisartsenzorg invoeren. Onbegrijpelijk.” Bakker is het volmon-dig met Sleutelberg eens. “Uit een steekproef van Zorgverzekeraars Nederland blijkt dat er in 2010 voor 6,2 miljoen euro frauduleus is gedeclareerd en voor 1 miljard euro aan foutieve declaraties is tegengehou-den. Met de DOT’s (Dbc’s Op weg naar Transparantie) moet nog blijken of het beter gaat.”

VrijheidEn dan tot slot… Voor Bakker geen zwart gat, want hij zal zich in Ethiopië niet snel vervelen. Maar hoe zit dat met Sleutelberg? “Ik blijf her en der waarne-men, heb net mijn registratie voor vijf jaar verlengd en de verzekeringen geregeld. Verder verblijf ik graag in ons tweede huis in Slowakije. Bovendien heb ik veel hobby’s.” Dat Den Engelsen nu geen verplichtingen meer heeft, vindt hij heerlijk. “Ik ben nooit zo’n plan-ner geweest, meestal komt er vanzelf wel weer iets op mijn pad. Maar voorlopig geniet ik van mijn vrijheid.”

Page 12: Amice 2012 jrg 18 nr.1

10 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

EERSTE LIJN MARJOLEIN VOORBERG, JOURNALISTMCA-GEMINI

Kijk voor een compleet overzicht van functies op www.gemini-ziekenhuis.nl of www.mca.nl en klik op ‘Zorgprofielen ziekenhuizen Noordkop bepaald.’

Gemini behoudt verloskunde en SEH, Alkmaar wordt dagziekenhuis

Het Gemini Ziekenhuis in Den Helder behoudt verloskunde en een SEH-afdeling die zeven dagen per week 24 uur geopend is. De locatie Alkmaarderhout wordt na de ingebruikname van het topklinisch interventiecentrum in Heerhugowaard een dagziekenhuis.

Dat heeft de raad van bestuur van de MCA Gemini Groep eind maart bekend gemaakt. “Als wij de keuzes nu zelf niet maken, worden ze voor ons gemaakt”, zei bestuursvoorzitter Harry Luik, doelend op het beleid van de minister ten aanzien van spreiding en concen-tratie van ziekenhuiszorg.

Vooral in Den Helder was met spanning gewacht op de bekendmaking van de plannen. Onder de noemer ‘Laat het Gemini niet in de kou staan’ was in de marinestad al een actiegroep in het leven geroepen om te strijden voor het behoud van het ziekenhuis. De bevolking kan gerust zijn: “Het Gemini vormt een belangrijke scha-kel in de zorg voor de bevolking van Den Helder en omstreken”, aldus Luik. “Het blijft beschikken over cru-ciale zorgfuncties en wordt hét systeemziekenhuis van de 21ste eeuw.”

ZiekenhuisartsVerloskunde en SEH blijven dus ook na 2015 gegaran-deerd, wanneer de nieuwbouw van het Helderse zie-kenhuis in gebruik moet zijn genomen. De SEH wordt geïntegreerd met de huisartsenpost voor de Kop van Noord-Holland. Buiten kantoortijden bieden SEH-artsen en het nieuwe specialisme ‘ziekenhuisarts’ de generalistische medische zorg. Voor de geboortezorg hebben een gynaecoloog, anesthesioloog en een kin-derarts dienst.Patiënten op de IC kunnen door middel van een tele-verbinding worden bewaakt vanuit de grote IC die in het topklinische ziekenhuis in Heerhugowaard

komt. Intensivisten en andere specialisten kunnen indien nodig van daaruit de Helderse ziekenhuis-artsen instrueren en begeleiden. In geval van nood wordt de patiënt met een gespecialiseerde ambulance naar Heerhugowaard gebracht. Luik zei zich te wil-len inspannen voor de komst van een mobiele inten-sive care unit (micu) naar de regio. De dichtstbijzijnde micu staat nu nog in Amsterdam.

Minder beddenHet ontwerp voor de nieuwbouw van het Gemini wordt enigszins aangepast. Het aanvankelijk geplande aantal van 150 verpleegbedden wordt teruggebracht tot honderd: tachtig voor de electieve zorg die gepaard gaat met verblijf, twintig voor de chronische zorg, kli-nische voor- en nazorg, geriatrie en ‘care’. Daarnaast komen er veertig bedden/stoelen voor dagbehande-ling voor alle vakken inclusief oncologische dagbe-handeling. De planbare behandelingen worden zo veel mogelijk volgens het short-stay-principe inge-richt. Alle (hoog)complexe behandelingen gaan naar Heerhugowaard. Met zorgaanbieder Omring, die beschikt over woonzorglocaties in de Kop, vindt over-leg plaats over een mogelijk gezamenlijk zorghotel waar patiënten na het ziekenhuisverblijf verder kun-nen herstellen.

Alkmaars ziekenhuisHet huidige MCA wordt na de ingebruikname van ‘Heerhugowaard’ een dagziekenhuis. Anders dan aan-vankelijk gedacht behoudt deze locatie niet alleen poliklinieken, maar blijven er ook vier tot zes OK’s en zo’n vijftig bedden voor dagbehandeling. De inspan-ningen van de Alkmaarse wethouder ten spijt, zal bevallen er niet mogelijk zijn. Luik schetste een aantal redenen voor de herziening van het besluit, van zowel praktische (een bi-locatie zou voor bijvoorbeeld kno en algemene chirurgie lastig uitpakken) als bedrijfseco-nomische aard. Maar ook marktoverwegingen tellen mee: “We zijn ook een beetje ondernemer. Als wij echt helemaal weggaan uit Alkmaar, bieden we andere zorgondernemers vrij spel. Bovendien: we zijn altijd een Alkmaars ziekenhuis geweest en zo blijven we dat deels.”

Vooruitlopend op eisen

die nu en in de toekomst

aan ziekenhuizen worden

gesteld, gaan de mcA

gemini groep en het rode

Kruis Ziekenhuis Bever-

wijk nauwer samenwer-

ken. Daartoe hebben

de betrokken raden van

bestuur en medische sta-

ven op 7 maart een inten-

tieverklaring getekend

en die bezegeld met een

feestelijk glas.

Foto Kees Blokker

Page 13: Amice 2012 jrg 18 nr.1

WILMA MIK, JOURNALIST NIEUWKOMER

Nieuwkomer‘Goede zorg begint met de vraag: Hoe wilt u het hebben?’

Lia de Jongh (51) is sinds 1 december 2011 voorzitter van de raad van bestuur van MagentaZorg in Heerhugowaard. De psychologe werkte eerder in de psychiatrie en de lichamelijk-gehandicaptenzorg, en was bestuurder bij De Pieter Raat Stichting.

“Wat me in de ouderenzorg aantrekt, is dat het gaat om mensen die een heel leven achter zich hebben. Mijn personeel - en ook ik - kan veel van hen leren. Tegen hen moet je niet zeggen: gaat u maar zitten, wij zorgen verder voor u. We moeten het samen doen. Wat kunnen de cliënten zelf nog en waar kunnen wij aanvullen? Vaak zijn ouderen veel te dankbaar voor de zorg die ze ontvangen. Terwijl het vertrekpunt moet zijn: hoe wilt u het de rest van uw leven nog hebben?”

> Wat trof u aan bij MagentaZorg?“Ouderenzorg komt nogal eens negatief in het nieuws. Het ruikt naar urine, het personeel graait, er is altijd wel wat. Maar ik ben juist heel erg trots op het perso-neel. Zij staan 24 uur per dag, zeven dagen in de week klaar voor onze ouderen. En ze zorgen ervoor dat de bewoners iedere dag een glimlach op hun gezicht heb-ben. Die inzet vind ik geweldig. MagentaZorg heeft drie grote verpleeghuizen, vier verzorgingshuizen, levert dagbehandeling en extramurale zorg. Ook ope-nen we steeds meer kleine voorzieningen: een huis waar zes, zeven mensen met elkaar wonen. Het is een divers aanbod, cliënten hebben dus de keus.”

> Valt er iets te kiezen? Ze zijn met zovelen.“Inspelen op de vergrijzing is een grote opgave voor ons. En met de vergrijzing komen er ook meer demen-terenden. Veel méér accommodaties komen er niet bij. Door een wetswijziging kunnen we per 2014 alleen nog mensen opnemen die echt niet meer thuis kun-nen wonen. Met extra geld van het kabinet hebben we de Magenta Academie opgezet, waar we extra mensen kunnen opleiden. We hebben iedereen nodig die in de zorg wil werken. Een ander doel van de Academie is de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Bijvoorbeeld door onze mensen ook te scholen in palliatieve zorg, of slimme ict-toepassingen te bedenken. Zo proberen we op diverse manieren te anticiperen op alles wat op ons af zal komen in de nabije toekomst.”

> Welke plannen heeft u?“Ik werk graag en veel samen. Met het ziekenhuis natuurlijk. Voor hen is het van belang dat we snel mensen kunnen opnemen die na een opname door botbreuken of cva moeten revalideren. En er speelt de ontwikkeling van het zorghotel. Met ActieZorg zijn we aan het onderzoeken of we die kunnen overnemen.

