kimgoestoschool.files.wordpress.com · Web viewIk probeerde Lars al de hele ochtend te bereiken....

37
DE MOORD OP …

Transcript of kimgoestoschool.files.wordpress.com · Web viewIk probeerde Lars al de hele ochtend te bereiken....

DE MOORD OP …

LOS DE MOORD OP VOOR ER NOG MEER SLACHTOFFERS VALLEN!

HELP ! ! !

Ik probeerde Lars al de hele ochtend te bereiken. Normaal neemt hij zijn smartphone altijd op. Hij zou nooit vertrekken zonder smartphone. Ik maakte me echt ongerust. Na enkele uren kwam de politie me het nieuws brengen dat Lars dood is. Mijn wereld stortte in!

De politie heeft voorlopig geen enkel spoor. Ze konden enkel zeggen dat hij niet op de plaats vermoord is waar hij is gevonden. Ik moet en zal de dader vinden! Willen jullie me helpen? Ik heb jullie hulp heel hard nodig.

Op de volgende bladzijden zie je de 7 verdachten, de 7 wapens en de 7 plaatsen. Je zal 18 opdrachten moeten oplossen. Als de opdracht klaar is, geef ik je een tip. Met die tip kom je elke keer uit op 1 getal. De persoon, het wapen of de plaats bij dit getal hoort niet bij deze moord.

Veel succes!

VERDACHTEN

MOORDWAPENS

PLAATSEN

OPDRACHT 1

Schrijf de getallen op de juiste plaats in het rooster.

Tip : begin met het grootste getal.

2 cijfers

3 cijfers

4 cijfers

5 cijfers

6 cijfers

09101315212387

32364243546598

012123195234345

456567678789

1234214532563857458948906397

87652

908361

Er blijven 2 getallen over. Doe 1 van de 2 getallen plus 4.

Het getal is ______ .

OPDRACHT 2

Los de oefeningen uit je hoofd op.

125 + 623 =

762 + 148 =

149 + 268 =

792 + 151 =

426 + 318 =

283 + 468 =

216 + 379 =

311 + 509 =

610 + 170 =

Doe de uitkomst van de laatste oefening min de uitkomst van de eerste oefening : _______________

Dit is het getal ______ .

61 + 18 =

82 + 11 =

19 + 45 =

53 + 19 =

42 + 43 =

18 + 76 =

25 + 45 =

91 + 13 =

67 + 26 =

200 + 379 =

156 + 279 =

490 + 350 =

716 + 480 =

238 + 548 =

123 + 489 =

543 + 156 =

156 + 566 =

141 + 664 =

OPDRACHT 3

Los de oefeningen cijferend op.

79 – 12 = 53 – 29 = 71 – 36 =

81 – 30 = 452 - 107 = 342 - 185 =

429 - 400 = 300 - 279 = 89 - 45 =

Tel alle cijfers uit de voorste vakjes van je uitkomsten op : _________________

OPDRACHT 4

Ken jij de maaltafels nog? Los de oefeningen uit je hoofd op.

6 x 4 =

3 x 6 =

9 x 10 =

3 x 9 =

9 x 5 =

5 x 5 =

2 x 3 =

8 x 8 =

7 x 3 =

10 x 4 =

6 x 2 =

4 x 7 =

10 x 1 =

6 x 6 =

4 x 8 =

6 x 9 =

10 x 8 =

4 x 11 =

8 x 6 =

12 x 4 =

9 x 7 =

5 x 4 =

7 x 4 =

12 x 6 =

4 x 4 =

11 x 3 =

7 x 5 =

Tel de uitkomsten van de oefeningen met de hartjes voor op : ________________

OPDRACHT 5

Los de staartdelingen op.

Tel de resten op : ________________

OPDRACHT 6

Los de sudoku op.

9

7

3

4

5

7

2

8

1

6

1

9

6

8

2

5

6

4

9

5

4

1

6

4

5

9

9

2

1

7

3

5

Welk getal staat er in het gekleurde vakje ? ________________

OPDRACHT 7

Kleur de veelhoeken groen en de niet-veelhoeken rood.

Wat is het aantal veelhoeken ? ________________

OPDRACHT 8

Schrijf de juiste naam bij de hoeken.

Kies uit : stomp, scherp of recht.

Tel het aantal scherpe en stompe hoeken op. ______________

OPDRACHT 9

Kleur de breuken correct in.

2 / 3 3 / 5 1 / 4

4 / 6 8 / 12 2 / 7

Tel het aantal gekleurde vakjes op. ______________

OPDRACHT 10

Los het raadseltje op.

