02-Laagland theorie havo-GESCH - Educatieve uitgeverij, … · 2011-08-30 · massacultuur. 1.2...

16
Literatuur Nederlands voor de tweede fase THEORIEBOEK HAVO laagland, literatuur & lezer

Transcript of 02-Laagland theorie havo-GESCH - Educatieve uitgeverij, … · 2011-08-30 · massacultuur. 1.2...

Literatuur Nederlandsvoor de tweede fase

THEORIEBOEK HAVO

laaglan

d, literatu

ur &

lezer Van der M

eulen e.a. TH

EO

RIE

BO

EK

HA

VO

Jouw wereld en de wereld om jou heen veranderen voortdurend en de literatuur verandert mee. Hoe reageren schrijvers op de veranderende wereld? Hoe reageer jij als lezer op wat zij je te vertellen hebben? Laat je meeslepen door hun verhalen! Verhalen waar Laagland, literatuur & lezer vol mee staat. Verhalen vol bijzondere, interessante personages in deze en andere werelden. Verhalen die stimuleren om meer te gaan lezen!

In Laagland, literatuur & lezer sta jij als lezer centraal. Je leest en leert over de Nederlandse literatuur en over de effecten die literatuur op jou als lezer kan hebben. De boeken van Laagland, literatuur & lezer staan boordevol teksten: complete verhalen, verhaalfragmenten, gedichten, enzovoort. Je wordt optimaal voorbereid op je schoolexamen Nederlandse literatuur en met behulp van het onderdeel ‘Lezen voor de lijst’ in het Theorieboek kun je gemakkelijk je eigen boekenlijst samenstellen.

Laagland, literatuur & lezer bestaat uit een aparte editie voor vwo en havo. Beide edities omvatten een Theorieboek en een Verwerkingsboek.

Literatuurgeschiedenis110

Hijhielddeplattegrondderklasvervanzichaf,ofhijhetandersnietlezenkon.Hijspeldedenamenopzettelijklangzaamenmoeilijk.Het moeilijkantwoordenbleef.

Hijlegdedeplattegrondnaastzichneer.Hij grijnsdebredernog,zonderlach.Hijstondop,zettedestoelàchterdetafel,ennamweerplaats.Hijkeekzwijgendtegendeklasaan,inafwachting.

Hijzei:– Datjulliedoorelkaarzitenverkeerdenamen

opgeeftbeschouwiknietalseenkinderachtigheid.Netzominalswatjulliedaarnethebtuitgehaaldmetdezetafel.

Hijlegdezijnarmenerop,enwipteevenopzijnstoelvooruit,volkomenthuis.Deklaswachttestilaf.

– Julliebenttegrootvoorietskinderachtigs.Daarom,ikbeschouwditalsvijandschap,tweestelligeblijkenvanvijandschap.Julliewiltoorlog.Hetzaloorlogtussenonszijn,zonderophouden,hetheleschooljaardoor…

Hijwachtteevenenkeekkeurendrond.Hij moesternuineensdoorheen.Hijvertrouwdeopzijnkrachtenwenkte:

– Komjijhier.Zijnwoordhadindrukgemaakt.Eengorilla

zwaaidesloomophemtoe.– Geefjehand…Nee,dieistevuil…jelinker.Zijgavenelkaardelinkerhand.– Knijp.DeBreezelfkneeponmiddellijkhard.De jongen

kneeponmiddellijkteruguitallemacht.Hijwas

In de korte roman Bint (1934) van F. Bordewijk (1884-1965) is de hoofdpersoon De Bree een pasbeginnende leraar. Bint is de directeur die op zijn school een systeem van orde en tucht heeft ingevoerd. Zijn lievelingsklas heeft als bijnaam ‘de hel’. De Bree gaat er zijn eerste les geven.

CURSUS

Twintigste eeuw: van 1900 tot 1940

Tekst 1

DehelOphetpodiumwaseentafeleneenstoel.Detafelwashaarfijngeplaatstaanderand.DeBreeverzettehaartotveiligestand,voeldetersluiksaandestoel,gingzittennaastdetafel,greepdaarvanachtelooseenbladpapierenmetnamen.

Ditmoesteenkeldergeweestzijn.Erwaséénwandmetvierhogekleineramen.Zijwarenvangewapendmatglas,ijzerstavennogervoor.Daarlangsgledendeonderkantenvanmensenbuiten,daarlangsstoottehortenddewind.Hetlichtwasaan,rood,somber.

Deklaszatstilinafwachting.Zijliepomhoognaardeovermuur,metsterkestijging.DeBreezatlaagenonvoordelig.Allenkekenhemaan.Demeestenkekenophemneer.Hetoogvaneenenkeledwaaldeevennaarderamenmetdewind.DeBreeonderscheiddenognietveel.Erwarenwelvreselijkegezichten.Erwaséénvrouw.DeBreedeedzijnogenvanhetpapiergaan.Hijkeektegendeklas.Hijgrijnsde,zonderlach,zijnmondstondvolsterkebruinetanden.Hijwachtteweleenminuut.Hijlietdedeuropen.Toenginghijlezen.

– Whimpysinger–DeMoraatz–Neutebeum– Nittikson–SurdieFinnis–TeWigchel–Kiekertak–TaasDaamde…

Wateennamen,dachthij.Hetantwoord:Ja,present,kwamaarzelend.

– Peert–Punselie–Bolmikolke–Klotterbooke…

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

55

60

111 Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940

– Dezehanddruk,zeiDeBree,isonzeoorlogsverklaring,niettussenhemenmij,maartussenmijendeklas.Ikzitvoortaanhier,àchterdetafel,mijnvesting.Stormnumaaraan,ikweetwiedesterksteis.

