Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het...

22
Projectburo Meeter / 13 april 2012 1 VOORBEELD SYNOPSIS OF STORYLINE NB: Ten behoeve van dit voorbeeld is niet de gehele storyline opgenomen, maar slechts de eerste drie delen STORYLINE PERMANTE TENTOONSTELING GROTE KERK GROEDE Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1” van de permanente tentoonstelling. Deze presentatie zal bestaan uit een audiovisueel programma over de ontwikkeling van het landschap die zal worden ondergebracht in de toren van Grote Kerk te Groede. In de rechter kolom is aangegeven welk beeldmateriaal bij de verschillende onderdelen van het in de linker kolom beschreven verhaal ter beschikking zijn. Het is niet de bedoeling dat per sé al dit beeldmateriaal gebruikt zal worden. Het betreft hier louter een inventarisatie van het beeldmateriaal dat gevonden werd. Bij de uitwerking van het script voor het audiovisuele programma, zal hier een keuze uit gemaakt worden. De in de rechterkolom getoonde thumbnails zijn bedoeld als referentiebeelden. Zowel fototechnisch als qua resolutie zijn zij voor direct gebruik in het audiovisuele programma ongeschikt. Na de definitieve keuze van de daadwerkelijk te gebruiken afbeeldingen, zullen deze in de noodzakelijke kwaliteit verzameld worden. De storyline is gebaseerd op de uitgangspunten voor de Permanente tentoonstelling, zoals geformuleerd in de notitie VOORSTEL INRICHTING PERMANENTE TENTOONSTELLING KERK GROEDE (versie 2.1) die in oktober 2011 door ons bureau werd samengesteld. Deze uitgangspunten waren: a. de doelstellingen Hoofddoel van de tentoonstelling is de bezoeker meer te verbinden met de regio West Zeeuws-Vlaanderen. Naar de toeristen toe wil de tentoonstelling bijdragen tot een beter inzicht in de streek, zodat zij met meer kennis en begrip intensiever van hun verblijf in de regio kunnen genieten. Voor wat betreft de lokale bevolking wil de tentoonstelling bijdragen tot de verdere bewustwording, het inzicht in en de discussie over de problematiek van een duurzaam en integraal water- en landschapsbeheer in de streek en het spanningsveld tussen economie, natuur en veiligheid die een dergelijk beheer, mede in het licht van de huidige klimaatveranderingen, met zich meebrengt. Vanuit deze regio-gerichte doelstelling wil de tentoonstelling een verbindende rol spelen in het geheel van instellingen die informeren over de geschiedenis, natuur en waterbeheer in de regio. b. de doelgroepen Hoofddoelgroep van de tentoonstelling vormen de toeristen. Voor de overige doelgroepen (zie de notitie Concept Permanente Expositie Grote Kerk Groede) kan de tentoonstelling met extra programma’s aangepast worden aan de wensen en behoeften van die specifieke doelgroepen; bijvoorbeeld educatieve programma’s voor de scholen, bijzondere ontvangsten met een rondleiding voor groepen, discussieavonden voor regionale sociale en culturele organisaties

Transcript of Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het...

Page 1: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 1

VOORBEELD SYNOPSIS OF STORYLINE

NB: Ten behoeve van dit voorbeeld is niet de gehele storyline opgenomen, maar slechts de eerste drie delen

