Bouwen in de BovenstadBooosting Bovenstad
Congres 11 april 2007
Inleiding
luchtgebonden bouwen 3
Op het balkon van de bovenste verdieping van het groothandelsgebouw in Rotterdam is het daklandschap goed zichtbaar. Grijze vlakken, platte daken, puntdaken en plukjes groen. Grote bomen die er nog net bovenuit komen.Bekeken vanuit de lucht is het een onontgonnen landschap met vele mo-gelijkheden. Een open uitnodiging aan ontwerpers, ontwikkelaars, parti-culieren en de overheid om dit ‘braakliggende’ terrein te benutten. Om er een zinvolle invulling aan te geven.
Het bouwen “op het dak” is een actueel thema door de toenemende ruim-telijke druk in Nederland. Een locatie voor meerdere functies gebruiken, nieuwe dimensies creëren op de bestaande bebouwing het lijkt een lo-gisch vervolg op de vraag naar m2. Toch gaat het niet hard met deze vorm van ruimtegebruik, er is een begin maar het blijkt een moeilijk proces. Waar ligt dat aan? Wie heeft een oplossing? En waar liggen de kansen?
Deze publicatie is een toevoeging op het Congres “Bouwen in de Bo-venstad” gehouden op 11 april 2007 in Rotterdam. Stichting Bovenstad heeft samen met Stichting Booosting sprekers uitgenodigd die wellicht een antwoord hebben op bovenstaande vraag.
Prof. Jos Lichtenberg (TU Eindhoven) en Ed van Hinten belichtten de technische uitdagingen van het meervoudig ruimtegebruik. Hamit Kara-kus (wethouder Wonen Rotterdam) schetste de ambitie van Rotterdam om de groenste dakstad van Nederland te worden. De 5 proeftuinen uit de Bovenstad COP gaven in de middag inzicht in de problemen maar ook in de mogelijkheden die het bouwen bovendaks biedt. Met deze publicatie willen we u bedanken voor uw bijdrage tijdens het congres en u inspireren om dit onderwerp bij anderen onder de aandacht te brengen.
Peter Bart, Voorzitter Stichting Bovenstad
Harm Boomsma, Voorzitter Stichting Booosting
Luchtgebonden Bouwen als laboratorium
Centre for Design
luchtgebonden bouwen 5
De Nederlandse steden groeien langzaam maar uiterst zeker naar elkaar
toe. Den Haag-Rijswijk-Delft-Schiedam-Rotterdam is een bijna aaneen-
gesloten zee van gebouwen. Verder groeien kan praktisch niet meer. Ge-
zien het steeds verder in de verdrukking raken van het landschap is dat
eigenlijk ook ongewenst. Willen steden als Rotterdam, Amsterdam en
zeker Den Haag verder groeien dan zullen zij moeten verdichten. Hier-
voor is echter nauwelijks ruimte. De steden zijn immers al uiterst compact.
Het ene gebouw vervangen door een ander verhoogt de dichtheid van
de steden niet wezenlijk. Zeker niet als de steden ook nog aangenaam
en leefbaar gehouden moeten worden. Er zullen daarom nieuwe plekken,
nieuwe mogelijkheden binnen de stadsgrenzen moeten worden gevonden.
Schaarse stads grond moet twee, misschien zelfs wel drie keer gebruikt
gaan worden. Met het schaarser – lees duurder - worden van de grond in
de steden stijgen de kans van luchtgebonden bouwen.
Voor de duidelijkheid: Luchtgebonden bouwen is bouwen op gebouwen. De
daken worden hierbij niet langer beschouwd als de tamelijk banale beëindi-
gingen van gebouwen, maar als een opgetild, tweede maaiveld. Hierop kan
weer alles gebeuren. In de spannendste gevallen betekent luchtgebonden
bouwen meer dan alleen een verrijking van het
gebouw waarop het is geplaatst. Het voegt een
laag aan een straat of een wijk toe. Dat kan een
sociale, economische, functionele of een archi-
tectonische laag zijn. Hierbij is het dus belangrijk
dat de toevoeging daadwerkelijk afwijkt van het
bestaande. De prachtige Elbphilharmonie van
Herzog & De Meuron die in Hamburg op een
oude loods wordt gebouwd, het OCAD Sharp
Luchtgebonden Bouwen als laboratorium
ElbphilharmonieCentre for Design
Eric Vreedenburgh Presentatie Proeftuin Scheveningen Haven
6 luchtgebonden bouwen
Centre for Design in Toronto van William Alsop boven woningbouw of de
Art Gallery Giovanni e Marella Agnelli op de oude Fiat-fabriek van Renzo
Piano kunnen als de ultieme mogelijkheden van luchtgebonden bouwen
worden beschouwd.
Tijdens het symposium ‘BOOOSTING meets Bovenstad’ werden de vijf
proeftuinen van Bovenstad getoond. Ze zijn uiteraard van een veel be-
scheidener schaal dan de genoemde internationale voorbeelden, maar zijn
wel illustratief voor de brede mogelijkheden van luchtgebonden bouwen.
Ze lieten echter ook de andere kant van bouwen op daken zien. De minder
glorierijke kant. Lijken bij architecten als Piano en Herzog & De Meuron de
bomen tot aan de lucht te groeien, in Nederland is luchtgebonden bouwen
vaak een budgettaire en juridische worsteling. Alleen dankzij een onge-
looflijk doorzettingsvermogen van ontwikkelaars en architecten worden
(soms) bijzondere resultaten bereikt.