Deklaszweeg.– Mijnvoorgangerishierweggepest.Jullie

denktnatuurlijkdatjemijdatookkuntleveren:eennieuweleraar,eentijdelijkenogal.Jevergistje,hetzalnietlukken.Ikzoujulliegemakkelijkstukvoorstukkunnenfijnknijpen.Nietuitkwaadheid,Godnee,maaromdatikdatnueszouwillen.Verduiveldjammeralleenmaar,dathetnietmag…

Uit: F. Bordewijk, Blokken / Knorrende beesten / Bint.

heelsterk,maarhijwaseenjongen.Zijknepenzwijgendenzonderbeweging,dejongenstaande,demangezeten.

DeBree’snietgroot,atletischlijfbezateenmachtvankracht.Deanderwerdbleekinzijndonkeregezicht,zijnvoorhoofdgingglinsteren,maarhijbewoogzichnietenhijgafgeengeluid.DeBreebleeflachloosgrijnzen,verachtelijk.

Dapperjog,dachthij.Zijnkrachtwasnognietverbruikt.Hijschroefde

aan.Dejongendeedhetenebeentegenhetander.Zijnbuiktrokin.Deklaszaghetenbleefstil.Toenliethijlos.Dehandvielgeelneer,hetmonsterzwaaideterugindebank.

65

70

75

80

85

OriëntatieHetfragmentuitBintbegintmeteenherkenbaresituatie:eennieuweleraar.Hoelooptdataf?Hoereageerthij?Hoegedragenjeklasgenotenzich?Enjij?InBintprobeert‘dehel’denieuweleraaruit.Tafelenstoelzijnzoneergezetdathijvanhetpodiumkanvallen.Deleerlingenzittennietvolgensdeplattegrond.Zeproberendevasteordetedoorbreken.DeBreedoorziethenendwingtmetfysiekekrachtordeaf.Bintverscheenin1934.EenjaardaarvoorwasHitlerinDuitslandrijkskanseliergeworden.IndeSovjet-UniewasStalinaandemacht.Beidedictatorsheerstendooreensysteemvanordeentucht.Hetlijkteropdatwatzijinhetgrootdeden,Bintinhetkleindeed.Cursus10gaatoverdeliteratuuruitdeperiode1900-1940.HetisdeperiodevandeEersteWereldoorlogentotalitairestaten,maarookvanbelangrijkeveranderingeninkunstenliteratuur.DeperiodeeindigtmethetuitbrekenvandeTweedeWereldoorlog.Eerstwordendehistorischeencultureleachtergrondenbesproken.Daarnakomteenaantalliteraireontwikkelingenaandeorde.Decursusbesluitmet‘Lezenvoordelijst’.

Literatuurgeschiedenis112

1900-1950 Tijd van wereldoorlogen

Tijdbalk

1911 Piet Mondriaan: De grijze boom >

1914 Eerste Wereldoorlog breekt uit (tot 1918)

1917 Russische Revolutie onder leiding van Lenin

Grondwetswijziging in Nederland: algemeen mannenkiesrecht en gelijkstelling onderwijs

Tijdschrift De Stijl (tot 1931)

1919 Vrouwenkiesrecht in Nederland

1921 Piet Mondriaan: Tableau 1 met rood, zwart, blauw en geel >

Paul van Ostaijen: Bezette stad

1922 Sovjet-Unie opgericht

1923 Marsman: Verzen 1930 Arthur van Schendel: Het fregatschip Johanna Maria

1931 F. Bordewijk: Blokken 1932 Tijdschrift Forum (tot 1935)

1933 Adolf Hitler wordt rijkskanselier Duitsland

Willem Elsschot: Kaas

1934 Nijhoff: Nieuwe gedichten

F. Bordewijk: Bint

1938 F. Bordewijk: Karakter

Willem Elsschot: Lijmen/Het Been (1924/1938)

1939 Duitsland valt Polen binnen, begin van de Tweede Wereldoorlog (tot 1945)

De Eerste Wereldoorlog was de eerste industriële en eerste totale oorlog. Technische nieuwigheden zoals machinegeweren, mijnen, de tank, onderzeeboot, kanonnen en vliegtuigen waren bepalend. Ook de bevolking

was er op grote schaal bij betrokken. Nederland wist neutraal te blijven.De neutraliteit betekende niet dat de oorlog ongemerkt aan

Nederland voorbijging. Nederland kreeg te maken met grote stromen vluchtelingen uit België, dat zwaar onder de oorlog leed. Ook moest het Nederlandse leger worden gemobiliseerd om de neutrale positie te kunnen handhaven. De handel had veel te lijden. Deze situatie leidde in heel Europa tot schaarste aan grondstoffen en voedsel.Toch heeft Nederland kunnen profiteren van de oorlog. Zo zag het zijn goudreserves flink toenemen, konden lange tijd via de neutrale Nederlandse havens goederen naar Duitsland worden geëxporteerd en was Nederland zelfs de grootste legale leverancier van cocaïne aan de geallieerden.

Neutraal

113 Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940

beweging aan de macht. Kenmerkend voor het fascisme was dat een leider al het staatsgezag kreeg en dat de staat hoger werd gesteld dan het individu.In Duitsland was Adolf Hitler de leider van het nationaal-socialisme. De beweging steunde op een grote groep ontevreden burgers. Hitlers program was antisocialistisch, antidemocratisch, anti-individua-listisch en hij propageerde een rassenleer. In 1933 werd Hitler tot rijkskanselier gekozen. Een jaar later werd hij ook president.

Nederland bleef neutraal in de Eerste Wereldoorlog. In 1917 werd een belangrijke grondwetswijziging doorgevoerd. Er kwam algemeen mannenkiesrecht (in 1919 voor vrouwen) en de gelijkstelling van openbaar en bijzonder lager onderwijs. In Nederland kwam de NSB onder leiding van Anton Mussert op.

