Presentatie workship compost een zegen voor bodem opbrengst en boer
38e jaargang 1994 - isms.biz · gehouden op 12, 13, 19 en 20 oktober jongstledén, boden voor...
Transcript of 38e jaargang 1994 - isms.biz · gehouden op 12, 13, 19 en 20 oktober jongstledén, boden voor...
9 38e jaargang 1994
november
ISSN 0009 - l3l6
370
Kwaliteit is ons doel .
• ,
Ervaren kwekers staan op
I
Amycel voor optimale kwaliteit. Want Amycel is de maatstaf waaraan alle andere broedprodukten worden
afgemeten.
Alleen Amycel heeft exclusieve onderzoek-en produktiefaciliteiten .. . ongeëvenaarde ervaring als het meest vooraanstaande bedrijf in de broedindustrie .. . eersterangs testprocedures ... en het beste klantenservice-programma in deze bedrijfs-tak.
Kweek met Amycel-met vertrouwen.
Dan bent u zeker van:
• de kwaliteit die u eist • de service die u verwacht • de betrouwbaarheid die
u wenst
U kunt rekenen op Amycel
Amycel Distributie voor Noord-West Europa:
Amycel B.V. • Sleestraat 14 e 6014 CA e lttervort
Tel: (31) 04756-6225 e Fax: (31} 04756-6385
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9) 371
DE CHAMPIGNONCULTUUR Redactie: L.J.L.D. van Griensven {Proefstation) J.P.G. Gerrits {Proefstation) P.M. Schaper L.G.J. van Horen (IKC afdeling Champignonteelt) J. van de Geijn {IKC afdeling Champignonteelt) G. van Megen-Boekestijn {Centrum voor Champignonteeltonderwijs) Administratie en redactiemedewerker: Mevr. C.A.B.M. Simons-Vollebergh
Postadres: Postbus 6042 5960 AA Horst Telefoon 04764- 1944 Telefax 04764- 1567
Rabobank Reuver: 14.36.13.049 Giro van de bank: 10.49.111
Verschijnt tien maal per jaar.
Advertentietarieven op aanvraag.
Abonnementen Abonnementsgeld binnenland: Individueel f 100,-- per jaar. Tweede abonnement op eenzelfde adres f 75,-- per jaar. Losse nummers f 10,--. Bedragen exclusief b.t.w.
Abonnementen buitenland. Individueel f 145,-- per jaar. Luchtpost f 180,-- per jaar.
Een nieuw abonnement kan op elk gewenst moment ingaan. Voor het resterende deel van het jaar wordt een evenredig deel van de abonnementsprijs in rekening gebracht. Het abonnement kan tot één maand voor het begin van het nieuwe abonnementsjaar schriftelijk worden opgezegd Ganuari).
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van Bromyc b.v.
No part of this journal may be copied without written permission. All rights reserved by Bromyc b.v.
Druk: Drukkerij Smits, Horst.
Een voorbeeld van clustervorming. Door clusters op sterk water te bewaren ontstaat goed vergelijkingsmateriaal.
Bijvoeden en plastic in relatie tot het stikstof- en vochtgehalte van doorgroeide compost
In het artikel op pagina 381 en volgende wordt aandacht besteed aan de invloed van het stikstofgehalte van de compost op het effect van bijvoeden en van het vochtgehalte op het effect van plastic. Verder komt de vraag aan de orde of er een samenhang tussen beiden bestaat.
Open Dagen Proefstation 1994
De Open Dagen van het Proefstation, gehouden op 12, 13, 19 en 20 oktober jongstledén, boden voor belangstellenden een interessant en gevarieerd programma. Zaken als indoor compost, clustervorming, gewasbescherming en de problemen rond het gebruik van prochloraz kwamen aan de orde. Zie het verslag op pagina 389 en verder.
Ontwikkelingen in de veilingafzet
Het artikel op bladzijde 395 en volgende gaat over de handel in champignons, de ontwikkeling van de veilingafzet en geeft een overzicht van de klokprijzen.
( - 9- ) In dit nummer:
373 Ideetje?
375 Nieuws en Commentaren
381 Bijvoeden en plastic in relatie tot het stikstof- en vocht-gehalte van doorgroeide compost
389 O~en Dagen Proefstation 1 94
395 Ontwikkelingen in de veilingafzet
396 Vraag en aanbod
401 Landbouwtelling 1994 Cijfers over champignonteelt
402 Belangrijke adressen
372
TECHNISCH INSTALLATIE- EN VERKOOPBUREAU
Landelijk ert<end: Gasfitterbedrijf I Waterfittersbedrijf I Constructlewerken I Champlgnonmachines- en benodigdheden I Electrotechnlsch Installatie- en Reparatiebedrijf I Centraal verwarmlngs Installatiebedrijf
Bremweg 2- 5961 NE HORST- Tel. 04709-83359-83333- Fax 04709-83543
Voor totale klimatisering en mechanisatie
Deze klimaatcomputer is bij iedere cel instelbaar en ook vanaf kantoor en woning, indien men dit wenst (d.m.v. Personal Computer, beeldscherm, keybord en printer).
Wij zijn ook in staat uw bedrijf de eerste tijd vanaf ons kantoor via de computer te volgen en van advies te dienen.
Limbraco b.v. ontwerpt, fabriceert en installeert voor U de totale klimaatbeheersing alsmede stoom-, verwarming-, elektro- en koelinstallaties.
Wij ontwikkelden speciaal voor U de zeer gebruiksvriendelijke Limbraco klimaatcomputer.
-... . 11 ---••
• •• ... - u ....... F]i"f~
...". ... ·-~;.-
[ •
Verder omvat ons programma alle verdere benodigdheden voor uw bedrijf zoals: stellingen, deuren, treklieren, ent-aandrukmachines, opruw- en egaliseermachines, bijvoedwagens en verdere benodigdheden.
Vraag vrijblijvend informatie.
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9) 373
Ideetje?
L.J.L.D. van Griensven, Proefstation voor de Champignoncultuur, Horst
In de afgelopen week ben ik betrokken geweest bij de beoordeling van de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek van een grote buitenlandse onderzoeksinstelling. Het onderzoek had betrekking op het gehele terrein van de tuinbouw en het instituut waar het om ging was na een proces van fusie en verzelfstandiging bezig zich een plaats te verwerven in de markt. Het proces was gepaard gegaan met een ingrijpende reorganisatie en met uitstoting van grote aantallen werknemers. Er was een instituut overgebleven met 700 werknemers en onderzoek dat varieerde van fundamenteel via strategisch naar praktijkonderzoek. De financiering geschiedde voornamelijk door het Ministerie van Landbouw en een organisatie ter bevordering van de wetenschap. De heffingen opgelegd aan telers maakten slechts een klein deel uit van het exploitatiebudget
Alle onderzoeksgroepen en alle projecten moesten beoordeeld worden op hun wetenschappelijke kwaliteit, produktiviteit in termen van publikaties en in geval van het toegepaste onderzoek op de bruikbaarheid voor de doelgroep. We zijn daar met twee groepen van acht experts gedurende een week van 's ochtends acht tot 's avonds acht mee bezig geweest. Aan het einde van de week lag er een concept rapport, dat in de komende weken zijn uiteindelijke vorm moet krij-
ge n en dan gebruikt kan worden voor verdere aanscherping van de programmering.
Ik heb het een buitengewoon inspirerende week gevonden, niet alleen vanwege de kwaliteit van veel van het onderzoek, maar ook omdat daar het gehele scala van tuinbouwonderzoek integraal gepresenteerd werd. Met name de inzet om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen terug te dringen was groot en de resultaten van dat onderzoek waren indrukwekkend. Dat had niet alleen van doen met resistentieveredeling en met de biologische bestrijding van ziekten en plagen maar ook met het begrijpen van biologische evenwichten in de diverse produktiesystemen en met het gebruik van die kennis. Te veel om op te noemen en te gespecialiseerd om er hier in het kort op in te gaan.
In Nederland is de inzet in hetzelfde soort onderzoek zeker zo groot, omdat wij een aanzienlijk hogere produktie aan tuinbouwge wassen hebben dan de meeste buitenlanden en wij dat bovendien op een veel kleinere oppervlakte doen met als gevolg dat hier de problemen rond gewasbeschermingsmiddelen dieper grijpen dan elders.
Dat alles speelde door mijn hoofd toen ik afgelopen zondag het programma "Vroege vogels " op de radio
beluisterde. Een programma dat op weergaloos subjectieve wijze de ellende van het milieubederf weet te mengen met zo aangename barokmuziek, dat ik het niet uitzet. Nooit een positief woord voor de grote inspanningen en de buitengewone prestaties die in ons land geleverd zijn om ook hier gebruik van bestrijdingsmiddelen drastisch terug te dringen, waardoor de verkommering van het milieu door de (te) goedkope produktie van groente en fruit met succes wordt tegengegaan.
Het duo Kosterman/de Wijs doet mij denken aan de vastenpredikers die ons vroeger hel en verdoemenis voorspelden als wij niet terstond het rechte pad weer bewandelden. Feilloos konden zij dat ons, onnozelen, voorhouden, sprekend op gezag van God en aan de hand van de H. Schrift. Ook toen werd de ellendige boodschap afgewisseld met prachtige muziek. De boetepreek van weleer in een moderne jas. Ex cathedra, geen relativering, volgens het nieuwe e vangelie van Lucas (Reinders).
Het zou passend zijn om een ander radioprogramma te maken met aangename muziek en positief nieuws, zodat sluimerend Nederland in opgewekte stemming de nieuwe week tegemoet kan gaan. Een ideetje voor de KRO met voorzitter Braks, we llicht?
Advertentietarieven en abonnementen 1995 Abonnementen
Abonnementen in Nederland zijn verkrijgbaar voor I 100,· per jaar. Een tweede abonnement op eenzelfde adres bedraagt f 75,· per jaar. losse nummers zijn verkrijgbaar voor I 1 0,·. De abonnementstarieven zijn exlusief btw. Een abonnement voor het buitenland kost f 145, · (luchtpost I 180, ).
Hele pagina Tweederde pagina Halve pagina Eenderde pagina Eenzesde pagina
{zetspiegel 183x253 mm) {zetspiegel 183x 165 mm) {zetspiegel 183x 125 mm) {zetspiegel 183x82 mm) {zetspiegel 89x82 mm)
Advertentietarieven
I 600,· I 425,· I 300,· I 225,· I 150,·
Voor advertentie·abonnemenlen · in minimaal 1 0 opeenvolgende num· mers een advertentie van helzelfde formaat · gelden de volgende tarieven:
Hele pagina I 500,· Tweederde pagina I 350,· Halve pagina f 275,· Eenderde pagina f 200,-Eenzesde pagina I 125,·
374
Gespecialiseerd in koelinstallaties voor champignonkwekerijen
-Freon directsysteem - Koudwaterkoeling - Koelcel len met natte of droge koeling
Diverse referentie-adressen van deze systemen op aanvraag.
Graag informeren wij u wat in uw bedrijf het beste past.
KOEL TECHNISCH BUREAU BRABANT BV KOEL TECHNISCH BUREAU BRABANT BVBA De Lind 9, 4841 KC Prinsenbeek Ekeren (B) Tel. 076- 41 40 70 Fax 076- 42 03 78 Tel. 011 - 66 52 01
Champignons moeten zich thuisvoelen ...
Weerens Bouwbedrijf voelt zich als geen ander thuis in de bouw van praktische
gebouwen voor de champignonteelt.
Prefab bezinkput van .beton voor champignonteeltbedrijven.
- Voldoet aan de wettelijk gestelde eisen.
Specialisatie: • tunnelsystemen • kweekgebouwen
bouwbedrijf bv
~~ mc:J
amentstraat 15 -17, 6039 RA Stramproy telefoon 04956 -1285, telefax 04956 -1692
voor het repareren van uw Champignondoeken VERKOOP
- Is gemakkelijk verplaatsbaar bij bedrijfsuitbreiding Nlcolon Champignondoeken Afdekdoeken Tunnelmatten
of aanpassing. - Is op elke willekeurige plaats aan te brengen. - Het is een duurzaam product. - Gegarandeerd waterdicht. - Onder normale omstandigheden in minder
dan 2 uur te plaatsen.
~.T.Tr~J.ïr/1 steengoed
Floreffestraat 109, Postbus 52 5710 AB SOMEREN Telefoon 04937-91457, Telefax 04937-93827
tegen concurrerende prijzen.
