VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie...

9

Click here to load reader

Transcript of VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie...

Page 1: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1

VLAAMSEGEMEENSCHAPSCOMMISSIE

DE RAAD

ZITTING 1989-1990 30 OKTOBER 1989

BELEIDSVERKLARING

VAN HET COLLEGE

3

Page 2: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef
Page 3: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

- 3 - STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1

BELEIDSVERKLARING VAN HET COLLEGE

Bij de installatievergadering van de Vlaamse Ge-meenschapscommissie op 14 juli heeft het College dekrachtlijnen van zijn beleid geformuleerd. Met deverklaring van vandaag wil het College het beleid dathet de volgende jaren zal voeren aan uw goedkeuringvoorleggen.

College- en commissieleden hebben toen gepleitvoor een duidelijke profilering van onze gemeenschapin Brussel, waarbij de positieve verworvenheden vande voormalige N.C.C. voortgezet worden, het Brus-selse samenwerkingsmodel ook door de VlaamseGemeenschapscommissie gehanteerd wordt en deband met Vlaanderen versterkt wordt.

Onze gemeenschap schreef geschiedenis inBrussel :

« Het imago van het Nederlands is op één generatiegemuteerd van patois (« Keer naar uw dorp ») tot eengerespekteerde en aantrekkelijke cultuurtaal (« LeNéerlandais, une chance en plus» ).

» Van een minderheid in de diaspora zijn wij eeninnoverende gemeenschap geworden.

» Wij blijven een minderheid in een stad vanminderheden, maar de status van een taal, van eencultuur en van een volk wordt niet afgelezen uitverkiezingscijfers alleen. De gevreesde liberté du pèrede famille is omgebogen tot een suksesverhaal voorhet Nederlandstalig onderwijs. Op artistiek gebied :« Ce sont les Flamands qui bougent, qui ont reprispied dans cette ville ».

» In Brussel is een Vlaams netwerk uitgebouwd vansociaal-culturele raden, trefcentra, opbouwwerk,jeugdwerk, welzijnswerk, seniorenwerk, leefmilieu-projekten en initiatieven voor migranten.

» De installatie van de Nederlandse Commissievoor de Cultuur is een keerpunt geweest.

» De synergie van een eigen Vlaamse overheid envan burgerinitiatief heeft die ommekeer mogelijkgemaakt. En nu is er een kans voor een nieuw elan,un deuxième souffle, deze keer niet vanuit eendefensieve positie, maar vanuit de vanzelfsprekendedeelname aan de macht als vertegenwoordigers vande meerderheid van het land, in onze hoofdstad. »

Tot daar een citaat uit de spitante ll-juli-bood-schap aan de leden van de Vlaamse Gemeen-schapscommissie opgesteld door Brusselse koepel-organisaties.

Onze stad zelf zit in een stroomversnelling. Deinternationalisering van Brussel zal de samenstellingvan de bevolking nog heterogener maken dan tot opheden reeds het geval is.

En waar situeert zich onze gemeenschap in ditpluricultureel gebeuren?

Eigen identiteit behouden en versterken

Ons beleid onderstelt dat onze gemeenschap haareigen identiteit behoudt en versterkt. In een stad vanminderheden zal niet zozeer het aantal, maar dekwaliteit van doorslaggevend belang zijn. De instel-lingen en organisaties die de laatste decennia vanonderuit gegroeid zijn, hebben slechts een toekomstvoor zich, indien ze zichzelf kritisch bevragen en detekenen van de tijd tijdig onderkennen. Zij staan voorde uitdaging om zich te oriënteren op de veranderin-gen die zich in onze eigen gemeenschap voltrekken enop de grote mutatie die de stad ondergaat. Dekwaliteit van onze onderwijs- cultuur- en welzijns-voorzieningen kan een sterke aantrekkingskracht uit-oefenen op de Brusselaars. De Vlaamse Brusselaarzal zich in zijn stad blijvend thuisvoelen als onzevoorzieningen als levensnabij en gemeenschapsbevor-derend worden ervaren. Dit veronderstelt een groteopenheid en de wil tot samenwerking tussen overheid,particulier initiatief en burgers.

Ten aanzien van de Franstalige Gemeenschap inBrussel kiezen wij voor een offensieve strategiebinnen het consensusmodel. Correcte machtsdeling inhet Gewest, evidente tweetaligheid in de bi-commu-nautaire sector en gelijkwaardigheid in de samen-werking wanneer het om gemeenschapsaangelegenhe-den gaat die we samen dienen aan te pakken, zoalsbijvoorbeeld een musea-campagne, het toerisme, e.d.

