12 DAGEN IERLANDWeer en klimaat Ierland heeft een gematigd, mild zeeklimaat. De invloed van de Warme...
18
12 DAGEN IERLAND U vindt hier informatie over o.a Kilkenny, Bunratty, Galway, Kylemore Abbey, Shannon, Dublin,Snowdonia, Coventry cathedral, Cambridge
Transcript of 12 DAGEN IERLANDWeer en klimaat Ierland heeft een gematigd, mild zeeklimaat. De invloed van de Warme...
12 DAGEN IERLAND
U vindt hier informatie over o.a Kilkenny, Bunratty, Galway, Kylemore Abbey, Shannon,
Dublin,Snowdonia, Coventry cathedral, Cambridge
2
Ierland
Ierland (Iers: Éire, Engels: Ireland) is een Europees land dat ongeveer 80
procent van het gelijknamige eiland beslaat. De andere twintig procent van
dit eiland bevat de staat Noord-Ierland, die tot het Verenigd Koninkrijk
behoort.
Om het land van dat eiland te onderscheiden wordt het vaak aangeduid als
de Republiek Ierland (Iers: Poblacht na hÉireann, Engels: Republic of
Ireland). Deze aanduiding heeft sinds 1949 de status van officiële
beschrijving van het land. De officiële, protocollaire naam is echter, sinds
1937, kortweg Ierland.
Het land telt 4.670.976 (2011) inwoners op een oppervlakte van 69.825 km².
In het noordoosten grenst de republiek aan Noord-Ierland, een deel van het
Verenigd Koninkrijk, in het westen aan de Atlantische Oceaan, in het oosten
aan de Ierse Zee en in het zuiden en zuidoosten aan de Keltische Zee en het
Sint-Georgekanaal.
Het nationale symbool van Ierland is een Keltische harp, die ook op de Ierse
euromunten afgebeeld staat. Maar ook wordt vaak de klaver (shamrock)
gebruikt als nationaal symbool, onder meer door het nationale rugbyteam.
Na de onderdrukking van de Paasopstand (april 1916) begonnen Ierse
vrijwilligers gegroepeerd in het Iers Republikeins Leger (Irish Republican
Army, IRA) een guerrillastrijd tegen de Britten. De bezetting van Ierland door
Groot-Brittannië werd onhoudbaar na het hoogtepunt van de
gewelddadigheden met de The Burning of Cork in de nacht van 11 op 12
december 1920: nadat een compagnie van de Auxiliaries (divisie van
Engelse ex-legerofficieren) in een hinderlaag van de Ierse vrijheidsstrijders
was gevallen, brandde de bezettingsmacht grote delen van de stad Cork plat
en schoten de Black and Tans (Engelse hulptroepen) inwoners zonder vorm
van proces dood. Na jaren oorlog volgde er een wapenstilstand tussen de
IRA en het Britse leger, met onderhandelingen als gevolg. Het zuidelijk deel
van Ierland verkreeg praktisch onafhankelijkheid als Ierse Vrijstaat middels
het Anglo-Iers verdrag op 6 december 1921. Noord-Ierland, waar veel
protestantse migranten woonden die oorspronkelijk uit Schotland afkomstig
waren en die loyaal bleven aan Groot-Brittannië, bleef Brits. Dit was niet
enkel zo omdat hier meer protestanten woonden. Hier lagen en liggen nog
steeds de belangrijkste havens van het eiland, Noord-Ierland was ook
economisch het sterkste deel van het land. De Engelsen behielden daarmee
het grootste deel van de economische 'rijkdommen' van het eiland.
De extremistische vleugel van de IRA onder Eamon de Valera weigerde
echter akkoord te gaan met de 'deling' van Ierland in een Vrijstaat en een
Brits Ulster. Het gevolg was een burgeroorlog tussen voor- en tegenstanders
van de Vrijstaat. Uiteindelijk schikte Eamon de Valera in en legde hij zich
neer bij de deling. Besprekingen tussen de Vrijstaat en Noord-Ierland in 1925
over een herziening van de landsgrens liepen op niets uit.
3
De Valera's partij Fianna Fáil trad in 1927 toe tot de regering van
premier William Cosgrave. In 1932 werd De Valera zelf premier en in
1937 verklaarde hij Ierland onafhankelijk, maar hij riep niet de republiek
uit. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef Ierland neutraal, maar achter
de schermen werden de geallieerden geholpen. Zo'n 70.000 man
schreef zich vrijwillig in om in Europa met het Britse leger mee te
vechten. In Ierland zelf werd aan het begin van de Tweede
Wereldoorlog de noodtoestand uitgeroepen. In 1948 werd De Valera
tijdens verkiezingen verslagen en in 1949 werd de Republiek Ierland
uitgeroepen. In 1951 werd de Valera opnieuw minister-president en in
1959 president van de republiek. In 1972 werd de bijzondere rol van de
rooms-katholieke Kerk bij referendum afgeschaft. Op 30 mei 1973 werd
de protestant Erskine Childers president, gevolgd door Cearbhall Ó
Dálaigh (1974-1976) en Patrick Hillery (1976-1990).
Met steun van de sociaaldemocraten werd Mary Robinson - een
onafhankelijke kandidaat - in 1990 tot president gekozen. In 1997 werd
Mary McAleese president, en in 2004 werd haar ambtstermijn met 7
jaar verlengd. Er hadden zich voor de verkiezingen geen
tegenkandidaten gemeld. Op 28 oktober 2011 werd Michael Higgins
verkozen tot de nieuwe Ierse president.
Ierland is sinds 1973 lid van de Europese Unie, maar is geen lid van de
NAVO.
De republiek Ierland heeft een oppervlakte van 69.825 km² en beslaat
ruim 80 procent van het eiland Ierland, dat het deelt met Noord-Ierland.
De grens met het Verenigd Koninkrijk (Noord-Ierland) heeft een lengte
van 360 km. Het eiland Ierland ligt in Noordwest-Europa, in de
noordelijke Atlantische Oceaan.
De Ierse westkust bestaat grotendeels uit klipkusten, heuvels en
laaggebergte. Het hoogste punt is de berg Carrauntoohil (1038 m) in
het zuidwesten van het land. Het binnenland is relatief vlak en wordt
doorsneden door rivieren, zoals de Shannon, met 386 km de langste
rivier van het land, en meren.
