Voor!+!achternaam:!Jan/Hessel!Boermans! · 2015. 5. 14. ·...
Transcript of Voor!+!achternaam:!Jan/Hessel!Boermans! · 2015. 5. 14. ·...
Voor + achternaam: Jan-‐Hessel Boermans Studentnummer: 277827 Soort verslag: P1 Cohortjaar: 2013 Opleiding: Master Pedagogiek, Leren en Innoveren Lesplaats: Groningen Datum: 3 maart 2014 Opdrachtgever: SO De Ambelt, Steenwijk Begeleider: Hillary Vos Beoordelaar: Joachim Wettering
Ouderbetrokkenheid op SO De Ambelt “Wat is de huidige situatie van Ambelt ’t Ravelijn m.b.t. ouderbetrokkenheid?”
Voor + achternaam: Jan-‐Hessel Boermans Studentnummer: 277827 Soort verslag: P1 Cohortjaar: 2013 Opleiding: Master Pedagogiek, Leren en Innoveren Lesplaats: Groningen Datum: 3 maart 2014 Opdrachtgever: SO De Ambelt, Steenwijk Begeleider: Hillary Vos Beoordelaar: Joachim Wettering
Samenvatting In dit onderzoeksverslag is de huidige situatie van SO De Ambelt ’t Ravelijn vastgelegd met betrekking tot de ouderbetrokkenheid. Dit is gedaan middels een kwalitatief praktijkonderzoek. De Ambelt ’t Ravelijn is een school voor speciaal basisonderwijs voor kinderen met psychiatrische problematiek. Uit literatuurstudie is gebleken dat ouderbetrokkenheid in zes standaarden is onder te verdelen, dit zijn: ouderschap, communicatie, deelnemen, thuis leren, betrokken bij het maken van beleidsbeslissingen en samenwerken met de organisatie. Een verdere uitwerking is te vinden in het theoretisch kader. Ouderbetrokkenheid op school is een wisselwerking tussen ouders en school waarin het gezamenlijk belang, namelijk het zo goed mogelijk ondersteunen van het kind in de opvoeding en het onderwijs, centraal staat. Uit de literatuurstudie is gebleken dat een effectief vormgegeven ouderbetrokkenheid bestaat uit vijf factoren, dit zijn:
• Geïntegreerde aanpak op ouderbetrokkenheid • Visie op ouderbetrokkenheid • Langdurige samenwerking • Drijfkrachten of motivatie: de school moet laagdrempelig zijn om elkaar voldoende
op de hoogte te houden van relevantie informatie. • De gevoelstoon waarbij het delen van ervaringen in gesprekken centraal staat.
Wanneer een leerling speciale onderwijsbehoeften heeft, zoals op De Ambelt ’t Ravelijn het geval is, zullen ouders vaker contact met de school moeten hebben. In het speciaal onderwijs vereist ouderbetrokkenheid nog meer aandacht, dit omdat deze kinderen meer ondersteuning nodig hebben. Hier is het verstandig om ouders veel te betrekken bij de handelingsplannen van hun kind. Ouders van kinderen met speciale onderwijsbehoeften hebben een grote rol binnen de schoolloopbaan van hun kind. Het is hierbij van belang dat er rekening gehouden wordt met de persoonlijke omstandigheden van de ouders. Uit literatuurstudie is gebleken dat in het speciaal onderwijs geldt net als in het regulier onderwijs dat ouders zich meer in willen zetten voor het onderwijs van hun kind als ze zich gehoord voelen. Wanneer de persoonlijke omstandigheden van de ouders, zoals opleiding en sociaal economische status veel moeilijkheden geven kan dat een reden zijn om het onderwijs van hun kind aan de school over te laten. Hier is gezien de werkwijze die beschreven staat in de schoolgids van de Ambelt ’t Ravelijn over te zeggen dat zij al grotendeels doen wat voor de ouderbetrokkenheid op een school voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften belangrijk is.
De belangrijkste conclusie die uit de data van het onderzoek gehaald kan worden is dat de Ambelt ’t Ravelijn al veel doet rondom de ouderbetrokkenheid. De leerkrachten zijn fanatiek en zeer bereid om ouders te helpen en te ondersteunen. Ook zijn de ouders/verzorgers die respons hebben gegeven op de vragenlijst veelal tevreden zoals het nu gaat op school. Toch zijn er wel een aantal verbeterpunten, waardoor het aannemelijk is dat er nog meer uit de ouderbetrokkenheid te halen valt. Binnen de Ambelt ’t Ravelijn is er nog geen duidelijke goed geformuleerde visie met betrekking tot ouderbetrokkenheid welke door het hele team gedragen wordt. De belangrijkste aanbeveling uit het onderzoek is dat er gezorgd moet worden voor een duidelijke visie en dat deze vervolgens door het hele team uitgedragen moet worden. Vanuit de literatuur kan gezegd worden dat een duidelijke visie op ouderbetrokkenheid één van de vijf belangrijke pijlers is om tot een effectief vormgegeven ouderbetrokkenheid te komen. Hierbij kan gedacht worden aan een ouderbeleidsplan of een protocol voor omgang met ouders.
Inhoudsopgave
Samenvatting ....................................................................................................................................4 1.1 Aanleiding en achtergrondinformatie ........................................................................................ 7 1.1.1 Omschrijving in schoolgids .......................................................................................................................7 1.1.2 Algemene visie van De Ambelt ................................................................................................................8 1.1.3 Missie ..................................................................................................................................................................8 1.1.4 Visie op ouderbetrokkenheid...................................................................................................................9
1.2 Doelstelling en onderzoeksvragen .............................................................................................. 9 Hoofdstuk 1: Theoretisch kader.............................................................................................. 10 1.1 Ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie of educatief patnerschap? .............................10 1.2 Hoe komt succes in ouderbetrokkenheid tot stand .............................................................12 1.2.1 Verschillende ouders ................................................................................................................................ 12 1.2.2 Succes in ouderbetrokkenheid ............................................................................................................. 13 1.2.3 De cognitieve ontwikkeling.................................................................................................................... 14 1.2.4 De school is verantwoordelijk .............................................................................................................. 14 1.2.5 Een kritische noot ...................................................................................................................................... 14
1.3 Ouderbetrokkenheid in het speciaal onderwijs....................................................................15 1.4 Ouderbetrokkenheid op Ambelt ’t Ravelijn............................................................................15 1.4.1 De schoolgids................................................................................................................................................ 15 1.4.2 Beleidsstukken ............................................................................................................................................ 16
Hoofdstuk 2: Methodische verantwoording........................................................................ 17 2.2.1 Soort onderzoek.......................................................................................................................................... 18 2.2.2 Onderzoeksstrategie en instrumenten ............................................................................................. 18
Hoofdstuk 3: Presentatie van data ......................................................................................... 19 3.1 Opkomst ouders ...............................................................................................................................19 3.1.2 Oudergesprekken ....................................................................................................................................... 20
3.2 Mening team Ambelt ‘t Ravelijn ..................................................................................................21 3.3 Mening ouders Ambelt ‘t Ravelijn ..............................................................................................22
Hoofdstuk 4: Bespreken van data........................................................................................... 25 Hoofdstuk 5: Conclusies ............................................................................................................. 27 Hoofdstuk 6: Aanbevelingen..................................................................................................... 29 6.1 Vervolgstappen in het onderzoek ..............................................................................................30
Reflectie op het onderzoek........................................................................................................ 31 Bibliografie ..................................................................................................................................... 32
Inleiding In dit praktijkonderzoek gaat het om een (voor) onderzoek naar de ouderbetrokkenheid op de De Ambelt ’t Ravelijn om de probleemsituatie zo helder mogelijk weer te geven. Dit onderzoek is deel P1 (vastleggen huidige situatie) van het totale onderzoek wat deel uitmaakt van een cyclisch praktijkgericht onderzoek. Het vervolg op dit onderzoek bestaat uit deel P2 (uitwerking tot gewenste situatie) en deel P3 (uitvoering tot gewenste situatie).