In een dorpje is er 1 grote straat. In deze straat zijn 50 huizen en in elk huis zijn 3 kamers. In elke kamer zijn 2 meisjes. Bij elk meisje zitten twee jongens. Hoeveel jongens zijn er in deze straat?

Hoeveel kamers zijn er ? : _____________________

Hoeveel meisjes zijn er ? : _____________________

Hoeveel jongens zijn er ? : _____________________

Van de jongens hebben er 442 bruin haar. De anderen hebben blond haar.

Hoeveel jongens hebben er blond haar ? ___________________

Trek van je laatste uitkomst 100 af. Hoeveel heb je over ? ______________

OPDRACHT 11

Los de oefeningen op.

van 8=___________ van 8=___________

van 16=__________ van 21=__________

van 32=__________ van 27=__________

van 14=__________ van 100=_________

van 36=__________ van 35=__________

van 40=__________ van 81=__________

van 72=__________ van 8=__________

van 45=__________ van 18=__________

van 15=__________ van 36=__________

Tel de uitkomsten van de oefeningen met de sterretjes voor op. ______________

OPDRACHT 12

1 Herleid de inhoudsmaten.

· 3 l = _____ cl

· 800 cl = _____ l

· 38 l = _____ dl

· 3/4 liter = _____ cl

· 1,5 dl = _____ ml

2 Rangschik van minder naar meer inhoud.

2 cl¾ liter3 dl 50 mlanderhalve liter0,4 l

______ < ______ < ______ < ______ < ______ < ______

3 Vul aan met ml, cl, dl, l, dal, hl of kl.

· De inhoud van een blikje frisdrank = 33 _____

· In een fles water kan 1,5 _____

· Een drankkarton melk kan gevuld worden met 100 ____

Welk getal komt er op de tweede plaats bij oefening 2 ? ______________

OPDRACHT 13

1 Herleid de gewichtsmaten.

· 200 kg = ______ton

· 50 g = ______ kg

· 6100 g = ______ hg

· 3000 g = ______ kg

· 2500 g = ______ kg

2 Rangschik van zwaar naar licht.

160 g0,5 kg0,5 ton1600 g550 g¼ kg

______ > ______ > ______ > ______ > ______ > ______

3 Vul aan met mg, cg, dg, g, dag, hg, kg of ton.

· Het gewicht van een botervlootje is 250 ___ .

· Mijn zus weegt 65 ___.

· Die vrachtwagen is geladen met 7 ___ zand.

Wat is de uitkomst van de derde oefening bij opdracht 1? ______________

OPDRACHT 14

Bekijk de tekening grondig.

Hoeveel vierkanten zie je in de tekening ? _______________

OPDRACHT 15

Hoe laat is het?

Op hoeveel klokken is het ‘voor’ ? _______________

OPDRACHT 16

Hoe laat is het?

11 : 20 14 : 2516 : 15

______________ ____________________________

9 : 50 7 : 5521 : 30

______________ ____________________________

7 : 05 10 : 50 6 : 10

______________ ____________________________

6 : 25 17 : 15 9 : 55

______________ ____________________________

8 : 20 9 : 10 6 : 45

______________ ____________________________

11 : 20 14 : 50 7 : 15

______________ ____________________________

Op hoeveel klokken is het nog ochtend? _______________

OPDRACHT 17

Los de vraagstukjes op.

1. Bij een spaaractie in de supermarkt verzamelde Marie al 85 kaarten. Lena verzamelde 33 kaarten meer dan Marie. Hoeveel kaarten heeft Lena?

________________________________________________________________

________________________________________________________________

2. Bij de taartenverkoop op school werden 400 taarten geleverd. 268 taarten werden al opgehaald. Hoeveel taarten moeten nog opgehaald worden?

________________________________________________________________

________________________________________________________________

3. Leon, Achmed en Zino hebben een kraampje op de rommelmarkt. Ze hebben €48 verdiend. Ze verdelen het geld eerlijk. Hoeveel geld krijgen ze ieder?

________________________________________________________________

________________________________________________________________

Doe de uitkomst van oefening 2 min de uitkomst van oefening 1. Wat is de uitkomst? _______________

OPDRACHT 18

Los de oefeningen op met behulp van je rekenmachine. Schrijf de tussenstappen op.

1. 30% van €200 = _________________________________

2. 45% van €79 = __________________________________

3. 23% van €11 = __________________________________

4. 75% van €49 = __________________________________

5. 33% van €232 = _________________________________

6. 25% van €16 = _________________________________

7. 5% van €46.52 = ________________________________

Wat is de uitkomst van de voorlaatste oefening als je deze maal 3 doet ? _______________