Zorgkrant 1

20
1 Nederland is aan het veranderen. Ook dichtbij huis. Dat komt omdat de gemeente meer taken van de landelijke en provinciale overheden over- neemt. Het Rijk denkt dat gemeenten die taken beter kunnen uitvoeren omdat ze dichter bij de mensen staan waar het om gaat. Tegelijkertijd vindt de Rijksoverheid dat gemeenten het goed- koper moeten kunnen doen. Daardoor gaat er met de overheveling van de taken minder geld naar de gemeenten. Het betekent dat er met ingang van 2015 het nodige verandert. We vinden het met z’n allen belangrijk dat mensen ondersteuning krijgen als ze dat nodig hebben. Zowel voor ondersteuning van kwetsbare mensen, als voor inkomensondersteuning voor mensen die niet zelf in staat zijn om te werken. Minder overheidsbemoeienis Het beroep op deze sociale voorzieningen is zeer sterk gegroeid. Steeds meer mensen maken steeds langer gebruik van ondersteuning in zorg en inko- men. Dat is een probleem. Want een groot aantal mensen is daardoor afhankelijk geworden van de overheid. Mensen willen zelf ook steeds minder overheidsbemoeienis en meer regie over het eigen leven. Bovendien zijn door de toegenomen vraag de kosten van de sociale voorzieningen veel sneller gegroeid. De overheid wil dat mensen zoveel mogelijk zelf regie kunnen nemen en houden over hun leven en zo min mogelijk afhankelijk zijn van de overheid. Dat willen de meeste mensen die ondersteuning nodig hebben zelf en het houdt de kosten van de sociale voorzieningen betaalbaar. Gemeenten staan het dichtst bij de mensen zelf. Die zijn dus het best in staat om mensen te helpen. Vanaf 1 januari 2015 zijn gemeenten daarom verantwoorde- lijk voor de ondersteuning van de kwetsbare mensen in de samenleving. De gemeenten worden verant- woordelijk voor de langdurige zorg voor ouderen, chronisch zieken en gehandicapten die niet in een in- stelling wonen, jeugdhulp, inkomensondersteuning en arbeidsreïntegratie voor mensen met een arbeids- beperking. Altijd steun voor kwetsbare mensen Nu wordt nog uitgegaan van wat iemand niet kan. En wie iets niet (meer) kan, heeft recht op onder- steuning. Dat gaat veranderen. Ondersteuning is aanvullend op wat iemand zelf kan en wat zijn of haar sociale omgeving kan en wil organiseren. Kwetsbare mensen worden zo minder afhankelijk van de overheid en kunnen meer vertrouwen op hun eigen kracht. Maar mensen kunnen altijd blijven rekenen op de ondersteuning van de overheid als ze niet zonder kunnen. Ook de samenleving moet veranderen en moet kansen bieden aan kwetsbare mensen. Op deze manier zorgen we er met elkaar voor dat de sociale voorzieningen weer aansluiten bij de eisen van deze tijd. Mensen die ondersteuning nodig hebben krijgen die ondersteuning (waar mogelijk met inzet van hun eigen sociale netwerk), zodat ze de regie over hun eigen leven weer terugkrijgen. ZORG krant Dit is een speciale eenmalige uitgave van gemeente Brielle, gemeente Hellevoetsluis en gemeente Westvoorne En verder... Samenwerking pg 2 Wmo pg 2 Jeugdhulp pg 11 Participatiewet pg 16 Algemene info pg 18 Contact pg 19 Nederland verandert, de zorg op Voorne verandert mee! Nederland verandert, de zorg verandert mee

description

Nederland verandert, de zorg op Voorne verandert mee!

Transcript of Zorgkrant 1

Page 1: Zorgkrant 1

1

Nederland is aan het veranderen. Ook dichtbijhuis. Dat komt omdat de gemeente meer takenvan de landelijke en provinciale overheden over-neemt. Het Rijk denkt dat gemeenten die takenbeter kunnen uitvoeren omdat ze dichter bij demensen staan waar het om gaat. Tegelijkertijdvindt de Rijksoverheid dat gemeenten het goed-kopermoeten kunnen doen. Daardoor gaat er metde overheveling van de taken minder geld naarde gemeenten. Het betekent dat er met ingangvan 2015 het nodige verandert.

We vinden het met z’n allen belangrijk dat mensenondersteuning krijgen als ze dat nodig hebben. Zowelvoor ondersteuning van kwetsbare mensen, als voorinkomensondersteuning voor mensen die niet zelf instaat zijn om te werken.

Minder overheidsbemoeienisHet beroep op deze sociale voorzieningen is zeersterk gegroeid. Steeds meer mensen maken steedslanger gebruik van ondersteuning in zorg en inko-men. Dat is een probleem. Want een groot aantalmensen is daardoor afhankelijk geworden van deoverheid. Mensen willen zelf ook steeds minderoverheidsbemoeienis en meer regie over het eigenleven. Bovendien zijn door de toegenomen vraagde kosten van de sociale voorzieningen veel snellergegroeid.

De overheid wil dat mensen zoveel mogelijk zelfregie kunnen nemen en houden over hun leven enzo min mogelijk afhankelijk zijn van de overheid.

Dat willen de meeste mensen die ondersteuning nodighebben zelf en het houdt de kosten van de socialevoorzieningen betaalbaar.Gemeenten staan het dichtst bij de mensen zelf. Diezijn dus het best in staat om mensen te helpen. Vanaf1 januari 2015 zijn gemeenten daarom verantwoorde-lijk voor de ondersteuning van de kwetsbare mensenin de samenleving. De gemeenten worden verant-woordelijk voor de langdurige zorg voor ouderen,chronisch zieken en gehandicapten die niet in een in-stelling wonen, jeugdhulp, inkomensondersteuningen arbeidsreïntegratie voor mensen met een arbeids-beperking.

Altijd steun voor kwetsbaremensenNu wordt nog uitgegaan van wat iemand niet kan.En wie iets niet (meer) kan, heeft recht op onder-steuning. Dat gaat veranderen. Ondersteuning isaanvullend op wat iemand zelf kan en wat zijn ofhaar sociale omgeving kan en wil organiseren.Kwetsbare mensen worden zo minder afhankelijkvan de overheid en kunnen meer vertrouwen op huneigen kracht.Maar mensen kunnen altijd blijven rekenen op deondersteuning van de overheid als ze niet zonderkunnen. Ook de samenleving moet veranderen en

moet kansen bieden aan kwetsbare mensen.Op deze manier zorgen we er met elkaar voor datde sociale voorzieningen weer aansluiten bij deeisen van deze tijd. Mensen die ondersteuning nodighebben krijgen die ondersteuning (waar mogelijkmet inzet van hun eigen sociale netwerk), zodatze de regie over hun eigen leven weer terugkrijgen.

ZORGkrantDit is een speciale eenmalige uitgave van gemeente Brielle, gemeente Hellevoetsluis en gemeente Westvoorne

En verder...Samenwerking pg 2Wmo pg 2Jeugdhulp pg 11Participatiewet pg 16Algemene info pg 18Contact pg 19

Nederlandverandert,de zorgopVoorneverandertmee!

Nederland verandert,de zorgverandertmee

Page 2: Zorgkrant 1

2

Er gaat veel veranderen in de zorg. Vanaf1 januari 2015 heeft de gemeente de verantwoor-delijkheid voor (jeugd)zorg, werk en inkomen.De gemeenten Brielle, Hellevoetsluis enWest-voorne bereiden zich al langere tijd gezamenlijkvoor om deze taken straks zo goedmogelijk uitte voeren. Voor deze zorgtaken is helaas veelminder geld beschikbaar. Het moet dus anders.U vraagt zich als inwonermisschien af wat ervoor u verandert volgend jaar als het gaat omhulp en ondersteuning. Umaakt zich wellichtzorgen of de hulp die u nu krijgt of in de toekomstnodig heeft, wel beschikbaar blijft. Bij wie kuntu met uw vragen terecht? En wat kunt u nu zelf aldoen om u op de veranderingen voor te bereiden?

De Voornse gemeenten hanteren bij deze veranderin-gen een aantal uitgangspunten, zo investeren we inpreventie en tijdige inzet en willen we dat iedereenzoveel mogelijk meedoet in onze maatschappij.Eigen verantwoordelijkheid en regie op het eigenleven staan daarbij centraal. De gemeenten blijvenoog houden voor de meest kwetsbaren. Samen leven,wonen, werken en zorgen. Iedereen levert naarvermogen een actieve bijdrage aan de samenleving.De gemeente blijft ernaar streven om iedereen die datnodig heeft zorg te verlenen of te ondersteunen zodatniemand buiten de boot valt. Het kan alleen zijndat de vorm waarin u hulp krijgt, anders wordt.

Dat gebeurt nog niet direct per 1 janauri 2015,de mensen die dan hulp of ondersteuning krijgen,houden die ook. Na 1 januari kunnen er wel dingengaan veranderen maar voordat dat gebeurt wordt uhiervan eerst op de hoogte gesteld.In deze krant leest u van alles over de komendeveranderingen. Wij wensen u veel leesplezier!

Wethouders zorg van de Voornse gemeenten:Wilbert Borgonjen, Brielle

Hans van der Velde, HellevoetsluisErik Mulder,Westvoorne

PS:Wilt u weten waar u moet zijn bij een bepaaldezorgvraag? In deze krant vindt u ook de contact-gegevens per gemeente.

Wilt u op de hoogte blijven van de laatsteontwikkelingen? Kijkt u dan op onze websites:www.brielle.nl/zorgwww.hellevoetsluis.nl/zorgwww.westvoorne.nl/zorg

En voor algemene informatie op:www.hoeverandertmijnzorg.nlwww.dezorgverandertmee.nl

Samenwerken aanveranderingen

Ingesprek aande keukentafelWie in aanmerking wil komen voor ondersteuning viade Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) gaateerst met de gemeente om de tafel. In dit zogenaamdekeukentafelgesprek wordt zowel de vraag als deoplossing in kaart gebracht. Het uiteindelijke doelis om voor iedere individuele inwoner tot passendeoplossingen te komen. Oplossingen die bijdragen tothet participeren (meedoen) in de samenleving.

Wie bij het loket van Brielle, Hellevoetsluis of West-voorne aanklopt, wordt gevraagd hoe zijn (of haar)leven eruit ziet en wat hij (zij) nodig heeft om mee tekunnen doen. Zo kan samen met de gemeente wordenbekeken welke belemmeringen er zijn en welkeoplossingen mogelijk zijn. Voor het gesprek met degemeente kunt u ook iemand uit uw naaste omgevingerbij uitnodigen.

Het keukentafelgesprek is een dialoog waarbijinwoner en gemeente in gezamenlijkheid de situatievan de burger in kaart brengen. Samen stellen ze zovast op welke onderdelen ondersteuning nodig is omte mee te kunnen blijven doen. Dit geldt ook voor devolgende stap in het traject: het zoeken naar passendeoplossingen. Ook komt de hele context van de aan-vrager aan de orde en niet alleen de door hem ervarenbeperking. De oplossing is dus voor iedereen anders.Wat voor de ene inwoner een goede ondersteuning isbij bijvoorbeeld het voeren van een huishouden kanvoor een ander juist niet handig zijn.

Niet alleen het probleem wordt besproken, er wordtjuist veel breder gekeken naar de situatie van deinwoner, integraal naar alle levensterreinen.Hoe ziet zijn dag eruit, wat doet hij zoal, hoe is deinkomenspositie, hoe ziet zijn netwerk eruit, hoezijn de contacten in de buurt? Daarnaast bekijkt degemeente welke voorzieningen in de buurt aanwezigzijn waar hij of zij gebruik van kan maken. Hetkeukentafelgesprek is vooral bedoeld om te bepalenwat iemand in zijn specifieke situatie nodig heeft.

Wmo

V.l.n.r.: Hans van der Velde, Erik Mulder enWilbert Borgonjen.

Page 3: Zorgkrant 1

3

Vanaf 1 januari 2015 hebben de gemeenten onaf-hankelijke cliëntondersteuning georganiseerd voorhun inwoners. Het gaat om informatie, advies enwaar nodig praktische ondersteuning bij het vin-den van een passende oplossing voor uw probleem.

Dit kan op alle leefgebieden zijn. Bijvoorbeeld ie-mand die u bijstaat tijdens het keukentafelgesprek metde gemeente, maar ook hulp bij het vinden van eenzinvolle dagbesteding. Iedereen kan kosteloos gebruikmaken van cliëntondersteuning als dit nodig is. Hetbelang van de cliënt is altijd het uitgangspunt.

Ondersteuning voor iedereenVoor 2015 hebben de drie gemeenten hierover afspra-ken gemaakt met MEE. MEE is al een bekende orga-nisatie voor (ouders van) inwoners met eenlichamelijke beperking, (licht) verstandelijke beper-

king, meervoudige beperking of autismespectrums-toornis. Nieuw is dat MEE vanaf 2015 ook actief isvoor (ouders van) inwoners met psychische of psychi-atrische problematiek. MEE werkt hiervoor nauwsamen met ggz-aanbieders in de regio.Hellevoetsluis en Westvoorne hebben ook afsprakengemaakt met het Servicebureau Ouderen (SBO), spe-ciaal voor cliëntondersteuning aan ouderen die metproblemen kampen. Dit geldt niet voor Brielle.

