Zangdienst: Door zijn geloof

112
Welkom! Welkom! Zangdienst met als thema: Zangdienst met als thema: Door zijn geloof…. Door zijn geloof….

Transcript of Zangdienst: Door zijn geloof

Welkom!Welkom!Zangdienst met als thema:Zangdienst met als thema:

Door zijn geloof….Door zijn geloof….

Lied vdd Ps. 84: 1 en 2Lied vdd Ps. 84: 1 en 2

Psalm 84 (LvdK) t. J. Wit; m. Genève 1562

Psalm 84 (LvdK) t. J. Wit; m. Genève 1562

Psalm 84 (LvdK) t. J. Wit; m. Genève 1562

Psalm 84 (LvdK) t. J. Wit; m. Genève 1562

Psalm 84 (LvdK) t. J. Wit; m. Genève 1562

Psalm 84 (LvdK) t. J. Wit; m. Genève 1562

WelkomWelkom

GebedGebed

Zingen: Zingen: Opw. 311’k Heb geloofd en daarom Opw. 311’k Heb geloofd en daarom

zing ikzing ikOpw. 449 Ik ben zo blij Opw. 449 Ik ben zo blij

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

‘k Heb geloofd en daarom zing ik (EL 275) t. J. Mathijsen; m. J. Zundel

Bijbellezing: Gen. 22: 1-19Bijbellezing: Gen. 22: 1-19

Abrahams geloof op de proef gesteld

1 Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij

zeide tot hem: Abraham, en deze zeide: Hier ben ik. 

2 En Hij zeide: Neem toch uw zoon, uw enige, die gij

liefhebt, Isaak, en ga naar het land Moria, en offer hem daar tot een brandoffer op een der bergen, die Ik u noemen zal. 

3 Toen stond Abraham des morgens vroeg op, zadelde zijn

ezel, en nam twee van zijn knechten met zich, benevens

zijn zoon Isaak; hij kloofde hout voor het brandoffer, begaf zich op weg en ging naar de plaats, die God hem genoemd had. 

 Toen Abraham op de derde dag zijn ogen opsloeg, zag hij die plaats

in de verte. 

5 En Abraham zeide tot zijn knechten: Blijft gij hier met de ezel,

terwijl ik en de jongen daarginds heengaan; wanneer we hebben

aangebeden, zullen wij tot u terugkeren. 

6 Toen nam Abraham het hout voor het brandoffer, legde het

op zijn zoon Isaak, en nam vuur en een mes met zich mede. Zo gingen die beiden tezamen. 

7 Toen sprak Isaak tot zijn vader Abraham en zeide: Mijn vader, en deze zeide: Hier ben ik, mijn zoon. En hij zeide: Hier is het vuur en het hout, maar

waar is het lam ten brandoffer?

8 En Abraham zeide: God zal Zichzelf voorzien van een lam ten brandoffer, mijn zoon. Zo gingen die beiden tezamen.

9 Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn

zoonIsaak en legde hem op het altaar boven op het hout. 

 Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om

zijn zoon te slachten. 11 Maar de Engel des Heren riep tot hem van de hemel en zeide: Abraham, Abraham! En hij

zeide: Hier ben ik. 

 En Hij zeide: Strek uw hand niet uit naar de jongen en doe

hem niets, want nu weet Ik, dat gij godvrezend zijt, en uw zoon,

uw enige, Mij niet hebt onthouden. 

 13 Toen sloeg Abraham zijn ogen op en daar zag hij een

ram achter zich, met zijn horens verward in het struikgewas. En Abraham ging en nam de ram

en offerde hem ten brandoffer in plaats van zijn zoon. 

14 En Abraham noemde die plaats: De Here zal erin

voorzien; waarom nog heden gezegd wordt: Op de berg

des Heren zal erin voorzien worden. 

15 Toen riep de Engel des Heren ten

tweeden male van de hemel tot Abraham en zeide: 

16 Ik zweer bij Mijzelf, luidt het woord des Heren: omdat gij dit gedaan hebt, en uw zoon, uw

enige, Mij niet onthouden hebt, 

17 zal Ik u rijkelijk zegenen, en uw nageslacht zeer talrijk maken, als de sterren des

hemels en als het zand aan de oever der zee, en uw

nageslacht zal de poort zijner vijanden in bezit nemen. 

18 En met uw nageslacht zullen alle volken der aarde gezegend

worden, omdat gij naar mijn stem gehoord hebt. 

19 Toen keerde Abraham terug tot zijn knechten, en zij gingen tezamen op weg naar Berseba,

en Abraham woonde te Berseba.

Zingen Opw. 44Zingen Opw. 44Geprezen zij de Heer die eeuwig Geprezen zij de Heer die eeuwig

leeftleeft

Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (OT 91)(Opw 44)

t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (OT 91)(Opw 44)

t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

refrein:

Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (OT 91)(Opw 44)

t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

refrein:

Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (OT 91)(Opw 44)

t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (OT 91)(Opw 44)

t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

refrein:

Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (OT 91)(Opw 44)

t. J. van Ingen Schenau; m. T. Ame

OverdenkingOverdenking

Zingen:Zingen: Opw. 216 Opw. 216Opw. 27Opw. 27Opw. 7Opw. 7

Opw. 216Opw. 216Staand op de beloften van Staand op de beloften van

mijn Godmijn God

Staand' op de beloften van Staand' op de beloften van mijn Heer en God, ga ik mijn Heer en God, ga ik

moedig voorwaarts onder moedig voorwaarts onder hoon en spot. Bergen zullen hoon en spot. Bergen zullen wank'len, maar Gods woord wank'len, maar Gods woord

houdt stand, veil'ge gids naar houdt stand, veil'ge gids naar 't hemels vaderland!'t hemels vaderland!

