1
Oktober 2015
STOPPEN IS STARTENDe Grote einDeloopbaan-enquête
zelfstandige ondernemers over overlaten en overnemen
eDitie5 de
in samenwerking met
2
Colofon Dit is een uitgave van de UNIZO-‐Studiedienst in samenwerking met UNIZO Overnamecoach en Integraal vzw Willebroekkaai 37, 1000 Brussel Auteur: Gilles Vandorpe Verantwoordelijk uitgever: Johan Bortier Publicatiedatum: oktober 2015 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd mits bronvermelding. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De uitgever, noch de auteurs kunnen aansprakelijk gesteld worden voor onjuiste gegevens.
Colofon Dit is een uitgave van de UNIZO-‐Studiedienst in samenwerking met UNIZO Overnamecoach en Integraal vzw Willebroekkaai 37, 1000 Brussel Auteur: Gilles Vandorpe Verantwoordelijk uitgever: Johan Bortier Publicatiedatum: oktober 2015 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd mits bronvermelding. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De uitgever, noch de auteurs kunnen aansprakelijk gesteld worden voor onjuiste gegevens.
Inhoudstafel Colofon ...................................................................................................................................... 1
Inhoudstafel ............................................................................................................................... 2
Inleiding ..................................................................................................................................... 3
Profiel van de respondenten ........................................................................................................ 5
Bedrijfsopvolging en –overname ............................................................................................... 12
Kennis van de waarde van de onderneming ........................................................................................... 12
Verwachte belangrijke veranderingen op korte en lange termijn ............................................................. 13
Belangrijkste problemen bij opvolging van familiebedrijven .................................................................... 14
Belangrijkste redenen om het bedrijf te verkopen .................................................................................. 15
Verwachte pensioenleeftijd, mate waarin ondernemers actief bezig zijn met opvolging & overdracht en
concreet ondernomen maatregelen ...................................................................................................... 16
Opties in geval van overdracht van de onderneming en specifieke opties in geval van familiale overdracht . 18
Belangrijkste knelpunten in geval van overdracht van een onderneming .................................................. 20
Belangrijkste raadgevers in geval van een bedrijfsoverdracht .................................................................. 21
Conclusie ................................................................................................................................. 23
Beleidsaanbevelingen ............................................................................................................... 25
Sensibiliseren en informeren ................................................................................................................ 25
Vrijstelling successierechten bij bedrijfsoverdracht ................................................................................. 26
Beperken van administratieve lasten bij overdracht van een onderneming ............................................... 26
Stimuleren van associaties om ervaring door te geven van ondernemer op ondernemer en overdrachten te
vergemakkelijken ................................................................................................................................ 27
Financiering van bedrijfsovername bevorderen ...................................................................................... 27
Projectpartners ......................................................................................................................... 28
Een initiatief van: ................................................................................................................................. 30
Met de steun van: ............................................................................................................................... 30
Dit is een uitgave van de UNIZO-Studiedienst in samenwerking met UNIZO Overnamecoach en Integraal vzwWillebroekkaai 37, 1000 Brussel
Auteur: Gilles Vandorpe Begeleidingscomité: Gilles Vandorpe, Luc Van Laere, Marc Gommers, Kristof Willekens, Gert Peeters, Johan Bortier
Verantwoordelijk uitgever: Johan BortierPublicatiedatum: oktober 2015
Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd mits bronvermelding. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De uitgever, noch de auteurs kunnen aansprakelijk gesteld worden voor onjuiste gegevens.
3
Inhoudstafel Colofon ...................................................................................................................................... 1
Inhoudstafel ............................................................................................................................... 2
Inleiding ..................................................................................................................................... 3
Profiel van de respondenten ........................................................................................................ 5
Bedrijfsopvolging en –overname ............................................................................................... 12
Kennis van de waarde van de onderneming ........................................................................................... 12
Verwachte belangrijke veranderingen op korte en lange termijn ............................................................. 13
Belangrijkste problemen bij opvolging van familiebedrijven .................................................................... 14
Belangrijkste redenen om het bedrijf te verkopen .................................................................................. 15
Verwachte pensioenleeftijd, mate waarin ondernemers actief bezig zijn met opvolging & overdracht en
concreet ondernomen maatregelen ...................................................................................................... 16
Opties in geval van overdracht van de onderneming en specifieke opties in geval van familiale overdracht . 18
Belangrijkste knelpunten in geval van overdracht van een onderneming .................................................. 20
Belangrijkste raadgevers in geval van een bedrijfsoverdracht .................................................................. 21
Conclusie ................................................................................................................................. 23
Beleidsaanbevelingen ............................................................................................................... 25
Sensibiliseren en informeren ................................................................................................................ 25
Vrijstelling successierechten bij bedrijfsoverdracht ................................................................................. 26
Beperken van administratieve lasten bij overdracht van een onderneming ............................................... 26
Stimuleren van associaties om ervaring door te geven van ondernemer op ondernemer en overdrachten te
vergemakkelijken ................................................................................................................................ 27
Financiering van bedrijfsovername bevorderen ...................................................................................... 27
Projectpartners ......................................................................................................................... 28
Een initiatief van: ................................................................................................................................. 30
Met de steun van: ............................................................................................................................... 30
2
3
4
6
13
13
14
15
16
17192122
2426262727
2828
29
31
31
4
3
Inleiding Net als de bevolking in het algemeen aan het vergrijzen is, verouderen ook ondernemers. Uit de RSVZ-‐gegevens voor België blijkt dat in 2014 het aandeel van aangesloten zelfstandigen ouder dan 50 is opgelopen tot 39,4%. In 1998 was dat nog maar 30,7%. Bovendien is de vergrijzing nog maar net begonnen. Uit de laatste vooruitzichten van het Federaal Planbureau blijkt dat de gemiddelde leeftijd van 41 jaar in 2014 stijgt tot 44 jaar in 2060. Daarnaast daalt het aantal personen op actieve leeftijd per oudere van 3,6 in 2014 tot 2,4 in 2060. Tal van ondernemingen zullen dus vroeg of laat ofwel worden overgedragen aan een volgende generatie, hetzij binnen de familie of aan een externe partij , of zullen ophouden te bestaan. Gezien het belang binnen het economisch weefsel van de vele kleine – veelal familiale – ondernemingen is het van belang om een zo groot mogelijk deel van deze bedrijven verder te laten bestaan. De Sociaal-‐Economische Raad van Vlaanderen (SERV) schat dat er in Vlaanderen jaarlijks ongeveer 13.500 ondernemingen van eigenaar zullen veranderen.1 Een bedrijfsovername brengt met zich mee dat de ondernemer-‐overlater voor een aantal ingrijpende keuzes, problemen en mogelijkheden wordt geplaatst. Laat je het bedrijf over aan je eigen kinderen, aan familie of aan een derde? Is de financiële draagkracht van de ondernemer op het einde van zijn professionele loopbaan voldoende om zonder zorgen van zijn oude dag te kunnen genieten? Waar kan een ondernemer te rade gaan voor ondersteuning voor, tijdens en zelfs na het stopzettings-‐ of overlaatproces? Om de beschikbare gegevens met betrekking tot het einde van de loopbaan van ondernemers en bedrijfsopvolging en -‐overname verder uit te bouwen nam UNIZO – als vertegenwoordiger van de zelfstandige ondernemers in Vlaanderen -‐ in 2007 het initiatief om bij ondernemers te peilen naar hun visie en plannen omtrent het einde van hun eigen loopbaan. In 2009, 2011 en 2013 kwam er telkens een vervolgstudie. Deze nieuwe editie maakt het dus mogelijk om de resultaten van de enquête te vergelijken over een periode van 8 jaar. We zullen deze vergelijking, waar zinvol, ook maken. De vijfde editie van de Grote Eindeloopbaanenquête kwam tot stand op initiatief van UNIZO in samenwerking met Overnamecoach en Integraal vzw. Met de resultaten van deze enquête wil UNIZO een stem geven aan zelfstandige ondernemers en de daaruit voortvloeiende gegevens gebruiken als basis voor het beleid van de overheid inzake de overnameproblematiek. Het cijfermateriaal en de bevindingen kunnen het debat verder voeden. Daarnaast geeft het rapport op het einde een aantal aanbevelingen mee voor de overheid.
