1
DORESTAD
Een verdwenen handelsstad uit de vroege middeleeuwen.
Inhoudsopgave:
Inleiding. ........................................................................................................................2 Opkomst. ........................................................................................................................2 Handel. ...........................................................................................................................2 De stad............................................................................................................................3 Neergang ........................................................................................................................5 Opgravingen. ..................................................................................................................6 Conclusie........................................................................................................................6 Literatuurlijst. .................................................................................................................7
Versie 2
2-1-2003
Ir. T(eun) Bikker
Culemborg
0229652
2
Inleiding. Op de plaats waar thans Wijk bij Duurstede is gevestigd heeft ooit Dorestad gelegen,
een belangrijk handelscentrum in de vroege middeleeuwen, met name in de Karolingische
tijd. Interessant is na te gaan hoe Dorestad uit kon groeien tot één van belangrijkste steden in
het Noorden van Europa en wat er zo al werd verhandeld. Door opgravingen zijn nieuwe
inzichten over de handel en de stad ontstaan. Voor de snelle neergang en verdwijning van
Dorestad zijn naast de bekende verwoestingen door de Noormannen wellicht nog andere
factoren van invloed geweest.
Opkomst. In de Romeinse tijd was er al een kleine agrarische nederzetting op de plek waar nu
Wijk bij Duurstede ligt. Deze nederzetting was gesitueerd in de buurt van Rijswijk (thans aan
de andere oever van de Lek gelegen). Daar lag waarschijnlijk het Romeinse fort Levefanum
als onderdeel van de Romeinse rijksgrens de limes. Het is de opvatting van Verwers en van Es
dat Dorestad in de Merovingische periode is ontstaan als onderdeel van het fort Levefanum.
Dit fort was gesitueerd bij de splitsing van de Rijn en de Lek.
Een ijkpunt is het jaar 630 toen er al munten in Dorestad werden geslagen.1 Het slaan
van munten kan gezien worden als een van de factoren voor de opkomst van de steden in de
Lage Landen in de middeleeuwen. Dorestad had haar opkomst naast de munterij ook te
danken aan haar goede geografische ligging, waardoor het zich tot een belangrijk
handelscentrum kon ontwikkelen. Door Verhulst worden daarnaast nog andere factoren
genoemd, die geleid hebben tot de groei van Dorestad zoals: de politieke integratie van de
Friezen, het innen van belastingen door de Franken ter plaatse en de bescherming die de
kooplieden kregen van de Franken. 2 In het museum te Wijk bij Duurstede wordt ook de
aanwezigheid van een bemiddelde adelijke familie genoemd als mogelijke stimulator van de
handel.
Handel. In het Romeinse Rijk bloeide de handel vooral in het gebied rond de Middellandse
Zee. Door de netwerken van de Romeinen werden goederen getransporteerd van en naar de
noordelijke streken, waarbij de Rijn en de Maas een belangrijke rol speelden. Bij het
1 W.J.H. Verwers en W.A. van Es, ‘Dorestad en Wijk bij Duurstede’, Tussen Rijn en Lek 22 (1988) 16-23 aldaar1-3. 2 Adriaan Verhulst, ‘The origins of towns in the low countries and the Pirenne statement’, Past and Present 122 (1989) 3-35 aldaar 14.
3
verdwijnen van het Romeinse Rijk nam de handel vanuit de Lage Landen met de landen rond
de Middellandse Zee sterk af. Volgens Pirenne (1862-1935) was dit vooral het gevolg van de
inval van de mohammedanen in Spanje en veroorzaakte dit een neergang van de steden in
West Europa. Deze steden gingen volgens Pirenne pas weer groeien toen de handel in de 10e
eeuw in Europa weer opbloeide. In dit beeld past de opkomst van Dorestad (en Quentovic)
niet; hij zag dat als een tijdelijk verschijnsel. Latere historici, zoals Lebecq en Verhulst,
verklaren de opkomst van de handel in noordwest Europa vooral door een opbloeiende
economie aldaar vanaf het eind van de 7e eeuw. Die opleving van de economie was het gevolg
van een groeiende bevolking en toename van de landbouw. 3 4
Uit archeologisch onderzoek is gebleken dat er in Dorestad veel werd geïmporteerd.
