aardrijkskunde CSE GL en TL - Alleexamens.nl en TL... · 700045-2-611o 3 lees verder 1p 1 Uit het...
Transcript of aardrijkskunde CSE GL en TL - Alleexamens.nl en TL... · 700045-2-611o 3 lees verder 1p 1 Uit het...
700045-2-611o
Examen VMBO-GL en TL
2007
aardrijkskunde CSE GL en TL
Dit examen bestaat uit 44 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 53 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden.
tijdvak 2dinsdag 19 juni
9.00 - 11.00 uur
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 2
Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Open vragen Geef niet meer antwoorden (redenen, voorbeelden e.d.) dan er worden gevraagd. Als er bijvoorbeeld twee redenen worden gevraagd en je geeft meer dan twee redenen, dan worden alleen de eerste twee in de beoordeling meegeteld.
Migratie en de multiculturele samenleving tabel 1 Vergelijking van het percentage allochtonen in Zwolle met het percentage allochtonen in de vier grote steden Zwolle de vier grote steden
percentage allochtonen 15 A
hoogste concentratie allochtonen in een wijk (in %)
21,6 B
kaart 1 Spreiding van de allochtonen in Zwolle
0 1,5 3 km
0 50 100 km
ligging kaartfragment
Overijssel
Zwolle
Legenda:minder dan 4,4 4,4 - 8,8 8,8 - 13,213,2 - 17,6meer dan 17,6
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 3
1p 1 Uit het onderzoek van Linda blijkt dat op 1 januari 2004 van de Zwolse inwoners 15% allochtoon was. De hoogste concentratie allochtonen in een wijk was 21,6% (zie tabel 1). Yasmine, Sanne, Elvira en Youssef vergelijken deze cijfers met de gegevens over allochtonen in de vier grote steden in Nederland (in de tabel aangegeven met A en B). Welke leerling heeft gelijk? A Yasmine zegt: “A moet lager zijn dan 15% en B moet lager zijn dan 21,6%.” B Sanne zegt: “A moet hoger zijn dan 15% en B moet lager zijn dan 21,6%.” C Elvira zegt: ”A moet lager zijn dan 15% en B moet hoger zijn dan 21,6%.” D Youssef zegt: “A moet hoger zijn dan 15% en B moet hoger zijn dan 21,6%.” foto’s 1 en 2 Huisjesmelkerij een steeds groter probleem
tekst 1 Huisjesmelkerij een steeds groter probleem Huisjesmelkerij is een groot probleem in de vier grote steden van ons land. In Den Haag gaat het vooral om huisbazen die illegalen en tijdelijke arbeidskrachten uit Oost-Europa op grote schaal in oude panden onder brengen. Op foto 1 is te zien dat een woning is gesloten in verband met de brandveiligheid. Op foto 2 is de woonkamer van een aantal illegalen te zien.
2p 2 De foto’s 1 en 2 zijn genomen van een woonhuis in Den Haag dat gesloten werd omdat een huisjesmelker er te veel huurders had ondergebracht. Huisjesmelkerij leidt tot verpaupering van huizen en hele buurten.
Noem twee redenen waarom de huurders van deze huizen niet of nauwelijks zullen protesteren tegen de mensonwaardige omstandigheden waarin ze moeten wonen.
1p 3 De titel bij de foto’s 1 en 2 wijst erop dat het probleem van de huisjesmelkerij
zich uitbreidt. Leg uit hoe dit probleem zich verder kan uitbreiden.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 4
tekst 2 De veranderde Nederlandse samenleving De Nederlandse samenleving ziet er niet meer zo uit als vijftig jaar geleden. Onder invloed van verschillende maatschappelijke ontwikkelingen, zoals dekolonisatie en grootschalige migratie, is onze samenleving veranderd. Allochtonen hebben een belangrijke plek in onze samenleving ingenomen.
2p 4 De migrantengroepen worden allochtonen genoemd. Deze hebben een aantal kenmerken. Mogelijke kenmerken zijn: 1 Allochtonen nemen in het algemeen vaker een zwakkere sociaal-
economische positie in. 2 In Nederland wonende Duitsers behoren tot de groep niet-westerse
allochtonen. 3 Allochtonen komen vooral uit Afrikaanse landen. 4 Allochtonen zijn personen die in een ander land zijn geboren en hier wonen
en de kinderen van deze personen. Twee van deze kenmerken horen bij het begrip allochtonen.
Noteer de cijfers van deze twee kenmerken op het antwoordblad.
