Download - VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

Transcript
Page 1: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

STUDENTENBROCHURE

VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Sector Hoofd, beweging en zintuigen

Ingang 12 / route 1497

Page 2: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

2

1 INLEIDING

Beste student

We heten jou van hart welkom op de verpleegafdeling Neurologie en Stroke unit. Tijdens je

stageperiode zullen twee mentoren jou begeleiden.

Deze brochure is een handige leidraad om je wegwijs te maken binnen de afdeling. Op

www.uzgent.be vind je ook nog meer informatie.

We kijken ernaar uit om de komende weken met jou samen te werken en wensen je alle succes.

Het team van de verpleegafdeling

Page 3: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

3

2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING

2.1 Locatie

De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route 1497.

De afdeling telt 17 kamers, waarvan tien tweepersoonskamers en vijf eenpersoonskamers. De Stroke unit

beschikt over zes bedden. In totaal kunnen 31 patiënten gehospitaliseerd worden. De kamernummers gaan

van 1001 tot 1017.

Elke kamer is uitgerust met een wastafel, toilet, radio, tv, telefoonaansluiting en koelkast. Een aantal

kamers werd recent vernieuwd en beschikt over een kleine badkamer met douche. Daarnaast is er een

badkamer (met zitdouche) op de gang voor patiënten.

Onze afdeling is een beveiligde eenheid. De afdelingsdeuren gaan steeds op slot. Bij het binnenkomen

moet men de deur ontgrendelen door op een knop te drukken. Bij het verlaten van de verpleegeenheid

moet een cijfercode ingetikt worden vooraleer de deuren zich ontgrendelen. Die maatregelen zijn nodig

omdat er regelmatig gedesoriënteerde patiënten verblijven die op stap kunnen gaan en de weg niet

terugvinden.

Er zijn twee grote gangen, van elkaar gescheiden door middenruimten en twee tussengangen.

De middenruimten omvatten uitsluitend dienstlokalen. De receptie / het verpleeglab en staflokaal zijn

centraal gelegen.

De dienstruimten in volgorde vanaf de hoofdingang van de afdeling zijn:

keuken

linnenkamer

spoelruimte

receptie / verpleeglab

staflokaal

berging

Elk lokaal (behalve de keuken) heeft twee ingangen. Je kunt er dus vanuit de beide gangen binnengaan.

Aan het einde van de gang zijn twee toiletten: één voor medewerkers en één voor bezoekers. Het toilet

voor bezoekers wordt ook gebruikt door rolstoelgebonden patiënten.

Het ziekenhuis is een rookvrij ziekenhuis, patiënten en bezoekers kunnen enkel roken in de daarvoor

voorziene rookpaviljoenen op de campus.

Page 4: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

4

2.2 Organisatie

1. Medisch team

Medisch diensthoofd: Prof. dr. P. Boon

Supervisie beroertepatiënten: Dr. Dimitri Hemelsoet/prof. dr. Veerle De Herdt

Supervisie algemene neurologie: vast staflid afhankelijk van de aandoening van de patiënt

De dagdagelijkse medische begeleiding en opvolging van de patiënten is de taak van twee assistenten-

neurologen in opleiding onder toezicht van de supervisor.

Taken van de assistenten-neurologen:

Klinisch-neurologisch onderzoek bij opname en dagelijkse evaluaties

Behandelingen instellen en wijzigen

Onderzoeken voorschrijven en eventueel zelf onderzoeken uitvoeren

Medicatie via EPD voorschrijven

Bepaalde medische technieken uitvoeren

Participeren aan safetybriefing (maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag om 9 uur)

Participeren aan het interdisciplinair overleg op woensdagvoormiddag

Patiënten opvolgen

Familie te woord staan, informeren en eventueel begeleiden

De assistenten worden bijgestaan door één of twee co-assistenten (artsen-stagiairs).

2. Verpleegkundig team

Samenstelling:

Hoofdverpleegkundige: Isabelle Danel

Adjunct-hoofdverpleegkundigen: Liesbeth Bollaert en Valery Termont

Verpleegkundig specialist neurologie: · Bregje D’haeze

Bachelor verpleegkundigen

Gegradueerde verpleegkundigen

Taken hoofdverpleegkundige:

Algemene leiding en coördinatie van het verpleegkundige team op de verpleegafdeling

neurologie – Stroke unit, het Centrum voor neurofysiologische monitoring en de polikliniek

Neurologie

Dagelijkse patiëntentoewijzing regelen

Toezicht op de uitvoering van de taken en het eindresultaat

Administratie personeel bijhouden

Toezicht houden op de samenwerking met het medische team

Contact houden met directie, personeel, studenten en begeleiders

Communicatie met patiënten en familie

Kwaliteitszorg bewaken en optimaliseren

Het materiaalbeheer op de afdeling

Page 5: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

5

Taken adjunct-hoofdverpleegkundigen:

In samenspraak met de hoofdverpleegkundige verbeterprojecten voor de verpleegafdelingen

uitwerken

Administratie personeel bijhouden

Kwaliteitszorg bewaken en optimaliseren

Nieuwe medewerkers opvolgen en begeleiden

Algemene problemen oplossen

Communicatie met familie en patiënten

Taken verpleegkundig specialist neurologie:

Verpleegkundigen inhoudelijk ondersteunen op de werkvloer en tijdens bijkomende opleidingen

Afdelingsgerichte vormingsnoden opsporen

Verpleegkundige adviesverlening bij nieuwe technieken en medicatie

Wetenschappelijk onderzoek

Nieuwe projecten implementeren en evalueren

(Nieuwe) standaarden en procedures ontwikkelen en updaten

Taken verpleegkundigen:

