VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad...

133
VERKENNING 2019

Transcript of VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad...

Page 1: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

VERKENNING 2019

Page 2: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Hee

ster

veld

Jeug

dthe

ater

scho

ol ©

Fro

uwkj

e Sm

it

Voorwoord

2 VERKENNING 2019

Page 3: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

2019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve uitingen nemen mede dankzij de sociale media een enorme vlucht. Andere hebben juist moeite zich aan te passen aan de wetten van de gig economy en moeten eraan wennen dat de trouw van het vaste cultuurpubliek afneemt en dat culturele ondernemers meer dan ooit moeten inspelen op kansen.

Het is nog onduidelijk of minister Van Engelshoven een regionalisering van de cultuursector gaat vertalen in nieuwe subsidieregels en hoeveel continuïteit we uit Den Haag kunnen verwachten. De prioriteiten van de minister, meer vernieuwing, minder specifieke regelgeving, een gelijk speelveld voor BIS-instellingen en fondsinstellingen, meer diversiteit en meer talentontwikkeling, bieden een goed vooruitzicht. Haar doel is om de vooraanstaande internationale positie van onze topinstellingen te handha-ven. Daar sluiten wij ons graag bij aan. Het verheugt ons ook dat het Rijk vanuit zijn nationale verantwoordelijkheid een bijdrage wil leveren aan het Amsterdamse initiatief voor een museale voorziening over het trans-Atlan-tische slavernijverleden.

In deze Verkenning 2019 schetsen wij het culturele landschap van de stad. Het bestuur heeft samen met onze adviseurs in de commissies van de kunstraad met een open blik gekeken naar de ontwikkelingen in ons werkveld. Alleen op basis van een eerlijke beschouwing kan de wethouder op een trefzekere manier haar beleid uitstippelen. De context van de druk-te in de binnenstad en de steeds verder stijgende bezoekersaantallen waar de stad mee te maken heeft, komt zijdelings ter sprake. In 2017 hebben wij reeds geadviseerd over dit onderwerp. Helaas zijn kunstenaars en makers in veel gevallen genoodzaakt de stad te verlaten om betaalbare werk- en woonruimte te kunnen vinden, maar dit geldt evenzeer voor zorgperso-neel, leraren en agenten.

De groei van de stad, in inwoners en nieuwe wijken, heeft grote gevol-gen voor de cultuursector. Wat ons betreft winnen de kansen het van de bedreigingen. In de (nieuwe) wijken kunnen de kunsten groeien en nieuwe allianties aangaan. De Amsterdamse jongeren geven nu al op non-confor-mistische wijze uiting aan hun ongebreidelde creativiteit. Er vinden inves-teringen plaats in nieuwe gebouwen in reeds bestaande wijken en het is een uitdaging voor de sector om met nieuwe verhalen een groter publiek te laten genieten van de schoonheid, de urgentie en de humor die in veel optredens en kunstwerken besloten ligt.

Felix Rottenberg, voorzitter Guikje Roethof, algemeen secretaris

3 VERKENNING 2019

Page 4: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Inhoudsopgave

Foto

: Tol

huis

tuin

© B

art H

eem

sker

k

4 VERKENNING 2019

Page 5: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Hoofdstuk 1 Inleiding 06

TRENDS

Hoofdstuk 2 Grenzen vervagen 12

Hoofdstuk 3 Inclusiviteit 17

Hoofdstuk 4 Internationale ambities 22

Hoofdstuk 5 Kunst en cultuur in de buurten 31

CULTUURSECTOR

Hoofdstuk 6 Inleiding op de sectorverkenningen 38

Hoofdstuk 7 Podia 44

Hoofdstuk 8 Muziek en Muziektheater 48

Hoofdstuk 9 Theater 53

Hoofdstuk 10 Dans 58

Hoofdstuk 11 Letteren en Debat 63

Hoofdstuk 12 Musea, Erfgoed en Monumenten 68

Hoofdstuk 13 Collectie Amsterdam 73

Hoofdstuk 14 Beeldende Kunsten 77

Hoofdstuk 15 Film en Media 83

Hoofdstuk 16 Kunst- en Cultuureducatie 90

KANSEN

Hoofdstuk 17 De stad als podium 99

Hoofdstuk 18 Amsterdam in de Metropoolregio 106

Hoofdstuk 19 Vernieuwende genres en verhalen 111

Hoofdstuk 20 De toekomst: kunst, technologie en wetenschap 116

EEN NIEUW KUNSTENPLAN

Hoofdstuk 21 Kunstenplan 2021-2024 122

Bijlage – Opdrachtverlening 126

Colofon 129

HOOFDSTUK 1

5 VERKENNING 2019

Page 6: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: De

Vrou

w –

Ork

ater

/Lar

s D

ober

man

© B

en v

an D

uin

Inleiding

6 VERKENNING 2019

Page 7: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Halverwege het kunstenplan wordt een Verkenning van het culturele veld opgesteld onder regie en verantwoordelijkheid van de Amsterdamse Kunstraad (AKr). De Verkenning 2019 vormt een basis voor het formu-leren van beleid door het gemeentebestuur en dient als input voor de Hoofdlijnennota 2021-2024.

Specifieke thema’s die het College graag beschreven ziet, staan in de opdrachtverlening genoemd.1 Thema’s als diversiteit, samenwerking of doorstroommogelijkheden voor talenten, sluiten goed aan op de priori-teiten van de kunstraad. Op sommige terreinen heeft wethouder Kunst en Cultuur Touria Meliani zelf al actie ondernomen. Zo is er samen met Amsterdam Culturele Instellingen (ACI) een werkconferentie georganiseerd rond het thema diversiteit. Ter voorbereiding van het kunstenplan heeft de gemeente een bijeenkomst georganiseerd over de arbeidsmarkt in de cultuursector en de uitvoering van de Fair Practice Code (opgenomen in het coalitieakkoord). In regionaal verband heeft de gemeente meegewerkt aan Meer dan de delen, het regionale cultuurprofiel van de Metropoolregio Amsterdam (MRA).

De kunstraad heeft bij het schrijven van deze Verkenning rekening gehouden met de landelijke beleidsontwikkelingen. Uitvoering van de Arbeidsmarktagenda voor de cultuursector staat hoog op de prioriteiten-lijst. De kunstraad staat volledig achter het streven naar een fatsoenlijke honorering voor artistieke prestaties en heeft eerder geadviseerd de code op te nemen in het kunstenplan.2 In deze Verkenning besteedt de kunstraad aandacht aan de context waarin een klimaat van slecht belonen kon ontstaan. Het ondernemerschap in de sector is hier en daar doorge-schoten. Soms is er sprake van te veel ambities in relatie tot het beschikba-re geld. De kunstraad doet een aantal aanbevelingen om ruimte te creëren voor innovatie en experiment. Tevens benadrukt de kunstraad dat ruimte voor experiment ook ruimte voor mislukking betekent.

Deze Verkenning beschrijft het heden, maar is bovenal toekomstge-richt. De kunstraad ziet kansen in de wijken en buurten van de stad die nu wat betreft gesubsidieerde kunst minder bedeeld zijn. Het is verheugend dat de ideeën voor nieuwe iconische cultuurgebouwen buiten het cen-trum3 door het college zijn overgenomen en deel uitmaken van Ruimte voor Kunst en Cultuur – het Strategisch Huisvestingsplan Kunst en Cultuur 2020-2025 (SHP). De culturele infrastructuur moet meegroeien met de stad en gebouwen vervullen daar een essentiële rol in. Uiteraard met de kanttekening dat nieuwe en grotere gebouwen ook duurder zijn in de ex-ploitatie. Zonder een verhoging van de begroting voor kunst en cultuur, keert deze vorm van vernieuwing zich tegen een nieuwe generatie van ma-kers die bij gebrek aan subsidiebudget geheel op de markt is aangewezen.

Het digitale domein verovert steeds meer terrein in de kunsten. Tal

1. Zie bijlage Op-drachtverlening.

2. Advies Culturele Investeringsreke-ning, Amsterdamse Kunstraad, 2017.

3. Advies De stad is nooit af, Amsterdam-se Kunstraad, 2017.

7 VERKENNING 2019

Page 8: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

van crossovers getuigen hiervan. Voor de stad en de MRA is de labora-toriumfunctie van Arts & Technology van grote toegevoegde waarde. Kunstenaars houden zich al jaren op hun eigen, creatieve wijze bezig met het verzinnen van oplossingen voor de grote transitieprocessen van onze tijd. Kunstenaars denken niet ‘out of the box’; ze stellen de box ter discus-sie om het denken de vrije ruimte te geven.

Er is ook veel winst te behalen, zowel artistiek als maatschappelijk, als de Code Culturele Diversiteit in het hele culturele veld strikter geïmple-menteerd wordt. Meer diversiteit op het podium, bij het personeel, bij de partners en in het publiek is noodzakelijk om de cultuursector sterker te maken. De representatie van alle Amsterdammers in de gesubsidieerde cultuur is nog onvoldoende, en de acties om dit te veranderen schieten tekort.

Toelichting werkwijzeVoor de totstandkoming van de Verkenning heeft de kunstraad een aantal stappen doorlopen:

• In de eerste helft van 2018 hebben de preadviserende vakcommis-sies van de kunstraad vergaderd over de stand van zaken in hun eigen discipline. Hierbij zijn gasten uitgenodigd om mee te spreken en hebben commissieleden zich laten informeren door externe ex-perts uit het veld of daarbuiten. De vakcommissies preadviseerden het bestuur over de sectoren.

• Het bureau van de kunstraad heeft statistisch materiaal ver-zameld en geanalyseerd. Data zijn onder meer opgevraagd bij het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK), de afdeling Kunst en Cultuur van de gemeente Amsterdam, de stadsde-len, de Metropoolregio Amsterdam (MRA), Kunsten ’92, de Raad voor Cultuur, de landelijke cultuurfondsen, het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten (NAPK), de Vereniging van Schouwburgen Concertgebouwdirecties (VSCD), het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), de Boekman Stichting en DutchCulture.

• De kunstraad heeft samen met het ACI acht rondetafelgesprekken georganiseerd. Tijdens deze gesprekken, waar in eerste instantie de leden van het ACI voor waren uitgenodigd maar waar ook andere geïnteresseerden zich voor konden aanmelden, liet de kunstraad zich informeren. Tevens sprak het bestuur van de kunstraad met het bestuur van het ACI.

• Concept verkenningen per discipline zijn besproken met (hernieuw-de) vakcommissies van de kunstraad.

8 VERKENNING 2019

Page 9: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

• Een ad-hoccommissie regiovorming heeft het MRA regioprofiel Meer dan de delen besproken en preadviseerde het bestuur van de kunstraad hieromtrent.

• Tijdens het opstellen van de Verkenning heeft overleg plaatsge-vonden met de directeur van het AFK en met de afdeling Kunst en Cultuur van de gemeente.

Daarnaast hebben medewerkers van de kunstraad tal van werkbezoeken in de stad afgelegd, in het bijzonder op locaties die nu geen relatie heb-ben met het kunstenplan. De bestuursleden van de kunstraad monitoren het aanbod van voorstellingen, concerten en exposities in de hele stad. Zij worden gepreadviseerd door de 45 experts van de kunstraad in de vakcommissies.4

LeeswijzerDit advies is opgebouwd uit vier delen en 21 hoofdstukken.

In Deel 1 schetst de kunstraad de belangrijkste trends die hij signaleert. In hoofdstuk 2 constateert de kunstraad dat de creatieve arbeidsmarkt voor jonge mensen hen dwingt vele werkzaamheden naast elkaar te verrichten. Flexibiliteit wordt afgedwongen, artistiek talent wordt de dupe van een overtrokken vorm van cultureel ondernemerschap. Hoofdstuk 3 beschrijft de pogingen naar een meer inclusieve cultuursector. De twee voornaamste doelstellingen uit de Hoofdlijnen 2015 – de meerpolige stad en de wereld als speelveld – komen terug in hoofdstuk 4 (internationale ambities) en hoofdstuk 5 (kunst en cultuur in de buurten).

De wethouder Kunst en Cultuur is in gesprek met de sector over de the-ma’s diversiteit en arbeidsmarktagenda. Zonder vooruit te willen lopen op de uitkomst van deze gesprekken, verwacht de kunstraad dat beide onder-werpen deel zullen uitmaken van de subsidieverplichtingen in de volgende kunstenplanperiode. Invoering van de Fair Practice Code is opgenomen in het coalitieakkoord Een nieuwe lente een nieuw geluid. Zoals uit deze Verkenning blijkt is de urgentie om de praktijk op deze twee thema’s te veranderen hoog.

Deel 2, de hoofdstukken 6 tot en met 16, vormen een verkenning per dis-cipline. De kunstraad pretendeert hiermee geen volledig overzicht te ge-ven van het totale aanbod in de stad, maar schetst in de hoofdstukken de meest opvallende (nieuwe) trends, thema’s, verschuivingen, bedreigingen en kansen. Deze hoofdstukken gaan in op de praktijk, zowel binnen als bui-ten het huidige kunstenplan (A-Bis en AFK) en de niet-gesubsidieerde vrije markt. Hoofdstuk 13 is gewijd aan de Collectie Amsterdam. In hoofdstuk 16 komt het Basispakket Kunst- en Cultuureducatie aan de orde, dat in

4. De samenstel-ling van bestuur en commissies is op de website van de kunstraad te lezen.

9 VERKENNING 2019

Page 10: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

samenwerking met het onderwijs wordt uitgevoerd. De kunstraad bena-drukt dat buitenschoolse educatie een inhaalslag moet maken.

In Deel 3 gaat de kunstraad in op de kansen voor Amsterdam voor de vol-gende kunstenplanperiode. Hoofdstuk 17 gaat over de stad als podium en de kansen en prioriteiten in de stadsdelen. De eerste stappen op weg naar een regionaal cultuurbeleid bespreekt de kunstraad in hoofdstuk 18.

De kunstraad ziet diversiteit als een verrijking van de Amsterdamse Kunst- en Cultuursector. Er liggen grote kansen in verbinding, verjonging en vernieuwing, die tevens goed kunnen uitpakken voor stadsdelen waar nu onvoldoende (gesubsidieerd) aanbod is. Dit thema komt aan de orde in hoofdstuk 19. Hoofdstuk 20 beschrijft de kansen voor de digitale cultuur, een terrein waarop de kunstraad de stad adviseert een voortrekkersrol te nemen.

Deel 4, hoofdstuk 21, ten slotte, blikt vooruit op een nieuw kunstenplan met een nieuw te vormen A-Bis.

10 VERKENNING 2019

Page 11: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Kal

eido

scop

e - T

amar

Fra

nk, o

nder

deel

van

Kun

st a

an d

e Sc

hink

el ©

Ger

t Jan

van

Roo

ij

VERKENNING 2019

TRENDS

Page 12: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: © R

ijksm

useu

m, A

mst

erda

m

HOOFDSTUK 2

Grenzen vervagen

Grenzen vervagen tussen kunstdisciplines en kunstvormen.

Concerten worden visueel ondersteund. Journalistiek versmelt met de fictieve wereld van theater. Dans en beeldende kunst trekken samen op. Met podcasts

of theatrale acts spreken musea alle zintuigen aan. Op smartphone en tablet

vloeien mode, muziek en fotografie ineen om de gebruiker via YouTube en andere kanalen on demand te bedienen. Ook op de arbeidsmarkt vervagen grenzen. De dynamiek in het kunstenveld is groot,

mensen worden geacht zich flexibel op te stellen. Kunstenaars van nu zijn maker en cultureel ondernemer tegelijk. Velen hebben ook nog een ander beroep om in

hun onderhoud te voorzien.

12 VERKENNING 2019

Page 13: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Slashies Cultureel organisator/musicus/facilitator/spreker. Wie dit op zijn visite-kaartje heeft staan is een ‘slashie’. NRC Handelsblad nam dit fenomeen vorig jaar onder de loep. Veel afgestudeerden hebben een ‘portfoliocarriè-re’ in plaats van een cv met loopbaan in een vakgebied.5 Millennials weten als een jongleur verschillende opdrachten met elkaar te combineren. Dit verschijnsel doet zich al enige tijd voor op de arbeidsmarkt, maar neemt de laatste jaren een grote vlucht. Sinds de economische crisis is het aantal zzp’ers in Amsterdam gestaag gegroeid: van 47.000 in 2012 naar 67.800 in 2018.6 Uit cijfers van het CBS blijkt dat dit ook een landelijke trend is: er komen meer ‘slashies’ en zzp’ers.

In de cultuursector wordt steeds minder in vast dienstverband (full-time of parttime) gewerkt. Er is een trend naar projectmatig werken (zo-wel freelance als tijdelijk dienstverband). Dit fenomeen wordt ook wel de gig economy genoemd: werkzaamheden staan volledig in het teken van het project of het optreden, daarna valt het verband weer uiteen. Technologische innovaties maken het makkelijker zo te werken. Inloggen kan altijd en overal. Het aantal flex- en co-werkplekken in Amsterdam groeit. Veel mensen in de creatieve en culturele sector maken hier gebruik van.

Starters in de gig economy bouwen een horizontale carrière op van verschillende beroepen naast elkaar. Dit gebeurt deels uit eigen keuze, omdat men op meerdere terreinen uitblinkt, maar soms uit noodzaak om-dat de (culturele) arbeidsmarkt niet genoeg te bieden heeft. Dat hier tal-loze voorbeelden van zijn, onderstreepte journalist Colin van Heezik in de Volkskrant: ‘Een vriend van mij is al jaren een succesvol theatermaker, maar klust nog steeds bij als meubelmaker. Een andere vriend is een bejubelde operazanger en staat daarnaast op de Albert Cuyp Indonesisch eten te verkopen. Het is keihard werken om iets moois te maken.’7 Het imago van een vaste baan is ook veranderd, veel jongeren vinden langdurig vastzitten in één baan saai en ouderwets.8 Meerdere opdrachten tegelijk uitvoeren past bij de reflexieve leefwijze waar we door het gebruik van internet en smartphone aan gewend zijn geraakt. Impulsen en indrukken moeten in-stant antwoord krijgen.

Het werken aan meerdere projecten voor verschillende opdrachtgevers vergt veel van het individu. Zeker nu door het gebruik van smartphones de grens tussen werktijd en privétijd niet altijd te trekken is. De versnipperde aandacht kan ten koste gaan van de kwaliteit. Burn-outs, vermoeidheid en overwerkt zijn, komen vaak voor. De rek is eruit, stelde het vakblad Theatermaker al in april 2016. De financiële uitholling van de theatersector had volgens het vakblad een-op-een tot uitholling van de makers geleid. Een goed kunstwerk maken kost tijd. Het leren bespelen van een

5. ‘Geen Brecht en Shakespeare maar rauwe, stedelijke cultuur’, NRC, 05-07-2018.

6. Jaarboek Amster-dam in cijfers 2018, Onderzoek, Infor-matie Statistiek, Gemeente Amsterdam, 2018.

7. ‘Nee, kunst is geen hobby, niet elitair en niet links’, De Volks-krant, 01-12-2018.

8. ‘Eén baan is saai: de opkomst van de slashie’, NRC, 12-01-2016.

13 VERKENNING 2019

Page 14: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

instrument, of het ontwikkelen van een ambacht vereisen concentratie, doorzettingsvermogen en veel vlieguren. Professioneel kunstenaar worden is niet iets wat je ‘er even bij doet’. Zonder inspanning geen kunst.

Coproduceren Kunstenaars vernieuwen zich constant en kiezen per project nieuwe werkwijzen, locaties, expressiemiddelen en/of samenwerkingspartners. Coproduceren, in binnen- en buitenland, is vanzelfsprekend geworden. Dit komt voort uit de artistieke wens van een maker, maar is tevens een onvermijdbaar onderdeel van het huidige kunstklimaat. Soms is copro-duceren noodzakelijk om het budget rond te krijgen of om nieuw publiek te bereiken en zo extra bestaansrecht te geven aan een voorstelling, film of tentoonstelling. Coproducties zijn exemplarisch voor de toenemende flexibiliteit, creativiteit en inschikkelijkheid die van makers en instellingen wordt verwacht. Samenwerken staat hoog op de beleidsagenda en wordt in de verantwoording over het subsidiegeld meegewogen. De kunstraad vindt niet alle vormen van samenwerking nuttig en noodzakelijk. Er moet ruimte blijven voor het artistiek signatuur van een individuele maker.

Cultureel ondernemerschapZowel de makers als het culturele veld worden flexibeler, maar de finan-cieringsstructuren zijn dit minder. In het huidige op productie gerichte klimaat worden hoge eisen gesteld aan cultureel ondernemerschap. Deze eisen zijn opgenomen in de subsidiebeschikkingen en worden getalsma-tig verantwoord. In de podiumkunsten gelden strenge verplichtingen ten aanzien van het aantal voorstellingen dat instellingen met een landelijke subsidie van het Fonds Podiumkunsten moeten spelen. Hier in Amsterdam vragen de gemeente en het AFK naar bezoekersaantallen, het aantal leer-lingen dat wordt bereikt met de educatieprogramma’s en het aantal ac-tiviteiten in het buitenland. De cijfermatige beoordeling van activiteiten waarbij het in de eerste plaats om de impact en de kwaliteit moet gaan, belemmert instellingen in hun artistieke bedrijfsvoering. Een podium dat ruimte wil geven aan een gezelschap van jonge makers om bijvoorbeeld twee weken een concert of voorstelling te monteren, moet die keuze kun-nen maken. Nu kan dat niet omdat de inkomsten uit zaalverhuur nodig zijn om financieel rond te komen. Wanneer gesubsidieerde instellingen moe-ten opereren als commerciële zaalverhuurders verstoren zij de vrije markt voor zaalverhuur en komen ze onvoldoende toe aan de taak waarvoor de subsidie bedoeld is: om artistieke kansen te creëren. In de monitoring en het afrekenen op prestaties zijn maatwerk en flexibiliteit nodig. Instellingen moeten in hun aanvraag zelf becijferen hoeveel experimenteerruimte ze willen inbouwen.

14 VERKENNING 2019

Page 15: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Bij beginnende makers wordt de (project)subsidie teruggevraagd als ze meer eigen inkomsten binnenhalen dan verwacht. Dit weerhoudt hen van marktgericht werken. Kunstinstellingen zijn flexibeler en kansrijker als zij een buffer kunnen opbouwen en aanhouden over producties heen.

Fair PracticeHet ondernemerschap van Amsterdamse instellingen is over het geheel genomen goed. De eigen inkomstennorm van 25 procent wordt door de meeste kunstenplaninstellingen ruim gehaald. Met betrekkelijk weinig subsidie wordt heel veel gepresteerd. Maar die efficiëntie heeft een keer-zijde. In plaats van banen te scheppen, stellen instellingen een onevenre-dig groot aantal stagiairs aan. Vooral bij musea en podia is een explosieve stijging zichtbaar van stages, werkervaringsplekken of vrijwilligersfuncties. Dat dit in feite verkapte banen zijn, blijkt uit de gevraagde expertise en de inzetbare uren, die niet in balans zijn met de geboden vergoeding (als daar al sprake van is).

Voor jongeren die zijn afgestudeerd in de kunsten, is het fijn dat zij via een stage meteen praktijkervaring op kunnen doen. Toch meent de kunstraad dat het de instellingen in de eerste plaats gaat om kostenbesparing en niet om talent op te leiden. In de volgende kunstenplanperiode moeten hier duidelijke afspraken over worden gemaakt.

In het kader van de landelijke Arbeidsmarktagenda culturele en cre-atieve sector (2017-2023), werkt het veld aan een Fair Practice Code. In deze code staan vijf waarden centraal, waaronder solidariteit: tegenover werk staat een eerlijke vergoeding, volgens cao en honorariumrichtlijnen. Krijgt een maker een vergoeding passend bij zijn inzet of ontstaat er, bij-voorbeeld door te doen alsof de opdracht in minder uren uitgevoerd kan worden, een verkapte onderbetaling? In de cultuursector is het een van-zelfsprekendheid dat er om het maakproces heen allerlei onbetaald werk wordt uitgevoerd zoals research, tekstbewerking en het schrijven van plannen. Projectsubsidies bieden weinig tot geen ruimte voor denktijd en inspiratie opdoen is per definitie onbetaald. Makkelijk zal invoering van de Fair Practice Code niet zijn. Het commitment onder kunstenaars om een opdracht voor minder te doen, is gevaarlijk groot.

Makkelijk zal invoering van de Fair Practice Code niet zijn. Het commitment onder kunstenaars om een opdracht voor minder te doen, is gevaarlijk groot

15 VERKENNING 2019

Page 16: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Wanneer het volgen van de Fair Practice Code in het Kunstenplan 2021-2024 wordt opgenomen, bijvoorbeeld via het principe ‘pas toe, of leg uit’, dan zal dit met gelijkblijvend budget tot een krimp in het aanbod leiden. Het aantal producties, voorstellingen en tentoonstellingen in Amsterdam in aanmerking genomen, hoeft dit niet bezwaarlijk te zijn. Wel dreigt er een benadeling van freelancers ten opzichte van medewerkers met een vaste baan. Wanneer het aantal producties terugloopt, is er minder werk voor freelancers. Veem Huis voor Performance heeft reeds laten zien wat het betekent om fair te belonen. In plaats van het hele jaar open te zijn, pro-grammeert Veem slechts 100 dagen per jaar, wat natuurlijk nadelig is voor de zichtbaarheid van het podium.

16 VERKENNING 2019

Page 17: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Geo

met

rie V

aria

ble

– Su

mm

er D

ance

For

ever

© S

asha

Box

HOOFDSTUK 3

Inclusiviteit

Diversiteit en inclusie spelen een grote rol in het huidige maatschappelijke debat. Dat de samenstelling van de

Amsterdamse bevolking heel divers is, is bekend. Maar steeds meer

bevolkingsgroepen treden – op basis van etniciteit, gender, seksuele identiteit,

religie of levenswijze, sociaaleconomische achtergrond, leeftijd en beperkingen/mogelijkheden – nadrukkelijk op de voorgrond. De discussies over het

Nederlandse koloniale verleden, Zwarte Piet en #metoo zijn enkele voorbeelden van discussies waar wordt gevraagd aan zelfreflectie te doen en de gevoelens en rechten van anderen te respecteren en

hun stemmen serieus te nemen.

17 VERKENNING 2019

Page 18: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Waar het gaat over het meetellen en meedoen van zo veel mogelijk men-sen, spreekt de kunstraad over inclusiviteit. Met diversiteit refereert de kunstraad aan verscheidenheid; diversiteit in het aanbod (een rijk palet) en de diversiteit aan ideeën en eigenschappen. Diversiteit is het gegeven dat er verschillen zijn in een bepaalde context. Inclusiviteit gaat om het faciliteren van die verschillen door een open en respectvolle omgang, wat positieve en vernieuwende uitkomsten kan opleveren. Het bewustzijn voor wie je er bent (en wie je mogelijk uitsluit) is belangrijk.

Voor de Amsterdamse cultuursector is het de vraag in hoeverre de in-stellingen zelf, de programmering, het publiek en de partners een afspie-geling vormen van de Amsterdamse bevolking. Het is een vraag die al veel eerder gesteld is. In de jaren negentig kaartte toenmalig staatssecretaris Van der Ploeg de kwestie aan en tien jaar geleden concludeerde adviesbu-reau LAgroup op basis van onderzoek naar de landelijke BIS-instellingen dat diversiteit nog steeds ‘de olifant in de kamer’ was.9 Kortom: een kwes-tie die iedereen wel moest zien, maar opzichtig omzeilde. In 2011 ver-scheen de Code Culturele Diversiteit, ontwikkeld door de cultuursector zelf. Deze code onderscheidt programmering, partners, publiek en perso-neel. In 2016 is er een actieplan opgesteld om de code meer ruchtbaar-heid te geven in de sector.10 Gijs Scholten van Aschat, voorzitter van de Akademie van Kunsten, schreef onlangs over de sector: ‘Ze is onconditio-neel inclusief, dus oneindig – of ze is niet’11. Het belang van een meer inclu-sieve sector, een meer diverse programmering en het aanspreken van een meer divers publiek wordt in de Amsterdamse cultuursector zeker gezien.12

Voorbeelden van verschillende vormen van diversiteit en inclusiviteit

• Jeugdtheater (allesomva!ende term voor toneel, theater,

dans voor jeugd) loopt voorop wat betre" interdisciplinair

werken en diversiteit in makers.

• Het Bijlmer Parktheater in Zuidoost, het Tropenmuseum in

Oost en Podium Mozaïek in Nieuw-West zijn voorbeelden

van instellingen die voorop lopen in de uitvoering van de

Code Culturele Diversiteit.

• AGA LAB in West en Moving Arts Project in Oost zijn op

een andere manier met inclusie bezig. In langjarige pro-

jecten in Amsterdamse wijken leggen zij verbinding met

buurtbewoners. Bij deze projecten spelen participatie en

co-creatie niet zelden een belangrijke rol, met kunst als

verbindend element.

9. De olifant in de kamer. Staalkaart culturele diver-siteit in de ba-sisinfrastructuur, LAgroup, 2008.

10. https://co-deculturelediversi-teit.com en http://bit.ly/2FqWegj

11. Naar een inclusief cultuurbe-stel. Boekman nummer 115, 2018.

12. Op 19 juni 2017 vond de ACI Diversiteitsconfe-rentie plaats.

18 VERKENNING 2019

Page 19: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

• Het Van Gogh Museum hee" het programma Van Gogh

Verbindt waarbij in een vierjarig traject samen met de

doelgroepen onderzocht wordt hoe het museum relevan-

ter kan worden voor jongeren met een Turkse, Surinaamse,

Marokkaanse of Antilliaanse achtergrond.

• Onderwerpen als identiteit, racisme en gender lopen bij

sommige instellingen als een rode draad door de pro-

grammering. LostProject, het jonge huisgezelschap van

de Tolhuistuin, maakt bijvoorbeeld voorstellingen waarin

identiteit het centrale thema is. #ey/them is een pro-

ductie van Dansmakers over racisme, mannelijkheid en

queerness. Het TranScreen Festival plaatst genderdiversi-

teit op de voorgrond. Urban Myth maakt sinds 2001 inter-

disciplinaire theatervoorstellingen waarin men zoekt naar

antwoorden op actuele vraagstukken rondom diversiteit.

Well Made Productions brengt verhalen ten tonele vanuit

bicultureel perspectief. DEGASTEN jongerentheater maakt

met hun diverse en zeer jonge cast voorstellingen voor

nieuw publiek. Huisgezelschap van Podium Mozaïek, RAST,

maakt voorstellingen over de diverse samenleving waar

verbinding centraal staat.

Weinig structureelHoewel diversiteit en inclusie steeds belangrijker geworden zijn in het multiculturele Amsterdam en er uiteenlopende voorbeelden van te vinden zijn, constateert de kunstraad ook dat de Amsterdamse cultuursector er nog lang niet is. Weinig Amsterdamse instellingen kennen een inclusieve programmering en een diverse personele samenstelling. Ondanks goede voorbeelden is het culturele landschap op het gebied van diversiteit en inclusie in Amsterdam versnipperd. Van een meer serieuze en diepgaande systeemverandering is (nog) geen sprake. De AKr vindt het van belang dat een serieuze cultuuromslag naar een diverse en meer inclusieve kunsten-sector gemaakt wordt.

Het personeelsbestand van de grote culturele instellingen is weinig divers. De doorstroming binnen de gesubsidieerde instellingen laat te wensen over. Dit geldt vooral op bestuurlijk niveau en voor een belangrijk deel ook voor programmeurs. Het gebrek aan diversiteit onder de mensen die in de cultuursector werken, wordt door de sector zelf ook als probleem ervaren omdat een blinde vlek het gevolg is. Het leidt ertoe dat sommige genres en creatieve ontwikkelingen in subculturen niet of minder snel ge-zien worden. Het gaat daarmee niet alleen om een evenredige

19 VERKENNING 2019

Page 20: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

representatie van verschillende groepen in de Amsterdamse samenleving, maar ook om de artistieke inhoud. Door meer samenwerking tussen instel-lingen, gezelschappen en makers kunnen genres vervloeien waardoor ook verschillende publieksstromen zich vermengen. Dat kan door een meer divers publiek op te zoeken en de wijken in te gaan, het kan ook andersom. Een voorbeeld daarvan is het Summer Dance Forever festival dat onder meer in de Stadsschouwburg plaatsvond.

Hoewel het creatieve belang van een meer divers personeelsbestand in de sector wel wordt gezien, constateert de AKr tegelijkertijd dat diversiteit – al dan niet bewust – nogal eens tegenover kwaliteit gezet wordt. Het idee dat er ‘ook iets met diversiteit moet’ plaatst meer op inclusiviteit gerichte kunstuitingen buiten de core business van de instelling, oftewel ‘de eigen kwalitatief hoogstaande programmering’. Kwaliteit wordt soms als argu-ment gebruikt om bij thema’s als diversiteit weg te blijven. De kunstraad vindt dit een valse tegenstelling, gebaseerd op een achterhaald besef van een statisch kunstbegrip.

Niet alleen wat betreft personeelsbestand, ook op ander gebied kan con-tinuïteit een (belemmerende) factor zijn. In sommige gevallen is daar iets voor te zeggen. Als een museumcollectie die in decennia is opgebouwd voor een groot deel uit werk van witte mannelijke makers bestaat, dan vergt het investeringen om daar verandering in te brengen. Tijd speelt ook een rol in de zin dat een productie gedraaid moet worden. Culturele instel-lingen kunnen zich het inslaan van nieuwe wegen niet zonder risico per-mitteren, ook al worden diversiteit en inclusiviteit belangrijk gevonden.

