Met Luider Stem…
een urgente boodschap aan alle mensen
2
Contactadres e-mail: [email protected]
3
Met luider stem…
een urgente boodschap aan alle mensen.
In het Bijbelboek De Openbaring vinden wij in hoofdstuk 14 een urgente
boodschap. Daar is sprake van drie engelen, elk met een boodschap voor alle
mensen. Engelen zijn hemelse boden en Johannes de Doper, die geroepen was
om een hemelse boodschap te brengen en de weg voor de eerste komst van
Christus voor te bereiden, werd een engel genoemd.1 Door God geroepen
mensen maken de hemelse boodschap van de drie engelen aan alle bewoners
op aarde bekend, als wegbereiders voor de wederkomst van Christus.
De boodschap van de eerste engel
En ik zag een andere engel vliegen in het midden des hemels en hij had een
eeuwig evangelie, om dat te verkondigen aan hen, die op de aarde gezeten zijn
en aan alle volk en stam en taal en natie; en hij
zeide met luider stem: Vreest God en geeft Hem
eer, want de ure van zijn oordeel is gekomen, en
aanbidt Hem, die de hemel en de aarde en de zee
en de waterbronnen gemaakt heeft.2
Eeuwig evangelie
Voor een helder beeld is het goed vast te stellen
in welke tijdsperiode wij de zending van deze
engelen moeten plaatsen en te overwegen wat
de reden zou kunnen zijn voor deze specifieke
boodschappen. Leven wij nu in de tijd waarin ze
van toepassing zijn? Als wij vers 14-20 lezen dan
zien wij dat de drie engelen boodschap voorafgaat aan Christus’ wederkomst om
de aarde te maaien want de oogst der aarde is geheel rijp geworden. vs. 15. Staat
de komst van Christus en het einde voor de deur? Veel mensen geloven dat en
niet zonder reden, want de Bijbel noemt tekenen die dat bevestigen. Er zullen
oorlogen, onlusten, hongersnoden, aardbevingen en pestziekten zijn en dat
maken we regelmatig mee. Deze tekenen zijn er wel altijd geweest, maar in onze
dagen is de frequentie ongeëvenaard. Ze markeren de tijd van het einde, maar,
zoals Lucas zegt: dat is nog niet terstond het einde.3 Neen, eerst moet nog het
evangelie in de gehele wereld worden gepredikt tot een getuigenis voor alle
1 Maleachi 3:1, Statenvertaling. 2 Openbaring 14:6, 7. 3 Lucas 21:9.
Aanbidt God als onze Schepper
4
volken, en dan zal het einde gekomen zijn.4 Welnu, de eerste engel heeft een
eeuwig evangelie om aan allen op aarde te verkondigen. Voordat Christus komt
en daarmee het einde, zal eerst het eeuwig evangelie gepredikt worden opdat
een ieder zijn keuze voor de eeuwigheid kan maken. Maar het evangelie is toch
al gepredikt? Om beter te begrijpen waarom in de eindtijd het eeuwig evangelie
wordt verkondigd, is het goed de boodschap van de engel te bezien in het licht
van het profetisch woord. De apostel Petrus schrijft: En wij achten het profetisch
woord des te vaster, en gij doet wel er acht op te geven als op een lamp, die
schijnt in een duistere plaats...5 Het profetisch woord geeft inzicht en houvast.
Het is de profeet Daniël die voorspelde dat een macht zou komen die, onder
meer, de waarheid ter aarde zou werpen en een valse eredienst van aanbidding
zou instellen.6 De kerkgeschiedenis leert ons dat er al gauw onbijbelse leringen
en gebruiken de kerk zijn binnengeslopen. En zo werd het evangelie aangetast.
Tijdens de zegenrijke periode van de reformatie werden wel onzuiverheden
weggenomen maar ook zijn er nog punten blijven liggen. Daarom wordt, vóórdat
Christus komt, het zuivere evangelie met haar profetische aspecten, aan allen
gepredikt en krijgen vergeten punten aandacht. Het is van levensbelang gehoor
te geven aan de oproep van deze engel.
Het oordeelsuur is gekomen
Met luider stem roept de eerste engel de mensen op God te vrezen en te eren,
want de ure van Zijn oordeel is gekomen. In de eindtijd zal ieders lot worden
beslist. Jezus getuigt: Zie Ik kom spoedig en mijn loon is bij Mij om een ieder te
vergelden, naardat zijn werk is.7 Een ieders loon zal van tevoren in het oordeel
zijn vastgesteld. De profeet Daniël aanschouwde in profetische nachtgezichten
dat tronen werden opgesteld en een Oude van dagen zette Zich neder... en
tienduizend maal tien duizenden stonden vóór Hem. De vierschaar zette zich
neder en de boeken werden geopend.8
Opnieuw wordt naar deze rechtszitting verwezen, waar sprake is dat de Oude
van dagen kwam en recht verschaft werd aan de heiligen des Allerhoogsten en
de tijd naderde, dat de heiligen het koningschap in bezit kregen.9 In de tijd van
het einde wordt aan Gods kinderen in het oordeel recht verschaft, terwijl de
komst van Christus nadert en zij het koningschap in bezit zullen krijgen. Er is niets
