Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen...

123
Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

Transcript of Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen...

Page 1: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

Wijzigingsvoorstel op

Aquo-Lex

Begrippen uit diverse bronnen

Indiener IDsW

Datum 17-04-2007

Versie 1.0 Definitief

Page 2: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 2 van 123

Documentbeheer

Wijzigingshistorie

Datum Auteur Versie Wijziging 17-04-2007 H-J. Lekkerkerk 0.1c

Reviewers

Naam Functie

Distributie

Exemplaar Naam Locatie 1

2

3

Documenten / Bronnen

Bronnen:

1. Richtlijn voor het opstellen van een wijzigingsvoorstel op AquoLex, IDsW, maart 2006

2. Website www.waterbodem.nl

3. Website www.scheldenet.be / www.scheldenet.nl

4. Website www.proses2010.nl

5. Website www.schielandendekrimpenerwaard.nl

6. Website www.joebattsarm.com

7. Website www.lenntech.nl

8. Website www.bodemdata.nl

9. Website www.delta-wateren.nl

10. Ooibos – wilgen en populieren langs rivieren, RIZA rapport 97.029, RIZA, 1997

11. Oeverplanten – over eigenschappen en toepassingen in het waterbeheer, RIZA rapport 96.001, RIZA, 1996

12. Morfologie Natuurlijk, RIZA, 1999

13. AquoLex versie 3, IDsW, december 2006

Page 3: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 3 van 123

Inhoudsopgave

DOCUMENTBEHEER 2

HANDLEIDING BIJ HET LEZEN VAN DIT RFC 4

MOTIVATIE 5

AANLEIDING 5 BUSINESS CASE 5

WIJZIGINGSVOORSTEL 6

NIEUWE BEGRIPPEN 6 GEWIJZIGDE BEGRIPPEN 6 VERVALLEN BEGRIPPEN 123

Page 4: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 4 van 123

Handleiding bij het lezen van dit RfC

“Dit document is opgebouwd volgens de IDsW richtlijn: ‘Richtlijn voor het opstellen van een wijzigingsvoorstel op het Logisch Model Aquo’”.

Page 5: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 5 van 123

Motivatie

Aanleiding

Achtergrond

IDsW wil met Aquo-lex een zo compleet mogelijk woordenboek beschikbaar stellen voor haar gebruikers. Vanuit die optiek is IDsW constant op zoek naar aanvullingen op de bestaande woordenlijsten. De laatste tijd ontving IDsW een aantal tips van gebruikers omtrent op het internet gepubliceerde woordenlijsten waarin zich voor het waterbeheer relevante begrippen bevonden.

Op basis van deze ‘tips’ heeft IDsW een wat grondiger zoekactie uitgevoerd waarbij een aantal aanvullende begrippenlijsten zijn tegengekomen die eveneens relevante begrippen bevatten.

Business Case

Voordelen nieuwe definities

Door deze uitbreiding wordt de dekking van Aquo-lex beter over meerdere beleidsterreinen. Nieuwe beleidsterreinen als gevolg van dit wijzigingsvoorstel zijn scheepvaart en visserij en in mindere mate ecologie en water(proces) techniek.

Afbakening

Bij de zoekactie is de afbakening bepaald door de werkprocessen van de IDsW partners. Zodoende zijn er bijvoorbeeld wel scheepvaart gerelateerde begrippen opgenomen maar weinig scheepsbouw gerelateerde begrippen. Het is bijvoorbeeld voor het waterbeheer minder relevant dat er vijf typen scheepsroeren bestaan. Het is echter wel relevant dat er meerdere scheepstypen voorkomen.

Impact

Het gaat hier om de opname van nieuwe begrippen; er worden geen begrippen gewijzigd of verwijderd. Als gevolg daarvan gaat het hier om een wijzigingsvoorstel met een kleine impact.

Page 6: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 6 van 123

Wijzigingsvoorstel

Gewijzigde begrippen

Er worden geen bestaande begrippen gewijzigd als gevolg van dit wijzigingsvoorstel.

Nieuwe begrippen

www.lenntech.nl

De navolgende begrippen zijn toegevoegd vanuit de website www.lenntech.nl

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Abrasie Het tegen elkaar aanwrijven van het ene deeltje tegen het andere in een filtermedium of een ionenuitwisslingsbed.

Uiteindelijk kunnen de deeltjes hierdoor afgebroeken worden.

attrition

Absoluutheid De microgrootte van een filter Het duidt erop dat elk deeltje dat groter is dan een bepaalde grootte, op het filter achterblijft.

Absolute

Actief kool Dit is het meest gebruikte adsorptiemedium, dat geproduceerd wordt door koolstofbevattende stoffen of celluloselagen zonder lucht te verhitten.

Het heeft een heel erg poreuze structuur en wordt vaak gebruikt om organische materie en opgeloste gassen uit het water te verwijderen. Het ziet er hetzelfde uit als kool of turf. Het is beschikbaar in de vorm van korrels, poeder of blokken. In poedervorm heeft het de grootste adsorptiecapaciteit.

Activated coal

Actieve groepen Ionen die stevig vastgemaakt zijn op de matrijs van een ionenuitwisselaar.

Iedere actieve groep moet altijd een ion met een tegengestelde lading naast zich hebben.

Active groups

Adenovirussen Virussen met een dubbele DNAstreng Ze infecteren in de eerste plaats kinderen en veroorzaken luchtweginfecties als kroep en bronchitis, longontsteking, ooginfecties en gastroenteritis. Mensen met een slechtwerkend immuunsysteem krijgen vaak last van de ernstiger symptomen van deze infectie. Er zijn 49 virussen bekend. De virussen worden allen overgedragen door middel van direct contact, en uitgescheiden via de ontlasting. Een aantal wordt via het water overgedragen. Niet alle besmette personen vertonen symptomen en het kan jaren duren voordat het virus actief wordt. Adenovirussen zijn minder gevoelig voor behandeling met chemische of fysische desinfectiemiddelen of een verandering van pH. Hierdoor kunnen ze gedurende langere tijd overleven buiten het lichaam van een gastheer.

Affiniteit De scherpte waarmee een ionenuitwisselaar een contra-ion oppakt en vasthoudt.

De affiniteit wordt sterk beïnvloed door de concentratie elektrolyt dat om de ionenuitwisselaar heen zit.

Affinity

Agglomeratie Een proces waarbij kleinere deeltjes samen worden gevoegd om een grotere massa te

Agglomeration

Page 7: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 7 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

vormen. Aliquot Een gemeten deel van monster dat gebruikt

wordt voor een analyse. Een of meer aliquots vormen een monster. Aliquot

Amebiase amoebe dysenterie Ziekte veroorzaakt door Entamoeba hystolica Jaarlijks vinden zo’n 100000 mensen de dood als gevolg van amebiase. In veel gevallen wordt geen melding gemaakt van de ziekte. De symptomen kunnen mild zijn, zoals buikpijn. Ernstiger symptomen van de ziekte zijn koorts, rillingen en bloederige diarree. De ziekte kan zich via het bloed verspreiden naar andere organen, waarbij abcessen ontstaan in de lever, longen of hersenen. Drinkwaterbehandeling, riolering en behandeling van het rioolwater en een goede persoonlijk hygiëne en hygiëne bij de bereiding van voedsel kunnen verspreiding van de ziekte tegengaan.

Anion Een negatief geladen ion dat voortkomt uit de distantiëring van zouten, zuren of basen in oplossing.

Anion

Anode Een deel van de elektrolyse waar een metaal als een kation in een oplossing komt, terwijl het een gelijkwaardig aantal elektronen achterlaat om overgebracht te worden naar een opposiet-elektrode, een kathode genaamd.

Op schepen kleine zinken plaatjes die corrosie tegengaan.

Anode

Anorganische chemicaliën Chemische stoffen van minerale origine, in ieder geval hebben ze niet als basis een koolstofstructuur.

Anorganic chemicals

Aromaten Een type koolwaterstof dat een ringstructuur heeft, zoals benzeen of tolueen. Ze zitten bijvoorbeeld in benzine.

Aromatics

Atoom Het kleinste deeltje materie dat voor elk element uniek is.

Het zijn de bouwstenen van alle materie. Atom

Atoomgetal en specifiek getal dat voor elk element anders is, gelijkwaardig aan het aantal protonen in de kern van ieder atoom.

Atomic number

Base Een alkaline stof, die een pH heeft die hoger is dan 7,5.

Base

Behandelingsinstallatie Een installatie die gebruikt wordt om afvalwater te behandelen voordat het in het milieu wordt geloosd.

Treatment plant

Beluchte lagune Een waterbehandelingsbasin dat de biologische decompositie van organisch afval versnelt door de groei en activiteit van bacteriën te stimuleren, die verantwoordelijk zijn voor de afbraak.

Aerated lagoon

Beschikbaar chloor Een maat voor de hoeveelheid chloor die beschikbaar is in gechloreerde kalk, hypochloride stoffen en andere materialen.

Available chlorine

Page 8: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 8 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Bicarbonaten Zouten die het anion HCO3- bevatten Wanneer een zuur wordt toegevoegd, breekt het ion in H2O en CO2, en gedraagt zich als een buffer.

Bicarbonates

Binder Chemicaliën die korte vezels bijeenhouden in een cartridge-filter.

Binder

Biofilm Populatie van verschillende micro-organismen, gevangen in een laag van slijm en uitscheidingsproducten, die vastgemaakt zit aan een oppervlak.

Biofilm

Biologisch actieve koolstof Geactiveerde koolstof dat de microbiologische groei actief bevordert, om de degradatie van organische stoffen die geabsorbeerd zijn in de poriën en op het oppervlak van de koolstof.

Biologically activated carbon

Biologisch afbreekbare verontreinigingen

Verontreinigingen die verteerd kunnen worden onder natuurlijke omstandigheden.

Biodegradable pollutants

Biologisch zuurstofverbruik 5 dagen

BZV5 De hoeveelheid opgeloste zuurstof die binnen 5 dagen geconsumeerd wordt door bacteriën die de biologische afbraak van organisch materiaal uitvoeren.

BOD5

Biologische oxidatie Vertering van complexe organische materialen door micro-organismen door middel van oxidatie.

Biological oxidation

Biomonitoring Het gebruik van levende organismen om de geschiktheid van effluent te testen om het te kunnen lozen en om de kwaliteit van het ontvangende water na ontvangst te testen.

Biomonitoring

Bioremediatie De biologische behandeling van afvalwater en slib, door de afbraak van organische stoffen en koolwaterstoffen tot koolstofdioxide en water te veroorzaken.

Bioremediation

Biotransformatie Omzetting van een stof in andere stoffen bij organisme

hiertoe behoort ook biodegradatie. Biotransformation

Blinde vlekken Elke plaats op een filtermedium waar vloeistoffen niet doorheen kunnen stromen.

Blind spots

Breekpuntschlorering Toevoeging van chloor aan water totdat er genoeg chloor aanwezig is voor de desinfectie van water.

Breakpoint chlorination

Buffer Een stof die reageert met zuurstof of hydroxyl-ionen in een oplossing, om te voorkomen dat de pH verandert.

Buffer

Buisbezinker Een apparaat dat bundels buisjes gebruikt om vaste stoffen in het water te laten bezinken zodat ze door middel van slib verwijderd kunnen worden.

Tube settler

Calciumhypochloriet Een chemicalie dat veelvuldig wordt gebruikt voor de desinfectie van water

bijvoorbeeld in zwembaden en waterzuiveringsinstallaties. Het is vooral bruikbaar omdat het een stabiel, droog poeder is en in tabletvorm geproduceerd kan worden.

Calcium hypo chlorite

Page 9: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 9 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Campylobacter bacterie Bacterie die gevonden wordt in dieren en campylobacteriose kan veroorzaken

Dieren zoals vogels (kippen), runderen, varkens, honden, katten schildpadden en zelfs vliegen. De bacterie wordt gezien als de belangrijkste veroorzaker wereldwijd van bacteriële diarree

Campylobacteriose Ernstige vorm van diarree gevormd door een infectie van de dunne darm die wereldwijd voorkomt en wordt veroorzaakt door de Campylobacter bacterie

Mensen komen met de bacterie in aanraking door het eten van besmet voedsel en drinken van besmet water. In ontwikkelingslanden wordt de ziekte vooral gevonden bij kinderen tot 5 jaar en jongvolwassenen. De bacterie scheidt giftige stoffen uit die het darmslijmvlies aantasten. Symptomen van de infectie zijn diarree (met bloed en slijm), buikpijn, koorts, misselijkheid en overgeven. Op de lange termijn kunnen mensen ernstiger ziektes ontwikkelen als meningitis, hepatitis, pancreatitis, spontane abortus, arthritis en het Guillain-Barré syndroom (een zenuwziekte). Sterfte als gevolg van campylobacteriose komt zelden voor. Jonge kinderen, ouderen en mensen met AIDS zijn extra gevoelig voor deze ziekte. Veel mensen die besmet zijn vertonen geen symptomen. Een goede persoonlijke- en voedselhygiëne en veilig drinkwater voorkomen besmetting. Een infectie met Campylobacter kan behandeld worden met antibiotica. Er zijn echter gevallen bekend waarbij Campylobacter resistent bleek te zijn tegen antibiotica. Het is dus beter om besmetting te voorkomen.

Capillaire activiteit Water dat op een bepaald punt hoger komt dan dat deel van het oppervlak dat niet in contact is met een vast oppervlak.

Dit wordt veroorzaakt door adhesie, cohesie en oppervlaktespanning waar het water de vaste stof raakt.

Capillary action

Capillaire membranen Membranen met de dikte van een menselijke haar

gebruikt voor Omgekeerde Osmose, nanofiltratie, ultrafiltratie en microfiltratie.

Cappilary mebranes

Cartridge filter Wegwerpfilterapparaat dat een filtergrootte heeft van 0,1 tot 100 micron.

Cartridge filter

Centrifugatie Een delingsproces, dat centrifugale kracht gebruikt om de versnelde bezinking van deeltjes in een vaste stof- / vloeistofmengsel te bevorderen.

Centrufigation

Chelaterende stoffen Organische stoffen die de mogelijkheid hebben om ionen uit hun wateroplossingen te trekken en in oplosbare complexen om te zetten.

Chelating agents

Chlooraminen Een chemisch complex dat uit chloor en ammoniak bestaat.

Het wordt gebruikt als een waterdesinfecteerder in openbare watergelegenheden, zoals zwembaden. Men gebruikt hier chlooraminen in plaats van chloor, omdat chloor in combinatie met organische stoffen gevaarlijke reactieproducten kan vormen. Chlooraminen komen in verschillende vormen voor, afhankelijk van de fysische en chemische eigenschappen van het water.

Chloramines

Chloorcontact ruimte Het deel van de waterbehandelingsfabriek waar Chlorine-contact

Page 10: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 10 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

het effluent met chloor wordt gedesinfecteerd. chamber Chlorering Een waterzuiveringsproces waarbij chloor voor

desinfectie aan water wordt toegevoegd, om de aanwezige micro-organismen te controleren.

Het wordt ook gebruikt bij de oxidatie van onzuivere stoffen in het water.

Chlorination

Cholera Acute diarreeachtige ziekte die veroorzaakt wordt door een infectie van de darmen met de bacterie Vibrio cholera

Deze bacterie kan in het lichaam terechtkomen door het drinken van water of eten van voedsel dat besmet is. Water kan besmet worden via de faeces en het braaksel van een geïnfecteerd persoon. Cholerabacteriën komen ook voor in brak water en kustwateren en in de schelpdieren die daarin voorkomen. Vaak is de infectie niet ernstig en zijn er geen of weinig symptomen. Soms zijn de symptomen zeer ernstig, vooral bij ondervoede mensen. Men krijgt last van waterige diarree, overgeven en beenkrampen. Het lichaam verliest hierbij veel vocht, waardoor uitdroging en shock kunnen plaatsvinden. Zonder behandeling gaat men binnen een paar uur dood.

Chronische bloedarmoede anemia Bloedarmoede ontstaat wanneer rode bloedcellen niet genoeg zuurstof transporteren naar de lichaamsweefsels

Bloedarmoede komt wereldwijd veel voor. De belangrijkste oorzaak is een tekort aan ijzer. Verscheidene ziektes die door water verspreid worden dragen bij aan ijzertekort, hiertoe behoren malaria, schistosomosiasis en mijnworm. Bloedarmoede komt vooral voor in ontwikkelingslanden. Bloedarmoede kan onder de gehele bevolking voorkomen. Zwangere vrouwen en jonge kinderen zijn het meest gevoelig. Bij de milde vorm van bloedarmoede zijn geen symptomen. De zwaardere vorm zorgt echter voor symptomen als vermoeidheid, duizeligheid en sufheid. De huid wordt bleek en ook de lippen, tong, nagelbedden en adertjes in het wit van het oog verliezen kleur. Bloedarmoede kan ook veroorzaakt worden door zwaar bloedverlies, bijvoorbeeld als gevolg van diarree, dat veroorzaakt wordt door waterovergedragen ziektes.

Coagulatie Destabilisatie van colloïde deeltjes door de toevoeging van een reactief chemicalie, een coagulant genoemd.

Dit gebeurt via de neutralisatie van ladingen. Coagulation

Concentraat De totaliteit van verschillende stoffen die na filtratie in een filtermedium achterblijven.

Concentrate

Concentratieproces Het proces waarbij het aantal deeltjes per volume-eenheid van een oplossing vergroot wordt

dit gebeurt doorgaans door het verdampen van de vloeistof.

Concentration process

Consumptief watergebruik Water dat weggevoerd wordt van de beschikbare voorraad en niet wordt teruggevoerd in het watersysteem

Consumptive water use

Consumptief watergebruik water dat gebruikt wordt in de industrie, landbouw en voedselbereiding.

Consumptive water use

Contacttijd De periode dat een stof in contact komt met een Contact time

Page 11: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 11 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

vloeistof, voordat het via filtratie of chemische verandering verwijderd wordt.

Conventionele rioolsystemen Systemen die traditioneel gebruikt werden om gemeentelijk afvalwater te verzamelen in zwaartekrachtriolen en te vervoeren naar een centrale primaire of secundaire behandelingsinstallatie, voordat het geloosd werd op oppervlaktewater.

Conventional sewer systems

Cryptosporidiose Ziekte veroorzaakt door cryptosporidium De symptomen van Cryptosporidiose zijn waterige diarree, misselijkheid, buikkrampen, gewichtsverlies, overgeven en lichte koorts. Mensen met een verlaagde weerstand of een slecht werkend immuunsysteem zijn gevoelig voor infecties met Cryptosporidium. Bij hen kan een infectie resulteren in hevige uitdroging en sterfte. Er bestaan nog geen medicijnen om cryptosporidiosis te behandelen. Cryptosporidium oocysten zijn alom vertegenwoordigd in waterige milieus. Ze komen vooral voor in oppervlaktewateren. Bij 1 tot 4% van de mensen in Europa met buikgriep blijkt Cryptosporidium voor te komen. Voor de rest van de wereld ligt dit tussen 3-20%. De meeste uitbraken van Cryptosporidiose worden in verband gebracht met vervuild drinkwater en zwembaden en recreationeel water.

Cryptosporidium kleine parasieten die de ademhalingswegen en het spijsverteringsstelsel van gewervelden infecteren

Er zijn verschillende leden van de Cryptosporidium familie beschreven. Cryptosporidium parvum veroorzaakt bij mensen infecties. In 1976 werden de eerste gevallen van cryptosporidiosis bekend. Cryptosporidium behoort wereldwijd tot een van de meest voorkomende intestinale ziekteverwekkers. Andere cryptosporidium soorten worden ook gevonden in vee en veroorzaken bij een groot aantal zoogdieren infecties. Cryptosporidium verblijft in de darmen van geïnfecteerde personen. Het wordt via de ontlasting uitgescheiden in de vorm van oocysten. Oocysten hebben een dikke celwand, een ronde vorm en een grootte van 3-6 µm. Besmettingen met cryptosporidium vinden voornamelijk plaats door het drinken van besmet water en contact met vee. De kans op infectie is zeer hoog, bij het binnenkrijgen van een oocyst kan al infectie plaatsvinden. Als oocyst is Cryptosporidium beschermt tegen de meeste gangbare desinfectiemiddelen. UV lampen en ozon zijn het meest effectief in het doden van cryptosporidium oocysten. Om besmetting met Cryptosporidium via het drinkwater te voorkomen, moet men ervoor zorgen dat afvalwater, voornamelijk rioolwater behandeld wordt alvorens het wordt geloosd. Bij de drinkwaterbereiding zorgen een goede behandeling van het drinkwater door middel van

Page 12: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 12 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

filtratie en coagulatie ervoor dat Cryptosporidium wordt verwijderd.

Culturele eutrofiëring Daling van het zuurstofgehalte in het water, dat ernstige gevolgen heeft voor het waterleven

deze daling wordt veroorzaakt door mensen. Cultural eutrophication | artificial eutrophication

Cyclus De periode dat een filter gebruikt kan worden voordat het schoongemaakt moet worden.

Dit is vaak inclusief de tijd die nodig is voor het schoonmaken.

Cycle

Damp De gasvormige fase van bepaalde stoffen, zoals water

Vapour

De-alkalinisatie Elk proces dat gebruikt wordt om de alkaliniteit van water te verlagen.

Dealkalinisation

Decarbonisatie Het proces waarbij koolstofdioxide uit water wordt verwijderd

hierbij wordt gebruik gemaakt van contacttorens of luchtschrobbers.

Decompositie De afbraak van organisch materiaal door bacteriën en schimmels, om de chemische structuur en het fysische uiterlijk van het materiaal te veranderen.

Decomposition

Deeltjesgrootte De grootte van een deeltje, bepaald door de kleinste dimensie, bijvoorbeeld de diameter

Het wordt meestal uitgedrukt in micron maten. Particle size

Deeltjeslading Het gewicht van deeltjes per eenheid volume water.

Particulate loading

Defluorisatie De verwijdering van fluoride uit drinkwater om beschadigingen aan het gebit te voorkomen.

Defluoridation

De-ionisatie Een proces dat ertoe dient om alle geïoniseerde stoffen uit een oplossing te verwijderen.

Het meest gebruikte proces is het uitwisselingsproces waarbij kationen en anionen afzonderlijk van elkaar worden verwijderd.

Deionisation

Demineralisatie Processen die mineralen uit het water verwijderen

meestal wordt deze term alleen gebruikt voor ionenuitwisselingsprocessen.

Demineralisation

Demiwater Gedemineraliseerd water

Water dat is behandeld om verontreiniging-, mineraal- en zoutvrij te zijn.

Demiwater

Demping Het proces waarbij de concentratie van een bepaald mengsel over een bepaalde tijd afneemt.

Dit kan plaatsvinden door middel van absorptie, adsorptie, degradatie, dilutie of transformatie.

Desinfecteerders Vloeistoffen of gassen om filters, pijpleidingen, systemen en dergelijke te desinfecteren.

Disinfectants

Desinfectie Het zuiveren van vloeistoffen en oppervlakken van verontreinigingen.

Om een vloeistof of een oppervlak schoon te maken, kunnen een aantal technieken gebruikt worden, zoals desinfectie met behulp van ozon. Vaak komt desinfectie neer op het uitschakelen van de aanwezige micro-organismen met een biocide.

Disinfection

Detentietijd De eigenlijke tijd die een kleine hoeveelheid water in een bezinktank of vlokvormingstank doorbrengt.

In opslagreservoirs staat het voor de tijd waarin het water wordt opgeslagen.

Detention time

Diarree Diarree is een symptoom van buikgriepinfecties, die veroorzaakt worden door bacteriële, virale of parasitaire organismen, die door besmet water

Men kan diarree voorkomen door een goede hygiëne bij het toiletbezoek en de bereiding van voedsel in acht te nemen. Het gebruik van niet behandeld of onvoldoende

Page 13: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 13 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

verspreid worden gedesinfecteerd water kan er echter voor zorgen dat mensen geïnfecteerd worden met ziekteverwekkers die diarree veroorzaken. Cholera en dysenterie veroorzaken de meest levensbedreigende vormen van diarree. Diarree bestaat uit een stoelgang van waterige ontlasting. De ontlasting vindt ook vaker plaats dan gewoonlijk. Afhankelijk van de infectie is de diarree waterig (cholera) of bloederig (dysenterie). Ernstige diarree is levensbedreigend, omdat het lichaam grote hoeveelheden vocht verliest en uit het voedsel minder voedingsstoffen opneemt. Diarree is vooral gevaarlijk voor jonge kinderen, mensen met een verlaagde weerstand en mensen die niet voldoende voedingsstoffen binnen krijgen. Diarree komt ook voor bij andere infecties, zoals malaria en mazelen. Ook het binnenkrijgen van bepaalde chemische verbindingen en andere darmziektes kunnen diarree veroorzaken. In het geval van diarree moet men erop letten meer dan voldoende vocht en voedsel binnen te krijgen en uitdroging te voorkomen.

Dieptefiltratie Een behandelingsproces waarbij het hele filterbed wordt gebruikt om niet-oplosbare en gesuspendeerde deeltjes te vangen in de leemtes van het filterbed wanneer het water erdoor heen stroomt.

Depth filtration

Doorbraak Barst of breuk in een filter bed dat vlokken en of deeltjesmaterie door het filter laat.

Breaktrough

Drinkbaar water Water dat veilig genoeg is om te drinken en mee te koken.

Potable water

Drukriolen Een systeem van pijpleidingen waarin water, afvalwater of een andere vloeistof naar een grotere hoogte wordt gepompt.

Pressure sewers

Drup filter Een afvalwaterbehandelingseenheid die media met daarop bacteriën bevat.

De afvalwaterstroom wordt over een medium gedruppeld waarna de bacteriën het organisch afval afbreken.

Trickling filter

Dystrofische meren Zure wateren die veel planten maar weinig vis bevatten, vanwege de aanwezigheid van grote hoeveelheden organische materie.

Dystrophic lakes

Eerste tapsel Het water dat uit de kraan komt wanneer deze voor het eerst geopend wordt.

Het is waarschijnlijk dat dit water een hoog loodpeil bevat, omdat dit water de tijd heeft gehad om lood, dat vrijkomt bij de verwering van pijpleidingen,op te nemen.

First draw

Ejector Een apparaat dat gebruikt wordt om tijdens de behandeling van het water een chemische oplossing in het water te injecteren.

Ejector

Electrodialyse Een proces dat elektrische stroom gebruikt. Dit wordt toegepast in doorlaatbare membranen, om mineralen uit het water te verwijderen.

Electrodialyses

Elektrische lading De lading van een ion, verklaard door het aantal elektronen.

Een Cl-ion is in feite een Cl-atoom dat een elektron heeft verkregen, en een Ca2+ion is een Ca-atoom, dat twee

Electrical charge

Page 14: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 14 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

elektronen is kwijtgeraakt. Elektrolyse Een proces waarbij elektrische energie verandert

in chemische energie. Dit proces vindt plaats in een elektrolyt, een waterige oplossing of een smeltend zout dat ionen de mogelijkheid geeft om tussen twee elektroden te bewegen. Het elektrolyt is de verbinding tussen twee elektroden die door een directe stroom met elkaar verbonden zijn. Als je een elektrische stroom aanbrengt, begeven de positieve ionen zich naar de kathode, terwijl de negatieve ionen naar de anode gaan. Bij de elektroden wordt het aantal elektroden verminderd en worden de anionen geoxideerd.

Electrolysis

Elektrolyt Een stof die uiteenvalt in ionen wanneer deze oplost in water.

Electrolyte

Elektronen Negatief geladen bouwstenen van een atoom die rondom de kern cirkelen.

Electrons

Elementen De onderscheidende bouwstenen waaruit elke soort materie is opgebouwd.

Elements

Elutriatie Het vrijmaken van slib van het oorspronkelijke vocht door het te wassen met water.

Elutriation

Emulsie Verstrooiing van een vloeistof in een andere vloeistof

dit gebeurt wanner de eerste vloeistof niet-oplosbaar is. Emulsion

End-of-pipe technieken Technieken die gebruikt worden bij de waterzuivering om verontreinigingen die gevormd zijn te reduceren.

End-of-pipe techniques

Entamoeba hystolica eencellig micro-organisme dat amoebe dysenterie veroorzaakt

Entamoeba veroorzaakt ontstekingen in het weefsel van de darmen. Zo’n 10% van de wereldbevolking is besmet met deze parasiet, die meer voorkomt in warme landen. Mensen die geinfecteerd zijn scheiden de parasiet als cyste via de ontlasting uit. Besmetting vindt plaats door het drinken van besmet water. De parasiet ontwikkelt zich in de darmen. Als cyste is de parasiet resistent tegen desinfectie met chloor.

Eschericha coli E. coli Een Coliformbacterie die vaak in verband wordt gebracht met menselijk en dierlijk afval en gevonden wordt in de darmen.

Deze bacterie wordt bij gezondheidsinstituten en privé-laboratoria gebruikt om de zuiverheid van het water te meten. Naast diarree zorgt Escherichia coli ook voor groeistoornissen bij kinderen. De bacterie wordt vooral overgedragen via runderen. Mensen kunnen besmet raken door besmet vlees te eten of water te gebruiken dat via mest besmet is.

Eschericha coli |E. coli

Facultatieve bacteriën Bacteriën die zowel onder aërobische als anaërobische omstandigheden kunnen leven.

Facultative bacteria

Fase De gesteldheid van materie. Dit kan vast, vloeibaar of gasvormig zijn. phase Fermentatie De omzetting van organisch materiaal in

methaan, koolstofdioxide en andere moleculen door anaërobische bacteriën.

Fermentation

Filtermedium Het doorlatende materiaal dat vaste stoffen Filter medium

Page 15: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 15 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

scheidt van vloeistoffen die het doorlaat. Filtratie Scheiding van een vaste stof en een vloeistof

door een poreuze stof te gebruiken die alleen vloeistoffen doorlaat.

Filtration

Flotatie Een vaste stoffen/vloeistof- of vloeistof/vloeistofscheidingsprocedure, die toegepast wordt bij deeltjes die een dichtheid hebben die lager is dan de dichtheid van de vloeistof waar ze zich in bevinden.

Er zijn drie soorten flotatie: natuurlijke, toegevoegde en geïnduceerde.

Flotation

Fragmentatie De onderverdeling van een vaste stof in fragmenten.

Deze fragmenten hechten zich vervolgens aan het dichtstbijzijnde oppervlak.

Fragmentation

Fysische en chemische behandeling

Processen die algemeen gebruikt worden in afvalwaterbehandelingsinstallaties.

Filtratie is bijvoorbeeld een fysische proces. Coagulatie, chlorering, of ozonbehandeling zijn voorbeelden van chemische behandeling.

Physical and chemical treatment

Gallon Een Engelse en Amerikaanse eenheid die nauwelijks meer gebruikt wordt.

1 gallon staat gelijk aan 3,785 liter. Gallon

Gastroenteritis buikgriep Ziekte die gepaard gaat met misselijkheid, overgeven, diarree en buikkramp

Daarnaast komen lichte koorts, rillingen, hoofdpijn, spierpijn en vermoeidheid voor. De ziekte begint vaak plotseling en men kan zich zeer ziek voelen. Het is belangrijk om voldoende vocht tot zich te nemen om uitdroging te voorkomen omdat men veel vocht verliest als gevolg van de diarree en het overgeven. Vooral voor jonge kinderen, ouderen en mensen met een verlaagde weerstand is dit een probleem. Het virus bevindt zich in de ontlasting en het overgeefsel van mensen die besmet zijn met het virus. De virussen zijn zeer besmettelijk en worden ook makkelijk van persoon tot persoon verspreid.

Geavanceerd oxidatieproces Een van de verscheidene combinatie oxidatieprocessen die er bestaan.

Geavanceerde chemische oxidatieprocessen gebruiken (chemische) oxidanten om de BZV/CZV niveaus te verlagen, en om zowel organische als oxideerbare anorganische componenten te verwijderen. Deze processen kunnen organische materialen compleet tot koolstofdioxide en water oxideren, hoewel men meestal niet zo ver hoeft te gaan. Er zijn veel verschillende geavanceerde oxidatie processen beschikbaar:- Chemische oxidatieprocessen die waterstofperoxide, ozon, gecombineerd ozon en peroxide, hypochloriet, Fenton's reagens en dergelijke gebruiken. - Ultra-violet licht (UV) verbeterde oxidatie zoals UV/ozon, UV/waterstof, UV/lucht - Natte luchtoxidatie en katalytische natte lucht oxidatie (waarbij lucht als de oxidant wordt gebruikt)

Advanced oxidation process

Geavanceerde afvalwaterbehandeling

Elke behandeling van rioolwater die de verwijdering van voedingstoffen zoals fosfor en stikstof en van een groot percentage gesuspendeerde vaste stoffen vereist.

Advanced waste water treatment

Page 16: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 16 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Geavanceerde waterbehandeling tertiaire behandeling Het niveau van de waterbehandeling dat een reductie van 85% van de concentratie van de verontreiniging vereist.

Advanced water treatment

Gebotteld water Water dat verkocht wordt in plastic flessen en dat gebruikt wordt als drinkwater en of huishoudelijk gebruik.

Bottled water

Gechloreerd oplosmiddel Een organisch oplosmiddel dat chlooratomen bevat en vaak gebruikt wordt als een drager voor een aërosolenspray, bijvoorbeeld in snelwegverf en vloeistoffen die in stomerijen worden gebruikt.

Chlorinated solvent

Gemeentelijk riool Vloeistofafval, dat afkomstig is uit een gemeenschap.

Ze kunnen bestaan uit huishoudelijk afvalwater of industriële afvoer.

Municipal sewage

Gemeentelijk slib Semi-vloeibaar residu dat achterblijft na de behandeling van gemeentelijk water en afvalwater.

Municipal sludge

Giardia Een zweepvormige protozoë parasiet dat gewoonlijk wordt gevonden in onbehandeld oppervlaktewater en via filtratie verwijderd kan worden. Het is resistent voor desinfecteerders als chloor.

Bij mensen veroorzaakt de soort Giardia intestinalis buikgriep. Giardia parasieten kennen verschillende stadia. In de ontlasting van mensen hebben ze de vorm van cysten. Als cyste zijn ze beschermd tegen barre milieuomstandigheden (desinfecteerders zoals chloor). Ze kunnen zo lang overleven en zijn besmettelijk.

Giardia

Giardiasis Buikgriep veroorzaakt door Giardia intestinalis Symptomen van Giardiasis zijn diarree, zwakte, gewichtsverlies en buikpijn. Mensen worden bij lage doses, van minder dan 10 cysten besmet met Giardia. Niet iedereen die besmet is, wordt daadwerkelijk ziek. Besmetting vindt voornamelijk plaats door het drinken van onbehandeld oppervlaktewater of grondwater dat besmet is door rioolwater of door wilde knaagdieren. Ook als het water alleen is gedesinfecteerd of de filtratie niet voldoende is geweest, kan besmetting plaatsvinden.

Grijs water Huishoudelijk afvalwater dat bestaat uit spoel- en waswater uit de keuken, badkamer en wastafels en van wastobbes en wasautomaten.

Gray water

Groot watersysteem Een watersysteem dat meer dan 50.000 klanten bedient.

Large water system

Helderheid De helderheid van een vloeistof. Clarity Henry’s wet Een manier om de oplosbaarheid van een gas in

een vloeistof te berekenen, gebaseerd op de temperatuur en deeltjesdruk, door middel van constanten.

Henry’s law

Hepatitis Verzamelnaam voor infecties aan de lever Heeft een aantal oorzaken. Twee van de virussen die hepatitis veroorzaken (Hepatitis A en E) kunnen door besmet water verspreid worden. De virussen komen via de ontlasting in het water terecht. Hepatitis A wordt ook via besmet voedsel en drugsgebruik verspreid. Goede hygiëne kan besmetting voorkomen. Symptomen van

Page 17: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 17 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

hepatitis zijn een abrupte koortsaanval, zwakte, verlies van eetlust, misselijkheid en buikpijn, gevolgd door geelzucht. De ziekte kan mild zijn en slechts een of twee weken duren of enkele maanden aanhouden. In gebieden die gevoelig zijn voor hepatitis komen de meeste infecties voor bij jonge kinderen. In de meeste gevallen komen geen symptomen voor. Gevallen met een dodelijke afloop als gevolg van plotseling optredende hepatitis komen zelden voor. De meeste zieken herstellen zonder blijvende gevolgen. Het sterftecijfer is laag, 0,2% van de geïnfecteerden sterft. Hepatitis A en E komen wereldwijd voor. Ze komen voornamelijk voor in landen waar weinig of slechte sanitaire voorzieningen zijn en de waterbehandeling afwezig of onvoldoende is. Reizigers die naar deze landen gaan wordt geadviseerd zich te laten vaccineren tegen Hepatitis A.

Herbeluchting Het vernieuwen van de luchtvoorraad in de lagere lagen van een reservoir om het zuurstofniveau te verhogen.

Reaeration

Huiseigenaar watersysteem Een watersysteem dat een woning van leidingwater voorziet.

Homeowner water system

Humidificatie De toevoeging van waterdamp aan de lucht. Humidification Hydrolyse De ontbinding van organische mengsels door

interactie met het water. Hydrolysis

Hypochloriet Een anion dat producten als calcium en sodiumhypochloriet vormt.

Deze producten worden vaak gebruikt voor desinfectie en bleken.

Hypo chlorite

Hypoxische wateren Wateren met opgeloste zuurstofconcentraties van minder dan 2 mg/L

het niveau dat algemeen geaccepteerd wordt als het minimumpeil dat vereist is voor het leven en de reproductie van waterorganismen.

Hypoxic waters

Imhoffkegel Een doorzichtige, kegelvormige container die gebruikt wordt om het volume van bezinkbare vaste stoffen in een specifiek watervolume te meten.

Imhoff cone

Immiscibiliteit De onmogelijkheid van twee of meer vaste stoffen of vloeistoffen om gemakkelijk in een andere op te lossen.

Immiscibility

Impermeabel Niet makkelijk doordringbaar door water. Impermeable Indirecte afvoer Introductie van verontreinigingen van een niet-

huishoudelijke bron in een afvalwaterbehandelingsysteem.

Indirecte afvoeren kunnen commerciële of industriële voorzieningen zijn, wiens afval het lokale riool binnenkomt.

Indirect discharge

Inhibitor Een chemicalie dat zich mengt in een chemische reactie, zoals neerslag van bepaalde stoffen in een vloeistof.

Inhibitor

Injectie De invoer van een chemicalie of en medium in het proceswater om de chemie of filter specifieke

Injection

Page 18: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 18 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

mengsels te veranderen. Ionenuitwisseling De vervanging van ongewenste ionen met een

bepaalde lading door gewenste ionen met dezelfde lading in een oplossing, door middel van een ionendoorlatende absorbeerder.

Ion exchange

Kaarsfilter Een filter met grove openingen, ontworpen om een deklaag van een filtermedium vast te maken op een uitgestrekt oppervlak.

Candle filter

Katalysator Een chemicalie dat de snelheid van een reactie vergroot, maar niet direct deelneemt aan de reactie, zodat het ook nadat de reactie heeft plaatsgevonden nog intact is.

Catalyses

Kathode Een deel van de elektrolyse waarbij kationen in een oplossing geneutraliseerd worden door elektronen die uitplaten op het oppervlak een tweede reactie met water produceren.

Cathode

Kern Het centrum van een atoom, dat protonen en neutronen bevat en positief geladen is.

Nucleus

Kinetische energie bewegingsenergie De energie die bewegend water bezit. Kinetic energy Kinetische hoogtecoëfficiënt Een getal dat de hoogte beschrijft waarbij een

bestanddeel van het water zoals het BZV of gehalte aan opgeloste zuurstof stijgt of daalt.

Kinetic rate coeficient

Koek cake Vast ontwaterd residu op een filtermedium na filtratie.

Cake

Korrelig geactiveerd kool De verhitting van kool om actieve plaatsen te vormen die verontreinigende stoffen op kunnen nemen.

Granular activated carbon

Kruisstroomfiltratie Een proces dat omgekeerde stroming door een membraanoppervlak gebruikt om de opbouw van deeltjes te minimaliseren.

Cross flow filtration

Kust zone Land en wateren vlakbij de kust, die wat betreft gebruik en ecologie door de zee beïnvloed worden.

Coastal zone

Kwalitatieve waterbeoordeling Analyses van water die gebruikt worden om de zichtbare of esthetische kenmerken van water te beschrijven.

Qualitative water assesment

Kwantitatieve waterbeoordeling Het gebruik van de analyses van watereigenschappen en concentraties van stoffen en verontreinigingen om de waterkwaliteit te bepalen.

Quantitative water assesment

Landapplicatie Afvoer van afvalwater naar de grond voor behandeling of hergebruik.

Land application

Langelier Index LI Een index die een weergave is van de evenwichtigheids-pH van een water met betrekking tot calcium en alkaliniteit, toegepast

Langelier Index

Page 19: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 19 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

bij het stabiliseren van water om zowel corrosie als aanslag te voorkomen.