EmpowermentCulturele initiatieven die gericht zijn op empowerment van een groep of bijvoorbeeld seksuele geaardheid, kunnen gezien worden als een onder-deel van de diversiteit die de Amsterdamse cultuursector te bieden heeft, anderzijds ook als een gebrek aan inclusiviteit binnen de gevestigde in-stellingen. Als gevestigde instellingen niet toegankelijk zijn voor andere geluiden, is dit zorgelijk en kan het leiden tot frustratie en een tegenreac-tie. Het benadrukken van de eigen identiteit kan evenwel een vorm van empowerment zijn die simpelweg nodig is om een eigen geluid te laten horen en een plek binnen de Amsterdamse culturele wereld op te eisen. Voorbeelden van uitingen die zich richten op empowerment van een spe-

Het is zorgelijk als gevestigde instellingenniet toegankelijk zijn voor andere geluiden

20 VERKENNING 2019

Page 21: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

cifieke groep zijn Black Achievement Month, waarbij de aandacht wordt gevestigd op het werk van kunstenaars met Afrikaanse roots, het eve-nement Meer dan Muze, waarbij vrouwelijke kunstenaars centraal staan, en dansgezelschap Untold, dat zich richt op de Afrikaanse diaspora in Nederland.

De kunstraad komt in het voorjaar van 2019 met een apart advies over diversiteit en inclusiviteit. De AKr vindt het noodzakelijk dat de intrinsieke waarde van diversiteit en inclusiviteit breed, fundamenteel en structureel een plaats krijgt binnen de cultuursector in Amsterdam. Dat is zowel van maatschappelijk als van artistiek belang. Daarbij moeten drempels worden weggenomen om programma’s en tentoonstellingen te beleven. De huidi-ge hernieuwde interesse voor diversiteit en inclusiviteit in de kunsten en de wil om het roer (nu echt) serieus en structureel om te gooien, leidt ook tot de nodige scepsis. Kritische makers die de golfbeweging van interesse in diversiteit over een langere periode bekijken, vrezen voor window dres-sing: er wordt mooie sier gemaakt met een aansprekend project, casting

van een acteur van kleur of door een enkele jonge maker met een bicultu-rele achtergrond een keer een podium te geven – maar van een werkelijk commitment is volgens hen geen sprake.

Het is niet genoeg om de culturele instellingen in de stad nadrukkelijker aan te sporen om diversiteit en inclusiviteit breder en fundamenteler op te pakken. Van gesubsidieerde culturele instellingen mag verwacht wor-den dat zij als organisaties rekening houden met de samenstelling van de Amsterdamse bevolking. Een divers personeelsbestand en meer diverse programmering kan op artistiek gebied alleen maar winst betekenen. Het kan tot nieuwe kruisbestuivingen leiden, tot nieuwe inhoudelijke thema’s en vernieuwende artistieke projecten en vormen. Op het gebied van edu-catie en co-creatie is een impuls nodig, net als de mogelijkheid voor instel-lingen om meer ruimte en aandacht te geven aan makers die bijdragen aan een meer divers cultureel aanbod.

Een divers personeelsbestand en meer diverse programmering kan op artistiek gebied alleen maar winst betekenen

21 VERKENNING 2019

Page 22: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Cel

lokr

ijger

s –

Oor

kaan

en

Cel

lo O

ctet

Am

ster

dam

© S

joer

d D

erin

e

HOOFDSTUK 4

Internationale ambities

Amsterdamse kunstenaars en instellingen zijn actief over de hele

wereld.13 Grote en kleine instellingen slaan hun vleugels uit. Het Koninklijk

Concertgebouworkest, Nationale Opera & Ballet, maar ook kleinere instellingen

zoals Calefax worden gevraagd om staatsbezoeken te omlijsten. Voor makers

in de kunsten en de creatieve industrie is veel reizen vanzelfsprekend. De stad is een trekpleister voor (internationaal)

toerisme geworden en een favoriete vestigingsplek voor internationaal

georiënteerde bedrijven.

13. Amsterdam Cultural Global Footprint, 2015, voortgekomen uit samenwerking gemeen-te Amsterdam en de Buitengaats-database van DutchCulture.

22 VERKENNING 2019

Page 23: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

De wereld als speelveldIn het Kunstenplan 2017-2020 heeft de gemeente ambitieuze plannen opgenomen ten aanzien van internationalisering. Een internationaal ge-oriënteerde cultuursector draagt bij aan de leefbaarheid en het vesti-gingsklimaat van de stad, is de gedachte. Hiervan profiteren niet alleen Amsterdammers, maar alle Nederlanders en ook internationale bezoe-kers en expats. Volgens de Uitvoering Internationaliseringsagenda kan Amsterdam ‘zich meten aan culturele wereldsteden als Parijs, Tokio en New York City’.

Kunstinstellingen als het Koninklijk Concertgebouworkest en ITA genie-ten wereldwijd aanzien. Evenementen als Amsterdam Dance Event en IDFA zijn internationaal uitgegroeid tot de belangrijkste in hun soort en zetten Amsterdam op de culturele wereldkaart. Maar als men naar de totale jaar-lijkse culturele investeringen kijkt, is Amsterdam zeker geen wereldspeler. In de Metropoolregio Amsterdam (MRA) wordt jaarlijks circa 481 miljoen euro geïnvesteerd in kunst en cultuur (landelijk, regionaal en privaat).14 Ter vergelijking: in Tokio is dat circa 960 miljoen, in New York 1,76 miljard en in Parijs is maar liefst sprake van 2,67 miljard euro aan jaarlijkse investerin-gen in cultuur.15 In financieel opzicht kan Amsterdam zich dus niet meten met Parijs, Tokio en New York City. De culturele investeringen per inwoner geven een ander beeld. Met €201 per inwoner per jaar doet de MRA het iets slechter dan New York en Parijs (respectievelijk €205 en €219 per jaar). Maar andere Europese steden van vergelijkbare grootte geven meer uit aan cultuur, zowel in absolute als in relatieve aantallen. Stockholm inves-teert 537 miljoen euro per jaar (€234 per inwoner per jaar) en Brussel 536 miljoen euro (€446 per inwoner per jaar).

14. Regiopro-fiel Metropoolregio Amsterdam. Program-ma Kunst, Cultuur & Erfgoed, 2018, p. 50.

15. World Cities Culture Finance Re-port, 2017, p. 26.

23 VERKENNING 2019

Page 24: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Het internationale succes van Amsterdam is gebouwd op de inzet en de ondernemersmentaliteit van de sector, niet op financiële kracht. Met weinig middelen wordt in Nederland, en met name in Amsterdam, veel bereikt. Jaap van Zweden, hoofd-dirigent van het New York Philharmonic, is een voorbeeld van een Amsterdamse kunstenaar die in zijn vak het aller-hoogste heeft bereikt. Over het opereren van de Nederlandse instellingen voor klassieke muziek zei Van Zweden onlangs tegen NRC Handelsblad: ‘Wat bij sommige orkesten aan salarissen wordt betaald, is een schan-delijke vertoning en niks minder. Het is toch absurd dat musici in New York of in Chicago het dubbele verdienen – en soms nog meer? Dat het Amsterdam lukt toch steeds weer excellente spelers te vinden en te be-houden, blijft me verbazen.’16

Waar wel veel geld in omgaat is de dance: 70 procent van Nederlands muziekexport is dancemuziek. Al jarenlang staan Nederlanders hoog op de lijsten van meest succesvolle dj’s ter wereld; in de DJ Mag top 100 van 2018 stonden zeven Nederlanders in de top 10. Merken als ID&T, Awakenings en Q-dance organiseren muziekfestivals over de hele we-reld. Labels als Rush Hour en Mary Go Wild en radiostation Red Light Radio (onlangs nog genomineerd voor de Amsterdamprijs) zijn allemaal in Amsterdam begonnen en hebben inmiddels een internationale (online) schare van trouwe volgers.

16. ‘Jaap van Zweden: Ik wil in New York met een uitroepteken begin-nen’, NRC, 19-09-2018.

24 VERKENNING 2019

Page 25: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

CultuurmissiesIn 2016 heeft Amsterdam de eerste internationale kunst- en cultuurmissie georganiseerd naar New York en in 2018 is voor een missie naar Parijs sa-mengewerkt met de rijksoverheid. Die band wordt versterkt in de culturele samenwerkingsjaren Amsterdam Parijs in 2018 en 2019. Instellingen uit de regio waren eveneens vertegenwoordigd, evenals Amsterdam Marketing.

Hoewel het effect van de missies lastig te beoordelen is (Vonden er veel ontmoetingen plaats die tot nieuwe, duurzame samenwerkingen hebben geleid? Hebben de contacten geleid tot het aanboren van buitenlandse geldstromen?), geven gesubsidieerde instellingen graag gevolg aan een uitnodiging van het stadsbestuur om mee te gaan op een culturele mis-sie. Op ambtelijk niveau heeft kennisuitwisseling plaatsgevonden op het gebied van cultuurbeleid, citymarketing en educatie met onder andere Stockholm, Ramallah, Dubai en München.17 Ook neemt Amsterdam actief deel aan internationale netwerken als het World Cities Culture Forum en het World Heritage Cities netwerk.

Voorbeelden van Amsterdamse instellingen met internationa-le projecten

FoamFoam is zich door de jaren heen steeds sterker gaan vestigen als

merk in de internationale fotografiewereld. Foam Magazine en

vooral de Talent Issue staan mondiaal scherp onder de aandacht,

evenals de jaarlijkse Paul Huf Award voor jong, internationaal

fotografietalent. Met recente exposities in New York en Mumbai,

en samenwerkingen met collectieven van Nigeria tot Indonesië,

exposeert Foam internationaal.

Muziekgebouw aan ’t IJMet gemiddeld twintig wereldpremières per seizoen en een

unieke zaal voor ensemblemuziek hee" het Muziekgebouw in

relatief korte tijd een sterke internationale positie opgebouwd.

De producties worden met regelmaat naar het buitenland

geëxporteerd. Vooral de donderdagavondserie voor hedendaagse

muziek wordt wereldwijd nauwle!end in de gaten gehouden.

OorkaanOorkaan opereert zeer internationaal met theatrale concerten

voor een jong publiek. De coproductie Shadowmusic met het

Norwegian Chamber Orchestra ontving in oktober 2018 de

17. Uitvoering Internationalise-ringsagenda 2017 en 2018, Gemeente Amsterdam, Afdeling Kunst en Cultuur.

25 VERKENNING 2019

Page 26: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

internationale YAMaward voor beste muziekproductie voor jong

publiek door een groot ensemble. Oorkaan treedt veel op in de ons

omringende landen en exporteert formats over de hele wereld.

Sonic ActsSonic Acts ontvangt financiering vanuit het Creative Europe-

programma van de Europese Unie waar ze structureel sa-

menwerken met acht partnerorganisaties verspreid over het

continent. Het tweejaarlijkse festival over kunst, technologie en

wetenschap ontvangt onderzoekers, makers en bezoekers uit

de hele wereld. Sonic Acts exporteert de eigen formule en werkt

wereldwijd als programmeur voor soortgelijke evenementen.

Motieven voor internationaliseringOnder Amsterdamse instellingen zijn er ruwweg drie hoofdmotivaties om internationaal te werken: een artistieke motivatie, een zakelijke motivatie en de wens een groter publiek te bereiken. Voor sommige gezelschappen of kunstenaars is internationalisering een logische stap en een verrijking van hun verdere artistieke ontwikkeling. Voor anderen is het een noodzaak. Zij moeten internationaal coproduceren om hun budget rond te krijgen. Er kan ook een artistieke noodzaak zijn om te internationaliseren: kunstenaars of instellingen die in een specifieke niche werken, vinden op lokaal of nati-onaal niveau te weinig gelijkgestemden. Voor veel culturele instellingen en individuele makers is internationaal werken gewoon een mooie kans: het is goed voor creatieve inspiratie, naamsbekendheid en netwerkverbreding.

Internationalisering van de cultuursector wordt niet door iedereen lou-ter als een positieve ontwikkeling gezien. In een recente publicatie door het Vlaamse Kunstenpunt18 beschrijft Joris Janssens de noodzaak om kri-tisch naar deze trend te kijken. Volgens hem loopt de internationalisering in de cultuursector tegen haar grenzen aan, waarbij hij de vraag stelt of de kosten opwegen tegen de baten. Pas wanneer de intrinsieke waarde dui-delijk is en de barrières eerlijk worden erkend, kan de balans worden opge-maakt. Hij bepleit een realistische kijk op de voor- en nadelen.

Budge!aire grenzenInternationaal werken in de cultuursector is vaak een kostbare aangelegen-heid. Het binnenhalen van internationale subsidies, beurzen of grants is arbeidsintensief en nadat de eerste stappen zijn gezet, heeft de instelling meer fte’s nodig om de internationale contacten te onderhouden. Het kost financieel meestal meer dan het oplevert. Al is het afhankelijk van de aard van de productie.

18. (Re)framing the International: over het nieuwe in-ternationale werken in de kunsten. Joris Janssens, Brussel, 2018.

26 VERKENNING 2019

Page 27: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

De grenzen van digitale communicatieIn een geglobaliseerde wereld met innovatieve communicatietechnolo-gieën lijken de mogelijkheden om samen te werken eindeloos. Maar in de kunsten is persoonlijk contact erg belangrijk. Co-creatie komt vaak pas tot stand wanneer er sprake is van een persoonlijke ‘klik’. Hiervoor is een ontmoeting noodzakelijk. Het is dan ook niet verwonderlijk dat veruit de meeste internationale samenwerkingen plaatsvinden met de ons omrin-gende en nabijgelegen landen.19

LandsgrenzenDe mobiliteit binnen Europa bevindt zich in een positieve spiraal. Reizen, wonen en werken binnen de EU wordt steeds gemakkelijker.20 De EU werkt aan het stroomlijnen van de verschillen in vestigingseisen, belastingen en vangnetten. Tegelijkertijd vindt aan de buitengrenzen van de EU een ver-harding plaats. De mobiliteit van kunstenaars die van buiten de EU naar Amsterdam willen komen om te wonen of werken staat onder druk.

Het Dance Passport is een platform waar dansers uitgebreide

informatie kunnen vinden per lidstaat over werkkansen, ar-

beidsrechten, belastingen en sociale zekerheid en gratis advies

kunnen inwinnen. Het initiatief is gefinancierd door de Europese

Commissie en komt overeen met de voorlopige agenda van

Creative Europe 2021-2027 waarin het verbeteren van mobiliteit

van kunstenaars als een van de ambities is opgenomen.21

Morele grenzenBij veel kunstenaars groeit het ecologisch bewustzijn. Mobiel zijn be-tekent een grotere ecologische voetafdruk. Is het verantwoord om van Amsterdam naar Tokio te vliegen om deel te nemen aan een paneldis-cussie? Ook ongelijke kansen leiden tot gewetensvragen bij kunstenaars. Kunstenaars uit welvarende landen met een goede internationale positie krijgen over het algemeen meer mogelijkheden en toegang tot een internationale infrastructuur, dan kunstenaars die bijvoorbeeld uit Afrika komen. In hoeverre kun je nog spreken van ‘culturele uitwisseling’ wan-neer internationaal werken het voorrecht is van een selecte groep kosmopolieten?

VestigingsklimaatHet komt steeds vaker voor dat kunstenaars — ook van naam en faam — geen verblijfsvergunning kunnen krijgen, ook niet als ze op uitnodiging van

19. Amsterdam Cultural Global Footprint, 2015, voortgekomen uit samenwerking van de gemeente Amsterdam en DutchCulture.

20. De gevolgen van de Brexit voor kunst en cultuur zijn hier nog niet in meegenomen.

21. Creative Europe programme 2021-2027: http://bit.ly/2Forls9

27 VERKENNING 2019

Page 28: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

gerespecteerde Amsterdamse instellingen komen. Het culturele klimaat heeft te lijden onder de visumproblematiek en de krapte op de woning-markt. Het verkrijgen van verblijfs- en werkvergunningen in Nederland voor non-EU zelfstandig ondernemers, waar ook zelfstandige kunstenaars een beroep op kunnen doen, is moeilijk en kostbaar (€1.348 in 2019).22 Er wor-den eisen gesteld aan het inkomen dat de aanvrager in het eerste jaar van zijn verblijf moet verdienen, die niet realistisch zijn voor de cultuursector. Ook het gebrek aan betaalbare woonruimte maakt de stad weinig aan-trekkelijk voor het internationale talent dat hier gestudeerd heeft. In 2016 heeft de kunstraad hierover geadviseerd.23 Dit advies is meegenomen in de Rapportage Werkgroep Warm Welkom Talent in 2017, maar heeft nog niet geleid tot concrete beleidsvoornemens.24

Internationaal cultuurbeleid van het RijkHet internationaal cultuurbeleid 2017-2020 van het Rijk is opgesteld door het ministerie van Buitenlandse Zaken in samenwerking met het ministerie voor Onderwijs Cultuur en Wetenschap. Centraal staat het bevorderen van uitwisseling van inspiratie en kennis. Internationalisering zorgt voor ver-nieuwing binnen de sector en introduceert internationale maatstaven waar Nederlandse makers zich toe kunnen verhouden. Het beleid werkt met ver-schillende doelstellingen. De presentatie van Nederlands werk in het bui-tenland wordt gestimuleerd, evenals kennisuitwisseling, maar ook de inzet van cultuur om een bijdrage te leven aan vrede en veiligheid in de landen rond Europa. Naast culturele samenwerking in Europa, Noord-Amerika en Japan zijn er middelen beschikbaar voor culturele samenwerking met landen als Brazilië, Rusland, Zuid-Afrika, Suriname, Indonesië, Marokko en Turkije.

Veel Amsterdamse culturele instellingen ontwikkelen buitenlandse ac-tiviteiten. Voor A-Bis-instellingen is dit een verplichting. De stad erkent de meerwaarde van internationalisering, maar anders dan een verondersteld intrinsiek belang, zijn er geen doelstellingen aan het internationaal cul-tuurbeleid verbonden. Zo is er geen beleid op het aangaan van culturele contacten in herkomstlanden van Amsterdamse bevolkingsgroepen. De betekenis van internationalisering voor de cultuursector zelf blijft ook onbesproken. De kunstraad meent dat het verstandig is samen op te trek-ken met het Rijk als het gaat om het meedoen in de wereldtop.

De kunstraad denkt dat het stimuleringsbeleid interessante internatio- nale samenwerking heeft bevorderd en meent dat het tijd is een goede balans te vinden. Niet iedereen hoeft per se internationaal actief te zijn. Meer spreiding van activiteiten in de stad zelf en in de regio hebben voor-rang. Dat het aanbod veelzijdig en internationaal is, blijft overeind. Meer aandacht voor samenwerking in landen en regio’s waar Nederland een

22. https://ind.nl/werk/Paginas/Zelfstandig-onderne-mer.aspx

23. Advies Am-sterdam voor inter-nationale kunste-naars, Amsterdamse Kunstraad, 2016.

24. Agenda Stad: http://bit.ly/2AJncf0

28 VERKENNING 2019

Page 29: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

historische band mee heeft, of herkomstlanden van Amsterdammers, kan interessant zijn. De tijd is rijp om de meer ongebaande paden van interna-tionale culturele samenwerking te verkennen.

Dancing on the Edge is een goed voorbeeld van een instelling

die zich richt op podiumkunsten uit verschillende herkomst-

landen van Amsterdammers: landen in het Midden-Oosten en

Noord-Afrika. Via residenties, uitwisselingsprojecten en een

tweejaarlijkse festival proberen ze kunstenaars met weinig pre-

sentatiemogelijkheden in contact te brengen met Nederlandse

makers en publiek, die vaak zelf een migratieachtergrond hebben

uit hetzelfde gebied.

Amsterdam en de digitale 24-uurseconomie Amsterdam heeft een start-up- en techcultuur die grote en kleinere bedrij-ven aantrekt. Amsterdam zou de centrale hub in Europa kunnen zijn voor technologische innovatie en groei, maar helaas kan de stad jonge talenten niet vasthouden. Economie en leefwijze van Amsterdam sluiten niet aan bij een internationale, flexibele werkmentaliteit die 24 uur per dag door-gaat. Kunstenaars, creatieven en andere zelfstandigen trekken weg uit de stad. Steden als Brussel en Berlijn hebben meer te bieden op het gebied van de 24-uurseconomie, of betere structurele voorzieningen en beter betaalbare woonruimte. Binnen Nederland is Rotterdam een stad waar veel (Amsterdamse) creatieven naartoe trekken.

Start-ups, remote workers (werken op afstand), digitale nomaden, waar-onder kunstenaars en mensen in de creatieve industrie, hebben behoefte aan flexibele, betaalbare werkruimtes waar men 24 uur per dag terechtkan. Het voornemen om op de Zuidas een tweede hoofdvestiging van de OBA te bouwen die internationaal georiënteerd is en 24/7 geopend is, ziet de kunstraad als een stap in de goede richting.

Een beter vestigingsklimaat staat hoog op de agenda van de internati-onaal georiënteerde creatieve industrie en een internationaal opererende cultuursector. Rockstart, een platform voor start-ups, heeft lang gezocht naar werkruimte, voordat het neerstreek in de Houthavens. De gemeente Amsterdam zou zich beleidsmatig kunnen toeleggen op het faciliteren van ondernemerschap en het creatieve deel van deze internationale (internet)economie naar zich toetrekken. Enkele ideeën voor mogelijkheden zijn opgenomen in hoofdstuk 20.

29 VERKENNING 2019

Page 30: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

SeoelWerken op afstand (remote work) en digitaal nomadisme wor-

den vanuit de overheid aangestuurd en omarmd. Per provincie

hee" de Zuid-Koreaanse overheid beleid ontwikkeld in samen-

werking met grote bedrijven zoals Samsung en LG, om goedkoop

of gratis professionele werkruimtes aan te bieden en bedrijven

aan te sturen om mensen waar mogelijk ook vanuit huis te laten

werken. In Seoel zijn winkels tot laat open en de meeste koffie-

zaken en winkels zijn gericht op mensen die buiten de deur 24/7

ergens terecht willen kunnen om hun laptop in te pluggen en te

werken en/of studeren. Seoel faciliteert werk/verkoop ruimtes in

bepaalde buurten die altijd gevuld worden door start-upbedrijf-

jes of kleine starters. Daardoor is het makkelijk en niet duur om

in Seoel een eigen lokale winkel te openen. Om te voorkomen dat

buurten een eenzijdig functiepalet hebben en om gentrificatie

tegen te gaan, mogen lokale bedrijfjes in specifieke stadsdelen

niet uitgekocht worden door grote bedrijven. Deze buurten voe-

den de lokale creatieve sector, wat de vraag naar soortgelijke

buurten aanwakkert.

 

30 VERKENNING 2019

Page 31: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Ra

dion

© F

rouw

kje

Smit

HOOFDSTUK 5

Kunst en cultuur in de buurten

Veel kunstenaars zijn nieuwsgierig en doorgaans hebben zij een

hang naar vrijheid en een grote maatschappelijke betrokkenheid. Die

karaktereigenschappen en een slechte inkomenspositie leiden tot een trek naar

gebieden van de stad, waar (nog) niet veel ontwikkeld is. Hier zijn veel creatieve

initiatieven, die vaak ook een sociaal oogmerk hebben.

31 VERKENNING 2019

Page 32: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Wijkopbouw op plekken waar veel arme gezinnen bij elkaar wonen, heeft veel baat bij artistieke interventies. Een veilige, inspirerende publieke ruim-te komt tot stand door de juiste ontwerpvragen te stellen en activiteiten te organiseren die mensen met elkaar verbinden daar waar polarisatie op de loer ligt.

Kunst- en cultuurprojecten kunnen zorgen voor een sterke cohesie tus-sen buurtbewoners, kunstenaars en ondernemers. Het potentieel aan be-vlogen pioniers die hun artistieke vaardigheden gebruiken voor community building is nog steeds onverminderd groot. Het vertaalt zich in een groot aantal initiatieven die soms met een niche-aanbod de hele stad bedienen, zoals de Vondelbunker en Neverneverland, of een langdurige relatie op-bouwen met bewoners op een bepaalde plek, zoals The Beach en het ZID Theater.

De kunstraad constateert dat er veel verschillende kleine initiatieven, projecten en instellingen zijn in de buurten van Amsterdam; artistieke interventies, al dan niet onder de noemer kunst of cultuur. De spreiding laat soms te wensen over: in sommige buurten is zelfs sprake van verdrin-ging en concurrentie, in andere buurten is vrijwel niets. Onder de noemer Mensen maken Amsterdam is het al langer functionerende Fonds voor Oost in 2018 uitgebreid naar Nieuw-West, Noord en Zuidoost. In 2019 vol-gen andere lokale fondsen in Amsterdam (West, Zuid en Centrum). Deze publiek-private samenwerking biedt interessante mogelijkheden.

Voorbeelden van instellingen die een sociale impact hebben in verschillende buurten

Noordje (Noord) Kinderen en jongeren uit de buurt, vaak met een migratie-

achtergrond, leren bij Noordje creatief schrijven. Ook kunnen ze

er terecht voor gratis huiswerkbegeleiding, ondersteund door

vrijwilligers. Taalbegrip staat centraal bij Noordje, als voorwaar-

de om gedachtes en gevoelens te kunnen uiten. Noordje ont-

vangt onder meer financiering van het AFK en Stichting DOEN.

Moving Arts Project (Oost) In het multidisciplinair kunstenaarscollectief van Diane Elshout,

Janine Toussaint en Noud Verhave voor community art, krijgen

actuele thema’s in samenwerking met wijkbewoners een artis-

tieke vorm. De meerjarige subsidiëring vanuit het AFK stelt de

instelling in de gelegenheid langdurige projecten op te ze!en,

zoals TransTaalKinderen: over kinderen met een meertalige

32 VERKENNING 2019

Page 33: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

achtergrond die vaak als vertaler voor hun ouders moeten

optreden.

Kunst aan de Schinkel (Zuid) Het doel van deze tweejaarlijkse kunstroute in de openbare

ruimte, op initiatief van Soledad Senlle Art Foundation, is de

Schinkelbuurt op de kaart te ze!en. Kunst in de openbare ruimte

brengt kunstenaar en buurtbewoner op een laagdrempelige ma-

nier met elkaar in contact. De instelling ontvangt financiering van

het AFK, Stadsdeel Zuid en het Mondriaan Fonds.

Hotmamahot / De Gele Pomp (Noord) Dit creatieve collectief organiseert laagdrempelige buurtactivi-

teiten voor alle lee"ijden zoals yogales, dansimprovisatie of een

expositie. De Gele Pomp in het Noorderpark dient hierbij als uit-

valsbasis, op festivals wordt ook geprogrammeerd. Voor kinde-

ren zijn er bijvoorbeeld de wekelijkse timmer- en tekenclubs en

wordt er samengewerkt met de OBA Maakplaatsen. Hotmamahot

ontvangt subsidie van verschillende culturele en sociale fondsen.

Veel animo, weinig plekDe Amsterdamse eigenzinnigheid komt voort uit een lange historische traditie van tolerantie en vermenging van culturen. Krakers en creatieve ondernemers gebruiken leegstaande panden voor woon- en werkruimte en organiseren collectieven of culturele festivals op verlaten bedrijfsterreinen. Veel ‘vrije plekken’ heeft de stad niet meer. De culturele interventies van nu vinden plaats op transitieplekken, zoals bouwplaatsen, en in buurten die nog in opkomst zijn. Het NDSM-terrein heeft het gevecht met de pro-jectontwikkelaars verloren en overleeft als schim van de ooit zo krachtige culturele vrijplaats. Het ADM-terrein is teruggegeven aan de eigenaar van de werf. Ruigoord staat nog overeind en Het HEM op het Hembrugterrein wordt door de voormalig directeur van de Stichting NDSM ontwikkeld in opdracht van Amerborgh, de beheermaatschappij van ondernemer Alex Mulder.

Voorbeelden van projecten met een sociale impact, zonder (structurele) financiering

OSCAM (Zuidoost) Het Open Space Contemporary Art Museum (OSCAM) is een

33 VERKENNING 2019

Page 34: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

pop-up-museum met kunst uit binnen- en buitenland. De

programmering is divers en intercultureel: van kindertekenin-

gen over de Bijlmer tot wandkleden van Bas Kosters. OSCAM, nu

tijdelijk gevestigd in het CEC, ambieert een permanente presen-

tatieplek en voert hierover gesprekken met het stadsdeel.

Het werkplaatsje (West) Het werkplaatsje is een kleinschalig initiatief van Tessa Hendriks

(het ‘Boomhu!enmeisje’). Buurtkinderen uiten wekelijks hun

creativiteit in het maken van boomhu!en of fantasiedieren en zo

wordt voorzien in een eerste ontmoeting met kunst.

Cascoland (Nieuw-West) Cascoland is een internationaal en interdisciplinair netwerk van

kunstenaars. Opgericht in 2004 en actief in Nieuw-West, alwaar

het buurtbewoners weet te betrekken bij stedelijke vernieuwing.

Muzikanten, ontwerpers of beeldend kunstenaars creëren ont-

moetingsplekken zoals kookgelegenheden of een moestuin voor

de buurt. Op projectbasis ontvangt Cascoland financiering van

onder meer het AFK, Stimuleringsfonds Creatieve Industrie en

het Mondriaan Fonds.

GentrificatieEen wezenlijk probleem is de gentrificatie van buurten. Culturele initiatie-ven en individuele makers moeten het veld ruimen als de buurt verbetert en een ander profiel krijgt, mede door hun eigen interventies. Heel be-grijpelijk stellen zij zich steeds vaker de vraag, of zij zich hiervoor moeten lenen. De Van der Pekbuurt in Amsterdam Noord is bijvoorbeeld tot bloei gekomen met inzet van veel kunstenaars, creatieven en kleine onderne-mers. Hier ontstonden initiatieven zoals Noordje en De Verhalenkamer waar The Black Archives is begonnen, maar ook de Toko van Mama Louise en homemade markten die ervoor zorgden dat bewoners met elkaar in contact kwamen. Door gentrificatie zijn ontmoetingsplekken in deze buurt en ruimte voor experiment grotendeels verleden tijd. Amsterdamse stads-delen zoals Nieuw-West, Noord en Zuidoost worden langzaam door het verbeteren van de woning- en winkelvoorraad geschikt gemaakt voor nieu-we, meer kapitaalkrachtige bewoners.

Het gevaar van gentrificatie zoals we dat in andere westerse steden ook zien, is dat minder kapitaalkrachtige gemeenschappen verdreven worden om ruimte te maken voor een welgestelde middenklasse, onder het mom van de opwaardering van een buurt of stadsdeel. Deze vorm van uitsluiting

34 VERKENNING 2019

Page 35: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

kan niet alleen leiden tot stedelijke segregatie, maar is ook een enorme verspilling van het aanwezige culturele kapitaal. Gentrificatie zoals we het kennen lost nog onvoldoende de belofte van hernieuwde sociale cohesie in.

De kunstraad pleit voor een herwaardering van de pioniersmentaliteit. Kunstenaars die bereid zijn voor weinig of geen geld een slechte buurt te verbeteren, moeten niet verbannen worden zodra het proces van gentrifi-catie begint.

Enerzijds toont de gemeente veel waardering voor pioniers, bijvoor-beeld voor de mensen die De Ceuvel in Amsterdam Noord hebben opge-zet, anderzijds worden ze niet ondersteund en min of meer gedwongen de stad te verlaten. Ze hebben bijgedragen aan de waardestijging, maar delen op geen enkele wijze mee in de opbrengsten van het gentrificatieproces.

FC HyenaSinds 2016 hee" bioscoop/restaurant FC Hyena zich gevestigd

aan de noordoever van het IJ. Met twee zalen (voor honderd en

honderdvij"ig mensen) biedt het ruimte aan zowel arthouse als

meer commerciële films voor jeugd en volwassenen. Verhuurder

vastgoedbedrijf Amvest is tevens eigenaar van belendende pan-

den waar De Goudfazant en Mounk Bouldergym in huizen, met

als doel het voormalig industrieterrein aldaar aantrekkelijker te

maken. FC Hyena hee" een huurcontract voor vier jaar. Na die

periode is Amvest van plan woningen te bouwen aan de noord-

zijde van het IJ.

CultuurparticipatieCultuurparticipatie, community art, social-placemaking en kunstprojecten hebben een gunstig effect op de beleving van saamhorigheid en veiligheid in arme wijken. Zij bieden openingen voor kinderen en jongeren om buiten schooltijd hun creatieve talenten te ontwikkelen. Veel van deze projec-ten dragen op een speelse manier bij aan het nadenken over identiteit en belonging.

Woningbouwcorporaties hebben de laatste jaren vaak kunstenaars gevraagd om problemen en overlast van jongeren in de buurten op te lossen (bijvoorbeeld in de Banne, Van der Pekstraat en Kolenkitbuurt). Kunstenaars worden hierbij ingezet voor welzijnswerk, waarbij kunst instru-menteel wordt gebruikt.

Cultuurparticipatie en community art staan niet hoog op de beleids-agenda, terwijl er een grote behoefte aan is in wijken met een verzwakt

35 VERKENNING 2019

Page 36: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

sociaal weefsel. De kunstraad vindt de actieve bemoeienis van kunstenaars van groot belang voor verbinding en samenhang. Er moet een structurele financiering komen voor deze initiatieven die nu alleen op projectbasis wor-den ondersteund. Het opbouwen van de contacten in de buurt en het win-nen van het vertrouwen van de bewoners werpen alleen op lange termijn vruchten af. Vergeleken met de bedragen die gemoeid zijn met infrastruc-turele investeringen gaat het niet om veel geld. Toch moet de (sociaal-) artistieke voorhoede keer op keer intensieve bureaucratische procedures door voor een kleine bijdrage. De kunstraad adviseert daarnaast integraal te denken en de kunstenaars onderdeel te maken van de participatie- en democratiseringsagenda, van waaruit hun werk op een eerlijke beloning kan rekenen. In de gebiedsplannen moet hier meer geld voor uitgetrokken worden. De stadsuitbreiding vraagt om nieuw beleid tegen gentrificatie. Daarnaast zou de gemeente culturele vrijplaatsen moeten waarborgen.

