Nummer 4 \ 2010
Groot jubileumfeestop 17 september
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl3
InhoudsopgaveVan de voorzitter
Voor Delta Lloyd is het volmachtkanaal heel belangrijk
Drie oud-voorzitters NVGA aan het woord
Nieuwe auditstructuur zet gevolmachtigden aan het stuur
Michiel Brandt: Een zakelijke kijk op gevoel
Market Scan: Portefeuille management
De passie van ... Roel van den Heuvel
5
10
6
14
18
20
25
van de redactie
6
18
20 14
Het maken van dit blad geeft ons als NVGA
ruime gelegenheid om zaken voor het voetlicht
te brengen die bijzondere aandacht verdienen en
belangrijk zijn voor onze leden.
De onderwerpen liggen voor het oprapen en samen
met Jacqueline Jonker is ook dit blad weer snel
gevuld.
We hebben inmiddels een paar vaste onderwerpen
die in elke uitgave terugkomen. Delta Lloyd is deze
uitgave de maatschappij die we de gelegenheid
geven om hun verhaal te doen over onze mooie
branche. In ‘De Passie Van’ spelen dit keer Kuifje en
Donald Duck de hoofdrol.
Het vieren van een vijftig jarig jubileum is
een bijzondere gebeurtenis. Ik kan daar
inmiddels zelf over mee praten. Het belooft een
prachtig feest te worden op een heel bijzondere
locatie.
Carroline Ramos en Jacqueline Jonker van ons
secretariaat hebben hier veel werk aan gehad.
We hopen velen van jullie te zien op 17 september
aanstaande.
Ik wens iedereen veel leesplezier met dit blad.
Mocht u suggesties hebben voor de inhoud van
het volgende exemplaar, bijvoorbeeld voor de
rubriek ‘De Passie Van’, dan houden we ons graag
aanbevolen.
Arie van den Berg
5
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 4
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl5
ColofonJaargang 1, uitgave 4, september 2010NVGA Magazine is een uitgave van NVGA en verschijnt 3 maal per jaar.
RedaCtieSecretariaat [email protected] medewerking van:Roel Veldwijkwww.veldwijkcommunicatie.nlFroukje Meermanwww.mermaidmedia.nl
fotogRafieRaphael Drentwww.fotodrent.nl
UitgeveRZ-Press Sport & Media bv
Postbus 1015, 3300 BA DordrechtT. 078 639 70 70
voRmgevingwww.zpress.nl
dRUkDrukkerij Van der Weij BV, Hilversum
CopyRightOvername van artikelen, foto’s en beeldmatriaal of gedeelten daarvan is toegestaan, mits vergezeld van bronvermelding. Toezending van de betreffende publicaties wordt op prijs gesteld.
Combinatie marktdag - jaarvergadering groot succes!
50-jarigjubileum NVGAMij valt de eer te beurt voorzitter van onze vereniging te zijn in het jaar dat wij ons 50-jarig jubileum vieren. Als een vereniging ouder is dan de gemiddelde leeftijd van haar bestuur dan zegt dat wel wat over haar standvastigheid en toegevoegde waarde. Het is dan ook niet zonder een gevoel van trots dat wij binnenkort onze leden en branche-genoten op De Rotterdam ontvangen om deze mijlpaal samen te vieren.
Oscar voor zijn documentaire “Glas”. Op het hoog-
tepunt van de Koude Oorlog wordt Gary Powers in
zijn U2-spionagevliegtuig boven de Sovjet-Unie
neergeschoten. Het wereldrecord op de 100 meter
sprint bij de mannen gaat naar 10,0 seconden.
Belgisch Congo wordt onafhankelijk. Bokser Cassius
Clay, tegenwoordig Muhammad Ali, wint zijn eerste
profwedstrijd. John F. Kennedy verslaat Richard
Nixon in de Amerikaanse presidentsverkiezingen.
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar dat lijkt toch
allemaal wel heel erg lang geleden, toen de TV nog
grijze grofkorrelige beelden uitzond. En de meeste
mensen nog helemaal geen TV hadden.
Natuurlijk is 1960 lang geleden, en zeker is er in 50
jaar veel veranderd, maar veel is ook hetzelfde ge-
bleven. De ondertekenaars van de oprichtingsakte
vertegenwoordigden gerenommeerde kantoren,
van wie er vele ook nu nog actief zijn, vaak onder
dezelfde naam. Het beleid van onze vereniging
heeft in al die jaren ook wel een herkenbare lijn
gevolgd. We zijn graag concreet bezig met de
praktische kanten van ons vak. Niet teveel politiek
en ook geen vrijblijvend gefilosofeer, maar ervoor
zorgen dat het volmachtbedrijf gekenmerkt wordt
door professionele dienstverleners die begrijpen
waarmee ze bezig zijn en met verstand van zaken
optreden.
Dat doet me denken aan een bijzondere gebeurte-
nis in 1985, het jaar van ons 25-jarig jubileum.
Voor het eerst in tientallen jaren werd toen weer
eens een Elfstedentocht geschaatst. Evert van Ben-
them was de glorieuze winnaar. Het schaatsen van
de Elfstedentocht vertoont wel een paar overeen-
komsten met het voeren van een volmachtbedrijf.
Het lukt alleen als je goed geoefend bent en een
helder beeld hebt van wat je te wachten staat. Je
moet rekening houden met onverwachte tegen-
slagen en uitglijders, maar met de wind in de rug
gaat het soms bijna vanzelf. En je moet beschikken
over een lange adem, want snel scoren is er niet
bij. Maar boven alles is het een uitdagende tak van
sport waar je veel voldoening uit kunt halen. Mijn
wens is dat dit de komende 50 jaar zo zal blijven.
Ik wens u veel leesplezier en ik hoop u te treffen
tijdens ons spetterende feest op 17 september 2010
op de Rotterdam. Als voorzitter van de NVGA zal
ik ook daar het woord tot u richten en stilstaan
bij de voorbije 50 jaar. Gelukkig voor u zal ik dan
één markante gebeurtenis uit 1960 niet trachten
te evenaren: de langste toespraak ooit, gehouden
op 26 september 1960 door Fidel Castro tijdens
de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties.
Die duurde 4 uur en 29 minuten. En dat is echt niet
meer van deze tijd!
Coen van Ham
Voorzitter NVGA
Van de voorzitter...
Hoe lang een periode van 50 jaar wel niet is blijkt
als we de markante gebeurtenissen uit ons op-
richtingsjaar 1960 in herinnering roepen. Sjoukje
Dijkstra behaalt een zilveren medaille bij het kunst-
rijden op de schaats tijdens de Olympische Win-
terspelen in Squaw Valley. Bert Haanstra wint een
op 15 april is in hotel figi te Zeist onze jaar-
vergadering geweest.
kundig zoals we dat van hem kennen leidde
onze voorzitter Coen van ham de vergadering.
elk bestuurslid gaf een korte toelichting op de
zaken die in de betreffende portefeuilles zijn
behandeld in het afgelopen verenigingsjaar.
het bestuur werd conform de voordracht uitge-
breid met marcel van loon.
na een korte pauze zijn we verder gegaan met
de gezamenlijke invulling van de middag.
Samen met het verbond van verzekeraars was
er een prima programma samengesteld.
het was de taak van dagvoorzitter Coen van
ham om de sprekers aan de gestelde tijden te
houden. Rik kloos gaf namens de stuurgroep in
vogelvlucht de onderwerpen weer die de ver-
tegenwoordigers van de verzekeraars en nvga
gezamenlijk hebben behandeld in 2009.
peter van den heuvel en Robert van der plas
gingen nader in op portefeuille management
en welke hulpmiddelen hiervoor beschikbaar
zijn.
de middag werd afgesloten door Jeroen Smits
van o.a. de prooi. deze geweldige spreker
slaagde erin om de zaal volledig te boeien.
heden en verleden vloeide in elkaar over en
tussen de regels door was er voor een ieder
voldoende stof tot nadenken.
na al dit sprekersgeweld was het lang gezellig
in de foyer van het figi
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 6
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl7
“Omdat wij ons positioneren als een belangrijke
MKB- en zakelijke adviesspeler, zijn de partijen
waarmee wij samenwerken van oudsher gevol-
machtigde bedrijven”, zegt Van der Zwan. “Kijkend
naar de particuliere schadeverzekeringsmarkt en
in toenemende mate de MKB-tekening, zie je dat
steeds meer in volmacht wordt gedaan. Daarbij
niet te vergeten de service providers of partijen
die werknemers in het volmachtconcept onder-
brengen. Als totaal is het voor ons een belang-
rijke doelgroep. De markt is sterk ontwikkeld en
geprofessionaliseerd. Als je het Position Paper 2010
van de NVGA leest, zie je dat het ook een markt is
die bestuurlijk met veel professie wordt gestuurd.
Daarom is het interessant er zaken mee te doen.”
Uitgangspunten“Het is een belangrijke markt, maar wij gaan wel
uit van onze eigen uitgangspunten”, aldus Adéle
Jeuken. “Dat betekent dat wij generieke volmach-
ten verlenen voor de particuliere tekening en een
deel van de zakelijke tekening. Daarnaast is een
aantal gevolmachtigde assurantiebedrijven zodanig
geëquipeerd, dat zij ook specifi eke tekening kun-
nen doen. Denk aan inkomensverzekeringen of aan
niches zoals agrarische of transportverzekeringen.
Die volmachten stellen wij niet breed ter beschik-
king, maar selectief. Op dit moment hebben wij
in agrarische verzekeringen 18 gespecialiseerde
gevolmachtigden. Zij beschikken over de specifi eke
kennis, wij ondersteunen dat onder andere met
goede producten. Hetzelfde geldt voor transport-
verzekeringen. Het gaat niet om het aantal, het
gaat om de combinatie van specifi eke kennis en
voldoende volume. Wij doen dat weloverwogen,
vanuit onze eigen strategie. Dat hebben wij ook
gedaan met het relatief nieuwe fenomeen van
inkomensverzekeringen. Die volmachten hebben
wij in fasen uitgerold en we hebben er nu 45. Het
gaat er om op het goede moment en met de juiste
partner langdurig zaken te kunnen doen.”
AanstellingscriteriaOm als assurantiebedrijf voor een volmacht van
Delta Lloyd Verzekeringen in aanmerking te komen,
moet de gevolmachtigde aan een aantal voorwaar-
den voldoen. “Kern van ons volmachtbeleid is dat
wij kijken naar de ondernemer en het bedrijf”, zegt
Jeuken. “Wij gaan er naar toe en willen niet alleen
papier zien. Wij willen proeven hoe het bedrijf is en
hoe het in elkaar steekt. Wij doen dat gedegen, on-
der meer door er de expertise van Delta Lloyd Bank
bij te betrekken. Wij willen ook graag weten wat
de plannen van de ondernemer voor de toekomst
zijn. Krijgen wij daar een goed gevoel bij? Welke
rol denkt de ondernemer dat wij daarin kunnen
spelen? Je moet wel een groeimodel hebben om
het belang van de aanstelling als gevolmachtigde
waar te kunnen maken.”
