Viering Paasnacht 2013

11
een viering van de paasnacht 2013 Johanneskerk – Utrecht Overvecht

description

Liturgie van de viering tijdens de Paasnacht 2013

Transcript of Viering Paasnacht 2013

Page 1: Viering Paasnacht 2013

een viering van de paasnacht 2013

Johanneskerk – Utrecht Overvecht

Page 2: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

2

Page 3: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

3

Het is schemerdonker - we zitten in stilte en wachten op licht

Als alles duister is ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft ….

NOG EVEN...

Weten

dat er na de nacht

een morgen komt.

Geloven

dat er uit

het dorre hout

iets nieuws

kan bloeien.

Vertrouwen

dat er kiemen

van vrede

sluimeren

in de aarde.

Tot ze

gewekt worden "

door het Licht..

uit het messiasverhaal van Jezus van

Nazareth

Op jou heb ik... zou mij nooit... niet

Jij kent mijn naam niet meer. Ik die van jou

nog wel, heet 'Ik zal er zijn, - voor mij?

Ik leg de toekomst in jouw handen. Vader.

Zingen: Als alles duister is ….

Page 4: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

4

De voorhang van de tempel scheurt doormidden

De Honderdman (die over honderd keizer-

soldaten gaat) - toen hij dit zag geschieden

zegende hij de God van Israël

en sprak: Die daar was waarlijk een gerechte.

Er meldde zich een man die Josef heette,

lid van de Hoge Raad, maar tegenstander

van hun verraderlijke strategie.

Pilatus stond hem toe het lijk te bergen.

Hij had een in de rots gehouwen graf.

Daar legde hij hem neer in doodse stilte.

wij zingen:

Kom in mij, maak geluid in mij,

dood is diep in mij,

versteend mijn stem - ontsta in mij,

doe pijn, doorgloei mij,

leef mij, licht in mij.

Kom uit mij, scheur mij, kind van mij,

mens in mij, ontwaak.

Ontvang mij, overschaduw mij.

En ga met mij `

waar niemand met mij gaat.

Wees hier aanwezig met uw eerste adem -

zoals toen in de doodsvallei, waar Gij

een kuil vol dorre beenderen bekleedde

met huid van jeugd en sterke spieren licht.

Kom hierheen, storm van adem,

waai de dood de wereld uit.

Blaas zijn skelet tot leven.

Page 5: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

5

wij zingen: Gij zijt de lucht om mij heen

(1e

maal dubbelkwartet, tweede maal allen)

Op de sabbath rustten zij

zoals geschreven staat.

Maar op de eerste dag der week,

vroeg in de morgen, donker was het nog.

keerden zij terug naar het graf,

in hun handen de balsem en geurige kruiden

die zij hadden toebereid.

Zij vonden de steen weggerold van het graf.

Zij gingen naar binnen en vonden niet

het lichaam van de heer, van Jezus.

En het geschiedde in hun vertwijfeling.

zie, twee mannen, staande voor hun ogen.

schitterend in wit gekleed.

Diep bevreesd bogen zij hun aangezicht ter

aarde

Maar de mannen zeiden tot hen:

Wat zoekt gij de levende bij de doden!

Hij is niet hier, hij is verrezen,

Herinnert u hoe hij heeft gesproken tot U

toen hij nog in Galilea was:

'Het moet dat de mensenzoon

wordt overgeleverd

in de handen van mensen

en gekruisigd wordt -

maar op de derde dag zal hij verrijzen'.

En zij werden zijn woorden indachtig.

Ik heb mij aan u verbanden

zoals mijn vader zich verbonden heeft aan mij.

Een koninkrijk zal ik u geven

waar gij zult leven met mij.

Page 6: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

6

wij zingen het lied ‘Vroeg in de morgen, donker was het nog …’

Vroeg in de morgen, donker was het nog,

zijn wij gegaan, een keer,

nog in ons hart de dichtheid van de nacht.

Op licht en schaduw, bomen aan de bron,

op stilte leek die naam.

Een gloed van liefde schroeide ons gezicht.

Een troep die sloft en zwerft, de richting kwijt

De nagalm van een stem.

De weerklank van wat woorden in ons hart.

Een slingerende stoet naar goed wijd land.

Een eeuwenlang smal pad.

Page 7: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

7

wij ontsteken de paaskaars –en trekken naar voren de kerk in.

v. Licht van Christus – a. Heer wij danken U

voor in de kerk aangekomen zingen wij het lied ‘Licht dat ons aanstoot in de morgen’ en delen met

elkaar in het Licht

2. Licht, van mijn stad de stedehouder,

aanhoudend licht dat overwint.

Vaderlijk licht, steevaste schouder,

draag mij, ik ben jouw kijkend kind.

Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen

of ergens al de Wereld daagt

waar mensen waardig leven mogen

en elk zijn naam in vrede draagt.

3. Alles zal zwichten en verwaaien

wat op het licht niet is geijkt.

Taal zal alleen verwoesting zaaien

en van ons doen geen daad beklijft.

Veelstemmig licht, om aan te horen

zolang ons hart nog slagen geeft.

Liefste der mensen, eerstgeboren,

licht, laatste Woord van Hem die leeft

overweging – aan de dood niet gelaten

Zij keerden om, de drie, weg van het graf-

van Magdala Maria en ]ohanna

en Mirjam Iakobsdochter - om te melden

wat hen was overkomen, aan de mannen.