STORYLINE PERMANTE TENTOONSTELING GROTE KERK GROEDE

Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1” van de permanente tentoonstelling. Deze presentatie zal bestaan uit een audiovisueel programma over de ontwikkeling van het landschap die zal worden ondergebracht in de toren van Grote Kerk te Groede. In de rechter kolom is aangegeven welk beeldmateriaal bij de verschillende onderdelen van het in de linker kolom beschreven verhaal ter beschikking zijn. Het is niet de bedoeling dat per sé al dit beeldmateriaal gebruikt zal worden. Het betreft hier louter een inventarisatie van het beeldmateriaal dat gevonden werd. Bij de uitwerking van het script voor het audiovisuele programma, zal hier een keuze uit gemaakt worden. De in de rechterkolom getoonde thumbnails zijn bedoeld als referentiebeelden. Zowel fototechnisch als qua resolutie zijn zij voor direct gebruik in het audiovisuele programma ongeschikt. Na de definitieve keuze van de daadwerkelijk te gebruiken afbeeldingen, zullen deze in de noodzakelijke kwaliteit verzameld worden. De storyline is gebaseerd op de uitgangspunten voor de Permanente tentoonstelling, zoals geformuleerd in de notitie VOORSTEL INRICHTING PERMANENTE TENTOONSTELLING KERK GROEDE (versie 2.1) die in oktober 2011 door ons bureau werd samengesteld. Deze uitgangspunten waren: a. de doelstellingen Hoofddoel van de tentoonstelling is de bezoeker meer te verbinden met de regio West Zeeuws-Vlaanderen. Naar de toeristen toe wil de tentoonstelling bijdragen tot een beter inzicht in de streek, zodat zij met meer kennis en begrip intensiever van hun verblijf in de regio kunnen genieten. Voor wat betreft de lokale bevolking wil de tentoonstelling bijdragen tot de verdere bewustwording, het inzicht in en de discussie over de problematiek van een duurzaam en integraal water- en landschapsbeheer in de streek en het spanningsveld tussen economie, natuur en veiligheid die een dergelijk beheer, mede in het licht van de huidige klimaatveranderingen, met zich meebrengt. Vanuit deze regio-gerichte doelstelling wil de tentoonstelling een verbindende rol spelen in het geheel van instellingen die informeren over de geschiedenis, natuur en waterbeheer in de regio. b. de doelgroepen Hoofddoelgroep van de tentoonstelling vormen de toeristen. Voor de overige doelgroepen (zie de notitie Concept Permanente Expositie Grote Kerk Groede) kan de tentoonstelling met extra programma’s aangepast worden aan de wensen en behoeften van die specifieke doelgroepen; bijvoorbeeld educatieve programma’s voor de scholen, bijzondere ontvangsten met een rondleiding voor groepen, discussieavonden voor regionale sociale en culturele organisaties

Page 2: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 2

c. het inhoudelijk concept Uitgaande van de onder a genoemde doelstellingen heeft de tentoonstelling inhoudelijk tot doel een overzicht te geven van: “de dynamische ontwikkeling van het landschap van West Zeeuws-Vlaanderen in al zijn complexiteit en grote transities zowel in het verleden als in de toekomst, hierbij uitgaand van de samenhang tussen de rol van de mens en die van de natuur + hun onderlinge wisselwerking bij de totstandkoming van deze ontwikkeling”. Bij de uitwerking hiervan is uitgegaan van een “ecologische-historische” concept. Centraal in dit concept staat de wisselwerking tussen de mens en de natuur bij de vorming van een landschap. Meer precies gaat het om de beïnvloeding door zowel de natuurlijke ontwikkelingen, als door de druk die de mens vanaf de eerste bewoning op een bepaald gebied - in dit geval West Zeeuws-Vlaanderen - uitoefent in termen van de technische en culturele middelen om er te overleven. Vanuit dit concept kunnen de gevolgen van het menselijk handelen op de omgeving, maar omgekeerd ook, de invloed van de veranderingen in de natuur op de mens (bijvoorbeeld overstromingen, verzandingen, klimaatwisselingen) worden begrepen en getoond. Door de ontwikkeling van West Zeeuw-Vlaanderen in een dergelijk ecologisch-historisch perspectief te plaatsen wordt de huidige situatie meer vanzelfsprekend en krijgen de ideeën om in de toekomst tot een duurzaam, integraal beheer van het gebied te komen een bredere betekenis en begripskader. Periodisering Ten behoeve van de overzichtelijkheid is de bij de historische ontwikkeling van de vorming van het West Zeeuws-Vlaamdse landschap van de volgende periodisering uitgegaan:

Page 3: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 3

I Romeinse & Frankische tijd (0 – 600) II Kroon Vlaanderen (600 – 1100) III Brugse Vrije (1100 – 1568) IV Verloren land (1568 – 1610) V Het Vrije van Sluis; de periode van de Republiek (17e en 18e eeuw) VI 19e eeuw tot de Tweede Wereldoorlog (1800 – 1940) VII De Tweede Wereldoorlog (1940 – 1945) VIII Moderne Tijd (1945 – heden)