1 Doorgroei van ondernemingen met behoud van beslissingscentrum in Vlaanderen, SERV. Brussel, 15 februari 2012.
5
De online enquête in Vlaanderen liep vanaf 4 mei 2015 tot en met 31 augustus 2015. In totaal waren er 523 respondenten waarvan 507 ondernemers. Alle niet-‐ondernemers werden uit de enquêteresultaten gefilterd. Om het draagvlak van de bevraging zo ruim mogelijk te houden, werd de enquête opgezet in samenwerking met diverse projectpartners. Een overzicht van deze partners vindt u achteraan het rapport.
6
5
Profiel van de respondenten
Van de totale steekproef is 25% van de respondenten een vrouw, 75% is een man. De leeftijdsgroep van 55 tot 64 jaar is het sterkst vertegenwoordigd met een aandeel van 50,3%. Een kwart van de respondenten valt in de leeftijdscategorie van 45 tot 54 jaar, 14,1% valt in de categorie van 35 tot 44 jaar. Grafiek 1: leeftijd van de respondenten
Telkens ongeveer een kwart van de respondenten is gevestigd in West-‐Vlaanderen of Antwerpen. Iets minder dan een vijfde van de respondenten is gevestigd in Oost-‐Vlaanderen. 17% van de respondenten is afkomstig uit Limburg en 9% uit Vlaams-‐Brabant.
1,20% 4,40%
14,10%
23,50%
50,30%
6,20%
0,40% 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
jonger dan 25 tussen 25 en 34
tussen 35 en 44
tussen 45 en 54
tussen 55 en 64
tussen 65 en 74
75 of ouder
7
Grafiek 2: vestigingsplaats van het bedrijf, zaak of praktijk
De grootste sector in de steekproef is de bouwsector met een aandeel van 21,2%. Drie andere sectoren die een aandeel halen van meer dan 10% zijn de kleinhandel (17,1%), diensten (16,4%) en zakelijke dienstverlening & vrije beroepen (12,9%). Grafiek 3: verdeling van de respondenten volgens sector
Binnen de steekproef is 16% van de respondenten minder dan 10 jaar actief als zelfstandig ondernemer. Een vijfde is tussen 10 en 20 jaar actief als zelfstandige. De grootste groep – bijna een
26,80%
18,50%
26,20%
17,30%
9,40%
1,00% 0,40% 0,40% 0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
landbouw, 1,70%
transport & logis�ek, 2,30% horeca, 3,50%
groothandel, 4,40%
medische en paramedische
beroepen, 4,40%
industrie, 7,70%
andere, 8,30%
zakelijke dienstverlening &
overige vrije beroepen, 12,90%
diensten, 16,40%
kleinhandel, 17,10%
bouw, 21,20%
8
7
derde -‐ is tussen 21 en 30 jaar actief als ondernemer. De groep van respondenten langer dan 30 jaar actief als zelfstandig ondernemer heeft een aandeel van bijna een derde in de totale populatie. Grafiek 4: verdeling van de respondenten volgens aantal jaar actief als zelfstandig ondernemer
Logischerwijze kunnen we vaststellen dat hoe ouder de zelfstandige ondernemer is, hoe langer deze reeds bezig is met zijn of haar zelfstandige activiteiten. Van de ondernemers die behoren tot de 55-‐plussers is 82% meer dan 20 jaar actief. Bij de ondernemers die jonger zijn dan 35 is 92% minder dan 10 jaar actief als ondernemer. Tabel 1: verdeling van de respondenten volgens leeftijd en aantal jaar actief als zelfstandig ondernemer
-‐35 35-‐44 45-‐54 55 <10 jaar 92% 39% 15% 5% 10 -‐ 20 jaar 8% 49% 27% 13% 21 -‐ 30 jaar 0% 11% 43% 33% 31 -‐ 40 jaar 0% 0% 15% 36% >40 jaar 0% 0% 0% 12% Totaal 100% 100% 100% 100% De overgrote meerderheid (58%) van de zelfstandige ondernemers hebben zelf een nieuwe zaak opgestart. Eén ondernemer op 4 opteerde voor de voortzetting van de familiale onderneming. 11,2% van de respondenten heeft een bestaande zaak overgenomen en tot slot heeft 2,2% zich ingekocht in een bestaande zaak. Deze cijfers vertonen quasi geen verschil met de resultaten van de vorige edities en duiden er op dat starters nog steeds overduidelijk de voorkeur geven aan het opstarten van een nieuwe zaak.
16,00%
20,40%
30,30%
23,90%
7,10%
2,30%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
<10 jaar 10 -‐ 20 jaar 21 -‐ 30 jaar 31 -‐ 40 jaar >40 jaar Ik ben geen zelfstandige ondernemer
9
Grafiek 5: verdeling van de respondenten volgens aard van de opstart als zelfstandig ondernemer
Bijna drie kwart van de ondernemers is bij de start van de zelfstandige activiteiten onmiddellijk als zelfstandige in hoofdberoep gestart. Bijna een kwart van de zelfstandige ondernemers is bij de start van zijn of haar zelfstandige activiteiten begonnen als zelfstandige in bijberoep. Grafiek 6: opstart van zelfstandige activiteiten als zelfstandige in hoofdberoep of als bijberoep
een nieuwe zaak opgestart, 58,00%
een bestaande zaak overgenomen,
11,20%
familiale onderneming
voortgezet, 26,60%
ingekocht in een bestaande zaak,
2,20%
andere, 2,00%
onmiddellijk als zelfstandige in hoofdberoep,
74,60%
eerst als zelfstandige in bijberoep, 23,10%
niet van toepassing, 2,40%
10
9
27,6% van de respondenten is actief in een eenmanszaak. 42,4% van de bedrijven in de steekproef stelt maximaal 5 mensen te werk, de ondernemer zelf inbegrepen. Dat maakt dat 7 op de 10 respondenten actief zijn in ondernemingen met maximaal 5 personeelsleden. 14,4% van de respondenten stelt 6 tot 10 mensen te werk en 10,3% van de respondenten stelt 11 tot 25 mensen te werk. 5,4% van de ondernemingen in deze studie stelt meer dan 25 mensen te werk. Grafiek 7: verdeling van de respondenten volgens aantal personen tewerkgesteld in het bedrijf (respondent inbegrepen)
Van de ondernemers die met personeel werken zegt 73,3% van de respondenten dat het bedrijf een familiebedrijf is. Daarbij is de eerste generatie in hoofdzaak aan zet (58,8%). De tweede generatie staat aan het hoofd van het bedrijf in een kwart van de gevallen en in 12,4% van de gevallen betreft het de derde generatie.