Totaalzorg o.v.v. patiëntentoewijzing plannen en uitvoeren

Evaluatie en rapportage van uitgevoerde taken

Patiëntenoverdracht

Verpleegtechnische handelingen uitvoeren

Medische opdrachten uitvoeren

Assisteren bij medische handelingen

Medicatiedistributie

Observatie en communicatie met patiënten en familie

Safetybriefing en overleg met de behandelende arts

De multidisciplinaire zorg mee aansturen en nauw contact onderhouden met de kinesitherapeut,

ergotherapeut, sociaal werker, logopedist, diëtist en (neuro)psycholoog

Patiëntenadministratie bij opname, verblijf, transfer en ontslag

Begeleiding studenten verpleegkunde onder mentoraatschap

Bijkomende taken: spoelruimte in orde brengen, bloedprik-, LP-materiaal, zorgwagens en

linnenkarren aanvullen, orde en netheid …

3. Administratief personeel

De secretaris / secretaresse is tijdens de kantooruren grotendeels in de receptie aanwezig en zorgt voor:

Onthaal van nieuwe patiënten

Administratie i.v.m. opname en ontslag van patiënten

Nieuwe opnames plannen

Onderzoeken aanvragen en vervoer regelen

Telefoonoproepen beantwoorden

Bezoekers en patiënten te woord staan en de juiste doorverwijzingen doen

Page 6: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

6

4. Logistieke medewerkers

Zij zorgen voor:

Voorbereiding maaltijden, patiënten installeren

Op- en afdienen (in samenwerking met en onder toezicht van de verantwoordelijke

verpleegkundige)

Eten geven aan patiënten, afhankelijk van slikadvies logopediste (in samenwerking met en

onder toezicht van de verantwoordelijke verpleegkundige)

De vocht- en voedingslijst in orde houden en dagelijks aanvullen (in samenwerking met en onder

toezicht van de verantwoordelijke verpleegkundige)

Logistieke ondersteuning van de verpleegkundigen: hulp bij opmaak bedden en de spoelruimte

op orde houden, de diverse zorgkarren en materiaalruimtes onderhouden en aanvullen

5. Onderhoudspersoneel

Zij zorgen voor onderhoud van de dienst.

6. Paramedici

Sociale dienst:

De Sociale dienst legt de nodige contacten met patiënt en familie. In overleg met hen en met het

interdisciplinaire team regelt de Sociale dienst plaatsingen in revalidatiecentra of woon- en zorgcentra

als de patiënt niet (rechtstreeks) naar huis kan. Daarnaast bieden zij hulp bij administratieve zaken,

financiële problemen, invaliditeitsuitkering, vervoersproblemen, thuisverpleging, thuishulp …

Kinesitherapeut(e)

○ Voert een klinisch neurologisch onderzoek uit

○ Traint de individuele motorische functies, met als einddoel de patiënt zo optimaal mogelijk

en onafhankelijk te laten functioneren binnen een dagdagelijkse context

○ Begeleidt studenten kinesitherapie

Logopedist(e)

De logopedist(e) staat in voor diagnostiek en behandeling van patiënten met neurogene taal-, spraak-,

en slikproblemen.

Doel:

○ de taal- en spraakproductie optimaliseren in de dagdagelijkse functionele communicatie

○ het begrip optimaliseren in de dagdagelijkse functionele communicatie

○ het slikproces rehabiliteren om de patiënt met een aangepast slikadvies zo veilig en

zelfstandig mogelijk voeding te laten innemen.

(Neuro)psycholo(o)g(e)

Vangt de patiënt en/of familie op en begeleidt de patiënt in het verwerkingsproces. De

neuropsycholoog zorgt voor cognitieve screening en therapie. Dat doet ze vaak in samenspraak met

de ergotherapeut of logopediste.

Ergotherapeut(e)

Page 7: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

7

Oefent activiteiten uit het dagelijkse leven en het hanteren van de rolstoel in. Daarnaast wordt advies

gevraagd over rolstoelgebruik en eventuele woonaanpassingen.

Diëtist(e)

De diëtist(e) geeft voedings- en dieetadvies aan de patiënten en adviseert hen over hersen- en

hartvriendelijke voeding. De diëtist(e) overloopt met hen ook de richtlijnen voor een gezond

voedingspatroon.

Andere

Andere paramedici of zorgverstrekkers die kunnen ingeroepen worden in het herstel- of

begeleidingsproces van de patiënt zijn: pastorale werk(st)er, palliatief support team, team

poortkatheterzorg, pedicure, podolo(o)g(e) …

Indien er leerplichtige patiënten verblijven, krijgen ze bezoek van onderwijzend personeel om de

schoolachterstand te beperken.

Page 8: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

8

3 INFORMATIE OVER DE AFDELING

3.1 Medisch patiëntenprofiel

De meest voorkomende neurologische aandoeningen op de afdeling:

1. CVA

Ischemisch CVA/TIA

Hemorragisch CVA

Een cerebrovasculaire aandoening is een stoornis in de cerebrale circulatie. De bekendste

cerebrovasculaire aandoening is een beroerte. Die ontstaat als een bloedvat in de hersenen door een

klonter wordt verstopt of als een bloedvat in de hersenen openscheurt of barst. Daardoor krijgen bepaalde

delen van de hersenen onvoldoende bloed en zuurstof. Meer informatie vind je in de bijlage op pg. 22.

2. Epilepsie

Epilepsie is een chronische neurologische aandoening van de hersencortex in het centrale zenuwstelsel. Er

treden herhaaldelijk epileptische aanvallen op. We onderscheiden twee hoofdgroepen: partiële aanvallen

en gegeneraliseerde aanvallen. Meer informatie vind je in de bijlage op pg. 26. Op de afdeling komen

patiënten terecht na een acute epileptische aanval. Het epilepsiemonitoringcentrum of het Centrum voor

neurofysiologische monitoring (CNM) is te bereiken via ingang 12, route 1492.