Deze strijd is niet afleesbaar aan de projecten aan de haven van Scheve-
ningen van Eric Vreedenburgh (Archipel ontwerpers). Reeds in 1994 werd
hier het eerste luchtgebonden gebouw gerealiseerd: Harbour View. Als
sokkel fungeerde een robuust gemetseld pand en hierop plaatste Vree-
denburgh een licht stalen penthouse. Het ontbreken van een tuin werd
ruimschoots gecompenseerd door een aantal terrassen en natuurlijk het
uitzicht op de haven. Toen al bestond bij Vreedenburgh het idee dat de
Scheveningse Haven de ideale achter- en ondergrond zou kunnen vormen
voor de zogenaamde Stepping Stone Stedenbouw. Deze vorm van steden-
bouwkundig ontwerpen stelt veel minder starre kaders dan normale ste-
denbouw. De locatie verschilt dan ook enorm. Stepping Stone Stedenbouw
gebeurt niet perse op een afgebakend, braak liggend terrein. In principe
kunnen overal in een wijk of zelfs in een stad gebouwen ontworpen worden
die op de een of andere manier naar elkaar verwijzen. De gebouwen staan
hierdoor automatisch veel losser ten opzichte van elkaar, maar ze hebben
alle duidelijk een aantal specifieke kenmerken. Je voelt hun verbonden-
heid.
luchtgebonden bouwen 7
Hoe Stepping Stone stedenbouw in de praktijk kan gaan werken en een
fascinerende nieuwe laag aan de stad kan toevoegen, blijkt nu ook het
tweede luchtgebonden project aan de haven is gerealiseerd. Op een voor-
malig pakhuis schuin tegenover Harbour View zijn 3 penthouses en kanto-
ren geplaatst. Het zijn grote en luxe woningen geworden met royale terras-
sen en ingewikkelde plattegronden. Daarna zijn er drie woningengeplaatst
boven op het naastgelegen pakhuis IJsvis.
Dit project had twee grote voordelen ten opzichte van een aantal andere
proeftuinen die tijdens het symposium werden getoond. Allereerst waren
er opdrachtgevers (andere opdrachtgevers) met ambities en die ver mee-
gingen met de plannen van Vreedenburgh. Minstens zo belangrijk was het
dat de onderliggende loods ook direct verbouwd werd tot appartementen-
gebouw. De penthouses vormden zo een min of meer normaal onderdeel
van de ingrijpende transformatie. Vaak maken de extra investeringen die
noodzakelijk zijn voor het versterken van de dakconstructie en voor de ont-
sluiting van de extra verdieping luchtgebonden bouwen namelijk onrenda-
bel. Nu kwamen deze extra kosten echter voor rekening van het volledige
project en kon Nautilus uitgroeien tot een Nederlands hoogtepunt op het
gebied van luchtgebonden bouwen. In het verlengde van deze eerste stap-
pen zijn er nu vier nieuwe projecten in voorbereiding. Ondanks een zeer
tijdrovend proces (7 jaar voor het project de Nautilus) waarin vele weer-
standen overwonnen moesten worden.
Lijkt in Scheveningen alles mee gezeten te hebben, in de proeftuin Rus-
tenburg Oostbroek verlopen de zaken veel moeizamer. En dat terwijl de re-
denen om in deze wijk te experimenteren dringender zijn dan in de Scheve-
Nautilus ?????
8 luchtgebonden bouwen
ningse Haven. De eengezins-, duplex- en portiekwoningen in Rustenburg
Oostbroek werden in de jaren 20-40 van de vorige eeuw gebouwd door
beleggers. Net als in vergelijkbare wijken in andere steden veranderde in
de jaren 70 deze overzichtelijke situatie in een bijkans bestuurlijke chaos.
Er vond massaal splitsing en uitponding plaats. De vijfduizend woningei-
genaren verenigden zich in maar liefst 1000 Verenigingen van Eigenaren
(VvE). Dit enorme aantal en de bestuurlijke kwaliteit ervan is een van de
voornaamste problemen waarvoor de stichting Verbouw Rustenburg Oost-
broek zich gesteld ziet. Er moet namelijk nogal wat in deze wijk gebeuren.
Veel wooncomplexen hebben te maken met achterstallig onderhoud en
bovendien sluiten veel woningen niet meer aan bij de vraag. Ze zijn eigen-
lijk te klein. Binnen een bouwblok kan dit probleem opgelost worden door
bijvoorbeeld woningen te schakelen. Ook het dak zou een oplossing kun-
nen bieden. Om de woning te vergroten kunnen er dakopbouwen worden
geplaatst.
Hier is niet echt sprake van luchtgebonden bouwen, maar van het traditi-
onele en minder opwindende optoppen. Er is geen sprake van dat er an-
dere functies of elementen met een totaal andere architectuur op het dak
worden gebouwd. De huidige insteek blijkt echter in veel gevallen al te
ambitieus. De dakopbouwen zijn namelijk een stuk duurder te zijn dan de
Rustenburg Oostbroek
luchtgebonden bouwen 9
waardestijging van de woning. De hoge bouwkosten hebben waarschijnlijk
te maken met de onbekendheid van de aannemers met het bouwen op
een dak. Om zich tegen risico’s in te dekken schroeven zij hun kosten op.