1.1 Aanleiding en achtergrondinformatie De Ambelt is een stichting met scholen voor speciaal (basis)onderwijs voor kinderen met psychiatrische problematiek. De Ambelt heeft 17 locaties in het midden en noorden van Nederland in SO (speciaal onderwijs) en VSO (voortgezet speciaal onderwijs). Voor alle locaties staat er in de algemene schoolgids van de Ambelt een beschrijving over ouderparticipatie. Dit onderzoek wordt uitgevoerd op de locatie SO Steenwijk wat de naam OEC (onderwijs expertise centrum) ’t Ravelijn draagt. Ouderbetrokkenheid is op dit moment een veelbesproken thema binnen het onderwijs. Een voorbeeld hiervan is dat er een ‘conferentie ouders en school’ in Den Haag is geweest. Staatssecretaris Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is overtuigd van het belang van ouderbetrokkenheid. Omdat de staatssecretaris het onderwerp ouderbetrokkenheid een belangrijk thema vindt en het belang hiervan inziet zijn er expertisepunten ouderbetrokkenheid ontwikkeld http://expertisepuntouderbetrokkenheid.nl/deelnemers/ . De werkgroep ouderbetrokkenheid Driestar Educatief (2013) geeft het volgende aan: ‘De expertisepunten richten zich op het effectiever communiceren en het bouwen aan partnerschap tussen ouders, scholen en andere kindgerichte organisaties en bredere gemeenschappen'. Om verder te kunnen gaan is het van belang om te weten wat ouderbetrokkenheid inhoudt. Er worden binnen dit thema verschillende begrippen genoemd die voor verwarring kunnen zorgen, dat zijn ouderbetrokkenheid en ouderparticipatie, maar ook wordt er veel gesproken over educatief partnerschap. Aan de hand van een literatuurstudie worden alle begrippen in dit onderzoek uitgelegd. 1.1.1 Omschrijving in schoolgids In de schoolgids staat het volgende genoemd over wat de school te bieden heeft: ‘Wij bieden de leerlingen onderwijs waarbij we uitgaan van de mogelijkheden en de belangstelling van het kind. We sluiten daarbij zoveel mogelijk aan bij de doelen uit het reguliere onderwijs met een pedagogisch klimaat waarin leerlingen zich veilig voelen. De Ambelt is kort gezegd, bestemd voor kinderen en jongeren bij wie het ontwikkelingsproces is verstoord of waar het verstoord dreigt te worden. De oorzaak, maar ook de aard daarvan is voor ieder kind anders. Regelmatig is er sprake van een zeer complexe problematiek en is het één het gevolg van het ander. Deze problematiek brengt met zich mee dat leerlingen vaak belemmerd worden in hun leerproces. Dat kan betekenen dat het onderwijs anders georganiseerd moet worden en dat de doelen uit het regulier onderwijs aangepast moeten worden’.
‘Wij zijn er op gericht om een veilige leeromgeving te bieden waarin leerlingen zich cognitief, psychomotorisch en sociaal-‐emotioneel zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Daarbij vinden wij het vooral belangrijk het zelfvertrouwen en de competentie-‐ervaringen van kinderen te vergroten, de leerlingen inzicht te geven in hun mogelijkheden en beperkingen en daarmee om te leren gaan, maar boven alles de leerling te begeleiden bij het ontwikkelen van een persoonlijk toekomstperspectief’. Omdat er veelal sprake is van (zeer) complexe problematiek, vindt Ambelt ‘t Ravelijn dat de samenwerking met ouders erg belangrijk is. De school vindt deze samenwerking, zoals het nu is, nog niet optimaal. Er is bijvoorbeeld weinig opkomst tijdens oudermomenten, er wordt dan gedacht aan informatieavonden en rapportbesprekingen. De school denkt dat er punten ter verbetering zijn met betrekking tot ouderbetrokkenheid en is van mening wanneer deze betrokkenheid wordt vergroot dat dit ten goede komt aan de ontwikkeling van het kind. 1.1.2 Algemene visie van De Ambelt In de toekomst wil de Ambelt de volgende plannen ontwikkelen en uitvoeren: De school is een onderwijsinstelling met een A-‐merk, deze hoge naamsbekendheid en de goede reputatie wil de school graag behouden. De Ambelt wil door middel van haar expertise en kwaliteiten ervoor zorgen dat, in de regio’s waar de Ambelt werkt, er geen thuiszitters zijn. Ze willen voor iedere jongere een passende onderwijsplek zorgen. In de keten van onderwijs en ondersteuning wil de school een belangrijke partner blijven. Ook toont de school veel flexibiliteit. De Ambelt ziet zichzelf als ondernemend en innovatief. Ze willen middenin de samenleving staan en veel samenwerken met ouders en andere partners. De Ambelt ziet samenwerken als: ‘Samen werken aan een gezamenlijke dienst of product’. 1.1.3 Missie De Ambelt omschrijft de volgende missie die zij hebben als onderwijsorganisatie: “De Ambelt is een orthopedagogisch onderwijsexpertisecentrum dat:
• Leerlingen weet te begrijpen en hun een leer-‐ en ontwikkelomgeving biedt die recht doet aan hun talenten.
• Leerlingen begeleidt in het leren omgaan met en begrijpen van hun beperkingen en stoornissen
• Leerlingen de competenties meegeeft, die hen in staat stelt als volwaardige deelnemers zo zelfstandig mogelijk aan het maatschappelijk handelen deel te nemen.
• Bereikt dat leerlingen zo evenwichtig, gelukkig en zelfstandig mogelijk kunnen functioneren in de maatschappij op het gebied van wonen, werken, leren en vrije tijd. Daarom bieden wij de leerlingen onderwijs waarbij we uitgaan van de mogelijkheden en de belangstelling van het kind of jeugdigen
• Een pedagogisch klimaat schept waarin leerlingen zich veilig voelen. Hierbij sluiten we zoveel mogelijk aan bij de doelen uit het reguliere onderwijs.
• Een didactisch klimaat schept waarin leerlingen tot leren komen.”
1.1.4 Visie op ouderbetrokkenheid In een gesprek met de adjunct directeur is zij heel duidelijk in wat zij graag zou willen zien: “School-‐ouderbetrokkenheid of partnerschap tussen school en ouders is geen doel op zich, maar een middel om uiteindelijk samen betere voorwaarden te scheppen voor de ontwikkeling en het leren van het kind, de leerling. Dat is het gezamenlijke belang van ouders en school, want wie wil niet het beste voor zijn kind c.q. 'zijn' leerling? Als we van daaruit handelen dan zijn we gelijkwaardige partners en dan ligt er een wereld aan kansen voor ons”
1.2 Doelstelling en onderzoeksvragen Doordat er landelijk veel aandacht is voor ouderbetrokkenheid is de vraag bij de organisatie van Ambelt ’t Ravelijn ontstaan waar zij staan in het kader van ouderbetrokkenheid en hoe zij zich hierin kunnen verbeteren. Het uiteindelijke doel van het onderzoek (P1, P2 en P3) is om met betrekking tot ouderbetrokkenheid als Ambelt ’t Ravelijn tot een heldere aanpak en goed geformuleerde visie te komen welke door het hele schoolteam gedragen en uitgevoerd wordt. De onderzoeksvraag van P1 is: “Wat is de huidige situatie van Ambelt ’t Ravelijn m.b.t. ouderbetrokkenheid?” Binnen het team is er nog veel onduidelijk over ouderbetrokkenheid en waar Ambelt ’t Ravelijn staat als het gaat om ouderbetrokkenheid. Het doel van dit onderzoek is om de huidige situatie binnen Ambelt ’t Ravelijn goed in kaart te brengen en zo een helder beeld van de huidige situatie te schetsen voor de organisatie. Het onderzoek (P1) is om die reden in 5 deelvragen opgesplitst: Deelvraag 1: Wat houdt ouderbetrokkenheid precies in? Deelvraag 2: Waarom is ouderbetrokkenheid belangrijk? Deelvraag 3: Wat zijn de huidige uitgangspunten en wat zie je van deze uitgangspunten terug in de praktijk (ouderavond, nieuwsbrieven, contact telefoon/email, ouderparticipatie, oudercommissie of medezeggenschapsraad, etc.)? Deelvraag 4: Voelen de ouders zich momenteel betrokken bij de school en waar zien zij verbeteringen m.b.t. ouderbetrokkenheid binnen de school? Deelvraag 5: Hoe kijkt het team aan tegen ouderbetrokkenheid?
Hoofdstuk 1: Theoretisch kader In het theoretisch kader wordt er ingegaan op wat ouderbetrokkenheid inhoudt en waarom het belangrijk is, hiermee wordt een antwoord gegeven op deelvraag 1 en 2. Omdat Ambelt ’t Ravelijn een school voor speciaal onderwijs betreft wordt er ook ingegaan op wat er geschreven wordt over ouderbetrokkenheid in het speciaal onderwijs. Daarnaast wordt er ingegaan op deelvraag 3, hierin wordt een koppeling gemaakt tussen de bestudeerde beleidsdocumenten en de geraadpleegde literatuur.
