I ONDERWIJSRAAD. i

Bericht op schrij^n van

24 A p r i l ' 2 3 n°. U4Q2 Afd.H.O.

Betreffende: a r t i k e l e n 41 en 42 van he t

A c ad e misch 8 tatuu t #

Naar aan le id ing van h e t antwoord d .d .24 Apr i l 1923 Ne»136er Af-

dee l ing Hooger Onderwijs aan Uwer E x c e l l e n t i e ' s ambtgenoot van Koloniën,

betreffende de a r t i k e l e n 41 en 42 van h e t Academisch S t a t u u t , waarvan

Uwe E x c e l l e n t i e aan de isers te Afdeeling van den Onderwijsraad_ejsn af­

s c h r i f t deed toekomen, ve roor loof t z ich de Afdeeling onder de aandacht

van Uwe'Excel lent ie t e brengen, d a t a r t i k e l 1oó, zesde l i d , der Hooger

onderwijswet, a l t hans wanneer d a t a r t i k e l wordt toegepast volgens de

c i r c u l a i r e van 4 December 1922 No.4035 Afd.H.O., geen gelegenheid

b i e d t om d ie Indische l e e r a r e n , voor wie de bestaande bepalingen inder-

| daad o n b i l l i j k geacht moeten worden, alsnog to t he t candidaatsexamen

toe te l a t e n .

Waar Uwe e x c e l l e n t i e aan den Heer Minis te r van Koloniën heef t ver«

zooht alsnog te mogen vernemen, of ook v a l t na t e gaan, hoeveel Indi­

sche l e e r a r e n in aanmerking wenschen t e komen voor h e t afleggen van

u n i v e r s i t a i r e examens en deze zaak alzoo nog nader door Uwé Excel len­

t i e in overweging za l worden genomen, mo£e de Afdeeling, in verband

daarmede en overeenkomstig haar advies van 6 Pebruar i 1923 1S° 15**6 A,

-nogmaals-

AAN

Zijne e x c e l l e n t i e ôen Min i s t e r van

Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen te

is-GRAVBNHAGE.

'S-GRAVENHAGE, I .Ö Mei.... 1923. Frankenstraat 39.

Men gelieve bij het antwoord dagteekening en nummer van dit schrijven te vermelden.

2 .

nogmaals Uwe E x c e l l e n t i e adviseeren^aan a r t i k e l 42 een nieuw derde l i d

toe t e voegen, waarbij wordt bepaald, d a t de beperking to t de eoraer-

vacant ie van 1924 n i e t ge ld t voor hen, d i e b i j h e t in werking t r eden

van he t S t a t u u t in Nederlandsch-Indiê ' a c t i e f dienden en dien ac t ieven

d i e n s t hebben voor tgeze t t o t ten hoogste d r i e j a a r voordat z i j z ich

aan h e t academisch examen onderwerpen.

De Afdeel ing meent deze aanvu l l ing t e eerder te mogen aanbevelen,

waar h e t h i e r n i e t g e l d t een wi jz ig ing of aanvul l ing van h e t Academisch

S t a tuu t z e l f , doch van een overgangsbepaling, waarmede n i e t s anders word^

beoogd, dan een b l i j k b a r e omissie te h e r s t e l l e n .

Namens de Afdeeling voornoemd.

féjM /£ -fjirt^yr^ , wnd . Vo or z i t t er

, S e c r e t a r i s .

, VAN ONDERWIJS, KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.

RIJVEN VAN

1922,îào.77,6e Afdeel ing l i n g A.B.

a r t i k e l e n 41 en 42 van het

NR. 1360 AFD .H...Q.

Sta tuu t **-

MEN GELIEVE BIJ HET ANTWOORD NAUWKEURIG

HET ONDERWERP, DE DAGTEEKENING, EN HET

NUMMER VAN DIT SCHRIJVEN TE VERMELDEN.

' r n i r . W " ü ' M 1 ' ^ a l l * f f < ' W " ; ' l .5* •^^^^T^T'ËÛ ii'S-GRAVENHAGE, M... .APRIL hjigeköoi

192..??

N

Maar aanleiding van nevenvermeld schrijven heb ik de eer Uwer Excellentie mede te deelen, dat ik er steeds be­zwaar tegen heb gehad om door wijziging of aanvulling van artikel 42 van het Academisch Statuut in het algemeen den termijn voor het afleggen van het in deze overgangsbepaling bedoelde candidaats- of doctoraalexamen te verlengen* Reeds herhaaldelijk heb ik afwijzend beschikt op tot mij gerichte verzoeken om de in artikel 42 genoemde tijdstippen te ver­lengen, omdat dit niet billijk zou zijn, tegenover hen, die, nadat het nieuwe Academisch statuut verschenen was, reke­ning gehouden hebben met de bepaling}, zooals deze steeds geluid heeft. Ook aanvulling van het artikel in dien zin, dat voor Indische leeraren eene uitzondering wordt gemaakt, zou tegenover hunne Nederlandsche collega's tot onbillijk­heden leiden. Gaarne zal ik echter alsnog vernemen, of ook valt na te gaan, hoeveel Indische leeraren in aanmer­king wenschen te komen voor het afleggen van universitaire . examens.