Agrarisch hulpbedrii•
J.P. CREEMERS Wanssumseweg 19, Oostrum Telefoon 04784 - 2956 Telefax 04784 - 2839
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
Nieuws en Commentaren
Onderzoekrapport schetst somber perspectief voor Nederlandse agrosector
De concurrentieposit ie van de Nederlandse agrosector (primaire rroduktie, handel en verwerking) za verder verslechteren. Dat komt doordat de sector niet adequaat reageert op de wijzig ingen d ie zich in de markten voltrekken. Dat is de voornaamste conclusie van een internationaal vergelijkend onderzoek naar de concurrentiekracht van de Nederlandse agrosector. Op 11 oktober jongstleden presenteerden de onderzoekers hun bevindingen, d ie zijn neergelegd in het rapport "De markt gemist? " . Het onderzoek is verricht door onderzoeksbureau A.T. Kearney in opdracht van het minist erie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV). De stud ie maakt deel uit van het strategische project ORCA (Oriëntatie op concurrentieposit ie agrosector). Minister Van Aartsen van LNV vindt het rapport een goed aanknopingspunt voor een st rat eg ische heroriëntatie binnen de agrosector. De bevind ingen van A.T. Kearney kunnen daarvoor een krachtige impuls zijn. Het beeld dat het rapport naar voren b rengt is naar zijn oordeel zorgwekkender dan tot dusverre werd aangenomen. De uitgevoerde concurrentieanalyse zal worden gebruikt bij de ontwikkeling van het overheidsbeleid. In een brief aan het bedrijfsleven, de consumentenorganisaties en de organisaties op het gebied van natuur en milieu vraagt de minister om mee te denken over "een offensief beleid " voor de komende regeerperiode. Van Aartsen heeft het rapport ook aangeboden aan de Stichting Ter Zake, als een nuttige bijdrage aan de d iscussie over de toekomst van land- en tuinbouw.
Het onderzoeksbureau stelt vast dat de verdring ing op de Europese markten toeneemt. Op de voor Nederland belangrijke Europese markten stagneert de vraag: naar verwachting zal de consumptiegroei van de afgelopen
twintig jaar in de komende twee decennia halveren. Daartegenover staat een stijgend aanbod, veroorzaakt zowel door de voortgaande stijging van de produktiviteit als door nieuwe toetreders op de markt. Door de recente GATI-akkoorden vermindert bovend ien de bescherming van de Europese markt. Het afnemen van de exportrestituties maakt het naar het oordeel van A.T. Kearney moeil ijker om naar niet-EU-markten te exporteren.
Bij de eenwording van de Europese markt werd het ontstaan van de " Euroconsument " voorspeld. Die b lijkt echter niet te bestaan. De verschillen tussen en binnen de Europese markten zijn g root. Er is sprake van een fragment atie van afnemerswensen en de consument is mondiger en kritischer geworden. De variët eit in het assortiment is daardoor sterk toegenomen. Zaken als gegarandeerde herkomst, regionale produkten, garanties voor dierenwelzijn en smaakdiversificatie maken de markt minder doorzichtig dan vroeger. De sterke concentratie in de levensmiddelendetailhandel en het toenemend gebruik van scanningtechnologie hebben geleid tot een veel stringentere stur ing van de assortimentssamenstelling, de kosten en de kwaliteit.
Het Nederlandse agro-assortiment is niet meegegroeid met deze marktontwikkelingen. Dit in tegenstell ing tot dat van belangrijke concurrent en als bijvoorbeeld Denemarken en Frankrijk. Was de Nederlandse agrosector eerde'r het schoolvoorbeeld van efficiëntie en kwaliteit, nu is hij qua produkttypering t erechtgekomen in het "d iscount segment". Doordat ook de d iscountklant zijn kwaliteitseisen in hoog tempo opschroeft, dreigt Nederland nog meer terrein te verliezen.
De kloof tussen vraag en aanbod moet verholpen worden door adequaat t e reageren op de marktwensen. In de grote sectoren waarvoor een ongunstige marktpositie d reigt, is
375
echter sprake van structuren die snelle, adequate reacties verhinderen. Die gaan namelijk op de korte termijn altijd ten koste van één van de betrokken partijen.
Zwaartepunt van het onderzoek van AT. Kearney is de analyse van de positie van Nederlandse produkten op de internationale markt. Door vergelijkingen met concurrerende landen binnen en buiten Europa is deze marktposit ie in kaart gebracht. Vervo lgens is t eruggeredeneerd naar de verschillende schakels in de produktieketen: verwerking, handel en primaire landbouwprodukt ie. Het onderzoek strekt zich uit over een groot deel van de Nederlandse agrosector: snijbloemen, groenten, zuivelprodukt en, consumptieaardappelen, varkensvlees, plantaardig uitgangsmateriaal (zaden}, vis en visprodukten. Snijbloemen en zaden scoren goed in de concurrentievergel ijking, maar maken daarmee de slechtere kwalif icaties van zuivel, groenten en vooral varkensvlees niet goed.
Het ORCA-project, waarvan de nu verschenen studie deel uitmaakt, heeft als doelstelllingen het ontwikkelen van een visie op de huidige internationale concurrent ieposit ie, het ontwikkelen van aanbevelingen voor het versterken daarvan, het ontwikkelen van beleidsaanbevelingen en het op gang brengen van een verander ingsproces, gericht op implementat ie van de beleidsaanbevelingen. Bij het ontwikkelen van toekomstig beleid zullen overigens ook andere, nog te verschijnen, studies een rol gaan spelen. Te denken valt aan onder meer "Landbouw 2015 " en "Veehouderij na 2005" . (Persbericht ministerie LNV)
Commentaar vanuit CNC
De champignonsector: slagvaardige mensen Het sombere perspectief van het rapport "De markt gem i st? " wordt door de CNC beslist niet onderschreven.
376
Dofra oogsthulpmiddel voor champignons. Dofra is erin geslaagd om een eenvoudig, uiterst efficiënt oogsthulpmiddel te ontwikkelen voor het oogsten van champignons. Het Dofra oogsthulpmiddel geeft een grote verhoging van de plukprestatie met behoud van de kwaliteit van de champignons.
Door het uitgekiende ontwerp is een ergonomisch en gebruiksvriendelijk oogsthulpmiddel ontstaan dat breed inzetbaar is. De maximale plukprestatie wordt bereikt door, naast de aanschaf van het oogsthulpmiddel, de organisatie rond het oogsten te optimaliseren. Zo kan een aanzienlijke kostprijsverlaging worden gerealiseerd.
vooruitstrevend en inzetbaar in nagenoeg alle bestaande situaties!
Dofra- leveringsprogramma champignonteelt • Watergeefapparatuur
van spuitwagen tot volautomatische systemen • Doekenpoetsmachines
voor o.a. teelt- en tunneldoeken • Oogsthulpapparatuur
van pluklorrie tot plukplateaus • Alcoa-aluminium stellingen
voor solide champignonkweeksystemen • Luchtwassers
voor verwijdering van ammoniak uit ventilatielucht van zowel kweekcel als tunnels
dofra bv horst • Nijverheidsstraat 11
Postbus 6019 vooraan In
5960 AA Horst - NL Telefoon 04709-99888 Telefax 04709-84575
techniek en kwaliteit
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
N iet de structuren maar de inzet van mensen bepaalt of de champignontelers wel of niet de markt zullen gaan missen. Tot nu toe heeft de sector de markt volop benut! Toch is het goed dat publikat ies over problemen zoals overproduktie, kloof tussen vraag en aanbod, inefficiënt werken van betrokken partijen, alle mensen wakker houden! Het rapport maakt melding van problemen bij bedrijfs- en afzetcoöperaties. De inkoopcoöperatie CNC werkt echter anders en dat blijkt ook uit de resultaten. De CNC-telers zijn bereid geweest om gezamenlijk te investeren in het indoor composteringsproces, de coöperatie pakt het gelijktijdig vullen en afdekken op en er wordt alert gereageerd op problemen. Natuurlijk zijn er binnen de schakels in onze sector ook spanningen. Een goede prijs voor de industriechampignon is plezierig voor de teler maar kan voor problemen zorgen in de verwerkende industrie.
In de Nederlandse champignonsector komen vernieuwingen niet te laat (een trend die het rapport aangeeft). Wel moet de sector beseffen dat het collectief investeren een steeds langere adem vraagt omdat het verder perfect ioneren van mechanisatie of een doorbraak in het veredelingsenderzoek om steeds gedetailleerdere voorkennis vraagt.
Wat de markt betreft, verse champignons zijn tot nu toe zonder marktsteun of exportsubsidies van de Europese Unie verhandeld. En de sector zal een antwoord vinden op een mogelijk toenemende concurrentie vanuit het buitenland in de komende jaren (door verlaging invoerrechten). Er zijn problemen maar ze kunnen worden opgelost. Zeker wanneer de huidige jonge ondernemers zich net zo willen inzetten voor de sector als menige oudere teler heeft gedaan. (ir. A.M.J. van der Steen)
Bedrijfsresultaten 1992 van champignonteeltbedrijven
Onlangs gaf het Landbouw-Economisch Instituut (LEl) de resultaten van het jaarlijkse onderzoek inzake rentabiliteit en f inanciering weer in de publikaties 'Bedrijfsuitkomsten in de tuinbouw (BUT)' en 'De financiële posit ie van de tuinbouw (FIT)' waarbij het boekjaar 1992 vergeleken wordt met enkele daaraan voorafgaande jaren. Het onderzoek heeft tot doel inzicht te verschaffen in het niveau en de ontwikkeling van de rentabiliteit,
de inkomensvorming, het financier ingsgedrag en de vermogenspositie. Het onderzoek is gebaseerd op 36 door het LEl samengestelde boekhoudingen van champignonbedrijven. Deze bedrijven hadden in 1992 een gemiddelde teeltoppervlakte van 1732 m2 waarop 5,4 teelten werden uitgevoerd. De arbeidsbezetting bedroeg 5,93 mensjaar waarvan 2,63 mensjaar (44%) betrekking had op de arbeid van de ondernemer en zijn gezin en 3,3 mensjaar op aangetrokken personeel.
Bedrijfsresultaten 1992 De bedrijfseconomische opbrengsten waren op de onderzocht e bedrijven gemiddeld f 113.700,- lager dan de kosten. Dit betekent een verlies van 14% in vergelijking met de kosten. De rentabi liteit voor de individuele bedrijven liep uiteen van een verlies van 40% van de kosten tot een winst van 20%. Van de deelnemende bedrijven behaalde 18% een positief resultaat.
Inkomen De arbeidsopbrengst van de ondernemer bestaat uit het ondernemersoverschot en de als kosten gecalculeerde vergoeding voor de arbeid die door de ondernemer wordt uitgevoerd. In 1992 was dat f 2.200,-.
Het ondernemersinkomen -de arbeidsopbrengst plus het saldo van berekende en betaalde rente en de ontvangen subsidie- kwam neer op f 7.1 00,-.
Het totale inkomen bedroeg f 51.400,-. Dit is het ondernemersinkomen p lus de berekende vergoeding voor arbeid die door de overige gezinsleden wordt uitgevoerd plus het inkomen dat buiten het bedrijf wordt genoten (bijvoorbeeld kinderbijslag).
Financiering - Herkomst van de middelen
De besparing gemiddeld per bedrijf was negatief. De ontsparing bedroeg f 27 .500,-. De afschrijvingen op de duurzame produktiemiddelen kwamen neer op een bedrag van f 90.700,-. De beschikbare middelen kwamen in totaal op een bedrag van f 94.200,-.
- Besteding van de middelen Van de middelen d ie beschikbaar kwamen werd in 1992 f 37.200,- afgelost op leningen onroerend goed op lange termijn. De bruto-investeringen bedroegen f 43.300,-. De overige produktiemiddelen en investeringen buiten het bedrijf na-
377
men in 1992 met f 6.600,- toe en bij de liquiditeiten was er een afname van f 7.200,-.
Balans De balans is samengesteld op bedrijfseconomische basis. Dit houdt onder meer in dat de woningen tegen boekwaarde zijn gewaardeerd op basis van de herbouwwaarde en de duurzame produktiemiddelen tegen boekwaarde op basis van de nieuwwaarde.
- Activa De totale bezittingen van de ondernemer op een champignonbedrijf werden eind 1992 gemiddeld op f 1.186.400,- becijferd. Hiervan had een bedrag van f 672.800,- betrekking op de duurzame produktiemiddelen (57%).
- Passiva Het vreemd vermogen bedroeg eind 1992 gemiddeld f 569.200,(48% van het vermogen).
- Solvabiliteit Solvabiliteit wil zeggen het eigen vermogen in procenten van het totale vermogen. Eind 1992 bedroeg dit voor het gemiddelde champignonbedrijf 52%.