De spanningen en ontwikkelingen in Europa leidden uiteindelijk tot de Tweede Wereldoorlog (1939-1945).

Samenvatting

De belangrijkste historische ontwikkelingen in de periode 1900-1940 zijn de volgende:1 D e Eerste Wereldoorlog – waarbij Nederland

neutraal bleef – veroorzaakte een gevoel van ontreddering.

2 Er kwamen totalitaire staten op met een antidemocratisch karakter en een systeem van orde en tucht.

3 In Nederland werd in 1917 een belangrijke grondwetswijziging doorgevoerd.

1 Historische achtergronden

1.1 Eerste Wereldoorlog1.2 Totalitaire staten

1.1 Eerste Wereldoorlog

Aan het begin van de twintigste eeuw leidden nationalisme en imperialisme tot spanningen in Europa. Toen in 1914 aartshertog Frans Ferdinand werd vermoord was dat de aanleiding tot de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). De verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog (gebruik van gifgas, loopgraven-oorlog) veroorzaakten ontreddering. Was het vertrou-wen dat men altijd in de beschaving en cultuur had gehad wel terecht? Sommige intellectuelen, schrijvers en kunstenaars waren negatief over de opkomende massacultuur.

1.2 Totalitaire staten

In de jaren na de Eerste Wereldoorlog kwamen totalitaire staten op: de Sovjet-Unie, Duitsland en Italië. In Spanje grepen reactionaire militairen de macht. Kenmerkend voor totalitaire staten waren het systeem van orde en tucht, het antidemocratische karakter en het onderdrukken van het individu.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd in Rusland de tsaar afgezet. De communisten onder leiding van Lenin grepen de macht. De Russische revolutie was een feit. Lenin vestigde de ‘dictatuur van het proletariaat’. Na zijn dood (1924) werd hij opgevolgd door Stalin. De Sovjet-Unie (sinds 1922) werd een totalitaire communistische staat.In Italië kwamen Mussolini en zijn fascistische

Literatuurgeschiedenis114

De moderne kunst maakte gebruik van de montage- en collagetechniek. Bij montage worden als bij een film bij elkaar passende beelden aan elkaar gevoegd. Bij een collage wordt een aantal verschillende voorwerpen of afbeeldingen als een willekeurig samenraapsel aan elkaar gehecht. De bedoeling was een shockeffect bewerkstelligen bij het publiek.Een aantal ontwikkelingen en bewegingen in de moderne kunst zijn expressionisme, dadaïsme en de ontwikkeling naar Nieuwe Beelding bij Piet Mondriaan.

2 Culturele achtergronden

2.1 Kunst in de periode 1900-19402.2 Expressionisme2.3 Dadaïsme2.4 Piet Mondriaan en de Nieuwe Beelding

2.1 Kunst in de periode 1900-1940

Moderne kunst uit de periode 1900-1940 presenteerde zich als breuk met de kunst uit voorafgaande perioden. Inhoud en vorm veranderden. Een kunstwerk was niet langer de weergave van een historisch of verantwoord verhaal. Vorm, kleur en compositie gingen de inhoud domineren. De gedachte dat de artistieke vorm op zichzelf kon staan, leidde tot abstracte kunst.

Afbeelding 1 Lyrisch (1911) van Kandinsky

115 Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940

Het werk van Marc gaat over de eenheid van dier en natuur. Volgens Marc was er een tegenstelling tussen dieren die een waren met de natuur en de vervreemde en verstedelijkte mens. In Het lam (1912-1913) komt de eenheid van dier en natuur tot uiting in de identieke kleuren en vormen van dier en omgeving (afbeelding 2). Dier en landschap gaan bijna in elkaar over. Slechts de blauwaccenten van oog en oor maken duidelijk dat het onderwerp een lam is.

2.3 Dadaïsme

Midden in de Eerste Wereldoorlog vonden in Zürich dadaïstische bijeenkomsten plaats. Het dadaïsme was een heftige reactie van ontgoocheling en ontred-dering op de Eerste Wereldoorlog. Dada was anti-burgerlijk en antikunst. Dada was anti. Dadaïsten maakten veel gebruik van de collagetechniek.

2.2 Expressionisme

Het expressionisme ontstond in Duitsland. Expres-sionisten beschouwden hun werk als tegengif tegen de vervreemding van de mens en de burgerlijke orde. W. Kandinsky (1866-1944) en F. Marc (1880-1916) waren de leidende figuren van Der Blaue Reiter, een groep expressionistische kunstenaars uit München. Een andere belangrijke groep werkte in Dresden.Lyrisch (1911) van Kandinsky is een met een paar lijnen geschilderde ruiter tussen op zichzelf staande kleurvlakken (afbeelding 1). De ruiter was voor Kandinsky de bestrijder van het materialisme, de gedachte dat er alleen materie is en geen geest of ziel. Volgens Kandinsky hadden kleuren bijzondere eigenschappen. Geel was scherp en aards, blauw was hemels en oneindig, rood was onrustig en groen was rustig en passief.

Afbeelding 2 Het lam (1912-1913) van Marc

Literatuurgeschiedenis116

blauw en geel (1921).

Mondriaan wilde de ‘ware’ of ‘zuivere realiteit’ weergeven: een harmonie van universele verhoudingen die volgens hem ten grondslag lag aan de zichtbare werkelijkheid. Voor Mondriaan was harmonie de essentie, en deze harmonie wilde hij met zijn schilderijen weergeven. De harmonie kwam tot stand door horizontale en verticale lijnen (de essenties van wat zich opricht en over de aarde uitstrekt) en met primaire, dus zuivere want niet-gemengde keuren.