Naast het gelijknamige eiland omvat de staat Ierland ook enkele andere
eilanden en eilandgroepen. Het grootste is Achill Island. Andere zijn de
Araneilanden, de Blasket-eilanden, Cleareiland, Inishbofin, de Skellig-
eilanden en Valentia.
Vijf Ierse plaatsen hebben de status van stad, dit zijn ook de grootste
plaatsen van Ierland. De hoofdstad Dublin (Iers: Baile Átha Cliath
uitgesproken ongeveer als: baai ah-ha kliea) is ook veruit de grootste
stad van het land. De andere plaatsen met de status van stad zijn Cork
(119.418 inwoners in 2006), Galway (72.414), Limerick (52.539) en
Waterford (45.748).
4
Weer en klimaat
Ierland heeft een gematigd, mild zeeklimaat. De invloed van de Warme
Golfstroom is hier debet aan. Vandaar dat Ierland geen warme zomers
en strenge winters kent. De temperatuur varieert van ongeveer 5 °C in
januari en februari tot ongeveer 15 °C in juli en augustus. Omdat het een
vrij klein eiland is zijn er maar kleine verschillen tussen de diverse delen
van het land. Het eiland staat sterk onder invloed van over de oceaan
naar het Europese vasteland trekkende lagedrukgebieden; voornamelijk
langs de westkust kan het vaak zeer hard waaien. De gemiddelde
jaarlijkse neerslag over Ierland is groot (ca. 1100 mm). De grootste
hoeveelheden vallen langs de westkust (1500-2000 mm in het uiterste
zuidwesten). De hoofdstad Dublin ligt met ongeveer 750 mm in de
droogste zone van het land. Het aantal dagen met neerslag is groot,
evenals het gemiddeld aantal regenuren (700-1000 per jaar). Meer dan
de helft van het Ierse grondgebied heeft gemiddeld 225 regendagen per
jaar. In de zomer valt er gemiddeld op zo’n twaalf dagen regen. Het kan
dagen achter elkaar regenen, maar het kan ook weken lang zonnig weer
zijn. De minste neerslag valt in het voorjaar; de droogste maanden zijn
mei en juni. Er valt over het algemeen zelden sneeuw en ook vorstdagen
zijn vrij zeldzaam.
Kilkenny Kilkenny ligt in het zuidoosten van Ierland. Kilkenny is de hoofdstad van
County Kilkenny. De stad is beroemd door de vele middeleeuwse
gebouwen in het centrum. De belangrijkste gebouwen zijn Killkenny
Castle en St. Canice's Cathedral.
De stad heeft verschillende brouwerijen, waaronder de St. Francis
Abbey Brewery die vroeg in de 18e eeuw werd opgericht door de heren
Cole en Smithwick, en die sinds de jaren '60 deel uitmaakt van de
Guinness Ireland Group. Bieren die gebrouwen worden zijn o.a.
Smithwicks en Killkenny. Zo`n 80% van het bier dat tegenwoordig in
Kilkenny wordt gebrouwen is het Amerikaanse Budweiser (onder
licentie).
Op een strategische hoogte bevindt zich het Kilkenny Castle. Het kasteel
bestaat al meer dan 8 eeuwen en door deze eeuwen heen zijn er veel
toevoegingen en wijzigingen aan het kasteel aangebracht. Dit is de
reden van de complexe structuur en verschillende architectonische
stijlen die het kasteel nu heeft. Van oorsprong is het een Anglo-
Normandische stenen kasteel. Een bezoek aan dit prachtige kasteel met
haar tuinen is zeker de moeite waard!
Kilkenny Castle staat dramatisch op een strategische hoogte die een
oversteek over de rivier de Nore commando's en domineert de 'High
Town' van Kilkenny City. In de loop van de acht eeuwen van haar
bestaan, hebben vele toevoegingen en wijzigingen aangebracht in de
structuur van het gebouw, waardoor Kilkenny Castle vandaag een
complexe structuur heeft van verschillende bouwstijlen.
5
Het oorspronkelijke Anglo-Normandische stenen kasteel werd gebouwd
voor William Marshal, 4de Graaf van Pembroke (c.1146-1219) in het
eerste decennium van de dertiende eeuw. Kilkenny Castle werd later de
belangrijkste Ierse residentie van de machtige Butler familie voor bijna
600 jaar. Het kasteel kwam in eigendom van de Butler familie toen
James (c.1360-1405), 3de Graaf van Ormond, het kasteel kocht in
c.1391. In 1967 werd het kasteel door Arthur, 6e Markies van Ormonde
(1893-1971), voorgelegd aan de inwoners van Kilkenny in ruil voor een
symbolische betaling van 50 pond.
De gebouwen zijn sinds 1969 in de zorg van de Office of Public Works,
en veel belangrijke programma's van archeologische opgraving, behoud
en restauratie zijn er uitgevoerd.
Er is een grote verzameling van oude stenen monumenten met
houtsnijwerk uit de middeleeuwen terug te vinden. Nicholas Walsh,
vertaler van de Bijbel in het Iers, is hier begraven.
De oude stenen van de inhuldiging van bisschoppen, genaamd Saint
Kieran's stoel dateert uit de vroegste christelijke tijden.
Naast de kathedraal staat een ronde toren. Deze werd gebruikt als
uitkijktoren en toevlucht in de pre-Normandische tijd. De oorspronkelijke
conische stenen kap ontbreekt, maar het biedt bezoekers het beste
uitzicht op Kilkenny City.
Ring of Kerry
De Ring of Kerry is een populaire toeristische rondrit in Ierland. Het
rondje wordt vaak per auto, touringcar of op de fiets afgelegd. De rit volgt
de kust van het schiereiland Iveragh en ligt, zoals de naam al zegt, in
County Kerry.
Als uitgangsplaats wordt vaak Killarney gekozen, in een enkel geval
Kenmare. De rit kan met de klok mee, of tegen de klok in worden gedaan.
Men wordt echter aangeraden de rit tegen de klok in te rijden. De
noordzijde van de route gaat langs de baai van Dingle, en plaatsen als
Killorglin en Glenbeigh.
Valentia Island is aan de oostzijde bereikbaar via een pont, aan de
westzijde via een brug. Bezienswaardigheden op het eiland zijn Doulus
Head, Bolus Head en zeker de Skellig-eilanden. De zuidbaai heet de
Kenmare River en is toeristisch wellicht het mooist.