Legionella Legionella wordt veroorzaakt door de bacterie Legionella pneumophilla

De ziekte heeft twee vormen: De lichte vorm is legionellagriep, ook wel Pontiac griep genoemd. Symptomen van Pontiac griep zijn koorts en spierpijn. De veteranenziekte is de ernstige vorm, die lijkt op een ernstige longontsteking. De symptomen zijn snel opkomende hoofdpijn, spierpijn, een ziek gevoel, hoge koorts, hoesten, kortademigheid, grote vermoeidheid en verwardheid en diarree. De veteranenziekte kan dodelijk zijn. Met antibiotica kan de ziekte worden bestreden. Besmetting vindt plaats via het inademen van waterdruppeltjes die de legionella bacterie bevatten. Deze waterdruppeltjes kunnen verspreid worden door fonteinen, douches, luchtverversingssystemen, koeltorens en whirlpools. De bacterie vermenigvuldigt zich in warm en stilstaand water. Ouderen en mensen die roken of een chronische longziekte hebben en mensen met een verlaagde weerstand zijn bevattelijker voor legionella.

Leptospira bacterie die voorkomt in de urine van geïnfecteerde dieren en mensen en leptospirose veroorzaakt.

Leptospirose Ziekte van Well Een bacteriële ziekte die zowel bij mensen als dieren voorkomt en veroorzaakt wordt door Leptospira

In het beginstadium lijdt men aan hoge koorts, zware hoofdpijn, spierpijn, rillingen, rood worden van de ogen, buikpijn, geelzucht, bindvliesontsteking, bloedingen in de huid en slijmvliezen (waaronder ook de longen), overgeven, diarree en uitslag. Oppervlaktewater kan besmet zijn met leptospiren. Ze komen het lichaam binnen via sneetjes in de huid en schaafplekken en via de slijmvliezen van de ogen, neus en mond. De ziekte kan bestreden worden met antibiotica. Indien geen behandeling plaatsvindt, kan de ziekte overgaan in gevaarlijker en potentieel dodelijker stadia

Lichtabsorptie De hoeveelheid licht die een bepaalde hoeveelheid water over een bepaalde periode kan absorberen.

Light absorption

Mechanische beluchting Gebruik van mechanische energie om lucht in water te injecteren om een afvalstroom te creëren om zuurstof te absorberen.

Mechanical aeration

Mechanische flotatie Een term die gebruikt wordt in de minerale industrie om het gebruik van verspreide lucht om bellen met een diameter van 0,2 tot 2 mm te beschrijven.

Mechanical flotation

Media Materialen die een barrière vormen voor de passage van bepaalde gesuspendeerde vaste stoffen of opgeloste vloeistoffen in filters.

Media

Page 20: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 20 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Mediumgroot watersysteem Een watersysteem dat 3.300 tot 50.000 klanten bedient.

Medium-size water sysetm

Mengsel Twee of meer verschillende elementen die bij elkaar gehouden worden in vastgestelde gehaltes door de aantrekkingskrachten die chemische bindingen worden genoemd.

Compounds

Meningitis hersenvliesontsteking Een ontsteking van het vocht in de ruggegraat en het vocht rondom de hersenen

Symptomen zijn hoge koorts, hoofdpijn en een stijve nek. Daarnaast krijgt men last van misselijkheid, overgeven, overgevoeligheid voor fel licht, verwarring en slaperigheid. Meningitis wordt doorgaans veroorzaakt door een bacteriële of een virale infectie. De virale infectie is meestal minder ernstig en verdwijnt zonder behandeling, terwijl de bacteriële infectie ernstig kan zijn en tot hersen- en gehoorschade en leerproblemen kan leiden. Tegen sommige bacteriën kan antibiotica worden gebruikt om de ziekte te bestrijden en verspreiding te voorkomen. Streptococcus pneumoniae en Neisseria meningitidis zijn de belangrijkste oorzaken van bacteriële meningitis. Verspreiding van bacteriële meningitis vindt plaats via keelslijm.

Micro Filtratie Systeem MFS wordt gebruikt voor de volledige automatische scheiding van vaste stoffen van vloeistoffen.

Micro Filtration System

Microbiële groei De vermenigvuldiging van micro-organismen zoals bacteriën, algen, diatomen, plankton en schimmels.

Microbial growth

Micron Een eenheid die gebruikt wordt om lengte te beschrijven

deze staat gelijk aan éénmiljoenste meter. Micron

Micro-organismen Organismen die zo klein zijn dat ze alleen met een microscoop waargenomen kunnen worden, bijvoorbeeld bacteriën, schimmels of gisten.

Micro organisms

Miscibiliteit De mogelijkheid van twee vloeistoffen om zich te mengen.

Miscibility

Mist Vloeistofdeeltjes die 40 tot 500 micrometer groot zijn.

Deze worden gevormd bij de condensatie van waterdamp.

Mist

Mix Verscheidene elementen, mengsels of beide, die gemixed zijn.

Mixture

Moleculen Combinaties van twee of meer atomen van dezelfde of verschillende elementen die bijeengehouden worden door chemische bindingen.

Molecules

Naegleria Amoebe die van nature in het milieu voorkomt Alleen Naegleria fowleri is voor mensen infectueus. Deze amoebe komt wereldwijd voor en bevindt zich voornamelijk in de bodem en het warme water van meren, rivieren en hete bronnen, niet-gechloreerde zwembaden en in op lozingsplaatsen van warm industrieel water.

Page 21: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 21 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Naegleria infectie Infectie veroorzaakt door Naegleria amoeben Infectie vindt tijdens het zwemmen plaats via de neus. De amoebe gaat naar de ruggegraat of de hersenen en veroorzaakt primaire amoebe meningocephalititis. Symptomen zijn hoofdpijn, koorts, duizeligheid en overgeven, een stijve nek, concentratieverlies, verlies van evenwicht en lichaamscontrole, beroertes en hallucinaties. De ziekte is dodelijk als men niet meteen wordt behandeld. Een goede desinfectie van het zwembadwater en onderhoud van het zwembad zorgt ervoor dat de amoebe wordt bestreden.

Neutralisatie De toevoeging van stoffen om water te neutraliseren, zodat het noch zuur, noch basisch is.

Neutralisatie hoeft niet persé een pH van 7,0 te geven, het wijst enkel op een evenwichtspunt in een zuur-basereactie.

Neutralization

Neutronen Ongeladen bouwstenen van een atoom die een rol spelen bij radioactiviteit.

Ze kunnen gevonden worden in de kern van een atoom. Neutrons

Niet-drinkbaar Water dat te onveilig of te onsmakelijk is om te drinken omdat het verontreinigingen, mineralen of besmettelijke stoffen bevat.

Non-potable

Norovirussen norwalkachtige virussen | calicivirussen

Een groep virussen die “buikgriep” of gastroenteritis veroorzaken bij mensen

Oligotrofe meren Diepe, heldere meren met weinig voedingstoffen, weinig organisch materiaal en een hoog opgelost zuurstofpeil.

Oligotrophic lakes

Omgekeerd Osmose proces Het Omgekeerde Osmose (OO) proces gebruikt een semi-permeabel membraan om opgeloste vaste stoffen, organische stoffen, pyrogenen, submicro colloïdale materie, virussen, en bacteriën van water te scheiden.

Dit proces wordt 'omgekeerde' osmose genoemd, omdat het druk vereist om puur water door een membraan te persen, terwijl alle onzuiverheden achterblijven.

Reverse Osmosis process

Ontgassing Het proces waarbij opgeloste gassen uit het waterverwijderd worden, door middel van een vacuüm of warmte.

Degasification

Ontladen De vrijlating van een verontreiniging die door een filtermedium werd vastgehouden.

Unloading

Ontwateren De scheiding van water van slib, om een massieve slibkoek te maken.

Dewater

Opgeloste lucht flotatie Een procedure van uitgelokte flotatie met zeer fijne luchtbellen of 'micro bubbels', van 40 tot 70 micron.

Dissolved air flotation | DAF

Overschenker Wordt gebruikt om de bovenste laag van een vloeistof af te schenken nadat het zwaarste materiaal (een vaste stof of een andere vloeistof) bezonken is.

Decanter

Overstromingsvlakte Het platte of bijna platte land langs een rivier of beek dat bedekt is met water tijdens een overstroming.

Floodplain

Page 22: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 22 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Oxidatiereductie potentieel Het elektrische potentieel dat vereist is om elektronen van een oxidant over te dragen naar een reductant.

Wordt gebruikt als een kwalitatieve meting van de oxidatiegesteldheid in waterbehandelingssystemen.

Oxidation-reduction potential

Ozon Een onstabiel oxiderend agens, dat uit drie zuurstofatomen bestaat en gevonden kan worden in de ozonlaag van de atmosfeer.

Het wordt geproduceerd door middel van elektrische ontlading van zuurstof of door middel van speciaal ontworpen UV-lampen.

Ozone

Ozongenerator Een apparaat dat ozon opwekt door een voltage door een ruimte die gevuld is met zuurstof te sturen.

Het wordt vaak gebruikt als een desinfectiesysteem. Ozone generator

Partiële druk Die druk van een gas in een vloeistof die in evenwicht is met de oplossing.

In een mix van gassen is de partiële druk van ieder gas de totale druk maal de fractie van een gas in de mix (in volume of aantal moleculen).

Partial pressure

parts per billion ppb een eenheid van een concentratie-equivalent tot µg/L

Parts per billion

Pasteurisatie De eliminatie van micro-organismen door hitte voor een bepaalde tijd toe te passen.

Pasteurisation

Periodiek systeem Rangschikking van elementen in volgorde van oplopend aantal atoomnummers, gemaakt door de wetenschapper Mendelejef.

Periodic chart

persistente organische verontreinigingen

POP complexe mengsels die zeer persistent en moeilijk biologisch afbreekbaar.

Persistent Organic Pollutants

Persistentie Verwijst naar de tijd dat een stof in het milieu blijft, nadat deze daar is ingevoerd.

Persistence

Pilottesten Het testen van een schoonmaaktechnologie in een laboratorium onder bestaande condities om potentiële problemen op te sporen voordat de technologie geïmplementeerd kan worden.

Pilot tests

Point-Of-Entry behandeling POE-behandeling Totale waterbehandeling bij de aanvoer van water aan een geheel gebouw of faciliteit.

Point-of-Entry treatment

Point-Of-Use behandeling POU-behandeling Waterbehandeling op een beperkt aantal afvoeren in een gebouwgebouw, voor een gedeelte van het gebouw.

Point of Use treatment

Porie Een opening in een membraan of medium dat water toestaat om te passeren.

Pore

Pot test Een laboratorium test procedure met verschillende chemische doses, mengsnelheden en bezinksnelheden, om de minimale of ideale stremseldosis te schatten die vereist is om aan waterkwaliteitsdoeleinden te voldoen.

Jar test

Potentiëring De bekwaamheid van een chemicalie om het effect van een andere chemicalie te vergroten.

Potentiation

Precipitatie Een niet-oplosbaar reactieproduct in een aquatische chemische reactie.

Precipitate

Precipitatie proces De verandering van opgeloste mengsels in niet-oplosbare of slecht oplosbare mengsels, om

Precipitation process

Page 23: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 23 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

deze mengsels vervolgens door middel van filtratie te kunnen verwijderen.

Primaire afvalwaterbehandeling De verwijdering van gesuspendeerde, drijvende en neergeslagen vaste stoffen van onbehandeld afvalwater.

Primary wastewater treatment

Procentdoordrenking De hoeveelheid van een stof die is opgelost in een oplossing in vergelijking met de totale hoeveelheid die opgelost kan worden.

Percent saturation

Productwater Water dat door een waterzuiveringsinstallatie is gegaan en klaar is om aan de klanten geleverd te worden.

Product water

Protonen Positief geladen bouwstenen van een atoom die zich in de kern bevinden.

Protons

Pseudomonas aeruginosa Deze ziektekiem komt algemeen voor in het water en de bodem en veroorzaakt Pseudomonas dermititis

Pseudomonas dermititis Infectie van de huid De huid gaat jeuken en er ontwikkelt zich een rode, bobbelige, pijnlijke uitslag. Er kunnen ook met pusgevulde blaasjes ontstaan rondom haarzakjes. De uitslag is erger onder de zwemkleding, omdat het besmette water hier langer in contact staat met de huid. De infectie wordt vaak veroorzaakt door Pseudomonas aeruginosa.

Publiek watersysteem Een systeem dat leidingwater voor menselijke consumptie verzorgt.

Public water system

Pyrogeen Een stof die door bacteriën wordt geproduceerd en tamelijk stabiel is.

Het veroorzaakt bij zoogdieren koorts. Pyrogen

Recarbonisatie Een proces waarbij koolstofdioxide in behandelingswater wordt geblazen om de pH te verlagen.

Recarbonization

Regeneratie Het terugplaatsen van het contra-ion op de ionenuitwisselaar, door een ion met een hogere affiniteit te verplaatsen door een ion met een lagere affiniteit

Regeneration

Reservecapaciteit Extra behandelingscapaciteit die ingebouwd wordt in afvalwaterbehandelingsfabrieken en riolen om in te kunnen spelen op een toekomstige stijging in de toestroom van afvalwater veroorzaakt door de populatiegroei.

Reserve capacity

Reservoir Een natuurlijk of kunstmatig gebied dat gebruikt wordt om water op te slaan.

Reservoir

Resolutie Het verbreken van een emulsie in individuele componenten.

Resolution

Rioolslib Slib dat in een publiek riool geproduceerd wordt. Sewage sludge Rotavirussen Belangrijke oorzaak van ernstige diarree en

uitdroging bij kinderen en virale gastroenteritis Er zijn verscheidene virussen verantwoordelijk voor virale gastroenteritis. Rotavirussen vermenigvuldigen zich in de

Page 24: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 24 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

dunne darm van mensen die geinfecteerd zijn. Hierbij worden absorptiecellen vernietigt. Dit is waarschijnlijk de oorzaak dat er minder vocht wordt opgenomen en diarree ontstaat. De ziekte begint vaak 24 uur na infectie en heeft als symptomen koorts, overgeven en diarree. Rotavirussen komen in het drinkwater terecht via de faeces van geinfecteerde personen. Men kan gevaccineerd worden tegen rotavirussen. Rotavirussen zijn resistent tegen de meeste desinfectiemiddelen, chloor heeft een goede desinfecterende werking tegen rotavirussen.

Salmonelle bacterie bacterie die salmonellose veroorzaakt Er zijn verschillende soorten Salmonellabacteriën, S. Typhirium en S. Enteriditis komen het meeste voor. Sommige Salmonellabacteriën zijn resistent geworden tegen antibiotica. De bacteriën komen voor in de darmen van mensen en dieren, waaronder vogels en reptielen en worden verspreid via de ontlasting en urine.

Salmonellose Infectie met de Salmonella bacterie De symptomen zijn diarree, koorts en buikkramp. Bij sommige mensen kan de diarree zeer ernstig zijn en kan de bacterie zich vanuit de darmen via het bloedvatstelsel verspreiden naar andere lichaamsdelen. Als deze personen niet met antibiotica worden behandeld, kunnen ze sterven. Vooral ouderen, jonge kinderen en mensen met een verlaagde weerstand zijn hiervoor gevoelig. Een infectie met Salmonellabacteriën kan later tot arthritis leiden.

Samengesteld monster Een aantal watermonsters die over een bepaalde periode zijn genomen en gewogen worden aan de hand van de stroomsnelheid.

Composite sample

Scheiding De isolatie van verschillende mengsels of stoffen in een mix.

Separation

Screening Het gebruik van doeken om grove drijvende en gesuspendeerde vaste stoffen uit het riool te verwijderen.

Screening

Secundaire afvalwaterbehandeling De verwijdering of reductie van verontreinigingen en BZV van effluent van primaire afvalwaterbehandeling.

Secundary treatment

Semi-permeabel Een medium dat water toestaat om te passeren, maar opgeloste vaste stoffen tegenhoudt, zodat het gebruikt kan worden om vaste stoffen van water te scheiden.

Semi permeable

Septic tank Een ondergrondse opslagtank voor afval(water) van huizen die niet aangesloten zijn op een riool.

Het afval(water) gaat direct van het huis naar de tank. Septic tank

Shigellose bacillarie dysenterie Soort dysenterie De ziekte duikt vaak op in oorlogsgebieden waar onvoldoende drinkwaterbehandeling plaatsvindt. De combinatie van Shigellose met HIV zorgt voor een snelle

Page 25: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 25 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

verspreiding van de ziekte. Mensen met HIV en AIDS hebben een slecht werkend immuunsysteem, waardoor ze vatbaar zijn voor infecties. Er zijn vaccins ontwikkeld tegen shigellose. Shigellose wordt ook wel bacillaire dysenterie genoemd.

Solidificatie De verwijdering van afvalwater van afval of de chemische verandering van afval om het minder doorlatend en minder ontvankelijk te maken voor transport door water.

Solidification

Solubiliteit De hoeveelheid massa van een stof die in een eenheidsvolume van water op zal lossen.

Solubility

Solvent Stof (meestal een vloeistof) die de mogelijkheid heeft om een of meerdere stoffen op te lossen.

Solvent

Sparger Een apparaat dat samengeperste lucht in een vloeistof brengt.

Sparger

Sparging De injectie van lucht onder de waterspiegel om opgeloste vluchtige organische stoffen te ontmantelen en om de aërobische biodegradatie van organische stoffen te vergemakkelijken.

Sparging

Splitsing Reproductie van micro-organismen door middel van celdeling.

Fission

Stoke’s Wet Een methode om de hoogte van de val van deeltjes door een vloeistof te meten, gebaseerd op de dichtheid, viscositeit en deeltjesgrootte.

Stoke’s law

Synergisme De gecombineerde activiteit van verscheidene chemicaliën die samen een totaal effect hebben dat veel groter is dan de effecten van de afzonderlijke chemicaliën.

Synergism

Tegendruk Druk die ervoor kan zorgen dat water terugstroomt naar de watervoorziening wanneer het watersysteem van een gebruiker op grotere hoogte is dan het publieke systeem.

Back pressure

Tertiaire afvalwaterbehandeling Een geavanceerde manier van het schoonmaken van afvalwater die verder gaat dan de secundaire of biologische behandeling.

Deze methode wordt toegepast om voedingstoffen zoals fosfor en stikstof en de meeste BZV en gesuspendeerde vaste stoffen te verwijderen.

Tertiary treatment

Titratie Een analytische techniek om te bepalen hoeveel van een stof aanwezig is in een watermonster.

Om dit te bepalen wordt er een andere stof aan het monster toegevoegd en wordt er gekeken hoeveel er van deze stof nodig is om een reactie te verkrijgen.

Titration

Transmissieleidingen Pijpleidingen die ruw water van de bron naar een waterbehandelingsfabriek brengen.

Transmission lines

Trihalomethanen THM Toxische chemische stoffen die bestaan uit een methaanmolecuul en een van de halogeenelementen fluor, broom, chloor en jodium die vast zitten aan de drie posities van het methaanmolecuul.

Deze stoffen hebben vaak kankerverwekkende eigenschappen.

Trihalomethanes

Page 26: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 26 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Tyfus Tyfus en paratyfide buiktyfus zijn infecties die veroorzaakt worden door Salmonellabacteriën, Salmonella typhi en S. paratyphi

Mensen worden geënfecteerd door voedingswaren te eten of te drinken die aangeraakt zijn door een besmet persoon of door water te drinken dat besmet is. Besmetting met deze bacteriën kan voorkomen worden door schoon water te gebruiken en hygiëne. Wanneer de bacterie in het menselijk lichaam is, vermenigvuldoigt deze zich en verspreid zich van de darmen naar het bloed. Zelfs als men geneest van tyfus, dragen veel mensen de bacteriën nog bij zich, waardoor de infectie zich kan verspreiden. De symptomen van tyfus kunnen mild of ernstig zijn; van koorts, niet lekker voelen, niet willen eten, hoofdpijn, verstopping of diarree, roze-gekleurde vlekken op de borst en vergrote milt en lever. De symptomen van paratyfoide koorts zijn overeenkomstig, maar milder.

Uitputting De activiteit van een deeltje dat tegen een ander aanwrijft in een filtermedium of ionenuitwisselingsbed, waardoor na een tijdje de deeltjes af kunnen gaan breken.

Ultra puur water UP water De vorming van ultra puur water vraagt om een speciale manier van werken.

Er kunnen een aantal technieken voor gebruikt worden, waaronder membraanfiltratie, ionenuitwisselaars, submicron filters, ultraviolette en ozonsystemen. Het geproduceerde water is extreem puur en bevat geen tot zeer lage concentraties zouten, organische/ pyrogene bestanddelen, zuurstof, gesuspendeerde stoffen en bacteriën.

Ultra pure water

Ultra Violet UV Straling die een golflengte heeft die korter is dan die van voor mensen zichtbaar licht.

Het wordt vaak gebruikt om bacteriën te doden en om ozon te vernietigen.

Ultra-violet

Ultra-violette oxidatie Een proces dat licht gebruikt met een uitzonderlijk korte golflengte om micro-organismen te doden (desinfectie) of organische moleculen te splijten (foto-oxidatie), waarbij deze gepolariseerd of geïoniseerd worden, zodat ze makkelijker uit het water verwijderd kunnen worden.

Ultra-violet oxidation

Veilig water Water dat geen schadelijke bacteriën, giftige materialen of chemicaliën bevat en beschouwd wordt als water dat veilig genoeg is om te drinken.

Safe water

Venturi Een kanaal dat gebruikt wordt om waterstromen te meten.

Venturi

Verblinding Een opbouw van deeltjes in een filtermedium, dat voorkomt dat vloeistoffen er doorheen stromen.

Blinding

Verdampsloten Gebieden waar rioolslib wordt gedumpt en gedroogd.

Evaporation ponds

Page 27: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 27 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Verrijking Wanneer voedingstoffen, zoals stikstof en fosfor, worden toegevoegd aan het oppervlaktewater, via de rioolafvoer of het overschot van water dat in de landbouw gebruikt is, veroorzaakt dit een sterk vergrote algengroei.

Enrichment

Verrotting Biologische vertering van organisch materiaal; in combinatie met anaërobische condities.

Putrefaction

Verstrooier Een onderdeel van het ozoncontactsysteem in een ozon generator dat de diffusie van een ozonbevattend gas mogelijk maakt.

Diffuser

Verteerder Een gesloten tank voor de behandeling van afvalwater, waarin bacteriële activiteit wordt teweeggebracht om organisch materiaal af te breken.

Digester

Vervoersverlies Waterverlies in pijpleidingen en kanalen door lekkage of verdamping.

Conveyance loss

Verzachten ontharden De verwijdering van calcium en magnesium uit water om de hardheid te verkleinen.

Softening

Verzamelriolen Pijpleidingen om afvalwater van individuele bronnen te verzamelen en te verplaatsen naar een onderscheppingrioolbuis, die het water naar de zuiveringsinstallatie vervoert.

Collector sewers

Verzwakking Het proces waarbij concentratie van een stof over een bepaalde tijd wordt verkleind.

Dit kan door middel van absorptie, adsorptie, degradatie, verdunning of transformatie.

attenuation

Vibrio cholera Bacterie die cholera veroorzaakt. Deze bacterie kan in het lichaam terechtkomen door het drinken van water of eten van voedsel dat besmet is. Cholerabacteriën komen ook voor in brak water en kustwateren en in de schelpdieren die daarin voorkomen

Virale gastroenteritis Een ontsteking van de maag en de dikke en dunne darm.

Verscheidene virussen kunnen deze ontsteking veroorzaken, zoals rotavirussen, adenovirussen, calicivirussen, astrovirussen, het Norwalkvirus en Norovirussen. Virale gastroenteritis wordt alleen door virussen veroorzaakt en niet door bacteriën, zoals Salmonella of Escherichia coli, of parasieten als Giardia of door het gebruik van bepaalde medicijnen. De symptomen, overgeven en waterige diarree, kunnen wel overeenkomstig zijn. Daarnaast komen hoofdpijn, buikpijn en koorts voor. Zieken verliezen door overgeven en diarree veel vocht. Het is daarom belangrijk dat ze voldoende vocht tot zich nemen. Bij jonge kinderen en ouderen die niet goed voor zichzelf kunnen zorgen kan dit een probleem zijn. Vaak wordt virale gastroenteritis buikgriep genoemd, hoewel de ziekte niet veroorzaakt wordt door griepvirussen.

Virussen De kleinste op dit moment bekende levensvorm, die geen cel bezitten.

Ze leven in de cellen van dieren, planten en bacteriën en veroorzaken vaak ziekten. Ze bestaan uit een

Viruses

Page 28: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 28 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

chromosoom dat omringd wordt door een proteïneschaal. Vlok Een vlokvormige massa die gevormd is bij de

opeenhoping van gesuspendeerde deeltjes. Dit kan van nature gebeuren, maar wordt meestal toegepast om bepaalde deeltjes uit afvalwater te verwijderen.

Floc

Voedingstoffenverontreiniging Verontreiniging van waterbronnen door de overdadige toevoeging van voedingsstoffen.

In oppervlaktewateren is excessieve algengroei de belangrijkste zorg.

Nutrient Pollution

Voorbehandeling Processen die gebruikt worden om afvalwaterverontreinigingen te verminderen of uit te schakelen, voordat het afvalwater wordt geloosd.

Pre-treatment

Waterbehandeling De technologie de gebruikt wordt om water te zuiveren

Waterbevoorradingssysteem De verzameling, behandeling, opslag en distributie van water van de bron tot aan de gebruiker.

Water supply cycle

Watermonitoring Het proces waarbij water voordturend door middel van monsternames en analyses gecontroleerd wordt.

Watermonitoring

Wateroplosbaarheid De maximaal mogelijke concentratie van een chemische stof opgelost in water.

Water solubility

Waterzuivering Het water zodanig behandelen dat het voldoet aan proceswater, drinkwater of afvalwater normen.

Water recycling

Xenobiotisch Elke biologische stof, die verplaatst is van zijn normale habitat

Xenobiotic

Zacht water Al het water dat geen grote concentraties van de opgeloste mineralen calcium of magnesium bevat.

Soft water

Zandfiltratie Zandfiltratie is een veelgebruikte en zeer robuuste methode om gesuspendeerde vaste stoffen uit water te verwijderen.

Het filtratiemedium bestaat uit een meervoudige laag zand met verschillende grootte en specifieke zwaartekracht. Zandfilters kunnen toegepast worden in verschillende groottes en materialen en kunnen zowel met de hand bediend worden als volledig automatisch zijn.

Sand filtration

Zetapotentieel Een elektrokinetische maat die gebruikt kan worden voor de controle van coagulatieprocessen.

Zeta potential

Zure regen Regen dat een zeer lage pH heeft, als gevolg van het in contact komen met atmosferische verontreinigingen zoals zwaveloxiden.

Acid rain

Zuur aërosool Hele kleine vloeistof- of vaste deeltjes die zuur zijn en klein genoeg om in de lucht te zweven.

Acid aerosol

Zuur water Water dat een bepaalde hoeveelheid zure bestanddelen bevat die ervoor zorgen dat de pH onder 7,0 komt.

Acid water

Page 29: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 29 van 123

Begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Zuurheid De kwantitatieve capaciteit van water om een base te neutraliseren

uitgedrukt in ppm of mg/L calciumcarbonaat-equivalent. Het aantal waterstofatomen dat aanwezig is in de vloeistof is hiervoor bepalend. De zuurheid wordt meestal gemeten door middel van titratie met een standaardoplossing van sodiumhydroxide.

Acidity

Zuurneutraliserende capaciteit Maat voor de bufferende werking van water de bekwaamheid van water om veranderingen in de pH tegen te gaan.

Zwemmersoor Een ontsteking van het oor of de buitenste gehoorgang

Het oor kan jeuken, rood worden en ontsteken, zodat het pijnlijk is om het hoofd te bewegen of het oor aan te raken. Uit het oor kan pus komen. Zwemmersoor wordt vaak veroorzaakt door Pseudomonas aeruginosa. De ziekte komt meer voor bij jonge kinderen en jongvolwassenen en kan zeer pijnlijk zijn. De ziekte wordt verspreid door personen die geïnfecteerd zijn. Wanneer besmet water in het oor komt, kan het oor gaan ontsteken. Men kan de ziekte voorkomen door de oren na het zwemmen goed droog te maken.

Zwitter ionen Gedragen zich als kationen of als anionen, afhankelijk van het milieu waar ze zich in bevinden.

Binnen de watertechnologie zijn het vaak organische macromoleculen.

Zwitter ions

www.joebattsarm.com

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

(Scheeps)werktuigkundige machinist (Scheeps)officier die belast is met de zorg voor onderhoud en werking van de technische installaties

Wij onderscheiden hoofdboordwerktuigkundigen (HWTK), boordwerktuigkundigen (WTK) en assistent-boordwerktuigkundigen; informeel ook eerste meester, tweede meester enzovoort.

Aalhoekwant Aalwant Vistuig met hoeken (haken) om paling te vangen. Aaljaagnet Rechthoekig net, bijvoorbeeld 5 meter lang en

1.50 meter hoog, waarvan de opstaande zijden aan stokken zijn bevestigd.

Verboden vistuig. Het wordt aan vier lijnen door het water getrokken.

Aalsgeweer Visnet voor de aalvangst. Aalzegen Elke zegen waarvan de maaswijdte niet meer dan

25 millimeter en de lengte niet meer dan 40 meter bedraagt

aan boord a/b Wordt gebruikt in adressering bijvoorbeeld: Jan Visser, a/b ms Spes Major. Aangeven Het aan de afslag doorgeven van de

vermoedelijke hoeveelheid te verkopen vis.

Aangroeiing Hechting van plantaardige (algen) en dierlijke (zeepok) organismen aan het zich onder water bevindende deel van de scheepsromp

Vindt hoofdzakelijk plaats in zout water, vooral wanneer het schip stil ligt. Dient periodiek te worden verwijderd (dit noemt men `knippen en scheren'), omdat de ruwe laag op de scheepshuid de snelheid nadelig beïnvloedt.

Aangroeiwerende verf anti-fouling Verf die op scheepsrompen wordt aangebracht Wanneer deze verf giftige koper- of tinverbindingen anti fouling

Page 30: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 30 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

om de aangroei van bacteriën, algen, wieren, zeepokken, kokerwormen, mosselen en andere organismen te voorkomen.

bevat, die schadelijk zijn voor zout en zoet water, is het (sinds 1990) verboden haar te gebruiken op plezierjachten die kleiner zijn dan 25 meter.

Aanlandig De wind waait naar het land toe. Aanmonsteren In dienst nemen van schepelingen voor een reis. Daarbij wordt de monsterrol getekend en het

monsterboekje overlegd.

Aanvangsstabiliteit De weerstand tegen omslaan als de boot recht op het water ligt.

Aanvaring De botsing van schepen met elkaar. Aanwakkeren Het sterker worden van de windkracht. Aaskuil Kuil voor het vangen van aas. Abondonneren Verlaten of in de steek laten van het schip. ABS Kunststof materiaal dat onder andere wordt

gebruikt voor de fabricage van surfplanken.

ABS-keur Keurmerk van het American Bureau of Shipping. Wanneer een schip is gebouwd volgens de richtlijnen van het ABS, wil dit nog niet zeggen dat het schip het keurmerk van de ABS heeft.

Accommodatie Benaming van de ruimten aan boord van het schip uitsluitend ten behoeve van de opvarenden.

Achterpiek De ruimte tussen achtersteven of spiegel en het achterste waterdichte schot.

Achterschip Deel van het schip achter de grootste breedte doorgaans achter de mast. Admiraalzeilen Manoeuvre van eskaders zeiljachten onder

aanvoering van een gekozen `admiraal'. Vroeger een beveiligende konvooieringsmaatregel voor koopvaardijschepen. Wordt door tal van watersportverenigingen in ere gehouden als sportief evenement.

Admiralty charts Zeekaarten uitgegeven door het Britse Hydrographic Department of the Admiralty.

Admiralty charts

Aflandig Zegt men van een wind die naar de zee of het water gericht is.

Afmeren Het degelijk bevestigen van de boot aan een steiger, kade of meerboei.

`Meren' is niet juist.

Afmonsteren Het dienstverband op een bepaald schip beëindigen.

Bij de afmonstering aan het einde van de reis wordt de gage uitbetaald

afslaan Verkoop met bedragen van inzet in afdalende reeks.

Afslag De ondermijning van kust-, duin- en oevergedeelten door werking van het water.

branding, stormvloed, scheepvaart

Afslechten Bedaren van de zee. Afsnijden Beëindigen van de teelt door het wegtrekken van

de vis.

Aftuigen De tuigage van de boot afnemen. Ook wel gebruikt voor afslaan, dus alleen de zeilen afnemen.

Alarmrol Op koopvaardij- en passagiersschepen de lijst Deze taken moeten regelmatig worden geoefend.

Page 31: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 31 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

met de algemene en individuele verplichtingen van de bemanning in geval van brand of ander gevaar.

Aldislamp Dagseinlamp, waarbij het licht tot een smalle bundel wordt geconcentreerd door middel van een reflector.

Algemeen Certificaat maritieme radiocommunicatie

Marcom-A Het certificaat waarmee men alle maritieme zendinstallaties mag bedienen.

bv Inmarsat, EPIRB en GMDSS

Algemeen plan Langsdoorsnede van het schip, waarop de indeling, de uitrusting en de belangrijkste maten vermeld staan.

Alluvierecht Recht van oeverbewoners om zich het aangeslibte land toe te eigenen.

Almanak Boek of tabel met een kalender van dagen, weken en maanden, aangevuld met diverse gegevens over bijvoorbeeld eb en vloed en de stand van zon en maan.

Alternating Alt Aanduiding op de zeekaart die betekent dat het hier om een van kleur veranderend licht gaat.

Aluminium Zeer lichte metaalsoort, zilverachtig van kleur. Amfibievoertuig Voertuig voorzien van wielen, rupsbanden en/of

een of meer scheepsschroeven, dat zowel op land als in het water kan opereren.

Amfidromisch getij Getij waarbij het hoogwater op het noordelijk halfrond tegen de wijzers van de klok in om een nulpunt, het amfidromische punt.

Het wordt veroorzaakt door de invloed van de draaiing van de aarde op een staande golf.

Anemograaf Instrument dat de windkracht en -richting grafisch op een kaart tekent.

Anemometer Windsnelheidsmeter Werkt op basis van rotatie of aërodynamisch. Bij een rotatie-anemometer zit bovenin de mast een molentje met drie of vier halve bollen (anemometercups), dat door de wind langzaam of sneller ronddraait, waardoor beneden aan dek of in de cockpit de snelheid af te lezen is.

Anker Zware ijzeren houvast met zijarmen om een schip aan niet te diepe bodem vast te leggen

Bij het over de bodem slepen grijpt het anker zich vast en houdt zo het schip op zijn plaats. De punten aan de armen worden `spitsen', `handen' of `vloeien' genoemd, terwijl de centrale stang de `schacht' heet. De plek waar schacht en armen samenkomen noemen we `kruis'. De (eventuele) dwarsstang van het anker noemen we stok. De ankersluiting waarmee het anker aan de ankerketting is bevestig wordt `ankerring' of `roering' genoemd. Soms is er op het kruis van het anker ook een ring bevestigd, die `neuring' wordt genoemd.

Ankerbal Ankerbol Dagmerk in de vorm van een goed zichtbare Meestal wettelijk verplicht bij het voor anker gaan

Page 32: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 32 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

zwarte bol op het voorschip (behalve ruim buiten de vaarroutes in de binnenwateren). Ankerboei Kleine boei, met een boeireep aan het anker

bevestigd, om het anker te kunnen terugvinden wanneer de ankertros of -ketting breekt.

Ankerketting Zware ketting met langwerpige schalmen vaak met gegoten ijzeren dwarsstukjes (mannetjes). ankerlicht Een wit rondschijnend ankerlicht. Meestal wettelijk verplicht bij het voor anker gaan

(behalve ruim buiten de vaarroutes in de binnenwateren). Rondschijnend gewoon licht, zichtbaar op 1 kilometer afstand, bij donkere nacht en heldere dampkring

Ankertouw Touw waaraan het anker is bevestigd. Anodiseren Elektrolytisch oxyderen. Met name van aluminium Anomalistisch getijden gemengd getij Getijdencyclus die afhangt van de wisselende

afstand van de maan tot de aarde. Deze cyclus heeft een periode van 27½ dag en komt onder meer voor in de Fundy Baai, aan de Oostkust van Canada

Anti-sifoneerklep Klep die door het inlaten van lucht het door sifonwerking binnendringen van water voorkomt.

Antislingervinnen Al dan niet beweegbare vinnen onder de waterlijn aan weerszijden van de romp.

stabilisatoren | stabilisers

Apex Het punt in het heelal waarheen een ster of sterrenbeeld zich beweegt.

De apex van de aarde is de richting waarin de aarde zich in haar baan om de zon beweegt.

Apogeum De positie waarin de maan het verst van de aarde staat.

Approvianderen Van proviand voorzien. Archipel Groep eilanden of een gebied met veel eilanden,

meestal vulkanisch.

Arctische zeerook Mist die alleen op hogere breedten voorkomt Areometer Zoutweger Instrument waarmee onder andere het

zoutgehalte van het water of het zuurgehalte van de accu's gemeten kan worden.

Ark Drijvende woning. Arsenaal Marine-etablissement waar oorlogsschepen

gebouwd, gerepareerd en bevoorraad worden.

Aspaardekrachten APK Het vermogen dat door de motor aan de schroef wordt afgegeven.

Astronavigatie Astronomische plaatsbepaling

Verzamelnaam voor technieken in de scheepvaart om positie en richting van een schip te bepalen aan de hand van waarnemingen van de sterrenhemel.

Tegenwoordig wordt steeds meer gebruik gemaakt van satellietnavigatie

ATIS-killer Apparaatje dat de korte pieptoon die gepaard gaat met het ATIS-signaal onderdrukt.

Atlantikwall Deze kustverdedigingslinie is in van 1942 tot 1944 aangelegd door de Duitsers, ter bescherming van het westelijk zeefront.

De Atlantikwall liep van de Spaanse grens tot Noorwegen, en omvatte in Nederland onder andere verdedigingswerken te Den Helder, IJmuiden, Hoek van Holland en Vlissingen.

Atlantikwall

Page 33: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 33 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Atropos pulsatorius Houtluis Ongedierte Treft men dikwijls op oude houten vissersschepen aan. De houtluis voedt zich met doorweekt hout.

Automated Mutual Assistance Vessel Rescue

AMVER Reddingsorganisatie die de oceanen als werkgebied heeft en in New York zetelt.

Wordt geleid door de Amerikaanse kustwacht. Bij deze organisatie weet men precies of er een schip met een arts aan boord in de buurt is.

Automatic Direction Finder ADF Automatische radiorichtingzoeker Automatic Transmittor Identification System

ATIS Ingebouwd printplaatje in de marifoon, dat elke keer wanneer de zendknop wordt losgelaten automatisch een digitale identificatiecode met de roepnaam van het schip uitzendt, zodat walstations bijvoorbeeld de positie van het schip kunnen peilen.

Automatische piloot Automatische stuurinrichting

Instrument dat een schip die koers doet laten varen waarop men hem heeft ingesteld.

Aveling Strook land langs een dijk die voor de stevigheid van die dijk onaangeroerd moet blijven.

Averij Schade aan schip, tuig of lading, opgelopen tijdens de reis.

Averij grosse Gemene averij Daarvan is sprake wanneer er opzettelijk en redelijkerwijs een buitengewone opoffering of uitgave wordt gedaan ter gezamenlijke beveiliging, met het doel de zaken voor gevaar te bewaren.

In de praktijk betekent dit bijvoorbeeld dat (een deel van) de lading overboord wordt gezet om het schip en de opvarenden te redden.

Averij particulier Bijzondere averij De averij die niet het gevolg is van fouten of ingrepen van de bemanning of derden (act of men)

bijvoorbeeld stormschade.

Avilastic Kunststofweefsel dat geen water doorlaat en wordt gebruikt voor drysuits.

Azimuttafels Boeken die de tafels en tabellen bevatten die nodig zijn om de coördinaten van een hemellichaam te vinden.

Baal Grote, dichtgenaaide jute of grof linnen zak met een inhoud van vijftig of honderd kilo.

Baanderij Touwslagerij. Baar Zandbank voor een riviermonding, waarover

schepen slechts bij hoog water kunnen komen.

Baard Aangroeisel aan de scheepshuid onder de waterspiegel.

Baarhaven Haven die door een baar wordt afgesloten. Baggerindustrie Gesaneerde bedrijfstak, die zich onder andere

bezighoudt met het uitdiepen, aanleggen en onderhouden van havens en waterwegen, het aanwinnen en opspuiten van land en het bouwen van dijken.

Baggerwerktuig Vaartuig dat zand wint of vaarwaters uitdiept. Men onderscheidt mechanisch werkende

Page 34: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 34 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

schepwerktuigen (zoals emmerbaggermolens, dipper dredges en grijpers) en hydraulisch werkende zandzuigers (zoals bodemzuigers, sleepzuigers en cutterzuigers).

Bakboord De linkerkant van een vaartuig, wanneer men van achter naar voor kijkt.