geheimzinnigs aan Gods oordeel. Een ontelbare schare is getuige van Gods
4 Matthéüs 24:14. 5 2 Petrus 1:19. 6 Daniël 8:12. 7 Openbaring 22:12. 8 Daniël 7:9, 10. 9 Daniël 7:22.
5
oordeel dat openbaar wordt gemaakt. Een luide stem ener grote schare in de
hemel zal erkennen dat Gods oordelen waarachtig en rechtvaardig zijn.10 En dan
komt Christus, het Woord Gods, als Koning der koningen en Here der heren naar
deze aarde als Overwinnaar, en Hij velt vonnis en voert oorlog in gerechtigheid.11
Het oordeel openbaart Gods waarachtigheid en rechtvaardigheid; eerst aan alle
hemelbewoners – in de hemel is het kwaad ontstaan – en vervolgens aan de
verlosten van de aarde – de plaats waar het kwaad voortgang vond. De heiligen
zullen hun instemming met het oordeelsbesluit betuigen.12 Tenslotte zal al wat
leeft komen en God aanbidden, omdat Zijn gerichten openbaar zijn geworden.13
(Voor informatie over de geprofeteerde aanvang van dit oordeel, kunt u het gratis boekje
aanvragen: De Onmisbare Boodschap uit Gods Heiligdom. E-mail: [email protected])
Aanbidt Hem,
die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft
Evenals in Genesis 2:1-3 leert de Bijbel in het vierde gebod van de tien geboden,
dat God hemel en aarde, de zee en al wat daarin is, in zes dagen heeft geschapen
en dat Hij op de zevende dag rustte en die dag zegende en heiligde.14 Tijdens de
eerste christeneeuwen werd de zevende dag geleidelijk door een andere dag
verdrongen. In de tijd van het einde, waarin het vierde gebod als Gods kenmerk
en gedenkteken van Zijn schepping nog steeds is ontbonden, klinkt met luider
stem de hemelse oproep om God als Schepper te aanbidden. Deze zinvolle
boodschap wordt tevens gebracht in een tijd waarin de evolutieleer opgang
heeft gemaakt, waarbij alles zou zijn ontstaan door natuurlijke processen van
miljoenen jaren; een populaire theorie, die de plaats heeft ingenomen van de
Bijbelse leer dat God alles in zes dagen heeft geschapen. Gods scheppingsmacht
dient als reden om Hem te vrezen en ontzag voor Hem te tonen. We lezen: Door
het woord des HEREN zijn de hemelen gemaakt, door de adem van zijn mond al
hun heir... De ganse aarde vreze voor de HERE, al de bewoners der wereld moeten
voor Hem ontzag hebben. Want Hij sprak en het was er, Hij gebood en het stond
er.15 De Bijbel laat geen ruimte voor een natuurlijke ontwikkeling van leven
tijdens lange perioden. Neen, de Almachtige Schepper sprak en het was er. Op
Zijn woord stond alles er kant en klaar. Koning Farao van Egypte heeft iets van
Gods scheppingsmacht gezien en ervaren. Van de ene op de andere dag was het
water in bloed veranderd; wemelde de rivier de Nijl van kikvorsen; was het stof
10 Openbaring 19:1, 2. 11 Openbaring 19:11-16. 12 1 Corinthiërs 6:2, 3. 13 Openbaring 15:4. 14 Exodus 20:8-11. 15 Psalm 33:6, 8, 9.
6
Gij, onze Here en God, zijt waardig te ontvangen de heerlijkheid,
de eer en de macht; want Gij hebt alles geschapen,
en om Uw wil was het en werd het geschapen.
Openbaring 4:11
7
veranderd in muggen; waren er zwermen van steekvliegen en bedekten
sprinkhanen het land en vulden de huizen.16 Omdat God de Schepper is, komt
Zijn naam alle lof toe: Dat zij de naam des Heren loven, want Hij gebood en zij
waren geschapen.17 Niemand is God gelijk. Hij alleen is de ware God want Hij
heeft de hemel en de aarde gemaakt.18 Omdat Hij alles heeft geschapen is Hij
alleen aanbidding waardig: Gij onze Here en God, zijt waardig te ontvangen de
heerlijkheid, de eer en de macht; want Gij hebt alles geschapen, en om uw wil
was het en werd het geschapen.19
De Boze is er voortdurend op uit geweest om God in Zijn hoogste gezag, als
Schepper en als Wetgever van Zijn heilige wet, aan te tasten. Het is hem gelukt
veel mensen door valse leringen afvallig te maken. De apostel Paulus heeft de
ontwikkeling van een antichristelijke macht beschreven, die in zijn dagen al
werkzaam was.20 En de profeet Daniël voorspelde de historische ontwikkeling en
beschreef diverse kenmerken. Als een kleine horen zou deze macht uit het vierde
rijk, het Romeinse rijk, tot ontwikkeling komen. Nadat dit rijk in tien delen was
ingestort en drie koningen, die van de Herulen, Vandalen en Oost Gothen, ten
val gebracht waren, kwam deze nieuwe macht tot ontwikkeling en liet haar
dominante invloed gelden. Deze macht zou zich tegen de Allerhoogste keren en
Gods kinderen, de heiligen des Allerhoogsten, vervolgen en te gronde richten.