27,60%
42,40%
14,40%
10,30%
3,60%
1,20%
0,60%
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45%
het is een eenmanszaak
2-‐5
6-‐10
11-‐25
26-‐50
51-‐100
101-‐500
11
Grafiek 8: verdeling van de respondenten (met personeel) volgens familiaal karakter van het bedrijf
Grafiek 9: verdeling van de respondenten (met personeel) volgens welke generatie actief is binnen het familiebedrijf
Van de ondernemers die met personeel werken zegt bijna een derde dat er geen familieleden in het bedrijf werken. Ongeveer twee derde werkt dus wel met familie binnen de zaak. In de eerste plaats betreft het de partner (47,1%). De tweede plaats wordt ingenomen door de kinderen (28,1%), gevolgd door broers of zussen (12,8%). Andere veel minder voorkomende familieleden die mee
Ja, 73,30%
Neen, 26,70%
eerste genera�e, 58,87%
tweede genera�e, 25,28%
derde genera�e, 12,45%
vierde genera�e, 3,40%
12
11
werken in de zaak zijn ouders, neven of nichten, ooms of tantes, kleinkinderen, grootouders of andere familieleden. Grafiek 10: verdeling van de respondenten met personeel volgens tewerkstelling van familieleden
47,10%
28,60%
28,10%
12,80%
4,40%
4,40%
3,30%
0,50%
0,50%
0,00%
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50%
ja, mijn (ex)partner
ja, mijn kind(eren)
neen, niemand van de familie werkt in mijn bedrijf
ja, broer(s) of zus(sen)
ja, mijn ouder(s)
ja, neven of nichten
ja, andere familie
ja, mijn kleinkind(eren)
ja, oom(s) of tante(s)
ja, mijn grootouder(s)
13
Bedrijfsopvolging en –overname
KENNIS VAN DE WAARDE VAN DE ONDERNEMING
Binnen het kader van bedrijfsopvolging en -‐overname is het cruciaal om de prijs van een onderneming zo goed als mogelijk te kunnen inschatten. Een ondernemer die zijn zaak wil overlaten wil graag een correcte prijs krijgen voor zijn onderneming en een overnemer wil liefst een correcte prijs betalen voor de onderneming. Het bepalen van de waarde van een onderneming is echter geen eenvoudige aangelegenheid. In 2015 stelt ruim een derde van de ondernemers dat ze de waarde van hun zaak niet kennen, een cijfer gelijkaardig aan de vorige enquête uit 2013 en 2011. 15% van de ondernemers zegt de waarde te kennen en nog eens 49% geeft aan de waarde ongeveer te kennen. Grafiek 11: aandeel ondernemers dat de waarde van het eigen bedrijf niet/ongeveer/wel kan inschatten
40%
41%
48%
43%
49%
13%
14%
20%
22%
15%
7%
1%
0%
0%
0%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
2007
2009
2011
2013
2015
nee, die ken ik niet ja, ik ken ongeveer de waarde
ja, ik ken de juiste waarde geen antwoord
14
13
VERWACHTE BELANGRIJKE VERANDERINGEN OP KORTE EN LANGE TERMIJN
De belangrijkste wijzigingen op korte termijn zijn met voorsprong de uitbreiding of groei van de eigen zaak en het overdragen of verkopen er van. Ruim één ondernemer op vijf voorziet deze verandering binnen de 2 jaar, nog eens 10% voorziet dit binnen 2 tot 5 jaar en 4% voorziet dit op eerder langere termijn. De tweede meest belangrijke verandering op korte termijn die ondernemers zien is de verkoop of overdracht van hun bedrijf. 18% van de ondernemers denkt er aan hun bedrijf binnen de 2 jaar te verkopen. Een kwart ziet de overdracht binnen 2 tot 5 jaar plaatsvinden, nog een kwart van de ondernemers ziet een verkoop van de onderneming op langere termijn gerealiseerd worden. Belangrijke veranderingen die minder worden verwacht -‐ zowel op korte als langere termijn -‐ zijn wijzigingen in de vennootschapsstructuur, het overnemen van een ander bedrijf of aangaan van een fusie, de overgang naar een associatie en het opstarten van een nieuwe zaak. Grafiek 12: aandeel van ondernemers die belangrijke veranderingen voorzien de komende jaren
Logischerwijze zijn het de nog jongere ondernemers die vooral groei en uitbreiding op korte termijn nastreven, terwijl de oudere ondernemers eerder nadenken over het overdragen of verkopen van de
24%
6%
3%
4%
10%
9%
25%
3%
3%
3%
4%
4%
18%
19%
23%
14%
11%
19%
15%
67%
67%
73%
53%
59%
0% 20% 40% 60% 80% 100%
Bedrijf overdragen/ verkopen
Een bedrijf overnemen / fusie aangaan
Overgang naar een associa�e
Opstarten van nieuwe zaak
Uitbreiding/ groei van eigen zaak of bedrijf
Wijziging in de vennootschapsstructuur
Binnen de 2 jaar Binnen 2 -‐ 5 jaar Na 5 jaar Nog niet aan gedacht Niet van toepassing/ Nooit
15
eigen zaak. We stellen daarnaast ook vast dat een groot deel van de ondernemers niet bezig is met mogelijke grote veranderingen. Van de ondernemers die aangeven op korte of langere termijn hun bedrijf te willen verkopen of overdragen, zegt 49% geen overnemer op het oog te hebben en daartoe ook geen enkele actie te hebben ondernomen. 16% geeft evenzeer aan geen overnemer op het oog te hebben, maar daar wel reeds actie toe te hebben ondernomen. 24% van de ondernemers heeft daarentegen wel een overnemer op het oog maar zonder engagement van diezelfde overnemer. Bij 6% van de gevallen is er een overnemer en een intentieverklaring en bij nog eens 6% is deze intentieverklaring zelfs al ondertekend. De belangrijkste communicatiekanalen om een overnemer te vinden zijn zeer divers (andere kanalen -‐ 32%) zoals familie, eigen medewerkers, het eigen netwerk of beroepsorganisaties. Daarnaast scoort ook mond-‐aan-‐mond-‐reclame (29%) en de cijferberoepen (28%) relatief hoog. Specifieke overnameplatformen zijn een geschikt communicatiemiddel voor 23% van de ondernemers. 16% rekent op het netwerk van de eigen overnamebemiddelaar. De bank is voor 7% van de ondernemers een geschikt kanaal en voor 3% van de ondernemers zijn zoekertjes in de krant een bruikbaar kanaal.