Bar bar Eenheid die de luchtdruk aangeeft 1 bar = 0,986 atmosfeer. Baratterie Onrechtmatige handeling van kapitein of

bemanning, die nadelige gevolgen voor de reder of de verzekeraar heeft.

Bareboat charter demise charter Hierbij betaalt de huurder een bepaalde som voor het `blote schip', zonder bemanning, en komen alle kosten, zoals die van verzekering en bemanning, voor rekening van de huurder.

Bareboat charter

Barograaf Zelfregistrerende barometer Barometer Instrument waarmee de atmosferische luchtdruk

wordt gemeten.

Barrage Stuwdam in een meer of rivier. Barrière-eiland Een hoofdzakelijk uit zand bestaande afzetting die

door golfwerking tot boven het zeeniveau is opgebouwd en door een lagune van de kust is gescheiden.

De hoogte kan toenemen door duinvorming.

Basiscertificaat Marifonie Certificaat dat men nodig heeft om een eenvoudige marifoon voor de binnenwateren te mogen bedienen.

Bathyale zone Het deel van de zee tussen 200 en 1000 meter diepte waar geen zonlicht meer kan doordringen.

Bathymetrische kaart Kaart van de oceaan, waarop de diverse diepten van de zeebodem door middel van dieptelijnen worden aangegeven.

Bathyscaaf Duiktoestel voor diepzeeonderzoek, waarmee tot op diepten van meer dan 10.000 meter wordt gedoken

Het bestaat uit een zware stalen bol met dikke vensters van plexiglas, onder een stalen tank, die men kan laten stijgen of dalen. Ontworpen door de Zwitserse natuurkundige Auguste Piccard, die er in 1954 een diepte van 4000 meter mee bereikte.

Bathysfeer Bolvormig stalen toestel voor diepzeeonderzoek In de jaren dertig ontworpen door de Amerikaanse ontdekkingsreiziger Charles William Beebe en de Amerikaanse ingenieur Otis Barton.

Beaufortschaal Schaal voor het meten van windsterktes van windkracht 0 tot 12

In 1808 ingevoerd door de Engelse admiraal Sir Francis Beaufort. 0 = windstill; 12 = orkaan

Behoud Afstand over de grond. Behouden-varen-verzekering

Scheepsverzekering op het casco, waarbij slechts de schade is gedekt die is ontstaan door het niet arriveren van het schip in de bestemmingshaven

bijvoorbeeld doordat het schip onderweg vergaat of wordt afgekeurd.

Beladingscoëfficiënt Getal dat de verhouding aangeeft van de inhoud

Page 35: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 35 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

van het schip (tussen lege en geladen lastlijn) tot de belaadbare ruimte.

Beladingsgraad Het percentage van het beschikbare laadvermogen dat wordt gebruikt voor het vervoer van passagiers, vracht en/of post.

Belboei klokboei Verankerde boei of ton, die ten gevolge van de golfbeweging van het water voortdurend een belgeluid laat horen.

Bemanning Op een koopvaardijschip alle opvarenden die een arbeidsovereenkomst met de reder hebben en geen passagier zijn.

Crew

Beneden de wind Aan de kant waar de wind naartoe blaast. Benthos De zeebodem. Beperkt Certificaat maritieme radiocommunicatie

Marcom-B Het basiscertificaat, uitgebreid met een GMDSS-module.

Bergen Het in veiligheid brengen van schepen en ladingen die door kapitein en bemanning zijn verlaten of in nood verkeren.

Berghaven Binnenhaven waar vissersvaartuigen en dergelijke kunnen overwinteren.

Berghout Uitstekende plank of balk rond het vaartuig die dienst doet als stootrand.

Bergingsvaartuig Schip dat speciaal is gebouwd voor het bergen van schepen.

Bergvaart Binnenvaartterm, gebruikt voor schepen die de Rijn richting Bazel bevaren.

Berichten aan zeevarenden BAZ De dagelijkse berichten die worden uitgegeven door de afdeling hydrografie van het ministerie van Defensie, en als doel hebben zeevarenden in staat te stellen hun zeekaarten te corrigeren.

Beslag Hulpmiddelen voor bevestiging en bediening van tuigage en boot

zoals klampen en ogen.

Bestek de uitkomst van de berekening van de geografische breedte en lengte waarop het schip zich bevindt.

Beteugeling Dichting van geulen en kreken bij bedijkingen. Beting Zware verticale balk, die aan de onderkant op de

kiel of de voorsteven rust en boven op het voorschip door het dek heen steekt

Dient voor het beleggen van een ankertros of sleeplijn.

Betonning Een systeem van boeien en bakens, waarmee in open zee of in een vaarwater ondiepten of de aanwezigheid van gevaarlijke objecten worden aangegeven.

Page 36: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 36 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Beug hoekwant Vistuig, bestaande uit een lijn van ruim 70 meter, waaraan op bepaalde afstanden sneuen zijn vastgemaakt, voorzien van vishaken.

De volgende kunnen onderscheiden worden: - nauwe beug: beug waarbij de sneuen 1,60 m uit elkaar staan (voor de schelvisvangst) - volledige beug: beug die 200 á 250 beuglijnen van 7 m lang telt (15 á 19 km lang) - wijde beug: beug waarbij de sneuen 3.2 m uit elkaar staan (voor de kabeljauwvangst)

Beuggrond Ondiepe plaats in de Noordzee waar met de beug werd gevist

met name de Grote en Kleine Vissersbank ten noorden van de Doggersbank.

Beurtschip Binnenvaartschip dat wordt ingezet bij de beurtvaart.

Beurtvaart Geregelde dienst van binnenvaartschepen tussen bepaalde plaatsen.

Bevoorradingsschip tender Bevoorraadt onder andere boor- en produktieplatforms en oorlogsschepen met materieel en proviand.

Bevrachting De overeenkomst waarbij de ene partij (de vervrachter) zich in ruil voor een bepaalde prijs jegens de andere partij (de bevrachter) verplicht een aangewezen schip geheel of gedeeltelijk beschikbaar te stellen voor het vervoeren van goederen en/of personen.

Charter

Bijboot Open vaartuigje dat op sleeptouw of aan boord meegenomen wordt en dient om een anker uit te brengen, als verbinding met de wal en dergelijke.

Bijdraaien Met gestopt schip met de wind op een zijde gaan liggen, waardoor met de andere zijde lij wordt gemaakt

Zo kan bijvoorbeeld de loods veilig aan boord kan komen.

Bijlbrief Koopbrief van een schip waarin de verkoper zich voor de koopprijs van het schip laat verpanden.

Bijlbrief Verklaring van de scheepsbouwmeester dat een schip op zijn werf is gebouwd en opgeleverd

Bijleggen Schip met de kop recht in de wind leggen Methode om een storm af te rijden, om averij te voorkomen. Er is nauwelijks voortgang, maar wel ruime drift.

Bijliggen Een deel van de vracht van een ander schip overladen.

Binnengaats Binnen het betonde gedeelte van de zeegaten. Binnengaats In de haven. Binnenloods rivierloods Loods op de binnenwateren, die het schip van de

haven tot de monding van de rivier brengt, waarna zijn werk wordt overgenomen door de zeeloods

Vaak is de loods echter gelijktijdig rivier- en zeeloods.

Binnenloodsen Een schip uit volle zee op de rede of in de haven brengen of, wanneer de zeeloods wordt afgelost

Page 37: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 37 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

door de binnenloods, van de riviermonding in de haven.

Binnenlopen Een haven aandoen. Binnenschepenwet BSW Deze wet bevat bepalingen ter bevordering van

de veiligheid van de vaart van schepen op binnenwateren en van goede omstandigheden aan boord van die schepen.

Binnensleper Sleepboot voor de binnenvaart. Binnenvaart Het deel van de handelsvloot dat uitsluitend is

uitgerust voor het bevaren van de binnenwateren, dit in tegenstelling tot de zeevaart.

Binnenvaartpolitiereglement BPR Reglement ter voorkoming van aanvaring op de openbare wateren in Nederland, met uitzondering van de wateren die zijn in omschreven in Rijnvaartpolitiereglement, Scheepvaartreglement Westerschelde, Scheepvaartreglement Eemsmonding, Zeeaanvaringsreglement en Reglement Kanaal van Gent naar Terneuzen.

Binnenzee Zee die (vrijwel) geheel door een land wordt ingesloten.

Blaaswier Soort bruinwier met drijfblaasjes. Blakte Situatie waarin er geen wind is, zodat het water

spiegelglad is.

Bliek Jonge haring. Blijf-weg sein Bestaat uit een geluids- en een lichtsein. Het

geluidssein bestaat uit het gedurende 15 achtereenvolgende minuten voortdurende herhalen van een korte stoot, gevolgd door een lange stoot. Gelijktijdig met het geluidssein moet een geel licht worden getoond met eveneens een korte en een lange periode.

Het blijf-weg sein moet onder andere worden gegeven bij een gebeurtenis of ongeval waardoor een vervoerde gevaarlijke stof vrij zou kunnen komen.

Blind anker Uitgeworpen anker waar geen ankerboei aan is bevestigd, zodat je niet precies weet waar hij ligt.

Blinde klip Zich onder water bevindende, dus onzichtbare klip.

Blindslaan Doet de schroef als er niet genoeg water naar de schroef toevloeit of een groot deel van de schroef zich boven water bevindt.

Er ontstaat dan een tegenstroom. backlash

Blindvaren Het varen zonder kompas, radar en andere technische of elektronische hulpmiddelen.

Blizzard Plotseling opkomende hevige sneeuwstorm, die gepaard gaat met felle kou. Komt regelmatig voor in Canada en het noordwesten van de Verenigde Staten.

Blok Katrol om schoten e.d. door te scheren

Page 38: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 38 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Blokkade Afsluiting van een haven, doorvaart of kust met oorlogsschepen.

Blokkanaal Marifoonkanaal van het blokgebied waarin men zich bevindt en waarvoor een uitluisterplicht geldt.

Het blokkanaal staat vermeld in de vaarkaarten, onder `M' (plus het betreffende kanaal), en op de borden langs de oever, bijvoorbeeld `VHF 19'.

Blusboot Boot waarmee de brandweer branden en milieurampen op en bij het water bestrijdt.

Bochtaak Vlet waarop de gierkabel van een veerpont rust. Boeg Voorschip Het voorste deel van de romp, ongeveer 1/3 à 1/4

van de lengte. Bow

Boegbok Dekschuit voor het opleggen van de boegdraad. Boegdraad Kabel waaraan een baggermolen zich voorttrekt. Boegjet Pomp die met grote kracht water wegperst uit een

kleine monding in de boeg, aan bak- of stuurboord

Door middel van deze dwarskracht kan men beter manoeuvreren.

Boeglastig koplastig Het vaartuig ligt van voren (veel) dieper in het water dan van achteren.

Hog | bow-heavy

Boegroer Extra roer, bevestigd aan de voorsteven, dat het manoeuvreren vergemakkelijkt

Komt onder andere voor bij Kanaalschepen en veerboten.

Boegseren inboegseren | uitboegseren Al roeiend een boot slepen of opduwen. inboegseren: de haven inslepen uitboegseren: de haven uitslepen

Boei Ton Een verankerd drijvend voorwerp met of zonder verlichting, vervaardigd van staal, hout of kunststof, dat dient voor het aangeven van vaarwegen, gevaren onder water, bijzondere punten van een wedstrijdbaan, of de positie van een uitstaand anker..

Boeten Het repareren van visnetten. Bok Een solide raamwerk van hout of staal, dat dient

om een romp op het droge te ondersteunen.

Bolbaken Baken op een hoge paal, doorgaans een cilinder van rood-wit-blauw geverfd mandewerk of een ruit gevormd door twee kegels, ter aanduiding van een vaargeul.

Bolder Houten, betonnen of ijzeren paal om een landvast aan vast te maken.

Bolder Twee verticale of schuine stalen kokers op een grondplaat, bevestigd op het achterdek en op de bak, waarop de meertrossen worden belegd.

Bolk Kleine kabeljauw. Bomen Het voortbewegen van een boot met een

vaarboom, doorgaans tegen de stroom in.

Boomkor Kornet van vier tot twaalf meter breed, dat door een boom wordt opengehouden en is voorzien

De bodem wordt hierbij tot een diepte van enkele centimeters omgewoeld. Wordt voornamelijk gebruikt

Page 39: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 39 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

van over de bodem schrapende kettingen. voor de vangst van tong en schol. Boomkorvisserij Vorm van bodemtrawlvisserij voor kotters waarbij

twee aan beide zijden uitstaande gieken worden gebruikt. Aan elke giek hangt een bodemtrawlnet, die op de bodem door een `boom' wordt opengehouden.

Boor- en produktieplatform Kunstmatig booreiland in zee, gebruikt om de olie- en gaslagen onder de zeebodem te exploreren en exploiteren.

Er zijn vaste en drijvende booreilanden.

Boord De omtreklijn van het dek. Boordlichten boordlantaarn Het navigatielicht dat een vaartuig, langer dan 6

meter, tijdens de vaart bij duisternis aan bakboordzijde en stuurboordzijde moet voeren

Het bakboordlicht is rood, het stuurboordlicht groen. Op vaartuigen korter dan 20 meter mogen de boordlichten worden gecombineerd in één lantaarn. De boordlichten zijn elk zichtbaar over een boog van de horizon van 112°30' (van recht vooruit tot 22,5° achterlijker dan dwars). Zij moeten op gelijke hoogte in één lijn zijn geplaatst, loodrecht op de lengteas van het schip.

Boothuis botenhuis Overdekte steiger in de vorm van een schuur, voor de berging van kleine pleziervaartuigen.

Bootvluchteling Iemand die per boot zijn land ontvlucht, in de hoop buiten de territoriale wateren te worden opgepikt door schepen van een andere nationaliteit en politiek asiel te verkrijgen.

vaak in een krakkemikkig vaartuig

Bootwerker Havenarbeider. Bore Hoge, steile muur van water, die bij springvloed

de rivier binnenloopt. Komt veel voor in Aziatische wateren, maar ook in de monding van de Trent (Groot-Brittannië), waar de bore `Eagre' wordt genoemd, en in de monding van de Amazone. Het effect kan verminderen of verdwijnen door verbeteringswerken aan de rivier.

Boreas Noordenwind. Botenbaas Hij die leiding geeft aan en toezicht houdt op

havenarbeiders bij het laden en lossen van zeeschepen.

Botlek Vroeger een waterloop tussen de Oude en Nieuwe Maas en de Brielse Maas, tegenwoordig een gigantisch haven- en industriecomplex tussen Rotterdam en de Europoort.

Boven de wind In de richting waar de wind vandaan komt. Bovenmaats zeeschip Volgens het Scheepvaartreglement

Westerschelde een schip dat vanwege zijn diepgang slechts de diepste plaats van een vaargeul kan bevaren en waarvan de mogelijkheid tot varen meestal gebonden is aan een bepaalde periode waarin de hoogste waterstand valt, dan wel een schip dat dermate

Page 40: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 40 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

lang is dat het slechts met bijzondere omzichtigheid door de bochten in de vaargeul kan varen.

Bovenstroomse koers De koers die een schip moet voorliggen om de afwijking door de stroom te corrigeren, zodat het de plaats van bestemming volgens een rechte lijn over de grond kan bereiken.

Bovenwaterschip Het gedeelte van de boot dat zich boven water bevindt.

Box Ligplaats in een jachthaven doorgaans gevormd door een of meer dwarssteigers of twee meerpalen haaks op de steiger.

box

Bra Deel van de visvangst dat de bemanning gedurende de reis voor eigen gebruik mag nemen en dat rauw of gebraden gegeten wordt.

Brandaris Vuurtoren van Terschelling Dateert uit 1594. De eerste Brandaris werd al in 1323 op Terschelling gebouwd.

Breakwater Dwarsscheepse opstaande rand op de bak van passagiersschepen, die overkomende golven breekt en buiswater tegenhoudt.

breakwater

Breedte Het breedste gedeelte van de boot. Breedtegraad 1/60 deel van een breedtecirkel Latitude Breeksterkte De in kilo's uitgedrukte kracht die nodig is om een

proefeind touw of staaldraad van één meter te doen breken.

Breeveertien Grote zandbank langs de kust van Noordwijk tot Callantsoog, waar 14 vadem water op stond.

Brulboei Zeeboei die een dof, luid klinkend gebrul laat horen, doordat de beweging van de boei zeewater door een hoorn perst.

Bruto Register Tonnenmaat BRT De inhoud van alle waterdicht afgesloten ruimten in het schip, zowel onder als boven het meetdek, met uitzondering van de dubbele bodem.

De BRT wordt uitgedrukt in registertonnen van 2,83 m3 = 100 cubic feet.

Bubbelinstallatie Installatie die wordt aangelegd in meren en plassen waarin tijdens warm weer problemen ontstaan met blauwalgen.

Buiswater Water dat tegen de boeg van het schip opgeslagen wordt en over het dek waait.

Buitenboordmotor Aanhangmotor Aanhangmotor voor kleinere vaartuigen, die aan de achtersteven wordt bevestigd.

Buitenhuid huid Bekleding van de romp aan de buitenkant. Bulbkiel Vin, bestaande uit een plaat, waar de ballast als

een sigaar onderaan is bevestigd of gegoten.

Bulbsteven Druppelsteven Voorsteven met onder de lastlijn een druppelvorm, die als doel heeft de

Page 41: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 41 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

waterweerstand te verminderen. Bulk Massagoed Onverpakte droge lading die in grote

hoeveelheden tegelijk in het laadruim gestort wordt

bijvoorbeeld graan, fosfaat, erts, chinaklei of suiker.

Bulkcarrier Schip dat speciaal is gebouwd voor het vervoer van bulk en over veel ruimen beschikt, die elk hun eigen luikopening hebben, waardoor er sneller kan worden geladen en gelost.

De meeste bulk carriers zijn niet groter dan 80.000 ton, omdat grotere schepen niet door het Panamakanaal kunnen.

bulkcarrier

Bun Afgesloten deel van het ruim dat in open verbinding staat met het buitenwater

Hierin kan de vangst levend bewaard kan worden.

Bun Kist met gaatjes die men in het water hangt om de vis levend in te bewaren..

Bunker Tank voor het opslaan van brandstof. Bunkeren Het laden van brandstof of drinkwater. Cabotage Kustvaart. Handelsverkeer te water tussen havens van

hetzelfde land.

Caisson Drijvend betonnen bouwwerk dat tot zinken wordt gebracht en dan dient als onderdeel van een dam, tunnel of brug.

Caisson Soort grote duikerklok waarin onder overdruk werk wordt verricht.

Caissonziekte decompressieziekte | decoziekte

Duikersaandoening die wordt veroorzaakt door het te snel aan de oppervlakte komen, waarbij de stikstof in de minst doorbloede delen van het lichaam vrijkomt.

De mogelijke verschijnselen zijn: pijn, jeuk, huiduitslag, verlamming in armen en benen, kortademigheid, hoestaanvallen, benauwdheid, verlies van gezichts-, gehoor- en spraakvermogen, verlies van evenwichtsgevoel, braken, duizeligheid en bewusteloosheid, mogelijk gevolgd door de dood.

Bends

Calamiteuse polders Zo werden in de jaren twintig de Zeeuwse polders genoemd waarvan de zeewering zo kostbaar was, dat rijk en provincie daarvoor subsidie gaven.

Candela kaars Wetenschappelijke benaming van kaars Capaciteitsplan Plan wat alle capaciteitsgegevens van het schip

bevat zoals de inhoud van de ladingruimten en tanks en het draagvermogen bij verschillende diepgangen en deklasten.

Cardanische ophanging Systeem waarbij twee vlakke metalen concentrische ringen beweeglijk in hetzelfde vlak zijn aangebracht

Een voorwerp dat loodrecht op de tweede ring is bevestigd, bijvoorbeeld een scheepskompas of een kooktoestel, zal onbeweeglijk waterpas blijven, in welke positie de buitenste ring zich ook bevindt.

Cardinale stelsel Betonningsstelsel waarbij slechts aan één kant tonnen worden gelegd om een gevaar te markeren.

dit , in tegenstelling tot het laterale stelsel

Cardium edule Kokkel | Cerastoderme edule

Eetbare hartschelp Wordt vanwege de korte houdbaarheid meteen na de vangst gekookt. Wordt gevangen aan de kust en op de Waddenzee en voornamelijk geëxporteerd naar Groot-Brittannië, Frankrijk en Spanje.

Page 42: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 42 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Cargadoor Rederij-agent | scheepsbevrachter

Scheepsmakelaar, die als tussenpersoon optreedt bij het kopen en verkopen en het beladen en lossen van schepen.

Casco De kale romp van een schip. Casco Het gehele schip, met uitzondering van alles wat

zich in de machinekamer en de ketelruimen bevindt.

Cavitatie Het verschijnsel waarbij door de snelle stroming langs de bolle voorzijde van het schroefblad de druk zo sterk daalt dat er waterdampbellen ontstaan die de motorische stuwkracht van de boot verminderen.

CE-merk Europees keurmerk voor schepen, bestaande uit een code met een plaatje.

Verplicht voor alle in Europa verkochte open- en kajuitboten met een romplengte tussen 2,5 en 24 meter. Uitzonderingen zijn boten voor speciale wedstrijden, kano's, kajaks, gondels, waterfietsen, zeilplanken, waterscooters, experimentele vaartuigen, casco's die door particulieren worden afgebouwd en niet binnen 5 jaar op de Europese markt worden verkocht, duikboten, luchtkussenvoertuigen, draagvleugelboten en originele historische vaartuigen (of eenmalige replica's) gebouwd van tekeningen van vóór 1950, die voornamelijk met de oorspronkelijke materialen zijn gebouwd.

Centraal Bureau Binnenvaart

CBB

Cessionaris Verzekeraar die het recht op een scheepslading of scheepswrak heeft.

Abandonee

Charteren Het huren en eventueel bevrachten van een schip Het woord is afkomstig van het Latijnse begrip carta partida.

Chef van de wacht Officier die verantwoordelijk is voor de veiligheid van mensen en goederen op zee, vertegenwoordigt de kapitein en moet te allen tijde voldoen aan de geldende bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee.

Hij moet wachtlopen op de brug en mag die onder geen voorwaarde verlaten totdat hij behoorlijk is afgelost. Wanneer hij zich in de kaartenkamer bevindt moet hij ervoor zorgen dat dit veilig is en dat er goede uitkijk wordt gehouden. Hij blijft verantwoordelijk voor de veilige navigatie van het schip, ook al is de kapitein op de brug aanwezig. Pas wanneer de kapitein hem expliciet zegt dat hij de verantwoording voor de navigatie overneemt en dit wederzijds duidelijk is begrepen, mag de chef van de wacht de verantwoording overdragen.

Cheniervlakte Zandige strandwallen langs de kust, waarbij de lagunes achter de zandruggen geheel of gedeeltelijk zijn opgevuld door klei-afzettingen.

Komt onder andere voor langs de kust van Zuid-Amerika, tussen de Amazone en de Orinoco.

Chronometer Zeer nauwkeurig lopend uurwerk Werd in 1759 geperfectioneerd door de Engelse horlogemaker John Harrison. Deze chronometer stelde zeelui in staat de geografische lengte nauwkeurig te bepalen. De mechanische nautische chronometer is een

Page 43: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 43 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

degelijk en zwaar uurwerk dat met behulp van veren loopt en is voorzien van mechanieken die het uitzetten of krimpen van het materiaal ten gevolge van temperatuurswisselingen compenseren. Moderne chronometers werken elektronisch, met behulp van kwartskristallen.

Ciguatera Toxische stoffen voorkomend in sommige vissen, die visvergiftiging veroorzaken.

Circumnavigatie Het omzeilen van de wereld. Classificeerder Controleur van de arbeiders die de tanks, dubbele

bodems en piek van een schip schoonmaken en sauzen.

Classificeerder Die arbeiders die de tanks, dubbele bodems en piek van een schip schoonmaken en sauzen

Clinometer Instrument dat wordt gebruikt om de overhelling (het aantal graden slagzij) van schepen te meten.

Clupea sprattus sprot Vissoort die in de Zuiderzee niet voorkwam, maar tegen de herfst op onze kusten verschijnt en dan in grote hoeveelheden gevangen en gerookt wordt.

Cold shock Neurogene shock door een combinatie van hevige schrik en plotselinge kou, ten gevolge van het overboord vallen.

Te voorkomen door een survivalpak, dat gewoon als zeilpak wordt gedragen en zich bij het te water raken automatisch opblaast.

cold shock

Combischip Schip dat zowel containers, stukgoed, massagoed of combinaties daarvan kan vervoeren.

Multi purpose ship.

Conformité Européenne CE Voldaan hebbende aan de Europese eisen Coniophora cerebella Natte rot Vaak voorkomende vorm van houtbederf, vooral

op slecht geventileerde plaatsen (voor- en achterpiek) en lekkende plaatsen boven de waterlijn.

Deze gedeelten moeten worden vervangen en al het hout, ook het nieuwe, moet worden behandeld met een goed conserveringsmiddel.

Consent Visvergunning voor beroepsvissers. Wordt uitgegeven door het ministerie van Landbouw en Visserij.

Consol Elektronisch plaatsbepalingssysteem. Constructie-waterlijn CWL Waterlijn ter hoogte van de waterspiegel. Alle waterlijnen boven de constructie-waterlijn worden op

de tekening doorgaans weergegeven door stippellijnen.

Containers Laadkisten, meestal van metaal en met standaard afmetingen, om te kunnen worden vervoerd door speciale containerschepen, -treinen, -vliegtuigen en -trailers.

Containerschip Schip dat speciaal is ingericht voor het vervoeren van containers.

Ze worden tussen verticale geleiders op elkaar gestapeld. Ongeveer een derde van de totale lading wordt als deklast vervoerd. Vaak zijn er aansluitingen voor koel- en vriescontainers. Om een containerschip te kunnen lossen of beladen zijn speciale containerterminals nodig

Containerterminal Havenbedrijf gespecialiseerd in de verwerking

Page 44: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 44 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

van containers. Corioliskracht Het Corioliseffect is de neiging van een bewegend

voorwerp op of boven de aardoppervlakte om van zijn koers af te drijven door de draaisnelheid en draairichting van de aarde (west naar oost).

Een van de krachten die de watercirculatie in de oceanen veroorzaakt. De corioliskracht neemt toe naarmate de windkracht toeneemt. Zij werkt loodrecht op de bewegingsrichting; op het noordelijk halfrond naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links. Vaar- en vliegtuigen moeten hun koers dus voortdurend aanpassen.

Cost, Insurance, Freight CIF Alle kosten, zeeverzekering en vracht inbegrepen, voor rekening van de verkoper

Costonlicht Gekleurd seinlicht op schepen. Cotoyeren Langs de kust of oever varen. Crux Het Zuiderkruis. Cycloïdeschroef Voith-Schneiderschroef Scheepsschroef met een aantal schepvormige

bladen op een grote schijf die rond een centrale as draait.

De richting van de bladen kan mechanisch worden verplaatst, waardoor de stuwkracht alle kanten op kan worden gericht en men in principe geen roer nodig heeft.

Cycloon Tropische wervelstorm Komt veel voor boven de Indische Oceaan, de Golf van Bengalen en de Arabische Zee.

Dacron Kunststof waarvan onder andere zeilen worden gemaakt.

Dagboot Zeilboot van gemiddelde afmetingen geschikt voor kleine tochtjes

doorgaans zonder slaapaccommodatie.

Dagmerk Elk der tekens die tussen zonsopgang en zonsondergang moeten worden gevoerd om andere schepen duidelijk te maken dat er iets bijzonders aan de hand is.

Dit kan bijvoorbeeld een ankerbol zijn, maar ook een motor/zeilkegel of een vissersmand.

Damwerker Iemand die aan wal vistuig voor de zeevisserij gereedmaakt. Knecht van de dambaas.

Davit Draaibare kraan om sloep, torpedo of anker buitenboord of aan dek te brengen.

Komt meestal dubbel voor; enkele davits worden alleen als ankerkraan gebruikt.

Daycruiser Kajuit-motorboot, geschikt voor dagtochten. Niet echt zeewaardig. Debarkeren Van boord gaan. Decca Hyperbolisch plaatsbepalingssysteem Maakt gebruik van speciale kaarten, bedrukt met paarse,

groene en rode hyperbolen. Het ontvangapparaat geeft de tijdsverschillen automatisch aan op drie wijzerplaten.

Declinatische getijden enkeldaags getij Getij waarbij het enkeldaagse element overheerst en gedurende de springtijperiode in waarde wisselt

Komt onder andere voor bij Kalimantan (Indonesië)

Decoder Apparaat dat de codes van morse, telex, modem en fax kan ontcijferen.

Decompressiemeter Instrument van de duiker, waarin de mate van stikstofopname van het lichaam wordt nagebootst en door een soort manometer wordt weergegeven.

De meter geeft aan in welke decompressiezone de duiker zich bevindt (15, 12, 9, 6 of 3 meter). De decompressie moet plaatsvinden op de aangewezen diepte; eerder mag de duiker niet opstijgen.

Page 45: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 45 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Decompressiestop stop Een opstijgpauze dichtbij de oppervlakte om overtollige stikstof te verwijderen.

Deinzen Achteruit varen. Dek Vloer of etage van het schip. Deklast Vracht die boven de scheepsruimen aan dek is

gestuwd Deze mag niet zo zwaar zijn dat de stabiliteit van het schip erdoor in gevaar komt, en niet zo hoog dat de veilige navigatie wordt belemmerd.

Deklicht Werklicht, om in het donker aan dek iets te kunnen zien.

Deklijn boordlijn Omtreklijn van het dek. Dekpassagiers Passagiers zonder passagiersaccommodatie. Mogen slechts worden vervoerd op reizen die korter dan

48 uur duren.

Dekplan Tekening van het dek met de opbouwen. Dekwasslang Slang die is aangesloten op een pomp, die water

van buiten boord oppompt. De dekwasslang wordt gebruikt voor het schoonspuiten van het schip en de ruimen en voor het blussen van branden.

Deltawerken Omvangrijk waterbouwkundig project ter beveiliging van het zuidwesten van Nederland tegen stormvloeden.

Demersale vissen bodemvissen Vissen die dicht bij de bodem van de zee leven, zoals kabeljauw, schol en tong.

Den denneboom | Luikhoofd De verticale zijden van de luikopening bovendeks, waarop de luiken van een binnenvaartschip rusten.

denning buikweger | buikdenning De vloer van het ruim. Depressie lagedrukgebied Gebied met een lage barometerstand en

onbestendig weer.

Dergem Weke gronden langs de Noordzeekust. Des daags Volgens het BPR: de tijd tussen zonsopgang en

zonsondergang

Des nachts Volgens het BPR: de tijd tussen zonsondergang en zonsopgang.

Deserteren drossen Deserteren van een (koopvaardij)schip. Overigens is er volgens de wet pas sprake van desertie wanneer er a: sprake is van een arbeidsovereenkomst waarin de verplichtingen ten aanzien van de dienst aan boord duidelijk zijn omschreven en b: genoemd handelen van de schepeling direct gevaar voor het schip, de opvarenden en de lading oplevert.

Despatch Dispache Door deskundigen opgemaakte berekening van zeeschade en verdeling daarvan onder belanghebbenden.

Despatch-money Vergoeding aan de bevrachter van een schip als minder ligdagen zijn gebruikt dan was voorzien.

Despatch-money

Diafoon Apparaat dat een sterk doordringend geluid Wordt onder andere gebruikt als mistsignaal op

Page 46: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 46 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

produceert. lichtschepen en op het uiteinde van havenhoofden. Diepgang Verticale afstand van de waterspiegel tot het

onderste deel van het schip. draught | draft

Diepgangsmerk Tekens op een schip waarop men de diepgang kan aflezen.

Wordt in de stevens gehakt of opgelast en moet steeds goed zichtbaar zijn.

Diepgangsmeter Toestel waarop men de diepgang van het schip binnensboords kan aflezen.

Dieptank Tanks onder het laadruim van het schip, ingericht voor het opslaan van waterballast.

Dieptemeter Instrument van de duiker, waarop hij kan zien op welke diepte hij zich bevindt.

Diepzee Het gedeelte van de zee dat dieper dan vijfhonderd meter is.

Diepzeeduiken Het duiken in diep water, onder andere voor wetenschappelijke, militaire en commerciële doeleinden.

Dieselmotor Motor die zwaarder en krachtiger is dan een benzinemotor en waarbij de ontsteking plaats vindt door middel van compressie van lucht in de cilinders.

De kracht en acceleratie van de dieselmotor worden geregeld door de hoeveelheid dieselolie die in de cilinder wordt gepompt.

Digital Selective Calling DSC Marifoon voor digitale noodsignalen, dat door computers van de kustwacht wordt `uitgeluisterd'.

Ook andere schepen vangen de noodoproep automatisch op en kunnen te hulp komen. Het DSC-signaal is onder andere gekoppeld aan kanaal 70 van de marifoon en andere VHF-, MF- en HF-systemen, waarnaar de continu luisterwacht van kanaal 16 zal worden verplaatst. Marifoons die niet zijn uitgerust met DSC-faciliteiten mogen niet zijn voorzien van kanaal 70. DSC is onderdeel van het GMDSS en maakt gebruik van het MMSI-systeem, dus niet van ATIS.

Dijkslag Het gedeelte van de dijk dat door de dijkplichtige dient te worden onderhouden.

Dik water wit water | doorgeslagen water

Met door de golfbeweging losgewoeld slib vermengd water

Dikkopje Grondel vissoort Dirk Kraanlijn. Dirk Touw waarmee een tros naar de wal of de

sleepboot wordt getrokken.

Dispache Averijregeling door deskundigen opgemaakte berekening en verdeling van zeeschade onder belanghebbenden (reder en verzekeraar).

Dispacheur Jurist die averijzaken behandelt. Dispensatie Na gebleken geschiktheid (tijdelijke) vrijstelling

van de verplichting om zonder het vereiste diploma te kunnen varen als stuurman of machinist.

Page 47: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 47 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Dode hoek Situatie waarin de roerganger op de brug van een relatief groot beroepsschip niet in staat is een kleiner schip voor hem te zien

Deze dode hoek mag hooguit 350 meter zijn, en is onder andere afhankelijk van de hoogte van de deklast en de stuurlast van het schip. Zolang men zich in de dode hoek bevindt, is er sprake van een gevaarlijke situatie.

Doggersbank Zandbank in de Noordzee waar al eeuwenlang veel op haring wordt gevist; ongeveer 250 kilometer lang, gemiddeld 64 kilometer breed en 13-36 meter diep.

Dok Inrichting voor de reparatie en controle van schepen.

Dokschip Schip dat als zeegaand droogdok kan fungeren. Dollard Inham van de Noordzee tussen de kust van

Groningen en de Duitse provincie Ost-Friesland.

Dome Grote, bolvormige kap op een oorlogsschip, ter bescherming van radar, sonar en dergelijke.

Dome

Dompen De verticale, op en neer gaande beweging van een schip op de golven.

Deze beweging wordt beschouwd als de grote boosdoener bij het ontstaan van zeeziekte.

Doodvaren Met dezelfde snelheid voor de wind uitvaren waardoor er (in de tropen) geen koeling aan boord is. Doodvissen Alle vis uit het water wegvangen. Doodwater Verschijnsel dat zich bij schepen met gering

voortstuwingsvermogen voordoet, onder andere in Noorse fjorden en langs de Scandinavische kusten. Het schip komt gewoon niet vooruit, alsof het door een geheimzinnige kracht wordt tegengehouden.

De oorzaak is een laag zoet of brak water op het zwaardere zeewater, waardoor inwendige golven optreden en de getijden zich niet meer laten gelden.

Doop Ceremonie waarbij het schip zijn naam krijgt en feestelijk wordt ingewijd.

Doorbuigen Het in langsscheepse richting zodanig verbuigen dat het voor- en achterschip minder inzinken dan de midscheeps.

Komt voornamelijk door onoordeelkundig beladen van het schip.

sagging

Doorijzen Het met ijsbrekers openbreken van een bevroren water.

Doorliggen Niet van koers veranderen. Doorvaart Benaming van een bepaalde vaarroute. De noordwestelijke doorvaart.' Doppler-effect Verandering in de lengte en frequentie van een

licht- of geluidsgolf als gevolg van de beweging van de zender en/of de ontvanger van de golf ten opzichte van elkaar.

Wanneer zender en ontvanger elkaar naderen, neemt de frequentie van de golf toe en wordt de golflengte verkort, waardoor het geluid hoger van toon wordt en het licht blauwer van kleur. Verwijderen zender en ontvanger zich van elkaar, dan wordt het geluid lager van toon en wordt het licht roder van kleur. Het Doppler-effect wordt gebruikt om de snelheid en afstand van objecten te meten.

Douane Ambtelijke organisatie belast met het toezicht op de naleving van de wetten en voorschriften inzake in-, uit- en doorvoer van goederen, en derhalve gestationeerd aan de grenzen en bij de lucht- en

Page 48: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 48 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

zeehavens. Double ender Moderne veerboot die er van voren net zo uitziet

als van achteren. Double ender

Draagvermogen Het totale gewicht aan lading, brandstof, proviand, drinkwater en losse inventaris dat een schip bij een bepaalde diepgang kan vervoeren.

Het draagvermogen wordt uitgedrukt in tonnen van 1000 kilo

Draagvleugelboot hydrofoil | jetfoil Schip waarvan de bouwprincipes berusten op dat van niet-supersone vliegtuigen. Door de vleugels ontstaat er opwaartse kracht, waardoor de bootromp minder weerstand ondervindt en zich sneller kan voortbewegen.

De jetfoil is een verbeterde versie van de hydrofoil hydrofoil | jetfoil

Draaiboei Boei die een keerpunt aangeeft. Draaicirkel Cirkel die een schip beschrijft als het roer geheel

aan boord ligt.

Drecht tricht Doorwaadbare plaats in de rivier Oorsprong van veel Nederlandse plaatsnamen: Dordrecht, Zwijndrecht, Duivendrecht, Utrecht, Maastricht enzovoort.

Dreg Klein anker met drie of vier armen. Wordt meestal gebruikt om in noodgevallen meteen houvast te hebben.

Dregboot Licht vaartuig met krachtige machine voor het slepen van een dreggenet.

Dreggen Met een dreg naar iets vissen, bijvoorbeeld een fiets of een drenkeling.

Dreggen Systematisch afzoeken van de zeebodem naar objecten die een gevaar voor de scheepvaart kunnen opleveren.

Dreggenet Soort sleepnet. Drenkeling Iemand die in het water gevallen is en dreigt te

verdrinken, of al verdronken is.

Drift wraak De (doorgaans geschatte) hoek tussen de richting waarin een schip zich beweegt en de kiellijn, uitgedrukt in graden.

Wordt onder andere veroorzaakt door wind (wraak) en stroming

Drijfanker zeeanker Een van zeildoek vervaardigde conische of trechtervormige zak.

Wordt door het water getrokken om de weerstand te vergroten en het verlijeren te verminderen. Uitgevierd vanaf de boeg kan het drijfanker bij zwaar weer helpen om de boeg recht op wind en golven te houden.

Drijfbakens Kleine cilindervormige tonnen met een staak waarop altijd een topteken is geplaatst.

Drijfijs IJs dat ontstaat wanneer een ijsveld gaat smelten. Drijfkast Ingebouwde luchtkast om het drijfvermogen te

verbeteren.

Drijfnet ansjovissleepnet Bestaat uit een lange strook want dat verticaal in het water hangt en rechtop gehouden wordt door drijvers.

Elk drijfnet is ongeveer vijftien meter hoog, vijfenveertig meter lang en heeft een maaswijdte van minimaal 75 millimeter. Elk schip heeft er doorgaans zo'n tachtig aan

Page 49: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 49 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

boord. Vaak wordt een groot aantal netten naast elkaar uitgezet, waardoor een kilometers lang gordijn ontstaat, een zogenaamde Muur des doods.

Drijfvermogen opwaartse kracht | wet van archimedes

De resultante van de omhoog gerichte krachten die op een drijvend lichaam worden uitgeoefend door de vloeistof waarop het drijft.

Een geheel of gedeeltelijk in een vloeistof gedompeld lichaam ondervindt van de vloeistof een opwaartse kracht die gelijk is aan het gewicht van de door het lichaam verplaatste hoeveelheid vloeistof.

Buoyancy

Drijfzak Heeft dezelfde functie als een drijfkast, maar bestaat uit een plastic zak die opgeblazen kan worden.

Drijvend werktuig Volgens het BPR: een drijvend bouwsel met mechanische werktuigen, dat is bestemd om op vaarwegen of in havens te worden gebruikt.

Bijvoorbeeld baggermolens, sleepzuigers, elevatoren, bokken en kranen.

Droogdok Bassin dat kan worden leeggepompt, waar schepen worden drooggezet voor onderzoek, onderhoud of reparatie.

Men onderscheidt drijvende en gegraven droogdokken.

Droogvallen Bij het vallen van het water droog komen te liggen.

Droogvalling Het deel van de zeebodem dat boven water komt als het water tot het reductievlak daalt.

Drukkingspunt Deplacement-zwaartepunt De resultante van alle opwaartse krachten van de door de waterlijn liggende volumen.

Dual watch Het beurtelings beluisteren van twee kanalen met één marifooninstallatie.