Ook ten aanzien van de internationale gemeen-schappen in Brussel willen wij, Vlaamse Brusselaars,onze culturele ambassadeursfunctie opnemen.

De migrantenproblematiek dient vanuit een Euro-pees humanisme benaderd te worden.

De Vlaamse Gemeenschapscommissie

De Vlaamse Gemeenschapscommissie is de plaatsbij uitstek waar het politiek debat kan gevoerdworden over een te voeren Brusselbeleid.

Over alle filosofische en partijpolitieke strekkingenheen zullen het elan en de vitaliteit van de VlaamseGemeenschap te Brussel er de hoofdbekommernisvormen.

Page 4: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1 - 4

Op dit politiek forum zal door het samenspel vanCollege en commissieleden een nieuw Brussel kunnenuitgetekend worden. De Vlaamse Gemeenschaps-commissie geeft de commissieleden de kans op demo-cratische controle en initiatiefrecht. Dit nieuwe gege-ven is veelbelovend.

Meer nog, dit « parlementaire werk » kan aanlei-ding zijn tot bijzondere aandacht voor signalen dievanuit de basis gegeven worden aan de beleidmakers.

Op een systematische wijze zullen gegevens ingeza-meld worden over de context waarin een toekomstigbeleid moet geprojecteerd worden.

Als specifiek Brussels bestuur moet zij in positievesamenwerking met de Vlaamse Gemeenschap haarsuppletieve opdracht waarmaken. Dit betekent dathet beleid zich vooral richt op het profileren enoriënteren van voorzieningen naar noden van deVlaamse Gemeenschap te Brussel.

Cultuurbeleid in een pluriculturele stad

Brussel is best gediend met een Vlaamse Gemeen-schap die een sterke identiteit heeft en een duidelijkprofiel uitstraalt. De Vlaamse Gemeenschap en deVlaamse Gemeenschapscommissie moeten samenzorgen voor onze culturele presentie in onze hoofd-stad, Brussel dient het publieke forum te zijn vanonze Nederlandse cultuur in Europa. Het artistiekeleven moet er dan ook een kwalitatief hoog eninternationaal niveau hebben. De culturele uitstralingdient versterkt te worden door’ de evidente samen-werking van de Vlaamse Gemeenschap en deVlaamse Gemeenschapscommissie. Derhalve dientook de aanwezigheid van het Nederlands in hetstadsbeeld vergroot te worden; de cultuurpromotie en-informatie zal samen met de culturele dienstverle-ning verder uitgebouwd worden. Met het cultureeltoerisme zullen wij bijdragen tot de promotie vanBrussel in binnen- en buitenland. Onze medewerkingin het Vlaams Commissariaat Generaal voor Toe-risme vormt de basis voor hernieuwde toeristischesamenwerking van de beide taalgemeenschappen teBrussel.

Het sociaal-cultureel werk moet verankerd blijvenin de gemeenten en wijken. Raden en trefcentrazullen geherstructureerd worden in eigentijdse ge-meenschapscentra die zich richten op de individueleburger en de zelforganisatie van verenigingen. Hetnetwerk van verenigingen en organisaties, met succesopgebouwd in de laatste decennia, moet steun enruimte krijgen om zich aan te passen aan het nieuweBrussel, waar de behoefte aan « verenigd » zijn zichop een andere wijze stelt. De vereniging is immers deplaats bij uitstek voor gemeenschapsvorming. Samen

-

met de Vlaamse Gemeenschap zullen we vorm gevenaan een centrum voor kunstzinnige vorming en ama-teuristische kunstbeoefening.

Het Nederlandstalig bibliotheekwezen is een mid-del bij uitstek om de cultuur te bevorderen en tespreiden. De Hoofdstedelijke Openbare Bibliotheek,die uitstekend werk verricht in het hart van de stad,zal uitgebouwd worden tot een centrale openbarebibliotheek met het oog op de verdere ontwikkelingvan een netwerk van plaatselijke openbare bi-bliotheken.

De Vlaamse Gemeenschapscommissie zal onder-handelen met de gemeentebesturen voor de realisatievan gemeentelijke of intergemeentelijke Nederlands-talige bibliotheken, rekening houdend met de be-staande initiatieven.