Deze macht die verschillen zal van de vorige - het is geen uitgesproken politieke,
wereldlijke macht, maar een geestelijke, kerkelijke macht - zal, zo lezen wij: er
op uit zijn tijden en wet te veranderen.21 En inderdaad, deze godsdienstige macht
heeft zich, in onbeschaamde overmoed, tegen de Allerhoogste verzet en louter
op eigen gezag, Gods wet veranderd. De geheiligde tijd van aanbidding van God
als Schepper op de zevende dag werd weggenomen en de eerste dag van de
week werd, in plaats van de zevende, als rustdag ingesteld. En zo werd God in
Zijn gezag aangetast en als Schepper en Wetgever gediskwalificeerd. Nadat deze
macht volledig tot ontwikkeling was gekomen en haar heerschappij gedurende
lange tijd heeft laten gelden, heeft de vierschaar zich in de tijd van het einde
nedergezet en is het uur van het oordeel gekomen. De heerschappij van deze
macht wordt ontnomen en een rampzalig einde zal volgen. Maar Gods trouwe
volgelingen, die Zijn geboden bewaren, ontvangen het koningschap en krijgen
deel aan Gods eeuwig Koninkrijk.22
16 Exodus hoofdstukken 7-10. 17 Psalm 148:5. 18 Jesaja 40:25-28; Jeremia 10:10-16. 19 Openbaring 4:11. 20 2 Thessalonicensen hoofdstuk 2. 21 Daniël 7:23-25. 22 Daniël 7:26, 27.
8
Gehoorzame minderheid
Hoewel de meerderheid geleidelijk de zondag is gaan heiligen, was er op veel
plaatsen een minderheid die gehoorzaam aan Gods gebod, de sabbat van de
zevende dag, heilig heeft gehouden. Nu gaat het in geestelijk opzicht niet om
aantallen, want er wordt niet geteld maar gewogen. God heeft Zijn koninkrijk
bestemd voor hen die getrouw zijn, ook al is het maar een klein kuddeke.23
Maar Gods geboden gelden voor alle mensen. En zo is de sabbat om de mens
gemaakt.24 De profeet Jesaja noemt de sterveling, het mensenkind, en ook de
vreemdeling en de ontmanden, ja allen die de sabbat houden zullen een teken
en een eeuwige naam ontvangen, beter dan zonen en dochters.25
In het artikel ‘sabbat’ staat in de Chambers’s Encyclopaedia terecht te lezen: De
wekelijkse tijdsindeling was natuurlijk op geen enkele wijze specifiek voor de
Joden, en evenmin de religieuze heiliging van de zevende dag.26 Nesbit toont aan
dat vanaf het begin in de oude wereld de zevende dag als een dag van rust werd
gehouden. Overblijfselen uit Egypte, China, Assyrië, Akkad en Babylonië, tonen
dit duidelijk aan.27
Bingham, kerkhistoricus, schrijft aangaande de vroeg christelijke eeuwen: We
vinden bij de oude schrijvers altijd veelvuldig vermelding van godsdienstige
samenkomsten op de Zaterdag, of de zevende dag van de week, die de Joodse
sabbat was… Athanasius, één van de eersten die daarvan melding maakt, zegt,
‘zij kwamen op de sabbat samen, niet dat zij waren geïnfecteerd met het
Judaïsme, maar om Christus te aanbidden: de Heer van de sabbat.’ 28
Ook in later eeuwen is sprake van sabbatviering. Hierbij enkele voorbeelden: In
Engeland werden, tijdens de hervorming, boeken uitgegeven die met veel verve
de zevende dags sabbat verdedigen. Theophilus Brabourne gaf in 1628 te Londen
een boek uit waarin hij beschrijft dat de zondag niet de sabbat is die door God is
ingesteld maar dat, volgens Gods gebod, de sabbat van de zevende dag moet
worden gehouden.29 In 1631/32 publiceerde hij nog een boek,30 waarin hij laat
zien dat de sabbat van het vierde gebod absoluut moreel is en dat alle christenen
verschuldigd zijn deze te gedenken. De zondag is een werkdag die geen voorkeur
verdient en het is niet veel beter dan eigenzinnige aanbidding en bijgelovigheid
om deze dag in het licht van het vierde gebod tot een plechtige sabbat te
23 Lucas 12:32. 24 Marcus 2:27, 28. 25 Jesaja 56:1-8; Prediker 12:13, 14. 26 Chambers’s Encyclopaedia, New Edition, London and Edinburgh 1895, Vol. IX, art. Sabbath, p. 57. 27 Nesbit, S. H., The Sabbath of the Bible, Pittsburgh, 1890, p. 16-35. 28 Bingham, Joseph, Origines Ecclesiasticae or the Antiquities of the Christian Church, Bk XIII, Ch IX, p. 233. 29 A Discourse upon the Sabbath Day. 30 A Defence of the Most Ancient and Sacred Ordinance of God, the Sabbath Day (Academix Cantabrigiensis Liber, 1632, first published in 1631).