Binnenkort wordt duidelijk of dat lukt. Met de thuis-zorg staan we voor de grote opgave om een toene-mend aantal cliënten thuis te verzorgen. MagentaZorg draagt daar nu al zijn steentje aan bij en dat zal zeker toenemen. Uiteraard werken we nauw samen met stichting Geriant. En in het platform dementie, waar ik al enkele jaren voorzitter van ben, werken alle zorg-aanbieders en gemeentes in deze regio samen. Dat moet ook, wil je de problematiek rondom vergrijzing en dementie enigszins het hoofd kunnen bieden.”

> Waar vult u uw vrije tijd mee?“Ik ben een fanatiek duiker. Tijdens mijn vakanties zit ik het liefst onder water, en het liefst in verre wateren. Verder speel ik dwarsfluit. Maar de vrije tijd is behoor-lijk afgenomen met deze baan. Net nog kreeg ik een mailtje van mijn fluitleraar: wat dacht je ervan, Lia?”

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 11

Foto MagentaZorg

Page 14: Amice 2012 jrg 18 nr.1

12 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

HEIN DIK, JOURNALISTMCA

Erkenning voor Alkmaarse hoofd-halsoncologie

De werkgroep hoofd-halsoncologie van het MCA is officieel erkend als centrum voor behandeling van hoofd- en halskanker. Zo’n erkenning, toegekend door de Nederlandse Werkgroep voor Hoofd-Hals Tumoren, zegt iets over de kwaliteit van de behandeling, maar de betekenis reikt verder.

Belangrijk is vooral dat dit superspecialisme deel blijft uitmaken van het Alkmaarse ziekenhuis, ook als de behandeling van hoofd-halskanker in 2013 wordt beperkt tot hooguit tien, twaalf centra in Nederland. De meeste patiënten uit de regio kunnen dan nog steeds dicht bij huis worden geholpen.

In Nederland krijgen ongeveer 2600 mensen per jaar te horen dat ze hoofd-halskanker hebben, vertelt Rolf Bun, kaakchirurg-oncoloog in Alkmaar. De meesten zijn tussen de 55 en 75 jaar. Het gaat om tumoren in de mondholte, de keelholte, aan het strottenhoofd, de speekselklieren en neus en neusbijholten. De klach-ten kunnen ernstig zijn. Patiënten kunnen problemen hebben met ademhalen, eten, drinken en spreken. Hoewel hoofd-halskanker betrekkelijk zeldzaam is, gaat het wel om veel verschillende tumoren.

Preferred partner VUmcDe zorg voor patiënten met hoofd-halskanker is in Nederland gecentraliseerd in centra die beschikken over specialistische zorg en moderne faciliteiten op het gebied van diagnostiek, behandeling en revalida-tie. Het MCA vormt samen met het VU medisch cen-trum één van deze centra. “Wij zijn ‘preferred partner’ van het VUmc”, zegt radiotherapeut-oncoloog Jeroen Uppelschoten. “Dat betekent dat wij samen het grootste centrum in Nederland vormen. Het voordeel is dat je veel exper-tise kunt opbouwen.”In Alkmaar ziet men ongeveer 180 nieuwe hoofd-hals-kankerpatiënten per jaar. De grootste groep lijdt aan strottenhoofdkanker. De eerste diagnose heeft in Alkmaar plaats. Vervolgens wordt van mensen verwacht dat ze één keer een onderzoek ondergaan in het VUmc. Wekelijks komen de specialisten van VUmc en MCA bijeen voor een patiëntenbespreking.

Larynx-exirpatieZo’n 95 procent van de patiënten kan in Alkmaar ver-der worden behandeld. Een uitzondering vormen mensen bij wie het strottenhoofd weggenomen moet worden (larynx-exirpatie) en een kleine groep met een tumor hoog achterin de neus (nasofarynx-carcinoom).“Bij larynx-exirpatie”, vertelt Dick Warmerdam, kno-arts-oncoloog, “verliest de patiënt ook zijn stemban-

den. De ingreep is noodzakelijk bij circa tien procent van de mensen met strottenhoofdkanker. De opera-tie is ingrijpend en de nazorg gecompliceerd; vandaar dat gekozen wordt voor behandeling in Amsterdam. Hetzelfde geldt voor een bepaald type nasofarynx-car-cinoom dat een speciale vorm van bestraling vereist.”“Bij één op de twintig mensen is het dus nodig de behandeling voort te zetten in Amsterdam”, aldus Hans Blankestijn, kaakchirurg-oncoloog. “Alle anderen kunnen hier in Alkmaar geholpen worden.”

Roken en drinkenRoken en drinken zijn belangrijke oorzaken van tumo-ren in de mond- en keelholte, maar de ziekte kan ook ontstaan door een virus. De prognose voor patiënten die het door een virus hebben gekregen is een stuk beter dan de verwachting voor mensen bij wie roken en drinken een rol heeft gespeeld. De prognose van rokers en drinkers wordt nog slechter als dit gedrag tijdens en na de behandeling wordt voortgezet.De meest voorkomende tumor is het plaveiselcelcar-cinoom dat zich uit aan de oppervlaktebekleding van het slijmvlies. Deze vorm van kanker heeft de neiging zich uit te zaaien via de lymfeklieren. In het algemeen is genezing nog mogelijk als de kanker niet dieper zit dan de lymfeklieren, maar herstel wordt veel moeilij-ker als de ziekte verder verspreid is door het lichaam.De behandeling van hoofd- en halskanker is de afgelo-pen twintig jaar aanzienlijk verbeterd. Radiotherapeut Uppelschoten: “De grootste winst kun je in één woord samenvatten: orgaanpreservatie. Als iemand vroeger een tumor had in zijn tong, moest die tong eruit. Nu maken we gebruik van een transplantaat uit de arm van de patiënt - huid met bloedvaten - waardoor we de tong kunnen reconstrueren, of waarbij we er in elk geval voor kunnen zorgen dat de functie behou-den blijft. Als een kaak gereconstrueerd moet worden, kunnen we gebruik maken van bot uit iemands been.”Kaakchirurg-oncoloog Bun: “De operatietechnieken zijn enorm verbeterd en verfijnd: we combineren tra-ditionele chirurgische technieken met microchirurgie en plastische chirurgie. Bij reconstructies kunnen we een stuk huid transplanteren met bloedvaten die wor-den aangesloten. Tegenwoordig durven we een stuk kuitbeen weg te halen, want we weten dat de patiënt daar later geen problemen van ondervindt. Mensen kunnen bij wijze van spreken gewoon weer tennissen.”

Page 15: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 13

MCA

Vooruitgang geboektNaast chirurgie bestaat behandeling in veel gevallen uit een combinatie van bestraling en chemotherapie. “We gebruiken tegenwoordig soms een soort robot bij de bestraling. Daardoor kun je op plekjes komen die vroeger onbereikbaar waren. De aanpak met chemo-therapie tijdens de bestraling is de afgelopen tien jaar verbeterd en wordt steeds vaker toegepast.” Ongeveer vijftig procent van alle patiënten met hoofd-halskan-ker is na vijf jaar nog in leven. De kans op genezing is de laatste jaren ongeveer gelijk gebleven, maar de kwa-liteit van leven is aanzienlijk verbeterd. Minder vaak houden patiënten zichtbare uiterlijke misvorming over aan de behandeling, al kunnen de sociale gevol-gen nog steeds ingrijpend zijn. Littekens in de hals zijn niet altijd te vermijden. Ook functionele beper-kingen zoals stem-, spraak- of slikproblemen kunnen voorkomen. Mensen hebben soms last van een droge mond, pijn, kortademigheid of vermoeidheid.Uppelschoten: “Over het algemeen kunnen we de aan-vankelijke tumor goed behandelen. We zien dan dat die tumor is verdwenen, maar mensen gaan dood aan een tweede primaire, of een metastase op afstand.” Als mensen zich met klachten melden, duurt het hooguit een week voor ze op het spreekuur komen.Bun: We ontvangen mensen met zijn drieën: de kaak-chirurg-oncoloog, de kno-arts-oncoloog en de radio-therapeut. Mensen zien opeens veel witte jassen, maar

het voordeel is dat ze niet langs drie poli’s hoeven. We maken een behandelplan of onderzoeksplan in het bijzijn van de patiënt. De hele diagnostiek is normaal gesproken in twee weken afgerond.”

CasemanagerHet aantal medisch specialisten en paramedici dat in het MCA samenwerkt bij de behandeling van hoofd- halskanker is indrukwekkend. Zo zijn er oncologisch geschoolde kaakchirurgen, kno-artsen, radiothera-peuten, internist-oncologen, plastisch chirurgen, tandartsen, radiologen, nucleair geneeskundigen, patholoog-anatomen, maar ook een diëtiste, een mondhygiënist, een logopedist, een fysiotherapeut en een gespecialiseerde verpleegkundige casemanager.Bun: “Omdat de behandeling over zo veel schijven loopt, heeft de patiënt een pleitbezorger in het zieken-huis nodig, een aanspreekpunt, iemand die het over-zicht houdt en coördineert. Dat is de casemanager.We hechten aan goed contact met de eerste lijn, daarin speelt de casemanager een rol. Ze neemt con-tact op met huisarts, maatschappelijk werk of psycho-loog als daaraan behoefte is.”