BELANGRIJKSTE PROBLEMEN BIJ OPVOLGING VAN FAMILIEBEDRIJVEN
Het belangrijkste probleem voor ondernemers bij het regelen van hun opvolging binnen familiebedrijven, is het vinden van een goede opvolger. Bijna de helft (45%) van de ondernemers heeft problemen bij het vinden van een goede opvolger. Dit is een toename ten opzichte van de resultaten uit de vorige edities toen tussen 31% en 35% van de respondenten aangaven dat dit het belangrijkste probleem was. Als tweede belangrijkste knelpunt verwijzen ondernemers naar het probleem van de financiering. Ook hier is een lichte toename in belang te merken ten opzichte van eerdere edities. In 2015 geeft 32% van de ondernemers aan dat dit het belangrijkste probleem is. Op plaats drie, vier en vijf staan familiale problemen (19%), fiscale beslommeringen (18%) en het zelf niet kunnen stoppen met werken (18%). Vooral familiale spanningen blijken – ten opzichte van de eerdere edities – een belangrijker probleem te worden. 9% van de ondernemers geeft aan dat alles prima geregeld is inzake opvolging en ziet dan ook geen problemen. Dit cijfer is opmerkelijk lager ten opzichte van de voorgaande edities toen tussen 13% en 17% aangaf dat alles prima is geregeld.
16
15
Tabel 2: belangrijkste problemen bij het regelen van de opvolging 2007 2009 2011 2013 2015 goede opvolgers vinden 31% 34% 36% 35% 45%
financiering 26% 22% 22% 26% 32%
familiale spanningen 13% 10% 12% 13% 19%
fiscale beslommeringen 12% 13% 12% 19% 18% niet kunnen stoppen met werken 12% 11% 15% 17% 18%
weet niet/NVT 16% 27% 19% 14% 11%
geen problemen, alles prima geregeld
17% 13% 19% 16% 9%
BELANGRIJKSTE REDENEN OM HET BEDRIJF TE VERKOPEN
De belangrijkste reden voor ondernemers om hun bedrijf te verkopen of over te laten is het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Voor 56% van de ondernemers is dit het signaal om het bedrijf over te laten of te verkopen. Op de tweede plaats komt het probleem van het vinden van een geschikte opvolger. 25% van de ondernemers zegt dat het niet vinden van geschikte opvolging een reden is om het bedrijf te verkopen aan derden. Op de derde plaats staan gezondheidsredenen waarbij in hoofdzaak wordt aangegeven dat het fysiek en/of mentaal te zwaar is om verder te blijven werken als zelfstandige. In totaal geeft 25% van de ondernemers de eigen gezondheid aan als reden om te stoppen. Voor 14% van de ondernemers is het verkopen van het bedrijf hoegenaamd geen optie. 9% haalt economische redenen (concurrentiedruk, te zware investeringen) aan en 8% wijst op moeilijke marktomstandigheden die maken dat een verkoop aan de orde is. Nog eens 8% van de ondernemers is toe aan een nieuwe uitdaging en wil daarom het bedrijf verkopen. Andere redenen die worden aangehaald zijn rentenieren (6%), een goede prijs krijgen voor het bedrijf (5%), familiale redenen (4%) of een vertrek naar het buitenland (3%). Tot slot geeft 6% van de ondernemers aan dat er andere redenen zijn om het bedrijf te verkopen. Onder deze restcategorie zien we vooral dat ondernemers hun bedrijf willen verkopen omwille van de fiscale lasten in België, omdat het ondernemersklimaat ondermaats is of omdat de rendabiliteit er te sterk op achteruit is gegaan.
17
Grafiek 13: motieven om het bedrijf te verkopen of over te laten
Ten opzichte van de vorige edities van de eindeloopbaanenquête blijft de top 3 van redenen om het bedrijf te verkopen of over te laten dezelfde.
VERWACHTE PENSIOENLEEFTIJD, MATE WAARIN ONDERNEMERS ACTIEF BEZIG ZIJN MET
OPVOLGING & OVERDRACHT EN CONCREET ONDERNOMEN MAATREGELEN
42% van de ondernemers verwacht minstens te werken tot de wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar. 18% verwacht zelfs langer te werken dan 65 jaar. Bijna een derde van de ondernemers verwacht te kunnen stoppen tussen hun 60 en 64 jaar. Slechts 9% van de ondernemers verwacht voor hun 60e met pensioen te kunnen gaan.
56,4%
25,4%
25,2%
14,4%
8,5%
7,5%
7,5%
6,3%
6,3%
5,3%
3,9%
2,6%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
bereiken van de pensioenlee�ijd
geen familiale opvolging
gezondheidsredenen : het wordt fysiek en /of
ik denk er niet aan het bedrijf / de zaak / de
economische redenen: te zware investeringen,...
minder goede marktvooruitzichten
andere uitdaging
ik heb voldoende kapitaal opgebouwd
andere
ik kan nu een goede prijs krijgen voor mijn bedrijf
familiale redenen (problemen, ruzies…)
vertrek naar buitenland
18
17
Grafiek 14: verwachte pensioenleeftijd
De meerderheid van de ondernemers is vandaag niet actief bezig met de overdracht van de eigen onderneming. Gemiddeld is 28% er wel actief mee bezig. Dit percentage neemt uiteraard sterk toe bij de 55-‐plussers waar 37% actief bezig is met de opvolging of overdracht. Grafiek 15: mate waarin ondernemers reeds actief bezig zijn met opvolging of bedrijfsoverdracht
Van de ondernemers die actief met de overdracht van hun onderneming bezig zijn, is de meest voorkomende maatregel het betrekken van een professioneel adviseur (boekhouder, accountant,
16,0%
8,5%
10,7%
3,2%
6,5%
7,1%
1,8%
23,7%
3,2%
15,2%
4,3%
0% 5% 10% 15% 20% 25%
geen idee
ik stop vóór mijn 60
60 jaar
61 jaar
62 jaar
63 jaar
64 jaar
65 jaar
66 jaar
na 66 jaar
ik ben al op pensioen
55%
69%
85%
62%
8%
10%
8%
27%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
55+
45-‐54
35-‐44
<35
ja neen niet van toepassing
19
advocaat,…). Daarnaast worden ook infosessies over de opvolgingsproblematiek gevolgd (41%) of wordt een opvolgingsplan met de kinderen besproken (33%). In 25% van de gevallen is de opvolger reeds gekend en 11% van de ondernemers liet een overnamescan uitvoeren ter voorbereiding van de overdracht. Grafiek 16: concreet genomen maatregelen in het kader van een overdracht van de onderneming
OPTIES IN GEVAL VAN OVERDRACHT VAN DE ONDERNEMING EN SPECIFIEKE OPTIES IN GEVAL VAN
FAMILIALE OVERDRACHT
Ondernemers denken bij de overdracht van een onderneming voornamelijk aan een verkoop aan derden (43%). Voor 21% is de overdracht aan een volgende generatie een optie. Daarmee zit deze optie opnieuw op het niveau van 2011 nadat het relatieve belang er van in 2013 duidelijk lager lag. 17% van de ondernemers denkt aan een stopzetting van de activiteiten. Een duidelijke daling ten opzichte van de vorige enquête toen 26% van ondernemers een volledige stopzetting als reële optie beschouwden. In 2011 was dit cijfer nog iets hoger dan vandaag met 22%. 8% geeft aan dat een overdracht geen optie is. Een minderheid van de ondernemers denkt aan overdracht binnen de familie (5%), een verkoop aan het management of management-‐buy-‐out (2%) of een schenking (2%).