Desondanks worden binnenkort op een aantal eengezinswoningen dak-
opbouwen geplaatst.
Het is nog veel lastiger om op de daken van de appartementengebou-
wen hetzelfde voor elkaar te krijgen. Dit heeft te maken met de enorme
hoeveelheid, vaak slapende en/of slecht georganiseerde VvE’s. Het dak
is immers van alle afzonderlijke eigenaren. Er wordt nu getracht om VvE’s
samen te voegen tot professionelere organisaties om zo toch de noodza-
kelijke doorbraak te forceren.
Misschien is echter het uitgangspunt wel verkeerd. Misschien is het ambi-
tieniveau in de wijk wel te laag en zou het voor alle partijen interessanter
zijn wanneer echt afwijkende functies (bijvoorbeeld penthouses) op het
dak worden geplaatst. Dus wanneer er echt luchtgebonden bouwen plaats
zou vinden. De strijd met de VvE’s zal hiermee weliswaar zeker niet eenvou-
diger worden, maar wel kunnen zo andere investeerders geïnteresseerd
worden die het dak als het ware van de eigenaren kopen. Deze strategie is
een volstrekt andere dan de gevolgde. In plaats van naar de directe kosten
moet dan veel meer naar de directe maar vooral indirecte opbrengsten
(grotere economische, architectonische en functionele differentiatie) ge-
keken worden.
Minstens zo problematisch als in Rustenburg Oostbroek is het proces in
Dordrecht. Hier moeten boven een winkel in de Voorstraat 15 apparte-
Rustenburg Oostbroek Achtergevel
Jan Roncken
Presentatie Proeftuin Wonen boven winkels Dordrecht
Ineke Hulshof
10 luchtgebonden bouwen
menten gerealiseerd worden.
De grote modewinkel is hard
aan een opknapbeurt toe en de
winkelier die eveneens eige-
naar van het pand is, wil de op-
brengsten van de appartemen-
ten gebruiken om zijn winkel
te verbouwen. De gemeente
juicht in principe dit soort ont-
wikkelingen toe. Net als in de
meeste andere binnensteden
wordt er nauwelijks meer in het
Dordtse centrum gewoond. Dit
betekent dat er na sluitings-
tijd van de winkels nauwelijks
meer mensen te vinden zijn. Niemand heeft er iets te zoeken. Dit deel
van de binnenstad is bovendien niet het meest bruisende van Dordrecht.
Het herintroduceren van wonen boven winkels kan een belangrijke im-
puls voor deze straat betekenen. Allereerst wordt de levendigheid van de
straat in tijd een stuk verlengd. Tegelijkertijd wordt zo de sociale controle
verhoogd. Hoe positief de politiek dit soort initiatieven ook vindt, het amb-
telijke apparaat van Dordrecht lijkt het allemaal vooral erg lastig te vinden.
Het eerste probleem waarvoor architecte Ineke Hulshof zich gesteld zag,
was het beschermde stadsgezicht. Het plan hield een aanzienlijke volu-
mevergroting in en om hier goedkeuring voor te krijgen heeft zij en haar
opdrachtgever acht maanden met de procedures moeten worstelen. En
toen moest bouw- en woningtoezicht zich nog over het ontwerp buigen.
Waarschijnlijk uit onzekerheid werd vastgeklampt aan de regels. Het was
bijvoorbeeld heel lastig om aan de parkeernorm te voldoen. Zeker omdat
de boom in de tuin niet gekapt mocht worden. Desondanks moest toch
gewoon de norm gehaald worden. Er is nu een parkeerkelder aangelegd
waarin alleen met moeite voldoende auto’s geplaatst kunnen worden. Een
belangrijk procedureel probleem was verder
dat er telkens nieuwe en aanvullende eisen
werden gesteld. Maar nu lijkt alles toch rond
en kan er waarschijnlijk begonnen worden
met de bouw van het bijzondere plan.
Poptahof
Presentatie Proeftuin Wonen boven winkels Dordrecht
Presentatie Proeftuin Delft Arne Dolle
luchtgebonden bouwen 11
De twee komende proeftuinen zijn van een totaal andere orde dan de vo-
rige. In beide wordt het dak niet gezien als een plek om de stad te verdich-
ten, maar om de druk op de openbare ruimte enigszins te verlichten. Of om
ieder geval de stad een ander soort openbare ruimte aan te bieden. Alleen
al haar plek – uitkijkend over de stad – maakt haar uiteraard uniek.
