3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met...

8
3- tot en met 5-jarigen Factsheet Mediagebruik

Transcript of 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met...

Page 1: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

3- tot en met 5-jarigen

Factsheet Mediagebruik

Page 2: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

2 • Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Kinderen van 3 tot en met 5 jaar maken al gebruik

van verschillende soorten media-apparatuur. Hun

mediagebruik wordt gekenmerkt door een voorkeur

voor vriendelijke fantasiefiguren en vertrouwde

contexten. Ze ontwikkelen een heel duidelijke eigen

voorkeur. Je ziet nu ook al verschillen in interesses

tussen kinderen ontstaan.

Gemiddeld besteden kinderen van 3 tot en met 5 jaar

ongeveer anderhalf uur per dag aan televisie of dvd’s

kijken, bezig zijn met de tablet, computeren en gamen.

Meer dan een derde van de kinderen leest tussen

de 10-15 minuten, en een kwart tussen de 15-20

minuten per dag. Bij 3- tot en met 4-jarigen leest bijna

driekwart van de ouders nog dagelijks voor.

Televisie en filmIn deze leeftijdsfase kijken kinderen graag naar educatieve

televisieprogramma’s die speciaal voor hun leeftijd zijn

gemaakt, bijvoorbeeld Sesamstraat of het Zandkasteel.

Jonge kinderen hebben behoefte aan een langzaam

tempo en veel herhaling om de informatie goed tot zich

te kunnen nemen. Ze kijken graag naar programma’s met

een vertrouwde context, waarin dingen gebeuren die ze

kennen of die dicht bij huis gebeuren. Kijken naar andere

peuters en kleuters is interessant, evenals kijken naar

simpele, vriendelijke fantasiefiguren. Kinderen van deze

leeftijd hebben ook een speciale interesse in objecten en

dieren die ze kennen en verbaal kunnen labelen, zoals

kat, hond of beer. Ook zien ze graag programma’s en

tekenfilms met liedjes en vrolijkheid.

Tablets en smartphonesTablets en/of smartphones zijn heel aantrekkelijk voor

deze kinderen vanwege het grote gebruiksgemak

en het grote aanbod van apps en YouTube-filmpjes.

Kinderen zijn vaak al best behendig met het besturen

van smartphone en tablet. Ze snappen het principe

van de vinger gestuurde apparaten direct. Maar omdat

je er precies mee moet zijn, lukt swipen (door een

digitaal document bladeren) en aantippen niet altijd

direct. Of het gemakkelijk gaat of niet is afhankelijk van

de gebruikte apps. Apps die voor hun gebruik basale

motorische vaardigheden vergen (bijvoorbeeld vegen,

tikken), zijn door kinderen goed te gebruiken. Wanneer

het gebruik om complexere motorische vaardigheden

vraagt (bijvoorbeeld met de vingers knijpen), dan is dit

ingewikkelder voor hen. De fijne motoriek is namelijk nog

niet zo goed ontwikkeld. In het begin kunnen kinderen

dan de weg nog kwijtraken. Met wat hulp krijgen ze het

echter wel snel onder de knie.

ComputersDe gemiddelde leeftijd waarop kinderen actief worden

op de computer of laptop is rond het vierde jaar. Ze

kunnen dan de muis en de toetsen een beetje bedienen.

Beginnende gebruikers kijken op de computer vooral

passief naar filmpjes, daarna volgt al snel een meer

interactieve fase, waarbij kinderen kleurplaten willen

maken en spelletjes willen spelen. Hoe ouder het kind

wordt, hoe populairder de educatieve games en portals

met spelletjes worden.

Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun

ontwikkeling. Door de ontwikkeling van hun cognitieve

en motorische vaardigheden hebben ze dan doorgaans

minder hulp nodig van volwassenen. Ze kunnen

ingewikkelder spelletjes aan, langer geconcentreerd

zijn en de muis beter bedienen. Leeftijd is echter niet

de belangrijkste voorspeller voor de vaardigheden van

kinderen: ervaring hebben met techniek is een grotere

voorspeller. Dit betekent dat sommige kinderen van 4 (die

veel gebruikmaken van een computer of tablet) al aardig

wat zelf kunnen, en andere 4-jarigen nog helemaal niet.