Page 4: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 4

I Romeinse & Frankische tijd (0 tot 600) Inhoudelijke gegevens Beeldmateriaal 1 Invloed natuur

Rond ca. 300 voor christus begint langs de Zeeuws-Vlaamse kust een periode van kusterosie. Doordat zandvoorraad op zee opraakte ging de zee zand wegnemen van de kust waardoor de strandwal en duingordel af begonnen te breken. Hierdoor werd het mogelijk dat stormvloeden hier gaten in sloegen. Mede door een lichte zeespiegelstijging drongen de aldus ontstane getijdengeulen steeds verder het veengebied binnen dat in de 3000 jaar daarvoor in West Zeeuws-Vlaanderen was ontstaan. Door de overstroming met zout water stopte de veenvorming en het veenpakket klonk steeds verder in door het onttrekken van water uit het veen door de getijdenstromingen. Vooral bij stormvloeden werden grote delen van het veen weggeslagen. Tussen 300 en 600 werd het veenlandschap omgevormd tot een getijden gebied met wadden, schorren en actieve getijdengeulen.

1.1.1 = videobeelden van hoge golven die zand meenemen (uit bestaand stock-materiaal of zelf op te nemen)

1.1.2 = Kustvlakte met strandwal (Wintein, Ontstaan + evolutie landschap Zwinstreek pag. 10)

1.1.3 = Schorre (bron Google) 1.1.4 = Schorre (Winthein pag. 9)

Page 5: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 5

1.1.5 = Kustmoeras met veen (Wintein pag. 15)

2 Invloed mens Hoewel er nog weinig menselijke activiteit in het gebied was in de Romeinse periode had deze plaatselijk al invloed op de natuurlijke ontwikkeling. In deze periode vestigde zich kleine groepen mensen zich in het toenmalige veengebied. Hun middelen van bestaan waren zoutwinning en landbouwactiviteiten. Hiertoe legden zij zoutpannen aan langs de geulen, groeven veen af en legden afwateringkanaaltjes aan. Met deze activiteiten droegen zij bij tot de aantasting van het veenlandschap en versterkte de natuurlijke ontwikkeling naar een getijdengebied.

1.2.1 = Kaartje dat de romeinse periode weer geeft met daarop het Romeinse Castellum + kamp aangegeven (de tekening van de natuurlijke situatie van de Zwinstreek rond 250 zou hiervoor gebruikt kunnen worden (zie 1.3.5) 1.2.2 = Fundamenten Romeinse gebouwen Aardenburg (GS) 1.2.3 = Restanten Gallo-Romeins tempeltje Aardenburg (GS)

Page 6: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 6

Was het toenmalige West Zeeuws-Vlaamse veengebied nauwelijks bewoond, op de hoger gelegen zandwallen ten zuiden hiervan vestigden zich Romeinen. Bij Aardenburg bouwden zij rond het jaar 175 op de zandrug een Castellum (Rodanum Castra) dat ca. 100 jaar in gebruik was. Op de zandrug bij Oudenburg vestigden zij een kamp. Rond 270 werd de kustvlakte echter zo door de zee bedreigd dat deze nederzettingen opgegeven moesten worden. Na 300 verslechterde de situatie verder en werd het gebied door de enorme getijdenwerking en het regelmatig geheel overstromen bij storm en/of springvloed nagenoeg onbewoonbaar.

1.2.4. = Restanten Gallo-Romeins tempeltje (GS) 1.2.5. = Opgravingen 1962 Aardenburg (GS) 1.2.6. = Fundamenten Romeinse gebouwen A.burg (GS)

Page 7: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 7

1.2.7 = Tekening plattegrond Romeins gebouw A'burg (GS) 1.2.8 = Tekening plattegrond Romeins gebouw A'burg (GS) 1.2.9 = Tekening plattegrond Romeins gebouw A'burg (GS)

Page 8: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 8

1.2.10 = Romeins schip (Mus. Aardenburg) 1.2.11 = Romeinse boerderij (site Vlaardingen) 1.2.12 = Romeinse Klepduiker (site Vlaardingen) 1.2.13 = Vroeg ME-eeuwse boerderij

Page 9: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 9

3 Landschap Tussen ca. 300 voor christus tot ca. 600 na christus veranderde het landschap van een door een duinengordel afgeschermd beperkt bewoonbaar veengebied in een onbewoonbaar getijdengebied met wadden en schorren dat regelmatig geheel overstroomde. De zandruggen en duinen werden teruggebracht tot eilandjes.