MEE Zuid Hollandse Eilanden is voor informatie enadvies bereikbaar via telefoonnummer 0181-333507.Op werkdagen van 09.00 – 17.00 uur.

Service Bureau Ouderen (SBO) is voor informatie enadvies bereikbaar via telefoonnummer 0181-322273.Op werkdagen van 09.00 – 13.00 uur (Alleen voor in-woners van Hellevoetsluis en Westvoorne).

Onafhankelijke cliëntenondersteuningbij zoekennaarpassendeoplossing

Ook in de nieuweWet maatschappelijke onder-steuning (Wmo) is vanaf 1 januari 2015 cliënten-participatie verzekerd. Veel van de eisen in dehuidigeWmo komen terug. Opnieuwmoeteninwoners vroegtijdig in staat worden gesteld omvoorstellen te doen en advies te geven.

Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne hebben op hetterrein van werk, inkomen en zorg al adviesraden.Dit is per gemeente georganiseerd. De adviesradenworden vroegtijdig betrokken bij de beleidsvorming,zoals de gemeenten en de adviesraden met elkaarhebben afgesproken. Van de leden van de adviesradenwordt verwacht dat zij een goede aansluiting hebbenmet de achterban die ze vertegenwoordigen. Met denieuwe Wmo en Jeugdwet in het vooruitzicht hebbende adviesraden hun vertegenwoordiging uitgebreidmet nieuwe doelgroepen, zoals cliëntorganisaties

voor mensen met een verstandelijk beperking en metmensen die problemen hebben met hun geestelijkegezondheid. De drie gemeenten op Voorne hebbenelk een eigen adviesraad die de cliënten vertegen-woordigen. Zie de artikelen op de pagina’s 8 en 9.

Recht op participatie

�Pien heeft teveel hooiop haar vorkPien is 39 en gehuwd met Jan. Samen hebben zij tweekinderen. Jan werkt hard in de Rotterdamse haven.Hij maakt veel overuren en is daardoor thuis vaak ergmoe. Pien werkt zelf vier ochtenden in de week alshuishoudelijke hulp en daarnaast helpt zij haar oudemoeder, die nog zelfstandig in Oostvoorne woont, methet huishouden. Zij doet voor haar moeder het helehuishouden inclusief de financiële administratie.

Jan en Pien zijn gek op hun kinderen, maar zijbrengen ook de nodige zorgen met zich mee:• Aart van 14 jaar is al duidelijk aan het puberen.Het begint uit de hand te lopen. Hij maakt veel ruziemet zijn ouders, komt en gaat wanneer het hemuitkomt en spijbelt van school. Pien en haar manraken de controle over hem kwijt en de sfeer in huisis gespannen.• Lotte, 12 jaar, een meisje met een lichamelijkehandicap en dyslectisch. Door haar lichamelijkehandicap is ze afhankelijk van haar rolstoel.Het laatste jaar is Lotte hard gegroeid en is haarrolstoel te klein geworden.Doordat de zorg voor haar moeder op haarschouders komt, de opvoeding van haar kinderenproblemen geeft en haar man haar niet veel kanhelpen is Pien moe en gestrest. Ze maakt zich zorgenhoe ze de opvoeding van haar kinderen in goedebanen kan leiden en ook voor haar moeder kanblijven zorgen. Ten einde raad bespreekt zij haarsituatie met haar buurvrouw. De buurvrouw denkt datPien het best eens met de gemeente kan gaan praten.

Omdat Pien niet goed weet waar zij met de verschil-lende vragen terecht moet, belt zij met het Wmo-loketvan de gemeente. De consulent spreekt met haar afdat zij bij Pien thuis langskomt. De consulent neemtsamen met Pien de situatie door. Doordat de zorgvoor haar moeder eigenlijk teveel is, spreken deconsulent en Pien af dat de consulent volgende weekbij Pien’s moeder langsgaat om te zien om op welkemanier Pien’s moeder hulp bij de huishoudelijk takenkan krijgen. Pien zal dat bezoek eerst met haar moe-der voorbespreken en ook bij het overleg zijn. Pienheeft al wel aangegeven dat zij de administratievezaken graag voor haar moeder wil blijven regelen.Voor Lotte wordt afgesproken dat zij een nieuweindicatie krijgt om te zien welke rolstoel of anderhulpmiddel het best bij haar past, nu ze uit haar ouderolstoel gegroeid is. Voor de zorgen die Pien heeftover de opvoeding van Aart, wordt met haar eenafspraak gemaakt bij het Centrum voor Jeugd enGezin. Pien en Jan zullen samen naar deze eersteafspraak gaan om te zien welke mogelijkheden ervoor hen zijn om de opvoeding van Aart in goedebanen te leiden. Misschien dat Aart in de afsprakendaarna ook meekomt.

Pien is opgelucht en heeft het gevoel dat zij met dezeafspraken in ieder geval wat verlichting kan krijgen.Natuurlijk zijn daarmee niet meteen alle zorgen uitde wereld, maar het geeft haar wel voldoende ver-trouwen dat zij de situatie weer aan kan.

Page 4: Zorgkrant 1

4

Ook de hulp bij het huishouden gaat veranderen.Dat heeft te makenmet de andere verantwoorde-lijkheid die de gemeente in de nieuwe wet heeftgekregen enmet de door het rijk doorgevoerdebezuiniging. Ten opzichte van het huidige budget,moeten de gemeenten het met 40 procent minderdoen. Dit betekent een forse bezuiniging.

Ook in de nieuwe wet zijn de gemeenten op Voorneverplicht om huishoudelijke hulp te bieden waar datnodig is. Het gaat daarbij dan om mensen die nietmeer zelfstandig of met inzet van het eigen netwerk(familie, vrienden, buren) zelfredzaam kunnen zijn,zoveel mogelijk in de eigen leefomgeving te onder-steunen. Die krijgen via de gemeente hulp bij hethuishouden, maar niet meer in die mate die zegewend zijn.

AnderemanierDoor de grote bezuiniging van het rijk hebben degemeenten namelijk aanmerkelijk minder geld tebesteden om die taak naar behoren te kunnen blijvenuitvoeren. Dat is een belangrijke reden om de hulp bijhet huishouden op een andere manier te gaan regelen

en organiseren. Zodat het beschikbare geld wordtingezet voor mensen die deze hulp echt nodig hebben.

Schoon en leefbaarMet ingang van 2015 wordt de hulp bij het huis-houden in de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis enWestvoorne anders geregeld. Er wordt niet meer ‘eenaantal uur’ huishoudelijke hulp toegekend, maar deorganisatie die de hulp bij het huishouden verzorgt,gaat samen met de hulpvrager in kaart brengen welkehuishoudelijke hulp er precies nodig is om ervoor tezorgen dat het huis schoon en leefbaar is. Dit wordtresultaatfinanciering genoemd.

HerindicatieVoor de overschakeling op resultaatfinanciering iswel een herindicatie van de bestaande cliënten nodig.Dit betekent dat niet alles meteen gaat veranderen.Er is een overgangstermijn van maximaal een halfjaar. Op deze nieuwe manier willen de gemeenten hetvoorzieningenniveau van hulp bij het huishouden zoefficiënt en effectief mogelijk organiseren. Er vindteen keukentafelgesprek plaats voorafgaand aan deherindicatie.

Hulp bij hethuishouden

�Marjolijnen tanteTrudieMarjolijn woont in Brabant en gaat op een mooievrije dag naar het strand in Rockanje. Zij besluit,voordat zij naar het strand gaat, eerst nog even langste gaan bij tante Trudie die ze al een paar jaar nietmeer gezien heeft.

Tante Trudie is altijd een beetje een ‘aparte’geweest.Ze woont alleen, heeft geen kinderen en is 72 jaar.Marjolijn schrikt als ze bij haar tante binnenkomt.Het is er een rommeltje. Er ligt een berg ongeopendepost en het aanrecht staat vol afwas. Tante Trudie isgraatmager. Nog maar amper binnen barst tanteTrudie in huilen uit. Duidelijk is dat ze erg blij is weereens iemand te zien, maar ze schaamt zich enorm enziet ook wel in dat ze wat hulp nodig heeft.

Marjolijn denk dat het psychisch niet helemaal goedgaat en stelt voor de huisarts in te schakelen. Dat wiltante pertinent niet; ze is toch zeker niet gek! Wel zouze wat hulp willen om alles weer een beetje op orde tekrijgen. Maar Marjolijn vaagt zich af hoe zij haartante daarbij zou kunnen helpen.

Om haar tante te helpen kan Marjolijn voor haarnaar het Wmo-loket van de gemeente bellen. Marjo-lijn kan een afspraak maken met een consulent die bijtante thuiskomt. Natuurlijk is het voor tante fijn alsMarjolijn ook bij het ‘huisbezoek’aanwezig wil zijn.

De consulent van het Wmo-loket zal samen met tantein kaart brengen welke problemen zij in haar dage-lijkse leven tegenkomt en welke oplossingen daarvoorte bedenken zijn. Misschien kunnen mensen om tanteheen haar helpen, maar het kan ook zijn dat dat nietlukt. In dat geval krijgt tante via de gemeente hulp omhaar problemen aan te kunnen.

Page 5: Zorgkrant 1

5

Keukendeurtjes vastzetten, gereedschap slijpen,een stopcontact vervangen. Niet al te moeilijkekarweitjes, maar voor sommigen toch onover-komelijk. Daarom zijn met name ouderen blijdat er een klussendienst is. Een telefoontje isvoldoende en er komt een vrijwilliger opdravenom de klus te klaren. “En het is nog dankbaarwerk ook”, zegt Jan van Buren.

Jan vindt het leuk om als vrijwilliger actief te zijn.Hij is sinds jaar en dag voorzitter van Groei en Bloei,dat onder andere bekend is door de voortuinkeurin-gen. Jan is ook voorzitter van de Klussendienst, maardat betekent zeker niet dat hij niet zelf de handen uitde mouwen steekt. “Ik moet mijn energie kwijt. Enik vind het gewoon lekker om op deze manier bezigte zijn en wat voor anderen te doen.” Dat geldt nietalleen voor hem; alle vrijwilligers zetten zichenthousiast in en natuurlijk met kennis van zaken.

Praktische cursus“Je moet wel weten dat je bij een lekkende kraanhet leertje moet vervangen en hoe je dat moet doen.Een stekker open maken is niet zo moeilijk, maar jemoet het wel kunnen. Als de aarddraad aan een vande pootjes zit, zoals ik ergens tegenkwam, werkthet natuurlijk niet”, vertelt Jan. Op verzoek vande Volksuniversiteit heeft hij een praktische cursusover hoe om te gaan met elektriciteit verzorgd. Eneen workshop klussen met elektrisch gereedschap.Je staat er echt versteld van hoeveel moeite mensenhebben met het ‘pellen’ van een draadje.”

Alleen thuisDe aanvragen komen van mensen die zelf niet (meer)in staat zijn om dat schilderijtje op te hangen of dekast te verplaatsen. Het gaat vaak om ouderen die

Klussendienst biedt helpende hand

De gemeenten opVoorne waren al verantwoorde-lijk voor deWet maatschappelijke ondersteuning(Wmo). Met de veranderingen in de zorg krijgenBrielle, Hellevoetsluis enWestvoorne er vanaf2015 een aantal taken bij die nu nog de verant-woordelijkheid zijn van de Rijksoverheid.

Volgens de nieuwe wet worden gemeenten verant-woordelijk voor een belangrijk deel van de ondersteu-ning aan mensen zodat zij zo lang mogelijk thuiskunnen blijven wonen. En andere mensen kunnenblijven ontmoeten.

De gemeente is wettelijk verplicht om te onderzoekenwat de situatie is van mensen die zich melden met eenondersteuningsvraag. Dat onderzoek vindt plaatssamen met de cliënt en zijn omgeving. In dit onder-zoek kijkt de gemeente wat iemand zelf nog kan enhoe zijn of haar omgeving daarbij de helpende handkan bieden. Ook kijkt de gemeente naar de zorg enondersteuning die iemand al krijgt vanuit andere wet-

ten, zoals de Participatiewet en de Jeugdwet. Het on-derzoek maakt duidelijk of de cliënt ondersteuningnodig heeft.Gemeenten kunnen met de Wmo 2015 nieuwe vor-men van ondersteuning thuis aanbieden en ondersteu-ning om de mantelzorger tijdelijk te ontzien. En eenplaats in een beschermde woonomgeving bieden voormensen met een psychische stoornis.De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsge-bonden budget (pgb) verstrekken. Deze voorwaarden

zijn aangepast. Met een pgb kunt u zelf de ondersteu-ning inkopen die u nodig heeft, op de tijd en plaats dieu het beste uitkomt. De Sociale Verzekeringsbankdoet namens de gemeente de betaling rechtstreeks aande zorgaanbieder.Gemeenten mogen voor de ondersteuning die zijbieden een eigen bijdrage vragen. De eigen bijdrageis afhankelijk van de leeftijd, het inkomen en hetvermogen van de cliënt en diens partner. Het CentraalAdministratie Kantoor (CAK) int de eigen bijdrage.