De kaakchirurgen uit de werkgroep hoofd-halsoncolo-gie van het MCA werken ook in het Westfriesgasthuis en in het Gemini ziekenhuis, zodat patiënten uit deze regio’s ook dicht bij huis behandeld kunnen worden.

De multidisciplinaire werkgroep hoofd-halsoncologie van het mcA. Zittend vlnr: Bart Wiarda, radioloog; Henna reigman, nucleair geneeskundige;

Hans Blankestijn, kaakchirurg-oncoloog; rolf Bun, kaakchirurg-oncoloog; rens Huisinga, plastisch chirurg; jeroen Uppelschoten, radiotherapeut-

oncoloog. Staand: guido de Kuijper, kno-arts; Anouk Bolluijt, casemanager; Frederik van Oosterom, plastisch chirurg; Henk-jan van Slooten, patho-

loog; Dick Warmerdam, kno-arts, hoofd-hals chirurg; martin Heitbrink, radioloog; matthijs Hendriks, internist-oncoloog; caroline Smorenburg, inter-

nist-oncoloog. Op de foto ontbreken patholoog nelly Breeuwsma en plastisch chirurg robert Kanhai.

Foto Studio Wick Natzijl

Page 16: Amice 2012 jrg 18 nr.1

14 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

HEIN DIK, JOURNALISTSAMENWERKING

Een 8,5 voor Alkmaarse Specialiteiten

Met een mix van informatieve presentaties, medisch nieuws en sociaal samenzijn blijkt Alkmaarse Specialiteiten een populaire gebeurtenis. Huisartsen en specialisten komen er graag voor naar het MCA.

Een 8,5. Met dat cijfer spraken de deelnemers bij de eva-luatie na afloop van de Alkmaarse Specialiteiten 2012 hun waardering uit voor het evenement als geheel. Ook de afzonderlijke activiteiten scoorden goed: de twin-tig korte informatieve presentaties kregen alle een hoger cijfer dan zeven. Dit vertelt de Egmondse huis-arts Michiel Zwartkruis, dagvoorzitter tijdens de bijeen-komst die eind januari in het MCA plaats had.

Het was voor de tweede keer dat Alkmaarse Specia-liteiten werd gehouden. Zo’n tachtig huisartsen en zeventig specialisten namen deel aan de gebeurtenis, een gezamenlijk initiatief van Huisartsen Organisatie Noord-Kennemerland (HONK) en het MCA.Driekwart van de 110 huisartsen in Noord-Kennemer-land komt er graag voor naar Alkmaar. “En alle speci-alisten zijn van harte bereid een praatje te houden”, aldus Zwartkruis.

Nascholing huisartsenWil je een rondleiding op de afdeling dialyse? Het kan tijdens Alkmaarse Specialiteiten. Heb je zin om een

voordracht bij te wonen over angstbegeleiding bij tand-heelkunde? Geen probleem. Wil je meer weten over exacerbatie bij ademhalingsproblemen? Je bent wel-kom in de poli. En dit zijn maar een paar voorbeelden.De aanzet tot Alkmaarse Specialiteiten is gegeven door de Werkgroep Deskundigheidsbevordering Huisartsen (WDH), vertelt Zwartkruis: “Het is in onze regio een van de activiteiten in het kader van nascholing van huisartsen. We hebben ons daarbij laten inspireren door Haarlem waar men iets soortgelijks deed.”Naast plenaire inleidingen en voordrachten hebben er in de poliklinieken zo’n veertien carrouselpresentaties plaats over vier rondes van twintig minuten. Daarnaast vormen aperitief en diner de gelegenheid bij uitstek om kennis te maken en bij te praten. Een mogelijkheid waar Ingeborg van Ool, huisarts in Zuid-Scharwoude, graag gebruik van maakt. “Ik ben hier omdat ik me op de hoogte wil stellen van nieuwe ontwikkelingen”, vertelt ze. “Bovendien vind ik het goed om mensen te leren kennen. Ik werk pas sinds vorig jaar in deze regio.”

rondleiding over de dia-

lyseafdeling. Vlnr ver-

pleegkundige marianne

Komen, de huisartsen

marc comans, Hermieke

Veldkamp, Karin Louter,

michael van Bruggen en

Bart Huber, en mcA-inter-

nist-nefroloog Fenneke

Frerichs.

Foto’s Studio Wick Natzijl

Page 17: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 15

SAMENWERKING

Betekenis voor eerste lijnDe bijeenkomst begint met hard nieuws over de Alkmaarse ziekenhuissituatie. “Alkmaar houdt een dagziekenhuis met poliklinieken”, vertelt Harry Luik, voorzitter van de raad van bestuur van de MCA Gemini Groep. Dat is een aanpassing van het oor-spronkelijke plan waarin het de bedoeling was alle voorzieningen onder te brengen in het nieuw te bou-wen ziekenhuis in Heerhugowaard. Volgens de ziekenhuisbestuurder ontstaan er de komende twintig jaar aan de ene kant dagziekenhui-zen die nauw samenwerken met de eerste lijn bij de behandeling van chronische aandoeningen en aan de andere kant kernziekenhuizen waar gecompliceerde behandelingen en interventies plaats vinden.“Die ontwikkeling is al aan de gang”, aldus Luik. “Mensen met diabetes zijn niet meer de patiënt van de internist. Met chronisch hartfalen en chronische aan-doeningen in het algemeen gaat het dezelfde kant op. De verwachting is dat ook kanker zich gedeeltelijk tot een chronische ziekte zal ontwikkelen.”Het is een toekomstvisie die niet door iedereen wordt gewaardeerd. “Vanuit de politiek wordt het erg top down benaderd”, vindt Marc Comans, huisarts in Alkmaar. “Men gaat uit van een topklinisch inter-ventiecentrum met daar omheen een aantal dagzie-kenhuizen, maar ik maak me zorgen over wat dat betekent voor de eerste lijn. Als je niet oppast blijven wij met ‘de spaghetti’ zitten: met een uitgekleed bud-get chronische patiënten opvangen, de mensen met diabetes, COPD, hartfalen of meervoudige klachten.”

PipostraatEven later houdt kinderarts Wilfried Hack in dezelfde zaal een inleiding over urine-incontinentie bij kin-deren. Hij waarschuwt voor onderschatting van deze klacht, een risico dat dreigt doordat kinderen soms doen alsof het ze weinig kan schelen.

“Neem het serieus”, aldus de kinderarts. “Ontken niet dat er iets aan de hand is, roep niet meteen dat ‘het tussen de oren zit’, dat is lang niet altijd het geval. Broekplassen en in bed plassen kunnen wel degelijk een pathologische achtergrond hebben. Zo kan er sprake zijn van een neurogene blaas, maar ook andere anatomische factoren kunnen een rol spelen.”Kinderen die met dit probleem in het ziekenhuis komen, worden ontvangen in de Pipostraat van de polikliniek kindergeneeskunde. Men spreekt van ‘straat’ omdat men er naar streeft de onderzoeken en gesprekken in de poli in één aaneengesloten dagdeel af te handelen. De behandeling is in handen van een multidisciplinair team met een kinderarts, kinderver-pleegkundige, kinderfysiotherapeut, continentiever-pleegkundige, een pedagogisch medewerkster en een orthopedagoog.

Donatie en transplantatieGevoelige contrasten zijn soms onvermijdelijk met zoveel verschillende inleidingen. Een paar uur later geeft donatiefunctionaris Anne-marie van den Berg-Rooijakkers een overzicht hoe je als huisarts kunt han-delen op het gebied van donatie en transplantatie als een patiënt thuis overlijdt. Systematisch loopt ze de verschillende stappen door die je als huisarts moet zetten. Wat was de wens van de overledene? Geven nabestaanden toestemming tot donatie? Welke leeftijdsgrenzen worden gehanteerd voor de verschillende te transplanteren weefsels of organen? Zijn er contra-indicaties? Hoe schakel je de Nederlandse Transplantatie Stichting in?Karlijn Walvis, huisarts in De Rijp, heeft het in de praktijk meegemaakt, vertelt ze. “Een jonge vrouw kwam vrij acuut te overlijden. Er was een wilsbe-schikking. Nadat ik de Nederlandse Transplantatie Stichting in Leiden had geïnformeerd, kreeg ik bin-nen tien minuten bericht dat er geen contra-indicaties

Dermatoloog georg

Stumpenhausen verzorgt

een voordracht.

Page 18: Amice 2012 jrg 18 nr.1

16 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

SAMENWERKING

waren. Vervolgens is ze opgehaald en heeft in Alkmaar donatie plaats gevonden.”