9
verheffen.31 De wetgeving en de verbonden, de eredienst en de beloften; alles
was aan de Joden gegeven.32 Brabourne vraagt dan: Verwerpt u het evangelie
omdat het eerst aan de Joden is gegeven? En hij vervolgt: Waarom verwerpt u
dan wel de sabbat omdat die aan de Joden werd gegeven? 33
Brabourne maakt rond 1650 melding dat er veel kerken zijn die de zevende dag
houden.34 Ook wordt melding gemaakt dat er sabbatvierders zijn die zowel de
zaterdag alsook de zondag houden.35
In 1724 werd in Londen een boek uitgegeven door George Carlow, die lid was
van de sabbatvierende kerkgemeenschap in Woodbridge, Suffolk. In 1802 werd
van zijn boek een herdruk in Amerika uitgegeven en in 1847 verscheen opnieuw
een herdruk. Ook Carlow toont aan dat de sabbat niet is veranderd en volgens
het gebod op de zevende dag gehouden moet worden. Met Schriftvoorbeelden
bewijst hij dat wij niet van Gods gebod kunnen en mogen afwijken. Hij schrijft:
De eerste dag kan geen dienst doen als sabbat omdat het grote arrogantie is om
Gods geboden te veranderen. Is God niet verstandig genoeg om Zijn eigen tijd
van aanbidding vast te stellen en hoe dit opgevolgd dient te worden? 36 Carlow
gebruikt voor het houden van de sabbat op de zevende dag diverse argumenten.
Hij schrijft onder meer: Van Christus wordt gezegd dat Hij Heer is van de sabbat;
en wanneer Christus Heer van de sabbat is, dan is de zevende de dag des Heren
(Marc. 2:28) en niet de eerste dag van de week.37 Carlow getuigt: De eerste dag
kan geen dienst doen omdat het niet de dag is die God heeft aangewezen, en hij
vervolgt: Naäman, de melaatse, dacht dat de wateren van Damascus van
dezelfde heilzame werking waren als de wateren van Israël, of zelfs beter. ‘Zou ik
mij daarin niet kunnen baden en rein worden!’ 2 Kon. 5:12. God had hem
geboden zich in de Jordaan te wassen,... en hij heeft zich gewassen en was rein.
Het wassen in de Jordaan was een noodzakelijk deel van Gods opdracht. En zo
heeft God ons geboden de zevende dag als sabbat te houden; de zevende dag,
en niet de eerste, is gelijkerwijs een noodzakelijk deel van Gods opdracht.38
In het laatste deel van de 16de eeuw en het eerste deel van de 17de waren er in
Engeland tenminste elf sabbatvierende kerken van de Zevende-dags Baptisten.
In Amerika waren in zestien Staten wel 10.000 sabbatvierders, twee colleges en
een uitgebreid programma van informatie materiaal.39
31 Collier, Jeremy, An Ecclesiastical History of Great Britain, London, 1841, Vol. VIII, p. 76. 32 Romeinen 9:4, 5. 33 Geciteerd door Ball, Bryan, W., The English Connection, James Clarke, Cambridge, 1981, p. 146. 34 Ibid., p. 140. 35 Collier, A.w. p. 76, voetnoot. 36 Carlow, George, A Defence of the Sabbath, A reply to Ward on the Fourth Commandment, Printed for The American Sabbath Tract Society, reprint, third edition, revised, New York, 1847, p. 17. 37 Ibid., p. 6, 7. 38 Ibid., p. 16. 39 Chambers’s Encyclopaedia, A.w. Vol. IX, art. Sabbath, p. 60.