Is slechts nog toegestaan bij zeemarifoons, waarvoor men over een Marcom-B certificaat moet beschikken. Bij binnenvaartmarifoons is deze voorziening niet langer toegestaan.

Dual watch

Dubbel schot Het een etmaal (meestal een zondag) in zee over laten staan van staande netten of hoekwant.

Duikerklok Zwaar werktuig, een soort grote stolp, die van onderen geopend is en waarbinnen door lucht overdruk wordt veroorzaakt, zodat er onder water werkzaamheden kunnen worden verricht.

Duikersgat Gat in de romp van een vaartuig Ook gebruikt als oorkoker in de scheepsromp, voor diepzeeboringen.

Moon pool

Duikfles duiktank Metalen cilinder. Bevat perslucht tot een maximale druk van 200 bar.

Diepzeeduikers maken vaak gebruik van een mengsel van helium en zuurstof, omdat dit het ontstaan van decompressieziekte tegengaat.

Duikpartner Maat van de duiker Een Arbobesluit van 1995 verbiedt het beroepsduikers om alleen onder water te werken, en bij een diepte van meer dan negen meter moet een ploeg zelfs uit drie man bestaan: een duiker, een ploegleider en een reserveduiker.

Buddy

Dumpschip Schip voor het lozen van afval in zee. Dun water Helder water, dat ontstaat wanneer er een tijdlang

weinig wind is, waardoor de slibdeeltjes bezinken.

Page 50: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 50 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Duplex Radiotelefoniesysteem waarbij men gelijktijdig kan luisteren en praten

zoals bij een gewone telefoon. Bij dit systeem hoef je niet telkens `over' zeggen alvorens je de zendknop loslaat. Bij dit systeem wordt gebruik gemaakt van twee frequenties, één om te zenden en één om te ontvangen.

Duwvaart Transport op de binnenwateren, waarbij een duwboot meerdere duwbakken voortbeweegt.

Dwangloods Verplichte loods. Dwars Recht opzij Onder een hoek van 90° met de scheepsas. Dwarshelling Helling waar een schip dwars, dus evenwijdig aan

het water, op staat.

Dwarskuil Kuilnet waarmee dwars vooruit drijvende, dus zo dat de wind voorlijker dan dwars inkomt, gevist wordt.

Dwarsscheeps In de richting dwars op de boot, gerekend vanaf het breedste gedeelte hiervan.

athwarts

Dwarsschot Een schot dat op de dwarsrichting van de boot loopt en deze in verschillende compartimenten verdeelt.

Dyneema High Modulus Polyethyleenlijn. Echeneis remora Schildvis Soort zuigvis met een langwerpige ronde schijf op

de kop, waarmee hij zich aan schepen vastzuigt.

Echoueren Schipbreuk lijden. Ecliptica Schijnbare zonnebaan De baan die de zon van de aarde af gezien in de

loop van een jaar tussen de sterren beschrijft. Tweemaal per jaar, n.l. op 21 maart (lentepunt) en op 23 september (herfstpunt) passeert de zon de hemelequator, en dan zijn de dag en de nacht even lang. Het lentepunt en het herfstpunt worden `equinoxen' of ‘nachteveningspunten' genoemd. De helling van de ecliptica is 23°27'.

Eemskanaal Kanaal van Delfzijl naar Groningen, bevaarbaar voor zeeschepen tot 2000 BRT.

Eemsmondgebied Zeehavenproject ten noordwesten van Delfzijl, toegankelijk voor zeer grote schepen.

Eiland Oog Land dat aan alle zijden door water is omringd en geen continent vormt.

Het synoniem 'oog' komt in plaatsnamen voor, bijvoorbeeld Schiermonnikoog, Rottumeroog, Callantsoog, Langeoog, Spiekeroog en Wangerooge.

Eindstabiliteit De weerstand tegen omslaan als de boot op haar zijkant ligt, met het boord tot aan het water.

Elektrolyse-effect Chemische reactie tussen twee ongelijksoortige metalen die in (zee)water zijn ondergedompeld.

In het (zee)water vreet een zuiver metaal (bijvoorbeeld koper) een minder zuiver metaal (bijvoorbeeld staal) aan. Hoe warmer het water en hoe hoger het zoutgehalte, hoe hoger het elektrolyse-effect. Kan worden tegengegaan door het aanbrengen van anoden.

Elevator stofzuiger Zuiginrichting in de haven waarmee met sterke pompen bijvoorbeeld graan uit het ruim omhoog wordt gezogen.

Page 51: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 51 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Elftdrijfnet Drijfnet waarvan de maaswijdte tussen 12 en 25 centimeter bedraagt.

Embargo Beslag op schepen en ladingen van een staat waarop men druk wil uitoefenen.

Embargo Verbod tot in- en uitvoer van de produkten van een staat waarop men druk wil uitoefenen.

Embarkeren Deftige benaming van aan boord gaan, zich inschepen.

Emergency Position Indicating Radio Beacon

EPIRB Apparaat dat automatisch een SOS-signaal met het MMSI-nummer uitzendt.

Het 406 MHz-type (SARSAT) wordt door satellieten bewaakt, het 121.5 MHz-type niet.

Engelse kuil Kuil met een uitgesneden onderzijde. Engte Smalle doorvaart. Enkel inkel | inkeling | keel Trechtervormig netje (bijv. in kuil of fuik) dat het

terugzwemmen van de vis voorkomt

Entrepot Opslagplaats voor goederen waarvan de bestemming nog niet vaststaat.

Entrepots staan onder toezicht van de douane en over de opgeslagen goederen hoeven nog geen invoerrechten en accijnzen te worden betaald.

Entrepotdok Deel van de haven waarin hele schepen met lading en al in entrepot kunnen worden gesteld.

Epoxyhars Superieure harssoort die meestal wordt gebruikt in combinatie met materialen als kevlar.

Equinox Dag- en nachtevening Dag van het jaar waarop de lengte van dag en nacht exact gelijk is

Dus 12 uur; vindt jaarlijks plaats op 21 maart en 23 september.

Ernstvuurwerk Vuurwerk dat is bedoeld als noodsignaal aan boord.

Europoort Groot zeehavenproject ten westen van Rotterdam, op het voormalig eiland Rozenburg, aansluitend aan de Botlek.

In 1958 werd begonnen met de aanleg en in 1960 liep het eerste schip de Europoort binnen.

Eustatische schommelingen

Rijzingen en dalingen van de zeespiegel. De fluctuaties van het zeeniveau worden veroorzaakt door veranderingen in de capaciteit van de oceaanbekkens of in het volume van het zeewater.

Exterritoriale wateren De wateren die niet tot de territoriale wateren van een land behoren en waar de wetten van dat land dus geen rechtskracht hebben.

Fabrieksschip Moederschip voor een aantal vissersschepen of walvisjagers, dat is ingericht voor de verwerking van de gevangen produkten.

Hierdoor kan de vloot langer op zee blijven. Er werken soms meer dan 1500 mensen aan boord van deze schepen.

Ferry Veerboot waarmee behalve passagiers ook vrachtwagens, personenwagens en soms treinstellen kunnen worden overgezet.

Ferry

Fiscaal Ambtenaar van het openbaar ministerie bij de zeekrijgsraden en bijzondere gerechtshoven.

Fjord Langgerekt, diep gevormd dal, in zee lopend en begrensd door hoge bergwanden.

Voornamelijk in Noorwegen, maar ook in Brits-Colombia, Chili, IJsland en Nieuw-Zeeland.

Page 52: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 52 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Flauwte Windstilte. Flotel Schip met hotelaccommodatie, voor het

toeristisch vervoer van auto's en kampeerwagens.

Fluxgate kompas Elektronische kompas-sensor Werkt door middel van een spoel. De kompasstand kan hierbij niet rechtstreeks worden afgelezen, daarvoor heeft men een elektronisch netwerk en een display nodig. Minder nauwkeurig dan een gyrokompas; wordt veel gebruikt op jachten, als onderdeel van stuurautomaten.

Foutvracht De vergoeding die de bevrachter moet betalen wanneer hij de laadruimte die voor hem is gereserveerd niet gebruikt.

Free on board FOB Zonder kosten tot aan het schip geleverd. Free on board Fresnel-lens Lens die onder andere in vuurtorens wordt

gebruikt. Werd in Nederland voor het eerst in 1834 in gebruik genomen op de Brandaris.

Frontale mist Mist die optreedt bij een occlusiefront of voorafgaand aan een warmtefront

Fucus serratus Gezaagde zeeëik Blaaswier Fuik Langgerekt visnet in conische vorm, om hoepels

gespannen en aan de binnenkant voorzien van enkels of kelen (trechtervormige stukken netwerk), die het terugzwemmen van de vis bemoeilijken.

Fulmar Noordse stormvogel. Gaand want De voortbewogen vistuigen. Gage Maandgage Salaris van de zeeman. Gagestraf Strafmaatregel waarbij sprake is van

looninhouding. Wordt meestal opgelegd wanneer het handelen van de schepeling nadelige economische gevolgen voor de reder heeft.

Galvaniseren Galvanisch met een dunne laag niet-roestend metaal bedekken.

Gebbe Aan een gaffelvormige stok bevestigd schepnet waarmee men op de binnenwateren kleine vis vangt.

Gegist bestek Een methode om de positie te bepalen door, uitgaande van de laatst bepaalde positie, de gevaren koersen en de door de log aangegeven verheden af te zetten.

Gekoppeld samenstel Volgens het BPR: een samenstel van één of meer motorschepen en één of meer langszijde daaraan vastgemaakte schepen.

geleidelijn geleidelijnen Twee achter elkaar op de oever geplaatste bakens die een merklijn vormen.

De achterste geleidebaken is hoger dan de voorste, om ze goed ineen te kunnen houden.

Gelijklastig De boot steekt voor net zo diep in het water als achter.

Even keel

Page 53: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 53 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Gemeten mijl Opstelling aan de wal van twee bakens waartussen de afstand bekend is.

Nieuwe schepen stellen hier hun echte snelheid vast.

geografische breedte breedte Deze kan door middel van astronavigatie worden afgeleid uit de hoogte van de noordelijke of zuidelijke hemelpool boven de horizon.

Te onderscheiden in Noorderbreedte en Zuiderbreedte latitude

Geografische lengte lengte Afstand van een plaats tot de eerste of beginmeridiaan, in graden gemeten langs de breedtecirkel.

Longitude

Getijvlakte Reliëfarm gebied met kreken, geulen en zandplaten, waar de invloed van de getijden duidelijk merkbaar is.

Geus Kleine natievlag (of afgeleide daarvan) die aan de geusstok op de voorsteven wordt gehesen.

Gevarensector Rood licht in de lichtcirkel van een lichtbaken. Wijst doorgaans op gevaar, zoals ondiepten, wrakken of rotsen.

Gewichtsstabiliteit Vorm van stabiliteit waarbij het gewichtszwaartepunt van het schip relatief laag ligt ten opzichte van het drukkingspunt (waar de opwaartse kracht van het water aangrijpt), zodat onder helling een oprichtend koppel ontstaat.

Gieren Onverwacht, als gevolg van uitwendige krachten, herhaaldelijk een zwenking maken van bakboord naar stuurboord of omgekeerd, waardoor de vaart vermindert.

Een schip kan ook op het anker gieren en gaat dan door de stroom heen en weer.

Yaw

Gierkabel Kabel over een rivier, waardoor een gierpont wordt overgebracht.

Wordt meestal door vletten ondersteund en is in het midden van de rivier verankerd.

Giertij De getijden rond springtij. Global Maritime Distress and Safety System

GMDSS Wereldwijd maritiem nood- en veiligheidssysteem dat met behulp van satellietcommunicatie de hulp moet gaan bespoedigen.

Om gebruik te kunnen maken van het GMDSS moet men beschikken over het Marcom-B certificaat.

Gnomonische projectie Kaartprojectie met rechte meridianen en gebogen breedtegraden.

Goed zeemanschap goed schippersgebruik Varen met gebruik van het gezonde verstand, dat wil zeggen met kundigheid en vaardigheid, alsmede met overleg handelen en vooruitzien.

Goedkope-vlagschepen Koopvaardijschepen die varen onder de vlag van landen waar de wetten en voorschriften ten aanzien van de scheepvaart zeer oppervlakkig zijn,

bijvoorbeeld Panama, Liberia en Honduras. De vlaggen zelf noemt men Flags of Convenience (vlaggen van gemak).

Flags of Convenience

Golfgenerator Installatie die golfbeweging in elektriciteit omzet. Bestaat bv uit tanks van tientallen meters hoog, waartussen de golfslag cilinders in beweging zet, die een generator aandrijven.

Golflengte Frequentie van radiozender. Golfslag De op en neer gaande beweging van de golven. Golfslag Het slaan of botsen van de golven tegen iets,

Page 54: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 54 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

bijvoorbeeld het schip of de wal. Golfstroom Relatief warme zeestroming. Voortkomend uit de Antillenstroom en de Floridastroom

loopt deze stroom langs de oostelijke kust van Noord-Amerika tot aan Kaap Hatteras, om van daar in noordoostelijke richting de oceaan over te steken. Het eerste deel, van Straat Florida tot Kaap Hatteras, wordt ook wel Floridastroom genoemd. Het tweede deel, van Kaap Hatteras tot New Foundland, blijft dan Golfstroom heten en het derde deel, van New Foundland tot Noorwegen, noemt men ook wel de Noordatlantische stroom.

Gouwzee Deel van het IJsselmeer, tussen het vasteland van Noord-Holland en het voormalige eiland Marken.

Gradiëntstroom Stroom ontstaan door inwendige drukverschillen in zee.

Grampus griseus Grampus Soort dolfijn Greenpeace Internationale milieuorganisatie die over eigen

schepen beschikt en zich onder andere richt tegen atoomproeven, het doden van jonge zeehonden en het dumpen van radioactief afval in zee.

Greenwich Mean Time GMT De middelbare zonnetijd van de meridiaan van Greenwich.

Griend Ongeveer 20 hectare groot Nederlands eiland in de Waddenzee, tussen Harlingen en Terschelling. Tot de watersnood van 1877 werd het eiland bewoond. Tegenwoordig is het een natuurreservaat.

Griend Soort dolfijn Er wordt jacht op deze dieren gemaakt, onder andere bij Färöer. Vaak ontaardt de jacht in een gruwelijke slachtpartij.

Grondgolven Golvende beweging in de onderste waterlagen, met name in ondiep water.

Grondzee Breker die boven een ondiepte ontstaat, waarbij het golfdal tot de bodem kan reiken.

Grootcirkel Cirkel die de aardbol in twee precies gelijke delen verdeelt.

Gross Tonnage G.T. Nieuwe maatgeving die per 18 juli 1994 van kracht is voor alle koopvaardijschepen, op basis van het internationale Uniform Tonnage Measurement System.

Het Gross Tonnage is de uitkomst van een rekensom waarin het volume in kubieke meters van alle ingesloten ruimten in het schip een belangrijke factor is.

Gross Tonnage

Grote (handels)vaart elk schip met een laadvermogen van meer dan 4000 Gross Tonnage.

Vroeger schepen met een laadvermogen van meer dan vijfhonderd bruto-registerton en een lengte van meer dan 75 meter.

Page 55: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 55 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Guano Meststof bestaande uit de verdroogde mest en overblijfselen van zeevogels, die op onbewoonde eilanden en klippen in de loop der eeuwen tot dikke lagen is opgehoopt.

Werd in de vorige eeuw en het begin van deze eeuw met hele scheepsladingen tegelijk uit Zuid-Amerika gehaald.

Guyot Onderzeese berg met een vlakke top, oprijzend tot minstens een kilometer boven de oceaanbodem.

Haaf Zakvormig visnet dat door een ronde beugel opengehouden wordt en aan een lange stok is bevestigd.

Haaksgronden Twee gevaarlijke zandbanken in de Noordzee voor het zeegat van Texel, ongeveer 8 kilometer uit de kust.

We onderscheiden de Noorderhaaks en de Zuiderhaaks.

Hagel Regendruppels die op grote hoogte door de wind naar koudere hoogten worden geblazen, daar bevriezen en vervolgens weer naar beneden vallen.

Hagelstenen zijn zelden groter dan 1 centimeter.

Hak Onderste deel van de achtersteven. Halen Het inhalen van de netten Halo Kring om de zon of de maan. Halve haring Tweejarige haring, sprot. Har Stijl waarom een sluisdeur draait. Hare Majesteits Hr.Ms. Voorvoegsel voor schepen van de rijksoverheid in

het algemeen en de Koninklijke Marine in het bijzonder

Haringdrijfnet Haringnet waarachter één vaartuig ligt te drijven. Haringjager Snelvarend vissersschip dat de eerste haring

aanvoert.

Haringkaken Het conserveren van haring door het verwijderen van kieuwen, hart en het voorste deel van de darm en het doorsnijden van de kieuwslagaderen, waarna de haring wordt gezout en in tonnen verpakt.

De sappen uit de in het lichaam achtergebleven alvleesklier verteren het lichaam, waardoor het visvlees mals en aangenaam van smaak wordt.

Haringschakels Staande netten voor de haringvisserij. Harp Een U-vormige sluiting die met een schroefboutje

met een oog gesloten wordt.

Harpoen Werpspies met weerhaken, bevestigd op een schacht met een ring, waaraan een lange lijn wordt bevestigd.

Bij de walvisvaart worden de harpoenen met een kanon afgeschoten.

Hartlijn De langsscheepse as van een boot. Havengeld Liggeld, te betalen aan de havenmeester. groundage |

ankerage

Havenmeester Ambtenaar die zorgt voor de orde en veiligheid in een haven en toezicht houdt op de uitdieping, de

Page 56: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 56 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

kaaien, het paalwerk enzovoort. Havenmeester Beheerder van een particuliere jachthaven. Havenverkeer Radioverkeer van schepen met bruggen, sluizen,

havenautoriteiten en radarposten. port operations.

Hefschip Drijvende bok met groot hefvermogen. Heklicht Wit licht dat zichtbaar is over een boog van de

horizon van 135°, van recht achteruit tot 22,5 graden achterlijker dan dwars naar beide zijden van het vaartuig.

Wordt doorgaans op het achterschip gevoerd, maar soms ook in de top van de mast, als onderdeel van een lantaarn waarin boordlichten, toplicht, ankerlicht en heklicht zijn gecombineerd.

Hekwieler Stoomschip voor ondiepe rivieren en meren, dat werd voortbewogen door één of twee schepraderen op het achterdek van het vaartuig.

Hellingproef Inspectie van een schip op de helling Voor het vaststellen van de nodige stabiliteitsgegevens moet elk schip na voltooiing aan een hellingproef worden onderworpen, en eventueel ook als het wijzigingen heeft ondergaan die van invloed zijn op de eerder vastgestelde stabiliteitsgegevens, zulks ter beoordeling van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie.

Helmstok De stok of hendel die aan het roer is bevestigd om ermee te kunnen sturen.

Herbevrachten Het aannemen van het vervoer van lading met een schip dat de bevrachter van een derde heeft gehuurd.

hieuwen Anker-op-gaan, anker lichten. Hieuwen Met kracht binnenhalen Hieuwlijn Lijn waarmee lichte lasten aan boord gebracht

worden of waarmee de tros aan de wal getrokken wordt.

In het laatste geval spreekt men ook van werplijn.

Hoekijzer IJzer waarvan de flenzen loodrecht op elkaar geplaatst zijn.

Hoekmeetinstrument Instrument, zoals een sextant, octant of jacobsstaf, voor het meten van allerlei hoeken.

Niet alleen hoeken tussen de horizon en hemellichamen, maar ook hoeken tussen bijvoorbeeld de top van een vuurtoren en de horizon.

Hollandse kuil Kuil met rechtgebreide boven- en onderzijd. Hollandse waterlinie Onderdeel van een verdedigingslinie van de

gewesten Holland en (een deel van) Utrecht, die in de 17e eeuw bestemd was om onder water te worden gezet en zo de vijand tegen te houden.

De waterlinie kon in 1672 de Fransen nog rechtsomkeert laten maken, maar dat lukte in 1939-1940 niet bij de Duitsers.

Holling Holle kromming in de flanken van de boot zodat deze over het water uitsteken.

Holmeslicht Waterlicht om drenkelingen mee op te sporen. Holte Grootste afstand tussen het vlak en het dek;

diepte van het schip.

Hoofd Een opstaande rand rondom openingen in het dek

Page 57: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 57 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

zoals luik of kuip, die dient ter versterking en tegen binnendringen van water.

Hopper Vaartuig met een open laadruimte en een losklep van onderen, om bagger in zee of een ander water te storten.

Hopperzuiger Zandzuiger die het zand in eigen bun opslaat. Hors Zandplaat in zee die met vloed bijna geheel

onderloopt.

Hospitaalschip Lazaretschip Vaartuig in gebruik voor de medische behandeling van zeelieden en de eerste klinische opvang van slachtoffers van zeeslagen.

Houtschip Schip dat een gedeelte van de houtlading aan dek vervoert

Een dergelijk schip mag zwaarder geladen zijn dan normaal.

Hozen water uit de boot scheppen. Huik Hoes van geteerd of geolied zeildoek, om

voorwerpen tegen vocht en vuil te beschermen of als dekkleed voor een opgedoekt zeil.

Hulpkruiser Snelvarend koopvaardijschip dat tijdelijk als oorlogsschip is ingericht.

Hulploon Voor de hulp, met gunstig gevolg verleend aan in gevaar verkerende schepen, de zich aan boord bevindende goederen, de vracht en de opvarenden, voor het redden van het leven van de schipbreukelingen en voor het bergen van driftige en aangespoelde zaken, is hulploon verschuldigd.

Aldus artikel 552 van het Wetboek van Koophandel. `Met gunstig gevolg' betekent no cure, no pay. Bovendien moet er sprake van werkelijk gevaar zijn geweest. In geval van geschil wordt de hoogte van het hulploon door de rechter vastgesteld.

Hulpverlening Artikel 785 van het Wetboek van Koophandel luidt: 1. De schipper is verplicht aan personen die in gevaar verkeren, en in het bijzonder als zijn schip bij een aanvaring betrokken is geweest, om de andere daarbij betrokken schepen en personen, die zich aan boord van die schepen bevinden, de hulp te verlenen waartoe hij bij machte is zonder zijn eigen schip en de opvarenden daarvan aan ernstig gevaar bloot te stellen. 2. Hij is bovendien verplicht, voorzover hem dit mogelijk is, aan de andere bij de aanvaring betrokken schepen op te geven de naam van zijn schip, van de plaats waar het thuis hoort, van de plaats vanwaar het komt en waarheen het bestemd is, alsmede inzage te verstrekken van het bewijs van inschrijving in het register.

Hut Nachtverblijf aan boord voor passagiers en bemanning.

Page 58: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 58 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Hydraulische getijstroom Getijstroom die ontstaat door niveauverschillen veroorzaakt door verschillen in getijhoogte of hoogwater aan de twee uiteinden van een zeestraat.

Hydroplaan glijboot Een door luchtschroeven voortbewogen vaartuig met zeer weinig diepgang.

Wordt veel gebruikt in moerasgebieden en mangroven, bijvoorbeeld de Everglades.

Ijsbank Massa opeengestapelde ijsschotsen die de doorvaart van een zee of rivier belemmert.

ijsbreker Losse bekleding van planken om een schip heen, om het tegen de botsingen van de ijsschotsen te beschermen.

Ijsbreker Schip met zware motoren en versterkte boeg, dat speciaal is gebouwd om het ijs te breken en opzij te schuiven.

Ijsbunkerschip Schip waar in de ruimen door middel van ammoniak ijs wordt geproduceerd, voor het conserveren van vis op vissersschepen.

Ijsselmeer Deel van de vroegere Zuiderzee, tussen Muiden en de Afsluitdijk.

Oorspronkelijke oppervlakte 3500 km², na inpoldering nog maar 1200 km². De gemiddelde diepte is 3,5 meter. De dijk van de Houtribsluizen bij Lelystad naar Enkhuizen heeft het IJsselmeer in een noordelijk en een zuidelijk gedeelte opgesplitst. Het zuidelijk deel heet Markermeer en gaat over in het IJmeer.

IMO-nummer Internationaal erkend 7-cijferig identificatienummer, onverbrekelijk verbonden met het schip.

Indexfout Fout van het hoekmeetinstrument die samenhangt met lichte verdraaiingen van de kimspiegel.

De waarde van de indexfout dient voor elke observatie opnieuw te worden vastgesteld. We onderscheiden een negatieve en een positieve indexfout.

Indompelingsgrenslijn Volgens het schepenbesluit een lijn, gedacht op het scheepsboord, evenwijdig aan en op een afstand van 76 millimeter onder de aansnijding van de bovenzijde van het schottendek met dit boord.

Inklaren Het vervullen van de douaneformaliteiten voor inkomende transporten.

inklaringsbewijs Bewijs van inklaring (door de douane) Customs clearance

Zollpapier

Inmarsat-C Satelliet voor tele(x)communicatie. Inschepen Aan boord gaan om in elk geval de eerstkomende

reis mee te maken.

Inscheren Het eind van een lijn (loper) door een oog, een blok of door de blokken van een takel steken en de lijn zo ver doorhalen als nodig is.

Inshore-activiteiten werkzaamheden in de binnenwateren. Inslingertijd Schulerperiode |

ongedempte slingertijd De tijd die de projectie van de gyroscoop van het

gyrokompas nodig heeft om de ellips te Voor het dempen van de slingering van de tolas is een dempingssysteem nodig. Pas wanneer de slingering is

Page 59: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 59 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

doorlopen. gedempt en de tolas in ruststand de noordrichting aangeeft, kan van een kompas worden gesproken.

Intergovernmental Maritime Consultative Organization

IMCO Organisatie van de Verenigde Naties die zich sinds 1958 bezighoudt met het opstellen van richtlijnen voor veiliger scheepvaart, betere navigatie en schonere zeeën.

Gevestigd te Londen.

International Maritime Organization

IMO Organisatie van de Verenigde Naties die zich sterk maakt voor internationale samenwerking op scheepvaartgebied.

Gevestigd te Londen.

International Telecommunication Union

ITU Organisatie van de Verenigde Naties die onder andere de internationale regels ten aanzien van roepnamen van schepen en zendinstallaties opstelt.

gevestigd te Genève

Internationale datumgrens datumgrens IDL Meridiaan van 180° Oost / West Tussen de oost- en westzijde van de datumgrens is een dag tijdverschil

International Date Line

Internationale Walvisvaartcommissie

IWC Organisatie, in 1946 opgericht te Washington, die tracht de jacht op walvissen en andere zeezoogdieren te beperken.

Intershipverkeer schip-schipverkeer Radiotelefonieverkeer tussen schepen onderling. Is voor de Rijn en binnenwateren slechts toegestaan op de kanalen 10 en 13 van de marifoon, en dan nog met gereduceerd vermogen. De kanalen 6, 8 en 13 zijn bestemd voor het intershipverkeer op zee, waarbij kanaal 13 slechts mag worden gebruikt voor de coördinatie van scheepsbewegingen en andere op de veiligheid betrekking hebbende communicatie tussen schepen onderling.

Intrashipverkeer Radiotelefonieverkeer tussen twee of meer portofoons op één schip.

Invalling Binnenwaartse kromming van de flanken van de boot naar de bovenkant.

Isobaren Iso Lijnen die alle plaatsen met dezelfde atmosferische druk met elkaar verbinden.

isobath dieptelijn Lijnen op een zeekaart die de diepte van het water aangeven.

isobath

Isogonen Lijnen die punten van gelijke variatie met elkaar verbinden.

Jaaglijn Haaleind Touw waarmee een dikke tros aan de wal wordt getrokken.

Jaaglijn Lijn waaraan een boot of schip vanaf de wal wordt voortgetrokken.

Jaagpad Pad langs een vaart, van waaraf men een trekschuit met een jaagpaard voorttrekt.

Jackstay Stalen kabel tussen twee schepen, waarlangs bij het overhevelen van brandstof of drinkwater de slangen geleid worden.

jackstay

Page 60: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 60 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Jack-up Booreiland waarvan de poten kunnen worden opgehaald

zodat het van het ene veld naar het andere gesleept kan worden.

Jagen Schip vanaf de wal aan de jaaglijn voorttrekken. Jet-ski Soort waterscooter met hoog motorvermogen Vaarbewijs verplicht. Jettison Het overboord zetten van lading op zee, voor de

veiligheid van schip en bemanning. Jettison

Joon Grote dobber die rechtop in het water staat en het vistuig draagt.

Joon Soort drijver aan een reddingsboei, die automatisch uitklapt wanneer de reddingsboei wordt gebruikt en met een vlaggetje of elektronisch lichtsignaal de plaats van de boei markeert

Journaal Verzamelnaam voor diverse dagboeken met reisaantekeningen

zoals het scheepsjournaal, het machinejournaal, het radiojournaal, het oliejournaal, het kompasjournaal, het tijdmeterjournaal en het meteojournaal.

Ship's log Schiffstagebuch

Jutten Op het strand aangespoeld materiaal zoeken en zich dit toeëigenen.

Jutter Hij die zich bezighoudt met jutten. Kaaihelling Oprit van een laaggelegen loswal naar een hoge

kaaimuur.

Kaapstander windas Wiel op een verticale as met een ketting eraan gebruikt om zware lasten te verplaatsen en meertrossen door te hieuwen.

Kaar houwer Kist met gaatjes om vis in levend te houden. Kaartenkamer Afsluitbare ruimte achterin het stuurhuis waar de

zeekaarten worden bewaard en geraadpleegd en diverse navigatie-instrumenten zijn opgesteld.

Kabel Zwaar driestrengtouw. Kabellegger Groot schip dat speciaal is gebouwd om

(telefoon)kabels op de bodem van de oceaan te leggen, om directe verbindingen tussen de continenten tot stand te brengen.

Kabellengte Een tiende van een zeemijl. Kadaster Ambtelijke organisatie die niet alleen onroerende

zaken registreert, maar ook schepen en jachten. Een geregistreerd schip kan met een hypotheek worden gefinancierd en biedt meer zekerheid bij koop, verkoop en diefstal.

Kajuit roef Woonruimte in een schip. Kamers Rechthoekige stukken netwerk (schutwant) die de

vis naar de fuiken moeten leiden.

Kanaalrat Plotselinge depressie vanuit het oostelijk deel van de Atlantische Oceaan, die ongeveer eens per jaar langs onze kust trekt, meestal in juli of augustus.

Kondigt zich aan door een zeer snel dalende barometer.

Kantelbak Automatisch lossende zolderschuit.

Page 61: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 61 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Kantje Eenheid van zo'n zeshonderd à duizend haringen, afhankelijk van de grootte.

Vijf kantjes zijn gelijk aan vier gepakte tonnen. De vangst van een gemiddelde drijfnetvisser bedraagt vijftig tot honderd kantjes.

Kantnetvisserij schrobnetvisserij Het vangen van platvis met schrobnetten, dicht langs de kust, in zachte jaargetijden.

Kapitein Gezagvoerder Gezagvoerder op een koopvaardij- of passagiersschip.

Hij staat in dienst van de reder en is aan boord de vertegenwoordiger van het openbaar gezag, bijvoorbeeld de ambtenaar van de burgerlijke stand.

Master

Kapitein-eigenaar Kapitein die tevens eigenaar (reder) van het schip is.

Kapiteinskamer Bureau waar de kapiteins bij de havendienst zich melden en verslag uitbrengen.

Kapiteinskamer Salon van de kapitein. Kappen Het doorsnijden van een koord of touw. Kapseizen kenteren Omslaan van het schip. Kast Sleep-, motor- of zeilschip met rechte verticale

voorsteven en ovaal achterschip.

Kee Hok waarin op een vissersvaartuig de gevangen vis in het ijs wordt gelegd.

Kelp Zeewier | fam. der Laminariales

Verzamelnaam voor algensoort met grote bladeren, die in de koudere kustgebieden op rotsen groeit.

De reuzenkelp (genus Macrocystis), die in het noorden van de Grote Oceaan voorkomt, kan wel »5 meter lang worden. Kelp is rijk aan vitaminen en mineralen.

Kelvingolf Getijsysteem op het noordelijk halfrond, waarbij het getijverschil aan de rechterzijde van de golfrichting in een nauw kanaal toeneemt en aan de linkerzijde afneemt.

Kempenaar Binnenvaartschip dat het Kempense kanaal kan passeren.

Kenning Grens van het zicht. Kerkschip Schip met een predikant aan boord, dat dient als

kerk en geestelijk steunpunt voor vissers op zee.

Kern ziel Het binnenste van een touwwerk van vier of meer strengen, dat de lijn veerkrachtiger en sterker maakt.

Ketelmeer Deel van het IJsselmeer tussen de Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland.

In het meer bevindt zich Keteleiland, waar veel watervogels broeden.

Kevlar Aromatische polyamide Zeer sterke kunststof, waarmee onder andere bepaalde polyester jachten worden versterkt.

Kiel Een zwaar balkvormig stuk hout over de gehele lengte van de boot.

kiel Uitstekende rib onder de boot aangebracht om te voorkomen dat de boot verlijert; dient tevens als ballastmiddel.

We onderscheiden de vinkiel, de bulbkiel en de kimkiel.

Kielen Een schip overzij halen, om er van onderen het

Page 62: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 62 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

nodige werk aan te kunnen verrichten. Kieljacht Jacht met een kiel Kiellegging Het leggen van de kiel bij het begin van de bouw

van een schip.

Kiellichter Breed, zwaar, vierkant vaartuig met platte bodem, waarmee zeer zware lasten worden vervoerd en waarmee schepen kunnen worden gekield.

Kiellinie Vlootformatie waarbij de kielen van de schepen in één lijn achter elkaar liggen.

Bij een dubbele kiellinie zijn twee evenwijdige lijnen gevormd.

Kielmidzwaard Een combinatie van een kiel en een midzwaardsysteem.

Het midzwaard is hier van metaal, waardoor het ook meehelpt aan de stabiliteit.

Kielrichting kiellijn Midscheepslijn tussen spiegel en boeg. Kikker Houten of metalen klamp met twee uitsteeksels

om een schoot e.d. op vast te zetten.

Kil Diepe vaargeul tussen twee zandbanken in. Kim Bilge De einder of horizon. Kimduiking Het verschil tussen de zichtbare en de wezenlijke

gezichtseinder voor een waarnemer die zich een eind boven het zeeoppervlak bevindt.

Kimkielen slingerkielen Twee ter hoogte van de kimmen aangezette kielen, om het verlijeren en slingeren tegen te gaan.

Wanneer het schip droogvalt blijft het jacht bovendien recht staan.

Kinetose Medische benaming van bewegingsziekten, veroorzaakt door abnormale beweging van het lichaam of organen in het lichaam

bijvoorbeeld zeeziekte.

Kink Een valse slag waardoor er een knoop in het touw of de kabel ontstaat.

Vooral bij staaldraad lastig bij het opschieten

Klaarzak Zakvormig net dat in de bun wordt gehangen en waarin men vis bewaart

meestal aal

Klamp Een stuk beslag dat dient om er een lijn op te beleggen.

Klaplong Longbeschadiging door overdruk van uitzettende lucht in de longen tijdens het opstijgen van een duiker, omdat hij zijn adem heeft ingehouden.

Kan worden voorkomen door zuurstof te delen met je buddy, of door een vrije opstijging.

Klaren Het compenseren van de druk door het dichtknijpen van de neus en tegelijkertijd druk op de neusgaten (en oren!) uitoefenen.

Klaren Het verwijderen van kinken en knopen in kabels, trossen en kettingen.

Klaringsvaartuig Vaartuig ten dienste van de ambtenaren die zijn belast met het in- en uitklaren van schepen.

Kleedhout Beplanking op het raamwerk van een sluis. Klein schip Volgens het BPR een schip met een lengte van

minder dan 20 meter, uitgezonderd een

Page 63: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 63 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

sleepboot, duwboot of vissersschip. Klein Vaarbewijs Bewijs dat in Nederland sinds 1 april 1992

verplicht is voor de watersport, voor schepen met een lengte van 15 meter of meer en motorboten van minder dan vijftien meter, die sneller kunnen varen dan 20 kilometer per uur.

Het Klein vaarbewijs I geldt voor het varen op kanalen, meren en rivieren, met uitzondering van de Eems, de Dollard, het IJsselmeer, de Oosterschelde, de Westerschelde en de Waddenzee. Het Klein vaarbewijs II geldt voor het varen op alle binnenwateren, waaronder bovengenoemden.

Kleine (handels)vaart Kustvaart Schepen begrensd door een laadvermogen van 4000 Gross Tonnage.

Vroeger schepen met een laadvermogen van minder dan 500 bruto-registerton en een lengte van minder dan 75 meter.

Klopbrief Keuringsbewijs van de dikte van de romp. Kluis Opening in de boeg waar de ankerketting

doorheen steekt.

Knikspant Een soort constructie bij boten waarbij de in de lengte lopende planken of de platen elkaar onder een hoek ontmoeten.

In geval van meer knikken in de huid spreken we van een multiknikspant.

Knoop Een snelheid van één zeemijl (1,852 km.) per uur. Koel- en vriesschip Schip ingericht voor het vervoer van gekoelde of

bevroren lading.

Koelschip Schip met koelinstallaties voor het vervoer van levensmiddelen.

Koers De voorwaartse richting van het langsscheepse symmetrievlak van een vaartuig.

Koers door het water De richting waarin de boot zich door het water beweegt, rekening houdend met de drift.

Koers over de grond De in werkelijkheid gevolgde koers, rekening houdend met variatie, deviatie, drift en stroom.

course over ground

Koerskruisend vaartuig Vaartuig dat een zodanige koers voorligt dat zijn koers de koers van het eigen vaartuig kruist.

Koerslijn Lijn op de kaart van de gegiste of ware plaats van het schip naar een punt op de kaart waarheen men wil varen.

Koersschrijver Elektronisch instrument dat is aangesloten op het gyrokompas.

Bestaat uit een dochtermotor, koerspen, uurwerk, trommel met veerwerk en een rol koersschrijverpapier. Wordt gebruikt ter controle van de automatische stuurinrichting, de controle van de roerganger en de staving van verklaringen betreffende manoeuvres die met het schip zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld bij een scheepsramp.

koerswendingspunt routemarkeringspunt D e punten waar de koerslijn eindigt en een nieuwe koerslijn begint

waypoint

Kofferdam Ruimte tussen twee dicht opeen liggende waterdichte schotten.

Kofferdekschip Vrachtschip met een kofferdek geschikt voor stortladingen.

Page 64: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 64 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Kol Vistuig om kabeljauw te vangen Lijn van ongeveer 100 meter lang, verzwaard met lood. Kolkmuur Muur van de sluis. Kolsum kolzwijn | tegenkiel |

zaathout | kolspijnplaat Langsscheeps verband midscheeps, dat binnen in

het schip over de buikstukken met de buitenkiel wordt verbonden.

Kombuis Scheepskeuken, of gedeelte van de kajuit dat voor het koken wordt gebruikt.

In de 17e en 18e eeuw niet meer dan een bakstenen haard, al dan niet met schoorsteen, waarop een grote snertketel kon worden geplaatst. Tegenwoordig aan boord van zeeschepen een grote ruimte, voorzien van een elektrisch fornuis, bakkersoven, rijskast, dientafel, koelkasten, deegkneders, aanrecht en grilloven.

Caboose

Kompas Instrument dat dient tot het bepalen van de richting of de koers.

Is doorgaans cardanisch opgehangen in het kompashuis en wijst het magnetische noorden aan.

Kompasboei Boei waaraan schepen worden gelegd bij het compenseren van de kompassen.

Kompashuis Apparaat waarin het kompas wordt aangebracht. Kompaskoers KK De hoek tussen de kiellijn en het door het kompas

aangegeven noorden. Kompaskoers = ware koers - variatie - deviatie.

Kompasnaald Naald Magneetnaald die de noordrichting op het kompas aangeeft.

Een `dode naald' heeft haar magnetische kracht verloren. Een `walende naald' richt zich (te) langzaam naar het noorden.

Komvisserij Visserij waarbij kommen worden gemaakt door stelsels van palen in de zeebodem te steken en daartussen netten te spannen.

Koningspaal Middelste paal van een dukdalf. Koningsstuk kopstuk Stuk hout dat loodrecht op het midden van de

slagbalk van een sluis wordt gezet en naar buiten uitsteekt.

Koninklijk Instituut voor de Marine

KIM in Nederland de enige instelling waar toekomstige beroepsofficieren voor de zeemacht worden gevormd.

In 1829 opgericht en gevestigd te Medemblik, sinds 1854 gevestigd te Willemsoord (Den Helder).

Koninklijk Nederlands Watersport Verbond

KNWV.

Koninklijke Marine Onderdeel van de krijgsmacht dat bestemd is voor de oorlogvoering op, onder en boven de zee.

Ressorteert onder de minister van Defensie.

Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij

KNRM Is gevestigd te Ijmuiden

Koninklijke Nederlandse Redersvereniging

KNR

Koopvaardij Handelsscheepvaart | zeevaart

De bedrijfstak die zich bezighoudt met het vervoer overzee van goederen en personen.

