Zwangerschap Bevalling Kraam

95
Zwangeren, barenden en kraamvrouwen

description

 

Transcript of Zwangerschap Bevalling Kraam

Page 1: Zwangerschap Bevalling Kraam

Zwangeren, barenden en kraamvrouwen

Page 2: Zwangerschap Bevalling Kraam

Geslachtsorganen

Page 3: Zwangerschap Bevalling Kraam

Mannelijke geslachtsorganen

Page 4: Zwangerschap Bevalling Kraam

GESLACHTSORGANEN BIJ DE MAN

Uitwendige geslachtsorganen:

- Penis

- Balzak (scrotum)

- Teelballen

Page 5: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 6: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 7: Zwangerschap Bevalling Kraam

Inwendige geslachtsorganen

Page 8: Zwangerschap Bevalling Kraam

Vrouwelijke geslachtorganen

Page 9: Zwangerschap Bevalling Kraam

Inwendige geslachtsorganen

Page 10: Zwangerschap Bevalling Kraam

Inwendige geslachtsorganen

Page 11: Zwangerschap Bevalling Kraam

Voorbehoedsmiddelen

•Anticonceptiepil •Condoom/vrouwencondoom•Pessarium

•(Hormoon)spiraaltje ( 5 jaar) •Prikpil/ implantaat (Implanon) (3mnd -3 jaar )

Niet veilig •Periodieke onthouding: 3 à 4 dagen niet vrijen. Bijhouden van temperatuur vrouw. •Coïtus interruptus: voor het zingen de kerk uit.

Page 12: Zwangerschap Bevalling Kraam

De weg van de spermacel

• Via de testis (testes= meervoud) gaat het sperma via afvoergangen van het mannelijk voortplantingsorgaan naar “buiten”

Page 13: Zwangerschap Bevalling Kraam

De weg van de spermacel

• Testis (geslachtsklier, bal) spermatogenese

• Epididymis (bijbal) opslag

• Zaadleider 40-45 cm

• Ejaculatiekanaal 2 cm en gaat door de prostaat heen

• Urinebuis afvoer naar buiten

Page 14: Zwangerschap Bevalling Kraam

De weg van de spermacel

• Organen die gedurende het traject ook producten afgeven aan het ejaculatietraject en de urethra zijn:– Zaadblaasjes (produceert 60 % v/h zaadvocht.

vocht is basisch)

– Prostaatklier (produceert 20-30% zaadvocht)

– Cowperklieren (kleverig slijm dat urinezuur neutraliseert)

Page 15: Zwangerschap Bevalling Kraam

Eicel Oögenese

• Vorming van eicellen begint voor de geboorte en eindigt tijdens de menopauze.

• Van de 2 miljoen bij de geboorte, zijn er in de ovaria aan het begin van de pubertijd nog zo’n 400.000 over.

Page 16: Zwangerschap Bevalling Kraam

Eicel en spermacel

• Spermatelling zo’n 20-110 miljoen per ml.

• Gezonde spermatozoa kunnen zo’n 3 dagen overleven in het lichaam van de vrouw)

• De eicel is na de ovulatie 6-12 uur bevruchtbaar.

• Tocht van de zaadcel naar de eicel duurt zo’n 12-24 uur

Page 17: Zwangerschap Bevalling Kraam

Foliumzuur

• Foliumzuur is vitamine B11

• Foliumzuur verkleint de kans op neurale-buis defecten (b.v: open ruggetje of een open schedel.

• Start 1 maand voor bevruchting tot 2 maanden na de zwangerschap

Page 18: Zwangerschap Bevalling Kraam

Menstruatiecyclus

• Bestaat uit de volgende onderdelen:– Rijping van het follikel (folliculaire fase)– Ovulatie– De luteale fase

• Deze processen herhalen zich iedere 4 weken (28dagen).

• 1ste dag van de menstruatie is dag 1 v/d cyclus.

