Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. ·...

31
Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk 2009 1 Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden Opdrachtgever : Landelijk Expertisecentrum BrandweerBRZO Datum : 2 maart 2009 Status : Concept

Transcript of Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. ·...

Page 1: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

1

Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Praktijkvoorbeelden

Opdrachtgever : Landelijk Expertisecentrum BrandweerBRZO

Datum : 2 maart 2009

Status : Concept

Page 2: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

2

1 Introductie

In Nederland is de organisatie van de uitvoering van Brzo werkzaamheden van de brandweer

ondergebracht in een aantal BrandweerBRZO-regio’s. (Momenteel zijn dat er 10)

Deze brandweerBRZO-regio’s voeren namens het bevoegd gezag rampbestrijding( burgemeester,

college van burgemeester en wethouders, regionaal commandant) handhavingstaken uit. Deze

publicatie bevat voorbeelden van concrete praktijksituaties. Er is een lijst opgenomen van

overtredingen die kunnen worden geconstateerd waarbij is aangegeven hoe daartegen kan worden

opgetreden.

De voorbeelden zijn beperkt tot onderwerpen die voor de brandweer relevant zijn. Het gaat om

wetgeving die de brandweer uitvoert en handhaaft namens het bevoegde gezag rampbestrijding, te

weten:

− de Wet rampen en zware ongevallen (Wrzo);

− de Brandweerwet 1985 (BRW);

− het Besluit risico’s zware ongevallen 1999 (Brzo);

− het Besluit bedrijfsbrandweren (Bbb), en

− het Besluit informatie inzake rampen en zware ongevallen (BIR).

Wat betreft het BRZO komen alleen de verplichtingen aan de orde die zijn gebaseerd op de WRZO

(artikelen 5, 6, 7, derde lid, 10, eerste lid, 13, eerste lid, 14, 16, vierde en vijfde lid, 17, 21, 22, 26, 27,

derde lid, en 28) en de Brandweerwet.

Alleen ten aanzien van deze verplichtingen heeft de brandweer namelijk taken en bevoegdheden. De

bepalingen van het BRZO zijn met name relevant voor zover deze betrekking hebben op aspecten

van rampbestrijding of bedrijfsbrandweeraanwijzingen.

Inrichtingen die niet zijn of kunnen worden aangewezen als inrichting die over een bedrijfsbrandweer

moet beschikken en waarvoor geen rampbestrijdingsplan hoeft te worden opgesteld vallen dan ook

buiten het kader van deze publicatie.

De Wrzo en de BRW worden binnenkort vervangen door de Wet veiligheidsregio’s (Wvr). Hierna

worden soms de artikelen van de ontwerp-Wvr genoemd die voor de artikelen van de Wrzo en de

BRW in de plaats komen.

1.1 Leeswijzer

Het volgende hoofdstuk bevat een algemene introductie op handhaving. In het kort wordt aangegeven

wat de begrippen toezicht en handhaving inhouden en van welke handhavinginstrumenten

veiligheidsregio’ s gebruik kunnen maken. Verder gaat dit hoofdstuk in op het geven van invulling aan

handhavingsbeleid en er wordt ingegaan op gedogen. In de hoofdstukken 3 tot en met 6 zijn

voorbeelden opgenomen van mogelijke overtredingen en de reacties die op dergelijke overtredingen

kunnen volgen.

Page 3: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

3

2 Wat is handhaving?

Bij handhaving maken we onderscheid tussen bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving.

Omdat strafrechtelijke handhaving plaatsvindt buiten het gezichtsveld van de brandweer blijft dat in

deze publicatie buiten beschouwing. De focus is derhalve gericht op de bestuursrechtelijke

handhaving. Dat wil zeggen handhaving voor zover dat betrekking heeft op:

� houden van toezicht (controleren/inspecteren);

� (dreigen met) toepassing van bestuursrechtelijke sancties.

Daarnaast kan de brandweer gebruik maken van alternatieve handhavingmiddelen, zoals:

� voorlichting;

� communicatie;

� vragen van een plan van aanpak ter verbetering van de situatie;

� aanbieden van best practices, en

� alle andere vormen waarmee de naleving van wettelijke regels kan worden bevorderd.

2.1 Toezicht

Onder toezicht/controle verstaan we het erop toezien dat wettelijke voorschriften worden nageleefd.

Deze taak wordt uitgevoerd door toezichthouders/inspecteurs. Dat zijn personen die bij of krachtens

een wettelijk voorschrift zijn belast met het houden van toezicht. Burgemeester en wethouders zijn

bevoegd om de toezichthouders aan te wijzen. In het juridisch dossier dat te vinden is op

www.brandweerBrzo.nl, is een model aanwijzingsbesluit opgenomen.

Voor de verplichtingen met betrekking tot bedrijfsbrandweren berust de aanwijzingsbevoegdheid

echter bij de Minister van BZK. Met de Wvr wordt de bevoegdheid tot aanwijzing van toezichthouders

neergelegd bij het bestuur van de veiligheidsregio.

Toezichthouders kunnen gebruik maken van bevoegdheden die staan opgesomd in de Algemene wet

bestuursrecht, zoals het vorderen van inlichtingen, het betreden van bedrijfsterreinen, het nemen van

monsters en het onderzoeken van de administratie. Degene die wordt gecontroleerd is verplicht om

aan de toezichthouder medewerking te verlenen.

Page 4: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

4

Voor de controle op de verplichtingen van het Brzo zal afstemming moeten plaatsvinden met de

andere toezichthoudende instanties (inspectiepartners), te weten: gemeenten, provincies en de

Arbeidsinspectie. Daarnaast kan gedacht worden aan afstemming met de ambtenaren van de

gemeentelijke brandweer en de gemeente zelf indien het gaat om een controle van de

bedrijfsbrandweeraanwijzing.

Controles op de Brzo-verplichtingen vinden plaats conform proces 9 van de Werkwijzer Brzo. Dat

betekent o.a. dat een inspectieplan wordt opgesteld en dat het toezicht overeenkomstig dat plan en de

Nieuwe Inspectiemethodiek (NIM) plaatsvindt.

2.2 Handhaving

Wanneer de toezichthouder constateert dat het bedrijf een wettelijk voorschrift overtreedt, kan het

bevoegd gezag daartegen handhavend optreden. Het bevoegd gezag (nu nog burgemeester en

wethouders maar na inwerkingtreding van de Wvr het bestuur van de veiligheidsregio) heeft daartoe

de volgende handhavingmiddelen tot zijn beschikking (in bijlage 4 zijn deze middelen nader

toegelicht):

− Uitoefenen van bestuursdwang

− Opleggen van een last onder dwangsom (dwangsombeschikking)

− Bevel tot het niet in bedrijf stellen van een risicovol object en het stilleggen of gedeeltelijk buiten

werking stellen of verzegelen van de inrichting dan wel het verzegelen of verwijderen van hetgeen

zich in de inrichting bevindt

De wettelijke basis voor handhavend optreden op het gebied van de rampbestrijding is neergelegd in

de Gemeentewet (artikel 125) en de WRZO (artikel 25c). Op grond van deze wetten zijn burgemeester

en wethouders bevoegd om bestuursdwang toe te passen. In plaats van toepassing van

bestuursdwang zouden burgemeester en wethouders ook kunnen kiezen voor het opleggen van een

last onder dwangsom (artikel 5:32 Algemene wet bestuursrecht). Na inwerkingtreding van de Wet

veiligheidsregio’s berust de handhavingsbevoegdheid bij het bestuur van de VR (artikel 56 Wet

veiligheidsregio’s).

Voordat het bevoegd gezag een handhavingmiddel toepast wordt er meestal eerst een waarschuwing

aan het bedrijf gegeven. Zo’n waarschuwing kan tijdens het controlebezoek worden gedaan of naar

aanleiding van een controle (achteraf in de vorm van een waarschuwingsbrief). In de

waarschuwingsbrief neemt het bevoegd gezag een termijn op waarbinnen de overtreding moet zijn

beëindigd. Indien tijdens een hercontrole wordt geconstateerd dat de overtreding niet is beëindigd kan

het bestuursorgaan de aangekondigde handhavingbeschikking opleggen.

2.3 Handhavingsbeleid

Met handhavingsbeleid wordt vastgelegd op welke wijze toezicht wordt gehouden (toezichtstrategie)

en hoe men met een geconstateerde overtreding om dient te gaan (nalevingstrategie). In deze

publicatie ligt de nadruk op handhaving.

Toezichtstrategie

Een toezichtstrategie kan worden bepaald op basis van de uitkomsten van een risicoanalyse. Op

basis van expert judgements wordt ingeschat hoe groot de kans is dat wettelijke verplichtingen worden

overtreden en wat de mogelijke (negatieve effecten) daarvan kunnen zijn. Deze kansen en effecten

bepalen de risico’s (risico = kans X effect).