3. Neurodegeneratief lijden

Polyneuropathie (aandoening van overwegend perifere zenuwen). Voorbeelden: multifocale

motore neuropathie, Miller Fisher, Guillain-Barré …

Myopathie (aandoeningen van spiervezels), vb. Myasthenia Gravis

Multiple Sclerose (een chronische progressieve aandoening van het centrale zenuwstelsel die

zich vooral voordoet in de witte stof met aantasting van zenuwcellen en uitlopers ervan)

Amyotrofe laterale sclerose

Dementie

4. Extrapiramidale stoornissen

Aandoeningen met als voornaamste kenmerken:

Stoornissen in het motorische patroon: akinesie, hypokinesie

Stoornissen in de spiertonus: atonie, hypo/hypertonie

Voorbeelden: ziekte van Parkinson, ziekte van Huntington

5. Hoofdpijn

Migraine

Medication Overused Headache

Page 9: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

9

Thunderclap headache

Clusterhoofdpijn

6. Neurologische infecties

Encephalitis

Myelitis

Meningitis

3.2 Verpleegkundige zorgen en observatie

Het zorgprofiel van onze patiënten kan heel sterk verschillen. Algemeen hebben onze patiënten een grote

zorgvraag m.b.t. basiszorgen en detailzorg.

1. Basiszorgen en observaties

Een deel van de neurologische patiënten zijn bedlegerig en / of beperkt in hun bewegingen. Daarom neemt

de basiszorg een belangrijk deel in van de totaalzorg.

Bedbad (BB)

○ Participatie van de patiënt tijdens de verzorging wordt zo veel mogelijk toegepast tijdens de

dagelijkse verzorging. We stimuleren de patiënt om mee te helpen tijdens de verzorging.

○ Grondige en nauwkeurige uitvoering!

○ Voldoende zeep gebruiken, goed naspoelen, zeer goed drogen (huidplooien!)

○ Een goede observatie van eventuele beginnende decubitus, vochtletsels en/of andere

huidletsels is noodzakelijk.

Hulp bij het toilet

Indien de patiënt zichzelf gedeeltelijk kan wassen, gelden dezelfde observatiepunten als hierboven.

Goede controle of de patiënt zichzelf wel gewassen heeft (verwarde patiënten, beginnende dementie,

begripsstoornissen ...) is belangrijk. Bij sommige patiënten komt de ergotherapeut(e) voor het

ochtendtoilet om de patiënt te leren zichzelf opnieuw te wassen.

2. Detailzorgen

Mondtoilet: tanden poetsen of voldoende aandacht schenken aan de tandprothese. Specifieke

mondtoiletten staan vermeld op het zorgenplan. Extra aandacht is nodig voor patiënten die niets

per os krijgen.

Scheren: een ongeschoren patiënt is een onverzorgde patiënt. Besteed dus voldoende aandacht

aan de scheerbeurt, bij voorkeur elektrisch met een toestel van de patiënt.

Nagelverzorging: een grondige inspectie bij opname is vereist. Ook langdurige bedlegerige

patiënten komen op dat vlak regelmatig aan bod. Voor specifieke voetverzorging kan de patiënt

een beroep doen op een pedicure.

Haarverzorging: minstens wekelijks bij hulpbehoevende patiënten en na bepaalde onderzoeken,

vb. EEG.

Page 10: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

10

3. Decubituspreventie

Alle patiënten liggen op een traagfoammatras. Voor risicopatiënten kan een speciale huurmatras

(Quattro Plus,…) aangevraagd worden. Bij hoogrisicopatiënten wordt wisselhouding strikt toegepast.

4. Houding patiënt

De houding moet zo comfortabel mogelijk zijn, aangepast aan de behoefte van de patiënt. CVA-

patiënten krijgen in de regel een half- tot rechtzittende houding, met speciale aandacht voor een juiste

installatie en ondersteuning van de hemiparetische of hemiplegische kant. Ook het voorkomen van

contracturen, spitsvoeten ... is belangrijk.

De bedlegerige patiënten worden, indien geen tegenindicatie vermeld staat in het zorgenplan,

tweemaal per dag opgezet. Het toepassen van wisselhoudingen, waartoe ook opzetten behoort, is

belangrijk voor de bloedcirculatie en is decubitusvoorkomend. Ook in de zetel schenken we

voldoende aandacht aan de positionering van de hemiplegische kant. Voor tips kun je steeds terecht

bij de kinesitherapeut.

5. Medisch technische vaardigheden

Incontinentieproblemen

○ Intermittent sonderen: bij patiënten met blaasretentie of die niet spontaan kunnen plassen.

Vóór het sonderen gaan we na met de bladderscan hoeveel urine in de blaas zit.

○ Verblijfblaassonde: wordt uitzonderlijk geplaatst (zoals bij terminale patiënten of bij

vergevorderde vochtletsels of decubitus).

○ Cystofix: is een sonde die via een kleine opening langs de buikwand in de blaas wordt

gebracht. Regelmatige controle op fixatie (tractie voorkomen) en goede afloop is

noodzakelijk. Het verband wordt enkel ververst indien bevuild, losgekomen of bij lokale pijn.

Controleren op infecties.

○ Condoomkatheter: wordt gebruikt bij mannelijke bedlegerige patiënten die frequent

plassen, of voor 24u-urinecollectie bij incontinente patiënten.

○ Luier en andere incontinentiemateriaal: zowel bij incontinentie van urine als faeces is de

luier van toepassing. Regelmatig verversen en een goede huid- en handhygiëne is

belangrijk.

O²-therapie

Aandacht voor het regelmatig vervangen van reservoirs met steriel water ; O²-bril of -masker

regelmatig vernieuwen.

Infusen en aanprikplaats controleren

Patiënten met een perifeer of centraal infuus hebben extra controles nodig. Een goede observatie om

na te gaan of het infuus nog op de correcte plaats zit en controle van de aanprikplaats zijn

noodzakelijk. Verbanden van centrale infusen worden wekelijks vervangen, leidingen tweemaal per

week (telkens op vaste dagen, zie het zorg- en behandelplan).

6. Hulp bij de maaltijden

Iedereen die zich kan vrijmaken, helpt daarbij. We moeten vaak het eten voorbereiden: boterhammen

smeren, vlees snijden, plastic i.p.v. porseleinen beker gebruiken ...