WmoGemeenteverantwoordelijkvoormeer taken

alleen thuis wonen en niemand in hun omgevinghebben om hen te helpen. “Of twee linkerhandenhebben”, vult Jan aan. Een voorwaarde voor deKlussendienst is dat het werk geen structureelkarakter heeft. En de werkzaamheden mogen deplaatselijke ondernemers niet in de weg zitten.De vrijwilligers gaan niet elke week bij iemandhet gras maaien. Het is ook geen 24-uurs dienst;de karweitjes worden in principe op woensdagmorgenuitgevoerd. Met het aantal vrijwilligers is dat momen-teel goed te behappen. De laatste tijd wordt het watdrukker. Er komen ook steeds meer mensen naar dewerkplaats met hun probleem onder de arm. “Maarwe moeten het ook weer niet te druk krijgen, wantdan hebben we meer mensen nodig.” De service vande Klussendienst is natuurlijk gratis, met uitzonderingvan het materiaal dat eventueel moet worden aan-geschaft. Zoals dat nieuwe stopcontact.

RollatorkeuringDrie jaar geleden is de Klussendienst met een rollator-keuring begonnen. In de woonzorgcentra Leemgaardeen Stuifakkers worden rollators op essentiële puntennagekeken en daar waar nodig bijgesteld of gerepa-reerd. De ouderen zijn er blij mee.

De gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoornebeschikken allen over een klussendienst.

Page 6: Zorgkrant 1

6

De Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ)verdwijnt met ingang van het nieuwe jaar. Er komteen nieuwe Wet langdurige zorg (Wlz). Deze wet ver-goedt de zorg voor mensen die de hele dag intensievezorg en toezicht dichtbij nodig hebben.

Het gaat bijvoorbeeld om ouderen met ernstigedementie, om mensen met een ernstige verstandelijke,lichamelijke of zintuiglijke beperking en om mensenmet een ernstige psychische stoornis.

Wat voor zorg biedtdeWet langdurige zorg?De Wet langdurige zorg geeft recht op een pakketzorg. Mensen krijgen dit pakket zorg meestal in eenzorginstelling. Maar ze kunnen het ook thuis krijgen.Daarvoor zijn drie mogelijkheden.Met een volledig pakket thuis (vpt) krijgt u thuis zorgvan een zorginstelling. Met een persoonsgebondenbudget (pgb) regelt u alle zorg thuis zelf. De derdemogelijkheid is een modulair pakket thuis (mpt).Dit pakket krijgt u als u niet het volledige zorgaanbodvan een instelling nodig heeft of de zorg niet geheelzelf via een pgb wilt organiseren. Met het mpt kuntu zorg door een instelling combineren met een pgb.

Kan ik hier blijvenwonen?Iedereen die nu in een zorginstelling of woonzorg-

centrum woont, mag in een instelling blijven wonen.Maar het kan gebeuren dat die zorginstelling dedeuren moet sluiten. Dat gebeurt natuurlijk pas alshet niet anders kan. Bijvoorbeeld omdat er nietgenoeg bewoners zijn of omdat het gebouw te oudis. Dan verhuist u naar een ander gebouw.

Zorg Zwaarte PakketHeeft u de hele dag intensieve zorg en toezicht dicht-bij nodig? Dan verandert er niets. Met een indicatiemet een hoog ZZP (Zorg Zwaarte Pakket) kunt u ookthuis blijven wonen. U krijgt dan een volledig pakketthuis (vpt), een persoonsgebonden budget (pgb) ofeen modulair pakket thuis (mpt).Heeft u minder zorg en toezicht nodig? Dan heeft ueen indicatie met een laag ZZP. U kunt er met dezeindicatie altijd voor kiezen om in een instelling tegaan wonen. Dit geldt dus alleen voor mensen dieal een dergelijke indicatie hebben.

ThuiswonenHeeft u een laag ZZP en wilt u liever thuis blijvenwonen, dan houdt u in 2015 dezelfde zorg die u nuthuis ontvangt, tenzij uw indicatie eerder afloopt.Blijft u thuis wonen dan kunt u na 2015 (of eerder alsuw indicatie eerder afloopt) bij uw zorgverzekeraar ende gemeente terecht voor uw zorg en ondersteuning.De zorgverzekeraar regelt dan verpleging en verzor-

ging thuis. De gemeente regelt ondersteuning thuis.Voorbeelden hiervan zijn begeleiding en dagbeste-ding. Als u er in 2015 voor kiest om thuis te blijvenwonen, maar u op een later moment alsnog in eeninstelling wilt gaan wonen, dan kan dat. U hoefthiervoor dan geen nieuwe indicatie aan te vragen.

Logeren‘Kortdurend verblijf’ wordt vervangen door ‘logeren’.Als u thuis Wlz-zorg ontvangt, kunt u gebruikmakenvan logeeropvang in een instelling om uw mantelzor-ger te ontlasten. Als u thuis woont en geen Wlz ont-vangt, kunt u bij de gemeente een aanvraag indienen.

Persoonsgebonden budgetIn de Wet langdurige zorg, de Jeugdwet en de Wetmaatschappelijke ondersteuning en de Zorgverzeke-ringswet is een pgb mogelijk.Wie al een pgb heeft, kan ook straks zijn zorg zelfblijven regelen en in het kleinschalig wooninitiatiefblijven wonen. Bij zorg in natura vergoedt vanaf1 januari 2015 de Wlz de zorg en ondersteuning.

Eigen bijdrageDe hoogte van de eigen bijdrage is afhankelijk vaninkomen, vermogen, leeftijd en gezinssamenstelling.Voor hulp aan kinderen en jongeren geldt geen eigenbijdrage. Wel is een ouderbijdrage mogelijk.

Langdurige zorgDe langdurige zorg is geen directe verantwoorde-lijkheid van de gemeente. Voormensen die ermeete maken hebben of krijgen, gaat er wel het nodigeveranderen.

Page 7: Zorgkrant 1

7

“Als ik veel inkomen of vermogen heb, krijg ikdan nog maatschappelijke ondersteuning?”Gemeenten mogen cliënten geen ondersteuning wei-geren. Dus ook niet omdat ze een hoog inkomen ofveel vermogen hebben. Gemeenten mogen wel eenhogere eigen bijdrage vragen aan cliënten met meerinkomen of vermogen. Maar nooit hoger dan de eigenbijdrage volgens het uitvoeringsbesluit Wmo. Daarinstaan regels voor de eigen bijdrage. Die regels geldenvoor alle gemeenten. Gemeenten mogen maar op éénmanier afwijken van de regels in het uitvoeringsbe-sluit: ze mogen een lagere bijdrage vragen, geen ho-gere. De hoogte van de eigen bijdrage is afhankelijkvan het inkomen, het vermogen, de leeftijd en de ge-zinssamenstelling

“Wordt mijn gespecialiseerde dagbestedingwegbezuinigd en wijst de gemeente mij dan opeen algemene voorziening, zoals een activiteitin het buurthuis?”Gemeenten moeten passende ondersteuning biedenaan mensen als ze niet zelf of met hulp van hun net-werk kunnen meedoen of zelfredzaam zijn. Voor som-mige mensen is dat een activiteit in het buurthuis.Bijvoorbeeld een koffieochtend bezoeken om een-zaamheid te voorkomen. Voor andere mensen is ge-specialiseerde dagbesteding nodig. Bijvoorbeeld omte leren hoe ze structuur aanbrengen in hun dag. In datgeval moeten gemeenten gespecialiseerde dagbeste-ding aanbieden.

“Hoe zorgt de gemeente ervoor dat de ambtenarenvoldoende kennis hebben?”Gemeenten hoeven het onderzoek naar de persoon-lijke situatie van cliënten niet zelf uit te voeren.

Ze kunnen dit een andere organisatie laten doen.Vaak zijn dit externe organisaties die daar ervaringmee hebben. Ook willen veel gemeenten gaan werkenmet sociale wijkteams. Dan doen professionals uithet sociale wijkteam het onderzoek. Gemeentenkunnen de onderzoeken ook zelf uitvoeren.

“Moet ik vertrekken uit mijn verzorgingstehuisen weer zelfstandig thuis gaan wonen?”Mensen die al in een verzorgingshuis wonen, mogenhier blijven. Ze worden niet gedwongen om weerzelfstandig thuis te gaan wonen. Ze houden hun rechtop een plaats in een instelling. Mensen moeten mis-schien wel verhuizen naar een ander verzorgingshuis.Omdat hun eigen verzorgingshuis gaat sluiten. Bij-voorbeeld omdat er te weinig mensen wonen of

omdat het gebouw te oud is. Vanaf 2015 worden devoorwaarden voor wonen in een instelling strenger.Die voorwaarden gelden dan voor nieuwe cliënten.Dit is het gevolg van het kabinetsbeleid om mensenlanger thuis te laten wonen.

“Als het geld bij de gemeente op is, krijg ikdan nog ondersteuning?”In de wet staat dat de gemeente maatschappelijkeondersteuning moet bieden als iemand niet zelf ofmet hulp van zijn netwerk kan meedoen in de samen-leving of zelfredzaam kan zijn. Gemeenten moetenaltijd aan deze wettelijke plicht voldoen. Ook als hetgeld op is.

“Mag de gemeente mijn persoonsgebondenbudget (pgb) afpakken?”Na onderzoek kunnen gemeente een cliënt een maat-werkvoorziening aanbieden. Een maatwerkvoorzie-ning is een individuele voorziening. Voorbeelden zijneen woningaanpassing of specialistische dagbeste-ding. Mensen die een maatwerkvoorziening krijgen,kunnen kiezen voor een persoonsgebonden budget(pgb). Maar alleen als ze voldoen aan twee voorwaar-den. De eerste is dat de cliënt het pgb goed moetkunnen beheren. De tweede is dat de cliënt met hetpgb veilige en goede ondersteuning moet inkopen.

“Krijgt de gemeente de beschikking overmijn medische dossier?”Gemeenten krijgen geen medische dossiers te zien.De gemeente mag bijvoorbeeld alleen weten datiemand een indicatie voor de nieuwe Wet langdurigezorg heeft. De gemeente krijgt niet te zien wat er inhet dossier staat. De gemeente mag alleen gegevensbekijken als u daar toestemming voor geeft. En alleenals het voor uw aanvraag voor hulp belangrijk is.Bovendien hebben alle artsen, ook de huisarts, eenmedisch beroepsgeheim.

Veel gesteldevragen overdeWmo

Page 8: Zorgkrant 1

8

DeWmo-raad is een groep van gewone burgers uitde gemeente Brielle die gevraagd en ongevraagdadvies geeft over alles wat met deWet maatschap-pelijke ondersteuning (Wmo) te maken heeft. DeWmo-raad adviseert het college van burgemeesteren wethouders. De huidige adviesraad is gevormdin januari 2014.Als gevolg van de veranderingenin deWet maatschappelijke ondersteuning en deJeugdzorg heeft deWMO-raad het college veel be-vraagd, geadviseerd en aanbevolen.

Hieronder wordt door de Wmo-raad een aantalbelangrijke adviezen aangegeven.

Algemeen1 Communicatie Intensiveer de communicatie naar

burgers. Wees duidelijk en tijdig, waarbij ook aan-gegeven kan worden wat nog niet bekend is. Voor-naamste onderwerpen van informatie: wat veranderter concreet voor mensen per 1 januari 2015, waarkan ik om informatie vragen en hoe is de toegangtot gemeentelijke zorg en bereikbaarheid geregeld.Gebruik daarbij ook diverse vormen van modernecommunicatie zoals social media, digitale commu-nicatie etc.

2 Evaluatie en monitoringGezien de omvang van degehele operatie van de decentralisaties en het daar-mee samenhangende maatschappelijke belang voorde inwoners van Brielle, vinden wij het belangrijkdat in april 2015 een schriftelijke monitoringsrap-portage beschikbaar is over de eerste drie maandenvan 2015.

3 Privacy/ICTOmdat meer zorgketens actief zijn endaarnaast toegang mogelijk blijft via verschillendebasis- en eerstelijnsvoorzieningen is aandacht voorprivacy van groot belang.

4 PGBWij zijn blij dat de keuzevrijheid voor cliëntenom via een persoonsgebonden budget (pgb) zorg inte kopen wordt gehandhaafd. Hiermee worden in-woners in staat gesteld hun eigen regie/eigenkracht/verantwoordelijkheid te nemen in de vormvan de toegekende maatwerkvoorziening.

WMO1 DraagkrachtDe WMO-raad wil de waarde onder-

strepen van ‘professionele begeleiding’ (zowel indi-vidueel als in groepen) voor de ondersteuning vandraagkracht van de mantelzorgers en de preventievewerking die het kan hebben voor duurdere vormenvan zorg.

2 Sociale gebiedsteams Een goed functionerendsociaal gebiedsteam is toegerust met voldoendeprofessionele bezetting, mandaat en doorzettings-kracht en is 24 uur bereikbaar voor burgers, ookin crisissituaties. Zorg voor een spoedprocedurewaarbij in geval van crisis een noodplaatsingmogelijk is. Voeg de ‘ketenzorg dementie’ en in hetbijzonder de Casemanagers Dementie toe aan desociale gebiedsteams.