Page 19: Zwangerschap Bevalling Kraam

Rijping van het follikel (folliculaire fase)

• Stijging van LH(luteïniserend hormoon) en FSH(Follikelstimulerend hormoon) o.i.v. hypofysevk.

• Onder invloed van FSH rijpt het follikel tot Graafse follikel

• Rond dag 10-14 is de Graafse follikel ontwikkelt.

• LH zorgt voor de celdeling (meiose) en vochtopname in de follikel, deze barst uiteindelijk; ovulatie.

Page 20: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 21: Zwangerschap Bevalling Kraam

oestrogenen

• FSH stimuleert de productie van oestrogenen in de ovaria

• Ook groeiende follikkels produceren oestrogenen

• Oestrogenen zorgen dat het baarmoederslijmvlies dikker wordt.

• Dit wordt ook wel de proliferatiefase genoemd

Page 22: Zwangerschap Bevalling Kraam

Ovulatie

• Rond de 14de dag geeft de Graafse follikel de eicel af; ovulatie (o.i.v. LH)

• De eicel komt terecht in de bekkenholte.

• Hier wordt de eicel door de uitlopers van de eileiders “opgevangen” en komt de eicel in de eileider terecht.

Page 23: Zwangerschap Bevalling Kraam

Ovulatie

Page 24: Zwangerschap Bevalling Kraam

Gele lichaam (corpus luteum)

• Onder invloed van LH veranderd het lege Graafse follikel in het gele lichaam.

• Het gele lichaam gaat onder invloed van het LH oestrogeen en progesteron vormen.

Page 25: Zwangerschap Bevalling Kraam

HCG (Humaan Chorion Gonadotrofine)

• Wordt geproduceerd door de chorionvlokken.

• Dit is meetbaar in de urine en bloed.

• Wordt gebruikt om te kijken of een vrouw zwanger is.

Page 26: Zwangerschap Bevalling Kraam

Zonder bevruchting

• Zonder bevruchting degenereert het gele lichaam zo’n 12 dagen na de ovulatie.

• Hierdoor daalt de productie van progesteron en kan het dikke baarmoederslijmvlies niet intact blijven.

• Het laat los en wordt via de vagina uitgestoten. Dit is het begin van een nieuwe cyclus

Page 27: Zwangerschap Bevalling Kraam

De bevruchting• Het gele lichaam blijft nog zo’n 15 weken

progesteron produceren o.i.v. HCG (Humaan Chorion Gonadotrofine), totdat de placenta deze taak overneemt.

• Het baarmoederslijmvlies blijft nu natuurlijk intact en de productie van FSH en LH worden geremd.

• Ook wordt door de zwangerschap en door de progesteron de productie van oxytoxine en prolactine geremd

Page 28: Zwangerschap Bevalling Kraam

De bevruchting

1 zaadcel dringt binnen en bevrucht eicelSamensmelting

Page 29: Zwangerschap Bevalling Kraam

De bevruchting

Versmelting van kern eicel en zaadcel23 + 23 chromosomen totaal 46

Zygote ontstaan

Page 30: Zwangerschap Bevalling Kraam

Delingen

Zygote gaat delenVervoer van blastula naar baarmoederslijmvlies

(m.b.v.trilhaartjes eileider)

Page 31: Zwangerschap Bevalling Kraam

Naam Wat is het? Tijdstip na bevruchting

zygote bevruchte eicel 0

morula massief bolletje cellen

ca. 3 - 4 dagen

blastula/ cellen met holte in het midden

ca. 4 -14 dagen

gastrula cellen vormen 3 kiemlagen ecto endo en mesoderm

ca. 2 - 3 weken

Vroege ontwikkeling van het embryo

Page 32: Zwangerschap Bevalling Kraam

Blastula

baarmoederslijmvlies

blastocyste

binnenste cel massa

holte

Page 33: Zwangerschap Bevalling Kraam

Kiemlagen

bevruchting zygote

dag 2

dag 4

dag 6:massief bolletje cellen

dag 8ontwikkelingstadiumop moment van innesteling

dag 10

cellen dieembryo gaan vormen

cellen die placenta gaan vormen

kiemlagen: primaire weefsels:zenuw

spier

bindweefsel

epitheel

Page 34: Zwangerschap Bevalling Kraam

14-11-2006

Ontwikkeling van weefsels

mesoderm endoderm

Page 35: Zwangerschap Bevalling Kraam

De placentaplacenta

baarmoederwand

navelstreng

slagadersvan moeder

adersvan moeder

moederlijk deel van placenta

foetaaldeelvan placenta(chorion)