Gelijkwaardige samenwerkingWanneer gevestigde kunstenplaninstellingen projecten in de buurten willen verwezenlijken, vragen zij vaak de pioniers om informatie over de buurt, de netwerken en de bewoners. Organisaties zoals Operatie Periscoop, De Tanker, De Gele Pomp, Neverneverland, OSCAM, The Beach, Cascoland en ZID Theater die stevige netwerken hebben in buurten, zijn hiertoe meestal wel bereid, maar worden door grotere instellingen vaak niet als volwaardige partner gezien. De toegang tot de buurten en be-woners berust op vertrouwen. Dat hebben instellingen die al jaren (bot-tom-up) in de verschillende buurten zitten, opgebouwd. Interessanter zou zijn als de grote (A-Bis) instellingen hun counterparts in de buurten op waarde schatten en samen met deze instellingen hun aanbod de buurten in brengen, in een gelijkwaardige relatie.

De Frontlinie Onderzoeker, journalist en kunsthistoricus Roel Griffioen deed

onderzoek naar gentrificatie en hee" vorig jaar een reeks van

bijdragen die hij schreef voor de Correspondent gebundeld on-

der de titel De Frontlinie: Bestaansonzekerheid en gentrificatie

in de Creatieve Stad. Hij beschrij" het strijdtoneel tussen aan

de ene kant de creatieve hoeders van de stad en aan de andere

kant het grote geld als een complex probleem met vele dimen-

sies. De titel refereert aan het oude idee dat kunstenaars een

gevechtslinie zouden vormen tegen de status quo, maar ver-

wijst evenzeer naar een stedelijke frontlinie, tussen bewoners en

projectontwikkelaars.

36 VERKENNING 2019

Page 37: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Nat

iona

le O

pera

& B

alle

t © A

ngel

a St

erlin

g

VERKENNING 2019

CULTUURSECTOR

Page 38: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: De

mee

uw -

Het

AAm

ster

dam

se B

osth

eate

r en

Noo

rd N

eder

land

s To

neel

© Ja

ap B

ijlev

eld

HOOFDSTUK 6

Inleiding op de sectorverkenningen

Van afgebakende disciplines is steeds minder sprake. Ontwikkelingen lopen in elkaar over en overlappen, inherent

aan de cultuursector op dit moment. De kunstraad bespreekt nu de verschillende (traditionele) disciplines, enige dubbeling

is daarbij onvermijdelijk. Een aantal opvallende zaken dat in de hele sector

speelt, wordt (ook) in deze inleiding genoemd.

38 VERKENNING 2019

Page 39: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

TotaalbelevingHet cultuurbezoek wordt steeds meer een totaalbeleving. Niet alleen de voorstelling of expositie zelf, maar de hele customer journey doet ertoe: hoe een gehele avond ervaren wordt, is in hoge mate bepalend voor een mogelijk vervolgbezoek. Randprogrammering breidt uit en verlengt het bezoek, zowel binnen als buiten de instelling. Podia besteden meer aan-dacht aan de sfeer in hun theater. Erfgoedinstellingen experimenteren in de programmering en bieden aanvullend concerten of performances aan. Filmvoorstellingen worden steeds vaker omlijst door andere activi-teiten. Geïnteresseerden kunnen voor of na hun bezoek aan een instelling een verdiepende podcast luisteren25 of digitaal een collectie raadplegen. Festivals en evenementen vormen een geduchte concurrent voor de po-dia, die daarom zelf ook vaker een festival(avond) programmeren. In dit patroon passen ook de marathonvoorstellingen: lange voorstellingen met eten tussendoor, repertoiretoneel of boekensceneringen in een nieuw jasje. De scheidslijn tussen presenteren en programmeren verdwijnt. Veel podia willen deze activiteiten combineren.

PubliekHet publiek ‘shopt’ en legt zich niet meer lang van tevoren vast. Randstedelijk publiek staat open voor experimenteel aanbod en nieuwe verhalen. De reisverplichting voor Amsterdamse gezelschappen vraagt veel energie en een lange adem als het gaat om het aangaan van samen-werkingsverbanden of het opdoen van kennis over te bereiken doelgroe-pen ver buiten Amsterdam.

Niet alle kunstdisciplines profiteren evenveel van de populariteit van Amsterdam. De kunstraad constateert dat de bezoekcijfers van de grote musea, Nationale Opera & Ballet en Het Concertgebouw over het alge-meen goed zijn. Toch betekent dit niet automatisch dat instellingen ook meer eigen inkomsten genereren. De middelgrote en vooral de kleinere instellingen hebben het een stuk moeilijker als het gaat om het vinden van publiek.

Het museumbezoek is tussen 2013 en 2017 met 11,5 procent gestegen. Opvallend is dat het Van Gogh Museum in 2017 het Rijksmuseum voorbij gestreefd is als het best bezochte museum in Amsterdam. In de podium-kunsten zien we afgezien van de muziek juist een teruggang. Na een sterke toename van de bezoekersaantallen voor alle Amsterdamse podiumkun-sten tussen 2013 en 2015, heeft er volgens de laatste cijfers van het CBS in 2016 en 2017 voor dans- en bewegingsvoorstellingen, muziektheater-voorstellingen en voor cabaret- en kleinkunstvoorstellingen een afname plaatsgevonden in bezoekersaantallen. Dat is niet in lijn met de landelijke trend. In Utrecht, Rotterdam en Den Haag namen de bezoekersaantallen

25. Het aanbie-den van podcasts is een discipline-over-stijgende trend, zie: https://www.cultuurmarketing.nl/overzicht-pod-casts-door-culture-le-instellingen/

39 VERKENNING 2019

Page 40: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

voor deze genres toe.26 Filmbezoek blijft populair. De bestedingen in gale-ries liepen tussen 2012 en 2016 met een derde terug tot 62 miljoen euro. Vergeleken met de 120 miljoen euro in 2009 zijn die zelfs gehalveerd. Ook de Nederlandstalige boekenmarkt (inclusief e-books) laat een dalende lijn zien27.

Veranderende financieringsmixFondsenwerving via crowdfunding, overheidsfondsen en particuliere fond-sen neemt steeds meer tijd in beslag. Ook het bouwen aan draagvlak via het opzetten van netwerken met vrienden en ambassadeurs is een onmis-baar onderdeel van de bedrijfsvoering geworden. De kunstraad ziet dat veel sponsorafdelingen zijn omgevormd tot development of afdeling part-nerships. Veel bedrijven willen niet zomaar sponsoren (logovermelding), maar zijn op zoek naar (inhoudelijke) samenwerking en samen doelen be-reiken. Sponsoring betreft ook vaak het in kind leveren van goederen aan instellingen via een barterdeal. Vooral voor kleine theatergezelschappen is het vinden van een sponsor heel ingewikkeld.

De terugtrekkende overheid heeft niet geleid tot een financiële impuls uit de particuliere hoek. In 2015 werd in Nederland 511 miljoen euro per jaar bijgedragen aan cultuur vanuit particuliere middelen, 9 procent van de 5,7 miljard euro totale giften in dat jaar.28 De bijdrage voor cultuur uit de kansspelen liep terug. In 2015 ontving cultuur 59 miljoen euro uit kans-spelen (voornamelijk BankGiro Loterij). In 2011 was het nog 68 miljoen euro. Uit vermogensfondsen kwam in 2015 zo’n 64 miljoen euro terecht bij cultuurdoelen. Crowdfunding is in de culturele sector wel goed van de grond gekomen. In 2013 werd er 2,9 miljoen euro gedoneerd, in 2015 al 9,7 miljoen euro. Een groot deel hiervan ging via het platform Voordekunst, in 2015 goed voor 3,6 miljoen euro.

Instellingen proberen in te spelen op de ‘markt’ van de particuliere gel-den. Hier liggen nog kansen. In Rotterdam spelen de particuliere fondsen bijvoorbeeld een grote rol bij de aanstaande bouw van het collectiege-bouw van Museum Boijmans Van Beuningen. In het advies Het museum als dynamisch geheugen (2018) is de kunstraad nader ingegaan op de voor- en nadelen van het werken met begunstigers.29 Individuele begunstigers zouden hun legaat minder snel bestemmen aan een fondsinstellingen dan aan een instelling in de A-Bis. Dat is althans de beleving van instellingen.

De stadsuitbreiding vergt investeringen die kansen bieden aan de cultuursector. De kunstraad ziet uit naar de realisatie van het initiatief Kunsthalle Amsterdam, waar culturele ondernemers een gunstige afspraak hebben weten te maken met een projectontwikkelaar in Amsterdam Noord.

26. CBS – Stat-line, Professionele podiumkunsten; ca-paciteit, voorstel-lingen, bezoekers, regio, 2018.

27. Het culture-le leven, SCP, 2018, p. 50

28. Bekkers, R.,Theo Schuyt en Barbara Gouwenberg (red.), Geven in Ne-derland (2017).

29. Zie bijvoor-beeld ook het onder-zoek dat De Groene Amsterdammer uit-voerde naar de on-dernemende mecenas: ‘Hoe de superrijken hun liefdadigheid organiseren. De on-dernemende mecenas.’ De Groene Amsterdam-mer nr 6, 2018.

40 VERKENNING 2019

Page 41: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Nieuwe opdrachten Een aanzienlijk aantal Amsterdamse culturele instellingen vervult een rol in de landelijke basisinfrastructuur en andere ontvangen tevens subsidie uit een van de landelijke cultuurfondsen. In de komende periode zijn er nieuwe opdrachten die naar verwachting zowel landelijk als lokaal in het beleid opgenomen zullen worden. De eerste is het bevorderen van betere arbeidsvoorwaarden, vooral voor freelance-makers, -schrijvers, -uitvoeren-den en -artiesten. Er wordt gewerkt aan een landelijke arbeidsmarktagenda voor de cultuursector en dit beleid kan op steun rekenen in Amsterdam.

Samenwerking wordt steeds belangrijker. De culturele instellingen opere-ren steeds minder als een stand alone. Zij onderhouden onderling contact. Zij zijn gesprekspartner voor de gemeente in processen van regionalise-ring en internationalisering en zij zijn actief betrokken bij het uitdenken van ideeën rond diversiteitsbeleid en talentontwikkeling. Ook bij het invullen van nieuwe culturele functies in het kader van de stadsuitbreiding vervul-len de directies van de culturele instellingen een onmisbare rol.

SamenwerkingDe Amsterdamse musea werken op vele vlakken samen. Naast

inhoudelijke samenwerking op het gebied van programme-

ring, boeken de Amsterdamse musea ook op het gebied van

gezamenlijke bedrijfsvoering resultaten. PP10 is de dochteron-

derneming van het Rijksmuseum en het Van Gogh Museum en

levert veiligheidsdiensten aan (culturele) instellingen rondom

het Museumplein. Een ander succesvol voorbeeld is het samen-

werkingsverband van negentien culturele instellingen in de

Plantagebuurt, die gezamenlijk de afvalverwerking organiseren.

HuurverhogingDe gemeente heeft in de vorige collegeperiode een nieuw beleid ge-introduceerd voor het omgaan met gemeentelijk vastgoed. Een van de onderdelen is het invoeren van een kostprijsdekkende huur (KPDH). Deze operatie is uitgesteld voor de cultuursector, omdat het onmogelijk was de subsidieplafonds aan te passen halverwege een vierjarige kunstenplan-

Samenwerking wordt steeds belangrijker. De culturele instellingen opereren steeds minder als een stand alone

41 VERKENNING 2019

Page 42: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

periode. De doorvoering zal met ingang van het nieuwe kunstenplan, op 1 januari 2021 plaatsvinden. De waarde van alle panden in de binnenstad is enorm gestegen, dus ook de waarde van de podia. Door de berekening van de kostprijsdekkende huur kan het gaan om forse huurverhogingen. De kunstraad heeft in zijn Verkenning 2014 reeds geadviseerd over de omgang met het cultureel vastgoed. Invoering van een kostprijsdek-kende huur moet budgettair neutraal gebeuren. Dat wil zeggen dat er een extra huursubsidie moet worden verleend boven op de bestaande subsidie ter compensatie van de stijging. Dit is bij Amsterdam Museum, Stedelijk Museum Amsterdam, Stadsschouwburg Amsterdam (nu ITA) en Muziekgebouw aan ’t IJ eerder gebeurd. De huursubsidies voor deze instel-lingen zijn onderdeel van het Kunstenplan 2017-2020 en tellen op tot 14,4 miljoen euro (prijspeil 2015).

TalentontwikkelingMede door het hoge niveau van de hier gevestigde kunstopleidingen trekt Amsterdam veel talent aan. De stad is minder goed in het vasthouden van talent. Door de fixatie op zaalbezetting krijgt jong talent onvoldoende kansen op gevestigde podia. Paradiso vormt een uitzondering. Deze in-

stelling geeft artiesten de mogelijkheid een publiek op te bouwen via een netwerk van locaties en zalen verspreid over de stad. De grote zaal van de Tolhuistuin is inmiddels beter bekend als Paradiso Noord. Deze ‘midden-zaal’ maakt doorstroming mogelijk van de kleine naar de grote zaal van Paradiso.

Amsterdam kent relatief weinig podia specifiek voor kinderen en jon-geren. Het pand van Theater De Krakeling is in particuliere handen en zal grondig gerenoveerd moeten worden. Ideeën om de Toneelmakerij en De Krakeling samen een nieuw podium voor jeugd en jongeren te laten op-richten, zodat er een presenterende en producerende instelling buiten het centrum ontstaat, zijn aanlokkelijk.

Amsterdam zou de talenten moeten koesteren en vasthouden, zoals Utrecht dat gedaan heeft met het in 2018 opgerichte Standplaats Utrecht in Fort Blauwkapel, een nieuw platform gericht op artistieke ontwikkeling, ontmoeting tussen makers en verbinding met de stad.

Ruimte voor experimentIn haar adviesaanvraag aan de Raad voor Cultuur van 20 december 2018

Amsterdam zou talenten moeten koesteren en vasthouden

42 VERKENNING 2019

Page 43: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

schrijft minister Van Engelshoven dat zij aanstuurt op vernieuwing: nieuwe spelers en nieuwe samenwerkingsvormen. Ze vraagt de raad hoe het cri-terium vernieuwing een plek kan krijgen in de beoordeling van aanvragen voor de basisinfrastructuur en de cultuurfondsen. Amsterdamse initiatie-ven sluiten goed aan op deze gedachte. Doordat er nu geen overloop is tussen de opleidingen en de beroepspraktijk, dreigt een hele nieuwe gene-ratie makers met het nieuwe bijbehorende publiek de aansluiting met de cultuursector te missen.

De coalitiepartijen kondigden in hun akkoord de ontwikkeling aan van een nieuwe broedplaats in de openbare ruimte voor experimentele festivals, gericht op talentontwikkeling en experimentele kunst. De kunstraad ziet kansen voor een mogelijke invulling door locatietheaterfes-tival Over het IJ, in samenwerking met de NDSM-werf. De geïntensiveerde samenwerking tussen deze partners in beeldende kunst en theater kan resulteren in interessante kruisbestuivingen, met openbare ruimte als ge-mene deler. Filminstellingen in Amsterdam hebben samen het initiatief genomen tot MACA: Moving Arts Center Amsterdam, een huis voor talent- ontwikkeling, een broedplaats, een ontmoetingsplek en podium. Als thuis-basis voor de muziekensembles beoogt Muziekgebouw aan ’t IJ de hub te worden in een landelijk netwerk van festivals, podia, kunstvakopleidingen, gezelschappen, ensembles en productiehuizen. Op het gebied van de dans ontbreekt het in Amsterdam aan een volwaardig productiehuis dat de diverse spelers in het dansnetwerk verbindt; een plek voor onderzoek, ex-periment en reflectie, presentatie, educatie en participatie, waar talenten zich kunnen ontwikkelen en publiek kan worden opgebouwd. Bestaande instellingen als Dansmakers Amsterdam en Veem Huis voor Performance zijn hiertoe onvoldoende toegerust. Na de afwijzing van Danswerf door het AFK30 dreigt sluiting van de locatie op het voormalig Storkterrein in Noord, waar Dansmakers Amsterdam is gevestigd.

30. Aanvraag van Stichting Dans aan het IJ (Dans-werf), een consorti-um dansinstellingen, afgewezen voor de tweejarige regeling op 3-12-2018.

43 VERKENNING 2019

Page 44: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Wor

ld M

inim

al M

usic

Fes

tival

201

7 , M

uzie

kgeb

ouw

a/h

IJ ©

Mar

tina

Sim

kovi

cova

HOOFDSTUK 7

Podia

De Amsterdamse podia ondervinden concurrentie van festivals, evenementen en voorstellingen op bijzondere locaties. Hun binding met het publiek is minder groot dan voorheen. Vooral de jonge

generatie theater- en concertbezoeker wil zich niet een jaar van tevoren vastleggen. Dit veranderend patroon leidt tot aanbod

dat inspeelt op de actualiteit.

44 VERKENNING 2019

Page 45: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Beze!ingsgraadHet Concertgebouw en Nationale Opera & Ballet (NO&B) zijn de groot-ste podia in Amsterdam met respectievelijk 1947 en 1600 stoelen. Hun bezettingsgraad is hoog. De cijfers van 2017 laten zien dat in Het Concertgebouw is sprake van een zaalbezetting van 80 procent en NO&B kent een gemiddelde bezetting van 93 procent. Beide instellingen zitten daarmee aan de top van hun verdienvermogen. Voor de kunstraad is de zaalbezetting slechts een van de indicatoren voor de impact van de podia. In de wens om nieuwe doelgroepen te bereiken, kan een lage bezettings-graad toch duiden op een goede prestatie. Het Bijlmer Parktheater vervult met een gemiddelde bezetting van 63 procent een belangrijke functie in de culturele infrastructuur in de stad.

Internationaal Theater Amsterdam (ITA), centraal gelegen aan het Leidseplein, rapporteert een gemiddelde bezetting van 76 procent voor de grote zaal en Rabozaal. Uit een steekproef van de AKr blijkt dat de zaalbe-zetting over de gehele linie goed tot redelijk is. Hoewel uit CBS-onderzoek blijkt dat kleinkunst in Amsterdam minder bezocht wordt, trekt het cabaretpodium De Kleine Komedie jaarlijks meer bezoekers. In dit theater kwam de zaalbezetting uit op 81 procent.

Een aantal podia heeft moeite om rond te komen. Podia die meer dan 50 procent eigen inkomsten en een hoge bezettingsgraad hebben, zijn zeven dagen in de week open om break even te draaien. Voor podia met minder dan 50 procent eigen inkomsten en een lage bezettingsgraad, is dicht zijn goedkoper dan programmeren. In beide gevallen ontbreekt het aan ruimte en tijd om de zalen te benutten voor experimenten of om voor-stellingen te monteren.

Veel functies die vroeger door reguliere arbeidskrachten werden ver-vuld, worden nu door vrijwilligers gedaan. Uit landelijk onderzoek blijkt dat bij podiumkunsten 40 procent van alle werkzame personen vrijwilliger is. Deze vrijwilligers nemen 19 procent van de arbeidsuren op zich.31

LandschapsconferentieDe podia in Amsterdam werken samen in het Overleg Amsterdamse Theaters (OAT) en presenteren in de aanloop naar het nieuwe kunstenplan het resultaat van hun Landschapsconferentie. Zij oriënteren zich hierin op Amsterdam als internationale, culturele groeistad en brengen in kaart hoe ze zich willen aanpassen aan de digitale mogelijkheden. Streaming van de-batten of voorstellingen kan interessant zijn. Bij publieksgroei is de bereik-baarheid van de podia een issue, wat betreft publieksverbreding liggen er kansen in de hele Metropoolregio Amsterdam. Bezoekersinformatie biedt een schat aan inzichten voor publieksbinding. Voor podia liggen er kansen in het delen van kennis en methodieken.

31. Bekkers, R.,Theo Schuyt en Barbara Gouwenberg (red.), Geven in Ne-derland (2017).

45 VERKENNING 2019

Page 46: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Het is de wens van veel podia in Amsterdam om zelf meer te produceren. Door de hoge vaste lasten voor de accommodaties en het personeel is hier weinig ruimte voor. Muziekgebouw aan ‘t IJ wil graag een landelijk pro-ductiehuis voor hedendaagse muziekcultuur opzetten. Dit Amsterdamse podium schrijft in een oproep aan de minister: ‘Hef het onderscheid tussen presentatie, productie, talentontwikkeling en innovatie op, smeed dit tot een nieuw, levend collectief en veranker dat in de BIS.’ De kunstraad kan zich goed vinden in dit pleidooi om de top, basis en het middensegment op een plek samen te laten komen. Dit denken, crossmediaal en innovatief, sluit aan bij een nieuwe generatie makers. In de verantwoording over de subsidie moet de nadruk niet langer liggen op groei en rendement, maar juist op bevlogenheid, originaliteit en verbindende kracht.

Divers publiekVeel podia hebben een achterban. Een maker als Nasrdin Dchar trekt een ander publiek in de Meervaart dan in Carré. Dat is niet bezwaarlijk, het toont aan dat de reputatie van instellingen een bepaald verwachtings- patroon genereert. Voor bewoners van de buitenranden van bijvoorbeeld de stadsdelen Noord en Nieuw-West kan de afstand tot een podium een drempel vormen. Het openbaar vervoer speelt hier ook een rol, maar be-langrijker is het gebrek aan herkenning of representatie. Het doorvoeren van een diversiteitsbeleid binnen de podia – die daarvoor nu te veel leunen op de cultuurhuizen – moet daar verandering in brengen.

CultuurhuizenDe vier cultuurhuizen in de A-Bis zijn zeer verschillend en toch herkenbaar als aparte categorie. Zij hebben een diverse, uitdagende programmering. Ze werken discipline overstijgend, geven kansen aan jonge makers, en hebben een binding met het stadsdeel waarin zij opereren. In 2019 zal de kunstraad de cultuurhuizen evalueren op basis van hun prestaties in de eerste twee jaar van het lopende kunstenplan. In hoofdstuk 17 gaat de kunstraad dieper in op de toekomst van de cultuurhuizen.

PodiumpasDe Podiumpas, nu nog in een pilotfase, kan een drempelverlagend effect hebben. Niet alle inwoners van Amsterdam weten de podia in het centrum voldoende te vinden. Satellietprogrammering op locaties in andere delen van de stad zou hier verbetering in kunnen brengen, zoals festival Over de Plas (Over het IJ aan de Sloterplas) en de plannen van Paradiso West.

Podia voor debatDe debatpodia nemen een bijzondere positie in. Op dit moment ontvangt

46 VERKENNING 2019

Page 47: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

alleen De Balie structurele subsidie voor de debatfunctie. De aanvraag van Pakhuis de Zwijger is in 2016 afgewezen door het AFK en De Nieuwe Liefde en de Rode Hoed zijn in handen van de particuliere investeerder Alex Mulder, die ook Felix Meritis en het Compagnietheater heeft gekocht. Op de laatste locatie wordt via CT Collective nadrukkelijk aansluiting gezocht en gevonden bij een jonger publiek door film, dans, mode, theater, exposi-tie, debat, muziek en festivals door elkaar te programmeren.

47 VERKENNING 2019

Page 48: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Hel

lo C

ello

Ork

est -

Cel

lo B

iënn

ale

© V

eerle

Bas

tiaan

ssen

HOOFDSTUK 8

Muziek en Muziektheater

Van broedplaatsen tot instellingen met internationale allure, van cultuurhuizen

tot grote festivals – op alle niveaus is het Amsterdamse aanbod op het gebied van

muziek overweldigend en divers. Het valt op dat de traditionele scheidslijnen tussen de genres steeds meer vervagen.

Bovendien is een beweging van het centrum naar de wijken waarneembaar.

48 VERKENNING 2019

Page 49: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Vooral in West en Noord ontwikkelen zich nieuwe culturele centra waar ook muziekinstellingen deel van uitmaken. Desondanks hebben de bezui-nigingen van de afgelopen jaren hun sporen nagelaten. Het muziekaanbod is weliswaar veelzijdig, maar niet langer verrassend of vernieuwend. Het aanbod van niet-westerse muziek heeft zich zeker sinds de sluiting van het Tropentheater, verspreid over verschillende podia in de stad: BIMHUIS, Het Concertgebouw, Muziekgebouw aan ‘t IJ, Melkweg en Paradiso. Podium Mozaïek – met het Nederlands Blazers Ensemble, Re-ART en Oorkaan als huisorkesten – en Mezrab zijn belangrijke instellingen met een diverse pro-grammering. Er is behoefte aan podia waar kan worden geëxperimenteerd. Ook zijn er onvoldoende mogelijkheden voor de doorstroming van talent. De explosieve toename van het aantal festivals, die met een toegankelijke programmering een groot publiek binnenhalen, betekent soms concurren-tie voor de zalen.

Pop en danceDe pop- en dancemuziek vormen een rijkgeschakeerd veld: het is een mooie afspiegeling van de jongerencultuur. Het aanbod is versnipperd – de vele subgenres hebben hun eigen podium – maar het publiek, dat zich graag identificeert met een muziekstroming, weet de weg te vinden. De segregatie geldt ook voor de culturele diversiteit van het publiek: dat blijft grotendeels gescheiden. De cultuurhuizen en ook Paradiso en de Melkweg slagen er bijvoorbeeld wel in om een gemengd publiek binnen te halen.

Vernieuwing speelt zich af in de niches, zoals in de techno (De School, RADION en Shelter), en in de Nederlandstalige rap en hiphop. Jonge pop-muzikanten kunnen terecht op het Conservatorium van Amsterdam en beginnende dj’s sinds kort op The School of House. Het podiumcircuit voor jonge bandjes varieert van broedplaatsen als OT301 en Unfinished tot de kelder van Paradiso, de bovenzaal van de Melkweg en de Tolhuistuin. Bovendien ondersteunt de GroepenRaad Amsterdamse Popmuziek (GRAP) beginnende muzikanten met competities, showcases en diverse festi-vals. Opvallend is de expansie van Paradiso naar de omliggende wijken. Het podium programmeert ook in Bitterzoet (Centrum), Paradiso Noord (Tolhuistuin) en Cinetol (de Pijp). Aan de andere kant van het spectrum be-vinden zich Ziggo Dome en AFAS Live: twee grote commerciële zalen die een logische aanvulling op het popcircuit vormen.

Concurrentie komt van binnen en buiten Amsterdam: middenzaal Ronda in TivoliVredenburg (Utrecht) blijkt Amsterdams publiek aan te trek-ken. Daarnaast kweken de vele (gratis) openluchtfestivals een ‘shoppend’ publiek: als het ene bandje niet bevalt, is er altijd wel een ander leuk op-treden; sfeer en food zijn minstens even belangrijk. Reguliere instellingen raken publiek kwijt door deze festivalisering, hoewel die ook kan leiden

49 VERKENNING 2019

Page 50: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

tot andere formats en interessante samenwerkingen, zoals onlangs een voorproefje van het grote Stockhausen-project (Holland Festival 2019) op ADE. Sommige zalen bewegen mee met de trend en gaan zelf ook festivals programmeren.

JazzmuziekKenmerkend voor Amsterdam is de nog altijd sterke internationale positie van de vrije impro-scene, zoals die te horen is in bijvoorbeeld Zaal 100. Daarnaast is het hele spectrum vertegenwoordigd van mainstream bop in de diverse jazzcafés en traditionele jazz in Het Concertgebouw tot spraak-makende festivals als Super-Sonic Jazz in Paradiso, Jazzfest Amsterdam in Studio/K en het Doek Festival in het BIMHUIS. Het BIMHUIS is nationaal en internationaal nog altijd het toonaangevende podium voor jazz en im-pro. Op dit moment verkeert het podium in een fase van transitie, zowel in organisatorisch, financieel als artistiek opzicht. Knelpunten in de jazzsector zijn een gebrek aan kleine podia (het BIMHUIS beschikt over één zaal) en concurrentie van (opnieuw) TivoliVredenburg.

Klassieke muziekHet klassieke aanbod in Amsterdam behoort tot de wereldtop. Tegelijkertijd is een tendens tot minder avontuur, risico en innovatie waarneembaar. Het Concertgebouw programmeert zelf twaalf ‘moderne’ concerten per jaar, waar ook honderd jaar oud repertoire (Stravinsky en Bartók) onder valt. Hetzelfde geldt voor de A-serie (Actueel, Avontuurlijk en Aangrijpend) van het Koninklijk Concertgebouw Orkest (KCO). Ook omdat de chef-dirigent grote invloed heeft op de keuze van het repertoire wordt met spanning uitgekeken naar de opvolging van dirigent Daniele Gatti.

Muziekgebouw aan ’t IJ slaagt erin een interessante, actuele en in de breedte uitwaaierende programmering neer te zetten. Desondanks voelt de instelling zich gevangen in een keurslijf van een krap budget enerzijds en stringente eisen wat betreft zaalbezetting en bezoekersaantallen ander-zijds. Er is – budgettair en fysiek – geen ruimte om nieuwe/jonge makers ruim baan te geven en nieuwe formats te ontwikkelen, zoals multimediale projecten. De Amsterdamse ensembles geven eenzelfde signaal af: de eisen vanuit overheid en fondsen zijn zo dwingend dat een kleine instelling zich geen ‘mislukking’ kan permitteren.

Nieuwe ontwikkelingen doen zich nu vooral voor binnen festivals en locatieprojecten. Door de bezuinigingen is een gat geslagen in het seg-ment tussen broedplaatsen en grote instellingen: er is behoefte aan kleine tot middelgrote podia, zowel voor jonge klassieke musici die nu niet kun-nen doorstromen als voor innoverende musici/componisten die nog niet aan het grote podium toe zijn. Splendor komt enigszins tegemoet aan de

50 VERKENNING 2019

Page 51: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

vraag, maar heeft te weinig middelen. Hier wreekt zich dat de muziek- sector geen eigen productiehuis heeft.

Op het gebied van professionele talentontwikkeling bieden het KCO en het NedPho verschillende trajecten. Net ontluikend amateurtalent kan terecht bij een van de vele leerorkesten die Amsterdam rijk is. De grote instellingen proberen met speciale projecten zoals Entrée, Horizon en The Rest is Noise een jonger publiek te trekken. Ook een festival als de Cello Biënnale (dat in de herfstvakantie valt) weet de jonge doelgroep te bereiken. De eerste editie van de Strijkkwartet Biënnale in 2018 was veelbelovend.

MuziektheaterDe Nationale Opera behoort tot de top. Met sommige producties trekt de opera een gemêleerd publiek, dat desondanks niet de multiculturele samenleving weerspiegelt. Het zeer succesvolle ‘dochterfestival’ Opera Forward Festival zet volledig in op jong en divers (makers én publiek), innovatief en geëngageerd – het levert spraakmakende gebeurtenissen op. Het alle disciplines omvattende Holland Festival vertegenwoordigt sinds

jaar en dag een hoge kwalitatieve standaard – niet het minst op het gebied van opera en muziektheater. Het festival heeft zich de laatste jaren ver-nieuwd, met een rijker geschakeerd aanbod en een jonger en meer divers publiek als gevolg. Het kleinschalige, interdisciplinaire muziektheater (zo-als door de Diamantfabriek) is een genre dat veel jonge makers inspireert. Interessante artistieke innovaties vinden plaats, waar een nieuw publiek op afkomt. Dit genre heeft geen eigen podium, maar duikt bij verschillende theaters en andere locaties op, en lijkt in staat een nieuw publiek aan te boren.

InkomenspositieVerontrustend is de inkomenspositie van musici zonder vast dienstver-band. De inkomenspositie van klassieke musici (zonder orkest-cao) is slecht. De Fair Practice Code moet de sector weer in evenwicht brengen. Invoering van een eerlijke honorering is voor de muziekensembles extra lastig. Bij de orkesten (en ook in het theater en de dans) wordt met een cao gewerkt, maar in de ensemblesector is dit niet het geval. Volgens de sector worden musici circa 40 procent slechter betaald dan in sectoren

Verontrustend is de inkomenspositie van musici zonder vast dienstverband

51 VERKENNING 2019

Page 52: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

waar wel op basis van een cao wordt gewerkt. Zij kunnen het geld voor een betere beloning niet uit entreekaartjes bekostigen omdat hun eigen inkom-sten al boven de 50 procent zitten, en minder concerten geven is geen oplossing omdat er dan te veel inkomsten wegvallen. Ook in de jazz is het nauwelijks mogelijk om rond te komen. De in het verleden zwaarbevochten Bim-norm (€275 per avond)32 wordt zelden gehaald. Vaak hangt de beta-ling af van de kaartverkoop en wordt een bedrag per optreden betaald, ongeacht de grootte van de groep. Terwijl men in de dance goed kan ver-dienen, houden bandjes het hoofd nauwelijks boven water – mede door de vermenging van het amateur- en professionele circuit. In het kader van de Fair Practice Code heeft minister Van Engelshoven onlangs samen met het FPK, de SENA (Stichting ter Exploitatie van Naburige rechten) en het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie een investeringsfonds opgericht om de carrièreontwikkeling van popmusici een duwtje in de rug te geven.

32. De Bim-norm is opgesteld door Beroepsvereniging van Improviserende Musici (BIM), die zich sinds 1971 in-zet voor de belan-gen van jazzmusici op het gebied van speelplekken, beta-ling en waardering.

52 VERKENNING 2019

Page 53: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Woi

ski v

s. W

oisk

i – O

rkat

er e

n he

t Bijl

mer

Par

kthe

ater

© B

en v

an D

uin

HOOFDSTUK 9

"eater

Samenwerking is het sleutelwoord binnen het theaterveld, met coproducties,

multidisciplinair theater of co-creatie. De verregaande samenwerking tussen Toneelgroep Amsterdam en Stichting Stadsschouwburg leidde in 2018 tot een fusie waarbij het theater aan het

Leidseplein verder is gegaan onder de naam Internationaal Theater Amsterdam,

afgekort ITA. Artistiek directeur Ivo van Hove bouwde de afgelopen jaren

met succes een internationale reputatie op. Het is de vraag hoe ITA zich gaat

verhouden tot de stad.

