Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft...

15
Tussentijd foto Ramon Philippo februari | maart 2020 Algemene Doopsgezinde Sociëteit 02 / 03 2020

Transcript of Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft...

Page 1: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

Tussentijdfoto Ramon Philippo februari | maart 2020 Algemene Doopsgezinde Sociëteit

02/032020

Page 2: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

De gemene deler van alle verhalen is het doopsgezinde basisprincipe dat er geen goede weg naar vrede is, maar dat vrede de weg is. Het materiaal is bedoeld om in de doopsgezinde gemeenten het gesprek op gang te brengen over hoe het doperse geloof in vrede vormgegeven kan worden. Achterin het boekje zijn daarom discussie-vragen opgenomen. <<

Wilt u het boek bestellen en/of delink naar de film ontvangen, neem dan contact op via: [email protected]. Zie ook: www.dgaalsmeer.nl.

14

2420

4

4 In de Tussentijd Salem Jabra over zijn vlucht uit Syrië

14 Met de handen in de schepping Yvonne Bos over braakliggende grond

20 Godot Over de kunst van het wachten

24 Grote Woorden Onderwijskundige en theoloog over leraarschap

en verder…

8 zwangerschapsverlof Drie moeders over wachten, zorgen en voorbereiden10 kruisdood Fulco van Hulst over zijn proefschrift12 media & cultuur16 het object Zandloper in Workum17 beeld

18 WereldWerk Tien jaar Kairos Palestina21 uitslag kerstpuzzel21 colofon22 bijbel Tijd in de bijbel26 tienerconferentie27 ingekomen28 column – Yko van der Goot Intussen…

‘Ik wacht.’ Waarop, vraag ik. ‘Op een koper. Maar ach, wachten kan ik.’ Hij trekt zijn muts net iets dieper over zijn hoofd. ‘Koud hè.’ Ik knik en glimlach. Er is niemand behalve wij. Daar is het te koud voor. Maar hij staat er. Zoals altijd. Wachtend op betere tijden.

Hij is er al heel lang. Hij komt uit een veilig land. Zegt men. Mensen die er over gaan hebben bepaald dat het daar veilig is. Hij moet terug. Maar hij kan niet terug. Voor hem is het daar levensgevaarlijk. Onder-tussen probeert hij er hier iets van te maken. Dat betekent vooral wachten. Eindeloos wachten op niks. Geduld hebben zonder dat je weet of waar je op wacht het waard is om op te wachten. Zonder de hoop te verliezen. Is er een moment dat wachten te lang duurt? Is er een moment waarop wachten niet meer gaat? Is er een uiterste houdbaarheidsdatum voor geduld? Hij kan niet terug. Voor hem is het niet veilig. Voor hem is er geen andere optie dan wachten en hopen.

‘Straks worden de bomen weer groen. Die knoppen in de lente zijn zo mooi. En daarna komen de bomen vol in het blad. Dat is prachtig, de zomer.’ Hij kijkt me hoopvol aan. En dan vallen de bladeren en daarna wordt het weer winter, denk ik. Ik zeg het niet hardop, want hij gelooft in de zomer. Hij gelooft al twintig jaar heilig in de zomer. Zelfs al is het bitter koud. Hij ziet mijn ernstige blik. ‘Het wordt echt weer zomer hoor, geloof me. Het is nooit zo winter, dat het niet weer zomer wordt.’

Ik betaal mijn krant en neem afscheid. ‘Op een prach-tige zomer’, zegt hij voor ik wegloop.

Kalle Brü[email protected]

inhoud

14

Op 18 oktober 2019 is de Stichting Doopsgezinde Gemeenschap Suriname officieel opgericht bij de notaris. Ook is de gemeenschap ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Bestuursvoorzitter Norma Konoe is in de kerkdienst van zondag 20 oktober bevestigd, gevolgd door een feestelijke viering. Een week later, in de dienst van 27 oktober, is Norina Heijns bevestigd als secretaris van het bestuur. Predikant ds. Jolan Gaaikema is penning-meester en daarnaast pleegmoeder van een groot aantal kinderen.

De diensten worden gehouden in het Mennocentrum, een gastvrij oord waar iedereen zich welkom voelt. Er worden veel activiteiten georganiseerd en het fungeert als een thuis voor veel kinderen. Er worden cursussen gegeven, zoals huiswerkbegeleiding, zangles, dansles, kookles, blokfluitles, naailes en nog veel meer. Ook zijn er boeken over de doopsgezinde geschiedenis. Wekelijks wordt gecollecteerd voor een studiefonds waaruit dit jaar de studie van twee jonge mensen wordt bekostigd.

De doelstellingen van de Stichting omvatten onder meer:> het stichten en in stand houden van een gemeen- schap van christenen;

> het stichten van één of meer doopsgezinde gemeente(s) in Suriname;> de behartiging van de geestelijke, materiële en sociale belangen van kwetsbare mensen en mensen in nood;> het uitdragen en bevorderen van vrede tussen mensen, kinderen en groepen;> het stimuleren van kinderen en volwassenen om de hun door God gegeven talenten te gebruiken en te ontwikkelen;> het aanleren van respect voor en tolerantie naar alle mensen toe, ongeacht hun uiterlijk, geaardheid of cultuur;> het inspireren tot geweldloos samenleven. <<

Mennogemeente te Onverwacht in Para | Kennedyweg 26T 352045 / 7599294 /7151535 | [email protected]://theoloog.wixsite.com/mennogemeenteFB: SurinaamseOnlineGemeente

Mennogemeente Suriname

Officieel

uitgelicht

vooraf

gewetenDe Vrede dienen

Is het geoorloofd om als doops-gezinde in militaire dienst te gaan?

Geweldloosheid is immers één van pijlers van het doperdom? Het verhaal van dienstweigeraar Cor Inja diende als uitgangspunt voor het boekje De Vrede dienen van de doopsgezinde gemeente Aalsmeer. Gedurende bijna twee jaar heeft de projectgroep Gewetensverhalen van die gemeente aan het boek gewerkt. Ook werd een korte film samen-gesteld: Wat zou jij doen?

Boek en film bevatten verhalen van doopsgezinde gewetensbezwaarden én van doopsgezinde mannen die er wel voor kozen dienst te doen, of op vredesmissie te gaan. Opgenomen zijn interviews, gespreksvragen en illustratiemateriaal uit het archief van de Aalsmeerse doopsgezinden.

Page 3: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

4 5

nmiddels is meer dan de helft van de Syrische bevolking op de vlucht, waarvan ruim 5,6 miljoen over de grens. Het zijn ‘getallen’, deze mensen die noodgedwongen afscheid hebben moeten nemen van huis en haard, een onzekere toekomst tegemoet, elk met een eigen verhaal. Zo ook Salem Jabra, een 36-jarige verzekeringsagent, die sinds oktober 2016 zijn (t)huis heeft in het Zuid-Hollandse Poortugaal.Salem is slechts één voorbeeld van de velen die zich bevinden tussen verleden en heden, oorlog en vrede, dictatuur en democratie; tussen een leven dat geweest is

en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’.

AfscheidSalem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde daar met mijn moeder en mijn twee oudere broers, Jacques en Elias. Mijn vader is al jong overleden. Als jongens van 12, 15 en 17 jaar namen wij met onze moeder zijn verzeke-ringsbedrijf over. Het leven was goed; heel hard werken en lange dagen, maar goed.’ Salem is Syrisch-orthodox christen, een minderheid in het overwegend islamitische

>>

I

tussentijd

tekst Sophia & Annelies Monsfoto’s CCO (p. 4 & p. 5 rechts) | Salem Jabra (p. 5 links) | MG (p. 5 uiterst rechts)In de tussentijd...

Syrië. Alhoewel staat en godsdienst gescheiden zijn, houdt het repressieve regime christenen en andere religieuze minderheden wel in de gaten.

De stad Aleppo wordt in 2012 doelwit van hevige gevech-ten. Het leven wordt moeilijk. ‘De eerste maanden vond ik heel spannend, ik was bang om het leger in te moeten. Tijdens de dienstplicht heb ik een training gehad om vanuit een tank vijanden te observeren en doelen uitte kiezen.’Waar hij voor vreest, wordt bewaarheid. In 2015 ontvangt hij een oproep om zich binnen veertien dagen te melden voor de militaire dienstplicht. ‘No way, dacht ik. Ik moet hier weg. Voor wie moet ik in het leger? Voor Bashar al-Asad…? Dat wil ik niet, hij is een dictator, slecht voor de mensen en tegen christenen. Ik wilde niet voor die dictator werken en tegen mijn eigen mensen vechten, of mijn dienst afkopen.’

De enige uitweg is vertrekken, als eerste van de familie. Hij kan met niemand praten en koopt bij een ‘reisbureau’ een busticket naar Libanon en een vliegticket naar Turkije. ‘Ik belde mijn moeder en mijn broers en ben zonder afscheid op 24 augustus 2015 weggegaan. Als dienst-weigeraar moest ik de buschauffeur extra geld geven om in Libanon te komen. Die dag wist ik: dit is de laatste keer dat ik dit land zie. Dag, ik zie jou niet meer. Dit afscheid van alles was heel moeilijk. Ik heb daar vrienden, familie, mijn huis, ik heb daar 32 jaar geleefd...’

WachtenVanuit Libanon met het vliegtuig in Turkije aangekomen, belandt hij uiteindelijk met zo’n veertig man in een klein bootje richting Griekenland. ‘Ik kan zwemmen, maar ik zat naast een klein meisje van drie jaar... hoe spannend moet het zijn?’ In Athene vindt Salem binnen een paar dagen een smokkelaar om naar Nederland te reizen.

Voor veel geld kan hij mee in een vrachtwagen. Opeen-gepakt met zo’n veertig personen, jong en oud, zittend in een donker ruim met alleen ‘s nachts een sanitaire stop, wordt hij in drie dagen naar Nederland getransporteerd. Eenmaal over de grens in Nederland wordt hij losgelaten in een klein dorp en belandt hij bij de politie. Na een treinreis zonder kaartje en twee boetes, komt hij op 6 of7 september aan in Ter Apel.

In het AZC in Ter Apel verblijft hij een paar dagen, daarna drie maanden in Zwolle en vervolgens weer een maand in Ter Apel. Daar krijgt hij de vluchtelingenstatus. Dan verblijft hij nog twee maanden in Wassenaar en acht maanden in het AZC in Zeewolde, in afwachting van woonruimte. ‘Het AZC betekende alleen eten, slapen, denken en wachten. Dat was heel moeilijk. Ik zag mensen op straat en wilde praten, maar ik wist niet wat ik moest zeggen. Elise en Ad hielpen mij in het AZC in Zeewolde en ik mocht mee naar de protestantse kerk, want ik ben christen.’