Page 11: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

11

7. Specifieke zorgen

Infectiepreventie en isolatie van patiënten

Informatie over indicatie, doel, algemene principes, praktische toepassingen en bijkomende

aandachtspunten liggen ter inzage op de afdeling.

Nasogastrische sonde

Een nasogastrische sonde wordt geplaatst als voedingssonde bij patiënten

○ met ernstige slikproblemen,

○ met ernstige bewustzijnsproblemen,

die een onvoldoende inname hebben van voedsel en/of vocht.

We dienen industrieel bereide sondevoeding toe via de voedingspomp.

8. Verpleegtechnische handelingen

Leiding en verband bij poortkatheter aanprikken, afsluiten, observeren, evalueren en vervangen

Basis- en detailzorgen bij de neurologische patiënt

Bloedafnames

Canulezorg

Intermittente blaassondage

Lumbale punctie: diagnostiek en therapie opvolgen, teveel aan liquor verwijderen, drukmeting …

Maagsondage en medicatie via nasogastrische sonde toedienen

Neurologische observatie en evaluatie van neurologische patiënten op de verpleegafdeling

Neurologische observatie en evaluatie van patiënten met CVA op de Stroke unit

Observatie en evaluatie van infuustherapie

Observatie en verzorging van gastrostomiesonde en medicatie toedienen via

gastrostomiesonde.

Observatie, verzorging en evaluatie van perifeer en centraal infuus

Perifeer infuus plaatsen

Subcutane of intramusculaire inspuitingen toedienen

IV-oplossingen voorbereiden en toedienen

Eenvoudige wondverzorging

9. Onderzoeken

Na toelating en indien mogelijk kan de student onderzoeken bijwonen. Bespreek dat steeds met de

hoofdverpleegkundige en/of een van de adjunct-hoofdverpleegkundigen

De meest voorkomende onderzoeken zijn:

Arteriële angiografie

BERA: Brainstem Auditory Evoked Response

Biopsies van spieren en zenuwen

Bloedafname

CT-scan

Page 12: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

12

Echografie

EEG: Elektro-encephalografie

EKG – 24u EKG – 24u RR-registratie

EMG: Elektromyografie

Gastroscopie

Isotopenscan

Lumbale punctie

MEP: Magnetic Evoked Potentials

NMR: Nucleaire Magnetische Resonantie

PET-scan: Position Emission Tomografie

RX-foto

SPECT-scan: Single Photon Emission Computed Tomografie

SSEP: Somatosensory Evoked Potentials

TOED: Transoesofagale Echo-Doppler

TTED: Transthoracale Echo-Doppler

VEP: Visual Evoked Potentials

WADA-test: test van de cerebrale functies bij epilepsiepatiënten

Uitleg over die onderzoeken is ter inzage op de afdeling.

10. Geneesmiddelen

Frequent gebruikte geneesmiddelen op de afdeling Neurologie:

Naam geneesmiddel Indicatie

Aggrenox® Bloedverdunning

Amlor® Hypertensie

Asaflow® Bloedverdunning

Coversyl® Hypertensie

Depakine® Epilepsie

Emconcor® Bij hoge bloeddruk / hoge hartslag

Keppra® Epilepsie

Lasix® Diureticum, vochtafdrijvend

Lipitor® Cholesterolverlagend

Paracetamol® Pijnstilling

Prolopa® Ziekte van Parkinson

Simvastatine® Cholesterolverlagend

Stalevo® Ziekte van Parkinson

Tegretol® Epilepsie

Temesta® Angst (benzodiazepine)

Tradonal (odis) ® Pijnstilling

Medicatie wordt enkel op medisch voorschrift toegediend.

Informatie over de medicatie is terug te vinden op de afdeling, en te raadplegen via de apotheekmodule op

intranet.

Page 13: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

13

3.3 Specifieke leerpunten van de afdeling

We onderscheiden ons van andere verpleegafdelingen o.b.v. de specifieke neuro-observaties bij onze

patiënten: pupilcontrole, mobiliteit, sensibiliteit, pijn, krachten o.b.v. MRC-schaal, Orgogozo-schaal …

Je moet niet alleen leren hoe je die parameters correct afneemt, maar ook goed weten waarom ze worden

geregistreerd. En indien de parameter niet binnen de normale waarde valt, wat kan er aan de hand zijn?

Welke stappen moeten dan genomen worden?

Graag bijzondere aandacht voor:

Mobiliteitsproblemen omwille van cerebraal lijden. Begrippen zoals parese, paraplegie,

hemiplegie, tetraplegie, sensibiliteitsstoornissen moeten gekend zijn. Kijk in het patiëntendossier

goed na of bevraag je bij de verpleegkundige of de patiënt (alleen) kan/mag opstaan, of de

patiënt een helm moet dragen enzovoort.

Stagedoelstelling: Hoe wordt een hemiplegische patiënt correct gepositioneerd (in bed, in de

zetel)? Wanneer is het gebruik van een Sling ® aangewezen? Welke materialen zijn op de

afdeling aanwezig om patiënten comfortabel te positioneren?

Valincidenten: op onze afdeling komen valincidenten vaak voor. We moeten voortdurend alert

zijn!

Stagedoelstelling: werk aan het thema valincidenten en valpreventie: hoe wordt aandacht

besteed aan valpreventie? Welke zijn de procedures en standaarden? Hoe preventief werken?

En wat te doen bij een valaccident?

Fixeren: in principe passen we geen vrijheidsbeperking toe. Als het toch moet (medische

toestand, beperkt ziekte-inzicht, desoriëntatie, agressie), hanteren we het ziekenhuisbeleid. Dat

kun je raadplegen op intranet in het documentenbeheersysteem. Een juiste toepassing is

belangrijk om afsnoering te voorkomen. Handel nooit op eigen houtje en vraag voldoende uitleg

over de juiste techniek aan de verantwoordelijke verpleegkundige. Daarnaast vormt de

observatie van een gefixeerde patiënt een belangrijke verantwoordelijkheid van de

verpleegkundige. Zowel voor patiënt, familie als verpleegkundigen is dat een zware emotionele

belasting.