Merchant navy | merchant marine

Kop voor nemen Het - varende tegen de stroom - zodanig veranderen van de vaarrichting van een vaartuig, dat het voor stroom komt te varen.

Page 65: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 65 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Kopbaken In de grond gestoken sparboei die de zijden van een vaarwater markeert

Kopnetje Netje dat bij de sleepnetvisserij op haring en ansjovis van de kop van het vaartuig af gevierd wordt.

Kopwind Wind waar men pal tegenin moet varen. Kor schrobnet | kornet |

sleepnet Trechtervormig sleepnet voor de vangst van

kabeljauw, schelvis, schol, tong enzovoort.

korplanken Borden of deuren die een schrobnet openhouden. otterboards Korte stoot Volgens het BPR: een geluidssein dat ongeveer 1

seconde duurt.

Kosmitsjeskaja Sistejama Poiska Avarijinitsj Soedov.

COSPAS Russische benaming voor SARSAT.

Kotter stalen motorkotter van 20 à 40 meter lang Oorspronkelijk een snel zeilscheepje met één langsscheepsgetuigde, achteroverhellende mast en een steng, waaraan een gaffelzeil en een gaffeltopzeil werden gevoerd, en als voorzeil vier stagzeilen.

Krabben Het slepen van het uitgeworpen anker over of door de bodem, door windkracht en golfbeweging.

Is niet de bedoeling. Het kan worden tegengegaan door meer ankerketting te steken of de ketting te verzwaren.

Crab

Krachtenkoppel Twee krachten die in tegengestelde richting maar niet op dezelfde plaats op een voorwerp inwerken

bijvoorbeeld de wind op de zeilen en de waterstroom op de kiel en de romp. De afstand tussen de twee krachten wordt de `arm' genoemd.

Krammat Laag stro of riet die tegen de helling van een dijk is aangebracht en met strobeugels bevestigd, om hem tegen de golfslag te beschermen.

Krebbe krib Vierkante afgesloten ruimte aan bak- en stuurboord in het ruim van een haringschip, waarin de haring uit het net wordt gestort.

Krengen Een stilligend schip doen overhellen om de zijde die boven water komt af te krabben of te herstellen.

Kril walvisaas Planktonkreeftjes (orde der Euphausiaceae), die vooral in Antarctische wateren voorkomen.

Zij vormen een belangrijke schakel in de voedselketen.

Krimpen De wind krimpt wanneer hij van richting verandert tegen de draairichting van de wijzers van een klok in

Tegengesteld aan ruimen

Kruiplijn Afstand tussen de waterspiegel en het hoogste vaste punt van het schip.

Kruisen Laveren, tegen de wind op varen. Hierdoor kan men scherp aan de wind, dan over één boord en vervolgens over een ander een punt bereiken boven de wind dat anders niet te bereiken is op een vaste koers.

Kruiser Snel oorlogsschip, met als specifieke taken het beschermen van konvooien, verkennen en verkenningsafweer.

Men onderscheidt lichte en zware kruisers. Een kruiser is doorgaans 162-243 meter lang en 17-22 meter breed, heeft een bemanning van gemiddeld 500 personen en

Page 66: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 66 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

een kruissnelheid van zo'n 30 knopen. Kruiser Zeiljacht of motorjacht, met name voor de

recreatieve toervaart op de binnenwateren

Kruispeiling Positiebepaling, verkregen door gelijktijdige optische of radiografische peilingen op twee of meer vaste aardrijkskundige objecten (vuurtorens, bakens, boeien, enz.) en aangegeven door een cirkel en de tijd.

Het snijpunt van de beide richtingen stelt de positie van de waarnemer vast.

Kruiszee verwarde Zee Korte, hoge golftoppen in een overigens betrekkelijk kalme zee, ontstaan door het schuin door elkaar lopen van verschillende golfpatronen.

bijvoorbeeld in het centrum van een cycloon, waarbij de uit alle windrichtingen opgestuwde golven elkaar in het midden ontmoeten .

Krullers Steile brekende golven die meestal veroorzaakt worden door een sterke getijdestroom.

kub Achterste gedeelte van een fuik. Kub Korte, van tenen gevlochten of van garen

gebreide fuik zonder vleugels.

kub Tenen mand waarin de vis voorlopig wordt bewaard.

Kuil kuilnet | ankerkuil Langgerekt, trechtervormig, nauwmazig net, dat bij sterk stromend water voor anker wordt gelegd of door één of twee schepen door het water wordt getrokken.

Bestaat uit een bovenzijd en een onderzijd. Sinds 1970 een verboden vistuig in Nederland.

Kurkenzak Zak van gevlochten touw, gevuld met kurk of ander veerkrachtig materiaal, die als stootkussen wordt gebruikt.

Kustlicht Verzamelnaam voor alle aan of nabij de kust opgestelde lichtbakens ten behoeve van de scheepvaart

zoals vuurtorens en lichtschepen.

Kustvaarder kuster Vaartuig behorende tot de Kleine Handelsvaart. Coaster Kustwacht Dienst die als taak heeft het waarschuwen van

alle daarvoor in aanmerking komende instanties wanneer er zich in het zee- en kustgebied een scheeps- of vliegtuigramp plaatsvindt.

Coast guard

Kwakkuil Fijnmazig, zakvormig net, opengehouden door twee van het achterschip schuin in het water gestoken bomen, onder andere voor de vangst van paling en garnalen.

Laadboom Boom die zodanig draaibaar aan de laadpaal of mast bevestigd is, dat hij zowel in horizontale als verticale richting kan draaien.

Wordt gebruikt om te laden en te lossen wanneer de middelen daartoe in de haven ontbreken.

Laadhoofd Rechthoekige, door luiken afgedekte opening in het dek van een schip, die toegang tot de ruimen geeft.

Laafnet Groot soort maalnet. Laag Evenwijdig aan de wal afgemeerde rij boten.

Page 67: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 67 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

laag Rij in het zand gelegde, geaasde haken. Laagste astronomische getij

LAT Het laagste tij dat onder invloed van de zon, de maan en de sterren kan ontstaan.

Lowest Astronomical Tide

Lage wal lagerwal De kust of oever waar de wind naartoe waait. Laminaat Harde kunststoflaag, vaak bestaande uit

glasvezel en kunsthars.

Lamineren Materialen aan elkaar bevestigen. Glasmat wordt gelamineerd met polyesterhars om er polyester van te maken; dunne houtplaten worden gelamineerd om er (bijvoorbeeld) een houten zwaard of roer van te maken.

Lamme arm Zijschroef en -as. Landingsbrug In het water uitstekende steiger voor het in- en

uitschepen van passagiers.

Landmerk geleidelijn Twee karakteristieke oriëntatiepunten op de kust en dieper gelegen land in één lijn.

Landvast Touw waarmee een schip wordt vastgelegd aan de wal.

Men spreekt van boegtros, hektros, voorste dwarstros, achterste dwarstros, voorste spring en achterste spring.

Landziekte Bewegingsziekte die in feite het tegengestelde van zeeziekte is.

Na een lange zeereis voel je de bodem nog onder je voeten deinen, terwijl je al uren of dagen aan de wal bent.

Lange Jaap Vuurtoren in Den Helder; teken van de thuishaven.

Kwam in 1878 gereed en is 64 meter lang. De Lange Jaap is de hoogste gietijzeren toren van Europa en is van een afstand van 37 kilometer te zien.

Lange stoot Volgens het BPR: een geluidssein dat ongeveer 4 seconden duurt. De tijdruimte tussen twee opeenvolgende stoten moet 1 seconde bedragen.

Langshelling langshelling Bouwplaats van scheepsrompen, die loodrecht op de oever staat en onder water nog een stuk doorloopt om de tewaterlating te vergemakkelijken.

Langsscheeps Evenwijdig aan de langsas van het schip. along ship Langszij Langs de zijde van een schip. Last 10.000 stuks haring. last De vangstquotum voor garnalen per vaartuig. Last Twee ton gewicht. Lastlijn De waterlijn van het schip bij de grootste

geoorloofde inzinking in zeewater; de grens van het laadvermogen van een schip.

Lastvlot Diepgang van een geladen binnenvaartschip. Lateraal oppervlak lateraalvlak Rompdeel onder de waterlijn, dwarsscheeps

geprojecteerd.

Lateraal stelsel Betonningsstelsel ter weerszijden van vaarwaters. Lateraalpunt Zwaartepunt van het lateraal oppervlak Laveren opkruisen Vordering maken tegen de wind in onder een zo

Page 68: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 68 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

klein mogelijke hoek met de wind, beurtelings over beide boegen.

Lek Niet waterdicht. lek Plaats waar iets lek is. Lengte op de waterlijn Rechte afstand op de waterlijn tussen de meest

voorste en achterste punten van de romp op deze lijn.

Lengte over alles LOA Afstand in een rechte lijn tussen de meest voorste en meest achterste punten van de scheepsromp.

Lengtegraad Graad van een breedtecirkel. Lenzen Voor de storm weglopen met juist genoeg zeil of

motorkracht om te voorkomen dat de zeeën van achteren inlopen en over het schip slaan.

Lepas anatifera Eendemossel Rankpootkreeft die 20-40 centimeter lang kan worden en over de hele wereld voorkomt.

Zet zich vast op harde oppervlakten.

Lichtboei Boei die een lichtsignaal geeft. Lichter Schip met geringe diepgang zonder eigen

voortstuwing.

Lichterbrief Consent tot het lossen van een gedeelte van de lading in een andere plaats dan is overeengekomen

bijvoorbeeld in verband met averij of lage waterstand.

Lichter-moederschip Vervoert drijvende laadbakken, die met een portaalkraan of lift aan boord zijn gebracht, over de oceaan.

Sommige barge carriers kunnen zinken als een drijfdok, waarna de lichters naar binnen of naar buiten worden gevaren.

Barge carrier

Lichtschip Vuurschip Soort drijvende vuurtoren. Sind men de Noord Hinder heeft weggehaald heeft Nederland geen lichtschepen meer. Ze zijn allemaal vervangen door lichtboeien.

Lier ankerlier | windas Mechanisch hulpmiddel om grote kracht op een schoot, val of ketting te kunnen uitoefenen.

Ligdagen Dagen die benodigd zijn voor het laden en lossen. Tegenwoordig vaak lig-uren. Liggeld kaaigeld Belasting van schepen geheven voor het liggen

aan een kade of in een haven.

Liggeld Geld dat aan de reder wordt betaald voor de tijd die het schip boven de bepaalde termijn ergens ligt om op lossing of lading te wachten.

Lij Kant waar de wind naartoe gaat. Lijfseizing lijflijn Reddingslijn die bij werkzaamheden buiten boord

om het middel van de schepeling wordt gebonden, om overboord vallen te voorkomen.

Lifeline

Lijgierig Laf Een zeilboot is lijgierig wanneer zij de neiging heeft om af te vallen, van de wind af te draaien.

Om haar op koers te houden moet de helmstok dan naar lij worden gehouden.

Lijn Touwwerk uit drie of vier strengen Wordt gebruikt voor weeflijnen, zwaardere bindsels aan stagen en wanten en ook als lopend want en sloeplijnen.

Lijnvaart Door rederijen onderhouden scheepvaartdiensten Doen de schepen daarbij de thuishaven aan, dan is er

Page 69: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 69 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

tussen twee havens volgens een vast schema, een vaste route en een vaste prijs.

sprake van home trade. Zo niet, dan is er sprake van cross trade.

Lijnwerptoestel Apparaat waarmee een reddingsstation of reddingsboot een trosverbinding tot stand brengt met een schip in moeilijkheden of een drenkeling.

Lijwaarts Van het uitgangspunt af naar lij, met de wind mee. Lijwal Kust onder de wind. Limbus In graden ingedeelde rand van een

hoekmeetinstrument.

Limnoria lignorum Boordpissebed Een schaaldier van ongeveer 3 mm. lengte dat in het hout van schepen gangen maakt met een diameter van 2,5 mm.

Kan ernstige schade veroorzaken aan de beplanking

Litoraal De kust of het kustland betreffend. Litorale fauna Het dierenrijk van de zee tot ± 400 meter diepte. Lloyd's of London Verzekeringsmaatschappij voortgekomen uit het

in 1688 opgerichte Lloyd's.

Lloyd's Open Form Verkorte omschrijving van Lloyd's Standard Form of Salvage Agreement.

In 1890 ingesteld om tijdrovende rechtszaken tussen eigenaars van sleepboten en gezagvoerders/reders van om hulp vragende schepen te voorkomen. De sleepboot seint `L' en wanneer daar bevestigend op wordt geantwoord betekent dit dat beide partijen zich neerleggen bij een eventuele uitspraak van de door Lloyd's aangewezen arbiter(s).

Lloyd's Register of Shipping Classificatiebureau in 1834 opgericht te Londen, die de maatstaven voor de scheepsbouw bepaalt.

Local Hour Angle LHA De hoek tussen de meridiaan waarop de aardse projectie ligt en de meridiaan waarop de aangenomen waarnemer zich bevindt.

Local Hour Angle

Lodicator Instrument waarmee de spanningen in een schip worden gemeten.

Loef Kant waar de wind vandaan komt. Loefwaarts Van het uitgangspunt af meer naar loef, tegen de

wind in.

Loefwal De wal waar de wind vandaan komt. Log Instrument om de snelheid van een vaartuig te

meten, of de verheid (de afgelegde weg), of beide.

De meest eenvoudige vorm is de handlog, die uit een logschuitje, een logrol en een logglaasje bestaat. Een druklog meet de dynamische druk onder het schip. Een elektrische log meet de veranderde inductiespanning door middel van twee gevers aan de huid van een schip.

Loggen Met een log de vaart van het schip bepalen. Loodbroodjes Blokken lood, ter grootte van kleine baksteentjes,

die worden gebruikt om een boot de nodige diepgang en ballast (stabiliteit) te geven.

Loods Gekwalificeerde zee-officier in dienst van het Meestal is het gebruik van een loods verplicht. Ongeacht Pilot

Page 70: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 70 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

loodswezen die schepen naar binnen en naar buiten loodst door de gezagvoerder of diens vervanger aanwijzingen te geven voor de navigatie.

de taak van de loods ontheft diens aanwezigheid de kapitein of chef van de wacht niet van zijn eigen taken en verplichtingen.

Loodsafhaalboot loodsjol Klein maar zeewaardig vaartuig dat heen en weer vaart tussen de loodsboot en de wal en tussen de loodsboot en schepen, om loodsen aan boord te brengen en van boord te halen.

Tegenwoordig vaak rubberboten met krachtige buitenboordmotoren.

Loodsboot tender Schip van het loodswezen Kan 's nachts op het kruisstation worden herkend aan een wit licht boven een rood licht in de top van de mast.

Loodsstation Kruisstation De plaats waar volgens de zeekaart de loodsboot moet liggen.

Loodswezen Bedrijf dat zich bezighoudt met het plaatsen van loodsen op schepen.

Vroeger als rijksdienst ressorterend onder het ministerie van Verkeer en Waterstaat, sinds 1988 geprivatiseerd. Sinds 1994 hebben de circa 600 loodsen van het Loodswezen concurrentie, want in dat jaar liberaliseerde minister Jorritsma van Verkeer & Waterstaat de markt van het loodswezen.

Loran Elektronisch plaatsbepalingssysteem, waarbij het tijdsverschil tussen twee ontvangen signalen zichtbaar wordt gemaakt op een kathodestraalbuis.

Kan op grotere afstand werken dan Decca. Het bereik is overdag zo'n 1200 kilometer en 's nachts ongeveer 2250 kilometer. Wordt gezien als back-up voor GPS

Losgooien Het losmaken van de landvasten om af te varen. Lossen Een lading uitladen. Lostijd De verwachte of werkelijke tijd die nodig is om het

schip te lossen.

Lowest Observed Tide LOT Het laagste tij dat men op een bepaalde plek ooit heeft waargenomen.

Wordt onder andere in Frankrijk gebezigd.

Loxodroom Lijn op het aardoppervlak die alle meridianen onder gelijke hoeken snijdt.

Deze lijn is dus krom, al is dat nauwelijks te zien wanneer het om een kleine afstand gaat.

Rhumbline

Luchtkussenvoertuig Voertuig dat zich enigszins boven water, ijs, moeras en tamelijk vlakke vaste grond snel kan voortbewegen, door een luchtlaag tussen de bodem en het oppervlak te persen.

Hovercraft

Luchtsluis Luchtdichte sluis met dubbele deuren bijvoorbeeld in de schacht van een caisson, die zo ongeveer op dezelfde manier werkt als een schutsluis bij schepen.

Luik Opening in het dek of in een dwarsschot. De luiken die het dek afsluiten moeten, rusten op verschuifbare luikbalken, die dwarsscheeps in de luikopening zijn aangebracht.

Hatch

Luikhoofd Hoge opstaande rand van een dekluik. Luxe motor Klassiek motorschip met zogenaamde `luxe roef'

achter de stuurhut.

Maalnet Schepnet met rechte steel. Maalstroom Draaikolk of opeenvolging van draaikolken, Oorspronkelijk werd hiermee de draaiende stroom voor

Page 71: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 71 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

veroorzaakt door twee tegen elkaar inlopende (zee)stromen.

de Noorse kust bedoeld, waarvan men veronderstelde dat hij alle schepen die te dichtbij kwamen opslorpte.

Maandbrief maandcedel Document waarin de schepeling de reder opdraagt een gedeelte van de gage op één of meerdere bankrekeningen te storten.

Maatjesharing Jonge haring, waarvan de hom of kuit nog niet ontwikkeld is

hetgeen de smaak van deze speciale Hollandse nieuwe ten goede komt.

Maatschappij tot Uitvoering van Zuiderzeewerken

MUZ

Maatschapvisser Visser die met anderen in maatschap zijn bedrijf uitoefent.

Maatvis Vis die (net) de wettelijk voorgeschreven minimummaat haalt.

Machinejournaal Journaal waarin de werking van de scheepsmachine en wat daarop betrekking heeft wordt opgetekend.

brandstofverbruik enz.

Magnetische koers Door magnetisch kompas aangegeven koers Door de variatie in rekening te brengen veranderen wij de ware koers in magnetische koers.

Malaria Moeraskoorts Tropische infectieziekte die wordt overgebracht door malariamuggen.

Vreemdelingen die naar een malariagebied vertrekken dienen een malariaprofylactum te gebruiken, want de ziekte is recidiverend en er kunnen dodelijke complicaties optreden. De meest gebruikte profylactia zijn paludine, chloroquine (of een combinatie daarvan) en fansidar.

Malen De beweging van de schroefbladen. Malen Het naar lucht happen van een school haring,

waarbij het lijkt alsof het regent.

Mangat Opening, net groot genoeg om een man door te laten, met een wegneembaar deksel

Manoeuvreerlichten Lichten ter ondersteuning van de voorgeschreven fluitseinen bij het manoeuvreren.

Wit licht, rondom zichtbaar op een afstand van tenminste 5 zeemijlen, in hetzelfde verticale vlak als het toplicht, ten minste twee meter hoger dan het toplicht.

Manoeuvreren Het schip door middel van roer- en schroefbewegingen in een bepaalde positie brengen

bijvoorbeeld bij het afmeren.

Marconist Radiotelegrafist aan boord van zeeschepen. Mare clausum Een bevaarbaar open water, zoals een zee,

waarvan één land de heerschappij heeft en dat ontoegankelijk is voor alle andere landen.

Mare clausum Gesloten zee; zee waar zich geen vreemde oorlogsschepen mogen vertonen.

Mare liberum Een bevaarbaar open water, zoals een zee, dat open is voor schepen van alle landen.

Mare liberum Vrije zee naar een verhandeling van Hugo de Groot uit 1609, waarin hij de vrijheid der zeevaart verdedigde. Hugo de

Page 72: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 72 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Groot wordt beschouwd als de grondlegger van het internationaal zeerecht.

Mare nostrum Een bevaarbaar open water, zoals een zee, waarvan één of meerdere landen de heerschappij hebben.

Marifoon VHF-radiotelefoon, voor communicatie tussen schepen onderling en tussen schepen en kuststations.

In Nederland is voor het aanwezig hebben en gebruik van een marifoon een zendmachtiging vereist.

Marine Oorlogsvloot Oorspronkelijk werd hiermee het zeewezen in het algemeen bedoeld, dus zowel de handelsvloot als de oorlogsvloot. Later werd de handelsvloot `koopvaardij' genoemd en werd de term `marine' exclusief gebruikt voor de oorlogsvloot. In het Engels wordt de koopvaardij nog altijd de merchant navy of mercantile marine genoemd.

Maritiem Research Instituut Nederland

MARIN

Maritieme meteorologie Tak van de meteorologie die zich richt op de studie van de atmosfeer boven zee.

Maritime Identification Digit MID De eerste drie cijfers van het MMSI-nummer Duiden het land van herkomst van het vaartuig aan. Maritime Identification Digit

Maritime Mobile Service Identification

MMSI identificatiecode van alle onder de schepenwet vallende schepen.

Bestaat uit een 9-cijferig

Maritime Safety Information MSI Veiligheidsinformatie voor de scheepvaart, te ontvangen via Navtex of ECG

Maritime Safety Information

Markeerboei wrakboei Boei waarmee bijvoorbeeld de ligging van een wrak wordt aangegeven.

Markeerboei Boei om tijdelijk een richting af te bakenen, bijvoorbeeld bij hardzeilen, het vegen van mijnen of het uitdiepen van een vaarwater.

Master Zender in een radio-navigatiesysteem. maximum draagvermogen DWT Maximum draagvermogen van een schip Deadweight Meeligger Schip dat ongeveer dezelfde koers voorligt als het

eigen schip.

Meerboei Permanent gelegde stalen boei waar een boot aan bevestigd kan worden zonder dat deze haar eigen anker behoeft te gebruiken.

Meerpaal polder | paal Paal voor een kade of in een haven waaraan een schip kan worden afgemeerd.

Meetbrief Internationaal document waarin de hoofdafmetingen van het schip en de bruto en netto tonnenmaat vermeld zijn.

Dit dient bij binnenkomst in de haven aan de autoriteiten te worden getoond.

Megajacht Motorjacht langer dan veertig meter.

Page 73: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 73 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Megaptera novaeangliae Bultrug Walvis Mercatorprojectie Cartografische afbeelding waarbij de lengte- en

breedtegraden als rechte lijnen zijn afgebeeld. In 1569 ontwikkeld door de Vlaamse cartograaf Gerard Mercator (Gerard Kremer).

Merulius lachrymans Houtvuur Zeldzame, maar desalniettemin de meest gevreesde vorm van houtbederf

Kan soms wel 7,5 mm. per dag kan voortschrijden. Het aangetaste hout moet worden verbrand en het overige hout moet tot ver voorbij de verschijnselen worden verwijderd.

Mesoscaaf Diepzeecabine voor geringere diepten. Midden-Europese Tijd MET Tijdreferentie één uur later dan GMT Midscheeps In of naar het midden van het schip. Amidships Midzwaard Een plaat hout of metaal, aangebracht in een

zwaardbun die in het midden van de boot langsscheeps is aangebracht.

Het kan omhoog of omlaag worden bewogen en dient om het verlijeren tegen te gaan.

Mist Men spreekt van mist als door de fijne waterdruppels het zicht kleiner is dan 0,5 zeemijl.

Misthoorn Scheepshoorn | scheepstoeter Apparaat waarmee schepen waarschuwingssignalen kunnen geven.

Mistsein Signaal dat bij mistig weer wordt gegeven om aanvaringen te voorkomen.

Een jacht dat korter is dan 12 meter en een motorschip moeten met intervallen van niet langer dan twee minuten een langgerekt geluidssignaal geven. Een zeilschip langer dan 12 meter, een beperkt manoeuvreerbaar of onmanoeuvreerbaar schip, een vissersboot of een sleepboot geven met dezelfde interval een lange en twee korte stoten.

Miswijzing kompasfout De algebraïsche som van variatie en deviatie, oftewel de hoek tussen een richting, aangegeven door het kompas, en de overeenkomstige ware richting.

Moeraseiland Houten frame met drijvers van kurk, waarover fijn gaas is gespannen en waarop wortelstokken van onder andere boterbloem, lisdodde, riet, wilg en zegge zijn gelegd.

Wanneer de planten in het water gaan wortelen, halen zij hun voedingsstoffen uit het water en geven zij zuurstof aan het water terug. Moeraseilanden kunnen worden gebruikt om grachten te zuiveren.

Moerdijk Dijk om een stuk land dat gemoerd wordt. Moeren Een plas uitvenen of veenslik opbaggeren om turf

van te maken.

Mondingshaven Aan een riviermond gelegen haven. Monsterboekje Zeemansboekje, waarin onder andere de vaartijd,

de schepen waarop men heeft gevaren en de behaalde diploma's staan vermeld, alsmede de gegevens van de laatste medische keuring.

Monsteren aanmonsteren Zich rechtens verbinden en op de monsterrol doen inschrijven als lid van de bemanning.

Monstergolf Zeer steile en hoge golf, die helemaal onverwacht ontstaat en uit het niets lijkt te komen.

Veroorzaakt soms veel schade. freakwave

Monsterrol rol Lijst met namen van de kapitein en bemanning, de naam van het schip, de naam van de reder en

Niemand mag schepelingendienst aan boord verrichten tenzij hij op de monsterrol voorkomt.

Page 74: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 74 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

de bestemming van het schip. Morselicht Mo(K) | Mo Aanduiding op de zeekaart die betekent dat het

hier gaat om een licht dat voortdurend een letter van het morse-alfabet laat zien.

`Mo A8s' betekent bijvoorbeeld een lichtsignaal dat elke 8 seconden het morseteken voor de letter A - één kort, één lang - weergeeft.

Motor/zeilkegel Motorkegel | kegel Wettelijk verplicht Zwart, kegelvormig merk, dat met de punt naar beneden goed zichtbaar moet worden gevoerd wanneer men zowel op de motor als op de zeilen vaart.

Motorschip MS | MV Schip dat gebruik maakt van zijn mechanische middelen tot voortbeweging, met uitzondering van een schip waarvan de motor slechts wordt gebruikt ter verbetering van zijn bestuurbaarheid wanneer het wordt gesleept of geduwd.

Een zeilschip dat de motor gebruikt wordt gelijkgesteld met een motorschip.

Motorvessel

Motorzeiljacht Geen zeiljacht en geen motorjacht. De meeste motorsailers lijken meer op motorjachten dan op zeiljachten, zijn minder `aërodynamisch' gebouwd dan het gemiddelde zeiljacht, en voeren minder zeil.

Motorsailer

Muiterij Volgens het Wetboek van Strafrecht: insubordinatie gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Muskusrat bisamrat Schuchtere planteneter uit de familie der woelmuizen, die schade toebrengt aan gewassen en waterkeringen.

Het vlees is eetbaar.

Mylar Soort plasticfilm dat onder andere wordt gebruikt als materiaal voor zeilen en tekeningen.

Rekt niet of nauwelijks. Als zeil alleen geschikt voor licht weer, tenzij het materiaal is gebruikt als finish voor een ander doek.

Naam en woonplaats van de eigenaar

Dient volgens het BPR te zijn aangebracht op een in het oog vallende plaats aan de binnen- of buitenzijde van alle kleine schepen, met uitzondering van door spierkracht voortbewogen boten, zeilplanken en zeilboten met een lengte van minder dan 7 meter.

Deze verplichting is van belang om de eigenaar van een onbemande boot te kunnen opsporen.

Nachtkijker Kleine verrekijker voor 's nachts. Nachtschutter Persoon die 's nachts de sluis bedient. Nachttoek Hoekwant dat een nacht in zee blijft staan. Na-ijlen Het doorlopen van het kompas terwijl het schip al

op koers ligt, en andersom.

Najade Zoetwatermossel. Names De leden van Lloyd's of London die met hun

vermogen persoonlijk borg staan voor uitkeringen na geleden schade.

Ook delen zij mee in de winst, maar die heeft Lloyd's al jaren niet meer gemaakt.

Natdok Havenbassin achter de sluizen met gelijkblijvend waterniveau

Nationaal Register Varende Monumenten

NRVM

National Marine Electronics NMEA Vereniging van fabrikanten van elektronische

Page 75: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 75 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Associations navigatie-apparatuur Nationale vlag Natievlag Wordt gevoerd aan de achtersteven of in de top van de

bezaansmast. De nationale vlag van het land dat men bezoekt wordt gehesen aan het stuurboordwant van de grootmast.

Nautiek Zeevaartkunde | maritiem De kennis van al wat tot de zeevaart behoort. Nautisch De scheepvaart of de watersport betreffende. Nauw nauwte Zeeëngte. Navaid Verzamelnaam voor (elektronische) hulpmiddelen

bij de navigatie. Navaid

Navarea Elk van de zestien gebieden waarin de wereld voor navigatiecommunicatie is ingedeeld.

Nederland valt onder Navarea 1. Navarea

Navigatiebrug brug | stuurhut | stuurstand Verhoogde opbouw op het schip waarin het stuurhuis en de kaartenkamer zijn ondergebracht en van waaruit de navigatie wordt geleid.

Navigatiecomputer Computer waarin alle relevante gegevens, zoals gewenste koers, stromingen, wind, waypoints enz., zijn geprogrammeerd.

Navigatielichten De lichten die een vaartuig van zonsondergang tot zonsopgang volgens de wet dient te voeren.

Navigation certificate Navicert. Handelspaspoort voor verscheping van goederen tussen neutrale havens in oorlogstijd.

Navigational Telex Informatiesysteem voor de scheepvaart. Werkt internationaal op 518 kHz., nationaal op 490 kHz. Navigational Telex

NC-vlaggesein Dit signaal, bestaande uit de seinvlaggen N en C, betekent: `Ik ben in nood en verlang onmiddellijk hulp.

Nederlands Instituut voor het Onderzoek der Zee

NIOZ

Nederlands Maritiem Informatie Centrum

MIC Onderdeel van de bibliotheek van de TU Delft

Nekton Organismen die sterk genoeg zijn om te zwemmen waarheen ze willen, in tegenstelling tot plankton.

Neopreen Met veel luchtcellen gevuld soort rubber; wordt gebruikt voor duikpakken, wetsuits en dergelijke.

Nering Plaats waar deze walvis- of haringvanst wordt uitgeoefend.

Nering Walvis- of haringvangst. Nes nisse Landtong aan scherpe bochten van rivieren of

aan zee. Komt voor in sommige plaatsnamen: Nes, Wijdenes, Pernis, Renesse, Bruinisse enz.

Nest Ondermaatse en niet voor consumptie geschikte vis.

Werd onder andere als eendenvoer en mest gebruikt. Mag niet meer aangevoerd worden.

Net Van garen geknoopt weefsel met betrekkelijk

Page 76: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 76 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

wijde mazen, dat onder andere wordt gebruikt voor het vangen van vis.

Netto-registerton NRT Netwant Vistuig dat uit netten bestaat, in tegenstelling tot

hoekwant.

Network Coordinating System

NCS Kuststation dat het radiotelefonieverkeer in een van de vier Inmarsat-regio's coördineert.

Network Coordinating System

Neutraal drijfvermogen De zwevende staat waarin de duiker of onderzeeboot niet omhoog en omlaag gaat.

No cure, no pay Geen betaling als het afgesproken gewenste resultaat uitblijft.

Onder andere een clausule in contracten betreffende het lichten of bergen van schepen.

Nonius Micrometer Micrometer van een hoekmeetinstrument. Noodsignaal S.O.S. signaal, gevormd door driemaal kort,

driemaal lang en driemaal kort of door middel van lichtseinen zoals stakkellicht

Noodstuurinrichting Inrichting gemaakt om bij het defect raken van het stuurgerei toch nog te kunnen sturen.

Noodtekens Volgens het BPR mag een in nood verkerend schip dat hulp wil inroepen tonen: - hetzij: overdag een vlag of ieder ander geschikt voorwerp waarmee in het rond wordt gezwaaid en 's nachts een licht waarmee in het rond wordt gezwaaid; - hetzij: vuurpijlen, lichtkogels, parachutelichten of rookbommen dan wel vlammen; - hetzij: een vlag met daarboven of daaronder een bol of een daarop gelijkend voorwerp.

Noch voor de vlag noch voor het licht zijn een kleur voorgeschreven.

Noodverkeer Mag slechts worden gebruikt wanneer een schip, luchtvaartuig of enig ander vervoermiddel wordt bedreigd door een ernstig en dreigend gevaar, en er dringend hulp nodig is.

Bij noodverkeer bezigt men het noodsein MAYDAY.

Noordatlantische Visserij Organisatie

NAFO

Noorderlicht aurora borealis | poollicht Lichtverschijnsel dat men in de buurt van de noordpool kan waarnemen.

Wordt veroorzaakt door elektrische ontladingen bij lage luchtdruk.

Noordvaart Het vissen met het schrobnet in de eerste maanden van het jaar door schepen die 's zomers voor de haringvisserij worden gebruikt.

Noordwal De kust van Westfriesland tussen de Nek en Leekerhoek.

Noordzee Randzee van de Atlantische Oceaan, door het Nauw van Calais verbonden met Het Kanaal, en door het Skagerrak verbonden met het Kattegat en de Oostzee.

De gemiddelde diepte is 95 meter.

Noordzeekanaal Op 1 november 1876 door koning Willem III

Page 77: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 77 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

geopend kanaal tussen IJmuiden en het IJ. Northern European and Mediterranean Routeing Instructions

Nemedri In dit boek, uitgegeven door de Britse Admiraliteit, staan alle gebieden waarin zich nog altijd zeemijnen bevinden, alsmede aanbevolen routes.

Nucleair-Biologisch-Chemisch en Damage control

NBCD

Occlusiefront Front dat ontstaat wanneer het langzamer bewegend warmtefront in een depressie wordt ingehaald door het sneller bewegend koufront.

hierdoor ontstaat soms een frontale mist

Oceaan Verzamelnaam voor de grote wereldzee, die in totaal 70,8% van de aarde omvat

wordt onderverdeeld in Atlantische Oceaan, Grote Oceaan en Indische Oceaan.

Oceanografie De studie der zeeën. Oesterbank Ondiepe plaats in zee waar men oesters vindt of

kweekt.

Oesterkor Driehoekig ijzeren raam met een daaraan vastgemaakt ijzeren net, waarmee op oesters wordt gevist.

Oesterteelt oestercultuur Het uitplanten van oesterbroed op met kalk bestreken dakpannen in putten met water die weinig zout bevatten.

Het oesterzaad zet zich op de oesterpannen vast. Deze pannen kunnen later in zee worden uitgezet.

Offshore-activiteiten werkzaamheden buitengaats Meestal gericht op de winning van olie en gas. Omslaan Positie waarbij de boot verder dan 90° kapseist

en doorgaans ondersteboven komt te liggen.

Omvormer Apparaat dat gelijkstroom omzet in wisselstroom of omgekeerd.

Omwentelingen per minuut OPM On Scene Commander OSC Schip dat tijdens een reddingssituatie de situatie

het best kan overzien en door het RCC wordt aangewezen als OSC.

Onderkoeling Afkoeling van het lichaam tot onder de normale temperatuur

Begint wanneer de lichaamstemperatuur onder de 35°C zakt. Bij ongeveer 20°C treedt de dood in. In het water koelt het lichaam 27 keer zo snel af als in windstille lucht.

Onderwaterschip Dat deel van het schip dat zich onder water bevindt wanneer de boot in het water ligt.

Onderzeeboot Onderzeeër | duikboot Vaartuig dat door het innemen of wegpompen van waterballast in staat is om onder water te varen, respectievelijk aan de oppervlakte te komen.

Onderzeebootjager Torpedobootjager die speciaal is ingericht voor de bestrijding van onderzeeboten.

Ondiep water Hiervan spreekt men wanneer de diepte kleiner is dan de helft van de golflengte

Ondiepwatergetijden Onregelmatige getijden op plaatsen waar de zee zeer ondiep is, zodat de getijgolven vervormd en

Page 78: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 78 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

vertraagd worden en hoog- en laagwater zich niet normaal laten gelden.

Onweer Geluid dat wordt geproduceerd wanneer het bliksemt.

Het rollend, donderend geluid wordt doorgaans veroorzaakt door weerkaatsing van het geluid tegen objecten als wolken en bergen.

Onweersbui Lokale atmosferische storing die gepaard gaat met weerlicht, onweer en zware regenval, vaak met sterke windstoten en soms met hagel.

Op stapel staan Zegt men van een schip dat in aanbouw is. Open boot Klein vaartuig, zoals een jol of een sloep, dat

binnen het dolboord van boven geheel open is.

Opgaand tij Wanneer stroom en wind tegengestelde richtingen uitgaan.

Opleggen Het (tijdelijk) uit de vaart nemen van een schip bijvoorbeeld door ladingschaarste. Oplopen Een ander schip inhalen en voorbijvaren Als beide boten over dezelfde boeg liggen, moet de

oploper uitwijken voor de langzamere boot.

Opnemingsvaartuig Schip van de hydrografische dienst, waarop met behulp van een uitgebreid arsenaal aan navigatiemiddelen waarnemingen worden gedaan, die op zeekaarten worden verwerkt.

Oppervlaktestromen Stromen die zich aan de oppervlakte van het water bevinden, in tegenstelling tot dieptestromen.

Op het noordelijk halfrond is er in de Atlantische en Stille Oceaan een algemeen circulatiesysteem tegen de wijzers van de klok in, terwijl de stromen op het zuidelijk halfrond zich met de wijzers van de klok mee bewegen.

Opsporing en redding SAR Naam van een in 1979 in Hamburg gesloten verdrag dat de reddingsorganisatie op mondiaal niveau regelt.

Als gevolg daarvan was Nederland verplicht een RCC op te richten. Het Nederlandse SAR-gebied omvat een deel van de Noordzee, de Wadden, de Zeeuwse stromen, het IJsselmeer en de Randmeren. Eea wordt in Nederland georganiseerd door de Koninklijke Marine. Men maakt gebruik van Lynx-helikopters en doorgaans vliegt er een arts mee.

Search and Rescue

Opstapkapitein Plaatsvervangende kapitein die onderweg aan boord komt.

Opstapper Iemand die de plaats inneemt van een bemanningslid dat niet meer beschikbaar is.

Opstapper Passagier. Opstapper Schepeling die wel een arbeidsovereenkomst met

de reder is aangegaan maar door tijdgebrek nog niet op de monsterrol staat.

Opstijgsnelheid De snelheid waarmee de duiker of onderzeeboot naar de oppervlakte komt.

Voor een duiker bedraagt deze 15 tot maximaal 18 meter per minuut. Sneller opstijgen is levensgevaarlijk.

Opvarenden Allen die zich aan boord bevinden, met uitzondering van de kapitein.

O-ring Rubber ringetje in de gleuf van de afsluiter waardoor de eerste trap lekvrij kan worden bevestigd

Page 79: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 79 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Orka Orcinus orca Dolfijn achtige Orkaan Zeer krachtige storm met windkracht 12, die

dikwijls plotseling van richting verandert.

OSPAR Verdrag van Oslo en Parijs ter bescherming van de Atlantische Oceaan en de Noordzee.

In juni 1995 hebben de landen die partij zijn bij het OSPAR het afzinken van afgeschreven boorplatforms en andere offshore-installaties verboden. Alleen Groot-Brittannië en Noorwegen stemden tegen.

Overbevissing Het vangen van meer vis uit een bepaald visgebied dan verantwoord is voor het behoud van de visstand, doorgaans als gevolg van een overcapaciteit van de visserijvloot.

Overdiep Meer dan diep genoeg om er te kunnen varen. Overhang Die gedeelten van de romp die in lengterichting

buiten het voorste en achterste punt van de waterlijn steken, dus boven water hangen.

Overlaadhaven zonder kaden

Overlaadhaven zonder kaden. Barge port

Overlopen Voor een ander schip langs varen. Als beide schepen over dezelfde boeg liggen, moet de overloper uitwijken voor de langzamere boot.

Overschepen Van het ene in het andere schip overladen van lading.

paal Droogvallend haventje. Paaltjes pikken Als de voorsteven van het schip tijdens het

stampen in een neergaande beweging niet in een golfdal terecht komt, maar op een tegemoetkomende golf slaat, veroorzaakt dit een schok door het hele schip.

Gevaarlijk, want de bodembeplating van het schip kan daardoor worden vervormd. Kan worden voorkomen door een paar streken van koers te veranderen of de snelheid van het schip te minderen.

slamming | paaltjes lopen

Paard van Marken Bekendste vuurtoren van het IJsselmeer. Werd gebouwd in 1839 en is 17,50 m. hoog. Pakketboot In geregelde dienst varend schip voor het vervoer

van personen, post en stukgoederen.

Pampus Zandbank voor Amsterdam. PAN PAN Spoedsein, onder andere voor op de

binnenwateren, waar MAYDAY niet mag worden gebruikt.

Wordt uitgesproken als `panne, panne'.

Panamawiel Door een rondsel in beweging gebracht tandwiel in het bewegingsmechanisme van sluisdeuren.

Parachutefakkel Optisch noodsignaal Parceltanker Tanker met een gecompliceerd leidingensysteem

en tanks van roestvrij staal, die soms wel vijftig verschillende soorten aardolieprodukten of chemicaliën kan vervoeren.

