Aantekeningen: Hoofdstuk 2: Geld en ruil. Zelfvoorziening Zelf producten maken Consumeren Kopen...
-
Upload
geert-eilander -
Category
Documents
-
view
213 -
download
0
Transcript of Aantekeningen: Hoofdstuk 2: Geld en ruil. Zelfvoorziening Zelf producten maken Consumeren Kopen...
Aantekeningen:
Hoofdstuk 2:Geld en ruil
Zelfvoorziening
Zelf producten maken
Consumeren Kopen van goederen &
diensten
3.1 Hoe kom je aan geld?
• Loon
• Winst
• Huur
• Rente
Inkomen uit arbeid:
Inkomen uit bezit:
Geld waarvoor je gewerkt hebt.
Geld dat een ondernemer als het goed is overhoudt. Opbrengsten - kosten
Geld dat je ontvangt als je een gebouw of een kamer verhuurt.
Geld dat je krijgt van de bank voor het uitlenen van je geld.
• Pacht Geld dat je ontvangt als je een stuk grond verhuurt.
Overdrachtsinkomen
• Sociale uitkering
• Kinderbijslag
• Studiefinanciering
• Huursubsidie
Als er weinig overdrachtsinkomens van de overheid zijn, heb je
een vrije markt
Totale inkomsten kunnen bestaan uit:
• Geldontvangsten zonder tegenprestatie
• Geldontvangsten met tegenprestatie
• Inkomen in natura
Geld dat je zomaar krijgt.
Geld waarvoor je iets moet doen.
Inkomen in goederen en diensten, (geen geld)
Ruilen…Directe ruilGoederen tegen goederen ruilen, ook wel ruil in natura genoemd.
Nadelen directe ruil:
1. Niet makkelijk iemand te vinden die jouw spullen wilt.
2. Lastig om de ruilwaarde vast te stellen.
3. Producten kunnen bederfelijk zijn.
4. Producten kunnen groot en onhandig zijn.
5. Sommige producten zijn moeilijk deelbaar.
Ruilen…Indirecte ruilGoederen tegen geld ruilen.
Functies van geld:
1. Ruilmiddel
2. Rekenmiddel
3. Spaarmiddel/ oppotmiddel
http://petersteegmans.be/Wiskunde.htmhttp://kopenvanteescha.webklik.nl/page/homepage
http://www.2unite.org/?p=242
Ruilen…TransactiekostenAlle kosten die je maakt voordat je kan ruilen.
Voorbeelden van transactiekosten;
- Onderhandelingskosten
- Informatiekosten, advertentiekosten
- Vinden ruilpartner kost tijd
- Onderhandelen over de prijs kost tijd
Het gebruik van geld maakt de transactiekosten lager.
Als de transactiekosten hoger zijn dan het wederzijdse voordeel, zal de ruil niet plaatsvinden
Waarde van geld:
Nominale waardeWaarde die op het geld
staat
Intrinsieke waarde
Waarde van het materiaal van het geld.
Als intrinsieke waarde > nominale waarde, dan…
wordt het geld uit de roulatie gehaald en vernietigd
Waarde van geld
Nominale loon
Het bedrag dat je krijgt in euro’s.
Reële loon
Hoeveel producten je kan kopen met je loon (koopkracht van je loon)
INFLATIE… Wat gebeurt er met je reële loon?
Nominale loon blijft gelijk en reële loon daalt.
Waarde van geld:
Inflatie
Stijging van het algemeen prijspeil.
Hyperinflatie
Zeer grote stijging van het algemeen prijspeil.
Door hyperinflatie daalt het vertrouwen in het geld. Geld waarvan de koopkracht erg daalt, accepteren den mensen niet meer als betaalmiddel.
Waarde van geld
Gevolgen van inflatie…
Inflatie Prijzen ↑ Mensen kunnen minder kopen
Koopkracht ↓ Werknemers gaan meer loon vragen
….. LOON-PRIJSSPIRAAL Prijzen ↑
Waarde van geld:
Inflatie Prijzen ↑ …
* Nederlandse producten worden duurder tov buitenland
concurrentiepositie ↓
* Geld op spaarrekening wordt minder waard
Rente
Produceren
Aantal producten dat 1 werknemer maakt in een bepaalde tijd.
(per uur, dag, week, maand, jaar)
Als 1 werknemer meer producten kan maken
de arbeidsproductiviteit.
Arbeidsproductiviteit
ProducerenDe arbeidsproductiviteit stijgt door:
* Scholing Betere scholing/ cursussen
* Arbeidsdeling Werk beter organiseren/ Taken verdelen* Technologische ontwikkeling Betere machines
* Specialisatie Maken waar je goed in bent.
Voordelen bij producerenAbsoluut voordeel
Voordeel in productie waarbij een product tegen absoluut lagere kosten/ minder tijd geproduceerd kan worden.
Comparatief voordeel
Voordeel in productie waarbij een product tegen relatief lagere kosten geproduceerd kan worden.
Iemand heeft een hogere arbeidsproductiviteit.
Iemand heeft relatief (procentueel) een hogere arbeidsproductiviteit.
Comparatief voordeelComparatief voordeel & welvaart van landen
De gezamenlijke welvaart van landen stijgt als elk land het product produceert waarin het comparatieve kostenvoordelen heeft
http://wp.digischool.nl/economie/oefenen/bekende-economen/david-ricardo/
Wet van David Ricardo
Britse econoom
1772-1823
Comparatief voordeelVoorbeeld…
Twee landen kunnen elk twee producten produceren. Voor elk product zijn ze een aantal uren kwijt.
Land Productiekosten in arbeidsuren per eenheid
Engeland Portugal
Wol
Wijn
15 10
45 20
Portugal heeft een absoluut voordeel in wijn & wol.
% Engeland langer
50 % langer (15 - 10) 10 x 100%
125 % langer (45 – 20) 20
x 100%
Engeland heeft een comparatief voordeel in wol.
Comparatief voordeelEngeland heeft 345 arbeidsuren voor de productie beschikbaar & zonder internationale handel worden er 8 eenheden wol & 5 eenheden wijn geproduceerd en geconsumeerd.
Portugal heeft 240 arbeidsuren voor de productie beschikbaar & zonder internationale handel worden er 12 eenheden wol & 6 eenheden wijn geproduceerd en geconsumeerd.Land
Productie Zonder handel Met handel
Engeland Portugal Engeland Portugal
Wol 8 12
Wijn 5 6
Totaal 13 18
Comparatief voordeelEngeland heeft 345 arbeidsuren voor de productie beschikbaar & Portugal heeft 240 arbeidsuren.
Land
Productie Zonder handel Met handel
Engeland Portugal Engeland Portugal
Wol 8 12
Wijn 5 6
Totaal 13 18
Beide landen gaan zich specialiseren. Engeland in wol (comparatief voordeel) & Portugal in wijn.
23 (345/15) 0
0 12(240/20)
23 12
Door specialisatie is de welvaart van beide landen toegenomen met 3 eenheden wol & 1 eenheid wijn.
20 23
11 12