1.1 Ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie of educatief patnerschap? Er zijn drie begrippen die voor verwarring kunnen zorgen en waar overlap in zit. Dat zijn ouderparticipatie, ouderbetrokkenheid en educatief partnerschap. In dit hoofdstuk wordt er een eenduidige definitie geformuleerd van ouderbetrokkenheid aan de hand van de geraadpleegde literatuur. Menheere en Hooge (2010) beschrijven ouderbetrokkenheid als één van de uitgangsvormen van de relatie tussen ouders en school. Marzano (2010) beschrijft ouderbetrokkenheid als een structuur die wordt gebruikt om ouders en de gemeenschap te betrekken bij de dagelijkse gang van zaken op school en het deelnemen bij het nemen van belangrijke beleidsbeslissingen. Smit (2007) beschrijft ouderbetrokkenheid als betrokkenheid van ouders bij het onderwijs en de opvoeding van hun kind. Smit (2007) legt duidelijk de link tussen de thuissituatie en school. Het begrip ‘ouderparticipatie’ is in meerdere literatuur onderzoeken naar voren gekomen. Ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid zijn eigenlijk niet los van elkaar te zien, het woord participatie wil al zeggen dat ouders niet alleen betrokken zijn maar ook deelnemen aan activiteiten in en rondom school. Denk hierbij aan ouders die lid zijn van ouder-‐ of medezeggenschapsraad of bijvoorbeeld het begeleiden van een schoolreis of het helpen met schoonhouden van de school (Menheere en Hooge, 2010). Anders dan bij ouderparticipatie, is de bij ouderbetrokkenheid de vraag op welke manier ouders hun eigen kind op een zo goed mogelijke manier kunnen ondersteunen tijdens de schoolloopbaan en in de ontwikkelingen die hun kind in deze periode doormaakt. Daarmee heeft ouderbetrokkenheid een pedagogisch doel gekregen, namelijk de afstemming van de benadering van een kind thuis en een kind op school (Menheere en Hooge, 2007). Epstein (2001) heeft zes standaarden beschreven waarin de verschillende vormen van ouderbetrokkenheid aan de orde komen. In figuur 1 worden de standaarden verhelderd met een omschrijving van het begrip en een voorbeeld uit de praktijk:
Type Betekenis Praktijkvoorbeelden 1. Ouderschap Ouders scheppen de juiste
voorwaarde voor een kind om te leren.
De kinderen worden opgevoed en er wordt gezorgd voor een pedagogisch klimaat waardoor het kind in het leren voor school wordt ondersteund.
2. Communicatie Communicatie tussen ouders en school. Dit onderdeel betreft effectieve vormen van communicatie over schoolprogramma’s en vorderingen van kinderen. De school wordt geacht de informatie op een begrijpelijke manier te presenteren en van ouders mag worden verwacht hierop respons te geven.
De communicatie is zowel formeel (door middel van een nieuwsbrief, ouderavonden en rapportbesprekingen) als informeel (zoals het halen en brengen van en naar school van de kinderen).
3. Deelnemen Vrijwilligers werk verrichten in en rondom de school.
Ouders kunnen leerkrachten helpen in de klas, administratief werk verrichten, schoolbibliotheek beheren, en assisteren bij sportdagen en overige activiteiten.
4. Thuis leren Ouders ondersteunen de kinderen bij het maken van schoolwerk thuis. Ouders bieden de hulp aan kinderen die ze nodig hebben om hun huiswerkopdrachten te maken.
Ouder begeleiden de kinderen bij het maken van huiswerk en stimuleren de kinderen om het huiswerk te maken.
5. Betrokken bij het maken van beleidsbeslissingen
Formele ouderparticipatie: ouders zijn betrokken bij het maken van beleidsbeslissingen.
Ouders zijn betrokken bij de ouderraad, de medezeggenschapsraad of andere commissies.
6. Samenwerken met de gemeenschap.
Samenwerken met de gemeenschap. Ouders leveren een bijdrage in de gemeenschap waarvan school en zij zelf een deel uitmaken.
Figuur 1. Standaarden van ouderbetrokkenheid (Epstein, 2001). Zoals beschreven in figuur 1 is ouderparticipatie goed onder te brengen in type 3 van de zes genoemde standaarden.
Het begrip educatief partnerschap is in het begin van dit hoofdstuk genoemd, dit begrip komt overeen met de definities van ouderbetrokkenheid en ouderparticipatie (Wit, 2005). Educatief partnerschap houdt het gezamenlijke belang in van de relatie tussen ouders en de school waarin het kind centraal staat. Belangrijk hierin is dat ouders en school naar een gelijkwaardige positie streven (Wit, 2005).
1.2 Hoe komt succes in ouderbetrokkenheid tot stand In dit deel wordt er ingegaan op wat het van een school vraagt om succesvol te zijn in ouderbetrokkenheid. 1.2.1 Verschillende ouders Ouders verschillen in vele opzichten, denk hierbij aan gedrag, mentaliteit, overtuiging en opvatting. Maar ook de situaties en de achtergrond zoals geslacht, sociaal economische status, opleidingsniveau en gezondheid zorgen voor verschillen tussen ouders. Deze verschillen bepalen mee in welke mate ouder betrokken zijn bij de opvoeding en het onderwijs aan hun kind. Maas (2007) verwijst naar competente ouders die reële verwachtingen hebben van hun kind en van de school, verwaarlozende ouders waarvan de kinderen op minder steun kunnen rekenen en afhankelijke ouders die het lastig vinden zelf beslissingen te nemen over hun kind. Ook beschrijft Maas (2007) overbezorgde ouders of te beschermende ouders waarvan kinderen afhankelijk zijn . Maas (2007) benoemd daarnaast nog behulpzame ouders die overal bij willen helpen en professionele ouders die zelf ook in het onderwijs zitten. Maas (2007) is niet de enige die over typen ouders schrijft. Ook het ministerie van onderwijs heeft een onderzoek laten doen door Vries (2007) naar de verschillende typen ouders, dit heeft geresulteerd in een typologie ‘Herken de ouder’, waarin de verschillende typen ouders aan de orde komen. Deze typologie ‘Herken de ouder’ biedt de school handvatten voor het opbouwen en onderhouden van relaties met de ouders (Smit, 2012). Een voordeel van deze typologie is dat ouders makelijker te herkennen zijn, het kan echter ook leiden tot vooroordelen. Leerkrachten zouden tijd moeten krijgen om verschillen tussen ouders te leren begrijpen om zo alle ouders op een respectvolle manier te benaderen (Rapp en Duncan, 2011).
1.2.2 Succes in ouderbetrokkenheid Het vormgeven en onderhouden van ouderbetrokkenheid vraagt aandacht van het hele team. De manier waarop ouderbetrokkenheid wordt ingericht moet gedragen worden door het hele team en moet goed zijn doordacht (Cijfat en Voskens, 2009). Volgens Smit, Fluiter en Driessen (2006) zijn er vijf factoren te noemen die succes op het gebied van ouderbetrokkenheid bepalen.
• Factor 1 Een geïntegreerde aanpak op het gebied van ouderbetrokkenheid. De verschillende onderdelen hierin zijn: -‐ Kwaliteitszorg: het vormen van de missie en visie op ouderbetrokkenheid. -‐ Integraal personeelsbeleid: de kwaliteiten van de leerkracht worden nader
bekeken. -‐ Het bestuur van de school: hieronder vallen de ouderraad en de
medezeggenschapsraad. -‐ Afleggen van verantwoording aan ouder over kwaliteiten, leeropbrengsten en het
beleid van de school: hiertoe is de school verplicht sinds de invoering van de Wet op Medezeggenschap.
• Factor 2 Het formuleren van een visie op ouderbetrokkenheid.
• Factor 3 Een visie gericht op een langdurige samenwerking tussen ouders en school.
Wanneer de opvoeding thuis en het onderwijs op school in elkaar verlengde liggen kan er aan een vierde factor gewerkt worden.
• Factor 4 Drijfkrachten en motivatie. Hierbij moet de school laagdrempelig zijn om elkaar op de hoogte te kunnen houden belangrijke zaken die prioriteit hebben.
• Factor 5 De gevoelstoon. Hierbij gaat het erom op welke manier de ervaringen verwachtingen naar elkaar toe worden uitgesproken.
Ook Epstein (2001) benoemd dat het onderwerp ‘ouderbetrokkenheid’ door het hele team gedragen moet worden en benadrukt dat een positieve samenwerking erg belangrijk is. Epstein (2001) stelt dat er een aantal verantwoordelijken moeten worden aangewezen om alle belangen te behartigen, Epstein (2001) noemt hierin een actieteam of een oudercoördinator.