Nieuwe mensenSalem krijgt uiteindelijk woonruimte in Poortugaal. Elise en Ad brengen hem daar op 15 oktober naartoe. ‘Ik was heel blij. Mijn twee vrienden uit het AZC in Zeewolde, Muawaffaq en Yousef, die nu in Urk wonen, kwamen mee naar mijn nieuwe huis om laminaat te leggen, muren te verven en een televisie te kopen. Die eerste week alleen in mijn huis was heel moeilijk.’ Tussen oktober en januari heeft hij vooral veel contact met de dominee, die hem in contact brengt met mensen uit de kerk. ‘Ik leerde Erik en Bert kennen. Erik hielp mij met boodschappen en nieuwe spullen kopen, Bert hielp mij met de Nederlandse taal. En op een zondag heb ik ook jullie leren kennen! Nou ja, eigenlijk Sophia. Zij sprak Arabisch tegen mij en ik dacht: huh, een vrouw uit Nederland die mijn taal spreekt? En toen kwam ik steeds vaker bij jullie.’

‘ Met zo’n veertig man in een klein bootje richting Griekenland’

In 2015 kwamen grote aantallen vluchtelingen naar Europa, mede als gevolg van de voortdurende chaos en burgeroorlog in Syrië.

Page 4: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

Kom nu zelf voordelig en volledig tot rust bij Mennorode

Boek het 3=2 arrangement· 3 overnachtingen voor de prijs van 2 · dagelijks uitgebreid ontbijtbuffet· keuze uit beschikbare kamers*; premium-, comfort-, standaard- of familiekamer

U kunt dit arrangement telefonisch reserveren via 0577 498 111, of extra voordelig met 5% korting via www.mennorode.nl.

MENNORODEApeldoornseweg 185 8075 RJ ElspeetTelefoon 0577 498111 www.mennorode.nl

Prikkel uw zintuigen bij Mennorode

4 sterren & volledig gemoderniseerd

*Dit arrangement is op basis van een standaard tweepersoonskamer. Tegen bijbetaling kunt u ook kiezen voor een luxer kamertype.

Geniet ook in 2020 van Mennorode, een plek vol historie en ontmoetingen. Laat u inspireren door de groene omgeving en de gastvrijheid.

Nadat u 's morgens wordt gewekt door de vogels geniet u van een uitgebreid ontbijt en bij terugkomst laadt u de accu op in onze gezellige bar of het sfeervolle terras. Een-maal opgefrist in uw comfortabele kamer, welke van alle gemakken is voorzien, ver-welkomt de chef u in het restaurant voor heerlijke gerechten veelal bereid met lokale ingrediënten.

Kortom een verblijf bij Mennorode staat garant voor herkenning in een nieuw jasje.

6

Vanaf januari 2017 gaat Salem naar school en haalt in anderhalf jaar tijd zijn inburgeringscertificaat. Daarnaast doet hij anderhalf jaar (vrijwilligers)werk in een paprika-kas. ‘Ik dacht: een beetje helpen en van de bank afkomen, maar ik dacht ook: ik wil niet tussen de paprika’s zijn, ik wil tussen de mensen zijn.’ In januari 2019 mag Salem deelnemen aan een BBL-traject (Beroeps-Begeleidende Leerweg) tot gastheer in de zorg, maar men vindt zijn Nederlands niet goed genoeg. Dan gaat hij vrijwilligers-werk doen in de brasserie van een verzorgingshuis. Vanaf november 2019 mag hij deelnemen aan een BBL-traject tot facilitair medewerker, maar de gemeente laat voor-alsnog op zich wachten...

Moeilijk systeemSalem zit tussen twee werelden in. Zijn familie en vrien-den zijn ver weg – sinds 2016 wonen zijn moeder en een broer in Australië, de andere broer in Amerika. De Nederlandse taal is moeilijk en hij heeft geen werk.‘In Syrië had ik een baan, ik was eigen baas. Hier moet ik ander werk zoeken. In Syrië ga je naar iemand toe en zeg je: ik wil werken, en de volgende dag mag je beginnen. Hier is het systeem anders, moeilijk. Gelukkig ken ik veel mensen. Ik heb een denkhoofd en ben naar de kerk gegaan om nieuwe mensen te ontmoeten met wie ik bevriend kan zijn. Met Anton ga ik koffiedrinken, grapjes maken, leuke dingen doen. Als ik alleen ben kijk ik voetbal, heel veel voetbal. Of ik leer voor mijn rijbewijs,

of ik ga naar Syrische vrienden in Rotterdam. Ik heb stress in mijn hart, maar in mijn hoofd weet ik: deze maand is moeilijk, maar volgende maand is beter. Annelies helpt mij om stappen te zetten, werk te zoeken. Zij vecht voor mij en kan boos zijn op de gemeente. Maar in de toekomst is zij oud en zullen haar kinderen ver weg wonen. Dan ga ik haar helpen.’

Salem is heel geduldig en optimistisch, zo blijkt. ‘Ik wil in de toekomst mijn eigen poen verdienen. Ik wil een vast contract, een mooie auto, een goede vrouw zoeken en misschien kinderen. Natuurlijk wil ik mijn familie in Australië bezoeken, maar ik wil graag hier blijven. Ik hou van Nederland; het is een goed land en heeft mij met alles geholpen. Hier is vrijheid, democratie, mag ik zeggen wat ik denk. Ik ben Nederland dankbaar. Okay,ik moet lang wachten, er zijn veel regeltjes, hokjes, een papierwinkel en een moeilijk systeem, maar ik ben blij dat ik hier mag zijn. Ik wist toen ik hier naartoe kwam al dat de eerste jaren moeilijk zouden zijn. Ik ben hier als een klein kind dat alles opnieuw moet leren. Maar ik weet dat het goed komt. In de toekomst kan ik alles wat ik wil. Ik ben Salem, ik ben anders.’ Geen vinger is hetzelfde, zegt hij in het Arabisch: >> …يشالا سفن عباصأ يف ام

‘Ik ben hier als een klein kind dat alles opnieuw moet leren’

‘Ik weet dat het goed komt’

7

tussentijd

DopersduinWees welkom

Oorsprongweg 31871 HA Schoorltel. 072 509 12 74dopersduin.nl

P A A S D A G EN

10 APRIL T/M 13 apr

ilI

V.A. €141,- P.P.

De conferentie van Noordwest-Duitse doopsgezinde gemeenten zoekt een opvolger voor haar

pastor m/v/nb

Deze pastor is verantwoordelijk voor de ondersteuning van de gemeenten Emden, Gronau, Leer-Oldenburg en Norden.

Standplaats is de gemeente Emden. Voor een appartement kan worden gezorgd. Zowel individuen als stellen kunnen solliciteren.

Een profiel met vereisten en een eerste indruk van de gemeenten en het takenpakket kunt u vinden op: www.mennoniten-nordwest.de en www.mennoniten-norden.de, alsook op Facebook onder mennoniten-nordwest.

Verwacht worden een afgeronde universitaire graad theologie en een goede beheersing van het Duits.

Solliciteren kan tot 1 april 2020 per brief of e-mail, naar:Konferenz der Nordwestdeutschen Mennonitengemeindenz. H. Ursula Boll | Wigboldstraße 3 | 29506 Norden | Deutschland 0049 4931 12137 (vanuit Nederland) | 04931 12137 (vanuit Duitsland)[email protected]

Salem en Sophia in De Kuip in Rotterdam bij een wedstrijd van Feyenoord

Page 5: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

De één kijkt ernaar uit, de ander werkt het liefst zo lang mogelijk door, weer een ander heeft helemaal geen verlof vanwege een (te) vroege bevalling.

Laat ik beginnen met de eerste vraag: keken jullie uit naar je zwangerschapsverlof? Fieneke: ‘Benjamin is ons derde kind en mijn verlof begon midden in de zomervakantie. Ik werk in het onder-wijs, dus ik had al vakantie zodat mijn verlof heel lang duurde. In die warme zomer keek ik wel een beetje uit naar het moment dat de school en de groepen van mijn twee meiden weer zouden beginnen. Bij mijn tweede kind was dat overigens heel anders. Toen was ik heel moe en heb ik hele lijsten gemaakt van boeken die ik wilde lezen en films die ik wilde zien.’

Laura: ‘Ik keek wel uit naar het verlof. Omdat mijn eerste kind te vroeg is geboren had ik toen helemaal geen verlof en hoefde ik helemaal niet te wachten. Destijds was ik in één klap moeder! Bij de tweede hoopte ik daarom des te meer op de verlof-periode, en die was me gelukkig gegund.’

Dieuwertje: ‘Ja, al was het dit keer wel anders dan bij de andere twee. Ik ging er al vanuit dat ik eerder zou moeten stoppen met werken: bij Veerle moest ik vanwege bekken-klachten met 32 weken stoppen. Dit keer lag ik helaas met 26 weken al in het ziekenhuis met bloedverlies. Gelukkig bleek er niets met mij en de baby aan de hand, maar werken mocht niet meer. Dus nu zat ik met 26 weken al thuis. Toen met 34 weken mijn officiële zwangerschapsverlof begon was ik om twee redenen heel blij: ons kindje zat nog steeds in mijn buik én ik was eindelijk met ‘gewoon’ verlof!’

Hoe heb je de verlofperiode ervaren? Dieuwertje: ‘Als je al vanaf 26 weken thuis bent duurt je verlof wel heel lang, zeker als je weinig mag doen. Het deels aan anderen overlaten van de zorg voor mijn kinderen en het huishouden vond ik erg lastig. Deze

zwangerschap bracht dus veel zorgen met zich mee, maar ondanks de spanning heb ik er wel van kunnen genieten. Ik geniet met name van de momenten die we als gezin samen hebben. De gewone dingen zijn nu zo waardevol: samen in het grote bed voorlezen, een blokje omlopen, gewoon zelf kunnen koken.’

Fieneke: ‘Wat me het meest is bijgebleven is de rust en stilte die ik opeens had. In de uren dat iedereen weg was en ik niets hoefde en wilde, merkte ik hoe druk ik altijd ben met van alles. Die momenten midden

op de dag, terwijl naar mijn gevoel verder iedereen bezig was met de dagelijkse gang van zaken en ik alleenmaar op de bank lag en mijn kind in mijn buik voelde. Dat dat dan het enige van belang was vond ik wel heel bijzonder. Het wachten vond ik eerst niet erg, maar toen de uitgerekende datum voorbij was sloeg mijn gevoel om: ik werd heel ongeduldig, en heb me suf gegoogeld naar methoden om de bevalling te laten beginnen.Ik was zo nieuwsgierig naar dat jongetje in mijn buik!’

Laura: ‘Het wachten duurde voor mij helemaal niet lang, zeker als je ratio-neel kijkt naar hoe lang ik verlof had voordat mijn tweede kind werd geboren. Maar stiekem dacht ik al

vanaf week 33 dat ik elk moment kon bevallen. Dus dan betekent bevallen na 38 weken toch nog heel lang wachten! Genieten deed ik vooral op de dagen dat de oudste naar de opvang was: dan kon ik lekker mijn nesteldrang de vrije loop geven, kleertjes wassen en het wiegje op-maken. Tijdens mijn verlof keek ik ook wel uit naar het moment dat ik niet meer zwanger zou zijn: dan heb je al die kwaaltjes niet meer, en kun je je weer normaal omdraaien in bed! Maar tegelijkertijd dacht ik ook: dan komen die zware nachten weer, en het als een zombie naar je werk gaan.’

Maakte je je ook nog ergens zorgen over? Laura: ‘Nee, wel een beetje over weer te vroeg bevallen, maar hoe meer de weken vorderden hoe minder die angst werd.’