“Een volmacht staat ook niet op zichzelf, wij kijken
naar de breedte van het kantoor”, vult Van der
Zwan aan. “Het gaat om een partnership met een
kantoor. Niet alleen in volmacht, maar in totaal.
Waarin is het bedrijf verder actief? Heeft men een
specialisme of richt men zich op bepaalde ‘affi nity
groups’?”
Van der Zwan is in commerciële zin tevreden over
de samenwerking met de gevolmachtigden. “De
groei die wij doormaken, komt voor een belangrijk
deel uit het volmachtkanaal. Een stabiele groei,
waar bewust voor gekozen is. Gevolmachtigde be-
drijven zijn bovendien in staat vrij snel in te spelen
op marktontwikkelingen. Zij waren de eersten die
internet als mogelijkheid voor het intermediair
zagen. Toen er een markt voor inkomensverzekerin-
gen ontstond liepen de gevolmachtigden vooraan
om daar op in te spelen. Dan kijk je samen naar
nieuwe modellen en hoe je dat van twee kanten
gaat invullen.”
InitiatievenOp de vraag of de samenwerking met gevolmach-
tigden altijd voldoet aan de verwachtingen ant-
woordt Adéle Jeuken. “Ondanks gedegen onderzoek
en goede gesprekken met ondernemers, brengt een
samenwerking of initiatief soms niet, of minder,
dan je ervan had verwacht. Wij voeren tenminste
vier maal per jaar constructieve gesprekken met
onze gevolmachtigden over alles wat ons samen
raakt. Wij nemen elkaar mee in het proces. Wij stel-
len dan daarbij meteen de vraag: hoe gaan wij dit
samen oplossen? Verder zien wij ook dat gevol-
machtigden zelf met initiatieven komen om samen
een ‘pilot’ te doen, zonder te weten wat de exacte
“Gevolmachtigde assurantiebedrijven zijn voor ons een heel belangrijk distributiekanaal, niet alleen voor de zaken die in volmacht gedaan worden, maar ook voor verzekeringen in het algemeen. De volmacht is vaak een drager voor overige zaken, zoals pensioenen.” Harry van der Zwan is directeur Marketing & Verkoop bij Delta Lloyd Verzekeringen en Adéle Jeuken is lid van de directie van het schadeverzekeringsbedrijf en verantwoordelijk voor de zakelijke portefeuilles, in het bijzonder de volmachtportefeuille. GA magazine sprak met beiden over het vol-machtbeleid.Door Roel veldwijk, veldwijk Communicatie
Voor Delta Lloyd Verzekeringen is het volmachtkanaal heel belangrijk
“Kern van ons volmachtbeleid is dat wij kijken naar de ondernemer en het bedrijf”
6
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl9
uitkomsten zullen zijn. Vinden jullie, als Delta
Lloyd Verzekeringen, het initiatief het onderzoeken
waard? Sommige zaken kun je alleen uit ervaring
ondervinden. Dan besluit je samen het initiatief
aan te gaan voor een bepaalde tijdspanne en met
een vastgesteld budget.”
Harry van der Zwan wees er al op dat de vol-
machtmarkt sterk is geprofessionaliseerd. Zijn
collega Adéle Jeuken haakt hierop aan. “Los van
alle regelgeving en eisen aan permanente educatie
zie je dat er in korte tijd een opvallende groei in
het ondernemerschap is geweest. Ondernemers,
gevolmachtigden, maken al keuzes, terwijl er nog
geen keuzes gemaakt hoeven te worden. Toponder-
nemers gaan, vooruitlopend op wat komen gaat,
scenario’s bedenken en samenwerking zoeken. Wij
spelen daarop in. Service providers worden bijvoor-
beeld anders ondersteund dan huisvolmachten,
maar alle goede vormen van samenwerking moeten
elkaar kunnen vinden.”
ContactenDelta Lloyd Verzekeringen organiseert regelmatig
sessies met de directies van haar gevolmachtigden
over marktontwikkelingen. Van der Zwan: “Zo heb-
ben wij onlangs met één van hen bekeken om een
deel van de volmachtproductie door Delta Lloyd te
laten ‘insourcen’, omdat de schadebehandeling dan
efficiënter te managen is. De gevolmachtigde kan
dan meer aandacht besteden aan, bijvoorbeeld, het
binnenhalen van ‘affinity groups’. Interessant voor
de gevolmachtigde en leuk zaken doen.”
“Het interessante aan gevolmachtigden is dat zij
elkaar ontmoeten en collega’s zijn, maar elkaar
doorgaans niet bijten omdat zij, ieder vanuit hun
specifieke expertise waarde toevoegen aan hun
diensten”, aldus Jeuken. “Verrassend, omdat je
vanuit het brede provinciale intermediair soms wel
eens anders hoort. Gevolmachtigden maken hun
eigen plan met eigen keuzes en laten dat één op
één terugzien in de markt. Zij kiezen voor niches,
‘affinity groups’ of lokaal opereren. Grote spelers
hebben weer een andere toegevoegde waarde.”
Adéle Jeuken maakt melding van het bestaan van
twee volmachtpanels van ieder 12 tot 15 gevol-
machtigden, die met de directie van Delta Lloyd
Verzekeringen twee maal per jaar bij elkaar komen.
“Klankbordgroep is te zwak uitgedrukt, denktank
is beter. De agenda wordt wederzijds bepaald, dus
niet alleen wat wij willen bespreken. Wat echt be-
langrijk is, komt erop. Het geeft ons inzicht in wat
er in het veld speelt, waardoor wij beter kunnen
inspelen op verwachtingen.”
StuurgroepDelta Lloyd Verzekeringen onderhoudt met haar
eigen gevolmachtigden frequent contact. Met de
NVGA zijn er wel formele contacten op het gebied
van informatie-uitwisseling, maar het meeste
contact verloopt via de Stuurgroep Volmachten
van het Verbond, waarin de NVGA ook deelneemt.
Adéle Jeuken is lid van de Stuurgroep. “Wij treffen
elkaar met goede regelmaat en mijn beeld is dat er
ook echt zaken ter tafel komen die ertoe doen. De
NVGA is zich de laatste jaren anders gaan opstellen
en is meer zaken gaan oppakken die belangrijk zijn
voor de leden. Belangenbehartiging is een belang-
rijk uitgangspunt. Daardoor is de samenwerking
met verzekeraars ook geïntensiveerd. Het houdt
niet op bij wat wij ‘moeten’ bespreken, maar ook
wat wij ‘willen’ bespreken. Hoe gaan wij, naar de
toekomst kijkend, verder met elkaar?”
De NVGA bestaat dit jaar 50 jaar. “Vroeger was
de vereniging veel meer gesloten”, aldus Van der
Zwan. “Vandaag de dag treden zij veel meer naar
buiten. Toen ik voor het eerst met volmachten te
maken kreeg, werd benadrukt dat je ‘volmacht
moest leren kennen’. Nu straalt het veel meer
eigenheid uit, is het minder gesloten. Daarom is het
volmachtbedrijf de laatste jaren zo succesvol. Men
is een andere fase beland. Verzekeraars stellen zich
ook opener op. Hierdoor ontstaat een nog betere
samenwerking.”
Position Paper 2010“Er zijn ook tal van ontwikkelingen in de ge-
meenschappelijke belangen”, zegt Jeuken. “Het
volmachtbedrijf ontleent nu kracht op basis van
de eigen statuur. Het feit dat de NVGA het Position
Paper 2010, na dat van 2007, op de markt brengt, is
een goede ontwikkeling. Het getuigt dat de NVGA
visie belangrijk vindt en daar voor staat. Er staan
onderwerpen in die de nodige discussie zullen
geven, ook in eigen geledingen. Dat is een teken
van kracht, want de diversiteit binnen de NVGA
is groot. Het straalt pro-activiteit uit dat men
daarmee aan de slag wil. Wij hebben het Position
Paper 2010 besproken in de Stuurgroep en het
is positief dat aan verzekeraars is gevraagd hun
mening te leveren, omdat wij met een andere bril
kijken. Tachtig procent verbindt ons één op één
en die andere twintig procent biedt ruimte voor
discussie. Het Position Paper is een prima leidraad
voor verdere gesprekken, of het nu over innovatie,
beloningsdiscussie, transparantie of maatschappe-
lijk verantwoord ondernemen gaat.”
“In het Position Paper staat dat volmacht een vak
is”, aldus Van der Zwan. “Dat is zo. Er wordt on-
dernemend naar gekeken, met veel aandacht voor
innovatie. De groei en toekomst van het volmacht-
kanaal is naar innovatie te zoeken en daarin te
blijven investeren.”
In de Stuurgroep Volmachten speelt binnenkort
een nieuw bestandsprotocol ter verbetering van
de data-uitwisseling tussen gevolmachtigden en
volmachtgevers. “Wij moeten eenheid hebben om
data uit te wisselen”, zegt Jeuken. “Er is behoefte
aan een efficiencyslag in het volmachtkanaal. Wil-
len wij op een efficiënte wijze zaken doen, moeten
we samen de euro zo effectief mogelijk investeren.
Eerst moeten we de discussie voeren of je wilt in-
vesteren en dan pas wie welk deel van de euro gaat
betalen. Niet andersom, want dan verzand je. Wij
zullen een goede vakinhoudelijke discussie voeren,
want er zijn zoveel elementen die ons verbinden.
Die geven de doorslag om samen goede resultaten
te blijven realiseren.”
Deskundigheid en partnershipals concurrentiewapensvan de toekomst!
De wereld verandert en wij veranderen mee. Ook in onze
branche is het tijd om de bakens te verzetten. In onze nieuwe
wereld draait het om partnership. Op basis van persoonlijk
contact, deskundigheid, gelijkwaardigheid en vertrouwen.
Ons volmachtbedrijf werkt al jaren op deze manier. Als eerste
verzekeraar stelden we een speciaal volmachtteam op. Onze
specialisten zoeken samen met u naar oplossingen waar u
en uw klant optimaal voordeel van hebben. U hebt daarbij
de kennis van de klant en de markt. Wij hebben de expertise,
ervaring en schaalgrootte van Achmea om hier adequaat op in
te spelen.
In het IG&H Performanceonderzoek worden onze specialisten
bestempeld als ‘top of the bill’. Hetzelfde verwachten we van u.
We willen ons netwerk van gevolmachtigden uitbreiden. Wel
zijn we zorgvuldig in het selecteren van bedrijven waarmee we
samenwerken. Onze gevolmachtigden zien deskundigheid en
partnership als de concurrentiewapens van de toekomst.
Net als wij.
4978E_16151796_rode blok advertentie 230x297.indd 1 22-07-10 14:25
Harry van der Zwan: “De groei die wij doormaken komt voor
een belangrijk deel uit het volmachtkanaal”
Adéle Jeuken: “Tachtig procent in het Position
Paper 2010 verbindt ons één op één”
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 10
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl11
bedrijf op, Kamerbeek’s Assurantiekantoor Anno
1940. Hij beschikte toen ook al over het makelaars-
diploma onroerend goed. In 1950 werd Nedasco
opgericht, het assuradeurenbedrijf. Herverzeke-
ringsmakelaardij Wijk & Kamerbeek volgde. In
1978 droeg hij de Kamerbeek Groep over aan zijn
zoon Cees en, om bewust afstand te nemen van de
dagelijkse gang van zaken, verhuisde hij naar Zwit-
serland. “Daar heb ik 25 jaar met plezier gewoond.