Op basis van de uitkomsten van de risicoanalyse kan de Veiligheidsregio vervolgens een

prioriteitenlijst maken. De wettelijke verplichtingen met de hoogste risico’s hebben de hoogste prioriteit

en worden dus in elk geval gecontroleerd.

Page 5: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

5

Per wettelijk voorschrift kan worden uitgewerkt op welke wijze controles worden uitgevoerd. Het

toezicht op de eisen waaraan bedrijfsbrandweren moeten voldoen is bijvoorbeeld gericht op de

geoefendheid en bestaat uit:

- het beoordelen van de jaarlijkse oefenroosters en –programma’s;

- het bijwonen en beoordelen van bedrijfsbrandweeroefeningen.

Beide onderdelen kunnen in de toezichtstrategie verder worden beschreven.

Nalevingstrategie

Met de nalevingstrategie legt de Veiligheidsregio vast op welke wijze zij reageert op een

geconstateerde overtreding. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen:

- Overtredingen van kernbepalingen en niet-kernbepalingen;

- Ernstige overtredingen en niet-ernstige overtredingen.

Hieronder is een lijst opgenomen van de kernbepalingen. Verder zijn hieronder de begrippen ernstige

en niet-ernstige overtreding uitgewerkt.

Kernbepalingen en niet-kernbepalingen

Kernbepalingen zijn bepalingen die binnen de regeling (of bedrijfsbrandweeraanwijzing) waarvan zij

deel uitmaken, de kern vormen van de bescherming van de belangen waartoe die regeling strekt. Dit

zijn uit oogpunt van veiligheid en rampbestrijding de bepalingen die werkelijk relevant zijn, gelet op de

aard en de risico’s van de activiteit en de gevoeligheid van de omgeving. Overtreding van een

kernbepaling kan leiden tot aanzienlijke onveilige of gevaarlijke situaties. De tabel hieronder geeft

voor de verschillende wettelijke verplichtingen aan of deze wel of niet beschouwd worden als

kernbepalingen (vastgesteld in een brainstorm van een aantal regio’s in het kader van het project

xPlosiv).

Tabel: Nalevingstrategie

Verplichting

Artikel Kern-

bepaling

Informatieverschaffing voordat ramp of zwaar ongeval heeft

plaatsgevonden

10a WRZO (42 WVR) Ja

Informatieverschaffing nadat ramp of zwaar ongeval heeft

plaatsgevonden

11b WRZO en BIR (44

WVR)

ja

Alle maatregelen treffen die nodig zijn om zware ongevallen te

voorkomen en gevolgen te beperken

5, lid 1 BRZO Nee*

PBZO aanwezig, beoordeling en herziening bij veranderingen 5, lid 2 en 4 BRZO Nee

VBS aanwezig en beoordeling en herziening bij veranderingen 5, lid 3 en 4 BRZO Ja

Melden significante wijzigingen 6 BRZO Nee

Uitwisseling gegevens domino-inrichtingen 7, lid 3 BRZO Nee

Actueel VR is aanwezig 10 BRZO Nee

Bij aanvraag Wm-vergunning bepaalde gegevens in VR 13, lid 1 BRZO Nee

Eens per vijf jaar evalueren en bijwerken VR 14, lid 1 BRZO Nee

Verstrekken aanvullende inlichtingen 16, lid 4 en 5 BRZO Nee

Bijhouden stoffenlijst 21 BRZO Ja

Intern noodplan aanwezig die voldoet aan eisen 22 BRZO Ja

Voordat inrichting is aangewezen: verstrekken nodige

inlichtingen

13, lid 4 BRW (25, lid 5, sub

a WVR)

Ja

Bedrijfsbrandweer voldoet aan eisen van de

bedrijfsbrandweeraanwijzing

13, lid 1 BRW (25, lid 2

WVR)

**

Bedrijfsbrandweer volgt aanwijzingen op van

brandweercommandant

13, lid 6 BRW (25, lid 6

WVR)

Ja

Voor 1 februari toezenden overzicht bedrijfsbrandweersterkte 13, lid 5 BRW (25, lid 5, b) Nee

Page 6: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

6

Opmerkingen

* Artikel 5, eerste lid BRZO is een zogenoemde vangnetbepaling. Sanctionering op grond van dit

artikel vindt alleen plaats indien er sprake is van een onveilige situatie terwijl er geen concrete

verplichting (andere bepaling van het BRZO of de bedrijfsbrandweeraanwijzing) door het bedrijf

wordt overtreden.

** Welke eisen (die aan de bedrijfsbrandweeraanwijzing zijn verbonden) moeten worden

aangemerkt als kernbepaling, zal iedere VR zelf moeten bepalen.

Ernstige overtredingen en niet-ernstige overtredingen

De omstandigheden waaronder een overtreding plaatsvindt zijn van belang voor de wijze waarop

daartegen wordt opgetreden. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen ernstige overtredingen en

niet-ernstige overtredingen.

Ernstige overtredingen

Dit betreffen overtredingen:

- met aanzienlijke negatieve effecten (onveilige situatie, gevaar voor de omgeving, ramp of zwaar

ongeval), of

- die belemmerend (kunnen) werken voor het optreden van de brandweer, of

- die gevaar (kunnen) opleveren voor het brandweerpersoneel, of

- die door het bedrijf doelbewust (opzettelijk) zijn begaan; hieronder worden mede begrepen het

willens en wetens nalaten van bepaalde verplichtingen, zoals het onderhoud van

brandbeveiligingsinstallaties of het houden van bedrijfsbrandweeroefeningen, of

- die het gevolg zijn van calculerend gedrag (eventuele boetes kosten minder dan het naleven van

de verplichting).

Schema

Uit het hieronder opgenomen schema kan worden afgeleid op welke wijze daartegen wordt

opgetreden.

Kernbepaling

Niet-kernbepaling

Ernstige overtreding

Reactie 1 Reactie 2

Niet-ernstige overtreding

Reactie 2 Reactie 3

Reactie 1 : ernstige overtreding van kernbepaling

> Toepassen bestuursdwang of opleggen dwangsombeschikking.

Reactie 2 :ernstige overtreding van niet-kernbepaling / niet-ernstige overtreding van

kernbepaling

> Waarschuwingsbrief

Reactie 3 :niet-ernstige overtreding van niet-kernbepaling

> Constateringsbrief

In de bijlagen 1 tot en met 3 zijn de reacties 1 tot en met 3 nader uitgewerkt, en zijn processchema’s

toegevoegd.

Page 7: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

7

Handhaving bij gevaarlijke situatie

Wanneer er sprake is van een acuut gevaar kan direct handhavend worden opgetreden (sluiting van

de inrichting of de betreffende installatie). Vanuit het perspectief van de brandweer moet het daarbij

gaan om de rechterzijde van de vlinderdas. Dat wil zeggen de effect- en schadebeperkende

maatregelen (bestrijdingsmaatregelen) die het bedrijf moet treffen. Deze maatregelen, die zowel

kunnen bestaan uit technische als organisatorische maatregelen, zijn gericht op:

− effectbestrijding

− dosisreductie

− blootgestelden- en slachtofferreductie.

Het acute gevaar zou dan kunnen blijken uit het niet functioneren van de detectieapparatuur, de

bluswatervoorziening of de sprinklers. Als binnen een inrichting het hele bluswaternetwerk buiten

bedrijf is doordat de pompen falen en de secundaire voorziening, zoals koppelleiding en

blusbootaansluiting niet beschikbaar is, dan kan er aanleiding zijn om de inrichting te sluiten.

De brandweerinspecteur zal dat doen na ruggespraak met het bestuur van de

veiligheidsregio/gemeentebestuur. Deze actie zal wel zo spoedig mogelijk moeten worden gevolgd

door een bestuursdwangbeschikking ondertekend door het bestuur van de

veiligheidsregio/gemeentebestuur. Bovendien verdient het aanbeveling om een en ander af te

stemmen met de handhavingpartners (bevoegd gezag Wet milieubeheer en de Arbeidsinspectie).

2.4 Gedogen

Het uitgangspunt is dat bij overtredingen wordt gehandhaafd. Er wordt wel gesproken van een

beginselplicht tot handhaven. Er zijn echter uitzonderlijke situaties denkbaar dat van dit uitgangspunt

dient te worden afgeweken. Het gaat dan om gevallen waarbij op basis van een afweging van de

verschillende belangen onomwonden vaststaat dat handhaving leidt tot een onredelijke uitkomst.

In de volgende gevallen kan van handhaving worden afgezien:

1. Vanuit brandveiligheid is er sprake van een verantwoorde situatie.

2. Het betreft een zeer bijzondere situatie (bijvoorbeeld een overmacht- of overgangsituatie).

3. Handhavend optreden zou in strijd zijn met één van de beginselen van behoorlijk bestuur

(bijvoorbeeld rechtszekerheid, redelijkheid, verbod van willekeur).

4. Er is geen sprake van aantasting van belangen van derden.

Deze gevallen moeten in onderling verband worden bezien.