De Poptahof in Delft is een typische jaren zestig hoogbouwwijk. Kenmer-
kend zijn de enorme dichtheid en de even grote problemen. Om haar weer
leefbaar te maken gaan Woonbron en ontwikkelaar Kristel de wijk zeer
ingrijpend renoveren. Delen zullen gesloopt worden om plaats te maken
voor nieuwbouw, de resterende woningen worden alle gerenoveerd, nieuw
groen wordt aangelegd en het parkeren zal grotendeels onderdeks gaan
gebeuren. Voor deze transformatie is tien jaar en 200 miljoen € uitgetrok-
ken. De Grutto is de eerste flat die gerenoveerd gaat worden. Renoveren
dekt niet helemaal de lading. De ambities rijken veel verder. Het midden-
deel van de flat wordt namelijk voor een deel weggesneden. Ook een deel
Poptahof stempel schetsontwerp
Floating House
Floating House van binnen
S333
12 luchtgebonden bouwen
van de bovenste verdieping zal worden gesloopt. Uiteraard
neemt de wooncapaciteit van de flat hierdoor af, maar zij
krijgt er spannende plekken voor terug. De ‘kloof’ en het
gecreëerde dakterras zullen vermoedelijk ingericht gaan
worden als speelterrein. Dat dit nog niet helemaal zeker
is heeft te maken met de grote inspraak die de bewoners
in het plan hebben. Zij zullen de uiteindelijke functie en
inrichting mede bepalen. Het achterliggende idee is dat
beide plekken een soort tussenstation gaan vormen tus-
sen binnen en ‘echt’ buiten spelen. Bij eengezinswoningen
neemt de tuin deze rol op zich, maar hoge flats hebben
geen tuin. De ontwikkelaar hoopt op deze manier de flat
weer aantrekkelijk voor jonge gezinnen te maken.
Groningen is een stad waar al decennia op een intelli-
gente manier geëxperimenteerd wordt met architectuur.
Het dak is in deze stad dan ook geen maagdelijk terrein
meer. Spannend zijn de door DAAD-architecten ontwor-
pen en door Vlasblom ontwikkelde Lighthouses. Al laten
ook deze woningen weer zien hoe moeilijk het is om op
een rendabele manier op het dak te bouwen. Proeftuin
‘City on a Roof’ wilde geen stad op het dak ontwikkelen,
zoals de naam suggereert, maar wil eigenlijk de beleving
van de stad hier intensiveren. Het dak is beschouwd als
verlenging van de openbare ruimte. Hiertoe werd een aan-
tal architecten en kunstenaars gevraagd om een tijdelijke
werk/leefunit voor op het dak van de Puddingfabriek in
Groningen te ontwerpen. Het ‘gebouwtje’ mocht niet groter
zijn dan 4 x 4 x 3 meter en mocht niet meer dan 200 kg/m2
wegen. Dit uiteraard in verband met de sterkte van het dak.
Bijzonder was het Floating House van het Engelse bureau
What Architecture. Het bestond uit niet meer dan enorme
ballonnen waarover een tentdoek werd gedrapeerd. Hoe
simpel ook, het leverde een feeërieke ruimte op. S333 uit
Amsterdam had een bouwsysteem ontwikkeld bestaande
uit extreem dunne triplex strips die in elkaar geschoven
konden worden en een opvallend stevig skelet opleverden.
Een doek maakte haar – min of meer – dicht. Behalve deze
Huis DiddenLighthouses
luchtgebonden bouwen 13
paviljoentjes op het dak bestond City on a Roof uit een High-Tea House
een soort boomhut die via een smal paadje vanaf het dak van de Pudding-
fabriek bereikt kon worden.
Het experiment leerde dat bouwen op het dak leuk en uitdagend is, maar
bepaald niet eenvoudig. Verder werd duidelijk dat het dak niet helemaal
volgebouwd moet worden. Het dak moet zichtbaar blijven om zo de bijzon-
derheid van de plek te benadrukken.
Dit laatste maakt huis Didden van MVRDV in Rotterdam misschien ook
wel zo opmerkelijk. Deze familie woont en werkt in een voormalig RET-
magazijn. Dit bijzondere gebouw was eigenlijk te klein. Aan MVRDV werd
gevraagd om op het dak een uitbreiding te ontwerpen. Het werd een soort
mini dorpje op het dak. De extra slaapkamers waren in eerste instantie
als onzuivere koepels vormgegeven. Deze bleken echter veel te duur en
dus zijn deze extra ruimtes ondergebracht in bijna archetypische, felblauwe
huisjes. Het project was onderdeel van Penthousing Rotterdam.
Het vorige Rotterdamse college van Burgermeester en Wethouders wilde
het wonen in de centrale binnenstad stimuleren. Dat gebeurde veel te wei-
nig. Het dak zou hiervoor de ideale bouwgrond zijn. De ambitie was om in
vier jaar tijd 100 penthouses te realiseren. Initiatieven werden gestimu-
Daktuin op het stadhuis van Chicago
14 luchtgebonden bouwen
leerd door bescheiden subsidies. Verder werd hulp geboden bij de uiterst
lastige procedurele kanten van het bouwen op daken. Hoewel een aantal
projecten vanwege de hoge kosten uiteindelijk niet is gerealiseerd, zijn er
toch meer dan 100 penthouses gebouwd.
Met het beëindigen van het programma Penthousing verdwijnt niet de am-
bitie om het dak in Rotterdam nuttiger te gebruiken. In navolging van ste-
den als Chicago en een aantal Belgische plaatsen zal de komende vier jaar
getracht worden om de daken groen te krijgen. De voordelen zijn legio. De
stad warmt hierdoor (iets) minder op, het groen is een goede isolator en het
vangt fijn stof af. Bovendien kan het dak als waterbuffer gaan fungeren en
ten slotte levert het ook een aardig beeld op.