Parceltanker

Parlevinker Kaaidraaier | kadraaier Soort SRV-wagen op een bootje, dat in de haven langszij komt.

Heeft daarvoor in Nederland een vergunning nodig. Bumboat

Passage Overtocht met een schip.

Page 80: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 80 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Passagieren Ter ontspanning de wal opgaan. Is niet exclusief voorbehouden aan de passagiers. Passagiers Alle personen aan boord met uitzondering van de

kapitein en de schepelingen, alsmede kinderen beneden de leeftijd van één jaar.

Passagiersschip Elk schip dat door de eigenaar bestemd is om meer dan twaalf passagiers te vervoeren, dan wel een schip dat meer dan twaalf passagiers vervoert.

passevolant Iemand die bij de monstering het vereiste aantal bemanningsleden moet volmaken, maar in werkelijkheid niet meevaart.

Patentluiken Stalen luikdelen in de vorm van pontons, die met scharnieren aan elkaar zijn bevestigd, op rollen lopen en mechanisch geopend en gesloten kunnen worden.

Patrijspoort poort Rond venster met waterdichte sluiting. Pavoiseren Het met rijen vlaggen versieren van schepen. Wordt alleen bij belangrijke feesten gedaan. Daarvoor

worden meestal de seinvlaggen gebruikt. Mag officieel alleen als het schip stilligt.

Peilantenne peilraam Draaibare antenne van een radiopeiltoestel, met een ringvormig raam.

Vaak ook bestaande uit twee vaste ringvormige ramen, die haaks op elkaar staan.

Peiling De hoek ten opzichte van het kompasnoorden, waarin een voorwerp wordt waargenomen.

Een peiling uitgedrukt ten opzichte van de lengterichting van het schip is een relatieve peiling.

Peilstation Radiostation dat seinen voor radiopeiling uitzendt. Pelagische vissen Vissen die in de hele waterkolom zwemmen,

dikwijls tot dicht bij het oppervlak Dit in tegenstelling tot demersale vissen. Voorbeelden: haring en makreel. Zij leven doorgaans in scholen.

Perigeum De positie waarin de maan het dichtst bij de aarde staat.

Permeabiliteit (van een ruimte)

Het aantal percenten van de inhoud van die ruimte dat door water kan worden ingenomen.

Het deel van de ruimte dat zich boven de indompelingsgrenslijn bevindt mag daarbij niet in aanmerking worden genomen.

Perslucht Atmosferische lucht (1 bar) die door een compressor wordt samengeperst tot circa 200 bar

voor gebruik in duikflessen.

Pharos Vuurtoren van Ouddorp, Goeree. Dateert van 1950 en is 56 m. hoog. Pier In zee stekend wandelhoofd of lange steiger. Plaatselijke gemiddelde tijd LMT Local Mean Time Plané Toestand waarin het vaartuig planeert Planeren glijden |scheren Het boven water komen Een vaartuig planeert wanneer het, dank zij een bereikte

relatieve grote snelheid, niet alleen door de hydrostatische kracht van het water wordt gedragen, maar ook door de dynamische krachten van het snel langs de romp stromende water. Het gewicht van het verplaatste water is dan kleiner dan het gewicht van het vaartuig; het gaat nog maar gedeeltelijk dóór het water en

Page 81: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 81 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

gedeeltelijk glijdt het óver het water. Plankijs Op palen gebouwde plankenvloer boven het

water.

Platbodem platbodemjacht Typisch Nederlands jacht met een plat vlak, zoals de botter of de schouw.

Plecht Voor- of achterdek van een klein vaartuig. Plot Scherm waarop de positie en koers van het eigen

schip en andere schepen te zien is.

Plunderage Verduistering van goederen die deel uitmaken van de uitrusting of lading van een schip.

Plunderage

Polinia Open water, aan alle kanten omringd door zeeijs. Polyester polyesterhars Kunststof waarvan veel zeilboten en kano's zijn

gemaakt, door middel van mallen.

Pontfuik Enigszins op een fuik gelijkend systeem van aanlegsteigers voor ponten of veerboten.

Ponton Drijvende, dichte bak, waarover soms een dek is gelegd.

Wordt onder andere gebruikt als aanlegplaats in havens en rivieren, of als ondersteuning van noodbruggen.

Poolshoogte De hoogte van de hemelpool boven de horizon. Is gelijk aan de geografische breedte van de plaats van waarneming.

Poolster Polaris | tramontane De heldere ster die op het noordelijk halfrond bijna het ware noorden aangeeft.

Portofoon Draagbare marifoon voorzien, bestemd voor het intraship-verkeer.

Pre-sea Certificaat Diploma van de cursussen `overleven op zee' en `brandbestrijding', zonder welke niet kan worden aangemonsterd.

Pre-sea Certificate

Presenning Groot dekkleed dat over de luiken van een vrachtschip wordt gelegd.

Soms worden er twee of meer presennings op elkaar gelegd, om de lading tegen regen en buiswater te beschermen.

Presenning Smalle zeildoekband op een deknaad, om die naad tegen inwateren te beschermen.

Prik Negenoog Aasvisje met de vorm van een kleine paling. Protectieclub Verbond van kapitein-eigenaren, opgericht ter

bestrijding van risico's aangaande ladingsproblemen in de wijdste zin des woords.

Puimsteen Lichte poreuze gestolde lavasteen veel gebruikt voor het schuren van houtwerk en roestplekken.

Put Plaats waar de baggermolen de bagger naar boven haalt.

Quarantaine Korter of langer gedwongen verblijf op een afgezonderde plaats van schepen die uit besmette gebieden komen of mensen met een besmettelijke ziekte aan boord hebben.

Raad voor de Scheepvaart Soort tuchtcommissie voor de koopvaardij en de Vroeger `Raad van Tucht'.

Page 82: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 82 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

zeevisserij, die met name belast is met het onderzoek naar de oorzaak van scheepsrampen.

Raamnet Visfuik met een groot raam aan de ingang, dat voor de opening van een sluis wordt geplaatst.

Rabot keersluis Keersluis in een waterloop, bestaande uit twee op elkaar liggende horizontale balken, die aan de uiteinden in de groeven van de sluismuren passen.

Radar And Television Aid to Navigation

RATAN Een combinatie van radar en televisie, speciaal voor het navigeren in drukke vaarwaters.

Radarhorizon De maximale afstand waarop objecten door de radar kunnen worden waargenomen.

Radarreflector Ruitvormig apparaat van metaal dat aan alle vier zijden een pyramidevormige reflector heeft.

Wordt behalve op boeien ook op boten geplaatst, omdat deze anders door de radar niet worden waargenomen. Moet ten minste 4 meter boven de waterspiegel zijn aangebracht om het gewenste effect te kunnen hebben. Op veel wateren verplicht. Behalve de open radarreflectors zijn er ook reflectors die in een plastic bus op de mast zijn gemonteerd. Deze hebben als voordeel dat de kans op schavielen sterk wordt verminderd.

Radarwaarnemer Iemand die op een radarpost scheepsbewegingen waarneemt en deze gegevens eventueel doorgeeft aan belanghebbende instanties, zoals het loodswezen.

Raderboot Vaartuig dat wordt voortbewogen door schepraderen.

De eerste stoomschepen werden met dit systeem voortgestuwd.

Radiatiemist Mist die ontstaat boven laagliggend land bij heldere nachten.

Vooral ’s winters. Breidt zich som uit naar zee, maar doogaans niet verder dan 10-15 mijl uit de kust

Radio Tele Type Scheepstelex die via een radioverbinding in het korte-golfgebied tot stand komt en tamelijk storingsgevoelig is.

TOR

Radiobaken Hierbij wordt door een walstation of lichtschip een elektromagnetisch veld uitgezonden, waarop men de radio kan afstemmen en met een radiorichtingzoeker de richting van het baken kan peilen.

Radiohut Werkruimte van de radio-officier waarin onder andere de radiozend- en ontvangstapparatuur staat opgesteld, meestal in de buurt van de navigatiebrug.

Radiomedische Dienst van het Nederlandse Rode Kruis

radiomedische adviesdienst

RMD

Radiopeilkaart Kaart waarop alle peilstations zijn aangegeven. Radiorichtingzoeker Richtingzoeker D-F Draaibare raamantenne in de vorm van een ring

of twee vaste ramen in de vorm van loodrecht op Direction Finder

Page 83: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 83 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

elkaar staande ringen, waarmee men de richting van een radiobaken kan vaststellen.

Radiowacht Wachthouden bij de scheepsradio om noodsignalen en andere berichten te kunnen opvangen.

Rafeling Verwarde beweging in het water op plaatsen waar een zeestroming weerstand ondervindt

bijvoorbeeld in een ondiepte of bij een wrak.

Ramark Radiobaken op een markeerboei, die in werking wordt gesteld door de radiosignalen van een naderend vaartuig.

Randmeren Zo noemt men de watergebieden die bij de inpoldering van Oostelijk en Zuidelijk Flevoland bewaard zijn gebleven.

Deze voormalige gedeelten van het IJsselmeer worden intensief gebruikt door watersporters en staan onderling met elkaar in verbinding. Van Amsterdam naar het Ketelmeer zijn dat: IJmeer, Gooimeer, Eemmeer, Nuldernauw, Wolderwijd, Veluwemeer, Drontermeer en Vossemeer.

Randzee Grote inham in het vasteland die in geheel open verbinding met de oceaan staat.

Rank Zegt men van een schip dat niet erg stabiel is. Rattenschild Cirkelvormige plaat met een diameter van

ongeveer een halve meter, die in de haven op enkele meters van het schip op alle meertrossen worden geplaatst, om te voorkomen dat er langs die weg ratten aan boord komen, of ratten het schip verlaten.

Vaak is het niet aanbrengen van rattenschilden strafbaar.

Reddingsboei Rond of hoefijzervormig voorwerp uit kurk of ander drijvend materiaal, dat aan drenkelingen wordt toegeworpen.

Reddingsboot Boot van een reddingsbrigade, bestemd om schipbreukelingen te redden.

Lifeboat

Reddingsboot Reddingssloep aan boord, dienend om het schip in noodgevallen te kunnen verlaten.

Lifeboat

Reddingsvest Persoonlijk reddingsmiddel, zodanig geconstrueerd dat het de drenkeling met het aangezicht boven water doet drijven.

Lifejacket

Reden Een schip uitrusten en in de vaart brengen. Reder Degene die één of meer schepen exploiteert. Rederij Bedrijf dat schepen uitrust en met commercieel

oogpunt in de vaart brengt. Feeder

Rederijbrief Eigendomsbewijs van een schip. Redersclub Vereniging van scheepvaartondernemingen voor

onderlinge verzekering tot dekking van het vierde deel van de aanvaringsschade aan derden, dat onder de cascopolis niet gedekt is.

Reeks zeer korte stoten Volgens de wet: een reeks van tenminste zes

Page 84: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 84 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

stoten, elk durende ongeveer een kwart seconde; de tijdruimte tussen opeenvolgende stoten moet ongeveer een kwart seconde bedragen.

Reepnet zegen | ankernet Staand haringnet. Reestokken Stokken waar de kamers aan vast komen. Reewacht Wachtindeling van een schip dat niet vaart, maar

op de ree (voor anker) ligt.

Regaal Stukgoederen die niet tot de lading behoren, maar als geschenk voor anderen worden meegenomen, bijvoorbeeld spiegeltjes en kraaltjes.

Regatta watersport wedstrijd. De naam is afkomstig van de roeiwedstrijden die in 1315 voor het eerst in Venetië werden gehouden, om de jonge mannen te interesseren voor de zeevaart. Later is dit uitgegroeid tot een jaarlijks volksfeest.

Register Holland RH Klassebureau dat op verzoek diverse soorten keuringen van schepen verricht.

Verstrekt certificaten met betrekking tot de veiligheid van schepen.

Reglement Kanaal van Gent naar Terneuzen

Dit reglement is tot stand gekomen in overleg met de Belgische autoriteiten.

Reis Globaal van tevoren vastgestelde vaart naar één of meer havens, meestal met inbegrip van de terugtocht naar de thuishaven.

Reisbevrachting reischarter Stelsel van bevrachting waarbij de vrachtprijs wordt bepaald naar de afstand, niet naar de reisduur.

Reisverandering deviatie Wijziging in het vaarplan in afwijking van of in strijd met het contract.

Reling verschansing Halfhoge opstaande lijst langs het boord. Rif Een smalle ondiepte in de zee die bestaat uit vast

aan de bodem gehecht materiaal bijvoorbeeld koraalbegroeing.

Rijksinstituut voor Visserijonderzoek

RIVO

Rijkswerf Werf van het rijk voor het uitvoeren van verschillende werkzaamheden voor de marine.

Rijnaak Een sleep- of duwschip met een laadvermogen van 2000 BRT en meer, voor het transitovervoer van goederen van de zeehavens naar het achterland.

Rijnschip Groot vrachtschip voor de Rijnvaart, met een laadvermogen van 500 à 4000 BRT.

Ringvaart Vaart rondom een drooggelegd stuk land, daarvan gescheiden door een ringdijk.

Een ringvaart wordt gebruikt om het overtollige water uit de polder te pompen.

Ringzegenvisserij Methode waarbij met een groot, cirkelvormig buidelnet wordt gevist.

In open toestand is het een groot, verticaal omlaaghangend gordijn, dat door het vaartuig om een gelokaliseerde school vis wordt heengetrokken. Daarna

Page 85: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 85 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

wordt het net aan de onderkant dichtgetrokken en worden beide zijden binnengehaald. De vis wordt vervolgens met schepnetten of pompen aan boord gebracht.

Rits richel Evenwijdig aan de kustlijn lopende smalle rug of bank van schelpen en zand.

Robber De geschatte vangst, die alvast wordt afgeslagen voordat het vaartuig binnenvaart.

Roeiers Personeel van de loodswacht; vroeger de roeiers van de sloepen.

Roepnaam Radioroepnaam In Nederland de tweeletterige, viercijferige code van een schip ten behoeve van het marifoonverkeer

bijvoorbeeld PI (Papa India) 3784. Bij andere zendinstallaties is er sprake van andersoortige roepnamen. In het buitenland verschillen de samenstellingen van letters en cijfers nogal. Eén en ander staat centraal geregistreerd bij de ITU.

Call-sign

Roepsein Vierletterige telegramcode van een schip volgens het internationaal seinboek.

Roer Stuurorgaan. Uitgevoerd als aangehangen of doorgestoken roer, bij dit laatste ook wel uitgevoerd als balansroer indien een gedeelte van het roerblad zich vóór de draai-as bevindt.

Roerganger Man of vrouw aan het roer, meestal een matroos of een kwartiermeester.

De chef van de wacht dient de roerganger alle van belang zijnde instructies te geven en de informatie te verschaffen die nodig is om de roerganger zijn werk goed te laten doen..

Roll on/roll off-schip autocarrier Ro/ro Schip met verschillende dekken, die met schuine opritten of liften met elkaar verbonden zijn.

Wordt gebruikt voor het vervoer van auto's.

Roller Golf waarvan de voorkant van een golf niet zo steil wordt dat de golftop voorover stort (breker), en er zich op de top een massa schuim vormt, die met de golftop meerolt.

Rond jacht rondebodemjacht Typisch Nederlands jacht met ronde spantvormen zoals de boeier en de tjotter. Rondhout Boom Iedere houten of metalen paal of buis die wordt

gebruikt als mast, giek, gaffel, boegspriet, kluiverboom, spinnakerboom, fokkeloet, fokkeboom, spriet en dergelijke.

Spar

Rondom schijnend licht Volgens het BPR: een licht dat schijnt over een boog van de horizon van 360 graden.

Rondspant Spantvorm zonder scherpe hoeken in elke halve spant-doorsnede tussen dek en kiel.

Rondvaartboot Boot waarmee men langs een zekere bezienswaardige route vaart en vervolgens naar het startpunt terugkeert.

Roodwier Wieren die onder andere gesulfateerde polysacchariden bevatten.

Routeren Het geven van opdrachten en adviezen aan kapiteins over de door hen te volgen route, onder

Dit gebeurt vaak op basis van satellietcommunicatie.

Page 86: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 86 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

andere naar aanleiding van de informatie over weersystemen.

Routering Opdrachten en adviezen voor het routeren Ruim Inwendige ruimte van een schip die is bedoeld

voor het transport van vracht. Er zijn schepen met één aaneengesloten ruim, maar er zijn ook schepen met meerdere ruimen.

Ruimen (van de wind) De wind ruimt wanneer hij met de klok mee draait. Tegengesteld aan krimpen. Ruimpomp Pomp waarmee water uit het ruim wordt gepompt bijvoorbeeld tijdens of na het schoonspoelen. Run Reis van een baggerschip van de ene haven naar

een andere.

Runner Iemand die wordt gestationeerd aan boord van een gesleept onbemand vaartuig, om voortdurend de sleepverbindingen en de zeewaardigheid te controleren.

Runner Werknemer van het havenbedrijf die de ligplaatsen van de schepen reserveert.

Runner Zeeman die een vaartuig slechts van de ene plaats naar de andere brengt, in plaats van er een hele reis aan boord te blijven.

Running survey Beproefde Britse methode voor het door middel van driehoeksmetingen in kaart brengen van kustlijnen.

Running survey

Runtocht Proefvaart waarbij alles wordt uitgeprobeerd. Safety Net Navigatiewaarschuwingssysteem voor gebieden

waarvoor geen Navtex-informatie beschikbaar is. Safety Net werkt via de Inmarsat EGC-terminal. Safety Net

Safety Of Lives At Sea SOLAS Internationaal verdrag voor de veiligheid op zee. Salonboot Deftig ingerichte passagiersboot met een van

ramen voorziene opbouw midscheeps.

Salueren Groeten van een ander vaartuig Gebeurt door middel van de natievlag, door haar één keer neer te halen en neer te houden totdat de ander hetzelfde heeft gedaan, dus de groet heeft beantwoord.

Samenstel Volgens de wet: een sleep, een duwstel of een gekoppeld samenstel.

Sandwichconstructie Twee dunne huiden met daartussen sandwichmateriaal

(doorgaans schuim).

Sargassozee Deel van de Atlantische Oceaan ten zuiden van de Bermuda-Eilanden.

De zee ontleent haar naam aan het vele sargassowier, een plantengeslacht uit de bruinwieren. Er is weinig stroming. Op grote diepte in de Sargassozee ligt de plaats van herkomst van de rivierpaling. De larven zwemmen van deze paaiplaats naar het noordoosten en bereiken na een jaar of drie de kusten van West-Europa, Noord-Afrika en Klein-Azië.

SAR-kanaal Search And Rescue-kanaal van de marifoon.

Page 87: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 87 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Satcom-M Duplex satelliet communicatiesysteem voor, waarmee men vanaf het schip wereldwijd kan communiceren met de wal (onder andere telefoneren en faxen).

Scanner Apparaat waarmee men onder andere alle kanalen van de marifoon kan ontvangen..

Scanner De voortdurend ronddraaiende antenne van de radar.

Schadevaring Het veroorzaken van schade door een varend schip.

Scheepsagent Regelt als agent van een rederij de ontvangst, de aflevering en de betaling van de goederen bij de stuwadoor en de opdrachtgever.

Treedt meestal ook op als cargadoor.

Scheepsbouw De bedrijfstak die zich met het bouwen van schepen bezighoudt.

Scheepsbouwkunde De leer omtrent het bouwen van schepen. Scheepscertificaat Kopie van de inschrijving van het schip in het

scheepsregister.

Scheepshypotheek scheepsverband Hypotheek met het schip als onderpand. Scheepsnaam naam van het schip Naam van het schip Een klein schip mag krachtens het BPR niet deelnemen

aan de scheepvaart als hierop niet de naam van het schip is aangebracht. Een schip niet zijnde een klein schip mag niet deelnemen aan de scheepvaart, tenzij op de romp zijn aangebracht de naam van het schip, alsmede op de achterzijde de thuishaven van het schip.

scheepsraad De bijeenkomst van de scheepsraad. Scheepsraad Raad van scheepsofficieren met wie de

gezagvoerder, in voorgeschreven of moeilijke gevallen, overleg pleegt en besluiten neemt.

Scheepsregister. Verzamelterm voor de drie registers waarin de zeeschepen, vissersvaartuigen en binnenvaartuigen te boek zijn gesteld.

Scheepstijdingen Berichten in dagbladen omtrent de actuele positie van zeeschepen.

Worden met name gelezen door familie en kennissen van zeelieden.

Scheepsverband Een bij overeenkomst bedongen voorrecht op de opbrengst bij rechtsvordering op een schip.

Scheepsverband Verbinding van een schip ten behoeve van een schuld.

Scheepsverklaring Het bij het einde van een reis door de gezagvoerder van een schip afgelegde verklaring.

Bij schade aan schip en/of lading dient hij binnen 48 uur na aankomst in een haven een scheepsverklaring af te leggen bij een notaris of bij de Nederlandse consul.

Scheepswerf werk | jachtwerf Terrein van scheepsbouwer of -reparateur, waarop dokken, hellingen, kantoren enzovoort.

Scheepvaart Verzamelnaam voor het verkeer te water uiteenvallend in zeevaart, kustvaart, binnenvaart en

Page 88: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 88 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

recreatievaart. Scheepvaartinspectie Onderdeel van het ministerie van Verkeer en

Waterstaat wat voortdurend toezicht houdt op alle Nederlandse schepen, vooronderzoek naar scheepsrampen verricht en een tuchtrecht-bevoegdheid heeft wanneer blijkt dat een scheepsramp te wijten is aan de schuld van de kapitein of een officier van een in Nederland geregistreerd schip.

Scheepvaartmuseum Elk van de musea gespecialiseerd in de scheepvaart.

Scheepvaartreglement Eemsmonding

Dit reglement is tot stand gekomen in overleg met de Duitse autoriteiten en moet worden beschouwd als een aanvulling/wijziging door plaatselijke omstandigheden op het Zeeaanvaringsreglement (ZAR).

Scheepvaartreglement Westerschelde

SRW Dit reglement is van kracht op de Westerschelde en tot stand gekomen in overleg met de Belgische autoriteiten.

De zeer drukke scheepvaart en andere omstandigheden op de Westerschelde vereisen speciale regels.

Scheepvaartverkeerswet Deze wet bevat onder andere bepalingen die bij de ordening wenselijk zijn op alle binnenwateren en op zee, in de Nederlandse territoriale wateren.

Zij kan mede als grondslag dienen t.a.v. de veiligheid op het water en de daaraan verbonden sancties. De Scheepvaartverkeerswet is in feite de kapstok waaraan de Nederlandse scheepvaartreglementen zijn opgehangen.

Scheernet schutnet Net dat over de gehele breedte van het viswater wordt gespannen om ontsnapping van de vis te beletten.

Scheidingstonnen Tonnen die liggen op de plaats waar de rode stompe en de groene spitse tonnenrijen elkaar snijden.

Zijn bolvormig en altijd voorzien van een topteken. Door middel van kleuren en de vorm van het topteken wordt meer informatie gegeven over de vaarwaters.

Schelvis Vissoort Haddock Schepenbesluit Koninklijk Besluit waarin de bepalingen van de

Schepenwet in details zijn uitgewerkt.

Schepenlift Inrichting voor het transport van schepen tussen waterwegen van ongelijke hoogte.

Bestaat uit een mechanisch, hydraulisch of elektrisch voortbewogen bak met water, voorzien van sluisdeuren.

Schepenwet Wet betreffende de scheepvaart, ter voorkoming van scheepsrampen, waarin opgenomen de bepalingen van en ten aanzien van de Raad voor de Scheepvaart.

Scherenkust Steile kust met veel scherpe inhammen en talrijke rotseilandjes en klippen.

Scherp jacht Jacht met een vinkiel of midzwaard in tegenstelling tot ronde- en platbodemjachten. Scherpgebouwd Smal, met spits toelopende stevens hetgeen de snelheid ten goede komt. Schiemanswerk Het verbinden en bewerken van touw en

staaldraad zoals het leggen van steken en knopen, splitsen, smarten en trenzen.

Page 89: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 89 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Schiereiland Grotendeels door water omgeven land dat aan één zijde een natuurlijke verbinding heeft met een groter stuk land.

Schietfuik Kleine fuik waarmee in het IJsselmeer wordt gevist.

Schietlijn Uitgezette vislijn. Schiften shiften Het verschuiven van de luikbalken. Schiften Het van richting veranderen van de wind. Schiften Het verplaatsen van iets van het ene boord naar

het andere.

Schipbreuk Het vergaan van een schip. Schipbreukeling Iemand die schipbreuk lijdt. Schipper Aanspreektitel voor de gezagvoerder van een

binnenvaartschip. Het is niet gebruikelijk om de kapitein van een zeeschip zo te noemen.

Schipper Volgens het BPR: degene die het schip voert. De schipper is degene die de navigatie leidt. Dit kan dus ook degene zijn die daadwerkelijk aan het roer staat, terwijl de schipper ligt te slapen en niet bereikbaar is. De schipper hoeft zich niet altijd in de stuurhut of aan dek te bevinden; ook als hij korte tijd in de kajuit verblijft en dan de leiding van de navigatie aan iemand anders overlaat, blijft hij de schipper, zolang hij zich maar terstond aan dek of in de stuurhut kan begeven.

Schippersbeurs Beursbevrachtingskantoor | beurs

Plaats waar vervoerders en verladers op het gebied van de (wilde) binnenvaart samenkomen tot het aangaan van overeenkomsten.

Schipsluis Sluis waarmee onder andere droogdokken worden afgesloten.

Schokland Voormalig eiland in de Zuiderzee, tegenwoordig gelegen in en behorend tot de gemeente Noordoostpolder, provincie Flevoland.

In 1859 werd het eiland ontruimd, omdat de regering het te duur vond het door de Zuiderzee bedreigde eiland te omdijken.

School Aaneengesloten menigte van gelijksoortige vissen.

Schootwater Zoet rivierwater dat in zee stroomt. Schorre grond Grond met een laagje schelpen erop. Schot slingerschot Tijdelijke afscheiding, verticaal in het ruim

geplaatst, zowel dwarsscheeps als langsscheeps, om het schuiven van de lading te voorkomen.

Schot Permanente afscheiding, verticaal in de romp geplaatst, dwarsscheeps of evenwijdig aan het langsscheepse symmetrievlak, om de verschillende ruimten van het vaartuig van elkaar te onderscheiden en om de constructie te versterken.

Schrale wind Wind die vrij voorlijk inkomt. De wind `schraalt' als hij voorlijker inkomt dan eerst.

Page 90: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 90 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Schreierstoren Amsterdams bouwwerk uit 1481, op de hoek van de Prins Hendrikkade en de Gelderse Kade.

Men zegt dat de toren zo genoemd is omdat de vrouwen van de zee kiezende schepelingen zich hier bij het afscheid de ogen uit het hoofd schreiden, maar dat klopt niet. `Schray' is Oudnederlands en betekent zoveel als `op de hoek gelegen'.

Schrob schrobbe Aan een beugel en stok bevestigd visnet waarvan de opening toegehaald kan worden.

Schroef propeller | Scheepsschroef Voortstuwingswerktuig voor schepen, bestaande uit een naaf met twee tot vijf schroefbladen, meestal in één gietstuk uitgevoerd, en wentelend om de door de scheepsmachine voortbewogen schroefas.

De schroef stuwt het vaartuig in voor- of achterwaartse richting voort. We onderscheiden rechtse en linkse schroeven.

Schuifschade Schade die het gevolg is van het schuiven van de lading.

Schutkolk kolk Deel van de sluis waarin de te schutten schepen afmeren en op een hoger of lager niveau worden gebracht.

Schutten Het schip door een schutsluis in water van hoger of lager niveau brengen.

Schuttevaer Vereniging ter behartiging van de belangen van binnenschippers en hun kinderen.

Schutwant Samenstel van schutnetten die met de uiteinden aan elkaar verbonden zijn.

Aan de bovenkant zijn zij van kurken voorzien en aan de onderkant zijn stukjes lood bevestigd. Het wordt bij wassend water op de rand van later droogvallende platen of oevers geplaatst. Als bij eb het water wegloopt, blijft er vis achter het schutwant achter. Mag in de binnenwateren niet worden gebruikt.

Scubaduiken persluchtduiken Duiken met gebruik van zuurstoffles(sen) Sea area Elk van de vier zeegebieden (A1 t/m A4) waarin

het GMDSS de wereld heeft ingedeeld. Sea area

Search And Rescue Transponder

Apparaat aan boord van schepen, waarmee deze door een radarsignaal en radarcode kunnen worden opgespoord.

SART Search And Rescue Transponder

Seinvlag codevlag Een van de seinvlaggen of -wimpels uit de code van het Internationaal Seinboek.

Er zijn 26 lettervlaggen, 10 cijferwimpels, 3 vervangwimpels en 1 onderscheidingswimpel.

Self-Contained Underwater Breathing Apparatus

SCUBA Duiktoestel met perslucht in 1943 uitgevonden door Jacques Yves Cousteau, in samenwerking met Emil Gagnan.

Semafoor Seintoestel, geplaatst op een hoge stellage aan de zeekust of rivieroever, waaraan naast of onder elkaar bollen, kegels, vlaggen en dergelijke worden gehangen, als signalen voor de scheepvaart met betrekking tot de diepte, stormverwachtingen enzovoort.

Semi-duplex Radiotelefoniesysteem waarbij het kuststation tegelijkertijd zendt en ontvangt, terwijl het schip

Page 91: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 91 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

afwisselend zendt en ontvangt Sextant Instrument voorzien van een gradenboog (die het

zesde deel van een cirkel bedraagt) en spiegels, dat wordt gebruikt om de hoogte van de hemellichamen en daarmee de positie van het schip te bepalen.

De moderne sextant is ontwikkeld uit de octant van Hadley.

Ship Earth Station SES Schip met Inmarsat-apparatuur aan boord. Ship Earth Station

Shippingmaster Persoon, vaak tevens logementhouder of herbergier, die zich niet geheel belangeloos belastte met het doen aanmonsteren van zeelieden.

Short range navigation shoran Radionavigatiesysteem met twee antwoordbakens.

Signaalverlichting Verticale rij lichten op een schip die aangeven dat er iets bijzonders aan de hand is

Simplex Radiotelefoniesysteem waarbij de ontvanger wordt uitgeschakeld zodra de zendknop wordt ingedrukt, en omgekeerd.

Men kan dus niet gelijktijdig luisteren en praten.

Single Side Band SSB Enkelzijbandmodulatie (Laag is LSB, hoog is USB). Slagzee stortzee Over het schip slaande golf. sleep Volgens de wet: een samenstel van één of meer

motorschepen en één of meer op tros daaraan verbonden andersoortige schepen, waarbij de motorschepen dienen voor het voortbewegen.

Sleepboot sleper Zeer sterk vaartuig met krachtige motor, bestemd voor het slepen van drijvende objecten.

We onderscheiden zeesleepboten, havensleepboten en binnen-sleepboten.

Sleephelling Een schuine helling om een boot uit het water te halen of te water te laten.

Sleeplijn breidel Kabel waardoor een schip met de sleepboot verbonden is.

bridle

Sleeplijn Vistuig dat voornamelijk bestaat uit een lijn die door het water wordt gesleept.

Sleepvaart Tak van de scheepvaart die zich bezighoudt met het slepen van vaartuigen en andere drijvende objecten, door middel van speciaal daartoe gebouwde sleepboten.

Sleepvlag Kleine rode attentievlag met een groot wit blok, op de boeg van een sleepboot of sleepschip.

Slepen Vissen met sleepnetten bijv. haring-, ansjovis-, bot-, spiering- of snoekbaarsslepen

Slingeren De schommelende, dwarsscheepse slingerbeweging van een vaartuig in zeegang.

Slingertank anti slinger tank Elk van de door buizen met elkaar verbonden Omdat de tanks gedeeltelijk gevuld zijn ontstaat het effect

Page 92: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 92 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

tanks aan weerszijden van het schip die dienen om het slingeren tegen te gaan.

dat de van buiten op het schip werkende krachten die de slingering veroorzaken worden tegengewerkt.

Sloep Een type zeilboot zonder dek, langsscheeps getuigd met een enkele mast met fok en grootzeil, zoals de meeste jollen en jachten.

Sloepenrol Oefening aan boord waarbij ieder bemanningslid bij zijn eigen sloep moet aantreden en zijn specifieke taken in noodsituaties moet opnoemen.

Sludge Afval van afgewerkte olie en oliehoudende waterresten, bij normaal bedrijf ontstaan in de machinekamer.

Sludge

Sluisfuik Fuik zonder vleugels. De voorste hoepel is zeer groot en wordt in de opening van een sluiskanaal geplaatst.

Sluiskil Voorkanaal aan de buitenzijde van een zeesluis. sluiswachter sluismeester | sassenier |

sasser Persoon belast met het toezicht op en gebruik van

de sluis.

Snelle motorboot speedboat | powerboat Volgens het BPR: een klein schip dat bij gebruik van zijn mechanische middelen tot voortstuwing sneller kan varen dan 20 kilometer per uur.

Sneu Korte dwarslijn Snorkelen Activiteit waarbij de zwemmer aan de oppervlakte

blijft. In tegenstelling tot bij skin diving of scubaduiken. Hij ademt voortdurend door de snorkel en slaat met zijn duikbril het onderwatergebeuren gade.

Snug down Stormklaar maken van een schip door alles zeevast te zetten en de zeilen te reven. Snug down Sound Navigation And Ranging

SONAR Apparatuur waarmee objecten onder water kunnen worden opgespoord.

Het apparaat zendt ultrasone trillingen uit, die worden teruggekaatst. De afstand wordt bepaald door het tijdsverschil tussen de uitzending en de ontvangst van de echo.

Sound navigation and ranging

Spanvisserij Vorm van visserij waarbij twee schepen een zakvormig net tussen zich in voortslepen.

Sparboei Drijfbaken. Lange cilinder met in verhouding tot de lengte een kleine middellijn.

Indien ze in plaats van spitse tonnen liggen, lopen ze spits toe. Liggen ze in plaats van stompe tonnen, dan zijn ze cilindervormig.

Special Committee on Oceanographical Research

SCOR

Spiegel Min of meer vlakke, achterste afsluiting van de romp

Wordt negatief genoemd wanneer de spiegel van boven naar binnen wijkt. Veel zeiljachten hebben tegenwoordig een uitermate positieve spiegel.

Spits spitsbak Belgisch motorschip met stompe voorsteven. De huidige standaardafmetingen zijn: L.O.A. 39 meter en breedte 5,05 m.

Spoed schroefspoed De theoretisch afgelegde weg van het schip bij één omwenteling van de schroef in een vaste massa, die niet meegeeft.

Omdat water wel meegeeft, ontstaat de zogenaamde slip en is de werkelijk afgelegde afstand kleiner dan de theoretisch afgelegde weg. Dit verschil wordt het `slippercentage' genoemd.

Page 93: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 93 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Sportduiken Onderwatersport te onderscheiden in snorkelen, waarbij de duiker gebruik maakt van een snorkel, skin diving, en scubaduiken, waarbij ademhalingsapparatuur wordt gebruikt.

Spui Afsluitbare waterlozing die door een waterkering loopt.

Spui Boezem waarlangs wordt gespuid. Spuidok Kom die bij hoog tij vol loopt en bij laag tij met

kracht het voor de haven liggende zand meevoert.

Spuien Het door een spui lozen van water. Spuigat spijgat Gat in de reling dat dient om het water van dek

weg te laten lopen.

St. Elmusvuur corposant Zeldzaam voorkomend natuurverschijnsel, veroorzaakt door luchtelektriciteit, waarbij een elektrische ontlading plaatsvindt die als een zwak lichtschijnsel aan puntige voorwerpen (masten, kerktorens) waarneembaar is.

Corposant

Staalvisserij Palingvisserij met aan stalen (stokken) vastgemaakte fuiken.

Vindt plaats langs een gedeelte van de IJsselmeerkust.

Stabiliteitsgegevens Verzameling tabellen en diagrammen die een beeld geven van de stabiliteit van een vrachtschip.

Stakellicht Lichtsein met moderne noodsignalen vaak afgeschoten met een seinpistool Stand by Blijf tot nader bericht uitluisteren op dit kanaal Stand by Stapel Stelling op een werf waarop een schip in

aanbouw rust.

Steekbakens In de grond gestoken takken, die aan de linkerzijde van het vaarwater spits bij elkaar zijn gebonden en aan de rechterzijde van het vaarwater uit elkaar staan.

Steurharing Gezouten ongekaakte haring. Steven Gedeelte van het schip waar de huid van beide

zijden samenkomt in een betrekkelijk scherpe vorm.

We onderscheiden voorsteven en achtersteven.

Stijf Zegt men van een schip dat stabiel is. Stilliggend schip Volgens de wet: een schip dat hetzij ten anker,

hetzij gemeerd ligt. Een schip ligt indirect gemeerd als het gemeerd ligt aan een schip dat direct gemeerd ligt.

Stoomboot Vaartuig dat door stoom (stoommachine of stoomturbine) wordt voortbewogen.

Stoot Attentiesignaal met de scheepshoorn. Stootkussen stootwil | fender | wil |

wrijfhout Soms van touw, maar meestal opgeblazen plastic

cilinders die over de rand van de boot worden opgehangen om beschadiging te voorkomen.

Op de boeg van een schip leguaan genoemd

Stootrand Kleine, uitstekende rand rond de buitenkant van het dek van een jacht.

Page 94: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 94 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Stormwaarschuwing Waarschuwing via voor windsnelheden van 6 Beaufort en meer

in één of meerdere van de volgende districten: Vlissingen, Hoek van Holland, IJmuiden, Texel, Rottum en IJsselmeer.

Stortgoed Lading die gestort wordt, zoals graan in tegenstelling tot stukgoed. Stouwen stuwen Het oordeelkundig plaatsen van de lading in de

ruimen. Dit werk wordt onder leiding van de stuwadoor gedaan.

Stranden Vastlopen op het strand. Strandvonderij Ambtelijke instelling die uit zee aangespoelde

voorwerpen moet beheren. De strandvonder of strandvoogd is meestal de burgemeester. Hij oefent toezicht uit op gestrande schepen, aangespoelde goederen en het verlenen van hulp en berging. De strandvonder heeft recht op beheerloon, dat wordt betaald uit de opbrengst van goederen. Het zich toeëigenen van op het strand gevonden voorwerpen is officieel verboden.

Strijkend tij neergaand tij Situatie waarbij stroom en wind uit dezelfde richting komen.

Stroombult Ondiepte die zich soms zo'n vijftig meter achter de sluis bevindt.

Stukgoed Goederen die bij het stuk, dat wil zeggen per colli ten vervoer worden aangegeven

in tegenstelling tot stortgoederen.

Sturen Volgens het BPR is dit `het zelfstandig bepalen van koers en snelheid van het schip'.

Degene die slechts handelt onder direct toezicht van een ander, die onmiddellijk het sturen van het schip kan overnemen, is niet degene die het schip krachtens het reglement stuurt. Het sturen van een varend schip moet worden verricht door een daartoe bekwaam persoon van tenminste 1jaar oud. Voor snelle motorboten geldt de minimumleeftijd van 18 jaar. De bepaling omtrent de leeftijd geldt niet voor een klein motorschip met een lengte van minder dan 7 meter, dat niet sneller dan 13 km. per uur kan varen, een klein zeilschip van minder dan 7 meter en een klein door spierkracht voortbewogen schip.

Stuurautomaat Automatische stuurinrichting. Stuurboord De rechterkant van een vaartuig wanneer men

van achteren naar voren kijkt.

Stuurlast Heklastig | achterlastig De mate waarin het schip achter dieper steekt dan voor.

Stuurman Scheepsofficier die met de navigatie is belast. Hij of zij dient met goed gevolg bepaalde examens aan de zeevaartschool te hebben afgelegd.

Stuursnelheid Minimum snelheid door het water die men nodig heeft om het roer te kunnen sturen.

Stuwadoor Deze zorgt in de haven voor de overslag en opslag van goederen.

Men kent stukgoed-stuwadoors, multi-purpose-stuwadoors, massagoed-stuwadoors, containerstuwadoors en ro/ro-stuwadoors.

Surfen surfriding Zich met hoge snelheid op een surfplank op de

Page 95: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 95 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

golven van de branding naar het strand laten glijden.

Surfen Windsurfen plankzeilen. Synodische getijden dubbeldaags getij Getijden waarin de twee weken durende cyclus

van springtij en doodtij overheersen. Op de Noordzee is sprake van synodische getijden.

Taan cachou | run Ontsmettende, conserverende bruingele verfstof, een aftreksel van eikeschors, waarmee visnetten en zeilen werden behandeld.

Taats Elk van de pennen waarop een sluisdeur draait. Taatspot Holte waarin de taats draait Tagrijn shipchandler Handelaar in (soms tweedehands)

scheepsbenodigdheden. shipchandler

Tall ship Elk van de traditionele zeilende zeekastelen die de oceanen bevaren

zoals clippers, windjammers, schoeners en barken. Tall ship

Tallyen De lading (met name stukgoederen) controleren en registreren.

Wordt gedaan door de tallyman, de ladingschrijver.

