VKO ../3 - Verwarming - Verwarmingsketels, … · 80/125 mm ... cessoires van Vaillant mag enkel...

60
Voor de installateur Montagehandleiding VKO ../3 Verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem BEnl Montagehandleiding

Transcript of VKO ../3 - Verwarming - Verwarmingsketels, … · 80/125 mm ... cessoires van Vaillant mag enkel...

Voor de installateur

Montagehandleiding

VKO ../3Verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem

BEnl

Montagehandleiding

ImpressumDocumenttype: Montagehandleiding

Product: VKO ../3

Doelgroep: Erkend installateur

Taal: DEU

Documentnummer_versie: 0020130512_00

Datum opmaak: 01.09.2011

Samensteller/auteurVaillant GmbHBerghauser Str. 40   D-42859 RemscheidTelefoon +49 21 91 18-0   Fax +49 21 91 18-28 [email protected]   www.vaillant.de

© Vaillant GmbH 2011Nadruk van deze handleiding, ook bij wijze van uittreksel, is alleen met de schriftelijke toestemming vanVaillant GmbH toegestaan.Alle in deze handleiding genoemde benamingen van producten zijn handels-/fabrieksmerken van de betref-fende firma's.Technische wijzigingen zijn voorbehouden.

Inhoud

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 1

Inhoud

1 Aanwijzingen bij de documentatie ...................... 1

1.1 Gebruikte symbolen ...................................................... 1

1.1.1 Symbolen ........................................................................ 1

1.2 Opbouw van waarschuwingen .................................... 1

1.3 Begeleidende documenten.......................................... 1

1.4 Bewaren van de documentatie................................... 1

1.5 Geldigheid van de handleiding.................................... 1

2 Veiligheid............................................................... 2

2.1 Waarschuwingen bij handelingen ............................. 2

2.2 Verplichte persoonlijke kwalificatie ......................... 2

2.2.1 Erkend installateur ....................................................... 2

2.3 Algemene veiligheidsinstructies ............................... 2

2.3.1 Gevaar voor vergiftiging door rookgassenvermijden ........................................................................ 2

2.3.2 Brandgevaar door blikseminslag vermijden........... 3

2.3.3 Gevaar voor verwondingen door instortenddak .................................................................................... 3

2.3.4 Corrosieschade door verkeerde inbouwpositievan het revisie-T-stuk vermijden .............................. 3

2.3.5 Vroeger oliegestookte schoorstenencontroleren/reinigen.................................................... 3

2.3.6 Afstand tot elementen uit brandbaarmateriaal......................................................................... 3

2.3.7 Schade aan het toestel vermijden............................ 3

2.3.8 Schade aan het toestel en aan degasafvoerleiding vermijden........................................ 3

2.4 Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen) .......... 5

2.5 Gebruik volgens de voorschriften............................. 5

2.5.1 Doelmatig gebruik van deVaillant verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleidingen............................................. 5

2.5.2 Gecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen............................................ 5

3 Systeemoverzicht................................................ 6

3.1 Montagemogelijkhedenverbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem concentrisch (PP) Ø80/125 mm ..................................................................... 6

3.1.1 Schachtaansluiting op onbuigzamerookgasafvoerleiding ................................................... 6

3.1.2 Schachtaansluiting op buigzamerookgasafvoerleiding ................................................... 6

3.1.3 Schachtaansluiting op concentrischerookgasafvoerleiding ................................................... 7

3.1.4 Schachtaansluiting opverbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen............................................ 7

3.1.5 Schachtaansluiting op rookgasafvoerleidingvoor onderdruk.............................................................. 7

3.1.6 Loodrechte dakdoorvoering ...................................... 8

3.2 Montagemogelijkhedenverbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem concentrisch(roestvrij staal) Ø 80/125 mm ................................... 8

3.2.1 Aansluiting op buitenmuur......................................... 8

3.3 Cascadeschakelingen................................................... 8

3.3.1 Dubbele cascade ........................................................... 8

3.4 Ook gecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen voor icoVIT ..................... 9

4 Systeemvoorwaarden......................................... 12

5 Montage................................................................ 14

5.1 Uitlaat in de schacht monteren................................ 14

5.1.1 Onbuigzame rookgasafvoerleiding monteren ...... 14

5.1.2 Buigzame rookgasafvoerleiding monteren ........... 16

5.1.3 Concentrische verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleiding monteren........................... 20

5.2 Schachtkappen monteren......................................... 22

5.2.1 Schachtkap uit kunststof (PP) monteren.............. 22

5.2.2 Schachtkap uit kunststof (PP) van debuigzame rookgasafvoerleiding monteren .......... 23

5.2.3 Schachtkap uit roestvrij staal op onbuigzamerookgasafvoerleiding monteren.............................. 24

5.2.4 Schachtkap uit roestvrij staal op buigzamerookgasafvoerleiding monteren.............................. 25

5.3 Uitlaat op de buitenmuur monteren ...................... 27

5.3.1 Leveringsomvang basiselementen voor demontage op de buitenmuur...................................... 27

5.3.2 Let op de statische maten........................................ 27

Inhoud

2 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.3.3 Rookgasafvoerleiding op de buitenmuurmonteren ..................................................................... 28

5.3.4 Regenkap monteren.................................................... 31

5.3.5 Inkortbaar verlengstuk monteren ........................... 31

5.3.6 30°-elleboog (buitenmuur) op afstandmonteren ...................................................................... 32

5.3.7 45°-elleboog (buitenmuur) op afstandmonteren ...................................................................... 34

5.3.8 87°-elleboog (buitenmuur) op afstandmonteren ...................................................................... 36

5.4 Dakdoorvoering monteren ....................................... 39

5.4.1 Leveringsomvang loodrechte dakdoorvoeringcontroleren................................................................... 39

5.4.2 Loodrechte dakdoorvoering monteren................. 39

5.5 Verbrandingsluchttoevoer monteren................... 40

5.5.1 Luchttoevoer doorheen de buitenmuurmonteren ..................................................................... 40

5.5.2 Leveringsomvang van de luchttoevoerdoorheen de buitenmuur controleren .................. 40

5.5.3 Werking van de verbrandingsluchttoevoerdoorheen de buitenmuur ......................................... 40

5.5.4 Aansluitingsmogelijkheden ..................................... 40

5.5.5 Luchtaanzuigstuk monteren..................................... 41

5.5.6 Luchttoevoer doorheen de buitenmuurmonteren ....................................................................... 41

5.6 Concentrische aansluiting opverbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem voor onderdrukmonteren ...................................................................... 42

5.6.1 Leveringsomvang ....................................................... 42

5.6.2 Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem monteren......................... 42

5.6.3 Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem uit keramiekmonteren ...................................................................... 42

5.6.4 Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem uit metaal monteren..... 43

5.6.5 Toestel op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem aansluiten ....................... 43

5.7 Aansluiting op een uitlaat voor onderdruk(autonome bediening) monteren............................ 43

5.7.1 Leveringsomvang ....................................................... 43

5.7.2 Aansluiting monteren ................................................ 43

5.7.3 Toestel op rookgasafvoerleiding vooronderdruk aansluiten................................................ 44

5.8 Toestel op verbrandingsluchttoe-voer/rookgasafvoer aansluiten.............................. 44

5.8.1 Ontkoppelinrichting monteren ............................... 45

5.8.2 Verlengstukken monteren....................................... 45

5.8.3 Buisklemmen monteren ........................................... 46

5.8.4 45°-elleboog (wit) monteren ................................... 47

5.8.5 87°-elleboog (wit) monteren .................................. 49

6 K ...................................................... 52

Aanwijzingen bij de documentatie 1

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 1

1 Aanwijzingen bij de documentatie

1.1 Gebruikte symbolen

1.1.1 Symbolen

Dit zijn de symbolen die kunnen voorkomen:

Symbool voor een waarschuwingsaanwijzing(→ Bladzijde 2)

Symbool voor een instructie

� Symbool voor een noodzakelijke activiteit.

Symbool voor het resultaat van een activiteit.

Symbool om verslagen en checklisten in te vullen

Symbool voor een noodzakelijke kwalificatie

Symbool voor een noodzakelijk werktuig

Symbool voor een opgegeven technische waarde

1.2 Opbouw van waarschuwingen

Waarschuwingen herkent u aan een haarlijn boven en on-der. Ze zijn volgens het onderstaande principe opgebouwd:

Gevaar!Soort en bron van het gevaar

Uitleg bij het soort gevaar.

▶ Maatregelen voor het afwenden van hetgevaar.

1.3 Begeleidende documenten

Bij deze montagehandleiding horen ook volgende documen-ten.

– Installatiehandleiding van het geïnstalleerde Vaillant-toestel met brandwaardetechniek.

Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die ontstaat als ge-volg van het niet in acht nemen van deze handleidingen.

1.4 Bewaren van de documentatie

▶ Bezorg de montagehandleiding en alle begeleidende do-cumenten samen met eventueel noodzakelijke hulpmid-delen aan de operator.

De operator zal deze bewaren en zorgt ervoor dat de hand-leidingen en hulpmiddelen waar nodig beschikbaar zijn.

1.5 Geldigheid van de handleiding

Deze montagehandleiding geldt uitsluitend voor de toestel-len van Vaillant die in de begeleidende documenten ver-meld staan.

2 Veiligheid

2 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

2 Veiligheid

2.1 Waarschuwingen bij handelingen

Functie van de waarschuwingsaanwijzingenWaarschuwingsaanwijzingen duiden op gevaren wanneerhet product in gebruik is. De gevaren worden volgens risi-cograad geclassificeerd, benoemd en omschreven. Er horeninstructies bij om ze te vermijden.

Verschijnt een waarschuwingsaanwijzing bij het begin vaneen activiteit, dan dreigt het gevaar tijdens de gehele activi-teit.

Verschijnt een waarschuwingsaanwijzing onmiddellijk vooreen instructie, dan dreigt het gevaar tijdens de volgendefase in de handeling.

Classificatie van de waarschuwingsaanwijzingenBij alle waarschuwingen staat een signaalwoord en eendriehoekig waarschuwingssymbool. Het signaalwoord enhet waarschuwingssymbool samen geven de risicograadaan.

Gevaar!

Wijst op een onmiddellijk dreigend gevaar, meternstige lichamelijke verwondingen of de doodals gevolg.

Gevaar!

Wijst op een onmiddellijk dreigend gevaar doorelektrocutie, met ernstige lichamelijke verwon-dingen of de dood als gevolg.

Waarschuwing!

Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie, metlichte verwondingen als gevolg.

Attentie!

Wijst op een mogelijke situatie, met materiëleen milieuschade als gevolg.

2.2 Verplichte persoonlijke kwalificatie

Deze handleiding is bedoeld voor installateurs.

2.2.1 Erkend installateur

Voor het installeren, monteren en demonteren, in bedrijfstellen, onderhouden en herstellen van toestellen en ac-cessoires van Vaillant mag enkel beroep worden gedaanop erkende installateurs, die daarvoor over de vereiste op-leidingen en vergunningen beschikken en die zich aan denationale wetten, normen en reglementen houden.

Aanwijzing

Installateurs zijn voor verschillende activiteitenopgeleid. Zij mogen enkel aan toestellen werkenwaarvoor zij de vereiste kwalificatie kunnenvoorleggen.

2.3 Algemene veiligheidsinstructies

2.3.1 Gevaar voor vergiftiging door rookgassenvermijden

Uit niet goed afgesloten leidingen en via beschadigde dich-tingen kan er afvoergas ontsnappen. Vetten op basis vanminerale oliën kunnen de dichtingen schade toebrengen.

▶ Gebruik tijdens het monteren zeker geen vet op basisvan minerale oliën.

▶ Om u te helpen bij het monteren kunt u water of in dehandel verkrijgbare zeep gebruiken.

Mortelresten, spaanders, enz. in de verbrandingsluchttoe-voer/rookgasafvoer kunnen de afvoer van gassen bemoei-lijken. Het afvoergas kan in de kamer terechtkomen.

▶ Verwijder na afloop van de montage mortelresten,spaanders, enz. uit de verbrandingsluchttoe-voer/rookgasafvoer.

Verlengstukken die niet aan de muur of aan het plafondzijn bevestigd, kunnen doorbuigen en uitzetten, zodat zescheuren.

▶ Bevestig elk verlengstuk met een beugel aan de muurof aan het plafond. De afstand tussen twee beugels maghoogstens zo lang als het verlengstuk zelf zijn.

Condensaat dat in de afvoerleiding blijft staan, kan de dich-tingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis met een helling van3° naar het toestel. 3° betekent dat de buis per meterongeveer 50 mm schuin loopt.

Als het toestel niet-autonoom wordt bediend, mag u hetniet in kamers plaatsen waar ventilatoren voor luchtaf-zuiging zorgen (bv. verluchtingsinstallaties, afzuigkappen,droogmachines met afvoerbuis). Deze installaties veroor-zaken een onderdruk in de kamer. Zulke onderdruk zorgtervoor dat afvoergas door de monding via de ringspleettussen afvoerleiding en schacht naar de plaats van installa-tie wordt aangezogen. Het toestel niet-autonoom bedienenmag enkel wanneer het toestel en de ventilator niet gelijk-tijdig kunnen werken.

▶ Als u ventilator en toestel tegelijk wilt vergrendelen,plaats dan ook de multifunctionele module van Vaillant(art.-nr. 0020017744).

Veiligheid 2

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 3

2.3.2 Brandgevaar door blikseminslag vermijden

▶ Zorg ervoor dat de verbrandingsluchttoevoer-/rookgas-afvoerinstallatie ook onder de bliksembeveiliging van hetgebouw valt, voor zover dit daarmee is uitgerust.

2.3.3 Gevaar voor verwondingen door instortenddak

Wanneer de verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer door-heen de dakbedekking loopt, kan de waterdamp in het rook-gas bij slecht weer op het dak of het dakgebint tot ijs be-vriezen.