3 Mantelzorg- en vrijwilligersbeleid In de beleids-plannen wordt sterk ingezet op preventie en inzetvan laagdrempelige lichte voorzieningen met alsdoel het verkleinen van de instroom. Dit vraagt watons betreft om een helder geformuleerd beleid,waarbij mantelzorgbeleid en vrijwilligersbeleid zospoedig mogelijk uitgewerkt worden.

4 Mensen met dementieWat betreft deze doelgroepis het noodzakelijk om - naast het verder te ontwik-kelen mantelzorgbeleid en gezondheidsbeleid - ooknu reeds de koppeling te maken naar de verwachtetoename in het gebruik van algemene voorzienin-gen en maatwerk binnen de WMO met ingang van2015.

5 Huishoudelijke zorgGeef aan hoe er zicht wordtgehouden op de kwaliteit van de uitvoering van dehuishoudelijke zorg.

Jeugdzorg1 Toegang Zorg ervoor dat de jeugd en ouders/ver-

zorgers weten waar, bij wie, wanneer, waarom enhoe zij ondersteuning en hulp kunnen vinden enkrijgen via een eenvoudig te vinden entree.

2 VeiligheidDe Wmo-raad adviseert alle instellingendie met jeugd werken te verplichten een VOG(Verklaring Omtrent Gedrag) te vragen aan pro-fessionals, vrijwilligers en andere medewerkers.

In alle adviezen heeft de WMO-raad benadruktuiterste zorgvuldigheid te betrachten voor de mensenom wie het gaat. Zeker omdat de voorbereidingstijdvoor de nieuwe werkwijze erg kort is.Om de adviezen te kunnen formuleren verdiepende leden zich in de voorstellen van de gemeente,onderhouden contact met een brede achterban enadviseren vanuit het belang van die achterban.De Wmo-raad adviseert niet over individuele geval-len; zij hecht wel waarde aan individuele ervaringen.De raad houdt de komende periode een vinger aan depols. Ongetwijfeld moeten na verloop van tijd dezeregels aangepast worden.Er is bij de raad een vacature voor iemand die zichspeciaal met het Jeugdbeleid bezighoudt. Heeft u inte-resse of kent u iemand die wel in de Wmo-raad wilzitten? Stuur een e-mail naar [email protected] u dat de vergaderingen van de Wmo-raad vooriedereen vrij toegankelijk zijn? Ze vergaderen elkeeerste woensdag van de maand in de leeskamer vanhet stadskantoor en hebben graag wat meer publiekop de tribune. In het gemeentenieuws in de krantworden de vergaderingen altijd aangekondigd.U bent van harte welkom.

U kunt de WMO-raad benaderen via de secretaris,mevrouw Van Munster, 0181-471157 of per [email protected]. U kunt ook de website bekij-ken www.brielle.nl/wmo-raad

Wmo-raadBrielleadviseert

DeWmo-raad v.l.n.r.: Frans Laurijssens, Ronaldvan de Vliet, Coby Breeve, Art van de Griend, NicoleBakker enMarjolein Brand (niet op de foto)

Page 9: Zorgkrant 1

9

AdviesraadWelzijn HellevoetsluisDat de overheveling van verschillende taken vande overheid naar de gemeenten gepaard gaat meteen flinke financiële aderlating, neemt deAdvies-raadWelzijn Hellevoetsluis aan als een gegeven.Voorzitter Guyon Labouchere en secretaris BepKroos willen vooral naar de positieve kant kijken.“De gemeente staat veel dichter bij de mensenwaardoor zaken veel sneller en beter kunnenworden geregeld.”

Op dit moment zijn andere overheden er nog verant-woordelijk voor. “Het gaat nu wel over erg veel schij-ven”, heeft Guyon geconstateerd. “Het is een bekendgegeven dat als je iemand wat vertelt en het wordtvervolgens een paar keer aan een ander doorverteld,dat het oorspronkelijke verhaal heel anders is.” Datleidt te vaak tot ergernis en verkeerde beslissingen.Bep heeft het in haar omgeving meegemaakt.“Terwijl een man door een hersenbloeding aan éénkant verlamd was en ook maar voor de helft zichthad, werd toch geadviseerd dat hij maar moest gaanfietsen.” Ze gaan ervan uit dat dit tot het verleden gaathoren. “In het gesprek aan de keukentafel hoort degemeente in één keer wat er aan de hand is en hoe hetkan worden opgelost. Vervolgens kan het snel wordengeregeld.”Met de bezuinigingen die de overheid de gemeenten

Ook inWestvoorne heeft deAdviesraadWmoen Sociale Zaken het afgelopen jaar heel veelwerk verzet. En niet zonder succes, laat voorzitterCaroline Boerma weten. “De gemeente neemtonze adviezen ter harte en doet er ook wat mee.Het meeste dat wij naar voren brengen, wordtovergenomen. Zijn er redenen om het niet tedoen, dan wordt dat altijd goed uitgelegd.”

Caroline weet dat er wel eens wordt getwijfeld aan hetnut van een adviesraad. De inwoners van Westvoornehoeven daar niet bang voor te zijn. Het college en deambtenaren gaan serieus met de adviezen om en deadviesraad zelf houdt de vinger aan de pols. “Webrengen gevraagd en ongevraagd advies uit. Als wijknelpunten constateren, dan gaan wij ermee aan deslag en als het nodig is, stellen wij een advies op. Ookzitten we twee keer per jaar met de wethouder aantafel om de lopende zaken door te spreken.”Caroline en de andere adviesraadsleden hebben hecti-sche maanden achter de rug. Normaal krijgt de ad-viesraad zes weken de tijd om zich over een stuk tebuigen. Nu waren dat vaak slechts een paar weken.

oplegt, is de adviesraad het niet eens. Dat gemeentende taken goedkoper kunnen uitvoeren, moet Guyoneerst nog zien. “Het is nu nog allemaal theorie. Het isjammer dat alles onnodig onder druk is komen testaan.” Het werk voor de adviesraad zit er dan ookzeker niet op. De papieren veranderingen moeten inde praktijk nog worden waargemaakt. “Het gaat omcultuurverandering. Wij gaan het scherp in de gatenhouden. Voor ons zijn cliënten- en burgerparticipatieerg belangrijk. We hebben allemaal onze achterban,zodat we ongetwijfeld een en ander te horen krijgenhoe het gaat. Wij zorgen er dan voor dat het op dejuiste plek terecht komt. Wij gaan ervan uit dat de ge-meenteraad echt naar ons luistert en er op een minderpolitieke manier naar kijkt.”Over een luisterend oor in het gemeentehuis heeft deadviesraad geen reden tot klagen. De verhoudingenmet de ambtenaren zijn goed. De adviesraad krijgt hetconceptvoorstel voorgelegd om er commentaar op tegeven. Een werkgroep van adviesraadsleden die hetnauwst betrokken zijn bij het onderwerp, gaat ermeeaan de slag. “In de definitieve versie zien we dan datonze adviezen zijn meegenomen. En als we meer uit-leg nodig hebben, is overleg altijd mogelijk.”Bep en Guyon zijn erg blij met de grote betrokken-heid van de mensen die de adviesraad vormen. “Dat iseen van onze grote successen”, vindt de voorzitter.

“Iedereen heeft zo zijn eigen specialiteit.” De advies-raad hoort een afspiegeling te zijn van de Hellevoetsebevolking. Dat is helaas nog niet helemaal het geval.

De adviesraad bestaat uit: Laura Antheunissen, BertBos, Wibo Bouma, Sjoerd Calbo, José Graaf, NelGrootenboer, Bep Kroos, Guyon Labouchere, GerieLuijendijk, Lies Mastenbroek, Henk Mellegers,Gerard Molenkamp en Femke de Wit-Borren.

AdviesraadWelzijn enSociale ZakenWestvoorne

“We zijn zo betrokken dat we graag die extra stap zet-ten. Als het moet vergaderen we vrijdagmiddag omvier uur. We willen er met elkaar goed over kunnenpraten en een gedegen advies geven. We vinden hetbijvoorbeeld belangrijk dat er in verordeningen sprakeis van eenduidigheid. Het regeltje ‘moet in voldoendemate aanwezig zijn’ kan naar ons idee niet. Duidelijkmoet zijn wat ‘in voldoende mate’ is.In de adviesraad zitten deskundigen met praktischekennis van onderwerpen uit de Wmo en van socialezaken. Caroline is door een dwarslaesie erg afhanke-lijk, maar probeert een zo normaal mogelijk leven teleiden en wil daarbij de regie in eigen handen houden.Dat is niet altijd gemakkelijk. “Ik weet de weg en kan

zaken zelf regelen, maar er zijn mensen die niet zogoed voor zichzelf kunnen zorgen. Daar kan zo’n ad-viesraad dan bij helpen.”Caroline is ervan overtuigd dat de adviesraad invloedkan uitoefenen. Dat was bij de beleidsvoorbereidinghet geval en zal bij de uitvoering ook zo zijn. Hoewerkt het uit in de praktijk? “Wij gaan niet over indi-viduele gevallen, maar het is wel onze taak excesseneruit te halen. De regels gelden voor iedereen, maar zepakken niet voor iedereen hetzelfde uit. Als wij mer-ken dat in de praktijk iets niet goed gaat, dan trekkenwe aan de bel.” In het coalitieakkoord staat dat dezorg niet mag verschralen. “Als het nodig is zullen wehet college daaraan helpen herinneren.”

Page 10: Zorgkrant 1

10

Van vrijwilligers en mantelzorgers wordt de ko-mende jarenmeer inzet gevraagd. Dat heeft alleste makenmet de veranderingen in de zorg en detaken die de gemeenten erbij krijgen. De gemeen-ten opVoorne gaan die taken anders organiserenomdat erminder geld beschikbaar is, waardoorvaker een beroep wordt gedaan op vrijwilligers enmantelzorgers.

De grote verandering voor de komende jaren is datwe meer kijken naar wat mensen nodig hebben ommee te kunnen doen. Wat kunnen zij zelf of met hulpvan familie, kennissen of buren? En waarvoor hebbenzij professionele hulp of begeleiding nodig? Mantel-zorgers en vrijwilligers zijn daarbij ook hard nodig.

Het is overigens geen nieuwe gedachte. Vroegerwaren deze vormen van solidariteit en zorg voorelkaar al heel gewoon. Op dit moment zijn er veelmensen die mantelzorg verlenen. Er zijn naar schat-ting 3,5 miljoen mantelzorgers van 18 jaar en ouderin ons land. Eén op de vier volwassenen zet zich opdeze manier in voor een medemens, maar ook veelmiddelbare scholieren zijn mantelzorger.

Niet alleen het beroep op de directe omgeving wordtgroter, maar ook het beroep op de samenleving. On-dernemers, scholen, politie, woningbouw- en sport-verenigingen, kerkelijke en vele andere organisatiesnemen net als veel individuele vrijwilligers hierin nual hun verantwoordelijkheid. Maar er is ook nog eengrote groep in de gemeenschap die vast wel wat meerhierin zou kunnen en willen betekenen. Dan gaat hetvaak om hele kleine dingen als af en toe een bood-schap doen, een oogje in het zeil houden of een keerin de week een maaltijd extra koken voor de(over)buurman of -vrouw.

Vrijwilligerswerk versusmantelzorgBij zowel vrijwilligerswerk als bij mantelzorg gaat hetom een vorm van inzet voor de (naaste) omgeving.Vrijwilligerswerk en mantelzorg verschillen echterook van elkaar. Vrijwilligers kiezen er vaker bewustvoor om iets voor een ander te doen. Ze doen dit vaakvrijblijvend voor een bepaalde tijd of langdurig, halener plezier uit en kunnen er weer mee stoppen.Mantelzorgers kiezen er minder vaak voor om ietsvoor een ander te doen: vaak overkomt het hen. Van-wege een emotionele band zorgen mantelzorgers vooreen naaste die ondersteuning nodig heeft. Deze zorg issoms langdurig en continu van aard. Mantelzorgerszijn in tegenstelling tot vrijwilligers minder vrij om tebesluiten de zorg/ondersteuning te beëindigen.

Op den duur kan het verlenen van mantelzorg somsleiden tot zware (fysieke, psychische of tijd) belastingvan mantelzorgers. Ondersteuning van mantelzorgers

ter voorkoming van overbelasting is dan ook van be-lang. Dit moet ervoor zorgen dat zij hun taken betervol kunnen houden en niet overbelast raken. De on-dersteuning van mantelzorgers richt zich op de vol-gende aandachtsgebieden: informatie,advies en begeleiding, emotionele steun, educatie,praktische hulp, respijtzorg, financiële tegemoetko-ming en materiële hulp.

Voor de ondersteuning van de mantelzorger is er demantelzorgsalon waar informatie, recreatie en lotge-notencontact wordt geboden. Daarnaast schenken degemeenten jaarlijkse aandacht aan de landelijke man-telzorgdag, waar mantelzorgers ‘in het zonnetje’ wor-den gezet.Voor wat betreft het vrijwilligerswerk geldt bijvoor-beeld dat er een vrijwilligerscentrale is voor de driegemeenten. Deze zorgt onder andere voor de uitvoe-ring van de vrijwilligersvacaturebank, contactbalie,cursussen/trainingen voor vrijwilligers, ondersteuningaan vrijwilligersorganisaties, het organiseren van con-tacten rond de landelijke vrijwilligersdag NL-doet ende organisatie/uitvoering van de jaarlijkse bedankacti-viteit namens de gemeente.