Tanker Schip dat speciaal voor het vervoer van onverpakte vloeibare lading is ingericht.

Wordt voornamelijk gebruikt voor het transport van aardolieprodukten. Boven de 200.000 ton spreekt men van VLCC's, boven 350.000 ton van ULCC's.

Telex Over Radio Communicatiemiddel voor schepen Het bericht wordt in deeltjes verzonden. Na ontvangst van elk deeltje antwoordt het station. Is het bericht goed overgekomen, dan wordt het volgende deeltje verzonden. Zo niet, dan wordt het slecht overgekomen deeltje nogmaals verzonden.

Tender Bevoorradingsschip Boot die bemanning, passagiers en bagage van een op de rede of in de haven liggend schip afhaalt, of van de wal aan boord brengt.

Teredo Navalis Paalworm Dit dier boort, net als de boordpissebed, gaten in het hout van schepen, en kan worden opgespoord door te kloppen en te prikken.

Tewaterlating Het te water laten van een schip, nadat de werkzaamheden op de werf gereed zijn.

Thuishaven De haven waar een schip volgens de registers thuishoort en die doorgaans onder de naam van het schip op de kont staat vermeld.

Thunnus alalunga Albacore Witte tonijn Tijdbevrachting Hierbij wordt een schip voor een bepaalde

periode gehuurd. De huurder betaalt de huurprijs, de havenkosten, de loodskosten, de kanaalgelden en de brandstof, terwijl de kosten van bemanning, voeding, onderhoud en verzekering voor rekening van de verhuurder komt.

time charter

Tilling De hoek tussen de scheepsbodem en het horizontale vlak.

Tochtsloot Hoofdafvoersloot die het polderwater, aangevoerd door de zij- en kavelsloten, naar het

Page 96: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 96 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

uitwateringskanaal of de uitwateringssluis voert. ton Duizend kilo. Tonnagedek meetdek Dek vanwaaraf de tonnage wordt gemeten. Tonnenmaat tonnage De inhoudsmaat van een schip uitgedrukt in

brutoregisterton of gross tonnage. Onder nettotonnenmaat verstaat men de brutotonnenmaat verminderd met de inhoud van het schip dat in gebruik is voor voortstuwing, bemanningsverblijven enzovoort.

Toom Rijke visgrond. Toplicht Stoomlicht Wit licht dat zichtbaar is over een boog van de

horizon van 225E, van recht vooruit tot 22,5 graden achterlijker dan dwars naar beide zijden van het vaartuig. Het wordt gevoerd aan of voor de mast en ten minste 1 meter hoger dan de boordlichten.

Toran Radiografisch plaatsbepalingssysteem. Totebel Kruisnet, waarmee onder andere op spiering en

paling werd gevist.

Traffic Separation Scheme TSS Trailerbaar Dit wil zeggen dat de boot vervoerbaar is per

trailer, aan de trekhaak van de auto. De maximale breedte van de boot mag de 2,50 m. niet overschrijden, want anders mag zij niet zonder begeleiding over de weg worden vervoerd. Een boot die niet trailerbaar is moet met een dieplader worden vervoerd.

Trampschip general-service ship | vrachtschip

Vrachtzoeker; schip dat in verschillende havens op zoek is naar lading.

trampship | general-service ship

Transit Het tijdstip van de dag waarop de zon het hoogst staat.

Transportschip Schip voor het vervoer van personen en materieel.

Traverseren oversteken van stromend water door schuin tegen de stroming in te varen.

Ferry

Trawl Zakvormig sleepnet, dat bij de bodemtrawlvisserij over de zeebodem wordt gesleept, om garnalen, platvis, rondvis en haring te vangen.

Bij de pelagische trawlvisserij wordt een zwevend net gebruikt om haringachtigen te vangen. Enkele typen trawls: de boomtrawl, die geschikt is voor platvis en kabeljauw, en de veel bredere ottertrawl, die voor platvis minder geschikt is. Net als bij de zegen wordt bij het vissen met de trawl de vis achtervolgd.

Trawler treiler | trolder Vaartuig dat met een trawl vist en waarop vaak ook verwerking van de vis plaatsvindt.

Men maakt onderscheid tussen hektrawlers en trawlers die over het zijboord vissen. De lengte van trawlers varieert nogal. Ze zijn er van 12 meter, maar ook van 90 meter.

Trekschuit Tot het begin van deze eeuw gebruikt binnenvaartuig voor het vervoer van personen en goederen, dat door een paard over het jaagpad of

Page 97: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 97 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

trekpad werd voortgetrokken. Trekvaart Waterweg die werd gebruikt door trekschuiten. Langs de trekvaart liep een jaagpad. Trim Verschil in diepgang van voor- en achterschip. Trimballast kielballast Binnenballast waarmee een schip op de juiste

waterlijn wordt gebracht en de stabiliteit verbeterd.

Bij zeeschepen materiaal in ballasttanks, bij zeiljachten vaak als loodballast in of onder de kiel

Trimmen tremmen Een lading stuwen. Trimmen De ligging van een vaartuig in het water

veranderen door het aanbrengen, verwijderen of verplaatsen van ballast.

Trog Langwerpige, smalle, diepe inzinking in de zeebodem.

trog Uitloper van een lagedrukgebied. Trommel Het gedeelte van de lier waarom het touw zich

windt.

Trommel Trechtervormig binnennet van een kor Tros meertros Elke landvast van een aanzienlijk

beroepsvaartuig. Hawser

Tros Uit drie tot zes strengen gevlochten touw. Tsoenami tsunami | havengolf Enorme golf, vaak meer dan 15 meter hoog,

veroorzaakt door een aardbeving, zeebeving of vulkaanuitbarsting. In open water kan een tsoenami de vorm aannemen van verschillende golven achter elkaar, die zich met een snelheid van tientallen kilometers per uur (soms 800 kilometer per uur!) maar een amplitude van niet meer dan een meter voortbewegen, waardoor zij op de oceaan doorgaans niet worden opgemerkt door schepen. Langs de kust en in zeeëngten neemt de tsoenami echter in snelheid af, om in hoogte toe te nemen. Zodoende ontstaan golven van tientallen meters hoog, die ver landinwaarts kunnen worden geworpen en daar enorme schade aanrichten. Een tsoenami kondigt zich soms aan door een plotseling terugtrekken van het water aan de kust.

Tuchtwet Wet waarin wordt geëist dat er een strafregister wordt bijgehouden en waarin de functie van de kapitein als hulpofficier van justitie wordt geregeld.

Tui Landvast. Tuidreg Lichte dreg. Tuigage takelage Het samengesteld stelsel van rondhouten,

staand- en lopend want en zeilen dat dient om het vaartuig met behulp van windkracht voort te

Ook wordt hiertoe het tuig gerekend dat deel uitmaakt van het eigen laadgerei en de sloepen.

Page 98: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 98 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

stuwen en het te laten ankeren. Turbine Krachtmachine die wordt gedreven door

stromingsenergie van water of stoom. We onderscheiden water-, gas- en stoomturbines.

Twaalfmijlsgrens Grens van de territoriale wateren op twaalf mijl uit de kust.

Uit het roer lopen Daarvan is sprake wanneer wind of stroom het schip in een andere richting sturen dan hij volgens de stand van het roer zou moeten varen.

Uitbrengen Naar zee brengen. Uitbrenger Sleepboot die een schip naar zee brengt. Uithalen Het van de werf of uit het dok in het vaarwater

brengen van een (nieuw) schip.

Uitkijk Schepeling die vanuit een daartoe geschikte plek aan boord alles scherp in de gaten houdt.

Er dient te allen tijde een goede uitkijk te worden gehouden.

Uitlegger Drijver of vlerk van een prauw. Uitlegger Wachtschip in de monding van een rivier. Uitvaren Naar zee varen; de reis beginnen. Uitwatering vrijboord De kleinste afstand van het uitwateringsdek tot de

waterlijn waartoe een schip mag worden geladen.

Uitwateringsdek Het bovenste doorlopende gesloten dek, van waaraf de uitwatering gemeten wordt.

Uitwateringslijn Elk der lijnen die deel uitmaken van een uitwateringsmerk.

Uitwateringsmerk Plimsollmerk Dient om de grootste geoorloofde inzinking van het water aan te geven in verschillende jaargetijden, verschillende vaargebieden en eventueel voor bepaalde wijzen van belading.

Het merk wordt op het vrijboord aan bak- en stuurboord aangebracht, op het midden van de scheepslengte.

Ullage Ruimte die boven vloeibare lading wordt vrijgelaten om expansie te kunnen opvangen.

Ultra Large Crude Carrier ULCC Mammoettanker boven 350.000 ton Ultra Large Crude Carrier

UNCLOS Zeerechtconventie van de Verenigde Naties. Deze organisatie maakt zich onder andere sterk voor internationale samenwerking tot behoud van de visstand.

Universal Time Coordinated UTC Tijdseenheid gebaseerd op atoomtijd Het verschil tussen UTC en GMT is minder dan een seconde.

Universal Time Coordinated

US National Ocean Service NOS US National Oceanic and Atmospheric Administration

NOAA

Vaandel Hoeveelheid haring, minstens 200 stuks. Vaarbelasting Speciale belasting op het bezit en gebruik van

pleziervaartuigen.

Vaarboom boom Stok waarmee een schip voortbewogen kan worden door de voet op de bodem van het vaarwater te plaatsen en tegen het andere einde

Wordt ook gebruikt om te steken. pole

Page 99: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 99 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

te duwen. Vaarsimulator brugsimulator Installatie waarmee maritieme officieren in

opleiding op het droge kunnen oefenen.

Vaart De scheepvaart in het algemeen. We onderscheiden onder andere de droge vaart, de natte vaart en de wilde vaart.

vaart De verheid per uur uitgedrukt in knopen. vaart Vaarroute tussen twee plaatsen Vaartijdenboekje Boekje van de BBZ waarin de bemanningsleden

van een zeilend charter-passagiersschip hun vaardagen bijhouden, om na verloop van tijd een diploma te kunnen halen.

Hiervoor kan ook het diensttijdenboekje van het Centraal Bureau Binnenvaart worden gebruikt.

vaarwater De gevolgde vaarroute van een schip. Vadem vaam Dieptemaat, 6 voet of 1.8288 meter. Op zeekaarten nog gebruikt. Valwind Van boven invallende wind. Vangschip Schip waarmee men walvissen vangt, in

tegenstelling tot het moederschip.

Vangstquota De maximale hoeveelheid vis die per jaar tijdseenheid (meestal per jaar) mag worden gevangen.

Kan onder andere afhankelijk zijn van de grootte van het schip en bepaalde historische rechten.

varen Het beroep van zeeman uitoefenen. Varen Het zich verplaatsen over het water. Varend schip Volgens het BPR: een schip dat noch ten anker of

gemeerd ligt, noch is vastgevaren.

Variatie De hoek tussen de ware noord-zuidlijn en de richting van de kompasnaald.

Varrel Vijftig haringen. Vastmakers roeiers | roeiers-

vastmakers | bootsmannen | vletterlieden

Vaklieden die zich bezighouden met het vast- en losmaken van schepen.

roeiers in Rotterdam. In Antwerpen worden ze `bootsmannen' genoemd en weer elders spreekt men van `vletterlieden'.

Veem Onderneming die goederen in bewaring neemt en pakhuizen (onder andere vries- en koelhuizen) exploiteert.

Treedt ook op als expediteur en handelt douaneformaliteiten af.

Veerpont pont BPR: een schip dat een veerdienst onderhoudt, waarbij de vaarweg wordt overgestoken en dat door de bevoegde autoriteit als veerpont is aangemerkt.

veger vlak boven stromend water hangende versperring die vaarders en/of kano's vast kan houden.

meestal een boom, Sweeper

Veiligheidsverkeer Heeft betrekking op de veiligheid van de navigatie in het algemeen

bijvoorbeeld op gevaarlijke wrakken, stormen, drijvende mijnen en losgeslagen boeien. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het veiligheidssein SÉCURITÉ. Niet te verwarren met spoed- en noodverkeer.

Venturi-effect In een trechtervormige vernauwing neemt de snelheid van een onsamendrukbare vloeistof toe

Page 100: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 100 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

en neemt de druk af. Verbeteren Het omrekenen van de kompaskoers naar de

ware koers.

Verdrinking Dood door te langdurige onderdompeling in een vloeistof, bijvoorbeeld zeewater.

Bij de mens duurt het ongeveer vijf minuten voordat er sprake is van `te langdurige onderdompeling'.

Verhalen Het schip door middel van touwen naar een andere ligplaats overbrengen zonder de zeilen of de motor te gebruiken.

Kedge

Verheid De afstand die een schip in zekere tijdsduur heeft afgelegd.

Verkeersscheidingsstelsel Geeft op zeekaarten aan dat men in dit gebied verplicht is via de kortste weg (dus haaks) over te steken.

VSS

Verlaat Installatie voor het lozen van water. Verladen overladen Iets in een ander schip laden, of overladen in een

voertuig.

Verlijeren Naar lij afzakken Zijwaartse verplaatsing van een boot als deze in een wind vaart die een hoek vormt met de koers.

Crab

Vermoedelijk overlijden Bijzondere rechterlijke verklaring ten aanzien van een vermist persoon, bijvoorbeeld na een scheepsramp.

De verklaring kan vijf jaar na de laatste dag waarop betrokkene in leven is gezien worden aangevraagd door belanghebbenden.

Verrekijker Optisch instrument om voorwerpen waar te nemen die zich op verre afstand bevinden.

Verschansing reling Vaste wand rondom het dek. Op een passagiersschip moeten alle voor passagiers opengestelde dekken zijn voorzien van een verschansing van ten minste één meter hoog.

verschepen Het overladen van goederen uit het ene schip in het andere.

Verschepen Per schip verzenden van goederen. Verschepingsopgave Lijst van gegevens betreffende de te verschepen

goederen, te verwerken in het connossement. shipping note

Verslechteren Het omrekenen van de ware koers naar de kompaskoers.

Verstekeling Blinde passagier | passevolant

Iemand die zich heimelijk aan boord van een vaartuig heeft begeven met de bedoeling een land illegaal te verlaten of binnen te komen, dan wel zich te laten vervoeren zonder daarvoor te betalen.

De kapitein kan worden verplicht de verstekeling terug te brengen naar het land waar deze aan boord is gekomen.

Verwachte tijd van aankomst

ETA Radiotelefonieterm Estimated Time of Arrival

Very Large Crude Carrier Erg grote tanker, met zo'n 250.000 ton laadvermogen of meer.

Very Large Crude Carrier

verzekeringsbewijs Insurance certificate

Versicherungspolice

Page 101: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 101 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Vieren Verminderen van de kracht op een touw. Vierling Vijftig pond Verkoopeenheid voor spiering. Vis Volgens de Visserijwet is dit: aangewezen vissen

+ delen + kuit en broed; aangewezen schaal-, schelp- en weekdieren + delen + broed en zaad; zeesterren; zee- of koraalmos.

Visafslag vismijn | afslag De plaats waar de vis wordt verkocht bij afslag Visfraude Fraude met de administratie van de visafslag

waardoor vis buiten de boeken wordt gelaten en de quoteringsregeling voor de visvangst wordt ontdoken.

Vissen Hieronder verstaat de Visserijwet: 1. Het te water brengen, te water hebben, lichten of ophalen van vistuigen, alsmede het aanwenden van enig ander middel om vis te bemachtigen. 2. Het uitzaaien van oesters of mosselen.

Halieutics

Visserij De uitoefening van het vissersbedrijf In Nederland wordt de visserij in open zee uitgeoefend door trawlers, loggers en kotters.

Visserijband MF-band De radiofrequentie boven 1605 KHz. voor het verkeer van en met vissersschepen.

Visserijoorlog Conflict tussen vissers van een bepaald land en de regering van een dat land of een ander land, meestal over vangstquota en overbevissing.

Niet zelden worden hierbij vissersschepen opgebracht en aan de ketting gelegd.

Visserijoorlog Conflict tussen vissers van verschillende landen, doorgaans over het recht om in een bepaald gebied te mogen vissen.

Vissersmand Wettelijk voorgeschreven dagmerk voor vissersschepen die aan het vissen zijn.

De mand wordt doorgaans in het voorstag gehesen.

Vissersmerk Eigendomsmerkteken. Vissersvaartuig Volgens de wet: elk vaartuig dat gebezigd wordt

voor het vangen van vis, walvissen, zeehonden, walrussen of andere levende rijkdommen van de zee. Volgens het BPR: een schip dat vist met netten, lijnen, sleepnetten of ander vistuig, die de manoeuvreerbaarheid beperken.

Viszegen Volgens de Visserijwet elke zegen die geen aalzegen is.

Vlaggenalfabet Bestaat uit seinvlaggen. Elke vlag symboliseert een letter van het alfabet. Vlagvertoon Het laten zien van de vlag als natie, door een of

meer oorlogsbodems naar het buitenland te sturen.

Vlak denning Vlakke gedeelte van het onderwaterschip; bodem van het schip.

Vleet Het geheel van uitgeschoten haringnetten van een schuit, 90 tot 150 netten van elk 31,5 m.

Page 102: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 102 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

lengte, dat als een gordijn in het water staat. Vleugelkuil Franse kuil Kuil met uitgesneden boven- en onderzijde. Vlie Zeegat achter Terschelling en Vlieland. Vliedberg Kunstmatige heuvel waarop men bij

overstromingen kan vluchten.

vliet vlieter Plaatselijke sterke stroming, geul waarin het water snel stroomt

Vliet Bekade inham van de Schelde. Vloot Groep samenvarende schepen. vloot Het totale schepenbestand van een rederij of

natie

vlot Drijvend samenstel van balken, planken, stammen, vaten of ander materiaal.

vlot Drijvende steiger of ponton voor het verrichten van werkzaamheden op het water.

Vlot Opblaasbaar reddingsmiddel voor schipbreukelingen.

Voet foot Oude lengtemaat 30,5 centimeter Volgstroom Meelopende stroom als gevolg van de achter het

varende schip ontstane kuil.

Voorliggende koers Komt niet per definitie overeen met de koers over de grond.

Heading

Vooronder Ruimte voor in het schip achter de voorpiek Voorzorgsmaatregelen Artikel 1.04 van het BPR luidt: `Een schipper van

een schip moet, ook bij het ontbreken van uitdrukkelijke voorschriften in het reglement, alle voorzorgsmaatregelen nemen die volgens goed zeemanschap of door omstandigheden waarin het schip zich bevindt in het belang van de veiligheid en de goede orde van de scheepvaart zijn geboden.'

Vormstabiliteit Vorm van stabiliteit waarbij het gewichtszwaartepunt van het schip ten opzichte van het drukkingspunt relatief hoog ligt, zodat de vorm van het schip (breedte!) sterk tot stabiliteit moet bijdragen.

Voyage charter Hierbij wordt het schip voor een bepaalde reis of meerdere identieke reizen gehuurd.

Meestal wordt de verhuurder per dag betaald. Voyage charter

Vrachtschip Volgens het schepenbesluit elk schip geen passagiersschip of vissersvaartuig zijnde.

Vriesschip Schip met faciliteiten om de gevangen vis te bevriezen.

Vriesschip Schip met vriesinstallaties voor het vervoer van bevroren levensmiddelen.

Page 103: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 103 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Vrijhaven Gebied dat voor grensrechten als buitenlands grondgebied wordt beschouwd, zodat de douaneformaliteiten pas vervuld hoeven te worden als de bestemming van de goederen vaststaat.

Vuilwaterpomp Installatie die dient om het `huishoudelijk afvalwater' van jachten uit de vuilwatertanks te pompen, zodat zwemmers niet worden omgeven met ronddrijvende drollen.

Vulling Dat gedeelte binnenin de romp waar binnengedrongen water zich verzamelt.

bilges

Vuurtoren lichttoren Toren langs de kust, als drager van een voor oriëntatie op zee bestemd licht.

Elke vuurtoren heeft een eigen karakteristiek lichtsignaal. De oudste Nederlandse vuurtoren is de Brandaris op Terschelling.

Waadbroek waadpak Waterdichte broek met rubberlaarzen en een borststuk

gebruikt bij het waden door betrekkelijk diep water.

Waal Diepe waterkolk, door een dijkbreuk ontstaan. waal Met palen omgeven ruimte waarbinnen schepen

in een zeehaven veilig kunnen liggen.

Wacht De tijdsindeling aan boord van een schip of de indeling van bemanning in groepjes die achtereenvolgens het werk aan boord verrichten.

Er zijn zes wachten van elk vier uur (acht glazen), te beginnen met twaalf uur 's nachts: hondewacht, dagwacht, voormiddag, achtermiddag, platvoet en eerste wacht.

Wachtschip waker Doorgaans een afgekeurd oorlogsschip dat bij een haven, riviermonding of zeegang de wacht houdt.

Wad- en Sontvaarder Beltvaarder Kustvaarder bedoeld voor de vaart in niet al te diep water, zo dicht mogelijk onder de kust.

Waddenzee Ondiepe, bij eb deels droogvallende binnenzee tussen Den Helder en Esbjerg, van de Noordzee afgescheiden door de Nederlandse, Duitse en Deense Waddeneilanden.

Waker Klos die moet verhinderen dat een sluisdeur te ver opengaat.

Waladres Adres van een zeeman aan de wal. Meestal bij familie. Walkapitein Dambaas Persoon die zicht houdt op het kadebedrijf van

een rederij, een werf of een havenonderdeel vaak een voormalige zeekapitein.

Walmachinist Inspecteur van de machines en hoofd van het technisch personeel in dienst van een rederij.

Wals Een ronddraaiende, aan de stroming tegengestelde beweging van het water.

Walschipper Walkapitein van de visserij of de binnenvaart. walvisvaarders Schepen die worden gebruikt voor de walvisvaart. whaler Walvisvaarders Vissers die zich bezighouden met de walvisvaart.

Page 104: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 104 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Walvisvaart Bedrijfstak die zich richt op het vangen van walvissen.

Want Alle kabels en touwen gebruikt voor het steunen en bedienen van mast en zeilen.

Want Vistuig Ware koers Rechtwijzende koers WK De hoek tussen de langsscheepse as (kiellijn) van

een varende boot en de ware noord-zuidlijn. Ware koers = kompaskoers + deviatie + variatie.

Ware wind De windrichting die men waarneemt op een stil liggend vaartuig of op een vast punt aan de wal.

Waterboot Boot die drinkwater levert aan schepen die in de haven of op de ree liggen.

Waterbouwkunde Kennis van en leer omtrent het ontwerpen en aanleggen van werken die dienen om waterstromen of de zee binnen vooraf aangewezen grenzen te beperken of te leiden

met name van dijken, zeeweringen, sluizen en dergelijke.

Watercamper Soort varende camper, met zeer stevige stootrand, voor de binnenwateren.

Vooral gebruikt door de verhuurbranche.

Waterlijn Grens tussen het gedeelte onder water en dat erboven als de boot rechtop ligt.

Waterloop Openingen in of onder spanten en wrangen, waardoor ruimwater naar het diepste punt van de romp kan lopen.

Waterscheidingsfilter Filter om water uit de brandstof te verwijderen. Waterschout Rijksambtenaar die onder andere de monsterrol

controleert.

Waterski Elk van de twee ski's die worden gebruikt voor het waterskiën.

Doorgaans gemaakt van versterkt fiberglas, plastic of hout. De maten variëren nogal, maar bedragen gemiddeld 1,75 m. bij 15 cm.

Waterskiën Het zich met behulp van speciale ski's achter een snelle motorboot laten voortglijden op het water.

Daarbij worden vaak spectaculaire toeren uitgehaald, al dan niet met behulp van springschansen.

Waterstaat De overheidsdienst en de daartoe behorende ambtenaren belast met de zorg over en het beheer van de waterstand, de waterlopen en alle werken die deze leiden en beteugelen, alsook met de zorg over de naleving der wetten en verordeningen die daarop betrekking hebben.

Er kunnen de Rijkswaterstaat en provinciale waterstaten onderscheiden worden

Waterverplaatsing Deplacement Het gewicht van de hoeveelheid water die door een drijvend vaartuig wordt verplaatst.

Het is gelijk aan het gewicht van het vaartuig en alles wat het bevat.

deplacement

Weergebieden Gebieden zoals zij zijn ingedeeld door meteorologische instituten.

Nederland hanteert de volgende weergebieden: Vlissingen, Hoek van Holland, IJmuiden, Texel, Rottum en IJsselmeer. In Engeland zijn voor het Nederlands gedeelte van de Noordzee vooral de Britse weergebieden German Bight, Humber en Thames van belang.

Werkkanaal In principe elk kanaal dat bestemd is voor normaal openbaar schip-walverkeer

dus niet voor noodverkeer of schip-schipverkeer.

Page 105: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 105 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Werplijn Lange, dunne lijn met aan het uiteinde een werplijnknoop.

Dient om grotere afstanden te overbruggen. Het andere eind wordt aan het oog van een zware tros geknoopt, die naar de wal of een sleepboot kan worden gehaald zodra iemand daar de werplijn heeft gevangen.

Westerschelde Oeververbinding

WOV Toltunnel onder de Westerschelde tussen Terneuzen en Ellewoutsdijk

Wilde vaart Trampvaart Ongeregelde vaart, waarbij allerlei vracht voor iedere opdrachtgever naar elke willekeurige haven wordt vervoerd.

De schepelingen van de wilde vaart leiden daardoor een zeer wisselvallig bestaan.

wildwater turbulent water met veel lucht erin, dat daardoor minder opwaarts vermogen heeft.

White water

Wind Bewegende lucht. Doorgaans wordt er een natuurlijke, verticale luchtstroom mee bedoeld. Wind wordt veroorzaakt door verschillen in de atmosferische druk, die op hun beurt voornamelijk het gevolg zijn van temperatuurverschillen.

Windgenerator Door de wind aangedreven dynamo, doorgaans voorzien van vijf of zes bladen.

Wekt stroom op, waardoor de accu kan worden opgeladen.

Windhoos Zeer krachtige, in een soort slurf ronddraaiende wind, die veel schade kan aanrichten.

De doorsnee van de slurf beperkt zich doorgaans tot enkele honderden meters. Gaat meestal gepaard met zware neerslag en onweer.

Windroos roos Plaat die met het kompas meedraait en waarop de horizon is verdeeld over 32 windstreken

te weten de vier kwadranten (noord, oost, zuid en west), die elk in acht gelijke streken van 11°15' zijn onderverdeeld.

Windstilte Toestand waarin er geen wind is. Winterberging Doorgaans open terrein, waar boven tijdens het

winterseizoen jachten op bokken worden gestald Soms ook overdekt en zelfs verwarmd.

Wonderkuil grote kuil | moordkuil | langskuil

Zeer groot, door twee botters voortgesleept kuilnet, met nauwe mazen en een zeer wijde mond.

Heet zo omdat het erg veel vis vangt. Leidt echter tot doodvissen van het viswater.

Woonschepenwet Wet van 1918 betreffende de regelgeving rondom woonschepen.

Wrak Elk onbruikbaar, beschadigd schip dat verlaten op zee drijft, gestrand of gezonken is.

Wrakdrift Het drijven van wrakken op zee of over de zeebodem.

Wreed Wordt gezegd van een schip dat veel slingert en stampt.

Wrikken Een vaartuig voortbewegen met één riem die aan de spiegel bevestigd is, waarbij met de wrikriem achtjes in het water worden gemaakt.

Yle Haring die kuit of hom geschoten heeft en doorgaans alleen in het najaar gevangen wordt.

Zate Plaats waar in getijwater een schip kan worden drooggezet.

Page 106: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 106 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Zeeaanvaringsreglement ZAR Internationaal reglement met bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee

Zeeberg Onderzeese berg, meer dan een kilometer hoog, met een scherpe kam, in tegenstelling tot een guyot.

Zeebeving Aardbeving waarvan het epicentrum onder het zeeoppervlak ligt.

Zeebrief vlaggebrief Nationaliteitsbewijs van een zeegaand schip. Een soort paspoort van het schip, verstrekt door de regering van het land waar het schip geregistreerd staat. Op de koopvaardij moet het bij binnenkomst in een haven door de kapitein getoond worden aan de autoriteiten. Zeebrieven worden uitgegeven door het ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Certificate of Registry

Schiffsmeßbrief

Zeedag Elke dag dat men met een schip op zee is. Zeedagenregeling Wettelijke regeling van het aantal dagen dat

vissersschepen op zee mogen verblijven.

Zeeg Het verloop van de snijlijn van de huid en het dek van een vaartuig, van opzij gezien.

Is de zeeg voor en achter hoger dan in het midden, dan noemt men hem positief of hol; is hij in het midden het hoogst, dan spreekt men van een negatieve zeeg of een `katterug'.

Zeegaand jacht Elk jacht dat als zeegaand jacht door de KNWV als zodanig is erkend.

Erkende zeegaande jachten worden gelijkgesteld met zeeschepen.

Zeehaven Haven aan of in de directe nabijheid van de zee, die daarmee een directe scheepsverbinding heeft.

Zeeijs Bevroren zeewater. De ijskristallen hebben een zoutgehalte van 5 tot 10‰. Het zeeijs heeft een relatieve dichtheid van 0,92.

Zeekaart Nautische kaart Kaart waarop alle diepten, vaargeulen, betonning, bakens, wrakken, blinde klippen en getijden staan aangegeven, alsmede vaste oriëntatiepunten aan de wal, zoals vuurtorens, kerktorens en andere hoge objecten.

Zeeklit Diertje, behorend tot de groep van de zeeëgels, dat voor de Nederlandse kust leeft.

Wordt door het waterbeheer ingezet voor het bepalen van de giftigheid van (haven)slib. Als een zeeklit zich prettig voelt, graaft hij zich namelijk in de zeebodem in, zo niet dan blijft hij op de bodem liggen.

Zeeman Iemand die voor zijn beroep op zee vaart, of als zodanig heeft gevaren.

Zeemanschap De veelzijdige kundigheid en vaardigheid met betrekking tot de navigatie, de omgang met het schip waarop men vaart en alle andere factoren die nodig zijn om schip en bemanning zo veilig mogelijk op de plaats van bestemming te kunnen brengen

Zeemansgids Uitgave van de afdeling Hydrografie van het ministerie van Defensie, waarin een schat aan

Page 107: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 107 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

gegevens staat vermeld die de aandacht van de lezer behoeven of die niet goed uit de zeekaarten kunnen worden opgemaakt.

Zeemijl Minuutmijl | internationale nautische mijl | nautische mijl

De lengte van een meridiaanminuut. De Britse Admiralty mijl is 1853,18 meter. De internationale zeemijl is 1852 meter.

Admiralty mile | international nautical mile

Zeemist advectiemist Mist die op zee vooral in het late voorjaar en de vroege zomer optreed

Zeepok Balanoïdea Rankpootkreeft, uit de onderorde der Balanomorpha, familie der Balanidae.

Hecht zich aan alles wat stevig is, dus ook aan schepen.

Zeerecht De internationale regels die betrekking hebben op het gebruik van de zee.

De belangrijkste regel van het publiekrechtelijk zeerecht is de vrijheid van de volle zee, waarmee bedoeld wordt dat alle staten het recht hebben vrijelijk gebruik te maken van de zee en haar natuurlijke rijkdommen. In het privaatrechtelijk zeerecht wordt het gebruik van de zee door particulieren geregeld. Het spitst zich toe op het vervoer van personen en goederen overzee.

Zeerook Soort mist die ontstaat wanneer zeer koude lucht over aanmerkelijk minder koud water stroomt

Zeeroverij Het vanaf één of meerdere schepen in open zee plegen van geweld tegen de opvarenden van andere schepen, zonder dat daartoe machtiging is verleend door een oorlogvoerende mogendheid.

Vindt nog steeds regelmatig plaats, met name in Zuidoost-Azië en Afrika.

Zeesleper Sleepboot voor de zeescheepvaart. Cider barrel Zeevaartonderwijs Nautisch onderwijs Technisch beroepsonderwijs, gegeven aan

zeevaartscholen, visserijscholen, scholen voor de kustvaart en scholen voor de Rijn- en binnenvaart.

Het hoger nautisch onderwijs leidt onder andere op voor de functies van stuurman op de grote handelsvaart, scheepswerktuigbouwkundige en radio-officier, het middelbaar nautisch onderwijs leidt onder andere op voor de functies van stuurman, kapitein en scheepswerktuigbouwkundige op de kleine handelsvaart, de Rijn- en binnenvaart, de visserij en het baggerbedrijf, en het lager nautisch onderwijs leidt onder andere op voor de functies van scheepsgezel en scheepskok.

Zeevaartschool Instituut voor zeevaartonderwijs. Zeevast zetten zeevasten Voor men het zeegat uit gaat alles wat kan vallen

of verschuiven vastzetten of vastsjorren.

Zeevlam Snel vanuit zee opkomende koude mist. Zeevogels De belangrijkste zeevogels zijn de albatros (fam.

der Diomedeidae), de stormvogel (fam. der Procellariidae), de meeuwstormvogel (genus Fulmarinae) en de pijlstormvogel (genus Puffinus).

Zeewaardigheid Het in alle opzichten geschikt zijn van een schip om een voorgenomen reis te volbrengen, passagiers, bemanning en lading zonder

Page 108: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 108 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

aanmerkelijke schade te vervoeren en de te verwachten gevaren te doorstaan.

Zeewezen Al wat betrekking heeft op de zeevaart en de vloot.

Zeewind Koele wind die in de zomer in de loop van de dag opsteekt van zee naar het land, doordat de lucht boven het land wordt opgewarmd en opstijgt en aldus plaats maakt voor de zeewind.

Zeeziekte Naupathie Ziekte die veroorzaakt wordt door een verstoring van de evenwichtsorganen

Zegelkast zegelkamer Ruimte aan boord met alle artikelen die ten lande vallen onder de bepalingen inzake de douane en de accijnzen, de wapenwet en de narcoticawet.

De ruimte wordt verzegeld door de douane en het zegel mag pas buiten de territoriale wateren worden geopend. In de praktijk bevat de ruimte shag, sigaretten en sterke drank voor de bemanning, alsmede eventuele vuurwapens en geneesmiddelen.

Zegen zeegnet Lap netwerk van zeer grote lengte en naar verhouding geringe hoogte, waarmee men de vis achtervolgt.

Dit gaand viswant bestaat uit twee vleugels, die soms uitlopen in een kuil, een diepe `zak'. Aan beide vleugels is met sprenkels een lijn bevestigd, en door die in te halen wordt de zegen over de zeebodem gesleept.

Zeil Doek van sterk linnen of kunststof, doorgaans uit verscheidene kleden bestaande en aan de rand met touwen (lijken) benaaid, dienend voor het vangen van wind, ter voortstuwing van een vaartuig.

Zeilen Het voortstuwen van een boot door middel van windkracht, uitgeoefend op de zeilen.

Zeiler Persoon die de zeilsport beoefent. Zeilschool School waar men kan leren zeilen. Zendbereik zendcapaciteit De capaciteit van een zender om ontvangers op

afstand te kunnen bereiken. E.e.a. is afhankelijk van het zendvermogen (het aantal Watts van de zender), de lengte en de hoogte van de antenne en de positie van het vaartuig.

Zeng Plotseling kortstondige versterking van de wind vaak voorkomend bij het passeren van een koufront. Zicht Afstand waarop overdag voorwerpen zichtbaar

zijn.

Zinken Toestand waarbij een deel van een vaartuig of het hele vaartuig vol water loopt, niet meer blijft drijven en naar de bodem zinkt.

Zodiakaallicht Een zeldzame, op het noorderlicht lijkende zwakke, kegelvormige lichtschemering, ter weerszijden van de zon.

Komt in het begin van de lente en van de herfst voor zonsopgang en na zonsondergang voor.

Zolderschuit Breed, lang vaartuig met plat, laag dek. Zootje Verkoopeenheid voor spiering 60 à 70 stuks Zuiderlicht aurora australis | poollicht Lichtverschijnsel dat men in de buurt van de

zuidpool kan waarnemen. Wordt veroorzaakt door elektrische ontladingen bij lage luchtdruk.

Page 109: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 109 van 123

begrip Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Engels begrip (gedeeltelijk)

Duits begrip (gedeeltelijk)

Zuiderzee Vroegere binnenzee, inham van de Noordzee. In 1932 afgesloten door de Afsluitdijk. Heet sindsdien IJsselmeer. Grotendeels ingepolderd.

Zwarte vis Vis die buiten de boeken wordt gelaten. Zwemmen Zich door bepaalde geordende bewegingen in het

water drijvend houden en voortbewegen.

Zwemvest Persoonlijk reddingsmiddel dat de drager extra drijfvermogen geeft en daardoor het zwemmen gemakkelijker maakt.

De drenkeling moet zelf actief bewegen om met het aangezicht boven water te blijven, in tegenstelling tot bij het Reddingsvest.

Zwever Waterdoorlatend obstakel in snelstromende rivier bijvoorbeeld een boom. snag

Overige websites en informatiebronnen

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

Microfytobenthos Microfytobenthos bestaat uit microscopisch kleine plantjes (algen, voornamelijk diatomeeën) die op en in de bovenste centimeters van de bodem leven

Delta wateren

Risicocontour Bij het individueel risico geldt in Nederland als norm de risiscocontour 10-6.

Dat betekent dat in een jaar tijd één op de miljoen mensen een kans mag lopen te overlijden door een scheepsongeval met gevaarlijke stoffen.

Delta wateren

Kortsluitgeulen Kortsluitgeulen doorsnijden het plaatgebied tussen hoofd- en nevengeul.

Kenmerkend is dat ze zich hierbij verplaatsen (migreren) en uiteindelijk verzanden.

Delta wateren

Zeegras Zeegrassen zijn planten die aangepast zijn aan leven ondergedompeld in brak of zout water.

Er zijn twee soorten te onderscheiden, Klein zeegras (Zostera noltii) en Groot zeegras (Zostera marina). Hiervan is

Klein zeegras de talrijkste soort, Groot zeegras komt slechts

in beperkte mate voor.

Delta wateren

Inlagen Diepgelegen, natte, brakke natuurgebieden tussen de dijk en de binnendijk.

De gebieden zijn ontstaan door het afgraven van klei. Als de klei in deze gebieden is afgegraven om de binnendijk te versterken (en dus afkomstig uit polders) noemen we de gebieden karrevelden, als de afgegraven klei werd gebruikt voor de aanleg van de binnendijk, dan noemen we de gebieden inlagen. In sommige gevallen, bij lage ligging van het gebied is er sprake van zoute kwel (vooral op Schouwen en bij Scherpenisse) in andere gevallen is er sprake van brakke of zoete gebieden, vooral op Noord-Beveland. De gebieden zijn belangrijk voor vogels om te foerageren (voedsel zoeken) broeden en ‘overtijen’ (=wachten tot het weer eb is).

Delta wateren

1% norm De 'Overeenkomst inzake watergebieden die van internationale betekenis zijn, in het bijzonder als woongebied voor watervogels' is beter bekend als de 'Ramsar-Conventie', genoemd naar het Iraanse stadje waar de overeenkomst in 1971 werd opgesteld. Deze conventie beoogt het wereldwijd behoud en duurzaam

Delta wateren

Page 110: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 110 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

beheer van waterrijke gebieden (wetlands) en werd van kracht in 1975. Een wetland wordt beschouwd als internationaal belangrijk als het regelmatig meer dan 20.000 watervogels herbergt of als er regelmatig minstens 1 % van de individuen van een geografische populatie van één of meer watervogelsoorten aanwezig is (het zogenaamde 1 % -criterium).

classificatie verontreinigd slib Er worden vier soorten slib onderscheiden: - Klasse 1: voldoet aan de algemene milieukwaliteitsnorm; schoon tot licht verontreinigd. - Klasse 2: overschrijdt de algemene milieukwaliteit; licht tot matig verontreinigd. - Klasse 3: overschrijdt de toetsingswaarde; matig tot ernstig verontreinigd. - Klasse 4: overschrijdt de saneringswaarde; ernstig tot zeer ernstig verontreinigd.

Vervuild slib kan ernstige gevolgen hebben voor het milieu. Effecten op planten en dieren zijn al merkbaar bij klasse 2 - slib. Vervuild slib kan zich door opwerveling makkelijk van de ene naar de andere plek verplaatsen en op een andere plaats schade aanrichten. Ook kan op langere termijn het grondwater verontreinigd raken.

Delta wateren

Broedval Overgang van schelpdierlarven vanuit de waterfase naar de bodem.

Delta wateren

Pootvis Pootvis is jonge vis die wordt opgekweekt alvorens ergens te worden uitgezet.

Delta wateren

Blauwe vlag De blauwe vlag is ingesteld door de FEE (Foundation for Environmental Education) om internationaal de kwaliteit van zwemwater te kunnen vergelijken.

Om voor een blauwe vlag in aanmerking te komen moet een zwemlocatie voldoen aan strenge eisen op gebied van waterkwaliteit en veiligheid. De waterkwaliteit moet voldoen aan de streefwaarden die gesteld in de Europese zwemwaterrichtlijn. Streefwaarde zijn, de term zegt het al, waarden waarnaar gestreefd wordt, een soort ideale waarden. Er zijn ook grenswaarden in de Europese zwemwaterrichtlijn gesteld en deze grenswaarden zijn de eisen waaraan het water minimaal moet voldoen. Een water kan dus voldoen aan de Europese richtlijnen en toch geen Blauwe Vlag krijgen.

