Aansprakelijkheid voor ongevallen met honden in de lift

2
LET OP: GEVAAR VOOR LETSEL HOUD UW HOND KORT AANGELIJND www.liftinstituut.nl/hond awn- EN BELEM Aansprakelijkheid voor ongevallen met honden in de lift Juridische informatie in Liftinstituut Magazine Verantwoordelijkheid en aan- sprakeLijkheid worden steeds belangrijker. De gebouweige- naar heeft een zorgpLicht voor iedereen in en om zijn ge- bouw. De werkgever is van uit de Arbowet primair verant- woordelijk voor de veiligheid van de werknemer. Hoe pakt dat nu uit als er daadwerkelijk een ongeval gebeurt? Wie wordt door de rechter verant- woordelijk gehouden en wat is het gevolg daarvan? De redac- tie heeft mr. Michael R.F. Gerrits, advocaat bij Van Die- pen Van der Kroef in Amster- dam, bereid gevonden hierover regelmatig een bijdrage te wiLlen leveren naar aanleiding van gerechtelijke uitspraken. In dit nummer opnieuw een artikel in deze serie. Door or. Michael Gerrits Bovengenoemde incidenten zijn voor het Liftinstituut aanteiding geweest om Liftenfabrikanten aan te sporen om, door middel van een beter ontwerp, nieuwe Liften (technisch) 'hondveiliger` te maken en voorts andere voorzorgs- maatregelen te bedenken om de at be- staande Liften op dit gebied veiliger te maken. In de huidige (geharmoniseer- de) Liftnormen is geen rekening gehou- den met dit gevaar, hetgeen erop lijkt te duiden dat deze norrnen niet voLdoen Het plaatsen van een pictogram oat in veel -gevalLen niet voLdoende zijn; tevens eel moeten worden aange.geven welke voorzargs- inaatregelen rnoeten worden genornen ow het gevaar te kunnen beperken of verrnijden. De rechter 251 bij een aansprake- lijkheidsvraag na een ongevat hepalen of de verwijzing op de sticker naar de website liftinstituutml/hond, voLdoende aan de retevante veiligheidsvoorschrif- ten (essentiele gezondheids- en veilig- heidseisen) waarop deze normen betrekking hebben. Stand der techniek Nieuwe detectiesystemen en veitig- heidsvoorzieningen moeten dit soort incidenten dus gaan voorkomen. Maar verbetering kost tijd. Tot aan het mo- ment dat de stand der techniek dit mo- gelijk maakt en genoemde liftnormen zijn aangescherpt, roept het Liftinsti- tuut hondbezittend Nederland dan ook op om honden in de lift kort aan te lij- nen. Daartoe heeft het Liftinstituut een waarschuwingssticker met een spe- ciaal waarschuwingspictogram ontwik- keld (zie de illustratie). Maar ondanks dit initiatief kunnen vergelijkbare inci- denten heden ten dage nog steeds plaatsvinden zolang nog geen 'betere' (Lees: strengere) veitigheidsnormen voorhanden zijn. Casus Stet., er doet zich toch weer een gevat voor waarbij een hond en een in de Lift achtergebLeven hondenbezitter worden gescheiden door de tiftdeuren. Een man buiten de Lift die de hond probeert te redden, vaLt daarbij in de Liftput en Loopt zo een gecompticeerde beenbreuk op. Hij kan daardoor een half jaar zijn beroep niet uitoefenen en tegt een claim van € 100.000,= neer bij de be- VOLSTAAT HET PLAATSEN VAN EEN WAARSCHUWINGSSTICKER? Het meenemen van een bond in de lift blijkt niet zonder gevaar. Het Liftinstituut registreerde in 2013 verschillende incidenten waarbij hond en hondenbezitter werden gescheiden door de liftdeuren. In drie gevallen liep het met een sisser af: het breken van de riem voorkwam dat de hond door de omhooggaande lift werd opgehangen. In ddn geval liep het wet stecht af: een vrouw die een hond wilde redden, viel samen met de hond in de liftschacht en overfeed. 10 tiiiinstiluui Magazine maart 2014

Transcript of Aansprakelijkheid voor ongevallen met honden in de lift

LET OP: GEVAAR VOOR LETSEL

HOUD UW HOND KORT AANGELIJND

www.liftinstituut.nl/hond

awn- EN BELEM

Aansprakelijkheid voor ongevallen met honden in de lift

Juridische informatie in Liftinstituut Magazine Verantwoordelijkheid en aan-sprakeLijkheid worden steeds belangrijker. De gebouweige-naar heeft een zorgpLicht voor iedereen in en om zijn ge-bouw. De werkgever is van uit de Arbowet primair verant-woordelijk voor de veiligheid van de werknemer. Hoe pakt dat nu uit als er daadwerkelijk een ongeval gebeurt? Wie wordt door de rechter verant-woordelijk gehouden en wat is het gevolg daarvan? De redac-tie heeft mr. Michael R.F. Gerrits, advocaat bij Van Die-pen Van der Kroef in Amster-dam, bereid gevonden hierover regelmatig een bijdrage te wiLlen leveren naar aanleiding van gerechtelijke uitspraken. In dit nummer opnieuw een artikel in deze serie.