KerkbacteriënHarrie Sterke, coördinator bij HONK, schetst de toe-komstvisie van deze organisatie op de eerste lijn, met name waar het om ouderen gaat. In een aantal huis-artsenpraktijken wordt onderzocht hoe mensen boven de zeventig langer en met een betere kwaliteit van leven thuis kunnen blijven wonen. Hij heeft kritiek op het overheidsbeleid dat aan de ene kant graag verster-king ziet van de eerste lijn, maar aan de andere kant bezuinigt op huisartsenzorg.Arts-microbioloog Fer Vlaspolder relativeert in zijn inleiding het begrip ‘ziekenhuisbacteriën’, want overal waar mensen zijn heeft overdracht plaats en we spreken ook niet van kerkbacteriën. Die relativering verhindert hem niet op de risico’s te wijzen en op de noodzaak van passende maatregelen. Ook wijst hij op het gevaar van overmatig antibioticagebruik in de bio-industrie.

WisselwerkingWim Schuurman, huisarts in Bergen, laat de beteke-nis zien van ict-huisarts-informatiesystemen en hun samenhang met vergelijkbare methodes bij ziekenhui-zen en apotheken. “We wilden graag een onderwerp waarbij de specialisten ook een keer naar een huisarts konden luisteren”, licht Zwartkruis toe. “Het is goed als er wisselwerking is. Vandaar dit onderwerp. Zowel huisartsen als specialisten hebben met ict te maken en maken gebruik van elkaars systemen.”Hij noemt kennisoverdracht een belangrijk aspect van Alkmaarse Specialiteiten, “maar”, vindt hij, “de soci-

ale kant is minstens zo belangrijk. Er komen nieuwe specialisten bij. Mensen vestigen zich in deze regio. Soms wordt een specialisme toegevoegd. Als je elkaar dan hier spreekt, maakt dat volgende contacten makkelijker.”Hij onderkent dat klantenbinding tussen ziekenhuis, specialisten en huisartsen ook een rol speelt. “Maar uiteindelijk bepaalt de kwaliteit van de zorg of men-sen naar je toe willen komen. Alleen helpt het als je elkaar wat beter kent.”

Speelse vormBehalve als organisator is Zwartkruis ook als deel-nemer betrokken bij het evenement. “Ik heb een inleiding over coeliakie bijgewoond door maag-, darm- leverarts Klemt-Kropp. Je hoort toch altijd weer een paar nieuwe dingen: testjes waar je als huisarts iets mee kunt. Dat beantwoordt precies aan de bedoe-ling die we hebben met Alkmaarse Specialiteiten. We hopen dat in ieder praatje een element zit waar je wat aan hebt.We vragen onze inleiders ook om als het even kan een speelse, uitdagende vorm te kiezen voor hun ver-haal. De mdl-artsen presenteerden hun informatie in de vorm van een quiz. Dat is heel leuk. Je krijgt nog steeds dezelfde info, maar wordt uitgedaagd om keu-zes te maken, om mee te doen, om na te denken.”

Aan het slot van Alkmaarse Specialiteiten blijven som-mige deelnemers nog even hangen rond de ijskar uit vroeger tijden die in de gang is opgesteld. Ook daar blijkt veel waardering voor de formule van het evene-ment met zijn stroom aan informatie, blik op de toe-komst en uitwisseling van meningen en vragen.

De ijskar uit vroegere

tijden.

Page 19: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 17

PERSONALIA

Marijke van Putten is benoemd tot lid van de raad van bestuur van GGZ NHN. Zij was daar directeur innova-tie. Zij is, naast bestuursvoorzit-ter Adriaan Jansen, belast met de behandelinhoudelijke portefeuille. Van Putten is opgeleid tot huisarts en psychiater.

Kijk voor meer personalia op www.tijdschriftamice.nl

Richard Dutrieux is als patholoog toegelaten tot de medische staf van het MCA. Hij is net als de zittende patholo-gen verbonden aan Symbiant. Dutrieux (1957) komt van het Leids Cytologisch en Pathologisch Laboratorium en werkte voordien als klinisch patholoog in het BovenIJ Ziekenhuis en het Zaans Medisch Centrum.

In het Gemini Ziekenhuis is Annemarie Heldens (foto) gestart als ziekenhuis-apotheker. Zij is de opvolgster van Gert Beuman, die gebruik maakt van de VUT-regeling. Ook nieuw in het Gemini zijn Ritsert Boonstra (orthopedisch chirurg/chef de clinique) en Ariadne Schreve-Steensma (chef de clini-que cardiologie).

Sander van Haelen is in het Gemini Ziekenhuis begonnen als SEH-arts. Dit medisch specialisme is nieuw in Den Helder. Naast de zorg voor de spoedpatiën-ten behoort ook het inwerken en begelei-den van poortartsen en verpleegkundig speci-alisten tot zijn taken. Van Haelen is opge-leid in het MCA en werkte voordien al als arts-assistent in het Gemini. In die hoedanigheid was hij regel-matig als poortarts op de SEH werkzaam.

In het Gemini Ziekenhuis is Muneer Al-Ali (48) begonnen als anesthesioloog. Hij is geboren in Irak waar hij ook is opge-leid tot anesthesioloog en in 1992 afgestu-deerd. Hij is sinds 1994 in Nederland, waar hij in 2000 als basisarts is afgestudeerd. Hij werkte zes jaar als sociaal geneeskundige en heeft de opleiding tot anesthesioloog opnieuw gedaan in Leuven.

Jeroen Kreuger is per 1 januari opgestapt als voor-zitter van de raad van bestuur van het Westfriesgasthuis. Aanleiding was verschil van inzicht met de raad van toezicht. Hugo Keuzenkamp, lid van de raad van bestuur, neemt tijdelijk de taken waar.

Jaap Willems, voormalig orthopedisch chirurg van het MCA, is bij zijn afscheid van het OLVG benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Willems, die der-tien jaar aan het MCA was verbonden voor hij in 1998 hoofd van de afdeling ortho-pedie in het OLVG werd, is onderscheiden vanwege zijn verdiensten op het gebied van de schouderchirurgie.

Jantine Venker (1979) is per 1 janu-ari toegetreden tot de maatschap KNO-artsen van het MCA. Ze heeft haar studie geneeskunde in 2005 afgerond in het VUmc. De opleiding tot KNO-arts heeft zij recent voltooid in Leiden. Haar bijzonder aandachts-gebied is de vestibulogie.

Jelle Vleer (70) heeft na tien jaar afscheid genomen als arts van het Hospice Alkmaar. Samen met o.a. Sicco Konijn en Tineke Reitsma was hij een van de grondleggers van dit hospice. Vleer was van 1977 tot 2003 als internist-oncoloog verbonden aan het MCA.

Gynaecoloog Johan Quispel is de maat-schap obstetrie en gynaecologie in het Gemini Ziekenhuis komen versterken. De geboren Rotterdammer heeft in het kader van zijn specialisatie ‘rondzwervingen’ door andere havensteden zoals Antwerpen en Gent achter de rug en is nu als ‘jonge klare’ aangemeerd in Den Helder.

Hans Kedzierski, voormalig voorzitter van de raad van bestuur van het MCA, vertrekt naar Qatar. Hij treedt daar toe tot het management van Hamad Medical Corporation. Kedzierski was sinds zijn vertrek uit Alkmaar in februari 2009 bestuursvoorzitter van GGZ Friesland.

Tycho van Meer (1974) werkt sinds 1 maart als gynaecoloog in het MCA. Hij heeft de opleiding tot gynaecoloog in het LUMC en in Haaglanden gevolgd en in 2009 afgerond. De fellow opleiding mini-maal invasieve chirurgie heeft hij in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein afgerond.

Bas van der Spek (1980) treedt per 1 april toe tot de maatschap interne genees-kunde/mdl van het MCA, als opvolger van Hans Tuynman. Van 2005 tot 2009 werkte hij al als aios interne in het MCA.

Carrièrestap? Nieuwe collega? Prijs gewonnen? Afscheid in zicht? Meld het ons via [email protected]

Martijn Bruijn (1977) is sinds 1 november kinderarts in het MCA. Hij werkte als kinderarts-onderzoe-ker op de afdeling IC voor kinderen in het AMC/EKZ en nam al geruime tijd als kinderarts waar in het MCA. Bruijn is bezig met het promotie-onderzoek Host factors in pediatric acute lung injury: epidemiology and pathophysiology.

Raphael Schulte, psychiater en opleider bij GGZ Noord-Holland-Noord, is in de Mednet Topartsenverkiezing winnaar geworden in de categorie psychiatrie. MCA-cardioloog Victor Umans staat dit jaar voor de derde achtereen-volgende keer in de top-3

van het specialisme cardiologie.

Page 20: Amice 2012 jrg 18 nr.1

18 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

EERSTE LIJN HARM MENGER, ARTS INFECTIEZIEKTEBESTRIJDING GGD HOLLANDS NOORDENREGIONIEUWS

Vietnam tussen de tulpen

Onder de titel ‘Vietnam tussen de tulpen’ hebben de GGD’en Hollands Noorden en Zaanstreek-Waterland een project uitgevoerd met als doel zo veel mogelijk gevallen van hepatitis B onder Noordhollanders van Vietnamese oorsprong op te sporen. De uitkomst: ruim zeven procent van hen is HBs-Ag-positief.