10
Ook in Nederland is in het bijzonder tijdens de 17e eeuw in woord en geschrift
strijd gevoerd over de sabbat en strikte zondagsheiliging, waarbij opmerkelijke
stemmen werden gehoord. Op zitting 147/148, bijvoorbeeld, van de Synode te
Dordt op 1 mei 1619 kwam, onder meer, vraag 91 van de Catechismus ter sprake
over wat goede werken zijn met het antwoord: Alleen die uit een waar geloof,
naar de wet Gods, alleen Hem ter ere geschieden… Vosbergius, afgevaardigde
van Zeeland, betoogde dat dit ‘naar de wet Gods’ wat betreft het vierde gebod,
niet opgaat, omdat de zevende dag niet wordt gehouden. Vosbergius verdedigde
dat de zondagsheiliging los staat van het vierde gebod.40 Ook de Zeeuwse
afgevaardigde Josias van Oosbergen, ouderling en rechtsgeleerde, benadrukte
dat zondagsviering niet overeenkomt met het vierde gebod. Men moet dan op
zaterdag rusten. De zondagsrust is niet gestoeld op Gods wet. Diverse stemmen
in de sabbatsstrijd, waarbij ook die van Gomarus, hoogleraar te Groningen,
verklaarden dat de zondag niet wordt gehouden krachtens het vierde gebod,
maar volgens de verordening der kerk.
Velen bevestigden de moraliteit van het vierde gebod en dat de sabbat in het
begin werd ingesteld. Dit maakte de verandering van sabbat in zondag moeilijk
te verdedigen. Een aantal theologen, waarbij ook de
Remonstrant Curcellaeus uit Amsterdam, bestreden dat
die verandering was toegestaan.41 De bekende theoloog
Lodenstein mengde zich met een tweetal geschriften
ook in de strijd.42 Zou hij misschien op een gegeven
moment in zijn persoonlijk leven, naast de zondag, ook
de sabbat op zaterdag hebben gehouden? 43 Hij schrijft
als titel: Dat in ‘t N. T. geen Nieuwen of andren Sabbath
is, nog den Tyd des Sabbaths in ‘t O. T. ooit onbepaald
en is geweest.44 Lodenstein noemt het ongerijmd te
rusten op de eerste dag omdat God niet op de eerste,
maar op de zevende dag heeft gerust: ...gedenkt aan
dien zevenden dag der weke om dat Godt op dien gerust heeft, dog dat het
daarom ongerijmt zoude zijn / dat de Heere in het N. T. zegt Gy zult rusten op
den eersten dag der weke om dat ik op den zevenden gerust hebbe dat en kan ik
niet verstaan... Ook schrijft hij: Des Heren H[eilige] geboden te verdraien, los te
40 Visser, H. B., De Geschiedenis van den Sabbatsstrijd onder de Gereformeerden in de zeventiende eeuw, Kemink en Zoon, Utrecht, 1939, p. 62, 63. 41 Ibid., p. 343, 372. 42 Van Lodenstein, D. Jod., Kort en Zedig onderzoek van ’t Berigt nopende den Sabbath, Groningen, 1668, 1746. Laatste gedachten over de zedelyckheydt des vierden gebodts, 1681. 43 Continuing Reformation, Jodocus van Lodenstein: Awakener of Dead Hearts. “…he advocated the celebration of the Sabbath on Saturday.” https://continuingreformation.wordpress.com/tag/reformed-theology/page/2/ 44 Lodenstein, A.w. Kort en Zedig onderzoek, p. 99. Titel van hoofdstuk 14.
11
maken, te niete doen, of ontbinden is wis een zware zake / en de dood wel
weerdig Hebr. X:28. Matth. V:19.45
Enkele bronnen noemen Lodenstein een sabbattist en sommigen beweren dat
hij de sabbat met bevriende Waldenzen zou hebben gehouden.46
De sabbatsstrijd in de verschillende landen heeft niet geleid tot een algeheel
herstel van het sabbatsgebod en dit maakt de wereldwijde oproep van de eerste
engel om God te aanbidden, die de hemel, aarde, zee en waterbronnen gemaakt
heeft, uitermate zinvol. Het gedenken van de sabbat op de daartoe gezegende
en geheiligde, zevende dag is immers van Godswege geboden om Hem als
Schepper te erkennen en te aanbidden.47
(Voor een vijfdelige DVD-set over de sabbat kunt u kijken op: www.sabbatstichting.nl. Ook
kunt u J. N. Andrew’s boek bestellen De geschiedenis van de sabbat, via: www.bijbelwijzer.nl)
De boodschap van de tweede engel
De tweede engel volgde de eerste. Zijn boodschap sluit op die van de eerste
engel aan, zeggende: Gevallen, gevallen is het grote Babylon, dat van de wijn van
de hartstocht zijner hoererij al de volkeren heeft doen drinken.48
Babel, Babylon wordt in de Bijbel gekenmerkt door opstand tegen God. Het
motief voor het bouwen van Babel, een stad met een toren, was tegen Gods wil.
Men wilde zich een naam maken en niet over de aarde worden verstrooid.49
Maar God had geboden dat zij de gehele aarde zouden bevolken.50 En om hun
eigenzinnige plannen te verijdelen, verwarde God hun spraak.