De belangrijkste producten waren aardewerk uit het Rijngebied, molenstenen, vijzels, glas en
wijn (in houten vaten). Aangenomen wordt dat er ook zout, zeevis en huiden werden
verhandeld; deze producten kwamen vooral uit Scandinavië. Ook waren er slaven in de
aanbieding. Als neveneffect werd de christelijke religie in de geest van de Merovingische en
Karolingische vorsten verspreid.5
De stad. Het beeld van Dorestad, zover uit de opgravingen is op te maken, is geschetst in
figuur 1. Grofweg is de stad opgebouwd uit 3 delen: een noordelijk, midden- en zuidelijk
gedeelte; de hele stad lag min of meer langs de Rijn (aan de westelijke oever). Het noordelijke
deel omvatte het havenkwartier, de handelswijk (de vicus) en de agrarische sector. In het
middengedeelte zijn resten van boerderijen en waterputten gevonden, verder is er niet veel
van bekend. Verondersteld wordt dat in het zuidelijke gedeelte de munt, de officiële
gebouwen en een kerk waren gevestigd. De totale lengte van de stad van noord naar zuid
bedroeg 2 - 3 km. 6 De haven (in het noordelijke deel van de stad) lag ook langs de Rijn en
was circa 1 km lang. In eerste instantie lag de bebouwing direct aan de oever. Later
verplaatste de loop van de Rijn zich naar het oosten. Op de drassige oevers werden houten
straten aangelegd om de schepen te kunnen bereiken; die straten waren soms wel 200 m
lang.7
3 Verhulst, Origins of towns 4-8. 4 Stephano Lebecq, ‘Les activités d’échanges. L’ouverture aux mers de l’Europe du nord’, in:Catalogue Charlemagne – L’Empire retrouvé, (Bruxelles 1990) 61-63. 5 W.J.H.Verwers, ‘Dorestad: a Carolingian town?’, in R. Hodges and B.Hobley (eds), The rebirth of towns in the west AD 700-1050, (London 1988) 52-56 aldaar 55. 6 Ibidum 53. 7 Verwers en van Es, ‘Dorestad en Wijk bij Duurstede’, 5.
4
Figuur 1 Plattegrond Dorestad.
Het aantal inwoners van Dorestad wordt ingeschat op 1000 à 2000 tijdens haar
hoogtepunt.8 Naast handelaren en boeren woonden er ook ambachtslieden. Zeer
waarschijnlijk was er sprake van scheepsbouw en andere vormen van houtbewerking zoals
vlechtwerk; de huizen waren immers ook grotendeels van hout of houtproducten. Verder
zullen er wevers geweest zijn en wellicht ook leerlooiers.9
Door Holwerda werd aangenomen dat er in Dorestad een Frankisch castellum was
gesitueerd. Hij beschrijft de typische opzet van zo’n castellum met een curtis (kasteel), de
curticula (terrein met bijgebouwen) en een pomarium (tuin). Meestal hoorde er ook nog een
8 Verwers, ‘Dorestad, a Carolingean town?, 55. 9 W.A. van Es, ‘Dorestad centred’, Medieval Archeology in the Netherlands: Studies presented to H. H. van Regteren Altena, (Assen/Maastricht 1990) 151-182 aldaar 173.
5
grafveld en een kerk bij. Voor het castellum van Dorestad zie figuur 2. 10 Merkwaardig is dat
latere archeologen zoals van Es en Verwers geen gewag maken van dit castellum.