Een specifieke situatie waarin het niet naleven van zaken wordt gedoogd is de tijdelijke wijziging van

bedrijfsbrandweervoorzieningen. Uitgangspunt is dat de aanwezige bedrijfsbrandweervoorzieningen te

allen tijde voor direct gebruik gereed zijn. Als gevolg van uitval of reparatie kan hier niet aan voldaan

worden. Indien de bedrijven dit vooraf melden en daarbij aangeven welke noodmaatregelen (zoals

vervangend materiaal) zijn genomen om het brandveiligheidniveau te waarborgen, kunnen de

noodmaatregelen worden beoordeeld.

Page 8: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

8

3 Praktijkvoorbeelden In dit hoofdstuk werken we een aantal (fictieve) praktijkvoorbeelden uit om een beeld te geven van de

situaties die een toezichthouder in de praktijk aantreft. Tevens laten we zien hoe de sanctiestrategie

kan worden toegepast en hoe middels handhaving een verhoging van het (brand)veiligheidsniveau

kan worden gerealiseerd.

Casus 1 Opslagloodsen gevaarlijke stoffen (VR-plichtig)

Tijdens de beoordeling van het VMS van een PGS 15 opslagloods lijkt het erop dat het

veiligheidsmanagementsysteem (VMS) gedocumenteerd, geïmplementeerd en geschikt is. Uit de

rondgang blijkt dat de situatie ter plaatse keurig in orde is. Helaas is de stoffenlijst al enkele weken

niet meer bijgewerkt omdat de verantwoordelijke QHSE-medewerker ziek is.

Uit nader onderzoek blijkt dat het bedrijf de vervanging van kritieke functies niet heeft opgenomen in

het VMS. Vandaar dat deze situatie heeft kunnen ontstaan.

Overtredingen

− Artikel 21, van het BRZO

Gezien het feit dat het hier een VR-plichtige inrichting betreft is artikel 21 van het Brzo van toepassing.

Er moet namelijk een lijst worden bijgehouden van de binnen de inrichting aanwezige gevaarlijke

stoffen.

Artikel 5, vierde lid van het BRZO

Ondanks dat het VMS op de meeste punten goed functioneert is het niet volledig. Conform de

checklist C5b (bron: www.Brzo99.nl) moet de vervanging van kritieke functies worden geborgd in de

organisatie. Het VMS voorziet daar nog niet in.

Handhaving

Gezien het feit dat de stoffenlijst z.s.m. moet worden geactualiseerd kiest de inspecteur op basis van

de sanctiestrategie in Hoofdstuk 5 voor reactie 1 en ter zake deze overtreding een

dwangsombeschikking op te leggen. Deze harde maatregel is noodzakelijk omdat het bedrijf

mondeling al heeft aangegeven de lijst niet bij te werken zolang de QHSE-medewerker ziek is.

Voor het aanpassen van het VMS kiest de inspecteur op basis van hoofdstuk 5 voor reactie 3, middels

een constateringsbrief wordt verzocht om binnen één maand het VMS aan te vullen.

Casus 2 Gasvulstation

Tijdens een BRZO inspectie bij een Gasvulstation blijkt dat met name het onderhoud van de

brandveiligheidsvoorzieningen onvoldoende is, waardoor de inzetbaarheid van deze middelen niet is

gegarandeerd. Deze voorzieningen zijn speciaal aangebracht na overleg met de brandweer, het

bedrijf heeft hiermee voorkomen te worden aangewezen als bedrijfsbrandweerplichtig.

Overtredingen

Gezien het ontbreken van een bedrijfsbrandweeraanwijzing en het feit dat deze middelen niet zijn

opgenomen in de Wm-vergunning heeft de brandweer geen formele bevoegdheden in het kader van

het Brzo of de brandweerwet om handhavend op te treden.

De inspecteur werkt voor zijn manager de volgende strategie uit:

- alsnog opstellen van een brandweeraanwijzing (gaat gezien de planning nog ruim een jaar duren)

- verzoek aan Bg Wm om de Wm-vergunning te actualiseren

- handhaving op basis van het gebruiksbesluit

- gesprek met bedrijf op managementniveau

Page 9: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

9

Opvolging

Op basis van het handhavingsbeleid kiest de manager voor een gesprek met het bedrijf. Tijdens dit

gesprek wordt aangegeven dat de brandveiligheidsvoorzieningen tijdig onderhouden moeten worden.

De manager geeft aan dat indien de brandveiligheidsvoorzieningen niet betrouwbaar zijn de grondslag

voor het niet aanwijzen van het bedrijf komt te vervallen. In dat geval is er een brandweeraanwijzing

met invulling van een personele component noodzakelijk. Het bedrijf belooft verbetering van de

situatie waarbij de stappen worden vastgelegd in een plan van aanpak, de termijnen worden met de

brandweer afgestemd.

Daarnaast neemt de Veiligheidsregio het bedrijf op in de planning om te komen tot een

bedrijfsbrandweeraanwijzing op basis van gelijkwaardigheid. Middels deze aanwijzing kan de

inzetbaarheid van de voorzieningen worden geborgd. Hierdoor is het niet noodzakelijk om Bg Wm te

verzoeken dit te borgen in de Wm-vergunning.

Casus 3 Raffinaderij

Tijdens een reguliere Brzo controle bij een raffinaderij heeft de toezichthouder het volgende

geconstateerd:

− Het branddetectiesysteem op de tanks is een jaar geleden vernieuwd, dit is niet gemeld aan het

Wm bevoegde gezag (GS);

− Het vernieuwde branddetectiesysteem is niet opgenomen in het onderhouds-

managementsysteem.

− De MOC-procedure m.b.t. het vervangen van het branddetectiesysteem is niet toegepast. − er is slechts 1 stationair waterkanon op de laad-, lossteiger aanwezig, daar waar er in de Wm-

vergunning twee zijn vereist.

Door diversen oorzaken is de raffinaderij nog niet aangewezen als bedrijfsbrandweerplichtig. De

raffinaderij heeft al jaren een eigen bedrijfsbrandweer op vrijwillige basis.

Page 10: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

10

Overtredingen en opvolging

Op kantoor stelt de toezichthouder vast dat het bedrijf de volgende voorschriften heeft overtreden:

− Artikel 6, eerste lid van het Brzo

Op grond van dit artikel moet het bevoegd gezag onverwijld schriftelijk in kennis worden gesteld

van iedere significante wijziging. Uit nader onderzoek blijkt dat dit inderdaad niet is gemeld aan

het Bg Wm. Gezien het belang van de branddetectiesysteem voor de brandweer is het met de

partners overeengekomen dat de brandweer handhavend zal optreden. Volgens de tabel van

hoofdstuk 5 kan de inspecteur kiezen uit reactie 1 of 2. De inspecteur kiest hier voor reactie 2 en

verzoekt middels een waarschuwingsbrief om alsnog de melding in te dienen.

− Artikel 5, vierde lid van het Brzo

Op grond van dat artikel moeten het preventiebeleid zware ongevallen en het

veiligheidsbeheerssysteem opnieuw worden beoordeeld en zo nodig herzien indien de inrichting

of een onderdeel daarvan wordt veranderd en deze verandering gevolgen heeft voor de risico’s

binnen de inrichting. Als het Pbzo of het VBS dus niet opnieuw zijn beoordeeld en zo nodig

herzien na de verplaatsing dan levert dat een overtreding op van artikel 5, lid 4. Conform de tabel

in hoofdstuk 5. kan de inspecteur kiezen uit reactie 1 of 2. De inspecteur classificeert deze

overtreding als een niet ernstige overtreding van een kernbepaling, reactie 2 (waarschuwingsbrief)

is hier op zijn plaats.

− Artikel 5, vierde lid van het Brzo

Het feit dat de Management of Change procedure niet is toegepast bij het vervangen van de

branddetectiesysteem kan geconstateerd worden dat de MOC-procedure niet is

geïmplementeerd. Dit is een overtreding van artikel 5, vierde lid. Volgens de tabel in hoofdstuk 5

kan hij kiezen uit reactie 1 of 2. Na overleg met zijn leidinggevende wordt gekozen voor reactie 2.

− Artikel 13, eerste lid BRW

Omdat er maar één stationair waterkanon op de steiger aanwezig is handelt het bedrijf niet in

overeenstemming met één van de eisen uit de Wm-vergunning. Op grond van de Wm-vergunning

dienen er namelijk minimaal twee mobiele waterkanonnen aanwezig te zijn. Ondanks het belang

voor de brandweer, is in deze het Bg Wm de aangewezen instantie om de handhaving op zich te

nemen. Dit is tijdens de inspectie afgestemd met de Wm-inspecteur en opgenomen in het Brzo-

rapport.

Page 11: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

11

3.2 Casus 4 tankenpark

Tijdens een controle van het tankenpark van bovengeschetst bedrijf heeft een toezichthouder

geconstateerd dat een aantal opslagtanks voor K1 vloeistoffen ernstige gebreken vertoont door

achterstallig onderhoud. Tevens is het onduidelijk of de schuimblusvoorzieningen op de tanks nog

functioneren, aangezien de laatste life-testen 8 jaar geleden zijn uitgevoerd.