De spreiding was echter aanzienlij k: 16% van de bedrijven had een negatieve solvabiliteit, 23% van de bedrijven had een solvabiliteit van 0 tot 40%, 40% een solvabiliteit van 40 tot 80% en 22% kwam hoger dan 80%. De publikaties 'De f inanciële posit ie van de tuinbouw (FIT)' (f 85,-) ' en 'Bedrijfsuitkomsten in de tuinbouw (BUT)' (f 51 ,-) zijn te bestellen bij het LEl (070-3308330). De respectievelijke bestelnummers zijn Periodieke Rapportage 37-92 en 38-92. (LvH)
DL V en CNC sluiten samenwerkingsovereenkomst af over verkoop MI SCHA
DLV en CNC hebben onlangs overeenstemming bereikt over samenwerking in de verkoop en begeleiding van het management-softwarepakket voor de champignonteelt, MISCHA.
De afgelopen jaren is op init iatief van de projectgroep SITU het softwarepakket MISCHA ontwikkeld. In deze groep zitten vertegenwoord igers van het Centrum voor Champignonteeltonderwijs, Proefstation voor de Champignoncultuur, IKC-AT Afdeling Champignonteelt, DLV, SITU/ATC en CNC.
;f/au.w~~ te,t-tl~l"fe~ttitrl(
HOEV KUBIE
I
Kies Euroveen op grond van kwaliteit.
(} OlfcjJ« t~f'fMtu.u.J"d~ ,,r-/J~fafilfj' . M wat~f'rfos~f'flfj'
Veenproduk tenmoolschoppij Euroveen B.V., Verlengde Grensweg B, Venlo-West. Postbus 304, 5900 AH Venlo, Holland. Telefoon 077-823946, fox 077-872600.
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
De financier ing van dit project heeft plaatsgevonden met INSP-gelden (Informatica Stimuleringsplan) en collectieve middelen door de CNC beschikbaar gesteld.
In de deze week afgesloten samenwerkingsovereenkomst tussen DLV en CNC is geregeld dat DLV verantwoordelijk is voor de verkoop en begeleid ing van het programma MISCHA. De verkoopprijs van dit voor champignontelers uitstekende managementinstrument is vastgesteld op f 2.150,-. Hiervoor ontvangt de champignonteler de software en de begeleiding die nodig is om met het programma te leren werken. Een onderhoudscontract ter waarde van f 500,- voor het eerste jaar is eveneens inbegrepen in deze prijs. DLV en CNC denken in de komende vier jaar 150 exemplaren van MISCHA te verkopen.
Vanuit de testgroepen van het programma en de eerste gebruikers is veel belangst elling voor mogelijke koppelingen tussen MISCHA en bijvoorbeeld weegbrugapparatuur, klimaatcomputers en de veilinggegevens.
Bij voldoende belangstelling voor het programma MISCHA zullen deze koppelingen in overleg met de d iverse betrokkenen gerealiseerd worden.
Voor meer informatie: CNC, ing. F. Horlings, tel. 08851-16541. DLV, ing. C.W. Hermans, t el. 04709-86191. (Persbericht CNC)
EU: Contingent paddestoelen uit China verhoogd
De Europese Unie heeft het importcontingent van verwerkte paddestoelen uit China verhoogd. In eerste instantie mocht er dit jaar 22.640 t on champignonconserven uit China in de EU ingevoerd worden, nu heeft Brussel het contingent gesteld op 27.630 ton. De totale importhoeveelheid is overigens met bijna 60.000 ton niet gewijzigd. Wel werden de hoeveelheden die Taiwan, Zuid-Korea en de overige landen toegewezen hadden gekregen, door de EU verlaagd. Het contingent van Polen (31.080) ton is niet veranderd.
Naar aanleiding hiervan kunnen weer invoercertificaten worden aangevraagd bij het PGF voor de invoer van genoemde paddestoelen uit China. A lleen zogenoemde traditionele han-
delaren (importeurs) komen in aanmerking voor een certificaat. (Bron: PGF)
Enquete MJP-G
In 1991 is bij de start van het project Voorlichting MJP-G een zogenaamde "Referentiemeting" gehouden onder 900 ondernemers in verschillende sectoren waaronder de champignonteelt. Het doel daarvan was: het in kaart brengen van de houding van agrarische ondernemers ten aanzien van een mens- en milieuvriendelijke gewasbescherming. Deze referentiemet ing zal eind 1994 worden herhaald om na te gaan of de doelen van de voorlichtingsprogramma's zijn gehaald. Er zal worden bekeken of er veranderingen zijn opgetreden in kennis, houding en gedrag bij ondernemers en welke rol voorlichting in deze veranderingen heeft gespeeld.
De interviews zullen tussen oktober en december 1994 plaatsvinden. Ongeveer 100 champignontelers zullen worden gevraagd om aan de Doelbereikingsmeting deel te nemen.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door de Vakgroep Voorlichtingskunde van de Landbouw Universiteit Wageningen. Rond april/mei 1995 zullen de resultaten van het onderzoek beschikbaar zijn. (JvdG)
Ecofestatie
Nederland wordt overspoeld met een Eco-t rend. ledere nieuwe ontwikkeling die maar enigszins tegemoet komt aan een verbetering van het milieu krijgt al snel een eco-label. Ook bij voeding en dranken wordt al enkele jaren het zogeheten "Ekomerk " gebruikt als teken dat het betreffende produkt voldoet aan allerlei eisen op met name biologisch gebied.
Ecofestatie fs de naam van een manifestatie die de ontwikkelingen op dit zogenaamde ecogebied in beeld gaat brengen.
De Stichting Help presenteert zich met haar vertegenwoordigingen uit stichtingen zoals Milieudefensie, WNF, Natuurmonumenten, IVN, Greenpeace en Stichting DOEN. Ook Biologica, optredend namens in de ecologische en biologische voeding producerende bedrijven en VIBA, namens de ecologische en milieuvriendelijke producenten uit de bouwwereld, scharen zich achter de doelstellingen van Ecofestatie.
379
Ecofestat ie wordt gehouden van vrijdag 19 tot en met zondag 21 mei 1995 in het evenementencomplex Brabant hallen te 's-Hertogenbosch.
Ecofestatie wordt georganiseerd door organisatiebureau Pido uit Nijmegen, tel. 080-231830. (U it persbericht Pido Promotie, Nijmegen)
Het BOOM-vragenboek
Antwoorden op praktijkvragen over het Besluit Kwaliteit en Gebruik Overige Organische Meststoffen (BOOM). Sinds het inwerking treden van het BOOM per 1 januari 1993, zijn er uit de praktijk vele vragen naar voren gekomen. De !KC-afdeling Milieu, Kwaliteit en Techniek heeft deze vragen gerubriceerd en in overleg met de ministeries van VROM en LNV en milieumedewerkers bij de Provincies beantwoord. Binnenkort verschijnt een handzaam boekje met standaardvragen en antwoorden bedoeld voor personen die werkzaam zijn in het beleid en in de praktijk.
U kunt het rapport bestellen door f 25,over te maken op postbankrekening 16.90.875, ten name van IKC-MKT in Ede, onder vermelding van IKC-MKT 21 en uw naam en adres. (LvH)
Nooyen Groep neemt Belgische Pleunisbedrijven over
De Nooyen Groep te Helenaveen heeft per 17 oktober 1994 de Belgische Pleunisbedrijven overgenomen van Champ Holding N.V. De overname past in het streven van de Nooyen Groep om haar activiteiten op het gebied van de toeleverantie van compost en dekaarde uit te breiden, ook in Belg ië. De Belgische Pleunisbedrijven produceren zowel compost als champignons en bieden werk aan circa 210 personeelsleden.
De jaaromzet van de Nooyen Groep zal na de overname ongeveer 40 miljoen gulden bedragen. (Persbericht Nooyen)
380
H. JANSSEN KESSEL B.V. Heidenseweg 15a, 6086 PD Neer Postbus 7826, 5995 ZG Kessel tel. 04759-4242 fax. 04759-4436 tlx. 58087 JAKES NL
D
H. JANSSEN KESSEL B.V. is een dynamisch bedrijf dat een gestadige groei doormaakt. Gestart als adviesbureau is onze onderneming uitgegroeid tot een toonaangevend produktiebedrijf, waar bovendien dienstverlening voorop staat. Installaties van H. JANSSEN KESSEL B.V. hebben hun weg gevonden in de wereld. Wij staan garant voor een "up to date" produkt, terwijl daarenboven het begeleiden van de kweker en het leren omgaan met de geavanceerde apparatuur niet uit het oog worden verloren.
Wij zijn gaarne bereid U te informeren over ons KOMPLEET PAKKET.
DE CHAMPIGNO NCULTUUR 1994, 38(9) 381
Bijvoeden en plastic in relatie tot het stikstof· en vochtgehalte van doorgroeide compost
J.P.G. Gerrits en J.G.M. Amsing, Proefstation voor de Champignoncultuur, Horst
Inleiding
Bijvoeden behoort al vele jaren tot de vaste praktij k van de meeste champignonteeltbedrijven. Sinds enkele jaren wordt tijdens de teelt op een f link aantal bedrijven ook met succes plastic fol ie onder de compost toegepast. Dit artikel gaat zowel over bijvoeden als over het gebruik van plastic folie. Met name wordt aandacht besteed aan de invloed van het stikstofgehalte (N-gehalte) van de compost op het effect van b ijvoeden en van het vochtgehalte op het effect van plastic. Verder komt de vraag aan de orde of er tussen beiden een samenhang bestaat.
Bijvoeden Het is al lang bekend dat het effect van bijvoeden samenhangt met het Ngehalte van verse compost. Bij een hoog N -gehalte is het effect minder g root dan bij een laag N-gehalt e (Gerrits, 1987 a). In een onderzoek van enkele jaren geleden (Gerrits, 1987 c) werd aangetoond dat het effect van bijvoeden in verschillende composten sterk kan variëren (van 2,5 tot 11 ,4 kg per m2). Dit laatste onderzoek werd uitgevoerd met commerciële doorgroeide composten die door ons werden geanalyseerd. Daardoor besch ikten we alleen over gegevens van de composten na het doorgroeien. Het N-gehalte van de betreffende composten vóór en na het uitzweten was dus niet bekend. We konden geen correlatie aantonen tussen de door ons bepaaldeN-gehaltes van de doorgroeide composten en het effect van bijvoeden.
In datzelfde jaar (Gerrits, 1987b) werd nog eens duidelijk dat stikstof wel een rol speelt, want het effect van bijvoeden neemt af als er meer kuikenmest aan de compost wordt toegevoegd . Dit is ook te verwachten omdat door het toevoegen van kuikenmest het Ngehalte toeneemt. In deze proeven werd het N-gehalte echter alleen voor en na het uitzweten bepaald en niet in de doorgroeide compost.
~ ...... Vl 0 0.. E 0 u
Y(-bijvoeden)= -539,03 X2 + 2500,87 X -2542,34 (R = 0,70)
Y(+bijvoeden)= -301,39 X2 + 1334,43 X -1061,70 (R = 0,42) • 500 Y{effect)= 1 53,12 X + 413,15 (r = -0,64)
(l) "0 '(ii 0 .... Cl) .... 0 0
"0 c 0
.:t:: Cl)
~ tî Cl) c: (l) ....
....0 0.. 0
400 •
300
•
200
100
0
0
1,6 .
• • • •
•
• 0
.,.
0 0
0 .,. ...
...
1,8 2,0
•
• • •
• • •
0 0
2,2
•
0 0
0
• • • • •
0
0
o ---- -bijvoeden
• -- +bijvoeden .,. ............. effect
.,.
.,.
.,.
2,4 2,6
N% in doorgroeide compost
Figuur 1: Verband tussen N% doorgroeide compost en het bijvoed-effect
Een relatie met het N-gehalte van doorgroeide compost kon dus niet worden vastgesteld.
Enkele jaren later werd in een artikel over bijvoeden van indoor compost weer een duidelijke wisselwerking ge-
vonden tussen het N-gehalte van verse grondstoffenmengsels afkomstig uit een platte hoop en het effect van bijvoeden (Gerrits, 1992).
Het effect was minder g root bij een hoog N-gehalte. In deze reeks proe-
382
-- -~--
De Apparatuur De Begeleiding
De Professionals
DALSEM VECIAP BV
Herstraat 17,5961 GG Horst, Holland Tel.: 04709-85589 Fax: 04709-86395
Wij houden de groei erin
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
Tabel1. Het N% van compost na uitzweten en voor uitzweten zoals dat met behulp van regressie-analyse kan worden afgeleid uit het N% na het doorgroeien (de getallen tussen haakjes geven aan hoeveel N aanwezig is als NH4-N).