Halverwege de Ring of Kerry komt men het plaatsje Waterville tegen.
Filmster Charlie Chaplin verbleef regelmatig in deze plaats. Er is dan ook
een levensgroot standbeeld van hem te bewonderen.
Ten westen van Castlecove bevindt zich het Derrynane National Park,
waar een botanische tuin is te bezichtigen met vegetatie uit onder andere
Zuid-Amerika.
Enkele kilometers na Castlecove bevindt zich het Staigue Fort, een
cirkelvormig bouwwerk dat stamt van ca. 500 jaar voor Christus.
De Gap of Dunloe is niet opgenomen in de Ring of Kerry. De Ladies View
is aan de zuidzijde, in de buurt van Killarney te vinden. Hier is ook het
Killarney National Park. Ross Castle bij Lough Leane geeft een mooi
uitzicht op Killarney.
6
Cliffs of Moher De Klippen van Moher (Engels: Cliffs of Moher, Iers: Aillte an Mhothair),
gelegen in het graafschap Clare in Ierland behoren tot de hoogste klipkusten
in Europa. De klippen bestaan uit kalksteen en strekken zich uit over een
lengte van acht kilometer aan de Ierse westkust, tussen de dorpen Doolin en
Liscannor. De klippen grenzen aan de Burren.
De klippen rijzen 120 meter op uit de Atlantische Oceaan bij Hag's Head. Het
hoogste punt ligt op 214 m. Halverwege ligt O'Brien's Tower, een ronde
stenen uitkijktoren, die in 1835 werd gebouwd door Cornelius O'Brien. Hij
deed dat ten gerieve van de vele toeristen die ook toen al de klippen
bezochten. Tegenwoordig behoren de klippen tot de meest bezochte plekken
in Ierland.
Vanuit O'Brien's Tower zijn bij helder weer de Araneilanden in de Baai van
Galway en de Twelve Bens in het graafschap Galway goed te zien. In het
zuiden kan je Loop Head ontwaren, net ten noorden van de monding van de
Shannon, waar een grote vuurtoren staat.
De klippen zijn een goed voorbeeld van erosie door de zee. Men kan de
sedimentaire lagen tellen en er liggen duizenden jaren aan geologie als een
open boek klaar.
De klippen zijn een natuurlijk monument van Ierland.
Op ecologisch vlak zijn de Cliffs of Moher erg belangrijk. Het is de nestplaats
van één van de grootste kolonies zeevogels in Ierland. In 1988 werd de
omgeving beschermd natuurgebied, zowel voor planten als voor vogels. Niet
alleen de kliffen behoren tot dit gebied, maar ook het grasland dat langs de
top van de kliffen ligt en een stuk open water, zodat de vogels voldoende
voedsel kunnen vinden. Wie een rondleiding met gids volgt, krijgt heel wat
uitleg over dit bijzonder stukje natuur.
Openluchtmuseum Bunratty
De hoofdbestanddelen van deze attractie bestaan uit het kasteel, dat
gebouwd is in het begin van de 15e eeuw en uit het bijbehorende folk park,
waar huizen, gebouwen en zelfs een compleet dorpje uit heel Ierland bij
elkaar gebracht zijn.
Het kasteel is helemaal ingericht met 14e en 17
e eeuws meubilair,
schilderijen, tapijten en andere accessoires, waardoor je een goed beeld
krijgt van de inrichting van een typisch Iers kasteel. Al in de tijd van de
Vikingen was dit de locatie voor een versterkte nederzetting, bestaande uit
een eiland dat omringd was door een gracht. Na de Vikingen namen de
Normandiërs de boel over, die rond 1270 de eerste stenen versterking
bouwden. Het huidige kasteel is de vierde fortificatie in rij en is lang in het
bezit geweest van de koningen van Thomond, de O’Brien’s. Bijna het hele
kasteel is toegankelijk voor bezoekers, tot aan het topje van de torens, waar
je een prachtig uitzicht hebt over de omgeving en op de Ratty rivier, die er
langs loopt. Het geeft je een heel goed idee van een werkend kasteel uit de
middeleeuwen inclusief kasteelhal, ruimte voor de wachters, keukens,
kelders, de woonvertrekken van de heer (North en South Solar), zijn
persoonlijke kapel en kleedkamer, enzovoorts. Voor een liefhebber van
kastelen is dit beslist een must.
7
In het bijbehorende folk park is een gereconstrueerd dorpje met een
nabootsing van het Ierse plattelandsleven rond het einde van de 19e/begin
20e eeuw. Je ziet er boerderijen uit allerlei delen van Ierland, waarin
turfvuurtjes gestookt worden die een heel authentieke geur over het hele folk
park verspreiden. Je treft er verder een werkende smidse en korenmolen aan
en er worden oude ambachten beoefend. Uiteraard zijn er ook herenhuizen
te vinden en in de dorpsstraat zijn er allerlei winkeltjes, een postkantoor, pub
en zelfs een schooltje met strikt gescheiden klassen voor meisjes en jongens
te vinden.
Galway Galway (Iers: Gaillimh) is een stad aan de westkust van Ierland en de
hoofdstad van het graafschap Galway. Galway is een universiteitsstad en
vormt het bestuurlijk centrum van West-Ierland, niet alleen voor het eigen
stadsbestuur, maar ook voor het bestuur van het graafschap en de regionale
autoriteit voor het westen.
De meest waarschijnlijke verklaring voor de naam van de stad is dat deze
genoemd is naar de rivier de Corrib die door de stad stroomt. In het Iers is de
naam voor de rivier 'Gaillimh', wat 'stenig' betekent. Galway is met meer dan
72.000 inwoners naar Ierse begrippen een grote stad en het inwonersaantal
is groeiende.
Volgens een oude bron werd in 1124 een fort gebouwd aan de monding van
de Corrib. Daarmee staat vast dat de geschiedenis van de stad in ieder geval
teruggaat tot het begin van de twaalfde eeuw. Dat fort, of kasteel, werd
gebouwd door de toenmalige koning van Connacht.
In het begin van de dertiende eeuw werd het kasteel veroverd door Richard
Mor de Burgh. Zijn nazaten heersten ruim honderd jaar over Galway. In deze
periode kreeg de stad zijn eerste omwalling. Na de val van de familie de
Burgh streefde de stad naar zelfstandigheid. In 1396 verkreeg Galway enige
zelfstandige rechten van de Britse kroon. Honderd jaar later in 1484 verkreeg
Galway volledige stadsrechten.