1p 5 Eén van de gevolgen van de in tekst 2 genoemde dekolonisatie was de komst van een groep migranten in Nederland rond 1951. Deze groep werd in het begin in aparte barakkenkampen opgevangen.
Wat was het herkomstland van deze groep migranten?
1p 6 Volgens tekst 2 is de samenstelling van de Nederlandse bevolking de laatste vijftig jaar veranderd. Zo zijn bijvoorbeeld scholen steeds vaker gemengd als gevolg van de multiculturele samenleving. Intussen zijn er echter naast witte scholen ook duidelijk zwarte scholen ontstaan. Het naast elkaar bestaan van witte en zwarte scholen is een voorbeeld van A segregatie. B inburgering. C integratie. D discriminatie.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 5
grafieken 1, 2, 3 en 4 Migratie van een aantal migrantengroepen naar Nederland 1965 - 2002 grafiek 1 grafiek 2
40.000
35.000
30.000
25.000
20.000
15.000
10.000
5.000
0
1965196
8197
1197
4197
7198
0198
3198
6198
9199
2199
5199
8200
1
migratie van ...... naar Nederland, 1965 - 2002 40.000
35.000
30.000
25.000
20.000
15.000
10.000
5.000
0
1965196
8197
1197
4197
7198
0198
3198
6198
9199
2199
5199
8200
1
migratie van ...... naar Nederland, 1965 - 2002
grafiek 3 grafiek 4
40.000
35.000
30.000
25.000
20.000
15.000
10.000
5.000
0
1965196
8197
1197
4197
7198
0198
3198
6198
9199
2199
5199
8200
1
migratie van ...... naar Nederland, 1965 - 2002 40.000
35.000
30.000
25.000
20.000
15.000
10.000
5.000
0
1965196
8197
1197
4197
7198
0198
3198
6198
9199
2199
5199
8200
1
migratie van ...... naar Nederland, 1965 - 2002
1p 7 Voorbeelden van de grootschalige migratie, zoals in tekst 2 genoemd, worden afgebeeld in de grafieken 1, 2, 3 en 4. Deze grafieken tonen in willekeurige volgorde de ontwikkeling van de migratie naar Nederland van Turken, Marokkanen, Surinamers, Antillianen en Arubanen. Welke grafiek stelt de migratie voor van Surinamers naar Nederland? A grafiek 1 B grafiek 2 C grafiek 3 D grafiek 4
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 6
tekst 3 Drie basisscholen in de Bijlmer gaan samenwerken De islamitische basisschool As Soeffah in de Bijlmer (Amsterdam) gaat samen met de openbare basissschool De Bijlmerhorst en de levensbeschouwelijke basisschool de Polsstok. Vanaf oktober 2006 zullen de drie basisscholen gehuisvest zijn in één gebouw. Het is voor het eerst in Nederland dat een islamitische basisschool samenwerkt met andere basisscholen. Het overgrote deel van de leerlingen van de drie basisscholen komt uit een … 1 … milieu. In de buurt is er voor deze kinderen weinig aan … 2 …. Met de samenwerking wordt voor adjunct-directeur Blijleven van De Polsstok een droom werkelijkheid: “Iedereen heeft de mond vol van … 3 …, tegelijkertijd zijn velen bang voor islamitische basisscholen. Deze samenwerking moet alle barrières wegnemen.”
1p 8 Naast bijvoorbeeld openbare, katholieke en protestants-christelijke basisscholen komen er tegenwoordig ook vaker islamitische basisscholen voor. Dat er echter niet altijd sprake hoeft te zijn van duidelijk gescheiden basisscholen op grond van levensbeschouwing, blijkt onder andere uit tekst 3. De tekst is echter niet volledig. Wat moet worden ingevuld bij respectievelijk 1, 2 en 3? 1 2 3 A kansarm voorzieningen integratie B kansarm inburgering integratie C kansrijk inburgering segregatie D kansrijk voorzieningen segregatie
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 7
tabel 2 Leeftijdsopbouw van bevolkingsgroepen naar herkomstlanden in procenten, 1 januari 2005
0 t/m
19
jaar
20 t/
m 6
4 ja
ar
65 ja
ar o
f oud
er
gem
idde
lde
leef
tijd
P 38,3 58,9 2,8 27,4
Marokkanen 42,2 54,9 2,9 26,0
Q 31,6 63,9 4,5 31,7
Antillianen en Arubanen
36,4 61,2 2,4 28,2
Afghanen 44,0 54,0 2,0 25,6
Iraniërs 29,2 68,5 2,3 31,1
R 46,8 52,3 0,9 22,6
overig niet-westers
37,4 60,7 1,9 27,1
totaal niet-westers
37,4 59,8 2,8 27,9
autochtonen 23,5 61,1 15,4 40,1
totaal 24,5 61,5 14,0 39,0
2p 9 Tabel 2 heeft betrekking op de leeftijdsopbouw naar herkomstland per 1 januari 2005. In de tabel zijn drie herkomstlanden vervangen door letters.