Na doorgroeien Na uitzweten Voor uitzweten
1,60 (0,06) 1,64 (0,00) 1,80 (0,06) 1,78 (0,01) 2,00 (0,06) 1,92 (0,02) 2,20 (0,06) 2,07 (0,03) 2,40 (0,07) 2,21 (0,04) 2,60 (0,07) 2,36 (0,06)
ven werd het N-gehalte niet alleen bepaald voor en na het uitzweten maar ook na het doorgroeien. Het N-gehalte van vers materiaal vertoont meer spreiding (1,1-2,5%) dan na het doorgroeien (1, 7 -2,5%). Bij een grotere spreiding vinden we in het algemeen eerder een signif icante relatie dan bij een kleinere spreiding. In deze proeven, uitgevoerd in kisten met spleten in de bodem (dus zonder plastic), b lijkt het effect van bijvoeden niet alleen samen te hangen met het N-gehalt e van het verse materiaal maar ook met dat van de doorgroeide compost. Dit laatste wordt in beeld gebracht in figuur 1. Volgens deze g rafiek wordt zonder bijvoeden de beste opbrengst behaald bij een N-gehalte van 2,32% en met bijvoeden bij 2,21%.
Uit gegevens van eerder onderzoek (Gerrits, 1992) is met behulp van regressie-analyse het N-gehalte van de compost voor en na uitzweten berekend uit het N-gehalte na het doorgroeien (tabel 1 ). Deze cijfers geven een beeld van de samenhang tussen de N-gehaltes in de verschillende fases van de teelt.
Na het uit zweten is de NHrN grotendeels verdwenen. Tijdens de groei van het champignonmycelium komt een klein deel van de organisch gebonden N weer vrij in de vorm van NH4-N.
Naast het N-gehalte zou het effect van bijvoeden ook beïnvloed kunnen worden door het vochtgehalte. Enkele jaren geleden kon uit een beperkt aantal proeven geen verband tussen bijvoeden en vochtgehalte worden vastgesteld (Gerrits, 1989). In genoemde publikatie werd wel gewezen op een laag effect van b ijvoeden bij een hoog N-gehalte. Omdat plastic het vochtgehalte van de compost t ijdens de teelt beïnvloedt is daar verder aandacht aan besteed.
1,32 (0,22) 1,51 (0,29) 1,70 (0,37) 1,89 (0,45) 2,07 (0,52) 2,26 (0,60)
Plastic folie In 1987 werd voor de eerste keer beschreven dat , door tijdens de t eelt een plastic fo lie onder de compost te leggen, de opbrengst met 5 tot 7 kg per m2 kan worden verhoogd (Amsing, 1987). Het vochtgehalte van de doorgroeide compost bedroeg in deze proeven 66,4%. Met plastic werd een drie maal zo hoog C02-gehalte in de compost gemeten.
A l spoedig waren er aanwijzingen dat plastic minder effect zou hebben in een natt e compost (Amsing, 1988). Dit werd later nog eens bevestigd (Amsing, 1990). In 1992 werd d it thema weer aangeroerd in een onderzoek betreffende verschillende bodemstructuren (Amsing en Gerrits, 1992). Op grond van de verkregen gegevens werd t oen geconcludeerd dat het effect van plastic niet moet worden toegeschreven aan het hogere C02-gehalte maar aan het hoger b lijven van het vochtgehalte.
Overstijns en Bockstaele (1978) en Overstijns en Lannoy (1993) vonden geen effect van plastic. Dit zou kunnen liggen aan het feit dat zij kisten gebruikten met een tamelijk d ichte bodem. Verder werkten zij met andere rassen die well icht minder gunstig reageren op een natte compost dan de door ons gebruikte Horst® U1. Om meer inzicht te krijgen in het effect van plastic werden proeven uitgevoerd waarbij verschillende hoeveelheden waterop twee manieren en op verschillende momenten aan de compost werden toegevoegd (Amsing, 1993). Daarbij bleek meer water de opbrengst te verlagen, maar het effect hing sterk af van het tijdstip waarop het water werd toegediend en hoe het werd toegediend. Recent kwam uit gegevens van de opbrengstthermometer van de CNC naar voren dat op bedrijven d ie plastic gebruiken de opbrengst lager is dan op bedrijven die geen plastic ge-
383
bruiken (Maas, 1994). Omdat het gebruik van plastic hier is gekoppeld aan bepaalde bedrijven zegt dat niets over de betekenis van plastic want het verschil zou het gevolg kunnen zijn van een verschillende werkwijze op de bedrijven.
Opzet onderzoek
Vanaf 1992 wordt in de praktijk overwegend met doorgroeide compost gewerkt. Dat geldt ook voor het Proefstation. Daardoor hebben we de afgelopen twee jaar een groot aantal gegevens kunnen verzamelen over het effect van bijvoeden met M illi Champ 3000 en dicht plastic folie in doorgroeide compost . Bij 39 geleverde partijen doorgroeide compost werd het bijvoeden zowel uitgevoerd met een kunststof net als met een plastic folie onder de compost . Van deze partijen compost werd het vocht gehalt e en het N-gehalte bepaald voordat de Milli Champ werd toegevoegd. Op die manier konden we nagaan of het effect van bijvoeden afhangt van het N-gehalte, of het effect van plastic folie afhangt van het vocht gehalt e en of er een interactie bestaat tussen het effect van b ijvoeden en het gebruik van plastic.
In de meeste proeven werd 80 kg doorgroeide compost per m2 gebruikt (als de compost d roog was iet s minder). De compost was af komst ig van verschillende leveranciers en geënt met d iverse rassen (grote hybriden). Dekaarde werd geleverd door de CNC. Van afdekken tot opruwen werd gemiddeld 15 liter water per m2 gesproeid en daarna tot aan het einde van de teelt 24 liter per m2
• Er werden drie vluchten met de hand geoogst. Van de champignons was ongeveer 85% gesloten. Van 1989 tot en met 1993 zijn er ook regelmatig tunnelproeven uitgevoerd waarin zowel de factor bijvoeden als plastic was opgenomen. In deze proeven is het N-gehalte alleen bepaald bij het enten en niet in de doorgroeide compost. Hierin werd alleen het vochtgehalte en de pH bepaald. De verkregen resultaten worden hierna besproken.
Resultaat
De gemiddelde opbrengst van de 39 teelten is vermeld in tabel 2. De composten hadden gemiddeld een vochtgehalte van 67,0% en een totaal N-gehalte van 2,27%. De totale N is de som van de Kjeldahi-N (2,21%) en de ammonium-N (0,06%).
384
Tabel 2. Opbrengst aan champignons (in kg per ton doorgroeide compost) in 39 teelten met commerciële doorgroeide composten (medio 1992 tot medio 1994).
Kunststof net Plastic folie Effect p lastic
Niet bijvoeden 324 Milli Champ 3000 (1 kg/m2) 348 Effect bijvoeden +24
Kleinst betrouwbaar verschil (P<0,01) = 12
346 378 +32
+22 +30
Het bijvoed-effect met een kunststof net onder de compost is gemiddeld 24 kg en met plastic 32 kg per ton doorgroeide compost. Het bijvoed-
effect van de 39 partijen doorgroeide compost is in f iguur 2 uitgezet tegen het N-gehalte van de compost. Het bijvoed-effect neemt zowel met als
~ 0 a... E 0 u Q)
\J 'Qj
e Ol 0 0 \J c 0
.:!::: Ol e c Q)
\J Q)
0 > :K t> Q)
::::: UJ
100
80
60
40
20
0
-20
-40
2,0
• o • Y(-p lastic) ~ -78,14 X + 201,8 (r~ -0.40)
Y(+plast ic) = -81,32 X + 216,9 (r=-0,41) o •••••• -plastic
• -- +plast ic
• e • 0
•• ................... 0 o-............ ..
• ü ~············ 0 • • • e .............. .. 0 .P 0 ••••••••••
0 • c. ••••••• 0 0 • 8e ••••••••
0 0 ................ ..
0 0
•
2,1 2,2 2,3 2,4 2,5 2,6 2,7
........
2,8
N% in doorgroeide compost
Figuur 2: Effect van bijvoeden met en zonder plastic
..... Vl 0 a... E 0 u Q)
\J 'Qj 0
rn .... 0 0 \J c 0
.:!::: Ol e u ·.;::: Vl ro a.. t> Q)
::::: UJ
100
80
60
40
20
0
-20
-40
.......... ........
e • 0
• 0
••
•
• 0 ...... • ·····.e ... ...
• 0 0
............ o
• "0······ <:}' 0 <t ~ ···Q"
o • o 'i'<f-ou ~
o •••••• -bijvoeden
• - +bijvoeden
0 .... 1} .. ............. . 0 ;-·-·-o ....
0 0 0 i .......... . • 0 •
Y(-bijvoeden) ~ -6,54 X+ 460,6 (r= -0,61)
Y(+bijvoeden) =·7.78 X+ 551,7 (r=-0.60) •
62 64 66 68 70 72
Vocht% doorgroeide compost
Figuur 3: Effect van plastic met en zonder bijvoeden
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
zonder p lastic af bij een toenemend N-gehalte. Bij een N-gehalte van 2,0% is het effect van bijvoeden met plastic 54 kg en zonder p lastic 46 kg per ton doorgroeide compost. Bij een N-gehalte van 2,6% is het effect met plast ic nog slechts 5 kg en zonder plastic 1 kg. Hoewel het hier gaat om een statistisch significante relat ie, is de variatie echter te groot om op grond van het N-gehalte het te verwachten bijvoed-effect goed t e kunnen voorspellen.
Uit tabel 2 blijkt verder dat het gemiddelde effect van plastic zonder bijvoeden 22 kg bedraagt en met bijvoeden 30 kg per ton doorgroeide compost. Deze effecten gelden bij het gemiddelde vochtgehalte van 67,0%. In figuur 3 is het effect van plastic uitgezet tegen het vochtgehalte van de 39 partijen doorgroeide compost. Het is duidelij k dat het effect van plastic bij hogere vochtgehaltes afneemt. Bij een vochtgehalte van 62% is het effect van plastic zonder bijvoeden 55 kg en met bijvoeden 69 kg per ton doorgroeide compost. Bij een vochtgehalte van 70% is dat zonder bijvoeden nog slechts 3 kg en met bijvoeden 7 kg.
In tabel 2 is een tendens aanwezig dat er tussen het gebruik van plastic en bijvoeden een interactie bestaat, dat wil zeggen dat bijvoeden meer effect heeft als er plastic onder de compost ligt. Deze tendens is in vrijwel alle individuele proeven aanwezig maar de interactie is statistisch niet significant. In tabel 3 zijn de opbrengsten per vlucht vermeld. Hieruit blijkt dat het effect van plastic het grootste is in de eerste vlucht maar verder in alle vluchten positief. Bijvoeden verhoogt vooral de opbrengst in de eerste vlucht. In de tweede vlucht is het effect negatief (met plastic wat minder dan zonder plastic), maar dit wordt gecompenseerd door de derde vlucht. Tijdens de uitvoering van de proeven zijn de bijgevoede vakken in het algemeen op het oog herkenbaar in de eerste vlucht en die met plastic in de derde vlucht.
Het resultaat van een reeks tunnelproeven is vermeld in tabel 4. De opbrengstgegevens komen goed overeen met d ie van de commerciële doorgroeide composten. Het b ijvoedeffect is iet s groter dan in tabel 2. Het N-gehalte van de cernposten bedroeg gemiddeld 1, 99% bij het enten. Omdat het N-gehalte tijdens de myceliumgroei met ongeveer 0,1% toeneemt komt dit overeen met 2,1% in
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
de doorgroeide compost. Het N-gehalte ligt gemiddeld dus iets lager dan in tabel 2. Het gemiddelde vochtgehalte bedroeg 72,1% bij het ent en en 68,4% na het doorgroeien, iets hoger dan in tabel 2. Ook hier bestaat geen significante interactie tussen bijvoeden en plastic.
Conclusie
Het effect van bijvoeden van doorgroeide compost hangt af van het Ngehalte van de compost. Bij een laag N-gehalte wordt de opbrengst meer verhoogd dan bij een hoog N-gehalte. Daar extreem hoge N-gehaltes weinig voorkomen is het aan te bevelen steeds bij te voeden. De compost moet natuurlijk wel goed doorgroeid zijn. Het effect van plast ic fol ie onder de compost hangt af van het vochtgehalte van de compost. Bij een droge compost heeft plastic meer effect dan bij een vochtige compost. In het algemeen is het uit een oogpunt van kgopbrengst aan te raden om plastic onder de compost aan te brengen. Bij een zeer vochtige compost wordt de opbrengst niet meer verhoogd. In ext reme situaties zoals bijvoorbeeld in combinat ie met zeer hoge watergiften kan plastic zelfs schade veroorzaken.
Samenvatting
In 39 partijen doorgroeide compost werd vastgesteld dat er een verband bestaat t ussen het effect van het bijvoeden en het N-gehalte van de compost. Bij een hoog N-gehalte heeft b ijvoeden minder effect dan b ij een laag N-gehalte. Daarnaast werd vastgesteld dat plastic f olie meer effect heeft onder d roge compost dan onder natte. Er bestaat geen statistisch significante interactie tussen het gebruik van p lastic en b ijvoeden.