Bevordering en ondersteuning vinden vooral plaatsdoor middel van subsidies aan (lokale) voorzieningenen initiatieven. Dit zal in de toekomst niet anders zijn.

Bestaande voorzieningenOp dit moment wordt in Brielle, Hellevoetsluis enWestvoorne al redelijk wat gedaan op het gebied vanmantelzorg en vrijwilligerswerk.

Binnen het gemeentelijk loket is er bij alle gemeentenook aandacht voor de rol van mantelzorgers in het on-dersteuningsproces van zorgbehoevenden.

MantelzorgsalonWelzijnOuderenBrielleDe mantelzorgsalon wordt elke derde woensdag vande maand van 13.30 tot 15.30 uur gehouden in de In-firmerie, Rozemarijnstraat 42 in Brielle.Meer informatie? Welzijn Ouderen, 0181-416863of [email protected]

CentrumVrijwilligerswerkBrielleDe balie van het Centrum Vrijwilligerswerk Brielleis gevestigd in de bibliotheek van Brielle,Rozemarijnstraat 46, Brielle.De baliemedewerkers van Centrum Vrijwilligers-werk Brielle zijn aanwezig op maandag, woensdagen vrijdag van 14.00 - 16.30 uur.T uitsluitend tijdens balietijden: 0181 - 472 321.I www.centrumvrijwilligerswerk.nl/brielleE [email protected] ofE [email protected]

MantelzorgsalonService BureauOuderenHellevoetsluisPolaris 34, 3225 GT HellevoetsluisT 0181-322273

(op werkdagen bereikbaar van 09.00 - 13.00 uur)F 0181-312735I www.sbohellevoetsluis.nlE [email protected]

Centrumvoor VrijwilligerswerkHellevoetsluisDe balie van het Centrum VrijwilligerswerkHellevoetsluis is gevestigd in de Bibliotheek vanHellevoetsluis, Woordbouwerplein 1, 2de etage.De baliemedewerkers van Centrum Vrijwilligers-werk Hellevoetsluis zijn aanwezig:maandag tot en met vrijdag van 14.00 - 16.00 uurzaterdag van 10.00 - 12.00 uur's avonds of andere tijden op afspraakT 0181-390 607

(uitsluitend tijdens balietijden)E [email protected]

Mantelzorgers- en vrijwilligers-ondersteuningMEEWestvoorneHet kantoor van MEE Zuid-hollandse eilandenin Spijkenisse is geopend van maandag tot en metvrijdag van 9.00 tot 17.00 uur.Hoogwerfsingel 2, 3202 SP SpijkenisseT 0181 33 35 07F 0181 33 35 [email protected]

CentrumVrijwilligerswerkWestvoorneDe balie van de VrijwilligersVacatureBank heettegenwoordig Centrum Vrijwilligerswerk Hellevoet-sluis en is gevestigd op de 2e etage van de Biblio-theek Hellevoetsluis, Woordbouwerplein 1.Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 14.00 -16.00 uur en zaterdag van 10.00 - 12.00 uur.’s Avonds op afspraak.Telefoon balie, tijdens openingstijden: 0181-390607.Een medewerker helpt bij het zoeken naar vrijwilli-gerswerk of die vrijwilliger voor uw organisatie.www.centrumvrijwilligerswerk.nl/hellevoetsluis

Gemeentewaardeertvrijwilligersenmantelzorgers

Page 11: Zorgkrant 1

11

In de jeugdhulp is een belangrijke rol weggelegdvoor het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) datin alle drie de gemeenten opVoorne te vinden is.Het CJG biedt de helpende hand bij het gezonden veilig laten opgroeien van kinderen. Het CJGmobiliseert de eigen kracht vanaf de zwanger-schap tot aan de volwassenheid. Dat gebeurt doorpreventieve en snelle inzet van zorg, dichtbij en inde (vertrouwde) omgeving van het gezin, samenmet ouders, opvoeders en andere betrokkenen.

Er is een Centrum voor Jeugd en Gezin in elkegemeente. De hulp en ondersteuning die het CJGkan bieden, is verschillend. In elk geval probeerthet CJG zo goed mogelijk aan te sluiten op depersoonlijke vragen en behoeften. Het CJG doet hetniet alleen. Door krachten te bundelen kan er meer

JeugdhulpDe gemeente is al verantwoordelijk voor eenaantal taken op het gebied van hulp en zorgvoor jeugd, zoals de jeugdgezondheidszorg enhet preventief jeugdbeleid. Vanaf 2015 krijgenBrielle, Hellevoetsluis enWestvoorne er een aantalverschillende vormen van jeugdhulp bij. Met alsdoel dat kinderen zo kansrijk en veilig mogelijkopgroeien, hun talenten kunnen ontwikkelen ennaar vermogenmeedoen in de samenleving.

Nu zijn de verantwoordelijkheden en de financieringvan de jeugdzorg nog versnipperd. De Rijksoverheidheeft besloten de verschillende wetten en financie-ringsstromen vanaf volgend jaar onder te brengen bijde gemeenten. Een ander doel van deze verandering isom de druk op de gespecialiseerde zorg omlaag tebrengen en de samenwerking tussen professionals bijde hulp aan kinderen en gezinnen te verbeteren.

Nadruk op preventieDe gemeenten op Voorne houden zich vooral bezigmet preventieve en lichte vormen van hulp, zo dichtmogelijk in de omgeving van het kind en het gezin.De inzet van zware, gespecialiseerde zorg wordt zoveel mogelijk beperkt.De gemeente is verantwoordelijk voor een passendhulp- en zorgaanbod voor alle jeugdigen. Belangrijkdaarbij is het versterken van de opvoedingsvaardighe-den en de zelfredzaamheid van ouders en de jongerenzelf. De gemeente kijkt naar de hulp die per huishou-den nodig is. Het principe van één gezin, één plan,één regisseur is altijd het uitgangspunt.

SamenwerkenOm hulp en zorg voor alle jeugdigen en gezinnen tekunnen bieden, wordt er regionaal samengewerkt. Opsommige onderdelen zijn gemeenten dat zelfs ver-plicht. In de regio Rotterdam Rijnmond hebben degemeenten afspraken gemaakt over de continuïteitvan zorg aan kinderen.

worden bereikt. Daarom werkt het CJG samen metverschillende zorg- en welzijnsorganisaties, degemeente, scholen en kinderdagverblijven/peuter-speelzalen en het jongerenwerk. Om het opvoedenen opgroeien van kinderen zo goed mogelijk tekunnen laten verlopen.

Het CJG nodigt bijvoorbeeld elk jaar schoolkinderenuit voor een gesprek. Het CJG wil graag wetenhoe het gaat met de gezondheid om waar nodigdie helpende hand te kunnen bieden.Het CJG beantwoordt algemene vragen overgezondheid, opvoeden en opgroeien en vragen overspecifieke situaties. Het CJG organiseert thema-bijeenkomsten, specifieke cursussen, levert maatwerken benadert mensen op een manier die bij ze past.Zo vallen kinderen niet tussen wal en schip.

Het CJG biedtde helpende hand!

Jeugdhulp

Page 12: Zorgkrant 1

12

Door de veranderingen in de langdurige zorg,gaan onderdelen van deAWBZ en de Zorgverze-keringswet (Zvw) over naar de nieuwe Jeugdwet.Gemeenten zijn vanaf 2015 daarmee verantwoor-delijk voor alle vormen van jeugdhulp.

Dat is inclusief specialistische hulp zoals jeugd-vb(jongeren met een verstandelijke beperking), jeugdggz (geestelijke gezondheidsszorg) en jeugdzorgplus(gesloten jeugdzorg), de uitvoering van kinder-beschermingsmaatregelen en de uitvoering van dejeugdreclassering.

Zorg in de nieuwe JeugdwetVoor kinderen en jongeren onder de 18 jaar valt onderandere deze zorg (voorheen AWBZ, Zorgverzeke-ringswet) onder de nieuwe Jeugdwet:• behandeling, al dan niet met verblijf voor jongeren

met een psychische stoornis;• behandeling, al dan niet met verblijf, voor jongeren

met een (licht) verstandelijke beperking;• begeleiding, persoonlijke verzorging en het bijbeho-

rend kortdurend verblijf voor jongeren met een be-perking, stoornis of aandoening;

• vervoer van en naar de locatie (binnen of buiten degemeente) waar jeugdhulp voor jongeren met eenbeperking, stoornis of aandoening wordt geboden.

Verstandelijke beperkingAlle zorg voor kinderen tot 18 jaar met een verstan-delijke beperking valt straks onder de Jeugdwet.Het gaat onder andere om begeleiding, persoonlijkeverzorging, kortdurend verblijf, behandeling enverblijfszorg (ZZP).

Intensieve zorg en toezicht dichtbijAlleen de zorg voor kinderen en jongeren meternstige verstandelijke, lichamelijke of meervoudigebeperkingen valt vanaf 2015 onder de Wet langdurigezorg (Wlz). Het gaat om kinderen die de hele dagintensieve zorg en toezicht dichtbij nodig hebben.Ook de zorg voor sterk gedragsgestoorde lichtverstandelijk beperkten (SGLVG) wordt onderdeelvan de Wlz.

Behandeling van kinderen en jongeren onder de18 jaar met een zintuiglijke beperking gaat onderde Zorgverzekeringswet (ZvW) vallen.

JeugdhulpplichtGemeenten krijgen vanaf 2015 Jeugddhulpplicht.Jongeren met een beperking, stoornis of aandoeningen hun ouders kunnen bij de gemeente terecht voorhulp en ondersteuning bij opgroeiproblemen enopvoedproblemen.

Langdurige zorgen de Jeugdwet

�Peterwil op zichzelfPeter is 25 jaar en woont bij zijn ouders in een kleinewoning in Hellevoetsluis. Peter wil graag op zichzelfgaan wonen maar omdat hij een verstandelijk beper-king heeft, denken zijn ouders dat dat erg moeilijkvoor hem wordt. Natuurlijk willen zij hem best eenbeetje helpen, maar hij wil niet dat zijn ouders zichmet alles bemoeien. Hij wil niet voor niets ‘op zich-zelf’. Met zijn ouders spreekt Peter af dat zij volgendjaar gaan proberen of hij zelfstandig kan gaan wonen.Zijn ouders weten dat er wel mogelijkheden zijn voorPeter om begeleiding te krijgen, maar hoe het nu pre-cies zit weten zij ook niet…..

Peter kan misschien in aanmerking komen voor ‘be-geleid wonen’. 'Begeleid wonen' is zelfstandig wonenmet hulp of begeleiding van een zorginstelling. Bij-voorbeeld hulp bij de persoonlijke verzorging, bij hetomgaan met geld, bij het vinden van werk, bij het op-bouwen van sociale contacten, enzovoort.

Bij begeleid wonen huurt Peter een kamer of woningen krijgt hij hulp van een woonbegeleider. Sommigewoningen zijn verbonden aan een zorginstelling. Bijbegeleid wonen kan Peter ook kiezen voor een per-soonsgebonden budget, een geldbedrag waarmee hijzelf begeleiding inkoopt.Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor debegeleiding. Dit is geregeld in de Wet maatschappe-lijke ondersteuning (Wmo) 2015 en voor jongeren inde Jeugdwet.

Peter kan in 2015 (met zijn ouders) bij het Wmo-loketterecht om erachter te komen of begeleid wonen voorhem een goede oplossing is.

Page 13: Zorgkrant 1

13

“Mag de gemeente mijn persoonsgebonden budget(pgb) stopzetten?”Voor bestaande pgb’s geldt het overgangsrecht.Dat betekent dat u in ieder geval in 2015 hetzelfdepgb houdt. Per 2015 wordt in heel Nederland hettrekkingsrecht ingevoerd. Dit houdt in dat u uw pgbniet meer op uw eigen bankrekening krijgt gestort.Uw budget wordt beheerd door de Sociale Verzeke-ringsBank (SVB). U moet de facturen sturen naarde SVB. De SVB betaalt dan de hulpverlener. Eengemeente mag door de bepalingen uit de nieuweJeugdwet bij een nieuwe zorgvraag overigens nietzomaar een pgb verstrekken. Er gelden strengereeisen aan pgb-houders dan voorheen. De gemeentenop Voorne zijn voorstander van pgb’s, maar hebbenvanaf 2015 wel te maken met strengere eisen diezij moeten toetsen.

“De gemeente gaat toezicht houden op de kwaliteitvan de Jeugdhulp. Is dat niet zoiets als de slager diezijn eigen vlees keurt?”Kwaliteitswaarborging voor jeugdhulpaanbieders,uitvoerders van kinderbeschermingsmaatregelen enjeugdreclassering èn voor de AMHK’s (Advies- enMeldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling),is in de Jeugdwet opgenomen. Toezicht en hand-having worden uitgevoerd door de Rijksinspectieen dus niet door gemeenten zelf.