Het bedrijf is VR-plichtig is en de inrichting en is nog niet aangewezen als bedrijfsbrandweerplichtig.

Overtredingen en handhaving

Op kantoor stelt de toezichthouder vast dat de Wm-vergunning geen onderhoudsverplichtingen bevat

met betrekking tot de opslagtanks. Omdat er sprake is van een (potentieel) gevaarlijke situatie wordt

besloten om te handhaven op artikel 5, eerste lid van het Brzo: het bedrijf heeft niet alle maatregelen

getroffen die nodig zijn om zware ongevallen te voorkomen.

Omdat deze verplichting geen concrete normen bevat dient in een brief, gericht aan het bedrijf, eerst

te worden vastgelegd welke concrete maatregelen van het bedrijf kunnen worden verlangd teneinde

een ongeval te voorkomen. Door deze maatregelen te treffen voldoet het bedrijf dan aan artikel 5,

eerste lid van het Brzo. De inspecteur kiest conform de tabel uit hoofdstuk 5 voor reactie 1. Het bedrijf

krijgt de gelegenheid om hierover zijn zienswijze te geven. Vervolgens wordt middels een

dwangsombeschikking het bedrijf verzocht om de situatie ongedaan te maken (zie het stappenplan in

bijlage).

Wanneer er in deze casus sprake zou zijn geweest van een acuut gevaar (bijvoorbeeld ontploffings- of

brandgevaar) vanwege het achterstallige onderhoud en de slechte technische staat van de

opslagtanks, dan zou direct handhavend optreden (sluiting van de installatie) voor de hand hebben

gelegen. De brandweerinspecteur zou in dat geval na ruggespraak met het bestuur van de

veiligheidsregio/gemeentebestuur de opslagtanks kunnen laten leegpompen en laten verzegelen.

Page 12: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

12

Deze uitoefening van bestuursdwang lijkt gerechtvaardigd vanwege het acute gevaar. Deze actie zal

wel zo spoedig mogelijk moeten worden gevolgd door een bestuursdwangbeschikking ondertekend

door het bestuur van de veiligheidsregio/gemeentebestuur. Bovendien verdient het aanbeveling om

een en ander af te stemmen met de inspectiepartners.

Casus 6 Procesindustrie (Gewasbeschermingsmiddelen producent)

Een grote producent voor gewasbeschermingsmiddelen is VR-plichting, beschikt over een

bedrijfsbrandweeraanwijzing en er is een rampbestrijdingsplan voor deze inrichting opgesteld. Op het

terrein staan diversen installaties, opslagloodsen, tanks etc. voor de opslag en verwerking van

gevaarlijke stoffen.

Tijdens de controle heeft de toezichthouder geconstateerd dat er geen intern noodplan aanwezig is

binnen de inrichting, en er geen afstemming met het rampbestrijdingsplan heeft plaatsgevonden. Dit is

een overtreding van artikel 22 van het Brzo.

Handhavingsmiddel

Besloten wordt om op basis van de tabel in hoofdstuk 5 te kiezen voor reactie 1, en ter zake deze

overtreding een dwangsombeschikking op te leggen. Daartoe wordt het bedrijf eerst in de gelegenheid

gesteld om een zienswijze te geven .Met zijn zienswijze geeft het bedrijf geen goede reden voor het

niet aanwezig zijn van een noodplan, en het ontbreken van de koppeling met het

rampbestrijdingsplan. Het bestuur van de veiligheidsregio besluit dan ook de dwangsombeschikking

op te leggen waarbij het bedrijf 8 weken de tijd krijgt om dit te realiseren. Wanneer het bedrijf na

afloop van deze 8 weken geen noodplan heeft verbeurt hij een dwangsom van EUR 3000,- voor

iedere week dat hij in gebreke is met een maximum van EUR 30.000,-.

Incident

Een half jaar na de controle vindt er een incident plaats binnen de inrichting. In een van de

opslagloodsen ontstaat brand. Omdat de sprinklerinstallatie niet naar behoren functioneert vindt er

een ontploffing plaats. Buiten de inrichting raken twee mensen, die op het moment van de ontploffing

langs fietsten, gewond.

Door de brand die ontstaat als gevolg van de ontploffing dreigen ook de andere opslagloodsen te

ontploffen. Aangezien deze loodsen veel groter zijn dreigt er een grote ramp.

De brandweer is snel ter plaatse en begint met bluswerkzaamheden. Vanwege de gevaarsaspecten

verzoekt de brandweercommandant het aanwezige personeel van het bedrijf om nadere informatie te

verschaffen over de aanwezige gevaarlijke en ontplofbare stoffen. Deze informatie is nodig om de

juiste voorzorgsmaatregelen te kunnen treffen voor de aanwezige brandweermedewerkers.

Het personeel van het bedrijf werkt slecht mee en levert slechts mondjesmaat informatie. Een aantal

medewerkers is al spoorloos verdwenen. De brandweercommandant laat een medewerker industriële

veiligheid uitzoeken welke juridische middelen hij tot zijn beschikking heeft.

Afdwingen van medewerking

De medewerker industriële veiligheid heeft de wetgeving bestudeerd en is tot de conclusie gekomen

dat de medewerkers van het bedrijf, die beschikken over relevante veiligheidstechnische gegevens,

de volgende informatie moeten verschaffen aan de burgemeester:

− de locatie van de ramp of dreigende ramp;

− de omstandigheden waaronder de ramp plaatsvindt of dreigt plaats te vinden;

− gegevens aan de hand waarvan de gevolgen van de (dreigende) ramp kunnen worden

beoordeeld;

− de aard en de hoeveelheid van de betrokken gevaarlijke stoffen die kunnen vrijkomen;

− de getroffen noodmaatregelen.

Page 13: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

13

(Zie artikel 11b WRZO en het Besluit informatie inzake rampen en zware ongevallen)

Als de medewerkers van het bedrijf geen gevolg geven aan de vordering van de

brandweercommandant voor informatie, begaan zij een strafbaar feit. In deze casus zou de politie

ingeschakeld kunnen worden.

Page 14: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

14

4 Voorbeelden van overtredingen bedrijfsbrandweer en de daarop volgende reactie.

Dit hoofdstuk bevat voorbeelden van overtredingen gerelateerd aan de bedrijfsbrandweer die zich in

de praktijk kunnen voordoen. Daarbij is telkens aangegeven welke reactie (1, 2 of 3) op zo’n

overtreding zou kunnen volgen. Zoals reeds aangegeven is iedere VR vrij om te bepalen wat de

kernvoorschriften zijn.

Diversen Algemene bepalingen bedrijfsbrandweer

Voorbeelden van bevindingen Kern- Voor- schrift

Reactie

De pompen voor de bluswatervoorziening leveren onvoldoende druk om voldoende bluswater te kunnen genereren.

1

Aanwezigheid bluswatervoorziening

I.v.m een “dead-end “ in de ringleiding zijn 2 van de 40 hydranten niet in staat om op ieder punt de vereiste/vergunde/benodigde capaciteit te leveren.

ja

2

De bedrijfseigen aanvalsplannen/inzetplannen worden niet aan de overheid toegestuurd.

2 Actuele info voor overheidsbrandweer ter voorbereiding op incident

De informatie die is aangeboden is niet volledig.

Nee

3

Actuele info voor overheidsbrandweer tijdens incident

Tijdens een incident is de informatie niet of onvoldoende kenbaar gemaakt, het betreft informatie / tekeningen m.b.t. � de aanwezige gebouwen, procesinstallaties,

opslageenheden en leidingrekken en -straten; � Actuele gegevens van binnen de installaties en

opslageenheden (insluitsystemen) aanwezige gevaarlijke stoffen

� de aanrijroute; � de incidentbestrijdings –en beheersmiddelen in

en op de installaties; � een actueel intern noodplan � etc

Ja 1 of 2

Beschermende middelen De beschermende middelen zoals gaspakken, chemicaliënpakken, filterbussen, ademluchtflessen zijn niet tijdig gekeurd.

Nee 2 of 3

Tijdens een oefening is gebleken dat de basissterkte niet tijdig aanwezig kan zijn op de incidentlocatie.

1

Uit controle blijkt dat één van de leden van de basissterkt, niet

- tijdig medisch is (her)keurd,of

- onvoldoende opgeleid,of

- niet alle oefeningen heeft gevolgd

2

Tijdig (binnen 6 minuten) basissterkte aanwezig.

Door verloop in de organisatie is de bezetting van de ploegen mogelijk, maar is de organisatie zeer kwetsbaar in geval van ziekte, bezetting nacht periode, weekeinde en vakantieperiode.

Ja

gesprek

Page 15: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

15

Diversen Algemene bepalingen bedrijfsbrandweer

Voorbeelden van bevindingen Kern- Voor- schrift

Reactie

Doormelding naar RAC voor registratie incidenten

Alarmering naar RAC is niet noodplan, procedure of protocol geborgd.