Door or. Michael Gerrits Bovengenoemde incidenten zijn voor het Liftinstituut aanteiding geweest om Liftenfabrikanten aan te sporen om, door middel van een beter ontwerp, nieuwe Liften (technisch) 'hondveiliger` te maken en voorts andere voorzorgs-maatregelen te bedenken om de at be-staande Liften op dit gebied veiliger te maken. In de huidige (geharmoniseer-de) Liftnormen is geen rekening gehou-den met dit gevaar, hetgeen erop lijkt te duiden dat deze norrnen niet voLdoen

Het plaatsen van een

pictogram oat in veel

-gevalLen niet

voLdoende zijn;

tevens eel moeten

worden aange.geven

welke voorzargs-

inaatregelen rnoeten

worden genornen

ow het gevaar te

kunnen beperken of

verrnijden. De rechter

251 bij een aansprake-

lijkheidsvraag na een

ongevat hepalen

of de verwijzing op

de sticker naar

de website

liftinstituutml/hond,

voLdoende

aan de retevante veiligheidsvoorschrif-ten (essentiele gezondheids- en veilig-heidseisen) waarop deze normen betrekking hebben.

Stand der techniek Nieuwe detectiesystemen en veitig-heidsvoorzieningen moeten dit soort incidenten dus gaan voorkomen. Maar verbetering kost tijd. Tot aan het mo-ment dat de stand der techniek dit mo-gelijk maakt en genoemde liftnormen zijn aangescherpt, roept het Liftinsti-tuut hondbezittend Nederland dan ook op om honden in de lift kort aan te lij-nen. Daartoe heeft het Liftinstituut een waarschuwingssticker met een spe-ciaal waarschuwingspictogram ontwik-keld (zie de illustratie). Maar ondanks dit initiatief kunnen vergelijkbare inci-denten heden ten dage nog steeds plaatsvinden zolang nog geen 'betere' (Lees: strengere) veitigheidsnormen voorhanden zijn.

Casus Stet., er doet zich toch weer een gevat voor waarbij een hond en een in de Lift achtergebLeven hondenbezitter worden gescheiden door de tiftdeuren. Een man buiten de Lift die de hond probeert te redden, vaLt daarbij in de Liftput en Loopt zo een gecompticeerde beenbreuk op. Hij kan daardoor een half jaar zijn beroep niet uitoefenen en tegt een claim van € 100.000,= neer bij de be-

VOLSTAAT HET PLAATSEN VAN EEN WAARSCHUWINGSSTICKER?

Het meenemen van een bond in de lift blijkt niet zonder gevaar. Het Liftinstituut registreerde

in 2013 verschillende incidenten waarbij hond en hondenbezitter werden gescheiden door de

liftdeuren. In drie gevallen liep het met een sisser af: het breken van de riem voorkwam dat

de hond door de omhooggaande lift werd opgehangen. In ddn geval liep het wet stecht af: een

vrouw die een hond wilde redden, viel samen met de hond in de liftschacht en overfeed.

10 tiiiinstiluui Magazine maart 2014

WET EN BELEID

heerder van het gebouw. De man verwijt de beheerder dat hij niet voldaan heeft aan zijn zorgplicht: "U wist dat dit kon gebeuren, maar u hebt niets gedaan."

De beheerder wijst echter de claim af, met de volgende redenen:

de lift voldoet aan de getdende vei-Ligheidsnormen (waarin dus (nog) geen rekening is gehouden met het risico dat honden en hondenbezit-tars van elkaar gescheiden zouden kunnen warden;

it voor de lift is door het Liftinstituut in 2013 een certificaat afgegeven.

Zijn concLusie is dat zijn Lift voldoet aan de wettelijke veiligheidseisen.

Er volgt een civiele procedure. De vraag is nu wat een rechter, op basis van wet en jurisprudentie, in die procedure zou kunnen beslissen. En maakt het voor de uitkomst uit of de beheerder voor het risico gewaarschuwd heeft door de waarschuwingssticker van het Liftinsti-tuut in de lift aan te brengen?

Jurisprudentie Uit de wet en jurisprudentie blijkt dat een waarschuwing pas mag worden ge-bruikt indien het gevaar niet op andere wijze kan worden weggenomen. Het ge-vaar wordt daarmee beperkt op zodanige wijze dat het als veiLig — dat wit zeggen: niet gebrekkig — kan warden beschouwd. Sommige gevaren kunnen immers niet worden weggehaald, omdat zij inherent zijn aan het gebruik en de functie van een product. Denk bijvoorbeeld aan de scherpe tanden van een zaag. Maar kan het desbetreffende gevaar wet worden voorkomen door andere voorzorgsmaat-regeLen, bijvoorbeeld een beter ontwerp, dan verdient de laatste mogelijkheid de voorkeur indien het nemen van deze maatregeten niet te bezwaarLijk is qua tijd, moeite en kosten. Dit Laatste is een noodzakelijke voorwaarde.