“Kan een gemeenteambtenaar bepalen welke zorgik krijg in plaats van een Jeugdhulp-deskundige?”De gemeente heeft een zogenaamde jeugdhulpplicht.Dit betekent dat de gemeente ervoor moet zorgendat er voldoende goede hulp beschikbaar is en dat detoegang tot zorg goed geregeld is. De gemeenten Hel-levoetsluis, Brielle en Westvoorne hebben daarvoorafspraken gemaakt met jeugdzorgorganisaties over deplaatsing van deskundigen in onze lokale gemeenten.Dezelfde deskundigen die nu in de regio Rijnmondbepalen of een kind Jeugdhulp kan krijgen, zijn straksop Voorne actief. Er is dus straks sprake van dezelfdedeskundigheid, alleen is het dichterbij de mensen inonze gemeente georganiseerd omdat het idee is dat dezorg dan beter en sneller te organiseren is.

‘Het hangt er helemaal vanaf waar je woont of je dehulp krijgt die je nodig hebt.’Er zijn lokale verschillen tussen gemeenten mogelijk,maar elke gemeente moet voorzien in een kwantitatiefen kwalitatief toereikend aanbod. De jeugdhulpplichtverplicht gemeenten namelijk om die hulp of onder-steuning te bieden die een kind of gezin nodig heeft.In de regio Rijnmond zijn er gezamenlijk afsprakengemaakt tussen gemeenten waardoor voor elke inwo-ner dezelfde specialistische zorg beschikbaar is. InBrielle, Hellevoetsluis en Westvoorne wordt extrageïnvesteerd in onze lokale zorg dichtbij.

“Kan de gemeente mij om een eigen bijdrage vragenvoor Jeugdhulp?”Gemeenten mogen geen eigen bijdrage vragen. Ergeldt wèl een ouderbijdrage voor jeugdhulp met ver-blijf. Deze ouderbijdrage wordt elk jaar op landelijkniveau bepaald en wordt niet geïnd door de gemeente,maar door het Centraal Administratiekantoor (CAK).

Veel gestelde vragen Jeugdhulp

Page 14: Zorgkrant 1

14

“Krijgt de gemeente de beschikking over mijnmedische dossier?”Gemeenten krijgen geen inzicht in medische dossiers.De gemeente mag alleen medische gegevens bekijkenals u daarvoor toestemming geeft. En alleen als hetvoor uw hulpaanvraag belangrijk is. Bovendienmoeten alle artsen, ook de huisarts, zich houden aanhet medisch beroepsgeheim.

“Wij hebben al jaren dezelfde zorgaanbieder enbegeleider voor ons kind.Wordt dit in 2015 anders?”Nee. Er zijn afspraken gemaakt met zorgaanbiedersdie nu zorg leveren aan kinderen uit onze gemeentenover de continuïteit van zorg waardoor er in 2015niets verandert. Voor kinderen in een pleeggezin geldtzelfs dat ze zo lang de pleegzorg duurt, bij hetzelfdepleeggezin mogen blijven.

“Gaat de gemeente beslissen of mijn kind uit huiswordt geplaatst?”Nee, het is niet de gemeente die beslist dat uw kinduit huis wordt geplaatst. De kinderrechter besluitdaarover.

“Krijgt de gemeente informatie over de strafbarefeiten waarvoor ik ben veroordeeld?”Nee, de gemeente krijgt alleen informatie dat u bentveroordeeld, maar niet waarvoor. Verder krijgt degemeente wel informatie zoals uw naam en de duurvan uw begeleiding door de jeugdreclassering.

“Wordt bij het uitwisselen en overdragen vanpersoonlijke gegevens van jongeren ook gedachtaan hun privacy?”De privacywetgeving en de Jeugdwet stellen strengeeisen aan ambtenaren en professionals over welkepersoonsinformatie zij wel en niet mogen uitwisselen.De gemeente deelt geen privacy-gevoelige informatieals daar geen toestemming voor is. Daarnaast kiestde gemeente voor een werkwijze waarin uitwisselenvan privacygevoelige informatie zoveel mogelijkoverbodig is. Dat doen we door bij het opstellenvan hulpverleningsplannen een jongere en zijn familiezelf te betrekken. De familie is aanwezig bij hetopstellen van het plan en bepaalt tijdens het gesprekmet de hulpverleners zelf wat ze willen delen overhun situatie.

“Mag een ambtenaar van de gemeentejeugdreclassering opleggen?”Nee, alleen een kinderrechter, het OpenbaarMinisterie, de Raad voor de Kinderbeschermingen de directeur van de Justitiële Jeugdinrichtingkunnen jeugdreclassering opleggen.Dat is nu zo en dat blijft na 1 januari 2015 ook zo.Jeugdreclassering is bedoeld voor jongeren tussen12 en 23 jaar, zij krijgen begeleiding nadat ze eenproces-verbaal hebben gehad van de politie of eenleerplichtambtenaar. Een leerplichtambtenaar iseen ambtenaar van de gemeente, maar kan alleen eenproces-verbaal opmaken en geen jeugdreclasseringopleggen.

“Worden vrienden, buren en familie verplicht onskind te helpen met opvoedondersteuning?”In de decentralisatie van de Jeugdhulp is eigen krachtvan burgers en hun netwerk een belangrijk gegeven.De gemeente ziet heel veel inzet van ouders, familieen soms ook buren. Het is dus niet altijd iets nieuws.Er zal aandacht zijn voor wat u en uw omgeving zelfwilt en kunt oppakken in de zorg voor uw kind.

Page 15: Zorgkrant 1

15

De gemeenten opVoorne zijn volgens deWmoverantwoordelijk voor de opvoedondersteuning,maar hebben de uitvoering uitbesteed aan het Cen-trum voor Jeugd enGezin (CJG), waar iedereenterecht kan. Iedereen heeft zijn eigenmanier vanopvoeden en daar horen allerlei verschillende vra-gen bij. Het CJG kan daarbij helpen. Die hulp gaatverder dan alleen het beantwoorden van vragen;er kunnen ook cursussen worden gevolgd. Er is eengroot aanbod cursussen voor elke leeftijdsgroep.Wie zo’n cursus volgt ontmoet ook andere ouders.Zo kunnen zij van elkaar leren. En natuurlijk vande professionele medewerkers van het CJG.

ConsultatiebureauKinderen worden vanaf hun geboorte tot hun vierdejaar samen met hun ouder(s) of opvoeder(s) uit-genodigd op het consultatiebureau. Een jeugdartsof jeugdverpleegkundige neemt daarbij ruimschootsde tijd om naar de ontwikkeling en gezondheid vaneen kind te kijken. Soms worden er vaccinaties

gegeven, maar ouders kunnen ook allerlei vragenstellen over de opvoeding van hun kind.

GezondheidEen kind wordt bij het consultatiebureau telkensgewogen en gemeten. Na het vierde jaar stopt hetechter niet, want ook daarna zal de gezondheid vankinderen worden gevolgd.Regelmatig komt er een jeugdverpleegkundige naarschool om groepsvoorlichting te geven en individuelegesprekken te houden. Ouders en kinderen kunnendaarbij vragen stellen. Op deze manier wordt degezondheid van kinderen in de gaten gehouden.

MaatschappelijkwerkBij het CJG kunt u ook terecht voor een goed gesprek,advies, begeleiding, bemiddeling of andere hulp omde zaken weer op de rails te krijgen.De mensen van het Maatschappelijk Werk kennen deweg naar de juiste instanties en kunnen u net dat zetjein de rug geven dat u nodig hebt.

Hulp en steunbij het opvoeden

Kinderen, jongeren en gezinnen die nu hulpontvangen, behouden die in 2015. Brielle,Hellevoetsluis enWestvoorne hebben contractengesloten met aanbieders die nu al zorg verlenenaan cliënten uit deze gemeenten. Dat betekent datcliënten in principe bij hun eigen hulpverlenerkunnen blijven als de gemeenten vanaf 1 januari2015 verantwoordelijk worden voor alle hulp, zorgen ondersteuning aan jongeren en hun ouders.

De zwaardere, meer specialistische vormen vanjeugdhulp is gezamenlijk met zestien gemeenten inRijnmond ingekocht. Zo blijft de dure, specialistischezorg beter beschikbaar. Elke gemeente betaalt aanhet begin van een jaar een bedrag aan verwachte zorg-kosten. Mochten er in dat jaar in een gemeente meerkinderen specialistische zorg nodig hebben, dan kanhet toch ingezet worden omdat meer gemeenten geldhebben ingelegd. De zorg aan cliënten staat vooropen pas achteraf verrekenen de gemeenten onderlingde financiën. Op deze manier ontstaat er geen situatiewaarin een cliënt de dupe is van te weinig ingekochtezorg door zijn eigen gemeente.De jeugdhulp wordt dichterbij de mensen georgani-seerd. Ouders en kinderen in Brielle, Hellevoetsluisen Westvoorne worden vanaf januari zoveel mogelijkin hun eigen leefomgeving geholpen.

OvergangsrechtenVoor de huidige cliënten met AWBZ-begeleiding(Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) geldt eenovergangsrecht. Dit houdt in dat ze in het overgangs-jaar 2015 recht houden op ondersteuning op basisvan de CIZ-indicatie. Per 1 januari 2016 vervaltde ClZ-indicatie van rechtswege of eerder, als hetindicatiebesluit een eerdere datum vermeldt.Het streven is dat huidige cliënten bij hun huidigeaanbieder blijven, als deze aanbieders aan het procesdeelnemen. Met de aanbieders worden afspraken ge-maakt over de voorwaarden van de ondersteuning in2015 en het meewerken aan de veranderingen.

Wat als je 18wordt?Wie door het bereiken van de leeftijd van 18 jaar geenjeugdhulp vanuit de Jeugdwet meer kan ontvangenen voor ondersteuning aangewezen is op de Wmo,waarborgt de gemeente de continuïteit van de zorg.In het ondersteuningsplan staat wat er vanuit de Wmonodig is. De jeugdige cliënt hoeft in principe weinig temerken van de overgang van de Jeugdwet naar deWmo (Wet maatschappelijke ondersteuning). Waarmogelijk levert dezelfde aanbieder de ondersteuning.Een risico is het mijden van zorg bij het bereiken vande 18-jarige leeftijd, doordat men vanaf die leeftijdzelf kan bepalen of men hulp wil hebben. Wie geenwerk heeft, blijft bij de gemeente in beeld via departicipatiewet, zodat een koppeling met begeleidingmogelijk blijft als voorwaarde voor een uitkering.Om het mijden van zorg te voorkomen moetende ondersteuning en het plan er op tijd voor zorgendat degenen die dat nodig hebben ook na hun 18everjaardag ondersteuning krijgen en accepteren.

ZorgcontinuïteitJeugdhulp

Page 16: Zorgkrant 1

16

Woont u in één huis met andere volwassenen? Dankunt u de huur en andere kosten delen met de an-dere bewoners. Daarom krijgen mensen van 21jaar of ouder die met andere volwassenen in éénwoning wonen een lagere uitkering. Dat heeft temakenmet de nieuwe kostendelersnorm.

Volwassenen die een woning delen, kunnen familie,vrienden of kennissen zijn. Het maakt niet uit waaromu met deze mensen de woning deelt. Het maakt ookniet uit hoeveel zij verdienen. Het aantal mensen metwie u het huis deelt, is wel belangrijk. Hoe meer per-sonen van 21 jaar of ouder er met u op hetzelfde adreswonen, hoe lager uw uitkering.

Niet iedere volwassene teltmeeSommige volwassenen tellen niet mee voor de kos-tendelersnorm. Dat zijn jongeren tot 21 jaar, kamer-

huurders met een commercieel contract (en die eencommerciële huurprijs betalen), studenten die een op-leiding volgen die recht kan geven op studiefinancie-ring of tegemoetkoming studiekosten, studenten dieeen Beroeps Begeleidende Leerweg volgen (BBL-studenten)

Wanneer verlaagt de gemeenteuwuitkering?Krijgt u nu een bijstandsuitkering en woont u met éénof meer personen in hetzelfde huis? Dan verandert ervoorlopig niets. Vanaf 1 juli 2015 krijgt u pas een la-gere uitkering.

Bent u een alleenstaande of gehuwd en gaat u na1 januari met één of meer personen in hetzelfde huiswonen? Dan krijgt u direct te maken met de kosten-delersnorm.

Lagere uitkering voormensen diemet anderenin éénwoningwonen

De langdurigheidstoeslag verandert per 1 januari2015 in een individuele inkomenstoeslag. Deze re-geling geldt voormensen die langdurig een laag in-komen hebben en niet in staat zijn hun inkomen teverbeteren. Met de verandering wordt dit nu indi-vidueel getoetst.

De individuele inkomenstoeslag lijkt op de langdurig-heidstoeslag. Het is ook een geldbedrag dat de ge-meente u één keer per jaar kan geven als u al langetijd weinig inkomsten hebt. U kunt het geld vrijbesteden. Bijvoorbeeld aan spullen die u met eenminimuminkomen soms moeilijk kunt betalen, zoalseen nieuwe koelkast of televisie.In vergelijking met Hellevoetsluis en Westvoornewordt het in Brielle iets anders geregeld. De individu-ele inkomenstoeslag wordt in Brielle opgenomen inhet persoonlijk minimabudget, dat per 1 januari 2015in een iets andere opzet wordt voortgezet.