In de daarop volgende anderhalve eeuw beleefde Galway een periode van
grote bloei. De stad werd bestuurd door veertien families die bekendstonden
als de Tribes of Galway. In deze periode onderhield Galway
handelscontacten met Frankrijk en Spanje.
In de zeventiende eeuw koos de stad tot twee keer toe de verliezende partij
in de twisten die Ierland toen teisterden. Tijdens de opstand van 1641
steunde de stad de katholieke rebellen, bij de strijd tussen Willem III en zijn
schoonvader Jacobus II koos Galway voor de katholieke Jacobus. Die
'verkeerde' keuzes hadden een zeer negatief effect op de ontwikkeling van
de stad. De oude handels-elite was katholiek. Zij werd uit het bestuur van de
stad verbannen waardoor haar invloed snel verminderde. De handel verliep
grotendeels overzee.
De achttiende- en negentiende eeuw waren voor de stad een periode van
achteruitgang. Dat werd nog versterkt doordat het achterland, het
plattelandsgebied van Galway tot de zwaarst getroffen gebieden behoorde
tijdens de Grote Hongersnood halverwege de negentiende eeuw.
8
Galway kwam pas weer tot bloei in de tweede helft van de twintigste eeuw.
De stad weet maximaal te profiteren van de groei die Ierland heeft ervaren
sinds de toetreding tot de EU. Tegenwoordig is Galway dan ook een snel
groeiende stad met een, zelfs voor Ierse begrippen, zeer jonge bevolking,
mede dankzij de aanwezigheid van de universiteit. De aanwezigheid van
hooggeschoold personeel met Engels als moedertaal maakte de stad
aantrekkelijk als vestigingsplaats voor Amerikaanse en Canadese bedrijven
na de toetreding van Ierland tot de EU.
Galway is ook voor de Ieren zelf een echt toeristencentrum. De stad ligt aan
de rand van één van de mooiste gebieden in Ierland, Connemara. Omdat in
dat gebied maar relatief weinig accommodaties zijn, gebruiken veel toeristen
de stad als uitvalsbasis. Direct ten noorden van de stad, als onderdeel van
het stroomgebied van de rivier, ligt Lough Corrib.
De stad is ook zelf populair als bestemming. Mede vanwege de
aanwezigheid van de universiteit heeft de stad talrijke pubs met, zoals
gebruikelijk in Ierland, een zeer levendig muziekleven. Erg populair is
bijvoorbeeld The Kings Head. Daarnaast is de stad als regio-centrum ruim
voorzien met winkels.
Bezienswaardigheden in de stad zijn onder meer de Spanish Arch een
overblijfsel van de middeleeuwse omwalling, de groene Galway Cathedral en
het City Museum. De wijk Salthill, aan de Baai van Galway ademt de sfeer
van een badplaats. In de wijk Claddagh werd tot in het begin van de
twintigste eeuw nog Iers gesproken. In de stad is ook een theater, waar
Ierstalig drama wordt gespeeld.
Galway Cathedral
De kathedraal van Galway is zonder twijfel het oudste en meest
indrukwekkende gebouw in de stad. De kathedraal is gesitueerd naast een
oude gevangenis die bekend was door de ontberingen die de gevangenen
hier moesten ondergaan. Het interieur van de kathedraal is versierd met oude
beeldhouwwerken en fresco's. De kathedraal is gebouwd in de typisch Ierse
Hiberno-Romaanse stijl.
Het is de laatste grote kerk in Ierland die van steen is gemaakt en beschikt
over een enorme achthoekige koepel die de skyline van de stad vormt een
aanvulling Galway .
De kathedraal werd ontworpen door JJ Robinson en combineert veel functies
uit verschillende stijlen en periodes van architectuur, zoals Romaanse
middenbeuk bogen, Spaans koor gebied, en gotische ramen. Het plafond is
gemaakt met het Amerikaanse hout uit de Pacific Northwest, en de torens
worden vaak omschreven als de Renaissance in de natuur.
Er zijn vele schatten van kunst binnen, waaronder een mozaïek van de
kruisiging door Patrick Pollen, en een verscheidenheid van ingewikkelde
gebrandschilderde ramen in het hele gebouw. De buitenkant is voorzien van
een buitengewoon standbeeld van de Heilige Maagd, evenals bronzen
panelen en handvatten die de westelijke deur, gemaakt door kunstenaar
Imogen Stuart, versieren. Ook opmerkelijk zijn de staties van de kruisweg
door Gabriel Hayes.
Opgedragen aan Boston kardinaal Cushing, de kathedraal is een schat aan
moderne kerk-kunst. Gecombineerd met zijn unieke, eclectische ontwerp, is
de sfeer binnen warm en uitnodigend.
9
Bridge Mills
"Bridge Mills" ligt tegenover de O'Brian brug. Dit meer dan 400-jaar oud
gebouw, hoger dan de omliggende gebouwen, is recent een charmant
winkelcentrum geworden vol kleine boetieks. Tijdens de zomermaanden
worden de middeleeuwen hier tot leven gewekt met banketten, kostuums en
middeleeuwse festivals.
Spanish Arch
The Spanish Arch is gebouwd in 1584 en staat op de linkeroever van de rivier
de Corrid, daar waar hij uitmondt in de zee. De boog is het restant van een
16de-eeuwse bastion, toegevoegd aan de muren van de stad om
koopvaardijschepen te beschermen tegen plunderingen. Op dit moment,
werd het bekend als Ceann een Bhalla (Hoofd van de Muur).
Het was oorspronkelijk een uitbreiding van de beroemde stadsmuren,
ontworpen om de kades te beschermen. De Arch is voorzien van een houten
sculptuur, genaamd Madonna van de kades, die werd gebeeldhouwd door de
bekende kunstenaar, Claire Sheridan, die in de jaren 50 in het aangrenzende
gebouw woonde.
Vandaag is The Spanish Arch de thuisbasis van het Stadsmuseum van
Galway, dat zich nestelt in een van zijn indrukwekkende muren. Haar huidige
titel Spanish Arch dateert uit de vorige eeuw - een verwijzing naar de
voormalige handelaar met Spanje, waarvan galjoenen vaak aangemeerd
onder zijn bescherming.