Mediagebruik kenmerkend voor kinderen van 3 tot en met 5 jaar

Page 3: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

Spelcomputers In deze leeftijdsfase maken kinderen ook regelmatig

gebruik van de spelcomputer. De speelduur neemt snel

toe met de leeftijd van het kind. Voor oudere kinderen is

het aantrekkelijker om computerspellen te spelen, omdat

zij het spelelement beter begrijpen. Jongere kinderen

hebben minder besef van spelregels en van het doel van

het spel. Ook hebben jonge kinderen meer moeite om de

knoppen te bedienen en met de inhoud van de spelletjes.

Kleuters leren opvallend snel hoe een game in elkaar

zit: ze worden gemotiveerd om in een proces van trial

and error niet op te geven, maar steeds door te gaan.

Geboeid door muziek, felle kleuren, leuke graphics en

aansprekende cartoon-personages, worden ze in een

aantrekkelijke game uitgedaagd om van hun fouten te

leren en steeds verder te komen in het spel.

Printmedia Prentenboeken, voorleesboeken, versjesbundels

en informatieve boeken moeten aansluiten bij de

belevingswereld van kinderen. Verhalen mogen zich best

in een ander land afspelen, maar de belevenissen van de

hoofdpersoon moeten voor het kind wel herkenbaar zijn.

Het is ook belangrijk dat prentenboeken en

voorleesverhalen een duidelijke verhaallijn hebben,

zonder al te veel zijwegen, anders raakt het kind de draad

kwijt. Dat geldt vooral bij voorleesverhalen met weinig

plaatjes, waar het kind alleen maar naar luistert.

De taal die in het boek staat moet correct zijn en

aansluiten bij het niveau van het kind. Het kind is

namelijk druk bezig om de taal en de mogelijkheden

daarvan te verkennen. Hij breidt zijn woordenschat

dagelijks uit.

Mediagebruik kan een belangrijke meerwaarde

hebben voor kleuters. Er zijn aanwijzingen dat

televisieprogramma’s, games, websites en apps een

positieve invloed kunnen hebben op de ontwikkeling

van kinderen, als het product aansluit bij hun

ontwikkeling en interesse, zij het leuk vinden en de

media-ervaring samen met een volwassene beleven.

Hieronder zetten we de positieve effecten van

mediagebruik op een rij.

Taalontwikkeling Televisieprogramma’s, websites en games met

woordgrapjes, rijm en het alfabet kunnen de

taalontwikkeling van kinderen stimuleren. Vooral

programma’s die uitnodigen tot interactie, zoals

praten, meezingen en raden, hebben een gunstig

effect op de taalontwikkeling. Er zijn studies verricht

die positieve resultaten laten zien van het gebruik

van digitale prentenboeken. Digitale prentenboeken

kunnen bijvoorbeeld een positief effect hebben op de

woordenschat en het verhaalbegrip. Om woordjes van

digitale prentenboeken te kunnen leren is het wel een

voorwaarde dat er ook regelmatig onder begeleiding mee

wordt geoefend. Voorlees- en aanwijsboeken vergroten

de woordenschat van oudere peuters ook. Door te

luisteren naar verhalen, horen kinderen hoe taal in elkaar

zit.

De aanwezigheid van een volwassene, die het kind

helpt om de inhoud goed te begrijpen, is een belangrijke

voorwaarde voor het optreden van leereffecten. De ouder

of opvoeder kan bijvoorbeeld de klanken van letters en

woordjes herhalen of vragen stellen, zodat kinderen ze

extra goed leren. Aanwezigheid van een volwassene helpt

ook voor de concentratie.

Toolbox Mediaopvoeding • 3

Belangrijke positieve effecten van mediagebruik binnen de leeftijd van 3 tot en met 5 jaar

Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Page 4: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

4 • Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Cognitieve ontwikkelingOnderzoek heeft laten zien dat het kijken naar

educatieve televisieprogramma’s op 3-jarige leeftijd

een goede voorbereiding is voor rekenprestaties en

taalprestaties in de basisschool op 5-jarige leeftijd. Kijken

naar Sesamstraat draagt onder peuters en kleuters

bijvoorbeeld bij aan het leren van letters, cijfers en andere

cognitieve vaardigheden.

Media-apparaten kunnen het leren van jonge kinderen

ook versterken doordat ze motiverend zijn en een

spannendere leeromgeving kunnen bieden. Falen in het

traditionele, schoolse systeem zorgt er meestal niet direct

voor dat kinderen enthousiast worden voor het leren van

een taak, maar de inzet van een tablet of smartphone kan

dit wel ondervangen. Als kinderen in een spelvorm leren,

kan falen juist een uitdaging worden die de motivatie van

het kind aanwakkert om toch het einddoel te bereiken.