1.2.3 De cognitieve ontwikkeling De cognitieve ontwikkeling, en dan met name het lezen, is sterk afhankelijk van de betrokkenheid van ouders bij het ondernemen van activiteiten met hun kinderen (Cijfat en Voksens, 2009). Marzano (2010) beschrijft hierin wel dat belemmerende achtergrondkenmerken wel zijn terug te dringen. Dit is gebleken uit een onderzoek (Marzano, 2010) waarbij een aantal onderwijsachterstandscholen resultaten hebben behaald die normaal gesproken niet behaald zouden zijn met deze doelgroep. Door een leerlingvolgsysteem kan een school na iedere toetsperiode bekijken of er op efficiënte wijze te werk is gegaan. 1.2.4 De school is verantwoordelijk De verantwoordelijkheid voor het scheppen van een klimaat waarin communicatie kan plaatsvinden ligt bij de school (Marzano, 2010). Voor ouders is het van belang dat de boodschap duidelijk is dat hun kind belangrijk is op school. Ouders moeten het gevoel hebben dat ze welkom zijn, op wat voor manier dan ook (Rapp en Duncan, 2011). Het is daarom belangrijk dat ouders de ruimte krijgen om hun mening te geven, zo krijgen ouders daadwerkelijk het gevoel dat er naar hun geluisterd wordt. De directie is de drijvende kracht achter een oudervriendelijke school en heeft hierbij een belangrijke functie (Rapp en Duncan, 2011). Een schoolleider moet volgens Rapp en Duncan (2011) op de hoogte zijn van de behoefte en wensen van de ouders en tijd maken om met ouders te spreken over deze wensen. Het is de taak van de directie om het belang van ouderbetrokkenheid over te brengen bij het schoolteam. Wanneer teamleden dit belang onderschrijven kunnen hierin de juiste stappen worden ondernomen. Er mag niet vergeten worden dat de leerkracht niet altijd aan alle wensen van de ouders kan voldoen. De leerkracht wil enerzijds begrip opbrengen voor de ouders en de relatie niet schaden, maar anderzijds wil de leerkracht zich professioneel gedragen en grenzen stellen (Vries, 2007). Wanneer de doelen, de taken van de leerkracht en de verschillende procedures helder zijn voor de ouders wordt voorkomen dat de leerkracht zijn grenzen moet verleggen en hierdoor niet meer professioneel kan handelen (Vries, 2007). 1.2.5 Een kritische noot Ouders wensen een goede afstemming tussen ouders en school maar geven aan dat dit te weinig gebeurt, dit blijkt uit een onderzoek van Smit, Driessen en Doesborgh (2005). Ouders geven in een onderzoek van Smit et al. (2006) aan dat ze niet altijd goed op de hoogte zijn van de werkwijze van de school en missen het dat ze kunnen praten over waarden, normen en opvoedingsideeën. De school zou actie moeten ondernemen om zicht te krijgen op de wensen en de belangen van ouders (Smit et al., 2006). De school handelt vanuit een overtuiging waar ouders het niet altijd mee eens zijn. Luisteren naar elkaar en de dialoog aangaan helpt te allen tijde om het onderlinge begrip te vergroten (Smit, 2005). Ondanks dat er veel positieve effecten zijn te benoemen is het lastig vast te stellen welke vorm van ouderbetrokkenheid effect heeft op welk aspect van ouderbetrokkenheid.
1.3 Ouderbetrokkenheid in het speciaal onderwijs Wanneer een leerling speciale onderwijsbehoeften heeft zullen ouders vaker contact met de school moeten hebben (Batt, 2011). In het speciaal onderwijs vereist ouderbetrokkenheid nog meer aandacht, dit omdat deze kinderen meer ondersteuning nodig hebben. Volgens Batt (2011) is het verstandig om ouders veel te betrekken bij de handelingsplannen van hun kind. Ouders van kinderen met speciale onderwijsbehoeften hebben een grote rol binnen de schoolloopbaan van hun kind. Het is hierbij van belang dat er rekening gehouden wordt met de persoonlijke omstandigheden van de ouders. In het speciaal onderwijs geldt net als in het regulier onderwijs dat ouders zich meer in willen zetten voor het onderwijs van hun kind als ze zich gehoord voelen (Batt, 2011; Coots 2007). Wanneer de persoonlijke omstandigheden van de ouders, zoals opleiding en sociaal economische status veel moeilijkheden geven kan dat een reden zijn om het onderwijs van hun kind aan de school over te laten (Coots, 2007).
1.4 Ouderbetrokkenheid op Ambelt ’t Ravelijn In dit deel wordt er een koppeling gemaakt tussen de bestudeerde beleidsdocumenten en de geraadpleegde literatuur. 1.4.1 De schoolgids In de schoolgids van Ambelt ’t Ravelijn http://www.ambelt.nl/files/website/File/Schoolgids%2013%2014/Ambelt%20schoolgids%20SO%202013%20-‐%202014missie.pdf staat het volgende over ouderbetrokkenheid: ‘We vinden het belangrijk dat u als ouder en verzorger betrokken blijft. Er vindt daarom op verschillende manieren contact of informatie-‐uitwisseling plaats’. Onder deze beschrijving volgt een overzicht van de verschillende contactmomenten in het schooljaar. Er wordt niet gesproken over doelen ten opzichtte van ouderbetrokkenheid en wat de school van ouders verwacht en wat ouders van Ambelt ‘t Ravelijn kunnen verwachten. Wel heeft de school een hoofdstuk wat ouderparticipatie genoemd wordt waarin de verschillende manieren van contact beschreven worden. De omschrijving is goed te koppelen aan figuur 1 waarin de 6 standaarden van ouderbetrokkenheid (Epstein, 2001) omschreven worden. De omschrijving van gaat voornamelijk over op welke wijze de communicatie tussen school en thuis en tussen thuis en school plaatsvindt of dient te vinden. De omschrijving in de schoolgids is in zijn geheel te plaatsen onder standaard 2, de communicatie.
1.4.2 Beleidsstukken Ook bij het stuk van de GMR (gemeenschappelijke medezeggenschapsraad) wordt het volgende genoemd: “Het vergroten van de betrokkenheid van ouder(s)/verzorger(s) is en blijft een belangrijk gespreksonderwerp in de GMR”. De school streeft naar een goed ouderbeleid en wil daarmee de ouderbetrokkenheid vergroten. In het strategisch beleidsplan van de Ambelt komt naar voren dat zij de ouders van de leerlingen als belangrijke partners zien en dat zij veel waarde hechten aan de betrokkenheid van de ouders en leerlingen. De school wil de ouders zien als gelijkwaardige partner wat betreft onderwijs en opvoeding. In het beleidsplan geeft de school ook aan dat wanneer school en ouders dezelfde doelen hebben de opbrengsten het grootste zijn. Zo stelt de school voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief op in overleg met ouders. Ook wordt dit ontwikkelingsperspectief regelmatig uitvoerig besproken. De Ambelt heeft de volgende visie wat betreft overleg met ouders: “Informatie, communicatie, ondersteuning en medezeggenschap”. Het is de bedoeling dat iedere regio en ieder team van de Ambelt een beleid heeft omtrent het versterken en bevorderen van wederzijdse betrokkenheid van medewerkers, ouders en leerlingen. De Ambelt heeft de ambitie om per locatie de ouderparticipatie-‐activiteiten in beeld te krijgen, inclusief de waardering. Verder wordt er gesproken over algemene informatie uitwisseling: hoe vaak er contact momenten zijn (3 keer per jaar), hoe vaak de Ambelt nieuwsbrief uitgaat en over de actuele digitale schoolgids. Eens in de 3 jaar heeft de Ambelt een tevredenheidsonderzoek onder ouders. Dit onderzoek wordt geëvalueerd met de GMR, de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. Vanuit deze evaluatie maakt de school een verbeterplan.
Hoofdstuk 2: Methodische verantwoording In dit hoofdstuk staat de methodische verantwoording beschreven. In het eerste deel wordt het conceptueel model beschreven. In het tweede deel van dit hoofdstuk komt het onderzoekstechnisch ontwerp aan bod. Op de Ambelt ’t Ravelijn wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan ouderbetrokkenheid. Het doel van dit onderzoek is om de ouderbetrokkenheid in de huidige situatie in de kaart te brengen. Het in kaart brengen gebeurt met behulp van literatuuronderzoek en vragenlijsten aan ouders/verzorgers en het team van Ambelt ‘t Ravelijn. 2.1 Onderzoeksmodel Met behulp van relevante literatuur (o.a. documenten van de Ambelt) wordt de visie van de Ambelt ’t Ravelijn in kaart gebracht. Deze gegevens worden vergeleken met de gegevens die naar voren komen uit de vragenlijsten. Zowel ouders, als het personeel hebben een vragenlijst ingevuld. De gegevens rondom de opkomst van de verschillende ouderbijeenkomsten van het afgelopen half jaar zijn ook bekend en meegenomen in dit onderzoek, een visuele weergave hiervan staat in figuur 3.