55,7%
41,4%
32,9%
25,0%
11,4%
10,7%
7,1%
5,7%
3,6%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
Professionele adviseur
Infosessie(s) gevolgd over dit thema
Opvolgingsplan met de kinderen
Opvolger is reeds gekend
Overnamescan laten uitvoeren
Andere
Externe overnemer is reeds gekend
Ik heb nog geen maatregelen getroffen
Familieraad opgericht
20
19
Grafiek 17: opties in geval van overdracht van de onderneming
Ondernemers die aangeven dat ze de onderneming specifiek willen overlaten aan de familie of aan de volgende generatie stellen dat ze dit vooral willen doen om hun familie of kinderen de kans te geven om het bedrijf te leiden (82%). Emotionele redenen (4%) of om vanop afstand toch nog een oogje in het zeil te kunnen houden (8%) spelen veel minder een rol. Kinderen die kandidaat-‐opvolgers zijn worden voornamelijk via informele kanalen (via de bedrijfsleider – 55%) geïnformeerd over de toestand van het bedrijf. Bij 14% van de ondernemers verloopt dit via formele kanalen zoals een familieforum of een adviesraad. Ongeveer een vijfde informeert de kandidaat-‐opvolgers nog niet over de toestand van het bedrijf. 66% van de ondernemers die een overdracht binnen de familie voor ogen hebben, willen graag dat hun opvolger eerst extern ervaring opdoet vooraleer hij of zij in het familiebedrijf aan de slag gaat. Voor 24% van de ondernemers speelt dit geen rol, 10% weet het niet. In de meerderheid (76%) van de gevallen is er geen procedure voorzien voor een familiale opvolging. 21% van de ondernemers geeft aan dat er wel al een procedure bestaat gericht op de familiale opvolging. Binnen deze groep is bij 1 op 5 de eigenlijke procedure vastgelegd in een formeel familiecharter.
42,60%
20,50%
17,20%
7,90%
5,10%
2,80%
2,40%
1,60%
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50%
verkoop aan derden, buiten de familie
overdracht aan de volgende genera�e
stopze�ng van de ac�viteiten
niet van toepassing / ben ik niet van plan
overdracht aan de familie
andere
verkoop aan het management
schenking
2015 2013 2011
21
De helft van de ondernemers die het bedrijf willen overlaten aan de familie zullen voorzien in begeleiding tijdens het opvolgingsproces. De voorkeur gaat daarbij duidelijk uit naar een combinatie van zowel externe als interne begeleiding.
BELANGRIJKSTE KNELPUNTEN IN GEVAL VAN OVERDRACHT VAN EEN ONDERNEMING
Het belangrijkste knelpunt in geval van overdracht van een bedrijf is de waardebepaling. Ruim de helft van de ondernemers geeft aan dat dit één van de belangrijkste knelpunten is bij de overdracht van een bedrijf. Bovendien neemt het probleem toe. In 2007 gaf 41% van de respondenten aan dat dit een belangrijk knelpunt was, in 2009 en 2011 was dit aandeel gestegen tot 49% en in de laatste twee edities geeft meer dan de helft van de ondernemers aan dat dit het belangrijkste knelpunt is (54% in 2013 en 56% in 2015). De waardebepaling is een probleem in het geval dat de overlater de onderneming overlaat aan een externe koper. Maar ook in het geval dat het bedrijf wordt overgelaten aan de eigen kinderen is de waardebepaling geen evidentie. Wat als het ene kind mee in de zaak is gestapt en het andere kind niet? Verschillende ondernemers geven aan dat het moeilijk is om een eerlijke verdeling te maken tussen de kinderen. Het tweede meest voorkomende knelpunt dat ondernemers aangeven is de financiering van de overname (46%). In geval van een overdracht moet de overnemer zijn financiering rond kunnen krijgen. Daarnaast willen kandidaat-‐overnemers een uitgebreide financiële analyse van de over te nemen zaak of bedrijf voorgeschoteld krijgen. Dat is voor veel zelfstandige ondernemers echter geen evidentie omdat ze zelf over onvoldoende financieel cijfermateriaal beschikken of omdat ze onvoldoende begeleid worden. Naast de waardebepaling en de financiering als voornaamste knelpunten, geven ondernemers aan dat ook er ook fiscale knelpunten zijn (25%), knelpunten met betrekking tot wettelijke regelingen, vergunningen en subsidies (20%), juridische knelpunten (18%), personeelsproblemen (16%), een tekort aan informatie (15%), gebrek aan duidelijke informatie (12%), problemen met de stock of voorraad (11%) en 6% van de ondernemers denkt dat een (noodzakelijke) herstructurering een knelpunt zal zijn. Tot slot voorziet 8% van de ondernemers geen problemen. Een aantal ondernemers geven daarnaast aan dat de persoonlijke vertrouwensrelatie met de klanten wel eens een belangrijk punt kan zijn in geval van een overname. In geval van bijvoorbeeld een dokterspraktijk kan de persoonlijke verwevenheid dusdanig groot zijn dat een overdracht zeer moeilijk wordt. Ondernemers wijzen er ook op dat ze niet altijd een voldoende aantrekkelijke activiteit uitvoeren om makkelijk een kandidaat-‐overnemer te vinden, bijvoorbeeld omwille van lange werkdagen. Tot slot maken een aantal ondernemers zich eveneens bedenkingen bij de overdracht van specifieke knowhow en technologie, wat mogelijk bijkomende problemen creëert in geval van een overdracht.