Immers, als iets niet lukt, dan mogen kinderen blijven

proberen. Het geduld van een computer raakt nooit op.

Voorlezen is een goede concentratieoefening. Als ouders

elke dag een of meer keer voorlezen, dan went het

kind eraan en kan hij zich steeds beter op een verhaal

concentreren. Het voorlezen van bepaalde prentenboeken

kan ook een bijdrage leveren aan de wiskundige

ontwikkeling. Dit komt doordat die boeken getallen,

rekensommen en andere wiskundige elementen bevatten.

Lichamelijke en motorische ontwikkelingComputerspelletjes, filmpjes of kinderprogramma’s

kunnen jonge kinderen ertoe aanzetten om mee te

zingen of mee te klappen op muziek en bewegingen

van de karakters op het scherm na te doen. Daardoor

wordt hun motorische ontwikkeling gestimuleerd. Voor

de fijne motoriek is het gebruik van media-apparatuur

ook nuttig, vooral computers, tablets en smartphones.

Kinderen moeten hun hand- en vingerbewegingen goed

doseren om op het beeldscherm de juiste respons te

krijgen.

Sociaal-emotionele ontwikkelingVoor hun sociaal-emotionele ontwikkeling is het

belangrijk dat kinderen omgaan met andere kinderen.

Jonge kinderen moeten bijvoorbeeld leren dat ze niet

altijd hun zin kunnen krijgen en dat ze soms op hun

beurt moeten wachten als er meer kinderen zijn.

Daardoor leren ze hun persoonlijke belangen en wensen

doseren. Veel van deze aspecten zien we terug in

verhalen die gebruikt worden in boeken, filmpjes,

kinderprogramma’s en spelletjes. Denk bijvoorbeeld

aan kusjes geven en kletsen met een figuurtje in een

app, of bijvoorbeeld het ‘verzorgen’ van digitale baby’s

of huisdieren. Bij de educatieve televisieprogramma’s

is van oudsher altijd veel aandacht voor de sociaal-

emotionele ontwikkeling van kinderen. In heel veel

liedjes en sketches gaat het om gevoelens als blij of

jaloers zijn, samen delen en elkaar helpen. De makers

van de programma’s willen daarmee een goed voorbeeld

geven aan jonge kinderen.

Spel en fantasieEr zijn veel digitale spelletjes die op een creatieve wijze

een bijdrage kunnen leveren aan de spelontwikkeling.

Programma’s of apps voor jongere kinderen die uitlokken

tot meedoen en raden hebben een positief effect op

het spelgedrag. Onderzoek naar televisieprogramma’s

zoals Sesamstraat laat bijvoorbeeld zien dat kinderen

de situaties die ze daarin zien graag naspelen, wat

weer goed is voor hun ontwikkeling. Dat komt doordat

fantasiespel dat op mediavoorbeelden is gebaseerd, vaak

meer is dan alleen maar imiteren van wat kinderen gezien

hebben. Voor een deel doen kinderen inderdaad graag

na wat ze gezien en gehoord hebben, maar daarnaast

voegen ze ook allerlei eigen elementen aan hun spel toe.

Ze brengen dus datgene wat ze op een plat vlak gezien

hebben over naar de driedimensionale werkelijkheid en

vermengen die fantasie met de sociale werkelijkheid.

Ze verrijken de situatie met nieuwe elementen.

Page 5: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

Toolbox Mediaopvoeding • 5

Om zich gezond te kunnen ontwikkelen, hebben

kinderen een uitgebalanceerde en gevarieerde

tijdsbesteding nodig. Spelen, voldoende slapen

en contacten met anderen zijn belangrijk in hun

ontwikkeling, zodat zij sociaal en emotioneel goed

kunnen functioneren. Te veel tijd besteden aan

mediagebruik en hierdoor te weinig spelen en slapen

is niet gunstig voor de ontwikkeling van kinderen.

Daarnaast zijn sommige media-inhouden niet goed

voor kinderen als ze daar in hun ontwikkelingsfase nog

niet aan toe zijn. Hieronder zetten we de negatieve

effecten van mediagebruik op een rij.

Taalontwikkeling Van televisieprogramma’s die voor een brede

doelgroep bedoeld zijn hebben jonge kinderen weinig

voordeel voor hun taalontwikkeling. Dat komt doordat

deze programma’s qua inhoud en taalgebruik niet

aansluiten op waar deze kinderen in geïnteresseerd

zijn. En ouders zijn meestal niet geneigd om tijdens

dit soort uitzendingen met hun kinderen te praten.