De Hoofdstedelijke Openbare Bibliotheek moet,samen met andere culturele instellingen, haar hoofd-stedelijke rol ten volle kunnen vervullen ten aanzienvan haar Brussels publiek en de talrijke pendelaars,ten aanzien van de Nederlandstaligen en van anders-taligen die openstaan voor onze cultuur. Bovendienkan de Hoofdstedelijke Openbare Bibliotheek eenbelangrijke culturele informatietaak vervullen.

Het jeugdbeleid staat voor een zware uitdaging indeze complexe stad. Van een homogene categoriejeugd is helemaal geen sprake meer, niet alleen omdatjeugdgeneraties elkaar snel opvolgen, maar evenzeeromdat een eenduidige jeugdcultuur verdwenen is.Jeugd- en welzijnsbeleid zullen stevig met elkaarmoeten verbonden worden om antwoord te geven opde verwachtingen van jongeren die zich situeren vanjeugdbewegingsleden tot randgroepjeugd. Jeugdac-tieonderzoek en samenwerking met de diverse jeugd-verantwoordelijken en -instellingen zullen ons in staatstellen om een vernieuwend jeugdwelzijnsbeleid tevoeren voor de toekomst. Bijzondere aandacht zalgaan naar de vorming van laaggeschoolde jongeren enjongvolwassenen.

Sport zit nog duidelijk in de lift. Onvoldoendetoegankelijkheid van sportinfrastructuur voor Ne-derlandstalige clubs enerzijds en een krap budgetanderzijds zijn zware handicaps voor ons sportbeleidin Brussel. Met de bijkomende middelen van hetBLOS0 heeft de voormalige N.C.C. de laatste jareneen duw kunnen geven aan de sportbeoefening inBrussel, via sportanimatie, sportkampen, nieuwesportcompetities, inhuren van sportzalen, enz.

Van de Vlaamse Gemeenschap verwachten wij datdeze sporthulp eindelijk structureel wordt vertaald;zo moet onder meer het inschakelen van sportanima-toren mogelijk gemaakt worden zodat het Vlaamsdecreet terzake uitvoerbaar wordt.

Page 5: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

- 5 -

De sportactie « Brabant en Brussel sportief » heeftbewezen dat extra-middelen vanuit de Vlaamse Ge-meenschap voor sport meteen renderen in Brussel.

Met de bevoegde instanties zal overleg gepleegdworden over de problematiek van de universitairesportinfrastructuur te Brussel.

Het derdeleeftijdsbeleid moet rekening houdenmet het feit dat zich binnen de bejaardenpopulatietwee trends duidelijk aftekenen : enerzijds het stij-gend aantal hoogbejaarden (men spreekt reeds van devierde leeftijd), anderzijds dient zich een groep vanjonge senioren aan, omwille van de vervroegde pen-sioneringsstelsels. Er zal een seniorenbeleid gevoerdworden dat een afdoend antwoord kan bieden aan deaspiraties van deze heterogene groep senioren.

Een gedifferentieerd en kwalitatief aanbod vanculturele activiteiten, aangepast aan het wijk- of hetstedelijk niveau, moet de participatie aan onzecultuur bevorderen.

We zullen het Vlaamse netwerk van seniorenvere-nigingen en -organisaties verder ondersteunen enruimte scheppen voor initiatieven ter vrijwaring vaneen pluralistische samenleving.

De senioren zijn veel zelfbewuster en mondigergeworden. Wij moeten er dan ook voor zorgen datdeze groep niet gemarginaliseerd wordt zowel binnenzijn eigen omgeving als binnen de samenleving. Desenioren moeten de kans krijgen om mee vorm tegeven aan het seniorenbeleid. Vanuit het sociaal-cultureel werk dient een aanbod geformuleerd teworden om de kennis, inzet en werkkracht van desenioren aan te wenden voor de jongere generaties.De solidariteit tussen jonge en oudere senioren moetgestimuleerd worden.

Het derdeleeftijdsbeleid geeft ons de unieke kansom de brug te slaan tussen cultuur en welzijn.

Een Vlaams welzijnsbeleid in Brussel

In een grootstedelijk milieu zijn de sociale enpersoonlijke noden van de inwoners nu eenmaalgroter dan elders. Welzijnsvoorzieningen dienen eroptimaal uitgebouwd te zijn. De vrije keuze tussenopenbare en private instellingen moet gewaarborgdblijven, evenals het ideologische en filosofisch plura-lisme.

Onze : bevoegdheid,. over persoonsgebonden mate-ries moet -ons nu de kans bieden om een specifiekantwoord te geven aan de problemen van VlaamseBrusselaars.

STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1

De Vlaamse Gemeenschapscommissie kan hiertoesuppletief optreden, maar blijft wezenlijk verbondenmet de Vlaamse Gemeenschap.

De Vlaamse Raad dient ervoor te zorgen dat deVlaamse welzijnsdecreten en voorzieningen, gemaaktop de maat van Vlaanderen, toepasbaar zijn inBrussel. De Nederlandstaligen hebben ook recht opeen gelijkwaardig aanbod.

De Nederlandstalige welzijnsvoorzieningen inBrussel zijn onvoldoende uitgebouwd, de behoeftenen noden zijn groot en er is gebrek aan mensen enmiddelen. Daarom zal de Vlaamse Gemeen-schapscommissie de globale welzijnsnoden in kaartbrengen en in funktie daarvan zal een beleid uitge-bouwd worden met een integrale aanpak (categoriaal,territoriaal en methodisch) in nauw overleg met dewelzijnssector.

Er zal een samenwerkingsmodel uitgetekend wor-den waarbij de voorzieningen zich profileren naardoelgroep, probleemdomein en methode. Dit veron-derstelt dat de verschillende welzijnsmodellen eerdercomplementair dan concurrentieel zullen zijn. Dehulpverlening moet efficiënt zijn en toegankelijkdoorzichtig en mensvriendelijk ten aanzien van men-sen in noodsituaties, voor wie drempels al hooggenoeg zijn.

Dit model moet de hulpverleners de mogelijkheidgeven te werken rond een goede hulpvraaganalyse diede hulpvrager op een autonome manier betrekt in deoplossing van zijn moeilijkheden.

De Vlaamse Brusselaar wordt dagdagelijks gecon-fronteerd met andere culturen en vreemde nationali-teiten; Brussel met zijn 19 gemeenten telt immers degrootste concentratie vreemdelingen; minimum 1 op4 Brusselaars is van een vreemde nationaliteit. Hetmigrantenvraagstuk is op de eerste plaats een sociaalprobleem : een zaak van menswaardig wonen,werken en leven voor onze eigen landgenoten en voorde migranten die hun buren zijn. Daarom moeten wesamen opkomen voor de eerbiediging van de rechts-staat, voor verdraagzaamheid en voor respect voor deculturele identiteit.

Aan de hand van de concrete beleidsvoorstellenvan de Vlaamse Gemeenschap en van het KoninklijkCommissariaat voor migranten, zullen we specifiekemaatregelen uitwerken op .hetvlak van welzijn. .Dezewelzijnsmaatregelen zullen gericht zijn zowel op onzeeigen landgenoten als op de migranten waarmee ze inwijken samenleven. Taallessen Nederlands en speci-fiek welzijnswerk zullen vanuit onze gemeenschapingezet worden om de integratie te bevorderen.

Page 6: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1 - 6 -

Dit welzijnsbeleid voor migranten kan echter maarslagen als een onderdeel van een integrale aanpak opde onderscheiden niveaus van gemeenten, gewest engemeenschap. De coördinatie ervan voor Brusselwerd toevertrouwd aan de Staatssecretaris, die hier-toe regelmatig overleg zal organiseren.

Onze relatie met de Vlaamse Gemeenschap

Vlaamse Brusselaars zijn volwaardige Vlamingen.Dit betekent dat de Vlaamse Gemeenschap haar volleverantwoordelijkheid moet opnemen ten opzichte vande Vlaams Brusselse bevolking. Deze band is nietalleen historisch, het gaat hier om een cultureleeenheid, een politiek strategische keuze en een troefdie niet mag kwijtgespeeld worden op een ogenblikdat deze stad op een historisch kruispunt staat.

Belangrijke beleidsbeslissingen met gevolgen voorBrussel moeten in gestructureerd overleg tussen deVlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeen-schapscommissie genomen worden. Bovendien is hetzo dat de Vlaamse Gemeenschap bijzondere aandachtmoet opbrengen voor het beleidsvoorbereidend werkdat in de schoot van de Vlaamse Gemeenschapscom-missie verricht wordt en die hierover geschikte voor-stellen formuleert teneinde ook vanuit Vlaandereneen specifiek Brussels beleid te kunnen voeren.