Fieneke: ‘Echt angstig ben ik niet geweest, ik had veel vertrouwen in mijn eigen lijf en voelde me fysiekfit en sterk. Wel maakte ik mij zorgen over hoe onze tweede dochter zou reageren op een baby. Zij heeft een verstandelijke handicap en kan nogal hardhandig zijn. Nu Benjamin er is, blijkt ze een baby helemaal niet zo interessant te vinden als wij dachten. Bovendien ligt hij in zijn box en bedje heel veilig.’

Dieuwertje: ‘Angstig was ik niet, maar ik maakte me wel zorgen. Ik zag het meest op tegen de bevalling.’

Is de verlofperiode echt een (nood-zakelijke) overgangsperiode van zwanger zijn naar (weer) moeder worden? Of hoort het ‘gewoon’ bij zwanger zijn? Dieuwertje: ‘Bij de eerste zwanger-schap zag ik het verlof meer als een overgangsperiode. Een periode van voorbereidingen, zowel praktisch als mentaal. Nu hoort het er gewoon bij, maar het blijft zeker nodig.’

Laura: ‘Het verlof was inderdaad de tijd om dingen voor te bereiden, ook mentaal, op nog een baby’tje erbij. Het is fijn om dan lekker even te kunnen cocoonen. Het is in die zin wel een tussentijd tussen zwanger zijn en de start van iets nieuws.’

Fieneke: ‘Voor mij was het echt wel een aparte periode. Die laatste wekendat ik aan het werk was voelden al anders. Ik had mijn aandacht niet bij mijn werk en dat leek haast iedereen van me te verwachten. Het grote voordeel van het verlof als tussenperi-ode is dat het je de tijd geeft voor bezinning en mentale voorbereiding op die overweldigende en bizarre periode waar je in terechtkomt als je net een kind hebt gekregen.’ <<

Zoveel vrouwen, zoveel ervaringen met de periode tussen het ‘normale’ leven en het leven met een pasgebo-ren baby. Deze tussentijd is een tijd van wachten, van voorbereiden, van rusten, of juist van nog heel veel klusjes afmaken. Het kan een tijd zijn om het lichaam de noodzakelijke rust te geven, of de geest de kalmte om zich voor te bereiden op het leven dat zo zal veranderen. Anderzijds worden ook veel vrouwen onrustig van het wachten en nietsdoen: juist doordat wachten gaan ze piekeren over de bevalling en of zij de veranderingen in de dagelijkse routine wel aan-kunnen.

Het afgelopen jaar zijn in doops-gezind Nederland verschillende baby’s geboren, of staan op het punt geboren te worden. Fieneke, Dieuwertje en Laura vertellen hoe zij hun verlof hebben ervaren, hoe zij zijn omgegaan met die tussentijd en wat hun verwachtingen ervan waren.

98

Het ‘normale’ leventekst Jantine Huisman – foto’s privé

Laura: ‘Destijds was ik in één klap moeder!’

Fieneke: ‘Ik was zo nieuwsgierig naar dat jongetje in mijn buik!’

Dieuwertje: ‘Als je al vanaf 26 weken thuis bent duurt je verlof wel heel lang’

zwangerschaps-verlof

Dieuwertje van der Wijk-DirkseFieneke Tempelaar-BakkerLaura Hoogcarspel

Page 6: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

roept ons op te kiezen: te kiezen voor het verhaal vande man van Nazareth, van de man die Gods bedoeling belichaamde. Het roept ons op te vertrouwen op Gods Geest, op God die ons wil steunen en wil toerusten om het goede te kiezen: een leven in verbondenheid en naastenliefde, een leven dat zich afkeert van geweld en dat zich met liefde en mededogen keert naar de ander.

NepnieuwsDe bewering dat Jezus aan het kruis gestorven is als straf voor onze zonden, kunnen we dus in wezen afdoen als nepnieuws. Maar als we het daarbij laten, als we geen enkel geloof hechten aan het verhaal van zijn verkon-diging, van zijn bereidheid om trouw te blijven aan die boodschap zelfs als de dood daarop zou volgen, als wij ons er niet voor open willen stellen om bevrijd te worden uit de greep van de kwade machten – dan is het allemaal voor niets geweest. Dan hebben de kwade machten alsnog gewonnen en is Jezus voor niets gestorven. En dat kan niet de bedoeling zijn. Het verhaal van Jezus bevrijdt, mits we er geloof aan willen hechten. Dat het op dramatische wijze kan aflopen doet daar niets aan af. Het verhaal houdt niet op met de kruisiging. Maar de kruisiging hoort er wel bij.

Achteraf bezien had mijn promotieonderzoek een zeker ‘tussentijds’ karakter. Ik verruilde de gemeente voor een positie als wetenschappelijk medewerker aan het semina-rium, omdat dat beter te combineren leek met mijn promotieonderzoek. Momenteel combineer ik een baan als docent aan het seminarium met opnieuw een aan-stelling als predikant in een gemeente. Ook het onder-zoek zelf gebeurde in de ‘tussentijd’, te midden van alle werkzaamheden. Tussentijd is dus niet zomaar tijd, tussentijd kan bijzonder vruchtbare tijd zijn. Ik ben blij dat die tijd mij gegund werd. <<

Fulco van Hulst promoveerde op 11 september 2019 aan de Faculteit Religie en Theologie van de Vrije Universiteit. Zijn proefschrift is getiteld: Vrede hebben met het kruis van Christus. Onderzoek naar een soteriologie vanuit dopers perspectief. (Soteriologie is de leer over de redding van de mens). Op 2 november jl. lichtte Van Hulst zijn onderzoek toe in het radioprogramma dr Kelder en Co.

e interpretatie van de kruisdood van Jezus vanuit dopers perspectief zou daarvan het eerste hoofdstuk zijn. Maar er was een probleempje. Want hoe kón men denken dat zoiets wreeds en gewelddadigs als de kruisiging van Jezus Gods bedoeling zou zijn? Dat God zich op die manier met de mens zou verzoenen? Dat beeld staat immers haaks op het beeld dat God geweld in alle vormen afwijst, zoals wij in doopsgezinde kringen in de regel veronderstellen. Tussentijds veranderde ik mijn plan dan ook en uiteindelijk is het bij dat ene hoofdstuk gebleven - alleen werd het een heel boek. Ik was zo gegrepen door de thematiek van de kruisdood dat ik daar mijn onderzoek geheel aan wilde wijden.

De fascinatie voor het onderwerp heeft een lange geschie-denis, die ik hier niet volledig uit de doeken kan doen. Kortgezegd komt het erop neer dat ik mij altijd had

afgevraagd waar die gedachte überhaupt op gebaseerd was: dat Jezus aan het kruis zou zijn gestorven voor onze zonden. Ik kan met verbazing terugdenken aan de collega die over de film The Passion of the Christ (met een enorm wrede kruisigings-scène) zei, dat daarin zo mooi verbeeld werd hoezeer ‘de Christus’ voor ons had geleden. Telkens wanneer ik dit soort uitspraken tegenkwam, verwonderde ik mij en vroeg ik mij af wat ik gemist had. Reden genoeg om de klassieke kruis-theologie uit te diepen en er een goed dopers alternatief voor te formuleren.

Radicale boodschapLaat ik eerst uitleggen wat ik in mijn proefschrift niet behandeld heb, omdat dat anders een tweede proefschrift zou zijn geworden: de leer van de erfzonde. Datgene wat ten grondslag ligt aan het idee dat Jezus moest ‘sterven voor onze zonden’, is de gedachte dat door de misstap van de eerste mens de relatie tussen God en mens verstoord zou zijn geraakt – en wel op een dusdanige manier, dat die alleen door de dood van Jezus weer kon worden hersteld. Eigenlijk is dat een bijzonder eigenaardige

gedachte, omdat deze zondeval behalve in het Genesis-verhaal verder in het Oude Testament geen rol speelt. De erfzondeleer is dan ook een latere christelijke uit-vinding die we kunnen toeschrijven aan Augustinus (354-430 n.Chr.). Het weerleggen van de klassieke erf-zondeleer zou dus een mogelijke strategie zijn geweest voor mijn onderzoek, maar ik koos een andere weg. In plaats van de gedachte dat Jezus zou zijn gestorven voor onze zonden uitvoerig te weerleggen, wilde ik in-gaan op wat we vanuit een (vrijzinnig) dopers perspectief mogelijk wél nog kunnen met het kruisdoodverhaal.

Voor mijn benadering vond ik een startpunt in het boek The Nonviolent Atonement van de Amerikaanse doperse theoloog J. Denny Weaver. Weaver analyseert en bekriti-seert daarin het klassieke verzoeningsdenken, waarin Jezus’ dood als genoegdoening of als straf voor de zonden van de mensheid wordt uitgelegd. In mijn onderzoek heb ik voortgebouwd op de stellingname van Weaver, dat we de dood van Jezus niet los kunnen zien van zijn leven en onderrichtingen, en van zijn opstanding. Jezus kwam met een radicale boodschap van omkeer en verandering. Zijn verkondiging van het naderende Godsrijk kunnen we uitleggen als een sociaal-politieke agenda, die door de machthebbers van zijn tijd als een gevaar werd gezien. Jezus moest dood, omdat hij een bedreiging vormde voor de heersende machten.

OpstandingWe kunnen dat vertalen in klassieke termen van goed en kwaad: Jezus neemt het op tegen de kwade machten. Die kwade machten ervaren Jezus’ optreden als een bedreiging en ruimen hem uit de weg. Echter, Jezus was niet zomaar een mens. Jezus was de mens die op de meest ultieme wijze Gods bedoeling met de mens belichaamde. En daarom heeft God Jezus uit de dood opgewekt: om te laten zien dat het Godsrijk sterker is dan de machten van het kwaad; om zichtbaar te maken dat Jezus Gods Koninkrijk voorleefde.

Nu is die opstanding voor veel doopsgezinden een stap te ver. Het vervelende is alleen dat zonder opstanding het verhaal ophoudt. Dan winnen de kwade machten alsnog. Het is juist de opstanding die zichtbaar maakt dat Jezus tóch aan het langste eind trekt. De vraag is dus: durven wij te leven ‘in het geloof in de opstanding’? Durven wij te leven in het geloof dat inderdaad Gods boodschap van liefde, van verzoening, van omkijken naar de ander, van afwijzing van alle geweld, overwint?

Als we het verhaal van Jezus lezen, dan lezen we een verhaal van alle tijden, van de strijd tussen goed en kwaad. Alleen doet dit verhaal ook een appèl op ons, het

1110

Eigenlijk zou ik proberen een theologische blauw-druk te schrijven voor de vredesgemeente. Dat was mijn onderzoeksplan.