53 VERKENNING 2019

Page 54: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Multidisciplinaire aanpak en crossoversIn het huidige theateraanbod is samenwerking met andere disciplines, zoals film, literatuur, muziek of beeldende kunst, aan de orde van de dag. Teksttoneel, hiphop, spoken word en kleinkunst gaan moeiteloos samen. Per productie worden nieuwe vormen uitgeprobeerd, soms met onver-wachte partners. Denk aan Gesualdo waar De Warme Winkel succesvol samenwerkte met het Nederlands Kamerkoor. Of aan Nineties Productions en Touki Delphine die in Billy The Kid, a post-truth concert in court uiteen-lopende muziekstijlen samenbrachten. Vooral jonge makers mengen stijlen en vormen en gebruiken daarbij allerlei inspiratiebronnen. Van echt nieuwe ‘genres’ in het theater is wat de kunstraad betreft geen sprake. Het zijn steeds meer crossovers, kruisbestuivingen, oplevingen of herontdekkingen van reeds bestaande of vergeten vormen. Makers houden er niet van om in een frame geplaatst te worden. Theatermaker Stephanie Louwrier stelde vorig jaar in de Volkskrant: ‘[…] Actrice, presentatrice, theatermaker? Wat ik maak is een mengvorm van stijlen – stand-upcomedy, muziektheater, performance – die niet goed in één hokje past.’33 Voor programmeurs en marketeers kan het lastig zijn om voorstellingen te duiden en het juiste publiek te vinden. Het ervaren theaterpubliek gaat graag mee in nieuwe concepten.

TrendsEen wisselwerking tussen moderne dans, mime en acrobatiek resulteert in het nieuwe circus. Geen opeenvolging van afzonderlijke trucs, maar artistieke voorstellingen met zeggingskracht. Deze kruisbestuiving leeft in Rotterdam en Tilburg, maar wint ook op festivals in Amsterdam aan terrein. Voorbeelden zijn het gezelschap TENT, dat in de zomer van 2018 te zien was op Over het IJ, en Boost, een werkplaats waar kinderen circus kunnen beoefenen en beleven en waar door professionals producties wor-den opgezet, bestemd voor nationale en internationale theaters, festivals en scholen. Tot nu toe blijft circusaanbod achter in kleinere zalen in de stad, die nog te weinig zijn toegerust op de technische eisen ervan. Dit is jammer, omdat nieuw circus volop kansen biedt voor een breed en divers publieksbereik.

Naast de inzet van snelle projecties, muziek of fysiek spektakel ziet de kunstraad een omgekeerde trend: het verstilde vertellen van verhalen, bij-voorbeeld een persoonlijk of sprookjesachtig verhaal. Dit gebeurt meestal

33. ‘Stephanie Louwrier: Ik voel-de me waardeloos, en applaus was het enige dat hielp’, De Volkskrant, 20-07-2018.

Het ervaren theaterpubliek gaat graag mee in nieuwe concepten

54 VERKENNING 2019

Page 55: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

in een sober decor met veel ruimte voor verbeelding. Voor storytelling is een groot publiek, het was verheugend te zien dat het Amsterdam Fringe Festival, de Off-Off-Broadway variant van het Nederlands Theater Festival, bijdroeg aan een opleving van dit genre.

Theatercolleges zijn ook populair. Journalistiek, debat en theater komen samen in de op historisch onderzoek gebaseerde vertellingen van Diederik van Vleuten of in programma’s geënt op de actualiteit zoals Sign of the Times van ITA en De Balie. Ad-hocprogrammering valt in de smaak bij een jong publiek dat zich niet lang van tevoren wil vastleggen. De Amsterdamse podia spelen hier steeds beter op in door ruimte vrij te hou-den voor producties die inspelen op wat er leeft in de stad.

Het is een positieve ontwikkeling dat de grenzen vervagen tussen ge-subsidieerd en ongesubsidieerd theater, tussen toneel en musical, tussen het idee van elitair theater en entertainment. Muziektheatergezelschap Orkater won Musical Awards. Jonge afgestudeerde acteurs spelen in musicals als Soldaat van Oranje of Fiddler on the Roof, maar ook in ge-subsidieerde producties. Sommige voorstellingen van de landelijke BIS-

gezelschappen spelen niet in ITA, maar in DeLaMar. De kunstraad vraagt zich af of er voldoende aanbod blijft voor de grote zaal nu landelijke BIS-gezelschappen meer te zien zijn in een midden- of vlakke vloerzaal. Succesvol kleinschalig aanbod is niet zonder meer om te zetten in een voorstelling die in de grote zaal terechtkan.

Sociaal-artistiek theaterEen andere zichtbare trend is die van sociaal-artistiek theater, community art of co-creatie: projecten door en voor ongeoefende spelers en kijkers binnen een gemeenschap, begeleid door professionele theatermakers en kunstenaars. Stedelijke vraagstukken krijgen vorm in samenwerking met partners buiten het culturele veld, zoals woningcorporaties of banken. Deze samenwerkingen zijn intensief en resulteren in inhoudelijke verdie-ping, maatschappelijke inbedding of cofinanciering. Voorbeelden zijn De onvertelde stad in Frascati Issues, de jongerenprojecten van Theater Na de Dam en Operatie Periscoop in West. Podium Mozaïek biedt dit soort op de buurt gerichte projecten productionele ondersteuning en vergroot de

Dwars door alle artistieke vernieuwingen heen ziet de kunstraad vaker makers of spelers die niet het geijkte pad van een kunstopleiding bewandelen

55 VERKENNING 2019

Page 56: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

zichtbaarheid van het werk. Het levert incidenteel nieuw publiek op, maar de stap naar vervolgbezoek is voor dit publiek moeilijk te zetten.

Selfmade makersDwars door alle artistieke vernieuwingen heen ziet de kunstraad vaker makers of spelers die niet het geijkte pad van een kunstopleiding bewan-delen. Zij zijn selfmade en dragen bij aan een grotere diversiteit aan speel-stijlen, vormkeuzes en culturele bagage onder makers en spelers. Dit sluit aan bij een inhoudelijke trend waarbij de kunstenaar zijn eigen identiteit centraal stelt of bevraagt in een voorstelling. Denk aan Samenloop van omstandigheden van Saman Amini en Melk & Dadels van Rose Stories. Het is toe te juichen dat er meer ruimte wordt genomen en gemaakt voor tot nu toe onvertelde verhalen. Groepen zoals Well Made Productions, RIGHTABOUTNOW INC. en Urban Myth zijn een welkome en noodzakelijke toevoeging aan het steeds veelkleuriger wordende podiumkunstenpalet waarin de gehele stad zich zou moeten kunnen herkennen.

PubliekDe kunstraad ziet in het theaterveld een toenemend bewustzijn over de doelgroepen voor wie men maakt en programmeert, en wie er (nog) niet bereikt wordt. De Toneelmakerij trekt in het voorjaar van 2019 naar Zuidoost voor een nieuwe voorstelling over en voor de bewoners. Theaters weten over het algemeen wat er leeft bij hun eigen (en gewenste) publiek en gaan steeds meer het artistieke gesprek aan met hun bespelers. De trend dat presentatieplekken hun eigen aanbod produceren, zet door. Zo produceerde Orkater in samenwerking met het Bijlmer Parktheater Woiski vs. Woiski, over een van de eerste families die vanuit Suriname naar Nederland kwam in de jaren ’30 en de furore maakte met hun Caribische muziek. Podia experimenteren met programmering op afwijkende mo-menten. DeLaMar heeft tegenwoordig een zomerprogrammering en boekt succes met producties als In de ban van Broadway.

Festivals als de Parade maken theater toegankelijker door korte voor-stellingen te presenteren in een romantische sfeer met een groot ho-reca-aanbod. We Are Public laat zien dat er genoeg liefhebbers zijn die inspelen op kansen voor goedkoop theaterbezoek. Naast jongeren, maken senioren hier ook gebruik van.

De druk om steeds opnieuw tot een succesvol eindresultaat te komen is hoog

56 VERKENNING 2019

Page 57: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Programmering buiten de zaal kan theater laagdrempeliger maken. Als er dicht op of tussen het publiek gespeeld wordt, ontstaat bij de toeschou-wer het gevoel onderdeel te zijn van iets unieks. Locatietheater bestaat al lang, tegenwoordig zijn broedplaatsen of leegstaande kantoorpanden populaire speelplekken voor gezelschappen als Dood Paard of Circus Treurdier. Niet alleen voegt een locatie een inhoudelijk onmisbare dimen-sie toe, de spreiding van theater over de stad kan helpen bij verbreding van het publieksbereik. Als de marketing zich ook op omwonenden richt, liggen hier mooie kansen.

SamenwerkingHet valt op dat jonge makers elkaar sneller opzoeken. Samenwerking vin-den zij vanzelfsprekend. Er zijn collectieven van afgestudeerde makers ontstaan zoals De Theatertroep, Nineties Productions, Collectief Walden of Lars Doberman. De kunstraad signaleert dat van jonge makers nieuwe vaardigheden worden verwacht, maar dat zij, doordat ze van project naar project ‘hollen’, niet genoeg tijd hebben om deze te ontwikkelen. De druk om steeds opnieuw tot een succesvol eindresultaat te komen is hoog. Structurele samenwerking en ruimte voor verdieping is wenselijk, terwijl veel instellingen maar incidenteel ruimte kunnen bieden aan talentontwik-keling. Daarnaast vinden instellingen het vaak not done als jonge makers tegelijk werken bij verschillende productieplekken, zoals Theater Bellevue en Frascati. Instellingen hechten (om zich artistiek te kunnen onderschei-den) aan hun eigen signatuur, maar jonge makers voelen zich minder dan vroeger verbonden aan één label. De vraag naar creatief producenten en zakelijk leiders neemt toe, nu er hogere eisen worden gesteld aan onder-nemerschap en er vele subsidieaanvragen opgesteld moeten worden. DAS, de master opleiding van de Academie voor Theater en Dans, heeft sinds september 2018 een master Creative Producing.

57 VERKENNING 2019

Page 58: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Hot

el R

ock

Bott

om –

Man

||C

o ©

Bar

t Grie

tens

HOOFDSTUK 10

Dans

Amsterdam heeft een zeer gevarieerd dansaanbod; veel stijlen zijn hier te

vinden. Het aanbod hedendaagse dans bestrijkt het hele spectrum van hiphop, jeugddans, tot aan experimentele dans, performance art en dansfilms. De stad kent bovendien verschillende goede

dansopleidingen, maar heeft moeite om (jong) talent vast te houden.

58 VERKENNING 2019

Page 59: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Top en basisHet grootste klassieke balletgezelschap van Nederland huist in de hoofd-stad. Onlangs ontving Het Nationale Ballet 23 eervolle vermeldingen op de jaarlijst van de Critic’s Choice van het danstijdschrift Dance Europe. Het gezelschap kreeg voor het derde jaar op rij een vermelding als Company of the year, en artistiek directeur Ted Brandsen werd opnieuw genoemd in de categorie Best director of the year.34 Internationale klasse gaat in Amsterdam hand in hand met hoogstaande buurtvoorzieningen. In de Baarsjes is door particulier ondernemer Lenny Balkissoon in 2014 een van de grootste danscentra in Europa geopend. De oud-danser verbouwde de Chassékerk tot onder andere acht dansstudio’s, waar naast de Nationale Balletacademie ook scholen uit de buurt gebruik van maken. Het faciliteren van interculturele ontmoeting speelt hierbij een belangrijke rol.

Arbeidsmarkt dansInvoering van de Fair Practice Code voor een eerlijke honorering is ook in de danssector hard nodig. Maar het opleggen van een verplichting voor alle gesubsidieerde gezelschappen om deze code te volgen, roept ook vragen over de consequenties op. Betekent dit dat er veel minder voor-stellingen gemaakt kunnen worden? Komt de arbeidsmarkt voor freelan-cers in de dans dan niet in de knel? Collectieve voorzieningen, zoals de Omscholingsregeling Dansers Nederland, zijn nu al moeilijk uitvoerbaar.

Amsterdam heeft lange tijd veel aanzien gehad als internationale dansstad en leunt deels nog steeds op die reputatie. Het dansveld is zeer veelzijdig, allerlei functies van talentontwikkeling tot excellentie worden vervuld. Voor een bloeiend dansveld is de samenhang tussen die functies van groot belang, maar dit komt onvoldoende van de grond. De kunstraad heeft veel waardering voor de samenwerking van de gesubsidieerde instel-lingen die heeft geleid tot het plan Danswerf op de locatie van Dansmakers in Amsterdam Noord. Het zou goed zijn deze locatie te behouden voor de dans.

TalentontwikkelingIn Amsterdam zijn alle ingrediënten aanwezig om tot een ‘continu, con-sequent en samenhangend dansaanbod’ te komen.35 Toch heeft de stad moeite om (jong) talent vast te houden. De huidige dansinfrastructuur biedt deze jonge mensen onvoldoende mogelijkheden zich verder te ont-plooien. Een dans-maakproces start vanuit het lichaam, gebeurt onder bepaalde condities en kost tijd. Het kent fasen van maken, onderzoeken en presenteren. Het kunnen werken zonder de druk om in een (te) vroeg stadi-um te hoeven presenteren is in de ontwikkeling van een jonge choreograaf van groot belang. In Amsterdam ontbreekt het aan condities en plekken

34. Dans Maga-zine: http://bit.ly/2STVTWG

35. Alles be-weegt. Sectoradvies Dans, Raad voor Cul-tuur, 2018, p. 61.

59 VERKENNING 2019

Page 60: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

waar jong talent die vlieguren kan maken. Gezelschappen hebben moeite om de extra taak van talentontwikkeling uit het bestaande budget te finan-cieren. Als zij ook landelijke subsidie krijgen, lopen zij tegen knellende ac-tiviteitenverplichtingen aan. Jonge makers weten de weg onvoldoende te vinden naar voor hen bedoelde regelingen. Spraakmakend talent vertrekt, ook ten gevolge van het gebrek aan betaalbare woon- en werkruimte.

Door een gebrek aan kansen in het reguliere werkveld, creëren jon-ge makers, dansers en performers zelf ruimte voor het presenteren van hun werk. JACUZZI werd vorig jaar opgericht door vijf performers en choreografen (voornamelijk afkomstig van de School for New Dance Development, die een studio in Amsterdam West huurden om collectief te kunnen werken). In een intieme setting toonden zij bijvoorbeeld queerper-formances. Een ander collectief is MAN II CO, opgericht door oud-studen-ten van de Amsterdamse Academie voor Theater en Dans (studierichting Moderne Theaterdans), dat op het snijvlak van dans, theater en performan-ce werkt en moderne dans toegankelijk wil maken.

Talentontwikkeling in de dans moet zich ook richten op de meer ervaren choreograaf. Deze valt vaak tussen wal en schip, omdat hij/zij geen beroep kan doen op regelingen voor jonge makers. Zeker nu de door BAU geïniti-eerde Stimuleringsregeling Eigentijdse Dans36, voor een tegemoetkoming in de huurkosten voor repetitie- en montageruimte, is afgelopen.

Podia Alle podia van Amsterdam programmeren in redelijke mate dans. Maar een echt danspodium, waar dans in de volle breedte en diversiteit te zien is, ontbreekt. Amsterdam biedt onderdak aan verschillende dansfestivals zoals Julidans, Cinedans, TangoTrain en Summer Dance Forever. Het festi-val Something Raw, voor internationale ontwikkelingen op het gebied van experimentele dans en performance art, hield in 2018 na zestien edities op te bestaan. Mogelijk neemt minifestival Come Together de plek voor een deel in. Come Together begon in 2014 – makers en performers toonden werk aan elkaar – en strekt zich inmiddels uit over meerdere disciplines. Internationale dansvoorstellingen zoals te zien zijn tijdens Julidans, zouden vaker geprogrammeerd moeten worden, waardoor Amsterdam beter aan-gesloten blijft bij internationale vernieuwing en ontwikkeling. Het nieuwe reizende Explore Festival voorziet wellicht in die behoefte.

PubliekIn Amsterdam is een groot en divers danspubliek te vinden, dat zowel in het centrum als daarbuiten podia bezoekt. De Meervaart in Nieuw-West biedt plaats aan het stadsgezelschap ICK Amsterdam. Deze A-Bis-instelling heeft bewust gekozen voor een locatie buiten het centrum. Het trouwe

36. De Stimule-ringsregeling Eigen-tijdse Dans uit 2014 werd geïnitieerd door BAU, platform voor onafhankelijke makers en voor vier jaar uitgevoerd door Cultuur & Onderne-men.

60 VERKENNING 2019

Page 61: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

publiek is ICK gevolgd naar de Meervaart, wat bijdraagt aan de spreiding van publiek over de stad. Ook de andere cultuurhuizen programmeren dansvoorstellingen. Het aanbod is echter voor het publiek nog niet zicht-baar en vindbaar genoeg. Er zou meer samenhang en afstemming mogen zijn in Amsterdam op het gebied van dansprogrammering.

Er liggen kansen op het gebied van publieksbereik. Interactie met an-dere maatschappelijke domeinen kan bijdragen aan het bereiken van een nieuw publiek, zoals het collectief Moha Project dat kunst en performances realiseert in publieke ruimtes waarbij het gezamenlijke creëren centraal staat. Ook een populair festival als TangoTrain en instellingen actief in de jeugddans en de hiphop die gewend zijn zich bezig te houden met pu-blieksparticipatie en publiekswerking, kunnen daar een rol in spelen. Een voorbeeld zijn de succesvolle What ISH-avonden. In een (urban) clubset-ting staan actuele thema’s als gender en post-kapitalisme centraal. Door jeugddans en hiphop steviger te verankeren in het Amsterdamse dansveld, kan gebouwd worden aan een divers publiek van de toekomst.

HiphopDe wederzijdse kruisbestuiving tussen hiphop en hedendaagse dans is al een tijdje aan de gang, onder meer op de Academie voor Theater en Dans. Vanaf het studiejaar 2019-2020 zullen de opleidingen Urban Contemporary en Moderne Theaterdans samengaan. Dit kan bijdragen aan de toestroom van makers en dansers uit de hiphop naar de reguliere dansgezelschappen en daarmee de inclusiviteit van de danssector vergroten. De voortgezette samenwerking tussen Het Nationale Ballet en ISH in de voorstelling GRIMM (2018) is daar een voorbeeld van. Sarada Sarita Keilman won voor haar indrukwekkende optreden in GRIMM een Zilveren Krekel, en zo wordt bij-voorbeeld voguing, dat zijn oorsprong vindt in de LHBTQ+ gemeenschap, onder de aandacht gebracht van een groter publiek.

Voorlopig kan het groeiende hiphopcircuit maar beperkt terecht bij de bestaande gezelschappen en podia, en is het nog onvoldoende zichtbaar in Amsterdam. Summer Dance Forever, dat al jaren een podium biedt aan internationale dance battles en een enorm online publiek heeft, maakte een sprong naar de Stadsschouwburg en produceert naast battles nu ook voorstellingen. Dit is voor beide organisaties een interessante ontwikke-ling. Maakpraktijken binnen hiphop, maar ook binnen jeugddans en van

Het groeiende hiphopcircuit is nog onvoldoende zichtbaar in Amsterdam

61 VERKENNING 2019

Page 62: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

onafhankelijke makers, passen niet altijd binnen de traditionele kaders. Daarom bewandelen hiphop-choreografen een eigen, soms commerciële, weg of wordt in de marge, veelal onder de radar, gewerkt. Er is een grote behoefte onder makers en dansers aan een plek waar zij zich in kunnen herkennen en herkend kunnen worden. Instellingen in Amsterdam zijn daarom met elkaar in gesprek over de wenselijkheid en vorm van een ur-ban-platform. Organisaties als Summer Dance Forever, BackBone en Solid Ground Movement kunnen een rol spelen in de verdere professionalisering en emancipatie van de hiphop.

62 VERKENNING 2019

Page 63: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Bab

s’ W

oord

salo

n –

Poet

ry C

ircle

Now

here

© Je

an v

an L

inge

n

HOOFDSTUK 11

Le!eren en Debat

Genres zijn aan het vervagen, zeker in het letterenlandschap. Het is een groot, lastig af te bakenen en fragmentarisch domein met onder meer debat, theater,

muziek, rap, hiphop, storytelling, lecture performance, spoken word en ook digitale

taalvaardigheden als podcast, vlogs en films. Taal is de gemene deler.

63 VERKENNING 2019

Page 64: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

De kunstraad ziet over het algemeen niet meer of minder activiteiten ten opzichte van vier jaar geleden, maar het karakter van de activiteiten is veranderd; meer versnipperd (veel ad hoc en eenmalig), van meerdere par-tijen afkomstig en op verschillende locaties: van theater tot huiskamer tot boekhandel. Er is veel diversiteit in het veelal hoogwaardig aanbod. Niet alleen de literaire organisaties, maar ook andere cultuurorganisaties wijden een deel van hun programmering aan literatuur. Er gebeurt veel in de wij-ken en buurten van de stad.

Voorbeelden van nieuwe / kleine literaire avonden en plekken• Cocktails & Lulverhalen (Doka – Club Canvas)

• De Mus (Torpedo #eater)

• Barts Boekenclub (Be!y Asfalt Complex)

• Notes of a Dirty Old Man (Bar Bukowski)

• Cultureel eetcafé Skek

• Mezrab – #e House of Stories

• Avonden van online platform De Optimist

DebatHet debat in Amsterdam is ver ontwikkeld, ook internationaal gezien. De verschillende podia voor debat bieden een gedifferentieerd aanbod en vullen elkaar aan. De profilering is landelijk of juist lokaal gericht, waar-bij wordt gekozen voor het tonen van tegenstellingen (debat) of voor het zoeken naar overeenkomsten (in gesprek gaan). Soms kiest men een thematische niche, zoals De Nieuwe Liefde, die zich richt op persoonlijke verdieping.

De behoefte elkaar te vinden en te spreken is groot. Belangrijk is de vraag of er voldoende (verschillende) gesprekken zijn en of iedereen daar-aan kan en wil deelnemen. De kunstraad constateert dat de huizen voor debat – evenals de literaire instellingen in de stad – over het algemeen bewust bezig zijn met hun personeelsbeleid en dat er veel gewerkt wordt met externe redacties, om het perspectief en bereik van de organisatie te vergroten. Het aantal activiteiten in andere talen groeit, er worden vooral meer programma’s in het Engels gemaakt.

PoëzieVoor poëzie is niet veel (vaste) plek in de stad, cultuurpodia maken voor poëzie weinig ruimte. Er zijn in Amsterdam wel (kleinere) poëzieavonden, maar vergeleken met Rotterdam of Utrecht komt Amsterdam er bekaaid af. Er is steeds minder aandacht voor de klassieke dichters. Amsterdam heeft

64 VERKENNING 2019

Page 65: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

ook geen stadsdichter meer. Dit initiatief van stadsdeel Centrum is in 2018 stopgezet. Voor veel mensen leeft het genre poëzie wel buiten het papie-ren boek. Een nieuwe generatie dichters, zoals rappers en spoken word- artiesten, geniet veel aanzien.

Poetry International, School der Poëzie en Maatschappij der Nederlandse Letterkunde hebben De Grote Poëzieprijs in het leven geroe-pen, de opvolger van de VSB-Poëzieprijs. Het verruimen van optreed/pre-sentatie-mogelijkheden voor poëzie, bijvoorbeeld via een festival op een laagdrempelige locatie, is wat de kunstraad betreft wenselijk.

Spoken wordSpoken word beleeft een opmars in Nederland. Het is steeds vaker te vin-den in Nederlandse theaters, festivals, maar ook in tv-reclames. Spoken word is een crossover waar literatuur, poëzie, theater en muziek samen-komen, het is in feite een ‘attitude’ naar taal en woorden. Talenten voelen zich vaak meer verbonden met urban art, theater en muziek dan met let-teren. Spoken word levert spannende nieuwe vormen en een nieuwe rele-vantie op. Spoken word is een van de belangrijkste disciplines als het gaat om culturele diversiteit. In Rotterdam is spoken word veel groter dan in Amsterdam. 010 SAYS IT ALL is een Rotterdams spoken word-festival met erg veel potentie, ook als voorbeeld voor Amsterdam. Het festival Reuring (Purmerend) is een goed voorbeeld van een plek waar semiprofessionele makers kunnen laten zien wat ze kunnen.

In kwantiteit is er op het gebied van spoken word veel gebeurd, maar om de kwaliteit verder te ontwikkelen moeten er nog stappen gemaakt worden. Hiervoor zijn meer middelen, begeleiding en professionalise-ring nodig. Een eerste stap is erkenning door de fondsen. Het Fonds Podiumkunsten heeft spoken word toegevoegd aan de Nieuwe Makers Regeling. Ook het Letterenfonds kijkt nu breder dan alleen literatuur. Gevestigde instellingen zouden in hun programmering meer ruimte kun-nen maken voor spoken word. Ruimte voor repetitie en ruimte voor pre-sentatie. Goede voorbeelden in de stad zijn Woorden Worden Zinnen in de Tolhuistuin en Art Harder. 

Poetry Circle NowhereDoor Nowhere, het productiehuis in Amsterdam Oost, worden

veel talentontwikkelingstrajecten en evenementen voor jongeren

georganiseerd, waaronder Poetry Circle. Poetry Circle Nowhere

is een landelijk platform voor schrijvende performers en perfor-

mende schrijvers, dat spoken word performances en voorstel-

lingen maakt voor theaters, festivals en andere plekken. Er zijn

65 VERKENNING 2019

Page 66: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

trajecten voor jongeren tussen de vij"ien en dertig die een jaar

lang worden begeleid door coaches bij het schrijven en perfor-

men. Poetry Circle ondersteunt talenten ook bij de zakelijke kant.

PodcastPodcast is een vorm van letteren die steeds populairder wordt. Maandelijks luistert 18 procent van de Nederlanders naar podcasts.37 Het aanbod Nederlandstalige podcasts groeit met de dag en is het lezen voorzichtig aan het verdringen. Podcast is erg in trek vanwege het gemak voor de luisteraar. Voor de Nederlandse maker is het nu nog commercieel onin-teressant, de markt is nog klein en onderontwikkeld. Wel is podcast voor auteurs en instellingen een goede marketingtool en hebben zij met pod-cast de mogelijkheid het bezoek in te leiden, te verlengen en te verdiepen. Instellingen als De Balie en Pakhuis de Zwijger maken een wekelijkse pod-cast. Ook de livestream van beide instellingen levert online veel bezoekers op. Ondercast (literaire podcast) was een pionier. Poëziepodcast is een nieuwkomer, gemaakt door Daan Doesborgh met steun van de Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam (SLAA), Vrij Nederland en Splendor. Vrijwel alle journalistieke platformen verzorgen journalistieke podcasts.

AuteursDe inkomenspositie van auteurs, veel van hen woonachtig in Amsterdam, staat sterk onder druk: mensen stoppen daardoor met het beoefenen van het schrijversvak. Het treft vooral schrijvers die bij hun derde of vierde boek zijn en auteurs van poëzie. De meeste auteurs kunnen niet rond-komen van alleen de verkoop van hun boeken. Een eerlijke auteursho-norering is van groot belang. Schrijvers konden voorheen ‘bijklussen’ in de journalistiek of in literaire bladen, maar die uitwijkmogelijkheden zijn steeds beperkter. Schrijvers zijn meer dan ooit afhankelijk van podia. Voor hun inkomsten moeten auteurs gevraagd worden voor optredens. De Fair Practice Code moet ervoor zorgen dat auteurs redelijker vergoed worden voor hun optreden.

Schrijvers met een biculturele achtergrond krijgen moeilijk een voet tussen de deur. Er zijn minder uitgeverijen waar deze auteurs een kans ge-boden wordt. Een grote rol hierbij speelt dat er weinig verloop is binnen de (witte) uitgeverijwereld. De ruimte voor experiment binnen de boekensec-tor is klein. Uitgeverijen financieren boeken (van nieuwe, nog onbekende schrijvers) met de opbrengsten van boeken (van gevestigde auteurs) die veel geld opleveren. De rol van de media, de schrijvende pers maar vooral programma’s als DWDD is steeds groter aan het worden en bepalend voor het succes van schrijvers en de verkoop van hun boeken.

37. Reuters In-stitute: http://bit.ly/2SNLR9f

66 VERKENNING 2019

Page 67: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

EducatieDe plek van letteren binnen het Amsterdamse basispakket is marginaal. De Raad voor Cultuur doet in zijn sectoradvies letteren een dringende oproep te investeren in lees- en literatuuronderwijs en de bestrijding van laagge-letterdheid. Taalverwerving en taalvaardigheid zijn belangrijk, maar dat is geen kunstvorm. Scholen laten hun leerlingen weinig in contact komen met echte schrijvers. Buitenschools zijn er verschillende initiatieven.

Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA)De OBA is een belangrijke speler die veel literaire activiteiten en exposities organiseert, samen met diverse instellingen. De voorheen belangrijkste taak van de OBA, boeken uitlenen, maakt steeds meer plaats voor een nieuwe hybride vorm van bibliotheekfunctie. De OBA is laagdrempelig, waardoor een divers en daarbij jong publiek bereikt wordt. De OBA di-versifieert haar collectie en investeert in literatuur in allerlei talen. Dit jaar start de OBA het initiatief Huis van Alle Talen, vooralsnog voor de westerse vreemde talen.

Met het oog op de snelle uitbreiding van de stad met nieuwe woonwij-ken heeft de OBA een beleidsvisie 2019-2022 gepresenteerd. Nieuwe loca-ties zijn voorzien aan het Osdorpplein (OBA XL, mogelijk in samenwerking met radiozender FunX), een ‘hotspot’ in de Staalmanpleinbuurt en de OBA Next op de Zuidas. De laatste vestiging moet een kennishub worden die 24 uur per dag open is. Bij het openen van nieuwe filialen zoekt de OBA be-wust naar partners. De samenwerking van OBA Cinetol met Ostade A’dam (CC Amstel) in het Asscherkwartier is daar een voorbeeld van.

67 VERKENNING 2019

Page 68: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: © S

tede

lijk

Mus

eum

Am

ster

dam

HOOFDSTUK 12

Musea, Erfgoed en Monumenten

De Amsterdamse museumsector is een verscheiden geheel, een museaal netwerk

dat sectoroverstijgend is, van kunst, erfgoed tot literatuur en wetenschap.

Van de grote instellingen die tevens de Collectie Amsterdam huisvesten, tot

musea die zich richten op kunstenaars die tot het erfgoed van Amsterdam

behoren; ook zijn er diverse buurtmusea in de wijken. De kunstraad ziet veel

potentie in het museale netwerk, dat doorloopt in de metropoolregio, maar

weet ook dat musea juist door de verscheidenheid en onderlinge verschillen

bij samenwerkingen tegen praktische belemmeringen oplopen.

68 VERKENNING 2019

Page 69: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

PubliekUit Museumcijfers 2017 blijkt dat de provincie Noord-Holland als enige provincie meer buitenlandse bezoekers dan Nederlandse bezoekers trekt.38 Toch lijkt het erop dat niet alle musea automatisch profiteren van het stij-gend aantal bezoekers in Amsterdam. De bezoekcijfers van de grote musea in Amsterdam zijn over het algemeen goed. De middelgrote en vooral de kleinere musea hebben het een stuk moeilijker.

Uit ervaring van musea blijkt dat het aantrekken van diverse doel-groepen bij specifieke evenementen wel lukt (denk bijvoorbeeld aan de Museumnacht, of concerten of presentaties van kunst van kunstenaars uit een specifieke regio), maar dat het niet gemakkelijk is om deze doelgroepen voor een vervolgbezoek te interesseren. Het bieden van een meerstemmige programmering is van belang om een divers publiek aan te trekken.

InclusiviteitInclusiviteit is het belangrijkste thema in deze sector, en niet in de laatste plaats omdat musea relevant moeten blijven voor de bezoekers en zich moeten verhouden tot de stedelijke realiteit. Relevant worden of zijn,

dwing je niet af; relevant blijven, eist een oprechte investering. De oprecht-heid van een museum om inclusiever te worden en blijven, is iets wat zich op het gebied van zowel publiek als personeel als partners snel en genade-loos laat toetsen. Het is één ding om te zorgen voor programma’s die qua presentatoren, sprekers, artiesten of thema’s voldoende divers zijn, maar hoe staat het met de personeelsbestanden van de Amsterdamse musea? In hoeverre zijn de curatoren, tentoonstellingsmakers, directies, de andere vaste medewerkers en de besturen representatief voor de Amsterdamse bevolking? Hoe zoeken musea aansluiting bij de verschillende gemeen-schappen en wijken in de stad? Hoe divers zijn de groepen kunstenaars wiens werk deel uit maakt van de vaste collecties op het gebied van etni-citeit, gender, seksuele identiteit en religie of levenswijze, sociaalecono-mische achtergrond, leeftijd, beperkingen/mogelijkheden? Hoeveel werk wordt er concreet verzet om de Amsterdamse musea inclusief te maken en te houden, hoeveel structurele inbedding van expertise vindt er plaats? De kunstraad signaleert weinig vernieuwende initiatieven om daarmee aan de slag te gaan, en verwacht dat musea concrete (en meetbare) doelstellin-gen formuleren voor zowel de lange als de korte termijn.