Natuurlijk kwam ik regelmatig naar Nederland,
want ik was nog commissaris. Mijn kennis van het
Nederlandse verzekeringsbedrijf hield en houd
ik nog steeds bij uit de verzekeringsvakpers.” Dat
de naam Kamerbeek uit het verzekeringsbedrijf is
verdwenen, raakt hem wel. Cees heeft het bedrijf
om gezondheidsredenen verkocht aan AEGON en
die heeft het ondergebracht in de Unirobe Meeùs
Groep. “Maar recent was ik nog in Amersfoort en
toen men naar mijn naam vroeg, zei men: “Kamer-
beek van het Stationsplein?” Kijk, dat vind ik dan
nog steeds leuk.”
“Mijn vader was, als directeur-eigenaar van Kettlitz
& Deenik Anno 1890, medeoprichter van de NVGA
en net als de andere medeoprichters lid van de
NVA”, herinnert Dick de Bruin zich. “De gevolmach-
tigde assurantieagent had en heeft een ander be-
lang dan het provinciale intermediair en een aparte
belangenbehartiging in verband met naderende
wetgeving was dan ook niet zo vreemd. Hoofdstuk
VII van de Wet assurantiebemiddeling zou in 1964
van kracht worden en daarbij heeft het bestuur van
de NVGA, onder voorzitterschap van Frits Jansen
Senior, een belangrijke rol gespeeld.”
Volgens De Bruin zagen de gevolmachtigden aan
de assurantiebeurzen van Amsterdam en Rot-
terdam, sinds 1956 al georganiseerd in de VABAR,
dat provinciale volmachtgedoe niet zo zitten en
kon de wet niet streng genoeg zijn. Via Algemene
Maatregelen van Bestuur werden behoorlijke eisen
gesteld aan vakbekwaamheid en productie, maar
konden ook ontheffi ngen worden gevraagd indien
de gevolmachtigde minstens twintig posten via
anderen verkreeg. Dat lukte vrij gemakkelijk via
bromfi etsverzekeringen en reisverzekeringen.“Om
ontheffi ng te kunnen krijgen, moest je daar wel
aan meedoen”, aldus De Bruin. “Veel volmachten
in de provincie waren ontstaan om een extra
honorering te kunnen geven en waren dus vaak
‘schijnvolmachten’, in plaats van het uitvoeren van
werkzaamheden voor rekening van verzekeraars.
Het eerste bestuur heeft veel werk gemaakt van het
verkrijgen en organiseren van ontheffi ngen, zodat
het volmachtbedrijf in de provincie kon blijven
bestaan. Misschien heeft men ooit gedacht dat de
provinciale gevolmachtigde een uitstervend ras zou
zijn, maar dankzij die pioniers is niets minder waar.
Men ging ook steeds meer aan kwali-
teitsnormering doen. Nieuwe toetreders
moesten pittige examens doen.”
In de zaakDick de Bruin zou na zijn militaire dienst
of diergeneeskunde gaan studeren of in de
zaak komen. Het plotseling op 53-jarige
leeftijd overlijden van vader Henk maakte
dat die keuze niet meer opportuun was. Het werd
de zaak, waarbij zijn moeder een goede rol speelde.
“Zij kon op grond van een ontheffi ng de zaak
voortzetten, haalde als eerste vrouw het A-examen
en hield mij kort. Als nieuwe toetreder moest ik wel
de hele procedure doorlopen, dus ik heb in 1965
het A-examen gehaald, in ‘66 het Branchediploma
Varia en in ’67 het verplichte volmachtdiploma.
De wet eiste dat de administratie gescheiden
gevoerd moest worden, dus wij hadden op kantoor
de Afdeling Volmachten apart gezet. Computers
waren er nog niet, er waren aparte kaartenbakken
en je was verantwoordelijk voor het zelfstandig
Drie oud-NVGA-voorzitters aan het woord over 50 jaar belangenbehartiging
“Dankzij de pioniers is het provinciale volmachtbedrijf geen uitstervend ras geworden”De Nederlandse Vereniging van Gevolmachtigde Assurantiebedrijven NVGA viert dit jaar het 50-jarig bestaan. De oprichting vond plaats op maandag 11 juli 1960 in Hotel des Pays-Bas aan het Janskerkhof te Utrecht, waarbij de ‘A’ uit de naam toen nog stond voor ‘Assurantie-agenten’ en de afkorting met puntjes tussen de hoofdletters werd geschreven. Het initiatief voor de oprichting werd genomen door een aantal NVA-leden, toen al de grotere kantoren die over een provinciale volmacht beschikten.Door Roel veldwijk, veldwijk Communicatie
Rijk Kamerbeek: “Wetgeving noopte gevolmachtigden in actie te komen”
VoorzittersEen man van het eerste uur is de thans 91-jarige
Rijk Kamerbeek. Hij was lid van het initiatiefcomité
en bestuurslid tot 1968. Hij keerde terug in het
bestuur in 1977 en werd in 1978 voorzitter om na
een klein jaar de voorzittershamer over te dragen
aan Dick de Bruin (Kettlitz & Deenik Anno 1890),
wiens vader Henk de Bruin in 1948 de eerste NVA-
voorzitter was en in 1960 ook aan de wieg stond
van de NVGA. Dick de Bruin trad in 1976 toe tot
het bestuur en werd in 1979 tot voorzitter gekozen.
Hij zou dat blijven tot 1986. In de 21e eeuw zou
hij als NVA-voorzitter de plooien mede weten glad
te strijken die in de loop de jaren tussen NVGA en
NVA waren ontstaan. Zo kwamen beide organisaties
weer onder één dak terecht in Amersfoort. In 1997
trad Arie van den Ende toe tot het bestuur. Hij
stond aan de wieg van de professionalisering van
de NVGA als lid van de Commissie NVGA 2000 en
voorzitter van de Commissie Economische Zaken.
Hij was voorzitter van de NVGA van 2000 tot 2003.
In die tijd is meer vorm gegeven aan het overleg
met verzekeraars, is meer interactie tussen bestuur
en leden ontstaan en werd op onderwerpen waar
meer effi ciency kon worden bereikt, de samenwer-
king gezocht. Verder is nadere invulling gegeven
aan kwaliteitsnormering, waarbij aan leden nadere
eisen werden opgelegd. GA magazine sprak met
deze drie oud-voorzitters.
“In de jaren vijftig was de Wet assurantiebemidde-
ling tot stand gekomen. Deze kende vier catego-
rieën inschrijvingen in de registers bij de Sociaal
Economische Raad: A, B, C en D. De NVA-leden,
die onafhankelijk van verzekeringsmaatschappijen
opereerden en ook veel makelaars in assurantiën
telden, stonden voornamelijk in het A-register”, zo
vertelt Rijk Kamerbeek in zijn servicefl at in Bergen
op Zoom.
“In het B-register stonden de assurantieagenten,
met daaronder veel NBVA-leden. In die tijd waren
bij de NBVA veel gebonden maatschappijagenten
aangesloten die maar met één verzekeraar zaken
deden. Als je als onafhankelijk NVA-lid goede zaken
deed met een bepaalde verzekeraar, kreeg je een
agentuurovereenkomst voor gevolmachtigde agent.
Dan trad je op als assuradeur en kon je zelfstandig
schades regelen en premies vaststellen.”
Eigen statuurDe Wet assurantiebemiddeling kende deze fi guur
niet, terwijl het aantal snel groeide. Dat had te
maken met de provisieregeling voor het schade-
verzekeringsbedrijf, maar ook met het feit dat
bepaalde verzekeraars uitsluitend met gevolmach-
tigden wilden werken. Midden jaren vijftig besloot
de wetgever dat het tijd was de positie van de
gevolmachtigde agent wettelijk te regelen. In de
Commissie van Advies ex artikel 2 Wab kwam dit
ter sprake. Hoofdstuk VII van de wet zou speciaal
gewijd worden aan de gevolmachtigde agent.
“Een aantal NVA-leden heeft toen het initiatief
genomen een eigen vereniging op te richten”, aldus
Kamerbeek. “Grote man was Frits Jansen uit Zeist,
die Ben van Heijst van de Crediet- en Effectenbank
uit Utrecht en mij vroeg mee te doen. Jansen was
gevolmachtigde van De Nederlanden van 1845
en ik van de Noordhollandsche van 1816. Een
initiatiefcomité van elf grotere NVA-kantoren heeft
toen de oprichtingsvergadering voorbereid. Bij die
vergadering was een veertigtal kantoren aanwezig.
Het was één grote vriendenclub, die vond dat wij
in de wet niet gecategoriseerd moesten worden
als agent, maar als gevolmachtigde. Reden voor de
oprichting was overigens niet alleen de wetgeving.
Ook om uniformiteit te krijgen in het innemen
van standpunten tegenover de volmachtverle-
nende verzekeraars was een aparte rechtspersoon
gewenst. Zó kregen de gevolmachtigden een eigen
statuur.”
Frits Jansen leidde de oprichtingsvergadering, werd
voorzitter van het voorlopig bestuur en eerste
voorzitter van de NVGA. Rijk Kamerbeek kwam
in het bestuur en zou daarin tot 1968 actief zijn.
Hij was bovendien sinds 1958 bestuurslid van de
NVA en zou daarvan van 1970 tot 1975 voorzitter
zijn. Vanuit de NVA was Rijk Kamerbeek ook actief,
eerst als bestuurslid, later als penningmeester en
vicevoorzitter, in het bestuur van BIPAR, Bureau
International des Producteurs des Assurances et des
Réassurances, de wereldkoepel van intermediaire
organisaties. Hij bleef dat, ook na zijn aftreden als
voorzitter van de NVA. “Bij het BIPAR waren ook
organisaties van gevolmachtigden aangesloten, dus
toen ik in 1977 weer in het bestuur van de NVGA
kwam, wilde ik graag dat de NVGA lid zou worden.
De NVA was echter een andere mening toegedaan.
Wat ik mij uit die tijd nog heel goed herinner is
dat voorzitter Oswald Hübener en ik het BIPAR-
secretariaat, tot grote woede van de Fransen, lieten
verhuizen van Parijs naar Brussel. Daar zat het
dichter bij de Europese instellingen. Het bestuur
van BIPAR heeft mij, na mijn bestuursperiode,
benoemd tot Ere Vicevoorzitter.”