‘ De erfzondeleer is een latere christelijke uitvinding’

proefschrift

proefschriftFulco van Hulst

tekst Fulco van Hulstfoto Jan-Willem Stenvers

Dekruis-dood

D

Page 7: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

De meeste mensen deugen (let wel: de meeste!) is een vlot, meeslepend geschreven relaas dat de lezer met een hernieuwd frisse blik doet kijken naar menselijk gedrag. Zonder de complexe problemen in de wereldte bagatelliseren mogen de door Bregman geciteerde woorden van Anne Frank aangehaald worden: ‘Het is een wonder dat ik mijn idealen niet heb verlaten, ze lijken zo absurd en onpraktisch. Toch klamp ik me eraan vast omdat ik nog steeds geloof, ondanks alles, dat mensen echt goed zijn in hun hart.’ Jehannes Regnerus

De meeste mensen deugen. Een nieuwe geschiedenis van de mens, Rutger Bregman, uitgegeven door De Correspondent, € 25,–

tanteDonker verleden

Rome, augustus 2010. In een oud appartementengebouw zonder lift loopt Ilaria na een zware dag de trap op naar haar woning op de zesde verdieping. Bovenaan de trap wacht haar een verrassing: een jongen met zwarte huid en lange benen die haar een paspoort toont. ‘Ik ben Shimeta Ietmgeta Attiloprofeti’, zegt hij, ‘en jij bent mijn tante.’ Eerst denkt Ilaria dat de jongeman een grap maakt. Ze kent maar één Attilo Profeti: haar vader. Shimeta zegt dat hij de klein-zoon is van Attilo, die in Ethiopië tijdens de fascistische bezetting samenleefde met een inheemse vrouw. Deze bijna honderdjarige Attilo Profeti vormt de rode draad in de aangrijpende en actuele romanDe lange weg naar Rome. Dochter Ilaria gaat op zoek naar het verleden van haar vader. Hoeveel geheimen

derde zondag van de Heidelbergse Catechismus – ‘Zijn wij alzo verdorven, dat wij ganselijk onbekwaam zijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad?’ – met een ‘ja’ beantwoorden.De mens is een beest, zeiden de koningen. Een zondaar, een egoïst, zeiden de priesters. Al eeuwen is de westerse cultuur doordrongen van het geloof in de verdorvenheid van de mens. Voor de gemoedsstemming is het verstandig om als tegengif Rutger Bregman’s De meeste mensen deugen. Een nieuwe geschiedenis van de mens te lezen. De ondertitel is juist gekozen, Bregman beschrijft nieuwe inzichten uit de psychologie, economie, biologie en archeologie. Hij heeft dus de wetenschap aan zijn zijde. Ook aan zijn zijde heeft hij recente gebeurtenissen, zoals wat er gebeur-de op 11 september 2001 bij de ineen-storting van de Twin Towers. Er was geen hysterie, geen geduw en getrek. Duizenden mensen liepen geduldig de trappen af, ook al wisten ze dat hun leven gevaar liep. Brandweer-lieden en gewonden kregen voorrang. ‘Nee, nee, jij eerst’, hoorde één van de slachtoffers.

boeken

lichtvoetigBijbel

Hoe kun je in de setting van een verpleeghuis op een inspirerende manier met de bijbel uit de voeten? Daarover gaat het nieuwste boek van Paula Irik, dat ze samen met Sylvia van Rijn schreef. Paula was jarenlang geestelijk verzorger in diverse ver-pleeghuizen. Daar was ze als een vis in het water, zo blijkt wel uit de diverse boeken die zij over haar werk schreef. In dit nieuwste boek neemt ze de lezer mee op een reis door de bijbel, op een begrijpelijke en warme manier én met veel respect voor de betekenis van de teksten. De schrijvers hebben gekozen voor een gang door het kerkelijk jaar, met bijbehorende thema’s en teksten. Maar dat doen ze op een zeer ver-rassende en originele manier, steeds verteld vanuit het gezichtspunt van één betrokkene, mens of dier. In de keuze van dat persoonlijke uitgangspunt en de vertelling die steeds in de ‘ik-vorm wordt weer-gegeven, hebben de schrijvers op

website | app

biddenDigitaal

Bidden onderweg. Elke dag een meditatief moment. Aan de hand van een bijbeltekst kun je elke dag luisteren naar een soort minidienstjes van tien tot vijftien minuten. Met muziek, lezing en een korte over-denking. Daarna krijg je vragen over de overdenking waarop je kunt reflecteren. Het is een goede manier om concreet met de bijbel bezig te zijn, maar voor mij zijn de mini-diensten vooral heel meditatief. Ik luister ernaar voor het slapengaan. Even een moment van contemplatie en rust. De thematiek is redelijk algemeen en heel toegankelijk. Je zult in het begin misschien moeten wennen aan de sacrale muziek en de zalvende stem, maar dan is het ook een goede en eenvoudige manier om even stil te staan bij de dingen die ertoe doen.De app voor uw mobiel is te down-loaden via biddenonderweg.org.Charlie Philippo

www.biddenonderweg.org | app

heeft hij? Was hij erbij toen Musso-lini’s troepen in 1935 Abessinië (Ethiopië) binnenvielen? De oor-spronkelijke titel van het boek, Sangue giusto, betekent ‘juist bloed’: een verwijzing naar theorieën waarop het racisme zich begin twintigste eeuw baseerde. De rijk geschakeerde roman met diverse hoofdpersonen en wisselende perspectieven biedt een goed beeld van Italië vanaf de Eerste Wereld-oorlog. De Italiaanse samenleving met haar onuitroeibare corruptieen vriendjespolitiek, wortelend in kolonialisme en fascisme, wordt levendig getoond. Ook wordt het verhaal van Europa zichtbaar, met al zijn tegenstrijdigheden die voort-komen uit een donker koloniaal verleden. Wat hebben wij Europeanen te maken met ‘gelukzoekers’ als Shimeta? Meer dan wij denken!André Maris

De lange weg naar Rome, Francesca Melandri (oorspr. titel Sangue giusto, vert. Etta Maris), uitgeverij Cossee, € 25,99

een speelse manier belangrijke exe-getische inzichten verweven. Dat is een kunst op zich! Een kunst die de betrokkenheid en het begrip van de luisteraar vergroot. En dat is belangrijk, niet alleen voor mensen die lijden aan dementie of hun aandacht maar kort kunnen vast-houden. Mijn indruk is dat deze verhalende manier van communi-ceren voor meer groepen geschikt is, en ook kinderen die prachtig zullen vinden. De uitgave is een soort handboek voor jeugdwerkers waaruit zij naar hartenlust kunnen putten,én een inspiratiebron voor dominees die met een andere, frisse, blik naar de bijbelse verhalen willen kijken. De schrijvers hebben bewust gekozen voor een sociaal-humanitaire uitleg van de teksten, waarbij volop aan-dacht is voor diegenen die het in het leven niet getroffen hebben. ‘God voorkomt het vuur niet, maar gaat wel met mensen door het vuur’ (p.275), zo zeggen zij ter afsluiting van een stukje over Daniël. De thema’s zijn steeds voorzien van liedsugges-ties en ideeën voor visuele verwer-king. Het boek is een aanrader!Machteld van Woerden

Samen rijmt op amen, Bijbelverhalen met een knipoog, Paula Irik en Sylvia van Rijn, uitgeverij Elikser, € 27,50

deugenNieuwe inzichten

‘Duizenden families verjaagd voor project van Nederlandse bedrijven.’ ‘Vooral vrouwen zijn de dupe van toenemende ongelijkheid.’ ‘Rohingya nog altijd ‘extreem kwetsbaar’.’Deze willekeurig uit kranten van de afgelopen tijd geplukte koppen, doen me bijna vraag acht bij de

De zonnetjes bij de besproken items geven de waardering van de recensent weer. Die kan uiteenlopen van één zonnetje (niet best), tot vijf zonnetjes (uitstekend).

media & cultuur In de rubriek media & cultuur verschijnen besprekingen van boeken, muziek, films, tentoonstellingen en andere culturele uitingen.

1312

Page 8: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

tekst & foto Franka Riesmeijer

Net na de kerstdrukte schuif ik aan bij Yvonne Bos.

Ons gesprek gaat niet over die drukte, maar

over de stilte die erna komt.

Met de handen in de schepping

Yvonne, luthers predikant, biolo-gisch tuinder en marktkoopvrouw, noemt februari de allerstilste maand. De maand voordat het zaaien en oogsten weer beginnen, voordat de voorbereidingen voor Pasen starten. In feite is ze vanaf de Kerst al bezig met het voorjaar, zegt ze, want het nieuwe jaar moet gepland worden, zaden uitgekozen en besteld. In februari staat alleen nog de winter-prei op het land; die groeit gewoon door. Maar verder is er niet veel te doen. Februari is de maand van laten rusten, waarna in maart de eerste groenten geoogst worden en de eerste velden gecultiveerd. Yvonne is zestig en woont samen met haar partner Jaap in het prachtige Zuidoostbeemster. Ze gaat voor in Alkmaar en staat op de markt in Amsterdam en Den Haag. We lopen door de velden langs appel-, peren- en pruimenbomen, bessen- en bramenstruiken, boerenkool, Bloemendaalse slobberkool en hertshoorn.

Voordat we gaan praten over de relatieve rust van februari vraag ik: Hoe was jouw Kerst? Waar heb je over gepreekt? ‘Het was mooi. Ik heb op kerstavond

14 15

gepreekt over ‘Waarom zou je Kerst missen?’ Enerzijds bleek uit mijn preek dat je de kersttijd heel makke-lijk kunt missen, die is zó uit ons systeem. Anderzijds kun je Kerst ook vieren door je, al is het maar een kort moment, te bezinnen.’

Maar is Kerst wel zo uit ons systeem? Je kunt er toch amper omheen, met al die muziek en commercie? ‘Het is de vraag of dat écht Kerst is. Misschien willen mensen daarom wel zonder, vanwege alle drukte, georga-niseer en gedoe. Op kerstochtend hadden we een hele andere ingang. Toen ging het over het licht, over het licht van de schepping. Oftewel Kerst in het kader van het eerste vers van Genesis: ‘…en er was licht’. Als je het kerstverhaal in het kader van de schepping plaatst, zie je veel duidelij-ker dat Jezus’ geboorte iets van de schepping in zich meedraagt.’

Je bent predikant en tuinder; voel je je voor beide taken even sterk geroepen? ‘Ja! Omdat ik steeds meer ben gaan denken dat de vraag waar je bent de belangrijkste vraag is voor je ‘zijn’, je leven. Natuurlijk vragen mensen vaak

‘wie ben je’ en ‘wat doe je’, maar ik denk dat de vraag ‘waar ben je’ de hoofdvraag is.’

Ben je dan iemand anders in de kerk dan wanneer je op het veld staat? ‘Het zijn andere locaties. Maar alsik op het land ben, probeer ik dat te bewerken, te eren, te laten zien dat dat op een andere manier kan dan hoe de grote boeren met hun grote trekkers het doen. In de kerk probeer ik iets van het geloof te verkondigen. Dan leg ik er eigenlijk op een andere manier getuigenis van af dat de schepping ertoe doet en het waard is verzorgd te worden.’

Je zegt dat je het veld anders bewerkt dan de grote boeren. Is je geloof misschien ook tegendraads? ‘Anders, zou ik zeggen. Überhaupt vind ik het belangrijk om andere manieren te laten zien. Vaak is het alsof er maar één manier is: groot-schalig en efficiënt. En dat gaat dan niet alleen om de landbouw, maar om bijna alles wat we doen. Ik denk dat veel op een andere manier kan, bijvoorbeeld deze kleinschalige manier van werken.’