Christophe de Jong Kees Hogervorst
Airbus A 830
luchtgebonden bouwen 15
Twee van de vijf proeftuinen lieten zien dat Luchtgebonden bouwen ju-
ridisch lastig is. Technisch lijken er nauwelijks problemen. Dat is echter
een misvatting. Luchtgebonden bouwen is vrij complex. De bouwplaats
is namelijk niet de ideale. Zij is vaak klein, onaangenaam en relatief ge-
vaarlijk. Het is derhalve zaak om de bouwtijd zo kort mogelijk te houden.
Prefabriceren is hierbij uiteraard het toverwoord. De voordelen ervan zijn
bekend. Het maken van de elementen gebeurt in de fabriek onder ge-
conditioneerde omstandigheden. De kwaliteit ervan is zo altijd beter dan
de op de bouwplaats in weer en wind gemaakte bouwonderdelen. Op het
dak zelf worden de elementen vervolgens gemonteerd. Maatafwijkingen
zijn er nauwelijks; het monteren kan snel en efficiënt gebeuren. Een ander
probleem is het gewicht van luchtgebonden bouwen. Het bestaande dak is
eigenlijk niet berekend op een nieuwe laag. Alleen in uitzonderlijke geval-
Techniek en Luchtgebonden bouwen
Kees Hogervorst
Knotted Chair
Piepschuim EPShuis
16 luchtgebonden bouwen
len kan er zonder extra constructieve maatregelen op het dak gebouwd
worden. Meestal zal het dak versterkt moeten worden. In die gevallen geldt
dat hoe lichter het bouwsysteem is, hoe minder zwaar en ingrijpend de
constructieve aanpassingen aan het dak zullen zijn. Tegelijkertijd heeft
licht bouwen natuurlijk een aantal nadelen. Het kan bijvoorbeeld lastig zijn
om aan de bouwfysische eisen te kunnen voldoen. Houtskelet is systeem
dat aan deze eisen voldoet. Voor staalskelet zoals Nautilus van Archipel-
ontwerpers heeft laten zien ook, geldt hetzelfde.
Dit zijn beide slimme, lichte bouwmethoden maar er zijn buiten de bouw
veel nieuwe ontwikkelingen gaande die nog lichtere materialen opleveren.
We zouden bijvoorbeeld veel van de lucht- en ruimtevaart kunnen leren.
Een Airbus A-83 weegt bijvoorbeeld per vierkante meter minder dan een
traditioneel woonhuis. Dat heeft overigens, althans volgens Ed van Hinte
van lightness Studios, vooral met de domheid van de traditionele bouw te
maken (gemaakshalve laat van Hinte een aantal technische zaken buiten
beschouwing zoals de problematiek van geluidisiolatie, trilling en warmte
akkumulatie). Bouwen is nog altijd een macho aangelegenheid waarbij
het stoer is om heel zware halfproducten van A naar B te verplaatsen en
daar met behulp van zware machines gebouwen van te maken. Bouwen is
zwoegen en wachten op de volgende zware lading.
Alternatieve, slim geproduceerde en lichte materialen
hebben eveneens met een aantal problemen te kam-
pen. Allereerst is er een imago probleem. Zelfs wonin-
gen met een houten skelet worden door veel mensen
nog altijd als minder dan betonnen huizen beschouwd.
Bij het kloppen op de muur hoor je immers geen massa.
Daarnaast worden intelligente materialen bij voorbaat
al als duur bestempeld. Composieten als glasvezel of
koolstof versterkt kunststof danken dit imago aan de
peperdure fiets van Theo Bos of onbetaalbare auto’s
als Maserati. En als ze wel betaalbaar zijn, wordt er met
enige achterdocht naar gekeken. Zo goedkoop, dat kan
niet goed zijn. Deze prachtige materialen komen zo in
de hoek van de gadgets terecht en dat zijn gemiste
kansen.
Intussen wordt er overigens wel driftig geëxperimen-
teerd met licht bouwen. Er is al een aantal gebouwen
gemaakt van geseald piepschuim die extreem licht zijn.
Jos Lichtenberg Ed van Hinte Harm Boomsma en Peter Bart
luchtgebonden bouwen 17
Bouwen met bevroren textiel lijkt een spannender ontwikkeling. De knot-
ted chair van Marcel Wanders laat zien wat de fascinerende mogelijkheden
zijn. Ook wooneenheden zouden met deze techniek gerealiseerd kunnen
worden. Dat bewijst het onderzoek van Arno Pronk aan de TU Delft. Hij
heeft de zogenaamde Blowing Structure Method ontwikkeld. Hierbij wordt
eerst een fysiek model gemaakt. Als de ontwerper tevreden is, wordt deze
gedigitaliseerd en verschaald naar de uiteindelijke afmetingen. Op basis
van deze tekeningen wordt een membraam gemaakt die verstijfd wordt
met behulp van composieten.
Deze bouwmethode is extreem licht en uiterst zuinig. Er worden nauwelijks
materialen en energie verspild. Dat het noodzakelijk is dat de bouwwereld
goed gaat nadenken over een efficiënter materiaalgebruik toonde prof.
Jos Lichtenberg onomstotelijk aan. Terwijl de bouw maar 5,1 % van het
BNP levert, is 35 procent van de afvalberg afkomstig van de bouw en heeft
25 procent van alle wegtransport iets met de bouw te maken. Daarnaast
tekenen onze gebouwen voor 43 procent van het totale energiegebruik.