22
21
De belangrijkste verschillen met de voorgaande edities vinden we op het vlak van waardebepaling en financiering. In 2007 gaf 41% van de ondernemers aan dat de waardebepaling van een onderneming een knelpunt kan zijn bij een overdracht. In 2009 en 2011 was dit cijfer hoger met respectievelijk 48% en 49% en daarna stijgt het percentage verder tot 56% in 2015. Op het vlak van financiering stelde 31% van de ondernemers in 2007 dat dit een knelpunt kan zijn, in 2009 steeg dit percentage tot 40% om in 2011 lichtjes te zakken tot 38%. In 2013 steeg het cijfer tot 44% en zo verder tot 46% dit jaar. Tot slot wordt het fiscale knelpunt ook belangrijker. In 2007 werd het aangehaald door 16% van de ondernemers waarna het cijfer stelselmatig verder steeg tot 25% in 2013 en 2015. Tabel 3: welke zijn de meest voorkomende problemen/knelpunten in geval van overdracht van een bedrijf
2007 2009 2011 2013 2015 Waardebepaling 41% 48% 49% 54% 56% Financiering 31% 40% 38% 44% 46% Fiscale knelpunten 16% 20% 20% 25% 25% Wettelijke regelingen, vergunningen… 18% 18% 17% 24% 20% Juridische knelpunten 11% 12% 13% 16% 18% Personeelsproblemen 15% 11% 15% 15% 16% Te kort aan info 13% 12% 11% 14% 15% Geen duidelijke info 12% 13% 11% 15% 12% Stock, voorraad 7% 9% 8% 9% 11% Andere 6% 6% 7% Geen knelpunten 7% 12% 8% 8% 6% Herstructurering 5% 4% 5% 6% 6%
BELANGRIJKSTE RAADGEVERS IN GEVAL VAN EEN BEDRIJFSOVERDRACHT
De boekhouder is met voorsprong de belangrijkste vertrouwenspersoon in geval van een overdracht van een onderneming. 58% van de respondenten ziet de figuur van de boekhouder als een van de belangrijkste raadgevers. Daarna volgt de accountant met een aandeel van 35%. Naast de twee hoofdfiguren ziet een kwart van de ondernemers een rol weggelegd voor een overnamebemiddelaar. Ook advocaten en notarissen worden door bijna een kwart van de ondernemers als een belangrijke raadgever aanzien. De bedrijfsrevisor (19%) en bankier (18%) zijn voor bijna 1 ondernemer op 5 een valabele piste.
23
Grafiek 18: belangrijkste raadgevers in geval van overdracht bedrijf
57,8%
34,7%
24,7%
23,7%
23,1%
18,9%
17,6%
10,5%
9,1%
5,1%
4,9%
4,3%
4,1%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70%
boekhouder (-‐fiscalist)
accountant (-‐belas�ngconsulent)
overnamebemiddelaar
advocaat, jurist
notaris
bedrijfsrevisor
bankier
Daar heb ik nog niet over nagedacht
consultant / coach
vastgoedmakelaar
andere
familieleden
Is niet van toepassing / ben ik nooit van plan
24
23
Conclusie In totaal hebben 507 ondernemers deelgenomen aan de vijfde ‘Grote Eindeloopbaan-‐enquête’ van UNIZO. Met betrekking tot de onderzoekspopulatie is 80% ouder dan 45 jaar, 57% is ouder dan 55 jaar. De grote meerderheid van de respondenten waren mannen (75%), vrouwen maakten 25% van de populatie uit. In lijn met vorig onderzoek geeft 58% van de respondenten zelf een nieuwe zaak opgestart, 27% heeft een familiale onderneming verder gezet, 11% heeft een bestaande zaak overgenomen. De rest van de steekproef heeft zich ingekocht in een bestaand bedrijf. In 28% van de gevallen betreft het een eenmanszaak. Van de ondernemingen die personeel tewerk stellen zegt 73% dat het bedrijf een familiebedrijf is, waar in 59% van de gevallen de eerste generatie aan zet is. De belangrijkste verandering op korte termijn (minder dan 2 jaar) is voor een vijfde van de ondernemers uitbreiding en groei van het bedrijf. De tweede meest belangrijke verandering op korte termijn is de overdracht van het bedrijf. De bevraging leert dat 18% van de ondernemers deze verandering voorzien binnen de twee jaar, nog eens een kwart voorziet de overdracht binnen 2 tot 5 jaar. Vooral jongere ondernemers denken op korte termijn aan uitbreiden en groeien, oudere ondernemers denken aan een overdracht of verkoop van de onderneming. Ondanks het feit dat bijna een derde van de ondernemers de verkoop van het eigen bedrijf voorziet binnen een termijn van 5 jaar, heeft een derde van de ondernemers geen idee van de waarde van de onderneming. 49% van de ondernemers stelt de waarde ongeveer te kennen, 15% van de ondernemers zegt de juiste waarde van het bedrijf te kennen. In het geval een ondernemer aan opvolging denkt is het grootste probleem het vinden van een goede opvolger. Bijna de helft van de ondernemers (45%) heeft problemen bij het vinden van een goede opvolger. Dit is een toename ten opzichte van de resultaten uit de vorige edities toen tussen 31% en 35% van de respondenten aangaven dat dit het belangrijkste probleem was. Financiering is het tweede meest voorkomende probleem. In 2015 geeft 32% van de ondernemers aan dat dit het belangrijkste probleem is. Het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd is voor meer dan de helft van de ondernemers de belangrijkste reden om het eigen bedrijf te verkopen of over te laten. Op de tweede plaats staat het gebrek aan familiale opvolging, gevolgd door gezondheidsredenen. Ten opzichte van de vorige edities van de eindeloopbaanenquête blijft de top 3 van redenen om het bedrijf te verkopen of over te laten dezelfde.
25
De meerderheid van de ondernemers is vandaag niet actief bezig met de overdracht van de eigen onderneming. Een derde van de ondernemers is er gelukkig wel mee bezig. Dit percentage neemt uiteraard sterk toe bij de 55-‐plussers waar 37% actief bezig is met de opvolging of overdracht. Van de ondernemers die actief met de overdracht van hun onderneming bezig zijn, is de meest voorkomende maatregel het betrekken van een professioneel adviseur (boekhouder, accountant, advocaat,…). In een kwart van de gevallen is de opvolger reeds gekend. In het geval van een bedrijfsoverdracht denkt ruim 43% van de ondernemers in de eerste plaats aan een verkoop aan derden, buiten de familie. 17% denkt helaas aan een volledige stopzetting van de activiteiten, wat en duidelijke daling is ten opzichte van de vorige editie toen 26% dacht aan een volledige stopzetting. Een minderheid van de ondernemers denkt aan een overdracht binnen de familie (5%). Van de ondernemers die een overdracht binnen de familie voor ogen hebben wil 66% graag dat hun opvolger eerst extern ervaring opdoet vooraleer hij of zij in het familiebedrijf de leiding over nemen. In ruim drie kwart van de gevallen is er geen procedure voorzien voor een familiale opvolging. De helft van de ondernemers die het bedrijf willen overlaten aan familie zullen voorzien in een begeleiding tijdens het opvolgingsproces. Het belangrijkste knelpunt in geval van overdracht van een bedrijf is de waardebepaling. Ruim de helft van de ondernemers geeft aan dat dit één van de belangrijkste knelpunten is bij de overdracht van een bedrijf. Bovendien neemt het probleem toe. In 2007 gaf 41% van de respondenten aan dat dit een belangrijk knelpunt was, in 2009 en 2011 was dit aandeel gestegen tot 49% en in de laatste twee edities geeft meer dan de helft van de ondernemers aan dat dit het belangrijkste knelpunt is (54% in 2013 en 56% in 2015). Het tweede meest voorkomende knelpunt dat ondernemers aangeven is de financiering van de overname (46%). De boekhouder is met voorsprong de belangrijkste vertrouwenspersoon in geval van een overdracht van een onderneming. 58% van de respondenten ziet de figuur van de boekhouder als een van de belangrijkste raadgevers. Daarna volgt de accountant met een aandeel van 35%.