VerzekeringsvakpersRijk Kamerbeek heeft een lang verzekeringsleven
achter de rug. Als subagent-incasseerder hielp hij
zijn vader bij het innen van premies voor de RVS
in Amersfoort. In 1940 richtte hij zijn eerste eigen
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 12
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl13
prolongeren. De Wet assurantiebemiddeling –en die
streep kan tot nu toe doorgetrokken worden- heeft
er uiteindelijk voor gezorgd dat de provinciale
gevolmachtigde die kwaliteit is gaan brengen, zoals
daadwerkelijk de bedoeling was. De laatste tien,
vijftien jaar, zijn er gevolmachtigden en service
providers bijgekomen die een heel andere invulling
aan het intermediair hebben gegeven.”
Jonge gardeIn 1976 werd Dick de Bruin gevraagd bestuurs-
lid van de NVGA te worden. “Daarmee was ik de
eerste van de jongere garde. Daarna kwamen ook
Eric Westenburg, Kees In ’t Veld, Cees van Gent en
Jan Jaap Weve in het bestuur. Ik had niet het idee
voorzitter te worden, maar Frits Jansen vond het
tijd om op te stappen en door wat strubbelingen is
Rijk Kamerbeek maar één jaar voorzitter geweest.
Hij stapte uit zijn bedrijf en verhuisde bovendien
naar Zwitserland. In 1979 heb ik toen het stokje
van hem overgenomen en ben voorzitter geweest
tot 1986. Tien jaar in het bestuur was een mooie
tijd. In die tijd was voor nieuwe toetreders een
winstdelingsregeling niet toegestaan. Bedrijven met
oude volmachten konden nog wel een beroep doen
op de ontheffi ngsregeling.”
“Het portefeuillerecht bestond niet en bestaat
nog steeds niet”, aldus De Bruin. “Door een door
de NVGA ontwikkelde beëindigingclausule in het
volmachtcontract was het mogelijk een soort por-
tefeuillerecht te creëren, waardoor gevolmachtig-
den vrij waren om klanten mee te nemen, uiteraard
met goedvinden van de verzekerden, of de polissen
te laten uitlopen en daarna mee te nemen naar
een andere volmacht. Als dat niet goed geregeld
was, bleven de posten bij de verzekeraar en bleef
jij gewoon agent. Het is aan de lobby van de NVGA
te danken dat verzekeraars die clausule hebben
opgenomen.”
Tijdens zijn voorzitterschap zocht de NVGA ook
contact met de VABAR. “De beursmensen moesten
eerst niets van de provinciale gevolmachtigden
hebben, maar door de persoonlijke contacten met
mensen als Joop Went, Jan Pieter Teding van Berk-
hout en Joop Waterreus veranderde dat. Wij vielen
per slot van rekening onder dezelfde wetgeving en
het was beter gezamenlijk op Algemene Maatrege-
len van Bestuur te reageren. De VABAR bestaat nu
niet meer, de gevolmachtigden die er nog zijn, zijn
uiteindelijk in de NVGA terechtgekomen.”
Transparantie“Als NVGA hebben wij ons altijd sterk gemaakt voor
vakbekwaamheid en integriteit. We hebben ook
veel aandacht besteed aan de eigen controles. Nu is
het transparantie alom, toen kenden we het woord
niet eens. Waren we toen maar wat transparanter
geweest, denk ik dan, dan zouden we ook ons
imago eerder op orde hebben. Transparantie dwingt
je bovendien tot redelijkheid in beloningsvormen,
hoewel het ook wel eens doorslaat. Zie de discussie
over Customer Agreed Remuneration.”
Een bijzondere herinnering aan zijn voorzitterschap
bewaart Dick de Bruin aan het zilveren jubileum
van de NVGA in 1985. “Wat uniek was dat verze-
keraars niets mochten betalen, zij waren met hun
partners onze gasten. Eric Westenburg, Cees van
Gent en ik vormden de feestcommissie en hoewel
de sponsors in de rij stonden, hebben wij alles zelf
betaald. De NVGA is fi nancieel altijd een gezonde
club geweest. Het was op een bepaald moment
een sport geworden wie als eerste de contributie
betaalde. Penningmeester Kees In ’t Veld maakte
dat tijdens de Algemene Ledenvergadering, die
trouwens altijd een hoge opkomst had, bekend.
Zodra de nota binnenkwam, maakten wij bij Kettlitz
& Deenik de contributie telefonisch over. Totdat
er iemand was die al vóór de vergadering het geld
overmaakte.”
“In 1983 kreeg Van den Ende Adviesgroep in De
Lier, het bedrijf waarvan ik toen directeur-eigenaar
was, haar eerste volmacht en zijn wij direct lid
geworden van de NVGA”, zegt Arie van den
Ende, thans directeur van Volmarket, een bedrijf
dat marktstrategie in fi nanciële dienstverlening
biedt. “Als gevolmachtigde heb je een heel andere
bedrijfsvoering dan het reguliere intermediair. De
NVGA had in die tijd nog een heel andere structuur,
het was meer een gezelligheidsvereniging dan dat
men zich specifi ek met belangenbehartiging bezig
hield. Het was een vrij gesloten, hechte vrienden-
club met een hoge opkomst naar vergaderingen.
Dat is trouwens nog steeds zo.”
Toekomstvisie“De aanstaande wetgeving voor het gevolmach-
tigde assurantiebedrijf was in 1960 reden om de
NVGA op te richten. In de jaren zeventig kregen
bedrijven volmachten van verzekeraars omdat men
al 25 jaar zaken deed. In de jaren tachtig en ne-
gentig veranderde dat naar een meer consequente
keuze van verzekeraars om gevolmachtigden aan
te stellen”, aldus Van den Ende. “Zij constateerden
echter dat de rendementen onder druk kwamen
en kregen de neiging zich steeds meer met hun
gevolmachtigden te bemoeien, wat begrijpelijk was.
Maar onder de NVGA-leden ontstond daardoor
een beweging waarin stemmen opgingen meer een
gemeenschappelijke vuist te maken.”
Van den Ende en nog vier leden werden in 1995
gevraagd voor de Commissie NVGA 2000. Deze
commissie kreeg mandaat van het bestuur te
onderzoeken welke behoeften er onder de leden
leefden naar de toekomst toe. “Het belang van de
gevolmachtigden nam toe en er kwamen steeds
weer nieuwe thema’s voorbij. Ieder van ons heeft
een stuk of vijf interviews gehouden over wat de
leden van vereniging en bestuur verwachtten. De
leden verwachtten meer belangenbehartiging, meer
betrokkenheid, meer professionalisering. Op alle
thema’s kwamen duidelijke rapportages en die zijn
door het bestuur overgenomen.”
Eén van de aanbevelingen was de structuur van
de vereniging te veranderen, meer in commissies
te werken en zo meer leden bij de werkzaamhe-
den te betrekken. “Er zijn toen commissies voor
ledenzaken, juridische zaken en economische zaken
opgericht. Van deze laatste commissie ben ik vanaf
de oprichting in september 1996 tot april 2000
voorzitter geweest. Belangrijke thema’s die wij
behandeld hebben betroffen de gelijkschakeling
en de kwaliteitsnormering. Wij hebben getracht
een aantal standaarden te ontwikkelen. Ook zijn er
afspraken gemaakt met het snel afnemende aantal
softwarehuizen om de belangen van de gevolmach-
tigden te waarborgen. De deelnamebereidheid aan
het commissiewerk was gelukkig groot.”
Voorzitter“De NVGA ging in die tijd een andere positie
innemen”, aldus Van den Ende. “Dat zette zich
voort tijdens mijn voorzitterschap vanaf 2000. Van
een ‘old boys network’ veranderde de vereniging
in een echte marktpartij, die overal haar plaats
aan tafel wilde innemen. Per slot van rekening
vertegenwoordigden wij een gigantisch marktaan-
deel. Zowel de verzekeraars als andere interme-
diairorganisaties moesten daar erg aan wennen.
Verzekeraars juichten het in principe toe dat er
eindelijk een vereniging opstond die dit belangrijke
fenomeen in de markt vertegenwoordigde, maar
dat enthousiasme had ook zijn keerzijde, want men
moest rekening met ons gaan houden. Wij hebben
onze nieuwe positie echt moeten veroveren, ook
tegenover de NVA waarvan veel van onze leden ook
lid zijn. Wij waren als de adolescent die op zichzelf
wilde gaan wonen.”
De thema’s die door de Commissie NVGA 2000
waren voorbereid en in de Commissie Economische
Zaken vorm waren gegeven, kon Van den Ende als
voorzitter van de NVGA verder uitvoeren. “Het is
een eer geweest om op dat kruispunt van beleids-
wegen te staan”, zegt hij erover. “Belangrijk was
ook aan de markt uit te leggen dat de NVGA die
eigen plek verdiende, ook in het overleg met verze-
keraars. In die tijd is de voorloper ontstaan van wat
nu de Stuurgroep Volmachten is. De Stuurgroep
Volmachten is de formalisering van wat in die tijd
nog als informeel overleg plaatsvond. Dat was ook
een groeiproces, want onze leden gingen tegen
hun volmachtgevers zeggen dat de NVGA daar óók
een mening over had. Op het moment dat er zaken
aan de orde komen die ertoe doen, word je dan een
factor van betekenis.”
KwaliteitsnormeringTijdens de voorzittersperiode van Arie van den
Ende is verder invulling gegeven aan het feno-
meen kwaliteitsnormering. “Kwaliteitsnormering
bestond al, maar er kon nog veel aan verbeterd
worden. Bovendien hadden verzekeraars meer dan
voorheen de neiging zich met de kwaliteit van hun
gevolmachtigden te bemoeien. De gedachte achter
normering was om de gevolmachtigde een soort
NVGA keurmerk mee te geven en te zorgen dat ze
aan de eisen voldeden. Kwaliteit ontstaat niet door
een papiertje, kwaliteit ontstaat door het besef dat
het anders moet. Dat was een proces dat al langer
liep dan de normering zelf. Tijdens iedere vergade-
ring in die tijd kwam kwaliteitsnormering aan de
orde. Het heeft een enorm effect gehad, omdat wij
de verzekeraars meekregen die daar ook hun belang
bij hadden. In plaats van allerlei verschillende
regelingen, brachten wij er eenheid in.”
Volgens Van den Ende heeft de kwaliteitsnorme-
ring ook in andere zin de NVGA op de kaart gezet,
omdat verzekeraars hun gevolmachtigden stimu-
leerden zich aan te sluiten bij de vereniging om
zó aan de normering te voldoen. “Later is er ook
nog de normering inzake de audits gekomen. Het
heeft lang geduurd voordat verzekeraars erachter
kwamen dat zij er hun voordeel mee konden doen.
Voor de gevolmachtigde betekent het dat niet
zoveel keer ongeveer hetzelfde werk wordt gedaan,
dat de willekeur eruit is en dat het kostentechnisch
gunstiger is. Voor de verzekeraars geldt hetzelfde,
dus is iedereen gelukkig.”