Nee 3

Er is geen oefenprogramma opgesteld.

Nee 2

Het oefenprogramma is niet tijdig ingediend.

3

Oefenprogramma

Het oefenprogramma wat is ingediend is opgezet

door de nieuwe bedrijfsbrandweercommandant.

Hoewel er veel werk in het programma is gestoken,

voldoet het niet aan de eisen.

gesprek

Gids Er is niet voorzien in de gids functie. Ja 2

Een incident is eerst bestreden door de BHV-organisatie, toen dit niet succesvol was is na een kwartier de bedrijfsbrandweer en de overheidsbrandweer gealarmeerd.

1 Incident binnen 1 minuut melden aan bemande meldpost

Alarmering is niet in procedure of protocol geborgd.

Ja

2

Incident onmiddellijk melden aan (bedrijfs)brandweer

Alarmering is niet in procedure of protocol geborgd. Nee 2 of 3

Kennis/vaardigheid personeel voor bediening middelen

Nee 2 of 3

Kennisoverdracht naar aannemer die basissterkte verzorgt

Door onderbezetting zijn er diversen personen ingehuurd om in de basissterkte te worden opgenomen. De ingehuurde personen zijn echter niet voldoende geoefend en op de hoogte van de bedrijfsspecifieke situatie.

Nee 2 of 3

Leidinggevenden hebben kennis over structuur overheidsbrandweer

De leidinggevenden van het bedrijf (welke een taak hebben in het COPI) geen inzicht in de structuur van de overheidsbrandweer.

Nee 3

Melden beperkte inzetbaarheid Melden van uitval technische middelen of van beperkte inzetbaarheid van de ploeg vindt niet plaats.

ja 1 of 2

Mobiele middelen doelmatig opgeslagen

Brandweerauto kan niet uit de garage worden gereden omdat het voorterrein als parkeerplaats wordt gebruikt.

Ja 1 beter direct gesprek

Het spoelprogramma is niet uitgevoerd.

2

Netwerk 2x per jaar spoelen

Het spoelprogramma is niet doelmatig, zo is de

spoelsnelheid en spoeltijd niet benoemd. Eveneens

worden de koppelleiding met het buurbedrijf niet

gespoeld.

Nee

3

Registratie onderhoud, oefeningen en evaluaties in journaal

Het journaal van de bedrijfsbrandweer is over veel verschillende systemen verdeeld. Hoewel de informatie aanwezig is, is niet al de informatie is te tonen tijdens de inspectie.

Nee 3

Page 16: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

16

Diversen Algemene bepalingen bedrijfsbrandweer

Voorbeelden van bevindingen Kern- Voor- schrift

Reactie

Het programma is niet volledig. Nee 3 Oefenprogramma voor 1 februari

Het programma is in het geheel niet aanwezig

Er is niet voldaan aan het oefenprogramma in het

voorgaande jaar.

Opleidingen Nee

Passieve beschermingsmiddelen als LOD opgevoerd voldoen aan niet criteria

De doorvoeringen van de Opvangbak/tankput, zijn niet afgedicht. Fireproofing is niet onderhouden: stukken fireproofing zijn van de kolom gehaald vanwege een uitbreiding van de installatie.

Ja/nee 2 of 3

Procedures voor gehele noodsituatie

Cf bijlage 4 Brzo99

Er worden geen jaarlijkse functionele testen uitgevoerd.

2

Stationaire middelen functioneel testen 1x per jaar.

Alleen de stationaire voorzieningen

(schuimblusinstallatie) op de tanks worden niet

jaarlijks life getest.

Nee

gesprek

SVM op juiste manier bewaard SVM tank staat in de buitenlucht, in tegenstelling tot de specificaties behorende bij de schuimsoort.

Ja 1 of 2

Testen motorisch aangedreven middelen

De Bluswaterpompen worden maandelijks getest i.p.v. wekelijks

Nee 3

Toelaten bevoegd gezag bij oefeningen

Het bedrijf wil geen oefeningen uitvoeren onder toezicht van de inspecteur van de brandweer?

Ja 2

Verbindingsmiddelen beschikbaar voor bedrijfsbrandweer

Portofoons zijn niet opgeladen. Portofoons werken niet. Portofoonbediening is niet bekend. Portofoon in combinatie met gaspak werkt niet.

Nee 2 of 3

Verplaatsen SVM Aanhanger met schuim aanwezig maar geen trekker/haak-armvoertuig.

Nee 2 of 3

Voor 1 februari overzicht sterkte bedrijfsbrandweer doorgeven

Er wordt geen overzicht van de bedrijfsbrandweer doorgegeven.

Nee 3

Page 17: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

17

5 Voorbeelden van overtredingen BRZO en de daaropvolgende reactie

Dit hoofdstuk bevat voorbeelden van overtredingen gerelateerd aan het Brzo die zich in de praktijk

kunnen voordoen. Daarbij is telkens aangegeven welke reactie (1, 2 of 3) op zo’n overtreding zou

kunnen volgen.

Artikel Brzo Voorbeelden van overtredingen Kern-

Voor- schrift

Reactie

Deze bepaling kan worden gezien als een

vangnetbepaling waar niet gericht toezicht op

plaatsvindt. Alleen in situaties waarbij er sprake is

van een gevaarlijke situatie binnen een bedrijf en er

geen (andere) wettelijke bepalingen kunnen worden

aangewezen die zijn geschonden, ligt het voor de

hand om op artikel 5, lid 1 te handhaven.

Artikel 5, lid 1 Brzo

alle maatregelen treffen om

zware ongevallen te voorkomen

en gevolgen beperken.

In plaats van direct met een handhavingstraject te

starten, kunnen er ook andere middelen ingezet

worden zoals het samen met het bedrijf het gesprek

aangaan met als doel om te komen tot een

oplossing die gebaseerd is op de stand der

techniek.

Ja 1 of 2 gesprek

Artikel 5, lid 2 Brzo

PBZO aanwezig, beoordeling en

herziening bij veranderingen

Zie opmerkingen VBS Nee 2 of 3

Geen VBS aanwezig.

1

VBS niet herzien na een doorgevoerde verandering

binnen de inrichting.

2

Ja

Artikel 5, lid 3 en 4 Brzo: VBS

aanwezig, beoordeling en

herziening bij veranderingen.

In het VBS ontbreken een of meerdere van de

elementen die in bijlage II van het Brzo zijn

genoemd.

In hoeverre het VBS voldoet aan de eisen van het

Brzo vergt een nadere analyse (toetsing VBS van

het bedrijf aan de elementen van bijlage II van het

Brzo). Een belangrijke vraag daarbij is of het bedrijf

de realisatie en het onderhoud van de getroffen

maatregelen voldoende heeft geborgd in het VBS.

In de tabel hieronder zijn de voor de brandweer

belangrijkste elementen van het VBS opgenomen.

Nee 2 of 3

Page 18: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

18

Artikel Brzo Voorbeelden van overtredingen Kern- Voor- schrift

Reactie

Aan de hand van deze elementen kan het VBS

worden beoordeeld.

Artikel 6

Melden significante wijzigingen

Betreft feitelijke constatering: het is wel of niet

gedaan.

Brandweer is bevoegd om dit middels een

handhavingstraject af te dwingen. In de meeste

gevallen zal Bg Wm het handhavingstraject starten,

aangezien het VR fysiek bij Bg Wm moet worden

ingediend.

Nee 2 of 3

art. 7, lid 3 Brzo

Uitwisseling gegevens domino-

inrichtingen

Betreft feitelijke constatering: gegevens zijn wel of

niet uitgewisseld.

Het bedrijf dient n.a.v. de domino-effecten

maatregelen te nemen. Bijv. aanpassing in het

Noodplan, PBZO etc.

Nee 3

art. 10 Brzo

Er is een actueel

veiligheidsrapport aanwezig

Betreft feitelijke constatering: het is er wel of niet

Tevens dient het VR actueel te zijn, indien er tijdens

een inspectie wordt geconstateerd dat de feitelijke

situatie anders is dan in het VR is omschreven, dan

dient het VR te worden aangepast. Afhankelijk van

het onderwerp wordt dit opgepakt door Bg Wm,

Arbeidsinspectie of Brandweer

nee 2 of 3

Art 11b Brzo (BIR, WVR 44)

Informatieverschaffing nadat

ramp of zwaar ongeval heeft

plaatsgevonden.

Het bedrijf dient stelt geen informatie ter beschikking

nadat een ramp of incident heeft plaatsgevonden.

Hieronder valt ook de verplichting van het bedrijf om

een incidentonderzoek uit te voeren, en de

resultaten kenbaar te maken.

ja 1

art. 13, lid 1 Brzo

Bij aanvraag Wm-vergunning

bepaalde gegevens in VR

Betreft feitelijke constatering: het is wel of niet

gedaan.

Nee 3

art. 14, lid 1 Brzo

Eens per vijf jaar evalueren en

bijwerken Veiligheidsrapport

Betreft feitelijke constatering: het is wel of niet

gedaan.