Stagedoelstelling: werk rond het thema fixatie: Waarom worden patiënten gefixeerd? Hoe wordt

er correct en op een veilige manier gefixeerd? Wat zijn de richtlijnen? Hoe wordt daarover

gecommuniceerd? Observaties?

Communicatieproblemen

Stagedoelstelling: werk rond het thema communicatiebeperkingen en problemen: Wat betekent

afasie (sensorisch en motorisch)? Dysartrie? Hoe ga je om met patiënten met fatische

stoornissen?

Slikproblemen: Veel patiënten op onze afdeling kunnen enkel zelfstandig eten als ze goed

geïnstalleerd zijn en de maaltijd goed voorbereid wordt.

Andere patiënten moeten we volledig helpen, zoals patiënten met slik- en/of kauwproblemen

(verslikken, hamsteren). We volgen daarbij de instructies van de logopedist(e).

We houden een vochtlijst bij. Indien er geen vochtbeperking is, streven we ernaar dat de patiënt,

naast vast voedsel, twee liter vocht per dag inneemt.

Page 14: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

14

Stagedoelstelling: werk rond het thema slikproblemen: wat is de oorzaak van slikproblemen?

Hoe kunnen patiënten geïnstalleerd worden om slikproblemen te overkomen? Welke tips kan je

aan patiënten geven om de maaltijd vlot te laten verlopen?

Page 15: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

15

4 INFORMATIE OVER DE STAGE

4.1 Dienstgebonden stage-informatie

Studenten worden op de afdeling begeleid door één of twee mentoren. Het doel is dat de student en

mentor maximaal aan elkaar gekoppeld worden. Als gevolg van deze koppeling wordt de student als

teamlid opgenomen en wordt een individuele begeleiding nagestreefd.

Om je stage zo optimaal mogelijk te laten verlopen vragen we dat je bij de start van de stage:

beschikt over een geldige, actieve badge

beschikt over een actieve LDAP-code

beschikt over de nodige stagedocumenten

deze afdelingsgebonden brochure volledig hebt gelezen

Meer informatie over badge en/of LDAP-code vind je op www.uzgent.be onder rubriek: Opleiding &

onderzoek Studenten verpleegkunde en vroedkunde Praktische info stage.

Verschillende soorten shiften

Er zijn drie verschillende soorten shiften op de afdeling:

Vroeg: 6.45 – 14.45 uur

Laat: 14.15 – 22.15 uur

Nacht: 22 – 7 uur

1. Bij aanvang van de stage

Op de eerste stagedag ga je om 8 uur naar het Studentenloket (Ingang 12 route 1513).

We verwachten jou ten laatste om 9 uur in arbeidskledij op de afdeling. Meld je aan op het secretariaat.

De hoofdverpleegkundige of adjunct-hoofdverpleegkundige verzorgt de introductie.

De mentor neemt de feedbackfiche, die je zelf meebrengt en waarin je jouw doelstellingen hebt genoteerd,

zo snel mogelijk met jou door. Probeer die doelstellingen te formuleren tijdens het doornemen van deze

brochure. Ze moeten concreet en afdelingsgericht zijn. Leg je feedbackfiche dagelijks voor aan de

verpleegkundige waarmee je samenwerkt. Je bent er zelf verantwoordelijk voor dat de verpleegkundige de

fiche invult. Bij problemen kun je steeds terecht bij de hoofdverpleegkundige.

2. Stagerooster

De eerste stagedag start om 8 uur en eindigt om 16 uur. Je ontvangt dan je werkrooster voor de verdere

stageperiode. Je presteert zowel vroeg- als laatdiensten, en minstens ook één weekend.

Derdejaarsstudenten kunnen ook nachtdiensten werken, enkel op hun eigen vraag.

Page 16: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

16

3. Bij aanvang van de eerstvolgende stagedag

Bij aankomst op de afdeling raadpleeg je de werkverdeling met de patiënttoewijzing en stel je je voor aan

de verpleegkundige aan wie je toevertrouwd bent. Je werkt gedurende de volledige shift onder haar of zijn

verantwoordelijkheid, met uitzondering van de dagen waarop je stagebegeleiding van school krijgt. Geef

die data zo snel mogelijk door aan de hoofdverpleegkundige.

4. Algemeenheden

Aandacht voor persoonlijke hygiëne: verzorgd kapsel, verzorgde nagels

Draag UZ-kledij en badge

Er is alleen in de voormiddag een pauze voorzien, samen met de verpleegkundigen. Elke

student mag één yoghurt van de dienst eten.

Beantwoord beloproepen zo snel mogelijk, ook buiten je toegewezen zone.

Meld observaties van de patiënten aan de verantwoordelijke verpleegkundige en noteer in

overleg de bevindingen in het EPD.

Neem standaardvoorzorgen van ziekenhuishygiëne in acht (geen juwelen, gelnagels …)

Je doet de totaalzorg van de toegewezen patiënten samen met de mentor of verpleegkundige.

Verwittig bij ziekte of afwezigheid de afdeling (09 332 47 25) voor de aanvang van je shift.

Om 12 uur helpt iedereen bij het opdienen van de maaltijd, installeren van de patiënten en

eventueel bij het eten geven.

Indien er tijd over is, kun je aan de stageopdrachten werken.

Wanneer er meer dan twee studenten stage lopen, kiezen we ervoor om in twee groepen te

gaan eten. Dat gebeurt in overleg met de mentor/verpleegkundige en met de studenten

onderling.

Page 17: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

17

5 CONTACTGEGEVENS

Verpleegafdeling Neurologie en Stroke unit 09 332 47 25

Hoofdverpleegkundige: Isabelle Danel

[email protected]

09 332 26 47

Page 18: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

18

BIJLAGEN

Anatomie van de hersenen

De illustratie laat de buitenkant van de hersenen zien, bekeken vanaf de zijkant. De grootste

hersenkwabben (frontaal, pariëtaal, occipitaal en temporaalkwab) en de structuur/samenstelling van

de hersenstam (brug, hersenstam en kleine hersenen) zijn afgebeeld.