Dick de Bruin: “Transparantie
dwingt tot redelijkheid in belonings-
vormen”
Arie van den Ende: “Kwaliteit ontstaat door het besef dat het anders
moet”
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 14
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl15
Professioneler, efficiënter, overzichtelijker. De reacties van de werkgroep Audits liegen er niet om. Vooral efficiency is het sleutelwoord van de nieuwe controlemethode. De auditstructuur brengt twee trajecten samen: de bestaande auditstructuur en de NVGA-checklist. Waar er in de bestaande structuur sprake was van een overlap in de controles van de maatschappijen en de accountant, is het nieuwe systeem ontdaan van alle dubbelslagen. Het is efficiënter vormgegeven, maar het kan ook ef-ficiencybesparingen opleveren voor het volmacht-bedrijf. De nieuwe auditstructuur is bijna klaar en de verwachtingen zijn hoog.
Werkgroep AuditsRien Goes, Ron Krisman en Peter Wendling verte-genwoordigen de werkgroep Audits van de NVGA en het Verbond van Verzekeraars. Goes is bestuurs-lid van de NVGA en als directeur van Meeùs Assura-deuren verantwoordelijk voor het volmachtbedrijf. Krisman is directeur van CUMELA Verzekeringen en lid van de economische commissie van de NVGA. Wendling vertegenwoordigt de maatschappijen en is voorzitter van de werkgroep, vanuit zijn functie als manager Audits en Projecten bij ASR Volmach-ten. Ook is hij lid van de werkgroep Toezichtvereis-ten, die eerder de standaard volmachtovereenkomst heeft opgesteld. De werkgroep Audits heeft de nieuwe auditstructuur ontwikkeld.
Voordat Goes en Krisman tot deze werkgroep toetraden, was de NVGA reeds via Coen van Ham en Ad Evers betrokken bij de nieuw te ontwikkelen methode, vertelt Goes. “Tot ik de portefeuille van hem heb overgenomen, is Evers hiermee actief geweest. Hij heeft al het nodige voorwerk gedaan en heeft ook eerder al overleg gevoerd met ac-countantsorganisatie Nivra.”
OverlapDe bestaande auditstructuur stamt uit 2004. Het ministerie van Financiën heeft de Regeling uitbe-steding verzekeraars (Ruv) geïntroduceerd, waarin regels omtrent toezicht, handhaving van het toezicht en interne controles zijn opgenomen. “Van daaruit zijn we aan de slag gegaan met een nieuwe overeenkomst”, vertelt Wendling. “In 2004 hebben we de non-concurrentiële audit ontwikkeld, waarin verzekeraars gezamenlijk naar de gevolmachtigde toe gaan. In 2005 is de nieuwe voorbeeldovereen-komst een feit, waarin ook de non-concurrentiële auditstructuur is benoemd. In 2006 hebben we de
Nieuwe auditstructuur zet gevolmachtigden aan het stuur
De non-concurrentiële audit, de maatschappij-audits, de AO/IC-controle en de financiële controle van de accountant. Een overvloed aan controles en erg efficiënt is het allemaal niet, maar dat is verleden tijd als het aan de werkgroep Audits van de NVGA en het Verbond van Verzekeraars ligt. Zij hebben een nieuwe auditstructuur ontwikkeld, die beter georganiseerd is, waardoor dubbele controles verdwijnen. Daarbij zorgt de nieuwe methode ervoor dat de gevolmachtigde meer overzicht heeft en grip krijgt op zijn organisatie.
Door froukje meerman, mermaid media
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl17
accountantscontrole formeel in de volmachtover-eenkomst vastgelegd. Vervolgens hebben we het in 2007 uitgerold onder de gevolmachtigden.” In de auditmethode en de accountantsverklaring zit overlap. Ook horen bepaalde onderwerpen niet thuis bij een accountant, concludeert de werkgroep. “De accountant moeten we meer op zijn specifieke beroepskennis inzetten: controle op financiële stromen, bevoegdheden en het afgrendelen van processen. Begin 2009 hebben de eerste gesprekken plaats gevonden met Nivra. Nivra heeft geconstateerd dat de accountants controles uitvoeren op zaken, waarvan ze eigenlijk te weinig vakinhoudelijke kennis hebben. Dat ze financieel controleren, dat staat buiten kijf, maar verzeke-ringstechnische controles, dat is ons vak”, vertelt Goes. Wendling: “Ons doel is één nieuwe accountants-verklaring: de financiële verklaring, inclusief een beperkte AO/IC-verklaring van de accountant. De accountant moet per risicodrager aangeven dat de gevolmachtigde in de volmacht van een verzeke-raar de cijfers op jaarbasis juist heeft verantwoord en zijn interne processen op orde heeft. De ac-countant zet zijn vakkennis in, is minder tijd kwijt en hoeft maar één verklaring af te geven, waarmee het efficiënter en goedkoper is.” Goes vult aan dat het niet eens zozeer om de kos-tenbesparing te doen is. “Dat is mooi meegenomen, maar uitgangspunt is dat zowel de maatschappij als de gevolmachtigde meer grip krijgen op de organi-satie en dat de dubbelslagen eruit moeten. Je hebt de non-concurrentiële audit waar de maatschap-pijen vragen stellen die later nog eens aan bod komen bij de maatschappij-audit van de afzonder-lijke maatschappijen. Daarna ga je nog eens intern kijken met de accountant. Het gevaar is dat je het overzicht kwijtraakt. Toen we de conclusie hebben getrokken dat het anders moest, is de volgende stap een model ontwikkelen: de NVGA-checklist.” In 2006, het jaar dat de concrete eisen rond de volmacht accountantsverklaringen in de volmacht-overeenkomst zijn opgenomen, is Krisman als hoofd van een volmachtbedrijf begonnen met een lijst van punten waaraan hij moest voldoen, wanneer en hoe. “Deze bundeling van controles heb ik samen met Kees van Steensel van de economische com-missie van de NVGA (nu bestuurslid) uitgewerkt tot een helder overzicht. Vervolgens heeft Volmacht-beheer een programma gebouwd, waarmee je als gevolmachtigde controle kunt uitoefenen en agendering kunt uitvoeren. Eind 2008 is de NVGA-checklist verspreid onder alle leden.”
GestroomlijndGoes: “De nieuwe auditstructuur stroomlijnt de procedure en brengt twee trajecten samen: een verbeterde checklist en een verbeterde audit. Eind 2009 hebben we de nieuwe controlemethode aan Nivra en het Verbond gepresenteerd en beide heb-ben hun akkoord gegeven, waarna we de opdracht hebben gekregen om het uit te werken.”
De werkgroep is vervolgens aan de slag gegaan met bepalen wie welke controle voor zijn rekening zou nemen en heeft de bestaande checklist uitgebreid met zaken die de gevolmachtigde zelf moet gaan controleren. “Het vergt de nodige aanpassingen”, vertelt Wendling. “De non-concurrentiële audits verdwijnen, er komt een nieuwe accountantsver-klaring, de maatschappij-audits veranderen en er is een eigen verklaring van de gevolmachtigde. Wat wil de accountant zien, wat wil de maatschappij zien? Een volmachtgever geeft wel zijn porte-monnee uit handen, hoe gaat de gevolmachtigde daarmee om? Ook de accountant moet het gevoel hebben dat de gevolmachtigde de controles doet en zijn portefeuilles op orde heeft.”
InternetmoduleDe nieuwe checklist is vormgegeven in een inter-netmodule. “Het is overzichtelijk en simpel in de uitvoering”, zegt Krisman. “Je logt in op Volmacht-beheer en ziet in een oogopslag op het dashboard hoe je bedrijf ervoor staat. De checklist is geordend in hoofdonderwerpen. Alles wat rood is, heb je nog niet gedaan. Met gele onderwerpen moet je aan de slag en groen betekent dat het in orde is. Je kunt vervolgens per onderwerp met een taak aan de slag gaan. Wat ook handig is dat dit een multi-user programma is: je kunt taken toewijzen aan medewerkers. Je kunt elke medewerker van een eigen inlogcode voorzien, waardoor hij alleen zijn taken ziet. Als beheerder heb je het overzicht: bij elke taak staat een korte omschrijving van de actie, welke medewerker erbij hoort en de status.”
“Eens per boekjaar kun je de eindconclusie uploa-den naar Volmachtbeheer, zodat de maatschappij kan zien wat de status is”, vertelt Wendling. “De maatschappij ziet wat je hebt gedaan en welke ac-tiepunten nog open staan. Die punten komen terug in de maatschappij-audit, waarbij de gevolmach-tigde kan laten zien wat hij eraan gedaan heeft om het op te lossen. De nieuwe maatschappij-audit richt zich in principe op dossiercontrole. De non-concurrentiële audits komen hiermee te vervallen. De actiepunten die daaruit zijn gekomen, houden we vast tot deze zijn opgelost. Daarna heeft niet langer de verzekeraar of de accountant de leiding, maar de gevolmachtigde.”
Onder controleDe module geeft ruimte voor een verdiepingsslag, zegt Goes. “Bij grote kantoren is de controle-uit-voering vaak complex. Je kunt het overzicht kwijt raken en dat is ook de angst van de verzekeraar. Onze organisatie heeft vier regio’s. Ik kan landelijk controleren, maar ik kan met deze module ook zien hoe ze het er per regio vanaf brengen. De gevol-machtigde staat aan het stuur en hij kan laten zien dat hij zijn bedrijf onder controle heeft. Bijkomend voordeel is dat je doordat je de bedrijfsprocessen intensief doorloopt, efficiencybesparingen binnen je organisatie tegenkomt.”
Wat Krisman vooral aanspreekt, is het overzicht dat de module geeft. “Een probleem is om grip te hou-den op de controles, wat je wanneer moet doen om te zorgen dat je het onder controle hebt. Je opent het programma, kijkt op het dashboard en ziet waarmee je aan de slag moet. De minimumeisen waaraan de gevolmachtigde moet voldoen, staan opgenomen in de checklist. Wil je meer controles uitoefenen, dan kun je deze toevoegen. Je krijgt een bewijs van de controles die je hebt uitgevoerd. Eens per jaar druk je op de knop, waarna er een verklaring uitkomt op basis van de ingevoerde gegevens.”
TestfaseDe nieuwe auditstructuur is bijna klaar voor gebruik. “De minimumeisen zijn vastgelegd, geac-cordeerd en ingebracht in het systeem”, vertelt Krisman. “We testen nu de werking van het programma.” Goes: “De stuurgroep moet nog definitief akkoord geven in september, maar alle lichten staan op groen. In oktober moet het klaar zijn om in de markt te zetten. Het is voor alle gevolmachtigden, maar voordeliger voor NVGA-leden. Het moet een stimulans zijn voor niet-leden om lid te worden van de NVGA.” Maatschappijen zullen dit maximaal stimuleren, stelt Wendling. “We willen een professionelere sa-menwerking met gevolmachtigden. De NVGA biedt haar leden tools ter bevordering van de profes-sionaliteit. De kwaliteit en professionaliteit van een gevolmachtigde draagt met zich mee dat hij scherp is op de processen en op de controles. Wij geloven heilig in het nut van dit systeem en alle verzeke-raars gaan akkoord met de nieuwe werkwijze. Het is nu nog een keuzemogelijkheid, omdat we het zo laat in het jaar introduceren, maar het is de bedoe-ling dat iedereen in de loop van tijd overgaat op de nieuwe methode.”