Neem de letters P, Q en R over op het antwoordblad en schrijf er de juiste bevolkingsgroep achter. Kies daarbij uit Surinamers, Turken en Somaliërs.
1p 10 Wat is de invloed van al die migranten op de gemiddelde leeftijd voor de totale
bevolking van Nederland? De gemiddelde leeftijd is A hoger geworden. B lager geworden. C gelijk gebleven.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 8
tabel 3 Enkele cijfers over ontwikkelingen in aantallen migranten naar herkomstland en autochtonen, 1996 - 2005
herkomstland aantal personen per 1 januari 1996
aantal personen per 1 januari 2005
toename in procenten tussen 1996 - 2005
Afghanistan 4.900 37.000 653
Angola 2.600 11.600 347
Brazilië 6.600 12.300 87
China 25.500 43.900 87
Egypte 11.600 18.500 60
Ethiopië 8.000 10.300 29
Filippijnen 7.800 13.000 68
Ghana 12.500 19.100 53
Hongkong 17.200 18.100 6
Irak 11.100 43.700 288
Iran 16.500 28.700 74
Kaapverdië 16.700 20.000 20
Marokko 215.100 315.800 40
Ned. Antillen + Aruba 96.800 130.500 50
Pakistan 14.100 17.900 27
Somalië 20.000 21.700 8
Suriname 280.600 329.400 17
Thailand 5.600 12.400 122
Turkije 271.500 358.800 32
Vietnam 14.900 18.000 39
niet-westers totaal 1.171.100 1.699.000 45
westers totaal (zonder autochtonen)
1.327.600 1.423.700 7
autochtonen 12.995.200 13.182.800 1
1p 11 Uit tabel 3 blijkt dat de aantallen migranten in ons land, uitgesplitst naar herkomstland, allemaal in aantal zijn toegenomen. De grootste toename in procenten sinds 1 januari 1996 zien we bij A de economische vluchtelingen. B de groepen uit de vroegere Nederlandse koloniën. C de groepen uit landen van buitenlandse werknemers. D de politieke vluchtelingen.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 9
1p 12 Hieronder staan twee uitspraken naar aanleiding van tabel 3. 1 In de periode 1980 - 1990 kwamen er alleen maar mensen uit westerse
herkomstlanden naar Nederland. 2 Het belangrijkste motief om in de periode 1996 - 2005 naar Nederland te
komen, was de gezinshereniging. Neem de cijfers 1 en 2 over op het antwoordblad en zet erachter of deze
uitspraak juist is of onjuist.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 10
figuur 1 Kans om te mogen blijven, ingedeeld naar land van herkomst en migratiemotief, 2004
0 20 40 60 80 100%
gezinsvorming
VS/Canadaland van herkomst
(1) EU15Iran
(3) Joegoslavie
(3) Joegoslavie
(3) Joegoslavie
(3) Joegoslavie
(3) Joegoslavie
(2) Nieuw EUrest Afrika
rest EuropaChina
SurinameTurkije
Marokko
gemiddeld
0 20 40 60 80 100%
arbeid
VS/Canadaland van herkomst
(1) EU15(2) Nieuw EU
rest AfrikaChina
rest EuropaTurkije
Marokko
gemiddeld
0 20 40 60 80 100%
gezinshereniging
VS/Canadaland van herkomst
(1) EU15rest Afrika
(2) Nieuw EUrest Europa
China
SurinameIran
TurkijeMarokko
gemiddeld
0 20 40 60 80 100%
studie
(1) EU15land van herkomst
(2) Nieuw EUVS/Canada
Iranrest Afrika
Turkijerest Europa
ChinaSurinameMarokko
gemiddeld
0 20 40 60 80 100%
overige migratiemotieven
VS/Canadaland van herkomst
(1) EU15(2) Nieuw EU
rest AfrikaTurkije
SurinameMarokko
rest Europa
gemiddeld
1) Dit zijn de eerste 15-EU-landen. 2) Nieuw EU: dit zijn alleen de 10 nieuwe lidstaten die in 2005 zijn toegetreden. 3) Bedoeld zijn de landen die voorheen de federatie Joegoslavië vormden.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 11
1p 13 Uit figuur 1 blijkt dat de kans dat een immigrant voorgoed in Nederland mag blijven, sterk verschilt per migratiemotief. Bij welke groep is de kans om te mogen blijven gemiddeld het kleinst als je kijkt naar het migratiemotief? A bij de arbeidsmigranten B bij de gezinsherenigers C bij de studenten D bij huwelijksmigranten
2p 14 Hieronder staan twee uitspraken over figuur 1. 1 De kans dat migranten die vanwege gezinshereniging naar Nederland
komen om in Nederland te mogen blijven is gemiddeld meer dan 70%. 2 De kans dat de Marokkaanse immigranten zich hier blijvend mogen vestigen