Kylemore Abbey Kylemore Abbey (Iers: Mainistir na Coille Móire, Klooster van het grote bos) is
een beroemd klooster en voormalig landhuis.
Het ligt vlak bij het dorp Letterfrack in Connemara in het Ierse graafschap
Galway. Het neogotische gebouw werd tussen 1863 en 1868 gebouwd als
landhuis (Kylemore Castle) door een rijke Engelse politicus, Mitchell Henry.
Opvallend zijn de miniatuurreplica van de kathedraal van Norwich en de
kasteeltuin.
Het is een imposant gebouw dat door zijn ligging in een vrijwel leeg gebied
extra opvalt.
Kylemore Abbey is in 1866 gebouwd als buitenverblijf voor de invloedrijke
zakenman en politicus Henry Mitchell en zijn vrouw Margaret in Connemara
in het graafschap Galway. Kylemore Abbey is gebouwd in de stijl van een
kasteel en is sinds 1922 een Benedictijner klooster met een school.
De nonnen openden het kasteel als dag-school voor de lokale meisjes, als
internationale kostschool en als guesthouse. Zelf wijden ze zich aan een
leven van gebed en hard werken. Door de boerderij en de tuinen was
Kylemore Abbey zelfvoorzienend.
10
Ondanks het harde werken, de soberheid en plechtigheiden, leken de
meisjes en de nonnen te genieten van de schoonheid en rust van deze
unieke plek waar ze hadden gekozen om te wonen, leren, werken, spelen
en bidden. Er wordt gezegd dat je nooit dichter bij God kunt komen dan in
een tuin. Sr. Benedictus benoemde in 1958 de tuin als ‘haar geheime oase
van vrede en rust’. Ook vandaag de dag wordt dit zo ervaren, niet alleen in
de prachtig gerestaureerde Victoriaanse tuinen en kassen, maar ook in
Kylemore Abbey zelf.
De zeer gerespecteerde onderwijsinstelling blijft een uitstekende reputatie
genieten in binnen- en buitenland. De meer dan 150 studenten komen niet
langer alleen uit Ierland, maar uit alle hoeken van de wereld.
Voor het publiek is een klein deel van de gebouwen toegankelijk, met als
belangrijkste de hal, de eetkamer van Henry, de leeszaal van de nonnen en
de galerie. De andere kamers zijn alleen open voor de nonnen en kloosters
studenten.
Rondom het sprookjeskasteel werden exotische planten zoals Douglas-
spar, Sequoiem en camelia's geplant. In de kas groeien bananen, druiven
en perziken. De meer dan 2,4 hectare grote Victoriaanse ommuurde tuin is
ooit Henry’s siertuin als fruit- en kruidentuin geweest.
Een bezoek aan de prachtige gotische kapel Kerk van Onze Lieve Vrouw
van de wegkant Oud, die een kleine versie van het Engels Norwich
kathedraal zou moeten zijn is een absolute must.
In de kas groeien bananen, druiven en perziken. De meer dan 2,4 hectare
grote Victoriaanse ommuurde tuin is ooit Henry’s siertuin als fruit- en
kruidentuin geweest.
Dublin
Dublin (Iers: Baile Átha Cliath) is de hoofdstad van Ierland en de hoofdstad
van county Dublin in de provincie Leinster. De stad ligt vrijwel halverwege
aan de oostkust van het eiland, aan Dublin Bay, een inham van de Ierse
Zee, en wordt van oost naar west doorsneden door de rivier de Liffey. In
2011 telde de stad 527.612 inwoners.
Dublin is gesticht door de Vikingen in ± 988 en is sindsdien een metropool
geworden met meer dan 1 miljoen inwoners in het grootstedelijk gebied. De
naam komt van 'Dubh Linn', hetgeen Oudiers is voor zwarte poel of zwart
water, een verwijzing naar een nederzetting die volgens sommigen
overeenkomt met het huidige Dublin, afkomstig van de Griekse astronoom
Ptolemeus, rond het jaar 140. Hij had het over een stad die hij Eblana
noemde.
Hoewel de naam Dublin zelf ook uit het Iers komt is in het Iers de
gebruikelijke naam voor Dublin Baile Átha Cliath. Baile betekent "stad", Átha
is de genitief van Áth, een doorwaadbare plaats, en Cliath is een vlechtwerk
van riet waarmee men de rivierbodem bij een doorwaadbare plaats
verstevigde. Het eerste deel van de naam wordt vaak weggelaten, zodat de
stad ook Áth Cliath heet.
De band U2 is afkomstig uit deze stad. In clips van de band zijn vaak
beelden en/of foto's van Dublin terug te vinden.
11
Parken en straten
St. Stephen's Green en Merrion Square zijn twee parken in het centrum
van Dublin. Phoenix Park is het grootste ingesloten park in een stedelijk
gebied van Europa met daarin het paleis van de Ierse president en de
Dublin Zoo. Een bekend plein in de stad is het Smithfield, met de
daaraan grenzende Jameson Tower (van de oude Jameson
distilleerderij). De Liffey is de rivier die Dublin opsplitst in het iets armere
noorden en het iets rijkere zuiden. Henry Street en Grafton Street zijn
de belangrijkste winkelstraten. De hoofdstraat is O'Connell Street, een
straat die genoemd is naar het voormalige (Engelse) parlementslid en
burgemeester van Dublin Daniel O'Connell. (O'Connell was ook een
voorstander van een onafhankelijk Ierland.) Het Temple bar-gebied is
de gedeeltelijk verkeersvrij gemaakte uitgaansbuurt.
Gebouwen
In O'Connell Street staat het beroemde postkantoor waar in 1916
tijdens de Paasopstand de republiek werd uitgeroepen. De Bank of
Ireland aan College Green was tot 1800 het parlement van Ierland.
Schuin tegenover de Bank of Ireland bevindt zich het Trinity College
Dublin, gebouwd in 1592, waar nu het Book of Kells is ondergebracht.
Een ander bekend gebouw is Dublin Castle, dat deels uit een
middeleeuws kasteel bestaat en deels uit een 18e-eeuws complex.
Dublin Castle was meer dan 700 jaar het hoofdkwartier van het Engelse
bestuur in Ierland. Het is nu het centrum van de Ierse regering en wordt
gebruikt voor staatsaangelegenheden en staatsbezoeken. Het kasteel
omvat bouwwerken uit verschillende perioden. Dublin Castle ligt in het
hart van historisch Dublin. Het meest opvallende element van het
Normandische kasteel, dat in de 13e eeuw werd gebouwd, is de Record
Tower. Door gedeelten worden rondleidingen verzorgd.