Februari is zo’n beetje de stilte voor de storm. Daarom gaan Yvonne en Jaap in die maand op vakantie. Na de vakantie wacht het werk.

Hoe ervaar je die tijd?‘De veertigdagentijd is in aantocht en dat vind ik altijd een aparte periode.’

Waarom? ‘De zondagen zorgen altijd wel voor een gevoel van ritme, maar deze periode is echt afgebakend en bepaalt je heel erg bij het leven en de dood, bij de kruisiging en de opstanding.’

Ook het land vraagt meer aandacht in deze tijd. Hoe pakken jullie dat aan?‘We hebben een biologisch bedrijf, dus we werken altijd vanuit het besef dat alles met elkaar samenhangt. We probeert balans te houden. Daar-om is het land ingedeeld in dertien verschillende velden. Mocht het mis-gaan op een veld, dan gaat het niet per se ook mis op een ander veld. Om ieder veld heen staan hagen en bomen, voor vogels, beestjes en slakken. Zo zorgen we voor voldoen-de ruimte. We streven naar een zo groot mogelijke diversiteit.’

Hoe lang doe je dit al?‘Jaap is hier in 1980 begonnen; daar-voor was hij al een paar jaar ergens ander bezig. Het duurde even voordat ik hier kwam wonen, want ik studeer-de nog in Amsterdam.’

Je woont hier écht in de stilte, maar je hebt dus in Amsterdam gestu-deerd. Mis je de stad?‘Ik hield erg van de stad. Maar we staan ’s zaterdags op de Noorder-markt in Amsterdam, dus we zijn er regelmatig. En op woensdag sta ik op een biologische markt in Den Haag, zowat onder de vergaderzaal van de Tweede Kamer. We hopen dat onze

boodschap van biologisch boeren daar wordt opgepakt! Omdat we op twee mooie markten staan krijgen we genoeg van de stadsdrukte mee. En ik werk natuurlijk in Alkmaar in de kerk. Jaap heeft bewust gekozen voor een plek dichtbij de stad vanwege de verbinding met de afzetmarkt. Dat is inderdaad heel leuk: je leert klanten kennen van wie je nu kleinkinderen ziet, en ook restauranthouders die inmiddels naar Zuidoostbeemster

komen. Dankzij de marktkraam leren de klanten de seizoenen beter ken-nen. Zo weten ze welke groenten nu op het veld staan en wat er nu te eten is. Bovendien zijn de dingen die we telen gewoon lekker. Daar komen ze natuurlijk voor. Doordat ik deze twee werkzaamheden heb, ben ik de bijbel steeds meer gaan zien als een liturgisch boek met lof- en klaagzangen over de schep-ping.’ <<

braakliggend terrein

‘ We werken altijd vanuit het besef dat alles met elkaar samenhangt’

Y

Page 9: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

1416

In de kerkzaal van de vermaning in Workum hangt een oude zandloper, op een ongebruikelijke plek.

Tijdmeting

et object bevindt zich achterin de kerk, boven een deurkozijn waarin het jaartal 1694 is gesneden: het bouwjaar van de kerk. Het is de vraag of de predikant, of een lid van de kerkenraad, het glas met zand daar kon zien.

Zandlopers in kerken waren gewone gebruiksvoorwerpen om de tijd te meten. In de kunst kwam de zand-loper vooral voor als symbool van vergankelijkheid. In Workum versterkt de combinatie met het jaartal 1694 het besef van de voortgaande tijd,de verstreken tijd tussen toen en nu. Hoelang deze zandloper daadwerke-lijk gebruikt is als tijdmeter, is niet bekend.

Aan de boven- en de onderkant van de zandloper is ijzerdraad bevestigd, zodat die ook omgekeerd opgehan-gen kan worden aan de wand of aan het plafond. Dat dat vaker voorkomt blijkt wel uit de bekende prent (ca. 1830) van het interieur van het Menno Simonskerkje te Witmarsum. Ook daar hing een zandloper aan het plafond. Dit in tegenstelling tot de

publieke gereformeerde kerk in de zeventiende en achttiende eeuw: daar staan de zandlopers juist op de preekstoel. Die kon dus alleen omgekeerd worden door de predikant zelf.

AfbakenenZandlopers in kerken dienden om de lengte van de preek af te bakenen. Als de preek begon werd de zand-loper omgedraaid, en als hij leeg was moest de preek afgelopen zijn. Vandaag de dag functioneren zand-lopers in kerken vooral om de lachlust van bezoekers op te wekken. Bij rond-leidingen in kerken wordt steevast de nadruk gelegd op de veel te lange en saaie preek die binnen de perkengehouden moest worden. Daarbij

wordt geheel voorbijgegaan aan de inhoud van de prediking…

Waarschijnlijk hadden de meeste doopsgezinde kerken vroeger een zandloper, maar voor zover is na te gaan zijn die alleen bewaard gebleven in de oude vermaningen van Koog aan de Zaan en Westzaan. In de vermaning Het Nieuwe Huijs in

Zaandam was tot voor kort alleen nog de hoge standaard aanwezig. In genoemde drie kerken zijn de zandloperhouders bevestigd op de kerkenraadsbank. Ook de doops-gezinde kerk van Akkrum heeft een zandloper, maar dan als windvaan op het dak. Die zal, naast het hebben van praktisch nut als windwijzer, vooral symbool zijn geweest van vergankelijkheid.

Met de vernieuwing in de negen-tiende eeuw van vele kerkgebouwen, en de komst van klokken, zijn de zandlopers buiten gebruik geraakt en grotendeels verdwenen. Toch werd in 2018 in Zaandam in vermaning Het Nieuwe Huijs een nieuwe zand-loper aangeschaft, waarmee de traditie wordt voortgezet en de oude verhalen weer verteld kunnen worden. <<

Marco Blokhuis is als erfgoedspecialist voor het protestantisme verbonden aan Museum Catharijneconvent.Gemeenten kunnen advies inwinnen over de inventarisatie van hun roerend erfgoed bij de Kunstcommissie van de ads, [email protected].

Heeft uw gemeente ook bijzonder erfgoed? Geef het door aan de Kunst-commissie van de ads, [email protected]. Wellicht kan deze rubriek er aandacht aan besteden.

het object

H

zandloper | Workum

Symbool van vergankelijkheid

17

beeld

tekst Marco Blokhuis – foto Museum Catharijne Convent

foto Ramon Philippo

Op 7 december 2019 vond de drukbezochte Menno Simons-lezing plaats in Leeuwarden met als spreker journalist, schrijver en socioloog Joris Luyendijk.Luyendijk leeft momenteel tussen onderzoek en een nieuw boek – een tijd van wachten en niet alles kunnen delen, maar wel willen vertellen over wat je doet.

Page 10: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

zou kunnen worden, maar ook vragen oproept over hoe wij als broeders en zusters in Christus met elkaar omgaan. Voelen kerkelijk leiders, aan wie het Kairos Palestina-document is aangeboden, zich soms op een of andere wijze in verlegenheid gebracht door het schrijven? Harami meende overigens dat de stilte ook kan betekenen dat men zich nog bezint en dat een reactie alsnog kan volgen. Zo hebben zowel de Mennonite Church of Canada als de Mennonite Church usa na zorgvuldige ledenraadpleging uiteindelijk in 2016 en 2017 een resolutie geschreven bij het Kairos-document, waarna ze het hebben ondersteund.

Kairos-Sabeel conferentieTer gelegenheid van de tiende verjaardag van het Kairos-document vond in december 2019 in Bethlehem een internationale bijeenkomst plaats. Deelnemers vanuit

Nederland waren onder anderen Jan den Hertog en Jan van der Kolk, bestuursleden van de werkgroep Kairos-Sabeel Nederland. Zij bezochten de Tent of Nations, een educatieve boerderij van de Palestijns-christelijke familie Nassar. Deze familie stelt zich onder voortdurende dreiging van landonteigening al 28 jaar op geweldloze en zeer creatieve manier op, onder het motto wij weigeren vijanden te zijn.

Bethlehem, gereduceerd tot tien procent van haar oor-spronkelijke grondgebied en omringd door 28 illegale nederzettingen, is een stad waar vrijwel elk perspectief ontbreekt. Ze is opgesloten achter een muur van acht meter hoog met twee uitgangen, waarvan de ene – naar Jeruzalem – slechts voor weinigen opengaat. Ook de andere kan elk moment worden afgesloten. Van de twaalf kinderen van veertien jaar oud die de Nederlanders ontmoetten, waren er maar drie ooit buiten de muur rond Bethlehem geweest. Omdat vrijwel al het land is geconfis-queerd zijn er geen groenzones, geen sportvelden, geen tuinen, geen speelterreinen. Steeds meer van hun land verdreven mensen zien zich gedwongen in de al overvolle steden te gaan wonen. Daarom verbaast het niemand dat veel jongeren hopen op een toekomst buiten Palestina. De ‘pelgrims’ uit vele landen van de wereld, die in groten getale naar Bethlehem komen, doen dat vrijwel altijd zonder enig contact met lokale bevolking of kerken, ‘want ze doen niet aan politiek’.

Toch worden er geregeld tekenen van hoop opgericht. Zoals het Dar-Al-Kalima universiteitscollege waar 500 jonge vrouwen en mannen een opleiding volgen op het gebied van film, muziek, schilderkunst en traditionele cultuur. Zoals ook de Bethlehem Universiteit, een rooms-katholieke instelling: een oase van vreedzame rust voor de studenten van alle mogelijke achtergronden, van wie velen in voortdurende angst en onder dreiging leven.En onlangs dus de Kairos-conferentie met 350 deel-nemers uit de hele wereld en uit alle delen van Palestina: samen in hun uitdrukking van hoop voor een toekomst voor de Palestijnen en voor de kerken in Palestina, hoe klein ze ook zijn. En ook voor al die anderen, op vele plaatsen in de wereld, die door Kairos Palestina geïnspi-reerd worden. <<

D e oproep was en is bedoeld om de Palestijnen, die al tientallen jaren lijden onder apartheid, geweld, onderdrukking en deportatie, bij te staan en samen met hen te werken aan gelijkwaardigheid en een rechtvaardige vrede met de Israëli’s. Op 22 december 2009 volgde de presentatie in de Domkerk in Utrecht; ook de ads was hierbij vertegenwoordigd. Hoewel het document nadruk-kelijk oproept tot een brede steunbetuiging, kwam deze in Nederland tot dusverre alleen van de quakers.

Afgelopen jaar bracht Omar Harami – directeur van Sabeel Jeruzalem, het oecumenisch centrum voor Pales-tijnse bevrijdingstheologie – een bezoek aan Nederland. Bij die gelegenheid stelde hij dat het uitblijven van een antwoord van de kerken niet alleen als onbeleefd gezien

18 19

tekst Henk Blom en Jan van der Kolk – foto Jan van der Kolk

acties, het bevorderen van duurzame ontwikkeling en het versterken van vredesinitiatieven. De Nederlandse Zendingsraad en WereldWerk, een fusie van de vroegere Vredesgroep, Bijzondere Noden en de Stuurgroep Duurzame Ontwikkeling, laten veel van hun buitenlandse projecten lopen via mcc. In de decennia na woii waren honderden doopsgezinde jongeren uit Nederland als trainee of project-vrijwilliger met mcc verbon-den. Daarom wil mcc-International het eeuwfeest ook in Nederland vieren. En wel op: zaterdag 18 april 2020 in Haarlem.