is bij alle diagrammen het hoogst. Neem de cijfers 1 en 2 over op het antwoordblad en zet erachter of deze
uitspraak juist is of onjuist.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 12
diagram 1 Het onderwijsniveau van de bevolking van 15 - 64 jaar bij verschillende bevolkingsgroepen, 2000 - 2002
1 2 Marokkanen 3 overig niet-westers allochtonen
100
80
60
40
20
0
%
Legenda:Basisonderwijs, VMBO HAVO, VWO, MBO HBO, WO
1p 15 Bovenstaand diagram geeft een overzicht van het onderwijsniveau van de bevolking van 15 - 64 jaar bij verschillende bevolkingsgroepen in de periode 2000 - 2002. In het diagram zijn de namen van drie bevolkingsgroepen weggelaten. Welke bevolkingsgroep moet er op de plaatsen 1, 2 en 3 worden ingevuld? 1 2 3 A autochtonen Surinamers en
Antillianen Turken
B autochtonen Turken Surinamers en Antillianen
C Surinamers en Antillianen
Turken autochtonen
D Surinamers en Antillianen
autochtonen Turken
E Turken Surinamers en Antillianen
autochtonen
F Turken autochtonen Surinamers en Antillianen
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 13
1p 16 Veel asielzoekers doen een aanvraag in meer dan één land (dubbele asielaanvraag). Asielzoekers doen dit omdat ze denken zo hun kans op een verblijfsvergunning te vergroten. In verband met het streven van de EU naar één Europees asielbeleid gaat deze redenering echter niet op. Welke maatregel heeft de EU gemaakt voor een dubbele asielaanvraag? A Wie een dubbele asielaanvraag indient, gaat terug naar het land van
herkomst. B Wie een dubbele asielaanvraag indient, gaat terug naar het land waar het
eerst om asiel is gevraagd. C Wie een dubbele asielaanvraag indient, krijgt in géén van de betreffende
landen meer asiel. D Wie een dubbele asielaanvraag indient, verliest het asielrecht.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 14
foto 3 kaart 2 Katrina zet New Orleans Ondergelopen delen van New Orleans onder water
French Quarter
Gretna
St. Bernard Parish
Orleans Parish
New Orleans
Lake Pontchartrain
0 2,5 5 kmLegenda:
d
hoofdweg
ijkdoorbraakdijken
ondergelopen gedeeltenvan de stad
Lakeview
JeffersonJefferson Lower Ninth WardLower Ninth WardAlgiersFrench Quarter
Gretna
St. Bernard Parish
Orleans Parish
N
Mississ
ippi
0 1000 2000 km
VS
New orleans
Ligging kaartfragment
tekst 4 Katrina zet New Orleans onder water Eind augustus 2005 zette orkaan Katrina de straten van New Orleans compleet onder water. Blanke randgemeenten sloten soms letterlijk hun deuren voor de vluchtelingen uit de zwarte stad. Van de inwoners van New Orleans bestond 67% uit Afro-Amerikanen. Discriminatie en racisme kwamen hiermee boven drijven.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 15
tabel 4 Enkele sociaal-economische kenmerken van vier stadsdelen van New Orleans, 2000
Lakeview Lower Ninth Ward
French Quarter
St. Bernard Parish
bevolking (%): - zwart - blank
0,7 94,0
98,3 0,5
4,3 89,7
7,6 84,3
wonen (%): - eigendom - huren
69,5 30,5
59 41
75,4 24,6
74,6 25,4
armoede (%): - onder de armoedegrens - boven de armoedegrens
4,9
95,1
36,4
63,6
10,8
89,2
13,1
86,9
1p 17 Na de ramp in New Orleans, zoals genoemd in tekst 4, werd door de commissie ‘Bring New Orleans Back’, het volgende bepaald: “Als duidelijk is dat bewoners niet in staat zijn hun huis, straat of wijk op te bouwen en tot leven te wekken, dan zullen hun huizen worden gesloopt en zal het terrein tot moeras worden omgevormd.” Welk van de stadsdelen uit tabel 4 loopt het grootste risico om tot moeras te worden omgevormd (zie ook kaart 2)? A French Quarter B Lakeview C Lower Ninth Ward D St. Bernard Parish
2p 18 Velen moesten zich na de ramp in New Orleans in andere steden vestigen en zijn daar gebleven. Een half jaar na de ramp was pas eenvijfde van de oorspronkelijke 500.000 Afro-Amerikanen teruggekomen. Door veel blanken, maar ook een aantal Afro-Amerikanen, wordt dit als een ‘zegen’ gezien voor New Orleans.