Jonge kinderen voelen zich dus niet aangespoord om

het programma te volgen en daarmee hun taal te

ontwikkelen. Ook programma’s die wel voor kinderen

bedoeld zijn, kunnen elementen bevatten die de

taalontwikkeling van kinderen belemmeren, zoals veel

beeldwisselingen, drukte en actie, en een te moeilijke

verhaallijn.

Televisie op de slaapkamer is niet bevorderlijk voor

de taalontwikkeling van kinderen. Er is dan vaak geen

begeleidende volwassene in de buurt die uitleg kan geven

bij wat kinderen zien. Daarnaast zijn kinderen van zichzelf

minder vaak geneigd om naar educatieve programma’s

te kijken, of ze kijken na zo’n programma direct naar een

ander programma, waardoor de educatieve boodschap

weer naar de achtergrond verdwijnt.

Cognitieve ontwikkelingVeel mediagebruik kan een negatief effect hebben op

de algemene kennis van kinderen. Dit komt bijvoorbeeld

doordat kinderen dan te weinig oefenen met andere

activiteiten die belangrijk zijn voor hun ontwikkeling,

zoals lezen, slapen en vrij spelen. Een andere oorzaak kan

zijn dat kinderen vooral kijken naar televisieprogramma’s

die niet voor hen bedoeld zijn.

Daarnaast kunnen media-apparaten een stoorzender

zijn. Als er een media-apparaat aanstaat in een ruimte,

dan kan dit storend en afleidend zijn. Kinderen kunnen

zich hierdoor minder goed concentreren op hun eigen

spel. Beeldschermgebruik vlak voor het slapen gaan is

ook niet gunstig voor een jong kind. Vooral spannende

programma’s met interessante prikkels houden het

kind actief, waardoor hij niet de rust vindt om te gaan

slapen. Het (vooral blauwe) licht van een beeldscherm

kan bovendien invloed hebben op de hersenen. Het

licht verstoort de huishouding van melatonine, het

hormoon dat nodig is om te kunnen inslapen. Slechter

en korter slapen heeft effect op geheugenfuncties en de

concentratie en daarmee op het leervermogen.

Lichamelijke en motorische ontwikkelingReclames voor snoepgoed, snacks of ongezonde

frisdranken kunnen een negatieve invloed uitoefenen op

jonge kinderen. Kinderen kunnen de intentie van reclame

nog niet doorzien, terwijl ze de liedjes en vrolijke kleuren

vaak wel leuk vinden. Kinderen kunnen daardoor in de

winkel gaan zeuren om de geadverteerde producten,

of willen tijdens het kijken een snoepje of limonade net

als op televisie. Wennen aan het eten van snoep en het

drinken van frisdrank verhoogt het risico op diabetes of

overgewicht.

Belangrijke negatieve effecten van mediagebruik binnen de leeftijd van 3 tot en met 5 jaar

Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Page 6: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

6 • Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Sociaal-emotionele ontwikkeling In deze leeftijdsfase komt het kind steeds meer in contact

met andere kinderen. Wanneer het kind door te veel

mediagebruik te weinig contact met andere kinderen

heeft, oefent hij niet voldoende met sociale vaardigheden.

Spel en fantasieSommige programma’s en spelletjes kunnen de creatieve

ontwikkeling bij kinderen verstoren. Het gaat hierbij

om mediaproducties die voor een algemeen en ouder

publiek bedoeld zijn. Jonge kinderen die veel naar zulke

producties kijken, zijn later minder creatief en minder

geneigd om samen met andere kinderen te spelen.

Daardoor ontwikkelen ze hun sociale vaardigheden en

fantasie minder goed. Kinderen kunnen door ongeschikte

mediaproducten ook druk en opgewonden worden,

waardoor ze zich minder goed kunnen concentreren. Het

lukt dan minder goed om dingen te onthouden en langer

bezig te zijn met fantasie of creatief spel.

Tekenfilms of andere programma’s waarin actie en

vechten voorkomt kunnen kinderen ook de verkeerde

boodschap meegeven. Omdat kinderen het verschil met

de realiteit nog niet goed kennen, kunnen ze ruwer gaan

spelen en denken dat het niet erg is om te vechten.

Op deze leeftijd kunnen kinderen bang worden van hun

eigen fantasieën. Beelden in films en spelletjes kunnen

die fantasieën versterken. Kinderen kunnen daardoor

bij het kijken van streek raken als dingen er heel erg

angstaanjagend of dreigend uitzien, plotseling een

andere vorm aannemen of plotseling verdwijnen.