Iedereen die op enigerlei wijze betrokken is of was bij het werk van mcc mag zich voor deze dag uitge-nodigd weten: trainees, vrijwilligers, contactpersonen van Zending en WereldWerk uit de doopsgezinde

gemeenten, kerkenraden enz. Op het programma staan informatieve lezingen – ook kritische ten aanzien van de huidige fondswerving en projectkeuzes – en diverse workshops, uiteenlopend van kennisoverdracht over projecten tot creatieve activitei-ten als het maken van een grote muurschildering, het werken aan een quilt of comforter (lappendeken), en deelname aan een ad hoc koor.

Ook lezers van Doopsgezind NL die zich willen oriënteren op de vraag hoe hedendaags hulpwerk verant-woord gestalte kan krijgen, zijn wel-kom. Het mcc-eeuwfeest is geen nostalgisch terugblikken op het verle-den, maar veel meer een uitdagende dag om, vanuit praktisch geloof en betrokkenheid op de toekomst van volgende generaties, hernieuwde motivatie en handreikingen voor persoonlijke inzet te krijgen. Sybout van der Meer

Honderd jaar geleden klonk er een roep om hulp van doopsgezinden in Zuid-Rusland, het huidige Oekraïne. De revolutionaire omwenteling vanaf 1918 bracht ziekte en hongersnood met zich mee. Doopsgezinden in Europa, Canada en de Verenigde Staten sloegen de handen ineen. Gezamenlijk beloofden zij mensen die honger leden te helpen, om te beginnen in Zuid-Rusland. In Neder-land werd daartoe de Commissie voor Buitenlandsche Nooden opgericht,in Amerika en Canada bundelde een ‘centraal comité’ de inzamelings-acties. Dat comité kreeg gaandeweg de naam Mennonite Central Com-mittee (mcc). In die eerste jaren kregen duizenden mensen voedsel via mcc en verscheepte dat tractoren en zaaigoed voor de toekomst. Tegenwoordig is mcc actief in meer dan vijftig landen met (nood)hulp-

viering 100 jaar internationaal hulpwerk mccOp 29 november 2009 werd in Bethlehem het Kairos-document Uur van de Waarheid 1 gepresenteerd: een dringend beroep van Palestijnse christelijke kerkleiders op de wereldgemeenschap.

Tien jaar KairosPalestina

Zaterdag 18 aprilGrote Vermaning Frankestraat 24Haarlem

Vragen? Mail Gerrit Jan Romeijn: [email protected]

1 Complete (Neder-landse) tekst op: https://kairos-sabeel.nl/wp-content/uploads/2017/ 01/Kairosdocument.pdf.

uit slotverklaring conferentie2 Wij zijn een christelijke Palestijnse beweging, geboren uit het Kairos-document, dat pleit voor het beëindigen van de Israëlische bezetting en het bereiken van een rechtvaardige oplossing voor het conflict. (…) We verkondigen ons woord op basis van ons christelijk geloof en ons gevoel van Palestijnse verbondenheid – een woord van geloof, hoop en liefde. Wij verklaren dat de militaire bezetting van Palestijns land een zonde tegen God en de mensheid vormt. Elke theologie die de bezetting legitimeert en misdaden rechtvaardigt die tegen het Palestijnse volk zijn gepleegd, ligt verre van de christelijke leer. (...) Alles wat er in ons land gebeurt, iedereen die daar woont, alle pijn en hoop, alle onrecht en alle inspanningen om dit onrecht te stoppen, maken deel uit van het gebed van de Palestijnse kerk en de dienst van al haar instellingen.

2 Uitgebreide infor-matie op: https://www.kairospalestine.ps/index.php/resources/statements/kairos-palestine-10th-anniversary-conference-statement-call-to-the-church

Page 11: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

oplossing kerstpuzzelDoopsgezind NL winter 19 | 20, p. 13

Horizontaal1 Vredevorst 9 Ra 10 zes 11 thee 13 citer 15 been 16 wierook 18 stro 20 ho (Hohoho!) 21 sst 22 iep 24 Noel 27 das 29 dominee 31 Acta 32 bes 33 Ee 34 vertederd 38 Haifa 39 Eer 40 ia 41 denneboom 44 Redder 47 ar 48 schaap

Verticaal1 va 2 Eli 3 Eze 4 verwonderen 5 os 6 ster 7 theos 8 Re 9 roos 12 Enos 13 Christkind 14 tv 15 bezem 17 kt 19 oe 23 pij 25 oosten 26 lied 27 Dasher 28 AC 30 nee 32 bè 34 Vader 35 Erech 36 rio (Rio rio chio) 37 damp 42 Er 43 opa 45 el 46 Da

En de prijswinnaars zijn…

>> dhr. A. Brans Hij wint een bed & breakfastarrangement in Dopersduin

>> mw. N.C. Niermeijer en Niels van den End Zij winnen het boek Grote verwachtingen van Geert Mak

>> mw. M.M.L. Vellekoop Zij wint een boekenbon t.w.v. € 15,–

>> Jelle Krol en Baukje de Jong Zij winnen een bakworkshop Turkey Red Wheat in Witmarsum

Aangezien er geen foutloze inzendingen waren zijn de prijswinnaars geloot uit de inzenders met de minste fouten. Zij hebben bericht gekregen. Over de uitslag wordt niet gecorrespondeerd.

illustratie Feiko Wouda

die het duurt om een keuze te maken), de discussie over hoe laat het is, en alleen al het feit dat de hoofdpersonen een afspraak hebben met Godot.

Het zijn allemaal verwijzingen naar de tijd, waarbij duidelijk is dat het niet gaat over de tijd zelf, maar het feit dat zinloosheid staat of valt met de voortschrijdende tijd. Om de zoveel tijd komt dezelfde dialoog voor: ‘Kom, laten we gaan.’ ‘We kunnen niet.’ ‘Waarom niet?’ ‘We wachten op Godot.’ ‘Oh ja…’ Wachten, tot kunstvorm verheven, terwijl de tijd zelf totaal onbelangrijk lijkt en de daad-werkelijke lengte van gebeurtenissen niet te onder-scheiden is.

Het toneelstuk kwam uit in 1952, vlak na de Tweede Wereldoorlog. Van het stuk wordt altijd gezegd dat het een reactie is op die oorlog. Een reactie op de mens in verwarring, de mens die geen grip heeft op het leven, de mens die dat leven niet meer begrijpt. De mens is kwetsbaar zo vlak na een oorlog. Beckett heeft enig verband met de werkelijkheid overigens altijd ontkend. Maar voor mij heeft ‘Godot’ altijd een geruststellende boodschap gehad: je bent niet alleen in je verwarring,je bent niet alleen in je wachten en je poging grip te krijgen op je leven. Tegelijkertijd straalt het stuk in alles humor en lichtvoetigheid uit, en dat het leven niet altijd serieus genomen moet worden.

Wie of wat Godot is, is irrelevant. Wat je doet terwijlje op Godot wacht, in de tussentijd dus: dat is eenkeuze. <<

GodotZo’n vijftien jaar geleden hoorde ik op de radio een grap die ik niet begreep, maar me wel intrigeerde. Het bbc-radioprogramma Quote, Unquote ging destijds over de meest dodelijke zinnen uit de Westerse literatuur ooit. Ik wilde de grap begrijpen, ik wilde weten wie Godot was.

En Attendant Godot (Wachten op Godot) is een absur-distisch toneelstuk uit 1952 van de Iers/Franse toneel-schrijver Samuel Beckett. Het verhaal speelt zich af rond een fictieve boom waar twee mannen, Estragon en Wladimir, wachten op een zekere Godot. Hoelang ze wachten, wie of wat Godot is, blijft onduidelijk. Op de vraag wie of wat Godot was, antwoordde Beckett ooit: ‘If I knew, I would have said so in the play.’ (Als ik dat wist, had ik het in het stuk wel gezegd.) Eén van belangrijkste thema’s van Beckett is tijd. Meer precies de tijd tussen geboorte en dood. Zo laat Beckett de hoofdpersoon in een ander stuk zeggen: ‘…dat elke levende bij de geboorte al aan het sterven is’. Niet de zinloosheid van de invulling van het bestaan is het zwaartepunt van Wachten op Godot, maar de zinloosheid van het leven op zich. De tijd wordt in het stuk geredu-ceerd tot niets. ‘…Op een dag zijn we geboren, op een dag zullen we sterven, op dezelfde dag, op hetzelfde ogenblik...’. Er wordt een belangrijke rol toegedicht aan de tijd, terwijl het eigenlijk om de onbelangrijkheid ervan gaat. Het hele stuk door gaat het daarover: het wachten op Godot, de herhaling, het verwijzen naar gisteren, het vragen aan elkaar hoelang iets nog duurt, wanneer iets begint, de lengte van de dag (we laten even in het midden of de dag als dag gezien moet worden, of dat de dag ook een symbool kan zijn voor een leven, of voor de tijd

20

‘ Hello, I am Godot, what’s your name?’

wachten, tot kunstvorm verheven

tekst Kalle Brüsewitz – foto’s CCO

toneel

links: Uitvoering van regisseur Satnam Laddi in 2016 rechts: Opvoering tijdens Festival d’Avignon in 1978

colofonDoopsgezind NL is een uitgave van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ads) en verschijnt zes keer per jaar. Het blad wordt tegen een vrijwillige bijdrage toegezonden aan alle leden van doopsgezinde gemeenten. Vrienden en belangstellenden die het blad willen ontvangen, betalen € 40,– per jaar. U kunt zich opgeven via de contactgegevens in dit colofon.

U kunt uw bijdrage overmaken op iban nl19 abna 0243 4938 86 t.n.v. Algemene Doopsgezinde Sociëteit onder vermelding van ‘dnl 2019’.

Hoofdredactie Kalle BrüsewitzEindredactie Marijke van DuinRedactie Carolien Cornelissen, Yko van der Goot, André Maris en Franka Riesmeijer Ontwerp & opmaak Susan de Loor, Kantoordeloor, Haarlem

Druk gbu media, UrkAdvertenties Saskia MeertsOplage 5.275Papier G-Print 115 grams Papyrus,fsc-gecertificeerdContact redactie & advertentiesSingel 454 | 1017 aw Amsterdam t 020 623 09 14 | [email protected] Groot lettercbb 0341 56 54 99 of [email protected]

Het volgende nummer van Doopsgezind NL verschijnt begin april. Reacties voor ‘ingekomen’ uiterlijk 16 maart aanleveren. Brieven dienen kort en zaakgericht te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om bijdragen in te korten of niet op te nemen.

© ads 2020

21

Page 12: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

bijbel

Daar waar Gods geest over de wateren zweeft en Hij licht en duister van elkaar scheidt, waar Hij het licht dag noemt en het duister nacht…, daar wordt op de een of andere manier tijd geboren: ‘Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag.’

et gebeurt ongemerkt. Tijd wordt niet echt geschapen, niet bewust. Tijd is als een uitvloeisel van de onderscheiding der dingen. Als je dingen afbakent van elkaar, dan begrens je ook hun duur. En uit de opeenvolging daarvan vloeit tijd.