Noem eerst een reden waarom veel blanken dit als een ‘zegen’ zien. Noem vervolgens een reden waarom een aantal Afro-Amerikanen dit
eveneens als een ‘zegen’ zien.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 16
tekst 5 Hoe meer vluchtelingen, hoe hoger de hekken Terwijl Fort Europa de buitengrenzen sluit, gaan steeds meer arme Afrikanen op zoek naar een beter bestaan. Ze doen een wanhopige poging door de laatste gaten in de Europese verdedigingslinie te glippen. Europa reageert met nog meer en nog hogere hekken. kaart 3 Illegale immigratie van Noord-Afrika naar Europa (2004)
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 17
1p 19 Tekst 5 verwijst naar een dieptepunt in de strijd van de Europese Unie tegen vluchtelingen uit Afrika in oktober 2004. Nachten achtereen bestormden honderden Afrikanen de hekken rondom de enclavesteden Ceuta en Melilla (Spaans grondgebied in Marokko). De Europese Unie probeert deze vluchtelingen hoe dan ook te weren, met het argument dat het asielrecht niet geldt voor de meeste van deze vluchtelingen.
Noem de reden waarom het asielrecht niet geldt voor de meeste van deze vluchtelingen.
2p 20 Geef met behulp van kaart 3 twee redenen waarom van de EU-landen met name
Spanje en Italië zo populair zijn bij de Afrikaanse vluchtelingen.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 18
tekst 6 Nederlandse ministers willen Afrikanen in Afrika houden Twee Nederlandse ministers bezochten in januari 2006 een vluchtelingenkamp in Kakuma in Kenia. De gevluchte Afrikanen kregen van de ministers te horen dat ze beter naar hun eigen land kunnen terugkeren. De Somaliërs, Ethiopiërs en vooral Sudanezen in Kakuma hoorden hen met stijgende verbazing aan. (…) Door te wijzen op de risico’s tijdens de vlucht hopen de bewindslieden duidelijk te maken dat Europa niet eenvoudig te bereiken is. (…) kaart 4 Deel van Afrika
300 km1500
S
OM
AL
IE
S U D A N
E T H I O P I E
K E N I A
Kakuma
Legenda:
conflictgebieden
0 1200 2400 km
ligging kaartfragment
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 19
1p 21 Ook Nederland probeert Afrikaanse vluchtelingen te weren. Dit bleek onder andere bij het bezoek van twee Nederlandse ministers aan een vluchtelingenkamp in Kenia in januari 2006 (zie tekst 6). Het vluchtelingenkamp in Kenia is een voorbeeld van A opvang van vluchtelingen in het eigen land. B opvang van vluchtelingen in de regio. C opvang van vluchtelingen die allemaal naar Europa willen. D opvang van vluchtelingen die allemaal terug moeten naar hun eigen land.
1p 22 Uit tekst 6 blijkt dat de vluchtelingen in Kakuma met stijgende verbazing luisteren naar de boodschap van de Nederlandse ministers.
Verklaar deze stijgende verbazing van de vluchtelingen in Kakuma.
1p 23 In tekst 6 wordt gezegd dat de Nederlandse ministers de vluchtelingen duidelijk proberen te maken dat Europa niet eenvoudig te bereiken is.