Figuur 2. Onderzoeksmodel voor het onderzoek naar de ouderbetrokkenheid
Visie Ambelt ‘t Ravelijn
Begripsomschrijving Ouderbetrokkenheid
Literatuuronderzoek (gebruik van meerdere
bronnen)
Documentatie opkomst
ouderbijeenkomsten
Kenmerkenlijst
Vragenlijst school
Vragenlijst ouders
Analyse resultaten
Analyse resultaten
Ouderbetrokkenheid in de huidige situatie
2.2.1 Soort onderzoek Het onderzoek is een praktijkonderzoek vanuit het sociaalconstructivistische paradigma. Dit houdt in dat veel verschijnselen sociale constructies zijn, dat is ook zeker het geval bij ouderbetrokkenheid. Het onderzoek wil een bijdrage leveren aan de professionalisering van de leerkrachten in de beroepspraktijk van de onderzoeker. Het doel van dit onderzoek is het leveren van concrete oplossingen voor een probleem in de praktijk. Op basis van een probleem uit de praktijk, in dit geval ouderbetrokkenheid, wordt een oplossing bedacht. Om die reden is er gekozen voor een ontwerpgericht onderzoek. 2.2.2 Onderzoeksstrategie en instrumenten Het gaat hier om een kwalitatief onderzoek. De onderzoeker maakt gebruik van kwalitatieve instrumenten. De instrumenten die zijn gebruikt zijn een vragenlijst voor de ouders/verzorgers van de leerlingen op Ambelt ’t Ravelijn en een vragenlijst voor de leerkrachten die werkzaam zijn op Ambelt ’t Ravelijn. Voor de vragenlijst naar ouders/verzorgers is er gekozen voor stellingen, zodat ouders/verzorgers geprikkeld worden om toelichting te geven op hun antwoord. Ook is er gekozen om een niet al te uitgebreide vragenlijst te gebruiken, zodat het voor ouders/verzorgers niet al te veel moeite kost om de vragenlijst in te vullen. Voor de vragenlijst voor de leerkrachten die werkzaam zijn op Ambelt ’t Ravelijn is er gekozen voor een bestaande vragenlijst ontwikkeld door onderwijsadviesbureau Cedin. Zij gebruiken deze vragenlijst om de ouderbetrokkenheid bij excellente scholen in kaart te brengen. Deze vragenlijst is snel en gemakkelijk in te vullen en zorgt voor de juiste informatie. De vragenlijsten zijn belangrijke onderzoeksinstrumenten om de verschillende visies en behoeften rondom ouderbetrokkenheid in kaart brengen. De uitkomst van deze vragenlijsten ingevuld door ouders/verzorgers en leerkrachten zijn belangrijk voor de verdere voortgang van het onderzoek. Om zoveel mogelijk ouders te bereiken is ervoor gekozen om de vragenlijst per e-‐mail naar alle ouders toe te sturen, iedere groepsleerkracht heeft e-‐mail contact met bijna elke ouder. De ouders waarmee geen e-‐mail contact mogelijk is krijgen een schriftelijke versie van de vragenlijst via de post. Daarnaast hebben ouders nogmaals de mogelijkheid om op één van de algemene ouderavonden de vragenlijst schriftelijk in te vullen. Na ieder oudercontactmoment op school (informatieavond of rapportbespreking) wordt de leerkrachten gevraagd om door te geven hoe groot de opkomst is op het betreffende oudercontactmoment. Zo wordt duidelijk in kaart gebracht hoeveel ouders de oudercontactmomenten bezoeken in de huidige situatie. De betrokkenen worden persoonlijk voorgelicht, in dit geval de ouders/verzorgers en de leerkrachten, over de bedoeling van het onderzoek. Voor ouders/verzorgers gebeurt deze toelichting tijdens de algemene ouderavond aan het begin van het schooljaar, maar ook in de nieuwsbrief wordt de bedoeling van het onderzoek nog eens toegelicht. Dit om zoveel mogelijk ouders/verzorgers te informeren. Ook bij de vragenlijst vinden de ouders/verzorgers een begeleidende brief. De leerkrachten worden tijdens verschillende vergaderingen op de hoogte gebracht van de voortgang van het onderzoek. Ook zij krijgen toelichting bij de vragenlijst. Uiteindelijk wordt er voor een betekenisvolle terugkoppeling naar alle betrokkenen gezorgd.
Hoofdstuk 3: Presentatie van data
3.1 Opkomst ouders In dit deel wordt weergegeven hoeveel ouders/verzorgers de oudercontactmomenten hebben bezocht. 3.1.1 Algemene ouderavond Aan het begin van ieder schooljaar staat de algemene ouderavond op het programma. Deze ouderavond staat vooral in teken van voorlichten. Voorafgaand aan de ouderavond in de klassen is er een bijeenkomst voor alle nieuwe ouders. Hier geeft de adjunct directeur van Ambelt ‘t Ravelijn vooral informatie over de gang van zaken rondom de school, hoe er gewerkt wordt en wat de Ambelt ’t Ravelijn kan bieden. Na het algemene gedeelte voor alle (nieuwe) ouders/verzorgers komen de ouders/verzorgers gezamenlijk in de klas van hun kind. De groepsleerkracht en leerkrachtondersteuner vertellen tijdens deze avond wat er het komende jaar te wachten staat. Ook is er genoeg gelegenheid tijdens deze avond om vragen te stellen aan de leerkracht/leerkrachtondersteuner en er is ruimte om in contact te komen met ouders/verzorgers van andere leerlingen. Tijdens deze algemene ouderavond aan het begin van het schooljaar is er bijgehouden hoeveel ouders/verzorgers aanwezig waren, om goed in kaart te kunnen brengen hoe groot de opkomst is.
Figuur 3: Procentuele uitwerking opkomst algemene ouderavond
In de jongste groep (1) en in groep 5 zijn dit jaar veel nieuwe kinderen gekomen. Je merkt dat deze ouders veel behoefte hebben aan informatie van de nieuwe school. Vooral in de oudere groepen (groep 7 en 8) is te zien dat de opkomst lager ligt, aannemelijk is dat de reden hiervan is dat ouders de algemene ouderavond al meerdere malen hebben bijgewoond en het om die reden niet nodig vinden om nogmaals naar het bekende verhaal te luisteren.
3.1.2 Oudergesprekken Aan het begin van het schooljaar, ongeveer na 6 lesweken, is er een persoonlijke kennismakingsavond op Ambelt ‘t Ravelijn. De ouders/verzorgers en leerkrachten bespreken hoe de start van het schooljaar is gegaan, ook wordt er inhoudelijk dieper ingegaan op de ontwikkeling van het kind. Zo worden de handelingsplannen, de ontwikkelingsperspectieven en het SEOL (sociaal emotionele ontwikkeling) besproken. Ook kunnen ouders en/of leerkrachten aangeven waar ze tegenaan lopen en of er bijzonderheden zijn. Voor deze gesprekken staat een kwartier per kind gepland. Ook van deze contact momenten heeft de is er bijgehouden hoe groot de opkomst is.
Figuur 4: Procentuele uitwerking opkomst oudergesprekken
3.2 Mening team Ambelt ‘t Ravelijn Om zicht te krijgen hoe het team van Ambelt ’t Ravelijn over ouderbetrokkenheid denkt is er een vragenlijst afgenomen. Door het invullen van deze vragenlijst krijgt Ambelt ’t Ravelijn inzicht in de sterke punten en ontwikkelpunten op het gebied van ouderbetrokkenheid. Normering: 1 = oneens 2 = redelijk eens 3 = mee eens 4 = helemaal mee eens Ik wil verder gaan in de contacten met ouders dan op een gemiddelde school 3.3 Ik doe bewust mijn best om de ouders van de leerlingen bij mijn school te betrekken
3.3
Ik kan meerdere manieren opnoemen waarop ik ouders bij de school probeer te betrekken
2.8
Er bestaat een vertrouwensrelatie tussen mij en de ouders van de leerlingen uit mijn klas
2.8
Ik ondersteun de ouders in hun rol als opvoeder 3 Voor de omgang met en ondersteuning van zorgleerlingen maak ik afspraken met de ouders over mijn inspanningen en die van hen
3.5
De leerlingen van mijn groep maken kennis met de voorzieningen uit de omgeving 2 De ouders zijn tevreden over het onderwijs in mijn groep 3 Het bestuur van onze school is goed op de hoogte van de gang van zaken op onze school en de kwaliteit van de opbrengsten van ons onderwijs
3
Onze school blinkt uit in ouderbeleid en dat wordt door andere scholen (h)erkend. 1.5
Figuur 5: Gemiddelde uitkomst vragenlijst team Ambelt ’t Ravelijn (n=13)
3.3 Mening ouders Ambelt ‘t Ravelijn Hieronder is procentueel de teruggave van de oudervragenlijst te zien. Er is van 33,3 % van de bevraagden respons gekomen. Deze vragenlijsten zijn onder 100 ouders/verzorgers verspreid, dit zijn alle ouders/verzorgers op Ambelt ’t Ravelijn.
Figuur 6: Procentueel teruggave oudervragenlijst onder alle ouders/verzorgers van Ambelt ‘t Ravelijn
Figuur 7: Uitkomst oudervragenlijst gebaseerd op absolute getallen
Diverse ouders gaven hun mening op de stellingen rondom ouderbetrokkenheid op Ambelt ’t Ravelijn:
1. Ik vind dat er op dit moment voldoende contactmomenten zijn met de school. (denk hierbij aan ouderavonden/rapportbesprekingen etc.)