Nebucadnezar, de koning van Babel, verhief zijn hart en beroemde zich op de
sterkte van zijn macht en de eer van zijn majesteit en het koningschap is van hem
geweken totdat hij de macht van de Allerhoogste erkende. Belsazar, zijn zoon,
verhief zich eveneens tegen de Heer des hemels en zijn koningschap werd
gewogen en te licht bevonden en Babylon is gevallen.51
De vervolgende, godsdienstige macht die zich tegen de Allerhoogste verheft en
die door de profeet Daniël en door de apostel Paulus is aangeduid, komt in
Openbaring 17 ter sprake als het grote Babylon. Er is sprake van een beest
waarop een hoer zit die de mensen op aarde bedwelmt met valse leringen. Een
aantal kenmerken die door Daniël en Paulus worden genoemd, komen duidelijk
45 Ibid., p. 106, 108. 46 Van der Toorn, R. A., Psalm 19:8, De Wet des Heeren is volmaakt, Kanters B.V., Alblasserdam 1994, p. 87. Zie ook: Lodenstein, Digibron.nl, Biografie II. Ook van Lodenstein’s leermeester, de Puriteinse Gisbertus Voetius, hoogleraar te Utrecht, werd beweerd dat hij geneigd was terug te keren tot de sabbat op de zevende dag. Toelichting op de Schetsen Kerkgeschiedenis, Vereeniging Gereformeerde Jongelingsbond, 1935, Deel II, p. 223. 47 Exodus 20:8-11. 48 Openbaring 14:8. 49 Genesis 11:4. 50 Genesis 9:1, 7. 51 Daniël 4:28-32; 5:18-28.
12
ter sprake. In de Bijbel staat een beest of een dier symbool voor heerschappij en
macht en een hoer voor ontrouw en ongehoorzaamheid, terwijl een maagd
symbool staat voor Gods reine gemeente.52 De godsdienstige, politieke en
commerciële macht en invloed van het grote Babylon is door de eeuwen heen
wereldwijd van grote omvang en betekenis geweest. Het vervolgende, afvallige,
antichristelijke Babylon is dronken van het bloed der heiligen en getuigen van
Jezus. Maar de eerste engel boodschapt dat het uur van het oordeel is gekomen
en de heerschappij van het grote Babylon zal gewogen en te licht bevonden
worden. En Openbaring 18 beschrijft haar val en ondergang, want God heeft de
rechtszaak tegen haar berecht.53 De boodschap van de tweede engel dient
tevens als waarschuwing en geeft, zolang er nog genade is, gelegenheid om tot
inkeer te komen en van Babylon uit te gaan.54
De boodschap van de derde engel
De derde engel volgt op de eerste en de tweede en zijn boodschap sluit
volkomen aan op die van de beide voorafgaande engelen. Met luider stem roept
de derde engel: Indien iemand het beest en zijn beeld aanbidt en het merkteken
op zijn voorhoofd of op zijn hand ontvangt, die zal ook drinken van de wijn van
Gods gramschap, die ongemengd is toebereid in de beker van zijn toorn; en hij
zal gepijnigd worden met vuur en zwavel ten aanschouwen van de heilige
engelen en van het Lam.55
De eerste engel roept op God te vrezen; Hem eer te geven en Hem als Schepper
te aanbidden. Maar het antichristelijke beest, zoals door Daniël is voorspeld,
verheft zich tegen God met een mond vol grootspraak; hij zal de heiligen te
gronde richten en er op uit zijn tijden en wet te veranderen. De Heer van de
sabbat werd niet geteld, want in plaats van de heilige, zevende dag werd op de
eerste dag een valse eredienst van aanbidding ingesteld.