Literatuur
Amsing, J.G.M. (1987). Koolzuurmet ingen vanaf het afdekken tot en met de oogst van Agaricus bisporus. Effecten van een gesloten champignonbed. De Champignoncultuur 31 , 391 -407.
Amsing, J.G.M. (1 988). Gesloten Champignonbedden: effecten van water geven nader bekeken. De Champignoncultuur 32, 399-403.
Amsing, J.G.M. (1990). De waterhuishouding van een champignonbed. Invloed van watergeven en p lastic folie onder de compost. De Champignoncultuur 34, 251-259.
Amsing, J.G.M. (1993). Invloed van
385
Tabel 3. Het vluchtverloop van de teelten in tabel 2 (in kg per ton doorgroeide compost).
Behandeling vlucht 1 vlucht 2 vlucht 3 totaal
net - bijvoeden 144 144 36 324 net + bijvoeden 171 136 41 348 plastic - bijvoeden 157 151 38 346 plastic + bijvoeden 188 146 44 378
Tabel 4 . Opbrengst aan champignons (in kg per ton doorgroeide compost) in 78 behandelingen met diverse proefcamposten (1989 t/m 1993).
Kunststof net Plastic folie Effect plastic
Niet bijvoeden 270 Milli Champ 3000 (1 kg/m2) 308 Effect bijvoeden +38
292 334 +42
+22 +26
Kleinst betrouwbaar verschil (P<0,01) = 13
lekwater in compost op de produktie van champignons. De Champignoncultuur 37, 13-25.
Amsing, J.G.M. & Gerrits, J.P.G. (1992). De invloed van de bodemstructuur van t eeltbedden voor champignonteelt. De Champignoncultuur 36, 513-525.
Gerrits, J.P.G. (1987a). Hoofdstuk 2. Voeding en compost. In: De teelt van champignons. Ed. : Griensven, L.J.L.D. van. CNC Milsbeek, 29-73.
Gerrits, J.P.G. (1987b). Biedt composteren in tunnels perspectief? De Champignoncultuur 31, 357-365.
Gerrits, J.P.G. (1987c). Bijvoeden met speciale aandacht voor de opname van mineralen en aminozuren. De Champignoncultuur 31, 415-425.
Gerrits, J.P.G. (1989). Bijvoeden en vochtgehalte. De Champignoncultuur 33, 127-131.
Gerrits, J.P.G. (1991). Aspecten van wat er in indoor compost. De Champignoncultuur 35, 459-467.
Gerrits, J.P.G. (1992). Bijvoeden van conventionele en indoor compost. De Champignoncultuur 36, 31-37.
Maas, R. (1994). Zonder plastic hogere opbrengst. Groenten + Fruit 4(25), 6-7.
Overstijns, A. & Bockstaele, L. (1978). Champignonteelt. Overzicht van het onderzoek 197 6 en 1977. Onderzoek- en Voorlichtingscentrum voor Land- en tuinbouw, BeitemRoeselare, 51-55.
Overstijns, A. & Lannoy, P. (1993). Champignons, Oesterzwammen. Overzicht van het onderzoek 1988 tot 1992. Onderzoek- en Voorlicht ingscent rum voor Land- en tuinbouw, Beitem-Roeselare, 105-115.
Supplementation and plastic in relation to the N and muisture content of spawn run compost. J.P.G. Gerrits and J.G.M. Amsing, Mushróom Experimental Station, Horst
Summary
In 39 batches of commercial spawn run compost a relationship was found between the effect of supplementation and the N content of the compost. At a high N level, supplementation has less
effect than at a low N level. Next, it was assessed that plastic has more effect when applied under a dry compost than under a wet one. No statistically significant interaction between the use of plastic and supplementation could be demonstrated.
Als deze veenlaag - gelegen russc::n Schöninghsdorf en Twist
even over de g rens achter Emme11 - kon sprc::ke n, hoorde j e:: vc::rltalc::n
over d e:: laatste:: ijstijd c::n schimmige:: sagc:: n over lang vergeten held c::n .
Jaar na jaar. eeuw na eeuw, is a ls in een mctcJ~~ dik. half
ve rgaan gcschieclcnisbock, a lles vastgelegel wa t de w ind en de
seizoenen b rachten . Het maakt d it zwartvet::n c::n bolstervt::en de ideale
bas is voor de dekaardt:: van CNC.
Door het enorrne wateropnemend vcrmogen is o nze cick
amde de perfek te 'deken' voor de bewaking van het voch tm ilJeu in
uw tccltbcdclcn. Steeds weer cont role ren we samenste lling en kwalite it
van de aanvoer in ons labora to rium e11 lc::vc::ren de dekaarde naM ke us
in d rie vochtgehaltes . O ns vertrekpunt - onze fi losofie zo u w ilt - is
dat een mooie champignon begint met de beste g rondstoffe n . De beste
mest. Het beste st ro . Het beste veen .
Pns tegen die achtt•rgrond krijgen onze afdeling Kwalitei t
e n O ntwikkeling en onze proeiTabrick bett>kt>lliS. Meest recente pro
Jukten v;1n oni'e research zij11 de vcclhc~proken Indoor Verse Compost
(IVC") en de apparatuur voor gelijktijdig vullen en afdekken.
En war de ervaring van CNC betreft? 40 zomers, 40 herfsten,
40 winters en 40 lentes. Voor champignontel t"l~ heel wat, maar in de
ogen van de venen nog een groentje.
ene···-··· ••• • •• • •• • •• • •• • ••
Oe basis van uw business.
CNC. Drickroncn~traat ö, ö596 MA Milsbeek,lèlefoon 088.51-16541
MODERN MUSHROOM
GROWING TAKES RESEARCH TO THE MARKET
Verona, Sth - 12th March 1995
Don't miss TECNOMICO, the specialist Exhibition
which the Verona Agricultural Show - FIERAGRICOLA
dedicates to mushroom-growing products and
technology. The event boasts a wealth of industry
proposals, as well as providing a complete overview of
initiatives dcsign ed to modernize production facilities
and enhance coordination with the processing and
preserves industry.
Advanced growing methods and systems, rogether with established and increasingly sophisticated technology and
techniques, wil! atu·act producers toa highly dynamic and opcn-cnded international occasion, making TECNOMICO
in Verona one of the most authoritative events of its kind .
•••• •• • • • '"' FIER ÄGRICOLA
··~· ~ VERONAFIERE e.P. 525-1-37100 VERONAIITALY -Tel.+ 39/45/8298286-8298282 -Telex 480538 FIEREVR. Fax +39/45/8298288
DE CHAMPIGNON CULTUUR 1994, 38(9) 389
Open dagen Proafstation 1994
J. van de Geijn, IKC-AT Afdeling Champignonteelt
Inleiding
Zoals te doen gebruikelijk werden ook dit jaar weer de Open Dagen van het Proefstation gehouden en wel op 12, 13, 19 en 20 oktober jongstleden. De organisatie hiervan was mede in handen van het IKC-AT, Afdeling Champignonteelt. In het vorige nummer van De Champignoncultuur werd reeds ingegaan op het p rogramma van deze dagen, waar naast een inleid ing rond de problematiek van prochloraz aan de hand van posterpresentaties ook een aantal onderzoeksproject en aan de orde kwam.
Het IKC-AT, Afdeling Champignonteelt bracht de videofilm "Een kwestie van willen " voor het voetlicht. Hierbij is te zien hoe bestrijdingsmiddelen in het milieu terechtkomen, de gevolgen hiervan en hoe ondernemers op hun bedrijf milieubelasting proberen te voorkomen. Na de rondgang langs de presentat ies volgde ter afsluiting een algemene discussie. Behalve de onderwerpen die op het programma stonden kwamen ook problemen uit de praktijk t er sprake. De vier dagen trokken ongeveer 160 belangstellenden.
Prochloraz
Op de problematiek rond het gebruik van prochloraz (Sporgon) en de stand van zaken tot nu toe, werd uitvoerig ingegaan door prof.dr. L.J.L.D. van Griensven, d irecteur van het Proefstat ion en door dr. F.P. Geels, adjunct-directeur van het Proefstation.
Toen in de loop van 1992 bij de provincie Gelderland twee aanvragen binnenkwamen voor een vergunning in het kader van de afvalst offenwetgeving begon de residuproblematiek van prochloraz. Eén bedrijf wilde een vergunning om champignonvoetjes en slib te gaan verwerken, het andere om champignonvoetjes te verwerken tot veevoer. Voor een verwerkingsvergunning blijkt
De heer Geels g ing uitvoerig in op de problematiek van het gebruik van prochloraz (Sporgon). Sinds 1993 is dit schimmelbestrijdingsmiddel tegen droge en natte mollen en spinnewebschimmel onderwerp van discussie.
bemonstering met analyserapport noodzakelijk om te weten of en in hoeverre er mogelijk sprake is van chemisch afval en of daarmee de Wet Chemische Afvalstoffen (WCA) in het geding is. Tegenwoordig maakt deze wet deel uit van de Wet Milieubeheer. Enkele jaren geleden b lijkt de WCA t e zijn aangepast en is onder andere prochloraz vanuit de categorie aromat ische verbindingen met een residulimiet van 5000 mg per kg in een nieuwe klasse van de gehalogeneerde aromatische verbind ingen ingedeeld met een grenswaarde van 50 mg per kg op d roge stof basis.
Door de zeer grote verschillen tussen de analyseresu ltaten bleek nader onderzoek nodig voor onderlinge afstemming en verbetering van de methodiek. Door het Rijks Kwaliteits Instituut voor Land- en Tuinbouwprodukten (RIKILT-DLO) werden in het begin van 1994 voorbereidingen getroffen voor het opzetten van een ringonderzoek met als doel op één lijn te komen voor de juiste extractie- en analysemethod iek van de tien deelne-
mende laboratoria. Het Proefstation leverde hiervoor het te analyseren voetjes- en dekaardemateriaaL
De heren van Griensven en Geels g ingen verder nog in op de result aten van het ringonderzoek. Hieruit blijkt dat er grot e verschillen in de uitkomsten tussen de laboratoria bestaan. Een tweede ringonderzoek was dus noodzakelijk. De resultaten kunnen hiervan binnenkort tegemoet worden gezien. Hierna kan pas betrouwbaar worden onderzocht wat het residu van prochloraz in champignonvoetjes is bij een standaardbehandeling van Sporgon op de dekaarde vlak voor het afventileren. Met medewerking van Provinciale overheden zouden dan verspreid over het land monsters op stortplaatsen kunnen worden genomen door onafhankelijke deskundigen, bijvoorbeeld door de Algemene Inspectie Dienst (AID). De monsters dienen dan t e worden onderzocht door laboratoria d ie de via het ringonderzoek gestandaard iseerde methodiek blijken te beheersen, aldus de sprekers.
390
Peeten b.v. Vakkundig advies voor uw complete technische installatie
Specialist in technische installaties voor de champignonteelt
- luchtbehandelings-installaties -centrale verwarming - complete regelinstallaties - computerinstallaties - stoomketels - stoominstallaties - electratechnische installaties - koelinsta llaties -sanitaire installaties -advisering - celinrichtingen -machines - turnkey projecten
Erkend internationaal installatiebedriif
Molenstraat 40, 5995 BJ Kessel (NL), Postbus 7804, 5995 ZG Kessel (NL) Telefoon: 047 62-144 1, Telefax: 047 62-2485
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9) 391 ----------------~~--------------------------------------------------------~
Fase I
De heer Gerrits gaf tekst en uitleg bij een poster die stond opgesteld in de werkgang van de proefkwekerij. Allereerst besteedde hij aandacht aan indoor compostering. Doordat buiten composteren maatschappelijk niet langer acceptabel is moet het hele proces voortaan in een gesloten systeem worden uitgevoerd. Daarbij zal worden uitgegaan van een mengsel van ruwe grondstoffen dat in een zo kort mogelijke tijd (liefst binnen een dag) wordt gemaakt. Daarna volgt een kort fase I proces in een tunnel en een normaal uitzweetproces (fase IJ) zoals dat al jaren wordt toegepast. Fase I kan op verschillende manieren worden uitgevoerd. Met weinig luchtbeweging loopt de temperatuur bovenin de compost hoog op. Onderin blijft de temperatuur veel lager en zo ontstaat een gradiënt. In de onderlaag kunnen zich thermofiele schimmels ontwikkelen die op het einde van fase I (voor het uitzweten) door de compostmassa worden gemengd. De noodzakelijke schimmels ontwikkelen zich hier dus t ijdens het proces zelf. Een tweede mogelijkheid is dat de hele compostlaag op hoge temperatuur wordt gebracht, terwijl veel lucht wordt gecirculeerd. Hierbij ontstaat geen temperatuurgradiënt. Vanwege de hoge temperatuur is het noodzakelijk de compost te enten met thermofiele schimmels. Gerrits legde uit dat enten het beste kan gebeuren met uitgezwete compost. De noodzakelijke thermofiele schimmels worden hier dus van buiten in het proces gebracht. Beide mogelijkheden zullen in de praktijk toegepast gaan worden. Informatie over d it onderwerp is gepubliceerd in de vorige aflevering van dit blad.