Samenvatting

De belangrijkste culturele veranderingen in de periode 1900-1940 zijn:1 De moderne kunst veroorzaakte een shockeffect en

was een breuk met kunst uit vorige perioden.2 In de moderne kunst zochten kunstenaars naar

abstrahering en abstracte kunst.

2.4 Piet Mondriaan en de Nieuwe Beelding

In het tijdschrift De Stijl (1917-1931) publiceerden architecten, dichters en kunstenaars over de functie van de nieuwe kunst. De bekendste schilder die meewerkte aan De Stijl was Piet Mondriaan (1872-1944).Na een lange ontwikkeling kwam Mondriaan uit bij de Nieuwe Beelding, waarin hij de weg van de abstractie insloeg. Mondriaan ging zijn onderwerpen (bijvoor-beeld een boom) geabstraheerd afbeelden. Een goed voorbeeld is De grijze boom (1911) (afbeelding 3).

Door de abstrahering (het weglaten van alle details) en grijze kleurvlakken verliest het onderwerp (de boom) zijn individualiteit en gaat op in een patroon van lijnen en golvingen.Mondriaan ging daarna nog een stap verder door een herkenbaar onderwerp los te laten en zich te beperken tot rechte lijnen, vlakken en het gebruik van voornamelijk primaire kleuren. Een voorbeeld hiervan is afbeelding 4: Tableau 1 met rood, zwart,

Afbeelding 3 Mondriaan, De grijze boom (1911)

© 2011 Mondrian/H

oltzman Trust c/o H

CR International Virginia

117 Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940

boeken bedrijf werd steeds commerciëler. Uitgeverijen drukten boeken in hoge oplagen en er was de opkomst van de bestseller: een boek waarvan meer dan 10.000 werden gedrukt en verkocht.

In de periode 1900-1940 maakte men onderscheid tussen twee typen schrijvers: de publieksschrijvers en de eliteschrijvers. Ina Boudier-Bakker (1875-1966) was met De straat ( 1924) of De klop op de deur (1930) een van de populairste publieksschrijvers. Een andere succesvolle publieksschrijver was Johan Fabricius (1899-1981), schrijver van onder andere Komedianten trokken voorbij (1931) en Leeuwen hongeren in Napels (1934). Deze schrijvers schreven bestsellers. Eliteschrijvers als Menno ter Braak en E. du Perron

Afbeelding 4 Mondriaan, Tableau 1 met rood, zwart, blauw en geel (1921)

© 2011 Mondrian/H

oltzman Trust c/o H

CR International Virginia

3 Literaire ontwikkelingen

3.1 Schrijver en publiek3.2 Doorwerking traditie: Slauerhoff en

Van Schendel3.3 Vernieuwende dichtkunst: Van Ostaijen

en Marsman3.4 Traditie en vernieuwing: Martinus Nijhoff3.5 Bordewijk en de romanvernieuwing3.6 Rondom Forum

3.1 Schrijver en publiek

In de periode tussen de wereldoorlogen kwamen nieuwe lezersgroepen uit de opgekomen midden-groepen op. Daarbij waren veel vrouwen. Het

Literatuurgeschiedenis118

Het werk van Arthur van Schendel (1874-1946) wordt neoromantiek genoemd. Kenmerkend voor de neo-romantiek is dat de werkelijkheid als onbevredigend wordt ervaren. De hoofdpersonen worden gedreven door een bijna niet te vervullen verlangen. Van Schendel schreef een aantal historische romans, verhalen die in het verleden spelen.

Zijn bekendste werk is Het fregatschip Johanna Maria (1930), dat speelt in de tijd waarin de moderne stoomvaart het varen met grote zeilschepen ver-dringt. Hoofdpersoon is de zeilmaker Jacob Brouwer die werkzaam is op de Johanna Maria, een grote driemaster. Brouwer heeft een onvervuld verlangen: eens wil hij het schip in zijn bezit hebben. Als lezer volg je Jacob Brouwer bij zijn pogingen zijn droom uit te laten komen.

zetten zich af tegen de romans van de publieks-schrijvers. Die romans werden bestempeld als ouder-wets, geen echte romankunst of massaliteratuur. Deze romans hadden echter wel veel lezers. De publieks-schrijvers schreven voor het nieuwe publiek van middengroepen en vrouwen.In de Nederlandse literatuur uit de periode 1900-1940 stonden traditie en vernieuwing naast elkaar.

3.2 Doorwerking traditie: Slauerhoff en Van Schendel

Schrijvers en dichters als J.J. Slauerhoff en Arthur van Schendel bleken in staat de traditie van het romantische levensgevoel en romantische onder-werpen voort te kunnen zetten.

De gedichten van J.J. Slauerhoff (1898-1936) zijn de expressie van een bepaald gevoel. Zijn gedichten gaan over eenzame figuren. Zij verlangen naar geluk en liefde, maar dat is onbereikbaar. Centrale onder-werpen zijn het verlangen en het romantische lijden aan het leven.In “De vrouw aan het venster” (tekst 2) zit een vrouw hoog in een kamer. Ze kan uitkijken over de wereld, maar er niet aan deelnemen. Ze verlangt naar iemand om te omhelzen, maar die is er niet.

Devrouwaanhetvenster

Nooitopentzichdepoort.’tRaamiszoohoogDatzijeerstdeaardezietinwijdeverte:Destroomomarmthetboschinblauwenboog;Door’tgroengaanroodevogels,rankeherten.

Nietsweetzijvanhetlevensspeldaartusschen;Maarhetmoetschoonzijn,wantzijmisthetzeer.Zijwilomhelzen,vindtnietsomtekussenDandeeigenschouder,rondenkoelenteer

Uit: J. Slauerhoff, Verzamelde gedichten.