navelstrengslagaders

navelstrengadernavelstreng

foetalechorionvlokmetcapillairen

foetaalslagadertje foetaal

adertje

Page 36: Zwangerschap Bevalling Kraam

Placenta

Page 37: Zwangerschap Bevalling Kraam

Functie van de placenta

• Productie oestrogenen en progesteron.

• Opname voedingsstoffen en bouwstoffen.

• Regulering en samenstelling vruchtwater.

• Bescherming tegen infecties• Uitwisseling O2 en CO2

Page 38: Zwangerschap Bevalling Kraam

Navelstreng

• Navelstreng zit meestal in het midden van de placenta en bestaat uit twee slagaders en 1 ader.

• De vena umbilicalis brengt zuurstofrijk bloed van de placenta naar de foetus.

• De beide a umbilicalis lopen vanuit de a. iliacae interna terug naar de placenta.

Page 39: Zwangerschap Bevalling Kraam

Placenta met navelstreng

Page 40: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 41: Zwangerschap Bevalling Kraam

Kenmerken foetale circulatie

• Tussen linker en rechter boezem zit het foramen ovale. (Bloed gaat direct naar de linker harthelft ten bate van de zuurstofvoorziening van de hersenen)

• Tussen longslagader en de aorta zit ook een verbinding; ductus arteriosus of ductus Botalli (Hierdoor wordt de longcirculatie grotendeels overgeslagen)

Page 42: Zwangerschap Bevalling Kraam

•  Prenatale diagnostiek wordt toegepast als er een verhoogd risico bestaat op de geboorte van een kind met een ernstige aangeboren afwijking.

Page 43: Zwangerschap Bevalling Kraam

Er is een verhoogd risico als:

• de moeder ouder is dan 36

• de vader ouder is dan 55

• de vrouw al enkele malen een miskraam heeft gehad

• er al eerder een kind is geboren met afwijkingen

• één of beide ouders of familieleden een erfelijke afwijking hebben

Page 44: Zwangerschap Bevalling Kraam

Een voorbeeld

Leeftijd moeder Kans op Down-syndroom:

20 jaar 1: 1528

25 jaar 1 : 1351

30 jaar 1 : 909

35 jaar 1 : 384

40 jaar 1 : 112

45 jaar 1 : 28

Page 45: Zwangerschap Bevalling Kraam

Manieren

• Invasieve methoden:– Vlokkentest– Vruchtwaterpunktie– Navelstrengpunctie.

• Niet invasieve methoden: (Dit zijn vaak risicobepalingen, dus géén diagnostiek)

– Bloedonderzoek – echoscopische nekplooimeting (NT)

Page 46: Zwangerschap Bevalling Kraam

Vlokkentest

• De vlokkentest, chorionvillusbiopsie, kan gedaan worden als de foetus10 weken oud is. Met een naald wordt een stukje van de vlokken van de placenta opgenomen, vandaar vlokkentest.

Page 47: Zwangerschap Bevalling Kraam

Onderzoek:

• Chromosoomonderzoek kunnen afwijkingen in de chromosomen, aantallen of vorm, worden vastgesteld.

• Biochemisch onderzoek kunnen een aantal stofwisselingsziekten worden opgespoord.

• De uitslag is na ongeveer acht dagen bekend.

Page 48: Zwangerschap Bevalling Kraam

Vruchtwaterpunctie

• Als de foetus ongeveer 16 weken oud is, kan een vruchtwaterpunctie gedaan worden.

• Een dunne, holle naald wordt in de vruchtwaterholte gebracht en vervolgens wordt 20 ml vruchtwater opgezogen.