Brandweer is bevoegd om dit middels een

handhavingstraject af te dwingen. In de meeste

gevallen zal Bg Wm het handhavingstraject starten,

aangezien het VR fysiek bij Bg Wm moet worden

ingediend.

Nee 2 of 3

art.16, lid 4 en 5 Brzo

Verstrekken aanvullende

inlichtingen

Betreft feitelijke constatering: het is wel of niet

gedaan.

Nee 2 of 3

Artikel 21 Brzo: bijhouden

stoffenlijst.

artikel 14 Rrzo: opzet stoffenlijst

Er moet een lijst worden bijgehouden van de binnen

de inrichting aanwezige gevaarlijke stoffen. Deze

lijst moet door een ieder kunnen worden

geraadpleegd.

Ja 1 of 2*

Page 19: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

19

Artikel Brzo Voorbeelden van overtredingen Kern- Voor- schrift

Reactie

De aanpak is in de eerste plaats gericht op het

überhaupt aanwezig zijn van de stoffenlijst. Deze

lijst dient bovendien direct beschikbaar te zijn voor

inzage.

Wanneer er inderdaad een stoffenlijst aanwezig is

zal ter plaatse moeten worden beoordeeld of deze

volledig is (zijn de VN- en CAS-nummers aanwezig

en staan alle stoffen erop die in de inrichting

aanwezig zijn).

Controles vinden plaats d.m.v. zintuiglijke

waarneming en administratief onderzoek.

* voorbeelden

De stoffenlijst:

- is niet aanwezig

- voldoet niet aan artikel 14 RRZO

- niet alle stoffen zijn opgenomen

- niet actueel

- niet direct toegankelijk (ook ’s nachts, in het

weekend en bij computeruitval)

-niet procedureel vastgelegd wie de lijst aan de

hulpdiensten overhandigt

-Is er een openbare lijst (al dan niet in het VR)

1

2

2

1

2

2

Artikel 22 Brzo:

intern noodplan aanwezig die

voldoet aan eisen.

Er moet een intern noodplan zijn waarin de ten

uitvoer te leggen maatregelen zijn beschreven bij

een zwaar ongeval, gericht op het beperken en

beheersen van zware ongevallen en de gevolgen

ervan voor de werknemers. Het intern noodplan

bevat ten minste de gegevens en beschrijvingen die

zijn opgenomen in bijlage IV van het Brzo.

Bovendien moet het intern noodplan eens per drie

jaar worden geëvalueerd, beproefd en zonodig

gewijzigd. Primair belang voor de brandweer is de

koppeling van het intern noodplan met het

rampbestrijdingsplan en de inzet van de

hulpdiensten.

Tijdens een controle zal de toezichthouder eerst

moeten vaststellen of er een intern noodplan

aanwezig is. Vervolgens zal hij moeten beoordelen

of deze volledig is en direct beschikbaar voor

inzage.

Er zijn diversen mogelijke manieren waarop dit

artikel kan worden overtreden, bijvoorbeeld: − binnen de inrichting is geen intern noodplan

aanwezig;

− binnen de inrichting is wel een noodplan

aanwezig maar deze is onvolledig;

− het noodplan is niet direct beschikbaar voor

Ja 1 of 2 1 2

Page 20: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

20

Artikel Brzo Voorbeelden van overtredingen Kern- Voor- schrift

Reactie

inzage.

In beginsel is de eerstgenoemde overtreding de

meest ernstige waartegen direct handhavend zou

moeten worden opgetreden.

2

Page 21: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

21

6 Voorbeelden van overtredingen WRZO en de daaropvolgende reactie

Artikel Wrzo Voorbeelden van overtredingen Kern

Voor schrift

Reactie

artikel 10a Wet rampen en

zware ongevallen, artikel 42 Wvr

Informatieverschaffing voordat

ramp of zwaar ongeval heeft

plaatsgevonden

− Afwezigheid VR op de plant

− Geen informatieverschaffing tijdens een

inspectie of op aanvraag

− Informatie op de plant afwijkend van de info in

het VR (zowel organisatie als materieel /

installatie)

Ja 1 of 2

artikel 11b Wrzo, artikel 44 Wvr en Besluit informatie inzake rampen en zware ongevallen Informatieverschaffing nadat ramp of zwaar ongeval heeft plaatsgevonden

Medewerkers van het bedrijf waar een ramp of

zwaar ongeval heeft plaatsgevonden en die

beschikken over relevante veiligheidstechnische

gegevens, verschaffen niet de volgende informatie:

− de locatie van de ramp of dreigende ramp;

− de omstandigheden waaronder de ramp

plaatsvindt of dreigt plaats te vinden;

− gegevens aan de hand waarvan de gevolgen

van de (dreigende) ramp kunnen worden

beoordeeld;

− de aard en de hoeveelheid van de betrokken

gevaarlijke stoffen die kunnen vrijkomen;

− de getroffen noodmaatregelen.

Als de medewerkers van het bedrijf geen gevolg

geven aan de vordering van de

brandweercommandant om informatie te geven,

begaan zij een strafbaar feit. In dat geval zou de

politie ingeschakeld kunnen worden.

Ja 1* of straf rechtelijk

Page 22: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

22

7 Belangrijke elementen van het veiligheidsbeheerssysteem (artikel 5, lid 3 j.o. bijlage II Brzo)

Zowel de arbeidsinspectie, brandweer en Bevoegd gezag Wet milieubeheer zijn bevoegd om artikel

5, lid 3 van het Brzo te handhaven.

Artikel 5, lid 3

Ten einde het in het tweede lid bedoelde beleid te bepalen en uit te voeren, voert degene die een

inrichting drijft, een veiligheidsbeheerssyteem in. In het veiligheidsbeheersysteem komen de

elementen, genoemd in bijlage II aan de orde.

Bijlage II van het Brzo vermeldt de volgende elementen die in het VBS aan de orde moeten komen:

a. die onderdelen van het algemene beheerssysteem waartoe de organisatorische structuur, de

verantwoordelijkheden, de gebruiken, de procedures, de procédés en de hulpmiddelen behoren

welke het mogelijk maken het beleid ter voorkoming van zware ongevallen te bepalen en uit te

voeren;

b. de organisatie en de werknemers: de taken en verantwoordelijkheden van de werknemers die op

alle organisatorische niveaus bij het beheersen van de risico’s van zware ongevallen zijn

betrokken, het onderkennen van de behoeften aan opleiding van die werknemers, de organisatie

van die opleiding en de deelname daaraan door de werknemers en de in de inrichting werkzame

werknemers van aannemers en onderaannemers;

c. de identificatie van de gevaren en de beoordeling van de risico's van zware ongevallen: de

vaststelling en de toepassing van procedures voor de systematische identificatie van de

ongewenste gebeurtenissen die tot zware ongevallen kunnen leiden die zich bij normale en

abnormale werking kunnen voordoen en de beoordeling van de kans op en de omvang van die

ongevallen;

d. de beheersing van de uitvoering: de vaststelling en de toepassing van procedures en instructies

voor de beheersing van de veiligheid van de bedrijfsvoering, met inbegrip van het onderhoud van

de installaties en de tijdelijke onderbrekingen;

e. de wijze waarop wordt gehandeld bij wijzigingen: de vaststelling en de toepassing van procedures

voor de planning van wijzigingen met betrekking tot de inrichting of onderdelen daarvan dan wel

met betrekking tot het ontwerpen van een nieuw procédé;

f. de planning voor noodsituaties: de vaststelling en de toepassing van procedures voor de

systematische identificatie van noodsituaties alsmede voor het uitvoeren, beoefenen en toetsen

van de noodplannen en de daartoe strekkende opleiding van de betrokken werknemers. De

opleiding geldt voor de werknemers van de inrichting, met inbegrip van de in de inrichting

werkzame werknemers van aannemers en onderaannemers;

g. het toezicht op de prestaties: de vaststelling en de toepassing van procedures voor de permanente

beoordeling van de inachtneming van de doelstellingen van het beleid ter voorkoming van zware

ongevallen en van het veiligheidsbeheerssysteem, alsmede de invoering van regelingen voor

onderzoek en correctie bij het niet in acht nemen daarvan. Tot deze procedures behoren het

systeem voor de melding van zware ongevallen en bijna-ongevallen, met name die waarbij de

beschermende maatregelen hebben gefaald, het onderzoek daarnaar en de nazorg, een en ander

op grond van de ervaringen uit het verleden;

h. audits en beoordeling: de vaststelling en de toepassing van procedures voor de systematische

periodieke evaluatie van het beleid ter voorkoming van zware ongevallen en van de

doeltreffendheid en de deugdelijkheid van het veiligheidsbeheerssysteem alsmede voor de met

documenten gestaafde analyse door de directie van de resultaten van het gevoerde beleid, van

het veiligheidsbeheerssysteem en van de actualisering daarvan.