Evenwicht“Toen we in dit vak begonnen,” vertelt Kris-man, “was er nauwelijks controle en nu is er een overvloed. Met deze methode gaan we naar een natuurlijk evenwicht: wat moet een verzekeraar controleren en wat zijn onze eigen verantwoorde-lijkheden.” Goes beaamt dit. “Laten we zelf in control blijven, voordat de wetgever ons extra regels voorschrijft, omdat wij onze zaken niet voor elkaar hebben. Met deze nieuwe structuur laten we zien dat we in staat zijn om de regie in handen te nemen. Het geeft rust als je weet dat je het onder controle hebt en dat moeten we uitstralen naar de consument. Hij moet een goed gevoel hebben bij de producten die hij koopt bij een bedrijf dat zijn zaken voor elkaar heeft. De bedrijfstak heeft geen goede naam. Ge-volmachtigden laten met deze nieuwe auditstruc-tuur zien dat ze de zaken goed voor elkaar hebben voor de consument. Iedereen mag in onze keuken kijken. Dat hoort bij ons vak.”
HetNederlandvande 72verschillendebranches
Ondernemen is risico’s nemen.Maar elke branche kent zijn eigenspecifieke risico’s. Daarom heeftNationale-Nederlanden voor een aantal branches een speciale Zekerheids- Combinatie samengesteld. Een pakket schadeverzekeringen dat de belang-rijkste en meest voorkomende risico’s in zo’n branche verzekert.Want de ene branche is tenslotte de andere niet. Zo kunt u uw klanten per branche een passend aanbod doen. Meer weten? Vraag het uw account-manager of kijk op mijn.nn.nl.
1008_01_062_WT_Opm_210x297mm.indd 1 20-8-10 14:06
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 18
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl19
Michiel Brandt
Een zakelijke kijk op gevoel
De enorme veranderingen willen we graag rationeel
tegemoet treden. Toch lukt dat vaak niet. Het
onbewuste blijkt een grotere rol in ons leven te
spelen dan we dachten. Het onbewuste beïnvloedt
onze beslissingen, zowel individueel als in groepen.
Er zijn methodes om die invloeden zichtbaar te
maken, en te zien waarom schijnbaar voor de hand
liggende maatregelen niet werken.
Diep in ons hart zijn we allemaal overtuigd dat we
zelf wel rationele keuzes maken. Vooral als er grote
bedragen in het spel zijn. Maar is dat nou zo? Hoe
grondig heeft u huizen vergeleken voor u uw huis
kocht? Of voelde juist dit huis zo goed?
Er is een aantal wetmatigheden, die ons inconse-
quent doen handelen. De reclamewereld weet ons
met allerlei psychologische trucs tot aanschaffen
te brengen.
Het onbewuste stuurt ons ook zakelijk meer dan
we weten. Dat is overigens wel slim en nuttig. Het
onbewuste selecteert voor ons wat bewust wordt,
anders zouden we nooit bellend en etend kunnen
autorijden. We nemen veel goede beslissingen op
gevoel. Laten we een (nog) beter gebruik maken
van de enorme hoeveelheid kennis en creativiteit
die onbewust beschikbaar is. En waarnemen wan-
neer er tegenstrijdigheden zijn met de ratio.
Hieronder bespreek ik een drietal situaties waarbij
beslissingen sterk gevoelsmatig beïnvloed worden.
Elk met een andere, nieuwe, benadering, waarbij
het nuttige gevoelselement wordt meegenomen.
Organiseren in wilde tijdenFinanciële bedrijven voeren nu grote wijzigingen
door. Komt elke groep medewerkers mee? Hoe
zullen de klanten reageren? Worden de plannen wel
van harte uitgevoerd?
Elke organisatie is een ‘levend’ dynamisch systeem.
De dynamieken zie je niet, maar merk je wel. Ze
kunnen veel invloed hebben op het functioneren
van een organisatie, team of individu. Een dyna-
miek kan stimulerend zijn, maar ook belemmerend.
Als er sprake is van een verstoorde dynamiek,
benoemen mensen dit vaak als: “We hebben van al-
les geprobeerd, maar toch lukt het niet”. “Op een of
andere manier blijven de resultaten achter, terwijl
er geen aanwijsbare oorzaak voor is.”
Soms kan het al een stap in de goede richting zijn
als aan het licht komt wat er ècht speelt.
Een goede manier is om de dynamiek zichtbaar te
maken met een opstelling. De organisatieopstelling
biedt een ruimtelijke weergave van (een deel van)
een organisatie of netwerk van organisaties, waarin
medewerkers, afdelingen of organisaties verte-
genwoordigd worden door ‘representanten’. Deze
worden door de cliënt intuïtief in de zaal waar de
opstelling plaatsvindt, neergezet. Met behulp van
deze methodiek worden patronen en processen in
een organisatie ruimtelijk inzichtelijk gemaakt.
Deze werkwijze heeft als doel om ‘verborgen’ pro-
cessen in organisatiesystemen expliciet te maken
en betekenis te geven. Schijnbaar onbegrijpelijk
gedrag van afdelingen, groepen of individuen
wordt helder.
Wat maakt dat er nieuwe inzichten komen:
in een opstelling wordt de gebruikelijke logische,
analytische denkwijze tijdelijk omzeild om de
stilzwijgende kennis en intuïtieve ervaring met een
bepaalde situatie te zien;
het geheel wordt bezien met verschillende invals-
hoeken vanuit alle disciplines tezamen;
veranderingen in de omgeving, die processen
verstoren in het systeem en de regels en patronen
wijzigen, worden aanwijsbaar.
Deze methode wordt door het hogere management
van grotere bedrijven en landelijke politici al veel
toegepast. Toepassing vindt niet alleen plaats bij
veranderingsmanagement, maar ook bij testen van
productmarktcombinaties en scenarioplanning.
Op diverse universiteiten wordt er onderzoek naar
gedaan. Ook de studenten van Nijenrode maken
kennis met organisatieopstellingen in het kader van
organisatieleer. De werkwijze is nog onvoldoende
doorgedrongen in het midden- en kleinbedrijf. Bij
de grote veranderingen waar onze branche voor
staat, is de organisatieopstelling een heel nuttig
hulpmiddel om teams en leidinggevenden te bege-
leiden naar de nieuwe situatie.
Samenwerking aangaanVeel kantoren onderzoeken de mogelijkheden van
samenwerking. Helaas zien de plannen er vaak ide-
aal uit, maar blijkt achteraf dat het resultaat voor
één of beide partners enorm tegenvalt. Ligt dat nu
aan de betrokkenen zelf of aan de voorbereiding?
Wanneer u besluit met iemand te gaan samen-
werken, is dat een ingrijpende beslissing. Vaak
wordt zo’n idee geboren tijdens een overleg of een
gezellige informele ontmoeting. Mensen hebben
andere waardepatronen in sociaal getinte situaties
dan in zakelijke situaties. Het is belangrijk om te
kijken vanuit welk belang de samenwerking wordt
bedacht. De overgang van fi jn samen iets doen naar
een gedeeld zakelijk materieel belang (ook mogelijk
verlies dus) is soms voor één of beide partners
moeilijk te aanvaarden. Het fi nanciële aspect
krijgt meestal wel aandacht, maar hoe zit het met
de persoonlijke verhoudingen? Hoe ziet ieder de
diverse rollen voor zich? Wie is naar buiten toe hèt
mannetje? Wat denkt het thuisfront ervan? Vindt u
dat je allebei 70 uur per week moet werken? Zulke
vragen blijven in de oriëntatie vaak onbenoemd.
Na verloop van tijd ontstaan de eerste scheurtjes.
Maar omdat je al een eindje samen op pad bent, en
liever houdt wat je hebt, is daarover eigenlijk niet
te praten.
Wanneer beiden goed van elkaar weten wat ieder
in de samenwerking zoekt, en elkaars nadelen
onder ogen zien, wordt de kans van slagen aan-
zienlijk groter. De cijfers en computersystemen zijn
belangrijk, maar onderzoek ook het persoonlijke.
U kunt eerst met elkaar op vakantie gaan, of die
onderwerpen bespreken onder leiding van iemand
die je beiden vertrouwt, dat kan een mediator zijn
of een gezamenlijke accountant. Een samenwerking
is heel ingrijpend, begin er alleen goed voorbereid
aan.
Waardestelsels en overtuigingenDe binnen-buitencontroverse kennen we allemaal.
“Die buitendienst gooit maar alles binnen, maar
zo kan het helemaal niet.” Of: “nu zijn we net met
deze reorganisatie bezig, komen ze weer met iets
anders”.
Toch heeft iedereen evenveel hart voor de zaak,
maar vanuit een ander waardestelsel. Wanneer
u gaat veranderen met uw bedrijf, loopt u vaak
tegen deze waardestelsels aan. De hele discussie
in ons vak over de rol van de adviseur wordt ook
beïnvloed door een wijzigend waardestelsel, dat
van de klant. En waardestelsels zullen steeds snel-
ler en meer veranderen, alle informatie is immers
beschikbaar.
Hoe krijgt u hier nu zicht op? Andere tijden of
omstandigheden brengen andere denkwijzen voort.
Het staat vast dat dat niet identiek gebeurt bij alle
medewerkers van een bedrijf. Het model “ Dynamic
Colour Drives”, gebaseerd op het gedachtegoed van
de Amerikaanse wetenschapper Clare W. Graves,
biedt praktische inzichten voor het omgaan met
de diepste verschillen tussen mensen. Met dit
model als basis kan eenvoudig worden vastgesteld
vanuit welke waarden, overtuigingen en ethische
structuren een individu of team denkt, en hoe kan
worden omgegaan met de onderlinge verschillen.
Dit kader biedt de gelegenheid om de zaak te orga-
niseren, passend bij wie de mensen zijn en het werk
wat ze doen. U kunt gefundeerd vaststellen welke
mensen commercieel geaard zijn, en wie minder.
Vanuit deze theorie leert u ook hoe u verandering
brengt zodat die geaccepteerd en dus uitgevoerd
wordt. U investeert in goede medewerkers, het is
belangrijk om ze mee te krijgen.
Uw adviseurs zullen hun klanten ook dieper in het
hart moeten kijken…. De kleurenleer van Dynamic
Colour Drives verschaft u objectief inzicht.
TenslotteIn dit artikel reikte ik u een paar eigentijdse moge-
lijkheden aan om uw besluitvorming aanzienlijk te
verbeteren met een onverwachte invalshoek. Maak
uw intuïtie niet de baas, maar luister er wel naar.
Op internet is veel over bovenstaande nieuwe tools
te vinden. Veel succes in deze roerige tijden!
Michiel Brandt is partner bij SVC, hij begeleidt en
coacht bij ondernemen en verzekeren.
http://nl.linkedin.com/in/michielbrandt. Michiel
Brandt is gecertifi ceerd organisatie-opsteller en
NMI-mediator, aangesloten bij de Nederlandse Ver-
eniging van Mediators in de Verzekeringsbranche.