▶ Zorg er op de plaats van installatie voor dat dit ijs nietvan het dak schuift.

▶ Plaats indien nodig ijsopvangroosters, zie ook gecertifi-ceerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersyste-men (→ Bladzijde 9).

2.3.4 Corrosieschade door verkeerde inbouwposi-tie van het revisie-T-stuk vermijden

2.1: Inbouwpositie van het revisie-T-stuk

Bij een foutieve inbouwpositie kan het condenswater aanhet reinigingsdeksel uitlopen en corrosieschade veroorza-ken.

▶ Neem de inbouwpositie in acht zoals aangegeven in deafbeelding.

2.3.5 Vroeger oliegestookte schoorstenen con-troleren/reinigen

Bij vroeger oliegestookte schoorstenen die nu moeten wor-den gebruikt voor de verbrandingsluchttoevoer wordt aan-geraden dat de schoorsteenveger het betreffende rook-kanaal controleert en reinigt voordat de gasafvoerleidingwordt geïnstalleerd. Is een toereikende reiniging/controlevan de schoorsteen niet mogelijk (b.v. omwille van con-structieve omstandigheden), dan kunt u

– een concentrisch lucht-/gasafvoersysteem gebruiken, zieook gecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgas-afvoersystemen (→ Bladzijde 9) of

– een afzonderlijke luchttoevoer gebruiken, zie ook gecer-tificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-temen (→ Bladzijde 9) of

– de installatie autonoom bedienen.

2.3.6 Afstand tot elementen uit brandbaar mate-riaal

Wanneer toestellen afzonderlijk zijn aangesloten, moet ergeen afstand worden bewaard tussen de verbrandingslucht-toevoer/rookgasafvoer en de bijbehorende verlengstukkenuit brandbaar materiaal, aangezien er bij nominaal warmte-rendement van het apparaat aan de oppervlakken van aan-grenzende constructieonderdelen geen temperaturen vanmeer dan 85 ºC kunnen optreden (dit geldt niet voor Zwit-serland, waar de VKF-voorschriften van toepassing zijn).

2.3.7 Schade aan het toestel vermijden

1 m1 m

3 m

H 0

2.2: Plaats van montage van de dakdoorvoering bij schuinedaken

Uit luchtkanalen ontsnapt een erg vochtige afvoerlucht.Deze kan in de luchtpijp condenseren en schade aan hettoestel veroorzaken.

▶ Zorg ervoor dat u de minimale afstand in de afbeeldingin acht neemt.

2.3.8 Schade aan het toestel en aan de gasaf-voerleiding vermijden

Wanneer de monding van de gasafvoerleiding voor het au-tonoom bediende toestel onmiddellijk naast een andereafvoerinstallatie ligt, kunnen rookgassen of vervuilendedeeltjes worden aangezogen. Aangezogen rookgassen ofvervuilende deeltjes kunnen het brandwaardetoestel be-schadigen of storingen veroorzaken.

De warmte die een nabije schoorsteen afgeeft, kan de mon-ding van de afvoerleiding beschadigen (schoorstenen zijnroet- en brandbestendige rookgasafvoerinstallaties om incombinatie met stookinstallaties voor vaste brandstoffen tegebruiken)

▶ Plaats een geschikte kap op de andere rookgasafvoerin-stallatie.

2 Veiligheid

4 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

2

2 D

h

Dh

1

2.3: Afvoerleiding in de schacht naast een rookgasafvoerinstal-latie die niet roet- en brandbestending moet zijn

Hoe hoog de kap is, hangt af van de diameter van de andereafvoerinstallatie (zie daarbij de afbeelding).

Kunt u de andere afvoerinstallatie niet verhogen, dan moetu het toestel niet-autonoom bedienen.

Aanwijzing

Er zijn verschillende schoorsteenproducentendie dergelijke kappen in hun gamma aanbieden.

▶ Voer de monding op een van de volgende drie manierenuit.

2

1 m

1

2.4: Monding in uitvoering 1: hoogte van de schoorsteen metrookgasafvoerleiding uit PP - autonoom.

1 Schoorsteenkap 2 Rookgas

Op de schoorsteen moet een roet- en brandbestendig ver-lengstuk worden geplaatst, zodat deze minstens 1 m over derookgasafvoerleiding uit PP heen schuift.

0,4

m

2

Dh

Dh

2.5: Monding in uitvoering 2: hoogte van de schoorsteen metrookgasafvoerleiding uit PP, met monding uit roestvrij staal -autonoom

De monding van de rookgasafvoerleiding uit onbrandbaarmateriaal moet 0,4 m tot onder de schachtmonding lopen.

Veiligheid 2

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 5

De schoorsteen moet zoals aangeduid op de afbeeldingworden verhoogd.

0,4

m

2.6: Monding in uitvoering 3: hoogte van de schoorsteen metrookgasafvoerleiding uit PP, met monding uit roestvrij staal -niet autonoom

De monding van de rookgasafvoerleiding uit onbrandbaarmateriaal moet 0,4 m tot onder de schachtmonding lopen

Het toestel moet niet-autonoom worden bediend.

2.4 Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen)

Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen)Voor de installatie gelden de nationale richtlijnen, wettenen normen.

2.5 Gebruik volgens de voorschriften

2.5.1 Doelmatig gebruik van de Vaillant verbran-dingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleidingen

De verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleidingen vanVaillant zijn met de meest recente technieken uitgerust enwerden volgens de officiële veiligheidstechnische reglemen-ten gebouwd. Dit neemt niet weg dat de operator van hettoestel of derden fysiek gevaar kunnen lopen of het toe-stel zelf dan wel andere voorwerpen beschadigd kunnenworden, indien dit niet doelmatig of verkeerd zou wordengebruikt. De in onderhavige handleiding genoemde Vail-lant verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleidingenmogen enkel met de hier vernoemde toestellen worden ge-combineerd. Andere of verdergaande toepassingen zijn nietdoelmatig. De schade die daardoor ontstaat, is dan ook nietvoor rekening van de producent/leverancier. In dergelijkegevallen staan uitsluitend de uitvoerende installateur en degebruiker voor het risico in. Doelmatig gebruik houdt ookin dat men de bedienings- en installatiehandleiding in achtneemt, evenals alle begeleidende documenten. Ook bete-kent dit dat de installatie zoals voorzien in de vergunningen volgens de inspectie- en onderhoudsvoorwaarden ver-loopt.

2.5.2 Gecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen

De olie-brandwaardeketels icoVIT van Vaillant zijn als ver-warmingssysteem met bijbehorende rookgasafvoerinstalla-tie gecertificeerd. Deze montagehandleiding maakt deel uitvan de certificering en wordt in de typeverklaring vermeld.De uitvoeringsbepalingen van deze montagehandleidingdienen als gebruikscertificaat voor de producten voor ver-brandingsluchttoevoer/rookgasafvoer die met de Vaillant-artikelnummers zijn gekenmerkt

Ga in het kader van de certificering na welke verbrandings-luchttoevoer-/rookgasafvoersystemen toegelaten zijn, enwelke onderdelen over een certificaat beschikken, zie ookgecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoer-systemen (→ Bladzijde 9).

3 Systeemoverzicht

6 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

3 Systeemoverzicht

3.1 Montagemogelijkheden verbrandingslucht-toevoer-/rookgasafvoersysteem concen-trisch (PP) Ø 80/125 mm

3.1.1 Schachtaansluiting op onbuigzame rook-gasafvoerleiding

3.1: Schachtaansluiting op onbuigzame rookgasafvoerleiding

▶ Onbuigzame rookgasafvoerleiding monteren(→ Bladzijde 14)

▶ Schachtkap uit kunststof (PP) monteren (→ Bladzijde 22)▶ Schachtkap uit roestvrij staal op onbuigzame rookgasaf-

voerleiding monteren. (→ Bladzijde 24)▶ Schacht-/wandaansluiting monteren (→ Bladzijde 15)▶ Toestel op verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer

aansluiten (→ Bladzijde 44)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.1.1.1 Schachtaansluiting op onbuigzame rook-gasafvoerleiding met gescheiden luchttoe-voer

3.2: Schachtaansluiting op onbuigzame rookgasafvoerleidingmet gescheiden luchttoevoer

▶ Onbuigzame rookgasafvoerleiding monteren(→ Bladzijde 14)

▶ Schachtkap uit kunststof (PP) monteren (→ Bladzijde 22)

▶ Schachtkap uit roestvrij staal op onbuigzame rookgasaf-voerleiding monteren. (→ Bladzijde 24)

▶ Luchttoevoer doorheen de buitenmuur monteren(→ Bladzijde 40)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.1.2 Schachtaansluiting op buigzame rookgasaf-voerleiding

3.3: Schachtaansluiting op buigzame rookgasafvoerleiding

▶ Buigzame rookgasafvoerleiding monteren(→ Bladzijde 16)

▶ Schachtkap uit kunststof (PP) van de buigzame rookgas-afvoerleiding monteren (→ Bladzijde 23)

▶ Schachtkap uit roestvrij staal op buigzame rookgasaf-voerleiding monteren (→ Bladzijde 25)

▶ Schacht-/wandaansluiting monteren (→ Bladzijde 15)▶ Toestel op verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer

aansluiten (→ Bladzijde 44)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

Systeemoverzicht 3

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 7

3.1.2.1 Schachtaansluiting op buigzame rookgasaf-voerleiding met gescheiden luchttoevoer

3.4: Schachtaansluiting op buigzame rookgasafvoerleiding metgescheiden luchttoevoer

▶ Buigzame rookgasafvoerleiding monteren(→ Bladzijde 16)

▶ Schachtkap uit kunststof (PP) van de buigzame rookgas-afvoerleiding monteren (→ Bladzijde 23)

▶ Schachtkap uit roestvrij staal op buigzame rookgasaf-voerleiding monteren (→ Bladzijde 25)

▶ Luchttoevoer doorheen de buitenmuur monteren(→ Bladzijde 40)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.1.3 Schachtaansluiting op concentrische rook-gasafvoerleiding

3.5: Schachtaansluiting op concentrische rookgasafvoerleiding

▶ Concentrische verbrandingsluchttoevoer-/rookgasaf-voerleiding monteren (→ Bladzijde 20)

▶ Schachtkap uit kunststof (PP) monteren (→ Bladzijde 22)▶ Schachtkap uit roestvrij staal op onbuigzame rookgasaf-

voerleiding monteren. (→ Bladzijde 24)▶ Schacht-/wandaansluiting monteren (→ Bladzijde 21)▶ Toestel op verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer

aansluiten (→ Bladzijde 44)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.1.4 Schachtaansluiting op verbrandingslucht-toevoer-/rookgasafvoersystemen

3.6: Schachtaansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rook-gasafvoersystemen

▶ Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasaf-voersysteem monteren (→ Bladzijde 42)

▶ Toestel op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-teem aansluiten (→ Bladzijde 43)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.1.5 Schachtaansluiting op rookgasafvoerleidingvoor onderdruk

3.7: Schachtaansluiting op rookgasafvoerleiding voor onderdruk

▶ Aansluiting monteren (→ Bladzijde 43)

▶ Toestel op rookgasafvoerleiding voor onderdruk aanslui-ten (→ Bladzijde 44)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3 Systeemoverzicht

8 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

3.1.6 Loodrechte dakdoorvoering

3.8: Loodrechte dakdoorvoering

▶ Doorvoering voor plat dak monteren (→ Bladzijde 39)

▶ Doorvoering voor schuin dak monteren (→ Bladzijde 39)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.2 Montagemogelijkheden verbrandingslucht-toevoer-/rookgasafvoersysteem concen-trisch (roestvrij staal) Ø 80/125 mm

3.2.1 Aansluiting op buitenmuur

3.9: Aansluiting op buitenmuur

▶ Rookgasafvoerleiding op de buitenmuur monteren(→ Bladzijde 28)

▶ Schacht-/wandaansluiting monteren (→ Bladzijde 15)▶ Toestel op verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoer

aansluiten (→ Bladzijde 44)

Aanwijzing

Bekijk de maximale lengtes voor leidingen inhet hoofdstuk Systeemvoorwaarden.

3.3 Cascadeschakelingen

3.3.1 Dubbele cascade

3.10: Cascadeschakeling

Hoe u de cascadeschakeling moet monteren, wordt in eenafzonderlijke montagehandleiding omschreven.