1.3.1 = Zwinstreek 1000 v. Chr. (Wintein pag. 15) 1.3.2 = Zwinstreek 250 na Chr. (Wintein pag 17) 1.3.3 = Zwinstreek 600 na Chr. (Wintein pag. 19)

Page 10: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 10

1.3.4 = Getijden landschap (Wintein pag 18) 1.3.5 = Getijden landschap bij hoogwater (Wintein pag. 18)

Page 11: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 11

II Kroon Vlaanderen (600 tot 1100) Inhoudelijke gegevens Beeldmateriaal 1 Invloed natuur

Vanaf omstreeks 700 wordt de kustvlakte weer toegankelijker. Langs enkele geulen ontstonden hoger gelegen en goed begaanbare zandige oeverwallen. Sommige getijdengeulen verzanden. Doordat de sedimentatie groter was dan de erosie evolueerde delen van het getijdenlandschap tot gebieden met bruikbare schorren. Tegen 1000 was de Zwinstreek grotendeels verland tot schorren en zoutweiden. De meeste getijdengeulen waren verzwakt of raakten opgevuld.

2.1.1 = Schorrenlandschap (Yersekemoer)

2 Invloed mens De kustvlakte raakte vanaf 700 opnieuw bewoond. Op de hoger gelegen gebieden in Vlaanderen ontstonden de eerste nederzettingen. Op de schorren en zoutweiden werden schapen gehouden.

De heer Parmentier om hulp vragen bij het vinden van: • (referentie-)beelden schorren en zoutweiden met schapen • afbeeldingen van nederzettingen zoals die er in die periode uit hadden kunnen zien 2.2.1 = zoutwinning bij Zierikzee rond 1000

Page 12: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 12

2.2.2. = zoutwinning bij Zierkzee rond 1000 2 2.2.3 = Vroeg-ME dorp (Zierikzee rond 1000) 2.2.4 = bouw nederzetting ± 1000 (gerelateerd Oostende)

Page 13: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 13

Omstreeks 800 voeren Scandinavische handelaars (Vikings) de monding van de Reie binnen, tot de grote zandrug waar later Brugge zou ontstaan. Aldaar ontstond een aanlegplaats: Brygghia. Om de toegang tot de zeegaten en getijdengeulen te beveiligen, bouwde men op strategische plaatsen burchten, zoals Brugge en Oostburg. Op de zandruggen kwam de landbouw volop tot ontwikkeling.

De heer Parmentier om hulp vragen bij het vinden van beelden van: • Vikingen + hun schepen, liefst uit deze regio • (reconstructies) van het eerste Brygghia • het allereerst Brugge en/of Oostburg 2.2.5 = Tekening Invasievloot van de Vikingen 2.2.6 = Vikingschip op Tapis de Bayeux (ca. 1068) 2.2.7a = Afbeelding van het Osebergschip (museum Oslo) 2.2.7b = Afbeeldingen van het Gokstadschip (museum Oslo)

Page 14: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 14

Mede op initiatief van grote abdijen uit het Vlaamse binnenland werd het schorrengebied in gebruik genomen als schapenweide. Om de woonkernen en schapenweiden te beschermen tegen overstromingen bij springvloed of storm werden verhoogde aarden bermen opgeworpen. Door deze bermen tot een aaneensluitend kilometerslang geheel samen te voegen ontstonden de eerste dijken. Op die manier werden uitgestrekte schorrengebieden tegen de zee beschermd en ontstonden de eerste polderlandschappen: het “Oudland”. Van werkelijke inpoldering onder de vorm van landwinst door dijkaanleg was toen nog geen sprake. Het “Oudland” was reeds bewoond land voordat het met beschermende dijken werd omringd. Deze eerste bedijkingen waren uitsluitend defensief. Ze waren bedoeld om uitgestrekte delen van de kustvlakte, die reeds voldoende opgeslibd en bijgevolg bewoond waren, te beschermen tegen overstroming bij extra hoge vloeden van de zee. Achter de duinen in het huidige West Zeeuws Vlaanderen werden de kernen van de eilanden Cadzand en Wulpen door kaden (vandaar Cadezand) en dijken tegen de zee beschermd. In deze gebieden hield men rekening met aard en vochtigheid van de grond. Oude poelgronden bleven weiland. Kreekruggen werden akkerland.