29 keer ja: “Extra gesprekken zijn altijd mogelijk”. “Ik ben blij met de mailcontacten naast de gesprekken i.v.m. afstand van huis naar school”. “Ik zou meer informele contact momenten willen”. “Alleen is het jammer dat er zo weinig ouders komen”. 4 keer nee: “Ik vind 10 minuten veel te kort om te kunnen praten”. “Ik zou graag meer contacten zien qua hulp op school”. “In het eerste half jaar mag het wel vaker”.
2. Ik ben tevreden over de inhoud van de contactmomenten. 28 keer ja: “Goede sfeer in de school en met de leerkracht”. “Ik vind de PAD oudercursus ook een goed initiatief”. “Goede inhoud van de informatie avond”. “Fijn dat het handelingsplan ter voorbereiding wordt gestuurd”. 5 keer nee: “Ik vind de inhoud van de groepsavonden te oppervlakkig”. “Ik wil graag van te voren (bij een rapportbespreking) dingen inzien of punten om over te praten”. “Ik zou wel iets meer tijd willen hebben”.
3. Ik word voldoende op de hoogte gehouden d.m.v. nieuwsbrieven/weekbrieven en ik ben tevreden over de manier van verzenden.
33 keer ja: “De weekbrief geeft een goed beeld van de week”. “De inhoud van de weekbrieven zijn helder, zo kunnen we thuis goed doorpraten over de onderwerpen”. “Via de mail is een fijne manier”.
4. Ik heb behoefte om een aantal momenten per jaar in de klas mee te kijken.
10 keer ja: “Lijkt me interessant”. “1 dagdeel per jaar zou leuk zijn”. “Zo krijg je iets meer mee van je eigen kind” 23 keer nee: “Dit is niet haalbaar met onze kinderen”. “Geen goed plan, zorgt voor teveel onrust”. “Misschien is een filmpje een beter idee”. “Volgens mij is dit storend”. “Omdat het de orde verstoord”.
• Overige ideeën en tips:
Een papa/mama dag, opa/oma dag om het jaar lijkt ons erg leuk. Liever 4 keer per jaar een gesprek. Ik zie graag alle e-‐mails bcc (anoniem). Een inloopavond/open dag lijkt ons leuk. Graag een terugkoppeling van de leerkracht die bijvoorbeeld groep doorbrekend rekenen geeft. Dit zelfde geldt voor met de logopedist. Graag snellere melding bij verandering van gedrag, zowel positief als negatief. Ik zie graag een situatie waarbij de leerkrachten, intern begeleider, logopedisten en de ouders samen komen. Ik vind de school zeer betrokken. Het huisbezoek werd zeer op prijs gesteld. Ik voel me serieus genomen dor school. Er is goed contact per email en bellen kan ook altijd. De korte lijnen met school is prima. Helder, duidelijk en nuchter. Meer informele contactmomenten. Meer mogelijkheden tot ouderhulp. Een gezellige avond voor ouder en kinderen samen.
Hoofdstuk 4: Bespreken van data In dit hoofdstuk worden de verzamelde data geanalyseerd, geïnterpreteerd en besproken. De huidige situatie is in kaart gebracht. Om deze situatie goed in kaart te kunnen brengen heeft de onderzoeker de volgende vragen gesteld: ‘Wat is huidige situatie op de Ambelt ’t Ravelijn m.b.t. de ouderbetrokkenheid?’ De deelvragen die beantwoord worden: Deelvraag 3: Wat zijn de huidige uitgangspunten en wat zie je van deze uitgangspunten terug in de praktijk (ouderavond, nieuwsbrieven, contact telefoon/email, ouderparticipatie, oudercommissie of medezeggenschapsraad, etc.)? Deelvraag 4: Voelen de ouders zich momenteel betrokken bij de school en waar zien zij verbeteringen m.b.t. ouderbetrokkenheid binnen de school? Deelvraag 5: Hoe kijkt het team aan tegen ouderbetrokkenheid? De antwoorden op de gestelde vragen:
• Deelvraag 3: Wat zijn de huidige uitgangspunten en wat zie je van deze uitgangspunten terug in de praktijk (ouderavond, nieuwsbrieven, contact telefoon/email, ouderparticipatie, oudercommissie of medezeggenschapsraad, etc.)? De Ambelt ’t Ravelijn heeft als doel ouders/verzorgers zoveel mogelijk bij de school te betrekken. Dit komt naar voren in de beleidsdocumenten en in de schoolgids. Verder worden er vooral praktische zaken rondom ouderbetrokkenheid besproken. Er wordt geen duidelijk beeld geschetst van de visie en missie rondom ouderbetrokkenheid. De adjunct directeur van Ambelt ’t Ravelijn heeft een heel duidelijk doel voor ogen in wat zij als ideale situatie zien met betrekking tot ouderbetrokkenheid. Op de Ambelt ’t Ravelijn is geen ouderbeleidsplan aanwezig, in het theoretisch kader worden meerdere voorbeelden genoemd van instrumenten die te gebruiken zijn om een duidelijke visie te ontwikkelen in het vergroten van de ouderbetrokkenheid. De vormen van ouderbetrokkenheid die op dit moment worden toegepast op Ambelt ’t Ravelijn zijn vooral de meest gebruikelijke vormen van contactmomenten die op andere scholen ook worden ingezet, dit zijn: Informatieavonden en rapport/leerling besprekingen. Daarnaast worden er jaarlijks eenmalig bij elke leerling huisbezoeken gedaan. Ook worden er nog meer mogelijkheden tot intensiever contact genoemd in situaties wanneer er zorgen zijn rondom de leerling of wanneer er problemen zijn in de thuissituatie, dit zijn: een contactschrift met de leerkracht (dit kan ook per e-‐mail) en contact met de schoolmaatschappelijk werkster. De opkomst tijdens deze oudercontactmomenten is niet 100 procent. In het gesprek met de adjunct directeur komt wel als doel naar voren dat zij graag de opkomst tijdens de oudercontact momenten op 100 procent wil hebben. Zij vraagt de leerkrachten dan ook zo flexibel mogelijk naar ouders te zijn met het plannen van deze oudercontactmomenten, door bijvoorbeeld de ouders meer inspraak te geven in een passend moment.
• Deelvraag 4: Voelen de ouders zich momenteel betrokken bij de school en waar zien zij verbeteringen m.b.t. ouderbetrokkenheid binnen de school? Over het algemeen zijn de ouders/verzorgers van Ambelt ’t Ravelijn tevreden over de betrokkenheid van de school. De ouders/verzorgers vinden dat er voldoende contactmomenten zijn over het schooljaar en dat de inhoud van de gesprekken goed is. Er kwamen ook een aantal kritische opmerkingen naar voren uit de vragenlijst. Het is fijn om te weten dat er veel positieve reacties zijn, maar de verbeterpunten zijn belangrijk om de ouderbetrokkenheid te kunnen vergroten. Ook kwamen veel ouders met tips en ideeën om de betrokkenheid te vergroten. In de grafieken (figuur 4 en 5) is een goede verklaring te vinden voor de verschillende opkomsten. Op Ambelt ’t Ravelijn zijn dit jaar in de jongste groep en in de middenbouw veel nieuwe kinderen gekomen. Er is te zien dat hier een opkomst is van 100 procent is. Een verklaring voor deze percentages is dat dit veelal nieuwe ouders/verzorgers zijn die behoefte hebben aan (nieuwe) informatie van de school. Vooral in de oudere groepen ziet de onderzoeker dat er weinig, minder opkomst is in vergelijking met andere groepen. Een oorzaak hiervoor kan zijn dat de leerlingen die in deze groepen zitten al jaren op Ambelt ’t Ravelijn zitten, soms in dezelfde groep met dezelfde leerkracht. Deze ouders zijn al meerdere jaren met (dezelfde) informatie voorzien over de school en de werkwijze. Ambelt ’t Ravelijn zouden als school juist deze ouders, van de oudere groepen, willen zien. De leerlingen die in de oudere groepen zitten zijn veelal schoolverlaters, dit betekent dat zij na dit schooljaar een keuze moeten gaan maken over het vervolg onderwijs. De leerkrachten geven tijdens deze informatieavond veel informatie over dit vervolgtraject.
• Deelvraag 5: Hoe kijkt het team aan tegen ouderbetrokkenheid? Over het algemeen zijn de leerkrachten op Ambelt ’t Ravelijn redelijk tevreden over de ouderbetrokkenheid. Uit de vragenlijst scoort de school een 2,8 gemiddeld. De leerkrachten vinden dat zij goed zijn in de omgang en ondersteuning van zorgleerlingen en dat zij hierover goede afspraken hebben met ouders. Dit is een sterke kant van de school, ook omdat zij gespecialiseerd zijn in kinderen met psychiatrische problematiek doen de leerkrachten veel om ouders te ondersteunen en om met hen in contact te blijven. Een minder sterke kant vindt het team het ouderbeleidsplan. De score is op dit onderdeel een 1,5. De leerkrachten vinden dit dus een verbeterpunt.