Systeemoverzicht 3

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 9

3.4 Ook gecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen voor icoVIT

Concentrische schachtaansluiting op

Art.-nr. Lood-rechtedakdoor-voering303200303201

Onbuig-zamerookgas-afvoerlei-ding303250

Buigzamerookgas-afvoerlei-ding303250

Concentri-sche rook-gasafvoer-leiding303220

Rookgas-afvoerlei-ding vooronderdruken verbran-dingslucht-toevoer-/rookgas-afvoersys-temen vooronderdruk303208

Aansluitingop buiten-muur

0020042907

Systeem concentrisch (PP) Ø 80/125 mm

Verlengstuk (PP) , concentrisch,0,5 m Ø 80/125 mm

303202 X X X X X X

Verlengstuk (PP) , concentrisch,1,0 m Ø 80/125 mm

303203 X X X X X X

Verlengstuk (PP) , concentrisch,2,0 m Ø 80/125 mm

303205 X X X X X X

Elleboog (PP), concentrisch(2 stuks) 45° - Ø 80/125 mm

303211 X X X X X X

Elleboog (PP), concentrisch 87°- Ø 80/125 mm

303210 X X X X X X

Revisieopening (PP) -Ø 80/125 mm, 0,25 m

303218 X X X X X X

Ontkoppelinrichting (PP) -Ø 80/125 mm

303215 X X X X X X

Revisie-T-stuk - 87° (PP) -Ø 80/125 mm

303217 X X X X X X

Basisset voor afzonderlijkeluchttoevoer Ø 80 mm

0020021006 X X

Systeem concentrisch (roestvrij staal) Ø 80/125 mm

Buishouder voor de buitenmuur(roestvrij staal), 50 - 90 mm

0020042751 X

Verlengstuk voor buishoudervoor de buitenmuur (roestvrijstaal), 90 - 280 mm

0020042752 X

Verlengstuk (roestvrij staal), concentrisch, L 0,5 m,Ø 80/125 mm

0020042753 X

Verlengstuk (roestvrij staal), concentrisch, L 1,0 m,Ø 80/125 mm

0020042754 X

Verlengstuk inkortbaar (roestvrijstaal), concentrisch, L 0,5 m,Ø 80/125 mm

0020042755 X

Elleboog (roestvrij staal) con-centrisch 87° Ø 80/125 mm

0020042756 X

Elleboog (roestvrij staal)concentrisch (2 stuks) 45°,Ø 80/125 mm

0020042757 X

3 Systeemoverzicht

10 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

Concentrische schachtaansluiting op

Art.-nr. Lood-rechtedakdoor-voering303200303201

Onbuig-zamerookgas-afvoerlei-ding303250

Buigzamerookgas-afvoerlei-ding303250

Concentri-sche rook-gasafvoer-leiding303220

Rookgas-afvoerlei-ding vooronderdruken verbran-dingslucht-toevoer-/rookgas-afvoersys-temen vooronderdruk303208

Aansluitingop buiten-muur

0020042907

Elleboog (roestvrij staal)concentrisch (2 stuks) 30°,Ø 80/125 mm

0020042758 X

Revisiestuk (roestvrij staal),0,25 m, concentrisch,Ø 80/125 mm

0020042759 X

Regenkraag (roestvrij staal),voor dakopening

0020042760 X

Systeem-rookgasafvoerleiding (PP), onbuigzaam Ø 80 mm

Verlengstuk, rookgasafvoerlei-ding (PP) - 0,5 m - Ø 80 mm

303252 X

Verlengstuk, rookgasafvoerlei-ding (PP) - 1,0 m - Ø 80 mm

303253 X

Verlengstuk, rookgasafvoerlei-ding (PP) - 2,0 m - Ø 80 mm

303255 X

Set verlengstukken, rookgasaf-voerleiding (PP), Ø 80 mm

– 3 x 2 m, 1 x 1 m, 1 x 0,5 m

– 7 afstandshouders

0020063135 X

Set verlengstukken, rookgasaf-voerleiding (PP), Ø 80 mm

– 4 x 2 m, 1 x 1 m, 2 x 0,5 m

– 7 afstandshouders

0020063136 X

Verlengstuk, rookgasafvoerlei-ding (PP) - 0,25 m - Ø 80 mmmet revisieopening

303256 X

Elleboog, rookgasafvoerleiding(PP) - 15° - Ø 80 mm

303257 X

Elleboog, rookgasafvoerleiding(PP) - 30° - Ø 80 mm

303258 X

Elleboog, rookgasafvoerleiding(PP) - 45° - Ø 80 mm

303259 X

Afstandshouder - Ø 80 mm (7stuks)

009494 X

Systeem-rookgasafvoerleiding (PP), buigzaam Ø 80 mm

Set 1: basiselementen voor buig-zame rookgasafvoerleiding (PP)DN 80

303510 X

Set 2: reinigingselement (PP)DN 80 (T-stuk) voor buigzamerookgasafvoerleiding

303511 X

Systeemoverzicht 3

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 11

Concentrische schachtaansluiting op

Art.-nr. Lood-rechtedakdoor-voering303200303201

Onbuig-zamerookgas-afvoerlei-ding303250

Buigzamerookgas-afvoerlei-ding303250

Concentri-sche rook-gasafvoer-leiding303220

Rookgas-afvoerlei-ding vooronderdruken verbran-dingslucht-toevoer-/rookgas-afvoersys-temen vooronderdruk303208

Aansluitingop buiten-muur

0020042907

Set 3: verbindingsstuk (PP) DN80, 0,13 m voor de buigzamerookgasafvoerleiding

303512 X

Set 4: montagehulp voor debuigzame rookgasafvoerleidingDN 80

303513 X

Set 5: 15 m buigzame rookgas-afvoerleiding (PP) DN 80 en 7afstandshouders

303514 X

Set 6: basiselementen voor demetalen schachtkap

0020021008 X

Afstandshouders voor de buig-zame rookgasafvoerleiding DN80 (7 stuks)

0020042771 X

Systeemoverstijgende afvoeraccessoires

Verlengstuk voor dak (PP) 1,0 m,Ø 125 mm

303002(zwart)

303003(rood)

X

Dakpan voor schuin dak 009076(zwart)

300850(rood)

X X

Adapter voor systeem Klöber 009058(zwart)

009080(rood)

X

Kraag voor plat dak 009056 X X

Buisklem (5 stuks), Ø 125 mm 303616 X X X X X X

Ijsopvangrooster voor lood-rechte dakdoorvoering

303096(zwart)

X

Schachtkap (PP), DN 80 303963 X X

Schachtkap (roestvrij staal),DN 80

0020021007 X X X

Eindbuis (roestvrij staal) L 1,0m,DN 80

0020025741 X X X

3.1: Ook gecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen voor icoVIT

De tabel vermeldt de met het oog op certificering

toegestane verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen en hun gecertificeerde

onderdelen.

4 Systeemvoorwaarden

12 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

4 Systeemvoorwaarden

Elementen Art.-nr. Maximale buislengtes VKO

Loodrechte dakdoorvoering 303200

303201

max. concentrische buislengte 20,0 m

plus 3 ellebogen 87°1)

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding voor onderdruk

303208 max. concentrische buislengte

(in het loodrechte stuk)

3,0 m

plus 3 ellebogen 87°

Aansluiting op verbrandingsluchttoe-voer-/rookgasafvoersysteem

303208 max. concentrische buislengte 1,4 m

plus 3 ellebogen 87°

Kijk naar de vergunning van de schoor-steenbouwer!

Gebruik voor de schoorsteen de afmetin-gen die de producent heeft aangegeven!

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (onbuigzaam ofbuigzaam) in de schacht

– niet-autonoom

– Diameter schacht minstens:

– rond: 140 mm

– hoekig: 120 x 120

303250 max. totale buislengte (concen-trisch stuk en rookgasafvoer-leiding DN 80 in de schacht)

33,0 m

plus 3 ellebogen 87° en steunboog

Waarvan telkens max. 30,0 m loodrechtin de schacht en 5 m in een koude ruimte

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (onbuigzaam ofbuigzaam) in de schacht

– niet-autonoom verbonden met af-zonderlijke luchttoevoer

– Diameter schacht minstens:

– rond: 140 mm

– hoekig: 120 mm x 120 mm

Afzonderlijke luchttoevoer

303250

0020021006

max. totale buislengte (concen-trisch stuk en rookgasafvoer-leiding DN 80 in de schacht)

max. buislengte verbrandings-luchttoevoer

30,0 m

plus 3 ellebogen 87° en steunboog1)

8 m plus 1 elleboog 87°1)

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (onbuigzaam ofbuigzaam) in de schacht,

– autonoom

– Doorsnede schacht minstens:

– rond: 130 mm

– hoekig: 120 mm x 120 mm

303250 max. totale buislengte (concen-trisch stuk en rookgasafvoer-leiding DN 80 in de schacht)

20,0 m

plus 1 elleboog 87° en steunboog1)

Aansluiting op rookgasafvoerleiding opde buitenmuur

0020042907

Inhoud:

1 x0020042748

1 x0020042749

max. totale buislengte 15,0 m

plus 3 ellebogen 87° en steunboog

1)

Waarvan telkens maximaal 5 m in een koude ruimte.

Wanneer er in de rookgasafvoerinstallatie afleidingen zijn aangebracht, daalt de maximale buislengte als volgt::

– Per afleiding van 87° met 2,5 m

– Per afleiding van 45° met 1,0 m

– Per revisie-T-stuk met 2,5 m

Systeemvoorwaarden 4

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 13

Elementen Art.-nr. Maximale buislengtes VKO

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80/125 in de schacht

– autonoom

303220 max. totale buislengte 20,0 m

plus 1 elleboog 87° en steunboog1)

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (enkel onbuig-zaam) in de schacht

– autonoom

– Doorsnede schacht minstens:

– rond: 113 mm

– hoekig: 100 mm x 100 mm

303250 max. totale buislengte (concen-trisch stuk en rookgasafvoer-leiding DN 80 in de schacht)

(Geldt niet voor buigzamerookgasafvoerleiding (art.-nr.303514)

11,0 m

plus 1 elleboog 87° en steunboog1)

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (onbuigzaam ofbuigzaam) in de schacht

– autonoom

– Doorsnede schacht minstens:

– rond: 120 mm

– hoekig: 110 mm x 110 mm

303250 max. totale buislengte

(concentrisch stuk en rook-gasafvoerleiding DN 80 in deschacht)

18,0 m

plus 1 elleboog 87° en steunboog1)

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (onbuigzaam ofbuigzaam) in de schacht

– autonoom

– Doorsnede schacht minstens:

– rond: 150 mm

– hoekig: 130 mm x 130 mm

303250 max. buislengte loodrecht stuk 2,0 m

plus 3 ellebogen 87° en steunboog

max. buislengte loodrecht stukTeil DN 80 in de schacht

28,0 m1)

Concentrische aansluiting op rookgas-afvoerleiding DN 80 (onbuigzaam ofbuigzaam) in de schacht

– autonoom

– Doorsnede schacht minstens:

– rond: 180 mm

– hoekig: 140 mm x 140 mm

303250 max. buislengte loodrecht stuk 2,0 m

plus 3 ellebogen 87° en steunboog

max. buislengte loodrecht stukDN 80 in de schacht

30,0 m1)

Aansluiting op cascade met 2 toestel-len DN 130 (PP)

– autonoom

– Doorsnede schacht minstens:

– rond: 190 mm

– hoekig: 170 mm x 170 mm

0020042761

0020042762

max. buislengte

min. buislengte

min. buislengte

30,0 m (waarvan max. 5 m in een koudekamer)

4,0 m (bij rookgasafvoer zonder ellebo-gen)

5,0 m (bij rookgasafvoer met twee elle-bogen van 15° of 30°)

1)

Waarvan telkens maximaal 5 m in een koude ruimte.

Wanneer er in de rookgasafvoerinstallatie afleidingen zijn aangebracht, daalt de maximale buislengte als volgt::

– Per afleiding van 87° met 2,5 m

– Per afleiding van 45° met 1,0 m

– Per revisie-T-stuk met 2,5 m

4.1: Systeemvoorwaarden

5 Montage

14 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5 Montage

5.1 Uitlaat in de schacht monteren

5.1.1 Onbuigzame rookgasafvoerleiding monteren

Om de onbuigzame rookgasafvoerleiding in de schacht temonteren wordt eerst de schachtaansluiting gemaakt en deoplegrail met het steunboog geplaatst. Vervolgens wordt deleiding in de schacht gemonteerd.

5.1.1.1 Leveringsomvang concentrische aansluitingcontroleren

70

70

500

5

6

1

2

3

4

5.1: Leveringsomvang concentrische aansluiting

1 Steunboog

2 Oplegrail

3 Muurrozet

4 70-mm-buisklem (2 x)

5 Revisie-T-stuk

6 Verlengstuk 0,5 mm

▶ Controleer de leveringsomvang.

5.1.1.2 Oplegrail en steunboog monteren

1

2

5.2: Oplegrail en steunboog monteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar het toestel toe,3° betekent dat de buis per meter onge-veer 50 mm schuin loopt.

1. Bepaal waar u ze gaat plaatsen.

2. Maak een voldoende grote opening in de schacht.3. Boor een gat in de achterste schachtwang.4. Snijd de oplegrail indien nodig af (2).5. Maak het steunboog (1) vast op de oplegrail zodat de

rookgasafvoerleiding na de plaatsing midden in deschacht staat.

6. Plaats de oplegrail met het steunboog in de schacht.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 15

5.1.1.3 Onbuigzame rookgasafvoerleiding in deschacht monteren

1

2

3

4

5.3: Onbuigzame rookgasafvoerleiding monteren

1. Laat de eerste rookgasafvoerbuis (3) met behulp vaneen kabel (2) zakken tot u de volgende rookgasafvoer-buis (1) kunt plaatsen.

2. Schuif maximaal elke 5 m een afstandshouder (4) op derookgasafvoerbuizen.

Aanwijzing

Plaats bij schachten met een diameter tus-sen 113 mm en 120 mm of met een zijde-lingse lengte tussen 100 mm en 110 mmgeen afstandshouders!

3. Indien u in de onbuigzame rookgasafvoerleiding een rei-nigingsgat hebt aangebracht, plaats dan voor en achterhet gat telkens een afstandshouder.

Aanwijzing

De kant met de moffen van de rookgasaf-voerbuizen moet altijd naar boven wijzen.

4. Steek zo veel buizen samen tot u de onderste buis inhet steunboog kunt steken en op een bovenste buis eenschachtkap kan worden gemonteerd.

5. Trek de kabel uit de schacht.6. Monteer de schachtkap uit kunststof (PP).

(→ Bladzijde 22)7. Alternatief▶ Monteer de schachtkap uit roestvrij staal op de on-

buigzame rookgasafvoerleiding. (→ Bladzijde 24)

5.1.1.4 Schacht-/wandaansluiting monteren

1

22

3 3

1

A B

5.4: Aansluiting voor autonome (A) of niet-autonome (B)bediening

1 Luchttoevoerbuis

2 Rookgasafvoerbuis

3 Muurrozet

▶ Kort de rookgasafvoerbuis in (1) en steek ze op hetsteunboog.