De heer Parmentier om hulp vragen bij het vinden van afbeeldingen van: • landbouw in deze periode • Vlaamse abdijen die betrokken waren bij de ontginningen in het Zeeuws-Vlaamse gebied. • het “Oudland” of vergelijkbaar gebied met eenvoudige dijken 2.2.8 = Vroeg ME-eeuwse boerderij

3 Landschap Tussen 600 en 1100 veranderde het landschap van een onbewoonbaar getijdengebied met wadden en schorren dat regelmatig geheel overstroomde in een schorrengebied met permanente vegetatie, rondtrekkende schaapsherders en beginnend poldergebied met de eerste nederzettingen en burchten.

2.3.1 = Zwinstreek 1100 na chr. 2.3.2 e.v. = Foto’s van het huidige land van Saeftinghe (dit landschap komt overeen met dat van Zeeuws- Vlaanderen in de periode 600- 1100

Page 15: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 15

III Brugse Vrije(1100 tot 1568) Inhoudelijke gegevens Beeldmateriaal 1 Invloed natuur

Tijdens de Middeleeuwen werd het gebied door felle stormvloeden geteisterd, waarvan die uit 1134 één van de bekendste is. Deze ontstonden door een kleine periode van hogere temperaturen in deze periode (het Kleine Optimum). Dergelijke stormvloeden hadden grote effecten op de overblijvende getijdengeulen. Door de bedijkingen was het beschikbare overstromingsgebied erg beperkt geworden en kwam bij storm het opgejaagde water extra hoog te staan. Zeegaten werden hierdoor verbreed, bestaande geulen verlegd of uitgebreid en nieuwe uitgeschuurd. Dit gebeurde onder andere in de geulen ten noordoosten van Brugge en in de Honte (latere Westerschelde). Vooral na 1400,in de late ME, opnieuw onder invloed van kleine klimatologische veranderingen, breidde de Honte zich sterk uit en werd Antwerpen bereikbaar. Deze uitbreiding ging ten koste van de eilanden in de monding van de Honte; met name het Wulpen.

3.1.1 = Kaart Zeeuws Vlaanderen 1288 3.1.2 = Kaart Zeeuws Vlaanderen 1308 3.1.3 = Kaart Vlaanderen 1570

Page 16: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 16

2 Invloed mens West Zeeuws-Vlaanderen viel in deze periode onder het Graafschap Vlaanderen en daarbinnen onder de Kasselrij (= een bestuurlijke eenheid binnen het Graafschap) het Brugse Vrije. Omdat de verbinding van de Reie met het geulenstelsel van de Sincfal steeds moeilijker werd, verlegde Brugge ca. 1150 door de aanleg van een kanaal door de Koolkerkse zandrug haar haven naar ‘ten Damme’. Hier was ten gevolge van de stormvloeden, met name die uit 1134, de bevaarbaarheid van de getijdengeul het Zwin (= honte = getijden-geul) verbeterd. Hierdoor kreeg het Zwin een grote rol in het scheep-vaartverkeer van en naar de Vlaamse havens en groeide tussen 1150 en 1300 uit tot dé ontmoetingsplek van de handelsvaart in Noord- en Zuid-Europa. Damme en vanaf 1300 ook Sluis werden bloeiende voorhavens van Brugge.