Die keken strak en vonden het gebazel.

Maar Simon Petrus snelde naar het graf

en zag het leeg en wist niet wat te denken.

Hij keerde in zichzelf en weende bitter.

Zoek niet naar mijn graf. Want

dat zal je niet vinden . Mijn

handen zijn nu de handen van

anderen die strijden. Mijn stem

roept in andere stemmen, mijn

droom leeft voort bij anderen. En

weet dat ik pas sterf, als jullie de

moed opgeven.

C.M. Gutierrez

Page 8: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

8

rondom de tafel

de gebeden ingeleid met het leid ‘Gij zijt de lucht om mij heen’

1e

maal dubbelkwartet, 2e

maal allen

Gij die uw Naam hebt uitgeroepen in ons gezicht

ga mee in ons midden,

doe ons rechtop gaan

bevrijd ons verstand en breng ons tot rede

omwille van allen die zich niet kunnen ontworstelen

aan armoede en uitzichtloosheid

omwille van allen die dolen en zwerven

geen dak boven hun hoofd, geen steen om te rusten

omwille van hen die het leven ontvluchten

drugs, verslaving, de dood

omwille van alle zinloze doden

die wachten op de eerste dag

omwille van onze dierbare doden

omwille van Jezus Messias.

Gij die gezegd hebt dat nooit varen laat

het werk van uw handen.

Beschaam ons toch niet.

Beschaam ons toch niet.

wij zingen:

Gij zijt de lucht om mij heen

Ik adem U in anders sterf ik.

Ik sla U om als een mantel

En ik weet dat Gij nooit verslijt

Page 9: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

9

wij bidden ons tafelgebed : Gij die weet wat in mensen omgaat

solo:

Gij die ons denken peilt

en ieder woord naar waarheid schat

en wat onzegbaar is onmiddellijk verstaat.

koor:

Gij toetst ons hart

en Gij zijt groter dan ons hart.

Op elk van ons houdt Gij uw oog gericht.

En niemand, of hij heeft een naam bij U.

solo:

En niemand valt of hij valt in uw handen

en niemand leeft of hij leeft naar U toe.

solo:

En niemand die de dood is ingegaan

keerde ooit terug, om ons van U te groeten.

koor:

Maar soms herinneren wij ons een naam,

een oud verhaal, dat ons is doorverteld,

over een mens die vol was van uw kracht,

Jezus van Nazaret, een Jodenman.

solo:

Hij was zoals wij zouden willen zijn:

een mens van God, een vriend,

een licht, een herder,

die niet ten eigen bate heeft geleefd,

en niet vergeefs, onvruchtbaar, is gestorven.

Page 10: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

10

koor:

Die in de laatste nacht dat hij nog leefde

het brood gebroken heeft en uitgedeeld,

en heeft gezegd:

Neemt, eet, dit is mijn lichaam -

zo zult gij doen, tot mijn gedachtenis.

solo:

Tot zijn gedachtenis nemen wij daarom

dit brood en breken het voor elkaar,

koor:

om goed te weten wat ons te wachten staat

als wij leven hem achterna.

wij wensen elkaar vrede en vormen de kring

De voorste rij is voor mensen die graag willen zitten, op de tweede rij kunnen mensen staan en indien

gewenst even zitten. Tussen de vleugel en de kansel wordt er druivensap gedeeld, elders wijn.)

Page 11: Viering Paasnacht 2013

Pa

asn

ach

t 2

01

3

11

woorden over brood en wijn

breken en delen

Als u het mandje krijgt geeft u een stukje brood aan degene van wie u het mandje kreeg (vergeet de

uitdelers niet). Dan geeft u het mandje door en krijgt u een stukje aangereikt. De beker komt er

achteraan en gaat dezelfde weg als het mandje. U kunt een slokje nemen of het brood erin dopen.

wij zingen het lied ‘Kijk vooral naar de tekens van hoop’ 1e

en 2e

maal door het dubbelkwartet, 3e

en

4e

maal door allen

Kijk vooral naar de tekens van hoop

en signalen van vertrouwen

volg de weg van de gerechtigheid

en een spoor van liefde zal de aarde opnieuw bewoonbaar maken.

dankzegging

wij zingen het lied ‘soms even …’

Zijn alsof toch, op hoop van zegen: -

een hand die handen groet. '

Alsof een mens mag overleven,

Wel sterft maar niet voorgoed.

Ooit even waar te zijn ontkomen

aan klacht en troost en schijn:

ontwaken, lichtgeraakt, genomen,

gekend zoals wij.

Zijn - en dat niets mij ooit kan scheiden

van God die in leeft:

Onschendbaar zijn, onnoembaar lijden,

en niets dat reden geeft

en niemand die mijn hoop

rechtvaardigt,

en niemand weet van mij

dan Gij alleen die in mij ademt.

Mijn levensdag ben Jij.

Deze viering is voorbereid door Cees van

Steenis en Kees Wijnen. Ambtsdragers van

dienst waren Petra Willemse, Jeannet Kelholt,

Marian van der Hulst-Caspers. Het koor stond

onder leiding van Wick Gispen die ook de

vleugel en het orgel bespeelde. Alle

afbeeldingen in deze liturgie zijn van Jörg

Länger