Tekst 2

5

VanhetogenblikdathijdevlaghadneergehaaldgroeideinBrouwerdebegeertediehijnueerstkendeendiehijvoortaanmetaldekrachtvanzijnwiltevervullenzocht.Hijhadaltijdaantweemogelijkhedengedacht:hetlotvaneenschipisdathetvergaatofdathetinzijnouderdombijdesloperkomt.Hijhadzichnooitvoorgestelddathetookkoopwaarkonzijnengekochtkonwordendooreeniederdieerhetgeldvoorhad.IndieneenNoorsekapitein,dietochnietalzijnlevenrijkwasgeweest,eenschipkonkopen,waaromzouhijhetdannietevengoedkunnendoen?Hijbegonterekenen:zoveelbedroegzijnloon,zoveelmeerdanhijnodighaduittegeven.SederthijinAmsterdamniemandmeerhaddiezijnhulpbehoefde,hadhijhetoverschotvanzijngageinzijnkistbewaardzonderhetooittetellen.Hijkendenuditbedragzowelalsdeprijsvaneenschipmetaverij,dieruimzeventigmaalgroterwas,zodathijzeventigmaallangerzoumoetensparen.Hoewelhijhetdaarmedealleennooitkonbereikenzouhijgeencentmeermogenuitgevendanvoorhetnodige,nauwbeperkt.Ermoestnogeenanderewijzeverzonnenwordenomgeldteverzamelen,wantdathijeenmaaleenschipzoukopenwisthijzeker.Zoalseenanderzichbijzijntaakinverbeeldingenverlustigt,aanvrouwenkinderendenktofzichgenoegensvoorstelt,zostondBrouweropeenslingerenderametwantslag

Tekst 3

5

10

15

20

25

119 Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940

Paul van Ostaijen (1896-1928) maakte in zijn korte leven een grote ontwikkeling door. In zijn bundel Bezette stad (1921) maakte hij gebruik van de dadaïstische collagetechniek. Filmtitels, liedjes, reclames en klanknabootsing werden geciteerd. In de Nagelaten gedichten streefde Van Ostaijen naar een zo autonoom mogelijke dichtkunst, door hem ‘zuivere lyriek’ genoemd.“Het liedje van twee sinten” (tekst 4) is een voor-beeld van zuivere lyriek. Het gedicht (liedje) gaat over twee bekende en bij kinderen geliefde heiligen: Sint Nicolaas die hier niet op een schimmel, maar op een ezel rijdt en Sint Maarten, de heilige die met zijn zwaard zijn mantel door midden sneed om een arme te kleden. Het gedicht bestaat uit dertien versregels en zit vol herhalingen. Tien versregels beginnen met ‘Ik hou van…” Regel 12 is een herhaling van regel 1, 13 van 2, 10 van 3 en 11 van 4. Verder keren onder andere de ezel en het zwaard terug. Het gedicht is ontstaan door herhalen en herschikken van woorden en regels. Zo ontstond een autonoom taalbouwsel.

3.3 Vernieuwende dichtkunst: Van Ostaijen en Marsman

In Nederland en Vlaanderen waren Hendrik Marsman en Paul van Ostaijen dichters die hun gedichten niet (zoals in de romantische traditie) opvatten als directe expressie van hun gevoel. Zij beschouwden hun gedichten als een op zichzelf staand taalbouwsel en niet als weergave van een individueel gevoel of van de werkelijkheid. Een gedicht was een autonoom taalbouwsel.Dit leidde tot extra belangstelling voor de werking van klanken, herhalingen en beeldspraak. De beeldspraak veranderde. Beeldspraak werd meer door een associatief verband dan door een logisch verband bepaald.

Hetliedjevantweesinten

IkhouvanSintNiklaasikhouvanSinteMartinIkhouvandeezelvanSintNiklaasikhouvanhetzwaardvanSinteMartinikhouvandeezeleenoudewijsvanwijzegoedheid– zijnrugdraagtrustdoordestraatonbewusteventer–ikhouvanhetzwaardhetklieftdeeigenmantel– plotsescherptevannieuweogenoverdeschijnderdingen–goedenwijs scherpenrustigikhouvandeezelvanSintNiklaasikhouvanhetzwaardvanSinteMartinikhouvanSintNiklaasikhouvanSinteMartin

Uit: Paul van Ostaijen, Verzamelde gedichten.

Tekst 4

5

10

engarens,terwijlzijnhandenhetwerkdeden,metgetalleninzijnhoofd,metmeerenminder,metvermenigvuldiging,mettwijfelenhoop.

Hijwerdhebzuchtigengierig.Welvoeldehijzichontmoedigdiederekeerdathijgageontvingendegeringheidvanhetbedragvergeleekbijwatnodigzouzijn,maardebegeertewassterkerdanhetverstand,hijvergathetgeenhijhadenzagalleenhetgeenhijhebbenwilde.

Uit: Arthur van Schendel, Het fregatschip Johanna Maria.

30

35

Literatuurgeschiedenis120

werkelijkheid stelde Nijhoff de bewuste samenhang in zijn gedichten. Nijhoff streefde naar een autonoom gedicht. Hij zocht naar vernieuwing (de autonomie), zonder de band met de traditie (de vorm) te verbreken.Nijhoffs derde bundel is Nieuwe gedichten (1934). Deze bundel eindigt met het beroemde verhalende gedicht “Awater”. In 1942 publiceerde Nijhoff het lange gedicht Het uur u.Het gedicht “Clown” (tekst 6) komt oorspronkelijk uit De wandelaar (1916). Het gedicht is een sonnet, een traditionele gedichtvorm. De inhoud stelt je voor raadsels. Wie is de ik-figuur? Wie is zijn meester en wie heeft het volk naar zijn optreden gestuurd? Wat is zijn waanzin en waarom keurt hij de eigen daden goed? En wat is precies een Satans Apostel? Als apostel hier verwijst naar de leerlingen van Jezus Christus, dan is dat niet passend bij de satan (de duivel). Als apostel gebruikt wordt in de algemenere betekenis van verkondiger van een nieuwe leer, is de ik-figuur dan een verkondiger van een duivelse leer? En vindt zo’n verkondiging plaats in een circus of kermistent?