De Vlaamse Gemeenschapscommissie is door deBrusselwet op een bijzondere wijze verbonden metVlaanderen. De Vlaamse Gemeenschap kan haarstrategie in kaderdecreten omzetten en de uitvoeringervan op het terrein te Brussel toevertrouwen aan deVlaamse Gemeenschapscommissie. Bovendien is deVlaamse Gemeenschapsminister voor Brusselse aan-gelegenheden een belangrijke schakel tot een ver-nieuwde en efficiënte samenwerking.

Wat de financiële middelen en bevoegdheden be-treft, dienen we een onderscheid te maken tussen watVlaanderen aan de Vlaamse Brusselaars toekent viade gewone begroting van de Vlaamse Gemeenschaps-commissie enerzijds en de globale financiële inbrengin alle gemeenschapsaangelegenheden in Nederlands-talig Brussel anderzijds, met daarin het deel dat zoukunnen ter uitvoering gedelegeerd worden aan deVlaamse Gemeenschapscommissie.

Zonder vooruit te willen lopen op de nakendebegrotingsbespreking voor het dienstjaar 1990, kannu reeds gesteld worden dat de Vlaamse Gemeen-schap in Brussel in een keurslijf geprangd blijft wantafgezien van een bijkomende dotatie van 30 miljoenvoor het ganse bevoegdheidsdomein van de gezond-heidszorg en de welzijnszorg, kon er budgettair geenbijkomende ruimte gecreëerd worden voor onderwijsen cultuur. Een oordeelkundig gebruik van de midde-len om een maximum rendement te verkrijgen, lijkt

derhalve van bij de start van deze Vlaamse Gemeen-schapscommissie aangewezen.

In de loop van de legislatuur zal bij de VlaamseGemeenschap gepleit worden voor een uitbreidingvan de dotaties in het kader van de huidige bevoegd-heidsdomeinen van de Vlaamse Gemeenschapscom-missie.

Naast de bevoegdheden overgedragen aan deVlaamse Gemeenschapscommissie weten we dat hetgrootste gedeelte van de middelen en bevoegdhedenuitgeoefend worden vanuit de Vlaamse Gemeenschapzelf. Zo bedraagt bijvoorbeeld in het domein van depersoonsgebonden aangelegenheden de totale beste-ding van Vlaanderen in Nederlandstalige Brusselseinstellingen en diensten 340 miljoen.

Opgesplitst geeft dit bijna 300 miljoen voor dewelzijnszorg (waarvan 200 miljoen overwegend aande Vlaamse kinderdagverblijven en peutertuinen be-steed wordt) en ± 46 miljoen voor de gezondheids-zorg in Brussel.

In vergelijking met de globale begrotingsmiddelenvan de Vlaamse Gemeenschap vertegenwoordigendeze bedragen amper een aandeel van 1,7 % en 3 %in de bestedingen aan Vlaamse instellingen en dien-sten in respectievelijk de welzijns- en gezond-heidszorgsectoren.

Zelfs zonder rekening te houden met de specifieketoestand waarin deze voorzieningen zich in Brusselbevinden (moeilijke concurrentiepositie, discrimine-rend verleden en multicultureel hoofdstedelijk karak-ter) kan gerust gesteld worden dat deze inbreng zekermoet verhoogd worden.

Maar er is meer. Zonder maar één enkel ogenblikde fundamentele band tussen Vlaanderen en Brusselte willen in vraag stellen, dient toch gesteld dat, wil deVlaamse Gemeenschap zich nog beter kunnen profile-ren en affirmeren in Brussel, bepaalde diensten eninstellingen met de daarbijhorende kredieten geleide-lijk moeten overgedragen worden aan de VlaamseGemeenschapscommissie. Bij de Vlaamse Gemeen-schapsministers werd gevraagd naar de middelen diezij voorzien in 1989 en 1990 voor de Nederlandstaligeinstellingen en diensten in Brussel. De op dit ogenblikontvangen informatie is, eufemistisch gezegd, nogzeer summier.

Onze relatie met het beleid op gemeentelijk niveau

De Vlaamse Gemeenschapscommissie dient er meeover te waken dat de non-discriminatie ook op hetgemeentelijk vlak gerealiseerd wordt. Wij roepen deBrusselse gemeentebesturen op om ook de Vlaamsedecreten in Brussel uit te voeren.

Page 7: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

- 7 - STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1

De Vlaamse Gemeenschapscommissie moet eenplatform creëren voor onze Vlaamse schepenen engemeenteraadsleden; het College moet hen inhoude-lijke en logistieke steun geven om hun lokale op-dracht kwalitatief in te vullen. Er moet gestreefdworden naar een zo groot mogelijke concrete samen-werking tussen de Vlaamse Gemeenschapscommissie,de Nederlandstalige gemeentemandatarissen en hetplaatselijk sociaal-cultureel werk.