Hierbij wordt overigens zowel de fabricage van de bouwelementen, de
bouw als het gebruik meegerekend. Wat het cijfer overigens niet minder
schokkend maakt. De bouw is een grootgebruiker en grootvervuiler. En dat
heeft veel te maken met het feit dat het bouwen nog altijd weinig intelligent
geschiedt. We maken nog altijd zware, inflexibele, inefficiënte gebouwen.
Dat kan niet meer. Lichtenberg pleit voor Slimbouwen, wat meer een visie
18 luchtgebonden bouwen
dan een bouwsysteem is. In zijn lezing ging het vooral over een betere inte-
gratie van de installaties in een gebouw. Leidingen hebben nu vaak geen
eigen plek en worden in het gebouw ‘gefrommeld’. Ze nemen hierdoor on-
nodig veel ruimte in en het is hierdoor vaak erg lastig om ze te vervangen.
Dit laatste zorgt ervoor dat renoveren en transformeren duur en vaak zelfs
te duur wordt. Als metafoor voor een goed installatieconcept hanteert
Lichtenberg een boom waarbij de stam de schacht is en de takken voor de
distributie zorgen. Als in gebouwen op een dergelijke, heldere manier met
de installaties wordt omgegaan zal niet alleen het proces veel soepeler
verlopen, maar zal ook het gebouw flexibeler worden. De installaties zijn
zoals gezegd een voorbeeld. Lichtenberg wil vooral dat we beter gaan na-
denken over het bouwen.
Bouwen op het dak moet altijd slim gebeuren. Elke stap in het bouwpro-
ces moet goed doordacht zijn omdat een stap op het dak lastiger is dan
één op het maaiveld. Net zoals veel nieuwe materialen en technieken af-
komstig zijn uit de lucht- en ruimtevaart omdat daar de eisen nu eenmaal
luchtgebonden bouwen 19
extreem zijn en steeds lichter maar veiliger construeren noodzakelijk is, zo
zou luchtgebonden bouwen als laboratorium voor de bouw kunnen gaan
fungeren. Ook daar zijn de omstandigheden lastiger dan bij gewoon bou-
wen. En ook daar betekent een geringer gewicht pure winst. En, ten slotte,
moeten de gebouwen hoe licht ze uiteindelijk ook zijn aan de hoge bouwei-
sen voldoen. Dit maakt dat het dak als ideale proeftuin voor nieuwe, lichte
bouwmethoden kan gaan fungeren.
Daar moet dan echter wel meer ruimte dan nu voor geboden worden. In-
novatieve projecten passen nu eenmaal vaak niet binnen de normale pro-
cedures. Tot nu toe wordt de regelgeving echter te star gehanteerd en
frustreert vooral. Een wat coulantere houding – zonder uiteraard dat de vei-
ligheid in het geding is - zou luchtgebonden bouwen werkelijk een stap ver-
der brengen. Tot die tijd lijkt het verstandig om alle kennis over het bouwen
op daken en de betreffende procedures te verzamelen en voor alle partijen
te ontsluiten. Zo kan in ieder geval voorkomen worden dat steeds opnieuw
het wiel uitgevonden moet worden. Daarnaast kunnen misschien eerst de
juridisch wat eenvoudiger projecten op het dak gerealiseerd worden. Deze
kunnen dan een voorbeeldfunctie krijgen. Zo kan niet alleen meer kennis
verkregen worden, maar met deze projecten kan ook worden aangetoond
dat luchtgebonden bouwen de stad daadwerkelijk aantrekkelijker maakt.
Hamit Karakus Cees HogervorstWil van der Hoek en Hans Vos
20 luchtgebonden bouwen
Conclusies
Bouwen op het dak moet altijd slim gebeuren. Elke stap in het bouwproces
moet goed doordacht zijn omdat een stap op het dak lastiger is dan een op
het maaiveld. Net zoals veel nieuwe materialen en technieken afkomstig
zijn uit de lucht- en ruimtevaart omdat daar de eisen nu eenmaal extreem
zijn, zo zou luchtgebonden bouwen als laboratorium voor de bouw kunnen
gaan fungeren. Ook daar zijn de omstandigheden lastiger dan bij gewoon
bouwen. En ook daar betekent een geringer gewicht pure winst. En, ten
slotte, moeten de gebouwen hoe licht ze uiteindelijk ook zijn aan de hoge
bouweisen voldoen. Dit maakt dat het dak als proeftuin voor nieuwe, lichte
bouwmethoden kan gaan fungeren.
Daar moet dan echter wel meer ruimte dan nu voor geboden worden. Inno-
vatieve projecten passen nu eenmaal vaak niet binnen de normale proce-
dures. Tot nu toe wordt de regelgeving echter in een groot aantal gemeen-
tes uiterst star gehanteerd en frustreert zij deze interessante manier van
verdichting vooral. Om de impasse te doorbreken is er meer ervaring nodig.
Daarom lijkt het verstandig om eerst de juridisch wat eenvoudiger projec-
ten op het dak gerealiseerd worden. Nu wordt veel energie en tijd gestoken
in de lastige projecten zoals die in Rustenburg Oostbroek. Op zich logisch,
want juist in dit soort wijken kan luchtgebonden bouwen tot betere wonin-
luchtgebonden bouwen 21
gen en een interessantere wijk leiden. De complexe eigendomsstructuur
met heel veel VvE’s zorgt er echter voor dat het proces uiterst stroperig
verloopt. Dat is geen goede reclame voor luchtgebonden bouwen.