God heeft lang geduld gehad met deze afvallige macht, maar nu het oordeelsuur
is aangebroken zal de beker van Zijn toorn weldra worden uitgegoten over allen
die het beest aanbidden en zijn merkteken hebben ontvangen. Gods toorn is
begrijpelijk en volkomen terecht, want het is absoluut geen kleinigheid om zich
tegen God te verzetten en Zijn geboden te veranderen door het gedenkteken
van Zijn scheppingsmacht, het sabbatsgebod, opzij te zetten en de Allerhoogste
in Zijn gezag als Schepper en Wetgever aan te tasten. Om Gods geboden te
veranderen moet men zich wel op de troon van God plaatsen en zich het gezag
aanmeten, groter dan God. Een dergelijke zelfverheffing is ook wat de apostel
52 Daniël 7:12, 17; 2 Corinthiërs 11:2. 53 Openbaring 18:20. 54 Openbaring 18:4. 55 Openbaring 14:9, 10.
13
Paulus beschrijft: Laat niemand u misleiden, op welke wijze ook, want eerst moet
de afval komen en de mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des
verderfs, de tegenstander, die zich verheft tegen al wat God of voorwerp van
verering heet, zodat hij zich in de tempel Gods zet, om zich aan te laten zien, dat
hij een god is.56
De afvallige, vervolgende, kerkelijke macht beroemt zich erop Gods wet te
hebben veranderd en ziet dit als het merkteken van haar gezag.57
Op de Pastor’s Page van een kerkblad lezen wij: De Kerk heeft altijd een sterk
gevoel gehad van haar eigen gezag… Misschien wel het stoutmoedigste, de
meest revolutionaire verandering die de Kerk ooit heeft gemaakt… De heilige
dag, de Sabbat, werd veranderd van Zaterdag naar Zondag. ‘De Dag des Heren’
(dies Dominica) werd gekozen, niet door enige aanwijzingen vanuit de Schrift,
maar vanwege het gevoel der Kerk van haar eigen macht… Mensen die denken
dat de Schrift de enige autoriteit moet zijn, moeten logischerwijs 7de Dags
Adventisten worden, en de Zaterdag heiligen.58
Jezus en de apostelen hebben de sabbat niet veranderd. De kerk heeft zich
boven God verheven en die onwettige verandering van Gods heilig gebod,59
buiten de Bijbel om, geheel op eigen gezag en verantwoording tot stand
gebracht en onder bedreigingen aan de gelovigen opgedrongen. Op de Synode
van Laodicea in het jaar 364 wordt in canon 29 geboden dat men op zaterdag
moet werken, terwijl de zondag bijzonder moet worden vereerd als de dag des
Heren. En wanneer gelovigen Judaïsten worden bevonden [de Joodse sabbat
houden], dan moeten ze van Christus worden uitgesloten.60 Regelmatig komt op
Synoden zondagsheiliging ter sprake. De viering van die dag moet worden
ingescherpt; de gelovigen moet geboden worden, met bedreiging van straffen,
de mis en prediking bij te wonen en geen werk te verrichten.61 In een pauselijk
document wordt zelfs geboden dat men zich in het huwelijk, de gehele zondag,
overdag en ’s nachts, moet onthouden van gemeenschap.62
De kerk denkt de zondag te heiligen vanwege Christus’ opstanding, maar het is
beslist geen kleinigheid dat dit gaat ten koste van het gedenken, aanbidden en
vereren van God als Schepper, speciaal op de door Hem daartoe gezegende en
geheiligde, zevende dag. De zondag was niet Gods rustdag, maar Gods eerste
56 2 Thessalonicenzen 2:3, 4. 57 “Sunday is our mark of authority…The church is above the Bible, and this transference of sabbath observance is proof of that fact.” The Catholic Record, London, Ontario, September 1, 1923. 58 Sentinel, St Catherine Catholic Church, 1106 St. Clair Blvd, Algonac, MI, 48001, Vol. 50, May 21, 1995, Nr 22. 59 Romeinen 7:12. 60 Hefele, Karl Joseph, Conciliengeschichte, Druck und Verlag, Josué Witz, Arnheim, 1855, Erster Band, s. 895. 61 Ibid., Zweiter Band, 1856, s. 807, 930. Dritter Band, 1859, s. 49, 56, 66, 112, 117, 395, 405, 413, 667, 718, 750, 791, 890, 900. Vierter Band, 1861, s. 63, 80, 87, 220, 426, 714, 911. Fünfter Band, s. 232, 233, 946, 970. 62 Ibid., Dritter Band, s. 426. Papae Nicolai I, Responsa ad consulta Bulgarorum, Nov. 866, Kap. 63.
14
werkdag.63 En de opstanding wordt door de doop herdacht: Wij zijn dan met Hem
begraven door de doop in de dood, opdat, gelijk Christus uit de doden opgewekt
is door de majesteit des Vaders, zo ook wij in nieuwheid des levens zouden
wandelen.64 De opstanding tot nieuw leven kan niet beperkt worden tot alleen
maar de zondag. Het wandelen in nieuwheid des levens behoort het thema en
de ervaring te zijn van elke dag.
Gods scheppingsmacht is uniek en altijd blijvend en zo ook het sabbatsgebod.65
Maar de sabbat is teniet gedaan en onze Schepper en Wetgever is in diskrediet
gebracht. Hoewel God met veel liefde en geduld deze ernstige, vaak onbewuste
overtreding, eeuwenlang heeft verdragen, valt er bij volharding niet aan Gods
rechtvaardig oordeel te ontkomen. Daarom spreken de engelen met luider stem,
want hun boodschap moet overal worden gehoord en mag niemand ontgaan:
Aanbidt en eert de Schepper; het oordeelsuur is gekomen. De opstandige macht
die zich boven God verheft is gewogen, te licht bevonden en gevallen. Allen die
deze macht volgen en gehoorzamen, in plaats van wat God geboden heeft, zullen
de beker van Gods toorn drinken.