VoorwaardenNet als bij de langdurigheidstoeslag gelden enkelevoorwaarden om de toeslag te kunnen krijgen. U bent21 jaar of ouder, maar niet ouder dan de AOW-leef-tijd. Uw inkomen is de afgelopen jaren niet veel hogergeweest dan van het voor u geldende bijstandsbedrag.U heeft niet méér eigen vermogen dan u voor de bij-stand mag hebben. U ontving de laatste twaalf maan-den niet eerder een langdurigheidstoeslag ofindividuele inkomenstoeslag. En u bent niet in staatmet werk een hoger inkomen te krijgen.

BeoordelingBij de individuele inkomenstoeslag moet u, evenalsbij de langdurigheidstoeslag, aan alle voorwaardenvoldoen. Nieuw is dat de gemeente gaat beoordelen ofu echt niet in staat bent om uw inkomenssituatie teverbeteren.U moet aantonen dat u hebt geprobeerd om uw inko-men te verbeteren. U hebt bijvoorbeeld gesolliciteerd,uw vakkennis bijgehouden, uw re-integratietraject ge-volgd of vrijwilligerswerk gedaan. U moet daarvanbewijzen laten zien.

Arbeidsmedisch adviesHebt u een beperking en kunt u hierdoor niet actiefnaar werk zoeken? Dan kan de gemeente voor ueen arbeids-medisch advies vragen. Daarin staat watu wel en niet kunt doen. Als u al een arbeidsmedischadvies van UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemers-verzekeringen) hebt, kunt u dit laten zien. U krijgtpas een individuele inkomenstoeslag als de gemeentevindt dat u aan alle voorwaarden voldoet en u rechthebt op de toeslag.

IndividueleinkomenstoeslagParticipatiewet

Page 17: Zorgkrant 1

17

Met de nieuwe Wmo wordt een nieuwe termingevoerd: maatwerkvoorziening. Dit ter ver-vanging van de compensatieplicht uit de oude wet.Gemeenten hadden de verplichting om mensenmet een beperking of psychische problematiekte compenseren voor de beperkingen die zij onder-vinden bij hun zelfredzaamheid en participatie.

ZelfredzaamenmeedoenOok in de nieuwe wet hebben gemeenten een resultaat-verplichting. Het uitgangspunt is dat zelfredzaamheiden meedoen de verantwoordelijkheid zijn van mensenzelf. Maar gemeenten zijn gehouden om beleid temaken ter ondersteuning van mensen die niet volledigzelf kunnen voorzien in hun zelfredzaamheid en parti-cipatie, of behoefte hebben aan beschermd wonen ofopvang.

PersoonlijkEen maatwerkvoorziening zorgt ervoor dat mensenzichzelf thuis beter kunnen redden. De voorzieningwordt dan ook op de behoefte en de persoonlijkeomstandigheden afgestemd. Het gaat daarbij omdiensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen enandere maatregelen die nodig zijn om zelfstandigte kunnen blijven wonen.Daaronder valt met ingang van 2015 ook dagbeste-ding en individuele begeleiding. Maatwerkvoorzie-ningen kunnen ook helpen bij de participatie, hetkunnen blijven meedoen. Daarnaast worden dezevoorzieningen ingezet bij beschermd wonen en op-vang.

Iedereen krijgt een brief met tekst en uitleg. Nieuwecliënten ontvangen die informatie bij hun aanvraag.

Hoe korter iemand een uitkering heeft, des te groterde kans is om nieuw werk te vinden. Daarom wil deoverheid mensen met een uitkering aansporen snellerwerk te accepteren. De gemeente gaat ook beterkijken naar uw persoonlijke situatie en uw uitkeringdaarop aanpassen.

Ontvangt u op 1 januari 2015 een bijstandsuitkering?Dan krijgt u dus met de nieuwe en strengerebijstandsregels te maken.

ZoekennaarwerkVanaf 1 januari 2015 worden de spelregels rond hetzoeken naar werk duidelijker. Het kan betekenen datu werk moet accepteren waarvoor u drie uur moetreizen. Verder bent u verplicht om uw kans op werk

te vergroten. Bijvoorbeeld door een cursus te volgen.De gemeente kan u ook vragen om activiteiten tedoen die nuttig zijn voor de samenleving.

MeerwijzigingenEr zijn meer wijzigingen. De gemeente gaat preciezerkijken hoe ze u met een uitkering kan ondersteunen.Kunt u woonkosten delen met andere volwassenendie op hetzelfde adres wonen? Dan kan de hoogte vanuw uitkering veranderen. Er komt ook een individueleinkomenstoeslag. Ook de bijzondere bijstand veran-dert. En als u uw verplichtingen niet nakomt, dankrijgt u te maken met strengere maatregelen.

Iedereen krijgt een brief met tekst en uitleg. Nieuwecliënten ontvangen die informatie bij hun aanvraag.

Voor iedereen die kan werken, maar het op dearbeidsmarkt zonder steuntje in de rug niet redt,is er vanaf 1 januari 2015 de Participatiewet.Alle mensenmet een bijstandsuitkering vallenhieronder. Dat geldt ook voormensen die opde wachtlijst staan voor deWelplaat. Een werk-voorziening voormensenmet een geestelijke oflichamelijke beperking. De Participatiewet moetervoor zorgen dat meermensen, met en zonderbeperking, werk vinden bij een gewone werkgever.

De Participatiewet vervangt de Wet werk en bijstand(WWB), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw, DeWelplaat) en een groot deel van de Wajong. De ge-meenten op Voorne voeren de Participatiewet uit, zor-gen voor begeleiding naar werk en zorgen voor eenuitkering als dat nodig is.

Extra banenWerkgevers en de overheid zorgen de komende jarenvoor 125.000 extra banen. Deze banen zijn bedoeldvoor mensen met weinig kans op werk. Bijvoorbeeldmensen met een handicap en mensen die op de wacht-lijst voor de sociale werkplaats staan. Als dat nodig iskan de gemeente een werkgever ondersteunen metloonkostensubsidie, begeleiding en aanpassing van dewerkplek. En wie werkt, krijgt salaris en ontvangt nietlanger een uitkering.

Nieuwe instroom jonggehandicaptenIedereen die (op termijn) wel kan werken, maar daar-voor ondersteuning nodig heeft, komt onder de Parti-cipatiewet te vallen. Alleen jonggehandicapten dieduurzaam geen arbeidsvermogen hebben, kunnenvanaf 1 januari 2015 nog een beroep doen op de Wa-jong en blijven onder UWV vallen. Wie geen aan-spraak kan doen op die oude rechten kan bij degemeente wel aankloppen voor begeleiding naar werken waar nodig, inkomensondersteuning.

VoorWsw’ers verandert er nietsVoor mensen die nu bij een sociaal werkbedrijf wer-ken en een vast arbeidscontract hebben vanuit deWsw, verandert er niets. Zij houden hun baan en hunsalaris. De Wet Sociale Werkvoorziening zoals het nubestaat wordt afgebouwd. Na 1 januari 2015 wordener geen nieuwe mensen meer aangenomen.

BeschutwerkDe Participatiewet is er ook voor mensen met eengrote arbeidsbeperking. Zij kunnen soms niet aan deslag bij een gewone werkgever. De gemeente heeft deopdracht voor deze mensen werkzaamheden of eenandere passende oplossing te regelen. Bijvoorbeeldwerk in een beschermde omgeving. Dit laatste heet‘beschut werk’. Alle gemeenten samen krijgen geldvoor 30.000 beschutte plekken.

Nieuwebijstandsregels

Participatiewetbiedtbeterekansenopwerk

Voorziening opmaat

Page 18: Zorgkrant 1

18

Omde zorg betaalbaar te houden, vraagt degemeente een eigen bijdrage voor de zogenaamdemaatwerkvoorzieningen waar iemand in het kadervan deWmo aanspraak op kanmaken. Dat wasoverigens al sinds 2007 met de invoering van deWmo het geval. De hoogte van de eigen bijdrage isafhankelijk van uw inkomen en de kosten van deondersteuning die u ontvangt. Via het CentraalAdministratieKantoor (www.hetcak.nl) kunt ueen inschatting maken van de hoogte van uw eigenbijdrage.

Er zijn goede redenen om een eigen bijdrage tevragen. Het vergroot namelijk het kostenbewustzijnvan mensen en geeft ze meer financiële verantwoor-delijkheid. Daarnaast kan een eigen bijdrage devraag remmen doordat mensen zelf een voorzieningaanschaffen in plaats van die bij de gemeente aante vragen. Ze kiezen voor een goedkopere oplossingof zien er zelfs van af.De gemeenten op Voorne doen wat wettelijk mogelijkis en vragen voor alle maatwerkvoorzieningen eeneigen bijdrage. Minima met een inkomen tot bij-standsniveau hoeven geen eigen bijdrage te betalen.

OvergangsregelingVoor de nieuwe cliënten die van de AWBZ naar degemeente komen, geldt een overgangsperiode van eenjaar. Deze regeling geldt ook voor Pgb-houders (per-soonsgeboden budget). Dit betekent dat een jaar langhet recht op de gevraagde en verkregen vorm blijft be-staan en de hoogte van de eigen bijdrage in 2015 nietverandert.

VervallenWTCG-kortingTot en met 2014 is het mogelijk dat u vanuit deWTCG (Tegemoetkoming chronisch zieken en ge-handicapten) een korting van 33% op de eigen bij-drage ontvangt. Het Rijk heeft besloten deze regelingte laten vervallen, waardoor uw eigen bijdrage in2015 hoger kan uitvallen.

Degemeentevraagt eeneigenbijdrage

Met ingang van 1 januari 2015 verandert er nogalwat. Om de overgang niet al te groot te laten zijn,zorgen de gemeenten opVoorne voor overgangsre-gelingen.

De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)wordt vervangen door nieuwe regelingen. Die sluitenbeter aan bij de huidige zorgbehoeften van mensen.Lichtere vormen van zorg en ondersteuning uit deAWBZ gaan dan over naar de Wet maatschappelijkeondersteuning (Wmo) en de Zorgverzekeringswet.Bijvoorbeeld begeleiding, dagbesteding en verzorgingen verpleging thuis. De overgangsregeling is er voorde mensen die al AWBZ-zorg ontvangen.

OvergangsrechtWmo2015Het kan zijn dat een AWBZ-indicatie in 2015 door-loopt. Is dit bij u het geval, dan houdt u tot uiterlijk 31december 2015 het recht op de zorg uit die indicatie.Op 1 januari 2016 vervallen echter alle indicaties. Deindicaties voor beschermd wonen zijn daarvan uitge-zonderd. Daarvoor geldt een overgangstermijn vantenminste vijf jaar.De overgangsregeling geeft gemeenten de tijd zorg-vuldig te kijken welke ondersteuning nodig is na af-loop van de huidige indicatie. Tot die tijd zijn iemandsrechten beschermd door de overgangsregeling.

OvergangsregelingZorgverzekeringswetDe huidige AWBZ verdwijnt en komt voor een deel tevallen onder de Zorgverzekeringswet. Andere AWBZ-indicaties (die geen betrekking hebben op de Wmo)en die in 2015 doorlopen gaan per 1 januari over naarde Zorgverzekeringswet. De betrokken zorgverzeke-raar zorgt er dan voor dat de AWBZ-indicatie directverandert in recht op wijkverpleging.Sommige mensen met een AWBZ-indicatie kunnenovergaan naar de Wet langdudige zorg. Die hebbenuiteraard ook recht op de overgangsregeling.

Als u door ziekte, beperking of ouderdom hulpnodig heeft, kunt u in aanmerking komen voor eenpersoonsgebonden budget (pgb). Ook als u hulpbij het huishouden nodig heeft, kunt u aanspraakmaken op een pgb. Met dit budget kunt u zelfhulp inkopen, bij wie u wilt. U kunt dus zelf eenzorgverlener uitkiezen. De Sociale Verzekeringsbank(SVB) beheert vanaf 1 januari 2015 uw pgb.Het budget staat dan op hun rekening, maar u houdtde regie. Trekkingsrecht, heet dit. Een pgb is mogelijkvoor diensten en voorzieningen.Diensten:• huishoudelijke hulp• individuele begeleiding• arbeidsmatige dagbesteding• kortdurend verblijfVoorzieningen:• een scootmobiel• woningaanpassingen

TrekkingsrechtVanaf 1 januari 2015 wordt het pgb voor dienstendoor de gemeente niet meer rechtstreeks op uw reke-ning overgemaakt. In plaats daarvan wordt uw pgbbetaald aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB).Via een urenbriefje of een factuur laat u aan het SVBweten welke uren uw hulpverlener heeft gewerkt.Het SVB betaalt dan namens u uw hulpverlener.Dit heet ‘trekkingsrecht’.