Vervolgens besteedde hij nog aandacht aan het bijvoeden en het gebruik van plastic. Deze twee technieken zijn de afgelopen twee jaar in 39 teelten met commerciële doorgroeide composten van verschil lende leveranciers toegepast. Op pagina 381 van d it nummer van De Champignoncu ltuur vindt u een uitgebreid verslag van het resultaat van deze proeven.
Clusters
Dr. A.S.M. Sonnenberg gaf aan de hand van een posterpresentatie een toelichting over het onderzoek naar clusters en afwijkingen. Sinds eind 1993 is hieraan op de afdelingen Rassen en Veredeling en Teelt techniek veel aandacht besteed.
• D j) U
"WJ ...
De heer Gerrits: Buiten composteren is maatschappelijk niet langer acceptabel. Indoor composteren kan op verschillende manieren worden uitgevoerd.
De heer Sonnenberg merkte op dat er wel verband is tussen clustervorming en broedcode.
Experimenten in de proefkwekerij door Amsing toonden aan dat de klimaatomstandigheden geen invloed hebben op clustervorming. Overdracht met CAC-ing door middel van "clustercompost " en "cl usterdekaarde" gaf evenmin clusters; wel kwamen er misvormde champignons voor. Overdracht met een compostmengsel, bestaande uit clustercompost en doorgroeide compost gaf geen clusters, wel misvormingen. A lleen wanneer met "clustercompost" werd geënt ontstonden er wel clusters en ook misvormingen. Ook ging Sonnenberg in op weefselcu ltures gemaakt van clusters en misvormingen. De voorlopige conclusies uit het tot nu toe verrichte clusteronderzoek zijn dat er geen verband is met:
- de herkomst van de grondstoffen, -de klimaatsfactoren, -de teelthandelingen, - de patogenen.
Wel is er verband met de broedcode.
IKC-AT Afdeling Champignonteelt
Het IKC toonde de f ilm "Een kwestie van wil len" waarbij het gebruik van bestrijdingsmiddelen en op welke manier d ie in het milieu terecht kunnen komen aan de orde kwam. Ondernemers vertelden tot welke oplossingen zij reeds waren geko-men om het gebruik van bestrijdingsmiddelen terug te dringen. Hoewel de fi lm niet specifiek op de champignonteelt was gericht, was het
392
DAMPDICHTE COATING
Ex klusief voor de champignonsektor ontwikkeld ruim 12 jaar geleden.
Specifiek voor de dampremmende afwerking van ,. champignoncellen en pasteurisatietunnels.
Produkt 'op maat' dus, dat zich in de praktijk veelvul· dig heeft bewezen.
Optimaal dampdicht, blijvend elastisch en uiterst duurzaam.
Topprestatie van verftechnologen voor kwekers van
topkwaliteit.
PROFITEER VAN ONZE ERVARING!
(6 P.O. Box 1026 - 4530 GA TERNEUZEN - tel.: 01150-95353 • fax: 01150·17259
Wij zorgen ervoor dat uw champignons niet
gaan schimmelen.
Waar champignon.s gel<weekt worden, moeten de klimaatoms tandigheden optimaal zijn. Het creëren daarvan is ons specia lisme. Al zo'n 50 jaar. We ontwerpen, assembleren, installeren en onderhouden koeltechnische insta llaties. En dat doen
gti we "tailor-made" en, zo u wilt, "turnkey". Voor de bedrijfs- zephyr zekerheid zorgt onze 24 uurs servicedienst Vraag de brochure.
GTI Zephyr ~oudetechniek bv, Industrieweg 1, 2712 LA Zoetermeer. telefoon (079) 41 91 61.
Vestigingen in Zoetermeer, Emmeloord, Panningen, Roosendaal, Duiven.
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
Een voorbeeld van clustervorming. Door clusters op sterk water te bewaren ontstaat goed vergelijkingsmateriaal.
toch nuttig om kennis te nemen hoe men ook in andere takken van land- en tuinbouw zich inspant om het gebruik van chemische bestrijd ingsmiddelen terug te dringen.
De boodschap die in de film naar voren kwam: Voorzichtig omgaan met bestrijdingsmiddelen geldt voor ons allen.
Discussie
Bij de algemene d iscussies kwamen onder andere de volgende onderwerpen aan de orde:
393
............
"""''l .. •,.npl•" Gr .... nbc-kh••mc~ Of\cho•lOt·• {l>;•mpoql1ontH'41
Bij het /KC-AT Afdeling Champignonteelt stond gewasbescherming centraal. De film "Een kwestie van willen" vormde daarbij de hoofdmoot.
selectiviteit van de compost, optreden g roene schimmels in de geënte compost,
- voorkomen en bestrijden van bacterievlekken,
- stand van zaken onderzoek biologische bestrijding van champignonvliegen en -muggen,
- wanneer praktische toepassing biologische bestrijd ing,
- resistentie-onderzoek droge mollen,
- nieuwe rassen, alternatieven voor prochloraz,
- afzet champost.
De Open Dagen 1994 boden voor belangstellenden een interessant programma.
Ter afsluit ing hiervan werd steeds op prettige wijze over een aantal onderwerpen van gedachten gewisseld.
394
ijzersterk in kwaliteit Treklier voor Moving-Fioor
~~ ~~~ ~V~ ~~·~ 0~.
~.,/
Christiaens os van n re ondernemend
Herenbosweg 6, 5962 NX HORST, (Holland), Tel. 04709- 81889, Fax 04709 - 83369
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9) 395
Ontwikkelingen in de veilingafzet A.J.J. van Roestel, Proefstation voor de Champignoncultuur, Horst
Veilingaandeel groter dankzij con· tradbemiddeling
Met de oprichting van de Champignon Beurs Holland in 1990 probeerden drie veilingen hun aandeel in het handelskanaal te vergroten door een gezamenlijke aanpak van de bemiddeling voor verkoop op contract. Eind vorig jaar sloten de twee overgebleven champignonveilingen zich hierbij aan en werd het Champignon Bemiddelingsbureau Holland opgericht, een besloten vennootschap waarvan de aandelen in het bezit zijn van de veilingen en het Centraal Bureau voor de Tuinbouwveilingen in Nederland. Het nieuwe CBH en het televeilen voor de klok demonstreren de bereidheid tot samenwerking tussen de veilingen. Met name contractbemiddeling heeft bijgedragen aan een vergroting van het veilingaandeel in de totale handelsverkoop (tabel 1 ).
Tegelijkertijd verschuift de taak van de veiling van een knooppunt van t ransport van aangeboden en verkocht produkt naar een instelling d ie tegen betaling diensten verleent op het gebied van informatieverstrekking en marktken nis. Dit werd onlangs door veilingdirecteur van Beek in dit verband nog eens duidelijk onderstreept.
De openbaarheid van die informatieverstrekking is echter beperkt. Het minderheidsaandeel van de veilingen in de handel van champignons (tabel 1) leidt ertoe dat de veilingen weinig toeschietelijk zijn met prijsinformatie voor derden, met name als het over contracten gaat. In verband met de concurrentie van de handel buiten de veiling om, is dat begrijpelijk. Eenzijdige informatieverstrekking verzwakt de eigen positie.
De informatiewaarde van de veilingklok
Klokprijzen zijn openbaar. Daaraan valt niet te ontkomen. Gegeven het geringe aandeel van de klokverkoop
Tabel 1. Overzicht van de handel in champignons
Produktie (mln kg)
Aandeel veilingklok (%)
Aandeel veilingen (%) (klok/ contract)
1990 1991 1992 1993
Bron: PGF
147 165 190 190
30% 22% 22% 20%
is het echter de vraag welke waarde nog aan klokprijzen gehecht moet worden. Deze vraag omvat twee aspecten.
- Representativiteit: Geven ontwikkelingen in de klokprijs een juist beeld van ontwikkelingen in de opbrengstprijzen in de sector?
- Relevantie: Geven klokprijzen nog relevante informatie aan telers voor prijsvergelij king en produktieplanning?
Representativiteit
In theorie kunnen grote verschillen tussen klok- en contractprijzen slechts gedurende korte tijd bestaan. Als de klokprijs veel hoger ligt dan een contractprijs, gaan telers bij beëindiging van hun contracttermijn voor de klok leveren. Als de klokprijs veel lager ligt, gaan kopers aankopen voor de veilingklok. Door deze verschuivingen treden prijscorrecties op. Klok- en contractprijzen zullen naar elkaar toe bewegen. Volgens deze redenering geven ontwikkelingen in de klokprijzen een representatief beeld van de marktontwikkelingen in de sector.
In de praktijk kunnen tegen deze eenvoudige theorie wel enige bedenkingen gemaakt worden. De veronderstelling dat aanbieders en kopers van champignons naar believen wisselen van contract naar klok en andersom is aanvechtbaar. Dat maakt het tempo en de mate waarin de prijzen naar elkaar toe bewegen discutabel.
43% 43% 44% 47%
De verhouding tussen klok- en contractverkoop is per kwaliteitsklasse verschil lend. In de onderscheiden deelmarkten verschilt de mogelijkheid om voor de klok in de behoefte te voorzien. Ook bij specifieke wensen of eisen aan het produkt kan het voor een koper moeilijk zijn zomaar over te stappen op een andere aanbieder.
Aanbieders van champignons zullen niet altijd zwichten voor een hogere klokprijs. Het profijt van een hoge veilingprijs kan van zeer korte duur zijn. Deze onzekerheid kan ertoe leiden dat contracten tegen lagere opbrengstprijzen afgesloten worden dan op dat moment voor de klok betaald wordt. Juist vanwege de (meestal) geboden zekerheid zou er een systematisch prijsverschil tussen klok- en contractprij s kunnen bestaan.
Over de relatie tussen klok- en contractprijzen is zo goed als niets bekend. Het is wel zo dat de klokprijzen in binnen- en buitenland nauwlettend worden gevolgd en dat er op wordt gereageerd, al is het maar door een beperkt aantal kopers en aanbieders. In welke mate dat de klokprijs tot een representatief gegeven maakt voor de prijsontwikkelingen in de sector, blijft een vraag.
Het meest representatieve beeld van de prijsontwikkelingen van champignons geeft een gewogen gemiddelde prijs per kwaliteitsklasse van de verkopen voor de klok en via contract.
396
Het bijvoedmiddel voor meer champignons van betere kwaliteit!
Op het proefstat ion te Horst is meerdere keren bewezen dat met Milli Champ als bijvoeding top opbrengsten
zijn verzekerd. Het nauwkeurig doseren en zorgvuldig inmengen zijn daarbij van groot belang.
Milli Champ 3000 bij het afdekken. Milli Champ 6000 bij het enten.
Inlichtinge n bij: C.N.C. Driekronenmam 6,6596 MA Milsbcck. Tci. 08851 · 1654 1.
L&K STERCKX NV · Kad n cmscstraat 330 · B-8800 Roeselare · Tel (051) 22 33 34 T ROUW NE DERLAN D BV Postbus 40 3880 AA l'uuen. Tel. 03418-7161 1
Teamwork op tijd ! VJJ Eigen transportmiddelen
Ervaren specialisten stemmen levering ----~ van compost, dekaarde en het vullen van de cellen zorgvuldig op uw wensen af.
11. . garanderen vlotte flexibele aflevering.
De beste Compost & Dekaarde voor een optimaal en
perfect resul· taal.
looyet\compost Bv Lagebrugweg 16, 5759 PK Helenaveen Tel. 04933 · 9731 , Fax 04933-9429
Vraag en aanbod Te koop: 1 cel van 150 m2; Alcoa-aluminiumstellingen en een groot kozijn voor grote celdeur. Tel.: 04183-4063.
Te koop: Gegalv. pluklorries met alum. plateau en afneembaar hek, 2 jaar oud. Tel. 04199-2866.
Te koop: Koelblokken (uit klimaatunits) 1 jaar gebr. voor cellen 200/220 m2 afm. 90 x 32 x 70. Tel. 04180-13468
of 06-52960787.
Te huur: wegens omstandigheden champignonkwekerij te Hoenzadriel (teeltoppervlak 3* 160 m2); info.: 04183-1543/4252
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
Op deze wijze geven enkele veilingen nu in hun jaarverslagen het jaarlijks gemiddelde prijsniveau van de diverse kwaliteitskiassen weer. Daarbij is het goed te bedenken dat dit alleen maar de handel op de eigen veiling betreft.
