137 Roken In Zorginstellingen Niet Langer Gedoogd

2
instellingen 145 zorg & financiering > 1-2005 Een op de acht Nederlandse verpleeghuizen heeft geen diëtist in dienst. Dat is in strijd met de richtlijn voor verantwoorde vocht- en voed- selvoorziening van de landelijke branchevereni- ging voor verpleging en verzorging (Arcares). De noodzaak van een diëtist is hoog: meer dan veertig procent van de verpleeghuisbewoners heeft problemen op het gebied van de voeding. Ondervoeding, diabetes mellitus, hart- en vaat- ziekten en medicijngebruik vragen allemaal om een specifiek dieet of voedingssupplementen. In verpleeghuizen waar wel een diëtist aanwezig is, heeft deze de zorg voor gemiddeld 556 bewo- ners (ter vergelijking: er is één fysiotherapeut op elke 46 bewoners). Overigens is er geen norm voor het maximaal aantal bewoners per diëtist. Dit blijkt uit een inventariserend onderzoek door het Nivel naar de paramedische zorg in verpleeghuizen in opdracht van ZonMw. In de verpleeghuiszorg werken verschillende medi- sche en paramedische disciplines samen. Over het aanbod van paramedische zorg waren echter nauwelijks gegevens bekend. Dit onderzoek is de eerste inventarisatie van de paramedische zorg in Nederlandse verpleeghuizen. Uit vervolg- onderzoek moet blijken of dat de juiste zorg is, hoe die zorg eventueel verbeterd kan worden. In de Arcares-richtlijn Multidisciplinaire Richt- lijn verantwoorde vocht- en voedselvoorziening voor verpleeghuisgeïndiceerden, die is opge- steld nadat de Inspectie voor de Gezondheids- zorg problemen constateerde in de vocht- en voedselvoorziening in verpleeghuizen, wordt aanbevolen om in ieder verpleeghuis een voe- dingsbeleidsteam samen te stellen met een dië- tist, een verpleeghuisarts en een verpleegkun- dige. Diëtisten bepalen mede het voedingsbeleid voor het hele verpleeghuis, maar diagnosticeren ook individuele voedingsproblemen en geven aan de hand daarvan dieetadviezen. Bron: Nivel, 9 december 2004< > instellingen 136 diëtist ontbreekt in een op de acht verpleeghuizen Met ingang van 2005 is roken in alle zorginstel- lingen taboe, behalve in verpleeg- en verzor- gingshuizen. Sinds 1 januari 2004 zijn werkgevers al verplicht voor een rookvrije werkplek te zorgen. Dat jaar hanteerde VWS nog een gedoogbeleid in zorg- instellingen en werden er geen boetes opge- legd. Zij kregen van Minister Hoogervorst een jaar extra de tijd om de Tabakswet in te voeren. Onlangs schreef Hoogervorst aan de Kamer dat de Tabakswet nog niet correct is ingevoerd. De koepelorganisaties geven aan dat er nog knel- punten zijn waardoor nog niet overal rookruim- ten zijn gecreëerd. De kleinschalige woonvor- men vinden zij het belangrijkste knelpunt. Zij menen dat het binnen deze woonvormen vaak niet mogelijk is om een afgesloten rookruimte in te richten en stellen voor om deze woonvormen formeel uit te zonderen van de Tabakswet. Minister Hoogervorst is het daar niet mee eens en meent dat het wel mogelijk is om binnen of buiten de woning een rookruimte te creëren. Uitzonderingen Alleen voor kleinschalige woonvormen die niet gefinancierd zijn uit de AWBZ of uit andere ‘VWS-wetgeving’ wil Hoogervorst een uitzonde- ring maken. Hij laat de juridische status van 137 roken in zorginstellingen niet langer gedoogd

Transcript of 137 Roken In Zorginstellingen Niet Langer Gedoogd

Page 1: 137 Roken In Zorginstellingen Niet Langer Gedoogd

instellingen

145zorg & financiering > 1-2005

Een op de acht Nederlandse verpleeghuizenheeft geen diëtist in dienst. Dat is in strijd metde richtlijn voor verantwoorde vocht- en voed-selvoorziening van de landelijke branchevereni-ging voor verpleging en verzorging (Arcares).

De noodzaak van een diëtist is hoog: meer danveertig procent van de verpleeghuisbewonersheeft problemen op het gebied van de voeding.Ondervoeding, diabetes mellitus, hart- en vaat-ziekten en medicijngebruik vragen allemaal omeen specifiek dieet of voedingssupplementen.In verpleeghuizen waar wel een diëtist aanwezigis, heeft deze de zorg voor gemiddeld 556 bewo-ners (ter vergelijking: er is één fysiotherapeut opelke 46 bewoners). Overigens is er geen normvoor het maximaal aantal bewoners per diëtist. Dit blijkt uit een inventariserend onderzoekdoor het Nivel naar de paramedische zorg inverpleeghuizen in opdracht van ZonMw. In deverpleeghuiszorg werken verschillende medi-sche en paramedische disciplines samen. Over

het aanbod van paramedische zorg waren echternauwelijks gegevens bekend. Dit onderzoek isde eerste inventarisatie van de paramedischezorg in Nederlandse verpleeghuizen. Uit vervolg-onderzoek moet blijken of dat de juiste zorg is,hoe die zorg eventueel verbeterd kan worden.