5.1.1.5 Schachtaansluiting voor niet-autonomebediening monteren

1. Maak de rookgasafvoerbuis vast met mortel en laatdeze uitharden.

2. Kort de luchttoevoerbuis in (2).

Aanwijzing

Let er tijdens het inkorten op dat u het uit-einde niet van de vastzetinrichting afsnijdt.De vastzetinrichting, de muurrozet en debuisklem houden de buis in centrale positie.

3. Schuif de luchttoevoerbuis tot aan de muur over derookgasafvoerbuis.

4. Plaats de muurrozet (3).5. Sluit het toestel op de verbrandingsluchttoe-

voer/rookgasafvoer aan. (→ Bladzijde 44)

5 Montage

16 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

A

B

5.5: Montagevoorbeeld niet-autonoom

A max. 5 m B Luchttoevoer schoorsteenBmin = 125 cm

2

Attentie!Gebouw voor schade aan het gebouw!

De schacht kan door uitlopend condenswa-ter nat worden.

▶ Voorzie onderaan de schacht een lucht-invoer (met een opening van minstens125 cm²).

Attentie!Storing aan het toestel!

In geval van een niet-autonome bedieningmoet voldoende verse lucht worden aange-voerd.

▶ Maak een opening van 150 cm2

dierechtstreeks naar buiten leidt of zorgvoor aanvoer van verbrandingsluchtuit een daarvoor voldoende verluchteandere kamer.▶ Houd de openingen voor de luchtaan-

voer vrij! Anders ontstaan er misschienstoringen in het toestel.

6. Open wanneeer het toestel niet autonoom wordt be-diend de kap van de luchtaanzuigopening aan het revi-sie-T-stuk.

5.1.1.6 Schachtaansluiting voor autonome bedie-ning monteren

1. Steek de rookgasafvoerbuis op de overgangselleboog.2. Kort de luchttoevoerbuis in (2).

Aanwijzing

Let er tijdens het inkorten op dat u het uit-einde niet van de vastzetinrichting afsnijdt.De vastzetinrichting, de muurrozet en debuisklem houden de buis in centrale positie.

3. Schuif de luchttoevoerbuis over de rookgasafvoerbuisin de schacht tot deze helemaal tegen de binnenmuurstaat.

4. Maak de luchttoevoerbuis vast met mortel en laat dezeuitharden.

5. Plaats de muurrozet (3).

A

5.6: Montagevoorbeeld autonoom

A max. 5 m

6. Let erop of de kap van de luchtaanzuigopening tijdensautonome bediening op het revisie-T-stuk staat.

7. Sluit het toestel op de verbrandingsluchttoe-voer/rookgasafvoer aan. (→ Bladzijde 44)

5.1.2 Buigzame rookgasafvoerleiding monteren

Om de buigzame rookgasafvoerleiding in de schacht temonteren wordt eerst de schachtaansluiting gemaakt ende oplegrail met het steunboog geplaatst. Vervolgens wordtde leiding in de schacht gemonteerd.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 17

5.1.2.1 Leveringsomvang controleren

70

70

500

5

6

1

2

3

4

5.7: Leveringsomvang concentrische aansluiting

1 Steunboog

2 Oplegrail

3 Muurrozet

4 70-mm-buisklem (2 x)

5 Revisie-T-stuk

6 Verlengstuk 0,5 mm

1. Controleer de leveringsomvang.

2

1

4

3

5

5.8: Leveringsomvang basiselementen van de buigzamerookgasafvoerleiding

1 Schachtkap (kap)

2 Schachtkap (voet)

3 Insteekelement

4 Montagekruis

5 Aansluitring

2. Controleer de leveringsomvang.

Aanwijzing

Wanneer u de schachtkap uit roestvrij staal(art.-nr. 0020025741) wilt monteren, dangebruikt u art.-nr. 0020021008.De set (art.-nr. 0020021008) omvat- insteekelement- montagekruis- verbindingsstuk met mof

3. Monteer de buigzame rookgasafvoerleiding zoals be-schreven. In de plaats van de aansluitring komt wel hetverbindingsstuk met mof.

4. Monteer de schachtkap uit roestvrij staal op de buig-zame rookgasafvoerleiding. (→ Bladzijde 25)

5.1.2.2 Oplegrail en steunboog monteren

1

2

5.9: Oplegrail en steunboog monteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar het toestel toe,3° betekent dat de buis per meter onge-veer 50 mm schuin loopt.

1. Bepaal waar u ze gaat plaatsen.

2. Maak een voldoende grote opening in de schacht.3. Boor een gat in de achterste schachtwang.4. Snijd de oplegrail indien nodig af (2).5. Maak het steunboog (1) vast op de oplegrail zodat de

rookgasafvoerleiding na de plaatsing midden in deschacht staat.

6. Plaats de oplegrail met het steunboog in de schacht.

5 Montage

18 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.1.2.3 Verbindings- en reinigingselementen ge-bruiken

1 2

5.10: Verbindings- en reinigingselement monteren

1 Verbindingselement 2 Reinigingselement

1. In plaats van dat u met één enkel stuk de hele lengtevan de buigzame rookgasafvoerleiding bestrijkt, kunt umeerdere kleine stukken gebruiken en deze met verbin-dingselementen (art.- nr. 303512) of met een reinigings-element (art.-nr. 303511) aan elkaar koppelen.

5.11: Buigzame rookgasafvoerleiding inkorten en dichtingmonteren

2. Maak de rookgasafvoerleiding met een zaag of eenschaar in een rib zo kort als nodig is.

3. Monteer de dichting in de onderste onbeschadigde ribvan de rookgasafvoerleiding.

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat blijft staan, kan de dichtin-gen beschadigen.

▶ Let op de inbouwrichting van het reini-gings- en het verbindingselement (mar-kering), zodat de dichtingen niet bescha-digd worden door condensaat dat blijftstaan.

4. Schuif het uiteinde van de rookgasafvoerleiding tot aande aanslag in het element.

5. Maak het element vast met de kliksloten.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 19

5.1.2.4 Buigzame rookgasafvoerleiding in deschacht monteren

1

8

9

7

10

11

7

6

2

3

4

5

7

12

13

5.12: Buigzame rookgasafvoerleiding

1 Kap van de schachtkap

2 Voet van de schachtkap

3 Aansluitring

4 Montagekruis

5 Rand van de monding

6 Reinigingselement

7 Afstandshouder

8 Rookgasafvoerleiding

9 Verbindingselement

10 Uiteinde van de rookgas-afvoerleiding

11 Insteekelement

12 Steunboog

13 Oplegrail

1. Bepaal de totale lengte van de buigzame rookgasaf-voerleiding van aan de monding van de schacht (5) totaan het steunboog (12).

Aanwijzing

Maak in eerste instantie enkel een ramingvan de totale lengte. Voeg daar dan afhan-kelijk van de afstand een ruim gerekendelengte bij: minstens 50 cm als de schachtrecht loopt, minstens 70 cm als deze is ver-plaatst.Snijd de buigzame rookgasafvoerleidingmaar af wanneer u ze aan de monding vande schacht bevestigt.

Aanwijzing

Wilt u een reinigingselement inbouwen, be-paal dan de lengte van de buigzame rook-gasafvoerleiding van aan het reiningsele-ment tot aan het steunboog en van aan demonding van de schacht tot aan het reini-gingselement.

5.13: Buigzame rookgasafvoerleiding afsnijden en dichtingmonteren

2. Snijd de rookgasafvoerleiding (8) in een gleuf met eenzaag of een schaar op de juiste lengte af.

3. Monteer indien nodig eerst de verbindings- (9) en reini-gingselementen (6).

4. Monteer de dichting in de onderste onbeschadigdegleuf van de rookgasafvoerleiding.

5 Montage

20 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

11

10

5.14: Insteekelement in buigzame rookgasafvoerleiding schuiven

5. Schuif het onderste uiteinde van de rookgasafvoerlei-ding (10) tot aan de aanslag in het insteekelement (11).

6. Maak het insteekelement vast met de kliksloten.7. Monteer de afstandshouder (7) op de rookgasafvoerlei-

ding op hoogstens 2 m afstand.

1.

2.

5.15: Montagehulp bevestigen

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Scherpe randen aan de schacht kunnen derookgasafvoerleiding beschadigen.

▶ Trek de rookgasafvoerleiding met tweepersonen doorheen de schacht.

8. Bevestig de montagehulp op het insteekelement.

9. Breng de rookgasafvoerleiding van boven in de schachtin. Steek de kabel van de montagehulp er vooraan in.Iemand moet er aan de monding van de schacht altijdop toezien dat de rookgasafvoerleiding steeds cen-traal zit, dit om mechanische schade te vermijden. Eentweede persoon neemt de kabel van de montagehulpin de installatieruimte van het toestel aan en trekt derookgasafvoerleiding met de montagehulp doorheen deschacht.

10. Verwijder de montagehulp wanneer de buigzame rook-gasafvoerleiding volledig in de schacht zit.

11. Steek het insteekelement (11) aan de onderzijde van derookgasafvoerleiding in het steunboog (12).

12. Schuif het montagekruis (4) via de rookgasafvoerlei-ding op de schachtwangen.

13. Schuif de aansluitring (3) over de rookgasafvoerleiding.14. Zet de aansluitring met de kliksloten op het montage-

kruis vast.– De rookgasafvoerleiding hangt in het montagekruis.

15. Monteer de schachtkap van de buigzame rookgasaf-voerleiding. (→ Bladzijde 23)

16. Alternatief▶ Monteer de schachtkap uit roestvrij staal op de buig-

zame rookgasafvoerleiding. (→ Bladzijde 25)

17. Monteer de schacht-/wandaansluiting. (→ Bladzijde 15)

5.1.3 Concentrische verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleiding monteren

Om de concentrische verbrandingsluchttoevoer-/rookgas-afvoerleiding in de schacht te monteren wordt eerst deschachtaansluiting gemaakt en de oplegrail met het steun-boog geplaatst. Vervolgens wordt de leiding in de schachtgemonteerd.

5.1.3.1 Leveringsomvang concentrische luchttoe-voer- en rookgasafvoerleiding in de schachtcontroleren

1

2

3

4

70

70

500

7

8

6

5

5.16: Leveringsomvang

1 Revisie-T-stuk

2 Afdichtplaat

3 Oplegrail

4 Muurrozet

5 Afstandshouder

6 70-mm-buisklem (2 x)

7 Revisie-T-stuk

8 Luchttoevoer-/rookgasaf-voerbuis 0,5m

▶ Controleer de leveringsomvang.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 21

5.1.3.2 Concentrische verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoerleiding in de schacht monte-ren

6

5

5

7

8

9

4

1

2

3

5.17: Concentrische luchttoevoer-/rookgasafvoerleidingmonteren

1 Kap van de schachtkap

2 Voet van de schachtkap

3 Afdichtplaat

4 Rand van de monding opde schacht

5 Afstandshouder

6 Reinigingsgat

7 Buisklem

8 Steunboog

9 Oplegrail

1. Monteer de oplegrail (9) en het steunboog (8) in deschacht.

2. Monteer met behulp van een kabel de rookgasafvoer-leiding zo lang als nodig en met het bijbehorende reini-gingsgat (6) vanuit het einde van de schacht naar onde-ren.

3. Verbind de afzonderlijke onderdelen telkens met eenklem (7).

4. Zet op alle scheidingsplaatsen buisklemmen.(→ Bladzijde 46)

5. Schuif maximaal om de 5 meter telkens een afstands-houder (5) op de rookgasafvoerbuizen.

6. Plaats ook altijd een afstandshouder voor en achter eenreinigingsgat.

7. Nadat u de hele rookgasafvoerleiding in het steunbooghebt geduwd, plaatst u een klem (7) als verbindings-stuk.

8. Wanneer de bovenste rookgasafvoerbuis insteekt, ver-wijdert u de mof van de buis en snijdt u de buis af totdeze kort genoeg is. Deze moet 300 mm voorbij demonding van de schacht uitsteken.

9. Ontbraam de rookgasafvoerbuis.10. Monteer de schachtkap uit kunststof (PP).

(→ Bladzijde 22)11. Alternatief▶ Monteer de schachtkap uit roestvrij staal op de on-

buigzame rookgasafvoerleiding. (→ Bladzijde 24)

5.1.3.3 Schacht-/wandaansluiting monteren

min. 100

25

21 43

5.18: Schachtaansluiting

1. Kort het verlengstuk zo ver als nodig in (1) en koppelhet steunboog (4) via de buisklem (3) aan het verleng-stuk.

2. Maak het verlengstuk vast met mortel en laat deze uit-harden.

3. Schuif de muurrozet (2) over het verlengstuk en maakze vast aan de muur.

4. Sluit het toestel op de verbrandingsluchttoe-voer/rookgasafvoer aan. (→ Bladzijde 44)

5 Montage

22 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.2 Schachtkappen monteren

5.2.1 Schachtkap uit kunststof (PP) monteren

Attentie!Gevaar voor schade aan het toestel!

Aangezogen rookgassen of vervuilendedeeltjes kunnen het brandwaardetoestelbeschadigen of storingen veroorzaken.Wanneer de monding van de gasafvoerlei-ding voor het autonoom bediende toestelonmiddellijk naast een andere afvoerin-stallatie ligt, kunnen rookgassen of vervui-lende deeltjes worden aangezogen.

▶ Plaats een geschikte kap op de andererookgasafvoerinstallatie.

Attentie!Gevaar voor schade door roetbrand innaburige schoorsteen!

De warmte die een nabije schoorsteen af-geeft, kan de monding van de afvoerleidingbeschadigen (schoorstenen zijn roet- enbrandbestendige rookgasafvoerinstalla-ties om in combinatie met stookinstallatiesvoor vaste brandstoffen te gebruiken).