Geef aan de hand van kaart 3 een voorbeeld waaruit blijkt dat vluchtelingen onderweg veel risico lopen.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 20
Leefbaarheid en zorg in stedelijke en landelijke gebieden foto’s 4, 5, 6 en 7 Soorten woningen foto 4 foto 5
foto 6
foto 7
Jolanda en Petra maken een posterpresentatie over het wonen in een grote stad. Zij gebruiken hierbij de foto’s 4, 5, 6 en 7. Jolanda maakt bij elke foto een beschrijving van de afgebeelde wijk. Hieronder staan twee van deze beschrijvingen. Beschrijving 1 De eerste bewoners van deze wijk aan de rand van de stad waren erg blij met hun nieuwe woning. De woningen zijn redelijk groot en dat betekende voor veel mensen een belangrijke vooruitgang. De aanwezigheid van centrale verwarming en goed sanitair waren andere pluspunten. Dat de woningdichtheid erg hoog genoemd mag worden, namen de bewoners op de koop toe. De huren waren tenslotte niet al te hoog. Inmiddels heeft de wijk echter veel minder aantrekkingskracht. Nieuwe bewoners zijn nu veelal mensen met een laag gemiddeld inkomen.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 21
Beschrijving 2 De wijk is ruim opgezet met veel groen en brede trottoirs. De woningen zijn over het algemeen groot. Het is een plezierige woonwijk, zeker voor gezinnen met kinderen. Die gezinnen moeten dan wel over een behoorlijk inkomen beschikken. De wijk bestaat bijna alleen uit koopwoningen, die behoorlijk duur zijn.
1p 24 Welke foto hoort bij beschrijving 1? A foto 4 B foto 5 C foto 6 D foto 7
1p 25 Welke foto hoort bij beschrijving 2? A foto 4 B foto 5 C foto 6 D foto 7
1p 26 Petra heeft uitgezocht omstreeks welk jaar de wijken gebouwd zijn. Wat is de juiste bouwperiode van de wijk op foto 5? A omstreeks het jaar 1910 B omstreeks het jaar 1940 C omstreeks het jaar 1970 D omstreeks het jaar 2000
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 22
kaart 5 Regionale centra in Nederland
Legenda:
grenzen van verzorgingsgebiedenprimairsecundairtertiair
primair regionaal centrumsecundair regionaal centrumtertiair regionaal centrum
250 50 km
Groningen
Winschoten
Assen
Haarlem
Alkmaar
Zaandam
Groningen
Winschoten
Assen
Haarlem
Alkmaar
SchagenSchagen
Zaandam
1p 27 Kaart 5 laat de verschillende verzorgingsgebieden in twee delen van Nederland zien. Welk soort centrum heeft de voorzieningen met de hoogste drempelwaarde? A primair regionaal centrum B secundair regionaal centrum C tertiair regionaal centrum
1p 28 Welke voorziening zul je zeer waarschijnlijk niet in Schagen (zie kaart 5) aantreffen? A juwelier B kapper C bakker D pianowinkel
1p 29 Groningen en Alkmaar zijn beide een primair regionaal centrum. Het verzorgingsgebied van Alkmaar is kleiner dan het verzorgingsgebied van Groningen.
Geef hiervoor een reden.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 23
tekst 7 Een nieuw hospice Een hospice is bestemd voor mensen die zich in de laatste levensfase bevinden en niet lang meer te leven hebben. Een aantal jaren is intensief gewerkt aan de voorbereiding en totstandkoming van een hospice in West-Zeeuws-Vlaanderen, locatie Oostburg. De meeste mensen sterven het liefst in een vertrouwde omgeving. Dit is niet altijd mogelijk. Een hospice benadert de thuissituatie dan het beste. Dit hospice wordt voor een deel door vrijwilligers gerund. kaart 6 Zeeuws-Vlaanderen
0 5 10 km
Hulst
Terneuzen
Klooster-zande
ClingeHeikant
Zaamslag
Axel
Westdorpe
PhilippineHoek
BiervlietIJzendijke
Schoondijke
Groede
OostburgSluis
Aardenburg
Breskens
SluiskilSint Jansteen
Sas van Gent
Nieuw-Namen
WE S T E R S C H E L D E
Zeeuws-Vlaanderen
1p 30 Geef met behulp van kaart 6 een reden waarom het nieuwe hospice in Oostburg is gebouwd en bijvoorbeeld niet in Sluis.