Hersenstam of

verlengde merg

Daar liggen alle functies die letterlijk van vitaal belang zijn, zoals de bloedstroom,

ademhaling en temperatuurregulatie. De hersenstam verzorgt de regulatie van de

lichaamshouding en het slaap-waakritme (= inwendige klok). De hersenstam

verbindt vezels uit het lichaam met de rest van de hersenen. In de hersenstam

vinden reflexen plaats die betrekking hebben op de speekselklieren, de ogen, de

luchtwegen en slikken (en braken en kokhalzen).

Kleine

hersenen/cerebellum

Het cerebellum regelt de coördinatie van de motoriek. Die coördinatie (evenwicht en

spierspanning) vindt plaats in nauwe samenwerking met de grote hersenen, de

hersenstam en het ruggenmerg.

Temporaal of

slaapkwab

Verwerkt het gehoor, geheugen en taalfuncties.

Occipitaal of

achterhoofdskwab

Helpt bij het verwerken van visuele informatie.

Page 19: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

19

Hersenvliezen of

meningen

Vliezen die het centrale zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) omsluiten. Dat

zijn er drie, van binnen naar buiten: het zachte hersenvlies (pia mater), het

spinnenwebvlies (arachnoidea) en het harde hersenvlies (dura mater). Die

hersenvliezen beschermen de hersenen.

Ventrikels of

hersenkamers

Vier met hersenvocht gevulde holten in de hersenen. Men onderscheidt twee laterale of

zijventrikels, die in de grote hersenen liggen; het derde ventrikel ligt in de

tussenhersenen en het vierde ventrikel in de hersenstam. De ventrikels zijn onderling

verbonden en staan in verbinding met de subarachnoïdale ruimte.

Pariëtaal

of wandkwab

Ontvangt en verwerkt informatie over temperatuur, tast, gevoel en beweging die

vanuit de rest van het lichaam afkomstig is. In dit gebied worden ook het lezen en

rekenen verwerkt.

Frontaal

of voorhoofdskwab

Helpt controle te houden over aangeleerde spierbewegingen, stemming, plannen

maken voor de toekomst, doelen en prioriteiten stellen.

Page 20: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

20

Hersenvocht of

liquor

Kleurloze heldere vloeistof in de ventrikels en de subarachnoïdale ruimte (de ruimte

tussen het binnenste en middelste hersenvlies). De liquor wordt geproduceerd in de

ventrikels. De dagelijkse productie bedraagt tussen de 400 en 500 ml. Het totale volume

van de liquor in en rondom de hersenen bedraagt ca. 150 ml. Dat houdt in dat de liquor

drie keer op een dag geheel wordt vervangen. De liquor heeft vooral een functie als

stootkussen voor de hersenen en verder om een goede biochemische omgeving van

de zenuwcellen te waarborgen.

Circulus van Willis Een ingenieus bloedvatensysteem aan de onderkant van de hersenen. Het

veiligheidssysteem van Moeder Natuur zorgt door een herverdeling van het

aangeleverde bloed via deze vaatring, dat het hersenweefsel in de omgeving niet

meteen verloren is als 1 van de 4 aanvoerende slagaders het laat afweten. Bij naar

schatting 25% van de bevolking is deze vaatring onvolledig aangelegd.

Gebied van

Broca

Ook (spraak)centrum van Broca genoemd. Een deel van de hersenschors dat betrokken

is bij taal. Het zorgt in het bijzonder voor de spraak en ook voor het in stilte tegen zichzelf

praten. Ook is het gebied actief bij het denken aan en uitvoeren van

lichaamsbewegingen. Het spraakcentrum van Broca is een onderdeel van de

frontaalkwab, en bij rechtshandigen ligt het vrijwel altijd op de linkerhersenhelft. Bij

Page 21: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

21

linkshandigen ligt het in een minderheid van de gevallen op de rechterhersenhelft. Een

beschadiging van het spraakcentrum van Broca en de gebieden daaromheen leidt tot

afasie van Broca of motorische afasie. Deze mensen hebben moeite met het begrijpen

van grammatica en spontaan iets (na)zeggen.

Gebied van

Wernicke

Het gebied van Wernicke is, naast het gebied van Broca, betrokken bij taal. Het gebied

is belangrijk om taal te begrijpen. Als er beschadigingen optreden, kan de patiënt last

hebben van dyslexie of sensorische afasie. Sensorische afasie betekent dat er een

verstoord taalbegrip is; de patiënt begrijpt niet wat er wordt verteld en gebruikt zelf vaak

lange zinnen zonder inhoud. Het centrum van Wernicke ligt in de meeste gevallen in de

linker temporaalkwab.

Page 22: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

22

Beroerte

Een beroerte wordt veroorzaakt door een plotse verstoring van de doorbloeding in de hersenen.

Ischemische beroerte (80-85% van alle beroertes)

Ischemie kan ontstaan als de bloedtoevoer naar een zone in de hersenen tekortschiet, zoals in

het geval van een klonter die een bloedvat verstopt of een vernauwing van de bloedvaten door

atheromatose. Daarbij kan het gaan om een cardio-embolische beroerte (1) of om een

atherotrombotische beroerte (2). Bij een cardio-embolie ontstaat een klonter in het hart door

voorkamerfibrillatie. Ook andere hartproblemen zoals endocarditis of hartfalen kunnen aan de

basis van een beroerte liggen. De atherotrombotische beroerte ontstaat als gevolg van een

vaatwandverkalking (atheromatose) ter hoogte van de hals- of hersenbloedvaten. Een derde

groep van beroertes zijn de lacunaire infarcten. Die worden veroorzaakt door atherosclerose van

kleine perforerende bloedvaten die diep in het hersenweefsel liggen. Een lacunair infarct is eerder

klein (≤15mm).