Of een beter ontwerp dan wel andere voorzorgsmaatregelen, zoaLs een beveili-ging, niet te bezwaarlijk is qua tijd, moeite of kosten, hangt af van de con-crete omstandigheden en dient daarom per geval te worden beoordeeld. Indien, bijvoorbeetd, andere liften van hetzelfde type en van andere fabricaten en/of,an-dere types aantonen dat die uitvoerin-gen dit gevaar niet kennen of wanneer de desbetreffende risico's door een wat andere constructie van de Lift of door het treffen van beschermende maatrege-len eenvoudig vermijdbaar zijn, zal een rechter de Lift gebrekkig achten. Dat de

Lift voldoet aan de geldende veitigheids-normen, zoals de beheerder verdedigt, zal dit dan niet anders maken. Het onge-val iltustreert juist immers dat de veilig-heidsvoorschriften ontoereikend zijn en al helemaal omdat eerdere incidenten voor (onder meer) het Liftinstituut aan-teiding zijn geweest am de liftindustrie op te roepen liften op dit gebied veiliger te maken.

Kwetsbaarheid stachtoffer Voor aansprakeLijkheid van de beheer-der kan ook doorslaggevend zijn dat inmiddels weL is gebleken dat Liften met betrekking tot 'hondveiligheid' een le-vensgevaarLijk risico in zich bergen en dat dit risico kan ontstaan bij een nor-maaL te achten gebruik van de Lift. An-ders gezegd, een dergelijk risico moet inmiddels voorzienbaar worden geacht en at hetemaal veer een Liftenfabrikant. De kwetsbaarheid van het slachtoffer zal hierbij oak zeker een rol spelen.

Waarschuwingssticker voldoende? Mocht de rechter van oordeel zijn dat het qua tijd, moeite en kosten niet van de liftbeheerder kan worden gevergd dat hij andere voorzorgsmaatregelen had moeten treffen, dan kan worden volstaan met een waarschuwing. Hoe-wet hij niet zijn risicoaansprakelijk-heid voor opstallen zal kunnen negeren, pleit voor de beheerder dat hij niet de fabrikant van de lift is. De vraag die dan rijst, is of het aanbren-gen van de waarschuwingssticker van het Liftinstituut in de lift voldoende is. In het algemeen geLdt dat wear-schuwingen qua inhoud en von m duide-lijk, leesbaar, nauwkeurig en makkelijk opmerkbaar moeten zijn. De waarschu-wing moet in ieder geval voldoende duidelijk zijn voor de gemiddelde ge-bruiker, zo blijkt uit de veto recht-spraak die hierover bestaat. Het alleen plaatsen van een pictogram zal in veet gevallen dus niet voldoende zijn; te-yens zal moeten warden aangegeven weLke voorzorgsmaatregelen moeten warden genomen om het gevaar te kunnen beperken of vermijden. De rechter zal dan nagaan of de verwij-zing op de sticker naar de website liftinstituut.nl/hond, waar deze ver-dere voorzorgsmaatregelen worden aangereikt, voldoende is. Let op: de gebouw-eigenaar/beheerder heeft hier een eigen verantwoordelijkheid en zal zelf moeten beoordelen of de door hem concreet getroffen maatregelen vol-staan. Hij zal zich dus niet kunnen ver-schuilen achter het Liftinstituut.

Lat ligt hoog De hoogste rechter in Nederland, de Hoge Raad, heeft de tat voor de wear-schuwingsplicht hoog gelegd. Beslis-send is of de waarschuwing effectief is; of te verwachten vaLt dat de gewaar-schuwde zijn gedrag aanpast aan de waarschuwing. Dit Lijkt tot gevolg to hebben dat indien er is gewaarschuwd en zich schade heeft voorgedaan, de waarschuwende partij aansprakelijk is, want blijkbaar was die waarschuwing dan onvoldoende effectief. Mijns in-ziens is dit echter niet zo. Een waar-schuwing kan als afdoende worden beschouwd, oak indien deze niet is op-gevolgd door de gewaarschuwde. Het niet opvolgen van de waarschuwing kan bijvoorbeeld te wijten zijn aan een gra-te mate van onopLettendheid van de gewaarschuwde of aan een verkeerd ge-maakte afweging tussen de omvang van het risico en de omvang van de zorg door de gebruiker zelf. Op het onvoor-zienbare gedrag van een 'enkele zonder-ling' hoeft een zorgdrager zijn zorg-plicht niet af te stemmen. Het gaat am de geobjectiveerde verwachting van de zorgdrager dat de gemiddelde mans zijn gedrag aanpast. Het slachtoffer zal in beginse moeten bewijzen dat de waar-schuwing niet adequaat is, bijvoorbeeld door aan to tonen dat een duidelijkere waarschuwing voorhanden is.

Voor aanspraketijk-

held van de

beheerder kan oak

doorstaggevend zijn

dat huniddets wet is

gebLeken dat Liften

met betrekking tot

'hondveitigheid'

risicovol zijn en dat

dit risico kan

ontstaan bij een

normaaL to achten

gebruik van de lift.

Anders gezegcl, een

dergetijk risico moet

inmiddels voorzien-

bear warden geacht

en at helemaat voor

een tiftenfabrikant.

Liftinstituut Magazine maart 2014 11