Clown

Metblauw-papierenpijlenopmijnwangenEnopmijnhoofdeengelestergeplakt,Blijfik,terwijleenaapmijnhandenpakt,Onderste-bovenaaneenrekstokhangen.

Mijnmeesterwildewereldvroolijkmaken,–‘SatansApostel’noemtmij’taanplakbord–En’tvolk,eenoptochtgekkepelgrims,wordtHierheengestuurd,enikmoethetvermaken.

Hetlachtomalleswatmijnwaanzindoet,Ikspeelvoorhond,voormensch,voorolifant:Ikblaf,ikschreeuw,ikdavermetmijnsnuit–

Laatindennachtstroomthetdetentweeruit:Ikleunop’tplein,waardelantarenbrandt,Tegendenpaal,enkeurmijndadengoed.

Uit: Martinus Nijhoff, Lees maar, er staat niet wat er staat.

Tekst 6

5

10

Een aantal gedichten van Hendrik Marsman (1899-1940) uit zijn bundel Verzen (1923) is duidelijk vitalistisch, een verheerlijking van het leven. Andere gedichten daarentegen zijn somber, pessimistisch en vol levens- en doodsangst.Marsman had in 1921 in Duitsland kennis gemaakt met de expressionistische kunst en literatuur. Hij wilde gedichten schrijven met een geconcentreerde vorm. In gedichten uit Verzen ontbreken daarom leestekens, krijgen kernwoorden nadruk en is de beeldspraak vernieuwend.“Vlam” (tekst 5) is een vitalistisch gedicht. De levensvreugde wordt opgeroepen door de beeld-spraak. Zo wordt de morgen schuimend genoemd en is de lach als van vuur. De dag is als opaal. Opaal is een meestal melkachtig wit mineraal. Deze dag wordt uit grote schalen gemaakt van lucht en aarde (dus in feite de gehele kosmos) gedronken.

Vlam

Schuimendemorgen

enmijnvurenlachdrinktuitontzaggelijkeschalenvanluchtenaardedenopalendag.

Uit: Hendrik Marsman, Verzamelde gedichten.

Tekst 5

3.4 Traditie en vernieuwing: Martinus Nijhoff

De gedichten van Martinus Nijhoff (1894-1953) brengen je als lezer in verwarring. Deze gedichten lijken eenvoudig, maar zijn meerduidig en raad-selachtig. Tegelijkertijd zijn ze met veel vakmanschap gemaakt.Nijhoff debuteerde in 1916 (dus midden in de Eerste Wereldoorlog) met De wandelaar. In 1924 verscheen Vormen. De titel Vormen verwijst naar de bewust toegepaste vormbeheersing waarmee Nijhoff zich nadrukkelijk wilde afzetten tegen de ‘vormloosheid’ van veel moderne gedichten. Tegenover de chaotische

121 Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940

Unie en de situatie in Duitsland waar Hitler en het nationaal-socialisme de dienst uitmaakten. In beide totalitaire systemen spelen orde en de over heersing van het collectief over het individu een centrale rol.

Bordewijk bekendste roman Karakter (1938) gaat over de strijd tussen Jacob Katadreuffe en zijn vader, de deurwaarder Dreverhaven. Katadreuffe wil hoger op, hij wil advocaat worden en zijn vader lijkt hem in dat streven te hinderen. Uiteindelijk slaagt Katadreuffe, maar hij heeft daarvoor tol moeten betalen: hij heeft zijn geliefde en zijn vrienden verloren. Het decor van Karakter is de steeds groter wordende havenstad Rotterdam in de crisisjaren.

3.6 Rondom Forum

Van 1932 tot 1935 leidden Menno ter Braak (1902-1940) en E. du Perron (1879-1940) het tijdschrift Forum. In Forum werd het belang van het individualisme benadrukt. Forum keerde zich tegen de autonomieopvatting (de ‘vormkracht’) in de literatuur. Forum vond dat de persoonlijkheid van de maker uit het werk moest spreken. Vormgevingskwesties werden niet onbelangrijk gevonden, maar er was vooral aandacht voor de levenshouding (de ‘vent’) achter en in het werk.

In de jaren dertig kwamen het fascisme en het nationaal-socialisme op. In de daardoor ontstane sfeer van dreiging en onzekerheid werd er in de kunst en literatuur meer gezocht naar engagement en maatschappelijke betrokkenheid. Ter Braak en Du Perron namen stelling tegen het nationaal-socialisme. Zo schreef Ter Braak in 1937 Het nationaal-socialisme als rancuneleer.

Forum had een voorkeur voor psychologische romans. Romans en verhalen van schrijvers die meewerkten aan Forum zijn vaak autobiografisch. De romans draaien om een personage dat de wereld vol twijfels bekijkt. Het personage is een individualist met veel aandacht voor het eigen innerlijk.

Forum zorgde voor de herwaardering van het werk van Willem Elsschot (pseudoniem van Alfons de Ridder, 1882-1960). Willem Elsschot debuteerde in het begin van de twintigste eeuw, maar zijn eerste werken waren geen succes. Gestimuleerd door de positieve aandacht van Forum begon Elsschot weer te

3.5 Bordewijk en de romanvernieuwing

In de periode 1900-1940 was de psychologische roman populair. Schrijvers van psychologische romans schonken (en schenken) veel aandacht aan de drijfveren van hun personages. Een psychologische roman gaat uitvoerig over gedrag, gevoelens en verlangens van de verhaalfiguren. Niet iedereen was enthousiast over de (dikke) realistische en psychologische roman.