1p 31 De zorg die geleverd wordt door deze vrijwilligers is een voorbeeld van A mantelzorg. B eerstelijnsgezondheidszorg. C tweedelijnsgezondheidszorg. D preventieve gezondheidszorg.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 24
tabel 5 Enkele gegevens van vier Rotterdamse deelgemeenten en Rotterdam als geheel
deel
gem
eent
e
inw
oner
s in
200
5
% k
oopw
onin
gen
in 2
005
% a
lloch
tone
n in
200
5
% la
ge in
kom
ens
in 2
000
% w
erkz
oeke
nden
(al
s de
el
van
de b
eroe
psbe
volk
ing)
in
200
4
aant
al w
erkz
ame
pers
onen
20
04
1 72.139 17,2 71,1 66 19,5 14.042
2 30.313 21,4 51,1 51 11,7 89.991
3 41.494 45,9 26,5 44 8,6 14.933
4 16.152 36,7 31,6 54 12,5 6.340
Rotterdam 596.597 25,9 53,0 64,0 14,2 306.215
kaart 7 Rotterdam, deelgemeenten
0 2,5 5 km
Nieuwe Maas
34
1 2
1p 32 In de tabel staan enkele gegevens van vier Rotterdamse deelgemeenten. De namen van de deelgemeenten zijn vervangen door de cijfers 1, 2, 3 en 4. Een van deze deelgemeenten is het stadscentrum. Uit welk gegeven in tabel 5 blijkt dat deelgemeente 2 (op kaart 7) het centrum is? A het aantal inwoners in 2005 B het % koopwoningen in 2005 C het % allochtonen in 2005 D het aantal werkzame personen in 2004
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 25
1p 33 Elke deelgemeente van Rotterdam heeft een veiligheidsindex. Dat is een rapportcijfer tussen 1 en 10. Bij het samenstellen van dat cijfer wordt er naar objectieve gegevens (bijvoorbeeld van politie en justitie) en naar subjectieve gegevens (bijvoorbeeld de meningen van de bewoners) gekeken. Het cijfer geeft weer hoe veilig de deelgemeente is. Van één van de in de tabel genoemde deelgemeenten is het hoogste veiligheidscijfer een 8,3. Welke deelgemeente (zie tabel 5) zal die score behaald hebben? A 1 B 2 C 3 D 4 diagram 2 Minder cafés
-25 -20 -15 -10 -5 0 5Flevoland
GroningenUtrecht
FrieslandOverijssel
GelderlandDrentheLimburg
Noord-BrabantZeeland
Zuid-HollandNoord-Holland
ontwikkeling aantal cafes, 1994-2004 (%)
1p 34 Nederland had in 1994 ongeveer 14.000 cafés. In 2004 waren daar nog maar 11.500 van over. Het zijn vooral de traditionele dorpskroegen die het moeilijk hebben en vaak moeten sluiten.
Leg uit waarom vooral dorpskroegen in de problemen komen.
1p 35 Volgens diagram 2 groeide in Flevoland het aantal cafés tussen 1994 en 2004 met 5%.
Wat is de reden hiervoor?
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 26
kaarten 8, 9 en 10 Sportbeoefening in Nederland kaart 8 kaart 9 Een sport Een sport
kaart 10 Een sport
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 27
Overal in Nederland wordt er gesport. De kaarten 8, 9 en 10 gaan over sportbeoefening door huishoudens in de gemeenten van ons land. Toch zijn er regionale verschillen in sportbeoefening te herkennen. De kaarten tonen het percentage huishoudens waarin aan een bepaalde sport gedaan wordt. In willekeurige volgorde zijn dat zwemmen, squashen en schaatsen.