Monsters en griezels zoals in Harry Potter kunnen jonge

kinderen de stuipen op het lijf jagen. Maar het kan ook

gaan om tekenfilmfiguren of ogenschijnlijk lieve monsters,

zoals de geest in Aladin. Kinderen van deze leeftijd

hebben uitsluitend oog voor wat duidelijk zichtbaar is

en minder voor meer onderliggende informatie. Als een

figuur er eng uitziet, ook al heeft hij geen kwaad in de zin,

kan hij voor jonge kinderen evengoed angstaanjagend zijn.

De ontwikkeling van kinderen tussen de 3 en 5 jaar

wordt vooral gekenmerkt door een toenemende

taalbeheersing, de ontwikkeling van het denken en de

uitbreiding van de sociale en fysieke omgeving. Het

kind verzamelt informatie door eindeloos te observeren

en ‘waaromvragen’ te stellen. Op basis van deze

verzamelde informatie, leert het kind het principe van

communicatie en relaties en versterkt hij zijn begrip

van de wereld om hem heen.

Taalontwikkeling Kinderen in deze leeftijdsfase zijn heel creatief met

taal. Rond 3 jaar maken kinderen zinnen van drie tot vijf

woorden. Ze leren alledaagse gesprekken en eenvoudige

verhalen te begrijpen. Hun zinsbouw wordt steeds beter.

Rond hun vierde jaar maken ze goede, eenvoudige zinnen.

Op deze leeftijd kennen kinderen veel woorden en leren

ze er dagelijks nog veel nieuwe bij. Een kind van 5 jaar

maakt steeds langere zinnen en gaat bijzinnen gebruiken.

Kinderen leren praten over wat er vroeger is gebeurd

en wat er in de toekomst gaat gebeuren, en ze leren het

verschil begrijpen tussen ‘ik’, ‘jij’ en ‘wij’.

Tussen hun derde en vierde jaar ontdekken kinderen

schriftelijke taal. Ze leren dat tekentjes in boeken

letters zijn en dat ze kunnen lezen wat er staat. Ze leren

geleidelijk aan begrijpen waar schriftelijk taalgebruik voor

dient, bijvoorbeeld om een boekje te kunnen lezen. Dit

inzicht is nodig om later op school te leren lezen.

Pictogrammen zijn ook mateloos interessant, kinderen in

deze leeftijdsfase kunnen ze begrijpen.

De normale ontwikkeling van kinderen van 3 tot en met 5 jaar

Page 7: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

Toolbox Mediaopvoeding • 7

Cognitieve ontwikkelingKinderen van 3 tot en met 5 jaar gaan steeds meer

getallen gebruiken. Ze gaan begrijpen dat een gegeven

hoeveelheid, gewicht en getal in verschillende vormen

kan voorkomen. Het kind maakt nu ook meer gebruik van

symbolen en beelden, hoewel nog niet erg systematisch.

Dankzij zijn toenemende taalbeheersing leert hij zijn

omgeving ontdekken. Het kind gaat ‘eindeloos’ vragen

stellen.

Lichamelijke en motorische ontwikkelingDe motorische ontwikkeling kenmerkt zich bij kinderen

van 3 tot en met 5 jaar door de ontwikkeling van de grove

motoriek. Het kind kan nu al rennen, springen, klauteren,

steppen enzovoort. De fijne motoriek ontwikkelt zich

ook gestaag. Voor een 3-jarige is het nog moeilijk om

te knippen of een bal te vangen. Een 4-jarige kan al

een beetje knippen, omdat zijn handen en ogen beter

gecoördineerd samenwerken. Een 5-jarig kind is hier nog

beter in. Kleuren binnen de lijntjes gaat nu goed.

Sociaal-emotionele ontwikkelingIn de kleuterfase begint de ik-ander-differentiatie:

het kind beseft nu dat er anderen bestaan. Dit is een

voorwaarde om sociale relaties aan te kunnen gaan

met leeftijdsgenootjes. Als het kind naar de opvang of

basisschool gaat, komt hij steeds meer in contact met

vriendjes, vriendinnetjes en leerkrachten. Hij krijgt nu

belangstelling voor andere kinderen. Ze zoeken contact

met elkaar door elkaar dingen te geven en gaan met

elkaar samenspelen. Ook leert het kind steeds meer

simpele sociale regels kennen en kan zich daar beter aan

houden.