Ik vestig er tevens de aandacht van Uwe Excellentie op, dat in voorkomende gevallen artikel 133, zesde lid, der Hooger-onderwijswet, inmiddels de gelegenheid biedt om die Indische leeraren, voor wie de bestaande bepalingen inderdaad onbillijk geacht moeten worden, alsnog tot het candidaatsexamen toe te laten«

Eveneens kan ik tot mijn leedwezen niet voldoen aan Uwer Excellentie's verzoek om den in artikel 41 van het Academisch statuut vermelden datum van 1 JANUARI 1^24 te veranderen in 1 JANUARI 1928. Immers deze bepaling maakt niet een einde aan de studie voor den Indischen administra­tieven dienst volgens de toen vigeerende regeling, doch alleen aan den overgang van de eene studie tot de andere na den genoemden datum. Wie dus na 1 SEPTEMBER 1921 volgens de bepalingen van het »Besluit op de Indische Bestuursop-leiding 1907 w is gaan studeeren wist, dat de overgang tot de studie volgens het Academisch statuut gevaar liep. Hier­in kan ik evenwel geene aanleiding vinden om te bevorderen, dat de in artikel 41 genoemde termijn wordt verlengd.

DE MINISTER VAN ONDERWIJS, KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN, (get!) J.Th.DE VISSER.

A A

EN HÛILR MINISTER VAN KO^OJUluN. Overeenkomstig het oorspronkelijke,

üe Secretaris-Generaal van Onderwijs, Kunsten en

: /cÈÈL: Wetenschappen,

• £ - « -

T

ŒSRJ& VAK ONlöSRWlJgpXimST^ ^ 1 1 « • •

Lr)

^.mnun

Op schr i j véö- "van

;^r$ïlÊ«fcfcXï 4.1-;* jas 4 2

" toslah Et a tuut » -é

Baäsr' nanl

il ;teiern©v«n's •;.af^çhrJi.f t t e doen iöefcomenSvön mijn ant-Woorä

(. dvte© ö en, . $ o • 13é0 ; # Afdéf ï ing Hop ge r Qnâ exwitâ tum i ù n

ambtgenoot Tan Kolonie n*

fc d en und erw i j s raad •

.P<; Iflni^t.ej? van Ond exwi j vtK un s ten «ajpN ten s chappen, fffltfl

m é üjecr e t a r i s , , -û^n 'eraal^

KM- "IT /ohÄgjf:öcnxijvenM«in t W i i l i l P i -"Ä..3^#.

te Afdeeling; -A.B. % t i

f «fl'erfde ar t ikelen 14$l«n '4&|ran|Se t ''$iß$jß$ ES ^ ^ S |

à&siçoh Sii'̂ iiuftt-;« ". l p l ipfg giJÉJ S

I fi 's« Gravenhag^i^l^' Apii i^i 933'. '

aaïil^lel'ing :v^./=n«.ymveri$öi#-^ :to*lrv.ik .ge ee£ "#***

hslkèntlfc .«t&a. . t«.• deelen r - d a t ik «MF-s-te.«dfi kezw&ar'tegen Ke>& góibad ' Sii;:-* •,^-^vSS-Ss - --•'/-'• '."'•-. " • , - . • - . / ' . -, :" -' - , -,- . ,:. < .-,." ": • " \'^.

t daor',wijBigiiag; Gtf aanvul 1 i n g f T O ' a r t i k e l 4 2 van ]iet-£i»É$tâie'efe SFfrft'Sftstt

p &**t &l&$m&--e'n *Nft • t e r m i j n voor .hMj a f l e g g e n t ^ ^ t t ^ I | ^ ^ W ^ o v e 3 * g a n | É ' b e »

jttjg fce:âm£é&[•ô^<^#.a&-ts>ôf ^.ö.^to-rasüc^-sïamen•: t e ' ve r l ^ n g e n . .K-e.è&s1 h e r h a a l * wmm u2Mm&

» l i jk he^ ik e..rwi,is5en4--.'b©aohik.t .op to t mij ger ichte :verÄO*k«»L

<r1| | jK42 gènoéa*ie-: t i jds t ippen 'te Verlengen, - omai|tdit n i e t feillijfe;!Söu

Wmi**wÊSÊ!ÊÈÊfa ?vS®.m (zm

at hé tjm i«uw« Acad em is oh s ta tuu t re rgeheneii

fepi- Tfk*&in% gehoy&en- hetetaä met d e m p a l i n g , zooals d esse steeds geluid

ik«X ; in; 6i:<3n-. z.in, da t voor Ind i-sohe leQtkren PpqP^jDok aanvull ing

ffnè u i t?,pBd eriiàg; ̂ èi?dt,, g ;̂ma l̂ç.ti vftou' t ^ | n p ^ ^ : ' h w : w -3Sîëd«friand âohe ^ è i l é g a ^ i

I f t o n b l U i j khe d en. le iden. . ,^arne aàl i i 'eohtej _fsno,^ v t r n j è i a i i ^ l