1p 36 Welke van de bovenstaande kaarten gaat over schaatsen? A kaart 8 B kaart 9 C kaart 10
1p 37 Welke van de bovenstaande kaarten gaat over squashen? A kaart 8 B kaart 9 C kaart 10
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 28
tabel 6 Een aantal algemene gegevens van de bevolking in enkele Europese landen
landen algemeen bevolking
oppervlak / inwoners bevolkingsontwikkeling
Eurostat BNP- index
bevolkings-dichtheid
stads-bevolking
bevolkings-groei
geboorte-cijfer
sterfte-cijfer
zuigelingen-sterfte
kraam-vrouwen-sterfte
jaar 2005
jaar 2000 jaar 2000 jaar 2000 jaar 2000 jaar 2000 jaar 2000 1990-1998
inwoners per km2
% van totale bevolking
% per jaar per 1000 inwoners
per 1000 inwoners
in 1e jaar per 1000 inwoners
per 100.000 geboorten
Albanië 34,2 121 39 0,3 19 7 41 28
Bosnië-Herzegovina
46,6
75
43
3,1
13
8
25
10
Estland 55,1 32 74 -0,6 8 14 13 50
Hongarije 68,2 109 67 -0,3 9 13 9 15
IJsland 127,7 3 92 0,6 15 7 4 0
Luxemburg 231,3 169 91 1,3 12 9 5 0
Moldavië 22,8 131 55 0,0 13 13 43 42
Nederland 123,3 383 89 0,6 12 9 4 7
Polen 54,5 120 66 0,0 10 10 10 11
Zwitserland 178,4 176 63 0,3 10 9 5 5 kaart 11 Europa
800 km4000
10
9
876
5
4 3
2
1
Legenda: 1 IJsland 2 Estland 3 Polen 4 Nederland 5 Luxemburg 6 Zwitserland 7 Hongarije 8 Moldavie 9 Bosnie-Hercegovina10 Albanie
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o lees verder ►►► 29
1p 38 Een netwerk van goede, laagdrempelige eerstelijnszorg is voor een bevolking vaak van levensbelang. Een voorbeeld van zo’n laagdrempelige eerstelijnszorg is een consultatiebureau. In de tabel met algemene gegevens en gegevens over de bevolking is af te lezen hoe het gesteld is met de gezondheidszorg binnen een aantal landen in Europa. In welk land binnen Europa zal deze vorm van eerstelijnszorg het minst ontwikkeld zijn (zie tabel 6)? A Albanië B Estland C IJsland D Luxemburg E Moldavië F Bosnië-Hercegovina
1p 39 In een VMBO-klas discussiëren de leerlingen over het netwerk van consultatiebureaus. De leerlingen trekken als conclusie dat er vier factoren zijn die het aantal consultatiebureaus beïnvloeden. Deze factoren zijn: bevolkingsdichtheid, geboortecijfer, hoogte BNP en bevolkingsgroei. Welke factor heeft de meeste invloed op een kwalitatief goed werkend netwerk van consultatiebureaus? A bevolkingsdichtheid B bevolkingsgroei C geboortecijfer D hoogte BNP
1p 40 De mens heeft als eerste nodig: drinken en eten en dan beschutting. Beschutting krijg je door kleding en behuizing. Mensen zijn werkelijk arm als aan deze behoeften niet kan worden voldaan. In sommige landen in de Derde Wereld is de armoede zo groot dat er honger heerst. Er zijn twee soorten honger namelijk kwalitatieve honger en kwantitatieve honger.
Welke vorm van honger komt het meeste voor in de derde wereld en waarom juist deze?
2p 41 Mensen kunnen vele jaren aan honger lijden, maar komen te overlijden bij een
hongersnood. Een hongersnood ontstaat meestal plotseling. Noem eerst een natuurlijke en daarna een menselijke oorzaak voor het
ontstaan van een hongersnood. Let op: de laatste vragen van dit examen staan op de volgende pagina.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.
700045-2-611o* 30 lees verder ►►►einde
kaart 12 Amerika
4000 km20000
Mexico
2p 42 In Mexico zet Unicef, het kinderfonds van de Verenigde Naties, zich in voor beter onderwijs aan Mayakinderen. Door de grote bevolkingsspreiding - en daarmee de lange afstanden - slapen de kinderen doordeweeks in het schoolgebouw en gaan ze alleen in het weekend en in de vakanties terug naar hun ouders. De kinderen ontvangen professionele zorg. Hieronder staan vier voorbeelden van de zorg die de kinderen in Mexico ontvangen. Geef aan bij welke twee voorbeelden het gaat om professionele zorg. 1 Een neef verzorgt zijn zieke nicht. 2 De arts onderzoekt de kinderen op longziekten. 3 De verpleegkundige toetst de kinderen op malaria. 4 Eén van de moeders komt bij toerbeurt naar school om de was van de
kinderen te doen.
2p 43 In Nederland wordt regelmatig onderzoek gedaan om de zorgbehoefte vast te stellen.
Noem twee redenen waarom men de zorgbehoefte wil meten.
1p 44 In Marokko zal dit type onderzoek waarschijnlijk niet gehouden worden. Geef hiervoor een reden.
Bronvermelding Een opsomming van de in dit examen gebruikte bronnen, zoals teksten en afbeeldingen, is te vinden in het bij dit examen
behorende correctievoorschrift, dat na afloop van het examen wordt gepubliceerd.
Beschikbaar gesteld door Stichting Studiebegeleiding Leiden (SSL).Voor alle eindexamens, zie www.alleexamens.nl. Voor de perfecte voorbereiding op je eindexamen, zie www.sslleiden.nl.