Page 23: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

23

Rol van de brandweer bij het VMS

Gezien ieders verantwoordelijkheid en bevoegdheid, is voor de brandweer met name de rechterzijde

van de vlinderdas van belang.Ook bij de beoordeling van het VMS zal de medewerker industriële

veiligheid van de brandweer het VMS vanuit dit perspectief beoordelen, en eventueel middels

handhaving het VMW op het gewenste niveau trachten te brengen.

Deze vlinderdas is in het figuur hieronder weergegeven.

In de hieronder weergegeven tabel, die is gebaseerd op de aandachtspuntenlijst VBS C5

(bron:www.Brzo99.nl), zijn de voor de brandweer meest relevante aspecten weergegeven van het

VBS. Het betreffen de aspecten die zich bevinden aan de rechterzijde van de vlinderdas. In de

linkerkolom is aangegeven op welk onderdeel van bijlage II van het Brzo (zie hiervoor) de elementen,

die in de rechterkolom zijn opgenomen, betrekking hebben. Aan de hand van deze elementen kan

worden getoetst of het VBS voldoet. Als het VBS niet voldoet aan een of meerdere van deze

elementen dan volgt reactie 2 of 3.

Page 24: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

24

Onderdeel

bijlage II Brzo

Elementen

A Samenhang PBZO en managementsystemen

Het bedrijf hanteert een risicomatrix met daarin een beschrijving van:

− de criteria voor kans

− de criteria voor effect

− de criteria voor acceptabele risico’s

− de criteria voor niet acceptabele risico’s

Men kan aangeven hoe maatregelen worden gekozen om van een niet-acceptabel

naar een acceptabel restrisico te komen.

Het beleid is geschreven t.a.v. het voorkomen en beheersen van risico’s zware

ongevallen.

Men kan aangeven hoe de inrichting van het VBS is afgestemd op de specifieke

risico’s zware ongevallen.

Het commitment voor de realisatie van het beleid blijkt uit het PBZO document.

Doelstellingen staan beschreven:

− algemeen in PBZO document

− concreet in planningsdocument (jaarplan/meerjarenplan)

Uit het PBZO document en het gesprek met de manager is duidelijk wie

verantwoordelijk is voor het veiligheidsbeleid.

B Organisatie en de werknemers

Er is een duidelijke organisatiestructuur van de preventieve en repressieve

veiligheidsorganisatie.

Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn vastgesteld van eigen

personeel (op alle niveaus in de organisatie).

Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn vastgesteld van personeel van

derden die betrokken zijn bij de beheersing van risico’s van zware ongevallen.

De communicatie en informatievoorziening over de beheersing van risico’s van zware

ongevallen is geregeld voor eigen personeel.

De communicatie en informatievoorziening over de beheersing van risico’s van zware

ongevallen is geregeld voor personeel van derden.

Er worden functie eisen gesteld aan het eigen personeel voor de beheersing van

risico’s van zware ongevallen

Er worden functie eisen gesteld aan personeel van derden voor de beheersing van

risico’s van zware ongevallen

Periodiek vindt evaluatie plaats van gestelde eisen aan personeel

C Beoordeling van de risico’s

Het bedrijf beschikt over procedures voor de systematische identificatie van

ongewenste gebeurtenissen (ongevalscenario’s) die tot zware ongevallen kunnen

leiden.

Met die procedures kan worden nagegaan:

• welke gevaren tot een LOC kunnen leiden (directe oorzaken)

• onder welke condities de gevaren zich manifesteren

• wat de kans is op een LOC

• wat de ernst van de gevolgen kan zijn.

Specifieke veiligheidsstudies worden toegepast, toegespitst op de aard van het

bedrijf.

Page 25: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

25

Onderdeel

bijlage II Brzo

Elementen

Er vindt periodieke herbeoordeling van de risico’s plaats.

Registratie van hierboven beschreven items wordt gegenereerd en beheerd.

D Beheersing van de uitvoering

Er zijn procedures/instructies waarin wordt aangegeven welke technische

veiligheidsvoorzieningen aangebracht moeten worden tijdens:

• de normale bedrijfsvoering

• onderhoud

• bij tijdelijke onderbrekingen

Er zijn procedures/instructies waarin wordt aangegeven welke organisatorische

maatregelen getroffen moeten worden door of voor het personeel tijdens:

• de normale bedrijfsvoering

• onderhoud

• bij tijdelijke onderbrekingen

• storing die mogelijk tot een ongewenste gebeurtenis kan leiden

Er is een systeem voor toezicht op de veilige uitvoering van het werk tijdens:

• de normale bedrijfsvoering

• onderhoud

• bij tijdelijke onderbrekingen

Er is een systeem voor werkvergunningen

Er zijn procedures voor communicatie over de veilige uitvoering van het werk

E Wijze waarop wordt gehandeld bij wijzigingen

Er zijn procedures vastgesteld voor het management of change met de planning van

en controle op wijzigingen aan bestaande installaties of opslagplaatsen of het

ontwerp van nieuwe installaties, opslagplaatsen of nieuwe procédés.

Er is eenduidig vastgelegd wat wordt verstaan onder wijziging.

Er is vastgelegd welke achtereenvolgende stappen bij een wijziging dienen te worden

doorlopen.

In de procedure is vastgesteld hoe de gevolgen voor de veiligheid moeten worden

beoordeeld en wie daarvoor verantwoordelijk is.

Er is een procedure voor de melding aan het coördinerend bevoegd gezag van

essentiële wijzigingen met een kennisgeving.

F Planning voor noodsituaties

Het bedrijf beschikt over procedures voor de systematische identificatie van

noodsituaties.

Opmerking: de Noodorganisatie dient te worden gebaseerd op een juiste identificatie

van de gevaren en de doorvertaling naar de scenario’s. Voor de brandweer met name

relevant indien de doorvertaling naar externe veiligheid niet juist is gebeurd.

Arbeidsveiligheid ligt bij de A.I.

De noodsituaties zijn afgeleid uit de analyse van gevaren en ongewenste

gebeurtenissen die tot zware ongevallen kunnen leiden (de ongevalscenario’s).

Voor noodsituaties is een intern noodplan aanwezig dat voldoet aan bijlage 4 van het

Brzo.

Er is een stoffenlijst aanwezig die voldoet aan art. 14 van RRZO1999 (stoffenlijst voor

hulpdiensten).

Er is een procedure voor regelmatig oefenen en evalueren van het intern noodplan en

Page 26: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

26

Onderdeel

bijlage II Brzo

Elementen

voor het afstemmen hiervan met externe hulpverleningsdiensten.

Er wordt over de inhoud van het noodplan gecommuniceerd (binnen en buiten de

organisatie).

De nooduitrusting is kwalitatief en kwantitatief afgestemd op de noodscenario’s.

Voorbeelden:

− Waterscherm ter bescherming van werknemers is A.I.

− Waterscherm om toxische en/of explosieve gassen tegen te houden, is BRW

− Ademluchtgebruik voor redden medewerkers is A.I.

− Ademluchtgebruik voor vermindering (externe) effecten is BRW.

G Toezicht op de prestaties

Zijn er procedures vastgesteld voor de permanente systematische beoordeling van

veiligheidsprestaties, gerelateerd aan de doelstellingen van het beleid ter voorkoming

van zware ongevallen?

Er wordt onderscheid gemaakt tussen proactieve en reactieve prestatiemetingen.

Voorbeeld SPI’s:

− Aantal oefeningen volgens planning

− Verwerken evaluatiepunten

− Beschikbaarheid repressieve voorzieningen (%

− Beschikbaarheid – inzetbaarheid noodorganisatie

− % onderzochte incidenten mbt inzet noodorganisatie

Beoordelen functioneren noodorganisatie

Er is een procedure voor de melding van en rapportage over storingen, incidenten en

(bijna) ongevallen.

Er is een procedure voor analyse/onderzoek en evaluatie van storingen, incidenten

en (bijna) ongevallen.

Als daartoe aanleiding is worden corrigerende en preventieve maatregelen

doorgevoerd.

Communicatie naar hoger management vindt plaats.

Resultaten worden gecommuniceerd binnen de organisatie.

H Audits en beoordeling

Er zijn procedures voor de systematische, periodieke evaluatie (audit) van het

functioneren van het veiligheidsbeheerssysteem?

Er is een systeem van beoordeling door de directie op de effectiviteit van het VBS en

het gevoerde beleid.

Borging van implementatie van corrigerende maatregelen, bewaking van de

opvolging is geregeld.

Uitkomsten directiebeoordeling (corrigerende maatregelen) worden richting

organisatie gecommuniceerd.

Page 27: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

27

Bijlage 1 : Reactie 1

Procedure stappen reactie 1:

- Zienswijze

Er wordt een brief opgesteld waarin de bevindingen van de controle zijn opgenomen en waarin het

bedrijf op de mogelijkheid wordt gewezen om binnen 2 weken een zienswijze in te dienen

(mondeling of schriftelijk). Deze brief wordt binnen 2 weken1 na constatering van de

overtreding(en) toegezonden aan het bedrijf. Het vragen van een zienswijze is verplicht op grond

van de Algemene wet bestuursrecht.