Hemorragische beroerte

Een hersenbloeding of hemorragische beroerte ontstaat bij een scheur in de bloedvatwand,

wanneer er bloed in of rond het hersenweefsel lekt. De hersenbloedingen worden nog eens

onderverdeeld in intracerebrale bloedingen en subarachnoïdale bloedingen. Een cerebrale

veneuze sinustrombose is een zeldzame vorm van een beroerte, waarbij een trombose optreedt

in de bloedvaten die instaan voor de terugvloei van bloed uit de hersenen.

Soms zijn de symptomen kortdurend en is er geen blijvende schade aan het hersenweefsel en

(meestal) geen letsel op de MRI-scan. Dat wordt een TIA genoemd. Een TIA kan de voorbode zijn

van een groter herseninfarct.

In deze studentenbrochure gaan we vooral verder in op het ischemische CVA.

De symptomen bij een beroerte zijn afhankelijk van de lokalisatie van het getroffen

hersengedeelte. De symptomen ontstaan plots, in tegenstelling tot veel andere neurologische

ziektebeelden. Op basis van de klinische verschijnselen kan nooit met zekerheid een onderscheid

gemaakt worden tussen een ischemische of hemorragische beroerte, daarvoor is een CT-scan

nodig. Om een inschatting te kunnen maken of iemand een beroerte heeft bij bepaalde klachten,

kan de FAST-test afgenomen worden.

Page 23: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

23

Risicofactoren

○ Arteriële hypertensie

○ Diabetes mellitus

○ Hypercholesterolemie

○ Obesitas

○ Roken

○ Alcoholgebruik

○ Sedentaire levensstijl

○ VKF

○ Geslacht: mannen hebben 25 procent meer kans op een beroerte

○ Leeftijd: vanaf 55 jaar neemt de kans op een beroerte verder toe

Diagnose

Aangezien er enkel op basis van de klinische verschijnselen geen onderscheid gemaakt kan worden

tussen een beroerte of een andere neurologische aandoening, is bijkomende diagnostiek altijd nodig.

In de acute fase wordt een bloedafname uitgevoerd en cerebrale beeldvorming, meestal een CT. Een

MRI-scan wordt nadien gedaan.

Behandeling

○ Acute behandeling

Als er klinisch gedacht wordt aan een ischemische beroerte, als de patiënt binnen de 4,5

uur in het ziekenhuis is en als op CT-scan wordt een bloeding uitgesloten, kan eventueel

(afhankelijk van de mate van neurologische uitval en van het bloedingsrisico) gestart

worden met intraveneuze trombolyse. Buiten het tijdsvenster van 4,5 uur is het risico op het

ontstaan van een bloeding in de infarctzone te groot.

Bij de afsluiting van een groot bloedvat in de hersenen kan een endovasculaire procedure

overwogen worden (trombectomie). Daarbij brengen we een katheter in via de arteria

femoralis en proberen we op mechanische wijze om de bloedklonter uit de hersenen te

verwijderen. Hier geldt een maximale tijdsduur van 6 uur na ontstaan van de klachten.

Het is van groot belang dat in de acute fase de vitale parameters (pols, bloeddruk,

temperatuur, zuurstofsaturatie, glycemie, diurese en neurologische status) strikt worden

opgevolgd en binnen grenswaarden worden gehouden. Als die buiten de grenswaarden

vallen, kunnen ze immers secundaire schade veroorzaken aan de hersenen en daarmee

de uitkomst na een herseninfarct verslechteren.

Page 24: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

24

○ Subacute behandeling

Na de acute behandeling op Spoed worden patiënten opgenomen op de Stroke unit. Daar

volgen we patiënten 72 uur van nabij. Ze zijn aan de monitor aangeschakeld en staan

onder continue controle van verpleegkundigen.

○ Chronische behandeling

In de chronische fase van een beroerte (na ontslag uit het ziekenhuis) verschuift het accent

van de behandeling naar het voorkomen van een nieuwe beroerte. Daarbij wordt aandacht

besteed aan de risicofactoren (zie hoger) en therapietrouw. Algemeen wordt geadviseerd

een maximale bloeddruk na te streven van 140/90 mmHg en een LDL-cholesterol van ≤70

mg/dl.

Op de Stroke unit in het UZ Gent worden jaarlijks ± 450 patiënten opgenomen. In België

worden dagelijks 55 patiënten geconfronteerd met een beroerte.

Page 25: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

25

Ziekte van Parkinson

De ziekte van Pakinson is een neurodegeneratieve aandoening, er treedt dus progressief celverlies

op.

Bij de ziekte van Parkinson en sommige andere vormen van Parkinsonisme bestaat er in de basale

kernen, meer bepaald in het striatum, een verstoord evenwicht tussen de inwerking van de

naurotransmitters acetylcholine en van dopamine. In normale omstandigheden is deze balans in

evenwicht. Bij de ziekte van Parkinson is er een tekort aan dopamine in het striatum (door celverlies in

de substantia nigra).

De ziekte van Parkinson kenmerkt zich door:

Motorische kenmerken zoals tremor, bradykinesie (vertraagde beweging), hypokinesie

(verminderde beweging) en rigiditeit (stijfheid)

Niet-motorische kenmerken zoals slaapstoornissen (nachtelijke verwardheid), reukstoornis,

dysautonomie (door aantasting van het autonome zenuwstelsel => orthostatische hypotensie,

incontinentie, motiliteitsstoornissen), maar ook: stemmingsstoornissen (angst, agressie),

cognitieve stoornissen, speekselvloed.

Diagnose

Op basis van klinisch-anamnestische argumenten. Dat kan aangevuld worden met een DAT-scan,

die het verlies aan cellen in beeld kan brengen.

Behandeling

○ Medisch: preparaten die de concentratie van dopamine in de hersenen doen stijgen, die de

werking van dompamine nabootsen of die de afbraak van Dopamine verminderen.

Duodopa ® en deep-brain-stimulation zijn vergevorderde technieken om de ziekte van

Parkinson te behandelen.

○ Niet-medisch: bewegingstherapie (conditietraining, werken aan souplesse en tonificatie)

afhankelijke van het stadium en de mogelijkheden van de patiënt.