Hoofdstuk 5: Conclusies Voorafgaand aan het onderzoek is de volgende onderzoeksvraag geformuleerd: “Wat is de huidige situatie van Ambelt ’t Ravelijn m.b.t. ouderbetrokkenheid?” Uit gesprekken met de adjunct-‐directeur komt naar voren dat zij een duidelijk doel voor ogen heeft. “School-‐ouderbetrokkenheid of partnerschap tussen school en ouders is geen doel op zich, maar een middel om uiteindelijk samen betere voorwaarden te scheppen voor de ontwikkeling en het leren van het kind, de leerling. Dat is het gezamenlijke belang van ouders en school, want wie wil niet het beste voor zijn kind c.q. 'zijn' leerling? Als we van daaruit handelen dan zijn we gelijkwaardige partners en dan ligt er een wereld aan kansen voor ons”. De adjunct-‐directeur vraagt de leerkrachten ten opzichte van ouders flexibel te zijn en ouders met bepaalde zaken tegemoet te komen. Zelf is zij ook erg bereid om met ouders in gesprek te gaan en tot goede oplossingen en ideeën te komen. Vanuit de leerkrachten is ook een goede houding te zien ten op zichtte van ouderbetrokkenheid. De leerkrachten op Ambelt ’t Ravelijn willen goede contacten met ouders en zijn bewust bezig om ouders/verzorgers van de leerlingen zoveel mogelijk bij de school te betrekken. Ook geven de leerkrachten aan dat zij de ouders zoveel mogelijk willen ondersteunen in de rol van opvoeder. De leerkrachten blinken vooral uit in de omgang en ondersteuning van zorgleerlingen. Zij maken met de ouders van deze leerlingen afspraken over de verschillende taken die worden uitgevoerd. Ook de ouders/verzorgers geven een aantal sterke kanten aan van Ambelt ’t Ravelijn. Zij zijn bijvoorbeeld erg tevreden dat zij iedere week de weekbrief van de groepsleerkracht krijgen. Veel leerlingen van Ambelt ’t Ravelijn houden, gezien hun problematiek, school-‐ en de thuissituatie gescheiden. Voor veel ouders/verzorgers is het fijn om te weten wat de leerlingen mee maken op school, in de weekbrief staat een kort verslag van de week. Zo kunnen ouders/verzorgers thuis toch inhaken op wat er op school gebeurt. De ouders/verzorgers geven aan dat op Ambelt ’t Ravelijn een prettige sfeer hangt en dat zij zich welkom voelen. Het huisbezoek dat jaarlijks plaatsvindt zien zij ook als een goed initiatief. Veel ouders/verzorgers zijn, gezien de afstand tussen school en thuis, blij met het email contact dat zij hebben met de leerkrachten van hun kind. De ouders/verzorgers geven ook aan dat zij het fijn vinden om het handelingsplan van hun zoon of dochter ter voorbereiding thuis te ontvangen, zodat zij deze informatie zo goed door kunnen lezen en tijdens het oudergesprek hierover vragen kunnen stellen. Verder zijn er ook een aantal ouders/verzorgers die meegedaan hebben aan de PAD oudercursus, deze wordt gegeven door de maatschappelijk werkster en de autisme coach van Ambelt ’t Ravelijn. De ouders/verzorgers die hieraan hebben meegewerkt hebben dit als zeer positief ervaren. Uit het onderzoek komen ook een aantal verbeterpunten naar voren: De leerkrachten op Ambelt ’t Ravelijn geven aan dat zij als school een ouderbeleidsplan missen.
Ook vinden de leerkrachten dat de groepen te weinig kennismaken met de voorzieningen uit de omgeving van de school. In deze twee bovenstaande punten willen zij graag verbetering zien. De ouders/verzorgers van de leerlingen van Ambelt ’t Ravelijn hebben ook een aantal verbeterpunten voor de school. Zo vinden zij dat de contactmomenten te kort zijn en ze willen graag meer contactmomenten over het jaar zien. De ouders/verzorgers geven ook aan dat ze graag contact willen hebben met bijvoorbeeld de intern begeleider, logopedist en de fysiotherapeut. Zij zouden graag met deze personen over de toekomt en de ontwikkeling van hun kind praten in plaats van alleen met de leerkracht. Een aantal ouders/verzorgers geven ook aan meer informele, gezellige avonden en/of contacten te willen met school en de ouders van de andere leerlingen. Dit door middel van bijvoorbeeld een gezellige avond of door meer ouderhulp te verlenen op school. Samengevat is de conclusie is helder, er wordt al veel gedaan op het gebied van ouderbetrokkenheid op Ambelt ’t Ravelijn. Er wordt door de leerkrachten hard gewerkt om de ouders zoveel mogelijk te betrekken binnen de school en de ontwikkeling van het kind. Ook de ouders zijn over het algemeen positief. Ook zijn er nog een aantal verbeterpunten. Hoe er aan deze verbeterpunten gewerkt kan worden komt in hoofdstuk 6 aan bod.
Hoofdstuk 6: Aanbevelingen Uit het onderzoek komt naar voren dat er een aantal verbeterpunten zijn. In dit hoofdstuk worden er aanbevelingen genoemd om tot verbetering te komen in het vergroten van de ouderbetrokkenheid.
• Zorg voor een duidelijke en concrete visie en draag deze uit. Deze visie kan gebaseerd zijn op een van de standaarden van Joyce Epstein (PTA, 2013), belangrijk is om hierin rekening te houden met de vijf factoren (Smit, Fluiter en Driessen, 2006) die belangrijk zijn om tot succes in ouderbetrokkenheid te komen. Verwerk dit in een ouderbeleidsplan.
• Wees duidelijk in de contacten met ouders en wat er van hen wordt verwacht. Geef aan bij ouders dat zij ook bepaalde dingen van de school mag verwachten en hen daarop aan kan/mag spreken wanneer dit niet gebeurt. Geef ouders het gevoel dat zij belangrijk zijn. Vaak hebben ouders zelf het gevoel dat ‘de professional’ het beter weet. Ook de informatie die ouders hebben is belangrijk. ‘Ouders met een laag opleidingsniveau waarderen de ondersteuning van school’ (Berg, Christiaanse, Dankers, & Groot -‐ Ketelaars, 2013). Ouders/verzorgers hebben behoefte aan meer contactmomenten en/of meer tijd tijdens deze momenten. Kijk als school naar de mogelijkheden.
• Zorg ervoor dat de school uitnodigend is, bijvoorbeeld een aantal inloopavonden per jaar waarbij het kind de ouders/verzorgers rondleidt in de school.
• Betrek de leerling in verschillende situaties, bijvoorbeeld tijdens rapportgesprekken. Zo weet de leerling dat ouders/verzorgers en de school een gezamenlijk doel hebben, namelijk het beste voor het kind.
• Voor meer (informele) contacten met ouders/verzorgers zijn dit o.a. mogelijkheden uit het boek ‘succes met ouders’ (Berg, Christiaanse, Dankers, & Groot -‐ Ketelaars, 2013):
o Het welkomsgesprek. o Kijkmomenten in de groep. o Het klassenboek. o De ouderkring. o Het terugkijkboek. o Een weblog. o De themabrief. o De knutseltas. o Ouderhulpkaarten. o Helpende handen. o Ouders als expert.
o Ouderkamer.
• Ouderhulp gebruiken voor meer activiteiten in de omgeving.
6.1 Vervolgstappen in het onderzoek De huidige situatie is met dit onderzoek in kaart gebracht. Vanuit deze situatie wordt P2 begonnen, waarin het proces tot het ontwikkelen van de gewenste situatie begint.
Reflectie op het onderzoek In dit hoofdstuk wordt er door de onderzoeker een reflectie gegeven op het onderzoek. Over het algemeen ben ik tevreden met wat het onderzoek heeft opgeleverd. Er ligt een mooie basis om op verder te gaan in P2. Door het onderzoek is het mogelijk om concreet aan de slag te kunnen in P2. Voor mij was het de eerste keer dat ik in de rol van onderzoeker gekropen ben. Van nature ben ik een doener, ik wil direct aan de slag. In de rol van onderzoeker heb ik vooral geleerd om eerst goed de tijd te nemen en alles goed voor te bereiden om tot het gewenste resultaat te komen. In P1 ben ik een aantal keren even vastgelopen en overzag ik even niet meer hoe ik tot het uiteindelijke doel moest komen. De oorzaak hiervan is omdat we te snel zijn gestart met het verzamelen van data. Belangrijk is om de tijd te nemen om het onderzoek goed voor te bereiden, zorgen dat de dataverzamelingstechnieken die toegepast worden datgene opleveren wat het zou moeten doen. Ik vind dat we hierin concreter hadden kunnen zijn naar de respondenten toe om zo een nog duidelijker beeld te schetsen van de huidige situatie. Uiteindelijk heeft het onderzoek wel genoeg opgeleverd om verder te kunnen in P2. Verder vond ik het in het begin lastig om op het juiste aggregatieniveau te komen. Omdat ik werkzaam ben binnen de Ambelt ’t Ravelijn waar ik het onderzoek deed was het lastig om objectief naar de organisatie te kijken. Uiteindelijk vind ik dat dit wel goed gelukt is. Gaande weg ik meer literatuur ben gaan lezen werd het steeds makkelijker om de organisatie goed te plaatsen binnen wat erover ouderbetrokkenheid geschreven is. Wanneer ik mezelf de vraag stel wat ik in het vervolg anders zou doen, zou ik ervoor kiezen om mijn tijd eerst te wijden aan literatuuronderzoek en van daaruit mijn onderzoek gaan vormgeven. Met die basis is makkelijk om je de juiste af te vragen met betrekking tot het onderwerp. Daarnaast zou ik voordat de vragenlijsten die gebruikt worden naar de respondenten gestuurd worden eerst kritisch worden bekeken om er zo zeker van te zijn dat de juiste vragen gesteld worden en zo er ook zeker van te zijn dat het de juiste informatie oplevert.