38. Museumcij-fers 2017, p. 14.

Relevant worden of zijn, dwing je niet af; relevant blijven, eist een oprechte investering

69 VERKENNING 2019

Page 70: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Meerstemmig perspectiefEen groot aantal Amsterdamse musea is bezig met hoe zij een meerstem-mig perspectief kunnen bieden op de collectie en het eigen instituut. Hierbij wordt kritisch gekeken naar de oorspronkelijke context en het verzamelbeleid van het museum. Welke stemmen zijn dominant en hebben de collectie vorm gegeven? Welke stemmen ontbreken? Deze vragen zijn ook cruciaal voor het verzamelbeleid van de toekomst. Voorbeeldstellend op dit vlak is het Tropenmuseum, mede als podium voor het Research Center for Material Culture (RCMC). Dit museum gaat duurzame samen-werkingen aan met mensen die een meervoudig perspectief op de collec-tie kunnen bieden. Bij veel andere musea wordt er op dit moment vooral op projectmatige basis expertise ingewonnen, dat is niet genoeg om een structurele verandering teweeg te brengen. Opvallend is het initiatief van het Stedelijk Museum en het Van Abbemuseum in Eindhoven, die geza-menlijk het platform Studio I zijn gestart om inclusiviteit te bevorderen. Maar dit is nog niet genoeg om ook andere pregnante groepen te betrek-ken. Een veelbelovend voorbeeld in dit verband is Van Gogh verbindt, dat zich richt op het relevant maken van het museum voor jongeren met een Surinaamse, Turkse, Antilliaanse of Marokkaanse achtergrond. Het traject richt zich op doelgroepen waar alle Amsterdamse musea zich toe moeten verhouden. De kunstraad vindt het goed dat ook onderzoek en kennisde-ling belangrijke aspecten zijn. Met New Narratives richt het Amsterdam Museum zich met gastrondleiders op nieuwe manieren om naar de collec-tie te kijken. Het Rijksmuseum heeft in zijn app een audiotour die zich richt op het thema koloniaal verleden binnen de collectie.

Herkomstonderzoek en eigenaarschapUit het onderzoek Museale Verwervingen (2018)39 blijkt dat verschillende objecten uit Amsterdamse musea en archieven mogelijk tijdens de Tweede Wereldoorlog door de bezetter zijn geroofd van voornamelijk joodse eige-naren. Dit geldt ook voor de musea die de Collectie Amsterdam beheren. Zo gaat het Stedelijk Museum naar aanleiding van enkele collectiestukken het gesprek aan met mogelijke belanghebbenden over de geschiedenis en de toekomst van deze kunstwerken.40 De kunstraad ziet hier ook een verantwoordelijkheid voor de gemeente Amsterdam, als eigenaar van de collectie. De gemeente Amsterdam heeft in 2013 een beleidslijn vast-gesteld voor als er een vermoeden is van roofkunst binnen de Collectie Amsterdam. Het Tropenmuseum heeft een protocol opgesteld met criteria voor het teruggeven van koloniale roofkunst.41 Dit past in een internationa-le trend waarin musea onderzoeken hoe zij moeten omgaan met hun kolo-niale collecties.

39. De Neder-landse musea wer-den in 2009 door de Museumvereni-ging gevraagd de herkomstgeschiedenis van hun collecties te onderzoeken. Het doel was te komen tot een inventa-risatie van voor-werpen, waarvan de herkomstgeschiede-nis verwijst naar roof, confiscatie, gedwongen verkoop of naar andere ver-dachte omstandig-heden die hebben plaatsgevonden vanaf 1933 tot en met het einde van de Tweede Wereldoorlog. Het onderzoek Museale Verwervingen vanaf 1933 richt zich uit-sluitend op kunst-voorwerpen en joodse rituele objecten in de Nederlandse musea. Zie: https://www.musealeverwer-vingen.nl/home/ Uit het onderzoek blijkt dat de Ne-derlandse musea in totaal 170 objecten in hun collecties hebben die vermoe-delijk zijn geroofd, zie http://bit.ly/2D3QjLH

40. Zie: https: //www.stedelijk.nl/nl/verdieping/onder-zoek/herkomstonder-zoek-1933-1948

41. ‘Kolonia-le collectie stelt musea voor de vraag: Wat te doen met onze roofkunst?’, De Volkskrant, 05-06-2018

70 VERKENNING 2019

Page 71: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Arbeidsmarktpositie en doorstroom Doorstroom en mobiliteit binnen de museumsector verdienen meer aandacht. Uit onderzoek van Museumvisie blijkt dat het grootste deel van de wetenschappelijke staf ouder dan 45 jaar is.42 Vooral op de inhoudelijke functies ontbreekt het aan een diverse invulling. Museumvisie signaleert ook een toename van vrijwilligers en een toename van zzp’ers. Tevens zijn er steeds minder functies op de collectie-kant van musea en meer functies ontstaan bij de fondsenwerving. Het gebrek aan doorstroom in de sector en de lage arbeidsmobiliteit houden een impasse in stand. Conservatoren, maar ook andere museummedewerkers, blijven lang zitten op hun plek. Dit zorgt voor een beperkte (en niet bepaald meerstemmige) blik. Meer reikwijdte, doeltreffendheid, en betrokkenheid bij een jongere generatie, die een ander sociaal-economisch profiel heeft dan het huidige langzit-tende personeelsbestand, zijn van belang. De museumsector kent opval-lend veel vrijwilligers,43 en ook het structureel inzetten van stagiairs om posities in te vullen, is alarmerend.44 Sommige Amsterdamse musea ex-perimenteren met wervingstrajecten in het buitenland en het creëren van nieuwe functies om diversiteit in het personeelsbestand te bevorderen, maar dit zijn geen duurzame oplossingen. Er ligt hier ook een vraag hoe (Amsterdamse) musea zichzelf kunnen profileren als aantrekkelijke werkge-ver voor jongeren, omdat zij zich niet herkennen in het aanbod en de mis-sie van de organisatie. Deze groep vindt geen aansluiting.

Ambities: nieuwe gebouwen, dependances en verbindingen in de stadDe sector is ambitieus, er zijn verschillende nieuwbouwplannen, instellin-gen zien potentie om te groeien. Nieuwe initiatieven zoals de aanstaande museale voorziening over het trans-Atlantische slavernijverleden, Embassy of the Free Mind45 of The Black Archives, en ook kleinere initiatieven die de komende jaren gaan groeien, zullen tijdens de komende kunstenplanperio-de een beroep doen op het cultuurbudget.

Het Amsterdam Museum onderzoekt de mogelijkheden voor een de-pendance aan de Sloterplas, en bij het Stedelijk Museum ligt de dringende taak en noodzaak om een nieuw SMBA te ontwikkelen. Dit wordt onder-schreven in zowel het advies van de kunstraad Het museum als dynamisch geheugen (2018) als in het onderzoek Herpositionering Stedelijk Museum Bureau Amsterdam, dat het Stedelijk Museum zelf heeft laten uitvoeren. Deze dependances bieden de kans om publiek te spreiden over de stad en nieuw publiek aan te trekken. De kunstraad vindt spreiding nuttig en gewenst en meent dat bij het uitbreiden van de huidige museale voorzie-ningen de entree en toegankelijkheid kan verbeteren. Sommige instellin-gen hebben de financiering rond en realiseren in de komende jaren hun

42. Toekomst van Werken in Musea, Museumvereniging, 2018, p. 9.

43. 27.000 on-betaalde vrijwilli-gers en stagiairs op 40.000 banen. Zie Museumcijfers 2017, Museumvereniging, p. 4-5.

44. Zie ook brief Platform BK aan Museum Boijmans: www.platformbk.nl/2018/06/open-brief-aan-boijmans-van-beuningen/

45. Voorheen de Ritman Bibliotheek, zie https://www.rit-manlibrary.com/

71 VERKENNING 2019

Page 72: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

plannen. Andere musea zullen op een nieuwe manier moeten samenwer-ken, met elkaar, maar ook met financiers in publiek-private partnerschap-pen. Niet alleen moeten musea onderling samenwerken, ze moeten ook open blijven staan voor samenwerking met het precaire middenveld van presentatie-instellingen.

Voor het aangaan van verbindingen in de stad zijn de buurtmusea van groot belang. Sommige van deze buurtmusea zijn ontstaan om aandacht te vragen voor de architectonische vernieuwingen die hebben plaatsge-vonden in de stad – denk aan het Van Eesteren Museum of Museumwoning Tuindorp Oostzaan. Naast het tonen van collectiestukken hebben de buurt-musea een belangrijke functie voor de bewoners in de wijk.

SamenwerkingDe Amsterdamse musea werken op vele vlakken samen. Naast

inhoudelijke samenwerking op het gebied van programmering,

boeken de Amsterdamse musea ook op het gebied van

gezamenlijke bedrijfsvoering resultaten. PP10 is de dochter-

onderneming van het Rijksmuseum en het Van Gogh Museum

en levert veiligheidsdiensten aan (culturele) instellingen rond-

om het Museumplein. Een ander succesvol voorbeeld is het sa-

menwerkingsverband van negentien culturele instellingen in de

Plantagebuurt, die gezamenlijk de afvalverwerking organiseren.

Programmering én collectieDe kunstraad stelt dat de Amsterdamse musea de afgelopen jaren indruk-wekkende tentoonstellingen hebben gemaakt. Kleine en middelgrote musea ervaren de meeste druk om bezoekers aan te trekken door middel van aantrekkelijke tentoonstellingen. Grote musea kunnen deels teren op de roem van hun collectie, maar ook zij voelen de druk om steeds weer te scoren met tentoonstellingen. Deze nadruk op de programmering gaat vaak ten koste van de aandacht voor de collectie. Het zou goed zijn als museumbezoek ook in kwalitatieve waarde wordt uitgedrukt, en musea niet alleen worden beoordeeld op de kwantitatieve bezoekcijfers. Wat de kunstraad betreft is zowel het organiseren van tentoonstellingen als het verzorgen, beheren en ontsluiten van de collectie van groot belang. De mankracht en de bijbehorende budgetten van deze twee museale taken moeten met elkaar in verhouding zijn.

72 VERKENNING 2019

Page 73: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Nac

htw

acht

zaal

© R

ijksm

useu

m, A

mst

erda

m

HOOFDSTUK 13Collectie Amsterdam

De kunstraad heeft in zijn advies over het Stedelijk Museum, Het museum als

dynamisch geheugen (2018), gepleit voor meer aandacht voor de collectie,

en vraagt in deze Verkenning meer aandacht voor de Collectie Amsterdam

als geheel. Er vindt geen afstemming plaats op het niveau van de Collectie

Amsterdam. Als eigenaar van de unieke collectie heeft gemeente Amsterdam

veel belang bij een zorgvuldig beheer van de Collectie Amsterdam. De kunstraad

stelt dat de gemeente de financiële verantwoordelijkheid moet nemen voor

haar eigendom.

73 VERKENNING 2019

Page 74: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Collectie AmsterdamDe Collectie Amsterdam is het totaal van erfgoed en museale objecten die eigendom zijn van de gemeente Amsterdam. De Collectie Amsterdam is ondergebracht bij verschillende partijen in Amsterdam: onder andere het Stedelijk Museum, het Amsterdam Museum en Museum Willet-Holthuysen, Stadsarchief Amsterdam, het Rijksmuseum en de afdeling Archeologie van de gemeente. Het Stedelijk Museum verzorgt de inrichting van de ambts-woning en het stadhuis. Ook in andere gebouwen zijn objecten te vinden uit de Collectie Amsterdam. De langdurige bruikleen aan het Rijksmuseum is bij het Amsterdam Museum belegd. Ook de collectie Buitenkunst is on-derdeel van Collectie Amsterdam.

Op landelijk niveau is de zorg voor beheer en behoud van roerend cultureel erfgoed (Collectie Nederland) ondergebracht bij de Rijksdienst Cultureel Erfgoed, onderdeel van het ministerie van OCW. In de Collectie Nederland zijn meer dan honderd collecties van musea en andere cultuurinstellingen ondergebracht. In tegenstelling tot de Collectie Amsterdam is de Collectie Nederland in haar geheel online ontsloten, en wordt de collectie via de website data.collectienederland.nl als geheel ge-toond (rond de zes miljoen objecten). De gemeente Amsterdam heeft een website waarop alleen wordt verwezen naar de verschillende musea die de Collectie Amsterdam beheren.

De musea hebben sinds hun verzelfstandiging – het Stedelijk Museum per 1 januari 2006 en het Amsterdam Museum per 1 januari 2009 – de deelcollecties van de Collectie Amsterdam in bruikleen.46 De musea zijn beheerder, en geen eigenaar, en voeren sinds hun verzelfstandiging de taak voor het beheer en behoud van de Collectie Amsterdam uit, net als onder andere de conservering en restauratie, collectieregistratie en col-lectieontsluiting.47 Voor deze taken ontvangen de musea geen extra/spe-cifieke compensatie. De financiering van zowel de presentatietaken als de beheertaken gebeurt vanuit hetzelfde subsidiebedrag.

Als onderdeel van de verzelfstandigingsovereenkomst heeft de ge-meente een collectiebeheerovereenkomst afgesloten met zowel het Stedelijk Museum als het Amsterdam Museum. In de collectiebeheerover-eenkomst zijn afspraken opgenomen omtrent onder andere verwervingen, beheer, vervreemding en bruiklenen. Schenkingen aan en aankopen door de musea worden automatisch onderdeel van de Collectie Amsterdam. Wanneer musea een grote schenking krijgen of een aankoop doen, en de lasten voor het beheer en behoud toenemen, betekent dit niet dat er van-uit de gemeente compensatie voor is. De musea worden ook verplicht tot het betalen van een vergoeding (à 200.000 euro) aan de gemeente voor bruikleen van de collectie. Daartegenover staat dat de gemeente de mu-sea 200.000 euro betaalt voor het beheer.

46. Voor de verzelfstandiging vielen de musea en de deelcollecties onder het beheer van respectievelijk de Dienst Historische Musea en de Dienst Musea voor de Mo-derne Kunst van de gemeente Amsterdam.

47. Deze situa-tie is vergelijkbaar met het landelijke voorbeeld waar sinds 1993 de Wet verzelf-standiging rijksmu-seale diensten werd ingevoerd. Collec-ties en huisvesting bleven eigendom van het Rijk, maar be-heer en exploitatie werden ondergebracht in een stichting. De Staat sloot een beheerovereenkomst over de collectie; de gebouwen wer-den verhuurd aan de stichting.

74 VERKENNING 2019

Page 75: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Beheer en onderhoudTen aanzien van tentoonstellingen en te behalen bezoekersaantallen worden prestatieafspraken gemaakt, maar op het vlak van het beheer en behoud van de collectie worden dit soort (getalsmatige) afspraken niet gemaakt. Terecht, vindt de kunstraad, maar er moet meer aandacht zijn voor het beheer, het behoud en de ontsluiting van de collectie. Bij beide musea is onvoldoende structurele personele inzet en niet genoeg budget voor het onderhoud van de collectie. Een tentoonstelling kan aanleiding vormen voor restauraties. In dat geval wordt de restauratie vanuit het ten-toonstellingsbudget gefinancierd. Bij het BankGiro Loterij Restauratiefonds kan aanvullend geld worden aangevraagd voor een restauratie.

Bij zowel het Amsterdam Museum als het Stedelijk Museum is er de wens om het beheer en behoud meer proactief uit te voeren, in plaats van gestuurd door de programmering.

De deelcollecties van de Collectie Amsterdam verschillen onderling sterk. Waar het Stedelijk nieuwe aankopen relateert aan de collectiestuk-ken moderne kunst van de Collectie Nederland, richt het acquisitiebeleid van het Amsterdam Museum zich op de relatie van het object tot de (ge-schiedenis van de) stad.

De conservering van moderne kunst vraagt om andere expertise en oplossingen dan de conservering van oude meesters. Zo wordt er door het Stedelijk nu onderzoek verricht naar verschillende materialen, zoals lijm en plastic. Deze materialen kunnen ‘vergaan’ waardoor het kunstwerk kan veranderen. Voor het museum liggen er onderzoeksvragen hoe met deze vergankelijkheid om te gaan. Wordt het kunstwerk hersteld met het oor-spronkelijke materiaal? Wordt er gezocht naar een duurzamere oplossing? Wat zijn de intenties van de kunstenaar?

Het Amsterdam Museum heeft sinds 2011 een Collectiecentrum in Noord. Het Stedelijk heeft een depot in het Westelijk Havengebied. De voorzieningen zijn goed op orde, maar beide musea benadrukken het belang van het inzichtelijk maken van de kosten van het onderhoud van de collectie.

Kansen ontsluitenHet is een interessante ontwikkeling dat sommige musea ‘onzichtbare taken’ een rol geven in de programmering. Zo wordt de Nachtwacht in het Rijksmuseum, ook onderdeel van de Collectie Amsterdam, voor de ogen van het publiek op zaal gerestaureerd.48 Het Amsterdam Museum over-weegt om incidenteel het depot open te stellen.49

Een vaak vergeten onderdeel van collectiebeheer is de digitale kant. Het Amsterdam Museum was er vroeg bij om internet te gebruiken om de collectie te tonen. Deze digitale presentatie moet voortdurend aangepast

48. ‘Rijksmuse-um gaat Nachtwacht voor publiek restau-reren’, NRC, 16-10-2018.

49. Dit wordt meer gedaan. Een deel van het nieuwe collectiegebouw van Museum Boijmans Van Beuningen zal voor het publiek toegan-kelijk zijn.

75 VERKENNING 2019

Page 76: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

en vernieuwd worden om bij de tijd te blijven en dat brengt omvangrijke kosten met zich mee. Ook het Stedelijk Museum ontsluit zijn collectie online, maar door het auteursrecht (beeldrechten) is het niet mogelijk om alle kunstwerken online te ontsluiten. BeheerovereenkomstDe Raad voor Cultuur pleit ervoor dat musea die een gemeentelijke of provinciale collectie beheren, net als rijksmusea een financiële scheiding maken tussen beheer en behoud enerzijds en publieksfuncties ander-zijds.50 De kunstraad sluit zich hierbij aan en stelt dat het prioriteit behoeft dat zowel de gemeente als de musea die de Collectie Amsterdam beheren, duidelijk voor ogen hebben welke inspanningen nodig zijn voor het beheer en behoud van de collectie. Dit zijn inspanningen en kosten die verschillen van die voor publieksfuncties. De taken voor beheer en behoud zouden geborgd moeten worden. In het kader van het rentmeesterschap moet de gemeente de kosten voor de eigen collectie buiten het kunstenplan om voor haar rekening nemen. De beheerovereenkomst van het Stedelijk

stamt uit 2005, die van Amsterdam Museum uit 2008. Beide zijn sinds-dien niet herzien. Daarnaast is er behoefte aan aandacht voor specifieke complicaties bij de objecten in de buitencollectie, zoals de collectiestuk-ken die onderdeel zijn van de ambtswoning, de Beurs van Berlage of de Stadsschouwburg. Door het afstoten van panden door de gemeente is vaak niet goed duidelijk wie verantwoordelijk is voor het onderhoud van de inboedel.

De kosten voor verzekering van uitgeleende objecten kunnen hoog oplopen, wat de mobiliteit van objecten in de weg kan staan. Dit behoeft ook nadere aandacht. Bovendien is de Indemniteitsregeling, waarbij het Rijk garant staat voor bepaalde financiële risico’s, maar beperkt beschik-baar. Niet voor niets pleit de Raad voor Cultuur voor het opheffen van het plafond van de Indemniteitsregeling.

50. In wankel evenwicht. Sector- advies Musea, Raad voor Cultuur, 2018, p. 60.

In het kader van het rentmeesterschap moet de gemeente de kosten voor de eigen collectie buiten het kunstenplan om voor haar rekening nemen

76 VERKENNING 2019

Page 77: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Beel

d: W

hisp

erin

g Li

ght’

- Pop

el C

oum

ou. F

oto:

Bou

we

Jan

Swar

t

HOOFDSTUK 14

Beeldende Kunsten

Instituten als De Ateliers en de Rijksakademie, en ook de Rietveld

Academie en de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, krijgen

jaarlijks honderden aanvragen van over de hele wereld. Amsterdam

heeft een grote aantrekkingskracht op jonge kunstenaars, maar de

kunstenaarsgemeenschap is een vluchtige gemeenschap. Slechts

enkelen kunnen na hun opleiding een plek vinden in het Amsterdamse bestel,

velen verlaten de stad. Deels is die vluchtigheid een algemeen verschijnsel van kunstenaarsgemeenschappen, maar

vooral legt het hier een aantal pijnpunten van de Amsterdamse situatie bloot.

77 VERKENNING 2019

Page 78: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Amsterdam voor kunstenaars De kunstraad stelt dat het ontbreekt aan presentatieplekken voor begin-nende en meer gevestigde kunstenaars en aan kansen om kunst te verko-pen. Er zijn ook niet genoeg mogelijkheden voor kunstenaars om door te stromen. Daarbij zijn de kosten voor het leven in Amsterdam hoog en is er gebrek aan betaalbare woon- en werkruimte. De kunstraad sluit zich aan bij de Raad voor Cultuur die in zijn advies Zichtbaar van waarde de zelfred-zaamheid van de sector noemt: ‘Kunstenaarsinitiatieven, presentatie-in-stellingen en postacademies hebben hun programma’s zo goed mogelijk overeind gehouden zodat zij een plek voor talentontwikkeling, onderzoek, innovatie en reflectie konden blijven.’51 Maar deze veelgeprezen zelfred-zaamheid heeft geregeld financiële uitputting tot gevolg.52 De kunstraad benadrukt in dit kader het belang van de Fair Practice Code en de Richtlijn Kunstenaarshonoraria.

Amsterdamse kunstenaars en curatoren organiseren zich op nieuwe manieren, bijvoorbeeld in de vorm van een coöperatie, waardoor zij het eigenaarschap en ondernemersrisico delen. Tevens organiseren zij zich om hun zorgen over de arbeidsmarktpositie van kunstenaars en curatoren aan de orde te stellen en om (nieuwe) richtlijnen op te stellen53.

Platform OntwikkelinstellingenDe kunstraad ziet het als een positieve ontwikkeling dat ruim

twintig Amsterdamse culturele instellingen gericht op onder-

zoek en ontwikkeling zich sinds 2015 hebben verenigd in het

Platform Ontwikkelinstellingen (P_Oi). Deze instellingen herken-

den zich niet in de term ‘presentatie-instelling’: ‘De kerntaken

die we gezamenlijk delen zijn: ontwikkeling en onderzoek. P_Oi

instellingen opereren tussen verschillende disciplines en domei-

nen en bewerkstelligen (internationale) verbindingen tussen

instellingen en sectoren.’

Aangesloten bij het platform zijn: AGA LAB,

Architectuurcentrum Amsterdam, CBK Zuidoost, De Appel,

Don’t Hit Mama, Framer Framed, If I Can’t Dance, I Don’t Want

To Be Part Of Your Revolution, LIMA, M4gastatelier, Mediamatic,

NDSM-werd, P/////AKT, Pakhuis de Zwijger, Rijksakademie van

beeldende kunst, STEIM, Submarine, #e Beach, Veem House for

Performance, Waag en WOW Amsterdam.

PresentatieplekkenHet geheel aan expositieruimtes in de stad voldoet niet aan de behoefte.

51. Zichtbaar van waarde. Sector- advies Beeldende Kunst, Raad voor Cultuur, 2018, p. 6.

52. Uit lan-delijk onderzoek blijkt dat in de periode 2013-2015 73 procent van de beel-dende beroepsbeoe-fenaars een inkomen heeft van minder van 20.000 euro per jaar. Een collectie-ve Selfie 3, 2018, p. 39.

53. Voorlopige verklaring over de arbeidsvoorwaarden en financiële van freelance curatoren in Nederland. Plat-form BK, 01-10-2018.

78 VERKENNING 2019

Page 79: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Er valt een gat tussen aan de ene kant de vele en diverse initiatieven in de verschillende delen van de stad en aan de andere kant het Stedelijk Museum en Foam. Het ontbreekt aan een presentatieplek voor de mid- career kunstenaar.

Galeries in Amsterdam pikken het jonge talent wel op, maar door het ontbreken van een sterke galeriesector54 en (private) collectioneurs kun-nen talentvolle kunstenaars niet doorstromen naar een gevestigde positie. Het Stedelijk Museum is voor de meesten (nog) niet aan de orde, en na geëxposeerd te hebben in een van de vele kleine kunstinitiatieven die de stad rijk is, is er een grote leegte: er ontbreekt in Amsterdam nog steeds een middensegment instituut (of beter: instituten) waar een gezonde door-stroom van talent bestendigd wordt en internationale uitwisseling gege-nereerd. Het Stedelijk Museum kan niet het enige instituut in de stad zijn dat kunstenaarscarrières mogelijk maakt en internationalisering tot stand brengt. Foam is weliswaar een instituut dat zich in het middensegment be-vindt en zich internationaal op de kaart heeft gezet, maar alleen in de dis-cipline fotografie. If I Can’t Dance werkt op een internationaal niveau, maar is specifiek gericht op performance. Dergelijke instituten geven ruimte aan mid-career kunstenaars, maar zouden in een bredere pool van middelgrote instituten moeten kunnen functioneren. Het is dan ook juist de uitwisseling en diversiteit van verschillende goed programmerende instellingen door de hele stad heen die het klimaat gezond houden.

Op dit moment zijn er in Amsterdam verschillende initiatieven voor nieuwe presentatieplekken. Naast Kunsthalle Amsterdam in Noord, Het Hem bij het Hembrugterrein55 en Bureau Postjesweg in Nieuw-West, is er in Zuidoost een initiatief voor een kunsthal onder de werktitel SHEBANG.56 De kunstraad ziet bovendien de potentie van reeds bestaande instellingen die de functie van een middensegment instituut in de sector kunnen vervullen wanneer zij in de komende kunstenplanperiode de ruimte krijgen om te groeien.

Broedplaatsen en vrijplaatsenVerschillende instituten zijn (door stopzetting van subsidies of door het verhogen van huurprijzen) noodgedwongen weggetrokken uit het cen-trum. Voor de zichtbaarheid van hedendaagse kunst in de stad, ook als tegenhanger van het erfgoed, is het van belang dat ook in het centrum presentatieplekken zijn. Tijdelijke broedplaatsen zijn kwetsbaar, denk aan Broedplaats LELY, waar De Appel en STEIM op dit moment zijn gehuis-vest. De Appel, door drastische vermindering van budget naar de marge verdreven, heeft zich redelijk goed herpakt. De instelling wil wortelen in Nieuw-West, maar moet omdat het een tijdelijke broedplaats betreft alweer op zoek naar een volgende plek om zich te kunnen vestigen Zo’n noma-

54. Tussen 2012 en 2016 liepen be-stedingen in gale-ries met een derde terug tot 62 miljoen euro. Ten opzichte van de 120 miljoen euro in 2009 zijn die zelfs gehal-veerd. Het culturele leven, Sociaal en cultureel Planbu-reau, 2018, p. 50.

55. Bij het Hembrugterrein wordt een cultureel centrum ontwikkeld, inclusief expositie-ruimte voor ‘jonge kunstenaars die het experiment zoeken’. ‘Na Soldaat van Oranje investeert Alex Mulder nu in een “Tate Modern aan het Noordzeeka-naal”’, NRC, 05-12-2018.

56. Afgelopen zomer is vanuit Stadsdeel Zuidoost aan een aantal cul-turele partijen al-daar gevraagd na te denken over de mo-gelijkheid voor een verduurzaming van de OSCAM functie zoals die is gerealiseerd voor 50 jaar Bijlmer in het CEC gebouw. Vier culturele in-stellingen hebben zich verenigd in het Cultuur Consor-tium Zuidoost: Het Bijlmer Parktheater, Imagine IC, Broed-plaatsen Zuidoost en CBK Zuidoost. De ambitie is om in het voorjaar van 2019 te starten met een gezamenlijk program-mering in een nu nog leegstaande een ruimte van 600–800 m2 in het Amstel 3 gebied, in het Cer-titudo-gebouw.

79 VERKENNING 2019

Page 80: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

disch bestaan leidt tot kapitaalvernietiging: niet alleen voor de buurt (een broedplaats geeft een positieve boost aan een wijk), maar ook voor de instellingen die zich op een nieuwe plek opnieuw zullen moeten uitvinden. Door het tijdelijke karakter van de huisvesting kunnen instellingen niet gemakkelijk een duurzame programmering opbouwen of een vast publiek aantrekken.

Naast de tijdelijke broedplaatsen, opgezet met medewerking van Bureau Broedplaatsen, zijn er broedplaatsen, atelierruimtes en woningen voor kunstenaars die in het bezit zijn van een aparte stichting of coöpera-tie, zoals Nieuw en Meer, Bajesdorp of Het Domijn in Weesp. Maar de posi-tie en betaalbaarheid van vrije culturele ruimten, verenigd in de Culturele Stelling van Amsterdam, staat onder druk. In het Vrijplaatsenakkoord (2018) benadrukken initiatiefnemers dat het aantal vrijplaatsen de afge-lopen veertig jaar drastisch is afgenomen.57 De kunstraad adviseert de gemeente om de kunstontwikkeling in de stad te stimuleren door te inves-teren in fysieke ruimte voor experiment. Vrije openbare ruimte blijft van groot belang voor de kunstontwikkeling in de stad.

Dynamiek door samenwerkingDe kunstraad prijst de daadkracht en ondernemingsgeest binnen de beel-dende kunsten. Wanneer kansen zich voordoen, grijpt de sector deze. Indien er in samenwerking met bekende/gerenommeerde initiatieven geprogrammeerd wordt, is het vaak geen probleem om een breed cultu-reel publiek naar de randen van de stad te trekken, te denken valt aan de manifestatie van TAAK in het Amsterdamse Bos,58 maar ook de (niet langer bestaande) Bijlmer Biënnale. Bekende voorbeelden zijn ook het jaarlijkse Amsterdam Art Weekend of de manifestatie Public Art Amsterdam.

Ook de aangekondigde Amsterdam Biënnale59 (vanuit Manifesta aange-stuurd en met een uitbreiding van Amsterdam naar het Hembrugterrein) kan de reikwijdte en uitwisseling in de stad op positieve wijze beïnvloeden. De wisselende hoofdlocatie van een biënnale in de stad kan een enorme dynamiek opleveren, waarbij er om de zoveel jaar een ander stadsdeelge-bied cultureel op de kaart wordt gezet.

Participatie en publiekVerschillende Amsterdamse ontwikkelinstellingen kenmerken zich door een geëngageerd karakter, zij richten zich op vraagstukken met betrekking tot stedelijke en maatschappelijke ontwikkelingen. Geregeld zijn deze ont-wikkelinstellingen geworteld in het netwerk van de wijk waarin ze geves-tigd zijn, en benutten zij de expertise van de buurtbewoners. De kunstraad ziet potentie om deze instellingen uit te nodigen voor (betaalde) opdrach-ten naar oplossingen voor de grote opgaven waar de stad voor staat,

57. vrijplaat-sen.nu

58. http://www.curepark.nl/en/

59. ‘De Amster-dam Biënnale is een nieuw initia-tief waarvoor in 2019 een verkenning wordt uitgevoerd. Het plan is om eens in de twee jaar een drie maanden duren-de manifestatie te organiseren gericht op een breed pu-bliek. Het is een manifestatie met de focus op kunst in de openbare ruim-te, architectuur en stedenbouwkundige ontwikkelingen rond het IJ en het Noord-zeekanaal. Opdrach-ten voor kunstwer-ken in de openbare ruimte vormen een belangrijk onder-deel van het biënna-le-concept. Daar-naast kunnen kleine paviljoens ontwor-pen worden die na afloop elders in de stad ingezet kunnen worden.’ Ruimte voor Kunst en Cultuur - het Strategisch Huisvestingsplan Kunst en Cultuur 2020-2025, 2018, p. 25.

80 VERKENNING 2019

Page 81: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

vanwege het onderzoekende karakter van deze instellingen en hun lokale partners. Een instelling als Mediamatic agendeert in haar programmering al een aantal jaar het onderwerp voedsel en duurzaamheid. De gemeente zou slimmer met dergelijke instituten, zoals ook Pakhuis de Zwijger, Waag en The Beach, moeten omgaan en ze moeten inzetten om volwaardig over thema’s mee te spreken.

Private en commerciële initiatievenIn de private en commerciële sector (galeries, beurzen, fondsen, bedrij-ven en particulieren) ziet de kunstraad interessante ontwikkelingen op het gebied van de beeldende kunsten in Amsterdam. Zo hebben verschillen-de beeldende kunst- en fotografiebeurzen in de stad de afgelopen jaren steeds nadrukkelijker een plek in het culturele veld van de stad veroverd (Unseen, Art on Paper60, KunstRAI, Affordable Art Fair, Amsterdam Art Weekend, Big Art en Unfair Amsterdam). Samenwerkingen van deze beur-zen (vaak door middel van de randprogrammering, bijvoorbeeld een ga-lerieroute rondom Unseen en open ateliers van Amsterdamse fotografen) zorgt voor een belangrijke uitwisseling en groeipotentieel.

In Amsterdam is een florerende en experimenterende galeriesector/kunstmarkt in de stad nagenoeg afwezig.61 Door hoge beursprijzen in combinatie met hoge huren voor hun vaste behuizing en de opkomst van online kunstverkoop lijkt de Amsterdamse galeriesector in de huidige vorm kwetsbaarder dan ooit. De kunstraad erkent wel de potentie van online verkoopkanalen als Galleryviewer.com.62 Ook uit het rapport Ontwikkelingen Nederlandse Galeries 2017 blijkt dat digitale communi-catiemiddelen steeds belangrijker worden voor de sector.63 Een positieve ontwikkeling in Amsterdam is dat er samenwerkingsverbanden ontstaan tussen galeriehouders om hun positie te versterken. Denk bijvoorbeeld aan Nieuw Amsterdams Peil (NAP) in de Jordaan waarbij een wisselende cura-tor een thema voor een galerietourprogrammering uitwerkt.

In Rotterdam subsidieert de gemeente locaties voor startende galeriehouders. De kunstraad stelt dat dit een onderdeel zou kunnen wor-den van het nieuwe Amsterdamse Atelier- en Broedplaatsenbeleid en moe-digt tevens het particuliere initiatief aan.