In de Arcares-richtlijn Multidisciplinaire Richt-lijn verantwoorde vocht- en voedselvoorzieningvoor verpleeghuisgeïndiceerden, die is opge-steld nadat de Inspectie voor de Gezondheids-zorg problemen constateerde in de vocht- envoedselvoorziening in verpleeghuizen, wordtaanbevolen om in ieder verpleeghuis een voe-dingsbeleidsteam samen te stellen met een dië-tist, een verpleeghuisarts en een verpleegkun-dige. Diëtisten bepalen mede het voedingsbeleidvoor het hele verpleeghuis, maar diagnosticerenook individuele voedingsproblemen en gevenaan de hand daarvan dieetadviezen.Bron: Nivel, 9 december 2004<

> instellingen

136 diëtist ontbreekt in een op de acht verpleeghuizen

Met ingang van 2005 is roken in alle zorginstel-lingen taboe, behalve in verpleeg- en verzor-gingshuizen.

Sinds 1 januari 2004 zijn werkgevers al verplichtvoor een rookvrije werkplek te zorgen. Dat jaarhanteerde VWS nog een gedoogbeleid in zorg-instellingen en werden er geen boetes opge-legd. Zij kregen van Minister Hoogervorst eenjaar extra de tijd om de Tabakswet in te voeren.Onlangs schreef Hoogervorst aan de Kamerdat de Tabakswet nog niet correct is ingevoerd.De koepelorganisaties geven aan dat er nog knel-punten zijn waardoor nog niet overal rookruim-ten zijn gecreëerd. De kleinschalige woonvor-

men vinden zij het belangrijkste knelpunt. Zijmenen dat het binnen deze woonvormen vaakniet mogelijk is om een afgesloten rookruimte inte richten en stellen voor om deze woonvormenformeel uit te zonderen van de Tabakswet.Minister Hoogervorst is het daar niet mee eensen meent dat het wel mogelijk is om binnen ofbuiten de woning een rookruimte te creëren.

Uitzonderingen

Alleen voor kleinschalige woonvormen die nietgefinancierd zijn uit de AWBZ of uit andere‘VWS-wetgeving’ wil Hoogervorst een uitzonde-ring maken. Hij laat de juridische status van

137 roken in zorginstellingen niet langer gedoogd

ZenF-0105-cyaan.qxd 9-2-2005 19:39 Pagina 145

Page 2: 137 Roken In Zorginstellingen Niet Langer Gedoogd

kwaliteitsbeleid

146 1-2005 > zorg & financiering

deze woonvormen onderzoeken.Onder druk van de Tweede Kamer heeftHoogervorst ook de verpleeg- en verzorgings-huizen uitgezonderd. De Kamer wil dat dezeinstellingen zelf een stappenplan opstellen voorhet inrichten van rookruimten.

Personeel

Hoogervorst vindt dat het personeel een belang-rijke rol kan en moet spelen bij het realiseren

van de gewenste cultuuromslag in de zorginstel-lingen. Veel instellingen geven aan dat het per-soneel niet voldoende meewerkt. De Ministerstelt voor dat de instellingen in hun gedragsre-gels gaan vastleggen dat het personeel nietrookt in aanwezigheid van cliënten.Bronnen: Ministerie van VWS, MedNet, 28 december2005 ANP en Algemeen Dagblad, 2 februari 2005<

In een brief aan de Tweede Kamer stelt MinisterHoogervorst dat het elektronisch patiëntendos-sier steeds meer vorm krijgt in een landelijk ICT-netwerk. Daarmee reageert hij op een onderzoekdat risico’s omtrent ICT in de zorg blootlegt.

In 2006 worden drie ICT-toepassingen operatio-neel die gezien kunnen worden als opstappennaar een volledig elektronisch patiëntendossier.Dat schrijft Minister Hoogervorst van VWS aan deTweede Kamer. Het gaat om het elektronischmedicatiedossier, de elektronische waarneem-informatie huisartsen en het elektronisch decla-ratieverkeer.Deze toepassingen zullen deel uitmaken van eenlandelijke infrastructuur voor de zorg. Momen-teel maakt een groot deel van de zorg – vrijwelalle huisartsen en apothekers en een groeiendaantal medisch specialisten – al gebruik vaninformatiesystemen.Het is van belang dat de verschillende systemenaan elkaar worden gekoppeld om op basis vanvolledige informatie zorg te kunnen verlenen,schrijft de minister. Een landelijke basisinfra-structuur voor de zorg moet die koppelingbinnenkort mogelijk maken. Het Nationaal ICT-instituut in de Zorg (Nictiz) ontwikkelt dezeinfrastructuur.

Met deze geruststellende woorden wil Hooger-vorst duidelijk maken dat de ontwikkelingen bijICT in de zorg niet ontsporen. Een recent rap-port dat het Expertisecentrum op zijn verzoekheeft opgesteld maakt gewag van een groot aan-tal witte vlekken en risico’s op het gebied vanICT in de zorg. Het centrum schrijft in zijn rap-portage dat de verwachtingen rond zorg-ICTvoor 2006 hooggespannen zijn. Het constateertdat de gehanteerde doelstellingen verschillendworden uitgelegd, waardoor onduidelijk is wan-neer het project is geslaagd. ‘Dat houdt eenhoog afbreukrisico in omdat op deze wijze deverwachtingen irreëel hooggespannen kunnenblijken te zijn’, aldus het rapport.

Risico

Het centrum wijst op het gevaar dat zorgaanbie-ders en -verzekeraars hun eigen ICT-netwerkenblijven doorontwikkelen en niet willen wachtenop het landelijke netwerk. Als dat netwerk telang op zich laat wachten groeit het risico datdeze gebruikers uiteindelijk helemaal niet meerwillen aansluiten op het landelijke systeem. Eenvan de witte vlekken die het Expertisecentrumaanhaalt, betreft de keuze voor het burgerservi-cenummer (BSN) voor de patiëntenidentificatie.

> ict

138 drie ict-toepassingen in de zorg in 2006 operationeel

ZenF-0105-cyaan.qxd 9-2-2005 19:39 Pagina 146