26
25
Beleidsaanbevelingen SENSIBILISEREN EN INFORMEREN
Aangezien de overdracht van een bedrijf een complex en meestal een éénmalig proces is, is het zowel voor de overdrager als voor de overnemer aangewezen om zich hierbij professioneel te laten begeleiden. Een bedrijf overnemen of overlaten is immers maatwerk. Veel zelfstandige ondernemers hebben nood aan specifieke bijstand en op hun maat afgestemde begeleiding niet alleen op het gebied van fiscale, juridische en financiële materies, maar evenzeer met betrekking tot familiale, sociale, psychologische en persoonlijke aspecten van een bedrijfsoverdracht. Om het proces van een bedrijfsoverdracht goed voor te bereiden, biedt UNIZO zelf tal van initiatieven aan rond overnemen, overlaten en eindeloopbaan. Deze activiteiten zijn gericht zowel op de overlater als op de overnemer of opvolger, als in de richting van een overname door derden. UNIZO zet ook zelf in op een proactieve 1-‐op-‐1 benadering via de UNIZO KMO Accounts. Deze mensen worden specifiek gestuurd naar bedrijven met meer dan 20 werknemers onder andere met de bedoeling hen te wijzen op het belang van tijdig starten met het overnameproces. Uit dit onderzoek weten we nu dat jaarlijks ruim 22.000 bedrijven of zaken in Vlaanderen in aanmerking komen voor opvolging, overdracht of stopzetting. Als we vaststellen dat reeds 40% van alle zelfstandige ondernemers de kaap van 50 jaar gepasseerd is, dan zal het te verwachten volume aan overdrachten de eerstvolgende jaren alleen nog maar toenemen. Het jaarlijks weerkerend initiatief van de Vlaamse Regering rond de ‘Week van de Bedrijfsoverdracht’ is in die zin zeer positief. Maar het is ook belangrijk om naast deze ene week in het jaar een kwaliteitsvolle dienstverlening aan te kunnen bieden en sensibilisering te voeren het ganse jaar door. Hierbij zal ook aandacht geschonken worden aan nieuwe initiatieven die reeds in het buitenland werkzaam zijn en die hier ook opportuniteiten kunnen bieden in het kader van vergrijzing van de ondernemer/werkgever. We denken hierbij met name aan werkerscoöperaties, waarbij een bedrijf wordt overgelaten aan de eigen werknemers. Deze overdrachtsvorm kan voordelen bieden inzake continuïteit en lokale verankering van zowel het bedrijf als de tewerkstelling en toegevoegde waarde. Overname door werknemers zit vandaag nog niet in het bestaande ondersteuningsaanbod. UNIZO wil bekijken of gepaste en werkbare begeleidingsmethodieken en begeleidingstools ontwikkeld kunnen worden zodat KMO’s de weg naar deze optie gemakkelijker vinden.
27
UNIZO Overnamecoach en Integraal zullen hierbij graag hun expertise ter beschikking stellen om een maximale impact te realiseren op het terrein.
VRIJSTELLING SUCCESSIERECHTEN BIJ BEDRIJFSOVERDRACHT
Door de recente hervorming van de wetgeving inzake de schenking en de successie van een familiale onderneming, is de schenking van een familiale onderneming vrijgesteld van schenkingsrechten. Dit is uiteraard een goede zaak. Maar samen met de invoering van de vrijstelling van schenkingsrechten, is de vrijstelling van successierechten wel opgeheven. Voor de successie van een familiale onderneming zijn nu opnieuw 3% of 7% successierechten verschuldigd. Dit is geen goede zaak. UNIZO begrijpt dat de Vlaamse overheid ondernemers wil aanmoedigen om tijdig werk te maken van de overdracht van hun familiale onderneming. Maar een schenking kan men plannen, een successie niet. UNIZO vraagt dan ook dat de successie van familiale ondernemingen weer wordt vrijgesteld van successierechten. Zodat zowel schenkingen als de successies belastingvrij kunnen plaatsvinden. Daarnaast wijst UNIZO er ook op dat meer dan de helft van de ondernemingen uit deze studie (56%) er niet van op de hoogte is dat het tarief voor de schenking van een familiebedrijf in Vlaanderen 0% bedraagt. Er is dus duidelijk nog werk om deze positieve maatregel verder bekend te maken bij het ondernemerspubliek.
BEPERKEN VAN ADMINISTRATIEVE LASTEN BIJ OVERDRACHT VAN EEN ONDERNEMING
De overdracht van een geheel van goederen, samengesteld uit onder meer elementen die het behoud van cliënteel mogelijk maken, die voor de uitoefening van een vrij beroep, ambt of post of een industrieel, handels-‐ of landbouwbedrijf worden aangewend, moet aan de ontvanger van de belastingen worden gemeld. De overdracht is pas tegenstelbaar na verloop van één maand na deze kennisgeving. Dit geeft de ontvanger de tijd om na te gaan of er belastingschulden zijn en eventueel maatregelen te nemen. De overnemer is ook hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschulden van de overlater. Deze niet-‐tegenstelbaarheid en de hoofdelijke aansprakelijkheid kan je als overnemer vermijden door een attest, uitgereikt door de ontvanger van de belastingen, waarin staat dat er geen belastingschulden meer zijn. Dit attest moet in tweevoud bij de ontvanger van de belastingen van de woonplaats of de maatschappelijke zetel van de overdrager worden aangevraagd. Deze regeling geldt zowel in de
28
27
directe belastingen (personenbelasting en vennootschapsbelasting), als inzake onroerende voorheffing (Vlaamse bevoegdheid) en BTW. In navolging van deze regeling eisen ook de RSZ en de sociale verzekeringskas een dergelijk attest voor openstaande sociale zekerheidsschulden. Bij een overname kan het dus zijn dat 5 verschillende attesten moeten worden aangevraagd bij 5 verschillende instanties, … Al deze attesten mogen bovendien slechts dateren van maximum 30 dagen voor de kennisgeving van de overdracht aan de bevoegde instanties. UNIZO vraagt dan ook het samenvoegen van deze verschillende attesten om te komen tot één attest bij overname.