De voorbeeldprojecten die het liefst ook in een ‘lastige’ wijk gerealiseerd
moeten worden, genereren de noodzakelijke kennis over luchtgebonden
bouwen. Alleen door het veel te doen kunnen de kinderziektes maar vooral
de angst voor het bouwen op het dak weggenomen worden. Dit zou tot
een verlaging van de bouwsommen kunnen leiden waardoor het voor meer
partijen betaalbaar en dus aantrekkelijker wordt om op het dak de woning
uit te breiden. Bovendien kunnen dan de zichtbare voordelen de nu nog
slapende en nauwelijks wakker te krijgen VvE’s overtuigen van de voorde-
len van het bouwen op het dak.
Alle kennis over de gevolgde technieken en de betreffende procedures die
er nu al is, moet worden verzameld en voor alle partijen ontsloten worden.
Zo kan in ieder geval voorkomen worden dat steeds opnieuw het techni-
sche en procedurele wiel uitgevonden moet worden. Bovendien kan deze
kennis gebruikt worden om toetsende ambtenaren eenvoudiger te overtui-
gen. Procedures kunnen zo verkort worden waardoor het voor alle partijen
aantrekkelijker wordt om het dak als tweede maaiveld te gaan benutten.
Poly Products BVUw lichtgewicht bouwpartner
Poly Products BV te Werkendam (N.Br.) is Nederlands maatwerkspecialist in glasvezel-versterkt polyester. Onder de merknaam DETOS worden technisch- en kwalitatief hoogwaardige lichtgewicht behuizingen geproduceerd die zowel nationaal als internationaal toonaangevend zijn.
Onze ervaring en deskundigheid, gecombineerd met verschillende verwerkingstechnieken, maken afwijkende formaten en complexe opdrachten in elke gewenste vorm en kleur mogelijk. Of het nu gaat om een kunstobject , architectonische verfraaiing of luchtgebonden bouwen; als u het kunt bedenken kunnen wij het maken.
Ook uw wensen op het gebied van esthetica, warmte- of geluidisolatie realiseren wij graag; Poly Products gaat geen uitdaging uit de weg.
Industrieel, Flexibel, Demontabel. DETOS
Poly Products BVBruningsstraat 104251 LA WerkendamTel: +31 (0)183 [email protected]
– advertorial –
Corus Colorcoat®
Op en top voor optoppen
Heeft u wel eens vanuit een Amsterdams grachtenpand uitgekeken over de monumentale daken? En de wirwar aan strak aangebouwde serres, moderne dakkapellen en opgebouwde verdiepingen aanschouwd? Vaak zijn die verbouwprojecten uitgevoerd met lichte handzame bouwmaterialen. Colorcoat®, het uiterst duurzame voorgelakte staal van Corus voor dak- en gevelbekleding, is bij uitstek geschikt voor dergelijke toepassingen.
Het gebruik van Corus Colorcoat® bij binnenstedelijke vernieuwing is een verstandige keuze van architect, aannemer en opdrachtgever. Doordat het materiaal licht is, weinig volume heeft en eenvoudig te bevestigen is op dak en gevel, zijn de stichtingskosten minimaal. Doordat het bovendien tot 30 jaar lang gegarandeerd onderhoudsvrij is, hoeven er door de gebouweigenaar geen halsbrekende toeren te worden uitgehaald met de verfkwast. Dat maakt ook de onderhoudskosten nihil. Kortom, top!
Voordelen van Corus Colorcoat®
• Tot 30 jaar garantie, zonder jaarlijkse inspecties• Duurzaam voorgelakt staal• Voor dak- en gevelbekleding• Geschikt voor veeleisende omgevingen, zoals aan de kust• Volledig onderhoudsvrij• Meest gespecificeerd in Europa• In alle uni-kleuren leverbaar, ook in metallics• Hoogste ranking in corrosie- en UV-bestendigheid• Hoogste ranking in brandveiligheid
Voor meer informatie: Corus Colors 0251-492206, www.colorcoat-online.com
– advertorial –
OptoppenOptoppen wordt gezien als een instrument om de naoorlogse gebouwen mee aan te kunnen pakken. Naast optoppen zijn er nog andere instrumenten om de naoorlogse gebouwen mee op te knappen, zoals aftoppen, aankoppen, uitplinten, celsgewijs renoveren, verticaal en horizontaal samenvoegen. De combinatie van optoppen met balkonvergroting voor de bestaande woningen wordt door ons bureau veel toegepast.
Gerealiseerde werken/plannen in uitvoering m.b.t. optoppen• 2 gerenoveerde flats met optopwoningen Sluispolder Oost Maassluis
(renovatie in bewoonde toestand)• 3 gerenoveerde flats met optopwoningen Componistenbuurt Zuid Maassluis
(renovatie in bewoonde toestand)• 2 gerenoveerde flats met optopwoningen Componistenbuurt Noord Maassluis
(renovatie in bewoonde toestand) • 2 flats met cascorenovatie/optopwoningen Groenoord Schiedam• renovatieproject met optopwoningen De Dalen Rozenburg (in uitvoering)• 6 flats met cascorenovatie/optopwoningen in Holy zuid-oost Vlaardingen (in uitvoering)
A3 Architecten heeft een
ruime ervaring in het ontwerpen van woningbouwplannen
zowel in de nieuwbouw als renovatie. Een deel hiervan
bestaat uit het opwaarderen van naoorlogse woonwijken, de
zogenaamde “herstructurering”.