Sinds chronische hepatitis B in 1999 meldingsplich-tig is geworden, hebben de infectieziektebestrijders van beide GGD’en een opvallend groot aantal meldin-gen van deze ziekte bij Vietnamezen gekregen. Toen we ons daarin gingen verdiepen, ontdekten we dat hepatitis B in Vietnam - zoals in heel Zuidoost-Azië - schrikbarend veel voorkomt: zo’n tien procent van de bevolking is drager van het virus. In onze regio’s woont een grote groep mensen van Vietnamese oorsprong en we vonden het belangrijk om te onderzoeken of voor hen hetzelfde geldt. GGD-collega’s in Rotterdam en Den Haag zijn ons in 2009 en 2010 voorgegaan met vergelijkbare acties voor de Chinezen in hun steden onder de noemer ‘China aan de Maas’ en ‘China aan de Noordzee’. Die acties zijn voor ons belangrijke voorbeelden geweest.

De kern van de groep Vietnamezen in onze regio’s is rond 1980 als bootvluchteling naar Nederland gekomen. De grote meerderheid is in Alkmaar,

Heerhugowaard, Hoorn en Purmerend neergestreken. De groep is inmiddels gegroeid tot zo’n 2400 perso-nen, verdeeld over ongeveer even grote groepen in Alkmaar, Hoorn en Purmerend en een kleinere groep in Heerhugowaard. De mensen zijn hecht verenigd in vier verenigingen in de vier steden. Deze omstandig-heden zijn ideaal voor het project dat wij beoogden. We zouden immers via de verenigingen met weinig moeite een groot aantal mensen kunnen bereiken.

Exacte doelgroep Onze infectieziektebestrijders hebben uitvoerig nage-dacht over de exacte doelgroep van ons project en het labonderzoek dat we, gelet op onze financiële moge-lijkheden, bij deze doelgroep wilden laten doen. De belangrijkste wijze van overdracht van hepati-tis B in landen met hoge prevalentie is van moeder op kind bij de geboorte. Sinds de invoering in 1989 van de zwangerenscreening en daarmee samenhan-gend de behandeling van pasgeborenen van hepatitis

De projectgroep,

bestaande uit medewer-

kers van beide ggD’en en

de voorzitters van de vier

verenigingen. Staand vlnr

Van Hung Ha (Alkmaar),

Harm menger (ggD

Hollands noorden), nhiem

chu (Purmerend),

mien-Ly Dang (Alkmaar).

Knielend Hung Pham

(Hoorn), george neve en

ilja geertzen (ggD

Zaanstreek-Waterland),

Kees molenkamp (ggD

Hollands noorden).

Foto Dung Nguyen

Page 21: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 19

REGIONIEUWS

B-draagsters zijn er in Nederland vrijwel geen kin-deren meer geboren die bij de geboorte besmet zijn geraakt met hepatitis B. Daarom hebben we de doel-groep van ons project gedefinieerd als: mensen van Vietnamese etniciteit geboren vóór 1 januari 1990, als-mede jongeren van Vietnamese etniciteit geboren na 1990, maar alleen als ze niet in Nederland zijn gebo-ren. Deze doelgroep omvat omstreeks 1600 personen.

Alleen HBs-AgGelet op de doelstelling ‘opsporing van dragers’ lag het voor de hand dat we alleen het HBs-Ag zouden laten bepalen. Maar met één of twee extra bepalin-gen zouden we aanzienlijk meer informatie kunnen krijgen. Met de bepaling van de anti-HBc-antistoffen kunnen we vaststellen of de persoon ooit in het leven besmet is geraakt en met de bepaling van de anti-HBs-antistoffen zouden we de mensen vervolgens kunnen melden of ze al dan niet immuun zijn en zouden we dus een vaccinatieadvies kunnen geven. Uiteindelijk hebben we besloten dat onze financiële middelen slechts toereikend waren om alleen het HBs-Ag te laten bepalen.

MicrobiologenNatuurlijk hebben we voor het onderzoek nauw con-tact gehad met de vier verenigingen van Vietnamese Noord-Hollanders. Voorts hebben beide GGD’en inten-sief overlegd met de microbiologen in de labs van het MCA, het Westfriesgasthuis en het Zaans Medisch Centrum. De mdl-artsen in de drie ziekenhuizen zijn ingelicht, net als de huisartsen in de wijken van Alkmaar, Heerhugowaard, Hoorn en Purmerend waar veel Vietnamezen wonen. Ook hebben we ons met succes ingespannen om, naast zorgverzekeraar UVIT, spon-sors te vinden. Het labonderzoek is betaald uit het regionale fonds voor onderzoek in de infectieziekte-bestrijding, afkomstig van het RIVM. De ziekenhuizen zijn ons ter wille geweest door ons ervaren prikkers ter beschikking te stellen voor de grote ‘prikacties’ op twee zaterdagmiddagen in april 2011. Ten slotte hebben we onze eigen epidemiologen bij het project betrokken om ons te helpen bij de ver-werking van de gegevens.

HBs-Ag-negatiefVoor de afdelingen infectieziektebestrijding van onze twee GGD’en begon het echte werk pas toen de uitsla-gen ongeveer drie weken na de prikacties binnenkwa-men. Terwijl onze infectieziektebestrijders normaal gesproken ongeveer één melding van hepatitis B per één of twee weken krijgen, hadden we er bij de GGD Hollands Noorden in één klap 32 en bij de GGD Zaanstreek-Waterland 21. De deelnemers die HBs-Ag negatief bleken te zijn, heb-ben allen een brief thuis gekregen waarin ze op de hoogte werden gesteld van hun uitslag. Ze hebben daarbij het advies gekregen desgewenst nader onder-zoek naar hun immuniteit te laten doen op eigen kos-ten, bij voorbeeld als ze van plan zouden zijn hun land van herkomst te gaan bezoeken.

Persoonlijk gesprekAlle positieven zijn door onze infectieziektebestrijders in een persoonlijk gesprek op de hoogte gesteld van hun uitslag en de gevolgen daarvan. In die gesprek-ken is ook steevast het noodzakelijke contactonder-zoek besproken. De huisartsen van de positieven zijn ingelicht en verzocht om aanvullend onderzoek aan te vragen - we hadden immers alleen de positieve HBs-Ag-uitslag. Het contactonderzoek bij een HBs-Ag-positieve patiënt houdt meestal in dat wij een partner en de kin-deren moeten laten onderzoeken op besmetting in het verleden en mogelijke immuniteit. De GGD Hollands Noorden heeft 92 contactpersonen laten onderzoeken, dus ongeveer 3 per HBs-Ag-positieve patiënt.

HuisartsenAlle huisartsen van HBs-Ag-positieven zijn geïnfor-meerd en geadviseerd over onze bevindingen. Als het om de patiënt zelf ging adviseerden wij bijvoorbeeld hetzij verwijzing naar de mdl-arts, hetzij periodieke controle, conform de richtlijnen daarvoor. Als het om de contactpersonen ging, adviseerden wij zo nodig vaccinatie. Begin november 2011 is de laatste rappor-tage aan de huisarts van een HBsAg-positieve deelne-mer de deur uit gegaan. In totaal zijn veertien personen verwezen naar de tweede lijn voor nader onderzoek. De overige positie-ven hebben het advies gekregen zich door hun huis-artsen in de toekomst te laten controleren.

De resultaten

In Alkmaar zijn 266 personen geprikt. Van hen bleken 15 HBs-Ag positief te zijn. In Hoorn zijn 254 mensen geprikt; 17 bleken HBs-Ag positief. In Purmerend is van 158 mensen bloed afgenomen; 21 bleken HBs-Ag positief. Totaal: 678 personen geprikt, 53 HBs-Ag-positieven. In percentages: Ons bereik: 678 op 1600 personen (42,4 procent). Vergeleken met de andere projecten is dat een zeer goede score. We hadden verwacht ongeveer tien procent HBs-Ag-positieven te vinden. Maar we zijn lager uitgekomen: In Alkmaar: 15 op 266 personen positief (5,6 procent); aanzienlijk lager dan we hadden verwacht. In Hoorn: 17 positieven op 254 personen (6,7 procent); lager dan verwacht. In Purmerend: 21 positieven op 158 personen (13,3 procent); hoger dan verwacht. Totaal: 53 op 678 (7,8 procent). Dat percentage is lager dan we hadden verwacht, maar het komt overeen met de percentages van de andere projecten in het land.

Volgens onze informatie zijn van de 15 positieven in Alkmaar en Heerhugowaard drie personen verwezen naar de mdl-artsen in het MCA; van de 17 positieven in Hoorn vier personen naar de mdl-artsen in het Westfriesgasthuis en van de 21 positieven in Purmerend zeven personen naar de mdl-poli in het VUmc.