Bibliografie
• Alkema, Dam, v., Kuipers, Lindhout, & Tjerkstra. (2006). Meer dan onderwijs. Assen: Van Gorcum.
• Berg, I. v., Christiaanse, H., Dankers, L., & Groot -‐ Ketelaars, E. (2013). Succes met ouders. Barcelona: Índice Art Gràfiques.
• Cijvat, H., & Voskens, C. (2008). Een onderzoek naar de rol van ouders in het primair onderwijs. Amersfoort: CPS.
• (2013, December 22). Opgehaald van PTA: http://www.sllo.nl/pta.html
• Hoover-‐Demspey, Walker, Sandler, Whetsel, Green, Wilkins, & Closson. (2005). Why
Do Parents Become Involved? Research Findings an Implications. The Elementary School Journal, 105-‐130.
• Marzano, R.J., Marzano, J.S., &Pickering, D.J. (2010). ‘Wat werkt: pedagogisch
handelen en klassenmanagement.’ Vlissingen: Bazalt.
• McWayce, C., Hampton, V., Fantuzzo, J., Cohen, H., & Sekino, Y. (2004). A multivariate examination of parent involvement and the social and academic competencies of urban kindergarten children. Psychology in the Schools. 41 (3), 363 -‐ 377.
• Menheer & Hooge. (2010). Ouderbetrokkenheid in het onderwijs. Een
literatuurstudie naar de betekenis van ouderbetrokkenheid voor de schoolse ontwikkeling van kinderen. Hogeschool van Amsterdam: Kenniscentrum Onderwijs en Opvoeding. Gevonden op 12-‐03-‐2013 van http://www.hva.nl/kenniscentrum-‐doo/wp-‐content/uploads/2012/04/nr.-‐05-‐%20Ouderbetrokkenheid-‐in-‐het-‐onderwijs-‐def.pdf
• Pameijer, N., Beukering, T. v., & Lange, S. d. (2009). Handelingsgericht werken: een
handreiking voor het schoolteam. Samen met collega's, leerlingen en ouders aan de slag. Leuven: Acco.
• Prins, Wienke, & Rooijen, v. (2013). Ouderbetrokkenheid in het onderwijs. Nji,
15.PTA. (2013, December 20). Opgehaald van PTA: http://pta.org/
• SO De Ambelt. (2013). Schoolgids SO de Ambelt. Gedownload op 20-‐12-‐2013, van www.ambelt.nl
• Smit, F. (2012). Ouders en school: succesfactoren voor betrokkenheid. Amsterdam:
uitgeverij SWP.
• Smit, Fluiter, & Driessen. (2006). Literatuurstudie ouderbetrokkenheid in internationaal perspectief. Radboud Universiteit Nijmegen: ITS.
• Vries, d., Cox, Heldoorn, & Galjaard. (2012). In tien stappen naar een goede
samenwerking tussen school en ouders. Amersfoort: CPS Onderwijsontwikkeling en advies.
• Vries, P. d. (2013). Ouderbetrokkenheid 3.0. Amersfoort: CPS.
• Werkgroep ouderbetrokkenheid Driestar Educatief. (2013).
Bijlage 1: Vragenlijst ouders 4 vragen over de ouderbetrokkenheid:
1. Ik vind dat er op dit moment voldoende contactmomenten zijn met de school. (denk hierbij aan ouderavonden/rapportbesprekingen etc.)
Ja / Nee omdat:
2. Ik ben tevreden over de inhoud van de contactmomenten. Ja / Nee omdat:
3. Ik word voldoende op de hoogte gehouden d.m.v. nieuwsbrieven/weekbrieven en ik ben tevreden over de manier van verzenden.
Ja / Nee omdat:
4. Ik heb behoefte om een aantal momenten per jaar in de klas mee te kijken. Ja / Nee omdat:
Als het gaat om contact vanuit school met ouders zou ik het volgende graag mee willen geven (zowel positief als negatief):
Bijlage 2: Vragenlijst team Ouderbetrokkenheid Excellente scholen hebben te maken met betrokken ouders en omgeving. Ze doen hun best om ouders bij de school te betrekken. Het gaat daarbij om de ontwikkeling van kinderen te bevorderen door een goede relatie met ouders te hebben. Daarvoor wordt er veel en op meerdere manieren met de ouders gecommuniceerd. De omgeving van excellente scholen is vaak erg betrokken en de school staat hier open voor. Onder de betrokken omgeving valt ook het bestuur dat moet weten hoe het er op de betrokken scholen voor staat. Het onderwijs adviesbureau Cedin heeft een onderzoek gedaan onder 18 Drentse scholen. Deze scholen hebben zich allemaal aangemeld met als doel een excellente school te worden. De scholen moesten voor het onderzoek een vragenlijst invullen met betrekking tot de volgende onderdelen:
• Positieve schoolcultuur • Uitvoeren van evaluaties • Gestandaardiseerde en aangepaste curricula en instructie • Sterk leiderschap • Professionele en positief ingestelde leraren • Betrokken ouders en omgeving
De uitkomst van deze vragenlijst geeft aan waar de sterke punten en de ontwikkelpunten van de scholen liggen. Het doel naar aanleiding van deze vragenlijsten is om je als school verder te ontwikkelen tot een excellente school door de ontwikkelpunten te verbeteren. Omdat wij op dit moment bezig zijn om de ouderbetrokkenheid binnen onze school te vergroten hebben wij op 19 november jl. deelgenomen aan de studiemiddag van “Expertisepunten ouderbetrokkenheid”. Hier hebben wij meegegaan met verschillende workshops, zo hebben we ook meegedaan aan de workshop: “Op weg naar een excellent ouderbeleid” gegeven door Roelof Beek van Drentse Onderwijs monitor en werkzaam voor onderwijs adviesbureau Cedin. Tijdens deze workshop moesten wij onder andere de vragenlijst “Betrokken ouders en omgeving” invullen. Door deze vragenlijst in te vullen krijg je een duidelijk beeld waar je op dit moment staat als school met betrekking tot ouderbetrokkenheid. Om zicht te krijgen hoe ons team binnen de school over ouderbetrokkenheid denkt willen wij graag deze vragenlijst onder hen af nemen. Wij willen graag inzicht krijgen in onze sterke punten en ontwikkelingspunten op het gebied van ouderbetrokkenheid, zodat wij weten als school waaraan wij zelf kunnen werken om de ouderbetrokkenheid te vergroten.
Ouderbetrokkenheid 1 = oneens 2 = redelijk eens 3 = mee eens 4 = helemaal mee eens
⎯ Ik wil verder gaan in de contacten met ouders dan op een gemiddelde school. 1 2 3 4
⎯ Ik doe bewust mijn best om de ouders van de leerlingen bij de school te betrekken. 1 2 3 4
⎯ Ik kan meerdere manieren opnoemen waarop ik de ouders bij de school probeer te betrekken. 1 2 3 4
⎯ Er bestaat een vertrouwensrelatie tussen mij en de ouders van de leerlingen uit mijn klas. 1 2 3 4
⎯ Ik ondersteun de ouders in hun rol als opvoeder. 1 2 3 4
⎯ Voor de omgang met en ondersteuning van zorgleerlingen maak ik afspraken met de ouders over mijn inspanningen en die van hen. 1 2 3 4
⎯ De leerlingen van mijn groep maken kennis met de voorzieningen uit de omgeving door bezoeken van/op school langs komen van politie, brandweer, bibliotheek, andere scholen, musea, bedrijven, sportvereniging e.d. 1 2 3 4
⎯ De ouders zijn tevreden over het onderwijs in mijn groep (ouderenenquête) 1 2 3 4
⎯ Het bestuur van onze school is goed op de hoogte van de gang van zaken op onze school en de kwaliteit van de opbrengsten van ons onderwijs 1 2 3 4
⎯ Onze school blinkt uit in ouderbeleid en dat wordt door andere scholen (h)erkend 1 2 3 4