A3 Architecten • Maaskade 171d • 3071 NS Rotterdam • Telefoon 010 - 4113630 [email protected] • www.a3architecten.nl
– advertorial –
Staal is sterk en lichtMet name voor optoppen en daaraan gerelateerde bouwvragen biedt Corus al ruim 10 jaar het Star Frame® staalframebouw systeem. Staal heeft een uitste-kende milieuprestatie: volledig recyclebaar en herbruikbaar. Het geprefabri-ceerde bouwsysteem Star Frame® toont aan dat licht en industrieel bouwen ruimschoots aan eisen en verwachtingen op het gebied van duurzaamheid, bouwsnelheid, kosten, bouwfysica, etc. voldoet en zelfs nieuwe maatstaven zet. Overspanningen van 7 meter zijn bijvoorbeeld heel gebruikelijk, maar zelfs ruim 10 meter is mogelijk. Het nieuwe prefab vloersysteem Quantum® laat zien dat een vloer van 180 kg/m2 ruimschoots voldoende is om aan alle eisen te voldoen. Uiteraard zijn genoemde systemen KOMO gecertificeerd. Daarnaast levert Corus ook hoogwaardige lichtgewicht stalen en aluminium gevelsystemen. Met name Corus Colorcoat Armatone®, Prisma® en HPS200® lenen zich voor hoogwaardige, duurzame en fraaie gevels, ieder met een eigen uitstraling en vele kleurmogelijkheden. Met Kalzip® kiest u voor een Corus aluminium gevelsysteem dat zich onderscheid met speciale vormmogelijkheden in combinatie met een licht gewicht, hoge sterkte en hoge corrosiebestendigheid.
Wij nodigen u graag uit contact met Corus Bouw op te nemen om meer over de vele mogelijkheden te horen.
Corus BouwPostbus 100001970 CA IJmuidenT: 0251 – 494500F: 0251 – 470069E: [email protected]: www.corusbouw.nl
Sterk en licht
– advertorial –
Staalframebouwdè verdieping bij binnenstedelijke herstructurering
70% minder eigen gewichtStaalframebouw is een gecertificeerd bouwsysteem, waarvan het eigen gewicht (plus de nuttige belasting) ongeveer 30% is van een traditioneel (steenachtig) systeem. Met andere woorden: drié lagen optoppen, voor het gewicht van één.
prefab ontlast de stadStaalframebouw is prefab, maatwerk dus, met minder vervoersbewegingen, meer vierkante element per transport en een snelle montage met een lichte kraan.
duurzaam voor mens en dierStaalframebouw maakt grote overspanningen, waardoor grote vrij indeelbare plattegronden ontstaan. Dus flexibel voor de bewoner, nu én later. Staal(framebouw) is duurzaam en milieu-vriendelijk, 100% recyclebaar in een gesloten systeem. En dat is goed voor de natuur.Bouwen met staal, is bouwen met vertrouwen.
Meer weten én zien?Vraag naar de film over optoppen, ‘Staalframebouw, dè verdieping in stadsvenieuwing’, bij FeNB2 Staalframebouw ([email protected]).
FeNB2 Staalframebouw Productie bvPostbus 47 1740 AA SCHAGEN Tel: 0226 358129 Fax: 0226 354945E-mail: [email protected]
– advertorial –
– advertorial –
Met dank aan Presentatoren proeftuinen Ineke Hulshof Dordrecht – Anders wonen boven winkelsDavid Inden Groningen – Het dak als openbare ruimte Arne Dolle Delft – Gezinsvriendelijke hoogbouw in de PoptahofEric Vreedenburgh Scheveningen – Stepping Stone StedenbouwJan Roncken Den Haag – Vergroot je eigen woning, Rustenburg-Oostbroek
Sprekers en debatersPeter Bart BlauwhoedArne Dolle KristalEd van Hinte PublicistWil van der Hoek Directeur Stadshavens RotterdamKees Hogervorst dS+V RotterdamJos Lichtenberg Prof. productontwikkeling TU EindhovenHamit Karakus Wethouder RotterdamEric Vreedenburgh ArchipelontwerpersHans Vos SEV, IFD, Transformatieplatform
Bestuur BooostingHarm Boomsma Boomsma InnovationsAtto Harsta Aldus BouwinnovatieEsther Hebly Oskomera GevelbouwFrido van Nieuwamerongen Arconiko ArchitectenAndré Roelofsen Designers ‘N Associates | DNAThijs Verburg Verburg Hoogendijk architectenKarel Vollers TUD, fac. BouwkundeAnnemarie van den Berg secretariaat
Bestuur BovenstadPeter Bart BlauwhoedWillem van Etten SBSIneke Hulshof Hulshof Architecten Wil van der Hoek Stadshavens RotterdamJan Brouwer ABFHannah Ludwig ABF, coordinator Proeftuinen
ColofonRedactie Ed MeletEindredactie Willem van EttenFotografie Roy Borghouts Vormgeving Carin van Es [BEB]Druk Tan Heck
Mei 2007, Booosting Bovenstad
Top Related