▶ Plaats indien nodig een warmtebesten-dige schachtkap.

Attentie!Gevaar voor schade door warmte-uitzet-ting!

De rookgasafvoerleiding uit kunststof (PP)kan door de warmte uitzetten, waardoorde kap soms tot 20 cm hoger staat!

▶ Zorg ervoor dat er boven de kap vol-doende ruimte vrij is.

1

2

3

min

. 10

0 m

m

30

0 m

m

5.19: Schachtkap (PP) monteren

1 Kap

2 Voet

3 Rand van de monding

1. Wanneer de bovenste rookgasafvoerbuis insteekt, ver-wijdert u de mof van de buis en snijdt u de buis af totdeze kort genoeg is. Deze moet 300 mm voorbij demonding van de schacht uitsteken.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 23

300

mm

4

5.20: Schachtkap op concentrische luchttoevoer-/rookgasaf-voerleiding monteren

2. Enkel concentrische rookgasafvoerleiding: Monteerde afdichtplaat (4) op de rand van de monding.

3. Ontbraam de rookgasafvoerbuis.4. Dicht de rand van de monding op de schacht (3) af met

silicone.

h h/ 2

5

5.21: Buigzame onderlegplaatjes

5. Maak de voet van de schachtkap (2) met vier schroevenvast op de rand van de monding.

Aanwijzing

Gebruik zeker de vier buigzame onderleg-plaatjes (5) om materiaaluitzettingen tekunnen compenseren. Verpers de onderleg-plaatjes met 50 % (h/2).

Aanwijzing

U kunt de voet van de schachtkap indiennodig met een zaag kleiner maken.

60 mm

5.22: Uitsprong schachtkap

6. Controleer of er boven de voet van de schachtkap nog60 mm uitsteekt.

7. Zet de kap (1) van de schachtkap (2) met het insteekui-teinde vast in het bovenste uiteinde van de onbuigzamerookgasafvoerleiding en duw deze goed vast.

5.2.2 Schachtkap uit kunststof (PP) van de buig-zame rookgasafvoerleiding monteren

Attentie!Gevaar voor schade aan het toestel!

Aangezogen rookgassen of vervuilendedeeltjes kunnen het brandwaardetoestelbeschadigen of storingen veroorzaken.Wanneer de monding van de gasafvoerlei-ding voor het autonoom bediende toestelonmiddellijk naast een andere afvoerin-stallatie ligt, kunnen rookgassen of vervui-lende deeltjes worden aangezogen.

▶ Plaats een geschikte kap op de andererookgasafvoerinstallatie.

1. Dicht de rand van de monding af met silicone.

5 Montage

24 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

h h/ 2

5

5.23: Bevestiging met buigzame onderlegplaatjes

2. Maak de voet van de schachtkap met vier schroevenvast op de rand van de monding.

Aanwijzing

Gebruik zeker de vier buigzame onderleg-plaatjes (5) om materiaaluitzettingen tekunnen compenseren. Verpers de onderleg-plaatjes met 50 % (h/2).

Aanwijzing

U kunt de voet van de schachtkap indiennodig met een zaag kleiner maken.

5.24: Ingekorte buigzame rookgasafvoerleiding

3. Kort de buigzame rookgasafvoerleiding met een zaag ofeen schaar in een gleuf zo in dat er vier of vijf gleuvenover de rand van de voet uitsteken.

4. Monteer de dichting in de onderste onbeschadigdegleuf van de rookgasafvoerleiding.

1

5.25: Kap monteren

5. Schuif de kap van de schachtkap (1) over het boven-einde van de buigzame rookgasafvoerleiding met eendichting.

6. Duw de kap op de voet naar omhoog tot deze duidelijkhoorbaar vastklikt

5.2.3 Schachtkap uit roestvrij staal op onbuig-zame rookgasafvoerleiding monteren.

Aanwijzing

Schachtkap: art.-nr. 0020021007.

De laatste rookgasafvoerbuis moet uit roestvrijstaal zijn (art.-nr. 0020025741).

2

min.400 mm

330 - 340 mm1

5.26: Buis in roestvrij staal inkorten

1. Kort de buis in roestvrij staal in (1).

2. Plaats de buis in roestvrij staal.3. Dicht de rand van de monding (2) af met silicone.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 25

6

7

5.27: Schachtkap monteren

Attentie!Gevaar voor schade door warmte-uitzet-ting!

De rookgasafvoerleiding uit kunststof (PP)kan door de warmte uitzetten, waardoorde kap soms tot 20 cm hoger staat!

▶ Zorg ervoor dat er boven de kap vol-doende ruimte vrij is.

4. Schuif de schachtafdekking (7) over de buis van demonding en plaats ze op de schacht.

5. Maak de schachtafdekking met vier pinnen en vierschroeven vast.

Attentie!Gevaar voor schade door warmte-uitzet-ting!

De rookgasafvoerleiding kan tijdens hetafkoelen korter worden.

▶ Plaats de regenkap niet rechtstreeks opde geleideplaten. Laat onderaan ca. 2cm bewegingsruimte vrij.

6. Monteer de regenkap (6).

Aanwijzing

U kunt de voet van de schachtkap indiennodig met een plaatschaar kleiner maken.

5.2.4 Schachtkap uit roestvrij staal op buigzamerookgasafvoerleiding monteren

1

3

2

5.28: Verbindingsstuk monteren

1. Schuif het montagekruis (3) over de rookgasafvoerlei-ding (2) op de schachtwang.

2. Kort de buigzame rookgasafvoerleiding met een zaag ofeen schaar in een gleuf zo in dat er vier of vijf gleuvenover de rand van de voet uitsteken.

3. Monteer de dichting in de onderste onbeschadigdegleuf van de rookgasafvoerleiding.

4. Schuif het verbindingsstuk met mof (1) tot aan de aan-slag op de rookgasafvoerleiding.

5. Maak het verbindingsstuk vast met de kliksloten.

◁ De rookgasafvoerleiding hangt in het montagekruis.

Aanwijzing

De laatste rookgasafvoerbuismoet uit roestvrij staal zijn, zie ookgecertificeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemen (→ Bladzijde 9).

5 Montage

26 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

330 - 340 mm 4

5.29: Buis van de monding inkorten

6. Kort de buis van de monding in (4) zoals aangegeven inde afbeelding.

1

5

4

5.30: Buis van de monding monteren

7. Steek de buis van de monding in het verbindingsstuk(1).

8. Dicht de rand van de monding (5) af met silicone.

6

7

5.31: Schachtkap monteren

9. Schuif de schachtafdekking (7) over de buis van demonding zet ze op de schacht.

10. Maak de schachtafdekking met vier pinnen en vierschroeven vast.

11. Monteer de regenkap (6).

Aanwijzing

U kunt de voet van de schachtkap indiennodig met een plaatschaar kleiner maken.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 27

5.3 Uitlaat op de buitenmuur monteren

5.3.1 Leveringsomvang basiselementen voor demontage op de buitenmuur

2

4 5

99 10

3

6

87

1

5.32: Leveringsomvang basiselementen voor de montage op debuitenmuur

1 Revisie-T-stukØ 80/125 mm

2 70-mm-buisklem (2 x)

3 Verlengstuk 0,5 m,Ø 80/125 mm

4 Buitenrozet in stukken,roestvrij staal

5 Binnenrozet

6 Wanddoorvoeringsboog87°, Ø 80/125 mm, roest-vrij staal

7 Luchtklem roestvrij staal(2 x)

8 Mondingsstuk, roestvrijstaal

9 Luchtaanzuigstuk, roest-vrij staal

10 Console voor de buiten-muur 50 tot 300 mmverstelbaar, roestvrij staal

▶ Controleer de leveringsomvang.

5.3.2 Let op de statische maten

Bepaal alvorens u begint te monteren hoe de rookgasaf-voer zal lopen, en hoeveel en waar er op de buitenmuurwandconsoles en buishouders zullen worden aangebracht.

Gevaar!Risico op verwondingen door onderdelendie naar beneden vallen!

Bij het overschrijden van de statischewaarden kan de rookgasafvoermechanische schade oplopen. In extremegevallen kunnen er onderdelen van demuur vallen en daarmee mensen in gevaarbrengen.

▶ Houd tijdens het monteren de statischewaarden in acht.▶ Maak minstens elk ander verlengstuk

met een buisklem vast aan de buiten-muur.

Rookgasafvoerleiding op de buitenmuur

1

2

2

3

3

2

2

2

4

5

6

7

9

9

10

11

12

8

A

B

C

D

E

5.33: Rookgasafvoerleiding op de buitenmuur

1 Mondingsstuk

2 Luchtklem

3 Buishouder buitenmuur

4 Verlengstuk

5 Console voor de buiten-muur

6 Luchtaanzuigstuk

7 Wanddoorvoeringsboog

8 Buitenrozet, in stukken

5 Montage

28 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

9 Buisklem binnen

10 Revisie-T-stuk

11 Verlengstuk binnen

12 Binnenrozet

A max. 2 m (afstand tussenwanddoorvoeringsboog enconsole op de muur)

B max. 22 m (hoogte bovenconsole op de muur)

C max. 2 m (afstand tussende buishouders)

D max. 1,5 m (hoogte bovende bovenste buishouder)

E min. 50 mm (afstandtussen boorgat in demuur en console op debuitenmuur)

Gevaar!Risico op verwondingen door onderdelenvan de rookgasafvoerleiding die naarbeneden vallen!

Vanaf een verticale hoogte van 2 m moeteen console voor de buitenmuur de verti-cale steunpuntkrachten op zich nemen. Zoraakt de rookgasafvoerleiding niet overbe-last.

▶ Wanneer u een systeem hebt verplaatst,zet dan een tweede console op de bui-tenmuur.

Gevaar!Risico op verwondingen door onderdelendie naar beneden vallen!

Het stuk van de rookgasafvoerleiding datover het dak uitsteekt, moet voldoendesterk zijn. U mag geen afstand voorzientussen de bovenste twee buishouders ende buitenmuur. Door een opening verliestde rookgasafvoerleiding bij windstoten aansterkte, en kan de rookgasafvoerleidingverdraaien of loskomen.

▶ Voorzie geen afstand tussen de boven-ste twee buishouders buitenmuur.

max. 2 m

max. 87°

max. 2 m

max. 87°

max. 2 mmax. 2 m

5.34: Statische informatie bij afstand van de rookgasafvoer

5.3.3 Rookgasafvoerleiding op de buitenmuurmonteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar binnen. 3° bete-kent dat de buis per meter ongeveer 50mm schuin loopt.

Aanwijzing

Let op het eventueel aanwezige dakoverstek.Gebruik indien nodig dakpannen voor eenschuin dak. De rookgasafvoerleiding moetminstens 20 cm van vensters en andereopeningen in de muur hangen.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 29

(220)

150

300

125

125

150

(32

5)

189

159

189

159

1

1

5.35: Console buitenmuur monteren

1. Boor een gat met een kerndiameter van minstens 150mm.

2. Monteer op voorhand de console voor de buitenmuur,die uit twee houders en een draagblad bestaat.

Aanwijzing

Monteer de console voor de buitenmuurminstens 50 mm boven het boorgat. Zokunt u de rozet op de rookgasafvoerbuismonteren.

3. Monteer het steunblad langs de korte zijde op 50 tot150 mm van de muur. De afstand met de lange zijdevan de console tot de muur moet 150 mm tot 300 mmbedragen.

4. Bepaal de gewenste afstand tot de muur en draai devier schroeven (1) zo vast dat u ze kunt monteren.

5. Monteer de console voor de buitenmuur minstens 50mm boven het boorgat. Zo kunt u de rozet op de rook-gasafvoerbuis monteren.

9

10

11

min. 50 mm

60

70

3

2

1

4

5

7 6

8

5.36: Aansluiting voor de buitenmuurleiding monteren

1 Luchtklem

2 Verlengstuk voor de bui-tenmuur

3 Spanklem van de consolevoor de buitenmuur

4 Luchtaanzuigstuk

5 Wanddoorvoeringsboog

6 Buitenrozet, in stukken

7 Verlengstuk binnen

8 Binnenrozet

9 Buitenste rib

10 Spaninrichting

11 Buitenste rib

6. Monteer op voorhand de wanddoorvoeringsboog, hetluchtaanzuigstuk en een verlengstuk.

5 Montage

30 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

Aanwijzing

Het luchtaanzuigstuk moet zich minstens0,3 m boven de grond bevinden. Zo raaktdit niet door de sneeuw geblokkeerd. U maghet luchtaanzuigstuk zo hoog u wilt aan-brengen. Houd u daarbij wel aan de beper-kingen in de tabel "Systeemvoorwaarden".Wel moet het luchtaanzuigstuk altijd verti-caal staan, zodat er geen regenwater in deopeningen loopt. De mof van de rookgasaf-voerleiding moet steeds in de richting vande monding wijzen.

7. Hang telkens een luchtklem (1) op een verlengstuk voorde buitenmuur (2) en op het luchtaanzuigstuk (4).

8. Steek het luchtaanzuigstuk en de wanddoorvoerings-boog (5) tot aan de aanslag samen. Doe dit ook bij hetverlengstuk voor de buitenmuur en het luchtaanzuig-stuk.

9. Leg de luchtklem over de twee buitenste ribben (9, 11)en draai de spaninrichting (10) aan.

10. Steek de wanddoorvoeringsboog (5) met luchtaanzuig-stuk en verlengstuk voor de buitenmuur doorheen deopening in de muur.

11. Plaats de spanklem van de console voor de buitenmuur(3) rond het verlengstuk voor de buitenmuur en draaibeide klemschroeven aan.

12. Maak het witte verlengstuk (7) indien nodig korter.13. Plaats het witte verlengstuk van binnen uit op de wand-

doorvoeringsboog.14. Vul de voeg tussen de luchttoevoerbuis en de opening

langs buiten en langs binnen op met mortel. Laat demortel uitharden.