Met de voorschoolse voorzieningen in het Onderwijsop weg naar de verdere vernederlandsing van Brussel

In het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest telt deVlaamse Gemeenschap 82 kinderdagverblijven dieinstaan voor de opvang van ongeveer 2.600 kinderentussen 6 weken en 3 jaar. De dotaties die sedert hetbegin van de 70-er jaren ter beschikking werdengesteld, zijn praktisch volledig besteed. Rekeninghoudend met de vastleggingen vanwege de N.C.C. inhet begin van dit jaar, laten de resterende investe-ringskredieten amper nog ruimte over voor een paarnieuwe initiatieven. We weten vandaag ook nog nietwelke houding de A.R.G.O. zal innemen met betrek-king tot de al dan niet overheveling van de gemeen-schapskinderdagverblijven en -peutertuinen naar deVlaamse Gemeenschapscommissie.

Rekening houdend met de stijgende vraag naarkinderopvang zal samen met Kind en Gezin, dieinstaat voor de erkenning en subsidiëring van depersoneels- en werkingskosten, overleg gepleegd wor-den met de Vlaamse Gemeenschap inzake de toe-komstige programmering en subsidiëring van kinder-dagverblijven en andere voorschoolse voorzieningenin Brussel. In afwachting zal de Vlaamse Gemeen-schapscommissie de noden onder meer proberen teondervangen door de uitbouw van een eerste erkendedienst voor opvanggezinnen in Brussel.

Het onderwijs moet ervoor zorgen dat ieder indivi-du zijn mogelijkheden maximaal moet kunnen ont-plooien. In het laatste decennium hebben vele kinde-ren de weg gevonden naar ons Nederlandstalig on-derwijs. De vernederlandsing van Brussel via hetonderwijs is ingezet. Op 10 jaar tijd is onsNederlandstalig kleuteronderwijs in Brussel met50 % gestegen.

Dit schooljaar 1989-1990 steeg het kleuteraantal inhet Nederlandstalig onderwijs met 258 kinderen tenopzichte van het vorig schooljaar of een stijging met4,ll %.

Gelet op de aanwezigheid van kinderen uit taalge-mengde en anderstalige gezinnen, dienen kwaliteits-ondersteunende maatregelen getroffen te worden methet oog op een adequate opvang en begeleiding. Indat verband wordt een forse uitbreiding overwogen

van het proefproject taalkwaliteitsbevordering in hetkleuteronderwijs.

In het kader van een tewerkstellingsproject is hetde bedoeling om zo spoedig mogelijk een team metlogopedisten en zo mogelijk ook supplementairekleuterleidsters hiervoor ter beschikking te stellen.

De focus van dit taalintegratieproject zal op hetkleuteronderwijs afgestemd blijven. Het bicultureelonderwijs voor migranten zal verder uitgebouwdworden. Tevens zal alles in het werk gesteld wordenom het Nederlandstalige karakter van ons onderwijste vrijwaren. Niet alleen omdat het belangrijk is datde Nederlandstalige identiteit van ons onderwijsbehouden blijft, maar ook vanuit een pedagogischebekommernis, vermits taalcontact in het bijzondermet leeftijdsgenootjes een belangrijke factor is bij hetsuccesvol verwerven van een andere taal, zeker als deomgeving dit contact niet kan bieden.

De promotiecampagnes die in het verleden uitge-werkt werden, hebben ongetwijfeld bijgedragen toteen positieve beeldvorming over het NederlandstaligOnderwijs in Brussel. Deze campagne zal wordenvoortgezet.

De para- en postscolaire activiteiten dienen even-eens bij te dragen tot de kwaliteitsondersteuning vanhet onderwijs. Rond schoolse instellingen hebben zicheen aantal initiatieven en verenigingen ontwikkeld diebijdragen tot de bloei en aantrekkelijkheid van hetNederlandstalig onderwijs. Deze initiatieven (toneel,film, geïntegreerde werkweken, museumbezoek, taal-stimuleringsprogramma’s, allerhande culturele ensportactiviteiten van oudercomités, vriendenkringen,leerlingenbonden en studentenverenigingen) zullenverder gestimuleerd worden.