- Handhavingsbeschikking

De bestuursdwangaanschrijving/dwangsombeschikking wordt binnen 4 weken2 na binnenkomst

van de zienswijze of na afloop van de zienswijzentermijn (2 weken) naar het bedrijf gezonden. De

beschikking bevat over het algemeen een begunstigingstermijn waarbinnen de overtreding moet

zijn beëindigd. Omdat de handhavingbeschikking pas na afloop van de bezwaartermijn

onherroepelijk is, zal de begunstigingstermijn altijd langer dan zes weken zijn, tenzij er sprake is

van een spoedeisende situatie.

In de uitzonderlijke situatie dat spoedeisende bestuursdwang wordt toegepast voeren de

medewerkers (met machtiging van B en W) direct de feitelijke handelingen (zoals stillegging) uit.

De beschikking wordt dan achteraf naar het bedrijf gezonden.

- Hercontrole

Na afloop van de begunstigingstermijn voert de toezichthouder een hercontrole uit. Wanneer blijkt

dat de overtreding is beëindigd:

- stopt het handhavingsproces (intrekken handhavingbeschikking), of

- wordt periodiek gecontroleerd of de beschikking wordt nageleefd

(het bedrijf kan verzoeken om de handhavingbeschikking in te trekken)

- Beschikking uitvoeren

Wanneer blijkt dat de overtreding niet is beëindigd brengt de VR de beschikking ten uitvoer. Bij

bestuursdwang betekent dat feitelijk uitvoering geven aan de aanschrijving (bijvoorbeeld

stillegging en verzegeling van een installatie).

Bij een dwangsombeschikking is dat het innen van verbeurde dwangsommen (m.b.v. een

dwangbevel).

- Kostenverhaal

Wanneer uitvoering is gegeven aan de bestuursdwangaanschrijving kunnen de daarmee

gemoeide kosten worden verhaald op de overtreder. In eerste instantie stuurt de VR een

inningsbrief (nota) naar de overtreder. Wanneer de overtreder niet betaalt kan de VR de kosten

innen m.b.v. een dwangbevel.

Op de volgende bladzijden is een schematische weergave opgenomen van reactie 1.

1 Indien er sprake is van een gezamenlijk uitgevoerde inspectie, waarbij afwijkende afspraken zijn gemaakt, kan van deze

termijn worden afgeweken. 2 Zie voetnoot 1.

Page 28: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

28

Schema reactie 1

Zienswijzebrief

Handhavingbeschikking

(rekening houden met

zienswijze)

Dwangsom

Bestuursdwang

Hercontrole

(na afloop

begunstigingstermijn)

Overtreding beëindigd?

Ja nee

HH beschikking

intrekken of

periodieke

hercontrole

Bij dwangsom:

inningsbrief

Bij

bestuursdwang:

uitvoering

Evt.

dwangbevel

kostenverhaal

(evt. dwangbevel)

Page 29: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

29

Bijlage 2 : Reactie 2

Procedurestappen reactie 2:

− Opstellen waarschuwingsbrief

De brief wordt binnen 2 weken3 na constatering van de overtreding aan het bedrijf gezonden.

In de brief wordt aangegeven wat de overtreding is en binnen welke (redelijke) termijn deze moet

worden beëindigd. Bij het bepalen van de termijn is van belang hoeveel tijd het redelijkerwijs kost

om de overtreding te beëindigen (bijvoorbeeld levertijden van leveranciers).

De waarschuwingsbrief vermeldt ook dat indien de overtreding niet binnen de gestelde termijn is

beëindigd de VR een bestuursrechtelijke sanctie oplegt.

Met de brief wordt het bedrijf tevens in de gelegenheid gesteld om binnen twee weken een

zienswijze in te dienen.

− Hercontrole

Indien tijdens de hercontrole na afloop van de termijn uit de waarschuwingsbrief blijkt dat de

overtreding nog steeds voortduurt dan wordt vanaf dat moment de aanpak bij reactie 1 gevolgd,

beginnende met de handhavingbeschikking (het vragen van een zienswijze hoeft niet want dat

heeft al plaatsgevonden met de waarschuwingsbrief).

Schema reactie 2

Waarschuwingsbrief

(inclusief zienswijze

vragen)

Hercontrole

(na afloop termijn)

Overtreding beëindigd?

Ja nee

HH proces

stopt

Dwangsombeschikking Bestuursdwang-

aanschrijving

Zie verder schema reactie 1 exclusief vragen zienswijze

3 Zie voetnoot 1.

Page 30: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

30

Bijlage 3 : Reactie 3

Procedurestappen reactie 3:

- Brief opstellen

Opstellen brief die binnen 2 weken4 na constatering aan het bedrijf wordt gezonden.

De brief vermeldt de geconstateerde tekortkomingen en bevat aanwijzingen voor verbetering.

Tevens wordt in de brief aangegeven binnen welke termijn de VR verwacht dat het bedrijf de

verbeteringen heeft doorgevoerd.

Wanneer het een overtreding van een niet concreet voorschrift betreft (art. 10a en 11b WRZO en

5, lid 1 en 6 Brzo), wordt in de brief concreet gemaakt waaruit de tekortkoming bestaat; dat

geschiedt met een nadere invulling van de niet concrete verplichting (duidelijk omschrijven welke

maatregelen het bedrijf moet treffen om de overtreding te beëindigen).

Zo nodig wordt aangeboden om het bedrijf te ondersteunen bij implementatie. Communicatie met

het bedrijf speelt een belangrijke rol. Zo nodig wordt een gesprek met het bedrijf aangegaan

waarbij de VR zijn visie geeft op bepaalde zaken (bijvoorbeeld m.b.t. de geoefendheid van de

bedrijfsbrandweer).

- Hercontrole

Wanneer tijdens een hercontrole na afloop van de termijn uit de brief blijkt dat het bedrijf de

geconstateerde tekortkomingen niet heeft verholpen en er geen goede redenen zijn aan te geven

waarom het bedrijf het advies van de VR niet heeft opgevolgd, wordt de aanpak beschreven bij

reactie 2 gevolgd beginnende met de waarschuwingsbrief.

Schema reactie 3

Brief

(constateringen +

aanwijzingen of

concretisering)

Hercontrole

(na afloop termijn)

Tekortkomingen

verholpen

(maatregelen

getroffen)

Ja nee

HH proces

stopt

Zie verder schema

reactie 2

4 Zie voetnoot 1.

Page 31: Toezicht en handhaving industriële veiligheid Praktijkvoorbeelden … · 2017. 11. 6. · Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO Toezicht en handhaving industriële veiligheid

Landelijk expertisecentrum Brandweer & BRZO

Toezicht en handhaving industriële veiligheid – voorbeelden uit de praktijk

2009

31

Bijlage 4

Toelichting bestuursdwang / last onder dwangsom

− Uitoefenen van bestuursdwang

Met dit middel zorgt het bevoegd gezag er zelf voor dat een overtreding wordt beëindigd. Dat doet

het bevoegd gezag door feitelijk handelen, bijvoorbeeld het buitenwerking stellen en verzegelen

van een onveilig object.

Voordat bestuursdwang wordt uitgeoefend dient het bevoegd gezag eerst een besluit daartoe te

nemen. Dit besluit moet op schrift worden gesteld en worden toegezonden aan de overtreder die

daartegen bezwaar kan aantekenen.

− Opleggen van een last onder dwangsom (dwangsombeschikking)

Onder last moet worden begrepen een soort van opdracht van het bevoegd gezag om iets te doen

of na te laten. Indien deze opdracht (last) niet wordt opgevolgd dan verbeurt de overtreder (een)

dwangsom(men).

De last strekt ertoe de overtreding ongedaan te maken of verdere overtreding dan wel een

herhaling van de overtreding te voorkomen. Het middel daartoe is een financiële prikkel. De

dwangsom wordt vastgesteld op een bedrag ineens of op een bedrag per tijdseenheid waarin de

last niet is uitgevoerd, dan wel per overtreding van de last. Indien het gaat om een voortdurende

overtreding (daar is bijvoorbeeld sprake van als er geen veiligheidsrapport voorhanden is) dan

dient in de last een bedrag per tijdseenheid te worden opgenomen. Deze kan bijvoorbeeld luiden

dat een dwangsom van € 1000,- wordt verbeurd voor iedere week waarin geen veiligheidsrapport

aanwezig is. Ook tegen de dwangsombeschikking kan bezwaar worden aangetekend.

− Bevel tot het niet in bedrijf stellen van een risicovol object en het stilleggen of gedeeltelijk buiten

werking stellen of verzegelen van de inrichting dan wel het verzegelen of verwijderen van hetgeen

zich in de inrichting bevindt

Deze bevoegdheden ontlenen burgemeester en wethouders aan de WRZO. Overigens vallen

deze handhavingsmiddelen binnen de definitie van bestuursdwang.