In de loop der eeuwen is door onjuiste beschouwingen en zienswijzen de ware
betekenis, heiligheid en onveranderlijkheid van het sabbatsgebod verduisterd
geraakt en door zondagsheiliging uit het oog verloren. God echter, in Zijn grote
genade, ziet de tijden der onwetendheid voorbij.66 Maar nu, in de eindtijd, het
oordeelsuur is aangebroken en de verering en aanbidding van God als onze
Schepper, geboden in het vierde gebod, door de eerste engel voor alle mensen
voor het voetlicht wordt geplaatst, is er geen verontschuldiging meer. Gods wet
is maatstaf in het oordeel en zij die op een punt struikelen, worden schuldig
bevonden, als er geen sprake is van herstel en oprecht berouw.67
Aansluitend op de drie engelen boodschap lezen we: Hier blijkt de volharding der
heiligen, die de geboden Gods en het geloof in Jezus bewaren.68 Het is helder dat
het bij de drie engelen boodschap gaat om gehoorzaamheid aan Gods geboden;
met name het sabbatsgebod in tegenstelling tot zondagsheiliging, het gebod en
merkteken van het beest. Al wordt het verplichtend opgelegd, Gods volgelingen
ontvangen dit merkteken niet op hun hoofd of hand. Zij zullen zowel mentaal
(hoofd) alsook metterdaad (hand) zondagsheiliging afwijzen. In plaats van het
beest zullen zij God als Schepper aanbidden en op hun voorhoofd het zegel Gods
ontvangen; de naam van het Lam en de Vader zal op hun voorhoofd staan.69
63 Genesis 1:3-5; 2:1-3. 64 Romeinen 6:4. 65 Jesaja 66:22, 23; Psalm 119:89, 151, 152. 66 Handelingen 17:30. 67 Jacobus 2:10-12. 68 Openbaring 14:12. 69 Openbaring 7:2, 3; 14:1.
15
In de oudheid werd het zegel aangebracht in het midden van het tablet met
regelgeving, voorschriften en verordeningen. Een voorbeeld is het zilveren tablet
met de verordeningen van Hattusilis, de Grote Prins van Hatti, de machtige.70 Als
dit van toepassing is op de tien regels die God ons in Zijn wet heeft geboden, dan
komen wij bij het vierde gebod, het midden, het hart van Gods wet. En inderdaad
vinden wij het kenmerk van het zegel in het vierde
gebod: de naam van de Wetgever: de HERE uw God in
Zijn hoedanigheid als Schepper van hemel en aarde,
de zee en al wat daarin is. Het ratificeert Gods wettig
gezag over al Zijn schepselen. Sabbatsheiliging is een
teken tussen God en mens opdat wij zouden weten
dat de HERE onze God is die ons heiligt.71 En zo is de
sabbat, als een teken dat God ons heiligt, in zekere zin
gelijk het teken der besnijdenis dat ook was: het zegel
der gerechtigheid.72 Zij die de sabbat verwerpen en
Gods zegel als Schepper en Wetgever opzij schuiven,
beroven daarmee de gehele wet van haar rechtmatig
gezag en authenticiteit. Maar Gods wet is beslist geen
naamloos geheel. God gaf opdracht de getuigenis toe
te binden en de wet te verzegelen,73 opdat niemand
iets toe of afdoet.74 Maar dit zal niet slagen als het
zegel is weggenomen. De profeet Jesaja getuigt dat er
geen dageraad is voor hen die afwijken van Gods wet.75 De wet gebiedt de
zevende dag te heiligen en wijken we daarvan af, dan is er geen uitzicht. Gods
wet moet worden hersteld. De profeet voorspelt herstel van de schade van
vorige geslachten en wijst op de zegen als men de sabbat eert, de dag des Heren
van gewicht.76 Neem dankbaar de cruciale boodschap van de drie engelen ter
harte. Bewaar Gods geboden en het geloof in Jezus. Aanbidt God als Schepper
op de zevende dag die Hij voor ons als rustdag heeft bepaald, gezegend en
geheiligd. Dat geeft uitzicht en brengt onbetwist Gods rijke zegen met zich mee.
70 Pritchard, James B., Ed., Ancient Near Eastern Texts, relating to the Old Testament, 3rd ed., with Supplement, Princeton, New Jersey, 1969, p. 201. ”What is in the middle of the tablet of silver. On its front side: figures consisting of an image of Seth embracing an image of the Great Prince [of Hatti], surrounded by a border with the words: ‘the seal of Seth, the ruler of the sky; the seal of the regulations which Hattusilis made, the Great Prince of Hatti, the Powerful…’” 71 Ezechiël 20:12, 20. 72 Romeinen 4:11. 73 Jesaja 8:16. 74 Mattheüs 5:18. 75 Jesaja 8:20. 76 Jesaja 58:12-14.
Kleitablet met zegelafdruk
in het midden, van Koning
Mursil II, 1345-1320 v. Chr.
God is Liefde
Top Related