15. Schroef de binnenste rozet (8) langs binnen vast.16. Schroef de buitenste rozet (6) langs buiten vast.17. Maak de buishouder op de buitenmuur max. om de 2 m

vast.

195 45

25

50 - 90 mm

90 - 130 mm

140 - 330 mm

130

125

5.37: Instelbereik van de buishouder op de buitenmuur

18. Verwijder voor het instelbereik van 90 tot 160 mm debuitenste beugel.

Basis / technische gegevens

De buishouders op de buitenmuur hebben een instelbereikvan 50 tot 90 mm. Als de muur op grotere afstand moetstaan, moeten er op de buishouders verlengstukken wordenaangebracht. Zo wordt een maximale afstand van 300 mmmogelijk.

19. Schroef de buishouders op de buitenmuur rechtstreeksvast op het onderste deel van het verlengstuk.

20. Monteer de rookgasafvoerleidingen, indien nodig hetreinigingsgat en de afleidingen, en het eindstuk.

Aanwijzing

Het eindstuk van de rookgasafvoer is inroestvrij staal. De afvoermonding is daar-mee ook tegen UV-straling bestand.De monding moet minstens 40 cm van hetdak staan. Bij toestellen met een vermogenboven 50 kW moet dit minstens 100 cm zijn.

21. Draai alle wandbevestigingen en buisklemmen vast.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 31

5.3.4 Regenkap monteren

Aanwijzing

Wanneer de rookgasafvoer doorheen een dak-overstek loopt, dan moet er een regenkap opworden gemonteerd.

5.38: Regenkap monteren

1. Plaats de regenkap.

2. Draai de klemschroef vast.3. Maak de voeg tussen de regenkap en de rookgasafvoer

met behulp van een UV-bestendig materiaal permanentelastisch dicht.

5.3.5 Inkortbaar verlengstuk monteren

Aanwijzing

Wanneer een inkortbaar verlengstuk (art.-nr.0020042755) wordt gebruikt, houdt de af-standshouder de rookgasafvoerbuis centraal inde buitenbuis en zit deze niet aan de buitenbuisverbonden. Op de buitenbuis zit aan de insteek-kant geen rib, omdat deze is afgesneden.

2

1

5.39: Verlengstuk inkorten

1. Trek de rookgasafvoerbuis (1) uit de buitenbuis (2) als uhet verlengstuk wilt inkorten.

2. Snijd de rookgasafvoerbuis en de buitenbuis op de-zelfde hoogte af.

Aanwijzing

Snijd de rookgasafvoerbuis en de buitenbuisaf aan de tegenovergestelde kant van demof. De afstandshouder moet op de rook-gasafvoerbuis blijven zitten.

3. Schuif de rookgasafvoerbuis opnieuw in de buitenbuis.

5 Montage

32 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

1

2

5.40: Inkortbaar verlengstuk met buishouder buitenmuur

1 Buishouder buitenmuur 2 Klem

Waarschuwing!Risico op verwondingen door onderdelendie naar beneden vallen!

Op de buitenbuis van het inkortbare ver-lengstuk bevindt zich onderaan geen rib,de klem kan het buizenstelsel niet stabili-seren.

▶ Plaats een extra buishouder voor de bui-tenmuur. Zo komt het stelsen bij wind-stoten niet los.

4. Plaats net boven het inkortbare verlengstuk een extrabuishouder voor de buitenmuur.

5.3.6 30°-elleboog (buitenmuur) op afstand mon-teren

5.3.6.1 Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen

B

A

C

5.41: Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen

A Afstand

B Lengte van de luchttoe-voerbuis

C Hoogte

1. Voorbeeld: (met inkortbaar verlengstuk zie ook gecerti-ficeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-temen (→ Bladzijde 9)): meet de afstand(A) uit, bijvoor-beeld met 300 mm.

2. Bereken op basis van deze waarde in onderstaande ta-bel de lengte (B) = 494 mm en de hoogte (C) = 656 mmvan de luchttoevoerbuis van het inkortbare verlengstuk.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 33

5.3.6.2 Tabel met afstanden

Met inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 0,5 m art.-nr.0020042753 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 1,0 m art.-nr.0020042754 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Afstand Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte

A B C A B – C A B – C

53 0 228 298 490 0 652 548 990 0 1085

54 - 109 niet mogelijk 299 -339

niet mogelijk 549 -589

niet mogelijk

110 114 327 340 574 114 725 590 1074 114 1158

120 134 344 350 594 134 742 600 1094 134 1175

130 154 361 360 614 154 759 610 1114 154 1192

140 174 378 370 634 174 777 620 1314 174 1210

150 194 396 380 654 194 794 630 1514 194 1227

160 214 413 390 674 214 811 640 1714 214 1244

170 234 430 400 694 234 829 650 1914 234 1262

180 254 448 410 714 254 846 660 1214 254 1279

190 274 465 420 734 274 863 670 1234 274 1296

200 294 482 430 754 294 881 680 1254 294 1314

210 314 500 440 774 314 898 690 1274 314 1331

220 334 517 450 794 334 915 700 1294 334 1348

230 354 534 460 814 354 933 710 1314 354 1366

240 374 552 470 834 374 950 720 1334 374 1383

250 394 569 480 854 394 967 730 1354 394 1400

260 414 586 490 874 414 985 740 1374 414 1418

270 434 604 500 894 434 1002 750 1394 434 1435

280 454 621 510 914 454 1019 760 1414 454 1452

290 474 638 520 934 474 1037 770 1434 474 1470

300 494 656 530 954 494 1054 780 1454 494 1487

5.1: Tabel met afstanden

5 Montage

34 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.3.7 45°-elleboog (buitenmuur) op afstand mon-teren

5.3.7.1 Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen.

B

A

C

5.42: Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen

A Afstand

B Lengte van de luchttoe-voerbuis

C Hoogte

1. Voorbeeld (met inkortbaar verlengstuk zie ook gecerti-ficeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-temen (→ Bladzijde 9): meet de afstand (A) uit, bijvoor-beeld met 430 mm.

2. Bereken op basis van deze waarde in onderstaande ta-bel de lengte (B) = 488 mm en de hoogte (C) = 580 mmvan de luchttoevoerbuis van het inkortbare verlengstuk.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 35

5.3.7.2 Tabel met afstanden

Met inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 0,5 m art.-nr.0020042753 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 1,0 m art.-nr.0020042754 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Afstand Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte

A B C A B – C A B – C

106 0 256 431 490 0 581 785 990 0 935

106 -169

niet mogelijk 432 -499

niet mogelijk 786 -849

niet mogelijk

170 120 320 500 587 127 650 850 1082 122 1000

180 135 330 510 601 141 660 860 1096 136 1010

190 149 340 520 615 155 670 870 1110 150 1020

200 163 350 530 630 170 680 880 1124 164 1030

210 177 360 540 644 184 690 890 1139 179 1040

220 191 370 550 658 198 700 900 1153 193 1050

230 205 380 560 672 212 710 910 1167 207 1060

240 219 390 570 686 226 720 920 1181 221 1070

250 234 400 580 700 240 730 930 1195 235 1080

260 248 410 590 714 254 740 940 1209 249 1090

270 262 420 600 729 269 750 950 1223 263 1100

280 276 430 610 743 283 760 960 1238 278 1110

290 290 440 620 757 297 770 970 1252 292 1120

300 304 450 630 771 311 780 980 1266 306 1130

310 318 460 640 785 325 790 990 1280 320 1140

320 333 470 650 799 339 800 1000 1294 334 1150

330 347 480 660 813 353 810 1010 1308 348 1160

340 361 490 670 828 368 820 1020 1322 362 1170

350 375 500 680 842 382 830 1030 1337 377 1180

360 389 510 690 856 394 840 1040 1351 391 1190

370 403 520 700 870 410 850 1050 1365 405 1200

380 417 530 710 884 424 860 1060 1379 419 1210

390 432 540 720 898 438 870 1070 1393 433 1220

400 446 550 730 912 452 880 1080 1407 447 1230

410 460 560 740 926 466 890 1090 1421 461 1240

420 474 570 750 941 481 900 1100 1436 476 1250

430 488 580 760 955 495 910 1110 1450 490 1260

5.2: Tabel met afstanden

5 Montage

36 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.3.8 87°-elleboog (buitenmuur) op afstand mon-teren

5.3.8.1 Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen

B

A

C

5.43: Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen

A Afstand

B Lengte van de luchttoe-voerbuis

C Hoogte

1. Voorbeeld (met inkortbaar verlengstuk zie ook gecerti-ficeerde verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-temen (→ Bladzijde 9)): meet de afstand (A) uit, bijvoor-beeld met 760 mm.

2. Bereken op basis van deze waarde in onderstaande ta-bel de lengte (B) = 486 mm en de hoogte (C) = 345 mmvan de luchttoevoerbuis van het inkortbare verlengstuk.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 37

5.3.8.2 Tabel met afstanden

Met inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 0,5 m art.-nr.0020042753 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 1,0 m art.-nr.0020042754 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Afstand Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte

A B C A B – C A B – C

275 0 319 764 490 0 345 1263 990 0 371

276 -399

niet mogelijk 765 -859

niet mogelijk 1264 -1359

niet mogelijk

400 126 326 860 586 126 350 1360 1087 127 376

410 136 326 870 596 136 351 1370 1097 137 377

420 146 327 880 606 146 351 1380 1107 147 377

430 156 328 890 616 156 352 1390 1117 157 378

440 166 328 900 626 166 352 1400 1127 167 378

450 176 329 910 636 176 353 1410 1137 177 379

460 186 329 920 646 186 353 1420 1147 187 379

470 196 330 930 656 196 354 1430 1157 197 380

480 206 330 940 666 206 354 1440 1167 207 380

490 216 331 950 676 216 355 1450 1177 217 381

500 226 331 960 686 226 355 1460 1187 227 382

510 236 332 970 696 236 356 1470 1197 237 382

520 246 332 980 706 246 356 1480 1207 247 383

530 256 333 990 716 256 357 1490 1217 257 383

540 266 333 1000 726 266 357 1500 1227 267 384

550 276 334 1010 736 276 358 1510 1237 277 384

560 286 334 1020 746 286 358 1520 1247 287 385

570 296 335 1030 756 296 359 1530 1257 297 385

580 306 335 1040 766 306 360 1540 1267 307 386

590 316 336 1050 776 316 360 1550 1277 317 386

600 326 336 1060 786 326 361 1560 1287 327 387

610 336 337 1070 796 336 361 1570 1297 337 387

620 346 337 1080 806 346 362 1580 1307 347 388

630 356 338 1090 816 356 362 1590 1317 357 388

640 366 339 1100 827 367 363 1600 1327 367 389

650 376 339 1110 837 377 363 1610 1337 377 389

660 386 340 1120 847 387 364 1620 1347 387 390

670 396 340 1130 857 397 364 1630 1357 397 390

680 406 341 1140 867 407 365 1640 1367 407 391

690 416 341 1150 877 417 365 1650 1377 417 391

700 426 342 1160 887 427 366 1660 1387 427 392

710 436 342 1170 897 437 366 1670 1397 437 393

720 446 343 1180 907 447 367 1680 1407 447 393

5 Montage

38 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

Met inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 0,5 m art.-nr.0020042753 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Met verlengstuk 1,0 m art.-nr.0020042754 en inkortbaar verlengstukart.nr. 0020042755

Afstand Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte Afstand Totalelengtevan delucht-toevoer-buizen

Lengte vande luchttoe-voerbuis vanhet inkort-bare verleng-stuk

Hoogte

A B C A B – C A B – C

730 456 343 1190 917 457 367 1690 1417 457 394

740 466 344 1200 927 467 368 1700 1427 467 395

750 476 344 1210 937 477 368 1710 1437 477 395

760 486 345 1220 947 487 369 1720 1447 487 395

5.3: Tabel met afstanden

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 39

5.4 Dakdoorvoering monteren

5.4.1 Leveringsomvang loodrechte dakdoorvoe-ring controleren

143

0

701

2

3

4

5.44: Leveringsomvang loodrechte dakdoorvoering

1 Loodrechte dakdoorvoe-ring

2 Adapter (lucht) voor Ø110/125

3 Bevestigingsbeugel

4 70-mm-buisklem

▶ Controleer de leveringsomvang (dakdoorvoering rood ofzwart).

5.4.2 Loodrechte dakdoorvoering monteren

5.4.2.1 Doorvoering voor schuin dak monteren

2

3

20-50°

1

5.45: Loodrechte dakdoorvoering schuin dak

1. Bepaal waar u de dakdoorvoering wilt plaatsen.

Aanwijzing

Bewaar achter het toestel voldoende af-stand, zodat u het op de verwarmingsinstal-latie kunt aansluiten.

2. Plaats de dakpan (2).

3. Steek de dakdoorvoering (1) langs boven doorheen dedakpan, tot deze er goed opzit.

4. Zet de dakdoorvoering loodrecht.5. Bevestig de dakdoorvoering met de bevestigingsbeugel

(3) op het dakgebint.6. Koppel de dakdoorvoering via verlengstukken, ellebo-

gen en eventueel een ontkoppelinrichting aan het toe-stel.

7. Verlengstukken monteren. (→ Bladzijde 45)8. 45°-ellebogen (wit) monteren. (→ Bladzijde 47)9. 87-ellebogen (wit) monteren. (→ Bladzijde 49)10. Ontkoppelinrichting monteren. (→ Bladzijde 45)11. Zet op alle scheidingsplaatsen buisklemmen.