Relevantie
Er zijn weinig telers voor wie de klokprijs nog een relevant gegeven is. In 1993 is voor ongeveer 7% van de produktie de klokprijs nog direct bepalend voor de uitbetaalprijs. Daarnaast zijn er nog contracten waarin een koppeling naar de klokprijs gelegd wordt. De omvang daarvan is onbekend. Andere telers doen mee in een mixsysteem of verkopen hun champignons op contract. In een (verplicht) mixsysteem merkt de teler wel dalingen of stijgingen in de klokprijs in zijn uitbetaalprijs, maar het is voor hem geen prikkel om te kiezen voor de ene of de andere afzetmethode.
De hier gepresenteerde klokprijzen (tabellen 2 en 3) corresponderen niet met uitbetaalprijzen aan telers. Op de gepresenteerde cijfers is een aantal bewerkingen uitgevoerd: gemiddelde weekprijzen, niet de dagprijzen, vormen het uitgangspunt. De prijzen hebben in de meeste gevallen geen betrekking op een specifiek te onderscheiden kwaliteitsklasse, maar op een samenvoeging van enkele kwaliteitsklassen. Bijvoorbeeld: I fijn betreft zowel 1-1-40 als 1-2-40. Ook het soort fust kan binnen een kwaliteitsklasse variëren. Bovend ien is de klokprijs een gewogen gemiddelde van alle betrokken veilingen. Verschillen in opbrengstprijs tussen de veilingen komen niet tot uitdrukking. Deze bewerkingen geven aanleiding tot grote voorzichtigheid bij het gebruik van deze cijfers voor prijsvergelijking en produktieplanning.
Conclusie
Klokprijzen vormen de enige feitelijke informatie over prijsontwikkelingen in de champignonsector. De hier gepresenteerde klokprijzen zijn daarom van belang. Ze zijn echter niet zonder meer representatief te achten voor de ontwikkeling van het prijsniveau in de sector. Het is onduidelijk of, en zo ja in welke mate en in welk tempo klok- en contractprijzen zich in elkaars r ichting bewegen.
Ook bij het gebruik van deze cijfers voor prijsvergelijking of voor produktieplanning d ienen de belanghebben-
30 1----
1/)
g 1 e helft 2e helft c: 1993 1993 ·[ 20 1-r===;---E 11)
J: u c: 0 ....
0 g 10
x
0 Klokverkoop
1e helft 1994
• Kwaliteit Industrie
U Kwaliteit I
1e helft ------------------- 1~4
1e helft 1993
2e helft 1993
Contractbemiddeling
Kwaliteit 11 gevliesd
Kwaliteitsverdeling onbekend
397
Figuur 1: Ontwikkelingen in de veilingafzet in 1993 en 1994.
den voorzichtig te zijn. De grote mate van aggregatie van de cijfers kan makkelijk leiden tot verkeerde conclusies.
Aanvoer in 1994
In het eerste halfjaar van 1994 is de afzet van champignons via de veilingen toegenomen in vergelijking met 1993. Dat geldt zowel voor de verkoop via de veilingklok als voor contractbemiddeling door de veilingen (figuur 1 ). De klokverkopen van de open industriekwaliteiten zijn groter dan vorig jaar. De verkoop van kwaliteit I via de
klok is iets afgenomen. Via de veilingklok wordt minder afgezet dan via contractbemiddeling. Dat geldt met name voor kwaliteit I en de open industriekwaliteiten. Van kwaliteit 11 gevliesd werd het grootste deel via de klok verkocht.
Gegevens over de kwaliteit sverdeling van de bemiddelingsverkopen in 1993 zijn moeilij k te achterhalen. In het grootste deel van 1993 werd de contractbemiddeling namelijk nog niet door alle veilingen gezamenlijk uitgevoerd.
Tabel 2. Gemiddelde gewogen klokprijzen (gld/kg)
1993 1993 1993 1994 1 e halfjaar 2e halfjaar totaal 1e halfjaar
I fijn 3,12 3,71 3,37 3,54 I middel 2,88 3,62 3,22 3,32 I reuzen 3,42 3,80 3,59 3,38 I kleinverpakking 3,82 4,20 4,00 3,94 11 fijn 2,44 3,07 2,75 2,94 11-2-60 2,22 2,84 2,49 2,70 11-2-80 1,69 2,22 1,95 2,05 11-3-80 1,50 2,06 1,74* 1,94* 11-3-100 1,49 2,09 1,80* 1,94* 111-3-100 1,38 2,10 1,86* 1 ,81* Middenprijs 2,17 2,71 2,42 2,43
* Zie ook tabel 3.
Bron: CBT
398
Redes statische en vibrerende zeefbochten Redes, het antwoord op vaste stof en vloeistofscheidingsproblemen!
Redes heeft een ruime ervaring op het gebied van vaste stofschei· dingen uit proces· en spoelvloeistoffen. De toepassing van zeefbochten wordt gekarakteriseerd door eenvoudige konstruktie en zeer lage onderhoudskosten. Door een hoog scheidingsrendement wordt de investering zeer snel gecompenseerd door verlaging van de lozingskosten.
Moeilijk scheidbare materialen worden efficiënt verwijderd door de zeef te laten vibreren (trillen) door middel van een pneumatische of elektrische aandrijving. Vloeistoffen met hoge vaste stof gehalten worden zeer efficiënt ontwaterd waardoor in spoelprocessen het water kan worden hergebruikt en in zuiveringsprocessen de tweede stap wordt ontlast tegen minimale kosten. De Redes zeefbochten kunnen voor gecompliceerde produktieprocessen op maat worden geconstrueerd in diverse corrosie bestendige materialen.
Voor vezelachtige materialen in b.v. papier en textiel afvalwater kan optioneel worden gekozen voor een hoge of lage druk sproei-installatie in combinatie met een borstelreiniger. Standaard worden de installaties geleverd in r.v.s. 304. Op aanvraag kunnen ook andere materialen worden toegepast.
Opties: • hogedruk unit t.b.v. sproei-installatie • sproeier/borstelinstallatie en afdekkap
Toepassingen: Vibrerende zeefbochten o.a.: Statische zeefbochten o.a.: • mestverwerking • aardappelverwerking • visverwerking • slachtafval • slachterijen • groenten/conserven • textiel-industrie • champignon kwekerijen • papier-industrie • kratten-wasinstallaties
Waarom Redes zeefbochten? • lage investering • snelle terugverdientijd door verlaagde lozingskasten • toepassing als standaardsysteem of in te passen bij bestaande systemen • uitwisselbare zeefplaten voor gewijzigde processen • geen zandopbouw in invoerzijde door konische konstruktie
D. de Vries Wertsteeg 22 Kerkdriel Tel.: 04183-3354
Onderdelen-depots:
Klep B.V. Korte Brugstr. 1 00 Etten-Leur Tel.: 01608-12831
Desmet Martin P.v.B.A. Schoolstraat 31 lngelmunster (België} Tel.: 051 -301629
MUNCKOB.V. MACHINES VOOR DE CHAMPIGNONGUL TUUR
Spoorstraat 2a, 5975 RK Sevenum Postbus 6827 · 5975 ZG Sevenum · Holland Telefoon 04767-3434 I Fax 04767 · 1985
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9) 399 --------------------
Het is niet duidelijk of het aandeel van de veilingen in de afzet van champignons ook toegenomen is. Cijfers over de ontwikkeling van de totale handelsproduktie zijn er niet.
Tabel 3. Gemiddelde ongewogen klokprijzen van industriekwaliteiten op basis van weekprijzen.
Gemiddelde klokprijzen in 1994 11-3-80 11-3-100 111-3-100
Bron: CBT
1993 totaal
1,78 1,77 1,70
De prijsontwikkeling in 1993 vertoonde twee gezichten. In de eerste helft waren de prijzen laag, in de tweede helft stegen de prijzen geleidelijk tot een hoog niveau. De gemiddelde klokprijzen in de eerste helft van 1994 liggen boven het jaargemiddelde van 1993, maar beneden het prijsniveau van het laatste halfjaar van 1993 (tabel 2). In 1993 is de gemiddelde klokprijs van 11-3-80 lager dan die van 11-3-1 00 en 111-3-100. Dit lijkt niet in overeenstemming met de werkelijkheid waarin de 11-3-80 het best betaald wordt. De oorzaak hiervan ligt in de ongelijke verdeling van de aanvoer over het jaar. In de tweede helft van 1993 nam
de aanvoer van 11-3-100 en 111-3-100 geleidelijk sterk toe. In deze periode lag het algemene prijsniveau ook hoger. Daarom ligt de gewogen gemiddelde prijs op een relatief hoog niveau. De meeste kilogrammen werden in de tweede helft van het jaar aangevoerd. De aanvoer van 11-3-80 was daarentegen lager dan in de eerste helft van 1993. Dit is een addertje onder het gras waarmee bij het gebruik van deze cijfers rekening moet
'n Spierwitte werkomgeving, 100% dampdichte cellen, minimale stookkosten, geen schimmels, nauwelijks overlast bij het aanbrengen en vrij van schadelijke stoffen. Bovendien ... 5 jaar garantie! Geen wonder dat kwaliteitsbewuste kwekers kiezen voor de gespecialiseerde aanpak van Ummels Waterdichtingstechniek. Celcoating van zowel nieuwbouw als renovatieprojekten met resultaten waar u van op zult kijken.
WATERDICHTINGSTjCHNIEK
Ummels Waterdichtingstechniek BV 't Inne 32c 6021 DA Budel Tel: 04958 - 9 19 16 Fax: 04958 - 9 37 50
1994 1e halfjaar
1,94 1,94 1,79
worden gehouden! Voor een t eler die het hele jaar door dezelfde hoeveelheden van een kwaliteit aanvoert, is het gewogen gemiddelde in dit geval niet relevant. Als weekprijzen uitgangspunt zijn voor de berekening van het ongewogen gemiddelde, blijkt het prijsverschil tussen 11-3-80 en 11-3-100 gering te zijn (tabel 3). In de eerste helft van 1994 bedroeg het prijsverschil tussen 11-3-100 en 111-3-100 15 cent per kilogram.
400
P.G. KUSTERS B.V. Waaldijk 3, Dreumel Telefoon 08877 - 1342
Voor al uw bedrijfsbenodigdheden en gewasbeschermingsmiddelen.
Tevens NICOLON trekmatten en afdekdoeken, tunnel- en glijmatten.
Calprozyme voor bijvoeden
SNELLE SERVICE - GRATIS ADVIES Bel voor informatie: G. Brink 08872 - 2175, J. in den Bosch 08879 - 2462
BRO Adviseurs is een adviesbu reau met brede ervaring in de champignonsector.
Voor deskundige ondersteuning bij: • milieuvergunningen/MER's • bouwvcrgunningen/aanpassingen
bestemmingsplan • techniek en emissiebeperking • juridische problemen
Voor: • producenten van voedingsbodems en dekaarde • teeltbedrijven • transporteursfopslag van cl1ampost • industriële verwerking
Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met R. Aartssen of N. van Hooijdonk, telefoon 073-579102.
Bureau voor Ruimtelijke Ordening von Heesewijk B.V. Adre~: Taaistroot 36, Vught. Postadres: P~tbu!- 68, 5260 A6 Vugl1t Noderl<.md
ToloiO<><" 073·579102, Telefox: 073·561665
OUA HOOG RENDEMENT KOELING 2 JAAR GARANTIE - koudwoterkoelingen; - d irect freonkoel ingen;
- mobiele freonkoelingen; - koelblokken zowel freon a ls water op moot gemaakt,
diverse blokken uit voorrood leverbaar.
CV-installaties Stoom insto lloties
Spuitwaterinstallaties Luchtbehandeling
Centrale luchtbehondelingskokers Computerinstallaties FANCOM en BRINKMAN
Electro-installaties c.___, Tot 8 cellen van 200 m teeltoppervlak zonder transformatorruimte
~~oUa~A_c_k_e_r_m_a_n_s_-_J_ö_rg_e_n_s_e_n_b_._v. _________ 1
Installatie-, Reparatie- en Handelsbedriif Bulkseweg 22, 5331 PK Kerkdriel • Telefoon 04183-2788 Kontoor 04 1 83-354 1 Fox 0 41 83-3206
/
/ Tel.: 01725-74668 TRADING B.V. 01725-71373 NEDERLAND fax: 01 725·74762
NIEUWE STOOMKETELS OP VOORRAAD
HOGE- EN LAGEDRUK Levering mogelijk per direct
Lagedruk stoomketels: BLP 140 208 kg/h* Hfi13.000,BLP 2 10 313 kg/h* Hfi1 4.000,BLP270 399kg/h* Hfi15 .000,BLP 370 556 kg/h* Hfl 18.000,-
• .. ·oedu~~woler 70 oe
Ketels kompleet met appendages, schakelkast en bekabeling.