Delta wateren

Zeesla Zeesla is een eenjarig groenwier, dat vrij algemeen in de getijdengebieden rond de Noordzee voorkomt.

Het begint te groeien in april en kan in enkele maanden geweldige afmetingen (tot één vierkante meter) bereiken. Het wier hecht zich vast maar kan gemakkelijk losscheuren. Losgeraakt zeesla zet zijn leven drijvend voort en blijft groeien. Vroeg of laat spoelen ze aan op de kust, waar ze snel uitdrogen en vergaan. In de nazomer liggen op veel plaatsen bij de hoogwaterlijn geweldige hoeveelheden van dit wier te rotten. Het bodemleven onder deze wiervelden stikt.

Delta wateren

Karrevelden Diepgelegen, natte, brakke natuurgebieden tussen de dijk en de binnendijk

De gebieden zijn ontstaan door het afgraven van klei. Als de klei in deze gebieden is afgegraven om de binnendijk te versterken (en dus afkomstig uit polders) noemen we de gebieden karrevelden, als de afgegraven klei werd gebruikt voor de aanleg van de

Delta wateren | www.scheldenet.nl

Page 111: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 111 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

binnendijk, dan noemen we de gebieden inlagen. In sommige gevallen, bij lage ligging van het gebied is er sprake van zoute kwel (vooral op Schouwen en bij Scherpenisse) in andere gevallen is er sprake van brakke of zoete gebieden, vooral op Noord-Beveland. De gebieden zijn belangrijk voor vogels om te foerageren (voedsel zoeken) broeden en ‘overtijen’ (=wachten tot het weer eb is).

Afvoergebied Een cluster van peilgebieden met als gemeenschappelijk kenmerk dat ze via een gemeenschappelijk punt hun water lozen op een hoofdsysteem.

wat men vroeger, in bemalen Nederland, een polder noemden. Voert af op bv boezem, rivier of kanaal. STONE-mensen stellen afvoergebied synoniem aan afwateringseenheid; dit is niet juist.

HDSR

ecologisch maaibeheer In gebieden waar ecologisch maaibeheer wordt toegepast, wordt bij het maaien rekening gehouden met de aanwezige flora en fauna. Zitten er bijvoorbeeld veel padden in het water, dan wordt niet in een keer al het riet weggehaald, maar blijft er altijd wat riet staan, zodat de padden hun schuilplek voor vogels behouden.

HHSK

visstandbeheer De kwaliteit van een plas, singel of sloot hangt onder meer samen met de soort en de hoeveelheid vissen die aanwezig zijn in dat water. Daarom wordt bij diverse projecten gekeken wat de optimale visstand voor de waterkwaliteit zou zijn en worden er maatregelen genomen om dat te realiseren.

HHSK

hoogheemraad Een hoogheemraad is een lid van het dagelijks bestuur van een hoogheemraadschap.

HHSK

ingezetene Met ingezetenen bedoelen we de inwoners van het beheersgebied van een overheid

HHSK

Dijkleger Het dijkleger bestaat uit vrijwilligers die in geval van hoog water opgeroepen kunnen worden om de dijken te bewaken. Zij controleren dan waar risico's ontstaan, zodat het waterschap adequate maatregelen kan nemen.

HHSK

waterschapsomslag Eigenaren van huizen of ander onroerend goed krijgen naast de ingezetenenomslag ook de waterschapsomslag opgelegd. Deze belasting komt ten goede aan de zorg voor de waterkwantiteit en de zorg voor de waterkeringen. De WOZ-waarde van het onroerende goed dient als uitgangspunt voor de berekening van de hoogte van de aanslag. Dit geldt ook voor glastuinbouwbedrijven. Voor grond waar niet op gebouwd is, is het aantal hectare uitgangspunt.

HHSK

keurvergunning Verzoek tot afwijking van een keur HHSK bestuursverkiezing Het algemeen bestuur van een waterschap wordt eens in de

vier jaar gekozen door de belastingbetalers (burgers en bedrijven).

HHSK

Drijfvuil In oppervlaktewater is vaak afval te vinden, doordat mensen dit in het water of op straat gooien. Dit drijfvuil is nadelig voor de

HHSK

Page 112: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 112 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

kwaliteit en het ziet er gewoon slordig uit. hoofdwatergang Watergangen, zoals sloten en singels, zijn bedoeld om

overtollig regenwater af te voeren naar gemalen. Watergangen die voor de afvoer erg belangrijk zijn worden hoofdwatergangen genoemd. Over het algemeen zijn deze watergangen wat breder en dieper dan overige watergangen.

HHSK

kern- en beschermingszone waterkering

Dit is een strook grond aan weerszijden van een waterkering die belangrijk is voor de stabiliteit en erosiebestendigheid van waterkeringen. In deze zone gelden beperkingen voor bebouwing en beplanting.

HHSK

donk rivierduin ontstaan in het Pleistoceen door verstuiving van zand ui de rivierbedding van vlechtende rivieren

morfologie natuurlijk (RIZA)

rivierduin Duin op de rivieroever Ontstaan door verstuiving van zand uit de bedding morfologie natuurlijk (RIZA)

kronkelwaardgeul sikkelvormige laagte in een uiterwaard in de binnebocht van een sterk gekromde rivier

morfologie natuurlijk (RIZA)

meanderen het slingeren van rivieren Hierdoor vindt aanwas plaats in de binnenbocht en afslag in de buitenbocht. Hierdoor kunnen de bochten steeds groter worden of opschuiven.

morfologie natuurlijk (RIZA)

kronkelwaardrug hoogte ontstaan door schoksgewijze sedimentatie in de binnenbocht van een sterk gekromde rivier

morfologie natuurlijk (RIZA)

kribvak rivierbodem tussen twee kribben morfologie natuurlijk (RIZA)

grindvloer concentratie van grind aan het oppervlak Ontstaat doordat bij verstuiving zand wegwaait en grind niet

morfologie natuurlijk (RIZA)

Rijswaard Jonge opslibbende uiterwaard die met wilgen beplant is morfologie natuurlijk (RIZA)

oeverwal Relatief hoge, zandige delen van rivieroevers. Ontstaan door sedimentatie van zand tijdens hoogwaters

morfologie natuurlijk (RIZA)

degenereren Achteruitgaan of afsterven oeverplanten (RIZA)expositie De mate waarin een bepaalde plaats is blootgesteld aan wind,

golven of instraling van de zon oeverplanten (RIZA)

helofyt Meerjarige moerasplant, die in de waterbodem wortelt en waarvan de overblijvende knoppen zich onder de waterspiegel bevinden, maar de bladeren en bloeiwijzen boven het water uitsteken

oeverplanten (RIZA)

kloon Groep organismen die uit één enkele ouder is ontstaan door vegetatieve voortplaning

Is dus genetisch identiek oeverplanten (RIZA)

regenereren voortplanten of het weer aangroeien van delen van een organisme of een organisme in zijn geheel

oeverplanten (RIZA)

rhizoom Stengel die meestal horizontaal onder de grond groeit. Rhizomen kunnen dienen als orgaan om te overwinteren of voor de vegetatieve vermeerdering, of beide.

oeverplanten (RIZA)

geslachtelijke voortplanting generatieve voortplanting Voortplanting waardoor er genetisch gezien een uniek, nieuw individu ontstaat

oeverplanten (RIZA)

Page 113: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 113 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

ongeslachtelijke voortplanting vegetatieve voortplanting Asexuele voortplanting waardoor de nakomelingen identiek aan de ouder zijn

oeverplanten (RIZA)

Adventiefwortels Wortels die ontstaan aan bovengrondse plantedelen, onder invloed van bijzondere omstandigheden

Bijzondere omstandigheden zijn bv overstroming. Door middel van deze wortels kunnen planten voedingsstoffen en zuurstof opnemen uit het water. De opbouw van deze wortels verschilt dan ook sterk van gewone wortels

oeverplanten (RIZA)

rivierdynamiek Veranderlijkheid van de hydrologische en morfologische kenmerken van een rivier

ooibos (RIZA)

klinkhout hout dat in het water terecht gekomen is, verzadigd is met water en het habitat vormt voor organismen

ooibos (RIZA)

ecologisch netwerk Ruimtelijke samenhang van gebieden waartussen uitwisseling van populaties plaatsvindt

ooibos (RIZA)

bronpopulatie Groep individuen van waaruit de kolonisatie van onbevolkte gebieden plaatsvindt

ooibos (RIZA)

tweehuizig binnen een soort bestaan mannelijke en vrouwelijke individuen ooibos (RIZA) worteluitlopers Plantenwortels die uitgroeien tot een zelfstandige plant. Hierdoor kan het contact met de ouderplant

uiteindelijke verbreken ooibos (RIZA)

Achterlandverbinding de transportverbinding tussen havens en regio’s in het achterland.

PROSES2010

Boven-Zeeschelde de Schelde tussen Gent en de Rupelmonding. PROSES2010 Estuarien Systeem het geheel van structuren (zandplaten, schorren, geulen) en

processen (fysisch, chemisch en biologisch) dat door het getij wordt beïnvloed van de rivier tot in de zee.

PROSES2010

Herstelmaatregelen maatregelen die nodig zijn om de achteruitgang van het estuarium door bepaalde ingrepen teniet te doen.

PROSES2010

Langetermijnvisie Schelde-estuarium

in 2001 politiek vastgesteld document van de Vlaamse en Nederlandse regering waarin het streefbeeld voor 2030 vastgelegd is. De onderdelen zijn: instandhouden van de fysieke systeemkenmerken van het estuarium, maximale bescherming tegen overstromingen, optimale toegankelijkheid voor de Scheldehavens en een gezond en dynamisch ecosysteem.

PROSES2010

Maricultuur De kweek en/of de ontginning van schelpdieren op zee, in de directe omgeving van de kustlijn (8 à 10km).

PROSES2010

Mondingsgebied Schelde de Schelde zeewaarts vanaf Vlissingen. PROSES2010 OEI-leidraad Sinds 2005 hanteert Nederland een nieuwe leidraad bij haar

politieke besluitvorming Ze staat voor Onderzoek, Effecten en Infrastructuurwerken.

PROSES2010

Permanente Commissie van toezicht op de scheldevaart

België en Nederland zijn de verplichting aangegaan de Westerschelde bevaarbaar te houden, elk voor zijn gedeelte van de Schelde en daar de nodige tonnen en boeien te plaatsen.

Voor het toezicht op de scheepvaart bestemd voor Vlaamse Scheldehavens (Scheldevaart) is in 1839 de Belgisch-Nederlandse Permanente Commissie van Toezicht op de Scheldevaart opgericht.

PROSES2010

Programmamanager de programmamanager is verantwoordelijk voor de procesbewaking van de projecten en maatregelen.

PROSES2010

Projectleider de projectleider draagt onderzoek op, zorgt voor begeleiding PROSES2010

Page 114: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 114 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

van dit onderzoek, begeleidt de procedures en de inbreng van belanghebbenden en verzorgt de communicatie over hun project.

Schelde-estuarium deel van de Schelde onder invloed van het getij, bestaande uit de Boven- en Beneden-Zeeschelde, de Westerschelde en het mondingsgebied.

PROSES2010

Schelde-Landschapspark het Schelde-Landschapspark is een forum van samenwerkende Vlaamse gemeenten, provincies en het Vlaams Gewest.

Deze bestuurlijke samenwerking moet ertoe leiden dat projecten op gebied van natuur, landschap, stedenbouw, landbouw en infrastructuur versneld kunnen worden uitgevoerd.

PROSES2010

Sigmaplan het Vlaamse Sigmaplan werd in 1978 opgesteld omdat het veiligheidsniveau tegen overstromingen rond de Zeeschelde onvoldoende was.

Het plan moest ervoor zorgen dat het gehele Zeescheldebekken is beschermd tegen stormvloeden. Dit plan wordt thans geactualiseerd.

PROSES2010

Stortstrategie (onderhoudsbaggerwerk)

de manier waarop er omgegaan wordt met de stort van het baggerwerk dat nodig is om een afgesproken vaardiepte te kunnen handhaven.

PROSES2010

Streefbeeld een door de regeringen vastgesteld toekomstbeeld voor het estuarium, dat richtinggevend is voor het handelen op de korte en middellange termijn.

PROSES2010

Technische Scheldecommissie TSC is het ambtelijk overleg tussen Vlaanderen en Nederland over alle technische aangelegenheden van het Schelde-estuarium.

De Technische Scheldecommissie functioneert in haar huidige samenstelling als voorportaal voor het overleg tussen de bewindslieden van Vlaanderen en Nederland en bereidt de besluitvorming van dit overleg voor. De bewindslieden zijn voor Nederland de Minister en Staatssecretaris voor Verkeer en Waterstaat en voor Vlaanderen is dit de Minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur.

PROSES2010

Zeereservaat met het oog op natuurwaarden beschermd zeegebied. PROSES2010 Zeescheldebekken Het Zeescheldebekken omvat de Zeeschelde, de Durme vanaf

Lokeren, de Zenne vanaf Vilvoorde, de Dijle vanaf Werchter, de Kleine Nete vanaf Grobbendonk, de Grote Nete vanaf Oosterlo en de Rupel inclusief de bijhorende valleigebieden.

PROSES2010

Benelux Economische Unie BEU PROSES2010 Grote Eenheden Natuur GEN PROSES2010 Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling

GENO PROSES2010

Departement Leefmilieu en Infrastructuur van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap

LIN PROSES2010

Natuurontwikkelingsplan NOP PROSES2010 Memorandum van Overeenstemming

MvO PROSES2010

Overleg Adviserende Partijen OAP PROSES2010 Onderzoek naar Economische Effecten van Infrastructuur

OEEI PROSES2010

Page 115: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 115 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

Ontwikkelingsschets2010 Schelde-estuarium

OS2010 een plan met daarin een samenhangend pakket van maatregelen en projecten voor de ontwikkeling van het Schelde-estuarium op korte en middellange termijn (2010).

PROSES2010

Provinciale Milieuvergunningscommissie

PMVC PROSES2010

Projectdirectie ontwikkelingsschets Schelde-estuarium

ProSes PROSES2010

Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen

RSV PROSES2010

Spelregelkader Natte InfrastructuurProjecten

SNIP PROSES2010

bewortelingsdiepte Diepte waarop een één- of tweejarig volgroeid gewas nog juist voldoende wortels in een 10% droog jaar kan laten doordringen om het aanwezige vocht aan de grond te onttrekken, ook wel 'effectieve bewortelingsdiepte' genoemd.

www.bodemdata.nl

eolisch Door de wind gevormd, afgezet. www.bodemdata.nl guanotrofiëring Eutrofiëring van een voedselarm milieu door uitwerpselen van

vogels. www.bodemdata.nl

fluctuatie grondwaterstandsfluctuatie Het stijgen en dalen van de grondwaterstand. Soms wordt deze term in kwantitatieve zin gebruikt als het verschil tussen GLG en GHG.

www.bodemdata.nl

Mediaan zandfractie M50 | M50-2000

Het getal dat die korelgrootte aangeeft waarboven en waarbeneden de helft van de massa van de zandfractie ligt.

www.bodemdata.nl

bovengrond Bovenste horizont van het bodemprofiel die meestal een relatief hoog gehalte aan organische stof bevat. Komt bodemkundig in het algemeen overeen met de A-horizont, landbouwkundig met de bouwvoor.

www.bodemdata.nl

horizont Laag in de grond met kenmerken en eigenschappen die verschillen van de erboven en/of eronder liggende lagen; in het algemeen ligt een horizont min of meer evenwijdig aan het maaiveld.

www.bodemdata.nl

bodemgeschikheidskaart Kaart met daarop aangegeven de gebruiksmogelijkheden voor verschillende vormen van bodemgebruik.

www.bodemdata.nl

grondwatertrappenkaart Kaart met vermelding en omgrenzing van grondwatertrappen. Naast de aard van de grond is (met name in zandgebieden) de stand en fluctuatie van het grondwater bijzonder belangrijk. Door de sporen die het op en neer gaande grondwater in de grond achterlaat (o.a. kleurverschillen) is het voor de bodemkarteerder mogelijk een schatting van de diepte van de grondwaterstandfluctuatie te maken. De kaart waarop deze gegevens zijn vermeld en omgrenst heet een grondwatertrappenkaart. In Nederland worden op de bodemkaart meestal ook de grondwatertrappen

www.bodemdata.nl

Page 116: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 116 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

vermeld. hydromorfe kenmerken Kenmerken in de grond veroorzaakt door bodemvocht en

grondwaterbeweging. 1. Voor de podzolgronden: een moerige bovengrond, of een moerige tussenlaag, en/of geen ijzerhuidjes op de zandkorrels onmiddelijk onder de Bh of Bws; 2. Voor de brikgronden: in een grijze E en in de Bt komen roestvlekken en mangaanconcreties voor; 3. Voor de eerdgronden en de vaaggronden: een Cr-horizont binnen 80 cm diepte beginnend, en/of een niet-gerijpte ondergrond, en/of een moerige bovengrond, en/of een moerige laag binnen 80 cm diepte beginnend, bij zandgronden met een A dunner 50 cm: geen ijzerhuidjes op de zandkorrels onder de A-horizont, bij zavel- en kleigronden met een A dunner dan 50 cm: roest- en/of reductievlekken beginnend binnen 50 cm diepte. Volgens dit concept worden de hydrogronden onderscheiden van hun tegenhanger de xerogronden.

www.bodemdata.nl

grondwaterklasse Een ad hoc vastgestelde klasse die gedefinieerd wordt door een GHG en/of GLG-traject afwijkend van de trajecten van de grondwatertrappen.

www.bodemdata.nl

marien Onder invloed van getijdenbewegingen afgezet. www.bodemdata.nl ondergrond De laag bestaande uit moedermateriaal die direct onder het

gedeelte ligt wat bodem heet www.bodemdata.nl

grondwatertrap Klasse die gedefinieerd wordt door een zeker GHG- en GLG-traject.

www.bodemdata.nl

gleyverschijnselen grondwaterverschijnselen | hydromorfe verschijnselen

Verschijnselen veroorzaakt door periodieke verzadiging van de grond met water.

Verschijnselen veroorzaakt door periodieke verzadiging van de grond met water. In het profiel zijn deze verschijnselen waarneembaar in de vorm van blekings- en gleyverschijnselen, roest en 'reductie'-vlekken en een totaal 'gereduceerde' zone. In ijzerhoudende gronden worden deze verschijnselen meestal gley of gleyverschijnselen genoemd.

www.bodemdata.nl

gerichte waarneming In tijdig in gereedheid gebrachte en over het gebied verspreid liggende boorgaten wordt de grondwaterstand gemeten op het moment dat in één of meer van de geselecteerde meetpunten de grondwaterstand de GHG of GLG bereikt.

www.bodemdata.nl

Gemiddelde hoogste wintergrondwaterstand

GHG De GHG is gedefinieerd als de statistische verwachtingswaarde van de HG3's gegeven het grondwaterregime en het klimaat.

De GHG is gedefinieerd als de statistische verwachtingswaarde van de HG3's gegeven het grondwaterregime en het klimaat. De precieze waarde hiervan zal in de praktijk uiteraard onbekend blijven, maar deze waarde kan geschat worden uit halfmaandelijkse waarnemingen over een aantal jaren,

www.bodemdata.nl

Page 117: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 117 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

waarin het grondwaterregime niet door ingrepen is gewijzigd.

gemiddeld laagste zomergrondwaterstand

GLG De GLG is gedefinieerd als de statistische verwachtingswaarde van de LG3's gegeven het grondwaterregime en het klimaat.

De GLG is gedefinieerd als de statistische verwachtingswaarde van de LG3's gegeven het grondwaterregime en het klimaat. De precieze waarde hiervan zal in de praktijk uiteraard onbekend blijven, maar deze waarde kan geschat worden uit halfmaandelijkse waarnemingen over een aantal jaren, waarin het grondwaterregime niet door ingrepen is gewijzigd.

www.bodemdata.nl

gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand

GVG Langjarig gemiddelde van de grondwaterstand op 1 april. www.bodemdata.nl

Hoogste drie grondwaterstanden HG3 Het gemiddelde van de hoogste drie grondwaterstanden die in een winterperiode (1 oktober-1 april) zijn gemeten. Hierbij wordt uitgegaan van metingen op of omstreeks de 14e en 28e van elke maand in geperforeerde buizen van 2-3 m lengte.

www.bodemdata.nl

Laagste 3 grondwaterstanden Het gemiddelde van de laagste drie grondwaterstanden die in een zomerperiode (1 april-1 oktober) zijn gemeten. Hierbij wordt uitgegaan van metingen op of omstreeks de 14e en 28e van elke maand in geperforeerde buizen van 2-3 m lengte.

www.bodemdata.nl

Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse

MKBA Wordt bij grote projecten uitgevoerd. De voor- en nadelen van een project voor de omgeving worden daarbij in geld uitgedrukt, zodat een goede afweging gemaakt kan worden of het project wel of niet door kan gaan.

www.scheldenet.nl

Deelbekken De rivierbekkens worden opgedeeld in deelbekkens. Net als voor de bekkens, gebeurt de afbakening op basis van hydrologische en geomorfologische kenmerken.

www.scheldenet.nl

Rivierbekken Land dat door een rivier en haar bijrivieren gedraineerd wordt. Het Scheldebekken omvat 21.863km2. www.scheldenet.nl Bekkencomité (in Vlaanderen) Het bekkencomité verenigt vertegenwoordigers van de

bestuursniveaus actief binnen het bekken en heeft de goedkeuring van de dossiers als taak

Het grondgebied van het Vlaamse Gewest wordt ingedeeld in deelstroomgebieden of rivierbekkens. Er is sprake van 11 bekkens: het Ijzerbekken, het Bekken Brugse Polders, het Bekken Gentse kanalen, het Leiebekken, het Bovenscheldebekken, het Benedenscheldebekken, het Denderbekken, het Bekken Dijle en Zenne, het Demerbekken, het Netebekken en het Maasbekken. Van deze 11 bekkens, behoren enkel het Ijzerbekken, het Bekken Brugse Polders en het Maasbekken niet tot het Scheldestroomgebied.

www.scheldenet.nl

Beloodsing Voor de kust van Oostende en Westkapelle zijn opstapplaatsen voor zeeloodsen. Bij Vlissingen nemen rivierloodsen het roer over. Loodsplicht geldt voor schepen langer dan 80 meter. Via een walraderketen langs de Westerschelde is ‘loodsen op afstand’ mogelijk. Loodsen hebben kennis van getijden, stromingen, vaargeulen en communicatieprocessen in de havens.

Voor de Belgische havens geldt geen loodsdwang. Loodstarieven worden in overleg met de ministeries (Nl en Be) bepaald. Tarieven en loodsplicht staan tegenwoordig ter discussie (2001).

www.scheldenet.nl

Page 118: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 118 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

Komberging De mogelijkheid voor stromend water om bij opstuwing (door bijvoorbeeld vloed) een 'uitweg' te vinden.

Door het vastleggen van rivierarmen met getijde-werking moet eenzelfde hoeveelheid water met een kleinere stroombedding genoegen nemen. Een oplossing om voor meer komberging te zorgen, en dus het gevaar voor dijkdoorbraken te verkleinen, kan ontpolderen zijn.

www.scheldenet.nl

Decreet Verordening van overheidswege. In België: met wet op gelijke hoogte gestelde verordening uitgevaardigd door gemeenschapsraad en - executieve of door gewestraad en - executieve.

www.scheldenet.nl

Dukdalf Zware, houten paalconstructie in een haven die dient om aan te meren of om de vaargeul aan te duiden.

Een enkele paal noemt men meerpaal. www.scheldenet.nl

Estuarien Betrekking hebbend op een estuarium. www.scheldenet.nl Executieve Regering van een gemeenschap of gewest in België. www.scheldenet.nl Ondiepwatergebied Gebieden waar de diepte van het water is tussen -2 meter en -

5 meter N.A.P. www.scheldenet.nl

Zoutgradiënt Ontstaat door vermenging van zoet en zout water in het Schelde-estuarium. Het zoutgehalte neemt van Vlissingen (meer dan 15 gram per liter) af naar Gent (minder dan 0,7 gram per liter) Op basis van deze verschillen kan het estuarium verdeeld worden in een mariene zone (Vlissingen - Hansweert), brakke zone (Hansweert - Rupelmonde) en zoete zone (Rupelmonde - Gent). Verschillen in zoutgehalte fluctueren met de water afvoer.

www.scheldenet.nl

Halofyt Plant die op sterk zouthoudende grond kan leven. www.scheldenet.nl Hollestelle Een verhoogde drinkput in een lage en, in het algemeen, zoute

omgeving. Hollestellen komen voor in buitendijkse (schor)gebieden.

www.scheldenet.nl

Inspraak Naar aanleiding van inspraak door burgers en overheden kunnen er nog wijzigingen worden meegenomen in concept-besluiten.

In Nederland volgt na publicaie van de MER, inspraak door burgers en daarna vaststelling door de minister. Vlaanderen kent geen officiële inspraak van de bevolking op de MER, maar een openbaar onderzoek (=consultatie van overheden).

www.scheldenet.nl

Klimaat De gemiddelde weersituatie van een bepaalde streek gedurende een lagere periode (meestal minstens 30 jaar).

Met name afwisseling warme en koude perioden (glacialen en interglacialen) zijn van betekenis voor de ontwikkeling van het Schelde-estuarium.

www.scheldenet.nl

Zoute kwel Het binnendringen van zeewater via de ondergrond. www.scheldenet.nl Lagune Door een rif of schoorwallen bijna of geheel afgesloten deel

van de zee. www.scheldenet.nl

Nieuwland Polders die onstaan als op- of aanwas. Aanvankelijk als kleine bedijkte delen die bij het oudland werden gevoegd, later (vooral na 1500) volgens plan ontwikkelde en bedijkte grotere gebieden.

www.scheldenet.nl

Oudland De gebieden die als eerste bedijkt werden in Zeeland / Vlaanderen (vanaf ongeveer 1100 na Chr.)

Ze bestaan uit lage, natte poelgronden en hoger gelegen kreekruggen. Omdat het getij hier nauwelijks invloed had, waren met name de kreekruggen de eerste bewoonde delen van Zeeland, die tezamen met de poelgronden, omdijkt konden worden.

www.scheldenet.nl

Page 119: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 119 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

Grensmilieu Een afscheiding in het landschap tussen zones, welke van het ene systeem naar het andere gaat.

Bij een vage en geleidelijke overgang (gradiënt) van het ene milieu in het andere, treffen we de grootste diversiteit van soorten aan.

www.scheldenet.nl

Moerneren Een activiteit waarbij een zouthoudende laag wordt afgegraven.

In Zeeland is dat meestal het veen dat onder de jonge zeeklei ligt. Door verbranden van het gedroogde veen blijft zout over. Moerneren gebeurde hier al sinds de achtste eeuw, maar beleefde haar hoogtepunt rond de vijftiende eeuw.

www.scheldenet.nl

Ontpolderen Een poldergebied weer teruggeven aan de zee / zee-arm waardoor het invloed ondergaat van de getijden.

Het kan een manier zijn om de komberging van de zee-arm te vergroten en daarmee de kans op dijkdoorbraken te verkleinen. De polder zal veranderen in een nieuw schorren- en slikkengebied.

www.scheldenet.nl

Prehistorie De geschiedenis van de mens vóór het bestaan van geschreven documenten.

Meestal tot de komst van de Romeinen. www.scheldenet.nl

Vogel- en Habitatrichtlijn VHR Europese richtlijnen uit 1979 (Vogel) en 1992 (Habitat), die zich richten op bescherming van gebieden die vanuit het behoud van vogels en bepaalde leefgebieden van andere plant- en diersoorten een bijzondere status hebben gekregen.

www.scheldenet.nl

Richtlijnen Randvoorwaarden waaronder de onderzoeken moeten plaatsvinden.

www.scheldenet.nl

Kreekrug Lage wal, die zijn ontstaan dankt aan de in en langs de bedding van een kreek optredende relatief sterke sedimentatie en/of ontstond doordat bij de vorming van de kreek ter weerszijden daarvan veenmassa's voor de erosie gespaard bleven en vervolgens door ontwatering of bedekking (of moernering) gingen inklinken.

www.scheldenet.nl

Scaldis Oudste naam voor de Schelde genoemd door de Romeinen. Kan afkomstig zijn van het Germaanse ‘Scald’, dat ‘ondiep water’ betekent.

www.scheldenet.nl

Boven-Schelde De Schelde van bron (Franse Gouy - ca.100 meter boven de zeespiegel) tot Gent (ca. 185 km).

Geen invloed van het getij. www.scheldenet.nl

Zeeschelde De Schelde tussen Gent (ca. 65 m breed) en de Vlaams-Nederlandse grens (ca. 450 m breed).

lengte is ongeveer 100 kilometer. Tijverschil = ongeveer 5 meter bij Antwerpen en 2 meter bij Gent. Ook in de zijrivieren is een tijverschil merkbaar.

www.scheldenet.nl

Schelde m.e.r.-commissie Gemeenschappelijke commissie die het bevoegd gezag in Nederland en Vlaanderen advies geeft voor het opstellen en vaststellen van richtlijnen.

www.scheldenet.nl

Sedimentatie Het door bewegend ijs, stromend water of de wind achterlaten van het door deze transporterende media meegenomen los materiaal.

Sedimentatie treedt op als de genoemde media niet meer in staat zijn het materiaal verder te vervoeren, wat bijvoorbeeld weer het geval is als hun snelheid vermindert of ze grotere hoeveelheden puin krijgen te verwerken.

www.scheldenet.nl

Meergeulenstelsel De Westerschelde bestaat uit een meergeulenstelsel: zowel voor het opkomende als voor het afgaand water zijn er afzonderlijke eb- en vloedgeulen. Tussen deze twee

www.scheldenet.nl

Page 120: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 120 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

hoofdgeulen in ontstaan zandplaten, zelf doorsneden met een wirwar van kleinere geulen. Bij de aansluiting van de vloedgeulen op de ebgeul, daalt de stroomsnelheid. Hierdoor bezinkt het opgewerveld sediment en vormen ze er ondiepe plekken of drempels. Stroomopwaarts van Antwerpen gaat het meergeulenstelsel over in één enkele geul.

Steltlopers Vogelsoort die voedselgebieden vindt op slikken, platen en schorren.

Ze eten vooral bodemdiertjes. De vorm van de snavel is aangepast aan de prooi. Met hun lange poten (stelten) kunnen de vogels langer op de zandplaten blijven als het hoogwater wordt. Daarna zullen ze een hoogwatervluchtplaats (vaak karrevelden en inlagen) zoeken om te overtijen. Voorbeelden van steltlopers; scholekster, grutto, wulp, kluut en zilverplevier.

www.scheldenet.nl

Dijkval Afschuiving of verzakking van een dijkvak door onderspoeling. Meestal ontstaan doordat een diepe geul dicht langs de kust stroomt en bij eb de druk wegvalt zodat het zand onder de dijk in een vloeibare massa verandert.

www.scheldenet.nl

Verdieping Het dieper maken van de vaargeul. www.scheldenet.nl Vlaams Integraal Wateroverlegcomité.

VIWC www.scheldenet.nl

Vlaamse Vallei De naam van een grotendeels opgevuld rivierdal dat zich uitstrekt ten noorden van Gent tussen Zomergem en Stekene en diepe uitlopers heeft in de huidige rivierdalen van het Scheldebekken (Leie, Schelde, Dender, Zenne, Rupel, Dijle en Demer).

Vlaamse Vallei werd uitgeschuurd (tot ca. 25 meter onder huidige zeepeil) tijdens verschillende ijstijden.

www.scheldenet.nl

Territoriale wateren Wateren grenzend aan een land tot een bepaalde afstand waarbinnen dit land zijn wetten zelf kan bepalen, en waarbij de rechtspraak in zijn bevoegdheid ligt.

www.scheldenet.nl

Zeehonden Zeezoogdier Er zijn in totaal bijna 30 verschillende soorten van dit zoogdier. In het Schelde-estuarium komt de Gewone zeehond (Phoca Vitulina) voor. Sporadisch (in tegenstelling tot vroeger) kan de Grijze Zeehond voorkomen. Voor de Gewone Zeehond is het Schelde-estuarium (met name de Westerschelde) het zuidelijkste leefgebied in West-Europa, op een groep van ongeveer 100 zeehonden in de Bay de Somme in Frankrijk na.

www.scheldenet.nl

Beneden-Zeeschelde De Zeeschelde wordt in sommige rapporten opgedeeld in Beneden-Zeeschelde en Boven-Zeeschelde

Er worden twee grenzen gebruikt. De Schelde tussen de Rupelmonding en de Belgisch-Nederlandse grens (fysisch) of de Schelde tussen de Belgisch-Nederlandse grens en het opwaarts einde van de Rede van Antwerpen (juridisch).

www.scheldenet.nl / Proses2010

Gecontroleerd overstromingsgebied

GOG Onbewoond laaggelegen landsgedeelte langs een tijrivier dat op gecontroleerde wijze wordt gebruikt als overstromingsgebied.

www.scheldenet.nl | Proses2010

Fysieke systeemkenmerken De kenmerken van het estuarium zoals het meergeulenstelsel, het getij en de zandhuishouding.

www.scheldenet.nl | Proses2010

Page 121: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 121 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

Monitoringsprogramma Vastgesteld programma van metingen om de effecten van maatregelen en ingrepen te kunnen volgen.

www.scheldenet.nl | Proses2010

Externe veilgheidsrisico's Risico’s als gevolg van ongevallen die kunnen plaatsvinden tijdens productie, opslag, verwerking en transport van gevaarlijke stoffen.

www.scheldenet.nl | Proses2010

Westerschelde Schelde van de Belgische grens tot de monding Totale lengte ongeveer 60 kilometer. Tijverschil = ongeveer 4 meter bij Vlissingen en ongeveer 5 meter bij Antwerpen. Breedte ca 500 m (Belgische grens) tot 5 km (monding)

www.scheldenet.nl | Proses2010

accumulatie Ophoping Wanneer een opname van (gif)stoffen groter is dan de afbraak of uitscheiding, treedt accumulatie op. Dit kan ook optreden als de bodem meer van een stof ontvangt dan dat er verdwijnt door uitspoeling, afbraak of opname door gewassen.

www.waterbodem.nl

anorganisch Letterlijk: niet organisch Hiermee wordt aangeduid dat een verbinding niet uit plantaardig of dierlijk leven voortkomt maar uit de "dode" natuur. Tot de anorganische verbindingen behoren onder meer metalen, zouten en gesteenten inclusief klei zand en grind.

www.waterbodem.nl

analysecertificaat Een door het laboratorium afgegeven uniek officieel document waarop de analyseresultaten en de gebruikte methode vermeld staan.

www.waterbodem.nl

eural Europese afvalstoffenlijst. www.waterbodem.nlbodemtype correctiefactoren Dit zijn een aantal factoren die in een formule worden gebruikt

waarmee voor een aantal verontreinigingen de concentratie kan worden berekend die van nature voorkomt (de referentiewaarde). Dit is nodig omdat de referentiewaarde afhankelijk is van het organische stof- en lutum gehalte van de betreffende bodem.

Deze gehalten verschillen per type bodem. www.waterbodem.nl

afvalstroomformulier Formulier waarmee toestemming wordt verleend voor het ontdoen van bedrijfsafval of gevaarlijk afval.

www.waterbodem.nl

in situ Letterlijk betekent dit "ter plekke". Het geeft aan dat iets ter plekke voorkomt of gebeurd.

Een bekend voorbeeld is het bepalen van het volume slib "in situ", dus de hoeveelheid zoals het er op dat moment ligt. Met zet dit er expliciet bij omdat afhankelijk van de baggermethode het volume slib vaak toeneemt (water toevoeging, uit elkaar brokkelen).

www.waterbodem.nl

T-klassen Dit is een indeling om aan te geven in hoeverre stoffen bij een bodemsanering tot een gezondheidsrisico kunnen leiden.

Hiertoe worden stoffen ingedeeld in de klasse 1T (schadelijk), 2T (giftig) en 3T (zeer giftig). Dit leidt tot een voorlopige klasse indeling. Tijdens de bodemsanering wordt in het veld bekeken hoe groot de is op een actuele aanwezigheid of blootstelling aan giftige stoffen. Afhankelijk van de uitkomst wordt de voorlopige klasse gehandhaafd of met een klasse verhoogd of verlaagd. Iedere klasse heeft zijn eigen specifieke pakket van beschermingsmaatregelen. (zie ook F-klasse)

www.waterbodem.nl

Page 122: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 122 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

F-klassen Dit is een indeling om aan te geven in hoeverre stoffen bij een bodemsanering tot een veiligheidsrisico (explosie) kunnen leiden.

De stoffen worden op grond van hun vlampunt ingedeeld in klasse 1F (ontvlambaar) of 2F (licht/zeer licht ontvlambaar) Dit leidt tot een voorlopige klasse indeling. Bij het uitvoeren van de bodemsanering wordt in de veldsituatie bepaald hoe groot de kans op actuele aanwezigheid van een explosief mengsel of een ontsteking is. Afhankelijk hiervan wordt de voorlopige klasse gehandhaafd of met een klasse verlaagd. Dit leidt tot een definitieve klasse indeling die ieder een specifiek pakket van beschermende maatregelen vereisen. (zie ook T-klassen waarin het blootstellingrisico wordt uitgedrukt)

www.waterbodem.nl

actualisatie-onderzoek Onderzoek dat wordt uitgevoerd om te controleren of oudere gegevens van de kwaliteit van de waterbodem nog geldig zijn.

www.waterbodem.nl

organoleptisch Hieronder verstaat men datgene wat men met de zintuigen (reuk, zicht) kan waarnemen.

Het wordt onder ander gebruikt bij het veldwerk als een eerste beoordeling van mogelijk aanwezige bodemverontreinigingen.

www.waterbodem.nl

protocol Een voorschrift waarin beschreven staat hoe een onderzoek dient plaats te vinden.

Een bekend voorbeeld is het protocol voor nader onderzoek.

www.waterbodem.nl

Reinigbaarheid Houdt in dat het zandpercentage in baggerspecie hoger ligt dan zestig procent.

www.waterbodem.nl

resistentie Het weerstandsvermogen van een organisme tegen bepaalde stoffen bijvoorbeeld bestrijdingsmiddelen.

De resistentie kan worden verhoogd door vaak dezelfde stoffen toe te passen.

www.waterbodem.nl

actuele risico's De daadwerkelijk optredende risico’s van een aanwezige verontreiniging voor mens en milieu, waarbij rekening wordt gehouden met het feitelijk gebruik van de locatie door de mens, de aanwezige soorten in het ecosysteem en lokaal optredende verspreidingsprocessen met betrekking tot het grond- en oppervlaktewater.

www.waterbodem.nl

worst-case scenario Scenario dat uitgaat van de minst gunstige verontreinigingssituatie en –omstandigheden.

www.waterbodem.nl

Service Centrum Grond SCG is belast met het beoordelen van de reinigbaarheid van grond en baggerspecie en het afgeven van een verklaring van niet-reinigbaarheid.

www.waterbodem.nl

afbreekbaarheid van een stof Dit heeft betrekking op de snelheid waarmee een stof door micro-organismen of door chemische reacties wordt afgebroken.

Bij een volledige afbraak wordt een stof van een organische naar een anorganische vorm omgezet. Stoffen die moeilijk afbreken worden persistent genoemd. Deze stoffen kunnen lange tijd in het milieu verblijven en daar eventueel accumuleren.

www.waterbodem.nl

gehaltetoets (zout) Productnorm die bepalend is of zoute baggerspecie in zoute wateren verspreid mag worden.

www.waterbodem.nl

verspreiding Het transport van verontreinigende stof(fen) in de bodem, naar het oppervlaktewater, de atmosfeer of andere media.

Het thema Verspreiding betreft bijna alle milieu gevaarlijke stoffen (circa 100.000) en van genetische gemodificeerde organismen in het milieu. Het gaat om stoffen die door de mens geproduceerd of gebruikt worden, de afbraakproducten van deze stoffen en de

www.waterbodem.nl

Page 123: Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex · Wijzigingsvoorstel op Aquo-Lex Begrippen uit diverse bronnen Indiener IDsW Datum 17-04-2007 Versie 1.0 Definitief

RfC 0702-0010 Begrippen uit diverse bronnen Versie 1.0 Definitief Auteur IDsW

17-04-07 123 van 123

begrip volledig Synoniem Afkorting Omschrijving/definitie van het begrip Toelichting Bron oorspronkelijke definitie

vervalproducten van radio-actieve stoffen. lijnvormige wateren Oppervlaktewateren waarvan de lengte aanzienlijk groter is

dan de breedte sloten, kanalen, rivieren, beken. www.waterbodem.nl

Wet belasting op milieu-grondslag

Wbm In deze wet is een heffing opgenomen voor het storten van "reinigbare" baggerspecie

www.waterbodem.nl

Vervallen begrippen

Er vervallen geen bestaande begrippen als gevolg van dit wijzigingsvoorstel.