(→ Bladzijde 46)12. Alternatief▶ Koppel de dakdoorvoering en het toestel direct met

de ontkoppelinrichting.▶ Ontkoppelinrichting monteren. (→ Bladzijde 45)

5.4.2.2 Doorvoering voor plat dak monteren

A B 2

3

1

5.46: Loodrechte dakdoorvoering plat dak

A Koud dak B Warm dak

1. Plaats de kraag voor een plat dak(2).2. Lijm de kraag voor een plat dak goed vast.

Aanwijzing

Houd de vaststellingen in het oog in derichtlijnen voor planning en uitvoering vandaken en afdichtingen..

3. Steek de dakdoorvoering (1) langs boven doorheen dekraag voor het plat dak, tot deze er goed opzit.

4. Zet de dakdoorvoering loodrecht.5. Bevestig de dakdoorvoering met de bevestigingsbeugel

(3) op het dakgebint.6. Koppel de dakdoorvoering via verlengstukken, ellebo-

gen en eventueel een ontkoppelinrichting aan het toe-stel.

5 Montage

40 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

7. Verlengstukken monteren. (→ Bladzijde 45)8. 45°-ellebogen (wit) monteren. (→ Bladzijde 47)9. 87-ellebogen (wit) monteren. (→ Bladzijde 49)10. Ontkoppelinrichting monteren. (→ Bladzijde 45)11. Zet op alle scheidingsplaatsen buisklemmen.

(→ Bladzijde 46)12. Alternatief▶ Koppel de dakdoorvoering en het toestel direct met

de ontkoppelinrichting.▶ Ontkoppelinrichting monteren. (→ Bladzijde 45)

5.5 Verbrandingsluchttoevoer monteren

5.5.1 Luchttoevoer doorheen de buitenmuur mon-teren

Eerst wordt het luchtaanzuigstuk gemonteerd. Vervolgenswordt de luchttoevoer doorheen de buitenmuur gemon-teerd.

5.5.2 Leveringsomvang van de luchttoevoer door-heen de buitenmuur controleren

5 1

2

3

4

5.47: Leveringsomvang

1 Aansluitings-T-stuk

2 Muurrozet

3 70-mm-klem (2 x)

4 Toevoerluchtrooster

5 Luchtaanzuigstuk

▶ Controleer de leveringsomvang.

5.5.3 Werking van de verbrandingsluchttoevoerdoorheen de buitenmuur

De verbrandingslucht kan afzonderlijk van de rookgasaf-voer doorheen de buitenmuur worden aangezogen. Dit kaneen oplossing zijn wanneer de bestaande schacht door af-zettingen niet in staat is om verbrandingslucht aan te voe-ren.

2

1

3

4

5.48: Verbrandingsluchttoevoer doorheen de buitenmuur

De toegevoerde lucht stroomt door het rooster (1) en wordtdoorheen de binnenbuis (2) van het concentrische buis-systeem gevoerd. De ringspleet (3) is met een dichting (4)van de luchtstroom afgesloten. De opstaande luchtlaag inde ringspleet is een warmte-isolatie die wanneer het buitenkoud is vermijdt dat er zich aan het oppervlak van de bui-tenbuis condens vormt.

Voer de rookgasafvoerleiding in de schacht en de aanslui-ting doorheen de schachtwand zo uit dat u het toestel niet-autonoom kunt laten lopen. Houd daarbij rekening met demaximale lengtes van de buizen.

5.5.4 Aansluitingsmogelijkheden

1

2

B

A

3

5.49: Aansluitingsmogelijkheden voor aansluitings-T-stuk

1 Eerste omleiding

2 Aansluitings-T-stuk

3 Aansluiting voor de toe-stellen

U kunt het luchtaansluitings-T-stuk op twee manieren mon-teren:

– A: onmiddellijk aan de aansluiting van het toestel– B: na de eerste omleiding.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 41

5.5.5 Luchtaanzuigstuk monteren

Attentie!Gevaar voor schade aan het toestel!

Regenwater dat binnenloopt, kan het toe-stel beschadigen. Regenwater kan corrosiein het toestel veroorzaken.

▶ Verplaats het luchtaanzuigstuk met eenhelling van 2° naar buiten, zodat er geenregenwater in het toestel loopt. 2° bete-kent dat de buis per meter ongeveer 30mm schuin loopt.

1

2

4

5

3

6

5.50: Luchtaanzuigstuk monteren

1 Luchtaanzuigstuk

2 Afvoermof

3 Dichting

4 Muurrozet

5 Afstandshouder

6 Toevoerluchtrooster

1. Kies in de buitenmuur een geschikte positie voor hetluchtaanzuigstuk(1).

2. Boor daar een gat in de buitenmuur.

Basis / technische gegevens

Diameter 130 mm

3. Plaats het luchtaanzuigstuk zo in het boorgat dat deafvoermof (2) naar binnen wijst en de concentrischebuis goed op de buitenmuur aansluit.

4. Maak de ruimte tussen de wand en het luchtaanzuigstukdicht, bijvoorbeeld met mortel.

5. Zet het toevoerluchtrooster (6) zo vast in de buiten-muur dat de lamellen schuin naar onderen zijn gerichten er geen water binnen kan lopen.

6. Monteer de muurrozet(4).

Aanwijzing

Wanneer u het luchtaanzuigstuk hebt in-gekort, dan plaatst u de dichting (3) en detweede afstandshouder (5) opnieuw in deringspleet.

5.5.6 Luchttoevoer doorheen de buitenmuur mon-teren

82 - 847

3 4 5 6

2

1

5.51: Luchttoevoer doorheen de buitenmuur monteren

1 Luchtaanzuigstuk

2 Aansluitstuk voor detoestellen

3 87°-revisie-T-stuk

4 Aansluitings-T-stuk

5 Ontkoppelinrichting

6 Verlengstuk

7 Rookgasafvoerleiding

8 Luchtklem

1. Koppel het revisie-T-stuk (3) aan het aansluitstuk voorde toestellen.

2. Koppel het aansluitings-T-stuk (4) aan het revisie-T-stuk.

Aanwijzing

U kunt het aansluitings-T-stuk ook tussenhet aansluitstuk voor de toestellen (2) enhet revisie-T-stuk plaatsen.

3. Steek de ontkoppelinrichting (5) met de mof tot aan deaanslag op het verlengstuk.

4. Koppel het verlengstuk(6) aan de rookgasafvoerleiding.5. Koppel de ontkoppelinrichting aan het aansluitings-T-

stuk. Dit wordt dan later de scheidingsplaats.6. Monteer de luchtklem (7) van de ontkoppelinrichting.7. Leg de verlengstukken en buizen tot bij het aansluitings

-T-stuk. Ga van start aan het luchtaanzuigstuk (1).8. Zet op alle scheidingsplaatsen buisklemmen.

(→ Bladzijde 46)

5 Montage

42 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.6 Concentrische aansluiting op verbrandings-luchttoevoer-/rookgasafvoersysteem vooronderdruk monteren

5.6.1 Leveringsomvang

07

1

2

35

4

6

5.52: Leveringsomvang

1 Revisie-T-stuk

2 70-mm-buisklem (2 x)

3 Luchttoevoerbuis

4 Rookgasafvoerbuis

5 Muurrozet

6 Vastzetklem

▶ Controleer de leveringsomvang.

5.6.2 Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem monteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar het toestel toe,3° betekent dat de buis per meter onge-veer 50 mm schuin loopt.

Attentie!Gevaar voor schade aan het toestel!

In het loodrechte stuk van de rookgasaf-voerinstallatie mag geen overdruk ont-staan. De brander gaat er dan immers mis-schien pulseren, met schade aan het toe-stel als gevolg. Voor dergelijk gebruik ishet toestel niet geschikt en werd het nietgetest.

▶ Voer op grond van EN-13384 en met deinformatie over de temperatuur en demassastroom van de rookgassen uit deinstallatiehandleiding een functiecon-trole uit op de loodrechte rookgasaf-voerleiding.

Attentie!Gebouw voor schade aan het gebouw!

Als er zaken aan de schachtwand wordenbevestigd, kan dit de statische werking enbrandveiligheid van de wand benadelen.

▶ Bevestig niets met schroeven, pinnen,enz. rechtstreeks aan op de schacht-wand van het verbrandingsluchttoevoer-en rookgasafvoersysteem.▶ Zet alles vast op de gevelbekleding of

zijdelings naast de muur.▶ Houd de instructies van de producent

van het verbrandingsluchttoevoer- enrookgasafvoersysteem in acht.

BA

5.53: Rookgasafvoerbuis verkorten en luchttoevoerbuisplaatsen

A Lucht B Rookgas

▶ Maak op het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoer-systeem een aansluiting voor een niet-autonome bedie-ning.

Aanwijzing

Kijk in de handleiding naar de aansluithoogtevan het toestel (inclusief aansluitstuk voorde toestellen en revisie-T-stuk).

5.6.3 Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem uit keramiek mon-teren

Aanwijzing

Verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-temen uit keramiek zijn meestal met rubberendichtingen uitgerust en beschikken aan de kantvan de luchtaansluiting over een buisaanslag.

1. Haal de mof van de rookgasafvoerleiding zodat deze inde dichting kan worden geschoven.

2. Zorg er bij het inkorten van de luchttoevoerbuis voordat het uiteinde met de afstandshouder niet wordt afge-sneden.

3. Maak de bijgevoegde vastzetklem goed vast op de rook-gasafvoerbuis zodat ze, zodra ze in de afvoermof van

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 43

het verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteemzit, aan de afstandshouder van de luchttoevoerbuisblijft steken en vermijdt dat de buis in de afvoerschachtschuift.

5.6.4 Aansluiting op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteem uit metaal monte-ren

Aanwijzing

Op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoer-systemen uit metaal bevinden zich aan de af-voer cilindervormige aansluitstukken.

1. Zet de concentrische rookgasafvoerbuis met moffenvast.

2. Let erop dat de rookgasafvoerbuis tijdens deze mon-tage op de afstandshouder in de luchttoevoerbuis vast-zit. U hebt dan geen buisklem nodig.

3. Bij verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersystemenuit metaal zonder mof moet u de luchttoevoerbuis metmortel vastzetten en de schacht afsluiten.

5.6.5 Toestel op verbrandingsluchttoevoer-/rook-gasafvoersysteem aansluiten

2

1

3

4

5.54: Toestel op verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersys-teem monteren

1. Schuif de muurrozet (4) op de luchttoevoerbuis.

2. Installeer het toestel.3. Koppel het revisie-T-stuk(2) op het aansluitstuk voor de

toestellen (3).4. Wordt het toestel onmiddellijk op de gevelbekleding

geïnstalleerd, koppel dan het revisie-T-stuk aan de rook-gasafvoerleiding. U kunt daarbij geen ontkoppelinrich-ting gebruiken.

5. Koppel alle scheidingsplaatsen aan klemmen voor lucht-toevoerbuizen (1).

6. Wordt het toestelniet op de gevelbekleding geplaatst,steek dan de ontkoppelinrichting met de mof tot aan deaanslag op het verlengstuk.

7. Koppel het verlengstuk aan de rookgasafvoerleiding.8. Koppel de ontkoppelinrichting aan het revisie-T-stuk.9. Monteer de luchtklem (1) van de ontkoppelinrichting.

5.7 Aansluiting op een uitlaat voor onderdruk(autonome bediening) monteren

5.7.1 Leveringsomvang

07

1

2

35

4

6

5.55: Leveringsomvang

1 Revisie-T-stuk

2 70-mm-buisklem (2 x)

3 Luchttoevoerbuis

4 Rookgasafvoerbuis

5 Muurrozet

6 Vastzetklem

▶ Controleer de leveringsomvang.

5.7.2 Aansluiting monteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Als het loodrechte stuk van de rookgasaf-voerleiding onder overdruk staat, kan errookgas in een niet bediend toestel stro-men. Voor dergelijk gebruik zijn de toestel-len niet geschikt en werden ze niet getest.

▶ Voer op grond van EN-13384 en met deinformatie over de temperatuur en demassastroom van de rookgassen uit deinstallatiehandleiding een functiecon-trole uit op de loodrechte rookgasaf-voerleiding.

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar het toestel toe,3° betekent dat de buis per meter onge-veer 50 mm schuin loopt.

5 Montage

44 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

Aanwijzing

Let op de aansluithoogte van het toestel (inclu-sief aansluitstuk voor de toestellen en revisie-T-stuk).

2

3

1

5.56: Aansluiting monteren

1. Boor in het loodrechte deel van de rookgasafvoerleidingeen opening voor een rookgasafvoerleiding van 80 mm.

2. Kort de luchttoevoer-/rookgasafvoerbuis in.

Aanwijzing

Let er bij het inkorten van de luchttoevoer-buis op dat u het uiteinde met de afstands-houder niet afsnijdt..

Aanwijzing

Zorg er bij het inkorten van de rookgasaf-voerbuis voor dat de mof wordt afgesne-den. Anders past de rookgasafvoerbuis nietin de opening in de muur.

3. Plaats de rookgasafvoerbuis (2) in de muur en zet dezemet het daarvoor vereiste bouwmateriaal vast.

4. Schuif de luchttoevoerbuis (1) via de rookgasafvoerbuistot aan de muur. De vastzetinrichting in de luchttoe-voerbuis, de muurrozet en de buisklem zorgen ervoordat de rookgasafvoerbuis centraal in de luchttoevoer-buis staat.