Page 22: Amice 2012 jrg 18 nr.1

20 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

LINDA RIS, JOURNALISTSAMENWERKING

Deskundige begeleiding van handletselpatiënten in de eerste lijn

Patiënten die handtherapie krijgen op de revalidatieafdeling van het MCA kunnen voor hun vervolgbehandelingen nu terecht bij een ergo- of fysiotherapiepraktijk in hun buurt. Een unieke samenwerking, zowel qua inhoudelijke vormgeving als op het gebied van kwaliteitstoetsing en deskundigheidsbevordering.

In Nederland lopen jaarlijks zo’n zeventigduizend mensen handletsel op door een ongeval. Daarnaast worden er mensen met aangeboren afwijkingen behandeld. Een aandoening of letsel aan hand, pols of onderarm kan grote gevolgen hebben voor het dage-lijks functioneren, zoals problemen met schrijven, aan- en uitkleden of een boterham smeren. Om men-sen weer zo snel mogelijk goed te laten functioneren is deskundige begeleiding en behandeling meestal noodzakelijk.

Thieu Berkhout, werkzaam als fysio- en handthera-peut in het MCA: “Door de complexiteit van de han-den is behandeling ook vaak nodig in geval van een ogenschijnlijk eenvoudige contractuur aan de vin-ger. We hebben niet de pretentie dat we alles kunnen oplossen, maar vaak zijn mensen al met een paar sim-pele tips te helpen. Laatst vertelde een vrouw dat ze zo’n moeite had met het afgieten van de aardappels. Toen ik riep: ‘Wat is er mis met een vergiet’? bleek ze daar geen moment aan te hebben gedacht.”

Stroom patiëntenDankzij vernieuwende inzichten en verbeterde opera-tietechnieken sturen reumatologen en plastisch chi-

rurgen patiënten met handletsel steeds vaker door naar de revalidatieafdeling van het MCA. Ook chro-nische pijn-, MS- en kankerpatiënten doen in toene-mende mate een beroep op de revalidatieafdeling. Handrevalidatie is vaak een intensief en langdurig traject, aldus Berkhout. “De stroom patiënten met handletsel groeide ons een beetje boven het hoofd. Daardoor ontstond binnen het MCA de wens een eer-stelijns Netwerk Handtherapie van ergo- en fysiothera-piepraktijken te starten. De deelnemende praktijken zouden verspreid moeten zijn over de subregio’s Noord-Kennemerland en Kop van Noord-Holland, zodat patiënten niet steeds heen en weer hoeven reizen voor hun behandeling. De negen praktijken van het netwerk bevinden zich in Broek op Langedijk, Noord-Scharwoude, Heiloo, Heerhugowaard, Alkmaar, Oudorp, Schagen, Koedijk en Tuitjenhorn.”

SpecialismeHandtherapie is een specialisme dat door een speci-fiek opgeleide ergo- en/of fysiotherapeut wordt uitge-oefend. Soms krijgen patiënten (eerst) handtherapie op de revalidatieafdeling. Veel voorkomende aandoe-ningen als artrose, het Carpaal Tunnel Syndroom (CTS), een Boutonnière-, Mallet- of Trigger-vinger

Netwerk Handtherapie Noord-West

Met behulp van eerstelijns ondersteuningsorganisatie ZONH, die het initiatief procesmatig begeleidde, is sinds eind 2010 gewerkt aan de totstandkoming van het eerstelijns Netwerk Handtherapie Noord-West. Op 20 september 2011 was het netwerk officieel een feit. Tijdens het landelijk substitutiecongres 2011 won het de tweede prijs voor het beste substitutie-initiatief.

De belangstelling om deel te nemen was vanaf het begin groot. Van de praktijken die zich hadden aangemeld viel de helft af. Op basis van de verwachte vraag is gekozen voor een spreiding van praktijken met de beste faciliteiten. Thijs Zaadnoordijk is fysiotherapeut, lid en penningmeester: “Het netwerk heeft een structuur die vergelijkbaar is met een vereniging inclusief een voorzitter, penningmeester en secretaris, maar zonder juridische entiteit. Daarnaast zijn er commissies voor deskundigheidsbevordering, kwaliteitsbewaking en communicatie/informatievoorziening. Binnen deze commissies wordt gewerkt aan de inhoudelijke richtlijnen. Uiteraard wordt hierbij zo veel mogelijk aangesloten bij de werkwijze en protocollen van het MCA.”Op het gebied van kwaliteit en deskundigheidsbevordering wordt actief samengewerkt met het MCA. Afspraken zijn vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst die op 24 januari door beide partijen is ondertekend. Voor de verwijzers (huisartsen, specialisten) is een folder ontwikkeld.

Page 23: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 21

SAMENWERKING

kunnen nu ook rechtstreeks worden verwezen naar fysio- en ergotherapeuten uit het Handennetwerk. Overigens hoeft de doorverwijzing niet altijd via het MCA te lopen. Ook de huisarts kan direct doorverwij-zen naar het netwerk. In alle gevallen wordt samen met de patiënt bekeken wat er nodig is om de hand-functie zo goed mogelijk te herstellen. De therapie kan bestaan uit voorlichting, spalk of oefentherapie waarbij patiënten hun hand opnieuw leren gebruiken zodat ze hun dagelijkse bezigheden en werk weer kun-nen hervatten.

Eigen specifieke vaardighedenDoor de intensieve samenwerking tussen de therapeu-ten uit het netwerk onderling en de afdeling revali-datie komen patiënten nu terecht waar ze het beste kunnen worden geholpen. Daarnaast is de zorg voor handpatiënten toegankelijker geworden en in veel gevallen dichter bij huis. Omdat ergo- en fysiothera-peuten hun eigen specifieke vaardigheden hebben, werken zij nauw samen om patiënten met handaan-doeningen zo effectief mogelijk te helpen. Martine van Beek-Tauber, lid en ergotherapeut: “Of de pati-ent nu bij mij of bij de fysiotherapeut moet zijn is een beetje een grijs gebied. We hebben vanuit ons vak bei-den onze specifieke kwaliteiten. De ergotherapeut op het gebied van dagelijks handelen en de fysiothera-peut op het gebied van bewegen. Onze handenkennis is echter vergelijkbaar.”

ScholingOm de ergo- en fysiotherapeuten uit de regio te scho-len heeft het MCA zijn expertise ingezet. Alle net-werkdeelnemers hebben in de zomer van 2011 een vierdaagse cursus gevolgd. Sommige leden, onder wie Van Beek, hebben inmiddels de volledige, eenjarige opleiding handtherapie met goed gevolg afgelegd. Ook hebben de deelnemers vijf dagdelen stage gelopen in het MCA, waarbij ze onder het toeziend oog van de ervaren handtherapeuten daar zelf bepaalde hande-lingen mochten verrichten. Van Beek: “Niet alle pro-blemen kunnen binnen het handennetwerk worden behandeld. Buigpeesletsel van een beroepsmuzikant vereist een specifieke aanpak. Datzelfde geldt voor een bollenboer die met zijn hand in een machine is geko-men. Tijdens de maandelijkse casuïstiekbijeenkom-sten van het MCA kunnen we vragen neerleggen die zich vanuit de praktijk aandienen.” Berkhout: “Deze bijeenkomsten staan ook open voor revalidatieassis-tenten en stagiaires van het MCA en voor onze colle-ga’s uit het Westfriesgasthuis en het Gemini. Vanuit het MCA zijn we blij met het netwerk. Het aantal handpatiënten is nu teruggebracht van 85 naar 65. De vrijgekomen ruimte hebben we beschikbaar voor bijvoorbeeld chronische reuma- of artrosepatiënten.”

Zie ook www.handtherapienoordwest.nl.

ergotherapeute martine

van Beek-Tauber temidden

van Thijs Zaadnoordijk (l),

fysiotherapeut en penning-

meester van het handen-

netwerk, en mcA-fysio-

en handtherapeut Thieu

Berkhout.

Foto Studio Wick Natzijl

Page 24: Amice 2012 jrg 18 nr.1

22 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

KORTE BERICHTEN

Amice wordt goed gelezen

Amice wordt goed gelezen. Dat blijkt uit een bescheiden onderzoek onder de abonnees van het blad. Bij een respons van tien procent geeft 99 procent aan dat ze het tijdschrift lezen. Van de 274 respondenten zeggen er 21 het blad ‘soms’ te lezen, 5 lezen het niet.

Zo’n vijftig procent leest de papieren nieuwsbrief, een kwart van de respondenten bezoekt met enige regelmaat de nieuwswebsite www.tijdschriftamice.nl Ondanks de waardering die hieruit spreekt is de bereidheid om voor de ontvangst

van Amice te betalen niet zo groot: twintig procent zegt dit te willen overwegen, vijftig procent zeker niet.

Het lezersonderzoek is gehouden via een kaartje dat bij de vorige Amice was bijgesloten. Onder de noemer ‘Vul in, verstuur en win’ konden lezers drie korte vragen beantwoorden. De inzenders maakten kans op een weekend in het Hunebed & Breakfast van oud-huisarts Harry Krom en zijn echtgenote in Wezep, Drenthe. Op

de foto de winnaar, chirurg Marc Govaert van het Westfriesgasthuis, die de bon ontvangt uit handen van Amice-uitgever Jan van den Bergh.