In de periode 1900-1940 werden er discussies gevoerd over de vernieuwing van de roman. Een visie op wat een nieuwe roman zou moeten zijn, zocht aansluiting bij de film, de nieuwe kunstvorm. De nieuwe roman zou de montagetechniek van de film moeten toepassen. Verder zou zo’n roman over hedendaagse onderwerpen moeten gaan. Een roman mocht niet in de ik-vorm geschreven zijn en vooral geen gepsychologiseer bevatten. F. Bordewijk schreef een aantal van deze romans, zoals Blokken (1931) en Bint (1934).

Blokken en Bint van F. Bordewijk (1884-1965) bestaan uit korte hoofdstukjes. Bordewijk had een voorkeur voor zonderlinge eigennamen, kijk maar eens naar de namen van de leerlingen uit ‘de hel’.Blokken en Bint gaan over een actueel onderwerp: totalitaire staten.In Blokken uit 1931 beschreef Bordewijk een totalitaire staat waarin het individu ten onder gaat in een anoniem collectief. Echte personages ontbreken. Er is een opstand tegen het staatsgezag, maar die wordt onderdrukt. Blokken is een poging de montagetechniek van de film in de literatuur toe te passen. De roman bestaat uit tien korte hoofdstukjes die min of meer zelfstandige scènes zijn. De lezer moet de scènes als het ware aan elkaar monteren tot een verhaal.Een andere korte roman, Bint (1934) gaat over een door directeur Bint zeer streng geleide middelbare school. Ook Bint bestaat uit scenische korte hoofd-stukken. Op de school heerst orde en tucht. Er komt een nieuwe leraar werken, De Bree. De Bree neemt Bints opvattingen over tucht en discipline over. De trots van Bint is een klas met de bijnaam ‘de hel’, een klas die als een collectief opereert en als een soort knokploeg een opstand van andere scholieren tegen Bint en zijn systeem neerslaat. Bint was in 1934 zeer actueel. Men kende de totalitaire Sovjet-

Literatuurgeschiedenis122

In Kaas (1933) is de hoofdpersoon Frans Laarmans door Van Schoonbeke overgehaald een kaashandel te beginnen. Laarmans was kantoorklerk bij de General Marine and Shipbuilding Company. Hij moet hij nu een eigen bedrijf organiseren. Het is niet alleen de vraag wat de naam van de firma moet worden, maar vooral of Laarmans die zich gemakkelijk laat over-rompelen, wel een echte zakenman is.

schrijven en vanaf de jaren dertig is het werk van Willem Elsschot niet meer weg te denken uit de Nederlandse literatuur. Elsschots werk was volgens Forum een goed voorbeeld van de ‘vent’: de per-soonlijkheid en levenshouding van de schrijver.Elsschots personages verliezen hun dromen en idealen door het bedrieglijke leven. Hij schreef in een sobere, eenvoudige stijl.

Tekst 7

Ermoetgezorgdwordenvoorbriefpapier,vooreenbureau-ministre,vooreenschrijfmachine,vooreentelegramadres,voorbrievenknippenenvooreenhoopanderedingen,zodatikhetvreselijkdrukheb.Wantallesmoetgauwgaan,aangeziendetwintigtonEdammersovereendagofdriehuntochtnaar’tZuidenaanvangen.Enbijhunaankomstmoetallesinslagordestaan.Detelefoonmoetbellen,deschrijfmachineratelen,deknippenopenendichtgaan.Enikzitin’tmidden,wantikbenhetbrein.

Overdekwestievanhetbriefpapierhebikmijeenhalvedaglanghethoofdgebroken.IkbennamelijkvanmeningdatereenmodernefirmanaamopmoetstaanennietzomaareenvoudigFransLaarmans.OokvindikbeterdatmijnkaasondernemingnietterorevanmijnheerHenrikomt,voorikzekerbennooitmeereenvoetindeGeneralMarinetezetten,tenzijdanomkaasteleverenaandekantine.

Ikhebnooitkunnenvermoedendathetkiezenvaneenfirmanaamzomoeilijkis.Entochzijnmiljoenenmensenmetminderverstanddanikoverdiemoeilijkheidheengeraakt.

Alsikdenaamzievaneenbestaandefirma,dankomtmijdiealtijdheelgewoon,ikzouhaastzeggenbekendvoor.Diemensenkondennietandershetendanzijheten.Maarwaareennieuwenaamvandaangehaald?Ikstondvooraldemoeilijkhedenderschepping,wantuitnietsmoestikietstevoorschijntoveren.

Ikbegonmetheteenvoudigekaashandel.Maaralsdaarmijnnaamnietonderstaat,danis

hetteonbepaald.Kaashandel,Verdussenstraat170,Antwerpen,zieterverdachtuit,alsoferietsverdokenwordtgehouden,alsoferwormenindiekaaszitten.

Toenkwamikopalgemene kaashandel.Datwasalbeter.Maarikvinddatzo’nVlaamse

benamingzonaaktis,zooverdrevenduidelijk,zozonderbloemen.Enikhoudnietvanhetwoordkaas,dathebiknoggezegd.

Daaropprobeerdeikcommerce général de fromage.Klinktbeterenfromageisminderkaasachtig

dankaas.commerce général de fromage hollandaisisweereenstapvooruit.DaardoorhoudikmijzekereenhoopmensenvanhetlijfdieGruyèreofChesternodighebben,terwijlikalleenEdammeromzet.MaarCommerceistochnietalles.

entreprise generale de fromage hollandais.Daarzitklankin.MaarEntreprisebetekent

ondernemenenikonderneemeigenlijkniets.Ikslaeenvoudigkaasopenverkoopdie.