5. Monteer de muurrozet(3).

5.7.3 Toestel op rookgasafvoerleiding voor onder-druk aansluiten

2

1

5.57: Toestel monteren

1. Installeer het toestel zoals voorzien in de bijbehorendeinstallatiehandleiding.

2. Koppel het revisie-T-stuk (1) aan de aansluiting van hettoestel en aan de luchttoevoer-/rookgasafvoerbuis.

3. Open de luchtaanzuigopening aan de kap (2) van hetrevisie-T-stuk.

4. Zet op alle scheidingsplaatsen buisklemmen.(→ Bladzijde 46)

5.8 Toestel op verbrandingsluchttoe-voer/rookgasafvoer aansluiten

6

4

5

3

2 1

5.58: Toestel op verbrandingsluchttoevoer/rookgasafvoeraansluiten

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar het toestel toe,3° betekent dat de buis per meter onge-veer 50 mm schuin loopt.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 45

1. Installeer het toestel (6), zie installatiehandleiding vanhet toestel.

2. Koppel het revisie-T-stuk (4) aan het aansluitstuk voorde toestellen (5).

3. Wordt het toestel onmiddellijk op de gevelbekleding ge-plaatst, koppel dan het revisie-T-stuk aan de rookgas-afvoerleiding. U kunt daarbij geen ontkoppelinrichtinggebruiken.

4. Wordt het toestel niet op de gevelbekleding geplaatst,steek dan de ontkoppelinrichting (2) met de mof totaan de aanslag op het verlengstuk (1).

5. Maak het verlengstuk indien nodig afhankelijk van deafstand tot het toestel korter.

6. Koppel het verlengstuk aan de rookgasafvoerleiding.7. Verlengstukken monteren. (→ Bladzijde 45)8. Koppel de ontkoppelinrichting aan het revisie-T-stuk.9. Monteer de luchtklem (3) van de ontkoppelinrichting.10. Zet op alle scheidingsplaatsen buisklemmen.

(→ Bladzijde 46)11. Open wanneeer het toestel niet autonoom wordt be-

diend de luchtaanzuigopening op de kap van het revisie-T-stuk.

5.8.1 Ontkoppelinrichting monteren

Aanwijzing

De ontkoppelinrichting dient om de verbran-dingsluchttoevoer/rookgasafvoer makkelijk ophet apparaat te monteren en ervan te verwijde-ren.

3

4

1

2

6

7

5

A

5.59: Ontkoppelinrichting monteren

1. Schuif de ontkoppelinrichting (2) tot aan de aanslag opde rookgasafvoerbuis (1).

2. Trek de ontkoppelinrichting (2) zo ver uit de rookgasaf-voerbuis (1) dat het insteekuiteinde van de ontkoppelin-richting in de mof (3) van de rookgasafvoerbuis (4) zit.

80/125

A 82 - 90

5.4: Afstand van de luchttoevoerbuizen

3. Koppel de luchttoevoerbuizen (5, 7) aan de luchtklem(6).

5.8.2 Verlengstukken monteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

▶ Om u te helpen bij het monteren kunt uwater of in de handel verkrijgbare zeepgebruiken.▶ Zorg er bij het plaatsen van de buizen

zeker voor dat de dichtingen goed zitten(plaats geen beschadigde dichtingen).▶ Ontbraam en kant de buizen af voordat

ze worden gemonteerd opdat de dichtin-gen niet worden beschadigd. Verwijderde spanen.▶ Bouw geen gedeukte of op een andere

manier beschadigde buizen in.

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Condensaat dat in de afvoerleiding blijftstaan, kan de dichtingen beschadigen.

▶ Verplaats de loodrechte afvoerbuis meteen helling van 3° naar het toestel toe,3° betekent dat de buis per meter onge-veer 50 mm schuin loopt.

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Verlengstukken die niet aan de muur ofaan het plafond zijn bevestigd, kunnendoorbuigen en uitzetten, zodat ze scheu-ren.

▶ Bevestig elk verlengstuk met een beu-gel aan de muur of aan het plafond. Deafstand tussen twee beugels mag hoog-stens zo lang als het verlengstuk zelfzijn.

5 Montage

46 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

De rookgasafvoerbuizen van de lucht-/rookgasafvoer kunnen door de warmteuitzetten en in sommige gevallen losko-men.

▶ Zet de rookgasafvoerbuis vast in de af-standshouder van de luchttoevoerbuis.

Aanwijzing

U kunt, om de luchttoevoer- en rookgasafvoer-buizen afzonderlijk in te korten, de vooraf ge-monteerde verlengstukken zonder gereedschapdemonteren.

4

1 2

3

5.60: Rookgasafvoerbuis losmaken

1. Draai de rookgasafvoerbuis (1) zo dat de afzetten aande kunststoffen buis (3) langs de afstandshouder (4)kunnen doorschuiven.

2. Trek de rookgasafvoerbuis uit de luchttoevoerbuis.

1.

2.

A

B

+ 40 mm 15

70

25

2

1

1 2

5.61: Buizen inkorten

3. Meet eerst uit hoe lang de stukken luchttoevoer-buis*(A) moeten zijn, en bereken dan telkens de juistelengte van de rookgasafvoerbuizen (B):

Basis / technische gegevens

Lengte van de rookgasafvoerbuis Lengte van de lucht-toevoerbuis + 40 mm

Werkmateriaal

* Minimale lengte van het verlengstuk van de luchttoevoer-buis: 100 mm.

4. Kort de buizen in met een zaag, plaatschaar, enz.5. Zet de ingekorte rookgasafvoerbuis (1) weer vast in de

luchttoevoerbuis (2).

5.8.3 Buisklemmen monteren

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Er kunnen rookgassen vrijkomen uit buizendie niet goed aan elkaar zijn bevestigd.

▶ Maak de klemmen en luchttoevoerbui-zen met de meegeleverde schroevenvast.

min. 30 mm

3

2

1

5.62: Buisklemmen monteren

1. Schuif de klem over de scheidingsplaats van de lucht-toevoerbuizen en draai de schroeven (1) aan.

Basis / technische gegevens

Afstand luchttoevoerbuizen ≤5 mm

Overdekkingsbereik‒ Klem lucht-toevoerbuis

≥30 mm

Gevaar!Gevaar voor intoxicatie door rookgassendie vrijkomen!

Via de beschadigde rookgasafvoerbuiskunnen rookgassen ontsnappen.

▶ Let erop dat u de rookgasafvoerbuistijdens het boren niet beschadigt.

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 47

2. Boor doorheen de gaten van de klem (2) gaten van 3mm in de luchttoevoerbuis.

3. Plaats de vastzetschroeven (3).4. Koppel alle scheidingsplaatsen aan buisklemmen.

5.8.4 45°-elleboog (wit) monteren

5.8.4.1 Lengte van de rookgasafvoerbuis bereke-nen

C

A

B

5

5

5.63: Lengte van de luchttoevoerbuis berekenen

A Afstand

B Lengte van de luchttoe-voerbuis

C Hoogte

1. Meet de afstand (A) uit, bijvoorbeeld met 300 mm.2. Bereken op basis van deze waarde in onderstaande

tabel de lengte (B) = 294 mm en de hoogte (C) = 420mm van de luchttoevoerbuis.

◁ Dit betekent dat de rookgasafvoerbuis 294 + 40 =334 mm lang moet zijn.

5 Montage

48 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.8.4.2 Tabel met afstanden

Afstand Lengte vande lucht-toevoerbuis

Hoogte Afstand Lengte vande lucht-toevoerbuis

Hoogte in Afstand Lengte vande lucht-toevoerbuis

Hoogte in

85 -10 205 330 337 450 535 627 655

90 -3 210 335 344 455 540 634 660

95 4 215 340 351 460 545 641 665

100 11 220 345 358 465 550 648 670

> 100 tot <170

niet moge-lijk

niet moge-lijk

350 365 470 555 655 675

355 372 475 560 662 680

360 379 480 565 669 685

365 386 485 570 676 690

165 103 285 370 393 490 575 683 695

170 110 290 375 400 495 580 690 700

175 117 295 380 407 500 585 697 705

180 125 300 385 414 505 590 704 710

185 132 305 390 422 510 595 711 715

190 139 310 395 429 515 600 719 720

195 146 315 400 436 520 605 726 725

200 153 320 405 443 525 610 733 730

205 160 325 410 450 530 615 740 735

210 167 330 415 457 535 620 747 740

215 174 335 420 464 540 625 754 745

220 181 340 425 471 545 630 761 750

225 188 345 430 478 550 635 768 755

230 195 350 435 485 555 640 775 760

235 202 355 440 492 560 645 782 765

240 209 360 445 499 565 650 789 770

245 216 365 450 506 570 655 796 775

250 224 370 455 513 575 660 803 780

255 231 375 460 520 580 665 810 785

260 238 380 465 528 585 670 818 790

265 245 385 470 535 590 675 825 795

270 252 390 475 542 595 680 832 800

275 259 395 480 549 600 685 839 805

280 266 400 485 556 605 690 846 810

285 273 405 490 563 610 695 853 815

290 280 410 495 570 615 700 860 820

295 287 415 500 577 620 705 867 825

300 294 420 505 584 625 710 874 830

305 301 425 510 591 630 715 881 835

310 308 430 515 598 635 720 888 840

315 315 435 520 605 640 725 895 845

320 323 440 525 612 645 730 902 850

325 330 445 530 620 650 – – –

5.5: Tabel met afstanden

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 49

5.8.5 87°-elleboog (wit) monteren

5.8.5.1 Lengte van de rookgasafvoerbuis bereke-nen

190

A

B 95 95

5 5

5.64: Lengte van de rookgasafvoerbuis berekenen

A Afstand B Lengte van de luchttoe-voerbuis

1. Meet de afstand (A) uit, bijvoorbeeld met 400 mm.2. Bereken op basis van deze waarde in onderstaande

tabel de lengte van de luchttoevoerbuis (B) = 200 mm.

◁ Dit betekent dat de rookgasafvoerbuis 200 + 40 =240 mm lang moet zijn.

5 Montage

50 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

5.8.5.2 Tabel met afstanden

Afstand Lengte van deluchttoevoerbuis

Afstand Lengte van deluchttoevoerbuis

Afstand Lengte van deluchttoevoerbuis

190 0 500 300 735 535

195 0 505 305 740 540

200 0 510 310 745 545

> 200 tot < 300 niet mogelijk 515 315 750 550

520 320 755 555

525 325 760 560

530 330 765 565

300 100 535 335 770 570

305 105 540 340 775 575

310 110 545 345 780 580

315 115 550 350 785 585

320 120 555 355 790 590

325 125 560 360 795 595

330 130 565 365 800 600

335 135 570 370 805 605

340 140 575 375 810 610

345 145 580 380 815 605

350 150 585 385 820 620

355 155 590 390 825 625

360 160 595 395 830 630

365 165 600 400 835 635

370 170 605 405 840 640

375 175 610 410 845 645

380 180 615 415 850 650

385 185 620 420 855 655

390 190 625 425 860 660

395 195 630 430 865 665

400 200 635 435 870 670

405 205 640 440 875 675

410 210 645 445 880 680

415 215 650 450 885 685

420 220 655 455 890 690

425 225 660 460 895 695

430 230 665 465 900 700

435 235 670 470 905 705

440 240 675 475 910 710

445 245 680 480 915 715

450 250 685 485 920 720

455 255 690 490 925 725

460 260 695 495 930 730

465 265 700 500 935 735

470 270 705 505 940 740

Montage 5

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 51

Afstand Lengte van deluchttoevoerbuis

Afstand Lengte van deluchttoevoerbuis

Afstand Lengte van deluchttoevoerbuis

475 275 710 510 945 745

480 280 715 515 950 750

485 285 720 520 955 755

490 290 725 525 960 760

495 295 730 530 – –

5.6: Tabel met afstanden

6 K dienst

52 Montagehandleiding VKO ../3 0020130512_00

6 K dienst

KlantendienstN.V. Vaillant S.A.Golden Hopestraat 15B-1620 DrogenbosBelgië

Klantendienst: +32 2 334 93 52

Index

0020130512_00 VKO ../3 Montagehandleiding 53

Index

B

Buigzame onderlegplaatjesgebruiken ................................................................................. 22

Buigzame rookgasafvoerleidingLeveringsomvang ....................................................................17Montagehulp ............................................................................ 19Montagekruis .......................................................................... 25monteren................................................................................... 19Verbindingsstuk ..................................................................... 25

Buisklemmenmonteren..................................................................................46

C

Concentrische verbrandingsluchttoevoer-/rookgasaf-voerleiding in de schacht

monteren................................................................................... 21

Console buitenmuurmonteren.................................................................................. 28

D

Doorvoering voor plat dakmonteren.................................................................................. 39

Doorvoering voor schuin dakmonteren.................................................................................. 39

KKliksloten ......................................................................................... 18

L

Luchtaanzuigstukmonteren................................................................................... 41

O

Onbuigzame rookgasafvoerleidingLeveringsomvang ................................................................... 14monteren................................................................................... 15Regenkap ................................................................................. 24

Ontkoppelinrichtingmonteren..................................................................................45

Oplegrailmonteren..............................................................................14, 17

RRegenkap......................................................................................... 31

Reinigingselementgebruiken .................................................................................. 18

Reinigingsgat .................................................................................. 21

Rookgasafvoerleiding aan de buitenmuurstatische maten...................................................................... 27

Rookgasafvoerleiding voor onderdrukSchachtaansluiting monteren............................................. 43

S

Schachtaansluitingautonome bediening............................................................... 16niet-autonome bediening...................................................... 15

Steunboogmonteren..............................................................................14, 17

T

Toevoerluchtroostermonteren................................................................................... 41

V

Verbindingselementgebruiken .................................................................................. 18

Verbindingsstuk ............................................................................ 28Verbrandingsluchttoevoer .........................................................40

Verbrandingsluchttoevoer-/rookgasafvoersysteemAansluiting monteren ........................................................... 42

Verlengstukkenmonteren..................................................................................45

Voorschriften....................................................................................5

0020130512_00

N.V. Vaillant S.A.

Golden Hopestraat 15   B-1620 Drogenbos

Tel. +32 2 334 93 00   Fax +32 2 334 93 19

Klantendienst +32 2 334 93 52   Service après-vente +32 2 334 93 52

Klantendienst +32 2 334 93 52

[email protected]   www.vaillant.be