Zakelijk omgaan met emoties,
niet emotioneel omgaan met
zaken
Het verzekeringsbedrijf wordt als fi nanciële branche rationeel geleid . De laatste jaren krijgen we steeds meer te maken met emotionele reacties uit het veld. Deze laten weinig mensen in de branche onverschillig.
Michiel Brandt: Maak je intuïtie niet de baas, maar
kijk er wel naar.
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 20
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl21
Een definitie van portefeuille management hebben
we op internet niet kunnen vinden. Op Wikipedia
en in Wikiwoordenboek komt het begrip niet voor.
We laten het aan de ambitieuze lezer over om hier
een eerste aanzet voor te maken!
Bij portefeuille management gaat het in ieder geval
om het systematisch en periodiek sturen op groei
en rendement van de volmachtportefeuille, waarbij
diverse aspecten van belang zijn, o.a. producten,
distributiekanalen, klanten en alle (data van)ver-
zekeringsovereenkomsten die zijn gesloten. Hierbij
moeten alle fases van de planning & control cyclus
doorlopen worden: analyse, definitie potentiële
maatregelen, besluitvorming, implementatie en
controle.
Professioneel management van de volmachtpor-
tefeuille is zowel voor de verzekeraars als de ge-
volmachtigde van belang en ze hebben hierbij een
gezamenlijke verantwoordelijkheid. De sleutel tot
het nemen van maatregelen ligt natuurlijk primair
bij u als gevolmachtigde agent; het gaat om uw
portefeuille en uw klanten. Maar u heeft de pen en
portefeuille van de verzekeraar!
Stap 1 AnalyseBij het analyseren wordt eerst gekeken naar het
totaal resultaat van de volmacht. Wat is het pre-
mievolume en de ontwikkeling daarvan, en wat is
de schaderatio en de schadefrequentie van de por-
tefeuille geweest. Voor een verzekeringstechnische
analyse is het belangrijk dat deze op schadejaar
bepaald wordt, niet op kalenderjaar (boekjaar). Als
premie moet worden uitgegaan van de verdiende
premie.
De schaderatio wordt vergeleken met de cijfers
van vorige periodes (liefst van hetzelfde moment in
het verleden) en de doelstelling of norm, zoals die
door de gevolmachtigde agent zelf is vastgesteld of
zoals opgegeven door de verzekeraars. Marktcijfers
die als benchmark kunnen fungeren vindt u op
www.verzekeraars.nl , waar u het rapport “Verze-
kerd van Cijfers 2010” kunt downloaden.
Zeker als de schaderatio omhoog gaat of boven de
norm ligt, is nadere analyse gewenst om te zien
waar “de pijn” zit. Een vast analyse-pad hoeft er
niet te zijn, maar is wel handig. Een aantal vragen
kan gesteld worden: bijvoorbeeld hoe zijn de
belangrijkste ratio’s bij:
• De verschillende volmachtverzekeraars
Particulier en zakelijk
• In de 100% tekening
• In de verschillende pools
• In de hoofdbranches, subbranches en dekkingen
• In de collectiviteiten
• Bij subagenten
Een ongunstige of stijgende schaderatio kan door
diverse drivers veroorzaakt worden:
• Een stijgende of hoge schadefrequentie
• Een dalende gemiddelde premie
• Een stijgende gemiddelde schadelast, eventueel
veroorzaakt door incidenten
De incidenten, grote schades, moeten goed in beeld
zijn. Zeker in kleine en middelgrote portefeuilles
kan 1 grote schade een enorme impact hebben op
de schaderatio. Bij de beoordeling van de porte-
feuille kan deze schade dan geheel of gedeeltelijk
buiten beschouwing gelaten worden.
CollectiviteitenAnalyseren hiervan leidt regelmatig tot het inzicht
dat maatregelen in dit domein gewenst zijn.
Collectiviteiten ontvangen vaak kortingen die
niet altijd gerechtvaardigd zijn en daarmee jaar
in – jaar uit tot slechte resultaten leiden. Omdat
bij collectiviteiten vaak een lagere provisie wordt
afgesproken, moet hierbij naar de Combined Ratio
gekeken worden.
(sub)Agenten Agenten kunnen zeer uiteenlopende schadere-
sultaten opleveren. Ze hebben allemaal hun eigen
marktbenadering en richten zich tot verschillende
doelgroepen. Dit leidt tot het aanbod van verschil-
lende risico’s met “gevarieerde” claimattitude, wat
niet allemaal door een scherp acceptatiebeleid
genivelleerd wordt. Bij meerdere volmachtporte-
feuilles wordt het resultaat aanzienlijk verslechterd
door slechts een beperkte groep distributeurs en
daarmee een klein deel van de portefeuille!
KlantgroepenKijk naar de verschillende klantgroepen: hoe is het
resultaat in de particuliere portefeuille en hoe in de
zakelijke portefeuille. En een stap dieper: hoe gaat
het in de verschillende leeftijdsklassen, of in de
bedrijfssectoren (analyse op SBI code).
Stap voor stap analyseer je verder, totdat je haar-
scherp in beeld hebt welke delen van je portefeuille
een goed rendement opleveren en welke delen
maatregelen behoeven en / of kansen bevatten.
Stap 2: Definitie potentiële maatregelen en actiesOm groei en resultaat te verbeteren, heeft de ge-
volmachtigde tal van instrumenten die daar aan bij
kunnen dragen. Door een groot aantal alternatie-
ven op een rij te zetten, kan een selectie gemaakt
worden van de maatregelen die beide doelvaria-
belen, groei en rendement, in totaal een zo goed
mogelijke sturing geven.
Een aantal van de belangrijkste maatregelen die
genomen kunnen worden zijn: :
• Productontwikkeling: aanpassen, vernieuwen
of zelfs uit de markt nemen van producten
• Premie aanpassingen, generiek of premie dif-
ferentiatie
• Aanscherpen acceptatie beleid, actualiseren
bronbestanden
• Dekkingsbeperkingen, eigen risico’s en clausule-
ringen voor zgn. veel-claimers (bad brothers)
• Communicatie naar de klanten over claimge-
drag
• Aanscherpen preventie maatregelen
• Aanpassen marktbenadering: focus op nieuwe
klanten, cross-selling of behoud
• Aanpassen schaderegeling, bijvoorbeeld scha-
desturing of uitbreiden mogelijkheid schade in
natura
• Bijstellen distributiestrategie, collectiviteiten en
agenten
De portefeuillemanager maakt een voorstel voor te
nemen maatregelen en/of acties. Dit kunnen acties
zijn om het rendement te verbeteren, maar ook
om de groei te stimuleren. Een kortingsactie in een
segment waar de schaderatio laag is, kan tot een
gerichte groei leiden met behoud of zelfs verbete-
ring van het portefeuillerendement
Stap 3: BesluitvormingDe portefeuillemanager stemt zijn voorstel af met
het management van de volmacht: de maatregelen
waartoe besloten wordt, moeten onderdeel zijn
van en versterkend werken op het realiseren van
het business plan van de volmacht. Het pakket aan
maatregelen waartoe besloten wordt dient goed te
worden vastgelegd. Indien gewenst kan de verzeke-
raar geïnformeerd worden.
Stap 4: ImplementatieDe maatregelen en acties dienen geïmplementeerd
te worden. Sommige kunnen direct worden door-
gevoerd; andere hebben een langere doorlooptijd
nodig. Productaanpassingen moeten in de admini-
stratie worden doorgevoerd, wijzigingen in distri-
butiebeleid moeten vaak voorzichtig en geleidelijk
worden gebracht. Premie-aanpassingen e.d. kunnen
vaak bij de prolongatie worden doorgevoerd; dit
kan ertoe leiden dat tussen het nemen van het
besluit en doorvoeren van de maatregel een jaar
vertraging kan zitten!
Stap 5: ControleDe portefeuillemanager en het management
moeten bewaken dat alle maatregelen en acties
ook echt doorgevoerd worden. Zeker omdat de
doorlooptijd van implementatie soms lang kan zijn,
vereist dat de nodige volhardendheid. Ook omdat
de markt en de resultaten in die tijd weer kunnen
wijzigen en er altijd wel krachten zijn, binnen en
buiten de eigen organisatie, om genomen besluiten
bij te stellen.
Vervolgens moet gekeken worden of de genomen
maatregelen tot het gewenste effect leiden: is de
groei toegenomen? Zijn de schaderatio’s verbeterd?
Is de schadefrequentie gedaald? is de cross sell
ratio gestegen? Daarmee is de cirkel rond en zijn
we weer bij de analyse fase, stap 1.
Krachtige spin in het webDe portefeuillemanager moet als een spin in
het web functioneren en verschillende belangen
en doelstellingen in de gaten houden. Met de
commercieel verantwoordelijken kijkt hij hoe de
groei gestimuleerd kan worden. Met de financieel
verantwoordelijken en verzekeraars kijkt hij hoe
het portefeuille rendement (en daarmee ook de
winstcommissie) verbeterd kan worden. Sensitiviteit
voor de verschillende belangen en tegelijkertijd ook
je rug recht kunnen houden zijn twee belangrijke
competenties!
Management Informatie toolsDe analyse fase vereist een informatie tool
waarmee de genoemde analyses snel en eenvoudig
gemaakt kunnen worden. In de markt zijn daar
diverse oplossingen voor beschikbaar
Volmacht Resultaat Analyse (VRA)
De tool van Market Scan, gebruikt door 17 vol-
machtverzekeraars, waarbij de gelieerde volmach-
ten elk kwartaal hun data aanleveren aan Market
Scan voor uniformering en verwerking . Met de
verschillende VRA applicaties en kant-en-klaar rap-
porten hebben zowel verzekeraars als volmachten
snel een zeer uitgebreid inzicht in de portefeuille.
Infonavigator Volmacht Dashboard en Maatschap-
pij Dashboard
Infonavigator Volmacht Dashboard: deze software
toepassing draait op het systeem van de volmacht
en biedt inzicht in commerciële en verzekerings-
technische ontwikkeling van de portefeuille.
Het Maatschappij Dashboard wordt gebruikt door
volmachtverzekeraars. Het levert direct en snel
inzicht in de portefeuilles van gevolmachtigden.
De flexibiliteit aan rapporten geeft de gebruiker
maximale mogelijkheden om te kunnen analyseren.
Systeempakket software
De systeempakketten leveren goede management
informatie die de Volmacht en het kantoor dage-
lijks inzicht geeft in het dagelijkse reilen en zeilen
van de portefeuille.
Market ScanMarket Scan is in 1993 opgericht door Robert van
der Plas en het bedrijf heeft zich gespecialiseerd tot
aanbieder van innovatieve software en dienstver-
lening voor financiële dienstverleners. Met de VRA
en ATOSI heeft Market Scan twee producten die de
marktstandaard zijn in de volmachtmarkt
In april 2010 is Market Scan overgenomen door
Solera Nederland, waarmee door samenwerking
met ABZ de dienstverlening aan klanten verder kan
groeien.
Robert van der Plas is managing director van
Market Scan en Hans Knol is Manager Volmacht
Resultaat Analyse.