De integratie van kinderen en ouders in het Ne-derlandstalig openbaar cultuurleven via deze para- enpostscolaire activiteiten moet een belangrijke doel-stelling zijn. Ook de actieve hulp van de ouders in hetleer- en opvoedingsproces is hierbij noodzakelijk. Hetsubsidiëringsstelsel van deze verenigingen zal even-eens herzien worden.

In de marge van het onderwijsgebeuren verdientook de problematiek van de vakantiespeelplein-werking onze aandacht. Momenteel wordt er voor despeelpleinwerking gebruik gemaakt van de schoolin-frastructuur van een 10-tal Brusselse instellingen, dieniet altijd beantwoordt aan de spelnoden van hetkind.

In overleg met de bevoegde advieswerkgroep zalgestreefd worden om hieraan te verhelpen doornieuwe of bijkomende accomodaties voor de speel-pleinwerking te benutten. Ook de problematiek vande monitorenwerving en -opleiding dient hierbij aande beurt te komen.

Page 8: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1 - 8 -

Een Vlaams gezondheidsbeleid in Brussel

Ingevolge de beperkte bijkomende dotatie van deVlaamse Gemeenschap in verband met de persoons-gebonden materies, dienden wij prioriteiten in tebouwen. Er zal gepoogd worden om enerzijds eendienst voor opvanggezinnen (waarover reeds eerdergesproken werd) en een bijkomende raadpleging voorhet jonge kind door Kind en Gezin erkend engesubsidieerd te zien worden, en anderzijds de be-staande infrastructuur van het kinderdag- en nacht-verblijf in Ganshoren direct te benutten door deopnamecapaciteit van het kinderaantal te verruimen.

In de gezondheidszorgsector zullen diverse initiatie-ven getroffen worden.

De Centrale voor Thuiszorg Brussel zal onder-steund worden met het oog op de optimalisering vande coördinatie en de bereikbaarheid van de dienstenvoor thuisgezondheidszorg. Hierbij dienen de plaatse-lijke kernen actief betrokken te worden.

Ben adviesraad voor gezondheidsvoorlichting en-opvoeding zal worden opgericht met het doel met dedisparate waaier van G.V.O.-verenigingen gecoördi-neerde G.V.O.-acties te voeren.

De aanleg van een geneesherengegevensbank methet oog op het organiseren van een aanbod aanNederlandstalige artsen en specialisten voor Brusselsegezondheidszorgdiensten en -instellingen wordt in hetvooruitzicht gesteld. De medische faculteiten van alleVlaamse universiteiten zullen hierbij betrokkenworden.

Met de steun van de Vlaamse Gemeenschapscom-missie zal een regeling uitgewerkt worden om deVlaamse Executieve er spoedig toe aan te zettenbepaalde bevoegdheidspakketten uit de gezondheids-sector en de middelen over te hevelen van Neder-landstalige instellingen en diensten die al jarenlangoperationeel zijn in Brussel.

Het gaat hierbij onder meer over diensten voorgeestelijke gezondheidszorg en equipes voor medischschooltoezicht.

In het domein van de welzijnszorg - meer bepaaldhet gedeelte dat in het verlengde ligt van de kinderop-vang - zal het zwaartepunt komen te liggen op deverdere uitbouw van het kinderdag- en nachtverblijfvan de Vlaamse Gemeenschapscommissie te Gansho-ren. Deze instelling staat in voor kinderen onder de3 jaar die om familiale, medisch-sociale of juridischeredenen voor beperkte tijd op residentiële opvangaangewezen zijn.

Aangezien dit modern uitgerust gebouw op ditogenblik slechts voor 2/3 bezet is, lijkt het aangewe-zen om het grootste deel van de bijkomende dotatieaan deze instelling prioritair toe te kennen. De nood

aan opvang van kinderen voor dit soort instellingen ineen grootstad als Brussel vertoont een steeds stij-gende trend. In het afgelopen jaar werden immersmeer dan 100 Vlaamse kinderen vanuit Brussel opge-nomen in verscheidene kinderdag- en nachtverblijvenvan het Vlaamse land.

Tenslotte wordt nog de uitbouw van de raadplegin-gen voor het jonge kind gepland.

In West-Europa is België bijna de koploper op hetgebied van zuigelingensterfte (9,l %O ten opzichte van7 %O in Nederland). In Brussel zou de zuigelingen-sterfte zelfs de 10 %O overschrijden. Reden om ooknaast de door Kind en Gezin erkende pre- en post-natale diensten, het net van raadplegingen voor hetjonge kind verder uit te bouwen.