Page 26: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

26

Epilepsie

Epilepsie is een chronische neurologische aandoening die gekenmerkt wordt door epileptische

aanvallen. Een epileptische aanval is een abnormale ontlading en vindt plaats in een groep

zenuwcellen in de hersenen. Bij een gezond persoon worden via elektrische ontladingen en het

vrijkomen van chemische stoffen boodschappen doorgegeven aan de andere cellen en organen.

Epilepsie kan verschillende oorzaken hebben:

Posttraumatisch na hoofdtrauma

Postneurochirurgisch (bvb na hersentumoren)

CVA

Alcohol of drugs

Metabole afwijkingen

Genetische oorzaken

Koortsstuipen

Classificatie van epileptische aanvallen

Partiële aanvallen Gegeneraliseerde aanvallen

Type Klinische kenmerken Type Klinische kenmerken

Enkelvoudig partieel Intact BWZ

Vegetatieve reacties

Oplopende

hartfrequentie

Bleek worden

Rood aanlopen

Evt aura

Plots begin

Absence Staren (afwezigheid)

BWZ-verlies

Amnesie voor het gebeuren

Plots begin

Kortdurend

Myoclonisch Korte trekking

Wisselende intensiteit

Snel begin

Intact BWZ

Complex partieel Meestal met aura

Ingedaald BWZ

Amnesie voor het

gebeuren

Meestal als gevolg van

focale corticale

pathologie

Clonisch Asymmetrische en

onregelmatige, ritmische

schokken over hele lichaam

Vooral ledematen

Snel begin

Tonisch Opstijven van spieren, vooral

in nek en ledematen

Val

Plots begin

Post-ictaal trage recup

Partieel met evolutie

naar secundaire

veralgemening

Zie tonische, clonische of

tonisch-clonische aanval

Tonisch-clonisch BWZ-verlies

Val

Tonische en clonische fase

Page 27: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

27

Tongbeet, incontinentie,

cyanose, vocalisatie

Post-ictale verwardheid,

slapen, hoofdpijn en spierpijn

Plots begin en gradueel

herstel

Atoon Meestal val

Aanval kan stapsgewijs

toenemen

Wat te doen bij een epileptische aanval?

o Laat de patiënt niet alleen

o Observeer de patiënt

Wat zijn de omstandigheden?

Welke bewegingen maakt de patiënt?

Zijn er automatismen aanwezig zoals smakken, kauwen,…?

Is er urine- of stoelgangverlies?

Is de patiënt bij bewustzijn?

Hoe gedraagt de patiënt zich na de aanval?

o Zorg dat de patiënt veilig is: geen scherpe voorwerpen in de buurt, niks in de mond, vrije

luchtweg.

o Houd bij hoelang de aanval duurt

Status epilepticus

DAt is een neurologische noodsituatie waarbij gedurende minstens vijf minuten een serie van

gegeneraliseerde aanvallen optreedt zonder dat de patiënt tussendoor bij bewustzijn komt. Deze

situatie kan tot blijvende hersenschade en ernstige neurologische tekorten leiden met een

verhoogde mortaliteit tot gevolg.

Diagnose

Er is pas sprake van epilepsie wanneer iemand lijdt aan herhaalde epileptische aanvallen en

wanneer de oorzaak uit de hersenen komt.

Page 28: VERPLEEGAFDELING NEUROLOGIE EN STROKE UNIT Opleiding...3 2 VOORSTELLING VAN DE AFDELING 2.1 Locatie De verpleegafdeling Neurologie - Stroke unit is te bereiken via ingang 12 - route

28

Behandeling

○ Medicamenteuze behandeling

Op basis van het type aanval en de vorm van epilepsie kiest de arts welk geneesmiddel het

meest effectief is en tegelijk de minste nevenwerkingen geeft.

Let wel! Sommige anti-epileptica hebben een leverenzyminducerende werking. Na verloop

van tijd is het mogelijk dat de lever niet enkel de anti-epileptica, maar ook andere

geneesmiddelen versneld omzet. Patiënten die dus vb. tegelijk anti-epileptica nemen en

bloedverdunnende medicatie of zelfs contraceptie, moeten opletten: ook die

geneesmiddelen kunnen sneller afgebroken worden, waardoor ze minder werkzaam

worden en een hogere dosering noodzakelijk kan zijn. Voorbeelden van anti-epileptica met

een leverenzyminducerende werking zijn Tegretol®, Diphantoïne®, Gardenal®,…

○ Epilepsiechirurgie

Een aantal patiënten reageert niet of onvoldoende op medicatie, of heeft last van

onaanvaardbare bijwerkingen. In dat geval wordt nagegaan of de patiënt in aanmerking

komt voor epilepsiechirurgie. Daarbij wordt een deel van het hersenweefsel verwijderd dat

verantwoordelijk is voor de aanvallen.

○ Nervus vagus stimulatie

Bij nervus vagus stimulatie (NVS) wordt een elektrode in de hersenen geplaatst. Die is

verbonden aan een batterij onder het sleutelbeen die elektrische signalen geeft aan de

nervus vagus. Die signalen worden vervolgens naar de hersenen gestuurd. Een NVS vult

de medicamenteuze behandeling aan. Het geneest epilepsie niet, maar leidt wel tot minder

en kortere aanvallen, en tot een sneller herstel na een aanval.

○ Diepe hersenstimulatie

Diepe hersenstimulatie richt zich tot een specifiek deel van de hersenen. Vaak is dat de

thalamus omdat dit het centrale doorschakelstation is van de hersenen en sterke

verbindingen heeft met andere delen van de hersenen waar epilepsieaanvallen beginnen.

Het doel is gelijkaardig aan dat van VNS.

In het CNM komen jaarlijks ± 300 patiënten, waarvan ± 100 patiënten voor

preheelkundige evaluatie. In België zijn er ± 60 000 patiënten met epilepsie, wereldwijd

komt dit op 50 miljoen. De incidentie van epilepsie bedraagt 40-70 / 100 000.