3.2.1. = Lod. van Nevers, graaf van Vlaanderen 1322 - 1345 De heer Parmentier vragen om afbeeldingen/kaarten van Brugge/Vlaanderen/ Het Zwin in de 12e, 13e en 14e eeuw 3.2.2 = Zeeschepen in Verse Vaart ca. 1585

Page 17: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 17

Vanaf 1150 werd het overblijvende getijdengebied langs de geulen van de Sincfal en het Zwin stelselmatig ingedijkt tot polders om als landbouwgrond te dienen. Het ging hier om landwinning. Tegen 1300 was het grootste gedeelte van de Zwinstreek herschapen in vruchtbaar landbouwland, door lange dijken beschermd tegen de zee. Overblijfselen van deze dijken zijn in het huidig landschap nog goed te zien, zoals de Krinkeldijk bij Oostkerke. In West Zeeuws Vlaanderen werden de schorren van Groede vanaf de 11e eeuw ingepolderd. Nog vóór 1350 werden Cadzand (cade = Kade) en Zuidzande door bedijkingen samengevoegd tot één eiland. De inpolderingen werden zowel door de lokale boeren gedaan als door kloosters. Met name de Gentse Sint Pietersabdij bezat veel grond in West Zeeuws-Vlaanderen. Na 1250 werd het Sluisse Gat het belangrijkste zeegat voor de scheepvaart naar de Zwinhavens. Maar ook deze geul verzandde steeds meer als gevolg van de sterk afnemende getijdenwerking door de voortgaande inpolderingen aan beide kanten van de geul. Bij vloed kon er steeds minder zeewater binnenstromen, zodat het bij eb slechts langzaam terugliep naar de zee. Veel van het binnengebrachte zand bleef in de geul liggen en er ontstonden zandbanken. Vooral vanaf 1400 nam de bevaarbaarheid steeds sterker af en werd Brugge onbereikbaar voor zeeschepen. Ook nam o.i.v. van misoogsten door de zware regens, toenemende belastingdruk en oorlogen het dijkonderhoud af, waardoor er steeds gemakkelijker polders onderliepen bij zware stormen.

3.2.3 = ME polderdijk 3.2.4 = Eiland Cadzand 1550 met inpolderingen 3.2.5 = Schetskaart met verloop van inpolderingen

De heer Parmentier vragen om afbeeldingen van Vlaamse abdijen (Met name de Gentse Sint Pietersabdij) in de 12e, 13e en 14e eeuw 3.2.6 = Zwinstreek 1501 3.2.7 = Zwinmonding 1505

Page 18: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 18

3 A

Landschap Tussen 1100 en 1550 veranderde het landschap van een schorren-gebied met permanente vegetatie, rondtrekkende schaapsherders en beginnend poldergebied met de eerste nederzettingen en burchten tot een bijna geheel ingepolderd gebied waarin de getijdengeulen waren gereduceerd tot zwakke stroompjes. Alleen de Zwinmonding had nog enige betekenis. Ten noorden van dit gebied waren grotere zeemondingen ontstaan die hele eilanden en dorpen hadden verzwolgen. Op hoofdlijnen valt deze periode uiteen in twee sub-perioden: Toenemende bloei (ca. 1150 - ca. 1400). Door de natuurlijke ontwikkelingen in de getijdengeulen en menselijke ingrepen als de inpolderingen, bedijkingen, veenontginningen en aanleg van kanalen ontwikkelde Vlaanderen zich tot één van de meest welvarende regio’s in West-Europa. Internationale handel en zeevaart deden steden als Brugge, Damme, Sluis en Aardenburg bloeien. De van het Vikingschip afgeleide “Kogge” was het belangrijkste scheepstype. Het werd zowel voor handels- als oorlogsdoeleinden gebruikt. In de 13e eeuw verdrong de groter “Hulk” de Kogge als handelsschip.