Het besef van het eigen ik kan leiden tot een besef van

de eigen kwetsbaarheid. Kleuters worden hierdoor heel

zuinig op hun lichaam en raken bijvoorbeeld in paniek

wanneer zij zichzelf verwonden.

Morele ontwikkeling De leeftijd vanaf 3 jaar (tot en met 5 jaar) is een

belangrijke periode voor de ontwikkeling van ‘moreel

besef’. Kinderen leren wat goed is en wat niet, volgens

de normen van de omringende samenleving. In het begin

richt het kind zich op degene die het voor het zeggen

heeft en op de regels die ze moeten volgen. Omdat het

kind in deze leeftijdsfase nog niet goed kan beredeneren

waarom er regels zijn, zijn beloning en straf hiervoor

belangrijke richtlijnen. De dingen waar je als kind een

beloning voor krijgt, zijn de goede dingen. De dingen

waar een kind voor gestraft wordt, mogen niet. Duidelijke

regels over wat wel en niet mag en een consequente

handhaving hiervan door volwassenen, helpt het kind

bij het aanleren van gedrag dat door de omgeving als

wenselijk wordt beschouwd.

Kinderen van 3 tot en met 5 jaar kunnen zich nog niet goed

in gezichtspunten van anderen verplaatsen. Ze beseffen

nog niet wat de ander weet, denkt en voelt. Kinderen gaan af

op iemands concrete gedragingen, ze vragen zich nog niet af

wat er achter het gedrag kan zitten.

Spel en fantasieIn deze leeftijdsfase speelt het kind symbolisch: door de

aanwezigheid van taal en mentale representaties kunnen

kinderen ‘doen-alsof-spelletjes’ spelen. Tegen het derde

jaar ontwikkelt zich ook het imitatiespel. Het kind gaat

steeds vaker bepaalde rollen van mensen in zijn omgeving

Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Page 8: 3- tot en met 5-jarigen - De Bukehof...wordt, hoe populairder de educatieve games en portals met spelletjes worden. Rond 5 jaar maken kinderen een sprongetje in hun ontwikkeling. Door

8 • Factsheet Mediagebruik 3- tot en met 5-jarigen

Colofon

© 2015 Nederlands Jeugdinstituut

Postbus 19221

3501 DE Utrecht

T 030 230 63 44

E [email protected]

www.nji.nl/toolboxmediaopvoeding

De Toolbox Mediaopvoeding is mede mogelijk

gemaakt door:

naspelen. Hij spreekt de pop of knuffel toe zoals de vader

tegen het kind praat: met dezelfde gebaartjes en intonatie.

Kleuters kunnen ook in toenemende mate nadenken over

wat er om hen heen gebeurt en een voorstelling maken

van wat er zou kunnen gebeuren. In de kleuterleeftijd

kunnen kinderen daardoor bang worden van hun eigen

fantasieën, zoals monsters en zelfbedachte enge mensen.

Kleuters hebben soms vage angsten die zij nog niet

onder woorden kunnen brengen of ervaren lichamelijke

spanningen waarvan zij niet weten waar ze vandaan

komen. Zulke gevoelens zijn soms moeilijk te verdragen

voor jonge kinderen.

Tussen het derde en vierde jaar ontstaat het besef dat

realiteit en verzinsels twee verschillende dingen zijn.

Kinderen zitten in een geleidelijke overgangsperiode,

waarin ze soms wel en soms niet het verschil weten.

Daardoor kunnen zij heel verbaasd zijn, als hun

verklaringen niet opgaan. Soms ontkennen kinderen de

werkelijkheid ook. Aan het eind van de kleuterperiode

is het kind wel beter in staat om wat echt is te

onderscheiden van bedenksels. Kinderen herkennen dan

een aantal wetmatigheden van verschijnselen.

Seksuele ontwikkeling Kinderen in deze leeftijdsfase begrijpen steeds beter dat

ze een meisje of jongetje zijn. Ze krijgen duidelijke ideeën

over hoe meisjes en jongens zich horen te gedragen.

Seksualiteit ontdekken kinderen vaak in de vorm van

spelletjes, zoals vader of moedertje spelen en doktertje

spelen. Kinderen zijn ook heel nieuwsgierig. Ze willen

bijvoorbeeld weten waar kinderen vandaan komen. Ze

kunnen hier eindeloos veel vragen over stellen. Zodra

kinderen naar school gaan en in contact komen met

grote groepen mensen, leren ze steeds beter hoe ze

zich moeten gedragen. Ze leren bijvoorbeeld dat ze niet

zomaar in het openbaar hun lichaam kunnen laten zien.