Validatie broeigevoeligheid 2010

15
Validatie broeigevoeligheid Suzan Nicolasen, onderzoeker Diervoeding

description

Validatie van de broeigevoeligheids-index tijdens het seizoen 2009/2010. Onderdeel van Kuilkenner. Gepresenteerd tijdens Expertbijeenkomst Veehouderij, juli 2010

Transcript of Validatie broeigevoeligheid 2010

Page 1: Validatie broeigevoeligheid 2010

Validatie broeigevoeligheid

Suzan Nicolasen, onderzoeker Diervoeding

Page 2: Validatie broeigevoeligheid 2010

Inleiding

● Samenwerking ForFarmers

● 40 graskuilen (voornamelijk meikuilen) verdeeld over 4 broeiklasse onderzocht

● Gekeken naar:

● invloedsfactoren op het kengetal broeigevoeligheid

● gevolgen hiervan voor de bewaring

13

Page 3: Validatie broeigevoeligheid 2010

Doel

● broeigevoeligheid relateren aan het wel of niet optreden van broei

● invloed van een aantal bekende praktische factoren op broei

Page 4: Validatie broeigevoeligheid 2010

Materiaal & methode

● Meerdere temp. metingen op meerdere plaatsen in de kuil

● Temperatuurmeting op 0 uur en 48 uur

● Hoogste kuiltemperatuur was bij 0 uur 39,5°C en bij 48 uur 43,5°C

nr 1 temp. onder in de kuil nr 2 temp. zijkant van de kuil nr 3 plek van monstername nr 4 omgevingstemperatuur

Page 5: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

verschil T monster

0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 4 4 4 4 4 4 4

broeiklasse

tem

p v

ersc

hil

verschil T monster

verschil T monster 48

Page 6: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

● Invloedsfactoren op broeigevoeligheid

● DS

● Inkuilen

● Uitkuilen

Page 7: Validatie broeigevoeligheid 2010

Azijnzuur

0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

200 300 400 500 600 700

DS gehalte

Resultaten

Invloed DS op azijnzuur

Page 8: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

pH

0

1

2

3

4

5

6

7

200 300 400 500 600 700

DS gehalte

Invloed DS op pH

Page 9: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

Inkuilmethode

● Verschillende inkuilmethoden tonen verschillen in het verloop van het fermentatieproces

● Hakselen heeft de snelste en sterkste fermentatie (oppervlak en celinhoud sterk vergroot voor bac.)

Page 10: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

● Verschillende inkuilmethode tonen ook verschillen in voederwaarde

● Verschil te vinden in fermentatie producten (zuren, NH-3fractie, pH en suiker)

● VEM en RE waarden zijn gelijk voor alle methoden (hoofdzakelijk bepaald door het gewas)

Page 11: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

Invloed inkuilmethode op voederwaarde

Kuilen 40% DS

Waarde Hakselen OpraapwagenSuiker 70 80pH 4,5 4,7Azijnzuur 15 7Melkzuur 40 28

Page 12: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

● Verschil tussen haksel- en opraapkuilen

● Opraapkuilen gem. 6 gr hogere suikerverliezen

● Opraapkuilen gem. 6 °C warmer

Page 13: Validatie broeigevoeligheid 2010

Resultaten

● Effect verschillende uitkuilmethode:

● Uitkuilen met snijmechanisme minste temp. stijging

● Kuilhapper gem. 4°C grotere opwarming

● Het uitsnijden lijkt broei te beperken

Page 14: Validatie broeigevoeligheid 2010

Conclusie

● Broei wordt goed voorspeld door kengetal broeigevoeligheid

● Resultaten waren mogelijk duidelijker geweest als de proef in het najaar of voorjaar uitgevoerd was in plaats van in deze strenge winter

● Komende zomer zet BLGG AgroXpertus eenvoudig onderzoek op voor verdere validatie

Page 15: Validatie broeigevoeligheid 2010

Vragen?