Foto Studio Wick Natzijl

De West-Friese Huisartsenorganisatie WFHO en Omring gaan in West-Friesland en de Wieringermeer samenwerken om ook in de toekomst goede zorg aan oude-ren te kunnen bieden. Ze hebben daar-toe het convenant ‘Duurzame zorg, uit en thuis’ ondertekend.

WFHO en Omring willen nauw samen-werken met andere zorgaanbieders en ook met gemeenten. De regionale zorg-verzekeraar VGZ staat achter het ini-tiatief. Stichting ZorgOndersteuning Noord-Holland (ZONH) helpt de plannen te realiseren.

Weer Planetree-erkenning voor Gemini

Het Gemini Ziekenhuis is met zijn Zorgpartnerprogramma in de prijzen gevallen. Tijdens de landelijke Planetree-conferentie op 15 maart in Nijkerk werd het programma uitgeroepen tot een van de vier winnaars van de Spirit of Planetree Award 2012.

Het is de tweede keer in korte tijd dat het Gemini Ziekenhuis erkenning krijgt voor zijn inspanningen om het Planetree-zorgconcept uit te dragen. Eind vorig jaar ontving het Helderse ziekenhuis als een van de eerste zorginstellingen in Nederland het Planetree Label voor mens-gerichte zorg.

Het Zorgpartnerprogramma van het Gemini Ziekenhuis geeft patiënten het recht om een zorgpartner te kiezen die de mogelijkheid krijgt om mee te helpen in (een deel van) de zorg. Deze mantelzorger wordt beschouwd als volwaardige partner binnen het zorgproces. Het programma draait momenteel op een van de verpleeg-afdelingen als proef.

Planetree is een zorgmodel dat ruim der-tig jaar geleden is geïntroduceerd door een patiënt in de Verenigde Staten. Inmiddels is Planetree internationaal leidend in het verbeteren van zorg, zorgprocessen en zorgorganisaties vanuit het perspectief van de patiënt.

Omring en West-Friese huisartsen pakken samen ouderenzorg op

carla Witte, bestuurvoorzitter WFHO (l) en Anky Atzema,

lid raad van bestuur Omring bij de ondertekening.

Het Westfriesgasthuis heeft een akkoord van de gemeente Hoorn op zijn nieuw-bouwplannen. Zodra ook de zorgverze-keraars definitief groen licht hebben gegeven, kan de schop in de grond om de nieuwbouw te realiseren.

De nieuwbouwplannen omvatten uit-breiding aan de westkant van het zie-kenhuis. Daarin komen onder meer een moeder & kindcentrum en een dag-

Akkoord voor nieuwbouwplannen WFG

behandelingscentrum. Ook worden alle verpleegafdelingen in de nieuw-bouw ondergebracht. Bestuurder Hugo Keuzenkamp: ”Uitgangspunt is dat we met deze uitbreiding nog beter kunnen inspe-len op wensen van patiënten. De inrich-ting en indeling bieden meer comfort en privacy.”De nieuwbouw is ook nodig om in de voorspelde demografische groei in de regio te voorzien. “Maar daarmee sugge-

reren we geen grote groeiplannen”, zegt Keuzenkamp. “We zijn met de nieuwbouw flexibel genoeg om zowel groei als krimp op te vangen. De nieuwbouw maakt effici-ent werken eenvoudiger omdat alle ver-pleegafdelingen zich in één deel van het ziekenhuis zullen bevinden. Het aantal bedden kan daardoor zelfs iets afnemen. Uitwisseling van apparatuur en personeel is dan een stuk eenvoudiger.”

Page 25: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 23

KORTE BERICHTEN

Er komt volgend jaar weer een Dag van de Eerste Lijn. Dat concludeert Ad Bolhuis, directeur van de organiserende stichting DOKh, op basis van de enthousiaste reac-ties op de derde editie die op woensdag 18 januari in Egmond werd gehouden. “Het was een levendig evenement waarop meer dan vierhonderd mensen aanwezig waren en waar praktisch alle eerstelijners vertegenwoordigd waren.”

Volgend jaar weer een Dag van de Eerste lijn

De Heerhugowaardse huisarts Glenn Mitrasing hoeft de boete die de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) hem heeft opgelegd, niet te betalen. Dat heeft de rechtbank in Rotterdam bepaald. Mitrasing is blij met de uitspraak, maar stelt wel dat het vonnis het principiële punt omzeilt.

De NZa heeft Mitrasing beboet omdat hij niet heeft meegewerkt aan het kostenon-derzoek huisartsenzorg 2008 dat onder vijfhonderd willekeurig gekozen huisart-sen is gehouden. Mitrasing heeft van meet af aan gesteld dat dit onderzoek zowel technisch als inhoudelijk niet deugt, maar de NZa toonde zich niet ontvankelijk voor zijn bezwaren.

Daar kwam nog bij dat het - volgens Mitrasing zeer tijdrovende - onderzoek voor hem op een wel heel ongelukkig moment moest worden ingeleverd. Door een combinatie van zakelijke en privé-omstandigheden kon hij er de tijd niet voor vrijmaken, maar bij de NZa vond hij

daarvoor geen begrip. Toen zijn bezwaren daar werden afgewezen, besloot hij de zaak voor te leggen aan de rechter.

De rechtbank in Rotterdam oordeelde half februari dat “in redelijkheid niet van Mitrasing kon worden verwacht dat hij uiterlijk op de door de NZa gestelde datum de gevraagde inlichtingen zou verstrek-ken.” De NZa had hem uitstel of vrijstelling moeten verlenen voor het meewerken aan het kostenonderzoek. “Van schending van de inlichtingenverplichting als bedoeld in artikel 61 van de Wet marktordening gezondheidszorg is geen sprake”, aldus de rechtbank. “Hieruit volgt dat de NZa niet bevoegd was tot het opleggen van een boete aan Mitrasing.”

In tegenstelling tot Mitrasing is de recht-bank wel van oordeel dat de NZa bevoegd is huisartsen om inlichtingen te vragen over de omvang en de kosten van een huisart-senpraktijk. “Ondanks de - volgens eiser - fundamentele kritiek van onder meer de beroepsorganisaties op de opzet van het onderzoek en de vragenlijst, is de rechtbank van oordeel dat niet kan worden gezegd dat deze gegevens in het geheel niet kunnen bijdragen aan het vervullen van deze taak door verweerder”, aldus het vonnis.

Mitrasing vindt dat het vonnis het principi-ele punt omzeilt.”De rechter houdt wel een heel grote slag om de arm door te stellen dat ‘niet kan worden gezegd dat deze gege-vens in het geheel niet kunnen bijdragen aan het vervullen van deze taak’ van de NZa. De formulering ‘In het geheel niet’ en het gebruik van een dubbele ontken-ning maken het allemaal niet erg overtui-gend”, aldus de Heerhugowaardse huisarts.

Mitrasing hoeft boete niet te betalenGemini stopt met kraak-beenlab

Het Gemini Ziekenhuis is gestopt met de kraakbeenbehandeling waarmee het enkele jaren geleden is begonnen. Aanleiding is een geschil met het college voor zorg-verzekeringen (CVZ), dat oordeelt dat de behande ling niet onder verzekerde zorg valt.Het gaat om een behandeling waarbij het kraakbeen van patiënten met knieklachten werd gekweekt in een laboratorium om daarna weer teruggeplaatst te worden in de knie van de patiënt. Patiënten, artsen en inspectie waren van meet af enthousiast en aanvankelijk waren ook de verzekeraars positief. In de loop van vorig jaar zijn echter twijfels ontstaan bij met name VGZ over de vraag of de behandeling wel verzekerde zorg betrof. Ondanks gesprekken van de raad van bestuur van de MCA Gemini Groep met de verzekeraars is de vergoeding eind 2011 gestopt. Het Gemini Ziekenhuis heeft op grond daarvan besloten de behandeling niet meer aan te bieden.

Nieuwe aanpak spataderen nu ook in RKZ

Net als het Westfriesgasthuis biedt nu ook de spataderpoli van het RKZ de clari-vein-methode aan, de nieuwste behande-ling van spataderen. In het RKZ heeft de nieuwe vaatchirurg Michiel Schreve de behandeling geïntroduceerd.

De clarivein-methode bestaat nog niet zo lang en wordt gebruikt voor de grote oppervlakkige stamspataderen aan de voorzijde en achterzijde van het been. De behandeling is geschikt voor de meeste patiënten bij wie vroeger een strip of een laserbehandeling werd aanbevolen.

De behandeling is snel en minder pijnlijk dan andere behandelingen, zodat verdo-ving (vrijwel) niet nodig is. Ook geeft ze minder pijn in de periode erna. Na afloop moet één week een steunkous worden gedragen.