Figuur 2 Castellum te Dorestad
Neergang Dorestad beleefde haar hoogtepunt in de 8e eeuw en in het begin van de negende
eeuw.11 Aan het eind van de 8e eeuw beginnen de invallen van de Noormannen. Karel de
Grote en zijn zoon Lodewijk nemen allerlei maatregelen om de kustgebieden en de
riviermonden te beschermen; zo bouwden ze versterkingen aan de riviermonden. Die
maatregelen zijn niet afdoende, rond 830 beginnen de invallen waardoor Dorestad regelmatig
geplunderd en verwoest werd. In 863 wordt voor het laatst melding gemaakt van Dorestad in
de annalen. 12 Holwerda is van mening dat de abrupte en volledige ondergang van Dorestad
niet het gevolg kan zijn van de Vikingen alleen. Hij veronderstelde dat de genadeklap aan
Dorestad is uitgedeeld door de weergoden, en wel in de vorm van een geweldige
overstroming zo rond het jaar 860. 13 Verwers en van Es maken hiervan geen melding; zij
geven aan dat Dorestad in de 9e eeuw ineenschrompelde tot een kleine nederzetting. Pas in de
12e – 13e eeuw is Wijk bij Duurstede ontstaan op ongeveer de plaats van het oude Dorestad.14
10 Dr. J.H. Holwerda, Dorestad en onze vroegste middeleeuwen, (Leiden 1929) 36-42. 11 Verwers en van Es, ‘Dorestad en Wijk bij Duurstede’, 8. 12 Holwerda, Dorestad 4-9. 13 Ibidum, 16-22. 14 Verwers en van Es, ‘Dorestad en Wijk bij Duurstede’, 8.
6
In dat geval duurt het minstens 3 eeuwen voordat er weer sprake is van een stad van enige
betekenis.
Opgravingen.
Het archeologische onderzoek naar Dorestad is begonnen rond 1840 door L.J.F.
Janssen. Het onderzoek werd in de twintiger jaren van de 20e eeuw voortgezet door J.H.
Holwerda. In de tweede helft van de vorige eeuw is er een aantal keren gegraven: in 1953
maar vooral in de periode 1967-1977 door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig
Bodemonderzoek. 15 Er zijn veel graven gevonden, funderingen van huizen en boerderijen en
vooral ook veel, heel veel, scherven van Rijnlands aardewerk. Het beroemdste stuk is een
fibula waarvan een afbeelding op het titelblad is te vinden. Op basis van de resultaten van het
onderzoek is er o.a. boerderij gereconstrueerd in Amersfoort. 16 Vele gevonden voorwerpen
zijn te bezichtigen in het museum te Wijk bij Duurstede.
Conclusie. Dorestad is in de vroege middeleeuwen uitgegroeid tot een belangrijk handelscentrum
in Noord Europa. De belangrijkste factor voor deze bloei lijkt de economische groei te zijn in
dit gebied. Er werd vrijwel zeker gehandeld in aardewerk, molenstenen, vijzels, glas en wijn;
andere producten zijn waarschijnlijk maar niet aan te tonen; er waren handelscontacten met
o.a. het Duitse Rijngebied en Scandinavië. De ligging van Dorestad is voor een groot deel
bekend, vooral van het noordelijke deel (de vicus); van noord tot zuid was de stad 2 tot 3 km
lang. De neergang en de uiteindelijke verdwijning van Dorestad zijn voor een groot deel te
wijten aan de invallen van de Noormannen. Wellicht dat een overstroming rond 860 de
genadeklap heeft veroorzaakt. Archeologische onderzoeken in Wijk bij Duurstede hebben
veel materiaal, kennis en inzicht opgeleverd.
0=0=0=0=0
15 Van Es, ‘Dorestad centred’, 151. 16 Ibidum, 159-160.
7
Literatuurlijst. Es, W.A. van, ‘Dorestad centred’, Medieval Archeology in the Netherlands: Studies presented
to H. H. van Regteren Altena, (Assen/Maastricht 1990) 151-182.
Holwerda, Dr. J.H., Dorestad en onze vroegste middeleeuwen, (Leiden 1929).
Lebecq, Stephane, ‘Les activités d’échanges. L’ouverture aux mers de l’Europe du nord’, in:
Catalogue Charlemagne – L’Empire retrouvé, (Bruxelles 1990). Verhulst, Adriaan, ‘The origins of towns in the low countries and the Pirenne statement’,
Past and Present 122 (1989) 3-35.
Verwers, W.J.H., ‘Dorestad: a Carolingian town?’, in: R. Hodges and B.Hobley (eds),
The rebirth of towns in the west AD 700-1050, (London 1988) 52-56.
Verwers, W.J.H en W.A. van Es, ‘Dorestad en Wijk bij Duurstede’, Tussen Rijn en Lek
22 (1988) 16-23.
0-0-0-0-0
Top Related