Ook zijn er de afgelopen jaren nieuwe openbare ontmoetingsplekken op de Zuidas gestart, waar beeldende kunst een centrale plek inneemt. Denk aan de AKZO Nobel Art Space waar een hedendaagse bedrijfscollectie op een museale manier wordt getoond voor een breed bezoekerspubliek en het Circl café van ABN Amro, waarbij de circulaire economie onder andere wordt gekoppeld aan hedendaagse kunst (door middel van opdrachtgeverschap/aankopen) en er ook samenwerkingen zijn aangaan met onder andere Waag en de Hermitage.

60. Voorheen Amsterdam Drawing.

61. In 2018 sloot in Amsterdam onder andere Galerie Juliette Jongma haar deuren. Dit is een landelijke tendens: zo sloot de Haagse galerie Nouvelles Images.

62. Voor de on-langs geopende gale-rie GoMulan Gallery in de Pijp vindt de selectie van kunst-werken plaats via Instagram. ‘Deze galerie scout via de socials’, Het Pa-rool, 30-11-2018.

63. Ontwikkelin-gen Nederlandse ga-leries 2017. APE, p. 8-9. Uit het onder-zoek blijkt echter ook dat de galerie als fysieke plek haar waarde behoudt.

81 VERKENNING 2019

Page 82: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Nieuwe manieren van financierenHet sponsoren van kunst is een vast onderdeel van maatschappelijke be-trokkenheid en bedrijfsprofilering geworden, voorbeelden hiervan zijn het partnership van de Rabobank met de Rijksakademie van beeldende kunst en ING met het Rijksmuseum. Natuurlijk leidt dit tot meer concurrentie tussen de culturele instellingen in Amsterdam op gebied van fundraising.

De private sector is na jaren stilstand tijdens de economische recessie weer terug in de kunstwereld. Private financiering is vrijwel nooit gericht op de exploitatiekosten. Instellingen zijn vaak genoodzaakt onderdelen van hun programma op maat te koppelen aan financiële partners. Dit vereist professionele kennis en mankracht, en het verschil tussen de capaciteit van culturele instellingen in Amsterdam is daarbij groot. De meeste instel-lingen in het middensegment en daaronder hebben deze professionele capaciteit überhaupt niet.

82 VERKENNING 2019

Page 83: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: KLI

K Am

ster

dam

Ani

mat

ion

Fest

ival

© A

lisa

Mos

hkun

ova

HOOFDSTUK 15

Film en Media

Bij filmvertoning wordt de totaalbeleving steeds belangrijker. Bioscopen spelen in op de behoeftes van het publiek en verschuiven meer richting ‘ervaring’,

waarbij filmvertoning omlijst wordt met randprogrammering. In 10 jaar tijd is het aantal arthouse-filmzalen in Amsterdam verdubbeld. Een verdere (geografische)

uitbreiding van zalen is aanstaande. Naast de filmhuizen zijn er veel filmfestivals of tijdelijke vertoners bijgekomen. De internationale uitstraling van festivals

als IDFA, Cinekid en Imagine, maakt Amsterdam een belangrijk podium, ook

voor het Nederlands product.

83 VERKENNING 2019

Page 84: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

ProgrammeringAls direct gevolg van de digitalisering zijn filmkopieën vele malen goedko-per geworden. Het grotendeels vervallen van de VPF-heffing (Virtual Print Fee) bevordert een nog grotere verspreiding.64 Waar van een film voorheen hooguit drie kopieën in omloop waren in de stad, is dat nu al snel het drie-voudige. Er is veel overlap in het Amsterdamse filmaanbod. Dit leidt tot een verarming en uniformering. Een uitbreiding van het aantal doeken leidt dus niet automatisch tot meer verscheidenheid.

Gesubsidieerde theaters (Rialto, Het Ketelhuis en Eye Filmmuseum) krijgen die subsidie om de ‘minder bekende’ artistieke film te program-meren; de artistieke film waarvan op voorhand niet kan worden gezegd of die een groot publiek gaat aanboren en waarvoor derhalve marketing-budgetten ontoereikend zijn. De theaters worden door de subsidiegevers echter ook beoordeeld (en afgerekend) op hun cultureel ondernemer-schap en bezoekersaantallen. Verwacht wordt dat zij een (groot) deel van de exploitatie zelf financieren. Omdat zij met alleen het programmeren van de minder bekende film hun beoogde bezoekersaantallen en eigen inkomsten niet halen, programmeren zij ook zogenoemde crossovers: de grotere art-housefilms voor een breder publiek.65 Dat is vanuit twee per-spectieven problematisch. Zij halen publiek weg bij niet-gesubsidieerde filmtheaters die zich ook richten op de artistieke film, zoals The Movies en Cinecenter, en er is minder ruimte (zeker op de meest interessante tijden) voor de minder bekende film. Dit probleem bestaat al langer, maar wordt nu groter. Naast de financiële motieven hebben gesubsidieerde theaters natuurlijk ook inhoudelijke drijfveren om een crossover te programmeren:

64. De digitali-sering van de Neder-landse bioscopen en filmtheaters is deels gefinancierd door het VPF-systeem. Met deze heffing droegen distributeurs bij aan de aanschaf van digitale apparatuur in filmtheaters. De heffing is met ingang van 1 december 2018 grotendeels verval-len.

65. De kunstraad gebruikt de term crossover over het algemeen om een kruisbestuiving van disciplines aan te geven. In filmver-toning wordt met crossover een grote-re arthousefilm voor een breder publiek bedoeld.

Impressie filmzalen Amsterdam

84 VERKENNING 2019

Page 85: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

thematisch, contextueel, volgen van een filmmaker of aanspreken van een bepaalde doelgroep. Toch is de kunstraad van mening dat het belangrijk is om bij het verstrekken van subsidie aan filmvertoningsinstellingen te toet-sen of zij in hun programmering voldoende plaats bieden aan de minder bekende film en nabijgelegen marktpartijen geen oneerlijke concurrentie aandoen. Samenwerking tussen de theaters en vooral een duidelijke, on-derscheidende programmering, zal bij uitbreiding van het aantal doeken nóg belangrijker worden om het filmaanbod in de stad breed te houden en niet nog meer van hetzelfde te genereren.

Het ontbreekt in Amsterdam aan (volwaardige) arthouse filmvertonings-plekken waar een divers publiek zich aangesproken voelt. Theaters en festivals (zoals Rialto, De Balie en IDFA) programmeren divers, maar de ge-wenste diversiteit in publiek blijft uit. Plekken in Amsterdam waar met films wel een divers publiek wordt bereikt, zijn bijvoorbeeld de Meervaart en het Bijlmer Parktheater. De Meervaart heeft met Oxville Cinema sinds 2018 een eigen filmprogramma.

Jeffrey’s Underground CinemaJeffrey Babcock programmeert al meer dan tien jaar (meestal

gratis toegankelijke) films buiten het Amsterdamse

mainstream-circuit op locaties als Cinema of the Dam’d (OT301),

De Nieuwe Anita, de Oude Kerk, Sociëteit de Kring, Perdu en

Filmhuis Cavia. In 2018 won hij de Amsterdam Prijs voor de Kunst.

FestivalsDe filmfestivals zijn van grote toegevoegde waarde voor het filmaanbod in de stad. Juist de artistieke content, andere formats en vernieuwing zijn bij festivals te zien. Het is soms alleen via (de status van) festivals mogelijk om voor bepaalde films een publiek te krijgen, denk bijvoorbeeld aan IDFA. Met festivals trekken de vaste vertoners vaak een veel diverser publiek dan met hun reguliere programmering. Goede voorbeelden hiervan zijn de Roze Filmdagen (Het Ketelhuis) en CinemAsia (Rialto).

Voorbeelden van (relatief) nieuwe filmfestivals die een divers publiek bereiken:• Da Bounce Urban Film Festival (DBUFF) brengt sinds vijf jaar

een vijf dagen durend programma met films van zwarte film-

makers, met een overwegend zwarte cast en over

85 VERKENNING 2019

Page 86: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

onderwerpen met een afrocentrische achtergrond. Locaties:

Pathé Arena en het Bijlmer Parktheater

• Other Futures is een niet-westers sciencefiction festival met

een interdisciplinaire opzet. Het is een digitaal en fysiek plat-

form waar het publiek en toekomstdenkers uit alle delen van

de wereld met elkaar in contact komen. Locaties: Melkweg en

Sugarfactory

• International Queer & Migrant Film Festival (IQMF) is een

filmfestival en platform voor wereldwijde queer kunst en cul-

tuur in relatie tot migratie-onderwerpen. Locatie: De Balie

LAB111 en FC Hyena zijn goede voorbeelden van filmhuizen die over het algemeen een jonger en gemengder publiek trekken. Deze laatste, sinds 2016 boutique cinema in Noord, wordt als tijdelijk filmhuis ingezet om de aantrekkingskracht van het voormalig industriegebied te vergroten. De kunstraad betreurt de tijdelijkheid van het initiatief; het filmhuis voorziet in een behoefte en heeft zijn bestaansrecht bewezen.

Audiovisuele producties

Nederlandse filmMet de Nederlandse artistieke speelfilm gaat het niet goed. Het is moeilijk voor filmmakers en producenten om hun artistieke films vertoond te krij-gen. En als ze vertoond worden, zijn de bezoekcijfers over het algemeen zeer matig. Er is veel concurrentie, vooral van de American independent films,66 en met een groeiend aantal uitgebrachte titels in Nederland (in de afgelopen vijftien jaar groeide dit aantal van grofweg 250 naar 400) wordt de programmeringsruimte per film steeds beperkter. Als ze al vertoond worden, draaien films vaak maar een korte periode. Voor de Nederlandse documentaire film geldt dit ook. Vooral de vertoningsmogelijkheden van documentairefilms zijn beperkt.67 Voor de korte film is er buiten de festivals bijna geen plaats in het huidige aanbod.68 Een uitzondering hierop vormt de Nederlandse kinderfilm.

AnimatieAnimatie is een snel groeiende kunstvorm die grotendeels op een inter-nationaal speelveld opereert en steeds meer publiek trekt. De grotere interesse voor animatie wordt gestimuleerd door een groeiende gaming sector, meer gebruik van animatie en VFX (visual effects) in films, de con-stante technologische ontwikkelingen en grotere online streaming video-consumptie. De groei van de animatiemarkt biedt Amsterdam creatieve

66. Het filmaan-bod in Amsterdam bestaat voor het overgrote deel uit films uit de VS. Een klein deel is van Nederlandse make-lij, een klein deel Europees.

67. De Balie heeft een duidelijk documentaire-profiel, als enige filmtheater in Amsterdam.

68. Naast ver-schillende inciden-tele initiatieven, heeft het Stedelijk Museum de Video Club, een serie waarin de mediakunst uit de collectie van het Stedelijk Museum wordt uitgelicht - vaak ook in samen-werking met IDFA.

86 VERKENNING 2019

Page 87: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

en economische kansen; de stad huist veel gerenommeerde (interactieve) animatiemakers en -producenten. KLIK Amsterdam Animation Festival is gegroeid tot een relevante speler in de animatiewereld. De fusie tussen dit festival en het Holland Animation Film Festival (HAFF) kan verdere ontwikkeling van de Nederlandse animatiesector stimuleren, vooral op het gebied van talentontwikkeling en het stimuleren van (internationale) coproducties.69

Nieuwe vormen van storytellingBinnen de film heeft digital storytelling de laatste jaren enorm aan terrein gewonnen. Wat ooit begon als creatieve trend, is nu meer mainstream aan het worden. Steeds meer mediamakers experimenteren met nieu-we vormen van verhaalvertelling en creëren interactieve producties. Makers werken interdisciplinair en voor verschillende platforms (zoals tablets, smartphones, headsets en installaties). Ook op de academies worden nieuwe technieken ingeweven in het curriculum. De Nederlandse Filmacademie is gestart met de VRAcademy70, in eerste instantie om stu-denten kennis te laten maken met nieuwe technieken als VR, AR (virtual en augmented reality) en XR (mixed reality). Het Sandberg Instituut en Beeld en Geluid organiseren samen de Sandberg@Mediapark Masterclass voor mediamakers die hun grenzen willen verkennen. Het doel is om nieuwe vormen van vertellen te ontwikkelen. UX design71 wordt ook gegeven bij de HvA en Amsterdam biedt meer opleidingsmogelijkheden op dit gebied.

IDFA DocLab is een belangrijk evenement voor digital storytel-

ling. Door middel van tentoonstellingsruimtes, conferenties en

talks worden de nieuwste tendensen gepresenteerd waar media-

makers creatieve grenzen blijven verleggen.

VR Days Europe is een relevante bijeenkomst voor professio-

nals en publiek die geïnteresseerd zijn in smart technologies.

Op gebied van digitale media gebeuren er spannende, innovatieve dingen op locaties als A’DAM&Co en B.Amsterdam, de grootste start-uphub in Europa. Nieuwe toepassingen zoals search in video worden ontwikkeld op locaties als deze en zijn interessant voor giganten als Google.

MakersIn het algemeen durven producenten, distributeurs en de fondsen weinig risico te nemen en dat heeft zijn weerslag op het aanbod in de stad. De creatieve vrijheid van makers wordt aangetast omdat de economische

69. HAFF (Hol-land Animation Film Festival, Utrecht) en KLIK Amsterdam Animation Festival hebben besloten de krachten te bundelen en met ingang van 2019 een gezamen-lijk festival neer te zetten in de twee steden.

70. VRAcademy is gevestigd op het Marineterrein in Am-sterdam. De gemeente Amsterdam richt dit terrein opnieuw in en wil dat het een stadskwartier wordt waar een toonaange-vende, internationa-le gemeenschap van vernieuwers, weten-schappers en bedrij-ven de mogelijkheid krijgt om samen te werken.

71. User experi-ence design, kortweg UX design of UXD, is het ontwerpgebied dat zich richt op de gebruikerservaring.

87 VERKENNING 2019

Page 88: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

positie van de maker zeer slecht is. Er is weinig experimenteerruimte. Geld voor promotie is er vaak niet bij kleine Nederlandse producties, met het gevolg dat ook het publiek weinig risico neemt en bijvoorbeeld eer-der kiest voor de bejubelde films uit het buitenland, dan voor een minder bekende film van Nederlandse makelij. Om deze vicieuze cirkel te door-breken, is er meer aandacht en ondersteuning nodig voor het maken en vertonen van kwalitatieve audiovisuele producties van Nederlandse makers.

De op (internationale) filmfestivals zeer goed ontvangen

Nederlandse arthousefilm Light as Feathers (2018) van Rosanne

Pel was in weinig filmhuizen te zien. De reden hiervoor: er

was geen distributeur die zich aan de film wilde commi!eren.

Uiteindelijk is de film via Picl uitgebracht.72

DiversiteitDe Nederlandse filmwereld is weinig divers en toont zowel voor als ach-ter de camera nauwelijks representatie van de Nederlandse (en dus ook Amsterdamse) bevolking. Ook blijkt het lastig te zijn een podium te vin-den om een cultureel divers verhaal te vertellen. De filmwereld beseft dat als het een wit bolwerk blijft in een veranderende stad, makers en publiek wegblijven. Er worden langzaam stappen gezet. Vanuit de DDG (Dutch Directors Guild) is de aanzet gemaakt voor een diversiteitsplan.73 De Nederlandse Filmacademie heeft inmiddels een cultureel diversiteits-beleid. Bij de fondsen zijn concretere richtlijnen voor culturele diversiteit – hoewel het nog steeds de vraag is of er meer diverse makers en films gehonoreerd worden; verschillende verhalen moeten urgenter gevon-den worden. Het is voor jonge (amateur) filmmakers met een biculturele achtergrond uitermate lastig om de stap te maken naar een fonds of ge-respecteerd instituut. Sowieso is het voor jonge makers lastig een voet tussen de deur te krijgen, maar biculturele makers hebben een dubbele achterstand vanwege het gebrek aan erkenning voor hun verhalen en het ontbreken van een netwerk. Amsterdamse filmproducenten die heel bewust bezig zijn met deze nieuwe generatie makers zijn HALAL en New Amsterdam Film Company.

TalentontwikkelingHet ontbreekt al lange tijd in Amsterdam (en in heel Nederland) aan een werkplaats voor makers van film en media, ná de opleidingen. Daarbij is er weinig tot geen plek om als jonge maker je content te vertonen.

72. Picl is ontstaan vanuit de samenwerking tussen negentien Nederland-se filmhuizen en de Stichting Nederland-se Filmpromotie, met als doel om samen met de filmtheaters en onafhankelijke distributeurs, de zichtbaarheid en het publiek voor de (Ne-derlandse) documen-taire en artistieke film te vergroten.

73. Naar aanlei-ding van een oproep begin 2016 van het Filmfonds om sa-men op te trekken in het onderwerp diversiteit, heb-ben verschillende belangenverenigingen uit de film- en te-levisiesector eigen werkgroepen samen-gesteld. Hieruit is de overkoepelende Werkgroep Diversi-teit ontstaan, onder leiding van de Dutch Directors Guild (DDG). De werkgroep heeft onderzocht hoe diversiteit in de film- en televisie-sector bevorderd zou kunnen worden. Het Filmfonds heeft het plan financieel niet ondersteund. Het Nederlands Film Fes-tival heeft nu samen met Eye vanuit het initiatief Nationa-le Filmconferentie Extended de coördi-nerende rol van de DDG overgenomen.

88 VERKENNING 2019

Page 89: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Filminstellingen in Amsterdam hebben de handen ineengeslagen en zijn bezig met een initiatief met de werktitel MACA: Moving Arts Center Amsterdam, een huis voor talentontwikkeling, een werkplaats, een ont-moetingsplek en podium.74 Het moet een broedplaats worden met vijftig werkplekken voor jonge en mid-career makers, inclusief presentatiefunc-tie. Een plek waar afgestudeerden aansluiting kunnen vinden bij het be-roepsveld én kunnen experimenteren. Tevens moet MACA een plek zijn waar instellingen hun talentontwikkelingsprojecten neer kunnen zetten (onder andere IDFA en Cinekid).

Nieuwe technieken, genre-vervaging, nieuwe (digitale) platforms, een veranderend (gedrag van) publiek en een noodzaak voor meer diversiteit maken een initiatief als MACA urgent. Amsterdam als epicentrum van de film maakt de stad de meeste geëigende plek voor deze vrijplaats. De kracht van een plek als MACA kan juist de samensmelting zijn van alle spe-lers in de zo snel veranderende audiovisuele wereld. Van scenaristen tot multimediakunstenaars, maar ook storytellers, podcast-makers, vloggers, animatoren, interdisciplinaire theatermakers en game- en VR-ontwerpers. Een uitwisseling van kennis en kunde zonder opgelegde productiedrang. Juist de combinatie die makers geboden wordt – vrij werk te maken en de mogelijkheid tot het opbouwen van een publiek – is hierbij wat de kunstraad betreft interessant.

FilmeducatieFilmeducatie is essentieel voor jonge en toekomstige generaties. Daarbij wordt het in een door beelden gedomineerde samenleving steeds belang-rijker de beeldtaal te leren, te begrijpen en te maken. Beeldtaal is de enige taal die we allemaal spreken. Zeker in een stad waar grofweg 60 procent van de kinderen een migratieachtergrond heeft, delen de kinderen in eer-ste instantie niet een taal, maar beeld. Vreemd genoeg maakt filmeducatie op dit moment amper deel uit van de opleidingen en is het niet verwerkt in de onderwijsmethodes. Filmeducatie zou een essentieel onderdeel moe-ten zijn van het curriculum, als onderdeel van doorlopende leerlijnen.

De samenwerking binnen het Amsterdams Filmmenu75 lijkt nu eindelijk goed van de grond te komen. Dat valt samen met een urgentie die, zeker na steun van de landelijke politiek, steeds sterker gevoeld wordt. De ruimte tussen het Amsterdams Filmmenu en de opleidingen is groot en leeg.76

Wat ontbreekt is een goede buitenschoolse plek voor filmeducatie; een noodzakelijke aansluiting voor meer diversiteit in de sector. 

74. Het initi-atief wordt door Eye Filmmuseum, Stichting NDSM en KRUX Broedplaatsen gerealiseerd op de NDSM-werf in Amster-dam Noord.

75. Netwerk be-staande uit Amster-damse filmpartijen die filmeducatie in hun beleidsplan hebben opgenomen. Eye Filmmuseum is de coördinator. Het doel van het filmmenu is het stimuleren van (kwalitatieve) filmeducatie in het Amsterdamse onder-wijs en film een vas-te plek te geven in het curriculum. 

76. De kunstraad heeft zich al meer-dere malen sterk gemaakt voor een grotere rol van filmeducatie en me-diawijsheid in het Amsterdams curri-culum en wil de woorden van de Raad voor Cultuur eer-der dit jaar onder-strepen: ‘Stimuleer mediawijsheid en filmeducatie van alle Nederlanders. Maak mediawijsheid een structureel onder-deel van het cur-riculum van zowel het basis- als het voortgezet onder-wijs.’ Aan deze op-roep is door minis-ter Van Engelshoven een vervolg gegeven in de Tweede Ka-mervergadering van 30 mei 2018, waar-in zij stelde dat film in het curricu-lum thuishoort. Ook heeft zij een toe-zegging gedaan voor extra budget voor filmeducatie.

89 VERKENNING 2019

Page 90: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Jon

ge Z

iele

n –

ICKa

mst

erda

m ©

Bas

de

Brou

wer

HOOFDSTUK 16

Kunst- en Cultuureducatie

In het onderwijsdebat is er veel aandacht voor het onderwijs van de toekomst. De discussie richt zich onder meer op

de vraag welke kennis en vaardigheden van belang zijn om leerlingen voor

te bereiden op een maatschappij die continu in beweging is. Veel van deze

vaardigheden worden samengevat onder de noemer 21e-eeuwse

(vakoverstijgende) vaardigheden. Deze worden gekoppeld aan een nieuwe manier

van leren, leven en werken. Voorbeelden hiervan zijn samenwerken, sociale &

culturele vaardigheden, zelfregulering, mediawijsheid, kritisch denken, creatief

denken, probleem oplossen en ICT-basisvaardigheden.

90 VERKENNING 2019

Page 91: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Kunst- en cultuureducatie = onderwijsOver het belang van aandacht voor de 21e-eeuwse vaardigheden lijkt breed overstemming te bestaan. Politiek, schoolbesturen, leraren, ouders en instellingen zijn het er veelal over eens dat het curriculum aangepast moet worden, met meer aandacht voor de vaardigheden van nu en een grotere rol voor kunst- en cultuureducatie.77 Hier ligt een grote kans voor de instellingen die kunst- en cultuureducatie aanbieden, om meer bewust-wording te creëren en hun rol in het onderwijs te claimen. Bij scholen zou een transitie van onbewust naar bewust kunst- en cultuuronderwijs moe-ten plaatsvinden. De mindset en inspanningen bij instellingen zou minder gericht moeten zijn op aantallen en meer op impact. Een belangrijke vraag hierbij is hoe je impact aantoont. Maar het begint bij de erkenning en be-vestiging van het belang van kunst- en cultuureducatie als onderdeel van het onderwijs.

ImpactKunst- en cultuureducatie gaat veel verder dan een half uurtje muziek- of dansles als ‘leuk extraatje’. Wie op jonge leeftijd kennismaakt met kunst en kunst leert waarderen, zal daar een leven lang plezier van hebben. Met kunst- en cultuureducatie wordt het publiek van de toekomst opgeleid en zetten sommigen zelfs een eerste stap richting professionele praktijk. Kunst- en cultuureducatie beslaat het hele spectrum van de beoefening van kunst, van het ambachtelijke tot aan maatschappelijke toerusting. Het neemt een centrale plek in als het gaat om persoonsvorming en per-soonlijke ontwikkeling van het kind. Veel van de 21e-eeuwse vaardigheden hebben direct of indirect te maken met kunst- en cultuureducatie en parti-cipatie: kinderen van nu leven in een beeldcultuur, zij moeten zich bewust worden van sociale beïnvloeding door beeld en in een online omgeving.

Curriculum.nuHet ontwikkelteam kunst en cultuur van Curriculum.nu om-

schrij" de relevantie van kunst- en cultuureducatie als volgt: ‘[…]

Door het leren van en over kunst en cultuur leren leerlingen zich-

zelf, de omgeving, de maatschappij en de wereld te ontdekken.

Kunst verbindt, niet alleen op school maar ook daarbuiten. Kennis

van de eigen kunst en cultuur(historie) en die van anderen le-

vert een belangrijke bijdrage aan de persoonlijke ontwikkeling

en zorgt voor de maatschappelijke toerusting van de leerling. De

unieke beeld-, klank-, woord- en bewegingstaal van de kunsten

maken dat leerlingen een identiteit ontwikkelen, ontdekken wie

ze zijn en wat ze kunnen en hoe ze zich tot anderen en de wereld

77. Op dit mo-ment buigen negen teams van Curricu-lum.nu zich over de vraag wat leerlingen in het primair en voortgezet onder-wijs moeten kennen en kunnen. Met de opbrengst van dit ontwikkelproces worden kerndoelen en eindtermen geactua-liseerd en wordt het curriculum opnieuw vormgegeven. Cur-riculum.nu vormt een vervolg op het visietraject Onder-wijs2032, waarin de hoofddoelstellingen van het onderwijs in Nederland zijn benoemd: persoonlij-ke ontwikkeling, het opdoen van kennis en maatschappelijke vorming. Om dit te bereiken werd door het team Onder-wijs2032 voorgesteld dat cultuureducatie een belangrijke rol gaat spelen.

91 VERKENNING 2019

Page 92: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

verhouden. […] Onderwijs in kunst en cultuur leert leerlingen te

functioneren in groepen en aardig, vaardig en betekenisvol bij te

dragen aan de samenleving.’

Amsterdam als voorloper?Amsterdam is een landelijke voorloper op het gebied van kunst- en cul-tuureducatie. Het aanbod is enorm en veel ervan is van hoge kwaliteit. Al in 2013, met de invoering van het basispakket, heeft Amsterdam kunst- en cultuureducatie, vooral muziekeducatie, een grotere rol gegeven in het curriculum op Amsterdamse basisscholen en scholen voor speciaal on-derwijs. Met het Basispakket Kunst- en Cultuureducatie wordt kinderen een opstap geboden naar een wereld van verbeelding, betekenisgeving, schoonheid en troost, die buiten schooltijd verdiept kan worden, om even-tueel uit te monden in een professionele carrière.

Amsterdam kan nu opnieuw voorbeeld stellend zijn door het erkennen van het belang van kunst- en cultuureducatie en het bevestigen dat kunst- en cultuureducatie een essentieel onderdeel is van het onderwijs, en dus voor een veel groter deel vanuit het onderwijs ondersteund zou moeten worden. De kunstraad adviseert de wethouders van Kunst en Cultuur en Onderwijs samen beleid te ontwikkelen dat inspeelt op de landelijke ver-nieuwing van het curriculum.

De politieke ambitie heeft zich de afgelopen jaren veelal beperkt tot het primair onderwijs. De aandacht voor het basispakket gaat ten koste van de middelen die beschikbaar zijn voor de buitenschoolse kunst- en cultuur- educatie. De middelen zijn verschoven van buitenschoolse educatie naar binnenschools onderwijs. Nu op deze manier het bereik is vergroot, knelt het des te meer dat kinderen de in de klas opgedane kennis en vaardighe-den niet na schooltijd kunnen doorontwikkelen.

Het Basispakket Kunst- en Cultuureducatie is onderdeel van het primair onderwijs en zou niet moeten rusten op de cultuurbegroting. Vanuit de onderwijsbegroting zou geld vrij gemaakt moeten worden om het binnen-schoolse basispakket te financieren. De kunstraad adviseert daarom het Cluster Cultuureducatie78 te financieren vanuit de onderwijsgelden, waarbij de kunstraad de aanvragen kan beoordelen. Het kunstenbudget dat daar-mee vrij valt, moet wat de kunstraad betreft deels bestemd worden voor buitenschoolse educatie in de stad.

78. In het Cluster Cultuur- educatie 2017-2020 zijn opgenomen: de instellingen die bij Mosa zijn aangeslo-ten – Muziekschool Amsterdam, Muziek-school Noord, Aslan Muziekcentrum, Het Leerorkest, Het Con-certgebouw – aange-vuld met Mocca en Voucherbeheer.

92 VERKENNING 2019

Page 93: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Binnenschools: Basispakket Kunst- en Cultuureducatie

Actoren en factorenOndanks de aandacht van de gemeente de afgelopen jaren is de positie van kunst- en cultuureducatie op de scholen in Amsterdam kwetsbaar. De realiteit op scholen is dat veel staat of valt bij één persoon. De kunstraad hoort geregeld dat door personele wisseling (van leraar of interne cultuur-coördinator – icc’er – tot directeur) de band van een instelling met een bepaalde school verloren gaat.

Bij kunst- en cultuureducatie zijn veel actoren betrokken. Het gaat om kunst, cultuur en om educatie. Politiek gezien zijn dat twee verschillende wethouders en portefeuilles. Op scholen zijn er besturen (welke koers wordt uitgezet?), de directie (waar wordt de nadruk op gelegd), de icc’er (heeft de icc’r voldoende tijd en middelen voor zijn of haar taak?) en niet in de laatste plaats: de leraar met passie (vaak de icc’er) voor een bepaalde kunstvorm. De ouders vormen een belangrijke schakel in het (al dan niet) vervolg geven aan wat een kind op school meekrijgt.

En dan zijn er de verschillende culturele aanbieders. In Amsterdam wordt kunst- en cultuureducatie aangeboden aan scholen door educa-tie-instellingen, instellingen die tevens educatie bieden en zelfstandige kunstenaars. Van de instellingen is een deel gesubsidieerd door de ge-meente en een deel niet. De Amsterdamse gesubsidieerde instellingen op het gebied van educatie zijn wat betreft subsidiëring en advisering ver-deeld over het Cluster Cultuureducatie, de A-Bis en het AFK.

OverlegDe kunstraad ziet in Amsterdam een veld met zeer veel expertise, bevlo-genheid en inzet bij de instellingen. De instellingen werken vooral naast elkaar, er vindt te weinig kruisbestuiving en (praktische) samenwerking plaats. De aansluiting met elkaar wordt – ook door het veld zelf – gemist. Instellingen bieden kunst- en cultuureducatie vanuit de wens hun eigen instelling en de kunst die zij vertegenwoordigen over te brengen aan kin-deren en jongeren, maar bovenal hebben de instellingen een gemeen-schappelijk doel: ze willen kinderen een andere blik op het leven geven, kinderen laten ervaren, waarde toevoegen.

De kunstraad ziet een behoefte in het veld voor meer en regulier over-leg, met het doel specifieke projecten samen te initiëren, elkaar te infor-meren, samen op te trekken richting scholen of naar de politiek. Meer samenwerking en overleg vraagt wel een zekere onthechting van de eigen instelling. Er zijn verschillende disciplineclusters, maar juist overleg en

93 VERKENNING 2019

Page 94: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

samenwerking tussen verschillende disciplines (traditionele en nieuwe kunstvormen) is nodig. Allereerst om gezamenlijk van betekenis te zijn. Ook kan in een dergelijk overleg de veranderende vraag op scholen ver-kend worden, zodat men kan inspelen op nieuwe onderwerpen en groepen en de scholen die niet of nauwelijks actief zijn op het gebied van kunst- en cultuureducatie. De kunstraad adviseert de gemeente vanwege het belang ervan zulke vormen van overleg te stimuleren en tevens te faciliteren.

Een nieuw basispakketHet basispakket is nu ruim vijf jaar bezig en begin 2018 uitgebreid geëva-lueerd. Voortschrijdend inzicht en de huidige onderwijsdiscussie vragen om een herziening van het oorspronkelijke plan. Om het basispakket beter te bestendigen en kinderen verder te begeleiden richting buitenschoolse kunst- en cultuureducatie is aansluiting van het basispakket met het voort-gezet onderwijs belangrijk. Kunst- en cultuureducatie op het voortgezet onderwijs is niet gereguleerd, sterk van de school afhankelijk en (vooral op het vmbo) beperkt. De kunstraad pleit voor uitbreiding van het basispak-ket naar de onderbouw van het voorgezet onderwijs, in het bijzonder het vmbo Ook het speciaal onderwijs vormt een punt van aandacht: juist daar is het belangrijk dat er voldoende middelen zijn, er is veel meer begelei-ding per kind nodig.

De kunstraad benoemt vier inhoudelijke aandachtspunten voor een nieuw of aangepast convenant basispakket.

1. Een breed curriculum, door allen gedragenDe kunstraad is van mening dat het basispakket in de huidige vorm te wei-nig keuzemogelijkheden voor de scholen biedt wat betreft leerlijnen, dis-ciplines, kunstvormen, vakintegratie en aanbieders. In het advies Minder van hetzelfde (2018) is de kunstraad hier uitgebreid op ingegaan. Wat de kunstraad betreft zet het gemeentelijk beleid in op een basispakket met een minimum van twee gesubsidieerde leerlijnen kunst- en cultuur- educatie naar keuze op elke Amsterdamse school voor basis- en speciaal onderwijs.

De kunstraad pleit voor het openbreken van het basispakket met meer samenhang tussen disciplines onderling en tussen kunstvakken en overige schoolvakken. Een multi- of interdisciplinair basispakket is inherent aan de tegenwoordige tijd; genres vervagen, disciplines kunnen moeilijk afgeba-kend ‘in hun eigen hokje’ blijven zitten. Aparte leerlijnen voor muziek, dans of theater verdienen niet de voorkeur. Scholen kiezen voor een bepaalde leerlijn en zitten dan jarenlang aan die keuze voor alleen dans of theater vast. De kunstraad is daarom voorstander van een breder curriculum, door

94 VERKENNING 2019

Page 95: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

meerdere disciplines gedragen. Het veld is al sinds 2014 met de gemeen-te in gesprek over multidisciplinaire leerlijnen, maar dit is nog steeds niet doorgevoerd. In praktijk werken veel scholen al multidisciplinair. Zij doen bijvoorbeeld trajecten naast het muziektraject, maar op eigen initiatief. Scholen vragen om een integrale aanpak, ook bij vakken als taal en reke-nen. De openstelling van het basispakket en daar goed op inspelen is voor de culturele instellingen de uitdaging.