Refrein: Refrein: Glorie, glorie! Nimmer kan het Glorie, glorie! Nimmer kan het

eeuwig woord des Heren eeuwig woord des Heren falen! Glorie, glorie! 'k Sta falen! Glorie, glorie! 'k Sta

vast op de beloften van mijn vast op de beloften van mijn God!God!

Staand' op de beloften van Staand' op de beloften van mijn Heer en God, weet ik in mijn Heer en God, weet ik in

zijn hand geborgen gans mijn zijn hand geborgen gans mijn lot. Glorie en aanbidding zij lot. Glorie en aanbidding zij

mijn dierb're Heer, zijn mijn dierb're Heer, zijn beloften falen nimmermeer.beloften falen nimmermeer.

Refrein: Refrein: Glorie, glorie! Nimmer kan het Glorie, glorie! Nimmer kan het

eeuwig woord des Heren eeuwig woord des Heren falen! Glorie, glorie! 'k Sta falen! Glorie, glorie! 'k Sta

vast op de beloften van mijn vast op de beloften van mijn God!God!

Staand' op de beloften van Staand' op de beloften van mijn Heer en God, vind ik in mijn Heer en God, vind ik in

zijn Woord mijn hoogste zijn Woord mijn hoogste zielsgenot. Zijn beloften zijn, zielsgenot. Zijn beloften zijn,

o welk een zaligheid, ja en o welk een zaligheid, ja en amen, tot in eeuwigheid! amen, tot in eeuwigheid!

Refrein: Refrein: Glorie, glorie! Nimmer kan het Glorie, glorie! Nimmer kan het

eeuwig woord des Heren eeuwig woord des Heren falen! Glorie, glorie! 'k Sta falen! Glorie, glorie! 'k Sta

vast op de beloften van mijn vast op de beloften van mijn God!God!

Staand' op de beloften van Staand' op de beloften van mijn Heer en God, onderhoud mijn Heer en God, onderhoud ik vast en moedig zijn gebod. ik vast en moedig zijn gebod.

Rustend in mijn Jezus als Rustend in mijn Jezus als mijn al in al, vrees ik voor mijn al in al, vrees ik voor geen tegenspoed of val.geen tegenspoed of val.

Refrein: Refrein: Glorie, glorie! Nimmer kan het Glorie, glorie! Nimmer kan het

eeuwig woord des Heren eeuwig woord des Heren falen! Glorie, glorie! 'k Sta falen! Glorie, glorie! 'k Sta

vast op de beloften van mijn vast op de beloften van mijn God!God!

Opw. 27Opw. 27Leid mij HeerLeid mij Heer

Leid mij Heer (EL 186a)

v. T.M. Everaerts; m. J. Hughes

Leid mij Heer (EL 186a)

v. T.M. Everaerts; m. J. Hughes

Leid mij Heer (EL 186a)

v. T.M. Everaerts; m. J. Hughes

Leid mij Heer (EL 186a)

v. T.M. Everaerts; m. J. Hughes

Leid mij Heer (EL 186a)

v. T.M. Everaerts; m. J. Hughes

Leid mij Heer (EL 186a)

v. T.M. Everaerts; m. J. Hughes

Opw. 7Opw. 7Heer God U loven wijHeer God U loven wij

Heer, God, U loven wij (EL 341)

t. & m. E. Gebhardt

Heer, God, U loven wij (EL 341)

t. & m. E. Gebhardt

Heer, God, U loven wij (EL 341)

t. & m. E. Gebhardt

Heer, God, U loven wij (EL 341)

t. & m. E. Gebhardt

Heer, God, U loven wij (EL 341)

t. & m. E. Gebhardt

Bijbel lezing: Hebr. 11:17-19Bijbel lezing: Hebr. 11:17-19

17 Door het geloof heeft Abraham, toen hij verzocht

werd, Isaak ten offer gebracht, en hij, die de beloften aanvaard

had, wilde zijn enige zoon offeren, 

18 hij, tot wie gezegd was: Door Isaak zal men van

nageslacht van u spreken. Hij heeft overwogen, dat God bij machte was hem zelfs uit de

doden op te wekken

19 en daaruit heeft hij hem ook bij wijze van spreken

teruggekregen.

OverdenkingOverdenking

Zingen:Zingen:Opw. 123Opw. 123Opw. 124Opw. 124Opw. 407Opw. 407

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)

t. T.O. Chisholm; m. W.R. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)

t. T.O. Chisholm; m. W.R. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)

t. T.O. Chisholm; m. W.R. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)

t. T.O. Chisholm; m. W.R. Runyan

Opw. 124Opw. 124Ik bouw op UIk bouw op U

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Opw. 407Opw. 407O Heer mijn GodO Heer mijn God

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374) t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

GedichtGedicht

Collecte:Collecte:1. Jongeren1. Jongeren

2. Kerk2. Kerk

Opw.214Opw.214Ik wandel in het licht met JezusIk wandel in het licht met Jezus

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Ik wandel in het licht met Jezus (EL 184) t. M.A. Alt

Gebed om zegenGebed om zegen