Tevens ketelservice, service (24-uurs), nieuwe branders, autoclaven en grote warmwaterketels.
PROPYLEEN ETHYLEEN
Voorzien Van Filters lfet lficro-Poriën . -. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . voor ltroed van Agaricus Pleurotus, Shlitake en andere eetbare paddestoelen
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
Landbouwtelling 1994 Cijfers over champignontaalt L.G.J. van Horen, IKC-AT Afdeling Champignonteelt
401
Onderstaande gegevens zijn gebaseerd op de uitkomsten van de landbouwtelling d ie jaarlijks door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) wordt voorbereid en verwerkt.
1994 1993 verschil t.o.v. 1993
Teeltoppervlakte
De geregistreerde teeltoppervlakte in 1994 is met 1,6% toegenomen. De toename was vooral in Noord-Brabant vrij sterk. In Limburg bleef het areaal nagenoeg gelijk, in Gelderland daalde het areaal. Als deze ontwikkeling doorzet zal volgend jaar Noord-Brabant de provincie met het g rootste areaal champignonteelt zijn. Het percentage van de teeltoppervlakte beteeld met doorgroeide compost nam in alle regio's fors toe. In Limburg was deze toename het geringst doordat al op een groter percentage van het areaal gebruik werd gemaakt van doorgroeide compost. Inmiddels wordt op meer dan 70% van het areaal gebruik gemaakt van doorgroeide compost.
Aantal bedrijven
Het aantal bedrijven met champignonteelt is met 16 gedaald. Deze daling deed zich vooral voor in Limburg en Gelderland. In Noord-Brabant steeg het aantal bedrijven.
Aantal cellen
Het aantal cellen daalde met 92. Doordat de teeltoppervlakte toenam nam ook de gemiddelde celgrootte wederom toe. Deze bedraagt inmidde ls 232 m2 teeltoppervlakte. In Limburg is de gemiddelde celgrootte duidelijk groter dan het landelijk gemiddelde (252 mz), in Gelderland kleiner (202 m2).
Als gevolg van de stijging van het teeltareaal en de daling van het aantal bedrijven steeg de gemiddelde bedrijfsgrootte van 1421 m2 tot 1477 m2
teeltoppervlakte per bedrijf. In Limburg bedraagt de gemiddelde bedrijfsgrootte 1711 mz, in Noord-Brabant 1568 m2 en in Gelderland 1141 m2
•
Nederland teeltoppervlakte (m2) 1.063.366 1.046.009 + 17.357 + 1,6% waarvan beteeld met doorgroeide compost 760.709 691.659 + 69.050 +10,0% aantal bedrijven 720 736 16 aantal cellen 4.577 4.669 92 -2,0%
Limburg teeltoppervlakte (m2
)
waarvan beteeld met 374.729 372.418 + 2.311 + 0,6%
doorgroeide compost 279.824 264.744 + 15.080 + 5,7% aantal bedrijven 219 226 7 aantal cellen 1.488 1.507 19 - 1,3%
Noord-Brabant teeltoppervlakte (m2
) 373.200 346.296 + 26.904 + 7,7% waarvan beteeld met doorgroeide compost 257.481 202.344 + 55.137 +27,2% aantal bedrijven 238 235 + 3 aantal cellen 1.560 1.563 3 -0,2%
Gelderland teeltoppervlakte (m2) 257.793 270.217 12.424 -4,6% waarvan beteeld met doorgroeide compost 193.970 196.497 - 2.527 - 1,3% aantal bedrijven 226 237 11 aantal cellen 1.275 1.341 66 -4,9%
Overige provincies teeltoppervlakte (m2
) 57.644 57.078 + 566 + 1,0% waarvan beteeld met doorgroeide compost 29.434 28.074 + 1.360 + 4,8% aantal bedrijven 37 38 1 aantal cellen 254 258 4 - 1,6%
Regionaal aandeel (in %) in het landelijke totaal 1994
Aantal Aantal Teelt- O'Jcervlakte met bedrijven cellen oppervlakte oorgroeide
compost
Limburg 30,4 32,5 35,3 36,8 Noord-Brabant 33,1 34,1 35,1 33,8 Gelderland 31,4 27,9 24,2 25,5 Overige provincies 5,1 5,5 5,4 3,9
Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0
Bron: CBS
402 -----------------------
,..
Belangrijke adressen
COÖPERATIEVE NEDERLANDSE CHAMPIGNONKWEKERSVERENIGING
Driekronenstraat 6, Milsbeek Postbus 13, 6590 AA Gennep Telefoon 08851 -16541 Telefax 08851 -17823
Voorzitter: J.A.E. Pijnenborg
Directeur: ir. F.H. Rats
Beleidsmedewerker: ir. A.M.J. van der Steen
Hoofd ledendienst: ing. F. Horlings privé 04930 - 16948
Verkoop binnendienst en PR: ing. A.G.T. Kuijpers
Bedrijfsbegeleiding: ing. J. Ebben privé 08894- 51039 ing. R. Maas, privé 04760-74876 ing. P. Vervoort, privé 04764 - 1574 ing. M. Vencken, privé 08850 - 30359
Milieucoördinator: ir. M.C.J.W. van Dongen, privé 08865 - 1394
INNOVATIE- EN PRAKTIJKCENTRUM PLANTAARDIGE PRODUKTIE EN LEVENSM IDDELENTECHNO LOGIE
Centrum voor champignonteeltonderwijs
Westerholtstraat 2, 5961 BJ Horst Telefoon 04709- 84555 Telefax 04709 - 84160
Directeur: ir. A.A. van Nieuwenhuijzen
Adj. directeur: ing. G. van Megen-Boekestijn
STICHTING PROEFSTATION VOOR DE CHAMPIGNONCULTUUR
Peelheideweg 1 5966 P J America Postbus 6042, 5960 AA Horst Telefoon 04764-1944 Telefax 04764 - 1567
Directeur: prof. dr. l.J.L.D. van Griensven
Adj. directeur: dr. F.P. Geels
VOORLICHTING:
INFORMATIE EN KENNIS CENTRUM VOOR AKKER- EN TUINBOUW IKC
Afdeling Champignonteelt
Peelheideweg 1, Am erica Postbus 6042, 5960 AA Horst Telefoon 04764 - 1944 Telefax 04764- 1567
Consulent: ir. L.G.J. van Horen
Bedrijfsdeskundige: ing. J. van de Geijn
DLV
Team Paddestoelenteelt
Spoorweg 10 Postbus 6207, 5960 AE Horst Telefoon 04709 - 86191 Telefax 04709 · 86682
Teamleider: ing. C. Hermans
Bedrijfsdeskundigen: ing. C. van Bergen J. van Gils ing. A. van Haperen ing. J. Hilkens ing. D. van Laarhoven ing. F. Sebregts
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
SEV VAN DE NCB TUINBOUW
Spoorlaan 350, 5038 CC Tilburg Telefoon 013 - 378641
VERENIGING VAN TUNNELBEDRIJVEN IN DE PADDESTOELENTEELT VTP
Crixhoek 8, 6039 RR Stramproy Telefoon 04183 - 391 1
PARTICULIERE VOORLICHTINGSBUREAUS:
Advies en Bemiddelingsburo Seubring Westerholtstraat 6, 5961 BJ Horst Telefoon 04709-8311 7 Telefax 04709 - 86291
BROEDFIRMA 'S:
Amycel BV Sleestraat 14 6014 CA lttervoort Telefoon 04756-6225 Telefax 04756-6385
Euro-Semy Sterckx-Holland BV Kachtemsestraat 330 B-8800 Roeselare Telefoon : 09/32/51 22 33 34 Telefax : 09/32/51 22 97 71
LeLion Import Zeddam BV Industriestraat 4 7041 GD 's-Heerenberg Telefoon 08346-61826 Telefax 08346-62276
Sylvan BV Moesdijk 10 6004 AX Weert Telefoon 04950-21757 Telefax 04950-37625
DE CHAMPIGNONCULTUUR 1994, 38(9)
TOELEVERINGSBEDRIJVEN
voor primaire grondstoffen:
CNC-bedrijven Driekronenstraat 6, Milsbeek Postbus 13, 6590 AA Gennep Telefoon 08851-16541 Telefax 08851 - 17823
Euroveen BV Verlengde Grensweg 8 Postbus 304, 5900 AH Venlo-West Telefoon 077-823946 Telefax 077 - 872600
Gebr. Theeuwen Mestfermenteerbedrijf BV Veerweg 11, 5863 AR Blitterswijck Telefoon 04784-8181 Telefax 04784- 2147
Nooyen Dekaarde BV Geijsterseweg 12b 5861 BL Wanssum Telefoon 04784 - 2244 Telefax 04784 - 2246
VEILINGEN:
CHAMPIGNON BEMIDDELINGSBUREAU HOLLAND BV
Postbus 121, 5300 AC Zaltbommel Telefoon 04180 - 79220 Telefax 04180 - 79406 Directeur: R. Schouten
COÖPERATIEVE TUINBOUWVEILING "ZALTBOMMEL EN OMSTREKEN" BA
Postbus 7, 5300 AA Zaltbommel Telefoon 04180 - 79911 Telefax 04180 - 79213 Contactpersoon: P. van Osch
403
RBT COÖPERATIEVE TUINBOUWVEILING
Postbus 3344, 4800 DH Breda Telefoon 076 - 288000 Contactpersoon: H. van Dijk
VEILING VELDHOVEN
Postbus 45, 5500 AA Veldhoven Telefoon: 040- 585911 Telefax: 040 - 585207 Contactpersoon: P. van Hapert
VEILING ZON
Horsterweg 8, 5971 NE Grubbenvorst Afdeling Paddestoelen: L. de Vlieger Telefoon 077 - 897901 Telefax 077- 897719
VON-COÖPERATIEVE TUINBOUWVEILING
Postbus 40, 6680 AA Bemmel Telefoon: 085- 26191 1 Telefax: 085 - 256995 Contactpersoon: M. Arts
M Thilot- achinas v~or de champignonteelt ~
• Engineering • Kompostmeng-installaties • Kompostkeermachines • Tunnelvulmachines/Tunnellieren • Kompost-transportwagens • Dekaarde-transportwagens • Kompost blokkenpersen • Doseerapparaten voor
kompost/dekaarde • Transportbanden • Broedstroot-apparaten • Kopvulmachines • Trekmachines • Stellingen • Pluklorries • Leeghaalmachines • Zakkenvulmachines • Kweeknetten en
Tunnelnetten • Opruw/Egaliseermachines
Thilot Holland B.V. Machinefabriek
Hoofdstraat 11-17 5973 N D Lotturn/Halland Telefoon 04763-1n4 Telefax 04763-2648 Telex 36493TCZ NL
Vooraanstaande kwaliteit "Le Lion", toonaangevenrl producent van champignon-broed, heeft tientallen jaren ervanng in de ontwikkeling en produktie van champignonbroed. Door Intensief onderzoek in de meest moderne laboratoria van Europa is "Le üon" in staat rassen te ontwikkelen met een zeer hoge opbrengst. Dankzij professionele teeltbegeleiding en stipte levering is "Le Lion" een partner die uw vertrouwen waard is.
"Le Lion" X 1. Ons onomstreden top-ras. Zowel geschikt voor hand· oogst met hoge plukprestalie als mechanische oogst met weinig zandvoet· jes. (combineert zeer goede kwaliteit met gunstige teelteigenschappen).
"Le Lion " X 4. Nieuw ras. Minder oompost-gevoelig en wittere vruchtlldlamen dan andere grote hybride-rassen. Kan goed 1n comb1natie met X1 geteeld worden.
"Le Lion" X 20. Veel gevraagde tussen-hybride. Produoeert hagelwitte goed houdbare champignons. Zeer geschikt voor het snijden van kwaliteit 11 ·2·60.
"Le Lion" X 25. Nieuw tussen-hybride-ras. Met nog sterkere myceliumgroei en vroeg oogsttijdstlp. Minder gevoelig voor over-fructificatie met aanhoudende produktie in de latere vluchten.
"Le Lion" B 62. Bruisend tussenras met sterke myceliumgroei en gemakkelijke knopvorming. Dit ras kan vele ziekten en teeltproblemen overw1nnen.
"Le Lion" C 9. Het meest verkochte bruine ras met donker-bruine hoeden en witte stelen. Stevige, vaste vruchtlichamen voor de verse mark!.
"Le Lion" C.M.S. cacing broed. Zeer aktief voor een constante teelllijn. in gebruik door lage vereiste dosering van 125 à 150 gr. per m2·
· Op aanvraag voor alle "Le Lion • rassen beschikbaar.
"Ie lion" h. j. m. holtander b.v.
UW VERTROUWEN WAARD!