Docklands
Relatief nieuwe architectonische ontwikkelingen doen zich voor in het
gebied 'Docklands'. Het vervallen havengebied wordt opgewaardeerd
en voorzien van prestigieuze nieuwbouw voor bedrijven, woningen en
recreatiedoeleinden, vergelijkbaar met de manier waarop dat in onder
meer Londen, Amsterdam en Rotterdam is gedaan.
Cultuur
Dublin staat ook bekend om zijn schrijvers en dichters. De dichter en
toneelschrijver William Butler Yeats is geboren in Sandymount, Dublin.
Ook James Joyce, die Dublin vereeuwigde in zijn beroemde Ulysses en
Samuel Beckett waren Dubliners. Andere bekende schrijvers uit Dublin
zijn Oscar Wilde, Jonathan Swift, Brendan Behan, Sean O'Casey en
George Bernard Shaw. De schrijver van Dracula, Bram Stoker, heeft in
de Dublinse wijk Clontarf inspiratie opgedaan. De in Dublin geboren
Roddy Doyle en Anne Enright wonnen respectievelijk in 1993 en 2007
de Booker Prize. De Dubliner auteur Joseph O'Connor raakte bekend
met zijn historische roman Stella Maris die zich afspeelt ten tijde van de
grote hongersnood van 1847. Sinds juli 2010 mag Dublin zich Unesco
City of Literature noemen.
12
Drie afdelingen van het Iers Nationaal Museum zijn in Dublin gevestigd,
almede het Irish Museum of Modern Art. Op het terrein van Dublin Castle
herbergt de Chester Beatty Library een belangwekkende verzameling
manuscripten en oude boeken.
De Ieren zijn trots op hun pubs en beweren dat deze de beste in de hele
wereld zijn. Temple Bar is het toeristische centrum van activiteit, met veel
pubs en restaurants.
De stad is ook de thuisbasis van Guinness, het bekende zwarte bier van
het Stouttype. Het Guinness Storehouse museum in de brouwerij in St.
James' Gate is een populaire toeristische trekpleister.
Noord tegen zuid
Traditioneel gezien is er een scheiding tussen de noordkant en de
zuidkant van de stad, met als scheidingslijn de rivier de Liffey. De
Northside wordt gezien als de armere kant, de kant van de werkende
klasse terwijl de Southside de kant is voor de rijkere midden- en hogere
klassen. De scheiding wordt versterkt door de postcode-indeling: wijken
aan de noordkant hebben een oneven getal (bijvoorbeeld Killester is
"Dublin 5"), terwijl wijken aan de zuidkant een even getal hebben
(Ballsbridge is "Dublin 4").
Het onderscheid ontstond eeuwen terug toen de Hertog van Kildare zijn
huis bouwde aan de minder gewaardeerde zuidkant, en hij werd prompt
gevolgd door de rest van de elite. Ofschoon de zuidkant aan het begin
van de 21e eeuw nog steeds rijker is, staat het huis van de president van
Ierland, Áras an Uachtaráin, aan de noordkant (in het Phoenixpark), maar
heeft het als postcode Dublin 8, dat een nummer is van de zuidkant. Ook
het huis van de Aartsbisschop van Dublin ligt aan de noordkant, terwijl
een van Dublins rijkste wijken, the Hill of Howth ook in het noorden ligt.
Ook heeft de zuidkant een groot aantal wijken die niet rijk zijn, zoals
Palmerstown, Crumlin en Ballyfermot.
13
National Park Snowdonia
Eén van de mooiste landschappen van Groot-Brittannië is te vinden in het
Snowdonia Nationaal Park. U vindt hier hoge bergen, bossen, rivierdalen,
watervallen, ontelbare meren alsmede prachtige zandduinen en stranden.
Mount Snowdon (1085 m) is de hoogste berg van Engeland en Wales. De
delta van de rivieren de Dyfi, Mawddach en Dwyryd vormen samen met de
45 km lange kustlijn een prachtig afwisselend landschap dat onderdak biedt
aan diverse wilde diersoorten. In 1951 werd het gebied een Nationaal Park.
Eigendom & beheer: Het grootste deel van het gebied is privé-eigendom,
maar diverse natuurgroeperingen werken samen om het gebied en het leven
hierin te beschermen. De verdeling van het eigendom is als volgt: privé
69,9%; Commissie voor Bosbouw 15,8%; waterbedrijven 0,9%;
natuurmonumenten 8,9%; Plattelandsraad in Wales 1,7%; overige instanties
1,65%; parkbestuur 1,25%.
Natuur & Landschap
Zee & Strand
Bruinvissen, tuimelaars en grijze zeehonden zijn vaak te zien vanaf het
strand. De hele kustlijn van het park is kandidaat voor benoeming tot
Speciale Beschermingszone (als onderdeel van het EU Natura 2000
Netwerk). Het gebied loopt van het Llyn schiereiland naar beneden langs de
kust in Midden-Wales. Dit gebied is uitverkoren vanwege de opmerkelijke
kwaliteit en diversiteit van zeeleven in en rond de riffen en de delta's.
Zandduinen
Er zijn belangrijke kalkzandduinen aan de kustlijn, zoals de Morfa Harlech (bij
Harlech) en Morfa Dyffryn (bij Llanbedr). In beide gebieden zijn belangrijke
dynamische duinsystemen te vinden, alsmede duinvalleien en getijgebieden
met kwelders. De rijke flora omvat de moeraswespenorchis, tengere
wespenorchis, hondskruid, harlekijn, vleeskleurige orchis,
strandduizendguldenkruid, hondstong, zeebies and wolfsmelk. Onder de
vogelsoorten vinden we de regenwulp en de bontbekplevier, maar er zijn
meer soorten die tijdens hun trek het gebied aandoen.
Bossen
De bossen bestaan vooral uit gemengde loofbomen. Vele diersoorten vinden
hier onderdak. De meest voorkomende boom is de eik (Quercus petraea),
maar ook de berk, es, lijsterbes en hazelaar komen veel voor.
Weide en grasland
In het gebied zijn ook weiden en grasland te vinden. Het heideland moet
steeds meer plaats maken voor weilanden.