• In het vruchtwater zitten cellen die afkomstig zijn van het embryo.

Page 49: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 50: Zwangerschap Bevalling Kraam

vruchtwaterpunctie

• De uitkomst van het onderzoek is na 2 á 3 weken bekend.

• De kans op een miskraam door de punctie is 0,5%

Page 51: Zwangerschap Bevalling Kraam

Navelstrengpunctie.

• Vanaf de 18e week van de zwangerschap kan een navelstrengpunctie worden verricht.

• Met een dunne, holle naald wordt de navelstreng aangeprikt en ongeveer 3 tot 4 ml bloed van het embryo afgenomen.

• De uitslag is binnen twee tot drie dagen bekend.

Page 52: Zwangerschap Bevalling Kraam

Zwangerschap in

Trimesters

Page 53: Zwangerschap Bevalling Kraam

zwangerschap in trimesters

• eerste trimester: Week 1 – 12– zygote blastula gastrula– vorming van placenta– vorming van organen:

• 4e week:hartje klopt• 8e week: alle organen in aanleg aanwezig (embryo

foetus)

– productie van HCG door embryo gele lichaam blijft bestaan

Page 54: Zwangerschap Bevalling Kraam

Innesteling

Blastula zet zich stevig vast in baarmoederslijmvliesSlijmvlies wordt dikker

Slijmprop ontstaat in baarmoedermond

Page 55: Zwangerschap Bevalling Kraam

3 weken

2 mmEmbryo ligt in vruchtwater bescherming tegen schokken

Placenta & Navelstreng ontstaan (voor uitwisseling stoffen met moeder)

Page 56: Zwangerschap Bevalling Kraam

4 weken

6 mmBegin hersenen / ruggegraat

StaartHart (zakje onder hoofd)

Page 57: Zwangerschap Bevalling Kraam

5 weken

10 mmOgen, neus en mond ontwikkelen

Start ontwikkeling ledematen

Page 58: Zwangerschap Bevalling Kraam

6 weken

15 mmGezicht steeds duidelijker

Ontstaan ribben

Page 59: Zwangerschap Bevalling Kraam

8 weken

4 cmAlle organen aanwezig

Begin vorming zenuwstelselSpieren beginnen te werken

Embryo heet nu FOETUS!

Page 60: Zwangerschap Bevalling Kraam

zwangerschap in trimesters

• tweede trimester: 13 – 26– snelle groei van de foetus – eerste bewegingen voelbaar– HCG daalt; placenta produceert progesteron

Page 61: Zwangerschap Bevalling Kraam

13 weken (3 maanden)

8 cm / 28 gramLichaam produceert zelf bloedlichaampjes

Spieren sterker ‘schoppen’

Page 62: Zwangerschap Bevalling Kraam

16 weken (4 maanden)

15 cm / 125 gramFoetus bedekt met laagje donzig haarHuidcellen maken huidsmeer (bescherming)Geslachtsorganen ontstaan (zien via

echoscopie)

Page 63: Zwangerschap Bevalling Kraam

Zwangerschap in trimesters

• derde trimester: week 27 – 40– snelle groei van de foetus– verminderde activiteit foetus (ruimtegebrek)

Page 64: Zwangerschap Bevalling Kraam

5 maanden

23 cm / 380 gramZintuigelijke reacties bijv reacties op licht, geluid en

bewegingen moederFoetus kan draaien

Page 65: Zwangerschap Bevalling Kraam

7 – 9 maanden

7 mnd: 38 cm / 1300 gram8 mnd: 40 cm / 2500 gram9 mnd: 3000 – 4000 gram

Foetus ligt steeds vaker met hoofdje naar beneden

Page 66: Zwangerschap Bevalling Kraam

Bevalling

Page 67: Zwangerschap Bevalling Kraam

De start

• Waarom start de bevalling? Theorie:– Kwaliteit placenta neemt af hierdoor minder

progesteron– Hormoon spiegel oxytoxine gaat omhoog

Page 68: Zwangerschap Bevalling Kraam

Baringskanaal

Benige deel:• Onderste deel

wervelkolom; staart- en heiligbeen

• Bekken

Weke deel:• Uterus; baarmoeder• Cervix;

baarmoederhals• Vagina

Page 69: Zwangerschap Bevalling Kraam

Indalen

1.Hoofd

2.Baarmoeder

3.Bekken

4.Voor het indalen

5.Na het indalen

6.Hoofd zit in het bekken

Page 70: Zwangerschap Bevalling Kraam

Aankondigen bevalling:

• Tekenen; verliezen van de slijmprop die de baarmoeder afsloot. ( bloederig slijm)

• Terugkerende weeën.

• Breken van de vliezen ( verlies van al dan niet helder vruchtwater.

Page 71: Zwangerschap Bevalling Kraam

Baring in 4 tijdperken

1. Ontsluitingsperiode; begin baring tot volledige ontsluiting (VO)

2. Uitdrijvingsperiode; VO tot geboorte van de baby.

3. Geboren worden van de placenta en de vliezen

4. De eerste 2 uur na de bevalling (post partum)

Page 72: Zwangerschap Bevalling Kraam

Verstrijken van

de baarmoeder-wand

Page 73: Zwangerschap Bevalling Kraam

Onsluitingsperiode

• Verstrijken van de portio of baarmoederhals

• Check door vaginaal toucher

• De weeënactiviteit gaat van om de 5-7 minuten naar iedere 1-2 minuten

Page 74: Zwangerschap Bevalling Kraam

uitdrijvingsperiode

• VO

• De baby wordt door de moeder m.b.v. persweeën naar buiten geperst.

• Persweeën zijn er om de 2-3 minuten en duren ongeveer 1 minuut.

Page 75: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 76: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 77: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 78: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 79: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 80: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 81: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 82: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 83: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 84: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 85: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 86: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 87: Zwangerschap Bevalling Kraam
Page 88: Zwangerschap Bevalling Kraam

Na de geboorte:

• De Apgar score

Page 89: Zwangerschap Bevalling Kraam

Apgar score

• De test wordt gescoord één minuut, vijf minuten en tien minuten na de geboorte en geeft inzicht in de conditie van de baby op vijf vitale criteria:– Ademhaling– Pols- en hartslag– Spiertonus– Kleur van de huid– Reactie op prikkels

Page 90: Zwangerschap Bevalling Kraam

Apgar score

Page 91: Zwangerschap Bevalling Kraam

Nageboorte tijdperk

• De placenta komt los van de baarmoederwand en wordt geboren.

• Hierna mogen (pas) de ouders gefeliciteerd worden.

Page 92: Zwangerschap Bevalling Kraam

Termen

• A terme (AT) Voldragen (à terme geboren) pasgeborene.– Kind geboren na zwangerschapsduur van37

of meer complete weken en voor 42weken.

Page 93: Zwangerschap Bevalling Kraam

Termen

• Premature/ Vroeggeborene. – prematuur kind geboren na

zwangerschapsduur korter dan 37 complete weken en langer dan 28 complete weken.

• Immature/ Tevroeggeborene.– immatuur kind geboren na

zwangerschapsduur korter dan 28 complete weken en langer dan 16 complete weken.

Page 94: Zwangerschap Bevalling Kraam

Termen

• Postmature Serotien geborene.– Kind geboren na een zwangerschapsduur

langer dan 42 complete weken.

• Dysmature/ Onderontwikkelde geborene– Kind van wie het geboortegewicht te laag is

ten opzichte van het bij de zwangerschapsduur gebruikelijk voorkomend gewicht.

Page 95: Zwangerschap Bevalling Kraam

Termen

• Gravida/ zwangere – het getal dat hier wordt ingevuld verwijst naar

het aantal keren dat de zv zwanger is geweest.

• Para/ gebaard– het aantal kinderen die de zv gebaard heeft

• Amenorrhoe– periode dat de zv niet meer menstrueert