Vergeleken met onze door tijd geregeerde tijd gaat de bijbel er losjes mee om, met tijd. Die is er. Er wordt globaal mee gerekend. Dagen, uren, seizoenen, jaren. Maar de tijd is rek-baar, minder vast. Tijd is veranderlijk in de bijbel. Het is meer een indicatie dan iets van Zwitserse precisie. Je kunt er de klok niet op gelijk zetten, op tijd in de bijbel.

Een van de mooiste tijdsaandui-dingen in de bijbel is ‘drie dagen’. Drie dagen klinkt in onze oren vrese-lijk specifiek en afgepast en werkelijk, maar in de bijbel is het heel vloeibaar, die tijd. Drie dagen. Het betekent

22 23

eigenlijk ‘zoveel tijd als ervoor nodig is’. En waarvoor die tijd nodig is en hoelang dat dan is, dat is afhankelijk van het verhaal.

Zo heeft Abraham drie dagen nodig om bij de berg te komen waar hij Izak moet offeren, heeft Jakob drie dagen voorsprong op Laban als hij met al zijn vrouwen en kinderen wegvlucht, en wacht het volk drie dagen voor het de Jordaan overtrekt, het Land in. Een bepaalde onbepaal-de tijd, eigenlijk.

De onbepaaldheid van de drie dagen schept een periode waarin je eigenlijk ‘buiten de tijd’ staat. Het kan de tijd zijn die je nodig hebt om je

schuil te houden voor achtervolgers (de spionnen van Jozua, Elia, noem maar op), of om fysiek weer op krachten te komen na een ziekbed of een trauma (Hizkia). Of de tijd die je nodig hebt om teruggevonden te worden. Zoals in Lucas 2:46, de nachtmerrie van iedere moeder, als de kleine Jezus kwijtraakt in Jeru-zalem: ‘Na drie dagen vonden ze hem in de tempel, waar hij tussen de leraren zat, terwijl hij naar hen luisterde en hun vragen stelde.’ Drie dagen. Je bent er, en je bent er ook niet. Het gewone leven trekt langs je heen. Alsof je even wordt stilgezet tot je weer mee kunt doen. Zoveel tijd als er voor nodig is. Drie dagen.

Zoveel tijd als er nodig is om verandering op gang te brengen. Als bijvoorbeeld Mozes zijn arm opheft en duisternis Egypte drie dagen lang treft: ‘Mozes strekte zijn arm uit naar de hemel, en toen was heel Egypte in diepe duisternis gehuld, drie dagen lang. Drie dagen lang konden de mensen elkaar niet zien en kon niemand een stap verzetten. Maar waar de Israëlieten woonden was het licht.’ (Exodus 10:22-23). Tot de farao wijkt en verandert.

Verandering kost tijd en is vaak onvoorstelbaar. En onvoorstelbaar maakt ongeloofwaardig. Of zoals Jezus al in zijn eigen tijd verweten wordt: ‘Jij was toch de man die de tempel kon afbreken en in drie dagen weer opbouwen? Als je de Zoon van God bent, red jezelf dan maar en kom van dat kruis af!’ (Matteüs 27:40). Ook in bijbelse tijden waren er dus mensen die de tijd heel letterlijk namen. Letterlijkheid, feiten, werke-lijkheid en precisie… Maar de bijbel, de bijbel gaat over de tussentijd. Zoveel als nodig is.

En zo gaat het verhaal, keer op keer: ‘De Mensenzoon wordt uitgeleverd aan de mensen. Die zullen hem doden, maar na drie dagen zal hij uit de dood opstaan.’ (Marcus 9:31). Drie dagen. Van dood tot opstanding. De grootste verandering ooit. Een onbepaalde tijd, zolang als er nodig

is. Drie dagen. Even stilgezet. Buiten de tijd. In de tussentijd, eigenlijk.

In Matteüs 12:40 worden die drie dagen tussen dood en leven al voor-speld, én gekoppeld aan een veel ouder bekend verhaal: ‘Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven.’ Jona. In de wallevis. Drie dagen. En in die tussentijd in die vis gebeurt wat. Daar waar de bijbel meestal in het ongewisse laat wat er nu in dat vacuüm van onbepaalde tijd gebeurt, is het verhaal van Jona helder: Jona bidt. Tussen leven en dood. Of beter, tussen dood en (weer) leven.

U slingerde mij de diepte in, naar het hart van de zee.Door kolkend water ben ik omgeven,zwaar slaan uw golven over mij heen.(…)Het water stijgt tot aan mijn lippen,muren van water storten op mij neer,zeewier om mijn hoofd verstikt mij.Ik zink tot de bodem, waar de bergen oprijzen,naar het rijk dat zijn grendels voorgoed achter mij sluit.Maar u trekt mij levend uit de dood omhoog,o Heer, mijn God!

Jona weet als geen ander te ver-woorden hoe tussentijd kan werken, voor ieder van ons. Of we nu in de put zitten, herstellende zijn, ons willen verstoppen voor de wereld of voor onszelf, op adem moeten komen… In de bijbelse tussentijd verandert er iets. Van wanhoop naar vertrouwen. Van dood naar leven. Onbestemd, onbepaald en ontzettend persoonlijk.

Want de tijd die jij nodig hebt kan voor mij langer duren dan drie dagen, en omgekeerd. Of juist korter. Drie dagen is de tijd die voor iets nodig is. Bepaalde onbepaalde tijd. Tijd die je kunt nemen, tijd die los lijkt te staan van het woeden van de wereld, tijd tussenin. Ontijdig. Drie dagen is tijd die ommekeer brengt, rust, ruimte, veiligheid, groei. Zolang als nodig is om de verande-ring tot stand te brengen. Het is tijd tussen de tijden in, ongemerkt, ongeschapen. Tijd die voortvloeit uit noodzaak. Gods tijd in deze wereld. Voor zolang als nodig is. Drie dagen dus. <<

tekst Wieteke van der Molen – foto Tim Marshall

Onbepaalde tijd

H

je kunt er de klok niet op gelijk zetten, op tijd in de bijbel

‘drie dagen’ betekent eigenlijk ‘zoveel tijd als ervoor nodig is’

(Genesis 1:5b)

Page 13: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

2524

over studenten die niet kloppen, maar op basis van die aannames vormen zich wel verwachtingen op grond waar-van het onderwijs wordt ingericht. Als er dan een kink in de kabel komt kunnen mensen ons inschakelen.’

Hoe begeleid je mensen die met een vraag komen?‘Ik ga altijd uit van de motivatie en de vraag van de docen-ten zelf. Ik observeer colleges, geef adviezen en laat deelnemers aan trainingen elkaar vragen stellen. Daar-naast is het van belang dat ik als rolmodel zelf laat zien

hoe het kan. Al maak ik ook weleens een misser tijdens een training, of weet ik iets niet. Helemaal niet erg! Beginnende docenten zijn vaak druk bezig met de inhoud van hun colleges en het vergaren van alle kennis daarover. Die druk eraf halen is heel belangrijk.’

Als voorganger houd ook ik me bezig met kennis-overdracht. Het gaat daarbij over inhoud, doelgroep en vorm. En er zit een normatieve laag in: ik wil graag een boodschap overbrengen over hoe we kunnen leven in en op weg naar het Koninkrijk van God. Bij jou hoor ik niet zozeer een normatieve richting over wat goed onderwijs is. Terwijl je toch, neem ik aan, vanuit een bepaald beeld van wat goed onderwijs is, mensen adviseert?‘Natuurlijk heb ik een beeld bij goed onderwijs. Maar dat kan ik alleen uitdragen als mensen naar mij toe komen omdat er iets niet loopt. Als mensen geen probleem ervaren, of de dingen doen omdat ze die al jaren zo doen, dan is dat wat mij betreft hun verantwoordelijkheid. Ik kan ze enkel bewust proberen te maken van het effect van hun handelen.

‘Naast het geven van persoonlijk advies denk ik soms mee over onderwijsbeleid. Ik mag aanschuiven bij diverse overleggroepen en stel dan kritische vragen. Bijvoorbeeld wanneer bepaalde retoriek gebruikt wordt: wat wordt er eigenlijk bedoeld met het nastreven van inclusief onderwijs? Wat zijn daarbij de blinde vlekken? Is er bijvoorbeeld binnen de faculteit filosofie wel daadwerke-lijk aandacht voor niet-westerse filosofie? Kunnen mensen in een rolstoel daadwerkelijk onderwijs bij ons volgen en in de pauze gemakkelijk naar de wc gaan?’

Dus je checkt ook de aannames zelf? Of de werkelijk-heid er daadwerkelijk zo uitziet als de aannames doen vermoeden?‘Ja, ik houd wel van een beetje schoppen tegen systemen, al ben ik me wat dat betreft ook bewust van mijn eigen grenzen. Uiteindelijk is onze afdeling afhankelijk van de universiteit, ook al moeten we grotendeels onze eigen broek ophouden. We worden ingehuurd door de verschil-lende faculteiten of door externe partijen. Daardoor hebben we enerzijds een bepaalde mate van vrijheid, los van de universiteit, maar zijn we anderzijds voor ons voortbestaan afhankelijk van goede pr binnen de univer-siteit. Daar komt bij dat het docentschap binnen de universiteit nogal eens wordt ervaren als een neventaak. Primair is de universiteit een onderzoeksinstituut. De meeste docenten, niet allemaal, zien het geven van onderwijs als een bijzaak. Het wetenschappelijk systeem

Opeens klinken de woorden van een supervisor diejaren geleden tegen mij zei: ‘Ja, Annegreet, leren doet pijn.’

Leren doet soms pijn, vraagt om een confrontatie met de realiteitOp de momenten dat de realiteit anders is dan verwachtAls iets niet luktAls iets niet gaat zoals verwachtAls de wereld anders is dan in de boekjes

Reflectie Terugkijken, wat heb ik gedaanWaarom?Fouten toegevenKwetsbaarheidKan je niet uitdragenKan je niet opdringenVaagt om vrijheidOm moedOm een vraagHelp me een spiegel voor te houden

En wij?Hebben wij spiegeldragers? Zijn wij spiegeldragers?Binnen de doopsgezinde gemeenteVinden we het belangrijk om te leren?Anderen te laten lerenEn dat te zien als een spel?

Daan Romein is verbonden aan de Universiteit Leiden als adviseur en teamleider hoger onderwijs. Wat zijn de raakvlakken en verschillen tussen zijn werk als onderwijs-kundige en dat van leraar in de gemeente?

De kern van mijn baan bestaat uit het stellen van vragen: wat doe je als docent en waarom? Als onder-wijskundige ben ik vooral bezig met reflectie op onderwijsprocessen. Met vaak simpele vragen probeer ik mensen in beweging te krijgen en processen in gang te zetten. Het is een soort spelletje; meestal weet ik wel hoe ik mensen kan prikkelen. Maar de eerste insteek is altijd: wat is je probleem? Het geven van goed onderwijs draait om het afstemmen van aannames en verwachtingen. Daarbij gaat er nogal eens iets fout. Docenten hebben bijvoorbeeld aannames

legt enorme druk op om onderzoek te publiceren. Als je verder wilt komen in je wetenschappelijke carrière investeer je dus in onderzoek, niet in onderwijs.’