Parkgebieden
Een groot deel van het Nationaal Park is benoemd, of wordt mogelijk
benoemd tot Plaats van Wetenschappelijk Belang, Nationaal
Natuurreservaat, speciale beschermingszone, bijzonder beschermd gebied,
biosfeergebied of tot Ramsar-site.
14
Flora & Fauna
Een verscheidenheid aan landschappen binnen het Park biedt onderdak
aan diverse wilde diersoorten, waarvan sommigen vrij zeldzaam zijn.
Snowdon is de enige plek in Groot-Brittannië waar de Snowdon lelie
(Lloydia serotina), een alpenplantje, en de veelkleurige Snowdon kever
voorkomen; hoewel het niet waarschijnlijk is dat u deze ook
daadwerkelijk zult zien tijdens uw bezoek aan dit gebied. Ook zijn er
veel roofvogels, zoals de slechtvalk en smelleken.
Natuurbeheer
Het bestuur van het Snowdonia Nationaal Park is verantwoordelijk voor
het behoud en stimulering van de natuurlijke schoonheid, dierenleven
en cultureel erfgoed van het park; de stimulering van de mogelijkheden
voor het publiek meer begrip te krijgen voor en meer te genieten van de
bijzondere kwaliteiten van het park; stimulering van het sociale en
economische welzijn van de bevolking in het park.
Historie
Dit gebied is van oorsprong vulkanisch en sedimentair, maar het
landschap is vooral gevormd tijdens de IJstijd toen de gletsjers de diepe
valleien hebben uitgeschuurd. In Snowdonia zijn grote gebieden
ontstaan door afzetting.
Het park is genoemd naar Snowdon, de hoogste berg in Engeland en
Wales. De naam van het park in het Welsh is Eryri National Park. Eryri
betekent 'plaats van de arend'.
Cultureel Erfgoed
Het landschap vertelt de geschiedenis van de voorbije eeuwen. Deze
begint met de komst van de eerste mens in het gebied, zo’n 5500 jaar
geleden, en gaat van begraafkamers uit de Steentijd via Romeinse
forten, kerken van de eerste Heiligen, kleine Welshe kastelen, grote
Engelse kastelen, leigroeven en non-conformistische kapelletjes tot de
kerncentrales van tegenwoordig.
Het Welsh is onlosmakelijk verbonden met de cultuur van het gebied.
Deze taal wordt thuis, op het werk, op scholen en in winkels nog
gesproken door 65% van de 27.500 mensen die er wonen. De taal is
rond 550 na Christus ontstaan.
15
Coventry cathedral
Conventry heeft de afgelopen 1000 jaar 3 kathedralen gehad: de 12e
eeuwse Priory Church of St Mary, de middeleeuwse parochiekerk
Kathedraal van Sint-Michiel en de moderne Coventry Kathedraal.
Conventry’s fortuinen en zijn geschiedenis zijn nauw verbonden met de
geschiedenis van gaar kathedralen, een geschiedenis van dood en
wedergeboorte.
De eerste kathedraal van Coventry, gewijd aan St Mary, werd opgericht
als een benedictijnse gemeenschap door Leofric, Graaf van Mercia, en
zijn vrouw Godiva. Deze kathedraal werd in 1043 gebouwd op de plek
waar het voormalige religieuze huis voor de nonnen stond. De enorme
omvang was een indicatie van de rijkdom die Coventry in de
middeleeuwen had verworden.
In 1539, na de ontbinding van de kloosters, werd de Stoel van Coventry
overgebracht naar Lichfield en kwam de voormalige kathedraal in
verval. In 1918 werd de kerk van St. Michael aangewezen als de
kathedraal van Coventry.
De meerderheid van de verwoeste kerken en kathedralen van
Engeland, zijn het resultaat van het geweld van de ontbinding in 1539.
De ruïnes van St. Michael zijn het gevolg van het geweld in 1940. In de
nacht van 14 november 1940 werd de stad Coventry verwoest door
gedropte bommen van de Luftwaffe. De kathedraal en de stad, die door
verschillende brandbommen waren getroffen, verbrandden beide.
De ochtend na de vernieting werd besloten om de kathedraal te
herbouwen. Deze herbouw was geen daad van verzet, maar eerder een
teken van geloof, vertrouwen en hoop voor de toekomst. Het was deze
visie van Richard Howard die de gevoelens van bitterheid en haat bij de
inwoners moest weghalen.
Kort na de verwoesting ontdekte de kathedraal steenhouwer, Jock
Forbes, dat twee van de verkoolde middeleeuwse dakconstructies in de
vorm van een kruis waren gevallen. Hij zette ze in de ruïnes waar ze
later werden geplaatst op een altaar van puin met de bewegende
woorden “Vader vergeef” aangeduid op de Heilige muur. Een ander
kruis werd gevormd uit drie middeleeuwse spijkers voor de locale
priester, Revd Arthus Wales. The Cross of Nails is uitgegroeid tot het
symbool van de Coventrys vergeving en verzoening.
Cambridge
Cambridge is een prachtige en beroemde universiteitsstad in
Cambridgeshire dat in het oostelijke deel van Engeland te vinden is. U
ziet er stijlvolle universiteitsgebouwen, mooie kanalen rond het centrum,
en u kunt er een aantal musea bezoeken. U kunt hier onder andere een
bezoek brengen aan het Museum of Classic Archaeology, het
Fitzwilliam Museum, het Polar Museum, de prachtige historische Kings
College Chapel en de botanische tuinen van Cambridge
16
Cambridge is een stad (city) en district in Engeland in het graafschap
Cambridgeshire, ongeveer 80 kilometer ten noordoosten van Londen.
Cambridge beslaat een oppervlakte van 115.65 km² en heeft ongeveer
120.000 inwoners, waaronder zo'n 22.500 studenten.
De stad is vooral beroemd vanwege de universiteit van Cambridge, die
met die van Oxford één van de twee belangrijkste Engelse
universiteiten is, en tevens één van de beroemdste ter wereld. De
verschillende colleges zijn over de hele stad verspreid, maar allemaal
onderdeel van dezelfde universiteit.
Cambridge is een stad met veel groen in parken en aan de rivier de
Cam, waarnaar Cambridge genoemd is: Cambridge betekent brug over
de Cam.
Geschiedenis
De geschiedenis van Cambridge gaat duizenden jaren terug. Al voor
de Romeinse tijd was er sprake van bewoning in het gebied.
