23 februari 2012 , pag. 17

Hunebedbouwers in ZuiderburenZit er een hunebed verstopt onder de Leeuwarder wijk Zuiderburen? Het zou zomaar kun-nen.

ERWIN BOERS

Hunebedbouwers hiel-den zich zeker op indeze omgeving, zegtamateur-archeoloog

Meindert Ley. Er zijn in 2004 na-melijk gebruiksvoorwerpen enbrokjes aardewerk gevonden vandeze Trechterbekercultuur. Ze do-ken op bij de aanleg van het aqua-duct in de Wâldwei.

Twee vitrines met steentijds-vondsten zijn vanaf deze week tebezichtigen in het HistorischCentrum Leeuwarden, dat sindsvorig jaar een archeologischsteunpunt huisvest.

Tienduizenden stukken vuur-steen doken op. In het HCL is hier-uit een selectie te zien. Er liggenook resten van opgepeuzelde ha-zelnoten en van een haardplaats.Verder exposeert Ley een deelvan zijn eigen vondsten, onderandere uit de Burgumermar, Eas-termar en Sumar.

Leeuwarders moeten door-gaans naar de musea in Burgum

of Buitenpost reizen om iets aande weet te komen over de steen-tijd. Exposities in de stad gaanmeestal over de terpentijd of late-re periodes.

,,Jammer’’, vindt Ley. ,,Overal inFriesland zijn in de steentijd almensen geweest, dat wordt weleens vergeten’’. Buiten de FrieseWouden zijn die restanten echter

moeilijk te vinden, omdat ze vaakbedekt zijn door een metersdikkelaag zeeklei.

Wie maar diep genoeg graaft,kan echter wel degelijk hunebed-den vinden.

Dit gebeurde in 1984 bijvoor-beeld onder de terp van Herves-klooster in Noord-Groningen.Ook de vondsten bij Zuiderburen

zijn te danken aan diep graaf-werk.

De meest aangetroffen vond-sten zijn vuursteenwerktuigen.Ze werden meestal achtergelatendoor reizende jagers uit de mid-densteentijd, een vroegere perio-de dan de jonge steentijd, waarinde hunebedbouwers leefden.

Al generaties lang wandelen

zoekers over de velden op zoeknaar pijlpunten, schrapers, bijlenen andere vondsten. ,,Het wordtweer tijd voor een nieuwe genera-tie’’, vindt Ley. Hij hoopt dan ookmensen te interesseren voor zijnhobby.

Je moet een getraind oog heb-ben om een vuursteenbijl of an-der oud gereedschap te herken-

nen. Op het eerste gezicht lijkenhet namelijk doodnormale ste-nen. Pas na enige training sprin-gen de zeer gedetailleerd bewer-kingen in het oog.

De houten handvatten van dewerktuigen verrotten en wordendan ook zelden teruggevonden.Daarom heeft Ley er een aantalzelf gemaakt. ,,Van stokjes van

vuurpijlen’’, zegt hij lachend. Leyvond ze als hij de hond uitliet. Hethout toont bezoekers hoe vroe-ger bijvoorbeeld weerhaakjeswerden bevestigd aan een pijl.

Steentijdvondsten worden pasinteressant als iemand uitleggeeft, weet Ley. Daarom geeft hijzondag om 14.00 uur een lezingin het HCL aan de Groeneweg.

Er liggen ookresten vanopgepeuzeldehazelnoten envan eenhaardplaats

Meindert Ley toont de vondsten die gevonden zijn bij de aanleg van het aquaduct in de Wâldwei. FOTO LC/TIFFANY PETERS