Ik vind het wel mooi dat je zo genuanceerd denkt over je eigen rol in het geheel. Ook ik weet uiteindelijk natuurlijk niet wat ik als voorganger precies teweeg-breng. Mijn gemeenteleden maken naast de kerk immers ook deel uit van allerlei andere systemen, krachten en machten.‘Ik vind vrijheid heel belangrijk, en dat mensen nadenken over de dingen die ze doen. Maar ik ben ook realistisch over de invloed die ik heb.’

Je zegt dat alles draait om aannames en verwach-tingen. Maar zijn die twee wel altijd bij elkaar te brengen? Als pastor begeleid ik mensen juist vaak op het snijvlak: daar waar de wereld er compleet anders uitziet dan ze ooit verwacht hadden.‘Maar ook dan gaat het toch om het aanpassen van verwachtingen? Misschien zelfs in eerste instantie om het accepteren dat de wereld, het leven, anders is dan verwacht? Daar niet tegen vechten maar de werkelijkheid aanvaarden, geeft ruimte om het gedrag aan te passen.’ <<

Schuren aan dewerkelijkheid

‘ Ik ben realistisch over de invloed die ik heb’

In de rubriek Grote woorden doet ds. Annegreet van der Wijk verslag van een bijzondere gesprek, op zoek naar betekenis in de interactie met

‘de wereld’. Nadenken en spreken over geloof, over God, is niet (meer) vanzelf-sprekend in onze samenleving. Toch leven we niet allemaal in verschillende

werelden en dus zijn er verbindingen te maken. Juist dankzij die verbinding komen we verder in ons denken.

grote woorden

tekst Annegreet van der Wijk

Page 14: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

conferentie

Dit is mijn eerste bewuste beeld van mensen op de vlucht. Op dat moment heb ik geen idee wat vluchten eigenlijk betekent. Ik ken geen vluchtelingen. Niet bewust althans. Mijn moeder vertelt erover en kleurt mijn beeld in. Maar als expat-kindje met een gelukkige jeugd kan ik me weinig voorstellen van wat het betekent om te vluchten, alles achter te moeten laten en je leven te riskeren om aan de overkant te komen. Wat ik zie zijn mensen die moe zijn en wachten.Ik heb later veel meer van dit soort beelden gezien, in het echt en op tv. Wat me bijblijft is een bepaald soort verstil-ling, als een vacuüm. Het is het moment waarop mensen blij zijn dat ze de overkant hebben gehaald, maar nog geen idee hebben wat ze te wachten staat.

TheaterAls tiener deed ik mee met interculturele theaterweeken-den, samen met asielzoekers en Nederlandse jongeren. Ik ontdekte dat theater een prachtige manier is om echt contact te maken, ook als je maar weinig woorden van ekaar begrijpt. Het is alsof je in een snelkookpan wordt gestopt. In heel korte tijd heb je de grootste lol én raak je vertrouwd met de ander. Dat komt doordat in theater veel draait om het non-verbale – je raakt en kijkt elkaar aan, je spiegelt. En je kunt zelf alles bepalen: tijd, ruimte, wie je bent, emotie, regels, macht en een happy end. In de theaterworkshop op de tienerconferentie gaan we spelen met die kracht van het non-verbale. <<

e hebt een plaatje in je hoofd. Zelfs als je geen vluchteling bent, of niemand kent die gevlucht is, heb je beelden gezien. Beelden van kinderen die verdronken zijn, overvolle kampen en eindeloze stromen mensen. Beelden van boze politici en burgers die geen asielzoekerscentrum willen. Of beelden van vroeger toen er oorlog in Nederland was.

Mijn beeldHet is vroeg in de ochtend en ik zie een straat vol mensen, honderden: ouders, kinderen, oude mensen… Ze zitten op de stoep. Mijn moeder vertelt mij dat deze mensen die nacht de rivier zijn overgekomen, gevlucht uit het land Laos. Het is 1982. Ik ben zeven jaar en woon met mijn ouders en broertje in Thailand. Voor het werk van mijn moeder komen we af en toe in Nong Kai. Nong Kai is een grensplaats en ligt in het noorden van Thailand aan de rivier de Mekong. Aan de overkant van de rivier ligt Laos. Als ik goed kijk zie ik soldaten aan de overkant op de oever staan. De rivier wordt goed bewaakt. Daarom vluchten mensen hier in de nacht.

26

tekst Esther van Hoeve

Op 7 en 8 maart 2020 wordt de jaarlijkse tiener-conferentie gehouden in Dopersduin. Dit jaar is het thema ‘Op de vlucht’. Om alvast een tipje van de sluier op te lichten, interviewt Esther van Hoeve de komende weken een aantal programmamakers die de tienerconferentie organiseren. Ieder van hen weet iets van op de vlucht zijn. Wil je deze verhalen lezen of meer weten over de conferentie? Ga naar www.jongeren.doopsgezind.nl

Als ik ‘op de vlucht’ zeg, heeft iedereen daar een beeld bij. Jij waarschijnlijk ook.

J‘… Mijn genade is u genoeg…’

(II Korintiërs 12:9)

Diepbedroefd, maar ook dankbaar dat wij zolang samen mochten zijn, geef ik u kennis dat van mij is heengegaan mijn innig geliefde vrouw en mijn lieve moeder

Nelly Lijda Zwartendijk-Eveleens

Nel * Aalsmeer † ’s-Gravenhage 29 juli 1926 1 december 2019

Adriaan ZwartendijkKlaas-Pieter

Correspondentieadresmw. A.W. Kuijpers | Adigestroom 122 | 2721 al Zoetermeer

27

Voorgoed geborgen, thuis bij U,waar licht en liefde zijn (NLB 963)

Na een lang en moedig gedragen ziekbed is van onsheengegaan mijn dierbare vrouw en trouwe metgezel,onze lieve moeder, schoonmoeder en grootmoeder

Afke Maas-Smildehistorica, doopsgezind predikante en leerhuisdocente

* 23 mei 1952 † 11 januari 2020

Chris MaasErik Maas en Hadewijch Devreese

Niek en Jenna Maas, KoenMartijn Maas en Astrid Benschop

CorrespondentieadresAlbrecht Thaerlaan 8 | 3571 ea Utrecht

De dankdienst voor haar leven en werken en de begrafenis hebben 18 januari jl. plaatsgevonden

ingekomen

in memoriamAfke Maas-Smilde

De Doopsgezinde Zending heeft kennisgenomen van het droevige nieuws dat Afke Maas is overleden. Sinds 2009 was zij actief voor de Zending. Afke was een gedreven theologe die de Doopsgezinde Zending vele jaren een grote dienst heeft bewezen. We noemen haar inzet als docente tijdens het ‘Strangers no more’-programma in Guatemala. Met haar kennis van het Eerste Testament en haar betrokkenheid op de internationale deelnemersgroep slaagde ze erin een sterke band te smeden tussen de deelnemers uit vier continenten, en haar studenten een inspirerende vertaalslag te leren maken van de bijbelse teksten naarhet leven van alledag.

Ook denken we aan haar grote bijdrage aan de leken-prekerscursussen, de geheel herziene versie van de Jozef-cyclus, de Adventskalender 2016-2017, de inspiratie-reizen naar Nijkleaster, de Theologische Adviescommissie en de workshops die zij verzorgde tijdens de Algemene Vergaderingen. In het bijzonder zullen wij haar herinneren vanwege haar warme betrokkenheid bij al ons werk.

Onze gedachten en gebeden gaan uit naar haar dierbaren, in het bijzonder haar man Chris, onze oud-voorzitter.

Namens het bestuur van de Doopsgezinde Zending,Marijn Vermet

Page 15: Tussentijd - Doopsgezinden...en een nieuw op te bouwen leven met nog onbekende toekomst. Hij leeft in een ‘tussentijd’. Afscheid Salem komt uit de oude stad Aleppo. ‘Ik woonde

tekst Yko van der Goot – foto Hector Lopez | Unsplash

Kijk mij daar lopen. Gepensioneerd en wel. ‘Kijk mij wandelen’ zou ik eigenlijk moeten zeggen. Maar daarvoor ligt het tempo te hoog.

de derde levensfase verkeert in topvorm

28

Intussen…

van je leven, waarin je alle aandacht kunt vrijmaken voor het realiseren van je idealen.’ Beschouw het als een periode van persoonlijke vervulling en zelfverwerkelijking. ‘Probeer ertoe te doen, ook al bent u met pensioen.’ Ben ik iets vergeten wat er echt toe doet? Ik vraag het me af. Zal ik een cursus slagwerk volgen, vrijwilliger worden, of toch eerst de tuin maar eens goed aanpakken?

Maar niet teveel gemijmer. Verder nu. De stappenteller op de smart-phone moedigt me aan tot fysieke prestaties. ‘Nog twee dagen te gaan’ om het volgende niveau te bereiken! Zinloos natuurlijk, want daarna dient zich onstuitbaar een nieuw niveau aan in weer een nieuw doelloos getal. Want het maakt niet uit welke route je kiest. Rondjes lopen is ook prima, zolang je maar stappen maakt. Als een ezel in een tredmolen.

En mijn bestemming dan? Ben ik op weg naar wijsheid of is het tijd

Yko van der Goot is emeritus predikant

voor een wilsverklaring? Ik ben te laf om mijn wil vast te leggen. Ja, ik ben wel bang. Bang voor aftakeling.Bang voor decorumverlies. Bang dat de rem eraf gaat en dat alle kracht-termen die ik een leven lang beheerst binnen wist te houden, eruit zullen breken. Tot grote ontsteltenis van wie me kennen of gekend hebben als keurige man, vader, collega, radio-maker, dominee.

Zie mij. Gepensioneerd, intussen zelfs voor de tweede keer, en nu definitief. Emeritus, uitgediend. Ik voel het. Te jong voor wijsheid en te oud voor werk. Een lichte verwarring maakt zich van mij meester. Onder-weg zonder duidelijk doel. Ik sla een onbekend pad in. Een pad dat slingert langs berustende ontspan-ning en onbestemde rusteloosheid. Hoeveel stappen nog? Geen idee waar dit eindigt. <<

Bewegen is gezond. Iedereen weet het. Dat weet ook het oudere echt-paar dat me tegemoet komt op hun elektrische fiets. Ze kijken kwaad. ‘Weg jij, van dat fietspad!’ Ze zoeven voorbij. Even later is het bijna raak. Ik spring de berm in. ‘Ik had u niet gezien!’, roept de grijsaard. Ik hem gelukkig wel en roep iets aardigs terug. Ik houd mezelf voor: ontspan, kijk naar de bomen, het riet, de vogels, het water.

Het is mooi weer. Geniet ervan nu het kan. Dat doen veel zestigers en zeventigers vandaag. De zon heeft de deuren geopend en de vitale mens rept zich naar buiten. De derde levensfase verkeert in topvorm. Ach, mijn hemel. Die derde levens-fase. Er worden prachtige dingen over geschreven. ‘Het is de bloeitijd

column

1 Trouw, 5 oktober 20192 Trouw, 12 september 2019