STIMULEREN VAN ASSOCIATIES OM ERVARING DOOR TE GEVEN VAN ONDERNEMER OP ONDERNEMER EN OVERDRACHTEN TE VERGEMAKKELIJKEN
Ook samenwerkingsvormen kunnen een oplossing bieden aan ondernemers die hun activiteiten willen overdragen. Door tijdig te associëren met een jongere ondernemer kan men immers voldoende zekerheid bekomen voor de laatste fase van de carrière. Men brengt de jongere associé aan boord en creëert zo een eerste meerwaarde. Op het ogenblik van het pensioen kan de ondernemer zijn overige (door de gezamenlijke inspanning in waarde gestegen) aandeel overdragen. Op die manier is de overdracht en opvolging van een praktijk of onderneming gegarandeerd. Hier ligt echter een belangrijke taak voor de overheid. Zij zou moeten voorzien in (financiële) stimuli om ondernemers en vrije beroepen te ondersteunen bij deze associatievorming.
FINANCIERING VAN BEDRIJFSOVERNAME BEVORDEREN
Uit dit onderzoek bleek dat dat de financiering van de overname het tweede belangrijkste knelpunt is voor de kandidaat-‐overnemer. De financiering van KMO’s is sowieso momenteel geen evidentie, zoals ook aangetoond in de studie “KMO-‐financiering 2014” uitgevoerd door Unizo en de Universiteit Antwerpen. En dat geldt dus ook voor de financiering van over te nemen bedrijven. Het is belangrijk dat de financiering van KMO’s in het algemeen, en van starters en overnames in het bijzonder, regelmatig in kaart wordt gebracht. Een jaarlijkse opvolging van de vermelde studie ”KMO-‐financiering” en een bespreking ervan met financiers is dus zeker aan de orde. Verder is het van belang dat ook alternatieve financieringskanalen voldoende slagkracht krijgen. We denken dan bijvoorbeeld aan een uitbreiding van de huidige reglementaire mogelijkheden op het vlak van crowdfunding, en ook aan het voorzien van de nodige middelen voor het Vlaams Participatiefonds (kapitaalsverhoging).
29
Projectpartners ADMB ( HR Dienstengroep) www.admb.be
Agentschap Ondernemen www.agentschapondernemen.be
Antwerp Management School www.antwerpmanagementschool.be
Bakkers Vlaanderen www.bakkersvlaanderen.be
Belgische Federatie van Belgische Autobus-‐ en Autocarondernemers
www.fbaa.be
Belgische Federatie van Brandstofhandelaars www.brafco.be
Belgische Keurslagers www.keurslager.be
Beroepsinstituut van erkende boekhouders en fiscalisten www.bibf.be
Beroepsvereniging van Belgische Kappers www.coiffure.org
Bouwunie (Unie van Bouwbedrijven) www.bouwunie.be
Business Angels Netwerk Vlaanderen www.ban.be
BuurtSuper.be www.buurtsuper.be
BVAS (Vlaams Artsensyndicaat) www.vlaamsartsensyndicaat.be
CIB Vlaanderen (Confederatie van Immobiliënberoepen) www.cib.be
CM (Christelijke Mutualiteiten) www.cm.be
Dyzo www.dyzo.be
Federatie van Belgische Textielverzorging www.fbt-‐online.be
Federatie van Webbedrijven www.febweb.be
Fed. Verzekerings-‐ en Financiële Tussenpersonen www.fvf.be
30
29
Federatie Vrije Beroepen www.federatievrijeberoepen.be
Groep Claesen www.claesen.be
Horeca Vlaanderen www.fedhorecavlaanderen.be
Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten www.iec-‐iab.be
Instituut van de Bedrijfsrevisoren www.ibr-‐ire.be
Integraal www.integraalvzw.be
KBC Bank en Verzekering www.kbc.be
KFBN (Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat) www.notaris.be
markant (Netwerk van Ondernemende Vrouwen) www.markantvzw.be
Monard Law www.monardlaw.be
Nationale Unie Houtsector www.nuhos.be
Nationale Vereniging van Beroepsfotografen www.beroepsfotografen.be
Nationale Vereniging van Meubelhandelaars www.navem.be
NAV (Nationaal Architectenverbond) www.nav.be
Nelectra www.nelectra.be
Overnamemarkt.be www.overnamemarkt.be
Participatiemaatschappij Vlaanderen www.pmv.eu
Sequensis www.sequensis.be
Stremersch, Van Broekhoven & Partners www.svbp-‐financieleplanners.be
UNIZO Overnamecoach www.overnamecoach.be
UNIZO, Unie van Zelfstandige Ondernemers www.unizo.be
ZENITO Sociaal Verzekeringsfonds www.zenito.be
Zenitor Loopbaancoaching voor ondernemers www.zenitor.be
Projectpartners ADMB ( HR Dienstengroep) www.admb.be
Agentschap Ondernemen www.agentschapondernemen.be
Antwerp Management School www.antwerpmanagementschool.be
Bakkers Vlaanderen www.bakkersvlaanderen.be
Belgische Federatie van Belgische Autobus-‐ en Autocarondernemers
www.fbaa.be
Belgische Federatie van Brandstofhandelaars www.brafco.be
Belgische Keurslagers www.keurslager.be
Beroepsinstituut van erkende boekhouders en fiscalisten www.bibf.be
Beroepsvereniging van Belgische Kappers www.coiffure.org
Bouwunie (Unie van Bouwbedrijven) www.bouwunie.be
Business Angels Netwerk Vlaanderen www.ban.be
BuurtSuper.be www.buurtsuper.be
BVAS (Vlaams Artsensyndicaat) www.vlaamsartsensyndicaat.be
CIB Vlaanderen (Confederatie van Immobiliënberoepen) www.cib.be
CM (Christelijke Mutualiteiten) www.cm.be
Dyzo www.dyzo.be
Federatie van Belgische Textielverzorging www.fbt-‐online.be
Federatie van Webbedrijven www.febweb.be
Fed. Verzekerings-‐ en Financiële Tussenpersonen www.fvf.be
EEn initiatiEf van:
MEt DE StEUn van:
BETERE ZEKERHEIDVOOR ONDERNEMERS
SOCIAAL VERZEKERINGSFONDS
PENSIONCOMPLÉMENTAIRE
AANVULLEND PENSIOEN
SOLIDARITEITSFONDS
STARTERSCONSULT ONDERNEMINGSLOKE T
BETERE ZEKERHEIDVOOR ONDERNEMERS
SOCIAAL VERZEKERINGSFONDS
FONDS DE SOLIDARITÉ
STARTERSCONSULT ONDERNEMINGSLOKE T
Top Related