Belangrijkste aanwijzing hiervoor zijn de overblijfselen van een 3.500
jaar oude boerderij, op de plek waar nu Fitzwilliam College is gelegen.
Tevens zijn er aanwijzingen voor bewoning van Castle Hill door een
Belgische stam in de eerste eeuw v.Chr.
Met de komst van de Romeinen werd Cambridge een belangrijke
militaire post langs de Cam en aan de Via Devana, een belangrijke
weg die Colchester verbond met Chester. Cambridge heette in deze
periode Duroliponte en bleef ook na de Romeinse overheersing nog
enkele eeuwen een belangrijk regionaal centrum.
Na het vertrek van de Romeinen, kreeg Cambridge te maken met de
Saksen. De Anglo-Saksische periode was geen slechte tijd voor
Grantebrycge, zoals de stad in de Angelsaksische Kroniek werd
aangeduid, en omgeving: er waren goede handelsverbindingen door
het anders lastig te doorkruisen Fenland. Berichten uit de zevende
eeuw van bezoekers uit het nabijgelegen Ely geven echter aan dat
Cambridge in verval was geraakt.
De Angelsaksische Kroniek vermeldt de komst van de Vikingen in het
jaar 875. De Vikingen voerden er de Danelaw in. Dankzij de handel van
dit volk groeide Cambridge weer snel. Bovendien verplaatste de kern
van de stad zich van Castle Hill aan de linkeroever van de rivier naar
het tegenwoordige Quayside aan de rechteroever. Na het vertrek van
de Vikingen kwamen de Saksen voor korte periode opnieuw aan de
macht. Onder Saksisch bewind vond de bouw van onder andere de St.
Benet's-kerk in 1025 plaats.
In 1068, twee jaar na zijn verovering van Engeland, liet Willem de
Veroveraar een kasteel bouwen op Castle Hill. Net als de rest van het
nieuwe koninkrijk stond ook Cambridge in deze periode onder leiding
van de koning en zijn adjuncten. De stad stond inmiddels bekend als
Grentabrige of Cantebrigge, wat door de jaren heen verder zou
veranderen tot Cambridge.
17
In 1209 werd door gevluchte studenten uit Oxford een universiteit
gesticht. Het oudste nog bestaande college is Peterhouse, gesticht in
1284. In 1293 vond in Cambridge een grote stadsbrand plaats. Het
bekende King's College Chapel werd gebouwd in de periode 1446 tot
1515. In 1766 werd het universitair ziekenhuis Addenbrooke's Hospital
gesticht. De spoorlijn en het station Cambridge werden aangelegd in
1845.
Pas in 1951 kreeg Cambridge de status van 'stad'. Toen de
onderwijsinstelling Anglia Polytechnic in 1992 de status van universiteit
kreeg en hernoemd werd tot Anglia Polytechnic University (inmiddels
Anglia Ruskin University geheten), kreeg de stad een tweede universiteit.
St. Mary’s University Church
St. Mary's University Church is ook wel bekend als Sint-Maria de Groot,
dit is de kerk van de Universiteit van Cambridge. Het is de belangrijkste
parochiekerk van de stad. Een gelijksoortige kerk vindt men in Oxford.
De St. Mary's kerk werd gebouwd tussen 1478 tot 1519, maar de toren
werd pas voltooid in 1608.
Het lichaam van de Duitse theoloog Martin Bucer werd in de kerk
begraven, later werd het opgegraven en verbrand onder leiding van Mary
Tudor. Het gebouw werd gerestaureerd door Elizabeth I. Het as van het
lichaam van Martin Bucer ligt nog steeds onder een koperen bodemplaat
aan de zuidzijde van het koor.
De klok van de kerk is afgeleid van de Big Ben in Londen. Verder werden
de galerijen in 1735 toegevoegd aan het gebouw. Het is een prachtig
gebouw tegen over het King's College en ligt achter de markt.
St. John's College
Zoals u inmiddels wel weet heeft Cambridge een groot aantal
universiteiten. Het St John's college is er één van. Het is gelegen in het
centrum van de stad. Het is een prachtig gebouw. Vooral vanaf het water
heb je een prachtig uitzicht op het gigantische gebouw. Ook het St John's
College maakt onderdeel uit van de universiteiten van Cambridge.
Het college werd opgericht door Lady Margaret Beaufort . De
doelstellingen van het college zijn onder andere bevordering van
onderwijs, religie en wetenschap.
Verder staat het St John's College ook bekend om haar koor. Het schijnt
zelfs één van de zeven beste partijen in de wereld te zijn
18
King's College
De bekendste bezienswaardigheid van Cambridge is ongetwijfeld het
King's College. Het gebouw, een universiteit van Cambridge, ligt in het
midden van de stad. De bouw van de kapel (King's College Chapel)
begon in 1446 onder leiding van Henry VI (1421-1471) en eindigde een
eeuw later in 1515. Het plafond is ontworpen door John Wastell in een
waaiergewelf. Deze stijl komt maar weinig voor in de wereld. Henry VI
stichtte ook een koor in de kapel. Het wereldberoemde King's College
Chapel's Choir bestaat al zo'n 550 jaar. Het ensemble bestaat uit
veertien volwassenen, allen studenten die een beurs krijgen omdat ze op
professioneel niveau zingen (zes bassen, vier tenors en vier
contratenors), en een jongenskoor bestaande uit zestien zangers.
Dagelijks zingen zij voor u.
De kapel heeft een prachtig interieur. De ramen zijn gemaakt van glas in
lood. Elk deel van het raam vertelt een speciaal verhaal over Cambridge.
Wat bijzonder was dat tijdens de Tweede Wereldoorlog men de glazen
heeft verwijderd en opgeslagen. Na de oorlog zijn de glazen weer
tevoorschijn gehaald en opnieuw in het gebouw gezet.
In de naam van het gebouw komt het woord 'college' voor. Dit wil dus
zeggen dat het ook een school is voor studenten. Het King's College is
het bekendste college van de stad. Het college ligt direct naast de kapel
en vormt eigenlijk het overige gedeelte van het complex. Er zitten ruim
duizend studenten op deze school. De toelatingsprijs is erg hoog!
Wij wensen u veel plezier tijdens uw vakantie.
Heeft u leuke vakantie foto’s, dan zien wij deze
graag tegemoet. U kunt uw foto’s mailen naar