Een pgb voor voorzieningen wordt in 2015 nogwel rechtstreeks door de gemeente aan u uitbetaald.U moet met uw hulpverlener(s) een door het SVBgoedgekeurde zorgovereenkomst afsluiten. HetSVB kan u hierbij helpen (kijk op www.svb.nl).U betaalt nog een eigen bijdrage over het pgb.De SVB betaalt uw pgb bruto uit. Dat betekent dat uweigen bijdrage hier nog niet vanaf is getrokken.U krijgt via het CAK een aparte beschikking overde eigen bijdrage die u moet betalen over het pgb.

Algemene info

Overgangsregeling

pgbpersoonsgebondenbudget

Page 19: Zorgkrant 1

19

Centrumvoor Jeugd enGezin(CJG) BrielleHet CJG is er voor iedereen die vragen heeft overgezondheid, opgroeien en opvoeden.Vanaf de kinderwens tot het moment waarop een kindvolwassen is, is het Centrum voor Jeugd en Gezin ervoor u en uw kind. Hiervoor hoeft u niet naar allerleiorganisaties te bellen, het CJG kan u helpen en zo nietdan hebben zij de contacten die dat wel kunnen.CJG BrielleGooteplein 5B3232 DA Brielle0181 - 326539

Openingstijden CJGBrielleHet CJG is van maandag tot en met vrijdag geopendvan 9.00 uur tot 17.00 uur. Wilt u er zeker van zijn datu iemand kunt spreken, maak dan een afspraak ofloop binnen tijdens het inloopspreekuur van de jeugd-gezondheidszorg, dan is er altijd een verpleegkundigebeschikbaar voor u. Het inloopspreekuur is elkemaandag van 11.00 tot 12.00 uur.

Informatie overwerk en inkomenDe dienstverlening aan inwoners van de gemeenteBrielle, in het kader van Werk en Inkomen, wordtuitgevoerd door de gemeente Spijkenisse (vanaf1 januari 2015 Nissewaard), afdeling Werk en Inko-men. Voor algemene informatie en digitale dienst-verlening over Werk en Inkomen kunt u terecht bijhet loket Brielle op de website van de gemeenteSpijkenisse/Nissewaard.

Op het Plein Werk & Inkomen kunt u terecht voortoeleiding naar werk, intakegesprekken, tijdelijkeuitkeringen, of toeleiding naar taalonderwijs.Ook is er een eigen trainingscentrum. Klantenkunnen een budgettraining, een sollicitatietraining,of een workshop houding en gedrag of persoonlijkeverzorging volgen. Ondernemers kunnen het PleinWerk & Inkomen gebruiken om workshops overeen bepaalde bedrijfstak te geven. Verder is het PleinWerk & Inkomen heel geschikt voor speedmeetsen introductiebijeenkomsten met werkgevers.

Het bezoekadres van het Plein Werk & Inkomenbevindt zich aan de Uitstraat 8-18 in Spijkenisse(3201 EN Spijkenisse). Telefoon 0181 - 140181.

Spreek hier de gemeentenaam Spijkenisse (vanaf1 januari 2015 “Nissewaard”) in.De openingstijden van Plein Werk & Inkomen zijn:maandag t/m donderdag van 8.30 uur tot 16.00 uur enop vrijdag van 8.30 uur tot 12.00 uur.

Budgetadvies&dienstverleningbij schuldenHeeft u hulp nodig om uit te komen met uw inkomenof om schulden op te lossen? Aarzel dan niet om con-tact op te nemen het Meldpunt Budgetadvies Schuld-bemiddeling in het stadskantoor van de gemeenteBrielle om een afspraak te maken.Telefonisch spreekuur:Telefoon 0181 - 47 13 27Wanneer:• dinsdag van 09.30 tot 10.30 uur• woensdag van 09.30 tot 10.30 uur• donderdag van 09.30 tot 10.30 uur

Bereikbaarheid buiten spreekuur:Algemeen: [email protected] acute crisissituatie: telefoon 0181 - 47 11 11(stadskantoor Brielle).

Meerweten?Kijk eens op...www.brielle.nl/zorgfacebook: gemeentebrielletwitter: @gemeentebriellewww.cjgbrielle.nlwww.hoeverandertmijnzorg.nlwww.dezorgverandertmee.nl

Door het Rijk worden twee inkomensonder-steunende regelingen afgeschaft. Dit zijn deCompensatie Eigen Risico (CER) en deWet tegemoetkoming chronisch zieken engehandicapten (Wtcg). Gemeenten hebben eengedeelte van het geld dat uitgegeven werd doorhet Rijk aan deze regelingen gekregen.Met dit geld willen de gemeenten Brielle,Hellevoetsluis enWestvoorne inwoners die hogezorgkosten hebben financieel ondersteunen.

De gemeenten op Voorne hebben gekozen om ditte doen in de vorm van het aanbieden van eenaanvullende collectieve ziektekostenverzekeringaan haar inwoners. Deze aanvullende ziektekosten-verzekering heeft een ruime dekking voor kosten dieinwoners moeten maken die zorg en ondersteuningontvangen.

De gemeenten zullen een deel van de premie vandeze zorgverzekering betalen. Zo kunnen inwonersdie ervoor in aanmerking komen goedkoop een uit-gebreide zorgverzekering krijgen die meer vergoedtdan een basisverzekering. Omdat de gemeente eendeel van de premie betaalt, hebben inwoners minderkosten aan de premie voor deze uitgebreide zorg-verzekering en krijgen ze een breed aanvullendpakket. De bijdrage in de premie is afhankelijkvan de gezinssituatie en in welke gemeente iemandwoonachtig is.De drie gemeenten op Voorne hebben voor de collec-tieve aanvullende verzekeringen andere toelatings-eisen en keuzemogelijkheden. De bijdrage doorde gemeente varieert van € 20 tot € 30 per maand.Op deze manier kunnen inwoners besparen op dekosten voor een aanvullende verzekering en hebbenze toch een goede aanvullende verzekering die kostenvan zorg en ondersteuning dekt.

U kunt bij uw eigen gemeente nagaan of u aande toelatingseisen voldoet voor de Collectieve aan-vullende verzekering. Bel daarvoor met:

Brielle:Het Wmo-loket via telefoonnummer 0181-471111

Hellevoetsluis:Het WIZ-loket via telefoonnummer 14 0181

Westvoorne:Het Wmo-loket via telefoonnummer 14 0181

Collectieveaanvullendeziektekosten-verzekeringVoornsegemeenten

Contactmet gemeenteBrielleWmo-loketHeeft u vragen over zorg of ondersteuning?U kunt hiervoor elke werkdag van 8.00 uurtot 12.30 uur en op woensdagmiddag ookvan 13.30 uur tot 16.00 uur terecht bij hetWmo-loket in het Stadskantoor van Brielle:Slagveld 36tel. 0181 - 471111email: [email protected]

Page 20: Zorgkrant 1

20

Hulp in en omhet huisHeeft u moeite om zelf te koken, te douchen, het huisschoon te houden of op pad te gaan? Bent u mantel-zorger en kunt u wel wat hulp gebruiken?Bespreek de dingen die u lastig vindt met mensen inuw omgeving, zoals familieleden, vrienden of buren.Ook de huisarts biedt graag een luisterend oor en kanu verder helpen als u met vragen zit.Helpt dit niet voldoende, dan kunt u contact opnemenmet de gemeente via telefoonnummer 14 0181.

Hulp bij opvoeden enopgroeienIedereen heeft wel eens vragen over het opvoeden vanzijn kind. Dat hoort erbij, opvoeden gaat nu eenmaalniet vanzelf. Loopt u ergens tegenaan of heeft u hulpof advies nodig? Informatie en ondersteuning zijnnooit ver weg.

Vaak zult u vragen kunnen bespreken met uw familie-leden of vrienden. Misschien hebben zij tips op basisvan hun eigen ervaringen. Ouders van kinderen tot 4jaar kunnen advies vragen bij het consultatiebureau.Als uw kind al naar school gaat, dan is daar vaak ie-mand met wie u kunt praten over uw kind.

Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) is er vooralle ouders, opvoeders, kinderen, jongeren en profes-sionals in Hellevoetsluis die vragen hebben over op-groeien en opvoeden. Of het nu gaat om eeneenvoudige of ingewikkelde vraag, CJG-medewer-kers helpen u graag op weg. Zij doen dat door goed teluisteren naar uw vraag en samen met u te bedenkenhoe u het beste geholpen bent.

Veranderingen in de zorgOp 1 januari 2015 gaan de nieuwe zorgwetten in enkrijgt de gemeente meer taken op het gebied van zorg,welzijn en werk. Deze datum komt snel dichterbij.Wij maken ons momenteel dan ook op voor delaatste stappen in de voorbereiding. De gemeenteWestvoorne voert de nieuwe zorgtaken straks samenuit met Hellevoetsluis en (op onderdelen) ook metBrielle. Overigens verandert er voor veel mensenvolgend jaar nog niets, 2015 is een overgangsjaar.Als uw zorgindicatie afloopt, wordt er contact met uopgenomen om te kijken of uw huidige begeleidingnog het beste aansluit bij uw behoefte.

Anderewerkwijze bij nieuweWmoaanvragen vanaf 1 januari 2015Eigen kracht van inwoner is essentieelInwoners die, om welke reden dan ook, moeitehebben met zelfstandig wonen, het voeren van hethuishouden of ‘meedoen’ in de samenleving, kunneneen beroep doen op de Wet maatschappelijke onder-steuning (Wmo). Zij kunnen hiervoor terecht bij het

Het CJG is bereikbaar via telefoonnummer 010-2010110 of www.cjghellevoetsluis.nl.

Hulp bij het vinden vanwerkAls u al een tijdje uit de running bent of een beper-king heeft, kan het moeilijk zijn om nieuw werk tevinden. Deze tips kunnen u misschien helpen.

Laat mensen in uw omgeving weten dat u op zoekbent naar werk. Veel mensen vinden een baan viahun eigen netwerk. Natuurlijk kunt u ook vacatureszoeken bij uitzendbureaus of op www.werk.nl.Er zijn verschillende manieren om (extra) werk-ervaring op te doen. Zo kan vrijwilligerswerk eenmooie aanvulling zijn op uw cv én u kunt er nieuwemensen ontmoeten, die misschien ook een betaaldebaan voor u weten.

Ubent van hartewelkom!Voor al uw vragen op het gebied van zorg, welzijnen jeugdhulp kunt u contact opnemen met de ge-meente via telefoonnummer 14 0181. Het klant-contactcentrum van het gemeentehuis(Oostzanddijk 26) is van maandag t/m vrijdag ge-opend van 08.00 – 17.00 uur. De balie van de af-deling Werk, Inkomen en Zorg (Oostzanddijk 28)is op werkdagen open van 08.30 tot 16.30 uur.WIZ werkt met een telefonisch spreekuur opwerkdagen van 09.00 – 11.00 uur.Neem uw zorgpapieren mee als u een bezoekbrengt aan het gemeentehuis, dan kunnen we usneller helpen.De medewerkers van het KCC en de WIZ baliehelpen u graag!

Meerweten?Kijk eens op...www.hellevoetsluis.nl/zorgwww.cjghellevoetsluis.nl(voor informatie over opgroeien en opvoeden)www.hoeverandertmijnzorg.nl(voor iedereen die (langdurige) zorg krijgt )www.dezorgverandertmee.nl

Hellevoetsluis

Westvoorne

Op de website van het Centrum voor Vrijwilligers-werk Hellevoetsluis vindt u meer informatie,www.centrumvrijwilligerswerk.nl/hellevoetsluis

Als u geen WW-uitkering heeft of onvoldoendeander inkomen, komt u mogelijk in aanmerkingvoor een bijstandsuitkering (per 1 januari 2015Participatiewet). U kunt zich melden op www.werk.nlof via telefoonnummer 14 0181. Als u een beroepdoet op deze uitkering wordt van u verwacht dat uer alles aan doet om te gaan werken.

Wmo-loket van de gemeente. De gemeenteHellevoetsluis voert de Wmo uit voor Westvoorne.In de gemeente Westvoorne is wel een Wmo-loketaanwezig waar inwoners van deze gemeente terechtkunnen voor informatie en advies over de Wmo.

Meerweten?Wilt u meer weten over de veranderingen in de zorg?Kijk dan op de onderstaande websiteswww.hoeverandertmijnzorg.nl(informatie voor cliënten)www.dezorgverandertmee.nl(voor algemene informatie)www.westvoorne.nl/zorgwww.cjgwestvoorne.nl(voor informatie over opgroeien en opvoeden)

Of bel met het landelijk informatiepunt: 0800-0126of met de gemeente via telefoonnummer 14 0181.

Heeft u vragen?Het Wmo-loket in het gemeentehuis vanWestvoorne is geopend van maandag tot en metvrijdag van 08.30 tot 12.00 uur en op woensdag-middag/avond van 13.30 tot en met 18.30 uur. Naeen telefonische afspraak kunt u tussen 08.00 en17.00 uur bij het Wmo-loket terecht. Het Wmo-loket is te bereiken via telefoonnummer 14 0181.De openingstijden van het SZ/participatie-loketzijn van maandag tot en met vrijdag van 8.30tot 12.00 uur en woensdagmiddag van 13.30 tot17.00 uur. Telefoonnummer: 14 0181.