Lees verder op www.tijdschriftamice.nl

Page 26: Amice 2012 jrg 18 nr.1

24 Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012

AGENDAAGENDA

Gegevens onder voorbehoud. Kijk voor meer informatie en de meest actuele agenda op www.tijdschriftamice.nl

Dinsdag 3 aprilItalië, Siena, Certosa di Pontignano

Cursus TopzorgElfde cursus Topzorg voor professionals in de gezondheidszorg in Noord-Holland-Noord.

Woensdag 4 april, 19:30 uurDen Helder, Boerderij De Schooten, G. van Waardenburglaan 22

Café Doodgewoon Den HelderEmotionele balans en genieten van het leven. Spreker: Rien Bouma, bedrijfsmaatschappelijk werker en traumahulpverlener.

Dinsdag 10 april, 16 uurHeerhugowaard, GGZ NHN, Bevelandseweg 3

Klinische les ggz - autisme-spectrumstoornissen bij nor-maal begaafde volwassenenVoor professionals die zich bezighou-den met diagnostiek en behandeling in de ggz vanuit eerste, tweede en derde lijn. Sprekers: Rob de Bakker, sociaal-psy-chiatrisch verpleegkundige, en Etienne Forceville, klinisch neuropsycholoog, van Centrum autisme GGZ NHN.

Dinsdag 10 april, 17.30 uur Alkmaar, DC Pijncentrum, Keesomstraat 12a

Pijnbehandelingen en hoofdpijnSymposium voor doktersassistentes in de regio Alkmaar. Sprekers: neuroloog en hoofdpijnspecialist Michel Veering en anesthesioloog/pijnspecialist Wilco van Genderen van DC Pijncentrum Alkmaar.

Dinsdag 17 april, 18.30 uurAlkmaar, DOKh

Blokcursus Effectief Personeels-beleid in de Eerstelijns praktijk (2v4)Eerstelijns praktijken groeien gestaag in personele omvang. Voor de leidinggevende zorgprofessionals is er in toenemend mate sprake van werkgever-werknemers-verhou-dingen en daarmee noodzaak om perso-neelsbeleid te voeren.

Dinsdag 17 april, 20 uurAlkmaar, Grote Sint Laurenskerk

Van Foreest Publiekslezing (uitverkocht)Twaalfde Van Foreest Publieklezing door schrijver Henkjan Honing onder het thema ‘Wat ons muzikale dieren maakt’.

Vrijdag 20 april. 15.30 uurAlkmaar, Rabobank, Robonsbosweg

Te veel vet, te weinig spierHealth Café met presentatie van de laat-ste cijfers mbt de gezondheidszorg in NH, gevolgd door lectorale rede van prof. Peter Weijs onder de titel Happy Feet, Food & Fat.

Maandag 23 april, 19.15 uurHoorn, Schouwburg Het Park

Symposium orthopedie: traumaJaarlijks symposium van de vakgroep orthopedie van het Westfriesgasthuis

Woensdag 25 april, 20 uurAlkmaar, DOKh

Praten over de betekenis van de relatie tussen huisarts en patiëntBijeenkomst over een psychoanalytische visie op de rol die de huisarts heeft, neemt of krijgt, om zo wat er gebeurt in de spreekkamer beter te begrijpen.

Donderdag 26 april, 18 uurAlkmaar, AFAS-stadion

Connect!Kick-off meeting van NVVC-project dat tot doel heeft de zorg voor patiënten met een acuut infarct regionaal te verbeteren. M.m.v. NVVC-voorzitter prof. M.J. Schalij, huisarts G. Zonneveld, GHOR-directeur M. Smeekes en de cardiologen Janus (WFG), Hautvast en Umans (MCA). Aansluitend buffet.

Woensdag 2 mei, 19.30 uurDen Helder, Boerderij De Schooten, G. van Waardenburglaan 22

Café Doodgewoon Den HelderDinsdag 15 mei, 17.30 uurAlkmaar, AFAS-stadion

Prostaatkanker, wat is er nieuw?Symposium georganiseerd door de oncolo-giecommissie van het MCA, bestemd voor huisartsen. Over de multidisciplinaire aan-pak van prostaatcarcinoom.

Vrijdag 18 mei, 13.30 uur Hoorn, Westfriesgasthuis

Symposium tgv afscheid P.C. Overberg

Symposium tgv van het afscheid van het Westfriesgasthuis van kinderarts P.C. OverbergAansluitend van 17 tot 19 uur receptie.

Dinsdag 22 mei, 18.30 uurAlkmaar, DOKh

Blokcursus Effectief Personeels-beleid in de Eerstelijns praktijk (3v4)Zie ook 17 april

Donderdag 24 meiHoorn, Westfriesgasthuis

Wetenschap in de perifere kliniekJaarlijks opleidingssymposium van het Westfriesgasthuis.

Woensdag 6 juni, 19.30 uurDen Helder, Boerderij De Schooten, G. van Waardenburglaan 22

Café Doodgewoon Den Helder

Klinische conferentie MCA

Elke woensdag van 12.15 tot 13.30 uur wordt in de Pieter van Foreestzaal van het MCA de klinische conferentie (inclusief lunch) gehouden. Hierin wordt een concrete patiëntencasus uitgediept en doorgesproken. Een instructieve bijeenkomst voor medisch specialisten, arts-assistenten, co-assistenten en andere medici en paramedici. Huisartsen zijn van harte welkom!Kijk voor het onderwerp van die week op www.tijdschriftamice.nl

Page 27: Amice 2012 jrg 18 nr.1

Amice / jAArgAng 18 / nr. 1 2012 25

WWW.BOUWBEDRIJFKLAVER.COM

SerresEen mooie serre is een oase van licht en rust, die optimaal aansluit bij het eigen karakter van de woning. Een serre vormt een natuurlijke overgang tussen woning en tuin, benut optimaal de zonnewarmte, is een barrière tegen de winterkou en verhoogt het woon­comfort. En wat u vooral niet moet ver­geten is dat u veel meer plezier heeft van uw tuin. Een serre is een goede investering die uw woning een belang­rijke meerwaarde geeft. Redenen te over om u voor het ontwerp en de bouw van een serre tot een specialist als Bouwbedrijf Klaver te wenden.

Modern of landelijk?Rekening houdend met al uw wensen ontwerpen wij een serre die past bij uw woning en woonomgeving. U kunt kiezen voor een houten, kunststof of aluminium uitvoering. Wij kunnen specifiek voor uw woning een ontwerp maken. De serre kan voor de toegang naar de tuin worden voorzien van tuin­deuren, schuifdeuren of vouwwanden.

Aanbouw, verbouwen renovatieNaast het bouwen van serres doet Bouwbedrijf Klaver natuurlijk veel meer. Voelt u zich beter thuis in een aanbouw dan is dat voor ons, als compleet bouwbedrijf, natuurlijk ook geen probleem. Deze aanbouw kan worden voorzien van allerlei gemakken zoals lichtstraten, vouwwanden etc.

Is uw woning aan onderhoud en/ of renovatie toe, dan kunnen wij u hierbij ook van dienst zijn. Vanaf het ver vangen van kozijnen, tot een complete make­over van uw woning met stucadoorswerk, elektra, schilder­werk etc. Ook dit verzorgen wij van eerste idee tot het laatste detail.

InformatieVoor meer informatie kunt u bellen: 0226­451439 of mailen naar: [email protected] voor ideeën onze website:www.bouwbedrijfklaver.com

UW SERRE OF VERBOUWINGVAKKUNDIG UITGEVOERD VAN

EERSTE IDEE TOT LAATSTE DETAIL!

Poel 15 | 1713 GL | Obdam | Tel. (0226) 45 14 39 | Fax (0226) 45 35 42 | E­mail: [email protected]

Tipsn Gaat u verbouwen? denk aan de isolering van beglazing of dakn Vergunningsvrij bouwen?

Doe de ‘vergunningencheck’ op www.omgevingsloket.nln Subsidie op isolatieglas? zie www.meermetminder.nl

Page 28: Amice 2012 jrg 18 nr.1

45

“De VvAA verzekeringsscan is een APK van mijn hele

verzekeringspakket”“In 1990 begon ik op de intensive care. Daar groeide mijn

interesse in de anesthesiologie. Ik vind het mooi om mensen

door de operatie heen te slepen. Pas geleden heb ik samen

met VvAA telefonisch mijn complete verzekeringspakket weer eens onder

de loep genomen. Een waardevol gesprek. Wat loopt er precies? Waar zijn

veran de ringen opgetreden? Zijn

er dubbelingen? Zo heb ik nu ook

mijn arbeidsongeschiktheids­

verzekering naar VvAA

overgeheveld. In no­time

was dat geregeld. Dat is

trouwens altijd zo bij VvAA.”

Met de kosteloze verzekeringsscan hebt ook u in een half uur uw verzekeringen op orde. Persoonlijk advies waar u echt wijzer van wordt. Maak een terugbelafspraak op www.vvaa.nl/scan of bel 030 247 47 89.

drs. Willem-Jan Hofsté,anesthesioloog,VvAA lid sinds 1981