Portefeuille management is een actueel en zeer belangrijk thema binnen de volmachtmarkt. ASR Verzekeringen heeft begin dit jaar haar volmachten opgeroepen om een medewerker in de functie portefeuillemanager aan te stellen. Het thema van de NVGA Marktdag Volmachten op 15 april jl. was portefeuille management; Daar is door Market Scan en ABZ een presentatie gegeven over dit onderwerp.
Portefeuille management is cruciaal voor de toekomst van onze volmachtmarkt
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl23
Een volledig en persoonlijk uitvaartadvies geven?
Hoe doe ik dat?Met Monuta Uitvaartwens kunnen uw klanten hun wensen vastleggen en weten ze precies wat hun uitvaart straks gaat kosten.
Meer weten? Bel voor meer informatie (055) 539 11 10of mail naar [email protected].
De NVGA bestaat 50 jaar. Dit jubileum vieren wij met een groot
feest voor NVGA-leden en andere gasten. Graag nodigen wij u en
uw partner uit om hierbij aanwezig te zijn. Het feest zal worden
georganiseerd op vrijdag 17 september op het voormalige cruiseschip
De Rotterdam van de Holland Amerikalijn. De ontvangst is om 18.30
uur waarna wij om 19.30 uur starten met een “walking dinner”.
Tijdens deze avond zal er een swingende band optreden en hebben wij
nog enkele verrassende acts voor u in petto. De eindtijd van het feest
is om 01.00 uur.
Wij hebben tevens een voorprogramma voor u samengesteld (om bijvoorbeeld fi les te vermijden).
U kunt kiezen voor een rondvaart door de Rotterdamse Havens op een door de NVGA afgehuurde
Spidoboot. Ook kunt u een keuze maken voor een tour op De Rotterdam onder leiding van een gids.
Het is mogelijk om te overnachten op het schip na afl oop van het feest. De originele “hutten” van
het schip zijn omgetoverd in moderne hotelkamers, in de designsfeer van de jaren 50. Kortom, alle
ingrediënten zijn aanwezig voor een fantastisch jubileumfeest en wij rekenen dan ook op uw komst!
Aanmelding is mogelijk via www. nvga.org.
Het NVGA-bestuur
Kledingadvies: Black tie of andere feestelijke kleding. Indien u de NVGA een cadeau wilt
aanbieden kunt u dit doen in de vorm van een donatie aan KWF Kankerbestrijding op
rekeningnr. 12817 o.v.v. NVGA-jubileum.
Uitnodiging
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl25
De passie van ...
Hij begon met het sparen van stripboeken toen hij alleen nog plaatjes kon kijken. Nu heeft Roel van den Heuvel, vennoot van HBR Adviescentrum in Bloemendaal, maar liefst boekenkasten vol. De teller staat bij de stripboekverzamelaar ongeveer op 3000 stuks.,,Ze mogen in elk geval niet allemaal in de huiskamer staan, want dan krijg ik toch problemen met mijn vrouw,’’ vertelt Roel van den Heuvel, die nog steeds elke week stripboeken koopt. ,,Ik ben begonnen met het tijdschrift Donald Duck. Die verscheen in de jaren zestig al wekelijks. De eerste complete jaargang die ik van die uitgave heb, is het jaar 1966. De nummers die ik nog miste heb ik later aangevuld op zo’n stripdag, waar verzamelaars bijeenkomen. Ik kocht niet alleen het tijdschrift van de Donald Duck, maar ook de stripboeken en later de vakantieboeken.’’
Roel van den Heuvel van HBR Adviescentrum heeft duizenden stripboeken
47% KANS DAT WE NOG GEEN RELATIE HEBBENHET VOLMACHTBEDRIJF VAN REAAL. REALIST IN VERZEKERENElk jaar trouwen in Nederland 72.485 mensen. 84% van de Nederlanders boven de dertig heeft een vaste partner. Samen door het leven gaan heeft zo zijn voordelen. Zo zijn wij zelf heel erg gelukkig met de relaties die wij hebben met onze volmachtkantoren. De komende jaren willen we dan ook veel aandacht besteden aan het verder uitbreiden van ons netwerk van gevolmachtigden. Daarbij gaan we niet over één nacht ijs. Wij werken alleen samen met volmachtkantoren die de klant hoog in het vaandel hebben staan. Bedrijven die weten waar ze het over hebben en anticiperen op de behoeftes van klanten. Bedrijven die de telefoon niet zestien keer laten overgaan en spreken in gewone mensentaal. Kortom, bedrijven die net zo nuchter en realistisch zijn als wij. Door heel kritisch te zijn hebben we al 180 droompartners gevonden. Echte liefde bestaat. Ook bij het Volmachtbedrijf van REAAL.
Naamloos-1 1 11-08-2010 12:27:38
Nummer 4 / 2010 www.nvga.nl 26
WijÊgevenÊuÊeenÊvolmachtÊdieÊnetÊietsÊvollerÊis.
Wij zijn ASR Verzekeringen. En wij willen onze gevolmachtigden zo goed mogelijk van dienst
zijn. Daarom hebben we een heel team samengesteld speciaal voor de volmachtmarkt.
Deze specialisten geven u niet alleen deskundig advies, maar ook trainingen en workshops.
Niet voor niets zijn we als eerste geëindigd in het IG&H Performance onderzoek volmachten.
Dat is natuurlijk hartstikke mooi. Vooral voor u. Belt u ons maar eens op (030) 257 30 20,
want wij vertellen u er graag meer over.
07001.018 Volmacht 210x297 ASR.indd 1 8/20/09 6:27 PM
Het begon voor Roel van den Heuvel met Donald
Duck, maar al snel kwam ook de belangstelling
voor Rick Ringers, Storm, de Rode Ridder en Asterix
en Oblix. ,,Naarmate ik ouder werd kreeg ik ook
interesse voor de wat stoerdere strips. Het leuke is
dat de meeste stripboeken nog bestaan. Soms is het
wel zo dat een bepaalde serie minder goed is dan in
het verleden. Vaak komt het doordat de tekenaar of
de schrijver is overleden. Dat gebeurde kortgele-
den met Gilbert Gascard, die bekend werd onder
zijn pseudoniem Tibet. De striptekenaar verwierf
faam door zijn boeken over Ric Hochet, die in de
Nederlandse vertaling Rik Ringers werd genoemd.
Van deze detectiveverhalen verschenen sinds 1955
vele albums. De scenario’s werden geschreven door
de Belg André-Paul Duchâteau. Van Rik Ringers heb
ik veel uitgaven.’’
Dat geldt ook voor de serie de Rode Ridder, die in
het verleden nog gedrukt werd in één kleur. ,,Dat is
een Vlaamse stripreeks die zich merendeels afspeelt
in de Middeleeuwen. Deze reeks, waarvan het
eerste deel in 1959 verscheen, is van de hand van
striptekenaar Willy Vandersteen. Het is gebaseerd
op Johan de Rode Ridder, een karakter uit de gelijk-
namige jeugdboekenreeks van Leopold Vermeiren.
De stripreeks wordt uitgegeven door Standaard Uit-
geverij en is naast Suske en Wiske zonder meer een
van de meest succesvolle en langstlopende reeksen
uit de geschiedenis van Studio Vandersteen,’’ legt
Roel van den Heuvel uit.
In het verledenMet Suske en Wiske is een serie genoemd die de in
Zandvoort woonachtige ondernemer niet spaart.
,,Die strip heb ik nooit leuk gevonden. Van Suske en
Wiske kwamen ook heel veel boeken uit. Elke twee
weken een nieuwe en dat vond ik veel. Het was mij
ook wat te kostbaar, maar het belangrijkste was
dat de verhalen en de fi guren mij niet aanspraken.
Dat heb ik meer met strips die zich in het verleden
afspelen, zoals Asterix en Oblix. Deze serie gaat
over de periode voor Christus. Het dorpje Armorica
staat centraal. Als enige is dit erin geslaagd om de
invasie door de Romeinen onder aanvoering van
Julius Caesar te weerstaan met behulp van een
toverdrank die de Galliërs oersterk en daardoor
onoverwinnelijk maakt. De inwoners van het dorp
vormen een ware nachtmerrie voor de Romeinen
uit de omliggende legerplaatsen, en zijn een doorn
in het oog van Julius Caesar. Geschiedenis en hu-
mor zijn in deze strips door elkaar heen verweven.’’
Roel van den Heuvel, die ook graag mag skiën,
hardlopen, fi tnessen en paardrijden,
is pas later structuur in zijn verzameling gaan
aanbrengen. ,,Dat heb ik in het begin van de
jaren negentig gedaan. Toen kwamen de eerste
computers. Van die grote apparaten. Ik heb toen
lijsten ingevoerd met de strips die ik al in mijn bezit
had. Vanaf dat moment had ik ook een overzicht
welke nummers ik nog niet had en die ben ik gaan
verzamelen door gespecialiseerde boekhandels te
bezoeken en stripbeurzen. In Breda heb je bijvoor-
beeld de stripvierdaagse en ik krijg nog wel eens
een telefoontje of een mailtje van iemand die zijn
zolder wil opruimen en zijn stripboeken kwijt wil.
De ene keer krijg je ze voor niets en de andere keer
betaal ik er voor. Het is niet zo dat er grote winsten
op de aan- en verkoop van stripboeken gemaakt
worden en daarvoor verzamel ik de uitgaven ook
niet.’’
Bekende seriesMet zijn verzameling richt Roel van den Heuvel
zich voornamelijk op de bekende series, die al
langer bestaan. ,,Er komen niet zoveel nieuwe titels
op de markt en als dat wel gebeurt dan is dat vaak
van korte duur. Dat is jammer, maar het is voor een
nieuwe serie heel moeilijk om voet aan de grond
te krijgen. De oudere titels hebben zich al bewezen
en die verdwijnen pas als de uitgeverij failliet gaat
of een geestelijk vader, zoals de tekenaar of de
schrijver, overlijdt.’’
De 51-jarige Roel van den Heuvel, die woonachtig
is in Zandvoort, is binnen zijn gezin voorlopig de
enige stripboekfanaat. ,,Mijn vrouw en dochters
hebben daar geen interesse in, maar mijn zoon be-
gint het wel te krijgen. Die kan wel eens een bundel
pakken en een hele middag lezen. Het is nog niet
zo dat hij ook zelf aan het verzamelen is geslagen,
maar misschien komt dat nog.’’
‘Verzameling mag niet in
de huiskamer staan’
50 jaar richting geven aan professionalisering en groei. En steeds
weer van grote waarde. Dan doe je het bijzonder goed. En ga je
verder dan ‘standaard’. Door altijd weer hoge eisen te stellen,
prestaties te verbeteren en kansen te benutten. Dat spreekt ons
enorm aan. Want wij gaan ook graag verder. Samen met de NVGA.
Om de volmachtbedrijven nóg steviger op de kaart te zetten!
Zoals we omgaan met een volmacht, zo gaan we ook om met een jubileum.
Delta Lloyd Volmacht feliciteert de NVGA met haar 50-jarig jubileum!
21043027_Adv_Volmacht.indd 1 24-08-10 14:22
Top Related