2. DialooggestuurdKunst- en cultuureducatie was aanvankelijk aanbodgericht. Instellingen hadden een bepaald aanbod en probeerden de scholen hiervoor enthou-siast te maken. Het aanbod van instellingen stond vaak ver af van de da-gelijkse schoolpraktijk en de school ervoer slechts beperkt eigenaarschap. Vanuit aanbodgericht is de overstap gemaakt naar vraaggericht: scholen wordt gevraagd waar zij behoefte aan hebben. In de praktijk blijkt ook dit niet altijd een succesformule te zijn: scholen weten vaak niet wat ze moe-ten vragen of vragen dingen waar instellingen niet aan kunnen voldoen. Vormgeven van kunst- en cultuuronderwijs gaat beter in dialoog.79 Een voorwaarde voor dialooggericht werken is dat scholen een visie hebben op kunst- en cultuureducatie. Dit is iets waar scholen nu niet altijd tijd voor maken of hebben. Ook hier is dus de erkenning van het belang van kunst- en cultuureducatie als onderdeel van het onderwijs weer cruciaal. In een nieuw convenant basispakket kunnen partijen met elkaar afspreken zoveel mogelijk dialooggericht te werken.

3. Bezoek culturele instellingenHet bezoeken van podia en culturele instellingen buiten de school maakt nu geen deel uit van het basispakket. Vanuit de overheid (ook landelijk) is er erg gestuurd op het aanbod in de klas brengen. Dit heeft geleid tot een afname in het bezoek aan instellingen. Terwijl de beleving van ‘het meema-ken’ (zie ook: curriculum.nu) en het oog in oog staan met kunst een heel andere is dan het aanbod op school. Het is complementair en zou daarom onlosmakelijk met elkaar verbonden moeten zijn. Podiumbezoek is van grote waarde voor de ontwikkeling van een kind en zou wat de kunstraad betreft een vanzelfsprekend onderdeel moeten zijn van iedere leerlijn.80

4. Kwaliteit De educatieve sector wordt ter legitimering van de publieke gelden die besteed worden, afgerekend op aantallen en bereik, zaken die niets te maken hebben met de waarde van educatie. In deze vorm van meetbaar-heid en beoordeling is geen aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling en omgevingsfactoren van de leerling. Tegelijkertijd deelt eenieder de

79. Zie ook het advies Voor elk wat wils (AKr, 2015): ‘De kunstraad meent dat co-creatie, waarbij het onder-wijs samen met een culturele instelling de leerlijn inricht, in de praktijk het beste werkt. De nieuwe leerlijnen Kunstzinnige Oriëntatie van het Nationaal Expertise Centrum Leerplanont-wikkeling (de SLO) en de Raamwerkplan-nen van Mocca kunnen hiervoor als basis dienen.’

80. Een bijko-mend probleem is dat scholen door personeelsproblemen en andere factoren het steeds moeilij-ker vinden om naar buiten te gaan: er zijn steeds minder mensen om groepen te begeleiden.

95 VERKENNING 2019

Page 96: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

mening dat kwantiteit zonder kwaliteit zijn doel voorbijschiet. Kwaliteit is minder gemakkelijk meetbaar, ook in getallen. De vraag is hoe dit wel goed meetbaar is. De gemeente heeft nog geen tools om de impact te meten, wat juist voor kunst- en cultuureducatie zo belangrijk is. Een van de taken van Mocca, zoals geformuleerd in de beschikking in het kader van het Kunstenplan 2017-2020, is: ‘In overleg met de gemeente, Voucherbeheer Amsterdam en het ACI ontwikkelt u handreikingen voor scholen en cultu-rele instellingen om de kwaliteit van de cultuureducatieve programma’s te beoordelen’. Het is essentieel dat hier zo snel mogelijk vervolg aan wordt gegeven, zodat het afrekenen alleen op bereik tot het verleden behoort.

Voorbeeld onderzoek naar impactDe Hermitage Amsterdam hee" Bain & Company gevraagd een

onderzoek uit te voeren naar de impact van haar kunstonder-

wijsprogramma Hermitage voor Kinderen. Uit het onderzoek van

Bain blijkt dat de Hermitage Amsterdam met haar educatieve

programma niet alleen artistieke en kunsthistorische kennis

overbrengt, maar ook de bredere cognitieve ontwikkeling van de

deelnemers stimuleert.

Buitenschools: de opvolging van het basispakket; kansen in wijken

In het Kunstenplan 2013-2016 heeft de gemeente besloten het buiten-schoolse aanbod niet te subsidiëren om het basispakket te kunnen bekos-tigen. Van de grootste aanbieder Muziekschool Amsterdam werd gevraagd in vier jaar tijd de buitenschoolse educatie af te bouwen ten gunste van het onderwijs op scholen. Dit beleid heeft een aantal instellingen, zoals Jeugdtheaterschool Amsterdam Zuidoost, TIJ in IJburg en Circus Elleboog in liquiditeitsproblemen gebracht. Op datzelfde moment heeft het kabinet 3 miljoen euro bezuinigd op Amsterdamse instellingen met een multi-cultureel karakter.81 Een aantal van deze aanbieders richtte zich expliciet op jeugd en jongeren. Voor het Kunstenplan 2017-2020 was het voor de instellingen die zich met buitenschoolse educatie bezighouden wel weer mogelijk om bij het AFK aan te vragen. Alleen zijn de 500.000 euro die hier oorspronkelijk voor stonden volgens het AFK (nog) niet aan het fonds overgedragen. Het AFK heeft de vrijheid om deze aanvragen te honoreren, maar moet hiervoor het budget voor projecten kannibaliseren. 81. Verkenning

2014, Amsterdam Kunstraad, p. 118.

96 VERKENNING 2019

Page 97: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Het buitenschoolse aanbod in Amsterdam is veelzijdig en rijkgeschakeerd, maar in vergelijking tot het basispakket beperkt in bereik en ontsluiting. Enige jaren geleden heeft de Tafel van Talentontwikkeling een overzichts-kaart gemaakt met talentontwikkelaars in theater en dans in Amsterdam: een kaart van de stad waarop staat aangegeven wat waar wordt aange-boden, voor welke leeftijdscategorie en hoe de ontwikkelroute van een aantal Amsterdammers er concreet heeft uitgezien. Voor kinderen kan een financiële tegemoetkoming geregeld worden via de gemeente of het Jongerencultuurfonds, maar velen zullen de wegen naar het aanbod en naar het geld niet weten te vinden.

De link tussen binnen- en buitenschoolse kunst- en cultuureducatie kan veel sterker zijn dan deze nu is. Een goed voorbeeld zijn de buitenschoolse activiteiten van Het Leerorkest die in het verlengde liggen van het bin-nenschoolse onderwijs. Hier maken kinderen van diverse achtergronden samen muziek in een setting die door de deelname van musici van het Nederlands Philharmonisch Orkest zorgen voor een daverend concert, dat niet alleen een educatieve maar ook een maatschappelijke impact heeft. Het Leerorkest is gevestigd in Amsterdam Zuidoost, maar bereikt leerlin-gen uit alle stadsdelen. Untold koppelt binnen- en buitenschoolse cul-tuureducatie ook aan elkaar. Op maat bieden zij dans- en lesprogramma’s aan over de Afrikaanse geschiedenis en diaspora (ook wel Black History).

De kunstraad adviseert de gemeente de kaart van de Tafel van Talentontwikkeling uit te breiden naar alle disciplines en te verspreiden op de scholen, inclusief de mogelijkheden voor financiële ondersteuning. De OBA Maakplaatsen, de cultuurhuizen en verschillende broedplaatsen in de stad zijn in de ogen van de kunstraad interessante plekken waar jongeren uit de buurt terechtkunnen om hun culturele vermogen te ontwikkelen.

97 VERKENNING 2019

Page 98: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

VERKENNING 2019

KANSEN

Foto

: Bi

lly th

e ki

d –

Nin

etie

s Pr

oduc

tions

© Ju

lian

Mai

wal

d

Page 99: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Het

Am

ster

dam

se B

osth

eate

r © Ja

ap V

ork

HOOFDSTUK 17

De stad als podium

De sectorverkenningen laten zien dat stadsdeel Centrum al lang niet meer het

middelpunt van de kunsten in Amsterdam is. Kunstuitingen verplaatsen zich vanuit de zalen naar de open lucht. Steeds vaker

programmeren instellingen door de hele stad of verhuizen instellingen naar andere stadsdelen of (nieuwe) wijken.

Het speelveld wordt met de uitbreiding van de stad alleen nog maar groter en

interessanter. Geografische spreiding van kunst en cultuur is heel belangrijk waar

het gaat om het bereiken van de jongeren in de buurten. Waar steden als Rotterdam

met het Hiphophuis en Eindhoven met een uitgebreid beleid gericht op

urban culture en sport wél in de jeugd geïnvesteerd hebben,87 loopt Amsterdam

achter.

82. Brochure Wijzijnurbanineind-hoven, 2015.

99 VERKENNING 2019

Page 100: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

De kunstraad vindt dat de kansen en prioriteiten op kunst- en cultuurge-bied liggen in stadsdelen die nu wat betreft cultuuraanbod zijn onderbe-deeld. Speciale aandacht vraagt de kunstraad voor de ontwikkelingen in de stadsdelen Nieuw-West en Zuidoost.

IDFA, Holland Festival en het Grachtenfestival zijn festivals die door de hele stad programmeren. Dit gebeurt vaak op verrassende locaties en verbindt het festivalpubliek met het publiek in de wijken. In Amsterdam is het eve-nementenbeleid aangescherpt om de overlast door geluid en/of grote bezoekersaantallen voor bewoners te beperken. In de afgelopen jaren zijn de plekken in Amsterdam waar evenementen zijn, geïnventariseerd en zijn er nieuwe vergunningen van kracht. Artistieke kwaliteit is geen beoorde-lingscriterium in het evenementenbeleid.

Ook andere instellingen doen hun best publiek te bereiken in de stads-delen. Paradiso probeert in Nieuw-West contact te leggen met jongeren en hun muzieksmaak te vertalen in aanbod voor Nieuw-West. Pakhuis de Zwijger heeft een vestiging aan de Sloterplas geopend om het gesprek in de stad ook daar te kunnen voeren. Amsterdam Museum heeft een conve-nant gesloten met de bestuurscommissie van Nieuw-West voor een depen-dance aan de Sloterplas. Het museum heeft een netwerkvisie ontwikkeld en wil vanuit diverse satellietlocaties, die soms met de OBA of andere partners worden ingericht, de hele stad bedienen.

Amsterdam Dance Event (ADE)De grote spreiding van evenementen van ADE zorgt voor ver-

rassende locaties. Denk aan de beroemde ‘basement raves’ van

dancelabel Mary Go Wild op de Zeedijk of de recentelijk geopen-

de Noorderling, de club in het oude Veronicaschip aan de NDSM-

werf. Het zijn hier ook vaak de locaties buiten het centrum:

venues als Garage Noord in Noord, De School in West, Radion

in Zuid en Amsterdam Studio’s in Oost die een meer pioniers-

programmering verzorgen binnen de dance scene. Label Audio

Obscura hee" in de afgelopen jaren ADE-evenementen gepro-

grammeerd in het Muziekgebouw aan ‘t IJ, Het Concertgebouw,

het Rijksmuseum, in het Scheepvaartmuseum en het Centraal

Station.

Deze beweging vanuit het centrum naar de dichtbevolkte stadsdelen buiten de ring A10 haakt aan bij het broedplaatsenbeleid. De Appel ver-trok gedwongen uit de binnenstad, nadat de landelijke subsidie in 2017

100 VERKENNING 2019

Page 101: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

sterk verminderde. Deze instelling voor beeldende kunst, die tevens een opleiding voor curatoren biedt, huist nu in Broedplaats LELY (het oude Calvijn College) waar ook STEIM (Studio voor Electro-Instrumentale Muziek) is gevestigd. Eenzelfde beweging werd eerder gemaakt door AGA LAB (voorheen Amsterdams Grafisch Atelier), die vanuit de Westerstraat in het centrum verhuisde naar de Roos van Dekamaweg in Nieuw-West. Het stadsgezelschap dans ICK verhuisde vanuit het centrum naar de Meervaart. Theatergezelschap Orkater verruilde al jaren geleden de Jordaan voor een locatie in het westelijk havengebied, waar vanwe-ge de ruimte ook verschillende filmbedrijven en dansinstellingen zijn neergestreken.

In het advies De stad is nooit af (2017) pleit de kunstraad voor het sprei-den van bezoekers over de stad door gerichte investeringen in de culturele infrastructuur. De gemeente heeft enkele aanbevelingen overgenomen en omgezet in beleid. Zo is de herbouw van de Meervaart opgenomen in Ruimte voor Kunst en Cultuur – het Strategisch Huisvestingsplan Kunst- en Cultuur 2020-2025 (SHP)83, evenals de renovatie van het Amsterdamse Bostheater.

Spreiding van cultuurpandenMet dit SHP zet de gemeente een eerste stap om de cultuur via nieuwe cultuurpanden beter te spreiden over de stad. Maar investeren in stenen is niet voldoende. Een goede samenwerking tussen architecten, makers, cultuurmanagers, cultuurbeleidsmakers en stedenbouwkundigen is nood-zakelijk om het project tot een succes te maken. Voor kunstenaars en ar-tiesten bieden plekken inspiratie, zij kiezen niet voor niets hun speelplek steeds vaker buiten de bestaande podia. ‘Er lijkt zich een verandering voor te doen van het theater als plek voor de elitaire burgerij naar het theater als publieke voorziening’, zegt Marjo van Schaik in haar boek Spaces of Culture (2018). Waar vastgoedbedrijven en overheden graag imago-ver-sterkende gebouwen neerzetten die de city-branding kunnen versterken, wordt er wat haar betreft te weinig onderzoek gedaan naar de verbinding tussen het publiek, de artistieke identiteit, het gebouw en de fysieke en so-ciale context. De nieuwbouw moet aansluiten bij de lokale gemeenschap.

Het spanningsveld tussen de kosten van het stedelijk vastgoed en de mogelijkheid van makers in de cultuursector om de gevraagde huurbedra-gen op te brengen, is groot. In het verleden is bij grote vastgoedinvesterin-gen geen rekening gehouden met een stijging van exploitatiebudgetten. Ook in het SHP wordt ‘als voorlopig uitgangspunt’ gehanteerd ‘dat de inrichtingskosten door de gebruiker zelf gefinancierd kunnen worden’. De gebruikers van het stedelijk vastgoed zijn de bestaande culturele instel-lingen in het kunstenplan. Zij hebben nu al moeite de bestaande culturele

83. De commissie Kunst, Diversiteit en Democratie be-sprak op woensdag 9 januari het Strate-gisch Huisvestings-plan.

101 VERKENNING 2019

Page 102: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

infrastructuur te exploiteren. Meer zalen betekent meer kosten, zeker als er strategisch geïnvesteerd wordt in wijken die nu niet goed worden bediend. De kunstraad is een groot voorstander van investeringen in kunst en cul-tuur, maar wijst erop dat de vastgoedinvesteringen en de subsidieplafonds in balans moeten komen.84

De OBA is terecht een belangrijke rol toebedacht in de plannen voor de gebiedsuitbreiding. Op de bibliotheek is een aantal jaar flink bezuinigd. De kunstraad adviseert de OBA, als meest laagdrempelige culturele voor-ziening meer armslag te geven, zodat de OBA in alle uitbreidingsgebieden samen met partners vestigingen kan openen.

De kunstraad ziet de beste kansen in het uitbreiden van de fysieke ste-delijke infrastructuur bij:

• renovatie van leegstaande gebouwen of opzetten van dependances waarbij ervaren culturele partijen van het begin af aan zijn betrokken (voorbeelden zijn Amsterdam Museum en SHEBANG)

• een duidelijke doelstelling voor buitenschoolse cultuureducatie indien daar ook exploitatiebudget voor wordt uitgetrokken (bijvoor-beeld de OBA-filialen en maakplaatsen)

• beeldbepalende gebouwen op strategische plekken (bijvoorbeeld een nieuwe Meervaart en een internationale OBA)

• nieuwbouw als gevolg van placemaking, waarbij er een goed even-wicht bestaat tussen artistieke intenties en lokale behoeftes (bijvoor-beeld nieuwbouw op het Buikslotermeerplein in samenspraak met de Modestraat, Solid Ground Movement, Noordje en andere)

CultuurhuizenIn het huidige kunstenplan zijn vier instellingen (het Bijlmer Parktheater, Podium Mozaïek, Theater de Meervaart en Tolhuistuin) aangewezen als cultuurhuis. Deze cultuurhuizen zijn verschillend van aard en identiteit en bieden ruimte aan (sbestuivingen van) verschillende kunstvormen. Cultuurhuizen kenmerken zich door hun laagdrempeligheid, gecombi-neerd met hoogwaardige artistieke activiteiten. De voorstelling Woiski vs. Woiski (een coproductie van het Bijlmer Parktheater en Orkater) uit 2018 was hier een voorbeeld van. In talentontwikkeling spelen de cultuurhuizen een belangrijke rol. Verschillende jonge makers – vooral op het vlak van podiumkunsten – vinden via cultuurhuizen een weg naar hun eerste pu-bliek, zoals via het Nieuwe Makers Festival RRReuring in Podium Mozaïek. Cultuurhuizen bevinden zich idealiter midden in een stadsdeel: letterlijk wat locatie betreft en figuurlijk in weten wat er speelt bij de bewoners. De aard van een cultuurhuis is mede afhankelijk van het bestaande aanbod in een stadsdeel en samenwerkingsverbanden met andere instellingen zowel binnen als buiten het stadsdeel. De Meervaart investeert bijvoorbeeld al

84. De investe-ringsagenda 2020-2022 bedraagt 218 miljoen euro. Er is een stijging van de kunstenplansubsidie voorzien van 5 mil-joen op jaarbasis.

102 VERKENNING 2019

Page 103: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

jaren in lokaal talent. Cultuurhuizen staan ook open voor jonge makers die andere wegen bewandelen dan via kunstvakopleidingen.

Polycentrisch cultuurhuis Om nog meer verbindende armslag in de stadsdelen te creëren, ziet de kunstraad kansen in een nieuwe vorm van een cultuurhuis: geen fysieke plek, maar een samenwerkingsverband waarbij verschillende reeds be-staande instellingen en initiatieven in een wijk samen invulling geven aan de functie cultuurhuis. Te denken valt aan het cureren van bestaande pro-grammering, onder één gezamenlijke noemer. Een andere mogelijkheid is het creëren van nieuw aanbod, in samenwerking met en afgestemd op de buurt. Door dergelijke samenwerkingsvormen een structureler karakter te geven, investeert de stad in programmering in plaats van in (nieuwe) ste-nen. In dit polycentrische cultuurhuis kunnen instellingen profiteren van elkaars publieksstromen. Samenwerking kan tot nieuwe programmering leiden en helpen om nieuwe artistieke uitingen die bottom-up ontstaan, stadsbreed op de kaart te zetten. Een mooi voorbeeld is de gelegenheids-samenwerking in Zuidoost tijdens het jubileumjaar 2018 van de Bijlmer. Een grote diversiteit van culturele instellingen zoals de Ziggo Dome, AFAS Live, de OBA, CBK Zuidoost en het Bijlmer Parktheater werkten daar sa-men aan een programma dat de culturele rijkdom van het vijftig jaar oude stadsdeel liet zien.

Vier jaar geleden stelde de kunstraad voor (Verkenning 2014) een func-tie toe te voegen aan het kunstenplan, te weten een ‘Cultuureducatieplek in Oost voor meerdere genres’. Inmiddels heeft de gemeente een kwar-tiermaker aangesteld om te onderzoeken hoe de cultuurhuisfunctie in Amsterdam Oost het beste zou kunnen worden ingevuld. De kunstraad ziet hier een kans om een polycentrisch cultuurhuis te verwezenlijken. Ook in Amsterdam Noord dwingt de situatie in cultuurhuis Tolhuistuin tot nieuwe stappen. Huurders die een belangrijk deel van de programmering voor hun rekening nemen, kunnen de huurstijging niet betalen. Zij trekken weg of moeten genoegen nemen met een ruimte in de Tolhuistuin die minder zichtbaar is. De kunstraad hecht aan de cultuurhuisfunctie in Noord en meent dat ook deze functie polycentrisch kan worden ingevuld. Het noor-den van Noord wordt dan beter bediend en de kosten voor het dure ge-bouw drukken minder op de cultuurbegroting.

GebiedsfondsenDe omvorming van Stadsdeelraden naar Bestuurscommissies in de vori-ge collegeperiode liep parallel aan een ambtelijke reorganisatie. In deze bestuurlijke operatie is het decentrale cultuurgeld overgeheveld naar het kunstenplan (A-Bis en AFK). Het college heeft toegegeven dat er bij de

103 VERKENNING 2019

Page 104: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

overheveling geld ‘is verdampt’. Hoeveel precies is moeilijk te achterha-len. Een aantal instellingen is geld kwijtgeraakt doordat dit proces grillig is verlopen. Instellingen als Rialto en Imagine IC hebben de gemeente-raad hierover geïnformeerd. Deze onterechte kortingen zijn nog steeds niet gerepareerd waardoor instellingen met een gezonde, solide bedrijfs-voering toch in de problemen komen. In 2016 is de Subsidieregeling Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten van kracht geworden. Deze biedt een kader aan de bestuurscommissies om aanvragen te beoordelen, maar is niet specifiek gericht op jongeren. De bedragen die beschikbaar zijn voor deze regelingen verschillen per stadsdeel maar zijn eerder be-stemd voor cultuurparticipatie en levendigheid in de wijken, zoals een concertuitvoering op een hofje, een schildercursus voor ouderen of een jaarlijkse open atelier route, dan voor aanbod gericht op jongeren. De bud-getten voor gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten zijn absoluut ontoereikend om bijvoorbeeld in Nieuw-West en Zuidoost de gewenste ontwikkelingen op gang te brengen. De kunstraad is er voorstander van om meer geld van de gebiedsfondsen naar cultuur over te hevelen, en de stadsbestuurders ook de bevoegdheid te geven om niet-gelabeld geld aan cultuur te besteden.

Nieuw-WestStadsdeel Nieuw-West speelt in op de kansen rond de

Slotervaart en op het gebied rondom Station Sloterdijk, wat de

kern vormt van de toekomstige wijk Haven-Stad. Nieuw-West

is nu onderbedeeld waar het kunst en cultuur betre". Hier moet

een inhaalslag plaatsvinden. In het SHP wordt een reservering

gemaakt voor 2.000 m2 Kunst en Cultuur in Sloterdijk 1 Zuid. In

het stadsdeel ontbreekt het aan culturele instellingen met een

structurele subsidie, los van de Meervaart, die het voortouw

kunnen nemen bij nieuwe ontwikkelingen. De stap naar een

plek in het kunstenplan wordt door lokale initiatieven niet altijd

gemaakt.

ZuidoostDe viering van vij"ig jaar Bijlmer hee" duidelijk gemaakt dat de

potentie van Zuidoost onvoldoende wordt benut. Op cultureel

gebied komt hier veel talent vandaan: Murat Isik, Nathalie La

Rose, Raymi Sambo, Jeffrey Spalburg, Jay-Way en vele anderen.

Zuidoost is ook de bakermat van ZO! Gospel Choir en van het

alom geroemde Leerorkest van Marco de Souza. Er is een her-

waardering voor de architectuur van Zuidoost en nergens in

104 VERKENNING 2019

Page 105: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Amsterdam is zoveel hoogwaardige kunst in de openbare ruimte

te vinden. Het huidige stadsdeelbestuur onder leiding van Tanja

Jadnanansing hee" kunst en cultuur in het hart van zijn missie

geplaatst. De gebiedsuitbreiding in Amstel 3 biedt kansen voor

een kunsthal ter plaatse.

105 VERKENNING 2019

Page 106: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Jon

g M

etro

pole

, Gra

chte

nfes

tival

© R

ober

t Ver

hoev

e

HOOFDSTUK 18

Amsterdam in de Metropoolregio

De kunstraad signaleert dat Amsterdamse instellingen zich niet alleen

tot de hele stad verhouden, maar ook in toenemende mate tot de metropoolregio.

Steeds vaker worden kansen gezien in samenwerking of in het bereiken van nieuw publiek. Wat is de rol van

de metropool binnen de regio? Welke kansen biedt samenwerking buiten de

stadsgrenzen?

106 VERKENNING 2019

Page 107: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Kansen in de regioHet Cobra Museum in Amstelveen wil zich ontwikkelen van een niche-museum tot een algemeen museum voor moderne kunst als satelliet van een van de grote Amsterdamse musea. Tussen het Zaantheater en Het Concertgebouw is een praktische vorm van samenwerken ont-staan. Voor grotere namen organiseert het Zaantheater bussen naar Het Concertgebouw, vaak gecombineerd met een rondleiding of museum-bezoek. Optredens voor een kleiner publiek of een specifieke doelgroep (zoals van een Syrische zangeres) programmeert het Concertgebouw in de provincie. Ook het Grachtenfestival programmeert voor jong muziek-talent in de regio en Nationale Opera & Ballet heeft een project gedaan met 7.000 leerlingen van de Agoraschool uit Zaanstad. Dat is goed voor de spreiding en de diversiteit van het publiek. Tegelijkertijd is er sprake van een trek van kunstenaars uit Amsterdam naar de regio. Dit patroon is al enige tijd gaande en heeft te maken met de woningmarkt en de slechte verdienmogelijkheden in de cultuursector. Het broedplaatsenbeleid van Amsterdam is al meer gericht op haar omringende gemeentes dan een paar jaar geleden. Dit betekent dat Amsterdam geld investeert in vastgoed buiten de gemeentegrenzen.

Regioprofiel MRAAan de oproep van minister Van Engelshoven om een regioprofiel op te stellen is door de Metropoolregio Amsterdam (MRA) gehoor gegeven. Dit heeft geresulteerd in het regioprofiel Meer dan de delen (2018). Hierin wordt regionaal beleid geformuleerd in aanvulling op gemeentelijk cultuur-beleid. Naast data-onderzoek, biedt het plan profielschetsen van de zeven verschillende deelregio’s om af te sluiten met een strategische actieagen-da. Hoofddoelstellingen in de periode 2019-2024 zijn het bevorderen van cultuurparticipatie en het faciliteren van toekomstbestendige cultuur- en erfgoedsectoren in de MRA via vijf programmalijnen: samenwerking, toe-gankelijkheid, cultuur aan de basis (educatie), ruimte en erfgoed.

De kunstraad heeft een ad-hoccommissie samengesteld met deskundi-gen (makers, beleidsmakers en cultuurmanagers) uit de MRA. De kunstraad heeft waardering voor het regioprofiel en zal later in 2019 met een apart advies hierover komen. De trends en ontwikkelingen zijn helder gepresen-teerd en goed onderbouwd met statistieken van werkgelegenheid in de creatieve sector tot kenmerken van het bezoekend publiek. Ook de zeven profielen van de deelregio’s zijn inhoudelijk sterk. Uit het regioprofiel blijkt duidelijk dat de cultuursector zelf heeft meegepraat. De kunstraad rea-geert nu in deze verkenning specifiek op de kansen van het regioprofiel.

107 VERKENNING 2019

Page 108: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Gezamenlijke visieAanvullend op het geleverde werk zijn er wat de kunstraad betreft verbe-teringen mogelijk in het regioprofiel MRA. Dan gaat het niet zozeer om wat er in het rapport staat, maar wat er volgens de kunstraad ontbreekt. Een regionale aanpak biedt immers de kans om een gezamenlijke visie te ont-wikkelen, een integraal actieplan dat de cultuur in de regio werkelijk naar een hoger plan kan tillen. Het regioprofiel geeft hiervoor een veelbeloven-de aanzet met mooie analyses, maar ontbeert een vervolgstap waarin de data worden vertaald naar nieuwe kansen. Voor een gezamenlijk actieplan is allereerst belangrijk om een inventarisatie te maken van het culturele aanbod in de regio op basis van kwaliteit. Waar zitten precies de parels in de metropoolregio die een groter publiek verdienen?

Waar zijn we nu werkelijk naar op zoek bij een regionalisering van be-leid en waar willen we uitkomen? De uitdaging is om het culturele profiel van de deelgebieden te versterken en het onderscheidende karakter van culturele instellingen te behouden en daaroverheen een web te spannen van uitwisseling van kennis, ervaring, collectie en contacten. Vervolgens

is het belangrijk om een goed beeld te krijgen van het publiek: waar zit-ten de (beoogde) bezoekers van cultuur? En hoe maken we het culturele aanbod bereikbaar voor deze bezoekers? Het gaat daarbij enerzijds om bezoekers uit de regio die naar de stad Amsterdam willen (denk ook aan schoolklassen die musea bezoeken of groepen jongeren die een concert willen bijwonen en ’s avonds weer naar huis moeten kunnen). Anderzijds gaat het om spreiding van bezoekers: als we cultuur in de directe omge-ving van de stad aantrekkelijk en bereikbaar maken, kunnen we de bezoe-kersstroom deels verleggen én de cultuur in de metropoolregio een impuls geven. De belangstelling voor regionaal aanbod neemt toe en met beter openbaar vervoer kunnen bezoekers uit de regio meer gebruikmaken van het Amsterdamse aanbod en vice versa. Om te weten hoe groot de regio-nale mobiliteitsbehoefte is, zou er een regionaal ‘stroomschema’ moeten komen op basis van bezoekersinformatie van de culturele instellingen. De data kunnen nuttige informatie opleveren voor het vervoersplan voor de Metropoolregio Amsterdam.

LobbyRegiovorming biedt de kans om als regio op te trekken in de lobby richting

Een regionale aanpak biedt immers de kans om een gezamenlijke visie te ontwikkelen.

108 VERKENNING 2019

Page 109: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

sectoren buiten de cultuur. Daarbij valt naast de vervoersector te denken aan OCW, de provincies, VNO-NCW of Sociale Zaken. Om de lobby te versterken, moet de cultuursector aansluiting zoeken bij bestaande infra-structuur, zowel op gemeentelijk als op regionaal gebied. Op terreinen als vervoer, ruimte, economie en toerisme zijn duidelijke raakvlakken. Ze wor-den benoemd in Meer dan de delen. Een volgende stap is de constructieve bijdrage van de kunst- en cultuursector aan andere domeinen te schetsen en die bijdrage per domein te becijferen. In het sociale domein zitten de kansen bij publieksparticipatie en educatie. Cultuureducatie voor jonge-ren die opgroeien met een achterstand is een goed voorbeeld. Voor deze groep zijn er gemeentelijk, maar ook landelijk sociale middelen vrijge-maakt. Daarvan wordt nog relatief weinig gebruikgemaakt. De MRA biedt

de kans daarin gezamenlijk op te trekken. Een regionale lobby biedt goede mogelijkheden om andere gelden aan te spreken dan de beperkte budget-ten in de cultuursector. Als regio staat de MRA sterker in die lobby, dan de stad Amsterdam alleen.

Randvoorwaarden voor succesvol beleidHet regioprofiel beschrijft, als antwoord op de vraag van de minister van OCW, hoe de MRA tot een aanvullend cultuurbeleid kan komen. Maar het is nog onduidelijk hoe de landelijke structuur er straks uit komt te zien. Het ‘matchen’ van lokale met landelijke subsidies moet er niet toe leiden dat het Rijk onevenredig veel te zeggen krijgt over de lokale bestedingen. Datzelfde geldt voor de verhouding tussen stad en regio. Het is daarom belangrijk om goed af te spreken wie welke (financiële) verantwoordelijk-heden draagt. Het zou daarom niet slecht zijn om in het overleg met de mi-nister ook randvoorwaarden te noemen om een succesvol beleid mogelijk te maken. Te denken valt aan voorwaarden als tijd (om het bestaande aan-bod te inventariseren), minimumgaranties (om slechte arbeidsvoorwaar-den te voorkomen) en beleidsvrijheid (om te voorkomen dat instellingen zich geforceerd op regionalisering storten). Een andere nuttige aanvulling op het regioprofiel is om duidelijk te omschrijven wat de verwachtingen zijn ten aanzien van de inspanningen van de culturele instellingen. Als iedereen mee moet in de regionalisering, leidt dit tot een taakverzwaring voor instellingen, die nu vaak al grote moeite hebben om zich te verhou-den tot de stad, het land én een internationaal publiek. Het moet niet zo

De verwachtingen ten aanzien van de culturele instellingen moeten omschreven worden

109 VERKENNING 2019

Page 110: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

zijn, dat elke culturele instelling in Amsterdam zich op regionale initiatie-ven gaat storten. Het zou mooi zijn als de regionalisering ontlastend zou werken door meer kennis over het bestaande aanbod te vergaren en te ontsluiten en zo de cultuursector op regionaal niveau te verbinden.

110 VERKENNING 2019

Page 111: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: De

Mee

rvaa

rt ©

Rei

n Ko

oym

an.c

om

HOOFDSTUK 19

Vernieuwende genres en verhalen

Om het grote creatieve potentieel in de stad optimaal te benutten, moeten vernieuwende genres de

ruimte krijgen: artistieke vormen die onvoldoende plek in het culturele

landschap hebben bemachtigd, maar een bijdrage kunnen leveren aan artistieke

vernieuwing. Dat is niet alleen nodig vanuit creatief perspectief, maar ook vanuit maatschappelijk oogpunt. In

de eenentwintigste eeuw ontleent de cultuursector zijn bestaansrecht aan zijn

inclusieve karakter.