Gestreefd wordt om tenminste in elke Brusselsegemeente een Nederlandstalige raadpleging uit tebouwen.

Een eigentijdse admbistratie, een functionele inzet vanberoepskrachten en een hernieuwde relatie met deNederlandstalige Brusselse instellingen

De Vlaamse Gemeenschapscommissie moet kun-nen steunen op een goed functionerende administra-tie die dient uitgebouwd te worden vanuit de dienstenvan de vroegere N.C.C.

Het College is erin geslaagd, dankzij de goedesamenwerking tussen administratie, College en voog-dij-overheid, om de overgang van NederlandseCultuurcommissie naar Vlaamse Gemeenschapscom-missie geolied te laten verlopen. Ook de traditie vanopbouwende samenwerking tussen overheid envakbonden zullen we graag voortzetten. Een herstruc-turering van deze diensten is evenwel noodzakelijk.Het administratief en geldelijk statuut van het perso-neel, dat geïnspireerd is op dit van de gemeentelijkediensten, moet herzien worden. Overgangsbepalingenter vrijwaring van de door het personeel verworvenrechten zullen voorzien worden.

Het zestigtal lopende projecten, waarin het perso-neel tewerkgesteld is onder allerlei vormen van bij-zondere statuten, zullen geëvalueerd worden, binnenhet kader van de bestaande middelen. Er dientonderzocht te worden op welke wijze de overgangnaar het statuut van de gesubsidieerde contractuelenkan ingevoerd worden.

Al deze wijzigingen zullen in een overgangsperiodevan de betrokken werknemers een bijzondere inspan-ning vergen om zich aan te passen aan deze verande-rende situatie en zich te heroriënteren naar nieuwebevoegdheidsdomeinen.

Page 9: VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD samenwerkingsmodel ook door de Vlaamse Gemeenschapscommissie gehanteerd wordt en de band met Vlaanderen versterkt wordt. Onze gemeenschapschreef

- 9 - STUK 4 (1989-1990) - Nr. 1

Een zo ruim mogelijke begeleiding in dit verande-ringsproces zal hierbij verzekerd worden en de wijzi-gingen zullen slechts doorgevoerd worden na overlegmet de vakbondsafvaardigingen.

Ook zal een evenwichtige pluralistische samenstel-ling nagestreefd worden in de bestuursorganen vanoverheidsverenigingen en van instellingen met eenaanzienlijke overheidssubsidiëring die zich niet toteen politieke of filosofische strekking bekennen.

Van NCC-reglementen naar verordeningen van deVlaamse Gemeenschapscommissie

De voormalige, N.C.C. heeft haar subsidiebeleidvorm gegeven in diverse reglementen per culturelewerksoort. De Brusselwet zorgde voor de continuïteitin de regelgeving.

De Nederlandse Taalgroep en het College oefenengezamenlijk de verordeningsbevoegdheid uit. Eenunieke kans voor de Vlaamse Gemeenschapscommis-sie om deze N.C.C.-reglementering om te zetten en/ofaan te passen in verordeningen op basis van een

grondig politiek debat over het te voeren subsidie-beleid voor de toekomst.

Beleidsadviesorganen hernieuwen

De grote kwaliteit en de kleine mankementen vande voormalige N.C.C.-advieswerkgroepen zijn dezevergadering genoegzaam bekend. Vanuit deze erva-ring willen wij nieuwe adviesorganen oprichten dieons kunnen adviseren over de beleidsdomeinen waar-voor de Collegeleden bevoegd zijn. Deskundige envolontaristische adviesorganen verzamelen in zich dekennis van het stedelijk terrein, de reflectie en demaatschappelijke discussie over de te nemen maatre-gelen; zij zijn een waarborg voor pluralisme. HetCollege kan hierin een inspiratiebron vinden voor eenbeleid dat dicht bij de mensen staat. Het geprezenBrussels samenwerkingsmodel vraagt om een directevorm van inspraak en participatie aan het beleid alsbelangrijke stap naar meer openbaarheid van bestuur.Deze vernieuwde adviesorganen zullen met de logis-tieke steun van onze administratie elk Collegelidrechtstreeks kunnen adviseren over de te nemenbeleidsmaatregelen, zonder afbreuk te doen aan deinitiatieven ter zake die genomen worden door deTaalgroep zelf.

R. GRIJP

Lid van het Collegebevoegd voor Onderwijs en Gezondheidszorg

J. CHABERT

Lid van het Collegebevoegd voor Cultuur en Welzijn