Dusentrepôts générale de fromage hollandais.Maarhetopslaanisbijzaak.Datdoeiktrouwens

nieteenszelf,wantikwilaldiekaasnietinmijnhuis.DeburenzoudenprotesterenendaarhebjedeVemenvoor.

Deverkoopishoofdzaakentekenendvoormijnbedrijf.Deomzet,zoalsHornstrazegt.

WatdeEngelsen‘trading’noemen.Datisnogeenseenwoord.

WaaromookgeenEngelsefirmanaam,zoalsdeGeneralMarineandShipbuildingCompanyzaliger?Engelandheeftophandelsgebiedeenverdiendewereldfaam.

general cheese trading company?Ikbeginlichttezien.Ikvoeldatikmijndoelgabereiken.

antwerp cheese trading company?Ofmisschiengeneral edam chees trading company?

Zolangdiekaaserinzitzalhetnietgaan.Diemoetvervangenwordendoorietsanders:voedingswaren,zuivelproduktenofietsvandieaard.

general antwerp feeding products association?Eureka!Debeginlettersvormeng a f p a,een

echtslagwoord.KooplieveruwkaasbijdeGafpa,

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

55

60

65

70

75

Cursus10Twintigsteeeuw:van1900tot1940 123

directpertelefoonhebbekendgemaakt,wantmijntelefoonisinordeenheeftnatuurlijksucces.

MijnzoonJanbeltalzijnschoolvriendenop,zomaarvoorzijnplezier,enikmoetwachtenomaandebeurttekomen.Deeerstedagzieikwatdoordevingers,wantikwilnietkleingeestigzijn.MaarVanSchoonbekeverstondmijniet.HijdachtdatikGaspardzei,omdatzijnvriendmetdiegoudentandenzoheet.Enfin,ikvertelhemdatwoensdagwel.Ikhebhemdanmaargezegddatmijntelefooninordeisenhemmijnnummeropgegeven.

Uit: Willem Elsschot, Verzameld werk.

mijnheer.IkzieweldatunietgewoonzijtaanechteGafpakaas,mevrouw.Gafpakaasisgeenkaas,hetishoning,mijnheer.Haastu,wantonzelaatstezendingGafpakaasisbijnauitgeput.Laterzalkaasvanzelfwegvallen,wantGafpawordtspoedigeensynoniemvanvolvetteEdammerkaas.IkhebgedejeuneerdmetéénenkelbroodjeeneenstukGafpa.Zovermoetikkomen.

EnniemanddieweetdatFransjeLaarmanserachterzit,behalvemijngezin,mijnbroerenmijnvriendVanSchoonbekeaanwieikmijnfirmanaam

80

85

90

95

In de dubbelroman Lijmen/Het Been (1924/1938) zijn Boorman en Laarmans de hoofdpersonen. Boorman is de keiharde zakenman die de praktijk van het ‘lijmen’ beheerst: hij haalt firma’s over grote hoeveelheden geïllustreerde reclamefolders van hem te betrekken. Laarmans treedt bij Boorman in dienst. Hij blijkt geen zakenman en uiteindelijk zet Boorman in zijn eentje de zaak weer voort.

Samenvatting

De belangrijkste literaire ontwikkelingen in de periode 1900-1940 zijn de volgende:1 De literaire wereld veranderde door de groei van het

lezerspubliek, de commercialisering en de bestseller.

2 In de Nederlandse literatuur stonden traditie en vernieuwing naast elkaar.

3 De vernieuwingen in de literatuur zijn de autonomiegedachte en de vernieuwende, op de film geïnspireerde roman.

4 Het tijdschrift Forum keert zich tegen de autonomiegedachte en benadrukt het belang van de schrijverspersoonlijkheid (de ‘vent’).

Literatuurgeschiedenis124

F. BordewijkBlokken is een roman over een totalitaire staat waar het

individu plaats heeft moeten maken voor het collectief. Blokken is een goed voorbeeld van de toepassing van de fi lmische montagetechniek.

Bint lijkt een roman over een beginnende leraar. Maar het is meer. De school van Bint is een school van tucht en orde. De klas met de bijnaam ‘de hel’ is een (h)echt collectief en de trots van de directeur. De school lijkt een totalitaire staat in het klein.

Karakter is een roman over een vader – zoonconfl ict. Dit confl ict wordt uitgevochten in Rotterdam in de crisis van de jaren dertig van de twintigste eeuw. Katadreuffe de hoofdpersoon wint misschien het confl ict met zijn vader, maar is ook een verliezer.

Willem ElsschotDe hoofdpersoon in Kaas is Laarmans, een kantoorklerk.

Na het overlijden van zijn moeder laat hij zich overhalen een kaashandel te beginnen. Aan het eind van het verhaal is hij weer kantoorklerk.

In Lijmen / Het been is Boorman een keiharde zakenman en Laarmans zijn minder keiharde compagnon. Ze verkopen het “Wereldtijdschrift”, een geïllustreerde reclamefolder vol hoogdravende taal. Een smederij neemt ongehoord veel exemplaren af. Als de eigenaresse van de smederij een been moet missen krijgt Boorman wroeging. Dat leidt tot tal van verwikkelingen.

Arthur van SchendelHet Fregatschip Johanna Maria gaat over de Amsterdamse

zeilmaker Jacob Brouwer die zijn droom najaagt: ooit de eigenaar van het grote zeilschip te zijn waar hij als zeilmaker op werkte. De roman speelt in de tijd waarin de zeilvaart verdrongen wordt door de moderne stoomvaart. Aanbevolen voor zeilers en voor iedereen die gelooft in het verlangen.

Lezen voor de lijst