111 VERKENNING 2019

Page 112: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Een veranderend speelveldHet culturele speelveld is minder eenduidig geworden. Er ontstaan steeds weer nieuwe artistieke kruisbestuivingen tussen genres. Publiek lijkt niet gehecht aan de bekende afgebakende grenzen van genres en makers ont-doen zich steeds vaker van de stereotypen die hen aankleven. Bovendien bewegen makers zich in toenemende mate op verschillende terreinen. Een grote groep – ook Amsterdamse – makers weet van onderop en niet zelden met behulp van de technologische mogelijkheden die dit tijdsgewricht biedt, los van de gebaande paden, een groter (online) publiek te berei-ken. Die autonome beweging of beweging van onderop kent een eigen dynamiek en heeft een inclusief karakter: stijlen en genres sluiten aan op internationale trends die doorspekt zijn met het erfgoed uit vele culturen. Muziek, mode, dance, films en vormgeving in Amsterdam worden steeds minder voor een lokaal publiek gemaakt. Andersom geldt dit ook: de po-pulariteit van zowel hiphop als rap hebben ertoe geleid dat deze kunst-vormen losgekomen zijn van de subculturen waarbinnen ze zijn ontstaan. Deze ontwikkelingen maken het voor onder meer rappers, zangers en dansers van Amsterdamse bodem ook mogelijk om (inter)nationaal succes te hebben.

Verbinding makenDat het speelveld verandert en dat genres minder eenduidig geworden zijn, maakt de noodzaak voor een inclusieve houding in de cultuursector alleen maar urgenter. Dit wordt ook door de gevestigde culturele instel-lingen gezien. Zo wordt er meer samengewerkt tussen grotere en kleinere culturele instellingen, waardoor mengvormen van disciplines en publieks-stromen ontstaan. Dansvormen uit ‘subculturen’ vinden hun weg naar het theater tijdens Summer Dance Forever, Holland Festival en Julidans. In 2016 was te zien hoe Nationale Opera & Ballet en ADE de handen in-eensloegen om operaproject Before Present uit te voeren in Noorderlicht: een productie geregisseerd door Sjaron Minailo met muziek van Anat Spiegel geremixt door producer Sjamsoedin.

De kunstraad juicht deze ontwikkelingen toe, maar constateert ook dat de verbinding tussen makers en instellingen op het vlak van inclusiviteit

De kunstraad ziet diversiteit als een verrijking van de Amsterdamse cultuursector.

112 VERKENNING 2019

Page 113: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

een impuls behoeft om een structureler karakter te krijgen. Sommige kunstenaars hebben ondanks de herleefde interesse voor diversiteit en inclusiviteit, moeite op het netvlies van de gevestigde orde te komen. Dit geldt niet alleen voor makers met een biculturele achtergrond, maar bijvoorbeeld ook voor een aanzienlijke groep afgestudeerde creatieve mbo’ers die ‘de taal van de instellingen’ onvoldoende spreekt om een voet tussen de deur te krijgen.

De aansluiting van het mbo met de cultuursector kan verbeteren. De kunstraad ziet bij verschillende instellingen initiatieven om meer afge-studeerde creatieve mbo’ers kansen te geven binnen de organisatie. De mogelijkheden hiertoe zijn volop aanwezig. Meer inzet van mbo’ers draagt ook bij aan publieksverbreding en diversiteit. sQuare is een broedplaats voor ondernemende creatieven en focust zich vooral op afgestudeerden van een mbo creatieve vakopleiding (niveau 4). Er is in het coalitieakkoord 3,5 miljoen euro per jaar uitgetrokken voor broedplaatsen. De kunstraad adviseert in het beleid ruimte te maken voor afgestudeerde studenten aan mbo-opleidingen.

Tegelijkertijd geven culturele instellingen in Amsterdam ook zelf aan, moeite te hebben om vernieuwende genres en talenten een podium te bieden. Dit geldt voor de hele breedte van de kunstsector. De kunstraad denkt dat de aansluiting tussen de gevestigde instellingen enerzijds en vernieuwende genres en nieuw talent anderzijds gevonden kan worden als de samenstelling van het personeelsbestand van instellingen meer divers wordt. Dat levert meer en andere perspectieven op, alsook andere kennis over het culturele veld en nieuwe netwerken.

VerhalenWaar gaat het nu om als we het over inclusiviteit in de cultuursector heb-ben? Sociologe Jacomijne Prins wijst erop dat het ‘niet alleen draait om een diverser personeelsbestand, het aantrekken van een diverser publiek of het organiseren van een avond Turkse of Arabische muziek’.85 Het gaat er volgens haar om ‘dat de verhalen, de onderwerpen, de perspectieven, de verhaallijnen veranderen’. Zoals Prins aangeeft moet er veel meer aan-dacht komen voor de ervaringen van (jonge) mensen met een biculturele achtergrond omdat zij hun ervaringen en hun identiteit niet (voldoende) gerepresenteerd zien in het huidige aanbod. Prins ziet overigens wel een toename van voorstellingen door nieuwe makers met een migratieachter-grond. Ze noemt Abdelkarim El-Fassi, Daria Bukvic en Tofik Dibi (namens Rose Stories) die voorstellingen maakten met nieuwe verhalen of nieuwe perspectieven. Uit onderzoek van Prins naar de beleving van jongeren met een biculturele achtergrond die deze voorstellingen bezochten, blijkt dat zij de voorstellingen van genoemde makers waarderen vanwege de

85. Een andere kijk op diversiteit in het cultuurbestel – Op zoek naar nieu-we verhalen. Jaco-mijne Prins, 06-08-2018. www.boekman.nl

113 VERKENNING 2019

Page 114: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

herkenning, maar ook vanwege de erkenning voor hun achtergrond, ervaringen en identiteit.86

Op een ander vlak, maar in dezelfde lijn, biedt de museale voorziening over het trans-Atlantische slavernijverleden van Nederland – waarvan de vorm en locatie nog onderwerp van onderzoek zijn – straks ook een platform voor onderbelichte verhalen en perspectieven. Deze bieden een waardevolle aanvulling op een geschiedenis die een gedeelde geschie-denis moet worden. Herkenning en erkenning aan de hand van andere verhalen en perspectieven is onmiskenbaar van belang in een stad die alleen maar diverser wordt. Diversiteit aan verhalen, perspectieven en kunstvormen moeten niet gereduceerd worden tot de identiteit van de maker. Kunst van makers met een migratieachtergrond wordt namelijk nogal eens simpelweg in het hokje geplaatst van identiteitskunst.87 Dat dit bepaald niet het geval hoeft te zijn, laat het werk van beeldend kunste-naar Raquel van Haver zien. Zij krijgt in 2018 erkenning met een soloten-toonstelling in het Stedelijk Museum. Van Haver laat in haar werk mensen zien die waar dan ook in de wereld in de marge leven, en verbinding met elkaar aan gaan. Ze verbeeldt dat op monumentale wijze, waardoor haar werk los komt te staan van tijd en plaats. Daardoor doet het Van Haver tekort om haar in het hokje te plaatsen van een kunstenaar met een migratieachtergrond.

TalentontwikkelingEr is bij makers en instellingen behoefte aan plekken in de stad waar ruimte is voor experiment en nieuwe verbindingen, waar tegelijkertijd verhalen verteld kunnen worden die verschillende vormen van identiteit en afkomst raken. De initiatieven Danswerf (dans) en MACA (film) zijn hier een voor-beeld van. Naar het oordeel van de kunstraad zijn er te weinig culturele plekken in de stad voor jongeren: maakplaatsen, expositieruimtes en podia die ook als kweekvijver kunnen dienen voor de grote podia in de stad. Dit soort stedelijke culturele trapveldjes geven jongeren de mogelijkheid hun talenten te ontdekken en hun creativiteit te ontwikkelen door plek te bie-den aan een grote diversiteit aan verhalen en kunstuitingen. De kunstraad vindt het nodig om meer ruimte voor experiment en meer ruimte voor jon-geren te ondersteunen, zowel vanwege het belang van talentontwikkeling als vanwege het stimuleren van een meer inclusieve cultuursector.

Nowhere en DEGASTENNowhere in de Indische Buurt is een van de weinige plekken in de

stad waar jongeren (vooral met een biculturele achtergrond) te-

rechtkunnen voor een breed aanbod van workshops, festivals en

86. Idem noot 85.

87. ‘Geen meis-je uit de Bijlmer’. Stephan Sanders, De Groene Amsterdammer, 21-11-2018.

114 VERKENNING 2019

Page 115: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

talentontwikkelingsprogramma’s. Nowhere is lokaal geworteld,

maar hee" ook uitstraling op stedelijk en landelijk niveau.

DEGASTEN is een jongerentheatergezelschap dat rauw, fysiek,

interdisciplinair montagetheater met jongeren tussen de 12 en

27 jaar maakt over actuele onderwerpen. DEGASTEN is een goed

voorbeeld van zowel inclusiviteit, talentontwikkeling, kunst-

educatie, cultuurparticipatie, wijkgericht, stadsbreed en lande-

lijk, maar hee" tot dusverre geen vaste plek in de stad kunnen

vinden.

115 VERKENNING 2019

Page 116: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: Iris

van

Her

pen

© T

eam

Pet

er S

tigte

r

HOOFDSTUK 20

De toekomst: kunst, technologie en wetenschap

Design bepaalt in toenemende mate ons leven. Websites, apps, werkplekken

en woonwijken worden ontworpen en zijn medebepalend voor ons

geluksgevoel en ons vertrouwen in de toekomst. Vanuit de kunsten worden steeds meer verbindingen gemaakt met maatschappelijke uitdagingen

rondom vergrijzing, klimaatverandering, energietransitie en onderwijs.

116 VERKENNING 2019

Page 117: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

‘Steden worden meer en meer complexe systemen, waarin sociale struc-turen, netwerktechnologie, infrastructuur en ecologie één systeem zijn waarin design een belangrijke rol lijkt te spelen. De wisselwerking tussen vertrouwen en waarheid verschuift, omdat we, door de nieuwe technolo-gieën die onze aanwezigheid structureren, elkaar op een nieuwe manier “meemaken”.’88 Caroline Nevejan

Amsterdam kan zich wat de kunstraad betreft profileren als een stad waar op het scherpst van de snede wordt gedacht over uitdagingen van de toe-komst; de stad waar kritisch denken over de 21e-eeuwse technologie wordt gestimuleerd, waarbij de rol van de kunsten nadrukkelijk aanwezig is.

Innovatieve hoofdstadDe samenwerking tussen wetenschappers en kunstenaars geeft Amsterdam een rijke voedingsbodem voor innovatie. Dankzij de integrale visie op sociale innovatie in het stedelijke leven won Amsterdam in 2016 de iCapital Award. Amsterdam beschikte volgens de Europese jury over het beste ‘innovatie-ecosysteem’, waarin burgers, publieke organisaties, uni-versiteiten en bedrijfsleven met elkaar samenwerken.

iCapital AwardDe inzending werd opgesteld door de gemeente in samenwer-

king met Kennisland, Waag, Pakhuis de Zwijger, het instituut

Amsterdam Metropolitan Solutions en Amsterdam Economic

Board. Met het prijzengeld van 950.000 euro werden nieuwe

maatschappelijke innovaties in gang gezet. Tijdens het festival

WeMake#e.City kon de stad kennismaken met een deel van die

projecten.

Een Amsterdamse mix van academici, hackers, designers, makers, activis-ten en kunstenaars stond aan de basis van bedrijven als XS4all.nl en ID&T, maar ook van maatschappelijk georiënteerde instellingen als Waag, STEIM, Mediamatic en vele andere, die tot het culturele domein behoren en subsi-die ontvangen van de overheid (lokaal, landelijk en/of Europees).

Het boeiende en tegelijk ongrijpbare karakter van dit domein is dat het heel veel omspant: audiovisuele instellingen als Eye, Submarine (Channel), FIBER, STEIM, Sonic Acts, LIMA, IDFA (DocLab), VPRO en Cinekid; ontwerpstudio’s als Studio Moniker, Studio Drift, Joris Laarman Lab, Iris van Herpen, presentatieplekken als het Stedelijk Museum, Waag, Mediamatic en Pakhuis de Zwijger; onderwijs- en onderzoeksinstituten als

88. Bij de aan-vaarding van haar leerstoel voor Designing Urban Experience licht-te Caroline Nevejan in november 2018 de essentie van haar onderzoeksterrein toe. Nevejan is als Chief Science Officer van de gemeente Am-sterdam een verbin-dingsofficier tussen de stad en de hier gevestigde universi-teiten en kennisin-stituten. Zij werkt nauw samen met Ger Baron, Chief Tech-nology Officer, die projecten uitrolt in het kader van Am-sterdam Smart City.

117 VERKENNING 2019

Page 118: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

ARIAS (Amsterdam Research Institute of the Arts and Sciences, samen-werking tussen de Amsterdam Hogeschool voor de Kunsten, de Gerrit Rietveld Academie, de Hogeschool van Amsterdam, de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit), Institute of Advanced Study (onder-deel van UvA), Innovation Center for Artificial Intelligence (onderdeel van UvA), Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions (AMS), het Sandberg Instituut, Kennisland, AMOLF; en bedrijven als IJsfontein, Metabolic, VRBase en Startup Village.

E-cultureE-culture (elektronische cultuur) verwijst naar de relatie tussen informa-tie- en communicatietechnologie (ICT) en digitale media enerzijds en de productie en consumptie van kunst en cultuur anderzijds.89 E-culture ont-wikkelt zich ook in wetenschappelijke richting. De oorspronkelijke drang

89. E-cultuur. Bouwstenen voor praktijk en beleid. Dirk de Wit en Deb-bie Esmans (red.), 2006.

Digitale cultuur in Amsterdam

01 Guerilla Games02 Tellart03 Making Electronic Thingies in Amsterdam (META)04 Amsterdam Dance Event05 Iris Nijenhuis06 Zesbaans07 Joris Laarman08 Indie Games09 Iris van Herpen10 Interactieve Producenten Nederland11 Studio Moniker12 Creative Coding Amsterdam13 Cinekid Medialab14 Geoffrey Lillemon15 WOW 16 Submarine17 Dinie Besems18 PIPS:lab19 Jochem van der Spek20 Arnout Hulskamp21 Marije Balmaan22 Robert Jan Leegte23 Browser Based24 Matthias Oostrik25 Esther Polak26 Driessens & Verstappen27 Donstant Dullaart28 Sandberg Instituut29 ArtechLAB30 Coralie Vogelaar31 IDFA DocLab32 Ruben Pater33 Hackers & Designers34 Technologia Incognita35 Pakhuis de Zwijger36 Open State Foundation

37 Dyne.org38 Institute of Network Cultures39 DATACTIVE40 Digital Methods Initiative41 ZB4542 OBA43 Open Coöp44 Stedelijk Museum45 post-internet-art46 net.art47 Zoro Feigl48 Sarah van Sonsbeeck49 Simon C. Niquille50 Bits of Freedom51 VPRO Medialab52 Makerversity53 The New Aesthetic

118 VERKENNING 2019

Page 119: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

om nieuwe technologieën te verkennen, richt zich ook op de creatieve mogelijkheden en uitdagingen van bio-, nano- en medische technologie, robotica, big data of algoritmen. In Cultuur in Beeld 2016 wordt de term e-culture daarom beschreven als ‘verzamelbegrip voor instellingen en projecten op het snijvlak van design, technologische innovatie en maat-schappij’. De letter ‘e’ in e-culture wordt door sommige instellingen in dit segment opgevat als een verwijzing naar emergent, om de veranderlijk-heid van het veld te duiden.

Nieuwe technologieën maken nieuwe vormen van expressie en on-derzoek mogelijk, zoals augmented reality (AR), virtual reality (VR) en di-gital storytelling. Dat biedt veel mogelijkheden en kansen. De Europese Commissie kwam in december 2014 met de studie ICT ART CONNECT90 over de rol van kunstenaars bij het gebruik van nieuwe technologieën. Kunstenaars hebben in Europa aan de wieg gestaan van de digitale ont-wikkelingen. Het Berlijnse initiatief ART+COM bedacht de techniek die later door Google in Google Earth commercieel geëxploiteerd is. De studie geeft duiding aan het complexe veld van architectuur, design en arts & technology. Uiteenlopende experts van architecten tot game-ontwerpers

gaan samen grootstedelijke vraagstukken te lijf waarbij de herformulering van de probleemstelling vaak belangrijker is dan het vinden van een con-crete en toepasbare oplossing. De nieuwste generatie professionals op het gebied van architectuur en stedenbouw wordt interdisciplinair opgeleid en bereidt zich voor op thema’s als de gezonde stad, energietransitie en herbestemming. Architectuurcentrum Amsterdam (Arcam), Pakhuis de Zwijger en De Balie besteden uitgebreid aandacht aan het debat en reflec-tie rond de groeiende stad. De zichtbaarheid van ontwerpende disciplines in Amsterdam laat nog te wensen over: het benutten van ontwerptalent bij stedelijke inrichting blijft achter. Er worden door vakgroepen wel experi-mentele labs georganiseerd over actuele vraagstukken, maar er zijn geen echte afnemers voor het potentieel aan architecten, ontwerpers en kunste-naars dat Amsterdam rijk is.

Plek voor innovatieVoor de visualisatie van het abstracte is creativiteit nodig. Kunstenaars denken niet ‘out of the box’, kunstenaars breken om te beginnen de box af, om vrij over het probleem te kunnen denken. Een kunstzinnige

90. ICT ART CONNECT. Activities Linking ICT and Art: Past Experience - Future Activities. Luis Miguel Girão, Pieter Jan Valgaeren en Eva Van Pas-sel. 2015. Europese Commissie, Directo-raat-Generaal Com-municatienetwerken, inhoud en technolo-gie.

De aansluiting van het mbo met de culturele sector kan verbeteren

119 VERKENNING 2019

Page 120: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

benadering is noodzakelijk om de technologische ontwikkelingen te vi-sualiseren, te duiden en terug te leiden naar de mensen die van die data afhankelijk zijn geworden. Amsterdam heeft baat bij een ontmoetingsplek, waar op een onbegrensde manier over de vraagstukken van de toekomst kan worden nagedacht en gesproken, en wat tegelijk een laboratorium is om de toekomst vorm te geven. De plek moet worden gekenmerkt door openheid: open structuren, open platformen, inclusiviteit en open defini-ties. Internationaal zijn vergelijkbare centra te vinden. De bekendste is Ars Electronica Center in Linz, Oostenrijk.91

Planet BWaag is met een initiatief gekomen om een soortgelijke ontmoetingsplek in Amsterdam op te richten voor co-creatie binnen kunst, wetenschap en technologie. Het gaat Planet B heten, en heeft als uitgangspunt de ver-beeldingskracht van een hypothetische nieuwe planeet waar we ‘opnieuw’ zouden kunnen beginnen als mensheid. Waag wil dit jaar beginnen met het opzetten van een Artificial Intelligence Lab op Amsterdam Science Park. Een logische plek aangezien Science Park een van de grootste onderwijs- en onderzoekscentra van Europa is met onderzoeksinstituten van wereld-klasse. Voor Science Park kan Planet B van toegevoegde waarde zijn. De uitdaging is om een constructie te vinden waarin architectuur, design en arts & technology een experimentele vrijruimte kunnen delen met we-tenschappers en andere innovatieve denkers en doeners in Amsterdam. Amsterdam herbergt momenteel een rijk palet aan verwante instellingen en initiatieven die aansluiting zouden kunnen vinden bij deze plek.

91. Andere noe-menswaardige centra die aandacht beste-den aan het snij-vlak tussen kunst, technologie en wetenschap zijn bij-voorbeeld: Société des Arts Technolo-giques (SAT) – Que-bec, Canada; ART+COM studios – Berlijn, Duitsland; Le Cent-quatre – Parijs, Frankrijk; Museum of Transitory Art (MoTA) – Ljubljana, Slovenië; Stereolux – Nantes, Frankrijk.

120 VERKENNING 2019

Page 121: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

VERKENNING 2019

EEN NIEUWKUNSTENPLAN

Foto

: Ju

lidan

s La

Hor

de T

o da

Bon

e ©

Lau

rent

Phi

lippe

Page 122: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

HOOFDSTUK 21

Kunstenplan 2021-2024

Voor het Kunstenplan 2013-2016 werden alle aanvragen ingediend bij de

gemeente en ter beoordeling voorgelegd aan de Amsterdamse Kunstraad. De

stelselwijziging die in 2015 is ingevoerd voor de periode 2017-2020 maakte

een ‘knip’ in het kunstenplan. Er kwam een Amsterdamse Basisinfrastructuur

(A-Bis), een deel dat geheel onder de verantwoordelijkheid van het

Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK) viel en een Cluster Cultuureducatie, direct onder de wethouder Kunst en

Cultuur.

122 VERKENNING 2019

Foto

: The

ski

n is

an

exte

nsio

n of

the

brai

n - M

argh

erita

Sol

dati

© M

edia

mat

ic

Page 123: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Een nieuwe constellatieDe splitsing van het kunstenplan ging gepaard met veel onrust en onzeker-heid binnen het veld. De kunstraad vindt het dan ook niet wenselijk om de tweedeling A-Bis en AFK nu weer ongedaan te maken. Het AFK heeft zijn taak met verve opgepakt en is qua omvang en activiteiten flink gegroeid. De kunstraad heeft een koerswijziging ondergaan. De agenda is verbreed naar stedelijke planning en lokale media.

Na het aantreden van een nieuwe voorzitter is de kunstraad meer agen-derend geworden in de beleidsadvisering. Met De stad is nooit af (2017), een advies over de rol van de kunsten in processen van stadsuitbreiding en vraagstukken als het toenemende toerisme, heeft de kunstraad de positie van kunst en cultuur in de ambtelijke hiërarchie versterkt. Dit heeft een aan-tal concrete verbeteringen voor de stad opgeleverd. Kunst en cultuur zijn nu beter dan voorheen verankerd in de investeringsagenda van de gemeen-te. In het eerste Strategisch Huisvestingsplan van de gemeente, is voor 218 miljoen euro aan investeringen opgenomen voor de periode 2020-2022. Een aantal aanbevelingen van de kunstraad is erin overgenomen. De aan-beveling van de AKr voor het aanstellen van een stadsbouwmeester staat in het coalitieakkoord Een nieuwe lente een nieuw geluid (2018).

Een nieuw kunstenplanDe kunstraad pleit voor een A-Bis door de gemeenteraad aangewezen, ont-schotting op het gebied van regelingen en artistieke domeinen (ook in aan-vraagformulieren), afschaffing van een vooraf gesteld subsidieplafond per discipline en een financiële herverdeling van het Cluster Cultuureducatie. De kunstraad vraagt daarnaast om aandacht voor de administratieve lasten en governance. De innovatieregeling kan wat de kunstraad betreft beter worden omgezet in een innovatiebudget.

Samenstelling A-BisDe omvang en de samenstelling van de nieuwe A-Bis zullen onderwerp van discussie zijn tijdens de debatten in de gemeenteraad over de Contourennota en tijdens de inspraak van het veld. Voor de kunstraad is het belangrijk dat de A-Bis de veelkleurigheid, de dynamiek en het kosmo-politische karakter van Amsterdam representeert. De A-Bis moet flexibel, dynamisch én institutioneel zijn. Als culturele infrastructuur moet de nieuwe A-Bis een fundament zijn waar initiatieven op aan kunnen haken. Daarom moet de nieuwe A-Bis de hele stad bestrijken. De huidige A-Bis bevat 21 instellingen, alle middelgroot of groot en met een langjarige staat van dienst. Zij hoeven niet alle terug te keren in de A-Bis. Het gaat om stra-tegische keuzes. De nieuwe A-Bis is als een web uitgespannen over de hele stad, waarin de belangrijkste beleidsdoelstellingen zijn geborgd:

123 VERKENNING 2019

Page 124: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

inclusiviteit, representatie, internationale excellentie, talentontwikkeling, educatie, experiment en innovatie, technologische kunst en community art.

1. Gemeenteraad verantwoordelijk voor A-BisDe kunstraad vindt het belangrijk dat de gemeenteraad – die de budgettai-re verantwoordelijkheid draagt voor de kunstenplansubsidies – nauw be-trokken is bij de Amsterdamse Basisinfrastructuur. Voor de samenstelling van de A-Bis in de periode 2021-2024 is het uitgangspunt dat het gemeen-tebestuur de A-Bis aanwijst op advies van de kunstraad.92

In 2015 is bepaald dat de gemeenteraad, die geen invloed kan uitoefe-nen op beschikkingen door het AFK, ook geen invloed heeft op de toewij-zing van middelen aan de A-Bis-instellingen. Die verdeling van 62 miljoen euro in de A-Bis is vastgesteld door het College van B en W op advies van de kunstraad. De kunstraad hecht aan betrokkenheid van de gemeente-raad bij het verstrekken van cultuursubsidies en adviseert de eindverant-woordelijkheid voor de subsidiegelden in de A-Bis weer terug te leggen bij de gemeenteraad, na advies van de kunstraad.

2. Ontscho!ingKunstenaars en instellingen laten zich in hun uitingen niet beperken door de grenzen van een discipline. Een multidisciplinaire aanpak vraagt om aanpassingen van het subsidie-instrumentarium dat nu doorgaans mono-disciplinair is ingericht. Het opdelen van het artistieke domein in discipli-nes waardoor makers gedwongen worden in één discipline aan te vragen, past niet meer bij deze tijd. De kunstraad adviseert de aanvraagformulieren op te stellen voor drie categorieën: podiumkunsten (inclusief letteren), mu-sea en visuele kunsten. In de laatste categorie vallen beeldende kunsten, nieuwe media, film, ontwikkelinstellingen en crossovers.

Regelingen (en daarmee de aanvraagformulieren) moeten ruimte bie-den aan instellingen die een multidisciplinaire aanvraag in willen dienen. Speciale aandacht is nodig voor artistieke projecten en instellingen die samenwerken met ondernemers of maatschappelijke organisaties. Ze vormen een aparte categorie die op maatschappelijke impact en innovatie-kracht beoordeeld moet worden, mits de artistieke kern gegarandeerd is.

Om de ambitie van gelijke behandeling binnen het kunstenplan waar te maken, adviseert de kunstraad om er bij het AFK op aan te dringen de beschikbare middelen pas over de disciplines te verdelen als de aanvra-gen zijn beoordeeld. In 2016 hanteerde het fonds historische budgetpla-fonds per discipline, wat de (scheve) verhouding tussen subsidie voor bijvoorbeeld muziek en voor beeldende kunsten, film en letteren in stand hield.

92. Zie bijlage Opdrachtverlening, p. 2.

124 VERKENNING 2019

Page 125: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

3. Additionele investeringenBuitenschoolse cultuureducatie, kunst in de wijken en de uitvoering van de Fair Practice Code vergen additionele structurele investeringen. In het kunstenplan moet ruimte gemaakt worden voor opkomende genres. De kunstraad vindt het geld voor deze ambities door een mutatie binnen het kunstenplan; de 8,4 miljoen euro die nu vanuit het kunstenplanbud-get naar het Cluster Cultuureducatie gaat, zou voor deze investeringen ingezet moeten worden. Het Cluster Cultuureducatie93 verzorgt kunst- en cultuuronderwijs op scholen. Dit is binnenschools onderwijs dat met cul-tuurgeld wordt betaald. De kunstraad adviseert deze dienstverlening aan scholen (waaronder het Basispakket Kunst- en Cultuureducatie en Mocca) te betalen uit onderwijsgelden, waarbij de kunstraad de aanvragen kan beoordelen.

4. Minder administratieve lasten De administratieve lastendruk voor instellingen moet naar beneden. Aanvraagformulieren moeten helder en overzichtelijk zijn en hanteerbaar voor de aanvrager. Een museum is anders dan een podiumkunstinstelling, een presenterende instelling is anders dan een producerende instelling en weer anders dan een instelling die allebei doet. Vanuit de filosofie dat Amsterdam nog steeds één kunstenplan heeft, moeten de drempelvereis-ten gelijk zijn voor aanvragers bij de gemeente en aanvragers bij het AFK.

5. GovernanceOnlangs verscheen een aangescherpte Governance Code Cultuur 2019. De kunstraad heeft in het advies Het museum als dynamisch geheugen (2018) over het Stedelijk Museum enkele aanbevelingen voor de gover-nance gedaan. Ook in het advies Een sterk huis voor de stad (2018) naar aanleiding van de voorgenomen fusie van de Stadsschouwburg met Toneelgroep Amsterdam heeft de kunstraad gewezen op sterktes en zwaktes in de governancestructuur. De kunstraad meent dat governance in het Amsterdamse kunstenveld een onderbelicht thema is en zal in de aanloop naar een nieuw kunstenplan met een apart advies komen over dit onderwerp.

93. In het Cluster Cultuur- educatie 2017-2020 zijn opgenomen: de instellingen die bij Mosa zijn aangeslo-ten – Muziekschool Amsterdam, Muziek-school Noord, Aslan Muziekcentrum, Het Leerorkest, Het Con-certgebouw – aange-vuld met Mocca en Voucherbeheer.

125 VERKENNING 2019

Page 126: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Foto

: TTh

e fo

unta

inhe

ad –

ITA

© Ja

n Ve

rsw

eyve

ld

Bijlage

126 VERKENNING 2019

Page 127: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve
Page 128: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve
Page 129: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Colofon

129 VERKENNING 2019

Foto

: KLI

K Am

ster

dam

Ani

mat

ion

Fest

ival

© A

lisa

Mos

hkun

ova

Page 130: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Verkenning 2019 verkenning.kunstraad.nl

Bestuur Felix Rottenberg (voorzitter)Paulette Smit (vicevoorzitter)Jurgen Bey (tot 26 november 2018)Jaap Huisman (tot 26 november 2018)Jolanda SpoelJaïr StrandersKatja Weitering

Commissie Beeldende Kunst, Fotografie, Nieuwe Media en ArchitectuurJurgen Bey (voorzitter tot 26 november 2018)Irene de Craen (per 4 juli 2018)Ella DerksenEls Drummen (tot 4 juli 2018)Patricia Kaersenhout (per 4 juli 2018)Daniela Petovic (per 4 juli 2018)Tijmen SchepNathalie Zonnenberg (tot 4 juli 2018) Commissie CultuurhuizenJolanda Spoel (voorzitter)Floortje Bakkeren (per 16 oktober 2018)Alinde Hoeksma (tot 31 mei 2018)Wim DijkstraKarlijn Leenders (tot 31 mei 2018)John Leerdam (per 20 september 2018)René van der Kolk (per 20 september 2018)Gijs Schunselaar (per 20 september 2018)

Commissie DansJolanda Spoel (voorzitter)Hildegard DraaijerPeter van der HoopBert Mennings (tot 4 juli 2018)Hans Schamlé (per 4 juli 2018)Leo Spreksel

130 VERKENNING 2019

Page 131: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Commissie Film en Media Katja Weitering (voorzitter)Colette Bothof (tot 4 juli 2018)Claire van Daal (per 26 november 2018)Iván Garcia-Romero (per 26 november 2018)Peggy GemertsKaisa KriekRoderik Lentz (tot 4 juli 2018)

Commissie Kunst- en CultuureducatiePaulette Smit (voorzitter)Mary BerkhoutMartin van Engel (per 4 juli 2018)René van der KolkHenk Visscher (tot 4 juli 2018)Maria Wüst

Commissie Le!eren en DebatJaïr Stranders (voorzitter)Menno Hartman (per 4 juli 2018)Chris Kooi (tot 4 juli 2018)Karlijn LeendersMarleen Rensen (tot 4 juli 2018)Gijs Schunselaar (per 4 juli 2018)

Commissie Musea, Erfgoed en MonumentenKatja Weitering (voorzitter)Dos Elshout (tot 4 juli 2018)Margot Gerené (tot 4 juli 2018)Agnes Grondman (tot 4 juli 2018)Timo Demollin (per 4 juli 2018)Anne de Haij (per 4 juli 2018)Simone Zeefuik

Commissie Muziek en MuziektheaterJaap Huisman (voorzitter tot 26 november 2018)Wim DijkstraJean-Pierre Gabriël (tot 4 juli 2018)Maarten GulickxLonneke RegterRita Zipora Verbrugge (per 4 juli 2018)

131 VERKENNING 2019

Page 132: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Commissie "eaterJaïr Stranders (voorzitter)Floortje Bakkeren (per 4 juli 2018)Alinde HoeksmaDjoere de Jong (per 4 juli 2018)Ilrish Kensenhuis Karin Veraart (tot 4 juli 2018)Nicole van Vessum (tot 4 juli 2018)

Ad-hoccommissie Regioprofiel MRAAnn DemeesterZippora EldersAngelique FinkersRené GeerlingsSuzanne Leclaire Hanna Timmers

Bureau Amsterdamse KunstraadGuikje Roethof (algemeen secretaris)Tessa Verheul (beleidsmedewerker)Barbara van de Water (beleidsmedewerker)Bianca Nieuwboer (medewerker)freelance medewerkers:Hilde van BeekMichiel van der PadtDiana Hoilu-FradiqueFrouwkje SmitJacqueline OskampJoost Zonneveld Oncko StuivelingKees Hudig

Vormgeving website Studio Airport, www.studioairport.nlVormgeving pdf Context is Everything, www.cie.studioTekst bureau AKrTekstcorrectie Mans KuipersFoto cover Iris van Herpen © Team Peter Stigter

132 VERKENNING 2019

Page 133: VERKENNING 20192019 belooft een boeiend jaar te worden voor kunst en cultuur in Amsterdam; de stad zindert van de initiatieven. Sommige (niet gesubsi-dieerde) artistieke en creatieve

Kloveniersburgwal 471011 JX AmsterdamTel: 020 - 62 64 [email protected]

verkenning.kunstraad.nl