3.3.1 = Zwinstreek in 1100 3.3.2 = Zwinstreek in 1250 3.3.3 = Zwinstreek in 1565

3.3.4 = Zeeslag bij Sluis 1340 3.3.4a = Scheepsdetail uit Zeeslag bij Sluis 1340 3.3.4b = Scheepsdetail uit Zeeslag bij Sluis 1340

3.3.5 = Kogge (uit zegel van Stralsund) 3.3.6 = Hulk (graveur Frans Huys, 16e eeuw) De heer Parmentier vragen om afbeeldingen van Brugge en Damme in de 12e t/m 14e eeuw

Page 19: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 19

De welvaart werd in West Zeeuws-Vlaanderen versterkt door de haringvisserij die eveneens vanaf ca. 1150 tot bloei kwam door de aanwezigheid van rijke visgronden vlak voor de kust en toenemende afzetmogelijkheden in het zich urbaniserende achterland. De uitvinding van het haring kaken in de 14e eeuw door Willem Beukelszoon uit Biervliet waardoor de haring langer vers gehouden kon worden versterkte deze bloei.

3.3.7a = Hulk 3.3.7a = Vrachtschip

3.3.8. = Koopman met zijn vrouw 3.3.9 = Vroeg visserschip (karveelbuis) uit Oostende 3.3.10 = Vroeg visserschip (Oostende)

Page 20: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 20

Het polderlandschap was bezaaid met boerderijen. Ze waren gebouwd op zandige stroken grond, natuurlijke opvullingen van oude geulsystemen, die als lage ruggen uitstaken boven de omringende klei- en veengronden, nadat deze door drainage waren ingeklonken. De laaggelegen vochtige kommen werden benut als weiland, terwijl de ruggen gecultiveerd werden tot akkerland. De bedrijven waren kleinschalig en over het algemeen in bezit van de boeren zelf die vooral voor zich zelf produceerden. Hun werk in de akkerbouw combineerden zij met seizoensarbeid als visser, laken- of linnenwever of in de veenontginning of zoutwinning. Dankzij de florerende veeteelt en akkerbouw ontstonden in de ingepolderde gebieden dorpen als Groede, Cadzand, Nieuwerkerke en Oostburg.

3.3.11a = ME polderlandschap 3.3.11b = polderlandschap 3.3.11c = Polders bij Zaamslag 1569 3.3.11d = Poldervormen eiland Cadzand 1547 3.3.12a = Plattegrond 10e eeuwse boerderij 3.3.12a = Plattegrond boerderij 11e tot 12e eeuw 3.3.13 = Detail met Zeeuws-Vlaamse dorpen

Page 21: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 21

B Afnemende welvaart (ca. 1400 - 1568). Door grote wijzigingen in het stroomgebied van de Honte, de verzanding van het Zwin, overvloedige regens en minder goed dijkonderhoud raakte het gebied steeds meer zijn welvaart kwijt. Brugge en later ook de door Brugge gedomineerde voorhavens Damme en Sluis verloren hun bereikbaar voor zeeschepen. Antwerpen nam hun positie in de internationale handel over dankzij de toenemende bevaarbaarheid van de Honte.

3.3.14 = Plattegrond van Sluis ca. 1450 3.3.15 = Plattegrond van Sluis ca. 1550

3.3.16 = Plattegrond van Sluis ca. 1550 3.3.17 = Plattegrond van Sluis ca. 1567

3.3.18 = Kaart met Honte en schepen naar Antwerpen

Page 22: Voorbeeld storyline Groede - Platform Exhibitions€¦ · Inleiding Onderstaande storyline vat het “verhaal” (linker kolom) samen dat de basis zal vormen voor “presentatie 1”

Projectburo Meeter / 13 april 2012 22

Vooral West Zeeuws-Vlaanderen kende na 1400 een constant gevecht tegen het water en vele dorpen verdronken. Tegen 1565 waren de meeste eilanden in de monding van de Honte in de golven verdwenen. De ellende werd vergroot doordat overvloedige regens in deze periode de graanoogsten reduceerden en soms tot honger noden leiden. De kleine boeren konden onder deze invloeden nauwelijks meer voorraden aan leggen om moeilijke perioden te overbruggen. Doordat grootgrondbezitters dat beter konden, ontstond er schaalvergroting in de landbouw. De visserij kreeg het steeds moeilijker door de langzame verschuiven van de haringgronden naar het Noorden.

Zie ook 3.1.1. t/m 3.1.3. 3.3.19a = Tekst over overstromingen 3.3.19b = Overstroming 1 3.3.19c = Overstroming 2 3.3.20 = Haringbuis uit 16e eeuw